Tweede Kamer der Staten-Generaal

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Tweede Kamer der Staten-Generaal"

Transcriptie

1 Tweede Kamer der Staten-Generaal Zitting Nieuw stelsel van studiefinanciering Nr. 1 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 's-gravenhage, 25 februari 1981 S 1. Inleiding 1 Tweede Kamer, zitting ,16 106, nr Tweede Kamer, zitting ,12 778, nr Tweede Kamer, zitting ,12 778, nr. 4 Reeds vele jaren bestaat in brede kring onvrede met de huidige collectieve studiesteun, die in hoofdzaak bestaat uit aan ouders toe te kennen kinderbijslag en aan studerenden toe te kennen rijksstudietoelagen en tegemoetkoming studiekosten. In het verleden is herhaaldelijk aangedrongen op herziening van dit stelsel. De wens hiertoe is niet alleen naar voren gebracht door de studerenden of meer in het algemeen door de onderwijswereld, maar ook door het parlement, door de Sociaal Economische Raad en door de Academische Raad. Speciale vermelding verdienen in dit verband de op 10 december 1980 met algemene stemming door de Tweede Kamer aanvaarde motie-waltmans, 1 de brief van de sociaal-economische Raad van 21 november 1980 en de brieven van de Academische Raad van 8 en 31 oktober De hierbedoelde brieven zijn als bijlage 1 aan deze brief toegevoegd. Ten slotte zij vermeld dat ook het kabinet zich meermalen heeft uitgesproken voor het invoeren van een nieuw stelsel van studiefinanciering. In januari 1974 heeft het vorige kabinet een nota Studiefinanciering 2 aan de Tweede Kamer aangeboden. In die nota zette het toenmalige kabinet zijn plannen uiteen voor een nieuw stelsel van studiefinanciering voor studerenden in het tertiair onderwijs. Bij brief van 6 december liet het kabinet de Tweede Kamer vervolgens weten van mening te zijn dat het nieuwe stelsel zich ook diende uit te strekken tot studerenden van 18 jaar en ouder in het overige onderwijs. Dit nieuwe stelsel zou naast een basisbeurs voor alle studerenden dienen te bestaan uit een, van het inkomen van de ouders afhankelijke, extra beurs en de mogelijkheid om aanvullend rentedragend te lenen. In onze visie vormt de zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid van volwassen studerenden een belangrijk uitgangspunt voor een nieuw stelsel van studiefinanciering. In de plannen van het vorig kabinet werd uitgegaan van financiële afhankelijkheid van de ouders (en eventuele partner). We hebben derhalve gemeend deze plannen niet te moeten overnemen. Naar onze opvatting dient een nieuw stelsel van studiefinanciering te zijn gebaseerd op de volgende uitgangspunten: S-O+W 3 vel Tweede Kamerzitting ,16650, nr.1 1

2 - financiële onafhankelijkheid van de volwassen studerende (zelfstandigheid); - een redelijke eigen bijdrage in de kosten van studie en levensonderhoud van de studerende zelf (eigen verantwoordelijkheid). Voorts dient te worden voldaan aan: - doelmatigheid van het onderwijs; - uniformiteit en eenvoud; - budgettaire neutraliteit. Financiële onafhankelijkheid van de volwassen studerende De huidige regelingen 4 voldoen niet aan het uitgangspuntvan de financiële onafhankelijkheid van de studerende. Het meest duidelijk komt dit tot uitdrukking in de toekenning van kinderbijslag aan de ouders, maar de afhankelijkheid weerspiegelt zich ook in de studiefinancieringsregelingen en de buitengewone lastenregeling. Weliswaar worden rijksstudietoelagen aan de studerenden uitgekeerd, maar voor het al dan niet in aanmerking komen voor studiefinanciering en voor de hoogte van de toelage geldt wel het ouderlijk inkomen als maatstaf. Wij menen dat de financiële onafhankelijkheid van de studerenden alleen gestalte kan krijgen, indien de verschillende geldstromen worden gebundeld en in hun totaliteit aan de studerenden zelf worden uitgekeerd. Wij menen bovendien dat de zelfstandigheid slechts dan ten volle tot zijn recht komt, indien wordt voorzien in een zelfstandig recht op studiefinanciering, dat wil zeggen een recht op financiering van de kosten van levensonderhoud en studie, ongeacht de financiële positie van de ouders en die van de eventuele partner van de studerende. Geconfronteerd met de vraag van af welke leeftijd de financiële zelfstandigheid moet gelden, hebben wij het volgende overwogen. Als een belangrijke ontwikkeling in de maatschappij kan worden aangemerkt het streven om op jongere leeftijd dan thans het geval is, zelfstandig tekurtnen zijrt. ft heeft zijn bevestiging gevonden in onder meer de verla- ^ ging van de leeftijd tot 18 jaar van waaraf men het actieve kiesrecht mag uitoefenen. Met name echter kan de wens om ook in financieel opzicht onafhankelijk te zijn worden geconstateerd. In 1978 is een wetsontwerp ingediend tot verlaging van de meerderjarig heidsleeftijd tot 18 jaar (15417). De in dit wetsontwerp voor de groep 18-tot 21-jarigen voorgestelde handhaving van de, jegens minderjarigen geldende, ouderlijke onderhoudsplicht houdt mede verband met het ontbreken van een zelfstandig recht op studiefinanciering. Op grond van het bovenstaande dient naar onze mening de financiële onafhankelijkheid van studerenden tegelden vanaf de leeftijd van 18 jaar. Eigen bijdrage van de studerenden 4 In bijlage 2 is een uiteenzetting gegeven van de huidige regelingen. In de huidige situatie worden de onderwijsvoorzieningen vrijwel geheel door de overheid gefinancierd. De overheid subsidieert het onderwijs, omdat onderwijs wordt geacht maatschappelijke baten te genereren. Feit is evenwel, dat naast deze maatschappelijke baten in het algemeen eveneens sprake is van individuele baten en zulks zowel in de materiële als in de immateriële sfeer. Gezien het maatschappelijke nut van onderwijs zal de overheid een deel van de kosten van studie en levensonderhoud tijdens de studie a fonds perdu, in de vorm van beurzen, beschikbaar dienen te stellen. Daarmee wordt bovendien, bij voorbaat, voorkomen dat te hoge lasten ontstaan, welke zouden kunnen leiden tot een beperking van de deelneming aan het onderwijs. Gelet op het uitgangspunt van zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid van de studerende enerzijds en op de individuele baten die de studie met zich brengt anderzijds, is het evenwel gerechtvaardigd de studerende Tweede Kamer, zitting ,16650, nr. 1 2

