BIJLAGENRAPPORT EVALUATIE WET BIBOB

Transcriptie

1 BIJLAGENRAPPORT EVALUATIE WET BIBOB Utrecht, 19 maart 2007 Mr. M.C. de Voogd Drs. F. Doornbos Mr. drs. L.C.L. Huntjens maart 2007

2 BIJLAGENRAPPORT EVALUATIE WET BIBOB INHOUD Blz. BIJLAGE 1. HET ANALYSEKADER...1 BIJLAGE 2. ONDERZOEKSVERANTWOORDING...12 RESPONS EN REPRESENTATIVITEIT...13 RESPONDENTEN...17 BIJLAGE 3. BEGELEIDENDE BRIEF ENQUÊTE EVALUATIE WET BIBOB...18 BIJLAGE 4. RAPPELBRIEF ENQUÊTE EVALUATIE WET BIBOB...20 BIJLAGE 5. VRAGENLIJST ENQUETE EVALUATIE WET BIBOB...22 BIJLAGE 6 RECHTE TELLINGEN ENQUÊTE: TOTAAL EN UITGESPLITST NAAR BESTUURSORGAAN...46 BIJLAGE 7. LITERATUURLIJST BIJLAGE 8. JURISPRUDENTIELIJST BIJLAGE 10. LIJST MET GESPREKSPARTNERS BIJLAGE 11. LEDEN BEGELEIDINGSCOMMISSIE BIBOB BIJLAGE 12. LEDEN BEGELEIDINGSCOMMISSIE EVALUATIE WET BIBOB BIJLAGE 13. VERSLAG EXPERTMEETINGS maart 2007

3 BIJLAGE 14. TEKST VAN DE WET BIBOB BIJAGE 15. TEKST VAN HET BESLUIT BIBOB BIJLAGE 16. TEKST VAN DE REGELING BEGELEIDINGSCOMMISSIE BIBOB maart 2007

4 BIJLAGE 1. HET ANALYSEKADER Hieronder treft u het analysekader aan. Indien de bron bij de betreffende vraag onderstreept is, betekent dit dat deze vraag niet door de die bron beantwoord kon worden. Na het analysekader volgt een tabel met een overzicht van de vragen die niet zijn gesteld in de elektronische enuête. Deze vragen zijn in het analysekader ook onderstreept. Voor wat betreft de interviews met de bestuurders geldt dat veel vragen uit het analysekader door deze groep niet kon worden beantwoord, omdat zij vooral een algemeen beeld van de (uitvoering van de) Wet BIBOB hebben. Op specifieke (technische) details van de werking van de wet of van de instrumenten van de wet hebben zij weinig zicht. Als een vraag door één of meerdere andere bronnen dan die in het analysekader staan bij de betreffende vraag wordt beantwoord, wordt dit vermeld door middel van een voetnoot. STRUCTUUR ANALYSEVRAGEN Nut en noodzaak MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZA- MELING Methodiek Bron 1. Hoe vaak komen de bestuursorganen in aanraking met deze risico's van facilitering van criminele activiteiten? Schriftelijke vragenlijst Bestuursorganen 2. Welke mogelijkheden hebben bestuursorganen om dergelijke facilitering tegen te gaan en hoe vaak passen zij deze mogelijkheden toe? Schriftelijke vragenlijst Bestuursorganen 3. Zijn bestuursorganen tevreden met het bestaande instrumentarium? 4. Welke betere of minder bezwaarlijke alternatieven zijn beschikbaar of denkbaar? Juridische houdbaarheid Schriftelijke vragenlijst Interviews, deskresearch 1 Bestuursorganen Bureau BIBOB, eperts, literatuur 5a. Houden afwijzende beslissingen van bestuursorganen in bezwaar- en beroepsprocedures (voor de rechter) stand? 5b. In hoeverre gaat het daarbij om beschikkingen die gebaseerd zijn op een BIBOB-advies? Interviews, deskresearch 2 Bureau BIBOB, OM 6a. Is de BIBOB-systematiek in afwijzende beschikkingen door bestuursorganen op juiste wijze toegepast? Interviews, deskresearch 3 Bureau BIBOB, OM 1 Deze vraag wordt mede beantwoord door bestuursorganen inde schriftelijke vragenlijst. 2 Deze vraag wordt beantwoord aan de hand van wetenschappelijke literatuur. 3 Deze vraag wordt beantwoord door bestuursorganen in de schriftelijke vragenlijst en aan de hand van wetenschappelijke literatuur maart

