Naar een richtlijn ter beoordeling van alternatieve technieken voor legionellapreventie in drinkwater en warm tapwater.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Naar een richtlijn ter beoordeling van alternatieve technieken voor legionellapreventie in drinkwater en warm tapwater."

Transcriptie

1 januari 2003 KWR Naar een richtlijn ter beoordeling van alternatieve technieken voor legionellapreventie in drinkwater en warm tapwater. Startnotitie

2 januari 2003 KWR Naar een richtlijn ter beoordeling van alternatieve technieken voor legionellapreventie in drinkwater en warm tapwater. Startnotitie 2002 Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij electronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Opdrachtgever Ministerie van VROM Projectnummer Kiwa N.V. Water Research Groningenhaven 7 Postbus BB Nieuwegein Telefoon Fax Internet

3 Colofon Titel Naar een richtlijn ter beoordeling van alternatieve technieken voor legionellapreventie in drinkwater en warm tapwater Projectnummer Projectmanager Ir. W.J.M.K. Senden (Kiwa Water Research) Kwaliteitsborgers prof. dr. ir. D. van der Kooij (Kiwa WR) dhr. W.R.F. Derwort (Kiwa C&K) Auteurs ir. F.I.H.M. Oesterholt (Kiwa WR) ing. W. Schalekamp (Kiwa C&K) Dit rapport is niet openbaar en slechts verstrekt aan de opdrachtgevers van het adviesproject en de leden van de begeleidingscommissie. Eventuele verspreiding daarbuiten vindt alleen plaats door de opdrachtgever zelf.

4 Verantwoording Deze startnotitie is opgesteld door Kiwa Water Research in opdracht van het Ministerie van VROM, Directoraat Generaal Milieubeheer, Directie Bodem Water Landelijk Gebied. De startnotitie vormt de eerste stap in het traject naar een definitieve beoordelingsrichtlijn voor alternatieve technieken voor legionellapreventie in drinkwater en warm tapwater. Voor de begeleiding van dit traject heeft het Ministerie van VROM een begeleidingscommissie samengesteld die bestaat uit de volgende personen: Leden van de begeleidingscommissie: dhr. W. Reinhold (voorzitter) Min. van VROM mw. J.F.M. Versteegh RIVM mw. C. van de Veerdonk VEWIN mw. J. Hofman/dhr. I. Koenderman NEN dhr. W. Scheffer UNETO-VNI dhr. T. Bieze Aqua Nederland dhr. B. den Hartog TNO Voeding dhr. M. Engelenburg ProEconomy dhr. W. Plazier UVIDIS dhr. M. Hollemans Grohe dhr. H. Gijtenbeek Van der Heuvel Watertechnologie dhr. D. van der Kooij Kiwa Water Research dhr. F. Oesterholt (secretaris) Kiwa Water Research Kiwa N.V januari 2003

5 Inhoud Verantwoording 1 Inhoud 2 1 Inleiding 3 2 Alternatieve technieken voor legionellapreventie Resultaten vooronderzoek Overzicht technieken 5 3 Bestaande wettelijke eisen, normen en richtlijnen Relevante publieksrechtelijke en privaatrechtelijke eisen Bestrijdingsmiddelenwet Waterleidingwet Privaatrechtelijke eisen Relevante Normen en praktijkrichtlijnen Relevante Europese richtlijnen Beoordelingsmethoden in het buitenland Frankrijk Duitsland Engeland Vlaanderen 14 4 Certificatie van alternatieve technieken voor legionellapreventie Begripsomschrijving Beoordelingsrichtlijn Het beginsel van certificatie Vormen van certificatie Legionellapreventie en certificatie Attestatie van de behandelingstechnieken Procescertificaat voor inzet van een behandelingstechniek in een installatie Ketencertificatie gericht op de kwaliteit van het water aan het tappunt Reikwijdte Beoordelingsrichtlijn Accrediteerbaarheid 20 5 Conclusies en eerste afspraken met de begeleidingscommissie Conclusies Resultaten van de eerste bijeenkomst van de begeleidingscommissie 22 6 Referenties 24 I Overzicht Reinigingsmiddelen met een ATA certificaat 25 Kiwa N.V januari 2003

6 1 Inleiding In Nederland wordt als uitgangspunt voor het beheersen van de legionellaproblematiek in collectieve leidingwatersystemen het thermisch beheersconcept gehanteerd. Voor koudwatersystemen betekent dit dat de temperatuur van het water bij voorkeur niet verder opwarmt dan 20 C. Voor warmwatersystemen moet ten minste een watertemperatuur van 60 C op de tappunten worden nagestreefd. Wordt gedurende enige tijd op een bepaalde plaats in de warmwaterinstallatie niet aan die voorwaarde voldaan dan is het mogelijk om door periodieke temperatuurverhoging van het water (> 60 C) alsnog een voldoende desinfectie te bereiken. In plaats van het thermisch beheersconcept is het toegestaan een alternatieve desinfectietechniek in te zetten, echter hierbij moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan: - het effect moet vergelijkbaar zijn met dat van thermische desinfectie (gelijkwaardigheidsprincipe); - er mag geen sprake zijn van onaanvaardbare neveneffecten op de volksgezondheid en het milieu. Het ontbreekt op dit moment in Nederland aan een eenduidige procedure voor het beoordelen van alternatieve technieken voor legionellapreventie en als onderdeel van deze procedure ontbreekt het aan methoden voor het bepalen van de effecten en neveneffecten van deze technieken. De aanpak van de legionellaproblematiek in Nederland op basis van de Tijdelijke Regeling Legionellapreventie in Leidingwater (en op termijn op basis van het Waterleidingbesluit) noopt tot duidelijkheid op dit punt enerzijds omdat het thermisch beheersconcept niet in alle gevallen toegepast kan worden (bijv. koud water problematiek in ziekenhuizen), anderzijds omdat veel aanbieders van alternatieve technieken de markt (willen) betreden. Het doel van het Ministerie van VROM is dan ook om als uitvloeisel van de bestaande regelgeving met betrekking tot legionellapreventie in leidingwater met belanghebbende organisaties een beoordelingsrichtlijn te ontwikkelen voor alternatieve technieken voor legionellapreventie. In het traject naar het opstellen van een beoordelingsrichtlijn is vastgesteld dat er sprake is van een groot aantal onzekerheden en keuzemogelijkheden. Voor toepassing van een beoordelingsrichtlijn op termijn is het belangrijk dat er over deze onzekerheden en keuzemogelijkheden met belanghebbenden wordt gediscussieerd met als doel het bereiken van consensus over de uitgangspunten voor een dergelijke richtlijn. Op grond hiervan heeft het Ministerie van VROM besloten om een startnotitie te laten opstellen waarin de uitgangspunten zijn gedefinieerd voor het opstellen van een beoordelingsrichtlijn. Uitgaande van deze startnotitie kan in een vervolgproject op een efficiënte wijze en met goedkeuring van de betrokken marktpartijen worden gestart met het opstellen van een concept-beoordelingsrichtlijn. Kiwa N.V januari 2003

7 Bij het opstellen van deze notitie is er van uitgegaan dat de beoordelingsrichtlijn betrekking zal hebben op alternatieve technieken voor legionellapreventie die worden ingezet voor de desinfectie van leidingwater in collectieve watervoorzieningen en collectieve leidingnetten anders dan het distributienet van het waterleidingbedrijf. Kiwa N.V januari 2003

8 2 Alternatieve technieken voor legionellapreventie 2.1 Resultaten vooronderzoek Bij brief van 1 februari 2001 is door de Minister van VROM het Kiwa-rapport Alternatieve technieken voor Legionella-preventie: kenmerken en beoordeling aangeboden aan de Tweede Kamer [1]. In deze literatuurstudie, die in opdracht van het Ministerie van VROM is uitgevoerd, is een overzicht gegeven van technieken die op de markt worden gebracht om de groei van legionellabacteriën in collectieve leidingwatersystemen te voorkomen. De technieken zijn op basis van beschikbare gegevens (aangeleverd door fabrikanten en importeurs, uit wetenschappelijke literatuur en ervaringsgegevens) beoordeeld op criteria die verband houden met effectiviteit, neveneffecten, toepassingsgebied, onderhoud en beheer, kosten en de toelating op basis van de Bestrijdingsmiddelenwet. Een van de conclusies van het rapport is dat het op dit moment onmogelijk is om de verschillende technieken met elkaar te vergelijken, aangezien het ontbreekt aan een eenduidige beoordelingsmethode voor het bepalen van de effecten en neveneffecten van preventietechnieken. Als onderdeel van een dergelijke beoordelingsmethodiek is er behoefte aan duidelijke randvoorwaarden t.a.v. de effectiviteit en de invloed op de waterkwaliteit. 2.2 Overzicht technieken De volgende technieken voor alternatieve legionellapreventie zijn tijdens de Kiwa-studie geïnventariseerd: - dosering van natriumhypochloriet; - dosering van monochlooramine; - dosering van chloordioxide; - dosering van waterstofperoxide; - dosering van ozon (niet in Kiwa studie); - anodische oxidatie of electrolyse; - koper/zilver-ionisatie; - UV-desinfectie; - ultrafiltratie; - pasteurisatie; - elektrische pulsen. Bij de eerste zeven technieken uit de lijst worden stoffen aan het water toegevoegd waardoor rekening moet worden gehouden met een verandering van de waterkwaliteit. In de eerste vijf gevallen gebeurt dat door directe dosering van een desinfectiemiddel. Bij anodische oxidatie/elektrolyse worden onder invloed van een elektrisch potentiaal verschil de Kiwa N.V januari 2003

9 desinfectiemiddelen ter plaatse bereid uit zouten die van nature in het water voorkomen (bijvoorbeeld actief chloor uit chloride). Ook bij koper/zilverionisatie worden er geen desinfectiemiddelen direct aan het water toegevoegd. In dit geval worden onder invloed van een elektrisch potentiaal verschil koper en zilver uit de elektroden geïoniseerd en in de waterfase gebracht. Door het toevoegen van stoffen aan het water hebben deze technieken een desinfecterende werking tot in de nageschakelde installatie (restwerking). De overige technieken uit de lijst worden gekenmerkt door een lokale desinfectie. Bij de praktische toepassing van de technieken moet rekening worden gehouden met de volgende aspecten: - Het is denkbaar dat technieken gecombineerd worden toegepast. In sommige gevallen kan een techniek met een lokale werking toch invloed hebben op de opbouw en samenstelling van een biofilm in de nageschakelde installatie, waardoor de combinatie met een techniek waarbij een desinfectiemiddel wordt gedoseerd gunstig uitpakt. Een voorbeeld is de toepassing van ultrafiltratie op het binnenkomende water in een installatie gevolgd door een dosering van een desinfectant. Als gevolg van de invloed van ultrafiltratie op de samenstelling en opbouw van de biofilm zou, ten opzichte van de situatie zonder ultrafiltratie, met een lagere dosis desinfectant kunnen worden volstaan. - Veel leveranciers beperken zich niet tot het leveren en installeren van een alternatieve techniek (als black box) maar bieden hun klant een totaal beheersconcept aan. Dit betekent vaak dat niet alleen het onderhoud en beheer van de alternatieve techniek wordt verzorgd door de leverancier, maar soms ook dat (een deel van) het beheer van de leidingwaterinstallatie wordt overgenomen. Verder is de vraag relevant of een techniek wordt toegepast voor desinfectie of reiniging (éénmalige desinfectie) van de installatie. In het eerste geval is er sprake van continue of discontinue dosering van desinfecterende stoffen aan het water waarbij de installatie in gebruik blijft en water blijft leveren aan de tappunten. In het tweede geval wordt de installatie uit gebruik genomen, met behulp van desinfectiemiddelen gereinigd, zorgvuldig gespoeld en vervolgens weer vrijgegeven voor gebruik. In feite kan alleen in het eerste geval daadwerkelijk worden gesproken van een beheersmaatregel (in dit verband geldt een uitzondering voor situaties waarbij een systeem periodiek in gebruik is). Kiwa N.V januari 2003