3 een deel van de kosten van studie en levensonderhoud voor eigen rekening te laten nemen. De overheid zal de studerenden daartoe in staat moeten stellen en wel door de verstrekking van rentedragende studieleningen. Doelmatigheid van het onderwijs Met betrekking tot het hoger onderwijs bestaat een groeiend besef van de noodzaak om dit onderwijs doelmatiger in te richten en een beter studierendement te bewerkstelligen. In dit verband wordt gewezen naar de in hoofdstuk VIII van de rijksbegroting aangekondigde ontwerp-kaderwet hoger onderwijs, het ontwerp van wet op het hoger beroepsonderwijs en de op 20 januari 1981 door de Tweede Kamer aangenomen Wet Tweefasenstructuur wetenschappelijk onderwijs. 5 Nu de gemeenschap meer dan voorheen aan de studerende eisen zal stellen, zowel voor wat betreft de te leveren inspanning als voor wat betreft de voor de onderwijsdeelneming te leveren bijdrage, dient als logisch complement een uitbreiding van de rechten van de studerende te worden gerealiseerd. Met de beoogde zelfstandigheid wordt dit recht voldoende gewaarborgd. Uniformiteit en eenvoud De collectieve studiesteun is ondoorzichtig en ingewikkeld. Zo is de hoogte van de kinderbijslag in belangrijke mate afhankelijk van de hoogte van de studietoelage. Een geringe verandering in de hoogte van de studietoelage kan daardoor van grote betekenis zijn voor het totaalbedrag aan collectieve studiesteun dat de studerende in een bepaald studiejaar ontvangt. Daardoor én door de ongewisse factor die wordt gevormd door de mate waarin ouders bereid zijn en blijven hun financiële bijdrage te leveren, is in materieel opzicht van een gelijke behandeling van iedere individuele studerende in feite geen sprake en worden in het algemeen onvoldoende zekerheden geboden. Op grond hiervan dienen de gelden die thans in de vorm van kinderbijslag worden uitgekeerd aan ouders van studerenden van 18 tot 27 jaar en de gelden die thans in de vorm van studiefinanciering worden verstrekt, te worden samengebundeld tot één geldstroom die in de vorm van beurzen rechtstreeks ter beschikking wordt gesteld aan de studerenden van 18 jaar en ouder in het volledig dagonderwijs. Budgettaire neutraliteit Gegeven de financieel-economische vooruitzichten voor de eerstkomende jaren zal een nieuw stelsel van studiefinanciering zodanig van opzet moeten zijn, dat met betrekking tot de financiële consequenties budgettaire neutraliteit ten opzichte van het huidige stelsel als het maximaal haalbare moet worden beschouwd. In het vervolg van deze brief wordt op basis van de hiervoor genoemde uitgangspunten een voorstel gedaan voor een nieuw stelsel van studiefinanciering ( 2). In 3 wordt ingegaan op de invoering van het nieuwe stelsel, waarbij de noodzakelijke fasering uiteen wordt gezet. In 4 zal worden aangegeven welke maatregelen er nog dienen te worden genomen om de invoering te realiseren. 2. Een globale schets van het voorgenomen stelsel van studiefinanciering Hoofdkenmerk van het voorgenomen stelsel is een zelfstandig recht op studiefinanciering van 18 jaar en ouder voor iedere studerende in het volledig onderwijs. Het stelsel wordt verder gekenschetst door de volgende 5 Tweede Kamer,zitting , hoofdlijnen: Tweede Kamer, zitting , 16650, nr. 1 3

4 1. Als gevolg van het zelfstandig recht op studiefinanciering van de studerende wordt: - geen rekening gehouden met de financiële draagkracht van de ouders en eventuele partner (gehuwd of ongehuwd); - met betrekking tot het eigen inkomen een bedrag vrijgelaten ter grootte van het bedrag dat maximaal rentedragend kan worden geleend. 2. De niet studerende partner wordt geacht door arbeid in eigen onderhoud te kunnen voorzien. In die uitzonderingssituaties waarin dat niet het geval is, is binnen het stelsel aanvullende financiering mogelijk. 3. Het stelsel voorziet in studiefinanciering in de vorm van beurzen en door de overheid gegarandeerde rentedragende leningen. De gezamenlijke hoogte van deze verstrekkingen wordt bepaald door de kosten van levensonderhoud enerzijds en de directe studiekosten anderzijds. Het budget wordt gedifferentieerd naar leeftijd (18,19, 20 en 21 jaar en ouder) en naar woonsituatie (thuis- en uitwonenden, voor zover behorende tot de leeftijdscategorievan 18tot21 jaar). 4. Het stelsel voorziet in een garantieregeling door het Rijk voor de terugbetaling van de rentedragende leningen. Dit houdt in dat aan de studerende vooraf de zekerheid wordt geboden dat de schuld na een bepaalde tijd zal zijn gedelgd en dat de financiële lasten als gevolg van van het lenen geen belemmering zullen vormen tot het voeren van een bepaalde redelijk te achten levensstandaard. De garantie dient ertoe te voorkomen, dat er financiële drempels tot het (blijven) volgen van onderwijs worden opgeworpen. 5. Er wordt voorzien in de mogelijkheid van rentesubsidie voor studerenden van 18 tot en met 20 jaar met ouders met een laag inkomen (kansarme milieus) op wie het rentedragend karakter van de studielening een negatieve (psychologische) invloed om te studeren zou kunnen uitoefenen. 6. Voorwaarde voor het verkrijgen van een volledige beurs is, dat voldoende studieresultaten worden behaald. Indien dit in een bepaald jaar niet het geval is, zal voor het daarop volgende jaar een korting van 50% worden toegepast op het beursbedrag tenzij de cursusduur zodanig wordt overschreden dat het verstrekken van studiefinanciering niet langer verantwoord is. In dat geval kan er door de ouders van studerenden indien ze bijdragen in het onderhoud van deze kinderen een beroep worden gedaan op een «forfaitaire» aftrek in het kader van de buitengewone lastenregeling. De genoemde korting op de beurs laat de mogelijkheid tot rentedragend lenen tot het maximum van het voor deze studerende geldende budget onverlet. 7. Ten einde misbruik tegen te gaan wordt aan ieder, die op een leeftijd van 19 of ouder, na een vrijwillige onderbreking van de studie van één jaar of meer, gaat studeren, voor het eerste jaar van de studie slechts studiefinanciering in de vorm van een rentedragende lening verstrekt. Indien de studieprestaties zulks rechtvaardigen, wordt aan het einde van dat eerste jaar alsnog het gedeelte van de lening dat gelijk is aan de beurs, omgezet in een beurs. 3. Invoering van het nieuwe stelsel Eerder is aangegeven dat het stelsel in ieder geval budgettair neutraal moet worden uitgevoerd. Wellicht ten overvloede merken wij op dat het begrip budgettaire neutraliteit hier in tweeërlei zin dient te worden opgevat. In de eerste plaats geldt dat ter zake van de rijksbegroting de verstrekking van middelen a fonds perdu de gezamenlijke beschikbare middelen (kinderbijslaggelden en de huidige studiefinancieringsgelden) niet mag overschrijden Ten tweede mag het nieuwe stelsel niet leiden tot een extra netto beslag op de kapitaalmarkt. Aangezien integrale uitvoering van het nieuwe stelsel in een veel groter bedrag aan rentedragende leningen voorzag dan uit hoofde van de tweede budgettaire neutraliteitseis was toegestaan, is besloten tot een gefaseerde invoering. Bij een gefaseerde invoering ligt het voor de hand te beginnen met de studerenden die 18 jaar zijn. Het aantal studerenden dat onder het nieuwe stel- Tweede Kamer, zitting , 16650, nr. 1 4

