voorbeeldhoofdstuk havo scheikunde
|
|
- Johannes Willemsen
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 voorbeeldhoofdstuk havo scheikunde
2 havo scheikunde Dr. J.R. van der Vecht Dr. C. Ris
3 Voorwoord Beste docent, Voor u ligt een deel van de nieuwe Samengevat havo scheikunde. Dit katern bevat een voorbeeldhoofdstuk, waarmee u een goede indruk krijgt van de vernieuwde uitgave. In de zomer van 2008 verschijnt de complete Samengevat. De inhoudsopgave hiervan vindt u ook in dit katern. Uw examenleerlingen kunnen zich met de meest actuele Samengevat voorbereiden op hun examen in 2009! De belangrijkste wijziging in de nieuwe Samengevat is de aanpassing aan het examenprogramma dat vanaf 2007 van kracht is. Daarnaast zijn nog andere verbeteringen doorgevoerd: Examenbundel en Samengevat zijn nog beter op elkaar afgestemd, doordat de hoofdstukindeling gelijk loopt. Het lettertype is aangepast om de leesbaarheid te vergroten. De onderwerpen voor het schoolexamen worden apart aangegeven. De didactische scheiding tussen de schematische theorie op de linker pagina en de toelichting en voorbeelden op de rechter pagina is duidelijker, mede door gebruik van een steunkleur. De tabellen zijn van kleur voorzien voor een betere leesbaarheid. Heeft u vragen over Samengevat en/of Examenbundel? Neem dan contact op met Anja Haggeman van Docentenlijn via telefoonnummer Ik wens u veel succes met de beoordeling van dit katern. Bent u enthousiast en wilt u de complete Samengevat ontvangen zodra het van de drukpers rolt? Mail dan uw gegevens naar: info.avo@thiememeulenhoff.nl en vermeld welke uitgave van Samengevat u wilt ontvangen. Judith ten Brummelhuis Uitgever Examentraining Zutphen, januari 2008
4 inhoud (met verwijzing naar het examenprogramma) voorwoord hoe werk je met dit boek 1 Stoffen (domein B + subdomein A1,2) 2 Reacties (domein E) 3 Koolstofchemie en biochemie (domeinen C en D) 4 Zuren en basen (domein G) 5 Redox (domein H) 6 Chemie en milieu (domein F) 7 Vaardigheden (delen van domein A) trefwoordenregister overzicht van formules en namen
5 begrippen en relaties 1 2 Reacties kenmerken van reacties ontstaan van nieuwe stoffen reactieproducten worden gevormd uit beginstoffen hergroepering van atomen atomen gaan niet verloren hieruit volgt vaste massaverhouding van beginstoffen molecuulsamenstelling van reactieproduct bepaalt hoeveel van elk van de atomen nodig is wet van massabehoud massa voor de reactie is gelijk aan massa na de reactie reactievergelijking beschrijft reactie op atomaire schaal reactiepijl geeft omzetting aan temperatuureffect op reactiesnelheid * ook andere factoren beïnvloeden reactiesnelheid energie-effect * vorming van stoffen kost energie of levert energie op soorten reacties ontledingsreacties van verbindingen thermolyse ontleding door verhitting elektrolyse ontleding door elektrische stroom fotolyse ontleding door (ultraviolet) licht neerslagreacties ontstaan van onoplosbare zouten bij mengen van zoutoplossingen (in water) als gevolg van slecht oplosbare negatieve ionen zie ook Binas tabel 45A carbonaten behalve die van Na + en K + fosfaten behalve die van Na + en K + sulfieten behalve die van Na + en K + sulfiden hierop zijn meerdere uitzonderingen hydroxiden behalve die van Na +, K +, Ca 2+ en Ba 2+ slecht oplosbare positieve ionen zie ook Binas tabel 45A zilverzouten behalve het nitraat en acetaat kwikzouten behalve het nitraat en acetaat loodzouten behalve het nitraat, acetaat, chloride en bromide zuur-basereacties zie hoofdstuk 4 redoxreacties zie hoofdstuk 5; ook verbrandingsreacties behoren hiertoe bepaalde reacties van koolstofverbindingen zie hoofdstuk 3 * Dit onderwerp wordt uitsluitend geëxamineerd tijdens het schoolexamen. O:\THIEMEME\36746\OPMAAK\SCHEIKUNDE\ _hsk4sg02L.doc /5
6 toelichting 1 wet van behoud van massa De totale massa van de stoffen na een reactie (reactieproducten) is gelijk aan de totale massa van de stoffen vóór de reactie (beginstoffen). reactievergelijking kloppend maken voorbeeld Maak de reactievergelijking NH 3 + NO 2 N 2 + H 2 O kloppend. Het maakt niet zoveel uit met welke atoomsoort je begint, als je stoffen die uit één atoomsoort bestaan, zoals N 2, maar tot het laatst bewaart. - Bv. eerst O kloppend maken; dan H kloppend maken: 4 NH 3 + NO 2 N H 2 O - O opnieuw aanpassen: 4 NH NO 2 N H 2 O - Tenslotte N kloppend maken (rechts keer N 2). - Alle coëfficiënten verdubbelen: 8 NH NO 2 7 N H 2 O constante massaverhouding De verhouding tussen de massa's van reagerende stoffen is voor een bepaalde reactie constant. Voorbeeld: 1,0 g H 2 reageert volledig en explosief met 8,0 g O 2 (in knalgas is de massaverhouding dus 1 : 8). Alle massa's die aan deze verhouding voldoen, zullen volledig reageren, dus 4,2 g H 2 reageert volledig met 33,6 g O 2. overmaat is de hoeveelheid van een stof die niet reageert. Voorbeeld: Meng 1,0 g H 2 met 10,0 g O 2 en steek dit mengsel aan. 1,0 g H 2 reageert volledig met 8,0 g O 2 (zie boven). In dit geval is er dus een overmaat aanwezig van 10,0 8,0 = 2,0 g O 2. ontledingsreactie is een reactie waarbij één stof wordt omgezet in twee of meer andere stoffen (zie onderstaande voorbeelden). - thermolyse van glyceryltrinitraat (explosief bestanddeel van dynamiet): 4 C 3 H 5 N 3 O 9 12 CO 2 (g) 10 H 2 O(g) 6 N 2 (g) O 2 (g) - elektrolyse van water: 2 H 2 O(l) 2 H 2 (g) O 2 (g) - fotolyse van zilverbromide: 2 AgBr(s) 2 Ag(s) Br 2 (l) neerslagreacties toepassingen - de aanwezigheid aantonen van bepaalde ionen, bv. zilverionen, door aan een oplossing van een zilverzout fosfaationen toe te voegen; er ontstaat dan een geel neerslag van zilverfosfaat: 3 Ag (aq) PO 3 4 (aq) Ag 3 PO 4 (s) - bereiden van zouten door combinatie van twee zoutoplossingen, bv. bariumsulfaat uit oplossingen van barium- en van sulfaationen: Ba 2 (aq) SO 2 4 (aq) BaSO 4 (s) - verwijderen van ionen uit een oplossing door neerslagvorming, bv. van ijzer(iii)ionen uit water bij drinkwaterbereiding: Fe 3 (aq) 3 OH (aq) Fe(OH) 3 (s) - ook het indampen van een oplossing, bv. van een zoutextract, wordt weergegeven als een neerslagreactie: Na (aq) Cl (aq) NaCl(s) Binas: formules van niet-ontleedbare stoffen (40A); formules van ontleedbare stoffen (42, 98) O:\THIEMEME\36746\OPMAAK\SCHEIKUNDE\ _hsk4sg02R-.doc /5
