Informatieboekje voor familie en relaties Brandwondencentrum

Transcriptie

1 Patiënteninformatie Informatieboekje voor familie en relaties Brandwondencentrum rkz.nl

2 Waarom dit boekje Onverwacht geconfronteerd worden met een ziekenhuisopname is een onaangename gebeurtenis. Wanneer het dan ook nog eens om brandwonden gaat is de schrik vaak nog groter. Opeens komt u terecht in een vreemde wereld, waar zich van alles afspeelt zonder dat u direct begrijpt waarom. Vanaf het moment van opname wordt u, als familie of relatie, door het team op de hoogte gehouden van wat er gebeurt met en rondom de patiënt. Er wordt u veel verteld, maar het is logisch dat u niet alles kunt onthouden. Daarom proberen wij u in dit boekje in grote lijnen duidelijk te maken waar het om gaat. Aarzel niet om toelichting te vragen wanneer iets niet duidelijk is, wij staan u steeds graag te woord. Verderop in dit boekje kunt u lezen bij wie u het beste terecht kunt met uw vragen. Dit boekje geeft informatie over de afdeling, de bereikbaarheid, de regels enz. en beschrijft het ziekte proces en de medische- en verpleegkundige behandeling in algemene zin. Neemt u daarom dit boekje rustig mee naar huis en lees het nog eens door. In dit boekje zult u steeds de patiënt lezen. Wij bedoelen daar natuurlijk uw kind, partner, familielid of andere relatie mee. Daar waar hij staat, kunt u ook zij lezen. Het brandwondencentrum zal verder steeds afgekort worden als BWC. Voor vragen, opmerkingen of klachten kunt u altijd het medisch en/ of verpleegkundig team benaderen. De acute opname Hoe lang duurt de acute opname? Afhankelijk van de ernst van de situatie zal een groot aantal handelingen aan en rondom de patiënt verricht moeten worden. Het behandelteam zal zich daarmee bezig houden, daarover verder in dit boekje meer. Voor u is het belangrijk te weten dat het opnemen van een brandwondpatiënt vaak één tot drie uur in beslag neemt, een lange tijd als u zit te wachten. U kunt deze tijd doorbrengen in de familiekamer, maar u kunt ook beneden in het atrium van het ziekenhuis gaan zitten of daar wat rondlopen. Het is belangrijk aan de verpleging te laten weten waar u bent.

3 Informatieboekje voor familie en relaties Brandwondencentrum Begeleiding Terwijl de patiënt opgenomen, verzorgd en behandeld wordt, zult u begeleid worden door een verpleegkundige. Hij of zij vertelt u wat er in die tijd met de patiënt gebeurt en houdt contact met het team dat de opname verricht, zodat u hoort hoe het gaat. U kunt ook een beroep doen op een van de pastores van het ziekenhuis. Zij stellen zich graag naast u op om door een (moeilijke) periode heen te komen. Zodra het behandelteam klaar is met de opname van de patiënt zal een verpleegkundige van het team naar u toe komen om u te informeren over de toestand van de patiënt en u meenemen naar de box of de kamer waar hij ligt. Een gesprek met chirurg of anesthesist vindt veelal plaats direct na opname. Het behandelteam Een brandwondpatiënt staat altijd onder behandeling van een heel team: De artsen: anaesthesiologen, (plastisch) chirurgen, internisten en de brandwondenartsen. De verpleegkundigen: op meerdere gebieden gespecialiseerde brandwondverpleegkundigen, specialistisch verpleegkundigen in opleiding en hun leidinggevenden. Het begeleidingsteam: psychologen, nazorgverpleegkundige, maatschappelijk werk, activiteitenbegeleiding en pastorale zorg. Het revalidatieteam: fysiotherapeut, ergotherapeut en revalidatiearts. Het ondersteunende team: bacteriologen, ziekenhuishygiëniste, diëtiste, voedingsassistente, helpende. Daarnaast vormen ook de afdelingssecretaresse en de medewerkster van de huishoudelijke dienst een belangrijk onderdeel van het team.