5 ANALYSEVRAGEN 6b Berust een afwijzende beschikking op voldoende rechtsgronden? MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZA- MELING Methodiek Bron Mogelijkheid tot omzeiling 7. In hoeverre zijn er indicaties dat de BIBOBsystematiek wordt ontdoken of omzeild? Reikwijdte van de wet Epertmeeting, deskresearch Eperts, literatuur, media 8. In hoeverre voldoet de reikwijdte van de Wet BIBOB? 9. Hoe passend zijn de bestaande criteria om een branche onder de werking van de Wet BIBOB te laten vallen? 10. Op welke andere branches zou de Wet BIBOB van toepassing eventueel verklaard moeten worden 11. Welke mogelijke eisen moeten worden gesteld aan eventuele uitbreiding(en) van de reikwijdte van de wet? Epertmeeting, interview 4 Epertmeeting, schriftelijke vragenlijst Epertmeeting, schriftelijke vragenlijst Epertmeeting, interview Eperts, bureau BIBOB Bestuursorganen, eperts Bestuursorganen, eperts Eperts, bureau BIBOB GEDRAG ANALYSEVRAGEN Kwantitatieve gegevens 12. Hoe vaak is een subsidie- of vergunningaanvraag afgewezen of een aanbesteding geweigerd op basis van artikel 3 van de Wet BIBOB zonder advies van bureau BIBOB? 13. Hoe vaak is een subsidie of vergunning ingetrokken op basis van artikel 3 van de Wet BIBOB zonder advies van bureau BIBOB? 14. Hoe vaak is een BIBOB-advies aangevraagd? (Uitgesplitst naar, sector en categorie) 15. Hoe vaak is een adviesaanvraag stopgezet en van wie is daarbij het initiatief uitgegaan? 16. Hoe vaak is tussentijds een adviesprocedure stopgezet? MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZAMELING Methodiek Bron Deskresearch/ schriftelijke vragenlijst epertmeeting Deskresearch/ schriftelijke vragenlijst Bestuursorganen Bestuursorganen Deskresearch 5 Bureau BIBOB Deskresearch 6 Bureau BIBOB Deskresearch 7 Bureau BIBOB 17. Hoe vaak is een advies uitgebracht? Deskresearch Bureau BIBOB 4 Deze vraag wordt beantwoord door bestuursorganen in de schriftelijke vragenlijst. 5 Deze vraag wordt beantwoord door bestuursorganen in de schriftelijke vragenlijst 6 Deze vraag wordt beantwoord door bestuursorganen in de schriftelijke vragenlijst. 7 Deze vraag wordt beantwoord door bestuursorganen in de schriftelijke vragenlijst maart