7 begrippen en relaties reacties 2 exotherme en endotherme processen * exotherme processen hierbij komt energie vrij bij fase-overgangen stollen, condenseren en rijpen oplossen bv. zwavelzuur of NaOH in water reacties waarbij energie vrijkomt uit de beginstoffen in de vorm van warmte bv. bij verbrandingsreacties elektriciteit bv. bij batterij of accu licht bv. bij vuurwerk of reactie van magnesium met zuurstof endotherme processen hiervoor is voortdurend energietoevoer nodig bij fase-overgangen smelten, verdampen/ koken en vervluchtigen oplossen bv. van NaCl of NH 4 NO 3 in water, reacties waarbij energie wordt opgenomen en opgeslagen in de reactieproducten opgenomen als warmte bv. bij thermolyse van suiker (verkoling) elektriciteit bv. bij opladen accu en elektrolyse van water licht bv. bij fotolyse, fotosynthese en fotografie O:\THIEMEME\36746\OPMAAK\SCHEIKUNDE\ _hsk4sg02L.doc /5
8 toelichting 2 exotherme en endotherme processen voorbeelden - fase-overgangen Voor smelten en koken is energie nodig: smelten en koken zijn endotherme processen, bv. het smelten van ijs, H 2 O(s) H 2 O(l) en het koken van water, H 2 O(l) H 2 O(g) Dezelfde energie komt weer vrij als de vloeistof stolt of de damp condenseert, dus stollen en condenseren zijn exotherme processen. - oplossen Als een stof oplost in water is er meestal een warmte-effect. Als een stof endotherm oplost, is warmte nodig. Deze wordt geleverd door het oplosmiddel dat daardoor (enigszins) afkoelt, bv. bij het oplossen van natriumchloride in water: H2O NaCl(s) Na + (aq) + Cl (aq) Als een stof exotherm oplost, komt er warmte vrij, waardoor de oplossing warmer wordt. Wordt een kleine hoeveelheid water bij geconcentreerd zwavelzuur gevoegd, dan komt er zoveel warmte vrij, dat het water gaat koken en druppels zwavelzuur kunnen wegspatten! H2O oplosvergelijking: H 2 SO 4 (l) 2 H + (aq) + SO 2 4 (aq) Ook het oplossen van natriumhydroxide is sterk exotherm (NaOH wordt gebruikt als H2O gootsteenontstopper): NaOH(s) Na + (aq) + OH (aq) - reacties Ontledingsreacties zijn in het algemeen endotherm. Vormingsreacties, waarbij uit twee of meer stoffen één product wordt gevormd, verlopen bijna altijd exotherm. Elke verbrandingsreactie is exotherm; het aansteken is alleen nodig om de benodigde ontbrandingstemperatuur te krijgen: de beginstoffen moeten worden geactiveerd. Als het eenmaal brandt, zorgt de vrijkomende warmte voor de benodigde temperatuur. exotherm en endotherm in diagrammen weergegeven exotherme reactie bv. verbranding van methaan endotherme reactie bv. elektrolyse van water E CH O 2 2 H 2 + O 2 E CO H 2 O 2 H 2 O wet van energiebehoud De totale hoeveelheid energie verandert nooit. Wel kan bij een (exotherme) reactie de (chemische) energie die in beginstoffen is opgeslagen, worden omgezet in een andere vorm van energie, bv. warmte. O:\THIEMEME\36746\OPMAAK\SCHEIKUNDE\ _hsk4sg02R-.doc /5
9 begrippen en relaties reacties 3 10 reactiesnelheid afhankelijk van soort stoffen bv. ijzer reageert sneller dan koper met zoutzuur concentratie hogere concentratie van de stoffen grotere snelheid verdelingsgraad groter oppervlak van de stoffen grotere snelheid temperatuur hogere temperatuur grotere snelheid katalysator specifiek voor een bepaalde reactie botsende-deeltjesmodel verklaring voor verschillen in reactiesnelheid beschrijft invloed van concentratie hoe groter de concentratie, hoe meer botsingen plaatsvinden verdelingsgraad hoe fijner de stof verdeeld is, hoe groter het contactoppervlak en hoe meer botsingen plaatsvinden temperatuur bepaalt de heftigheid van de botsingen en het aantal botsingen per seconde verandering van concentraties tijdens een reactie concentratie van beginstof(fen) neemt af daardoor afname van reactiesnelheid concentratie van reactieproduct(en) neemt toe O:\THIEMEME\36746\OPMAAK\SCHEIKUNDE\ _hsk4sg02L.doc /5
10 toelichting 3 11 reactiesnelheid is maat voor de snelheid waarmee stoffen worden gevormd of omgezet. Het roesten van ijzer is bv. een zeer langzame reactie; een explosie een zeer snelle reactie. katalysator is een stof die de snelheid van een reactie verhoogt, zonder zelf verbruikt te worden. In vergelijking tot de stoffen die reageren, is de hoeveelheid katalysator klein. Door gebruik van een katalysator kan in eenzelfde tijd meer stof geproduceerd worden. botsende-deeltjesmodel beschrijft een reactie als het gevolg van botsingen tussen deeltjes. Slechts een deel van de botsingen leidt tot een reactie; dit noemen we effectieve botsingen. Een grotere reactiesnelheid wordt veroorzaakt door een groter aantal effectieve botsingen, ten gevolge van hogere temperatuur, grotere concentratie en/of grotere verdelingsgraad. beïnvloeding van reactiesnelheid voorbeeld De onderstaande grafieken hebben betrekking op de ontledingsreactie van waterstofperoxide: 2 H 2 O 2 2 H 2 O + O 2 - in grafiek is de hoeveelheid gevormde zuurstof weergegeven in afhankelijkheid van de reactietijd; de overige grafieken hebben dezelfde schaal. - bij grafiek is de beginconcentratie van H 2 O 2 verdubbeld. Het gevolg is een tweemaal grotere beginsnelheid en twee keer zo veel gevormde zuurstof. - in grafiek is het effect van temperatuurverhoging weergegeven. De zuurstof wordt sneller gevormd, maar de hoeveelheid aan het einde is even groot als in grafiek. Vuistregel voor het effect van temperatuursverhoging op de reactiesnelheid: een reactie verloopt 2 tot 3 maal zo snel bij 10 temperatuurstijging. - grafiek wordt ook verkregen bij toevoeging van een katalysator. ml O 2 ml O 2 ➁ ml O tijd in sec. tijd in sec. tijd in sec. O:\THIEMEME\36746\OPMAAK\SCHEIKUNDE\ _hsk4sg02R-.doc /5
