Vragen. Questions. Antwoorden. Réponses N.74 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS 13 SEPTEMBER 1993

Transcriptie

1 N BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZIlTING (.) SESSION ORDINAIRE (.) 13 SEPTEMBER SEPTEMBRE 1993 Vragen en Antwoorden Questions et Réponses VRAGEN EN AN1WOORDEN - BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERT. QUESTIONS ET RÉPONSES - CHAMBRE DES REPRÉS. DE BELGIQUE (GZ) (SO) (') Tweede zitting van de 48' zittingsperiode. (') Deuxième session de la 48'~ législature. 901

2 7050 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Questions et Réponses (SO ) INHOUD Blz. Pages SOMMAIRE Eerste Minister Premier Ministre Vice-Eerste Minister en Minister van Verkeerswezen en Overheidsbedrijven Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie en Economische Zaken Vice-Premier Ministre et Ministre des Communications 7057 et des Entreprises publiques Vice-Premier Ministre 7087 et Ministre des Affaires étrangères Vice-Premier Ministre et Ministre de la Justice 7089 et des Affaires économiques Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting 7107 Vice-Premier Ministre et Ministre du Budget Minister Minister van Financiën van Wetenschapsbeleid 7109 Ministre des Finances Ministre de la Politique scientifique Minister van Buitenlandse Handel en Europese Zaken, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken Ministre du Commerce extérieur et des Affaires européennes, adjoint au Ministre des Affaires étrangères Minister van Pensioenen Ministre des Pensions Minister van Binnenlandse Zaken en Ambtenarenzaken 7136 Minister van Tewerkstelling en Arbeid, belast met het beleid van gelijke kansen voor mannen en vrouwen 7141 Minister voor de Kleine en Middelgrote Ondernemingen en Landbouw 7146 Ministre de l'intérieur et de la Fonction publique Ministre de l'emploi et du Travail, chargé de la politique d'égalité des chances entre hommes et femmes Ministre des Petites et Moyennes Entreprises et de l'agriculture Minister van Landsverdediging 7150 Minister van Sociale Zaken 7156 Ministre Ministre de la Défense nationale des Affaires sociales Minister voor Maatschappelijke Integratie, Volksgezondheid en Leefmilieu 7168 Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken Ministre pour l'intégration sociale, la Santé publique et l'environnement Secrétaire d'etat à la Coopération au Développement, adjoint au Ministre des Affaires étrangères Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d'avis chargé de questions européennes In fine van het Bulletin is een summiere onderwerp afgedrukt. opgave per Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin

3 BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO195)2-1993) 7051 Vragen waarop niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting Questions auxquelles il n'a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire Datum Vraag nr. Blz. Datum Vraag nr. Blz. Auteur Auteur Date Question n" Page Date Question n Page Vice-Eerste Minister Knoops 6586 en Minister van Verkeerswezen Standaert 6586 en Overheidsbedrijven Kubla Van den Eynde 6587 Vice-Premier Ministre et Ministre des Communications et des Entreprises publiques Duquesne Van Rompuy Olivier Duquesne Leo Peeters Van Niieuwenhuysen Michel Beysen Van Nieuwenhuysen Van Nieuwenhuysen Maingain Van Vaerenbergh Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Breyne Van Dienderen Demeulenaere Leo Peeters Van Nieuwenhuysen Van Dienderen Barbé Marsoul Caudron Mw. Dillen Van Nieuwenhuysen de Clippele 5133 Vice-Eerste Minister Van Nieuwenhuysen 5367 en Minister van Buitenlamdse Buisseret 5530 Zaken Vice-Premier Miniistre et Ministre des Affaires <étrangères Pivin Van Nieuwenhuysen Van Nieuwenhuysen Van Nieuwenhuysen Mw. Dillen Standaert Vautmans Van Nieuwenhuysen Reynders 6001 Vice- Eerste Minisiter Buisseret 6083 en Minister van jusititie Mw. Dillen 6086 en Economische Zaùœn Van Nieuwenhuysen De Mol Van Dienderen Van Dienderen Dejonckheere 6201 Vice-Premier Ministre Van Nieuwenhuysen 6201 et Ministre de la JU!5tice Saulmont 6202 et des Affaires économiques Mw. Dillen Van Nieuwenhuysen 6208 Justitie - Justice Van Grembergen Annemans TaelmaOl Ghesquière de Clippœle Ghesquière Annemams Ghesquière Marsoul Reynders Caudron Reynders Caudron Reynders Caudron: Bertouille Caudron Duquesne Caudron Verwilghen Caudron Breyne Annemams 1051 Lijst afgesloten op 13 september Liste clôturée le 13 septembre 1993

4 7052 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers _ (74)- Questions et Réponses (SO ) Datum Vraag nr, Date Question n Auteur Blz. Page Datum Vraag nr, Date Question n Auteur Blz. Page Caudron Caudron Vande Lanotte De Mol Annemans de Clippele Dewinter Eerdekens Buisseret Dewinter Damseaux Van Nieuwenhuysen De Groot Winkel Bertouille Eerdekens Annemans Mw. Vogels Mw. Dillen Van Nieuwenhuysen Mmede T'Serclaes Ylieff Annemans Platteau Van Nieuwenhuysen Mw. Dillen Ansoms Dewinter Mw. Nelis- Van Liedekerke Devolder Coveliers Coveliers MmeStengers Eerdekens Duquesne Van den Eynde Standaert Dewinter Ylieff Marsoul Eerdekens Van Nieuwenhuysen Van Dienderen Breyne Dewinter Caudron Marsoul Marsoul Vandendriessche Mw. Neyts- Uyttebroeck Van Nieuwenhuysen Perdieu Perdieu Dewael Flamant Buisseret Duquesne Ylieff Simonet Goutry Van Dienderen Winkel Saulmont Mw. Dillen Mw. Dillen Caudron Van den Eynde Gabriëls Simons MmeLizin Eerdekens Viseur Van Vaerenbergh Mw. Dillen Bertrand Van den Eynde Mw. Dillen Duquesne Verwilghen Van Vaerenbergh Van Dienderen Van Dienderen Buisseret Ghesquière Ghesquière Detienne Verwilghen Verwilghen Olaerts Eerdekens Simons Kubla Van Vaerenbergh Ramoudt Knoops de Clippele Ylieff Féaux Knoops Caudron Economische Zaken - Affaires économiques Mw. Leysen Knoops Standaert Ylieff Defeyt Van Vaerenbergh MmeLizin Michel De Bremaeker Van den Eynde

5 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Chambre des Représentants die Belgique Questions et Réponses (SO ) 7053 Datum Vraag nr. Biz. Datum Vraag nr. Blz. Auteur Auteur Date Question n Page Date Question n Page Van Dienderen Mars.oul Kubla Marsoul Van Nieuwenhuysen Marsoul Knoops Leo Peeters Knoops De Brremaeker Van Dienderen Knoops Geysels De Meol Marsoul Marsoul 5546 Vice-Eerste Minister en Marsoul 5753 Minister van Begroting Annennans Marsoul 5890 Vice-Premier Ministre et Knoo)ps 6094 Ministre du Budget Duquesne Maingain Marsoul Maingain De Mol Bertouille Kubla Van den Eynde 6602 Minister van Financiën Breyne Taelm.an 6794 Ministre des Finances Van Dienderen De Vlieghere de Clippele Bertrand 4813 Minister van Pensioenen Marsoul Marsoul 4814 Ministre des Pensions Van Hecke de Clippele Olivier Viseur Van Grembergen Knoops 6395 Minister van Binnenlandse de Clippele 6595 en Ambtenarenzaken Zaken de Clippele 6597 Ministre de l'intérieur Ramoudt 6600 et de la Fonction pmblique Van Grembergen Langendries Anciau~ janssens Mw. Veogels Eerdekens Simonen Eerdekens DeMam Annemsans De Brennaeker 3187 Minister van Wetenschapsbeleid Van Diœnderen Mw. Vœgels 3284 Ministre de la Politique scientifique Detienme Annemams Marsoul Van dem Eynde Simons Annemams Olivier Wymeerrsch Anselme Van Nieuwenhuysen Van Vaerenbergh Standaeirt Van Nieuwenhuysen Tant Bertouille De Mam Gehlen Dewinte:r Marsoul Van Niemwenhuysen Marsoul Van Diemderen Marsoul Van Niemwenhuysen 5150