6 ANALYSEVRAGEN MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZAMELING Methodiek Bron 18. Hoe vaak is een advies 'ernstig gevaar' uitgebracht? Deskresearch Bureau BIBOB 19. Hoe vaak is een advies 'mindere mate van gevaar' uitgebracht? Deskresearch Bureau BIBOB 20. Hoe vaak is een advies 'geen gevaar' uitgebracht? Deskresearch Bureau BIBOB 21. Hoe vaak was bij de adviezen 'ernstig gevaar' sprake van het niet volledig invullen van gegevens? Hoe vaak hebben bestuursorganen overeenkomstig het uitgebrachte advies beschikt? 23. Hoe vaak zijn bestuursorganen afgeweken van het uitgebrachte BIBOB-advies? 24. Hoe vaak zijn aanvullende maatregelen aan de beschikking verbonden? 25. Hoe vaak was een adviesaanvraag niet ontvankelijk? 26. Hoe vaak is op een subsidieregeling de Wet BIBOB van toepassing verklaard? Voorwaarden voor uitvoering 27. Beschikken bestuursorganen over voldoende capaciteit om met de Wet BIBOB te kunnen werken? 28. In hoeverre bestaat er bij bestuursorganen behoefte aan of is gekozen voor (regionale) samenwerking ten behoeve van de uitvoering van de Wet BIBOB en op welke modaliteit van samenwerking wordt gekozen en/of gewenst geacht? 29. Wegen de nut en noodzaak van de geheimhoudingsplicht op tegen de beperking van de mogelijkheden om adviezen te hergebruiken? 30. In hoeverre zijn bestuursorganen zich bewust van het mogelijke risico van facilitering van criminele activiteiten? 31. Hoe vaak komen bestuursorganen in aanraking met deze risico's? 32. In hoeverre zijn bestuursorganen overtuigd van het belang van de Wet BIBOB? 33. Hoe vaak is het voorgekomen dat er achteraf sprake bleek van criminele facilitering en géén advies was aangevraagd? Deskresearch Bureau BIBOB Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen Deskresearch Bureau BIBOB Vragenlijst, deskresearch Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Bestuursorganen, Bureau BIBOB Bestuursorganen Bestuursorganen Interviews 9 Bestuursorganen Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst, deskresearch Bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen of bureau BIBOB 8 Op grond van artikel 4, eerste lid Wet BIBOB wordt als 'ernstig gevaar' aangemerkt de omstandigheid dat een betrokkene weigert een gegevensformulier volledig in te vullen. 9 Deze vraag wordt beantwoord door eperts maart

7 ANALYSEVRAGEN 34. Hoe vaak heeft een officier van justitie geadviseerd aan een een BIBOB-advies aan te vragen? 35. In hoeverre nemen bestuursorganen de beslissing om een BIBOB-advies aan te vragen op aanwijzing of verzoek van derden- belanghebbenden? 36. In hoeverre zijn bestuursorganen bekend met de Wet BIBOB en de BIBOB-systematiek? 37. In hoeverre is er sprake van positieve publicaties over het BIBOB-instrumentarium (in vakbladen, media, etc.)? 38. In hoeverre is er sprake van negatieve publicaties over het BIBOB-instrumentarium (in vakbladen, media, etc.)? 39. Is de deskundigheid van bestuursorganen toereikend om de wet goed uit te voeren? 40. Vinden de bestuursorganen de wet- en regelgeving inzake BIBOB voldoende toegankelijk? 41. Is de goedkeuringsprocedures met betrekking tot subsidies werkbaar? 42. Beantwoorden de handreikingen en andere materialen en producten van het bureau BIBOB aan de vraag van bestuursorganen? 43. Bereiken de producten van het bureau BIBOB daadwerkelijk alle bestuursorganen in de BIBOBsectoren? Zo niet, welke bestuursorganen worden wel/niet bereikt? 44. In welke mate hebben bestuursorganen daadwerkelijk een beleidslijn opgesteld? Belemmeringen voor uitvoering 45. In hoeverre vormt de zwaarte van de procedure een belemmering voor bestuursorganen om een BIBOB-advies aan te vragen? 46. In hoeverre zijn er indicaties dat interne belemmeringen een barrière vormen voor bestuursorganen om een BIBOB-advies aan te vragen? 47. Wat zijn de doorlooptijden van het doen van onderzoek en het uitbrengen van een advies, per sector en per categorie (vergunningen, subsidies en aanbestedingen)? 48. In hoeverre is de wettelijke adviestermijn overschreden? Wat waren daarvoor de redenen? MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZAMELING Methodiek Bron Schriftelijke vragenlijst, deskresearch Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Bestuursorganen, OM Bestuursorganen Bestuursorganen Deskresearch Media, literatuur Deskresearch Media, literatuur Schriftelijke vragenlijst, interviews Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Interviews, schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Interviews, deskresearch Interview, deskresearch Bestuursorganen, bureau BIBOB Bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen Bureau BIBOB, bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen Bureau BIBOB Bureau BIBOB maart