10 3 Bestaande wettelijke eisen, normen en richtlijnen 3.1 Relevante publieksrechtelijke en privaatrechtelijke eisen Bestrijdingsmiddelenwet Stoffen die worden gebruikt voor desinfectie van leidingwater worden aangemerkt als bestrijdingsmiddelen in de zin van de Bestrijdingsmiddelenwet [2]. Consequentie van deze wet is dat geen enkel middel wordt toegestaan voor de bestrijding van Legionella. Voor toelating moet een volledig dossier worden opgesteld waarin een product beoordeeld is op de aspecten werkzaamheid, risico voor de gebruiker, risico voor de volksgezondheid en risico s voor het milieu. Toelating op basis van een dergelijk dossier geschiedt door het College voor de Toelating van Bestrijdingsmiddelen (CTB). Het CTB is een zelfstandig, volledig onafhankelijk opererend bestuursorgaan dat verantwoordelijk is voor het nemen van beslissingen over de toelating van bestrijdingsmiddelen. Het College, dat uit onafhankelijke deskundigen bestaat, wordt ondersteund door een Collegesecretariaat, dat beslissingen wetenschappelijk en administratief voorbereidt. Door de betrokken ministeries (LNV, VWS, SZW en VROM) wordt slechts voorzien in algemene kaders en toezicht op het College. De Keuringsdienst van Waren houdt toezicht op de Bestrijdingsmiddelenwet. De implementatie van de Europese Biocidenrichtlijn 98/8/EG (zie paragraaf 3.3) houdt in dat de Bestrijdingsmiddelenwet in Nederland moet worden aangepast. Een voorstel voor wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet is op 18 april 2000 naar de Tweede Kamer gestuurd. Men heeft er voor gekozen om de Bestrijdingsmiddelenwet gefaseerd te wijzigen via Koninklijke Besluiten. Het eerste Koninklijke Besluit is in december 2002 in voorbereiding en zal begin 2003 gereed zijn. Een belangrijk punt van discussie binnen de Europese wetgeving is hoe moet worden omgegaan met bestrijdingsmiddelen die in situ worden bereid. Begin 2003 is deze discussie nog niet afgerond. Er moet wel rekening worden gehouden met een verschil in benadering van in situ technieken waarbij de actieve stof al aanwezig is (bijv. koper/zilver-ionisatie) en in situ technieken waarbij dat niet het geval is (bijv. ozon, anodische oxidatie). Dit verschil is gebaseerd op het feit dat in het eerste geval de actieve stof wel actief op de markt wordt aangeboden en in het tweede geval niet. Volgens de woordelijke tekst van de Europese Biocidenrichtlijn valt een bestrijdingsmiddel onder de richtlijn als het commercieel op de markt wordt aangeboden. Op dit moment zijn er door het CTB geen bestrijdingsmiddelen toegelaten voor desinfectie van leidingwater. Er is wel enkele middelen toegelaten voor de reiniging van leidingwatersystemen (Herlisil, N en Uniprodes), maar deze middelen mogen niet terecht komen in het leidingwater. Dit Kiwa N.V januari 2003

11 betekent dat het middel alleen mag worden toegepast in een afgesloten deel van de installatie dat na reiniging wordt schoongespoeld Waterleidingwet Waterleidingbesluit Het Waterleidingbesluit [3] bevat kwaliteitseisen voor leidingwater. Naast de waterbedrijven in Nederland gelden deze kwaliteitseisen ook voor eigenaren van collectieve leidingwatersystemen. In geval van toepassing van de in hoofdstuk 2 genoemde technieken voor legionellapreventie zijn bijvoorbeeld de volgende kwaliteitseisen van belang: - nevenproducten van chemische desinfectie zoals bromaat, trihalomethanen en gehalogeneerde koolwaterstoffen; - koper (voor technieken waarbij het kopergehalte wordt beïnvloed); - hardheid (voor technieken waarbij de hardheid wordt gecorrigeerd of beïnvloed); - zuurgraad (voor technieken waarbij de zuurgraad wordt gecorrigeerd of beïnvloed); - chloride (voor technieken waarbij het chloridegehalte wordt beïnvloed); - geur, kleur en smaak (met name bij chemische desinfectie). Het Waterleidingbesluit stelt verder dat de eigenaar (van een collectieve watervoorziening) er zorg voor draagt dat de materialen en chemicaliën, die gebruikt worden bij de winning, de bereiding, de behandeling, de opslag, het transport of de distributie van leidingwater en de wijze waarop deze worden toegepast er niet toe leiden dat deze materialen en chemicaliën a) in een hogere concentratie in het leidingwater achterblijven dan voor het gebruik van die materialen of chemicaliën noodzakelijk is, en b) nadelig gevolgen hebben voor de volksgezondheid. Aan het laatste aspect wordt voldaan indien: - Er voor die materialen en chemicaliën een door de Minister van VROM erkende kwaliteitsverklaring of een daaraan gelijkwaardig document is afgegeven (ATA -keur). Bovendien moeten deze materialen en chemicaliën overeenkomstig de kwaliteitsverklaring worden gebruikt. - Of er is op een andere wijze ten genoegen van de Minister aangetoond dat aan de gestelde eisen wordt voldaan. Binnen de Nederlandse watersector wordt al jarenlang op vrijwillige basis een beoordelingssysteem gehanteerd, het Attest Toxicologische Aspecten (ATA). Dit Attest houdt in dat de materialen en chemicaliën waarop het van toepassing is, geen stoffen afgeven aan het drinkwater in concentraties die schadelijk zijn voor de gezondheid. De waterleidingbedrijven in Nederland eisen dat de producten die zij afnemen en gebruiken in de drinkwaterbereiding en distributie voorzien zijn van een ATA-keur. De producenten hebben er dus belang bij dat hun producten geattesteerd zijn. Kiwa Certificatie en Keuringen regelt de uitgifte van ATA s en onderhoud en controleert de attesten. In bijlage 1 is Kiwa N.V januari 2003

12 een overzicht opgenomen van chemicaliën die gebruikt kunnen worden voor desinfectie van leidingwatersystemen en waarvoor een ATA is afgegeven. Het ATA-systeem werkt op zichzelf goed, hoewel het geen wettelijke basis heeft. Beperkingen zitten in het feit dat de ATA s vrijwel uitsluitend betrekking hebben op kunststof materialen en dat bij de beoordeling van die materialen alleen wordt gekeken naar toxicologische aspecten. Uitbreiding naar andere materialen en chemicaliën en wettelijk verankering van de ATA liggen voor de hand, mede ingegeven door de EU Drinking Water Directive In deze richtlijn worden de lidstaten immers verplicht (in artikel 10) te garanderen dat alle materialen en chemicaliën die met drinkwater in aanmerking komen de kwaliteit ervan niet beïnvloeden. In Nederland is deze verplichting opgenomen in de Waterleidingwet en het Waterleidingbesluit. In Nederland wordt op dit moment gewerkt aan de ontwikkeling van een nieuw ATA-systeem (OAS). Dit systeem moet een nog betere garantie bieden voor de kwaliteit en de veiligheid van het drinkwater, waarbij naast toxicologische aspecten ook wordt gekeken naar microbiologische en organoleptische aspecten. Ministeriële Regeling Legionella-preventie in leidingwater [4] (tot 15 oktober 2002) en Besluit tot Wijziging van het Waterleidingbesluit in verband met de preventie van Legionella in leidingwater [5]. In een aantal situaties, die hier niet nader zijn gedefinieerd, zijn eigenaren van collectieve leidingsystemen verplicht tot het uitvoeren van een risicoanalyse en het opstellen van een beheersplan voor legionellapreventie. Het voornemen om een alternatieve techniek voor legionellapreventie toe te passen, ontslaat de eigenaar niet van dez e verplichting. Een risicoanalyse en beheersplan moeten er toe leiden dat de eigenaar zoveel mogelijk zeker kan stellen dat op alle tappunten waarbij relevante hoeveelheden inadembare aërosolen kunnen vrijkomen de concentratie legionellabacteriën de waarde van 100 kve/l niet overschrijdt (50 kve/l in Ministeriële Regeling). In de richtlijnen ten behoeve van het uitvoeren van een risicoanalyse m.b.t. legionellapreventie staat in beide documenten onder de titel preventie aan tappunten dat in het geval er één of meer tappunten aanwezig zijn waarbij relevante hoeveelheden inadembare aërosolen kunnen vrijkomen, er gekozen kan worden voor het toepassen van een behandelingstechniek in de toevoer naar het betreffende tappunt. De eis die hieraan wordt gesteld is dat (op verzoek van de inspecteur) wordt aangetoond dat deze techniek effectief is en geen onaanvaardbare neveneffecten heeft op de volksgezondheid of het milieu. In de Nota van Toelichting bij het Besluit staat verder vermeld dat er bij het aanbieden van het rapport Alternatieve technieken voor Legionellapreventie aan de Tweede Kamer een voorkeur is uitgesproken voor thermisch beheer boven andere beheersmethoden. In de brief is verder aangegeven dat indien thermisch beheer in een specifieke situatie onmogelijk is, vanuit milieuoogpunt een voorkeur bestaat voor technieken waarbij geen stoffen aan het water worden Kiwa N.V januari 2003

13 toegevoegd (anodische oxidatie, ultrafiltratie, UV-desinfectie en pasteurisatie) boven technieken waarbij dat wel het geval is (toepassing van koperzilverionisatie, dan wel toevoeging van natriumhypochloriet, chloordioxide, monochlooramine of waterstofperoxide). Regeling Materialen en Chemicaliën Leidingwatervoorziening [13]. Deze regeling, die naar verwachting 1 januari 2003 in werking treedt, stelt nadere regels aan het gebruik van materialen en chemicaliën bij de leidingwatervoorziening en de wijze waarop deze worden toegepast. Hiermee wordt artikel 10 van de Europese Drinkwaterrichtlijn omgezet in nationaal recht. Onder chemicaliën zoals bedoeld in deze regeling wordt niet verstaan biociden als bedoeld in de Biocidenrichtlijn 98/8/EC van de EU. Biociden vallen in Nederland onder de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 en vereisen een toelating door het CTB. Met het oog op toepassing van alternatieve technieken voor legionellapreventie geldt deze regeling wel voor de daarbij toegepaste materialen en chemicaliën (zijnde geen biociden) die als hulpstoffen worden toegepast. Met het oog op bescherming van de volksgezondheid worden eisen gesteld aan de afgifte van stoffen door materialen en chemicaliën die worden gebruikt bij de leidingwatervoorziening. In de regeling is aangegeven op welke wijze de materialen en chemicaliën alsmede de stoffen waaruit deze zijn samengesteld, dan wel die worden gebruikt in het productieproces moeten worden onderzocht en beoordeeld op mogelijke nadelige gevolgen. De regeling stelt verder regels voor de afgifte van een erkende kwaliteitsverklaring door een certificeringsinstelling en regels voor de erkenning van een kwaliteitsverklaring. Het gebruik van een kwaliteitsverklaring is overigens niet verplicht. Ook anderszins kan worden aangetoond dat voldaan wordt aan de regeling, bijvoorbeeld uit onderzoek door of onder verantwoordelijkheid van een producent of gebruiker, waarbij uiteraard wordt voldaan aan de hiervoor gestelde eisen. Bij de opzet van een kwaliteitsverklaring gaat de regeling uit van de in Nederland reeds toegepaste ATA-productcertificatie (zie tekst onder Waterleidingbesluit). Hiermee anticipeert de regeling op ontwikkelingen op Europees niveau waarbij wordt gewerkt aan de opzet van een geharmoniseerd European Acceptance Scheme (EAS) voor materialen die worden toegepast bij de drinkwatervoorziening. De verwachting is dat dit systeem in hoge mate overeen zal stemmen met het Nederlandse systeem Privaatrechtelijke eisen Vanuit privaatrechtelijk oogpunt loopt de eigenaar van een collectief leidingwatersysteem aan tegen de aansluitvoorwaarden van het waterleidingbedrijf. De waterleidingbedrijven vinden waterbehandeling na de watermeter in algemene zin overbodig en risicovol. Voor wat betreft legionellapreventie blijft het thermisch beheersconcept voor het waterleidingbedrijf eerste keus. Indien er toch wordt besloten om een alternatieve techniek toe te passen, zal het waterleidingbedrijf de eigenaar voorwaarden stellen gericht op de volgende aspecten: Kiwa N.V januari 2003