4 Box- of zaalverpleging Of de patiënt in een box of op een zaal wordt opgenomen hangt onder andere af van het volgende: de diepte en de uitgebreidheid van de brandwonden; de leeftijd en de gezondheid van de patiënt; de plaats van de verbranding (bijv. gezicht / hals verbranding); ademhalingsproblemen als gevolg van het inademen van hitte of rook. Een box is een eenpersoonskamer die ingericht is om de patiënt intensieve zorg te kunnen geven. Verder in dit boekje leest u daar meer over. Er zijn vier twee persoonszalen. Mannen en vrouwen worden daar zonodig gemengd verpleegd. Contactpersoon, bezoekregeling, een attentie meenemen en post Contactpersoon Het behandelteam zal er bij u op aandringen binnen de familie- en vriendenkring één of hooguit twee contactpersonen aan te wijzen. Zo zal ook het behandelteam proberen u zoveel mogelijk door dezelfde persoon te laten informeren. Het is onze ervaring dat op deze manier de informatie het beste overkomt en wordt begrepen. De contactpersoon onderhoudt zoveel mogelijk de contacten met het behandelteam en kan de patiënt goed helpen/vertegenwoordigen. De contactpersoon informeert de familie- en vriendenkring. Zo voorkomen we dat er veel naar het Brandwondencentrum gebeld wordt. Mocht het niet lukken een contactpersoon aan te wijzen, kaart dit dan gerust aan. Samen met u wordt wel een oplossing gevonden. Bezoektijden De bezoektijden zijn dagelijks van uur. Onze ervaring is, dat patiënten meestal zelf niet aangeven dat zij (langdurig) bezoek vermoeiend vinden. Zeer zieke patiënten ontvangen meestal alleen bezoek van de meest dierbaren. Zorgt u voor afwisseling en spreiding van het bezoek. Het beste kan dit

5 Informatieboekje voor familie en relaties Brandwondencentrum geregeld worden door degene die contactpersoon is. Zo kan aan de hand van een agenda een afwisselend bezoekprogramma voor de patiënt gemaakt worden, terwijl ook meteen rondverteld kan worden hoe het met de patiënt gaat. Wanneer de patiënt op zaal ligt, denk er dan ook aan dat uw bezoek ook voor de medepatiënten vermoeiend kan zijn. In het belang van alle patiënten geldt: nooit meer dan twee personen tegelijkertijd op bezoek. Komt u met meerderen, bijvoorbeeld om te kunnen carpoolen, los elkaar dan af. U kunt dan in het atrium van het ziekenhuis wachten. Afwijkende bezoektijden Alleen bij hoge uitzondering kan er van de bezoektijden afgeweken worden. Overleg dan met de verpleegkundige. Bezoekende kinderen Natuurlijk is bezoek van kinderen even belangrijk als bezoek van volwassenen. In het BWC is bezoek van kinderen onder de twaalf jaar alleen toegestaan als het (klein)kinderen van de patiënt betreft. Dit bezoek moet echter wel in overleg met de verpleegkundige plaatsvinden, omdat het bezoek goed voorbereid moet worden. Door het verband kan de (groot)ouder onherkenbaar zijn. Dan is verstandiger het bezoek uit te stellen. Soms maken we foto s zodat het kind thuis alvast voorbereid kan worden op hetgeen hij te zien krijgt. Het bezoek van kinderen vindt daarom alleen in overleg met de verpleegkundige plaats. De recreatiezaal De recreatiezaal heeft niet alleen een huiskamerfunctie voor de patiënten, maar wordt ook voor activiteitenbegeleiding gebruikt. De recreatiezaal is alleen bestemt voor de patiënten. De familiekamer De familiekamer heeft tot doel om familie die wacht tijdens de opname, of die waakt bij een ernstig zieke patiënt, een rustige omgeving te bieden. Ook kan er een gesprek met een van de