11 begrippen en relaties reacties 4 12 rekenen aan reacties indien massa gegeven is en massa gevraagd wordt stel reactievergelijking op bv. A + 3 B 2 C bereken molaire massa's of zoek ze op: M A, M B en M C bepaal molverhouding tussen gegeven en gevraagde stof(fen) uit de reactie bereken massaverhouding m.bv. de molverhouding en de molaire massa's molverhouding = 1 : 3 : 2 in het gegeven voorbeeld massaverhouding = 1 M A : 3 M B : 2 M C vul de molaire massa's in bereken gevraagde massa uit de gegeven massa en de berekende massaverhouding (zie hierboven); controleer significantie voorbeeld in stappen massaverhouding bv. 39 g (gegeven stof) : 120 g (gevraagde stof) massa gegeven stof bv. 12 g massa gevraagde stof stel x g berekening 12 : x = 39 : 120 x = indien aantal mol gegeven is en aantal gram gevraagd wordt stel reactievergelijking op bv. A + 2 B C bepaal molverhouding hier 1 : 2 : = 37 (g) 39 bereken aantal mol uit gegeven aantal mol en molverhouding bereken gevraagd aantal gram aantal mol M = aantal gram; controleer significantie O:\THIEMEME\36746\OPMAAK\SCHEIKUNDE\ _hsk4sg02L.doc /5
12 toelichting 4 13 rekenen aan reacties voorbeelden - In welke massaverhouding reageren magnesium en zuurstof met elkaar? - reactievergelijking: 2 Mg + O 2 2 MgO - molverhouding: 2 : 1 - massaverhouding: 2 24,3 : 1 32,0 = 1,52 : 1,00 (3 significante cijfers) - Hoeveel kg aluminium ontstaat door ontleding van 100 kg Al 2 O 3? - reactievergelijking: 2 Al 2 O 3 4 Al + 3 O 2 - molverhouding: 2 : 4 massaverhouding: 2 102=204 : 4 27,0 = gegeven /gevraagd: 100 kg x kg Hieruit volgt: x = = 52,9 er kan (maximaal) 52,9 kg Al ontstaan. 204 snellere methode: M Al2 O 3 = 102 g mol 1 en M Al = 27,0 g mol 1 Het massapercentage van Al in Al 2 O 3 bedraagt 2 27,0 100% = 52,9%. 102 De hoeveelheid Al die kan ontstaan uit 100 kg Al 2 O 3, is 0, = 52,9 kg. - Hoeveel gram zink kan oplossen in 50 L zwavelzuur van 2,08 M? - vereenvoudigde reactievergelijking: Zn + H 2 SO 4 ZnSO 4 + H 2 (eigenlijke reactie is met losse ionen: Zn + 2 H + Zn 2+ + H 2 ) - molverhouding Zn : H 2 SO 4 = 1 : 1-50 L van 2,08 M zwavelzuur bevat 50 L 2,08 mol L 1 = 104 mol H 2 SO 4 - er kan dus ook 104 mol zink oplossen (zie molverhouding) mol Zn heeft massa van 104 mol 65,4 g mol 1 = 6, g = 6,8 kg Zn (2 significante cijfers) Binas: molaire massa's van veelgebruikte stoffen (40A, 98, 99) O:\THIEMEME\36746\OPMAAK\SCHEIKUNDE\ _hsk4sg02R-.doc /5
13 begrippen en relaties reacties 5 14 chemisch evenwicht is altijd dynamisch kenmerken beginstoffen reageren bij reactie naar rechts producten reageren bij reactie naar links onvolledige omzetting reactiemengsel bevat zowel producten als beginstoffen reactiesnelheden naar rechts en links zijn gelijk evenwicht is dynamisch de reacties blijven verlopen, maar de hoeveelheden van de stoffen veranderen niet soorten homogeen evenwicht alle stoffen in dezelfde fase (meestal gas) voorbeeld ammoniakbereiding N 2 (g) + 3 H 2 (g) 2 NH 3 (g) heterogeen evenwicht stoffen in verschillende fasen voorbeelden vaste stof in evenwicht met gas bv. CaCO 3 (s) CaO(s) + CO 2 (g) verdelingsevenwicht stof verdeelt zich over twee oplosmiddelen in een vaste verhouding, bv. jood in water en benzine O:\THIEMEME\36746\OPMAAK\SCHEIKUNDE\ _hsk4sg02L.doc /5
14 toelichting 5 15 aflopende reactie of evenwicht? We noemen een reactie aflopend als na verloop van tijd geen beginstoffen meer aanwezig zijn (of, bij een overmaat, tenminste één van de beginstoffen is opgebruikt). Een chemisch evenwicht wordt gekenmerkt door de (blijvende) aanwezigheid van alle deelnemende stoffen, omdat uit de reactieproducten weer beginstoffen worden gevormd. Hetzelfde evenwicht kan dus ook worden bereikt door van de producten uit te gaan. concentraties producten concentraties producten tijd er ontstaat evenwicht tijd beïnvloeding van evenwichtsligging één van de eindproducten wegnemen het evenwicht loopt af naar rechts Bijvoorbeeld de bereiding van ongebluste kalk, CaCO 3 (s) CaO(s) + CO 2 (g), wordt een aflopende reactie als het CO 2 kan ontwijken of wordt afgezogen. De reactie naar links kan niet meer verlopen, waardoor de ontleding volledig verloopt. verdelingsevenwicht van jood - Jood (dat apolair is) lost slecht op in zuiver water, maar (door interactie met I ionen) veel beter in een KI oplossing. Hieruit is jood te verwijderen door extractie met (was)benzine. De verhouding van de concentraties van jood in een bepaalde KI oplossing en in benzine bedraagt bij kamertemperatuur [ I 2 (aq)] : [ I 2 (benzine)] = 1 : 2. Als 6 gram jood in 100 ml KI oplossing wordt gemengd met 100 ml benzine, komt 2 in de 3 benzinelaag, dus 2 6 g = 4 gram jood. In de waterige laag blijft 1 6 = 2 gram jood achter Wat zal het resultaat zijn als de waterige laag (na het verwijderen van de benzinelaag) opnieuw geschud wordt met 100 ml benzine? In de benzinelaag komt dan 2 2 = 1,33 gram jood, in de waterige laag blijft achter: = 0,67 gram jood. 3 - Door herhaald schudden met benzine kan vrijwel alle jood uit het water worden geëxtraheerd. O:\THIEMEME\36746\OPMAAK\SCHEIKUNDE\ _hsk4sg02R-.doc /5
15 examenbundels - zelfstanding voorbereiden op het examen - examen voorbereiden op basis van persoonlijk studieadvies - stapsgewijs toewerken naar het examenniveau - oefenen met recente examens havo Duits havo Engels havo Frans havo Nederlands havo biologie havo natuurkunde havo scheikunde havo wiskunde A havo wiskunde B havo aardrijkskunde havo economie havo geschiedenis havo M&O examenbundel + samengevat = jouw succesformule samengevat - schematisch overzicht van alle examenstof - beknopte en heldere uitleg - snel en overzichtelijk door te nemen en te herhalen - het perfecte uittreksel havo biologie havo natuurkunde havo scheikunde havo wiskunde A havo wiskunde B havo aardrijkskunde havo economie havo M&O I S B N
SCHEIKUNDE. Hoofdstuk 9
SCHEIKUNDE Hoofdstuk 9 Par. 1 Elke chemische reactie heeft een energie-effect. De chemische energie voor én na de reactie is niet gelijk. Als de reactie warmer wordt is de chemische energie omgezet in
Nadere informatieHoofdstuk 4. Chemische reacties. J.A.W. Faes (2019)
Hoofdstuk 4 Chemische reacties J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 4 Chemische reacties Paragrafen 4.1 Kenmerken van een reactie 4.2 Reactievergelijkingen 4.3 Rekenen aan reacties Practica Exp. 1 Waarnemen Exp.
