Tweede Kamer der Staten-Generaal

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Tweede Kamer der Staten-Generaal"

Transcriptie

1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar Wijziging van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers (geweld tegen derden) Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING 1. Algemeen 7.7. Inleiding Op 11 december 1991 heb ik de Tweede Kamer bij brief (Kamerstukken II 1990/91, XVI, nr. 38) een inventarisatie doen toekomen van wensen en argumenten van een aantal Indische organisaties inzake het opnemen van een zogenoemde «Indische paragraaf» in de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers (Wuv) en de Wet uitkeringen burger oorlogsslachtoffers (Wubo). De door deze organisaties naar voren gebrachte wensen hadden betrekking op de wetgeving, de toepassing en uitvoering van de Wuv en Wubo, alsmede de immateriële hulpverlening. Een van de onderwerpen op het terrein van de wetgeving betrof de wens om degenen, die psychisch letsel hebben opgelopen door de confrontatie met oorlogsmisdrijven en ander geweld tegen derden, onder de werking van de Wubo te brengen. Het gaat hierbij in het bijzonder om personen, die in de na-oorlogse periode in het voormalig Nederlands-lndië bij de executie van familieleden aanwezig waren of de moord op familieleden ontdekten. Bij brief van 16 april 1992 (Kamerstukken II 1991/92, XVI, nr. 117) heb ik de Tweede Kamer mijn standpunt bericht inzake het opnemen van een «Indische paragraaf» in de Wuv en Wubo, waarbij ik heb aange kondigd de noodzaak tot wetswijziging ten aanzien van bovengenoemd onderwerp te zullen onderzoeken. In aansluiting daarop heb ik de Tweede Kamer bij brief van 2 februari 1993 (Kamerstukken II 1992/93, XVI, nr. 72) medegedeeld dat nader onderzoek vanuit mijn ministerie de noodzaak had uitgewezen de categorie jeugdig-getraumatiseerden wegens psychisch letsel door het geweld tegen derden alsnog onder de werking van de Wubo te brengen. Dienovereenkomstig wordt in het voorliggende wetsvoorstel de doelgroepomschrijving in de Wubo met een categorie aangevuld. Die categorie bestaat uit degenen, die tijdens de bezetting van Nederland en het voormalig Nederlands-lndië in de oorlogsjaren , of bij de ongeregeldheden in het voormalig Nederlands-lndië in de jaren , als burger op jeugdige leeftijd psychisch letsel hebben F ISSN Sdu Uitgeverii Plantijnstraat 's-gravenhage 1994

2 opgelopen door de confrontatie met ernstige geweldpleging tegen derden en ten gevolge van dat letsel blijvend invalide zijn geworden. Die ernstige geweldpleging kan doodslag, executie of zware mishandeling omvatten Noodzaak tot wetswijziging in de praktijk gebleken Artikel 2, eerste lid, van de Wubo geeft een omschrijving van het begrip «burger-oorlogsslachtoffer». In de onderdelen a en b van dat artikel wordt het burger-oorlogsslachtoffer gedefinieerd als degene, die tijdens de oorlogsjaren als burger lichamelijk of psychisch letsel heeft opgelopen en ten gevolge van dat letsel blijvend invalide is geworden of is overleden. Onderdeel c noemt degene, die tijdens de oorlogsjaren als burger lichamelijk letsel heeft opgelopen en ten gevolge van dat letsel blijvend invalide is geworden of is overleden. Onderdeel a vereist dat het letsel is opgelopen bij met de krijgsverrich tingen direct verbonden handelingen of omstandigheden. Voor onderdeel b moet het burger-oorlogsslachtoffer het letsel hebben opgelopen door tegen hem persoonlijk gerichte handelingen of maatregelen van de bezetter. Onderdeel c stelt tenslotte als vereiste dat het letsel is opgelopen bij tegen derden gerichte handelingen van de bezetter. Artikel 2, eerste lid, onderdelen a tot en met c, van de Wubo, geeft met andere woorden in de omschrijving van het begrip «burger oorlogsslachtoffer» de vereiste relatie aan tussen de invaliditeit en het ondergane oorlogsgeweld, te weten: oorlogsgeweld tegen burgers in het algemeen, op de persoon gericht oorlogsgeweld en oorlogsgeweld tegen derden. Voorts wordt bepaald dat de Wubo niet alleen de Tweede Wereldoorlog in de jaren bestrijkt, maar ook de na-oorlogse jaren in het voormalige Nederlands-lndië. Ten aanzien daarvan wordt in onderdeel e gesproken van: «ongeregeldheden die zich nauw aansluitend aan de oorlog tot 27 december 1949 aldaar hebben voorgedaan en die naar aard en gevolgen vergelijkbaar zijn met de omstandigheden bedoeld onder a, b of c». Bij de toepassing van onderdeel e volgt de Raadskamer Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers (Raadskamer Wubo) van de Pensioen-en Uitkeringsraad (PUR) het beleid dat de «ongeregeldheden» als hier bedoeld kwalitatief en beleidsmatig moeten stroken metde uitgangs punten die ook zijn aangenomen voor de Nederlandse situatie. Dit houdt in dat er bij de toepassing van de wet met betrekking tot Nederlands-lndië sprake moet zijn van concrete gebeurtenissen als: (a) beschietingen, bombardementen, schermutselingen met Japanse of republikeinse gewapende groepen of (b) gevangenneming, overvallen door gewapende extremistische groepen, gedwongen verblijf in extremistenkampen, mishandeling of verplichte tewerkstelling. In artikel 2, eerste lid, onder a en b, waar het betreft oorlogsgeweld tegen burgers in het algemeen of op de persoon gericht oorlogsgeweld, wordt gesproken over lichamelijk öf psychisch letsel. In tegenstelling daarmee wordt bij het oorlogsgeweld tegen derden in onderdeel c alleen lichamelijk letsel genoemd. De memorie van toelichting vermeldt in dat verband: «bij het bepaalde in het eerste lid, onder c, is in het bijzonder gedacht aan degenen die bij handelingen van de bezettende machttegen derden zijn getroffen door kogels die niet voor hen bedoeld waren.» Zoals de Indische organisaties ook naar voren hebben gebracht, betekent dit dat degenen die psychisch letsel hebben opgelopen door de confrontatie met geweld tegen derden, niet onder de Wubo vallen. In situaties dat derden zijn gedood of ernstig mishandeld en betrokkene zijn aanvraag baseert op door hem daarbij opgelopen psychisch letsel, beoordeelt de Raadskamer Wubo mede of het geheel van de omstandig