6 behandelaars plaatsvinden. Voor het verblijf van ouders van kinderen gelden afwijkende regels. Deze worden beschreven in de folder Rooming-in op het brandwondencentrum. Omkleden voor het bezoek - Bij zaalverpleging Wanneer u op bezoek komt bij een patiënt die geisoleerd op zaal verpleegd wordt moet u handschoenen dragen. U vindt deze handschoenen naast de wastafel op de kamer. De instructie hangt ook op de deur. - Gesloten box Wanneer u een patiënt bezoekt die in een gesloten box verpleegd wordt (beide deuren gesloten) dient u na het handen wassen, en voor u naar binnen gaat, zowel handschoenen als een overschort aan te trekken. Beiden vindt u in de sluis van de box. Na het verlaten van de box, maar voor het verlaten van de sluis, dient u de handschoenen en het schort in de daarvoor bestemde afvalbak te deponeren. De beide deuren mogen niet gelijktijdig openstaan. Handen wassen In alle gevallen geldt: was altijd uw handen voor u de box of zaal verlaat! Wanneer u het brandwondencentrum heeft bezocht mag u niet op bezoek bij een andere patiënt in het ziekenhuis. Zoals wij de brandwondpatiënt willen beschermen tegen infectie van buitenaf, zo willen wij ook voorkomen dat bacteriën vanaf het brandwondencentrum door het ziekenhuis verspreid worden. Ga daarom vanaf de afdeling a.u.b. regelrecht naar buiten. Telefonisch contact De contactpersoon kan altijd telefonisch informeren naar de toestand van de patiënt, ook s avonds of s nachts. De verpleegkundige die de patiënt op dat moment verzorgt zal u dan te woord staan. Overdag krijgt u de afdelingssecretaresse aan de telefoon. Zij zal u doorverbinden met degene die u nodig heeft. Kan de patiënt zelf aan de telefoon komen, vraagt u dan op de afdeling het nummer na. Ons telefoonnummer is:

7 Informatieboekje voor familie en relaties Brandwondencentrum Mobiele telefonie Het is op het Brandwondencentrum op de tweepersoonszalen toegestaan om gebruik te maken van uw mobiele telefoon. Als op zaal een patiënt aan een monitor ligt dan dient u uw mobiele telefoon uit te schakelen in verband met frequentiestoringen. Bij patiënten die op een IC-box liggen, is het ten alle tijden verboden uw mobiele telefoon aan te hebben. Gebruik televisie Op het Brandwondencentrum is het gebruik van de televisie gratis. Na overplaatsing naar een zaal zal voor de televisie een oplaadkaartje nodig zijn. Deze is beneden bij het winkeltje te verkrijgen, u krijgt het statiegeld retour bij inlevering van het kaartje. Tevens dient er voor de televisie op zaal een koptelefoon te worden aangeschaft. Deze is verkrijgbaar bij de verpleegkundige en kost 1,60. Een attentie meenemen Omdat aarde en bloemenwater goede voedingsbodems zijn voor bacteriën, zijn planten en bloemen niet toegestaan op het brandwondencentrum. Kunstbloemen zijn wel toegestaan. Goede voeding is onontbeerlijk voor de genezing van brandwonden. Wanneer de patiënt weer mag eten en drinken, kunt u hem daarin stimuleren door lekkere hapjes mee te nemen (graag in overleg met de verpleegkundige.). Verder kunt u van alles meenemen, zoals video s, CD s, boeken, tijdschriften, foto s van thuis, frisdrank, fruit enz. Eigendommen kunnen zoek raken, dus wees daar voorzichtig mee. Post Ons postadres is: Naam patiënt..., Brandwondencentrum Vondellaan LE Beverwijk