14 - de toepassing van een gecertificeerde techniek (op het moment dat er een beoordelingsrichtlijn beschikbaar is); - verandering van de waterkwaliteit binnen de normen uit het Waterleidingbesluit; - toelating van de gebruikte materialen en chemicaliën op basis van ATA - certificaten en in het geval van bestrijdingsmiddelen toelating door het CtB. In het geval er chemicaliën worden toegepast bij de alternatieve techniek stelt het waterleidingbedrijf een onderbroken levering verplicht. Verder heeft de eigenaar te maken met de rechtstreekse aansprakelijkheid die hij of zij heeft op het moment dat een gebruiker hinderlijke gevolgen ondervindt van toepassing van een alternatieve techniek. 3.2 Relevante Normen en praktijkrichtlijnen NEN 1006 [6]Algemene voorschriften voor leidingwaterinstallaties Op grond van de Woningwet is, via het Bouwbesluit en de Regeling Aansluitvoorwaarden Bouwbesluit, NEN 1006 van toepassing verklaard op leidingwaterinstallaties die deel uitmaken van een gebouw. Gemeenten zijn in dit geval de toezichthoudende instanties. De NEN 1006 is in 2002 aangepast aan het nieuwe Waterleidingbesluit van Naar verwachting zal deze nieuwe NEN-norm in januari 2003 in het nieuwe Bouwbesluit worden opgenomen. De norm geeft de eisen waaraan een leidingwaterinstallatie moet voldoen uit het oogpunt van volksgezondheid, veiligheid en doelmatigheid. Over waterbehandeling zegt de nieuwe NEN 1006 dat: Behandeld leidingwater bestemd of mede bestemd om te drinken mag geen bezwaar voor de volksgezondheid opleveren. Dit water moet voldoen aan de kwaliteitseisen die zijn genoemd in de Waterleidingwet en het Waterleidingbesluit. NEN-EN Apparatuur voor het conditioneren van drinkwater binnen gebouwen Mechanische filters Deel 2: deeltjesgrootte van 1 micrometer tot minder dan 80 micrometer Eisen voor prestaties, veiligheid en beproevingen. NEN-EN XXXX Omgekeerde osmose (norm in ontwikkeling) NEN-EN XXXX Onderhoud en beheer van conditioneringsapparatuur (norm in ontwikkeling) NEN-EN XXXX Apparatuur voor het conditioneren van drinkwater binnen gebouwen UV Eisen voor prestaties, veiligheid en beproevingen (norm in ontwikkeling) Kiwa N.V januari 2003

15 3.3 Relevante Europese richtlijnen European Drinking Water Directive 98/83/EC [7] In Nederland zijn de richtlijnen uit de European Drinking Water Directive grotendeels opgenomen in de wetgeving, o.a. Waterleidingwet, Waterleidingbesluit en NEN Artikel 10 van deze richtlijn bepaalt dat de lidstaten alle maatregelen treffen die nodig zijn om ervoor te zorgen dat de stoffen of in nieuwe installaties toegepaste materialen, die gebruikt worden bij de bereiding of distributie van voor menselijke consumptie bestemd water, en de door dergelijke stoffen of materialen veroorzaakte verontreinigingen, niet in een hogere concentratie in het water achterblijven dan voor het gebruik van die stoffen of materialen noodzakelijk is en dat zij er direct noch indirect toe leiden dat afbreuk wordt gedaan aan de bescherming van de volksgezondheid waarin de richtlijn voorziet. Met de Regeling materialen en chemicaliën leidingwatervoorziening is dit artikel omgezet in nationale wetgeving. European Biocidal Products Directive 98/8/EC [12] Desinfectiemiddelen voor leidingwater vallen ook onder deze Biocidenrichtlijn. De richtlijn regelt drie zaken: - de toelating en registratie en het op de markt brengen van biociden met het oog op gebruik in de lidstaten van de EU; - de wederzijdse erkenning van een toelating en registratie binnen de EU; - de vaststelling van positieve lijsten van werkzame stoffen die in biociden mogen worden gebruikt binnen de EU. Het betreft de volgende lijsten: Bijlage I. Werkzame stoffen met op EU-niveau overeengekomen eisen voor opneming in Biociden; Bijlage IA. Werkzame stoffen met op EU-niveau overeengekomen eisen voor opneming in Biociden met een gering risico; Bijlage IB. Basisstoffen met op EU-niveau overeengekomen eisen voor opneming in Biociden. De vier departementen VWS, VROM, LNV en SZW zijn verantwoordelijk voor de Biocidenrichtlijn. Het Ministerie van VWS is coördinerend ministerie voor het beleid en de regelgeving met betrekking tot biociden. Het CTB is uitvoerend orgaan. Zolang een werkzame stof nog niet is opgenomen in Bijlage I, IA of IB van de Biocidenrichtlijn, geldt de nationale regelgeving. In Nederland is dat de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 met de daarbij behorende regelgeving, zoals de Regeling toelating bestrijdingsmiddelen 1995 en het Besluit milieutoelatingseisen niet-landbouwbestrijdingsmiddelen. Deze blijven van toepassing totdat de werkzame stof op een van de bijlagen is geplaatst of uiterlijk tot en met 14 mei Zodra de werkzame stof op Bijlage I, IA of IB is geplaatst, dient een aanvraag te worden ingediend volgens de vereisten van de Biocidenrichtlijn, in het land waarin men een toelating of registratie wenst te verkrijgen. De dossiervereisten voor chemische stoffen staan in de bijlagen IIA (basisgegevens voor werkzame stoffen), IIB (basisgegevens voor biociden), IIIA (aanvullende gegevens voor werkzame stoffen) en IIIB Kiwa N.V januari 2003

16 (aanvullende gegevens voor biociden) van de richtlijn. De beoordeling vindt plaats op de aspecten werkzaamheid, onaanvaardbare effecten doelorganismen, risico toepassen, risico volksgezondheid, risico milieu, analysemethoden en fysische en chemische eigenschappen met nadruk op risico s bij gebruik, opslag en vervoer. De verwachting is dat de eerste stoffen medio 2005 op Bijlage I zullen zijn geplaatst. 3.4 Beoordelingsmethoden in het buitenland Frankrijk In Frankrijk is geen eenduidige methodiek beschikbaar voor de beoordeling van alternatieve technieken voor legionellapreventie. Methoden worden toegelaten op basis van een beoordeling van geval tot geval waarbij de toelating dan plaatsvindt op basis van onderzoek van bestaande gegevens en/of ervaringen. Tot nog toe is een aantal desinfecteermiddelen toegestaan voor bepaalde toepassingen [8] Duitsland In Duitsland is geen methode beschikbaar voor de beoordeling van alternatieve technieken voor legionellapreventie. Op de Duitse markt worden verschillende technieken commercieel aangeboden, zoals thermische conditionering, desinfectie met chloor, UV-behandeling en toepassing van koper/zilver ionisatie [9] Engeland De Health and Safety Executive (HSE) in Engeland heeft in 2001 de publicatie uitgebracht: "Legionnaires disease: The control of legionella bacteria in water systems". Deze publicatie onderschrijft het gebruik van chloordioxide dosering en koper/zilver ionisatie systemen als alternatieven voor de conventionele beheersmaatregelen [10]. Onlangs heeft de Drinking Water Inspector overleg gevoerd met HSE, omdat de implementatie van de richtlijnen van HSE sterk gerelateerd is aan het toelatingsysteem vanuit de overheid. Elke chemische stof die aan drinkwater gedoseerd wordt als beheersmiddel voor Legionella moet goedgekeurd zijn door de Engelse Secretary of State, of onderdeel zijn van een Europese standaard voor drinkwaterchemicaliën. De beoordeling van een stof wordt uitgevoerd door DWI in opdracht van de CCP (Committee on Products and Processes for Use in Public Water Supply) [10]. De CCP beoordeelt alleen de effecten van het doseren van een verbinding voor de waterkwaliteit en de volksgezondheid. Een beoordeling van de effectiviteit van een chemische techniek vindt niet plaats, zodat dit systeem overeenkomsten vertoont met de toelating van stoffen op basis van de Bestrijdingsmiddelenwet in Nederland. Kiwa N.V januari 2003

17 Een overzicht van toegelaten stoffen in Engeland is te vinden op de internet site van DWI. Het gebruik van zilvernitraat in combinatie met waterstofperoxide is bijvoorbeeld niet toegestaan vanwege onbekende langetermijneffecten van zilver. Koper/zilver-ionisatie daarentegen is wel toegestaan in Engeland, omdat er vanuit gegaan wordt dat er geen of slechts een beperkte blootstelling van zilver via het drinkwater plaatsvindt [11]. Chloordioxide blijkt in alle watersamenstellingen toegepast te kunnen worden en het is toegestaan om dit in drinkwater te gebruiken. In de praktijk is gebleken dat bij het in gebruik nemen van chloordioxide systemen dit aanvankelijk een agressief effect kan hebben op koperen leidingen. Hierdoor kunnen gedurende langere tijd relatief hoge koperconcentraties in drinkwater voorkomen. DWI heeft onlangs rapporten ontvangen van de WHO met aanwijzingen dat mogelijk het verhogen van chloordioxide dosering haalbaar is. De regelgeving in Engeland hanteert momenteel 0,4 mg/l voor de totale concentratie chloordioxide/chloriet/chloraat. Volgens recente publicaties is chloriet niet zo schadelijk als aanvankelijk gedacht wordt. DWI suggereert dat concentraties in de nabije toekomst concentraties verhoogd kunnen worden tot 1,0 mg/l voor chloordioxide [10] Vlaanderen Voor het Vlaamse grondgebied geldt dat er tot op heden nog geen beoordelingsmethodiek is voor alternatieve technieken voor legionellapreventie. Er bestaat geen direct verbod op het gebruik van alternatieve desinfectiemethoden. Ze worden dus toegepast zonder specifieke controle door de overheid. Dit betekent in de praktijk dat de gebruiker moet handelen volgens de codes van goede praktijk en de best beschikbare technieken dient te gebruiken, van geval tot geval te beoordelen. Uiteraard zijn er wel wettelijke bepalingen ten aanzien van de toepassing van chemicaliën in leidingwater en de gevolgen daarvan voor de volksgezondheid en het milieu [14]. Kiwa N.V januari 2003

18 4 Certificatie van alternatieve technieken voor legionellapreventie 4.1 Begripsomschrijving Beoordelingsrichtlijn Een beoordelingsrichtlijn (BRL) bevat de in een College van Deskundigen gemaakte afspraken over een bepaald onderwerp van certificatie. Dit betekent dat in een beoordelingsrichtlijn de volgende aspecten zijn opgenomen: - Alle eisen die door een certificatie-instelling moeten worden gehanteerd bij het toelatingsonderzoek en de controle. (Een beoordelingsrichtlijn vormt het toetsingskader om na te gaan of een product, proces of dienst voldoet aan de gestelde eisen.) - De eisen die gesteld worden aan het kwaliteitssysteem van de leveranciers. - De afspraken die in het College van Deskundigen zijn gemaakt over het niveau van de uitvoering van de certificatie. Voorbeelden van bestaande Beoordelingsrichtlijnen m.b.t. legionellapreventie zijn: - Kiwa BRL AV/01 Legionella Veilig Beheerd Verklaard - Kiwa BRL AV/02 Opstellen van Risicoanalyses en beheersplannen conform de wettelijke regels voor legionellapreventie in collectieve leidingwaterinstallaties. Alvorens invulling kan worden gegeven aan een richtlijn ter beoordeling van alternatieve technieken voor legionellapreventie moet eerst duidelijkheid ontstaan over de gewenste vorm van certificatie. 4.2 Het beginsel van certificatie Het begrip certificatie kan worden omschreven als activiteiten op grond waarvan een derde partij (de certificatie-instelling) kenbaar maakt dat er een gerechtvaardigd vertrouwen bestaat dat duidelijk omschreven producten, processen of diensten van een (kwaliteitsverantwoordelijke) leverancier 1 in overeenstemming zijn met een bepaalde norm, of met een ander eisenstellend document (beoordelingsrichtlijn). 1 In de accreditatienormen wordt het begrip leverancier omschreven als de partij die verantwoordelijk is en moet kunnen verzekeren dat producten voldoen, en zullen blijven voldoen aan de daaraan te stellen eisen. Kiwa N.V januari 2003