3 heden (en derhalve ook de aanvraag) onder het eerste lid, onder a of b, van de wet kan worden gebracht. Indien toepassing van deze bepalingen niet mogelijk is wordt de aanvraag afgewezen, omdat erkenning op grond van het eerste lid, onder c, uitsluitend kan plaatsvinden indien er sprake is van lichamelijk letsel. Bij deze wetstoepassing volgt de Raadskamer Wubo wel de interpretatie dat gedwongen confrontatie met geweld tegen derden kan worden aangemerkt als een tegen de persoon gerichte handeling en als zodanig onder de werking van artikel 2, eerste lid, onder b, valt. De Raadskamer hanteert daarbij echter strikt het vereiste van dwang, waaronder betrokkene getuige van het geweld werd. In de praktijk van de wetstoepassing is gebleken, dat enige navrante gevallen van psychisch letsel ten gevolge van geweld tegen derden, wegens het ontbreken van het vereiste dwangaspect, niet onder onderdeel b konden worden gebracht en derhalve dienden te worden afgewezen. Zij hadden zowel betrekking op de situatie in bezet Nederland als in Nederlands-lndië. Ten aanzien van dat laatste ging het om geweld van een uitzonderlijke wreedheid tijdens de bezetting of excessen tijdens revolutie en guerilla-oorlog. De gevallen betroffen bijvoorbeeld degene, die als kind bij thuiskomst onverhoeds ontdekte dat het gehele gezin was vermoord, of van school op weg naar huis getuige was van een groeps executie; andere voorbeelden betroffen de persoon, die als kind plotseling geconfronteerd werd met bruut geweld tegen de ouder(s), of door een samenloop van omstandigheden getuige was van het sexueel misbruikt worden van de moeder. Deze begrenzing van de mogelijkheid tot toepassing van de Wubo vind ik onbevredigend, omdat het bij deze categorie slachtoffers kennelijk gaat om jeugdig-getraumatiseerden. Zij kunnen aanmerkelijk meer dan toenmalige volwassenen onder dergelijke schokkende ervaringen hebben geleden. Op het essentiële belang van dat verschil kom ik hieronder nog terug Noodzaak tot wetswijziging vanwege overeenkomst met verwante wetgeving Tijdens de behandeling van het Wubo-wetsontwerp in de Tweede Kamer in 1983 is de kwestie van het niet opnemen van psychisch letsel, opgelopen bij geweld tegen derden, diverse malen ter discussie gesteld. Bij de mondelinge behandeling werd tevergeefs gepleit vóór het opnemen van psychisch letsel (Handelingen II 1983/84, blz ; 69-84; ; 849). Daarbij werd het voorbeeld aangehaald van een persoon die als getuige van een represaillemaatregel tegen een familielid ernstig psychisch letsel had opgelopen. Het wetsvoorstel werd op dit punt evenwel verdedigd met de stellingname dat, bij opneming van psychisch letsel in het desbetreffende onderdeel c, een geheel nieuwe doelgroep zou ontstaan. Gesteld werd dat het bij onderdeel c gaat om slachtoffers van ongelukken en uitdrukkelijk niet om personen die «alleen maar» getuige van dit soort ongelukken zijn geweest. Het aangehaalde voorbeeld werd aangeduid als een situatie waarop de Wuv en de Wet buitengewoon pensioen (Wbp) betrekking zouden hebben. Achteraf bezien valt op die stellingname wel iets af te dingen. Reeds door de beperkingen naar plaats en tijdvak in het toepassingsbereik van de Wuv en de Wbp vallen de door de Indische organisaties in het bijzonder bedoelde groep slachtoffers die in het voormalig Nederlands Indië tijdens de ongeregeldheden in de periode psychische schade hebben opgelopen bij de confrontatie met gewelddaden tegen derden, buiten het bereik van die wetten.

4 Dat neemt niet weg dat de problematiek van de personen, die als kind psychisch letsel hebben opgelopen door de confrontatie met openlijke geweldpleging tegen derden, inderdaad wel degelijk overeenkomt met de problematiek van de slachtoffers van derden-vervolging. In het kader van de Wuv bestaat de mogelijkheid om laatstgenoemde personen met toepassing van de hardheidsclausule tot de wet toe te laten. Dan moet met name worden gedacht aan degenen, die als jonge kinderen het met bruut geweld wegvoeren en het niet terugkeren van naaste familieleden als gevolg van de vervolging in Nederland of in Nederlands-lndië hebben meegemaakt. Voor de Nederlandse situatie zij daarbij vooral gedacht aan de zogenoemde «kinderen van gemengd gehuwden». Het beleid van de Raadskamer Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers (Raadskamer Wuv) met betrekking tot deze categorie kan als volgt worden samengevat. Als hoofdregel geldt dat de omstandigheden waaronder de betrokkenen tijdens de bezetting hebben geleefd zich duidelijk ongunstig moeten hebben onderscheiden van die van hun «categoriegenoten». Daartoe gold aanvankelijk de absolute voorwaarde van de «lijfelijke» aanwezigheid van het kind bij de gewelddadige arrestatie van de ouder. De Raadskamer Wuv is in 1988 teruggekomen van deze absolute voorwaarde van de directe aanwezigheid bij die calamiteit, gelet op het hele complex van gebeurtenissen dat een rol speelt rond het wegvoeren van die ouder. Indien de ouder als gevolg van de vervolging is omgekomen, acht de Raadskamer het redelijk - als regel mede in reiatie tot de vrees van het kind voor eigen vervolging - op grond van het totaalbeeld te aanvaarden dat de ervaring met het wegvoeren van de ouder zodanig traumatiserend kan hebben gewerkt dat er tenminste voldoende aanleiding is om medisch onderzoek te doen instellen naar de vraag of zich in casu psychisch letsel heeft geopenbaard. Naast deze hoofdregel voor het beleid van de Raadskamer Wuv is voor de toepasselijkheid van de Wuv ten aanzien van de jeugdig-getroffen slachtoffers van derden-vervolging in Nederlands-lndië nog een ander aspect relevant. Het wettelijk omschreven bereik van de Wuv gaat niet verder dan de vijandelijke, in het geval van de situatie in het voormalig Nederlands-lndië dus Japanse, bezetting. In de jurisprudentie is bevestigd dat bijvoorbeeld de na-oorlogse Bersiap-periode buiten dat bereik valt. In uitzonderlijke gevallen is het in principe mogelijk om met toepassing van de hardheidsclausule het wettelijk bereik enigszins te verruimen. Bij die verruiming kan volgens de memorie van antwoord uit 1972 in dit geval worden gedacht aan: «vervolgden in het voormalig Nederlands-lndië die aansluitend of nagenoeg aansluitend aan de gevangenschap tijdens de Japanse bezetting, na de capitulatie getroffen werden door maatregelen van extremisten». Voor de jeugdig-getroffen slachtoffers van derden «vervolging» tijdens de na-oorlogse ongeregeldheden in Nederlands-lndië staat deze verruiming echter niet open, omdat er geen sprake is van aansluiting op reeds tijdens de Japanse bezetting ondergane persoonlijke vervolging. In de Wbp bestaat een soortgelijke mogelijkheid om jeugdig-getroffen slachtoffers van verzet door derden, met toepassing van artikel 3 van het koninklijk besluit van 8 juli 1978, Stb. 422, (het zogenaamde Gelijkstellings besluit), onder de werkingssfeer van de wet te brengen. Het Gelijkstellingsbesluit maakt het mogelijk om aan andere categorieën dan degenen «die tijdens de vijandelijke bezetting van het Rijk in Europa door daad of houding hebben deelgenomen aan het binnenlands verzet» een buitengewoon pensioen toe te kennen. Ingevolge artikel 2, aanhef en onder 3, van genoemd besluit worden degenen, die binnen Europa in verband met het verzet van derden, lichamelijk letsel hebben bekomen