8 Onderdak voor degenen die dicht bij de patiënt willen zijn Zoals hierboven al vermeld, is het niet de bedoeling dat u bij de patiënt op de kamer verblijft of in de familiekamer overnacht. Wij weten echter dat patiënten en hun naasten vaak niet uit de regio komen. Daarom is er op vijf (loop)minutenafstand van het ziekenhuis een Kiwanishuis waar u kunt verblijven. Kiwanishuis In dit verblijfhuis zijn tien appartementen en gezamenlijke ruimtes voor families van (brandwonden)patiënten. De appartementen bieden ruimte voor twee volwassenen en een kind om te slapen en zijn voorzien van een keuken. Tevens kunt u gebruik maken van het restaurant in het ziekenhuis. Op de afdeling is een folder beschikbaar en u kunt verder informatie vinden op nl. De coördinator van het Kiwanishuis kan u informeren over de mogelijkheden en de kosten. De kosten worden in de regel vergoed door de ziektekostenverzekering. Parkeren Wanneer u met de auto komt, dan kunt u deze parkeren op de terreinen voor het ziekenhuis. Let u op, het is een betaald parkeerzone. Openbaar vervoer Het ligt ongeveer vijf minuten lopen vanaf het station Beverwijk. Vanuit het station loopt u rechtdoor tot u niet verder kunt. Aan uw rechterhand heeft u dan een brede winkelstraat, de Breestraat. U gaat linksaf en loopt door tot de stoplichten, daar gaat u rechtsaf de Vondellaan in. Het ziekenhuis ligt dan even verder aan uw rechterhand. Ontslag Een brandwondpatiënt wordt niet onverwacht van de ene op de andere dag ontslagen. Vaak is het nodig om een aantal zaken te regelen voor de patiënt weer naar huis kan gaan. Meestal is er hulp nodig bij het verbinden. Wanneer u die hulp zelf wilt en kunt geven, zal een van de verpleegkundigen u leren hoe u dat doen moet. In andere gevallen is de wijkverpleegkundige de

9 Informatieboekje voor familie en relaties Brandwondencentrum aangewezen persoon. De nazorgverpleegkundige zorgt ervoor dat de wijkverpleegkundige tijdig wordt aangevraagd en ingelicht. Wanneer het een schoolkind betreft, zal de nazorgverpleegkundige het proces van terug naar school gaan met u bespreken en zonodig begeleiden. Zo zijn er tal van zaken te regelen voor de patiënt met ontslag kan gaan. De patiënt (zonodig de familie of relatie) wordt tijdig op de hoogte gesteld wat er voor hem geregeld kan worden en wat hij zelf moet regelen. Ook na het ontslag staat u niet alleen. Allereerst zult u een afspraak meekrijgen voor het brandwondenspreekuur, waar u met vragen terecht kunt. Daarnaast kan contact met lotgenoten helpen in het verwerkingsproces. Heeft u daar behoefte aan, dan kunt u contact opnemen met de Nederlandse Brandwonden Stichting of met de Vereniging van mensen met brandwonden. Achter in dit boekje is een lijst met adressen en telefoonnummers opgenomen. Aanvullende informatie Wij willen u ook wat meer informatie geven met betrekking tot de brandwonden, de ziekteverschijnselen en de behandelingswijze. Helaas kunnen wij hier niet precies omschrijven wat er gebeurt met iedere patiënt. Dat is immers afhankelijk van de aard van de brandwonden, maar ook van andere factoren, zoals bijvoorbeeld de leeftijd en de gezondheid van de patiënt. Hetgeen hier beschreven staat hoeft dus niet van toepassing te zijn op uw familielid of relatie. U vindt hier een algemene beschrijving van de behandeling en zorg zoals wij die gewend zijn te geven. Wat gebeurt er tijdens de opname en gedurende de eerste dagen? Algemene conditie Het behandelteam zal zich allereerst richten op het op peil brengen en houden van de algemene conditie van de patiënt. De wonden worden beoordeeld en verzorgd en de patiënt wordt nauwlettend geobserveerd.