6 7054 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Questions et Réponses (SO ) Datum Vraag nr, Blz. Datum Vraag m. Blz. Auteur Auteur Date Question n Page Date Question n Page Mw. Vogels Annemans Standaert Van Eetvelt DeMan Olivier Vandeurzen Van Vaerenbergh Coveliers Breyne Mw. Vogels Bertrand Buisseret DeMan Buisseret 5659 Minister voor de Kleine Van Nieuwenhuysen 5892 en Middelgrote Ondernemingen Van Nieuwenhuysen 5892 en Landbouw Van Nieuwenhuysen Marsoul 5893 Ministre des Petites Viseur 6010 et Moyennes Entreprises Pierco 6012 et de l'agriculture Pivin Buisseret 6096 Kleine en Middelgrote Ondernemingen Simons 6220 Petites et Moyennes Entreprises Simonet Tant Standaert Buisseret Kubla Dewinter Van Vaerenbergh Simons 6603 Landbouw - Agriculture Van den Eynde Van den Eynde Duquesne Standaert Van den Eynde Van Mechelen Breyne Kubla Van Nieuwenhuysen Dewinter Van der Poorten 6794 Minister van Landsverdediging Hostekint 6795 Ministre de la Défense nationale Detremmerie Breyne Michel de Clippele Eerdekens Van den Eynde Mw. Merckx Van Nieuwenhuysen 6800 Van Goey Pierco Duquesne Caudron Kubla De Mol Van Dienderen Breyne De Bremaeker Ghesquière 6927 Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Ghesquière 6927 belast met het beleid van gelijke kansen voor mannen en vrouwen Ministre de l'emploi et du Travail, Minister van Sociale Zaken chargé de la politique d'égalité des chances entre hommes et femmes Ministre des Affaires sociales Vandendriessche Clerfayt Ghesquière Caudron Kubla Detienne Grimberghs Detienne Grimberghs Vandendriessche Devolder Olivier 6225

7 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Chambre des Représentants die Belgique Questions et Réponses (SO ) 7055 Datum Vraag OT. Date Question n" Auteur Blz. Page Datum Vraag OT. Date Question n Auteur Blz. Page Minister voor Maatschappelijke Integratie, Volksgezondheid en Leefmilieu Ministre pour l'intégration sociale, la Santé publique et l'environnement Desmet Ghesquière Van den Eynde Perdieu Caudron Gabriëls Barbé Breyne Maurice Bourgois De Mol Van den Eynde Barbé Barbé Geysels Perdieu Barbé De Mol De Mol Van Vaerenbergh Buisseret Buisseret Barbé Kubla Barbé Geysels De Mol Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking, toegevoegd aan de Minister vam Buitenlandse Zaken Secrétaire d'etat à la Coopération au Développement, adjoint au Ministre des Affaires étrangères Buisseret Breyne

8

9 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Questions et Réponses (SO 1~ ) 7057 Vragen van de leden van de Kamer van Volksvertegenwoordigers en antwoorden Viande Ministers. Questions posées par les membres de la Chambre des Représentants et réponses données par les Ministres. Vice-Eerste Minister en Minister van Verkeerswezen en Overheidsbedrijven Vice-Premier Ministre et Ministre des Communications et des Entreprises publiques DO Vraag nr, 369 van de heer Van Vaerenbergh van 27 januari 1993 (N.) : Zaventem. - Luchthaven. - Geluidsmeetnet. - Canac. In maart of april 1993 zouden de verbindingen tussen het geluidsmeetnet op de vlieghaven van Zaventem en Canac, het nieuwautomatisch verkeersleidingscentrum, optimaal moeten functioneren. Uit de aldus verzamelde gegevens van de geluidsmeters en het radarsyteem zou het volgende kunnen worden vastgesteld: a) welke vliegtuigen buiten de aircorridor (denkbeeldige grenzen in het luchtruim waarbinnen de piloten moeten landen, opstijgen en vliegen) hebben gevlogen; b) welke vluchten, waar en wanneer meer geluid geproduceerd hebben dan de wettelijke norm, die overigens nog onduidelijk is. 1. Is het inderdaad zo dat het geluidsmeetnet van Zaventem in 1993 verbonden zal zijn met Canac, het nieuwautomatisch verkeersleidingscentrum? 2. Wordt het verbod voor een aantal types roestellen zoals de B707, de DC8-63 en de F28, om 's nachts nog op te stijgen, gehandhaafd? 3. Worden de voorgeschreven vliegroute ook 's nachts en de regel dat 's nachts alleen op instrumenten mag worden geland, nageleefd? 4. Wordt het verbod om af te remmen op omgekeerd vermogen (dat wil zeggen door te remmen op de motor) nageleefd? 5. Welke maatschappijen werden al beboet omdat ze zich niet aan die verbodsbepalingen hielden? 6. Zullen, wanneer het meetnet optimaal werkt, de registraties daadwerkelijk aanleiding geven tot minder geluidshinder? Dû Question n 369 de M. Van Vaerenbergh du 27 janvier 1993 (N.): Zaventem. - Aéroport. - Réseau de mesure sonore. - Canac. Les liaisons entre le réseau de mesure sonore de l'aéroport de Zaventem et Canac, le nouveau centre automatique de contrôle de la navigation aérienne, devraient fonctionner parfaitement en mars ou avril Les données recueillies pal" les sonomètres et le système radar permettraient de constater: a) quels avions ont quitté les corridors aériens (limites fictives dans l'espace aérien à l'intérieur desquelles les pilotes sont tenus d'atterrir, de décoller et de voler); b) quels vols (où et à quelle dlate) ont dépassé les normes sonores légales, par a.illeurs encore impréerses, 1. Est-il exact que le réseau die mesure sonore de Zaventem sera relié au nouveau centre automatique de contrôle de la navigation aérienne en 1993? 2. Maintiendra-t-on l'interdictiion de décollage nocturne pour une série d'appareils trels que les B707, les DC8-63 et les F28? 3. Les itinéraires de vol prescrits, de même que la règle imposant l'atterrissage aux imstruments durant la nuit, sont-ils respectés? 4. Respecte-t-on l'interdiction de freinage par inversion (freinage sur le moteur)? 5. Quelles compagnies se sont, déjà vu infliger une amende pour cause de non-respecït de ces dispositions d'interdiction? 6. Les enregistrements entraîmeront-ils effectivement une diminution de la pollutiion sonore quand le réseau de mesure fonctionnera parrfaitement? 902

