onderzoek stikstofdepositie naar aanleiding van ophoging duin Neeltjesnol

Transcriptie

1 M+P MBBM groep Mensen met oplossingen Visserstraat 50 Aalsmeer Postbus AH Aalsmeer MEMO Wolfskamerweg 47 Vught Postbus CB Vught Aan T.a.v. Adviesburo Marcel Uriot BV Marcel Uriot Van Telefoon Kenmerk URIOT Datum 12 april 2016 Aantal pagina s 6 Onderwerp onderzoek stikstofdepositie naar aanleiding van ophoging duin Neeltjesnol Geachte heer Uriot, In voorliggende memo presenteren wij de uitgangspunten en resultaten van het door ons uitgevoerde onderzoek naar stikstofdepositie ten gevolge van het herstelplan Neeltjesnol te Den Hoorn op Texel. In dit plan wordt het duin Neeltjesnol opgehoogd tot het oorspronkelijke niveau. Achtergrond Tot 1956 was Neeltjesnol het hoogste duin in de omgeving. De bovenste helft van het duin werd in dat jaar gebruikt voor het ophogen van de zeewering. Vanwege de cultuurhistorische waarde is besloten om Neeltjesnol weer op de oorspronkelijke hoogte terug te brengen en weer beeldbepalend voor de omgeving te laten zijn. Neeltjesnol is gelegen op de grens van de Natura 2000-gebieden Waddenzee en Duinen en Lage Land Texel en de afgraaflocatie van het zand ligt op de grens van de gebieden Noordzeekustzone en Duinen en Lage Land Texel (zie figuur 1). In deze gebieden bevinden zich belangrijke habitattypen en diersoorten die gevoelig zijn voor verzuring en vermesting door stikstofdepositie. Om deze reden is het nodig om de stikstofdepositie van het project in de Natura 2000-gebieden te bepalen. M+P raadgevende ingenieurs BV Lid NLingenieurs ISO 9001 gecertificeerd

2 pagina 2 6 figuur 1 Afgraaflocatie (l.) en locatie Neeltjesnol (r.), bron: AERIUS Calculator Activiteiten Het werk bestaat uit het ontgraven van zand uit een depot gelegen langs het slag van Paal 17 te Den Burg op Texel. Circa kubieke meter zand zal worden getransporteerd met behulp van moderne 4x4-vrachtwagens naar de locatie bij de Neeltjesnol. Uitgaande van een capaciteit van 6 kubieke meter per vrachtwagen zullen er circa 350 ritten worden gemaakt. Naar verwachting zullen alle transporten voltooid zijn in 1 tot 1,5 dag. Het zand zal worden ontgraven en verwerkt met een moderne rupskraan. Om het zand te kunnen storten op het duin wordt een oprit met een lengte van circa 75 meter gemaakt met aangevoerd zand. Voor het ontgraven hebben we een bedrijfsduur aangehouden van 12 uur. Voor het verwerken van het zand op het duin en werkzaamheden aan de oprit hebben we gerekend met een bedrijfsduur van 16 uur. Er worden geen ontgravingen in het projectgebied gedaan. Na voltooiing van de verhoging van het duin wordt (handmatig) helm op het aangebrachte zand ingeplant.

3 pagina 3 6 Emissies In AERIUS is 365 het minimale aantal voertuigbewegingen per jaar dat ingevoerd kan worden. De 350 ritten met de 4x4-vrachtwagens zijn dus naar boven afgerond. In tabel I zijn de emissies van de vrachtwagens weergegeven. tabel I Emissies van 4x4 vrachtwagens (EURO 6 en minder dan 20 ton, bron 1) grootheid waarde ritten per jaar [-] 365 afstand [km] 10,8 voertuigkilometers [km/jaar] 3942 emissiefactor NO x [g/km] 0,39 NH 3 [mg/km] 3,00 emissie NO x [kg/jaar] 1,55 NH 3 [kg/jaar] 0,01 Voor de emissies van de rupskranen zijn de standaard emissies uit AERIUS gehanteerd voor graafmachines van 200 kw met een bouwjaar vanaf In tabel II zijn de emissies weergegeven. tabel II Emissies van rupskraan (2 stuks graafmachine 200 kw, bouwjaar vanaf 2011) grootheid rupskraan ontgraving bron 2 rupskraan verwerking bron 3 vermogen [kw] belasting 60% 60% draaiuren [uur/jaar] emissiefactor NO x [g/kwh] 2,9 2,9 emissie NO x [kg/jaar] 4,18 5,57 De totale emissie van het project komt hiermee op 11,3 kg NO x (per jaar) en 0,01 kg NH 3 (per jaar).