10 We letten op en zorgen voor: Monitor bewaking Wanneer het nodig is om de hartslag, bloeddruk, ademhaling, zuurstofgehalte (in het bloed van de patiënt) en de temperatuur continu te controleren, wordt de patiënt met behulp van draden (elektroden) aangesloten op de monitor. Op deze manier worden alle bovengenoemde waarden zowel bij de patiënt als in de teampost via monitoren gecontroleerd en bewaakt. U ziet de patiënt dan liggend op bed, aangesloten aan apparatuur. Aan hem en om hem heen ziet u allerlei draden en slangen. Hoewel u daar van kunt schrikken, hopen wij dat u de noodzaak ervan inziet en dat u begrijpt, dat wij geen overbodige handelingen zullen uitvoeren. Uiteraard kunt u de verpleegkundigen om uitleg vragen. De bloeddruk en de hartslag Doordat de wonden het natuurlijk evenwicht in het lichaam van de patiënt verstoren kan het zijn dat de patiënt extra vocht en medicijnen nodig heeft om het hart te ondersteunen en de balans te herstellen. Zo n herstel periode kan enkele uren tot enige dagen duren, afhankelijk van de verwondingen en de leeftijd en conditie van de patiënt. De ademhaling Wanneer door verbranding of door het inademen van rook of vuur ademhalingsproblemen ontstaan of dreigen te ontstaan, wordt zuurstof toegediend waardoor het ademen voor de patiënt minder zwaar wordt. Ook kan het nodig zijn de ademhaling van de patiënt tijdelijk over te laten nemen door een beademingsmachine. De patiënt hoeft dan niet alle energie voor de ademhaling te gebruiken en de longen kunnen beter genezen. Er wordt dan via de mond of de neus een buis (tube) in de luchtpijp gebracht, waarop een beademingsmachine wordt aangesloten. Zolang de patiënt beademd wordt, kan hij niet met u spreken, maar u wel horen. De verpleegkundigen kunnen u vertellen op welke manier u tòch met de patiënt kunt communiceren.

11 Informatieboekje voor familie en relaties Brandwondencentrum Vocht en waterhuishouding Door de verbranding beschadigt de huid, waardoor vochtverlies ontstaat. Hoe groter het wondoppervlak, des te groter het vochtverlies. Omdat dat vochttekort aangevuld moet worden, krijgt de patiënt één of meer infusen: via een plastic naald in een bloedvat worden naast vocht ook zonodig voeding en bloed toegediend. Drinken en eten Afhankelijk van de aard van de verbranding mag de patiënt in het begin meestal niet of nauwelijks drinken en eten. Dit komt onder meer omdat de maag minder goed werkt na een verbranding. Voor de patiënt kan dat moeilijk zijn, omdat hij meestal veel dorst heeft door het vochtverlies. Om misselijkheid en braken te voorkomen is het soms noodzakelijk om een slangetje in de maag in te brengen: de maagsonde. Als de patiënt, wanneer eten wèl is toegestaan, niet goed genoeg zelf eet, kan hij via de maagsonde gevoed worden. Urine Omdat het van belang is om de patiënt in een goede vochtbalans te houden, is niet alleen de vochttoediening van belang, maar moet ook gecontroleerd worden hoeveel vocht het lichaam verlaat. De afvoer van urine kan gecontroleerd worden door middel van een blaascatheter; een dun slangetje dat ingebracht wordt in de blaas. De vochtbalans Hiervoor is al gesproken over de vochtbalans. Door de verbranding kan die vochtbalans flink verstoord zijn, waardoor de patiënt er tijdelijk opgezwollen uit kan zien. Soms zelf zó, dat de patiënt zijn ogen niet of nauwelijks meer open kan doen. Schrik er niet van, ook al lijkt de patiënt opeens een ander gezicht te hebben. In de eerste dagen na de verbranding verdwijnt de zwelling weer. Om overmatige zwelling te voorkomen worden de armen en de benen hoog gelegd op kussens en wordt de patiënt halfzittend in bed verpleegd. Bloedafname Om de behandeling zo goed mogelijk te laten verlopen is controle van in het bloed aanwezige stoffen noodzakelijk. Daarom zal regelmatig bloed afgenomen worden. Nogmaals, de