5 danwel het leven hebben verloren met de verzetsdeelnemer gelijkgesteld. Krachtens artikel 3 kunnen met de in artikel 2 genoemde categorieën worden gelijkgesteld zij, wier omstandigheden tijdens de oorlogsjaren een zodanige overeenkomst vertonen met die van personen behorende tot de in artikel 2 genoemde categorieën, dat het niet van toepassing verklaren van dit besluit een klaarblijkelijke hardheid zou zijn. Hoewel in het Gelijkstellingsbesluit slechts gesproken wordt van «lichamelijk letsel» is naar aanleiding van het in 1978 verschenen rapport van het Werk en Adviescollege immateriële hulpverlening aan oorlogs getroffenen (WAC) één uitzondering gemaakt op de uitsluiting van personen met psychisch letsel en wel voor de zogenaamde tweede generatie slachtoffers (Kamerstukken II 1979/80, , nr. 2). Het WAC-rapport rekent hiertoe alleen de kinderen van verzetsdeelnemers die geboren zijn tussen 1928 en 1945 en dus bij het einde van de oorlog 17 jaar of jonger waren. Belangrijk zijn daarbij de omstandigheden waarin de kinderen tijdens de oorlog in verband met het verzet van de ouders verkeerden. In navolging hiervan is in de toepassingspraktijk, met inachtneming van de beperkingen in het Gelijkstellingsbeluit, een op bovengenoemde categorie afgestemd beleid ontwikkeld. De Raadskamer Wetten buiten gewoon pensioen (Raadskamer Wbp) past de hardheidsclausule toe op diegenen, die in hun jeugd in verband met het verzet van (een van) hun ouders gebeurtenissen of omstandigheden hebben meegemaakt, die voor jonge kinderen in beginsel psychisch laederend worden geacht. Daarbij kan worden gedacht aan het als kind getuige zijn van gewelddadige arrestatie, ernstige mishandeling dan wel executie. Daarbij moet er volgens de Raadskamer Wbp tevens een duidelijke binding van betrokkene met de verzetsdeelnemer zijn, die blijkt uit de feitelijke omstandigheden, zoals de familierelatie, het zijn van huisgenoot. Afhankelijk van de algehele situatie en afgezet tegen de achtergrond van de algemene oorlogsomstandigheden kan in individuele gevallen geconcludeerd worden dat de levensomstandigheden van het toenmalige jonge kind ernstig zijn verstoord. Er is dus een opvallende overeenkomst in de geschetste problematiek ten aanzien van de Wubo en het toepassingsbeleid voor Wuv en Wbp met betrekking tot jonggetroffen slachtoffers van derden-geweld. Zowel voor de groep die door de Indische organisaties onder de aandacht is gebracht als voor kinderen van vervolgden en verzetsdeelnemers, gaat het om de uitzonderlijke positie van de oorlogsinvaliden die op jeugdige tot zeer jeugdige leeftijd met ernstige geweldpleging werden geconfronteerd. Voor wat de confrontatie met ernstig geweld betreft verschilt hun positie kennelijk, zoals blijkt uit het toepassingsbeleid in de Wbp, ten opzichte van degenen die als volwassene die confrontatie ondervonden. Daarmee wordt zowel door de Raadskamer Wuv als door de Raadskamer Wbp impliciet aanvaard dat de jeugdig-getroffenen meer onder die confrontatie hebben geleden dan de volwassenen. Gezien die overeenkomst met jonggetroffen slachtoffers van derden vervolging en derden-verzet acht ik het wenselijk ook de Wubo open te stellen voor de jeugdig-geïnvalideerden in verband met psychisch letsel ten gevolge van de ervaring met ernstig geweld tegen derden. De wetgever kan hier niet voorbijgaan aan de minimale verschillen in de feitelijke ervaringen van de jeugdig-getroffenen en de nauwe verwant schap tussen de Wuv en de Wubo Voorgestelde wetswijziging De essentie van het in artikel 2 gedefinieerde begrip burger