19 Schematisch kan het begrip certificatie als volgt in beeld worden gebracht Certificatie-instelling overeenkomst informatie leverancier gecertificeerd product/proces/dienst afnemer Bovenstaand schema is in beginsel van toepassing voor alle vormen van certificatie. Afhankelijk van het certificatieschema zullen daarbij verschillende marktpartijen in de rol van leverancier of afnemer participeren. Deze participatie van belanghebbenden is van essentieel belang bij de accrediteerbaarheid van het schema. Zie de betreffende paragraaf over accrediteerbaarheid. 4.3 Vormen van certificatie We kennen verschillende vormen van certificatie. Productcertificatie Van een onder productcertificaat geleverd product mag de afnemer verwachten dat het bij aflevering voldoet aan omschreven eisen. In een aantal gevallen wordt een productcertificaat pas afgegeven nadat een initieel onderzoek heeft plaatsgevonden naar toepasbaarheid van het product in de beoogde toepassingsomstandigheden. Daarbij vindt een toetsing plaats aan de in die omstandigheden te stellen prestatie-eisen. De kwaliteitsverklaring in dat geval wordt attest-met-productcertificaat genoemd. Een bijzondere vorm van productcertificatie is de zogenaamde aspectcertificatie, waarbij uitsluitend dat betreffende aspect van het product onderwerp is van het certificatie-onderzoek. Voorbeeld hiervan is het ATAsysteem: de certificatie heeft betrekking op de toxiciteit van producten en materialen die in contact komen met drinkwater. Procescertificatie Van een onder procescertificaat uitgevoerd proces mag de afnemer verwachten dat het proces is uitgevoerd volgens de daaraan in een beoordelingsrichtlijn gestelde eisen. In het algemeen is aan het stelsel van procescertificatie een initieel onderzoek verbonden naar de prestatie-eisen die gesteld kunnen worden aan de output van het proces. Onder het begrip procescertificatie valt ook de certificatie van diensten. Kiwa N.V januari 2003

20 Attestatie Attestatie (ook wel certificatie van ontwerpen genoemd) houdt in het onderzoek naar de toepasbaarheid van een product of de output van een proces, door toetsing aan de in een beoordelingsrichtlijn vastgelegde prestatie-eisen. Bij kale attestatie bestaat geen zekerheid dat de volgens het ontwerp vervaardigde producten of uitgevoerde processen daadwerkelijk aan de daaraan gestelde eisen voldoen. Die zekerheid kan alleen worden geboden door koppeling aan andere certificatieschema s. Systeemcertificatie Systeemcertificatie houdt in dat het managementsysteem van een organisatie is getoetst aan de betreffende systeemeisen. De bekende voorbeelden hiervan zijn ISO 9001-certificaten, milieuzorgcertificaten, VCA-certificaten. Er zijn echter daarnaast ook voorbeelden van procesgerelateerde systeemcertificaten, waarbij bovendien afspraken zijn gemaakt over de uitvoeringsprocessen binnen bepaalde branches. Dergelijke vormen van systeemcertificatie kennen we veelal onder de benaming van een erkenningsregeling. Voorbeeld: erkenningsregeling kabellegbedrijven. Persoonscertificatie Van een gecertificeerde persoon mag zijn werkgever of opdrachtgever verwachten dat de betreffende persoon beschikt over de voor het uitoefenen van het vak vereiste kennis en vaardigheden, en dat deze door betrokkene op peil worden gehouden. Ketencertificatie Van ketencertificatie is sprake als een certificaat is samengesteld uit twee of meer van de hiervoor besproken vormen van certificatie. Tabel 1 Samenvatting van schema s en de bijbehorende verklaringen van de certificatieinstelling. Certificatieschema Productcertificatie Procescertificaat (voor processen en diensten) Attestatie (certificatie van ontwerpen) Systeemcertificatie (kwaliteit, milieuzorg, VCA, ARBO) Persoonscertificatie Ketencertificatie Verklaring van certificatie-instelling het product wordt bij aflevering geacht te voldoen aan de in de beoordelingsrichtlijn gestelde eisen. het proces of de dienst wordt geacht te zijn uitgevoerd volgens de in de beoordelingsrichtlijn gestelde eisen en het resultaat van de werkzaamheden wordt geacht te voldoen aan prestatie-eisen. Het ontwerp van een samengesteld product of bouwdeel wordt, onder voorwaarden, geacht te voldoen aan de prestatie-eisen voor een omschreven toepassingsgebied. NB: het certificaat van ontwerp (attest) verklaart niet dat de producten aan de specificatie voldoen, zoals bij productcertificatie Het systeem en de toepassing ervan voldoen aan de gehanteerde norm. Kennis en vaardigheden van de persoon voldoen aan de gestelde vakbekwaamheidseisen. Combinatie van de verklaringen van twee of meer vormen van certificatie. Kiwa N.V januari 2003

21 4.4 Legionellapreventie en certificatie In algemene zin is het van belang dat vóórdat gestart wordt met het opstellen van een beoordelingsrichtlijn de volgende vragen worden beantwoord: welke zekerheid moet certificatie gaan bieden? wordt gekozen voor een privaatrechtelijk of publieksrechtelijk certificatieschema? in hoeverre is het gewenst en mogelijk om de beoordelingsrichtlijn af te stemmen op reeds bestaande certificatieschema s in het kader van het veilig beheer, zodat daarmee mogelijk een vorm van ketencertificatie kan worden ontwikkeld? Deze vragen kunnen voor een belangrijk deel worden beantwoord door op basis van de indeling in de paragraaf 4.2 een overzicht te maken van de verschillende mogelijkheden voor certificatie van alternatieve legionellapreventie Attestatie van de behandelingstechnieken Bij deze vorm vindt er een prestatie-onderzoek plaats op het prototype van de behandelingstechniek (of eventueel een behandelingsmethode die bestaat uit een combinatie van technieken of een totaal behandelingsconcept). Dit betekent dat de effectiviteit van de aangeboden techniek wordt beoordeeld door een onafhankelijke instantie. De aanbieder van de techniek is leverancier in de zin van een attestatieregeling (zie het overzicht van certificatieschema s). De methode wordt door een onafhankelijke instantie getest in een gestandaardiseerde situatie (installatie, verontreiniging met Legionella, etc.) De verklaring van de certificatie-instelling zal omkleed zijn met een aantal mitsen en maren waaraan in concrete situaties zal moeten worden voldaan om zekerheid te krijgen dat het water aan het tappunt Legionella-veilig zal zijn. De leverancier van de behandelingstechniek wordt attesthouder Procescertificaat voor inzet van een behandelingstechniek in een installatie Deze regeling spitst zich toe op het elimineren van Legionella door een alternatieve techniek voor legionellapreventie zodat na toepassing van de techniek de toelaatbare waarde voor Legionella niet wordt overschreden. De eigenaar van een collectieve installatie die een alternatieve techniek voor legionellapreventie wil toepassen zal zich vooraf op de hoogte moeten stellen of de betreffende techniek zich ook leent voor zijn installatie. Hiervoor zijn in de beoordelingsrichtlijn eisen opgenomen waaraan moet worden getoetst. Deze eisen, in feite alle mitsen en maren met betrekking tot die techniek, zijn opgesteld door een onafhankelijk instituut op basis van initieel onderzoek. Ze kunnen betrekking hebben op een breed scala van aspecten zoals bijvoorbeeld beheer, onderhoud, materiaaleisen en techniekgerelateerde eisen. Het is hierbij denkbaar dat de in te zetten techniek op enigerlei wijze gekoppeld wordt aan een certificatieregeling Legionella-veilig beheer. Kiwa N.V januari 2003

22 4.4.3 Ketencertificatie gericht op de kwaliteit van het water aan het tappunt Waterleidingbedrijven leveren water van een bepaalde kwaliteit, dat ten minste voldoet aan de eisen van het waterleidingbesluit. Bij het leveringspunt gaat het eigenaarschap van het geleverde water over op de eigenaar van de collectieve installatie achter de watermeter. Die is er vervolgens verantwoordelijk voor dat de kwaliteit van het water aan het tappunt nog steeds voldoet aan bepaalde eisen. Dat behoeft echter niet in te houden dat het water dezelfde kwaliteit heeft als op het punt van levering door het waterleidingbedrijf. De eindgebruiker, degene die de kraan open draait, heeft er vanzelfsprekend belang bij dat hij er zeker van kan zijn dat het water uit de kraan Legionellaveilig is. Wanneer de eigenaar van de installatie, als leverancier van water aan de eindgebruiker, zeker wil stellen dat de kwaliteit van het water aan het tappunt aan bepaalde eisen voldoet, dan zal hij zijn kwaliteitsverantwoordelijkheid alleen kunnen waarmaken door een pakket aan maatregelen te treffen: Zekerstelling van de effectiviteit van maatregelen tegen verontreiniging van het water (komt overeen met attestatie in paragraaf ); Zekerstelling van de inzet van maatregelen tegen verontreiniging van het water (komt overeen met procescertificaat in paragraaf 4.3.1); Zekerstelling van de kwaliteit van het water aan het tappunt: voldoen aan het Waterleidingbesluit. De zekerstelling van de waterkwaliteit op het punt van toelevering (direct achter de watermeter) is gewaarborgd op basis van het Waterleidingbesluit en de daaraan gekoppelde monitoring van het waterleidingbedrijf. Een certificatieregeling die gebaseerd is op de kwaliteit van het water aan het tappunt is de meest vergaande regeling. De regeling vereist dat de beheerder van de installatie alle noodzakelijke controles uitvoert ter bewaking van de kwaliteit van het water op de tappunten. Die controles hebben dan tevens betrekking op de inzet en de effectiviteit van de alternatieve technieken voor legionellapreventie. Gecertificeerd water aan het tappunt houdt dan tevens in dat de beheerder van de installatie niet alleen aandacht heeft voor Legionella, maar ook voor mogelijke andere verontreiniging van het water. 4.5 Reikwijdte Beoordelingsrichtlijn De reikwijdte van de op te stellen BRL zal afhankelijk zijn van de keuze voor het certificatieschema. Wanneer gekozen wordt voor waterkwaliteit, dan ligt het voor de hand dat er een BRL ontwikkeld wordt, waarin alle kwaliteitsaspecten worden opgenomen, al dan niet met verwijzing naar sub-brl s waarin de verschillende preventieve technieken voor legionellapreventie nader worden uitgewerkt. Kiwa N.V januari 2003