5 sel valt, neemt dan automatisch geleidelijk toe, doordat steeds andere onderwijsdeelnemers 18 jaar worden. Op deze wijze zal het stelsel na verloop van een drietal jaren reeds voor 18-tot 21-jarigen gelden, enzovoorts tot allen onder de vigeur vallen. Een gefaseerde invoering op deze wijze leidt naar verwachting evenwel nog tot een te omvangrijk kapitaalmarktbeslag. Dit heeft ons gedwongen om tijdelijk met een verdere beperking genoegen te nemen. Een differentiatie naar onderwijssoort zien wij als enig bruikbaar middel om per saldo het extra beslag op de kapitaalmarkt neutraal te laten verlopen. Het ligt dan voor de hand om de toepassingen van het nieuwe stelsel te beperken tot deelnemers aan het hoger onderwijs. In zijn uitwerking betekent dit dat het stelsel bij invoering van toepassing zal zijn op de deelnemers aan het wetenschappelijk onderwijs en hoger beroepsonderwijs van 18 jaar. Een op deze wijze gefaseerde invoering houdt in dat naar verwachting na ca. 5 a 6 jaar het nieuwe stelsel van studiefinanciering van toepassing zal zijn op nagenoeg alle deelnemers in het hoger onderwijs. Bij de op deze wijze van fasering zal het nieuwe stelsel van toepassing zijn op de volgende geraamde aantallen: eerste jaar van invoering tweede jaar van invoering derde jaar van invoering vierde jaar van invoering vijfde jaar van invoering Uitbreiding naar andere categorieën studerenden zal afhangen van de ontwikkeling van de financieel-economische situatie van ons land. Totdat het nieuwe stelsel geheel zal zijn ingevoerd, zal aan alle studerenden van 18 jaar en ouder, die niet vallen onder het nieuwe stelsel, een basisbeurs worden verstrekt. Deze basisbeurs komt in de plaats van de kinderbijslag waarop de ouders van studerenden thans aanspraak kunnen maken. Bij het vaststellen van de hoogte van die basisbeurs zal rekening worden gehouden met de woonsituatie, zoals dat thans ook geschiedt bij de verstrekkingen van kinderbijslag en studiefinanciering. De omzetting van de kinderbijslag in een basisbeurs impliceert dat de huidige regelingen van tegemoetkoming studiekosten en rijksstudietoelagen dienen te worden aangepast. De uitwerking van deze aanpassingen vergen nog nadere studie en overleg. Over de resultaten daarvan zullen wij de Tweede Kamer op een later tijdstip informeren. 4. Slotparagraaf In de voorgaande paragrafen van deze brief is een uiteenzetting gegeven van onze beleidsvoornemens met betrekking tot het nieuwe stelsel van studiefinanciering. Deze beleidsvoornemens vergen nog nadere uitwerking. Bij deze uitwerking zal naast de voorwaarde van budgettaire neutraliteit in ruime zin mede worden gelet op de relatie van rechtvaardigheid in de onderlinge inkomensposities, enerzijds van degenen die onder het nieuwe stelsel zullen vallen en anderzijds van andere groepen in de maatschappij. Deze uitwerking in een wettelijke regeling zal zeker geruimte tijd vergen. Er zal advies worden gevraagd aan de Academische Raad, de HBO-Raad, de Onderwijsraad en aan de Sociaal Economische Raad. Voorts vereist de invoering van het nieuwe stelsel de nodige voorbereiding in technische en personele zin. Ten slotte zullen de werkzaamheden die noodzakelijk zijn om te komen tot een wettelijke regeling en tot een wijziging van de hiervoor genoemde wetten pas van start kunnen gaan nadat wij met de Kamer van gedachten hebben gewisseld over de uitgangspunten van dit stelsel. Mede namens de Minister van Landbouw en Visserij, De Minister van Onderwijs en Wetenschappen, A. Pais Tweede Kamer, zitting ,16650, nr. 1 5

6 Bijlage 1A SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD Dagelijks Bestuur Aan de Minister van Onderwijs en Wetenschappen 's-gravenhage, 21 november 1980 Betreft: Studiefinanciering Mijnheer de Minister, Zoals bekend, heeft de raad onder meer naar aanleiding van uw brief van 14 september 1978, kenmerk HW/AS/S/ door u mede namens de Ministers van Landbouw en Visserij, van Sociale Zaken en van Financiën geschreven, de voorbereiding van het advies inzake de studiefinanciering, om welk advies de raad verzocht was bij brief van 4 december 1974, kenmerk DG WO/OWWO/AS nr , opgeschort. Bij de advisering over de integratie van de kinderaftrek in de kinderbijslag heeft de raad een en ander maal gewezen op de noodzaak om in elk geval bij de voorbereiding van het advies over de uiteindelijke herstructurering van het stelsel van kinderbijslag te kunnen beschikken over de voornemens met betrekking tot het (nieuwe) stelsel van studiefinanciering. Het dagelijks bestuur van de raad heeft echter in de adviesaanvrage over de structuur van de kinderbijslag, welk advies aan de Raad is gevraagd door de Staatssecretaris van Sociale Zaken bij brief van 31 maart 1980, kenmerk nr Stafafd. B.O., Hoofdafd. VV, moeten constateren dat te dien aanzien slechts wordt gesteld: «Bij deze adviesaanvrage is er in zijn algemeenheid van uitgegaan dat bij invoering van een nieuw stelsel van kinderbijslag, een nieuw stelsel van studiefinanciering voor studerenden van 18 jaar en ouder is of wordt gerealiseerd.» (paragraaf III.2 adviesaanvrage inzake de structuur van de kinderbijslag). Het is het dagelijks bestuur gebleken dat bij de voorbereiding van vorenbedoeld advies het ontbreken van nadere voorstellen inzake een nieuw stelsel van studiefinanciering als een ernstig gemis wordt beschouwd, mede in het licht van de in deze adviesaanvrage gestelde randvoorwaarde van de budgettaire neutrale financiering van het nieuwe stelsel van kinderbijslag. In verband met het vorenstaande vraagt het dagelijks bestuur u te bevorderen dat de werkgroep van de Commissie Sociale Verzekeringen, welke het advies voorbereidt, op de kortst mogelijke termijn schriftelijk wordt geïnformeerd over de bij u levende gedachten omtrent een nieuw stelsel van studiefinanciering. Een afschrift van deze brief wordt aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken gezonden. J. W. de Pous, voorzitter Tweede Kamerzitting ,16650, nr. 1 6

7 Bijlage 1B ACADEMISCHE RAAD Aan de Minister van Onderwijs en Wetenschappen Voorburg, 8 oktober 1980 De Academische Raad heeft in het verleden, laatstelijk bij schrijven A.R.-964 van 15 april 1980, herhaalde malen bezwaar aangetekend tegen een geleidelijk aan groeiende lastenverzwaring voor studenten door maatregelen ten aanzien van afzonderlijke kostenelementen, terwijl de effecten daarvan door het ontbreken van een adequate regeling van de studiefinanciering onvoldoende kunnen worden overzien. De genoemde lastenverzwaring treft zowel de bursalen die met een sterke stijging van terug te betalen bedragen worden geconfronteerd, indien de studietoelagen naar aanleiding van de betreffende maatregelen worden verhoogd, als niet-bursalen. Naar aanleiding van de lastenverzwaring voor een zeer grote groep studenten tengevolge van de afschaffing van de vrijstelling van de betaling van collegegeld na een bepaald aantal jaren is de studiefinanciering onderwerp van de beraadslagingen geweest in de vergadering van de raad op 26 september jl. De raad besloot niettegenstaande de huidige precaire toestand van 's Rijks financiën, waardoor volgens de bij de Rijksbegroting voor het dienstjaar 1981 behorende memorie van toelichting de ontwikkeling van een nieuw studiefinancieringsstelsel wordt vertraagd, er wederom bij u met de grootst mogelijke nadruk op aan te dringen, dat een sinds 1973 aangekondigde algemene regeling van de studiefinanciering tot stand wordt gebracht voordat maatregelen als thans, blijkens genoemde memorie van toelichting, worden overwogen (verhoging van collegelden, afschaffing van de promesseregeling) worden vastgesteld. De raad vertrouwt erop, dat u zijn dringend beroep zult betrekken bij uw overwegingen. Afschrift van dit schrijven is toegezonden aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal en aan de voorzitter van de vaste Commissie voor Onderwijs en Wetenschappen. De algemeen secretaris van de Academische Raad, J. Havik De voorzitter van de Academische Raad, G. Brenninkmeijer Tweede Kamer, zitting ,16650, nr. 1 7