6 oorlogsslachtoffer blijkt onder rneer uit de memorie van toelichting in samenhang met de memorie van antwoord bij het Wubo-ontwerp. De memorie van toelichting meldt: «Het onderhavig wetsontwerp richt zich op een duidelijk omschreven doelgroep, namelijk op degenen die tijdens de oorlogsjaren als direct gevolg van uiterlijk oorlogsgeweld invalide zijn geworden». De memorie van antwoord preciseert dan die definitie met de toevoeging: «... die personen voor wie deze wet is bedoeld, namelijk degenen van wie met een redelijke mate van zekerheid kan worden aangenomen dat zij aanmerkelijk meer dan anderen als burger onder de oorlogsomstandigheden hebben geleden» (Kamer stukken II 1982/83, , nr. 3, blz. 3, en nr. 6, blz. 6). Ik heb derhalve in het voorliggende voorstel een onderscheidend criterium gekozen dat is afgestemd op die essentie van het begrip burger-oorlogsslachtoffer, te weten: degenen die, als burger, als direct gevolg van uiterlijk oorlogsgeweld invalide zijn geworden en van wie met een redelijke mate van zekerheid kan worden aangenomen, dat zij aanmerkelijk meer dan anderen onder de oorlogsomstandigheden hebben geleden. Die essentie blijft intact wanneer, wat psychisch letsel wegens geweld tegen derden betreft, uitsluitend de specifieke groep van jeugdig-getroffen slachtoffers van derden-geweld onder het bereik van de Wubo gebracht wordt. Van hen kan, blijkens de toepassing in de Wuv en Wbp, aangenomen worden dat zij aanmerkelijk meer dan anderen onder de oorlogsomstandigheden hebben geleden. Ten opzichte van de totale groep potentiële belanghebbenden luidt het onderscheidend criterium dat deze jong-getroffenen als kind, dus op jeugdige tot zeer jeugdige leeftijd, zijn geconfronteerd met doodslag, executie of ernstige mishandeling van derden. Bij uitstek deze jong-getroffenen ondervonden ingrijpende gevolgen van de schokkende ervaringen die hier worden bedoeld. Het oplopen van psychisch letsel door de confrontatie met dusdanige vormen van derden-geweld kan in het kader van de doelgroepomschrijving in de Wubo beschouwd worden als een direct gevolg van uiterlijk oorlogs geweld. Afstemming op de essentie van het begrip burger-oorlogsslachtoffer brengt voorts met zich mee, dat ik heb afgezien van het stellen van een nadere eis ten aanzien van de binding van het slachtoffer met de derde. De meeste gevallen zullen kinderen betreffen, die geconfronteerd worden met geweld tegen (een van) de ouders of andere huisgenoten. Het is echter niet uitgesloten, zoals is gebleken in de toepassingspraktijk in de Wubo, dat er zich situaties kunnen voordoen waarbij, ook al is er geen emotionele band met de derde, er sprake is van direct opgelopen ernstige psychische schade bij het kind ten gevolge van de confrontatie met extreem derden-geweld. Ten aanzien van deze - overigens zeer incidentele - gevallen kan evenzeer gesproken worden van direct gevolg van uiterlijk oorlogsgeweld. In het voorliggende wetsvoorstel is dit criterium vervat in een nieuw onderdeel d in de wettelijke doelgroepomschrijving. In dat nieuwe onderdeel wordt onder burger-oorlogsslachtoffer (tevens) degene verstaan, die tijdens de oorlogsjaren als burger op jeugdige leeftijd psychisch letsel heeft opgelopen door de confrontatie met ernstige geweldpleging, ten gevolge van welk letsel hij blijvend invalide is geworden; dat ernstige geweld kan bestaan uit doodslag, executie dan wel zware mishandeling van derden. Het huidige onderdeel e wordt ook voor dit nieuwe onderdeel de schakel met de na-oorlogse jaren in Nederlands-lndië tot 27 december Adviezen Het voorontwerp voor dit wetsvoorstel is aan de PUR, de Raadskamer

7 Wubo, de Stichting Burger-oorlogsgetroffenen (SBO) en de Stichting Pelita ter advisering voorgelegd. Met instemming is gereageerd op het voornemen de Wubo open te stellen voor personen die door geweld tegen derden psychisch zijn gelaedeerd. Wel werden er inhoudelijke kanttekeningen geplaatst bij de wijze waarop in het voorontwerp aan dit voornemen uitwerking was gegeven. De PUR achtte aansluiting, zoals in de memorie van toelichting is weergegeven, bij de regelingen krachtens de Wbp en de Wuv in de rede liggen. Bevestigd werd dat de gelijkstelling van leden van de desbetref fende groep zich wat betreft de Wuv inderdaad concentreert op degenen die de calamiteit als kind hebben ondervonden. Zulks houdt volgens de PUR direct verband met het ervaringsfeit dat traumatiserende gebeurte nissen het diepst en duurzaamst plegen in te grijpen bij nog jeugdige personen. Wel werd gewezen op het feit dat in het kader van de hardheidsbepaling het niet uitgesloten is dat ook de aanvragen van oudere personen kunnen worden gehonoreerd. De Raadskamer Wubo, de Stichting Pelita en SBO hadden zelfs ernstig bezwaar tegen het voornemen om het wetsvoorstel te beperken tot jeugdig getroffenen. Een uitbreiding tot alle personen die geweld tegen derden hebben meege maakt acht ik echter te ver verwijderd staan van de hiervoor omschreven essentie van het begrip burger-oorlogsslachtoffer. Zoals blijkt uit ervaringen met de wetstoepassing in de Wbp en Wuv, wordt alleen met betrekking tot de groep slachtoffers die op jeugdige tot zeer jeugdige leeftijd het derden-geweld ondervonden, aangenomen dat de calamiteit in beginsel psychisch laederend kan worden geacht. Van hen kan met redelijke mate van zekerheid gesteld worden dat zij aanmerkelijk meer dan anderen onder de oorlogsomstandigheden geleden hebben. Vanzelf sprekend zullen de beleidsregels van de Raadskamer Wuv in het kader van de hardheidsbepaling een ruimere werking hebben dan het voorgestelde nieuwe criterium in de Wubo. In de Wuv gaat het immers om een beoordeling van een geheel van vervolgingsomstandigheden, terwijl de Wubo zich richt op het plotseling getroffen worden door gebeurtenissen of handelingen van uiterlijk oorlogsgeweld. Het advies van de PUR om ten behoeve van een nadere aanduiding van het element «op jeugdige leeftijd» de norm te volgen die voor de toepassing van de andere regelingen wordt gehanteerd, heb ik gevolgd. De toelichting op artikel 1 is in die zin verduidelijkt. De overige opmer kingen van de verschillende adviesorganen met betrekking tot de formulering in het voorgestelde wetsartikel hebben mij gebracht tot een nadere precisering van de wettekst en memorie van toelichting. De PUR, de Raadskamer Wubo en de Stichting Pelita gaven de voorkeur aan het opnemen van een hardheidsbepaling naar analogie van de andere regelingen in plaats van het opnemen van het voorgestelde nieuwe criterium in de wet. Naar algemeen heersende opvattingen dienen hardheidsclausules echter slechts in een wet opgenomen te worden voor gevallen die de wetgever niet heeft voorzien. Daarvan is in dit geval geen sprake, in het voorliggende wetsvoorstel wordt beoogd voor een welomschreven categorie slachtoffers de Wubo alsnog open te stellen. Hiertoe is het aangewezen deze categorie rechtstreeks in de wet op te nemen. De Stichting Pelita en SBO spraken de wens uit dat burger oorlogsgetroffenen met psychisch letsel ten gevolge van geweld tegen derden, die in het verleden zijn afgewezen, alsnog metterugwerkende kracht tot de datum van hun eerste aanvraag hun rechten kunnen doen gelden. Een zodanige bepaling acht ik evenwel praktisch onuitvoerbaar, omdat de dossiers van aile in het verleden afgewezen aanvragen opnieuw getoetst zouden moeten worden. Immers zoals hieronder wordt vermeld, dienen de meeste personen een aanvraag in op grond van een scala van