23 Wanneer gekozen wordt voor de certificatie van de behandeling van water, dan kunnen de verschillende technieken in afzonderlijke BRL s worden uitgewerkt. Het lijkt voor de hand te liggen om dan ten minste te onderscheiden naar de hoofdgroepen van de verschillende technieken: chemische technieken en fysische technieken. Maar niet uit te sluiten valt een nadere verbijzondering naar de afzonderlijke technieken. Verder moet een keuze worden gemaakt tussen een privaat- of een publieksrechtelijke certificatie. Als door de opdrachtgever wordt gekozen voor een bepaalde marktwerking dan komt dit het best tot uitdrukking in een privaatrechtelijke certificatie. 4.6 Accrediteerbaarheid Het lijkt zinvol om bij de ontwikkeling van nieuwe certificatieschema s als uitgangspunt te hanteren dat deze moeten voldoen aan accreditatie-eisen. Accreditatie door de Raad voor Accreditatie (RvA) is een vorm van toezicht die moet zeker stellen dat certificatie-instellingen zich aan bepaalde spelregels houden. Accreditatie is gebaseerd op een serie internationale normen (EN serie). In het kader van deze startnotitie voert het te ver om diep op deze normen in te gaan. Enkele kernpunten zijn: Eisen aan de certificatie-instelling In de eerste plaats betreft dit de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van certificatie-instellingen. Hun manier van werken mag niet worden beïnvloed doordat een bij certificatie belang hebbende partij een overheersende invloed heeft. Daarnaast moeten de certificatie-instellingen voldoende zorgvuldigheid en deskundigheid kunnen aantonen bij de uitvoering door zich aan regels te houden bij alle facetten van de uitvoering. Dit heeft zowel betrekking op het opstellen van de eisen, de toetsing aan de eisen, de traceerbaarheid van onderzoekresultaten, de rapportage, de beslissing over certificaatverlening, de uitvoering van controles en de registratie van alle in het certificatieproces noodzakelijke stappen. Participatie van belanghebbende partijen Welke partijen bij de certificatie zijn betrokken, is afhankelijk van de keuze voor een certificatieschema. De certificaathouder is de partij die kwaliteitsverantwoordelijk is voor het geleverde (het geleverde product, het uitgevoerde proces, de geleverde dienst). In het eerder vermelde schematische beeld van het beginsel van certificatie kunnen de rol van de leverancier en de afnemer verschillend worden ingevuld, afhankelijk van de gekozen certificatievorm. Onderwerp Certificatieschema Leverancier Afnemer Certificaathouder Behandelingstechniek Procescertificatie Beheerder installatie Gebruiker Behandelingstechniek Attestatie Ontwerper Beheerder installatie Waterkwaliteit Ketencertificatie Beheerder installatie Gebruiker Kiwa N.V januari 2003

24 5 Conclusies en eerste afspraken met de begeleidingscommissie 5.1 Conclusies Op basis van de voorafgaande hoofdstukken kan het volgende worden geconcludeerd: - Het ontbreekt op dit moment in Nederland aan een eenduidige procedure voor het beoordelen van alternatieve technieken voor legionellapreventie en als onderdeel van deze procedure ontbreekt het aan methoden voor het bepalen van de effecten en neveneffecten van deze technieken. - Bij toepassing van alternatieve technieken waarbij desinfecterende stoffen worden gedoseerd aan het water moet een onderscheid worden gemaakt tussen continue of discontinue desinfectie waarbij de installatie in gebruik blijft en reiniging van een installatie waarbij de installatie tijdelijk uit gebruik wordt genomen en na reiniging zorgvuldig wordt gespoeld. - In de praktijk moet rekening worden gehouden met de toepassing van combinaties van alternatieve technieken en/of de toepassing van zogenaamde totaal beheersconcepten. - Er is in de ons omringende landen geen beoordelingssystematiek beschikbaar die als voorbeeld zou kunnen dienen voor de Nederlandse situatie. - Op basis van de Bestrijdingsmiddelenwet is het toepassen van alternatieve technieken waarbij desinfectiemiddelen worden gedoseerd aan het water (direct of in situ) niet zonder meer toegestaan. De regelgeving maakt toelating van deze technieken lastig. - Op basis van het Waterleidingbesluit moet in een collectief leidingwatersysteem ook na toepassing van een alternatieve techniek voor legionellapreventie de waterkwaliteit voldoen aan de kwaliteitseisen in het Besluit. - Het effect van een alternatieve techniek voor legionellapreventie moet zodanig zijn dat op tappunten waarbij relevante hoeveelheden inadembare aërosolen kunnen vrijkomen de concentratie legionellabacteriën de waarde van 100 kve/l niet overschrijdt. - Het toepassen van een alternatieve techniek voor legionellapreventie ontslaat de eigenaar van een installatie niet van de verplichting tot het uitvoeren van een risicoanalyse en het opstellen van een beheersplan. - Een beoordelingsrichtlijn (BRL) bevat de in een College van Deskundigen gemaakte afspraken over een bepaald onderwerp van certificatie. Alvorens invulling kan worden gegeven aan een Beoordelingsrichtlijn moet eerst duidelijkheid bestaan over de gewenste vorm van certificatie. - Er zijn drie verschillende mogelijkheden geïnventariseerd voor de certificatie van alternatieve legionellapreventie: een procescertificaat voor de inzet van een techniek in een installatie, een attestatie van een behandelingstechniek en ketencertificatie gericht op de kwaliteit van het water aan het tappunt. Kiwa N.V januari 2003

Certificering Legionellapreventie

Certificering Legionellapreventie Rose Derwort Kiwa Nederland B.V. Partner for progress Certificering Legionellapreventie onderwerpen Certificering wet en regelgeving criteria en controle Kwaliteitsverklaringen KOMO INSTAL procescertificaat

Nadere informatie

Kritische aspecten van alternatieve technieken voor Legionella-preventie

Kritische aspecten van alternatieve technieken voor Legionella-preventie juni 2003 KWR 03.039 Kritische aspecten van alternatieve technieken voor Legionella-preventie Naar een richtlijn ter beoordeling van alternatieve technieken voor Legionella-preventie in drinkwater en warm

Nadere informatie

Gevolgen van nieuw Drinkwaterbesluit

Gevolgen van nieuw Drinkwaterbesluit VSK 2012: 7 februari 2012 De zorg voor de kwaliteit van drinkwater Legionellapreventie Gevolgen van nieuw Drinkwaterbesluit Will Scheffer Het nieuwe Drinkwaterbesluit vraagt om een strakke regie van de

Nadere informatie

Congres alternatieve technieken legionellapreventie. Certificatie

Congres alternatieve technieken legionellapreventie. Certificatie Kiwa Nederland B.V. 9 april 2013, Unit Drinkwaterinstallaties, Jos van der Westen Partner for progress Congres alternatieve technieken legionellapreventie Certificatie Inhoud Certificatie in het Drinkwaterbesluit

Nadere informatie

VOOR DE AFGIFTE VAN EEN

VOOR DE AFGIFTE VAN EEN 27-05-2014 SKG RICHTLIJN VOOR DE AFGIFTE VAN EEN VERKLARING IN HET KADER VAN DE CPR OF EEN SKG-CERTIFICATE OF CONFORMITY Uitgave SKG Nadruk verboden Pagina 2. dd. 27-05-2014 VOORWOORD Deze richtlijn zal

Nadere informatie

Stand van zaken, Producten in contact met drinkwater

Stand van zaken, Producten in contact met drinkwater Stand van zaken, Producten in contact met drinkwater Regeling materialen en chemicaliën drink- en warm tapwatervoorziening Kiwa certificatiemerken, verleden, heden en toekomst maart 2015 1 Waar gaat het

Nadere informatie

Aanvullend Reglement voor Wettelijke Certificatieregelingen. Versie

Aanvullend Reglement voor Wettelijke Certificatieregelingen. Versie Aanvullend Reglement voor Wettelijke Certificatieregelingen Versie 01-06-2010 Aanvullend Reglement voor Wettelijke Certificatieregelingen Versie 01-06-2010 2010 Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden. Niets

Nadere informatie

1 juli 2010. Aanvullend Reglement voor Wettelijke Certificatieregelingen

1 juli 2010. Aanvullend Reglement voor Wettelijke Certificatieregelingen 1 juli 2010 Aanvullend Reglement voor Wettelijke Certificatieregelingen 1 juli 2010 Aanvullend Reglement voor Wettelijke Certificatieregelingen 2010 Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze

Nadere informatie

Beoordelingsrichtlijn

Beoordelingsrichtlijn 01-02-2012 voor het Kiwa productcertificaat voor Doucheslangen voor sanitaire kranen Voorwoord Kiwa Deze is opgesteld door het College van Deskundigen CWK van Kiwa, waarin belanghebbende partijen op het

Nadere informatie

Wet- en regelgeving (alternatieve) Legionella beheerstechnieken voor leidingwaterinstallaties

Wet- en regelgeving (alternatieve) Legionella beheerstechnieken voor leidingwaterinstallaties ISSO-congres Alternatieve technieken tegen legionella Wet- en regelgeving (alternatieve) Legionella beheerstechnieken voor leidingwaterinstallaties Mr. Wilfred Reinhold, Minisiterie van Infrastructuur

Nadere informatie

WIJZIGINGSBLAD BRL 1332 Het thermisch isoleren met een in situ spraysysteem van polyurethaanschuim. Pagina 1 van 5 d.d. 2015-07-29

WIJZIGINGSBLAD BRL 1332 Het thermisch isoleren met een in situ spraysysteem van polyurethaanschuim. Pagina 1 van 5 d.d. 2015-07-29 Pagina 1 van 5 d.d. 2015-07-29 Dit wijzigingsblad behoort bij BRL 1332 d.d. 2013-01-02. Vaststelling, aanvaarding en bindend verklaring Vastgesteld door het College van Deskundigen Na-Isolatie d.d. 01-07-2015.

Nadere informatie

Wijzigingsblad BRL 2813

Wijzigingsblad BRL 2813 Wijzigingsblad BRL 2813 Bouwelementen van beton 31 december 2014 Vaststelling, aanvaarding en bindend verklaring Vastgesteld door College van Deskundigen Constructief Beton d.d. 12 november 2014. Aanvaard

Nadere informatie

BRL 9500 Deel 02 2006-12-06

BRL 9500 Deel 02 2006-12-06 BRL 9500 Deel 02 2006-12-06 NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN voor het KOMO -, respectievelijk het NL-EPBD -procescertificaat voor ENERGIEPRESTATIEADVISERING voor het KOMO -procescertificaat voor het afgeven

Nadere informatie

Datum Kenmerk Bijlage(n) BWL/2006339512 1. Voorwaarden en toelichting 2. Meldingsformulier leverancier 3, Meldingsformulier gebruiker

Datum Kenmerk Bijlage(n) BWL/2006339512 1. Voorwaarden en toelichting 2. Meldingsformulier leverancier 3, Meldingsformulier gebruiker Directoraat-Generaal Milieu Directie Bodem, Water, Landelijk Gebied Afdeling Water Platform Biociden, Aqua Nederland, leveranciers Koper-zilverionisatie (zie adreslijst) Rijnstraat 8 Postbus 30945 2500

Nadere informatie

Datum Oktober 2017 GASTEC QA ALGEMENE EISEN

Datum Oktober 2017 GASTEC QA ALGEMENE EISEN Datum Oktober 2017 GASTEC QA ALGEMENE EISEN 253/160324 Voorwoord Kiwa Deze zijn goedgekeurd door het College van Deskundigen GASTEC QA, waarin belanghebbende partijen op het gebied van gas gerelateerde

Nadere informatie

attest-met-productcertificaat Geldig tot Onbepaald Pagina 1 van 5

attest-met-productcertificaat Geldig tot Onbepaald Pagina 1 van 5 KOMO attest-met-productcertificaat Nummer K24174/02 Vervangt K24174/01 Uitgegeven 2006-09-01 d.d. 2004-01-01 Geldig tot Onbepaald Pagina 1 van 5 Betonwarenindustrie Dautzenberg B.V. VERKLARING VAN KIWA

Nadere informatie

-4 SEP. 2013. Ministerie van Infrastructuur en Milieu

-4 SEP. 2013. Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ministerie van Infrastructuur en Milieu > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag Leveranciers van alternatieve technieken voor legionellapreventie, Aqua Nederland en Platform Biociden Branche-organisaties

Nadere informatie

kiuna for progress KOMO' Henco Industries N.V. attest- met-p rod uctce rtif icaat Hencovision systeem

kiuna for progress KOMO' Henco Industries N.V. attest- met-p rod uctce rtif icaat Hencovision systeem KOMO' attest- met-p rod uctce rtif icaat kiuna for progress Nummer K43A62 O1 Uitgegeven 2OO7-03-01 Vervangt d.d. R PflOOljITS RvA [ 002 Geldig tot Onbepaald Pagina 1van3 Hencovision systeem Henco Industries

Nadere informatie

Examinering volgens Persoonscertificatie. Nikta Certificatie heeft diverse Certificatieregelingen,

Examinering volgens Persoonscertificatie. Nikta Certificatie heeft diverse Certificatieregelingen, Examinering volgens Persoonscertificatie Nikta Certificatie heeft diverse Certificatieregelingen, op basis van de NEN-EN ISO-IEC 17024:2003. PERSOONS CERTIFICATIE 1. Persoonscertificatie Een persoonscertificaat

Nadere informatie

Wijzigingsblad BRL

Wijzigingsblad BRL Dit wijzigingsblad behoort bij BRL 2701 d.d. 12-12-2012. Vaststelling, aanvaarding en bindend verklaring Vastgesteld door het College van Deskundigen voor metalen gevelelementen d.d. 20-11-2014. Aanvaard

Nadere informatie

Alternatieve legionella preventie

Alternatieve legionella preventie legionellapreventie Hans van Wolferen Beoordelingsrichtingen voor alternatieve technieken Alternatieve legionella preventie In de meeste leidingwaterinstallaties is legionellapreventie volgens het thermische

Nadere informatie

Beoordelingsrichtlijn

Beoordelingsrichtlijn 15 december 2011 voor het Kiwa-procescertificaat voor Naleving van de Regeling Kwaliteitsborging Watermeters (RKW) Voorwoord Kiwa Deze is opgesteld door de Commissie Regeling Kwaliteitsborging Watermeters

Nadere informatie

Nummer K24691/07 Vervangt K24691/06. Uitgegeven 01-10-2013 d.d. 12-04-2013. Geldig tot 01-10-2014 Pagina 1 van 8. Meijs Installatie Techniek B.V.