8 ANALYSEVRAGEN 49. Zijn de bestuursorganen tevreden over de snelheid van de ontvangen adviezen? Over welke aspecten wel/niet? 50. In hoeverre vormt de doorlooptijd van een BIBOBadvies een belemmering voor een om over te gaan tot een adviesaanvraag? 51. Voldoet de capaciteit van bureau BIBOB in relatie tot de aard en het aantal aanvragen? 52a. Hoe verloopt de medewerking van informatieverstrekkers? 52b. Welke problemen bestaan er ten aanzien van de (on)mogelijkheden van het opvragen van gegevens in de omgeving van de aanvrager en in het buitenland? 53. Wat zijn de doorlooptijden van verstrekkingen door verschillende gegevensverstrekkers? 54. Hoe staat het met de kwaliteit van gegevensbestanden? 55. Zijn de door gegevens aanleverende diensten aangeleverde gegevens van voldoende kwaliteit voor het opstellen van een BIBOB-advies? 56. Is het aantal gegevensbronnen toereikend om advies te geven? 57. Wat is de mogelijke prijsstelling van BIBOBadviezen en wat is het effect daarvan op het aantal gevraagde adviezen? 58. In hoeverre hebben bestuursorganen die géén BIBOB-advies hebben aangevraagd, zich laten afschrikken door de prijsstelling van het advies? 59. In hoeverre hebben bestuursorganen gebruikgemaakt van het negatieve/positieve BIBOB-advies dat eerder is verkregen over de betrokkene? 60. In hoeverre zijn er indicaties dat bestuursorganen om oneigenlijke redenen BIBOB-adviezen aanvragen? Kwaliteit van BIBOB-adviezen 61. Aan welke eisen moet een BIBOB-advies voor de bestuursorganen voldoen? 62. Zijn de bestuursorganen tevreden over de kwaliteit van de ontvangen adviezen? 63. Houdt het BIBOB-advies voldoende rekening met de couleur locale? MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZAMELING Methodiek Bron Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Bestuursorganen Bestuursorganen Interviews Bureau BIBOB Interviews Deskresearch, interviews Deskresearch, interviews Bureau BIBOB, bestuursorganen Bureau BIBOB Bureau BIBOB Interviews Bureau BIBOB Interviews Bureau BIBOB Interview, schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Interviews Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Bureau BIBOB, bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen Bureau BIBOB, bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen maart

9 ANALYSEVRAGEN 64. Hoe vaak is het voorgekomen dat ten onrechte een BIBOB-advies 'geen gevaar' is uitgebracht? Wat waren hiervoor de redenen? 65. Hoe vaak is het voorgekomen dat ten onrechte een BIBOB-advies 'ernstig gevaar' is uitgebracht? Wat waren hiervoor de redenen? MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZAMELING Methodiek Bron Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Bestuursorganen Bestuursorganen RESULTAAT ANALYSEVRAGEN Gewenste effecten 66. In welke mate is ongewilde facilitering van criminele activiteiten door bestuursorganen afgenomen? 67. In hoeverre zijn criminele activiteiten in de door BIBOB bestreken sectoren afgenomen? 68. In welke mate zijn vormen van georganiseerde criminaliteit achterhaald als gevolg van het BIBOBinstrumentarium? 69. In hoeverre is de veronderstelde preventieve werking van de wet aannemelijk? 10 Neveneffecten 70. In hoeverre is er sprake van stigmatisering van beroepsgroepen of individuele (rechts)personen als gevolg van een BIBOB-advies? 71. In welke mate hebben zich verschuivingen van criminaliteit voorgedaan naar andere sectoren? 72. In welke mate hebben zich verschuivingen van criminaliteit naar andere bestuursorganen voorgedaan? 73. Hoe vaak is het voorgekomen dat een betrokkene die een negatief advies had gekregen bij een ander eenzelfde beschikking tóch is verleend? 74. In hoeverre zijn Nederlandse en buitenlandse bedrijven verschillend benaderd in het kader van de Wet BIBOB en tot welke concurrentie-effecten heeft dit geleid? MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZAMELING Methodiek Bron Deskresearch, epertmeeting Deskresearch, epertmeeting Interviews, epertmeeting Deskresearch, epertmeeting 11 Interviews, deskresearch Deskresearch, epertmeeting Deskresearch, epertmeeting Deskresearch, epertmeeting Interviews, deskresearch Literatuur, media, eperts Literatuur, media, eperts OM, eperts Literatuur, media, eperts Literatuur, media, eperts Media, eperts Media, eperts Media, eperts Literatuur, media, eperts 10 Het gaat hier om percepties van de preventieve werking op basis van praktijkgegevens. In de epertmeeting moet deze vraag worden geconcretiseerd. Verder moet worden doorgevraagd zodat duidelijk wordt of het gegeven antwoord correspondeert met de praktijkgegevens waarop die gepercipieerde preventieve werking wordt gebaseerd. 11 Deze vraag wordt mede beantwoord door de bestuursorganen in de schriftelijke vragenlijst maart