8 Bijlage 1C ACADEMISCHE RAAD Aan de Minister van Onderwijs en Wetenschappen Voorburg, 31 oktober 1980 Onderwerp: Verhoging collegegeld en afschaffing promesseregeling Met uw brief HW/AS/S I van 21 oktober 1980 heeft u de Academische Raad verzocht om uiterlijk 1 november 1980 zijn advies kenbaar te maken inzake uw voornemen te bevorderen dat a. met ingang van het studiejaar het collegegeld wordt verhoogd van f 500 tot f 600 en b. de promesseregeling met ingang van genoemd jaar wordt afgeschaft. Met betrekking tot de verhoging van het collegegeld heeft u in uw schrijven voorts gesteld dat een verdergaande verhoging als uitvloeisel van het begrotingsoverleg met de Tweede Kamer der Staten-Generaal niet dient te worden uitgesloten. Uw bovenvermelde brief is in de vergadering van de Academische Raad dd. 24 oktober 1980 onderwerp van beraad geweest tegen de achtergrond van de reeds lang slepende problematiek van de studiefinanciering, zulks mede naar aanleiding van uw mededeling dat u hoopt over niet al te lange tijd een regeringsvoorstel aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te kunnen voorleggen. De raad heeft in het recente verleden herhaalde malen en met toenemende nadruk bezwaar aangetekend - laatstelijk bij zijn advies AR-2006 dd. 8 oktober 1980-tegen een geleidelijk aan groeiende lastenverzwaring voorstudenten door maatregelen ten aanzien van afzonderlijke kostenelementen, terwijl de effecten daarvan door het ontbreken van een adequate regeling van de studiefinanciering onvoldoende kunnen worden beoordeeld. Het is voor de raad volstrekt onduidelijk op grond van welke overwegingen een zodanige regeling, waarvan de beginselen reeds in 1974 zeer uitvoerig zijn behandeld in het commentaar van de raad, AR-137dd. 28 juni 1974, op de Nota Studiefinanciering, zo lang moet uitblijven. Naar het oordeel van de raad is sprake van een in hoge mate veronachtzamen van een overheidstaak. Het vorenstaande overwegende, acht de raad een verhoging van het collegegeld thans principieel onaanvaardbaar. Overigens wil de raad erop wijzen dat deze verhoging naar het hem voorkomt in strijd is met artikel 13, lid 2, sub c van het Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten. In dit artikel is bepaald dat de staten, die partij zijn bij dit verdrag, erkennen dat, ten einde tot een volledige verwezenlijking te komen van het recht van een ieder op onderwijs, het hoger onderwijs door middel van alle passende maatregelen en in het bijzonder door de geleidelijke invoering van kosteloos onderwijs voor een ieder op basis van bekwaamheid gelijkelijk toegankelijk moet worden gemaakt. Het voornemen uwerzijds de promesseregeling af te schaffen, wordt onderbouwd met een afweging van belangen. In uw schrijven wordt gesteld dat het geringe voordeel van studerenden van een uitstel van betaling van twee jaar niet meer verdedigbaar is ten opzichte van de administratieve belasting terzake en de daaraan verbonden aanzienlijke kosten. De raad zou hierbij de volgende kanttekening willen plaatsen. De huidige promesseregeling heeft een functie, die in bepaald opzicht gelijk is aan de functie van een algemene studiefinancieringsregeling: de betaling van een deel van de studiekosten - het collegegeld - wordt door middel van een promesse gedeeltelijk verschoven naar de periode na de studie, waarin de student in staat geacht mag worden zich een inkomen uit arbeid te verwerven. Vooral voor de categorie werkstudenten biedt de bestaande promesseregeling een voordeel, dat zou vervallen bij opheffing van de regeling, omdat het hier gewoonlijk niet gaat om bursalen. Op grond van het vorenstaande is de raad van oordeel dat de onderhavige regeling gecontinueerd dient te worden. Tweede Kamer, zitting ,16650, nr. 1 8

9 Afschrift van dit schrijven is toegezonden aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal en de voorzitter van de vaste Commissie voor Onderwijs en Wetenschappen. De voorzitter van de Academische Raad, G. Brenninkmeijer De algemeen secretaris van de Academische Raad, J. Havik Tweede Kamer, zitting , , nr. 1 9

10 Bijlage 2 HUIDIGE REGELINGEN MET BETREKKING TOT DE COLLECTIEVE STUDIE- STEUN In deze bijlage wordt een uiteenzetting gegeven van de huidige regelingen op het gebied van de collectieve studiesteun. Deze regelingen hebben elk hun eigen doelstelling en hun eigen voorwaarden voor toekenning. Het gaat hierbij om: - kinderbijslag, die wordt toegekend aan ouders die de kosten van levensonderhoud en studie van een studerend kind jonger dan 27 jaar geheel of ten dele dragen; - studiefinanciering, waarop aanspraak kan worden gemaakt als ouders over onvoldoende middelen beschikken om de kosten van levensonderhoud en studie te betalen; - aftrek wegens buitengewone lasten voor de loon- en inkomstenbelasting, welke wordt toegestaan aan ouders, die hun studerende kinderen van 27 jaar en ouder geheel of ten dele onderhouden. Voorts bestaat de mogelijkheid van aftrek wegens buitengewone lasten voor ouders, die hun kinderentot 27 jaar geheel of ten dele onderhouden, maar die desondanks geen recht hebben op kinderbijslag of dit recht niet effectueren. Kinderbijslag Voor het recht op kinderbijslag voor studerende kinderen van 18 tot 27 jaar moet aan een tweetal criteria worden voldaan, t.w. het onderwijscriterium en het onderhoudscriterium. Het onderwijscriterium houdt in dat de voor werkzaamheden beschikbare tijd grotendeels in beslag wordt genomen door of in verband met het volgen van onderwijs of van een beroepsopleiding. Deze formulering betekent dat ten minste twintig uur per week aan studie moet worden besteed. Het onderhoudscriterium valt in drie delen uiteen: a. onderhoud in belangrijke mate (thansf 2704 per jaar): enkelvoudige kinderbijslag; b. grotendeels onderhoud (meer dan 50% van de kosten): tweevoudige kinderbijslag; c. geheel of nagenoeg geheel onderhoud (90% of meer van de kosten van buitenshuis wonende studerenden): drievoudige kinderbijslag. Heeft een studerende eigen inkomen, dan kan dit het recht op kinderbijslag beïnvloeden. De mate waarin dit het geval is, is afhankelijk van de hoogte van het eigen inkomen. Het recht op drievoudige kinderbijslag wordt aangetast, indien het eigen inkomen meer bedraagt dan 10% van de totale onderhoudskosten en het recht op tweevoudige kinderbijslag, indien het eigen inkomen gelijk is aan of meer bedraagt dan 50% van de onderhoudskosten. Het recht op kinderbijslag vervalt volledig indien - op jaarbasis - het eigen inkomen meer bedraagt dan de totale onderhoudskosten verminderd met f Met ingang van het studiejaar is bepaald dat alleen de kosten die noodzakelijkerwijs verband houden met het levensonderhoud en de studie bij de beoordeling van de mate waarin de studerende wordt onderhouden, in aanmerking mogen worden genomen. Aan deze kosten zijn voorts absolute maxima gesteld. Deze bedragen voor het studiejaar f voor een uitwonende studerende en f 9500 voor een thuiswonende studerende. De kinderbijslag wordt per kwartaal uitbetaald en bedraagt sedert 1 januari 1981 (op jaarbasis): voor een eerste kind f1096 voor een tweede en derde kind f1744 voor een vierde en vijfde kind f2108 voor een zesde en zevende kind f2324 voor een achtste en elk daaropvolgend kind f 2560 Tweede Kamer, zitting ,16650, nr. 1 10