Nadere informatieScheidingsmethoden methode principe voorbeeld. destilleren verschil in kookpunt wijn whiskey. filtreren verschil in deeltjesgrootte koffie
1.2 Twee of meer atoomsoorten samen vormen een molecuul : bouwsteen die bestaat uit twee of meer atomen Atoom : bouwsteen van een molecuul Stoffen Zuivere stoffen Elementen: stoffen waarvan de bouwstenen
Nadere informatieSamenvatting Chemie Overal 3 havo
Samenvatting Chemie Overal 3 havo Hoofdstuk 3: Reacties 3.1 Energie Energievoorziening Fossiele brandstoffen zijn nog steeds belangrijk voor onze energievoorziening. We zijn druk op zoek naar duurzame
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3
Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3 Samenvatting door K. 1467 woorden 5 maart 2016 5,5 2 keer beoordeeld Vak Scheikunde Scheikunde Samenvatting H3 3V 3.1 Energie Fossiele brandstoffen -> nu nog er afhankelijk
Nadere informatieHoofdstuk 2: Kenmerken van reacties
Hoofdstuk 2: Kenmerken van reacties Scheikunde VWO 2011/2012 www.lyceo.nl Onderwerpen Scheikunde 2011 20122012 Stoffen, structuur en binding Kenmerken van Reacties Zuren en base Redox Chemische technieken
Nadere informatieOefenvragen Hoofdstuk 5 Reacties en energie antwoorden. Vraag 1 Geef bij iedere blusmethode aan, welk onderdeel van de branddriehoek wordt weggenomen.
Oefenvragen Hoofdstuk 5 Reacties en energie antwoorden Vraag 1 Geef bij iedere blusmethode aan, welk onderdeel van de branddriehoek wordt weggenomen. I. Een houtvuurtje wordt geblust met water. Het vuur
Nadere informatieHet is echter waarschijnlijker dat rood kwik bestaat uit Hg 2+ ionen en het biantimonaation met de formule Sb2O7 4.
Lyceum Oudehoven Hoefslag 4 4205 NK Gorinchem Schoolexamen Leerjaar: 4 Vak: Scheikunde Datum: 26-06-2013 Tijd: 13.00 14.30 uur Uitdelen: opgavenvellen + proefwerkpapier Toegestaan: rekenmachine, potlood,
Nadere informatieRekenen aan reacties (de mol)
Rekenen aan reacties (de mol) 1. Reactievergelijkingen oefenen: Scheikunde Deze opgaven zijn bedoeld voor diegenen die moeite hebben met rekenen aan reacties 1. Reactievergelijkingen http://www.nassau-sg.nl/scheikunde/tutorials/deeltjes/deeltjes.html
Nadere informatieNatuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen.
Hoofdstuk 17: Rekenen in molverhoudingen 17.1 Rekenen aan reacties: een terugblik én een alternatief In hoofdstuk 11 hebben we gerekend aan reacties. Het achterliggende idee was vaak, dat je bij een reactie
Nadere informatie1) Stoffen, moleculen en atomen
Herhaling leerstof klas 3 1) Stoffen, moleculen en atomen Scheikundigen houden zich bezig met stoffen. Betekenissen van stof zijn onder andere: - Het materiaal waar kleding van gemaakt is; - Fijne vuildeeltjes;
Nadere informatieHoofdstuk 5 Reac/esnelheid en evenwichten
Hoofdstuk 5 Reac/esnelheid en evenwichten 4HAVO periode 3 2012 Weekplanning per3, week 5 Woensdag H5.1 H5.2 theorie Vragen over H4 / tijd om hoofdstuk 4 door te nemen Donderdag PTA H432 Vrijdag Werkuur:
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten
Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten Samenvatting door een scholier 1087 woorden 22 januari 2009 6 42 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Pulsar chemie Scheikunde
Nadere informatieOpgave 1. n = m / M. e 500 mg soda (Na 2CO 3) = 0,00472 mol. Opgave 2. m = n x M
Hoofdstuk 8 Rekenen met de mol bladzijde 1 Opgave 1 n = m / M a 64,0 g zuurstofgas (O 2) = 2,00 mol (want n = 64,0 / 32,0) enz b 10,0 g butaan (C 4H 10) = 0,172 mol c 1,00 g suiker (C 12H 22O 11) = 0,00292
Nadere informatie3.1 Energie. 3.2 Kenmerken chemische reactie
3.1 Energie Wat is energie? Energie voorziening Fossiele brandstof verbranden Co2 komt vrij slecht voor het broeikaseffect Windmolen park Zonnepanelen Energie is iets wat nodig is voor een verbrandingsreactie
Nadere informatieOEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN
OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN * = voor VWO Salmiak, NH 4 Cl(s), kan gemaakt worden door waterstofchloride, HCl(g), te laten reageren met ammoniak, NH 3 (g) 01 Wat is de chemische naam voor salmiak? 02 Geef
Nadere informatie5 Formules en reactievergelijkingen
5 Formules en reactievergelijkingen Stoffen bestaan uit moleculen en moleculen uit atomen (5.1) Stoffen bestaan uit moleculen. Een zuivere stof bestaat uit één soort moleculen. Een molecuul is een groepje
Nadere informatieWet van Behoud van Massa
Les 3 E42 Wet van Behoud van Massa In 1789 door Antoine Lavoiser ontdekt dat : De totale massa tijdens een reactie altijd gelijk blijft. Bij chemische reacties worden moleculen dus veranderd in andere
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde H3 Reacties
Samenvatting Scheikunde H3 Reacties Samenvatting door L. 710 woorden 7 december 2016 6,8 24 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Scheikunde Hoofdstuk 3: Reacties 3.2 Kenmerken van een chemische
Nadere informatieHoofdstuk 5. Reacties en energie. J.A.W. Faes (2019)