4 pagina 4 6 Wettelijk kader De Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) is in 2009 geïntroduceerd als onderdeel van Natura 2000 vanwege knelpunten bij de verlening van vergunningen voor economische activiteiten. De depositie door de nieuwe activiteiten bleek een bedreiging voor de natuurdoelen waaraan Nederland zich in de Europese Unie heeft verbonden. De PAS bevat enerzijds maatregelen om de bedreigde habitattypes te versterken en dient er anderzijds toe om meer ruimte te creëren voor nieuwe economische ontwikkelingen als landbouw, verkeer en industrie. Voor de gevoelige habitats in de Natura 2000-gebieden is de kritische depositiewaarde (KDW) vastgesteld. Boven deze waarde is er kans op aantasting van de kwaliteit van de habitat door het verzurende en/of vermestende effect van de stikstofdepositie. AERIUS is de tool waarmee binnen de PAS gerekend kan worden en waarmee de ontwikkelingsruimte wordt beheerd. In het geval van een nieuwe activiteit dient met AERIUS de stikstofdepositie berekend te worden. Er kan sprake zijn van de volgende situaties: Indien de depositie kleiner is dan 0,05 mol per hectare per jaar is de activiteit vergunningsvrij. Als de depositie groter is dan 0,05 mol per hectare per jaar, maar voldoet aan de grenswaarde (1 mol/ha/jaar) en de activiteit in een meldingsplichtige categorie valt, dient de activiteit met AERIUS gemeld te worden. Indien meer dan 95% van de beschikbare ontwikkelingsruimte is uitgegeven wordt de grenswaarde verlaagd van 1 mol/ha/jaar naar 0,05 mol/ha/jaar. Op het moment van schrijven van dit document is de grenswaarde in alle relevante Natura gebieden 1 mol/ha/jaar. Wanneer de depositie groter is dan de grenswaarde, is de activiteit vergunningplichtig in het kader van de Natuurbeschermingswet. De meldingsplichtige categorieën zijn: Vergunningsaanvraag of wijziging voor inrichtingen bestemd voor landbouw, industrie Het gebruik van gemotoriseerde voertuigen voor wedstrijden. Het plaatsen van extra landbouwhuisdieren in een inrichting bestemd voor landbouw. Aanleg of wijziging van infrastructuur voor gemotoriseerd weg-, spoorweg-, vaarweg- of luchtvaartverkeer. De activiteiten van het herstelplan Neeltjesnol vallen niet in één van deze categorieën. Berekeningen De berekeningen zijn uitgevoerd in AERIUS Calculator. Met dit model is de verspreiding van verontreinigende stoffen in de lucht berekend. Aansluitend is met het model berekend hoeveel van die stoffen per hectare op bodem of gewas terechtkomt (depositie). Met AERIUS worden natte en droge depositie separaat berekend en gesommeerd tot de totaaldepositie. De depositieberekeningen zijn uitgevoerd voor NO x (stikstofoxiden) en NH 3 (ammoniak) op rekenpunten die door AERIUS zijn vastgesteld. Dit onderzoeksgebied kan alle relevante Natura 2000-gebieden in Nederland en enkele buiten onze landgrenzen bevatten.

5 pagina 5 6 In de berekeningen is gebruik gemaakt van de volgende parameters: de ruwheidslengte van de omgeving van de inrichting is automatisch door AERIUS bepaald aan de hand van onder andere het Landelijk Grondgebruiksbestand Nederland (LGN6). de berekeningen zijn uitgevoerd voor het zichtjaar 2016 (relevant voor bepaling van achtergrondconcentraties), hierdoor is gebruik is gemaakt van de meerjarig gemiddelde statistische meteorologische gegevens ( ) van meteostations Schiphol en Eindhoven. het betreft een tijdelijk project met een duur van 1 jaar; de werkelijke projectduur is 1 tot 1,5 dag; de emissies zijn in het model verdeeld over een kalenderjaar. figuur 2 Locatie van bronnen, bron: AERIUS Calculator Resultaten Uit de berekeningen met AERIUS Calculator volgt dat de hoogst berekende stikstofdepositie 0,07 mol per hectare per jaar bedraagt in Duinen en Lage Land Texel en Noordzeekustzone in de omgeving van de afgraaflocatie. Er wordt voldaan aan de grenswaarde van 1 mol per hectare per jaar. Op deze locatie wordt bovendien de kritische depositiewaarde niet overschreden en is dus geen sprake van een overbelasting. In de overige Natura 2000-gebieden is de stikstofdepositie kleiner dan 0,05 mol per hectare per jaar. We concluderen dat voor het herstelplan geen vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet aangevraagd hoeft te worden.

6 pagina 6 6 Omdat het herstelplan niet binnen één van de meldingsplichtige categorieën valt, hoeft geen melding met AERIUS Calculator gedaan te worden. Voor de volledige invoergegevens en rekenresultaten van het model verwijzen wij naar de AERIUS bijlage met kenmerk RmfcRmNkGg5X (11 april 2016).