11 Uit dit overzicht blijkt dat de hoogte van de totale kinderbijslag voor een studerend kind afhangt van de grootte van het gezin. Zo kan bij voorbeeld de kinderbijslag voor een uitwonende studerende die nagenoeg geheel door zijn ouders wordt onderhouden, variëren van f 4584 tot f 7680 per jaar. Over de kinderbijslag behoeven geen inkomstenbelasting of premies volksverzekeringen te worden betaald. Studiefinanciering De studiefinanciering die door het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen en het Ministerie van Landbouw en Visserij wordt verleend, bestaat uit de regeling Rijksstudietoelagen voor studerenden in het tertiair onderwijs (wetenschappelijk onderwijs en hoger beroepsonderwijs) en de regeling Tegemoetkoming Studiekosten voor studerenden in het secundair onderwijs (voortgezet onderwijs exclusief hoger beroepsonderwijs). De regeling Rijksstudietoelagen gaat uit van een genormeerd studiekostenbudget. De hoogte van de uit te keren toelage is als regel afhankelijk van de financiële draagkracht van de ouders en van de eigen inkomsten van de studerenden alsook van de studieprestaties. In het studiejaar bedroeg de maximale toelage (exclusief inschrijvings- en collegegeld voor studerenden in het wetenschappelijk onderwijs) f 9780 voor een uitwonende studerende en f 6590 voor een thuiswonende studerende. De toelage is opgebouwd uit een beursgedeelte en een renteloos voorschotgedeelte. Een maximale toelage is in dat studiejaar mogelijktoteen belastbaar ouderlijk inkomen van f Een gedeeltelijke toelage kan worden verkregen tot een ouderlijk belastbaar inkomen van ca. f voor een uitwonende student en f voor een thuiswonende student. De genoemde inkomensnormen zijn ruimer, indien er in het gezin meerdere kinderen ten laste van de ouders komen. Indien de studerende is gehuwd met een niet-studerende partner, geldt een gehuwdenbudget, waarvan de hoogte gelijk is aan de som van de maximale toelage voor een uitwonende en die voor een thuiswonende ongehuwde student. Het laatst genoemde deel van het gehuwdenbudget kan in de vorm van een renteloos voorschot worden verstrekt. Indien de echtgeno(o)tfe) van de studerende eveneens studeert, geschiedt de berekening voor beiden op de wijze als voor een ongehuwde student. Aan de studerende kan geheel in de vorm van een renteloos voorschot een kindertoeslag worden verleend voor ieder ten laste komend kind, indien de studerende 23 jaar of ouder is. In het tertiair onderwijs komt ongeveer 40% van de studerenden in aanmerking voor een rijksstudietoelage. Voor de meerderjarige studerenden in het tertiair onderwijs, die niet in aanmerking komen voor een rijksstudietoelage bestaat de mogelijkheid een rentedragende lening af te sluiten bij een bankinstelling ter hoogte van maximaal het bedrag dat ligt op de helft van het genormeerde studiekostenbudget voor een uitwonende student. Het Rijk staat daarbij borg voor de aflossing van de lening en de rente. De regeling Tegemoetkoming Studiekosten, gaat niet -zoals de regeling Rijksstudietoelagen - uit van een budget per leerling, maar heeft een aanvullend karakter op de kinderbijslag. De regeling heeft in overgrote meerderheid betrekking op leerlingen jonger dan 18 jaar. De regeling kent voor leerlingen van 18 jaar en ouder een tegemoetkoming in de kosten van boeken en leermiddelen afhankelijk van de studierichting van f 350 tot f 750 en een tegemoetkoming in de reiskosten voor thuiswonenden. Uitwonende leerlingen kunnen naast de tegemoetkoming in de kosten van boeken en leermiddelen in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in de meerkosten van het uitwonend-zijn van maximaal f Tweede Kamer, zitting ,16650, nr. 1 11

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 163 Wijziging van de Wet op de studiefinanciering onder meer in verband met correctie op de berekening van de aanvullende beurs, alsmede van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1981-1982 Rijksbegroting voor het jaar 1982 17100 Hoofdstuk VIII Departement van Onderwijs en Wetenschappen Nr. 85 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 933 Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 in verband met uitbreiding van de mogelijkheid met studiefinanciering in het buitenland te

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1992-1993 22887 Wijziging van de Wet op de studiefinanciering in verband met verlaging van de basisbeurs voor studerenden in het middelbaar beroepsonderwijs

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 376 Wijziging van de Wet op de studiefinanciering in verband met het onder de prestatiebeurs brengen van de reisvoorziening Nr. 3 MEMORIE VAN

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon

Nadere informatie

Toelichting Toeslagenverordening WWB gemeente Rijssen-Holten 2013

Toelichting Toeslagenverordening WWB gemeente Rijssen-Holten 2013 Toelichting Toeslagenverordening WWB gemeente Rijssen-Holten 2013 Algemene toelichting De gemeenteraad dient op grond van artikel 8 eerste lid onder c juncto artikel 30 van de Wet werk en bijstand (WWB)

Nadere informatie

No.W05.13.0145/I 's-gravenhage, 13 juni 2013

No.W05.13.0145/I 's-gravenhage, 13 juni 2013 ... No.W05.13.0145/I 's-gravenhage, 13 juni 2013 Bij Kabinetsmissive van 21 mei 2013, no. 13.001016, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, bij de Afdeling

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 263 Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 en de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten in verband met onder meer niet-indexering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1986-1987 Herziening van het stelsel van sociale zekerheid BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Toelichting. Algemeen. Verbeteren positie arbeidsmarkt arbeidsgehandicapten

Toelichting. Algemeen. Verbeteren positie arbeidsmarkt arbeidsgehandicapten Toelichting Algemeen De invoeringswet Participatiewet introduceert een studieregeling in de Participatiewet: de individuele studietoeslag. Hiermee krijgt het college de mogelijkheid mensen, van wie is

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 34 035 Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met de introductie van een nieuw stelsel van studiefinanciering in het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1992-1993 22966 Wijziging van de Wet op de studiefinanciering en van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, ïn verband met het meten

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1980-1981 16 743 Invoering van collegegeld voor studenten van dagscholen voor hoger beroepsonderwijs (Collegegeldwet hoger beroepsonderwijs) MEMORIE VAN TOELICHTING

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 januari 2011;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 januari 2011; De raad van de gemeente Schiermonnikoog; overwegende, dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden jonger dan 65 jaar bij verordening

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1982-1983 17 697 Nadere wijziging van de Algemene Kinderbijslagwet, de Ziekenfondswet en van enige Bijstandsbesluiten (beëindiging van het recht op bijstand krachtens

Nadere informatie

Toelichting Verordening toeslagen en verlagingen WWB Asten 2010 (1 e wijziging)

Toelichting Verordening toeslagen en verlagingen WWB Asten 2010 (1 e wijziging) Toelichting Verordening toeslagen en verlagingen WWB Asten 2010 (1 e wijziging) Algemeen 1. Inleiding Op grond van artikel 8, eerste lid, onderdeel c van de Wet werk en bijstand (WWB) dient de gemeenteraad

Nadere informatie

2009D VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld

2009D VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 2009D16430 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld... 2009 In de vaste commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid bestond er bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor

Nadere informatie

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Nr. WJZ/2006/46484 (1743) (Hoofd) Afdeling DIRECTIE WETGEVING EN JURIDISCHE ZAKEN Nader rapport inzake het voorstel van wet tot wijziging van de Wet studiefinanciering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 414 Intrekking van de Wet tegemoetkoming studiekosten en vervanging door de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (Wet tegemoetkoming

Nadere informatie

Onderwerp: Vaststelling van de Verordening Toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2009.