8 gebeurtenissen, waaronder eventueel derdengeweld, met dientengevolge verschillende afwijzingsgronden. In haar advies heeft de Stichting Pelita tevens een opsomming gegeven van een aantal andere door haar gewenste wetswijzigingen in het kader van het opnemen van de zogenoemde «Indische paragraaf». Op deze wensen ben ik niet nader ingegaan, omdat zij geen verband houden met de inhoud van het onderhavige wetsvoorstel Prognose aanvragen en budgettaire gevolgen Volgens gegevens van de Raadskamer Wubo zijn vanaf 1984 tot heden circa 50 aanvragen afgewezen wegens de nu weg te nemen beperking in de wet. Het gaat dan met name om kinderen, die ten koste van ernstige psychische schade de (gewelddadige) arrestatie of mishandeling van de ouder(s) meemaakten of bij thuiskomst ontdekten dat de gehele familie was geëxecuteerd. Het betreft gevallen die niet onder de werking van de Wuv of, voor wat de gebeurtenissen in Nederlands-lndië betreft, niet onder de Wbp gebracht kunnen worden. Er komen op jaarbasis ca. 200 aanvragen binnen, waarbij psychisch letsel ten gevolge van geweld tegen derden een rol speelt. Slechts zeer weinig aanvragen zijn gebaseerd op uitsluitend «derden-geweld», meestal betreft het een scala van gebeurtenissen op grond waarvan men een aanvraag indient. Van deze 200 aanvragen zouden er naar schatting 10 tot 15 erkend kunnen worden op basis van psychisch letsel wegens concrete acties door of vanwege de bezetter tegen een derde. De voorliggende wetswijziging heeft daarmee de volgende budgettaire gevolgen. In de verwachting dat er jaarlijks aan 10 a 15 slachtoffers van geweld tegen derden een uitkering zal worden toegekend en uitgaande van een gemiddeld uit te keren bedrag van f per jaar en per nieuwe uitkeringsgerechtigde, worden de kosten geraamd op f 0,1 mln in het eerste jaar waarin de Wubo op dit punt is aangepast. In de jaren daarna zullen in verband met de jaarlijkse instroom de kosten met f 0,1 mln per jaar oplopen. Verwacht mag bovendien worden dat de aanvragen van slachtoffers van geweld tegen derden die in het verleden zijn afgewezen op korte termijn na de totstandkoming van de wet opnieuw aan de orde zullen komen. De kosten hiervan bedragen f 0,4 mln structureel (ca. 50 gevallen x f 8500) en eenmalig f 0,1 mln apparaatskosten. 2. Artikelen Artikel 1 Het nieuwe onderdeel d van artikel 2 strekt ertoe degenen, die tijdens de bezetting van Nederland en het voormalig Nederlands-lndië in de oorlogsjaren als burger op jeugdige leeftijd psychisch letsel hebben opgelopen door de confrontatie met ernstige geweldpleging tegen derden, tot de wet toe te laten. De bepaling bevat de verschillende elementen van het onderscheidend criterium. De woorden «op jeugdige leeftijd» geven aan dat het alleen om de specifieke groep van jonggetroffen burgers gaat, die het traumati serend oorlogsgeweld hebben ondervonden in hun kinderjaren, waarbij ik voor wat betreft een leeftijdsgrens denk aan kinderen van 17 jaar of jonger. Deze grens is gebaseerd op de norm die voor de toepassing van de Wbp en Wuv wordt gehanteerd. De elementen «doodslag of executie» en «zware mishandeling» geven een aanduiding van de aard van de geweldpleging. De term «confrontatie» omvat eerst en vooral de lijfelijke

9 aanwezigheid bij de geweldpleging, doch voorziet ook in situaties van de schokkende ontdekking van het geweld, onmiddellijk nadat het gepleegd is. In het gewijzigde onderdeel f vindt voor wat betreft de na-oorlogse jaren in Nederlands-lndië een verwijzing plaats naar het nieuwe toelatingscriterium. De Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, H.d'Ancona

De uitkeringswetten voor oorlogsgetroffenen

De uitkeringswetten voor oorlogsgetroffenen De uitkeringswetten voor oorlogsgetroffenen Inhoud Wie kan financiële ondersteuning krijgen? 2 Welke financiële ondersteuning kunt u krijgen? 4 Hoe dient u een aanvraag in? 5 Wat gebeurt er tijdens de

Nadere informatie

Rapport. Datum: 23 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/332

Rapport. Datum: 23 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/332 Rapport Datum: 23 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/332 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Minister van Algemene Zaken niet heeft gereageerd op zijn brief van 31 oktober 2000, die een persoonlijk tegen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 400 XV Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het

Nadere informatie

De Wet buitengewoon pensioen 1940-1945

De Wet buitengewoon pensioen 1940-1945 De Wet buitengewoon pensioen 1940-1945 Inhoud Inleiding 2 Wie kan financiële ondersteuning krijgen? 3 Welke financiële ondersteuning kunt u krijgen? 4 Hoe dient u een aanvraag in? 5 Wat gebeurt er tijdens

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 257 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Strafvordering en het Wetboek van Strafrecht teneinde de vergoeding van affectieschade

Nadere informatie

Tweede Kamer, vergaderjaar 1988-1989, 21 212, nr. 3 2

Tweede Kamer, vergaderjaar 1988-1989, 21 212, nr. 3 2 de pensioenregeling voor de militaire oorlogsslachtoffers van de Tweede Wereldoorlog, welke regeling een wijziging was van de Pensioenwetten voor de zee- en landmacht 1922 (Wet van 4 augustus 1947, Stb.