Nummer K24691/07 Vervangt K24691/06. Uitgegeven 01-10-2013 d.d. 12-04-2013. Geldig tot 01-10-2014 Pagina 1 van 8. Meijs Installatie Techniek B.V. KOMO INSTAL Procescertificaat Nummer K24691/07 Vervangt K24691/06 Uitgegeven 01-10-2013 d.d. 12-04-2013 Geldig tot 01-10-2014 Pagina 1 van 8 Meijs Installatie Techniek B.V. VERKLARING VAN KIWA Dit procescertificaat

Nadere informatie

WATERWERKBLAD TIJDELIJKE LEIDINGWATERINSTALLATIES. Dit werkblad heeft betrekking op de aanleg en beveiliging van tijdelijke leidingwaterinstallaties.

WATERWERKBLAD TIJDELIJKE LEIDINGWATERINSTALLATIES. Dit werkblad heeft betrekking op de aanleg en beveiliging van tijdelijke leidingwaterinstallaties. WATERWERKBLAD TIJDELIJKE LEIDINGWATERINSTALLATIES WB 1.4 H DATUM: JUNI 2004 Auteursrechten voorbehouden Dit werkblad heeft betrekking op de aanleg en beveiliging van tijdelijke leidingwaterinstallaties.

Nadere informatie

Wijzigingsblad BRL 2502

Wijzigingsblad BRL 2502 Wijzigingsblad BRL 2502 Korrelvormig materialen met een volumieke massa van ten minste 2000 kg/m 3 Vaststelling, aanvaarding en bindend verklaring Vastgesteld door College van Deskundigen Korrelvormige

Nadere informatie

Wijzigingsblad BRL 2202 (zonwerend)(warmtereflecterend) isolerend dubbelglas voor thermische isolatie 31 december 2014

Wijzigingsblad BRL 2202 (zonwerend)(warmtereflecterend) isolerend dubbelglas voor thermische isolatie 31 december 2014 Wijzigingsblad BRL 2202 (zonwerend)(warmtereflecterend) isolerend dubbelglas voor thermische isolatie 31 december 2014 Vaststelling, aanvaarding en bindend verklaring Vastgesteld door College van Deskundigen

Nadere informatie

Regeling Brandmeldinstallaties. Samenvatting

Regeling Brandmeldinstallaties. Samenvatting Regeling Brandmeldinstallaties 2002 Samenvatting Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze samenvatting mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt,

Nadere informatie

ATA-wegwijzer in vijf stappen

ATA-wegwijzer in vijf stappen ATA-wegwijzer in vijf stappen De erkende kwaliteitsverklaring ATA door Kiwa biedt leveranciers in de drinkwatersector de mogelijkheid om kenbaar te maken dat hun producten voldoen aan criteria die in verband

Nadere informatie

Nummer K22678/09 Vervangt K22678/08. Uitgegeven 2015-09-09 D.d. 2014-10-01. Geldig tot 2018-09-09 Pagina 1 van 7. Van Haren Installaties B.V.

Nummer K22678/09 Vervangt K22678/08. Uitgegeven 2015-09-09 D.d. 2014-10-01. Geldig tot 2018-09-09 Pagina 1 van 7. Van Haren Installaties B.V. KOMO INSTAL Proces Nummer K22678/09 Vervangt K22678/08 Uitgegeven 2015-09-09 D.d. 2014-10-01 Geldig tot 2018-09-09 Pagina 1 van 7 Van Haren Installaties B.V. VERKLARING VAN KIWA Dit proces is op basis

Nadere informatie

KOMO INSTAL Procescertificaat K87437/01

KOMO INSTAL Procescertificaat K87437/01 KOMO INSTAL Proces Nummer K87437/01 Vervangt - Uitgegeven 2015-09-15 D.d. - Geldig tot 2018-09-15 Pagina 1 van 10 Installatiebedrijf den Doorn B.V. VERKLARING VAN KIWA Dit proces is op basis van BRL 6000-00

Nadere informatie

Regeling materialen en chemicaliën. Harrie Timmer 7 November 2013

Regeling materialen en chemicaliën. Harrie Timmer 7 November 2013 Regeling materialen en chemicaliën vanuit perspectief waterleidingbedrijf Harrie Timmer 7 November 2013 Waar gaat het over? 1. ATA: Betreft certificatie van gezondheidskundige aspecten (publiekrechtelijk)

Nadere informatie

BRL 9935 Deel 01. Beoordelingsrichtlijn. Bijzonder deel 01: kritiekversie d.d

BRL 9935 Deel 01. Beoordelingsrichtlijn. Bijzonder deel 01: kritiekversie d.d BRL 9935 Deel 01 kritiekversie d.d. 2016-01-15 Beoordelingsrichtlijn voor het KOMO -procescertificaat voor het ontwerpen, aanbrengen en inspecteren en onderhouden van voorzieningen tegen valgevaar op daken

Nadere informatie

KOMO INSTAL. Electrasluis B.V. Bouwbesluit. Procescertificaat

KOMO INSTAL. Electrasluis B.V. Bouwbesluit. Procescertificaat KOMO INSTAL Procescertificaat Nummer K46686/04 Vervangt K46686/03 Uitgegeven 2014-11-07 D.d. 2013-10-01 Geldig tot 2017-11-07 Pagina 1 van 5 Electrasluis B.V. VERKLARING VAN KIWA Dit procescertificaat

Nadere informatie

Raads Informatiebrief

Raads Informatiebrief gemeente Eindhoven Raadsnummer o3.r365.oox Inboeknummer osnoszo6s Classificatienummer x.zz4 Dossiernummer 306.55x 4 februari 2003 Raads Informatiebrief Betreft samenhangende aanpak legionellapreventie.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 26 442 Veteranenziekte Nr. 23 HERDRUK 1 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Beoordelingsrichtlijn

Beoordelingsrichtlijn BRL-K783/04 01-02-2012 voor het Kiwa productcertificaat voor pijpwikkelbanden en krimpmanchetten Voorwoord Kiwa Deze is opgesteld door het College van Deskundigen CWK van Kiwa, waarin belanghebbende partijen

Nadere informatie

BRL-K14012/01 2007-03-01. Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa procescertificaat voor: Legionella veilig beheerde installaties

BRL-K14012/01 2007-03-01. Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa procescertificaat voor: Legionella veilig beheerde installaties BRL-K14012/01 Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa procescertificaat voor: BRL-K14012/01 Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa procescertificaat voor: Kiwa N.V Certificatie en Keuringen Sir Winston Churchill-laan

Nadere informatie

WATERWERKBLAD. DOORSPOELEN (spuien) EN DESINFECTEREN VAN LEIDINGWATERINSTALLATIES

WATERWERKBLAD. DOORSPOELEN (spuien) EN DESINFECTEREN VAN LEIDINGWATERINSTALLATIES WATERWERKBLAD DOORSPOELEN (spuien) EN DESINFECTEREN VAN LEIDINGWATERINSTALLATIES WB 2.4 DATUM: JUNI 2004 Auteursrechten voorbehouden Met betrekking tot het in gebruik stellen van een leidingwaterinstallatie

Nadere informatie

BRL 6000 Deel 09 2005-11-18

BRL 6000 Deel 09 2005-11-18 BRL 6000 Deel 09 2005-11-18 NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN voor het KOMO INSTAL procescertificaat voor ONTWERPEN, INSTALLEREN EN BEHEREN VAN INSTALLATIES ONTWERPEN EN INSTALLEREN VAN TIJDELIJKE DRINKWATERINSTALLATIES

Nadere informatie

WET- EN REGELGEVING LEGIONELLAPREVENTIE IN DRINK- EN WARM TAPWATER

WET- EN REGELGEVING LEGIONELLAPREVENTIE IN DRINK- EN WARM TAPWATER NADERE UITLEG WET- EN REGELGEVING LEGIONELLAPREVENTIE IN DRINK- EN WARM TAPWATER Landelijk Overlegorgaan Preventie Legionella (LOPL) Werkgroep IWR-LPD 5 maart 2013 DOELSTELLING Veel marktpartijen ervaren

Nadere informatie

SKH-Publicatie d.d

SKH-Publicatie d.d SKH-Publicatie 15-02 d.d. 15-07-2015 SKH-PUBLICATIE VOOR TOEPASSING VAN GEOPTIMALISEERD HOUT SAMENGESTELD UIT EEN COMBINATIE VAN VERSCHILLENDE HOUTSOORTEN EN/OF KWALITEITEN EN SUBSTRATEN IN HOUTEN GEVELELEMENTEN

Nadere informatie

Het nieuwe Waterleidingbesluit Gevolgen voor eigenaren van collectieve leidingwaterinstallaties

Het nieuwe Waterleidingbesluit Gevolgen voor eigenaren van collectieve leidingwaterinstallaties Juni 2001 Informatieblad Het nieuwe Waterleidingbesluit Gevolgen voor eigenaren van collectieve leidingwaterinstallaties Het nieuwe Waterleidingbesluit is met ingang van 9 februari 2001 in werking getreden

Nadere informatie

Eisen voor materialen en chemicaliën voor de drinkwatervoorziening in Nederland

Eisen voor materialen en chemicaliën voor de drinkwatervoorziening in Nederland Eisen voor materialen en chemicaliën voor de drinkwatervoorziening in Nederland Wim van de Meent Al meer dan dertig jaar besteden waterbedrijven en overheid structureel aandacht aan de effecten van materialen

Nadere informatie

KOMO INSTAL. Van Haren Installaties B.V. Besluit bodemkwaliteit

KOMO INSTAL. Van Haren Installaties B.V. Besluit bodemkwaliteit KOMO INSTAL Procescertificaat voor het ontwerpen, installeren en beheren van bodem energiesystemen van individuele woningen, woongebouwen en/of utiliteitsgebouwen Nummer K88238/01 Vervangt - Uitgegeven

Nadere informatie

Wet- en regelgeving Legionellapreventie in drink- en warmtapwater

Wet- en regelgeving Legionellapreventie in drink- en warmtapwater Informatieblad Wet- en regelgeving Legionellapreventie in drink- en warmtapwater Uitleg over zorgplicht, alternatieve technieken en risico-analyse Wat is úw verantwoordelijkheid? kennisinstituut voor de

Nadere informatie

Update drinkwaterbesluit en BRL-903

Update drinkwaterbesluit en BRL-903 Update drinkwaterbesluit en BRL-903 Update drinkwaterbesluit en BRL-903 Inhoud presentatie: 1. Huidige stand van zaken drinkwaterbesluit en BRL-903 2. Korte stand van zaken mbt drinkwaterbesluit 3. Korte