10 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers 7058 Questions et Réponses (SO ) Antwoord: 1. Het geluidsmeetnet is sedert mei 1993 permanent verbonden met Canac. Het meetnet levert de geluidsgegevens en het Canac-systeem levert de radar- en vluchtplangegevens aan een centrale computer die zich in het Canac-gebouw bevindt. Die computer verwerkt en correleert beide soort data tot rapporten betreffende foutieve enlof afwijkende vluchten. 2. Het nachtverbod voor sommige toestellen, vermeld in de Aeronautical Information Publication, blz. AGA 2-0-4, blijft gehandhaafd. 3. De voorgeschreven vliegroutes en de regef om 's nachts alleen op instrumenten te landen worden sinds twee jaar op een manuele wijze en dagelijks nagegaan. Ingeval van inbreuk worden de betrokken maatschappijen om uitleg gevraagd en meestal beperkt dat zich tot een eenmalige overtreding. Sinds die vorm van controle werd ingevoerd, werd een duidelijke sensibilisering betreffende de geluidsproblematiek en een onbetwistbaar betere naleving van de opgelegde procedures vastgesteld. 4. Het verbod om af te remmen op omgekeerd vermogen, vermeld in de Aeronautical Information Publication, blz. RAC a, blijft eveneens gehandhaafd. Dat verbod wordt vrij goed nageleefd. 5. Momenteel is nog geen boetesysteem in voege. De automatische verbinding Canac-meetnet zal statistische gegevens ter beschikking stellen om de geluidsdrempels per meetstation vast te leggen. Nadien zullen boetebepalingen in het luchthavenreglement worden opgenomen. 6. Door toedoen van de geluidsrapporten werden al diverse hinderlijke vluchten vermeden. Bijgevolg daalt de globale geluidshinder, specifiek tijdens de nacht. Eens het geluidsmeetsysteem optimaal functioneert, zullen de rapporten sneller worden opgesteld zodat de geluidshinder efficiënter en vlugger kan aangepakt worden. Réponse: 1. Au mois de mai 1993, le réseau de mesure de bruit a été lié avec Canac en permanence. Le réseau fournit les mesures de bruit et le système Canac les données des radars et des plans de vol à un ordinateur central qui se trouve dans le bâtiment Canac. Cet ordinateur traite et établit la corrélation des deux sortes de données, afin d'obtenir des rapports concernant les vols fautifs et/ou déviants. 2. L'interdiction d'utilisation nocturne de certains appareils énoncée dans la publication d'information aéronautique page AGA reste d'application. 3. Depuis deux ans, les routes imposées ainsi que la règle d'atterrir la nuit uniquement aux instruments, sont contrôlées quotidiennement et de façon manuelle. En cas d'infraction, les compagnies concernées sont priées de s'expliquer. En général, il s'agit d'une seule violation. Depuis l'instauration de ce contrôle, une nette sensibilisation concernant la problématique sonore a été constatée, ainsi qu'un respect manifeste des procédures imposées. 4. L'interdiction de ralentir sur des puissances inverses prévues dans la publication d'information aéronautique page RAC a, reste également maintenue. Cette interdiction est très bien respectée. 5. A ce moment il n'y a pas de système d'amendes en application. La liaison automatique Canac-réseau des sonomètres mettra à la disposition des données statistiques, permettant la définition des seuils de bruit pour chaque station de mesure. Les amendes seront ensuite incorporées dans le règlement aéroportuaire. 6. Différents vols litigieux ont déjà été évités du fait des rapports de bruit. Par conséquent la nuisance globale de bruit diminue spécifiquement pendant la nuit. Dès le fonctionnement optimal du système de mesure du bruit, les rapports seront produits plus vite, de façon que la nuisance de bruit puisse être traitée plus efficacement et plus rapidement. DO Vraag nr. 471 van de heer Duquesne 1993 (Fr.) : Veiligheid in de onmiddellijke van 17 maart omgeving van scholen. 1. Zijn de huidige maatregelen voor het waarborgen van de veiligheid in de directe omgeving van scholen volgens u toereikend? 2. Zijn betreffende het aantalongevallen in de onmiddellijke omgeving van scholen statistieken beschikbaar? Antwoord : Het anrwoord op die vraag werd het geacht lid rechtstreeks toegestuurd. Gezien het louter DO Question n 471 de M. Duquesne du 17 mars 1993 (Fr.) : Sécurité aux abords des écoles. 1. Estimez-vous suffisantes les mesures qui sont actuellement prises pour garantir la sécurité aux abords des écoles? 2. Existe-t-il des statistiques relatives aux accidents survenus aux abords des écoles? Réponse: La réponse à cette question a été transmise directement à l'honorable membre. Etant donné son

11 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Chambre des Représentants die Belgique Questions et Réponses (SO 1' ) 7059 documentaire karakter ervan wordt het nier in het bulletin van Vragen en Antwoorden opgenomen, maar ligr het ter inzage bij de griffie van de Kamer van Volksvertegenwoordigers (dienst Parlementaire vragen). Volgens de voorschriften van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, komt het mij toe om dat gedeelte van het ondernemingsplan van de NMBS goed te keuren. Op het ogenblik van de afsluiting van het beheercontract, heb ik de voorzorg genomen om in de tekst te vermelden dar de beslissingen die ik zou nemen betreffende de sluiting van stations en stopplaatsen niet enkel gesteund zouden zijn op financiële balansen, maar ook en voor alles op socio-economische bacaractère de pure documentation, il n'y a pas lieu de l'insérer au bulletin des Questi~ons et Réponses, mais elle peut être consultée au greffe de la Chambre des Représentants (service des Questions parlementaires). DO Vraag nr. 477 van de heer Ansoms van 19 maart 1993 (N.) : NMBS. - Stations. - Sluiting. U heeft de NMBS verzocht 42 stations niet te sluiten vooraleer een sociale balans is opgemaakt. Wij nemen aan dat u dat deed op grond van artikel 14 van het beheercontract dat de federale overheid sloot met de NMBS. Aanvankelijk verkeerden wij in de veronderstelling dat de hierdoor verwezenlijkte besparingen eerder minimaal waren (de pers citeerde 11,5 miljoen Belgische frank), maar nu zou de NMBS gewagen van veel aanzienlijker kosten (onder andere minstens een miljoen Belgische frank per jaar en per trein, enkel en alleen al voor het stoppen). 1. Hoeveel kan de NMBS niet besparen door die stations niet te sluiten? 2. Hoeveel is dat in Vlaanderen en Wallonië afzonderlijk? 3. Hoe zal worden vermeden dat een gewest extra zou moeten besparen als die bedragen zouden verschillen? Antwoord: Het ondernemingsplan , goedgekeurd door de Raad van Bestuur van de NMBS, had vanaf 23 mei 1993 de sluiting voorzien van 48 stations en stopplaatsen, steunend op de volgende twee criteria: gebruiksfrekwentie lager dan 50 opstappende reizigers per gemiddelde werkdag; gebruiksfrekwentie gelegen tussen 50 en 100 opstappende reizigers per gemiddelde werkdag en in de onmiddellijke nabijheid van een andere spoorweginstallatie. Na een controle van de tellingen werd de activiteit van 3 van die 48 stations of stopplaatsen behouden. Bovendien blijft, in het kader van de versterking van de spoorwegbediening van het Brusselse hoofdstedelijk Gewest, de halte van Haren op lijn 26 geopend. DO Question n 477 de M. Ansoms du 19 mars 1993 (N.) : SNCB. - Gares. - Fermeture. Vous avez prié la SNCB de rue pas fermer 42 gares avant que ne soit dressé un bilan social. Sans doute cette démarche était-elle fondée sur l'article 14 du contrat de gestion que les autorités fédérales ont conclu avec la SNCB. Initialement, nous pensions que les économies résultant de ces fermetures seraient plutôt minimes (la presse a cité le chiffre de 11,5 millions de francs belges), mais à présent, la SNCB ferait état de frais bien plus élevés (ainsi, l'arrêt des trains en gare, à lui seul, représenterait au moins: un million de francs belges par an et par train). 1. Quel est le montant des économies que la SNCB ne pourrait pas réaliser si ces gares restaient ouvertes? 2. Quels sont les chiffres respectifs pour la Flandre et la Wallonie? 3. Comment évitera-t-on qu'une région doive effectuer un effort d'économie plus important si ces montants devaient diverger? Réponse: Le plan d'entreprise approuvé par le Conseil d'administration dle la SNCB avait prévu, dès le 23 mai 1993, la ferrruerure de 48 gares et points d'arrêt en se fondant sur Iles deux critères suivants: trafic inférieur à 50 voyageurs embarqués par jour ouvrable moyen; trafic situé entre 50 et 100 vroyageurs embarqués par jour ouvrable moyen et siituation à proximité d'une autre installation ferrovriaire. A la suite d'une vérification des.cornptages, l'activité de 3 de ces 48 gares ou points d'anrêt est maintenue. En outre, dans le cadre du renforcement cle la desserte ferroviaire de la Région de Bruxellles-capitale, la halte de Haren située sur la ligne 26 resite ouverte. Selon les dispositions de la loii du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entrejprises publiques économiques, il me revient d'approuver, notamment, cette partie du plan d'entreprise de la SNCB. Au moment de la conclusion du contrat de gesttion, j'avais pris la précaution de préciser dans le texrte que les décisions que je serais amené à prendre en nnatière de fermeture de gares et points d'arrêt seraient: fondées non seulement sur des bilans financiers, maiis aussi et avant tout sur des bilans socio-économiquess faisant intervenir