Hoofdstuk 5 Reacties en energie J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 5 Reacties en energie Paragrafen 5.1 Verbranding 5.2 Ontleding van stoffen 5.3 Overmaat en ondermaat 5.4 Energie en reactiesnelheid Practica
Nadere informatiePbSO 4(s) d NH 4Cl + KOH KCl + H 2O + NH 3(g) NH 4. + OH - NH 3(g) + H 2O e 2 NaOH + CuCl 2 Cu(OH) 2(s) + 2 NaCl
Hoofdstuk 11 Chemische reacties bladzijde 1 Opgave 1 De ionen die in water ontstaan: a NaCl Na Cl - b AgNO 3 Ag - NO 3 c (NH 4) 2SO 4 2 NH 4 SO 4 d KOH K OH - e NiSO 4 Ni 2 SO 4 Opgave 2 Schrijf de volgende
Nadere informatieModule 2 Chemische berekeningen Antwoorden
2 Meten is weten 1 Nee, want bijvoorbeeld 0,0010 kg is net zo nauwkeurig als 1,0 gram. 2 De minst betrouwbare meting is de volumemeting. Deze variabele bepaald het aantal significante cijfers. 3 IJs: 1,5
Nadere informatieOefenvraagstukken 5 HAVO Hoofdstuk 13 Antwoordmodel
Oefenvraagstukken 5 AVO oofdstuk 13 Antwoordmodel Reactieomstandigheden 1 + 2 et zuur was in overmaat aanwezig dus de hoeveelheid O 2 is afhankelijk van de hoeveelheid ao 3. Alle drie gaan uit van dezelfde
Nadere informatiePROEFVERSIE HOCUS POCUS... BOEM DE CHEMISCHE REACTIE. WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3
HOCUS POCUS... BOEM VERSIE PR O EF DE CHEMISCHE REACTIE WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3 14/04/16 20:53 HOOFDSTUK 1 CHEMISCHE REACTIES EN FYSISCHE VERSCHIJNSELEN 1.1 Chemische reactie en fysisch verschijnsel
Nadere informatieUitwerkingen. T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen
Uitwerkingen T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen 2008 Voorbeeld toets dinsdag 29 februari 60 minuten NASK 2, 2(3) VMBO-TGK, DEEL B. H5: VERBRANDEN EN ONTLEDEN
Nadere informatieHoofdstuk 8. Opgave 2. Opgave 1. Oefenvragen scheikunde, hoofdstuk 8 en 10, 5 VWO,
Oefenvragen scheikunde, hoofdstuk 8 en 10, 5 VWO, Hoofdstuk 8 Opgave 1 Bruistabletten bevatten onder andere natriumwaterstofcarbonaat. Als je deze tabletten in water brengt, treedt een reactie op waarbij
Nadere informatieHet smelten van tin is géén reactie.
3 Reacties Reacties herkennen (3.1 en 3.2 ) Een chemische reactie is een gebeurtenis waarbij stoffen verdwijnen en nieuwe stoffen ontstaan. Bij een reactie verdwijnen de beginstoffen. Er ontstaan nieuwe
Nadere informatieSamenvatting: Scheikunde H4 Reacties met zoutoplossingen. Don van Baar Murmelliusgymnasium Leerjaar
Samenvatting: Scheikunde H4 Reacties met zoutoplossingen Don van Baar Murmelliusgymnasium Leerjaar 2011-2012 Murmellius2014 www.compudo.nl/murmellius2014 Scheikunde H4: Reacties met zoutoplossingen Samenvatting
Nadere informatieSCHEIKUNDEOLYMPIADE 2018
SCHEIKUNDEOLYMPIADE 018 CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van 15 tot en met 7 januari 018 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en opgaven met in totaal
Nadere informatieUITWERKING TOELICHTING OP DE ANTWOORDEN VAN HET EXAMEN 2001-I VAK: SCHEIKUNDE 1,2 EXAMEN: 2001-I
UITWERKING TOELICHTING OP DE ANTWOORDEN VAN HET EXAMEN 2001-I VAK: SCHEIKUNDE 1,2 NIVEAU: VWO EXAMEN: 2001-I De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen.
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2
Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door A. 4666 woorden 27 oktober 2014 6,3 6 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal 1-2 Zuivere stof -Een soort moleculen -Element: een
Nadere informatie2 Concentratie in oplossingen
2 Concentratie in oplossingen 2.1 Concentratiebegrippen gehalte Er zijn veel manieren om de samenstelling van een mengsel op te geven. De samenstelling van voedingsmiddelen staat op de verpakking vermeld.
Nadere informatieBasisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media
Hoofdstuk 5 Chemische reacties bladzijde 1 Opgave 1 Maak de volgende reactievergelijkingen kloppend: a C 3H 8O 2 4 O 2 3 CO 2 4 H 2O b P 4 5 O 2 6 H 2O 4 H 3PO 4 c 4 Al 3 O 2 2 Al 2O 3 d 2 Fe 3 Cl 2 2
Nadere informatieWat is reactiesnelheid? Inleiding. Na deze clip kun je: Onderwerpen. Procestechniek: tijd is geld. Maar het moet ook weer niet te snel gaan
Na deze clip kun je: Wat is reactiesnelheid? uitleggen wat de reactiesnelheid is de factoren die de reactiesnelheid beïnvloeden noemen uitleggen hoe de verschillende factoren de reactiesnelheid beïnvloeden
Nadere informatieScheikundige begrippen
Scheikundige begrippen Door: Ruby Vreedenburgh, Jesse Bosman, Colana van Klink en Fleur Jansen Scheikunde begrippen 1 Chemische reactie Ruby Vreedenburgh Overal om ons heen vinden er chemische reacties
Nadere informatieOefenopgaven REDOXREACTIES vwo Reactievergelijkingen en halfreacties
Oefenopgaven REDOXREACTIES vwo Reactievergelijkingen en halfreacties OPGAVE 1 Geef de halfreactie waarbij 01 P 2 O 5 wordt omgezet in PH 3. 02 Jodaat, IO 3 - in neutraal milieu wordt omgezet in H 5 IO
Nadere informatie5-1 Moleculen en atomen
5-1 Moleculen en atomen Vraag 1. Uit hoeveel soorten moleculen bestaat een zuivere stof? Vraag 2. Wat is een molecuul? Vraag 3. Wat is een atoom? Vraag 4. Van welke heb je er het meeste: moleculen of atomen?