10 ANALYSEVRAGEN 75. In hoeverre heeft de Wet BIBOB tot etra administratieve lasten voor aanvragers geleid? 76. In hoeverre zijn er indicaties dat bonafide burgers en bedrijven als gevolg van de Wet BIBOB of de daarmee samenhangende etra administratieve lasten afzien van het doen van een vergunning- of subsidieaanvraag of het meedingen in een aanbesteding? 77. In hoeverre heeft de Wet BIBOB tot etra overheidslasten geleid? 78. In hoeverre heeft de Wet BIBOB tot een etra belasting van de betrokken bestuursorganen geleid? 79. In hoeverre hebben derden-belanghebbenden hun nimby-repertoire uitgebreid met een beroep op de Wet BIBOB? 80. In hoeverre zijn er indicaties dat concurrenten de BIBOB-procedure aanwenden om elkaar dwars te zitten? 81. In welke mate leidt de Wet BIBOB tot onevenredige benadeling van de rechtsbescherming van betrokkenen? 82. Hoe vaak is een aansprakelijk gesteld voor de schade na een ten onrechte geweigerde subsidie, ingetrokken vergunning of niet verleende aanbesteding? 83. Hoe vaak en in welke mate zijn schadeclaims gehonoreerd? 84. Wat is de etra werkbelasting van de rechterlijke macht als gevolg van de Wet BIBOB? 85. In hoeverre heeft de Wet BIBOB geleid tot langere procedures? 86. In hoeverre verschilt een vergunningaanvraag, subsidieaanvraag of aanbesteding waarin een BIBOB-advies is gevraagd ua lengte van vergelijkbare procedures waarin géén BIBOB-advies is gevraagd? MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZAMELING Methodiek Bron Interviews, deskresearch Interviews, deskresearch Interviews, deskresearch 12 Schriftelijke vragenlijst Epertmeeting deskresearch Epertmeeting, deskresearch Deskresearch, epertmeeting Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Interviews, deskresearch Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Literatuur, media, eperts, onderzoek AL Literatuur, media, eperts Bureau BIBOB, BZK, Justitie Bestuursorganen Eperts, media Eperts, media Literatuur, media, eperts Bestuursorganen Bestuursorganen RM Bestuursorganen Bestuursorganen 12 Deze vraag wordt beantwoord door eperts maart

11 ORGANISATIE ANALYSEVRAGEN Bestuursorganen 87. In welke mate heeft de Wet BIBOB geleid tot een verandering in de manier van werken bij bestuursorganen? 88. Op welke wijze verloopt de besluitvorming van bestuursorganen bij eventuele risico's van facilitering? 89. In hoeverre en op welke wijze hebben bestuursorganen hun werkwijze aangepast na inwerkingtreding van de Wet BIBOB? In hoeverre is de interne organisatie aangepast, zijn procedures vastgesteld en mandaten verleend? 90. Maken bestuursorganen gebruik van de mogelijkheid om in het kader van de Wet BIBOB bij de behandeling van de aanvraag etra eisen te stellen? 91. Nemen de bestuursorganen wezenlijk andere beslissingen dan voor inwerkingtreding van de Wet BIBOB? 92. Hoe beoordelen bestuursorganen hun zelfstandigheid en verantwoordelijkheid ten opzichte van het bureau BIBOB na inwerkingtreding van de wet? 93. In hoeverre hebben bestuursorganen beleidslijnen vastgesteld? 94. In hoeverre hebben bestuursorganen nieuwe functies gecreëerd? 95. Op welke wijze zijn bestuursorganen omgegaan met de kosten van de uitvoering van de Wet BIBOB? 96. Op welke wijze zijn bestuursorganen omgegaan met de afwenteling van de kosten van een BIBOB-advies? 97. Hoe gaan bestuursorganen om met privacygevoelige informatie die bureau BIBOB hun heeft verstrekt? 98. In hoeverre zijn bestuursorganen geconfronteerd met claims als gevolg van het al dan niet juist omgaan met privacygevoelige informatie die bureau BIBOB hun heeft verstrekt? MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZA- MELING Methodiek Bron Schriftelijke vragenlijst Interviews, epertmeeting Schriftelijke vragenlijst Bestuursorganen Eperts, bestuursorganen Bestuursorganen Interviews, deskresearch Bestuursorganen, literatuur, media Interviews Bestuursorganen Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Schriftelijke vragenlijst Bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen Bestuursorganen Interviews 13 Bestuursorganen Interviews, deskresearch 14 Bestuursorganen, OM 13 Deze vraag wordt beantwoord door bestuursorganen in de schriftelijke vragenlijst. 14 Deze vraag wordt beantwoord door bestuursorganen in de schriftelijke vragenlijst maart