12 7060 BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers _ (74)- Vragenen Antwoorden (GZ ) Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) lansen, die alle parameters bevatten die de beslissingen kunnen beïnvloeden. Onder die parameters bevinden zich natuurlijk het behoud en de bevordering van een blijvende mobiliteit, met respect voor het natuurlijke en menselijke milieu. Na ontvangst van het ondernemingsplan van de NMBS, heb ik talrijke overlegvergaderingen ingericht, in het bijzonder met de verantwoordelijken van de gewestelijke openbare vervoermaatschappijen, en heb ik bijzondere studies laten uitvoeren. Hieruit volgden twee besluiten: alhoewel het financiële aspect niet kan worden verwaarloosd, zijn de socio-economische aspecten en de mobiliteitsbehoeften doorslaggevend; nauwkeurige financiële balansen kunnen slechts worden uitgewerkt voor elk geval apart omwille van hun onderlinge verschillen. Op basis van die besluiten, zullen de aanpassingen van het spoorwegaanbod slechts worden ingevoerd op 26 september Op dit ogenblik zullen de activiteiten van 13 stations en stopplaatsen gedeeltelijk of totaal behouden blijven. Onder die voorwaarden zal het geacht lid begrijpen dat de verdelingen tussen het Vlaamse en het Waalse Gewest niet op voorhand kunnen worden omschreven. Ik kan hem evenwel verzekeren dat de bijkomende onderzoeken tot dewelke ik ben overgegaan, tot stand gekomen zijn in alle obiectiviteit en op een gelijkvormige wijze voor al de gewesten. tous les paramètres susceptibles d'influencer les décisions. Parmi ces paramètres figurent bien sûr le maintien et la promotion d'une mobilité durable, respectueuse de l'environnement naturel et humain. Dès réception du plan d'entreprise de la SNCB, j'ai organisé de très nombreuses concertations, notamment avec les responsables des transports régionaux urbains et vicinaux, et j'ai fait approfondir des études particulières. Il en est résulté deux conclusions: si l'aspect financier ne peut être négligé, les aspects socio-économiques et les besoins de la mobilité sont prépondérants; des bilans financiers précis ne peuvent être mis au point pour chaque cas du fait des particularités de chacun d'eux. Sur la base de ces conclusions, les adaptations de l'offre ferroviaire n'interviendront que le 26 septembre A ce moment, 13 gares et points d'arrêt verront leurs activités partiellement ou totalement maintenues. Dans ces conditions, l'honorable membre comprendra que les répartitions entre les Régions flamande et wallonne ne peuvent être précisées plus avant. Je l'assure toutefois du fait que les examens complémentaires auxquels j'ai procédé se sont réalisés en toute objectivité et de maniére uniforme pour toutes les régions. DO Vraag nr, 512 van de heer Ramoudt van 20 april1993 (N.) : Voertuigen. - Nummerplaat. - Letter Z. Het valt meer en meer op dat heel wat voertuigen, een nummerplaat hebben die begint met de letter «Z». Die nummerplaten zijn voorbehouden aan een bepaalde categorie van personen, meestal autohandelaars. Van dergelijke plaat wordt echter meer en meer gebruik gemaakt om gestolen auto's over de grens te brengen of in het binnenland te verplaatsen. De toezichthoudende overheid kan bij de gebruikelijke controle feitelijk de ware eigenaar van de auto niet onmiddellijk achterhalen, aangezien de papieren voor de «Z» plaat volledig in orde zijn. Het wegvallen van de grenscontroles maakt in dat bijzonder geval de misbruiken gemakkelijker. 1. Hoeveel «Z» platen werden uitgereikt? 2. Hoeveel. Z» platen mag een handelaar hebben, die handel drijft onder hetzelfde BTW-nummer? 3. Overweegt u de «Z» platen een andere kleur te geven om misbruiken in te dijken? DO Question n" 512 de M. Ramoudt du 20 avril 1993 (N.) : Véhicules. - Plaque minéralogique. - Lettre «Z», On observe que de plus en plus de véhicules sont munis d'une plaque minéralogique commençant par la lettre «Z», Lesdites plaques minéralogiques sont réservées à certaines catégories de personnes, pour la plupart des garagistes. Ces plaques sont cependant de plus en plus utilisées pour faire traverser la frontière à des voitures volées ou les déplacer à l'intérieur du pays. Lors des contrôles habituels, les autorités qui en sont chargées ne peuvent en fait identifier immédiatement le véritable propriétaire du véhicule, les documents nécessaires pour l'obtention de la plaque «Z» étant rigoureusement en ordre. La suppression des contrôles aux frontières rend, dans ce cas particulier, les abus plus faciles. 1. Combien de plaques «Z» ont été délivrées? 2. Combien de plaques «Z» un commerçant exerçant ses activités sous un seul et même numéro de TVA, peut-il posséder? 3. Envisagez-vous de changer la couleur des plaques «Z» afin d'enrayer les abus?

13 BelgischeKamer van Volksvertegenwoordigers Questions et Réponses (SO ) Op welke basis wordt de rijtaks berekend? 5. Hoeveel heeft de rijtaks op de «Z» platen in 1992 opgebracht? 6. Overweegt u de geldigheid van de «Z» platen te beperken tot de gevallen dat het inschrijvingsbewijs van de «Z» plaat samen wordt voorgelegd met het inschrijvingsbewijs van het voertuig op naam van de laatste eigenaar, indien het om een altijd ingeschreven voertuig gaat, of indien het om een ingevoerd of nieuw voertuig gaat, samen met een douaneattest? Antwoord : Het geacht lid gelieve hieronder de gevraagde inlichtingen te willen vinden. 1. Bewust van de misbruiken inzake handelaarsplaten, heeft de DIV het hele park van handelaarsplaten in 1990 en 1991 heringeschreven op basis van attesten van het handelsregister en van de BTW. Hierdoor is het aantal van die platen echter met slechts enkele duizenden afgenomen. Inderdaad, zo zijn er nog heel wat misbruiken doordat het attest van het handelsregister een te ruime uitreiking van deze platen toelaat omdat die vaak onwettelijk worden uitgeleend en omdat er veel valse platen in omloop zijn. 2. De huidige reglementering legt geen beperking op wat het aantal uitgereikte handelaarsplaten per bedrijf betreft, 3. Het feit dat alle nieuwe handelaarsplaten - en zij alleen - met de letter Z beginnen, maakt ze nu voldoende herkenbaar. 4. De rijtaks wordt berekend op basis van de cylinderinhoud voor de personenvoertuigen en van het gewicht voor de bedrijfsvoertuigen. 5. Alleen het ministerie van Financiën is bevoegd voor die gegevens. 6. Een volledig nieuwontwerp van reglementering inzake handelaarsplaten is voor het ogenblik in voorbereiding. Het is nog te vroeg om er de inhoud kenbaar van te maken. Nietternin kan ik het geacht lid al meedelen dat de voorwaarden voor de afgifte en het gebruik veel strenger zullen zijn en dat de handelaarsplaten voortaan een beperkte geldigheidsduur zullen dragen. Ik hoop die nieuwe reglementering tegen het einde van dit jaar in werking te laten treden. 4. Sur quelle base la taxe de circulation est-elle calculée? 5. A combien se sont élevées les recettes de la taxe de circulation pour les plaques «Z» en 1992? 6. Envisagez-vous de limiter la validité des plaques «Z» aux seuls cas où le certificat d'immatriculation obtenu pour la plaque «Z» est présenté conjointement au certificat d'immatriculation du véhicule établi au nom du dernier propriétaire, s'il s'agit d'un véhicule déjà immatriculé, ou à un certificat de douane, s'il s'agit d'un véhicule importé ou neuf? Réponse: L'honorable memb>re voudra bien trouver ci-dessous les renseignements demandés. 1. Conscients de l'abus em matière de plaques marchands, la DIV a renouvelé tout le parc des plaques marchands en 1990 et 1991 sur la base d'attestations du registre de commerce et de la TVA. Ceci n'a toutefois fait baisser le nombre de ces plaques que de quelques milliers d'unités, En effet, des abus perdurent parce que l'attestation du registre de commerce permet une attribution trop facile de ces plaques, parce qu'elles sont souvent prêtées de façon illégale et parce qu'il en existe un grand nombre de fausses. 2. La réglementation actuelle ne prévoit pas de limitation quant au nombre de plaques marchands délivrées par entreprise. 3. Le fait que les nouvelles plaques marchands - et elles seules - commencent toutes par la lettre Z les rend suffisamment reconnaissables. 4. La taxe de roulage est calculée sur la base de la cylindrée pour les voitures et dm poids pour les véhicules utilitaires. 5. Ces données relèvent de la.cornpétence exclusive du ministère des Finances. 6. Un tout nouveau projet de réglementation en matière de plaques marchands esit actuellement en préparation. Il est trop tôt pour en comrnuiniquer son contenu. Néanmoins, je puis déjà informerr l'honorable membre que les conditions d'octroi et d'utrilisation seront beaueup plus sévères et que les plaquies marchands porteront dorénavant une validité limiitée. j'espère pouvoir faire entrer cette nouvelle réglementation d'ici la fin de cette anmée. DO Vraag nr. 532 van de heer Morael van 27 april 1993 (Fr.) : NMBS. - Dwarsliggers. 1. Wat is het respectieve aandeel van Belgische en buitenlandse eik in de NMBS-bestellingen van dwarsliggers? DO Question n 532 de M. Morael dm 27 avril 1993 (Fr.) : SNCB. - Traverses. 1. Quels sont les volumes respectifs des chênes belges et étrangers dans les commancdes de traverses de la SNCB?