Nadere informatieS S. Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo 140,71. Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle. Hoofdstuk 1 Atoombouw
Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle Hoofdstuk 1 Atoombouw Theorie 19 b 78,99 23,98504 10,00 24,98584 11,01 25,98259 24, 31 100 20
Nadere informatieEen reactie blijkt bij verdubbeling van alle concentraties 8 maal zo snel te verlopen. Van welke orde zou deze reactie zijn?
Hoofdstuk 19 Reactiesnelheid en evenwicht bladzijde 1 Opgave 1 Voor de volgende reactie: 4 NH 3(g) + 5 O 2(g) 4 NO(g) + 6 H 2O(g) blijkt onder bepaalde omstandigheden: S = 2,5 mol/l s. Hoe groot zijn:
Nadere informatießCalciumChloride oplossing
Samenvatting door R. 1673 woorden 17 februari 2013 8 1 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Pulsar chemie Additiereactie Bij een reactie tussen hexeen en broom springt de C=C binding open. Aan het molecuul
Nadere informatieStoffen, structuur en bindingen
Hoofdstuk 1: Stoffen, structuur en bindingen Scheikunde vwo 2011/2012 www.lyceo.nl Onderwerpen Scheikunde 2011 2012 Stoffen, structuur en binding Kenmerken van Reacties Zuren en base Redox Chemische technieken
Nadere informatieEindexamen scheikunde havo 2001-II
Eindexamen scheikunde havo 00-II 4 Antwoordmodel Energievoorziening in de ruimte et (uiteenvallen van de Pu-38 atomen) levert energie dus het is een exotherm proces. er komt energie vrij aantal protonen:
Nadere informatieEindexamen vmbo gl/tl nask2 2011 - I
Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één scorepunt toegekend. Chemische geesten 1 B 2 maximumscore 1 zoutzuur Wanneer het antwoord 'waterstofchloride-oplossing' is gegeven,
Nadere informatieOefenopgaven CHEMISCHE INDUSTRIE
Oefenopgaven CEMISCE INDUSTRIE havo OPGAVE 1 Een bereidingswijze van fosfor, P 4, kan men als volgt weergeven: Ca 3 (PO 4 ) 2 + SiO 2 + C P 4 + CO + CaSiO 3 01 Neem bovenstaande reactievergelijking over
Nadere informatieOefenopgaven REDOX vwo
Oefenopgaven REDOX vwo OPGAVE 1 Geef de halfreactie waarbij 01 P 2 O 5 wordt omgezet in PH 3. 02 Jodaat, IO 3 - in neutraal milieu wordt omgezet in H 5 IO 6. 03 Methanol in zuur milieu wordt omgezet in
Nadere informatieOEFENTOETS Zuren en basen 5 VWO
OEFENTOETS Zuren en basen 5 VWO Gesloten vragen 1. Carolien wil de zuurgraad van een oplossing onderzoeken met twee verschillende zuur-baseindicatoren en neemt hierbij het volgende waar: I de oplossing
Nadere informatieCurie Hoofdstuk 6 HAVO 4
Rekenen aan reacties Curie Hoofdstuk 6 HAVO 4 6.1 Rekenen met de mol 6.2 Rekenen met massa s 6.3 Concentratie 6.4 SPA en Stappenplan 6.1 Rekenen met de mol Eenheden en grootheden 1d dozijn potloden 12
Nadere informatieNATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2016
NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 016 CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van 0 tot en met 7 januari 016 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en opgaven
Nadere informatieNATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE
NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE af te nemen in de periode van januari tot en met 5 februari 04 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en open opgaven
Nadere informatieZUIVERE STOF één stof, gekenmerkt door welbepaalde fysische constanten zoals kooktemperatuur, massadichtheid,.
PARATE KENNIS CHEMIE 4 e JAAR SCHEMA ZUIVERE STOF één stof, gekenmerkt door welbepaalde fysische constanten zoals kooktemperatuur, massadichtheid,. MENGSEL bestaat uit meerdere zuivere stoffen, de kooktemperatuur,
Nadere informatie6.9. Boekverslag door G woorden 13 december keer beoordeeld. Scheikunde
Boekverslag door G. 1415 woorden 13 december 2016 6.9 13 keer beoordeeld Vak Scheikunde Scheikunde H2: Chemische Reacties 1. Ontledings- en scheidingsreacties (begrippen komen op het einde) Wat zijn de
Nadere informatieScheikunde leerjaar 2
Scheikunde leerjaar 2 De verbranding van suiker. De ontleding van koper(i)jodide. Het vormen van vast ijzer(ii)sulfide. Verbranding van methaan. Bij de reactie van natrium met zwavel ontstaat natriumsulfide.
Nadere informatie1 De bouw van stoffen
Inhoud 1 De bouw van stoffen 1 eigenschappen van stoffen 13 Mengsels en zuivere stoffen 13 D Oplossingen 15 Zuivere stoffen herkennen 15 Scheiding van mengsels 17 2 de opbouw van de materie 19 Moleculen
Nadere informatieFosfor kan met waterstof reageren. d Geef de vergelijking van de reactie van fosfor met waterstof.