Onderwerp: Vaststelling van de Verordening Toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2009. Gemeente Boxmeer Onderwerp: Vaststelling van de Verordening Toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2009. Nummer: 7a. De Raad van de gemeente Boxmeer; gezien het advies van de Adviescommissie sociale

Nadere informatie

AAN DE KONINGIN. No.W12.06.0350/IV 's-gravenhage, 17 oktober 2006

AAN DE KONINGIN. No.W12.06.0350/IV 's-gravenhage, 17 oktober 2006 ................................................................................... No.W12.06.0350/IV 's-gravenhage, 17 oktober 2006 Bij Kabinetsmissive van 17 augustus 2006, no.06.002805, heeft Uwe Majesteit,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 199 Wijziging van de Les- en cursusgeldwet, de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten en de Wet studiefinanciering 2000 in verband

Nadere informatie

Regeling normen studiefinanciering 2007

Regeling normen studiefinanciering 2007 Algemeen Verbindend Voorschrift 11 december 2006 Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie en Hoger onderwijs bvh 079-3232.666

Nadere informatie

TOELICHTING op de Bijstandsverordening / Toeslagenverordening gemeente Oegstgeest 2004

TOELICHTING op de Bijstandsverordening / Toeslagenverordening gemeente Oegstgeest 2004 TOELICHTING op de Bijstandsverordening / Toeslagenverordening gemeente Oegstgeest 2004 Algemene toelichting Tot 1 januari 1996 gold voor de bijstandsverlening een uiterst gedifferentieerde normensystematiek.

Nadere informatie

Directie Financieel-Economische Zaken

Directie Financieel-Economische Zaken Ministerie van Justitie Directie Financieel-Economische Zaken Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Bezoekadres

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gelet op artikel 12, tweede lid, van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gelet op artikel 12, tweede lid, van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers; STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 850 24 november 2008 Regeling van de Staatssecretaris van Justitie van 12 november 2008, nr. 5557004/08, houdende bepalingen

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Zitting 1982-1983 Nr. 51 16106 Wijziging van de Wet op het wetenschappelijk onderwijs, de Wet universitaire bestuurshervorming 1970 en de Wet van 12 november 1975, Stb.

Nadere informatie

Gemeente Den Haag. rv 126. Voorstel van het college inzake aanpassing verordening langdurigheidstoeslag 2012 ten gevolge van vervallen huishoudtoets.

Gemeente Den Haag. rv 126. Voorstel van het college inzake aanpassing verordening langdurigheidstoeslag 2012 ten gevolge van vervallen huishoudtoets. rv 126 Dienst Sociale zaken en Werkgelegenheidsprojecten BSW/2012.129 RIS 254101_121211 Gemeente Den Haag Voorstel van het college inzake aanpassing verordening langdurigheidstoeslag 2012 ten gevolge van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 Rijksbegroting voor het jaar 1989 20 800 Hoofdstuk VIII Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen Nr. 77 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN

Nadere informatie

Regeling normen studiefinanciering 2006

Regeling normen studiefinanciering 2006 Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie en Hoger onderwijs bvh 079-3232.666 Bestemd

Nadere informatie

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Renkum 2015

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Renkum 2015 Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Renkum 2015 De raad van de gemeente Renkum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 oktober 2014; gelet op artikel 8, eerste

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 943 Wijziging van enige wetten teneinde de aanspraak jegens bestuursorganen op verstrekkingen, voorzieningen en uitkeringen afhankelijk te maken

Nadere informatie

Toeslagen verordening Wet Werk en bijstand 2012

Toeslagen verordening Wet Werk en bijstand 2012 Registratienr.1804/621 Toeslagenverordening Wet Werk en Bijstand 2012 Toeslagen verordening Wet Werk en bijstand 2012 Ex artikel 8 lid 1 sub c en artikel 30 WWBWWB Gemeente Culemborg Stadwinkel Team Inkomen

Nadere informatie

Onderwerp: Vaststelling van de Verordening Toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2011.

Onderwerp: Vaststelling van de Verordening Toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2011. Gemeente Boxmeer Onderwerp: Vaststelling van de Verordening Toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2011. Nummer: 6g. De Raad van de gemeente Boxmeer; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Toelichting Verordening toeslagen en verlagingen WWB Asten 2010

Toelichting Verordening toeslagen en verlagingen WWB Asten 2010 Toelichting Verordening toeslagen en verlagingen WWB Asten 2010 Algemeen 1. Inleiding Op grond van artikel 8, eerste lid, onderdeel c van de Wet werk en bijstand (WWB) dient de gemeenteraad een verordening

Nadere informatie

Het voorstel van rijkswet wordt als volgt gewijzigd: a. In onderdeel b, aanhef, wordt de komma aan het slot vervangen door een dubbele punt.

Het voorstel van rijkswet wordt als volgt gewijzigd: a. In onderdeel b, aanhef, wordt de komma aan het slot vervangen door een dubbele punt. 33 955 Regeling voor Nederland en Curaçao tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en een woonplaatsfictie

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012

TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012 TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012 De raad van de gemeente Losser; - gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Losser, - gelet op artikel 8, eerste

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Zitting 1980-1981 16815 Toelatingscriteria numerus fixus-studierichtingen voor het studiejaar 1981-1982 Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de

Nadere informatie

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. 34 154 Voorstel van wet van de leden Recourt en Van der Steur tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en van enige andere wetten in verband met de herziening van het stelsel van kinderalimentatie (Wet

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen. Verordening Langdurigheidstoeslag WWB. Dienst Werk en Inkomen De Wâlden

Gemeente Achtkarspelen. Verordening Langdurigheidstoeslag WWB. Dienst Werk en Inkomen De Wâlden Gemeente Achtkarspelen Verordening Langdurigheidstoeslag WWB Dienst Werk en Inkomen De Wâlden November 2011 1 Gemeente Achtkarspelen de Raad van de gemeente Achtkarspelen; gelet op het bepaalde in artikel

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 200 Wet van 24 mei 2007 tot wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met uitbreiding van de mogelijkheid met studiefinanciering

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2007:BA5045

ECLI:NL:CRVB:2007:BA5045 ECLI:NL:CRVB:2007:BA5045 Instantie Datum uitspraak 17-04-2007 Datum publicatie 14-05-2007 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 06-965 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

Geld voor school en studie

Geld voor school en studie Geld voor school en studie Aangenaam, wij zijn duo DUO staat voor Dienst Uitvoering Onderwijs. We voeren verschillende onderwijswetten en -regelingen uit, namens het ministerie van Onderwijs, Cultuur en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 397 Vernieuwing studiefinanciering Nr. 12 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN Nr. 13-3 De raad van de gemeente Marum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 juni 2015, nr. 15.05.13.; gezien het advies van de gezamenlijke Wmo-adviesraden van de Westerkwartiergemeenten

Nadere informatie

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. 34 231 Voorstel van wet van de leden Van Oosten, Recourt en Berndsen-Jansen tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en van enige andere wetten in verband met de herziening van het stelsel van

Nadere informatie

Vergadering van : 24 april 2012. Onderwerp : Toeslagen- en Maatregelverordening WWB 2012