Nadere informatie

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van, augustus 2010, kenmerk DMO/OHW-U- ;

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van, augustus 2010, kenmerk DMO/OHW-U- ; Ontwerp esluit van houdende aanpassing van algemene maatregelen van bestuur in verband met de inwerkingtreding van de Wet uitvoering wetten voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen, alsmede tot het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 20 454 Voortgangsrapportage uitvoering wetten oorlogsgetroffenen 25 839 Tegoeden Tweede Wereldoorlog Nr. 68 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID,

Nadere informatie

De Algemene Oorlogs- ongevallenregeling

De Algemene Oorlogs- ongevallenregeling De Algemene Oorlogs- ongevallenregeling Inhoud Wie kan financiële ondersteuning krijgen? 2 Welke financiële ondersteuning kunt u krijgen? 3 Hoe dient u een aanvraag in? 4 Hoe wordt een aanvraag behandeld?

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 740 Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht, de Wet tarieven in burgerlijke zaken en enkele andere wetten ter verhoging van de opbrengst

Nadere informatie

De Algemene Oorlogsongevallenregeling

De Algemene Oorlogsongevallenregeling De Algemene Oorlogsongevallenregeling Inhoud Welke informatie kunt u in deze brochure vinden? 2 Wie kan financiële ondersteuning krijgen? 2 Welke financiële ondersteuning kunt u krijgen? 3 Hoe dient u

Nadere informatie

In artikel 9a wordt, onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid, een lid ingevoegd, luidende:

In artikel 9a wordt, onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid, een lid ingevoegd, luidende: CONCEPT Voorstel van wet [[ ]] tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet in verband met het vastleggen van het recht op de alleenstaandennorm en de inkomensondersteuning voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1979-1980 Rijksbegroting voor het jaar 1980 15 800 Hoofdstuk XVI Departement van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk Nr.89 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 936 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met aanpassing van het recht op bijstand bij verblijf buiten Nederland Nr. 4 ADVIES RAAD

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen. Verordening Langdurigheidstoeslag WWB. Dienst Werk en Inkomen De Wâlden

Gemeente Achtkarspelen. Verordening Langdurigheidstoeslag WWB. Dienst Werk en Inkomen De Wâlden Gemeente Achtkarspelen Verordening Langdurigheidstoeslag WWB Dienst Werk en Inkomen De Wâlden November 2011 1 Gemeente Achtkarspelen de Raad van de gemeente Achtkarspelen; gelet op het bepaalde in artikel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 0 0 33 050 Wijziging van de Wet op de medische keuringen in verband met het opnemen van de mogelijkheid tot onderbrenging van de klachtenbehandeling bij aanstellingskeuringen

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Sociale Verzekeringen Nr. SV/GSV/01/52463 Nader rapport inzake het voorstel van wet tot wijziging van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 282 Besluit van 16 juni 2004, houdende regeling betreffende het vervallen van de causaliteitseis voor de toekenning van een vergoeding van of

Nadere informatie

Beslist de Wubo Handleiding bij de beschikking

Beslist de Wubo Handleiding bij de beschikking Beslist de Wubo Handleiding bij de beschikking Inhoud Wat vindt u in deze brochure? 2 Indeling van een beschikking 3 Erkenning als oorlogsgetroffene 4 Invaliditeit 5 Nationaliteit 6 Samenloop Wuv/AOR/Wetten

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 32 529 Wijziging van de Wet op de jeugdzorg en Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, de Algemene Kinderbijslagwet en de Wet Landelijk Bureau Inning

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 551 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met verkorting van de adoptieprocedure en wijziging van de Wet opneming buitenlandse

Nadere informatie

De raad van de gemeente Moerdijk, in zijn vergadering van 15 december 2011,

De raad van de gemeente Moerdijk, in zijn vergadering van 15 december 2011, De raad van de gemeente Moerdijk, in zijn vergadering van 15 december 2011, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 8 november 2011, gelet op artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 553 Uitbreiding van de kring van verzekerden ingevolge de Ziekenfondswet met zelfstandigen voor wie, gelet op hun inkomen, toegang tot de sociale

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 696 Wijziging van de Wet op de lijkbezorging Nr. 4 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT 1 Hieronder zijn opgenomen het advies van de Raad

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 478 Aanpassing van enige bepalingen in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen in verband met de reparatie van enige onvolkomenheden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 29 936 Regels inzake beëdiging, kwaliteit en integriteit van beëdigd vertalers en van gerechtstolken die werkzaam zijn binnen het domein van justitie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1993-1994 23440 Aanpassing van de vergoeding van verblijfkosten van leden van de Tweede Kamer en enige andere wijzigingen van de Wet schadeloosstelling leden

Nadere informatie

Raad. gfedc OR. gfedc. Besluitenlijst d.d. d.d. gfedcb Akkoordstukken. (paraaf adjunct-secretaris) Bijlagen

Raad. gfedc OR. gfedc. Besluitenlijst d.d. d.d. gfedcb Akkoordstukken. (paraaf adjunct-secretaris) Bijlagen Nota voor burgemeester en wethouders Onderwerp Eenheid/Cluster/Team ST/PZ/KZ Iinkomstenvrijlating langdurigheidstoeslag WWB 1- Notagegevens Notanummer 2007.00896 Datum 24-1-2007 Portefeuillehouder Weth.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 330 Wijziging van de Wet op de studiefinanciering in verband met de overgang van studerenden van de ziekenfondsverzekering naar de particuliere

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 31 127 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met aanpassing van de groep met recht op bijstand bij langer verblijf buiten Nederland

Nadere informatie

Advies wijziging Vb2000 i.v.m. implementatie richtlijn 2001/55/EG

Advies wijziging Vb2000 i.v.m. implementatie richtlijn 2001/55/EG de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie Mevrouw drs. M.C.F. Verdonk Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Mw. mr. F.G Schoe 070 381 1413 27 april 2004 ACVZ/VZL/04/016 Advies wijziging Vb2000 i.v.m.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 975 Wijziging van de Wet werk en bijstand teneinde de eis tot beheersing van de Nederlandse taal tot te voegen aan die wet (Wet taaleis WWB)

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; voorstel aan de raad gemeente werkendam zaaknummer 59872 onderwerp Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Werkendam 2015 De raad van de gemeente Werkendam, gelezen het voorstel

Nadere informatie

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van juni 2009, kenmerk OHW-U-29 ;

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van juni 2009, kenmerk OHW-U-29 ; Ontwerp Besluit van houdende aanpassing van algemene maatregelen van bestuur in verband met de invoering van de Wet van 20 november 2008 houdende wijziging van de Wet buitengewoon pensioen 1940-1945, de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 571 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet in verband met het vastleggen van het recht op de alleenstaandennorm en de inkomensondersteuning