14 7062 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Questions et Réponses (SO ) 2. Wat is de eenheidsprijs van elk soort biels? (Zie ook mijn vraag nr. 349 van 15 januari 1993, bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, , nr.ss, blz ) Antwoord: De NMBS deelt mij in antwoord op de door het geacht lid gestelde vraag het volgende mee. 1. In 1993 werden 80 % van de eiken dwarsliggers besteld bij Belgische firma's. Onder die firma's zijn er die de boomstammen en zelfs volledig afgewerkte dwarsliggers in Frankrijk kopen. Het is onmogelijk de verdeling te bepalen tussen de volumes Belgische eik en Franse eik. 2. De aangeboden prijzen voor dwarsliggers schornmelen tussen 612 Belgische frank en 900 Belgische frank (dwarsliggers 26 x 13). 2. Quel est le prix unitaire de chaque type de bille? (Voir également ma question n? 349 du 15 janvier 1993, bulletin des Questions et Réponses, Chambre, , n? 55, page 4847.) Réponse: A la question posée par l'honorable membre, la SNCB me communique la réponse suivante. 1. En 1993, 80 % des traverses en chêne ont été commandées auprès de firmes belges dont certaines achètent les grumes et même des traverses toutes faites en France. Il est impossible de déterminer la répartition des volumes chêne belge/chêne français. 2. Le prix des traverses offertes varie de 612 francs belges à 900 francs belges (traverses 26 x 13). DO Vraag nr, 534 van de heer Van Nieuwenhuysen van 28 april1993 (N.) : Politie van het wegverkeer. - Rijbewijs. - Examen. - Tolken. Naar verluidt zouden sommige tolken die worden aangeworven met het oog op het afnemen van een examen tot het bekomen van een rijbewijs, zelf tegen betaling lesgeven in een vreemde taal. 1. Zijn die praktijken geoorloofd? 2. Welke controle bestaat er op de betrouwbaarheid van de tolken? Wordt soms nagegaan of de antwoorden van de examinanten getrouw worden vertaald door de tolken in kwestie? 3. Hebben al die tolken een geldig diploma van tolk? Antwoord: De kandidaat voor het rijbewijs die geen van onze nationale talen machtig is, mag zich op eigen kosten laten bijstaan door een tolk. Die laatste wordt gekozen onder de beëdigde vertalers die bij voorkeur geen binding hebben met de rijscholen. Indien die procedure niet mogelijk is omwille van het gering aantal vertalers die voor de vertaling kunnen instaan zullen de organisatiemodaliteiten altijd met mijn diensten worden besproken. Om de onafhankelijkheid van de vertalers te waarborgen worden ze vergoed door het examencentrum. Er worden wel degelijk maatregelen genomen om bedrog te vermijden. De serie met de examenvragen die wordt geprojecteerd, wordt in het openbaar geloot door een bij toeval aangewezen kandidaat. De tolk neemt een plaats in van waaruit hij het scherm of de kandidaten niet kan zien, noch door die laatsten kan worden gezien. DO Question n? 534 de M. Van Nieuwenhuysen du 28 avril 1993 (N.) : Police de la circulation routière. - - Examen. - Interprètes. Permis de conduire. Certains interprètes engagés lors des examens pour l'obtention d'un permis de conduire donneraient euxmêmes, contre paiement, des cours en langue étrangère. 1. Ces pratiques sont-elles autorisées? 2. Comment peut-on contrôler la fiabilité de ces interprètes? Vérifie-t-on si les interprètes en question traduisent fidèlement les réponses des examinés? 3. Ces interprètes sont-ils tous titulaires d'un diplôme valable d'interprète? Réponse: Le candidat au permis de conduire qui ne connaît aucune de nos langues nationales peut se faire assister, à ses frais, par un interprète. Ce dernier est choisi parmi les traducteurs jurés qui n'ont, de préférence, aucun lien avec les écoles de conduite. Si cette procédure est inapplicable en raison du nombre restreint de traducteurs qui peuvent assurer la traduction, les modalités d'organisation seront toujours fixées de commun accord avec mes services. Afin de garantir l'indépendance des traducteurs, ils sont rémunérés par le centre d'examen. Des mesures sont, en outre, prises pour éviter les fraudes. La série de questions d'examen projetée est tirée au sort en public par un candidat pris au hasard. L'interprète est placé de manière telle qu'il ne puisse voir l'écran ou les candidats, ni être vu de ces derniers.

15 BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Chambredes Représentantsde Belgique Vragenen Antwoorden(GZ ) Questionset Réponses(Sa ) 7063 Hij heeft niets anders dan de lijst van de vragen ter hand en hij mag niet worden geïnformeerd over het nummer van de serie. De examens worden systematisch op band opgenomen. Die opnamen worden ten minste drie maanden bewaard. Onregelmatigheden worden onmiddellijk aan de directie rijbewijs meegedeeld, die zonodig de gerechtelijke stappen onderneemt. Naar verluidt hebben al die beëdigde tolken ofwel een geldig diploma ofwel zijn ze geslaagd voor een proef georganiseerd door de Belgische Kamer voor vertalers, tolken en filologen. Il n'a en mains que la liste des questions et ne peut être informé du numéro de la série. Les examens sont systématiquement enregistrés. Ces enregistrements sont conservés au moins pendant trois mois. Les irrégularités sont immédiatement communiquées à la direction du permis de conduire qui saisira, le cas échéant, les autorités judiiciaires. Selon nos informations, tous les traducteurs jurés ont soit un diplôme valable, soit réussi un examen organisé par la Chambre belge des traducteurs, interprètes et philologues. DO Vraag nr. 535 van de heer Van Nieuwenhuysen van 28 april1993 (N.) : Politie van het wegverkeer. - Rijbewijs. - Theoretische lessen. Naar verluidt zou de KWB in Vlaanderen gratis theoretische lessen verstrekken met het oog op het bekomen van het rijbewijs. Voor zover mij bekend kan dat alleen maar gebeuren door erkende rijscholen. Heeft die vereniging een erkenningsnummer? Antwoord : Op grond van artikel 75 van her koninklijk besluit van 6 mei 1988 betreffende de indeling van de voertuigen in categorieën, het rijbewijs, de rechterlijke beslissingen houdende vervallenverklaring van het recht tot sturen en de voorwaarden voor erkenning van de scholen voor het besturen van motorvoertuigen moeten de rijscholen erkend zijn om het onderricht, zoals voorzien in dat besluit, te kunnen verstrekken. Voor de personen die verplicht onderricht moeten volgen, zoals degenen die tweemaal niet slaagden voor het examen, komt enkel het onderricht in een erkende rijschool in aanmerking. De Katholieke werkliedenbond heeft geen erkenningsnumrner, en het onderricht dat door hem wordt gegeven, wordt geenszins aanvaard als onderricht voorzien in artikel 90 van voormeld koninklijk besluit, maar wordt aangezien als opleiding in het systeem van de vrije opleiding. DO Question na 535 de M. Van Nieuwenhuysen du 28 avril 1993 (N.) : Police de la circulation routière. - - Cours théoriques. Permis de conduire. Il me revient qu'en Flandre le KWB donnerait gratuitement des cours en vue de l'obtention du permis de conduire. A ma connaissance, ces cours ne peuvent pourtant être donnés que par des auto-écoles reconnues, que je sache. Cette association dispose-t-elle d'un numéro d'agréation? Réponse: Sur la base de l'article 75 de l'arrêté royal du 6 mai 1988 relatif au classement des véhicules en catégories, au permis de conduire, aux décisions judiciaires portant déchéance du droit de conduire et aux conditions d'agrément des écoles; de conduite de véhicules à moteur, les écoles de conduite doivent être agréées pour pouvoir dispenser l'enseignement prévu dans cet arrêté. Pour les personnes qui doivent suivre l'enseignement, telles par exemple celles quii ont échoué deux fois à l'examen, seul l'enseignement dlispensé par une école de conduite agréée peut être pris.en considération. Le «Katholieke werkliedenbomd» n'a pas de numéro d'agrément et l'enseignement qu'il dispense ne peut être reconnu comme un ensœignernent au sens de l'article 90 de l'arrêté précité; il œst considéré comme une formation dans le cadre de lar filière libre.