Nadere informatie

KWR 05.026 april 2005

KWR 05.026 april 2005 KWR 05.026 april 2005 Kiwa N.V. - 1 - april 2005 KWR 05.026 april 2005 2005 Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand,

Nadere informatie

BRL 9500 Deel 03 2006-12-06

BRL 9500 Deel 03 2006-12-06 BRL 9500 Deel 03 2006-12-06 NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN voor het KOMO -, respectievelijk het NL-EPBD -procescertificaat voor ENERGIEPRESTATIEADVISERING voor het NL-EPBD -procescertificaat voor het

Nadere informatie

Kiwa Reglement voor het: Algemeen Beleidscollege Sectorspecifieke Beleidscolleges Colleges van Deskundigen

Kiwa Reglement voor het: Algemeen Beleidscollege Sectorspecifieke Beleidscolleges Colleges van Deskundigen 1 mei 2014 Kiwa Reglement voor het: Algemeen Beleidscollege Sectorspecifieke Beleidscolleges Colleges van Deskundigen 1 mei 2014 Kiwa Reglement voor het: Algemeen Beleidscollege Sectorspecifieke Beleidscolleges

Nadere informatie

Interpretatiedocument

Interpretatiedocument Stuknr. 73-06 Versie: 2016-02 Interpretatiedocument behorende bij de KOMO beoordelingsrichtlijnen voor: Kunststof Gevelelementen Vastgesteld door CvD Kunststof Gevelelementen d.d. 21 januari 2016 Voorwoord

Nadere informatie

1. Voor welke deelregelingen wilt u zich certificeren?

1. Voor welke deelregelingen wilt u zich certificeren? Stappenplan naar certificering voor BRL9500 Energieprestatieadvisering Certificeren lijkt ingewikkeld, maar in de praktijk valt het meestal erg mee. In veel bedrijven zijn immers al belangrijke stappen

Nadere informatie

BRL6000 Installatietechniek

BRL6000 Installatietechniek CERTIFICERING VOOR INSTALLATIETECHNIEK Sinds 2005 kent Nederland een nieuwe certificatieregeling voor bedrijven die zich willen certificeren voor het ontwerpen, installeren en beheren van installaties,

Nadere informatie

Kiwa InstallQ Procescertificaat K24302/10

Kiwa InstallQ Procescertificaat K24302/10 504/190320 Kiwa InstallQ Proces K24302/10 Uitgegeven 2019-03-25 Vervangt K24302/09 Geldig tot 2022-03-25 Eerste uitgave 2004-01-15 De Kraan Installatietechniek B.V. Dit is op basis van BRL Deel 6000-AB

Nadere informatie

Beheer en onderhoud van leidingwaterinstallaties

Beheer en onderhoud van leidingwaterinstallaties Beheer en onderhoud van leidingwaterinstallaties Cursusboek Nieuwegein, 2012 w w w. w a t e r o p l e i d i n g e n. n l Stichting Wateropleidingen, november 2012 Groningenhaven 7 3433 PE Nieuwegein Versie

Nadere informatie

Nummer K84039/01 Vervangt n.v.t. Uitgegeven D.d. n.v.t. Geldig tot Pagina 1 van 5. Schouten Techniek B.V.

Nummer K84039/01 Vervangt n.v.t. Uitgegeven D.d. n.v.t. Geldig tot Pagina 1 van 5. Schouten Techniek B.V. KOMO INSTAL Procescertificaat Nummer K84039/01 Vervangt n.v.t. Uitgegeven 2014-12-23 D.d. n.v.t. Geldig tot 2017-12-23 Pagina 1 van 5 VERKLARING VAN KIWA Deze kwaliteitsverklaring is op basis van BRL 6000-00

Nadere informatie

KOMO betekent kwaliteit voor de bouw. Maar CE-markering dan? ir. Ger J.M. Mars Stichting Bouwkwaliteit

KOMO betekent kwaliteit voor de bouw. Maar CE-markering dan? ir. Ger J.M. Mars Stichting Bouwkwaliteit KOMO betekent kwaliteit voor de bouw. Maar E-markering dan? ir. Ger J.M. Mars Stichting Bouwkwaliteit Stichting BouwKwaliteit (SBK) Stichting BouwKwaliteit (SBK) coördineert en harmoniseert de kwaliteitsborging

Nadere informatie

Certificering: Workshop hoe werkt dat? Regionale Bodemdagen Ketenhandhaving 2010 door SIKB en CI (Kiwa-Intron-Eerland)

Certificering: Workshop hoe werkt dat? Regionale Bodemdagen Ketenhandhaving 2010 door SIKB en CI (Kiwa-Intron-Eerland) Certificering: Workshop hoe werkt dat? Regionale Bodemdagen Ketenhandhaving 2010 door SIKB en CI (Kiwa-Intron-Eerland) Inleiding Beleid overheid Wet: Bodemkwaliteit Toezicht CI's en bevoegd gezag Normen

Nadere informatie

Legionellapreventie in leidingwater

Legionellapreventie in leidingwater Legionellapreventie in leidingwater Hoofdstuk IIIC van het Waterleidingbesluit Legionellabesmetting kan ernstige tot zeer ernstige en soms zelfs dodelijke gevolgen hebben. Om de mogelijkheid van deze besmetting

Nadere informatie

Rol College van Deskundigen bij kwaliteitborging

Rol College van Deskundigen bij kwaliteitborging Rol College van Deskundigen bij kwaliteitborging NGO, Leidschendam,19 november 2009 Ir. Dethmer Boels Waar het over gaat Definitie kwaliteitborging Domeinen van kwaliteitborging Rol overheden Rol publieke

Nadere informatie

CE en KOMO. Resultaten CE werkgroep. Ton van Beek IKOB-BKB Voorzitter CE-werkgroep

CE en KOMO. Resultaten CE werkgroep. Ton van Beek IKOB-BKB Voorzitter CE-werkgroep CE en KOMO. Resultaten CE werkgroep Ton van Beek IKOB-BKB Voorzitter CE-werkgroep Goed materiaal voorkomt problemen 2 Inhoud Inleiding Opdracht CE werkgroep Kaders Uitwerking 3 Dit zit er achter een certificaat

Nadere informatie

Positie van BRL s bij certificering van bedrijven. www.kbi.nl. Wil van Ophem. Nationaal Congres Warmtepompen te Ede, 23 mei 2013. Presentatie vandaag

Positie van BRL s bij certificering van bedrijven. www.kbi.nl. Wil van Ophem. Nationaal Congres Warmtepompen te Ede, 23 mei 2013. Presentatie vandaag Positie van BRL s bij certificering van bedrijven www.kbi.nl Wil van Ophem Nationaal Congres Warmtepompen te Ede, 23 mei 2013 Presentatie vandaag www.kbi.nl Certificering - Structuur BRL6000-serie Wat

Nadere informatie

Klemfittingen dicht te klemmen met bijbehorend klemapparaat

Klemfittingen dicht te klemmen met bijbehorend klemapparaat Productcertificaat K78558/01 Uitgegeven 2013-07-01 Vervangt - Pagina 1 van 3 Klemfittingen dicht te klemmen met bijbehorend klemapparaat VERKLARING VAN KIWA Met dit, conform het Kiwa-Reglement voor Productcertificatie,

Nadere informatie

WATERWERKBLAD. WARMTAPWATERINSTALLATIES Beveiligingen

WATERWERKBLAD. WARMTAPWATERINSTALLATIES Beveiligingen WATERWERKBLAD WARMTAPWATERINSTALLATIES Beveiligingen WB 4.4 B DATUM: SEPT. 2007 Auteursrechten voorbehouden Met betrekking tot de beveiliging van warmtapwaterinstallaties is in NEN 1006 (AVWI-2002) het

Nadere informatie

Rail infrabeheer. Kwaliteitshandboek Railinfraproducten. Vrij in de markt in te kopen spoorwegspecifieke bouwstoffen

Rail infrabeheer. Kwaliteitshandboek Railinfraproducten. Vrij in de markt in te kopen spoorwegspecifieke bouwstoffen Kwaliteitshandboek Railinfraproducten Vrij in de markt in te kopen spoorwegspecifieke bouwstoffen Inhoudsopgave 1 Toelichting op het handboek 3 1.1 Doelstellingen 3 1.2 Soorten bouwstoffen 3 1.3 Inkoopmodellen

Nadere informatie

Wijzigingsblad BRL

Wijzigingsblad BRL Dit wijzigingsblad behoort bij BRL 3131 d.d. 16-03-2004 en vervangt het wijzigingsblad d.d. 30-01- 2013 Vaststelling, aanvaarding en bindend verklaring Vastgesteld door het College van Deskundigen Metalen

Nadere informatie

Materialen en Chemicaliën in contact met drinkwater

Materialen en Chemicaliën in contact met drinkwater Materialen en Chemicaliën in contact met drinkwater Achtergronden, kaders, stand van zaken en vervolg? Jelka Appelman Ministerie IenM Kiwa Symposium Soestduinen, 7 november 2013 Van bron tot kraan Source

Nadere informatie

Rutges vernieuwt onderhoud en renovatie

Rutges vernieuwt onderhoud en renovatie 130508 Nummer OHSAS-K83614/01 Vervangt - Uitgegeven 2014-07-01 Eerste uitgave 2014-07-01 Geldig tot 2017-07-01 Arbomanagementsysteemcertificaat BS OHSAS 18001 Kiwa heeft vastgesteld dat het door Rutges

Nadere informatie

KOMO Attest-met-productcertificaat K96771/01

KOMO Attest-met-productcertificaat K96771/01 474/171015 KOMO Attest-met-productcertificaat K96771/01 Uitgegeven 2017-12-01 Vervangt - Geldig tot Onbepaald D.d. Pagina 1 van 4 VERKLARING van KIWA Dit attest-met-productcertificaat is op basis van BRL

Nadere informatie

Kiwa Reglement voor het: - Algemeen Beleidscollege - Sectorspecifieke Beleidscolleges - Colleges van Deskundigen.

Kiwa Reglement voor het: - Algemeen Beleidscollege - Sectorspecifieke Beleidscolleges - Colleges van Deskundigen. Versie 01-05-2014 Versie 01-05-2014 2014 Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in

Nadere informatie

Nummer K53011/06 Vervangt K53011/05. Uitgegeven D.d Geldig tot Pagina 1 van 7

Nummer K53011/06 Vervangt K53011/05. Uitgegeven D.d Geldig tot Pagina 1 van 7 KOMO INSTAL Proces Nummer K53011/06 Vervangt K53011/05 Uitgegeven 2016-04-01 D.d. 2014-10-01 Geldig tot 2019-04-01 Pagina 1 van 7 KEMTEC BV VERKLARING VAN KIWA Dit is op basis van BRL Deel 6000-AB d.d.