12 toestand waarin de patiënt verkeert bepaalt welke behandeling gekozen moet worden. Daarnaast is de behandeling ook gericht op het voorkómen van problemen. De wondverzorging Als de patiënt opgenomen wordt en u in de familiekamer wacht, worden naast alle hierboven genoemde bezigheden natuurlijk ook de wonden bekeken en verbonden. Er wordt een schatting gemaakt van diepte en omvang van de wonden. Een behandelplan wordt opgesteld en later zonodig aangepast. Het kan zijn dat de patiënt één of meerdere malen geopereerd moet worden. Of dat zo is en wanneer dit moet gebeuren valt niet altijd vooraf te zeggen. Op de wonden gaat, als deze enigszins gereinigd zijn, witte zalf (Flammazine). Daaroverheen gaan zachte witte verbanden die op maat zijn geknipt. Alles wordt op zijn plaats gehouden door netverbanden.niet alleen bij opname, maar iedere ochtend opnieuw worden de wonden gewassen, gedesinfecteerd en verbonden. Dit kan voor de patiënt een onplezierige, angstige en pijnlijke gebeurtenis zijn. Daarom worden voor de verbandwisseling pijnstillers, en zonodig kalmerende middelen, toegediend. Het eerste bezoek Wanneer de acute opname achter de rug is zal de verpleegkundige samen met u naar de patiënt gaan. Degene waar u veel om geeft is verscholen achter verband en soms achter slangen en apparaten. Dat is niet altijd even makkelijk om te zien en het kan vele vragen oproepen. De verpleegkundige is er dan om u bij te staan. Vraagt u gerust. Als de verpleegkundige de vraag niet zelf kan beantwoorden zal hij weten wie dat wel kan en u doorverwijzen. Wat gebeurt er met je lichaam als je brandwonden hebt Bijna iedereen is in zijn leven wel eens in aanraking geweest met brandwonden. Meestal is dat van zo n kleine omvang dat een pleister of eventueel een behandeling door de huisarts voldoende is. Wanneer echter de brandwonden te uitgebreid of te

13 Informatieboekje voor familie en relaties Brandwondencentrum diep zijn, of wanneer er bijkomende complicaties zijn, dan is een ziekenhuisopname of zelfs opname in een gespecialiseerd centrum voor brandwonden noodzakelijk. Hieronder leest u in het kort wat brandwonden betekenen. De huid De huid is het grootste orgaan van het menselijk lichaam en heeft veel beschermende functies, zoals: bescherming tegen infecties van buitenaf; het vasthouden van vocht; het vasthouden van de lichaamstemperatuur. Door verbranding verliest de huid (een deel van) zijn belangrijke beschermende functie, met als gevolg: Er ontstaat infectiegevaar. Waar de huid defect is, kan hij geen bacteriën tegenhouden. Vanuit de brandwonden ontstaat vochtverlies. De huid kan daar het vocht niet tegenhouden. Het lichaam verliest veel warmte. De huid kan de temperatuur niet vasthouden. Afhankelijk van de situatie kan het daarom nodig zijn om de volgende maatregelen te nemen. Om infectie te voorkomen Het dragen van beschermende kleding door personeel en bezoekers. De patiënt verplegen in een ruimte waarin door middel van verschillen in de luchtdruk de bacteriën zoveel mogelijk buiten de deur gehouden worden: de zogenaamde box. Om warmteverlies te voorkomen De box of kamer wordt extra verwarmd en bevochtigd en neemt zo als het ware een stukje temperatuursregeling van de huid over.