16 7064 BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) DO Vraag nr, 536 van de heer Van Nieuwenhuysen 28 april 1993 (N.) : van Politie van het wegverkeer. - Rijbewijs. - Examen. - Taalgebruik, Naar verluidt bestaat de mogelijkheid om de examens, met het oog op het bekomen van een rijbewijs, af te leggen in een vreemde taal, in het bijzijn van een tolk. Die regel zou echter niet gelden voor examens in het Frans en het Duits. 1. Waarom wordt dat onderscheid gemaakt? 2. Is die regeling niet in strijd met de taalwetgeving? Antwoord: Op grond van artikel 23, 3, van het koninklijk besluit van 6 mei 1988 betreffende de indeling van de voertuigen in categorieën, het rijbewijs, de rechterlijke beslissingen houdende vervallenverklaring van het recht tot sturen en de voorwaarden voor erkenning van de scholen voor het besturen van motorvoertuigen kunnen de kandidaten voor het theroretisch examen die noch het Nederlands, noch het Frans, noch het Duits machtig zijn zich op eigen kosten laten bijstaan door een tolk. De retributiebijslag voor dergelijk examen bedraagt Belgische frank. De kandidaten die het examen wensen af te leggen in een andere nationale taal dan die van her examencentrum waartoe ze behoren, leggen het examen zonder bijkomende retributiebijslag af in her centrum Eupen indien ze het Duits, of in een vervangingscentrum gelegen in het Franstalig landsgedeelte indien ze het Frans als examentaal kiezen. Dat onderscheid wordt juist gemaakt om de Belgische taalwetgeving te respecteren. DO Question n 536 de M. Van Nieuwenhuysen du 28 avril 1993 (N.) : Police de la circulation routière. - Permis de conduire. - Examen. - Emploi des langues. Il serait possible de présenter dans une langue étrangère les examens pour l'obtention d'un permis de conduire avec l'assistance d'un interprète. Cette règle ne s'appliquerait toutefois pas aux examens présentés en français ou en allemand. 1. Pourquoi fait-on cette distinction? 2. Cette réglementation n'est-elle pas contraire à la législation linguistique? Réponse: En vertu de l'article 23, 3, de l'arrêté royal du 6 mai 1988 relatif au classement des véhicules en catégories, au permis de conduire, aux décisions judiciaires portant déchéance du droit de conduire et aux conditions d'agrément des écoles de conduite de véhicules à moteur, les candidats qui ne connaissent ni le néerlandais, ni le français, ni l'allement, peuvent, lors de l'examen théorique, se faire assister à leurs frais par un interprète. Le supplément de redevance pour cet examen est de francs belges. Les candidats qui souhaitent subir l'examen dans une autre langue nationale que celle du centre d'examen dont ils relèvent, subissent l'examen, sans supplément de redevance, dans le centre d'eupen s'ils choisissent l'allement ou dans un autre centre de substitution établi dans la région de langue française s'ils choisissent le français comme langue d'examen. Cette distinction a été introduite pour respecter la législation belge sur l'emploi des langues. DO Vraag nr. 537 van de heer Van Nieuwenhuysen 28 april1993 (N.) : van Politie van het wegverkeer. - Rijbewijs. - Rijscholen. Op dit ogenblik zou er een vestigingsstop voor rijscholen zijn. 1. Hoeveel rijscholen zijn op dit ogenblik erkend in de verschillende gewesten? 2. Druist een vestigingsstop niet in tegen de Europese richtlijnen met betrekking tot de vrije mededinging? Antwoord: In het Vlaamse Gewest zijn 323 zetels van rijscholen erkend, waaronder 95 hoofdzetels, in het Brusselse Gewest 52, waaronder 30 hoofdzetels en DO Question n 537 de M. Van Nieuwenhuysen du 28 avril 1993 (N.) : Police de la circulation routière. - - Auto-écoles. Permis de conduire. On aurait instauré un gel pour l'établissement d'auto-écoles. 1. Combien d'auto-écoles sont actuellement reconnues dans les différentes régions? 2. Ce blocage de l'établissement d'auto-écoles n'est-il pas contraire aux directives européennes relatives à la libre concurrence? Réponse: Il y a dans la Région flamande 323 sièges d'écoles de conduite agréées dont 95 sièges permanents, dans la Région bruxelloise 52 sièges dont

17 BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) Chambre desreprésentantsdiebelgique Questionset Réponses(Sa 1~ ) 7065 in het Waalse Gewest 140 zetels waaronder 65 hoofdzetels. Een vestigingsstop druist niet in tegen de Europese richtlijnen met betrekking tot de vrije mededinging vermits de onderdanen van de EEG-lidstaten op dezelfde voet worden geplaatst als de Belgische onderdanen, meer bepaald wat de vestigingscriteria en toelatingsexamens voor leidinggevend en lesgevend personeel betreft. 30 sièges permanents et dans: la Région wallonne 140 sièges dont 65 sièges permanents. La suspension de l'octroi des agréments n'est pas en contradiction avec les directives européennes relatives à la libre concurrence étant donmé que les ressortissants des Etats membres de la CEE sont traités de la même manière que les ressortissants belges, notamment, en ce qui concerne les critères d'établiissement et l'accès aux examens pour le personnel dirigeant et enseignant. DO Vraag nr. 552 van de heer Barbé van 7 mei 1993 (N.) : Politie op het wegverkeer. - Voorlopige markeringen. Ter gelegenheid van de uitvoering van wegeniswerken op de gewestwegen N28 te Aalst-Erembodegem (inmiddels al beëindigd) en N8 te Dilbeek-Itterbeek, werd het verkeer gekanaliseerd van respectievelijk 2 naar 1 en 4 naar 2 rijstroken. In tegenstelling met wat het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer (verkeersreglement) bepaalt in artikel 73, werden de overlangse voorlopige markeringen aangebracht met witte grondverf. Er is dan ook geen duidelijk onderscheid meer te maken tussen de (voorlopig-niet-te-volgen} bestaande wegmarkeringen en die welke tot doel hebben het verkeer tijdelijk te kanaliseren. Die toestand kan tot fatale vergissingen leiden en zelfs aanleiding geven tot spookrijden over korte afstanden. Uit inlichtingen van verkeersdeskundigen blijkt dat het gebruik van oranje spijkers, zoals voorgeschreven door het verkeersreglement, achterhaald is. Het gebruik van spijkers dateert nog uit vervlogen tijden waarin de belangrijkste verkeerswegen uit kasseibestrating bestonden. In de praktijk kan nu nog enkel gebruik worden gemaakt van oranje grondreflektoren die met lijm op het wegdek worden aangebracht. Ze worden dan ook frequent losgereden en wat overblijft laat bij het verwijderen lijmsporen na op het wegdek wat op zich ook al tot verwarring kan leiden achteraf. In de ons omringende landen worden voorlopige markeringen aangebracht in gele kleur. Daardoor ontstaat een beter contrast tussen bestaande en tijdelijk aangebrachte lijnen. Buiten het gebruik van niet-permanente markeringsverf kan nu ook gebruik worden gemaakt van verwijderbare markeringstape die bovendien stroever is dan verf en beter reflecteert 's nachts. DO Question n? 552 de M. Barbé du 7 mai 1993 (N.) : Marques provisoi- Police de la circulation routière. - res. A l'occasion de l'exécution de travaux de voirie sur les routes régionales N28 à Alost-Erembodegem (qui à l'heure actuelle sont déjà achevés) et N8 à Dilbeek- Itterbeek, le trafic a été canalisé respectivement sur 1 bande de circulation au lieu de 2 et sur 2 bandes de circulation au lieu de 4. Contrairement aux dispositions de l'article 73 de l'arrêté royal du 1 er décembre 1975 portant règlement général sur la police de la circulation routière (code de la route), les marques longitudinales provisoires ont été tracées en couleur blanche. Dès lors, il n'est plus possible de faire clairement la distinction entre les marques routières existantes (qu'il convient provisoirement de ne pas suivre) et celles qui ont!pour but de canaliser provisoirement la circulation. Cente situation peut conduire à des erreurs fatales et même avoir pour conséquence que des conducteurs emprruntent l'autoroute en sens inverse sur de courtes distances. Il ressort d'informations fourmies par des experts en circulation routière que l'utilisat:ion de clous de couleur orange, telle qu'elle est prescrite par le code de la route, est obsolète. L'utilisation de ces clous date de l'époque où les voies de circulatiœn principales étaient pavées. Dans la pratique, les seuils types de signalisation que l'on peut encore employer sont des dispositifs réfléchissants de couleur orange collés sur la chaussée. Comme on peut le deviner, ils somt fréquemment arrachés par les voitures, et lorsqu'on <enlève ce qui en reste, on laisse des traces de colle sur la chaussée, ce qui peut constituer en soi une nouvelle souirce de confusion. Dans les pays voisins du nôtre, Iles marques provisoires sont tracées en couleur jaune, lee qui fait apparaître plus nettement que chez nous lœ contraste entre les marques existantes et les marques provisoires. Outre la couleur qui est utilisée habituellerrnent pour tracer des marques non permanentes, il est.aujourd'hui possible d'employer des bandes adhésives (que l'on peut enlever et qui sont plus solidement fixées au sol et dotées d'un pouvoir réfléchissant supérieur la nuit. 903