Nadere informatie

Motivatie. aanpassingen STABU-catalogus in. relatie tot de Verordening bouwproducten. nr. 305/2011. (CPR, Construction Products Regulation)

Motivatie. aanpassingen STABU-catalogus in. relatie tot de Verordening bouwproducten. nr. 305/2011. (CPR, Construction Products Regulation) Motivatie aanpassingen STABU-catalogus in relatie tot de Verordening bouwproducten nr. 305/2011 (CPR, Construction Products Regulation) STABU Bouwbreed Informatiesysteem Bezoekadres: Willy Brandtlaan 81,

Nadere informatie

KOMO INSTAL Procescertificaat K83203/03

KOMO INSTAL Procescertificaat K83203/03 373/171015 KOMO INSTAL Procescertificaat K83203/03 Uitgegeven 2017-11-01 Vervangt K83203/02 Geldig tot 2018-09-30 D.d. 2014-11-27 Pagina 1 van 5 voor het ontwerpen, installeren en beheren van bodem energiesystemen

Nadere informatie

Beheer en Onderhoud Legionella. Richard Peet

Beheer en Onderhoud Legionella. Richard Peet Beheer en Onderhoud Legionella Richard Peet 1 Programma Relatie tussen Legionella en Beheer en onderhoud Inspectierichtlijn en ILen T Wateropleidingen 2 Legionella Aangetoond 1976, bijeenkomst Legionairs

Nadere informatie

BRL 9600 Nationale Beoordelingsrichtlijn

BRL 9600 Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL 9600 2004-03-01 Nationale Beoordelingsrichtlijn Aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit d.d. 21 juli 2004. voor het KOMO-procescertificaat voor Afbouwwerkzaamheden

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 009-04 Commissie verzoekschriften 9.3.0 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift 084/004, ingediend door Charles Winfield (Britse nationaliteit), over de kwaliteit van het drinkwater

Nadere informatie

KE 52. Februari Keuringseis 52. Gasdistributieafsluiters voor bedrijfsdrukken tot en met 16 bar

KE 52. Februari Keuringseis 52. Gasdistributieafsluiters voor bedrijfsdrukken tot en met 16 bar KE 52 Februari 2019 Keuringseis 52 Gasdistributieafsluiters voor bedrijfsdrukken tot en met 16 bar 253/160324 Voorwoord Kiwa Deze Keuringseis is goedgekeurd door het College van Deskundigen productcertificatie

Nadere informatie

Nummer K45637/05 Vervangt K45637/04. Uitgegeven D.d Geldig tot Pagina 1 van 10

Nummer K45637/05 Vervangt K45637/04. Uitgegeven D.d Geldig tot Pagina 1 van 10 KOMO INSTAL Proces Nummer K45637/05 Vervangt K45637/04 Uitgegeven 2015-11-17 D.d. 2014-10-01 Geldig tot 2018-11-17 Pagina 1 van 10 technisch installatiebedrijf tibo-veen b.v. VERKLARING VAN KIWA Dit is

Nadere informatie

Meetprogramma worden opgesteld volgens de Staatscourant 2011 nr. 10842, 27 juni 2011, bijlage 3,

Meetprogramma worden opgesteld volgens de Staatscourant 2011 nr. 10842, 27 juni 2011, bijlage 3, Vraag 19. Is er apparatuur aanwezig (alternatieve techniek) waardoor Legionellabacteriën in voldoende mate worden geëlimineerd en is de omschrijving daarvan opgenomen in de analyse? Beoordeling Ja Er is

Nadere informatie

Kiwa Water Research B.V. Nieuwegein, 23/4/07

Kiwa Water Research B.V. Nieuwegein, 23/4/07 Danny Traksel Kiwa Industrie & Water Een veilige duik in de toekomst? Toelichting en workshop oriënterend onderzoek naar desinfectietechnieken voor zwemwater 29 maart 2007 Hoe het niet moet... Kiwa Water

Nadere informatie

Wijzigingsblad BRL 4702

Wijzigingsblad BRL 4702 Het gebruik van deze beoordelingsrichtlijn door derden, voor welk doel dan ook, is uitsluitend toegestaan nadat een schriftelijke overeenkomst met SGS INTRON Certificatie, KIWA, IKOB-BKB is gesloten waarin

Nadere informatie

Beoordelingsrichtlijn

Beoordelingsrichtlijn 01-02-2012 voor het Kiwa productcertificaat voor Uitwendige bekleding met PE van ondergrondse te leggen stalen buizen en hulpstukken Voorwoord Kiwa Deze is opgesteld door het College van Deskundigen CKW

Nadere informatie

Attest-met-productcertificaat K44053/02. Openbaarmaking van het certificaat is toegestaan

Attest-met-productcertificaat K44053/02. Openbaarmaking van het certificaat is toegestaan Attest-met-productcertificaat K44053/02 Uitgegeven 10-11-01 Vervangt K44053/01 Pagina 1 van 3 Therminon b.v VERKLARING VAN KIWA Dit attest-met-productcertificaat is afgegeven op basis van BRL K536 deel

Nadere informatie

Accreditatie en Europese regelgeving

Accreditatie en Europese regelgeving Accreditatie en Europese regelgeving Eelco Ronteltap Directie mededinging en Consumenten Ministerie van EZ is coördinerend ministerie voor Accreditatie, conformiteitsbeoordeling en normalisatie Aanleiding

Nadere informatie

Wijzigingsblad BRL

Wijzigingsblad BRL Dit wijzigingsblad behoort bij BRL 2120 Geprefabriceerde metselwerkwapening op basis van staal d.d. 13-11-2003. Vaststelling, aanvaarding en bindend verklaring Vastgesteld door het College van Deskundigen

Nadere informatie

Nummer K82701/03 Vervangt K82701/02. Uitgegeven D.d Geldig tot Pagina 1 van 5. Elektrotechnisch Bureau Verweij B.V.

Nummer K82701/03 Vervangt K82701/02. Uitgegeven D.d Geldig tot Pagina 1 van 5. Elektrotechnisch Bureau Verweij B.V. KOMO INSTAL Procescertificaat Nummer K82701/03 Vervangt K82701/02 Uitgegeven 2016-02-18 D.d. 2014-10-01 Geldig tot 2019-02-18 Pagina 1 van 5 Elektrotechnisch Bureau Verweij B.V. VERKLARING VAN KIWA Dit

Nadere informatie

Nummer K85551/02 Vervangt K85551/01. Uitgegeven D.d Geldig tot Pagina 1 van 5. Locas reparatie en onderhoud B.V.

Nummer K85551/02 Vervangt K85551/01. Uitgegeven D.d Geldig tot Pagina 1 van 5. Locas reparatie en onderhoud B.V. 504/160921 Kiwa KvINL Procescertificaat Nummer K85551/02 Vervangt K85551/01 Uitgegeven 2017-01-04 D.d. 2014-11-04 Geldig tot 2017-11-04 Pagina 1 van 5 Locas reparatie en onderhoud B.V. VERKLARING VAN KIWA

Nadere informatie

Controle van leidingwaterinstallaties

Controle van leidingwaterinstallaties Controle van leidingwaterinstallaties Cursusboek Nieuwegein, 2012 w w w. w a t e r o p l e i d i n g e n. n l Stichting Wateropleidingen, november 2012 Groningenhaven 7 3433 PE Nieuwegein Versie 8.3 Niets

Nadere informatie

Besluitenlijst CCvD-bijeenkomst 29-11-2011, schriftelijk vastgesteld d.d. 15-12- 2011

Besluitenlijst CCvD-bijeenkomst 29-11-2011, schriftelijk vastgesteld d.d. 15-12- 2011 Besluitenlijst CCvD 2011 Besluitenlijst CCvD-bijeenkomst 29-11-2011, schriftelijk vastgesteld d.d. 15-12- 2011 Besluit CB29112011-01 Aanvullende eisen opfrisbijeenkomsten en geldigheidsduur diploma s BRL9500

Nadere informatie

Het nieuwe stelsel van wettelijke arbo-certificaten

Het nieuwe stelsel van wettelijke arbo-certificaten Het nieuwe stelsel van wettelijke arbo-certificaten Certificatie bij arbeidsomstandigheden valt of staat bij heldere eisen en controle Liften, drukvaten, houtbewerkingmachines en drukvaten zijn gevaarlijke

Nadere informatie

BRL s. drs. ir. T. (Ton) van Oostwaard. Presentatie Workshop BRL6000-10/ 03-02-2009

BRL s. drs. ir. T. (Ton) van Oostwaard. Presentatie Workshop BRL6000-10/ 03-02-2009 Het Wat en Waarom van Komo Instal BRL s drs. ir. T. (Ton) van Oostwaard Presentatie Workshop BRL6000-10/ 03-02-2009 Inhoud Het Wat en Waarom van KOMO INSTAL Organisatiestructuur KBI Wat is een BRL? BRL6000

Nadere informatie

KE 10. Februari Keuringseis 10. Buizen van slagvast polyvinylchloride (slagvast PVC)

KE 10. Februari Keuringseis 10. Buizen van slagvast polyvinylchloride (slagvast PVC) KE 10 Februari 2018 Keuringseis 10 Buizen van slagvast polyvinylchloride (slagvast PVC) 253/160324 Voorwoord Kiwa Deze Keuringseis is goedgekeurd door het College van Deskundigen productcertificatie GASTEC

Nadere informatie

1 maart Kiwa-Reglement voor Partijkeuring op afnemerseisen

1 maart Kiwa-Reglement voor Partijkeuring op afnemerseisen 1 maart 2010 Kiwa-Reglement voor Partijkeuring op afnemerseisen 1 maart 2010 Kiwa-Reglement voor Partijkeuring op afnemerseisen 2010 Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden

Nadere informatie

Laboratoria voor Materialenonderzoek en Chemische analyse. Overzicht uit te voeren organoleptische bepalingen 2010. Januari 2010 Versie 1.

Laboratoria voor Materialenonderzoek en Chemische analyse. Overzicht uit te voeren organoleptische bepalingen 2010. Januari 2010 Versie 1. Laboratoria voor Materialenonderzoek en Chemische analyse Overzicht uit te voeren organoleptische bepalingen 2010 Januari 2010 Versie 1.4 Laboratoria voor Materialenonderzoek en Chemische analyse Overzicht

Nadere informatie

KOMO INSTAL. Nummer K25164/04 Vervangt K25164/03. Uitgegeven 2011-04-10 d.d. 2011-04-08. Loodgietersbedrijf N.J. van den Broek

KOMO INSTAL. Nummer K25164/04 Vervangt K25164/03. Uitgegeven 2011-04-10 d.d. 2011-04-08. Loodgietersbedrijf N.J. van den Broek KOMO INSTAL proces Nummer K25164/04 Vervangt K25164/03 Uitgegeven 2011-04-10 d.d. 2011-04-08 Geldig tot 2014-04-10 Pagina 1 van 5 Loodgietersbedrijf N.J. van den Broek VERKLARING VAN KIWA Deze kwaliteitsverklaring

Nadere informatie

Nummer K52853/07 Vervangt K52853/06. Uitgegeven D.d Geldig tot Pagina 1 van 5. Loodgietersbedrijf RéVé B.V.

Nummer K52853/07 Vervangt K52853/06. Uitgegeven D.d Geldig tot Pagina 1 van 5. Loodgietersbedrijf RéVé B.V. 504/160921 Kiwa KvINL Proces Nummer K52853/07 Vervangt K52853/06 Uitgegeven 2016-09-01 D.d. 2014-10-01 Geldig tot 2019-08-18 Pagina 1 van 5 Loodgietersbedrijf RéVé B.V. VERKLARING VAN KIWA Dit is op basis

Nadere informatie

De toelating van biociden voor drinkwaterdesinfectie. Lonne Gerritsen. College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden

De toelating van biociden voor drinkwaterdesinfectie. Lonne Gerritsen. College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden De toelating van biociden voor drinkwaterdesinfectie Lonne Gerritsen College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden Inhoud Wat doet het Ctgb Wat zijn biociden Waar kom je biociden

Nadere informatie

Wijzigingsblad BRL 5023 d.d

Wijzigingsblad BRL 5023 d.d Het proces van het meten van trillingen Vastgesteld door CvD Bouwtechnische Diensten d.d. 18 oktober 2013. Aanvaard door de KOMO Kwaliteits- en Toetsingscommissie d.d. 20-11-2015. Bindend verklaard door

Nadere informatie

Versie: Interpretatiedocument

Versie: Interpretatiedocument Versie: 2018-01 Interpretatiedocument behorende bij de KOMO beoordelingsrichtlijnen voor: Kunststof Gevelelementen Vastgesteld door CvD Kunststof Gevelelementen d.d. 12 april 2018 Voorwoord Interpretatie

Nadere informatie

WATERWERKBLAD LEIDINGWATERINSTALLATIES IN GEBOUWEN EN INRICHTINGEN VOOR BEHANDELING VAN AFVALWATER

WATERWERKBLAD LEIDINGWATERINSTALLATIES IN GEBOUWEN EN INRICHTINGEN VOOR BEHANDELING VAN AFVALWATER Herziening van juni 2004 WATERWERKBLAD LEIDINGWATERINSTALLATIES IN GEBOUWEN EN INRICHTINGEN VOOR BEHANDELING VAN AFVALWATER WB 1.4 B DATUM: JAN. 2017 Auteursrechten voorbehouden Dit werkblad heeft betrekking

Nadere informatie