Vergadering van : 24 april 2012. Onderwerp : Toeslagen- en Maatregelverordening WWB 2012 Raadsbesluit Vergadering van : 24 april 2012 Agendanummer : 11b Onderwerp : Toeslagen- en Maatregelverordening WWB 2012 Programma : Met elkaar voor elkaar / R. Dijksterhuis De raad van de gemeente DANTUMADIEL;

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1978-1979 15 339 Wijziging van de inkomstenbelasting en de loonbelasting in het kader van het belastingplan 1979 Nr. 4 BIJLAGEN BIJ DE MEMORIE VAN TOELICHTING

Nadere informatie

Verordening individuele studietoeslag 2015 GR Ferm Werk

Verordening individuele studietoeslag 2015 GR Ferm Werk Verordening individuele studietoeslag 2015 GR Ferm Werk Het algemeen bestuur van Ferm Werk - gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van 11 december 2014; - gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012;

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012; Gemeente Hellendoorn Besluit Nijverdal, 5 februari 2013 Nr. 12INT02695 De raad van de gemeente Hellendoorn; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012; gelet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 67 Wet van 13 december 2000, houdende wijziging van enige wetten teneinde de aanspraak jegens bestuursorganen op verstrekkingen, voorzieningen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 330 Wijziging van de Wet op de studiefinanciering in verband met de overgang van studerenden van de ziekenfondsverzekering naar de particuliere

Nadere informatie

Voor definities: zie artikel 9 1

Voor definities: zie artikel 9 1 Studiefonds, regeling 2017-2018 -2019. Artikel 1 - Voorwaarde en duur. 1.1. Deputaten studiefonds kunnen financiële steun verlenen aan studenten die via het admissie-examen zijn toegelaten tot de studie

Nadere informatie

Uw brief van. 29 januari 2007

Uw brief van. 29 januari 2007 logoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk 21 februari 2007 SFB/2007/5410 Uw brief van 29 januari 2007 Onderwerp Uitkering alleenstaande

Nadere informatie

Verordening individuele studietoeslag gemeente Westland 2015

Verordening individuele studietoeslag gemeente Westland 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Westland. Nr. 41807 15 mei 2015 Verordening individuele studietoeslag gemeente Westland 2015 De raad van de gemeente Westland; Gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Vast te stellen de navolgende Toeslagenverordening WWB 2013 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Vast te stellen de navolgende Toeslagenverordening WWB 2013 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN CVDR Officiële uitgave van Dantumadiel. Nr. CVDR339050_1 12 juni 2018 Toeslagenverordening WWB 2012 Vast te stellen de navolgende Toeslagenverordening WWB 2013 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1

Nadere informatie

Verordening individuele studietoeslag Regionale Sociale Dienst Hoeksche Waard 2015

Verordening individuele studietoeslag Regionale Sociale Dienst Hoeksche Waard 2015 Verordening individuele studietoeslag Regionale Sociale Dienst Hoeksche Waard 2015 Het algemeen bestuur van de Regionale Sociale Dienst Hoeksche Waard 2015; gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur

Nadere informatie

Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 11 december 2014

Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 11 december 2014 Pagina 1 van 6 Versie Nr.1 Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 11 december 2014 Onderwerp: Verordening individuele studietoeslag De raad van de gemeente Leiderdorp; gelezen het voorstel van 9 december

Nadere informatie

No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012

No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012 ... No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012 Bij Kabinetsmissive van 18 juni 2012, no.12.001344, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Veiligheid en Justitie, bij de Afdeling advisering

Nadere informatie

gemeente Eindhoven Raadsbij lage Voorstel tot het verhogen van de bijzondere bijstand voor zelfstandig wonende alleenstaande moeders in de leeftijd

gemeente Eindhoven Raadsbij lage Voorstel tot het verhogen van de bijzondere bijstand voor zelfstandig wonende alleenstaande moeders in de leeftijd gemeente Eindhoven Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Raadsbijlage nummer 72 lnboeknummer OOU000499 Beslisdatum B8cw 4 april 2000 Dossiernummer 014.504 Raadsbij lage Voorstel tot het verhogen van

Nadere informatie

Verordening langdurigheidstoeslag WWB gemeente Kaag en Braassem 2012.

Verordening langdurigheidstoeslag WWB gemeente Kaag en Braassem 2012. De raad van de gemeente Kaag en Braassem; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 31 juli 2012; gelet op de artikelen 8, 1 e lid, onder d, 2 e lid, onder b en 36 van de Wet werk en bijstand;

Nadere informatie

Toegankelijkheid hoger onderwijs en de rol van studiefinanciering

Toegankelijkheid hoger onderwijs en de rol van studiefinanciering Toegankelijkheid hoger onderwijs en de rol van studiefinanciering Achtergrondnotitie van de HBO-raad n.a.v. ideeën over een leenstelsel Den Haag, 3 september 2012 Inleiding In het recente debat over mogelijk

Nadere informatie

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer OC enw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen Europaweg 4 Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer Telefoon (079)

Nadere informatie

Toelichting bij de verordening. Algemeen

Toelichting bij de verordening. Algemeen Toelichting bij de verordening Algemeen Het Rijk heeft per 1 januari jl. de Wet werk en bijstand (WWB) en de Wet investeren in jongeren (WIJ) samengevoegd tot een nieuwe Wet werk en bijstand. Net zoals

Nadere informatie

Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering

Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering Voorstel van wet Allen, die deze zullen zien of horen lezen,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 327 Wijziging van verschillende wetten in verband met de vereenvoudiging van de uitvoering van deze wetten door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen

Nadere informatie

No.W06.12.0456/III 's-gravenhage, 7 december 2012

No.W06.12.0456/III 's-gravenhage, 7 december 2012 ... No.W06.12.0456/III 's-gravenhage, 7 december 2012 Bij Kabinetsmissive van 8 november 2012, no.12.002573, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Financiën, mede namens de Minister van

Nadere informatie

TOELICHTING BIJ HET BEELD VAN DE UITVOERING 2017

TOELICHTING BIJ HET BEELD VAN DE UITVOERING 2017 TOELICHTING BIJ HET BEELD VAN DE UITVOERING 2017 1. ALGEMEEN 1.1 Juridisch kader In de afzonderlijke wetten is geregeld dat gemeenten jaarlijks een beeld van de uitvoering (hierna: BvdU) indienen bij de

Nadere informatie

Besluit van (datum) tot wijziging van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang

Besluit van (datum) tot wijziging van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang Besluit van (datum) tot wijziging van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van (datum), Directie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 321 Wijziging van de Les- en cursusgeldwet en van de Wet tegemoetkoming studiekosten in verband met het eerder laten ingaan van de lesplicht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1988-1989 20 708 Wijziging van de Wet op de studiefinanciering in verband met dekking van de meeruitgaven ter zake van de uitvoering van die wet, vereenvoudiging

Nadere informatie

De beleidsartikelen (artikel 12)

De beleidsartikelen (artikel 12) 12. TEGEMOETKOMING ONDERWIJSBIJDRAGE EN SCHOOLKOSTEN 12.0 Hoofdlijnenakkoord Balkenende II 12.0.1 Topprioriteiten (intensiveringen) Van de enveloppemiddelen die ingezet worden voor de «begeleiding nieuwe

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Hellendoorn 2013

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Hellendoorn 2013 CVDR Officiële uitgave van Hellendoorn. Nr. CVDR259511_1 8 juni 2016 De raad van de gemeente Hellendoorn; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012; gelet

Nadere informatie

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Lingewaard 2015

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Lingewaard 2015 CVDR Officiële uitgave van Lingewaard. Nr. CVDR365829_1 26 juni 2018 Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Lingewaard 2015 14RDS00157 De raad van de gemeente Lingewaard; gelezen