12 ANALYSEVRAGEN Bureau BIBOB 99. In hoeveel BIBOB-onderzoeken is informatie uit het buitenland verkregen? 100. Hoeveel adviezen worden per jaar gegeven, mede in het licht van het aantal benodigde uren per advies enerzijds en de ambitie t.a.v. BIBOB anderzijds? 101. Is de werkwijze van bureau BIBOB conform de daartoe gestelde wettelijke eisen? 102. Welke doelen en/of prognoses hanteert het bureau voor de begeleiding en advisering en voor mogelijke andere 'producten'? 103. In hoeverre wordt gebruikgemaakt van de helpdesk van BIBOB? 104. Hoe worden de procedures voor een integer gebruik van privacygevoelige bronnen, de termijn/vorm van het bewaren van dossiers en het anonimiseren van gegevens gewaarborgd? 105. Hoe vaak is voor een BIBOB-advies gebruikgemaakt van informatie die niet aan de desbetreffende persoon ter kennis mocht worden gebracht maar desondanks is gebruikt voor de sturing van het onderzoek? 106. In hoeverre heeft bureau BIBOB de juiste bronnen gebruikt? 107. In hoeverre is de gebruikte informatie betrouwbaar? 108. In hoeverre is de informatie zichtbaar en controleerbaar? Openbaar Ministerie 109. Hoe vaak hebben officieren van justitie bestuursorganen geadviseerd een BIBOB-advies aan te vragen? 110. In welke mate heeft dit tot daadwerkelijke BIBOBonderzoeken geleid? 111. In welke mate en met welke regelmaat komen BIBOB en de tipfunctie van het OM aan de orde in het driehoeksoverleg (buiten de pilots)? 112. Hoe vaak is het voorgekomen dat het bureau BIBOB naar aanleiding van informatie die van strafvorderlijk belang is, het Openbaar Ministerie op de hoogte heeft gesteld? 113. Hoe vaak is naar aanleiding van een BIBOBonderzoek informatie naar boven gekomen waarmee een strafzaak is gestart? MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZA- MELING Methodiek Bron Interviews, deskresearch Interviews, deskresearch Interviews, deskresearch Interviews, deskresearch Bureau BIBOB Bureau BIBOB Bureau BIBOB Bureau BIBOB Deskresearch Bureau BIBOB Interviews Bureau BIBOB Interviews, deskresearch Interviews, deskresearch Bureau BIBOB Eperts, bureau BIBOB Deskresearch Bureau BIBOB Deskresearch Bureau BIBOB Interviews OM Deskresearch, interviews Interviews OM Deskresearch, interviews Deskresearch, interviews Bureau BIBOB, OM Bureau BIBOB, OM Bureau BIBOB, OM maart