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 826 Wijziging van de Wet op de jeugdhulpverlening in verband met de gelijkstelling van stadsregio s met een provincie Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 268 Wijziging van de Werkloosheidswet in verband met afschaffing van de vervolguitkering Nr. 4 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT 1 Hieronder

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 164 Besluit van 8 april 2003, houdende wijziging van het koninklijk besluit van 9 augustus 1948 tot uitvoering van artikel 12 van de Wet buitengewoon

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 047 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het gezamenlijk gezag van rechtswege bij geboorte tijdens een geregistreerd

Nadere informatie

Kwetsbare minderheidsgroep

Kwetsbare minderheidsgroep IND-werkinstructie nr. 2013/14 (AUA) Openbaar/ Extern Aan Directeur klantdirectie Asiel c.c. DDMB Van Hoofddirecteur IND Datum 26 juni 2013 Geldig vanaf 26 juni 2013 Geldig tot Onderwerp Vindplaats Bijlage(n)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 20 202 33 76 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter uitbreiding van het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden in het strafproces Nr. 4 ADVIES

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1984-1985 Nr. 145b 16833 Wijziging van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 (Stb. 1977,494) NADERE MEMORIE VAN ANTWOORD Ontvangen 14 mei 1985

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Zitting 1982-1983 Nr. 51 16106 Wijziging van de Wet op het wetenschappelijk onderwijs, de Wet universitaire bestuurshervorming 1970 en de Wet van 12 november 1975, Stb.

Nadere informatie

Gehoord de gerechten adviseert de Raad u als volgt. 1

Gehoord de gerechten adviseert de Raad u als volgt. 1 De Minister van Justitie Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Afdeling Ontwikkeling bezoekadres Kneuterdijk 1 2514 EM Den Haag Correspondentieadres Postbus 90613 2509 LP Den Haag datum 2 maart 2010 doorkiesnummer

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 28 170 Gelijke behandeling op grond van leeftijd bij arbeid, beroep en beroepsonderwijs (Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid)

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1999 2000 Nr. 35d 26 435 Wijziging van de Wet voorzieningen gehandicapten in verband met de tweede evaluatie van die wet BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE

Nadere informatie

Artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen

Artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen Memo Van prof. Mr. Ch.P.A. Geppaart Onderwerp Artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen 1. Via het hoofd van de afdeling Directe belastingen van het Ministerie van Financiën ontving ik Uw

Nadere informatie

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL 2 Vergaderjaar 2010-2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 353 Wijziging van enige bepalingen van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het geregistreerd partnerschap, de geslachtsnaam

Nadere informatie

2 Vergaderjaar

2 Vergaderjaar T WEEDE K AMER DER STATEN-G ENERAAL 2 Vergaderjaar 2005-2006 30 696 Wijziging van de Wet op de lijkbezorging Nr. 4 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT 1 Hieronder zijn opgenomen het advies van de Raad

Nadere informatie

Het kabinet is de Afdeling erkentelijk voor de voortvarendheid waarmee het advies inzake het bovenvermelde voorstel is uitgebracht.

Het kabinet is de Afdeling erkentelijk voor de voortvarendheid waarmee het advies inzake het bovenvermelde voorstel is uitgebracht. > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Aan de Koningin Directie Algemene Fiscale Politiek Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl Ons kenmerk AFP2011/642

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2011:BU7221

ECLI:NL:CRVB:2011:BU7221 ECLI:NL:CRVB:2011:BU7221 Instantie Datum uitspraak 01-12-2011 Datum publicatie 09-12-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10-4896 WUV Bestuursrecht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 606 Het onderbrengen van de zorg, bestaande uit duurzaam verblijf en verzorging in een bejaardenoord, in de aanspraken op grond van de Algemene

Nadere informatie

WET van 10 maart 1984, houdende regelen inzake de verlening van uitkeringen en bijzondere voorzieningen aan burger-oorlogsslachtoffers

WET van 10 maart 1984, houdende regelen inzake de verlening van uitkeringen en bijzondere voorzieningen aan burger-oorlogsslachtoffers WET van 10 maart 1984, houdende regelen inzake de verlening van uitkeringen en bijzondere voorzieningen aan burger-oorlogsslachtoffers WIJ BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 277 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met de herziening van de definities van gezin en middelen (Wet afschaffing huishoudinkomenstoets)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 574 Wijziging van de Visserijwet 1963 in verband met de bestrijding van visstroperij en het vervallen van de akte, alsmede enkele andere wijzigingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 980 Uitvoering van het op 19 oktober 1996 te s-gravenhage tot stand gekomen verdrag inzake de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 924 Regeling van het conflictenrecht met betrekking tot het geregistreerd partnerschap (Wet conflictenrecht geregistreerd partnerschap) B ADVIES

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 5414 1 februari 2019 Regeling van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 28 januari 2019,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 47434 24 december 2015 Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 16 december 2015, kenmerk

Nadere informatie

Beoordeling Bevindingen

Beoordeling Bevindingen Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt er over dat de Pensioen- en Uitkeringsraad (PUR): - pas op 24 juli 2008 een beslissing heeft genomen op de door hem op 24 augustus 2007 ingediende aanvraag voor een

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 201 26 238 Wijziging van enkele wetten in verband met invoering van het regresrecht in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en versterking

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 272 Wijziging van de Wet op de inkomstenbelasting 1964 (aanpassing regime ter zake van de afkoop van verplichtingen tot alimentatie of tot verrekening

Nadere informatie

De Raad van de gemeente Ede,

De Raad van de gemeente Ede, De Raad van de gemeente Ede, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Ede d.d. 11 november 2014; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet; overwegende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 217 Regels over de documentatie van vennootschappen (Wet documentatie vennootschappen) A OORSPRONKELIJKE TEKST VAN HET VOORSTEL VAN WET EN DE

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 28 467 Wijziging van de Wet arbeid en zorg en enige andere wetten in verband met het tot stand brengen van een recht op langdurend zorgverlof en

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1996 1997 Nr. 110c 25 062 Wijziging van de inkomensgrens ziekenfondsverzekering voor AOW-gerechtigden BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN

Nadere informatie

Verordening participatie schoolgaande kinderen Wet werk en bijstand 2012

Verordening participatie schoolgaande kinderen Wet werk en bijstand 2012 De raad van de gemeente Leusden; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Leusden d.d. 14 februari 2012, nr. 180294 gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel g, van de Wet werk en bijstand;