1 Een oplossing van zwavelzuur en een oplossing van bariumhydroxide geladen beide elektriciteit. Wordt bij de zwavelzuuroplossing een oplossing van bariumhydroxide gedruppeld, dan neemt het elektrisch
Nadere informatieDit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen
MAVO-4 II EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1983 MAVO-4 Woensdag 15 juni, 9.00 11.00 NATUUR-EN SCHEIKUNDE II (Scheikunde) MEERKEUZETOETS Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20
Nadere informatie29ste VLAAMSE CHEMIE OLYMPIADE EERSTE RONDE
Actieve steun Vlaamse Chemie Olympiade UAntwerpen K.U.Leuven K.U.Leuven Kulak UGent UHasselt VUB BNV KVCV VOB KBIN VeLeWe 29ste VLAAMSE CHEMIE OLYMPIADE EERSTE RONDE Sponsors 16 november 2011 Gewest Brussel
Nadere informatieModule 8 Chemisch Rekenen aan reacties
1 Inleiding In deze module ga je leren hoe je allerlei rekenwerk kunt uitvoeren aan chemische reacties. Dat is van belang omdat in veel bedrijven wordt gerekend aan reacties onder andere om te bepalen
Nadere informatieOEFENOPGAVEN VWO EVENWICHTEN
OPGAVE 1 OEFENOPGAVEN VWO EVENWICHTEN In een ruimte van 5,00 liter brengt men 9,50 mol HCl(g) en 2,60 mol O 2 (g). Na evenwichtsinstelling is 40,0% van de beginstoffen omgezet en is er Cl 2 (g) en H 2
Nadere informatieSamenvatting 3.1, 3.2 en 3.3 (2)
Samenvatting 3.1, 3.2 en 3.3 (1) Kenmerkend voor het optreden van een chemische reactie is dat de stofeigenschappen veranderen. Als stofeigenschappen veranderen, dan zijn er dus nieuwe ontstaan.. Deze
Nadere informatieRekenen aan reacties 3. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week
Rekenen aan reacties 3 Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 5 Deze les Rekenen aan reactievergelijkingen (Massaverhouding) Afronding voor volgende week Bestuderen (Rekenen met de massa verhouding)
Nadere informatieOefen opgaven rekenen 4 HAVO bladzijde 1
Oefen opgaven rekenen 4 HAVO bladzijde 1 Opgave 1 uitrekenen en afronden Bij +/- rond je af op het kleinste aantal DECIMALEN, bij x/ rond je af op het kleinste aantal SIGNIFICANTE CIJFERS. Bij gecombineerde
Nadere informatieEindexamen scheikunde havo 2008-I
Beoordelingsmodel Uraan 1 maximumscore 2 aantal protonen: 92 aantal neutronen: 146 aantal protonen: 92 1 aantal neutronen: 238 verminderen met het aantal protonen 1 2 maximumscore 2 UO 2 + 4 HF UF 4 +
Nadere informatieSamenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties
Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties Samenvatting door F. 1622 woorden 22 mei 2015 6,1 40 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Paragraaf 1 Gloeien, smelten en verdampen Als je
Nadere informatieHoofdstuk 3-5. Reacties. Klas
Hoofdstuk 3-5 Reacties Klas 3 MOLECUULFORMULES OPDRACHT 1: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A H 2O C 2H 6 C C 2H 6O D CO 2 E F C 4H 8O CHN OPDRACHT 2: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A HNO C 3H 6O C C 2H 2 D C 6H 5NO
Nadere informatieDit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen
MAVO-4 II EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1982 MAVO-4 Woensdag 15 juni, 9.00 11.00 NATUUR-EN SCHEIKUNDE II (Scheikunde) MEERKEUZETOETS Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20
Nadere informatiescheikunde vwo 2017-II
Kerosine uit zonlicht maximumscore 3 Een voorbeeld van een juiste berekening is: E = ( 2,42 0 5 ) + 0,5 ( 3,935 0 5 ) + 0,5 (,05 0 5 ) = +3,84 0 5 (J mol ). juiste verwerking van de vormingswarmten van
Nadere informatieEindexamen scheikunde havo 2005-I
4 Beoordelingsmodel Zeewater 1 Sr 2+ juist symbool 1 juiste lading bij gegeven symbool 1 2 aantal protonen: 6 aantal neutronen: 8 juiste aantal protonen 1 aantal neutronen: 14 verminderen met het aantal
Nadere informatie4. Van twee stoffen is hieronder de structuurformule weergegeven.
MAVO Herexamen 1976 1. Beantwoord de volgende vragen over het element calcium. a. Hoeveel protonen bevat een atoom van dit element? Licht het antwoord toe. b. Hoe zijn de elektronen over de schillen verdeeld?
Nadere informatiescheikunde oude stijl havo 2015-I
Snelle auto's 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: De molecuulformule C 7 H 12 voldoet niet aan de algemene formule voor alkanen: C n H 2n+2. Het mengsel bestaat dus niet uitsluitend
Nadere informatieOefenvragen Hoofdstuk 4 Chemische reacties antwoorden
Oefenvragen Hoofdstuk 4 Chemische reacties antwoorden Vraag 1 Geef juiste uitspraken over een chemische reactie. Kies uit: stofeigenschappen reactieproducten beginstoffen. I. Bij een chemische reactie
Nadere informatieNATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE
NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van woensdag 5 januari 01 tot en met woensdag 1 februari 01 Deze voorronde bestaat uit 4 meerkeuzevragen verdeeld over
Nadere informatieEindexamen vwo scheikunde pilot I
Duurzame productie van waterstof uit afvalwater 1 maximumscore 4 C 6 H 12 O 6 + 4 H 2 O 4 H 2 + 2 CH 3 COO + 2 HCO 3 + 4 H + molverhouding CH 3 COO : HCO 3 = 1 : 1 en C balans juist 1 coëfficiënt voor
Nadere informatieEindexamen scheikunde havo 2004-II
4 Beoordelingsmodel Zink 1 aantal protonen: 30 aantal elektronen: 30 aantal neutronen: 34 aantal protonen: 30 1 aantal elektronen = aantal protonen 1 aantal neutronen: massagetal aantal protonen 1 2 2
Nadere informatieRekenen aan reacties 2. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week 18-4-2016
Rekenen aan reacties 2 Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 4 Deze les Rekenen aan reactievergelijkingen Samenvatting Vragen Huiswerk voor volgende week Bestuderen Lezen voor deze week Bestuderen
Nadere informatieEindexamen scheikunde havo I
pgave (mono)stikstofmono-oxide Indien als antwoord stikstofoxide is gegeven 2 Een juiste verklaring leidt tot de uitkomst 7 (elektronen). elk atoom bevat 8 elektronen in totaal bevat het 2 - ion dus 2
Nadere informatieEindexamen havo scheikunde pilot 2013-I
Beoordelingsmodel ph-bodemtest 1 maximumscore 2 Een juist antwoord kan als volgt zijn geformuleerd: Het tabletje bevat bariumsulfaat en deze stof is slecht oplosbaar (in water). notie dat het tabletje
Nadere informatie5 a de gele vlam wappert, is minder heet en geeft roet af b vlak boven de kern c met de gasregelknop d de brander is dan moeilijk aan te steken
3HV Antwoorden samenvatting onderouw scheikunde 1.6 Scheidingsmethoden 1 a stofnaam voorwerp c voorwerp d stofnaam e voorwerp f stofnaam 2 a goed slecht c goed d slecht e slecht f matig (zuurstof) tot
Nadere informatie3.1. 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie.
3.1 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie. 2. De pijl in een reactieschema (bijvoorbeeld: A + B C) betekent: - A en B reageren tot C of - Er vindt
Nadere informatie5 Water, het begrip ph
5 Water, het begrip ph 5.1 Water Waterstofchloride is een sterk zuur, het reageert als volgt met water: HCI(g) + H 2 0(I) Cl (aq) + H 3 O + (aq) z b Hierbij reageert water als base. Ammoniak is een zwakke
Nadere informatieReacties met koper 4.1 (1)
Hoofdstuk 4: ELEMENTEN Onderwerpen: Kringloopschema van koper ( ( 4.1) Kleinste deeltjes van de materie (moleculen en atomen) ( ( 4.2) Reactieschema in symbolen ( ( 4.3) Massaverhouding bij reacties (
Nadere informatieExtra oefenopgaven H4 [rekenen met: vormingswarmte, reactiewarmte, rendement, reactiesnelheid, botsende-deeltjesmodel]
Extra oefenopgaven H4 [rekenen met: vormingswarmte, reactiewarmte, rendement, reactiesnelheid, botsende-deeltjesmodel] Gebruik bij deze opdrachten BINAS-tabellen 8 t/m 12 / 38A / 56 / 57. Rekenen met vormingswarmte
Nadere informatieOnderwerp: Onderzoek doen Kerndoel(en): 28 Leerdoel(en): - Onderzoek doen aan de hand van onderzoeksvragen - Uitkomsten van onderzoek presenteren.