Nadere informatie

nr Verordening Toeslagen en Verlagingen Wet investeren in jongeren

nr Verordening Toeslagen en Verlagingen Wet investeren in jongeren CVDR Officiële uitgave van Zevenaar. Nr. CVDR40449_1 21 maart 2017 nr 12.17 Verordening Toeslagen en Verlagingen Wet investeren in jongeren RAADSBESLUIT De raad van de gemeente Zevenaar; gelezen het voorstel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 399 Wijziging van de Wet op het kindgebonden budget in verband met de vaststelling van de hoogte van het kindgebonden budget met ingang van

Nadere informatie

op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za. 14-30185/DV.14-415, afdeling Samenleving;

op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za. 14-30185/DV.14-415, afdeling Samenleving; No. 19. De raad van de gemeente Vlagtwedde; op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za. 14-30185/DV.14-415, afdeling Samenleving; overwegende dat het noodzakelijk is op grond

Nadere informatie

Beleidsregels aanvullende bijzondere bijstand levensonderhoud jongeren 18 t/m 20 jaar

Beleidsregels aanvullende bijzondere bijstand levensonderhoud jongeren 18 t/m 20 jaar Beleidsregels aanvullende bijzondere bijstand levensonderhoud jongeren 18 t/m 20 jaar Voor deze nota relevante wet- en regelgeving: -de Wet tot wijziging van de Wet werk en bijstand en samenvoeging van

Nadere informatie

Verordening. Individuele Studietoeslag Scherpenzeel 2015

Verordening. Individuele Studietoeslag Scherpenzeel 2015 Verordening Individuele Studietoeslag Scherpenzeel 2015 citeertitel: Verordening Individuele Studietoeslag Scherpenzeel 2015 vastgesteld bij besluit van Verordening Individuele Studietoeslag Scherpenzeel

Nadere informatie

BEELD VAN DE UITVOERING 2012

BEELD VAN DE UITVOERING 2012 BEELD VAN DE UITVOERING 2012 Bbz 2004 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 IOAW IOAZ WPB WWB WWIK Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers Wet inkomensvoorziening

Nadere informatie

"VERORDENING INDIVIDUELE STUDIETOESLAG 2015".

VERORDENING INDIVIDUELE STUDIETOESLAG 2015. De raad van de gemeente Loppersum; gelezen het voorstel van het college van 2 december 2014; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel c, van de Participatiewet; b e s l u i t : vast te stellen de "VERORDENING

Nadere informatie

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Lingewaard 2015

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Lingewaard 2015 Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Lingewaard 2015 Raadsbesluit 4 december 2014 Naam opsteller M. Huberts Datum vaststelling 4 december 2014 Afdeling Dienstverlening Vastgesteld

Nadere informatie

Advies studiefinanciering SER. Economische Raad

Advies studiefinanciering SER. Economische Raad Advies studiefinanciering I ^ SER Sociaal Economische Raad SociaalEconomische Raad De SociaalEconomische Raad (SERj is in 1950 ingesteld bij de Wet op de Bedrijfsorganisatie (Wet BO). Hij is representatief

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2016:2567

ECLI:NL:RBNNE:2016:2567 ECLI:NL:RBNNE:2016:2567 Instantie Datum uitspraak 20-05-2016 Datum publicatie 25-07-2016 Zaaknummer LEE 15/3982 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland Bestuursrecht

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2 CRITERIA VOOR HET VERHOGEN VAN DE BIJSTANDSNORM

HOOFDSTUK 2 CRITERIA VOOR HET VERHOGEN VAN DE BIJSTANDSNORM TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2010 De raad van de gemeente Hattem; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel c, en artikel 30 van de Wet werk en bijstand; besluit vast te stellen de volgende

Nadere informatie

Datum 31 januari Betreft Nota van wijziging Wet verhoging pensioenleeftijd, extra verhoging AOW en flexibilisering ingangsdatum AOW (33046)

Datum 31 januari Betreft Nota van wijziging Wet verhoging pensioenleeftijd, extra verhoging AOW en flexibilisering ingangsdatum AOW (33046) > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

VERORDENING TOESLAGEN EN VERLAGINGEN BIJSTAND 2006

VERORDENING TOESLAGEN EN VERLAGINGEN BIJSTAND 2006 De Raad van de gemeente Oostzaan, Gelezen het voorstel nummer. van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet; Gelet op artikel 8 en 30 van de Wet werk en bijstand en de Algemene

Nadere informatie

No.W /III 's-gravenhage, 8 april 2008

No.W /III 's-gravenhage, 8 april 2008 ................................................................................... No.W12.08.0065/III 's-gravenhage, 8 april 2008 Bij Kabinetsmissive van 22 februari 2008, no.08.000558, heeft Uwe Majesteit,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 273 Wijziging van enkele wetten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Verzamelwet SZW 2016) Nr. 8 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 28 467 Wijziging van de Wet arbeid en zorg en enige andere wetten in verband met het tot stand brengen van een recht op langdurend zorgverlof en

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Vergadering van : 27 april 2010 Agendanummer : 8 Onderwerp : Wijziging Toeslagenverordening WWB Programma : Zorgzaam Dantumadiel

RAADSVOORSTEL. Vergadering van : 27 april 2010 Agendanummer : 8 Onderwerp : Wijziging Toeslagenverordening WWB Programma : Zorgzaam Dantumadiel RAADSVOORSTEL Vergadering van : 27 april 2010 Agendanummer : 8 Onderwerp : Wijziging Toeslagenverordening WWB Programma : Zorgzaam Dantumadiel Voorstel De gewijzigde Toeslagenverordening WWB vaststellen.

Nadere informatie

3. Bij brief van 3 mei 2007 heeft het hoogheemraadschap naar aanleiding van een brief van verzoekster van 27 maart 2007 gesteld:

3. Bij brief van 3 mei 2007 heeft het hoogheemraadschap naar aanleiding van een brief van verzoekster van 27 maart 2007 gesteld: Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat het hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier heeft geweigerd haar kwijtschelding te verlenen van de waterschapsbelasting 2007. Zij is het er niet mee

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BC5947

ECLI:NL:CRVB:2008:BC5947 ECLI:NL:CRVB:2008:BC5947 Instantie Datum uitspraak 29-02-2008 Datum publicatie 06-03-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 06-7122 WTOS Bestuursrecht

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB 2012-A gemeente Diemen

Toeslagenverordening WWB 2012-A gemeente Diemen Toeslagenverordening WWB 2012-A gemeente Diemen Toeslagenverordening WWB 2012-A De raad van de gemeente Diemen; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders [datum], met overneming van de daarin

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB gemeente Kerkrade 2012 / A

Toeslagenverordening WWB gemeente Kerkrade 2012 / A Bijlage behorende bij ontwerpbesluit nr. 12Rb047 d.d. 31 oktober 2012. Toeslagenverordening WWB gemeente Kerkrade 2012 / A Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begrippen 1. Alle begrippen die in deze

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDOR:2009:BI7963

ECLI:NL:RBDOR:2009:BI7963 ECLI:NL:RBDOR:2009:BI7963 Instantie Rechtbank Dordrecht Datum uitspraak 10-04-2009 Datum publicatie 15-06-2009 Zaaknummer AWB 07/1049 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht

Nadere informatie

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Castricum 2015

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Castricum 2015 Verordening individuele studietoeslag Participatiewet gemeente Castricum 2015 De raad van de gemeente Castricum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014 [nummer]; gelet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 740 Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht, de Wet tarieven in burgerlijke zaken en enkele andere wetten ter verhoging van de opbrengst

Nadere informatie