Nadere informatie

Nijverdal, 5 februari 2013. gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012;

Nijverdal, 5 februari 2013. gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012; Gemeente Hellendoorn Besluit Nijverdal, 5 februari 2013 Nr. 12INT02702 De raad van de gemeente Hellendoorn; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012; gelet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 814 Wijziging van de Arbeidsomstandighedenwet 1998 in verband met een gewijzigde organisatie van de deskundige bijstand bij het arbeidsomstandighedenbeleid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 00 0 3 555 Aanpassing van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering aan de richtlijn betreffende bepaalde aspecten van

Nadere informatie

NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG. Inleiding

NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG. Inleiding 33 879 Wijziging van de Wet uitkeringen burgeroorlogsslachtoffers 1940-1945 en de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 in verband met een wijziging in de berekening van het voordeel uit sparen

Nadere informatie

Rapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148

Rapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 Rapport Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 2 Klacht Op 1 februari 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer Y. te Zwolle, ingediend door de Stichting Rechtsbijstand Asiel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 683 Wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met verbetering van de maatregelen bij niet-betalen van de premie en de bestuursrechtelijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 673 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (adoptie door personen van hetzelfde geslacht) B ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2009 2010 28 781 Aanpassing van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Strafvordering en de Wet schadefonds geweldsmisdrijven in verband met de vergoedbaarheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 769 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enkele bijzondere wetten in verband met de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen Nr.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 27 824 Aanpassing van de wetgeving aan de herziening van het procesrecht voor burgerlijke zaken, in het bijzonder de wijze van procederen in eerste

Nadere informatie

Het voorstel van rijkswet wordt als volgt gewijzigd: a. In onderdeel b, aanhef, wordt de komma aan het slot vervangen door een dubbele punt.

Het voorstel van rijkswet wordt als volgt gewijzigd: a. In onderdeel b, aanhef, wordt de komma aan het slot vervangen door een dubbele punt. 33 955 Regeling voor Nederland en Curaçao tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en een woonplaatsfictie

Nadere informatie

31 mei 2012 z2012-00245

31 mei 2012 z2012-00245 De Staatssecretaris van Financiën Postbus 20201 2500 EE DEN HAAG 31 mei 2012 26 maart 2012 Adviesaanvraag inzake openbaarheid WOZwaarde Geachte, Bij brief van 22 maart 2012 verzoekt u, mede namens de Minister

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid AV/IR/2003/20105. Datum 10 maart 2003

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid AV/IR/2003/20105. Datum 10 maart 2003 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a DEN HAAG Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333

Nadere informatie

Consultatieversie. Memorie van toelichting. Algemeen. 1. Inleiding

Consultatieversie. Memorie van toelichting. Algemeen. 1. Inleiding Wijziging van de wet houdende verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet, strekkende tot het opnemen van een constitutionele basis voor de openbare

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 januari 2011;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 januari 2011; De raad van de gemeente Schiermonnikoog; overwegende, dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden jonger dan 65 jaar bij verordening

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1992-1993 23066 Wijziging van de Brandweerwet 1985 in verband met de oprichting van het Nederlands bureau brandweerexamens ADVIES RAAD VAN STATE Aan de Koningin

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2017 2018 33 506 Voorstel van wet van het lid Pia Dijkstra tot wijziging van de Wet op de orgaandonatie in verband met het opnemen van een actief donorregistratiesysteem

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR126459_1. Verordening Langdurigheidstoeslag 2012

CVDR. Nr. CVDR126459_1. Verordening Langdurigheidstoeslag 2012 CVDR Officiële uitgave van Achtkarspelen. Nr. CVDR126459_1 22 januari 2019 Verordening Langdurigheidstoeslag 2012 Gemeente Achtkarspelen Verordening Langdurigheidstoeslag WWB Dienst Werk en Inkomen De

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 277 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met de herziening van de definities van gezin en middelen (Wet afschaffing huishoudinkomenstoets)

Nadere informatie

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 maart 2012;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 maart 2012; raadsbesluit Agendanummer: Afdeling: Maatschappelijke Zorg De raad van de gemeente Dinkelland; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 maart 2012; gelet op de artikelen 8 en 36 van de

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer: 3758-32 Betreft zaak: Tariefstructuur Arbodiensten Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot nietontvankelijkheidsverklaring

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 143 Besluit van 13 maart 1995 tot wijziging van het Besluit verlaagde wekeneis Werkloosheidswet Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 279 Wijziging van de Wet langdurige zorg, de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, de Jeugdwet en de Zorgverzekeringswet Nr. 4 ADVIES AFDELING

Nadere informatie

b e s l u i t : vast te stellen de Regeling tegemoetkoming sociaal-medische kinderopvang Oldenzaal:

b e s l u i t : vast te stellen de Regeling tegemoetkoming sociaal-medische kinderopvang Oldenzaal: Reg.nr. 05.3711 Het college van burgemeester en wethouder van Oldenzaal; gelet op het bepaalde in het besluit van de gemeenteraad van 28 oktober 2004, nummer 41/25, Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 855 Wijziging van de Algemene nabestaandenwet en de Wet uitkeringen burgeroorlogsslachtoffers 1940 1945 in verband met een technische aanpassing

Nadere informatie

Beleidsregels alleenstaande-ouderkop 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld.

Beleidsregels alleenstaande-ouderkop 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Beleidsregels alleenstaande-ouderkop 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Met ingang van 1 januari 2015 is de norm van een alleenstaande ouder gelijk aan de norm van een alleenstaande. Alleenstaande ouders

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 632 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (de maatstaf voor de duur van het recht op uitkering en enige andere onderwerpen)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 856 Wijziging van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940 1945 in verband met het vervallen van de grondslag naar het inkomen in Indonesisch

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STTSOURNT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 15656 11 oktober 2010 Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 30 september 2010, nr. DMO/OHW-U-3023973,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2019 24 Besluit van 21 januari 2019 tot wijziging van het Besluit basisregistratie personen in verband met het opnemen van gegevens over kinderen

Nadere informatie

Opmerkingen over Hoofdstuk 1. Wijziging van wetten Artikel 1.8, wijziging van het Bw

Opmerkingen over Hoofdstuk 1. Wijziging van wetten Artikel 1.8, wijziging van het Bw Parkstraat 83 Den Haag Correspondentie: Postbus 30137 2500 GC Den Haag Telefoon (070) 361 93 00 Fax algemeen (070) 361 93 10 Fax rechtspraak (070) 361 93 15 Aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid,

Nadere informatie