18 7066 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers _ (74)- Questions et Réponses (SO ) 1. Wordt het gebruik van de wettelijk voorgeschreven oranje spijkers nog ingeschreven in de lastenboeken en wordt het gebruik ervan door de administratie daadwerkelijk gecontroleerd? 2. Overweegt u de bestaande wetgeving aan te passen zodat efficiëntere markeringsmiddelen kunnen worden aangewend? 3. Kan het gebruik van gele kleur voor tijdelijke wegmarkeringen worden veralgemeend zoals dat het geval is in de ons omringende landen? Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid mee te delen dat de internationale voorschriften bepalen dat voorlopige wegmarkeringen duidelijk moeten verschillen van de gewone wegmarkeringen en bij voorkeur beter zichtbaar gemaakt door blokjes (spijkers). Artikel 2.2, b), van het verkeersreglement bepaalt dat voorlopige wegmarkeringen bestaan uit doorlopende of onderbroken strepen gevormd door oranje spijkers, Ook de verkeersborden F79 tot en met F85, die voorlopige aanwijzingen geven bij werken hebben een oranjekleurige achtergrond. Die kleur wordt ten andere ook nog gebruikt in andere landen, bijvoorbeeld Zwitserland. Ik ben niet van plan een wijziging in die kleur aan te brengen tenzij in een internationale context. Wat betreft het gebruik van zelfklevende tapes in plaats van of gelijktijdig met spijkers, ben ik slechts bereid een wijziging aan te brengen voor zover de wegbeheerders, voornamelijk de gewesten, daartoe een officiële aanvraag indienen en voor zover de resultaten op het terrein op zijn minst even goed zijn. Het probleem ter zake is niet zozeer verbonden aan de spijkers maar heeft betrekking op de uitvoering door een correcte vasthechting op het wegdek. Bij de signalisatie van bouwplaatsen moet bijgevolg nog altijd gebruik worden gemaakt van oranje spijkers. De bevoegde overheid, de bevoegde gewestministers en de burgemeester of zijn gemachtigde moeten in de voorafgaande toelating tot de werken de oranje spijkers voor de markering van voorlopige rijstroken verplichten en erop toezien dat de verantwoordelijke voor de signalisatie de toelatingsvoorwaarden correct naleeft. 1. L'utilisation des clous de couleur orange légalement prescrits est-elle encore prévue dans les cahiers des charges et contrôlée effectivement par l'administration? 2. Envisagez-vous d'adapter la législation existante afin de pouvoir utiliser des moyens de marquage plus efficaces? 3. L'utilisation de la couleur jaune pour les marques provisoires pourrait-elle être généralisée comme c'est le cas chez nos voisins? Réponse: J'ai l'honneur de porter à la connaissance de l'honorable membre qu'aux termes des dispositions internationales, les marques routières provisoires doivent clairement se distinguer des marques routières normales et de préférence être rendues plus visibles par des plots (clous). L'article 2.2, b}, du règlement général sur la police de la circulation routière dispose que les marques provisoires consistent en des lignes continues ou discontinues formées par des clous de couleur orange. De même la couleur orange est utilisée sur les signaux F79 à F85 destinés à donner des indications provisoires en cas de travaux. Cette couleur est d'usage dans d'autres pays, notamment en Suisse. Je n'ai pas l'intention d'apporter une modification à cette couleur à moins d'une décision formelle sur le plan international. S'agissant de l'usage de marques autocollantes en lieu et place de clous ou conjointement à ceux-ci, je ne suis pas opposé à envisager cette opportunité si les gestionnaires de voirie - en particulier les régions - m'en font la demande et pour autant que les résultats soient à tout le moins aussi bons sur le terrain. Le problème en l'occurrence n'est pas tant lié aux clous mais concerne leur mise en œuvre par une application correcte sur le revêtement. Pour ce qui concerne la signalisation des chantiers, l'on doit faire usage jusqu'à présent de clous orange. Les autorités compétentes, les ministres des régions et les bourgmestres ou leurs délégués, doivent, dans l'autorisation délivrée préalablement aux travaux, rendre obligatoire l'usage de clous orange pour le marquage de bandes de circulation provisoires et doivent veiller à ce que le responsable de la signalisation suive correctement les prescriptions de l'autorisation. DO Vraag nr, 568 van de heer Thissen van 25 mei 1993 (Fr.) : NMBS. - Eurocitytreinen. - Verviers. Naar verluidt heeft de raad van bestuur van de NMBS een nieuwe dienstregeling voor de pendelaars DO Question n'' 568 de M. Thissen du 25 mai 1993 (Fr.) : SNCB. - Trains eurocity. - Verviers. Le conseil d'administration de la SNCB aurait arrêté un nouvel horaire pour les navetteurs entre Verviers et