14 Brandwondenziekte Niet alleen de huid is ziek bij een verbranding, maar ook de rest van het lichaam kan er ziek van worden. Misschien heeft u zich na het zonnebaden s avonds wel eens rillerig gevoeld. Dat was dan een reactie van de rest van het lichaam op de lichte verbranding van de huid. Hoe ernstiger de huid verbrand is, hoe ernstiger de effecten zijn voor de rest van het lichaam. Niet alleen de huid, maar ook de rest van het lichaam wordt ziek. De behandeling van brandwonden richt zich dan ook niet alleen op de brandwonden zelf, maar net zo goed op de rest van het lichaam. Angst en verwardheid In tegenstelling tot de meeste andere ongelukken is de patiënt vaak goed bij bewustzijn tijdens en na het ongeluk, waardoor de patiënt zich het ongeluk meestal goed kan herinneren. Herbeleving ervan komt veelvuldig voor. Daarover dromen is dan ook niet vreemd in het hele verwerkingsproces. De verpleegkundigen staan, samen met het begeleidingsteam, de patiënt hierin bij. Natuurlijk zijn ze er ook voor u, wanneer u zelf hulp bij het verwerken wilt hebben. De psychologen bieden individuele begeleiding aan patiënten, ouders en kinderen. Soms is een patiënt in het begin zó verward dat hij tijdelijk zelfs de meest bekende personen niet herkent. In die periode is het belangrijk om toch met de patiënt te praten over de dagelijkse dingen die thuis gebeuren. Het helpt ook door regelmatig te zeggen wie u bent, welke dag het is en hoe laat het is. Later zal de patiënt zich van deze periode weinig of niets meer herinneren. Het kan zijn dat de patiënt zo verward is dat het nodig is om kalmerende medicatie te geven of zelfs om de patiënt vast te binden. Dit wordt gedaan om te voorkomen dat hij zichzelf uitput en verwondt. Als vastbinden noodzakelijk is zal de behandeld arts u hiervan op de hoogte stellen. Wanneer het lichaam van de patiënt weer in evenwicht komt, realiseert de patiënt zich pas goed wat er is gebeurd. De lichamelijke handicaps die brandwonden met zich meebrengen,

15 Informatieboekje voor familie en relaties Brandwondencentrum maken het de patiënt meestal ook niet makkelijk. Afhankelijk van de plaats van de verbrandingen is hij meer, of minder, afhankelijk van zijn omgeving. Dat is niet eenvoudig te accepteren. Een patiënt met verbrande handen is bijvoorbeeld van een ander afhankelijk als hij wil eten. Een patiënt kan zich onder zijn verband misschien veilig voelen, maar blijft toch met de vraag zitten hoe hij er straks uit zal zien. Dit vraagt van iedereen om hem heen, zowel van u als het behandelteam, veel tijd, begrip en ondersteuning. Het behandelteam geeft geen antwoord op alle vragen. Op persoonlijke vragen zoals bijvoorbeeld wat zullen de kinderen er van vinden, of wat betekent het voor mijn werk kunt u als naaste waarschijnlijk beter antwoord geven. Bij iedereen en in elke relatie zal dat weer anders liggen. Toch hoeft u hiermee niet alleen te staan. Ook bij dit soort vragen kunt u een beroep doen op het team. Samen met hen kunt u naar het beste antwoord zoeken. Hoe ondeskundig u zich misschien ook voelt, als schakel tussen de patiënt en de vertrouwde buitenwereld bent u onmisbaar voor het genezingsproces! Pijn Brandwonden kunnen veel pijn doen. Voor iedereen is dat anders. Niet alleen omdat de wond anders is, maar ook omdat ieder mens anders is. Onze visie op pijn is: Pijn is wat de patiënt zegt wat het is op het moment dat de patiënt zegt dat het er is. Patiënten krijgen altijd pijnstilling in een basisdosering die zonodig uitgebreid kan worden. Bij de verbandwisseling wordt extra pijnstilling gegeven. Daarmee is die pijn niet altijd volledig weg te nemen, maar wel draaglijk te maken. Ook door middel van ontspanningsoefeningen en afleiding wordt getracht de pijn beleving te beïnvloeden. Onderzoek Aan de behandeling van brandwonden wordt nog steeds veel veranderd. Het brandwondencentrum beschikt over een onderzoeksteam dat hard werkt aan de verbetering van de kwaliteit van de therapie en de littekens. De patiënt en zijn naasten krijgen daar tijdens en na de opname veel mee te maken.