Vak: Scheikunde Leerjaar: Kerndoel(en): 28 De leerling leert vragen over onderwerpen uit het brede leergebied om te zetten in onderzoeksvragen, een dergelijk onderzoek over een natuurwetenschappelijk onderwerp
Nadere informatie1. Elementaire chemie en chemisch rekenen
In onderstaande zelftest zijn de vragen gebundeld die als voorbeeldvragen zijn opgenomen in het bijhorend overzicht van de verwachte voorkennis chemie. 1. Elementaire chemie en chemisch rekenen 1.1 Grootheden
Nadere informatieEindexamen scheikunde havo 2006-II
4 Beoordelingsmodel Element 115 1 Calcium heeft atoomnummer 20 en americium heeft atoomnummer 95. Dus samen hebben ze 115 protonen. calcium heeft atoomnummer 20 en americium heeft atoomnummer 95 1 2 Een
Nadere informatieZUREN EN BASEN. Samenvatting voor het HAVO. versie mei 2013
ZUREN EN BASEN Samenvatting voor het HAVO versie mei 2013 INHOUDSOPGAVE 1. Vooraf 2. Algemeen 3. Zuren 4. Basen 5. Het waterevenwicht 6. Definities ph en poh 7. ph BEREKENINGEN 7.1. Algemeen 7.2. Water
Nadere informatieSCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES SKILL TREE
SKILL TREE MOLECUULFORMULES OPDRACHT 1: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A H 2 O C 2 H 6 C C 2 H 6 O D CO 2 E F C 4 H 8 O CHN OPDRACHT 2: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A HNO C 3 H 6 O C C 2 H 2 D C 6 H 5 NO E C 5 H
Nadere informatieKleinschalige chloorproductie (ce)
Kleinschalige chloorproductie (ce) Bij deze opgave horen drie bronnen. Bron 1: artikel uit 'C2W Life Science' van 31 mei 2008. Bron 2: Het kwikelektrolyseproces. In een schuine goot ligt op de bodem een
Nadere informatieSamenvatting NaSk Hoofdstuk 6 en 8
Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6 en 8 Samenvatting door een scholier 2783 woorden 10 april 2007 5,9 108 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Banas Natuur- scheikunde Hoofdstuk 6 Uittreksel 6.3A Stoffen verhitten
Nadere informatieSCHEIKUNDE VWO 4 MOLBEREKENINGEN ANTW.
OPGAVE 1 LEVEL 1 Uit de opgave haal je dat koper en zuurstof links van de pijl moeten staan en koper(ii)oxide rechts van de pijl. Daarna maak je de reactievergelijking kloppend. 2 Cu + O 2 à 2 CuO Filmpje
Nadere informatie4. In een bakje met natriumjodide-oplossing worden 2 loden elektroden gehangen. Deze twee elektroden worden aangesloten op een batterij.
Test Scheikunde Havo 5 Periode 1 Geef voor de volgende redoxreacties de halfreacties: a Mg + S MgS b Na + Cl NaCl c Zn + O ZnO Geef de halfreacties en de reactievergelijking voor de volgende redoxreacties:
Nadere informatieCENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN SCHEIKUNDE TENTAMEN SCHEIKUNDE. datum : donderdag 29 juli 2010
CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN SCHEIKUNDE TENTAMEN SCHEIKUNDE datum : donderdag 29 juli 2010 tijd : 14.00 tot 17.00 uur aantal opgaven : 6 Iedere opgave dient op een afzonderlijk vel te worden gemaakt
Nadere informatieBUFFEROPLOSSINGEN. Inleiding
BUFFEROPLOSSINGEN Inleiding Zowel in de analytische chemie als in de biochemie is het van belang de ph van een oplossing te regelen. Denk bijvoorbeeld aan een complexometrische titratie met behulp van
Nadere informatieOplossingen oefeningenreeks 1
Oplossingen oefeningenreeks 1 4. Door diffractie van X-stralen in natriumchloride-kristallen stelt men vast dat de eenheidscel van dit zout een kubus is waarvan de ribbe een lengte heeft van 5.64 10-10
Nadere informatieJe kunt de ph van een oplossing meten met een ph-meter, met universeelindicatorpapier of met behulp van zuur-base-indicatoren.
Boekverslag door Merel 797 woorden 22 januari 2017 6.9 14 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Zie de bijlage voor de grafiek en alle tabellen. H8 Zuren en en Basen Chemie Overal 8.2 De
Nadere informatieEindexamen scheikunde havo 2008-II
Beoordelingsmodel Forams 1 maximumscore 2 aantal protonen: 14 aantal neutronen: 16 aantal protonen: 14 1 aantal neutronen: 30 verminderd met het aantal protonen 1 Indien het juiste aantal protonen (7)
Nadere informatieEindexamen scheikunde havo 2007-II
Beoordelingsmodel Kwik 1 maximumscore 2 aantal protonen: 160 aantal elektronen: 158 aantal protonen: 160 1 aantal elektronen: het gegeven aantal protonen verminderd met 2 1 2 maximumscore 2 g 2 Cl 2 Indien
Nadere informatieT2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen
T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen 2008 Voorbeeld toets dinsdag 29 februari 60 minuten NASK 2, 2(3) VMBO-TGK, DEEL B. H5: VERBRANDEN EN ONTLEDEN 3(4) VMBO-TGK,
Nadere informatieChemie (ph) bij het inkuilen Scheikunde klas V41a en V41b door Erik Held
Chemie (ph) bij het inkuilen Scheikunde klas V41a en V41b door Erik Held Inkuilproces Proces bij het inkuilen: In de kuil ondergaat het gewas een biochemisch proces onder invloed van micro-organismen Een
Nadere informatieNATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE
NATINALE SHEIKUNDELYMPIADE RRETIEMDEL VRRNDE 1 (de week van) woensdag 4 februari 2009 Deze voorronde bestaat uit 24 meerkeuzevragen verdeeld over 5 onderwerpen en 3 open vragen met in totaal 13 deelvragen
Nadere informatieNATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE
NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van 28 januari tot en met 4 februari 2015 Deze voorronde bestaat uit 20 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en
Nadere informatie