19 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Questions et Réponses (SO ) 7067 tussen Verviers en Brussel uitgewerkt. Die houdt in dat de gebruikers van de EC Jacques Brel een comforttoeslag dienen te betalen en de halte van de EC Memling te Verviers wordt afgeschaft, zodat die pendelaars vrijwel verplicht zullen zijn de aloverbevolkte traditionele ICtreinen ten nemen. Die nieuwe maatregelen zijn heel nadelig en onaanvaardbaar voor de gebruikers. De invoering van een comforttoeslag voor de EC Jacques Brel van ongeveer 180 Belgische frank per rit (wat neerkomt op ongeveer Belgische frank per maand bovenop de huidige abonnementsprijs van Belgische frank), zal verscheidene honderden reizigers uit Verviers en het Luikse naar de al overbevolkte IC- en P-treinen afleiden, terwijl het aantal treinen op de lijn niet wordt verhoogd. Het reizigerscomfort in die treinen laat nu al veel te wensen over. Het komt vaak voor dat reizigers het traject ten minste tot in Leuven rechtstaand en opeengepakt in de gangen of op de platformen moeten afleggen. Wat misschien aanvaardbaar is voor de Leuvenaars, wier treinreis elke dag maar 2 X 20 minuten duurt, is volkomen onaanvaardbaar voor zij die er vaak 4 uur of meer over doen om naar hun werk te sporen. U kan zich indenken welke invloed de nieuwe dienstregeling op het reizigerscornforr zal hebben, nu blijkt dat de maatregelen van de NMBS betekenen dat omstreeks 17 u te Brussel één trein op drie wordt afgeschaft! Op hetzelfde ogenblik zal de EC Jacques Brel vrijwelleeg zijn! Normalerwijze zijn de plaatsen (zonder pendelaars) slechts voor 10 tot 20% bezet. De aanwezigheid van pendelaars brengt het comfort van de internationale reizigers geenszins in het gedrang. De invoering van een comforttoeslag is ongerechtvaardigd. De afschaffing van de halte te Verviers van de EC Memling zal het de gebruikers, die allen een lange dagtaak hebben, zeer moeilijk maken. Vroeger waren zij om 6 of 6.30 u 's morgens al de deur uit, en omdat zij omstreeks u te Brussel de Memling konden nemen, kwamen zij rond 20 u terug thuis. Nu die halte wordt afgeschaft en zij de gewone treinen moeten nemen, zullen zij pas om 21 u thuiskomen! Ook hier is de afschaffing van een halte van een minuut te Verviers ongerechtvaardigd. 1. Hoe is die beslissing tot stand gekomen en waarop stoelt zij? 2. Heeft u ten aanzien van voornoemde beslissing van uw vetorecht gebruik gemaakt? 3. Welke maatregelen overweegt u om de beslissing van de raad van bestuur om de huidige dienstregeling en toestand te behouden, ongedaan te maken? Antwoord: De NMBS deelt mij in antwoord op de door het geacht lid gestelde vraag het volgende mee: 1. Het grensoverschrijdende treinaanbod en de erop betrekking hebbende dienstregelingen worden Bruxelles. Cela concernerait, d'lune part, l'instauration d'une taxe de confort pour les utilisateurs de l'ec Jacques Brel et la suppression de l'arrêt verviétois de l'ec Memling, d'autre part, la quasi-obligation pour ces navetteurs de prendre les jtrains IC traditionnels déjà surpeuplés. Ces nouvelles dispositions sont intolérables pour les utilisateurs et leur portent incontestablement préjudice. En effet, l'instauration d'une taxe de confort sur l'ec Jacques Breh, d'un montant de plus ou moins 180 francs belges par trajet (soit plus ou moins francs belges par mois à ajouter aux francs belges que coûte déjà l'abonnement), équivaut au rejet de plusieurs centaines de voyageurs verviétois et liégeois sur les trains IC et P déjà saturés, alors qu'en contrepartie l'offre sur la ligne n'est pas augmentée. Aujourd'hui, les conditions de voyage dans ces trains sont déjà très précaires. Il est habituel en effet de devoir voyager debout, entassés dans les couloirs ou sur les plateformes, au minimum jusque Louvain. Ce qui peut être tolérable pour ceux qui, comme les Louvanistes, ont un voyage de 2 X 20 minutes chaque jour, est totalement insupportable pour tous ceux qui passent 4 heures et même souvent plus dans les trajets qui séparent leur domicile de leur lieu de travail. Je vous laisse imaginer ce que vont devenir les conditions de transport avec le nouvel horaire quand les mesures prises par la SNCB équivalent à la suppression d'un train sur trois sur le coup de 17 heures à Bruxelles! Au même moment, l'ec Jacques Brel circulera quasiment à vide! En effet, en temps normal, son taux d'occupation (sans les navetteurs) ne dépasse pas les la à 20%. La présence des navetteurs ne perturbe en rien le confort des voyageurs internationaux. L'instauration d'une taxe de confort ne se justifie pas. La suppression de l'arrêt verviétois de l'ec Memling, quant à elle, va créer une situation épouvantable pour tous ses utilisateurs, c~est-à-dire des personnes qui ont déjà une longue journée de travail. Partis de chez eux vers 6 heures, 6 heures 30, ils pouvaient, en reprenant le Memling aux alentours de 18 heures 15 à Bruxelles, rejoindre leur foyer vers 20 heures. Avec cette suppression d'arrêt et l'ob-ligation d'utiliser les trains réguliers, ce n'est que vers 21 heures qu'ils pourront rentrer chez eux! Et ici encone, la suppression d'un arrêt d'une minute à Verviers ne ltrouve aucune justification. 1. Quel est le processus décisionnel et son fondement? 2. Avez-vous usé de votre droiit de veto à l'égard de ladite décision? 3. Quelles mesures envisagez-wons pour réformer la décision du conseil d'administration pour maintenir les horaires et conditions actuels? Réponse: A la question posée piar l'honorable membre, la SNCB me communique la réponse suivante: 1. L'offre-train transfrontalièrre et les horaires y afférents sont définis lors de confénences internationales

20 7068 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers _ (74)- Questions et Réponses (SO ) bepaald tijdens internationale conferenties in functie van de vooraf uitgewisselde voorstellen van de betrokken netten en maatschappijen. Een beslissing wordt van kracht als alle rechtstreeks geïnteresseerde netten akkoord gaan met de gemeenschappelijk opgestelde tekst. De treinen 238/239 van de verbinding Parijs- Brussel-Keulen heten nu de EC 38/39 «Jacques Brel»; die wijziging houdt een aanzienlijke comfortverbetering in (naleving van het EC-bestek, dat criteria oplegt voor onder andere restauratie, diensten aan boord, enzovoort), alsook een kwaliteitsverhoging van het aanbod (reisweg verlengd van Keulen tot Dortmund, via Düsseldorf). Gelet op die comfort- en kwaliteitsstijging moest de NMBS, als transitspoorweg in die Frans-Duitse relatie, zich richten naar de maatregelen van de SNCF en DB en op Belgisch grondgebied eveneens een EC-toeslag mvoeren. Het EC-bestek bepaalt bovendien dat treinen met het EC-label slechts stoppen in stations waar het aantal internationale reizigers een stilstand verantwoordt. Bij de laatste tellingen in 1992 zijn te Verviers de volgende gemiddelde reizigersaantallen voor de EC 48/49 «Memling» van en naar Duitsland vastgesteld: a) uit Duitsland (EC 48) : werkdagen: 3; - zaterdagen: 5; - zondagen: 2. b) naar Duitsland (EC 49) : werkdagen: 1; - zaterdagen: 4; - zondagen: 6. De stilstand van de Memling te Verviers, zowel in de ene als in de andere richting, was dus niet langer verenigbaar met de voorwaarden voor het behoud van het EC-label; daarom is vooreerst besloten die stilstand vanaf 23 mei 1993 te schrappen. 2. en 3. Het door het geacht lid in de vraag bedoelde aanbod behoort niet tot de opdracht van openbare dienst. Nochtans ben ik mij bewust van de gevolgen van de genomen maatregelen voor het vervoer van de reizigers in binnenverkeer. Ik heb de aandacht van de NMBS getrokken op het negatief aspect van die beslissingen. Ik heb met voldoening kunnen vaststellen dat oplossingen kunnen worden ontwikkeld om dat te verhelpen. Wat betreft de EC 38/39 «Jacques Brel» werd een kaart «supplement EC» ingevoerd voor het pendelkliënteel in het binnenverkeer. Zij wordt verkocht aan 250 Belgische frank en is een maand geldig te dateren vanaf de door de reizigers gekozen dag, zoals de treinkaarten. en fonction des propositions échangées préalablement entre les réseaux et les sociétés. Une décision n'est effective que lorsque tous les réseaux directement intéressés ont marqué leur accord sur le texte élaboré en commun. La transformation des trains 238/239 de la relation Paris-Bruxelles-Cologne en EC 38/39 «Jacques Brel» s'est accompagnée d'une augmentation sensible du confort (respect du cahier des charges EC imposant notamment certains critères tels que restauration, services à bord, et cetera) et de la qualité de l'offre (trajet prolongé de Cologne à Dortmund via Düsseldorf). Compte tenu de cette augmentation de confort et de qualité, la SNCB, réseau de transit de cette liaison France-Allemagne, a dû s'aligner sur les dispositions prises par la SNCF et la DB en instaurant également un supplément EC en territoire belge. En outre, le cahier des charges EC prévoit que les trains bénéficiant de ce label ne s'arrêtent que dans les gares où l'importance de la clientèle internationale justifie l'arrêt. Il a été constaté lors des derniers comptages effectués en 1992 que le nombre moyen de voyageurs verviétois utilisant l'ec 48/49 «Memling» de et vers l'allemagne était le suivant: a) de l'allemagne (EC 48) : jours ouvrables: 3; - samedis: 5; - dimanches: 2. b) vers l'allemagne (EC 49) : jours ouvrables: 1; - samedis: 4; - dimanches: 6. L'arrêt du Memling à Verviers tant dans un sens que dans l'autre n'était donc plus compatible avec les conditions requises pour le maintien du label EC et il a été décidé dans un premier temps de le supprimer à partir du 23 mai et 3. L'offre visée par la question de l'honorable membre ne relève pas des missions de service public. Toutefois, conscient des conséquences des mesures prises sur le transport de voyageurs en service intérieur, j'ai sensibilisé la SNCB à l'aspect négatif de ces décisions. J'ai pu constater, avec satisfaction, que des solutions ont pu être dégagées pour y remédier. Pour ce qui concerne l'ec «Jacques Brel», une carte «supplément EC» a été créée pour la clientèle de navetteurs en trafic intérieur. Elle est vendue au prix de 250 francs belges et est valable un mois à dater du jour choisi par le voyageur, comme pour les cartes trains.