16 Zo zal de patiënt merken dat er veel aandacht wordt besteed aan het registreren van de wonden en wondgenezing door middel van foto s en video-opnames. Ook kan gevraagd worden om mee te werken aan een onderzoek. Soms is voor een onderzoek schriftelijke toestemming van de patiënt nodig. In alle gevallen zal duidelijk uitgelegd worden waarom het gaat. Hoe verder in de toekomst Het is bij opname meestal niet te zeggen hoe de patiënt er later uit zal zien. De littekenvorming is bij iedereen anders! Ook is bij opname niet in te schatten of, en in hoeverre, de patiënt later gehandicapt zal zijn. Het is afhankelijk van het lichaam zelf, de conditie van de patiënt, de wil en energie om te oefenen en natuurlijk de diepte en omvang van de verwonding. Wij beseffen dat ook uzelf als partner, ouder, familielid of relatie veel vragen kunt hebben. Stel ze aan de verpleegkundige hij/zij zal weten hoe u te helpen of door te verwijzen. Niet alle vragen kunnen direct beantwoord worden, probeer voorlopig alleen de nabije toekomst te bekijken. Belangrijk is ook om gevoelens van schuld, verdriet, verwijt of opstandigheid te uiten. Ze horen erbij, ook u heeft uw verwerkingsproces. Het is ook voor u mogelijk om in contact met een psycholoog van onze afdeling te komen. Naast een zo goed mogelijke genezing van de brandwonden, is de behandeling er ook op gericht om de patiënt zo snel mogelijk weer zelfstandig te laten functioneren. De patiënt wordt daarom aangemoedigd zelf zo veel mogelijk te doen, om op die manier zo snel mogelijk zijn zelfstandigheid terug te krijgen. Dat lijkt soms hard of onattent, maar in dit geval is het écht zo, dat het behandelteam de patiënt niet helpt door dingen van hem over te nemen die hij zelf moet gaan doen. Tot slot Misschien lijkt na het lezen van dit boekje of het leven in het brandwondencentrum alleen bestaat uit een aaneenschakeling van deskundig handelen, deskundige begeleiding, angstige patiënten en bedrukte familieleden en relaties. Toch is er naast dit alles ook

17 Informatieboekje voor familie en relaties Brandwondencentrum hoop en vertrouwen in de toekomst. De patiënt, zijn relaties en het behandelteam maken samen de fasen van vooruitgang en herstel mee, de blijdschap over het teruggaan naar huis. Samen zijn veel problemen te overwinnen. Het behandelteam hoopt, dat dit boekje u duidelijkheid verschaft en door een aantal vragen heen helpt. Niet alles is beantwoord, schroom niet, vraag het ons! Medewerkers en medische staf Brandwondencentrum Raad van Bestuur. Lijst van adressen en telefoonnummers Brandwondencentrum Vondellaan LE Beverwijk tel fax b2sec@rkz.nl Kiwanishuis Mevr. R. van Rijn-Rozeman Beeckzanglaan LE Beverwijk tel Vereniging van mensen met brandwonden (VBP) Mevr. M. Schutte Postbus AG Beverwijk tel info@brandwonden.nl

18 Nederlandse Brandwonden Stichting Zeestraat AJ Beverwijk tel fax Stichting Kind en Brandwond Postbus AM Beverwijk tel BEZOEKTIJDEN: 13.00uur tot 21.00uur Telefoonnummer BWC:

19 Redactie: Afdeling Communicatie en Afdeling Brandwondencentrum Vondellaan LE Beverwijk Foto: Robert Koelewijn - JuistInBeeld.nl T : +31 (0) W : rkz.nl /RKZ.BrandwondencentrumBeverwijk /RodeKruisZH /company/rode-kruis-ziekenhuis Zorg van de Zaak Het RKZ maakt deel uit van het Zorg van de Zaak Netwerk. HD NL