13 ANALYSEVRAGEN 114. Hoe vaak is in strafzaken het bewijs dat via een BIBOB-onderzoek was verkregen, onrechtmatig geacht? 115. Hoe vaak heeft de officier van justitie in het belang van het onderzoek een veto op een BIBOBonderzoek uitgesproken 116. Heeft de slagvaardigheid van het Amsterdamse Wallenproject nadelige gevolgen ondervonden van de invoering van de Wet BIBOB (TK , , 54, motie Duijkers) Toezicht en controle 117. MEETMOMENT METHODIEK VAN GEGEVENSVERZA- MELING Methodiek Bron Deskresearch, interviews Interviews, epertmeeting Interviews, epertmeeting Hoe functioneert de begeleidingscommissie? Interviews OM Bestuursorganen en OM Bureau BIBOB, Bestuursorgaan, eperts Bureau BIBOB, leden begeleidingscommissie OVERZICHT NIET GESTELDE VRAGEN ELEKTRONISCHE ENQUÊTE Vraag Niet gestelde vragen elektronische enuête aan bestuursorganen 9. Hoe passend zijn de bestaande criteria om een branche onder de werking van de Wet BIBOB te laten vallen? 29. Wegen de nut en noodzaak van de geheimhoudingsplicht op tegen de beperking om adviezen te hergebruiken? REGISTRATIE VAN GEGEVENS REGISTRATIE GEGEVENS REGISTRATIEBRON 1. Aantal verleende vergunningen* Bestuursorgaan 2. Freuentie potentieel risico facilitering criminele activiteiten (vooraf en achteraf)* 3. Aantal weigeringen/ontbindingen zonder tussenkomst bureau BI- BOB* Aantal weigeringen/ontbindingen met tussenkomst bureau BIBOB* Aantal adviesaanvragen* Bestuursorgaan Bestuursorgaan Bureau BIBOB, Bureau BIBOB, 6. Doorlooptijden onderzoek* Bureau BIBOB 7. Levertijden advies* Bureau BIBOB 8. Redenen overschrijden wettelijke adviestermijn Bureau BIBOB 9. Freuentie gebruik helpdesk* Bureau BIBOB 10. Registratie vragen* Bureau BIBOB 11. Registratie openstaande vragen* Bureau BIBOB maart

14 REGISTRATIE GEGEVENS REGISTRATIEBRON 12. Freuentie bezoek website bureau BIBOB Bureau BIBOB 13. Freuentie klachten* Bureau BIBOB 14. Freuentie gehonoreerde klachten* Bureau BIBOB 15. Gebruikmaken van advies van derden (tweedehands advies)* Bestuursorgaan 16. Freuentie stopzetting adviesprocedure plus reden* Bestuursorgaan 17. Freuentie overeenkomstig advies geschikt* Bestuursorgaan 18. Freuentie overeenkomstig advies niet geschikt* Bestuursorgaan 19. Freuentie aanvullende maatregelen getroffen* Bestuursorgaan 20. Freuentie aanvraag advies op aanvraag van derden Bureau BIBOB, 21. Freuentie aanvraag advies op aanvraag van OM OM, 22. Freuentie advies 'ernstig gevaar', 'mindere mate van gevaar', 'geen gevaar'* 23. Freuentie advies 'ernstig gevaar' uitgebracht, zonder volledig ingevulde gegevens* Bureau BIBOB, Bureau BIBOB 24. Freuentie advies niet ontvankelijk* Bureau BIBOB 25. Freuentie ten onrechte advies 'geen gevaar'* Bestuursorgaan 26. Freuentie ten onrechte advies 'ernstig gevaar'* Bestuursorgaan 27. Freuentie advies naar de rechter, uitgesplitst naar vonnis (toekenning, afwijzing en redenen) 28. Freuentie aansprakelijk gesteld als gevolg van onrechtmatig advies (vonnis: schadeclaim gehonoreerd) 29. Freuentie claims bestuursorganen als gevolg van schending privacywetgeving (vonnis: schadeclaim gehonoreerd) 30. Freuentie Staat aansprakelijk gesteld door als gevolg van onrechtmatig advies (vonnis: schadeclaim gehonoreerd) 31. Freuentie informatie Wet BIBOB geleid tot aanzet strafvorderlijk onderzoek 32. Freuentie informatie Wet BIBOB geleid tot aanzet strafzaak (vonnis: BIBOB-informatie rechtmatig of onrechtmatig bewijs) OM, OM, OM, OM Bureau BIBOB, OM * Uitgesplitst naar vergunningen, subsidies, aanbestedingen, BIBOB-sectoren, periode, en categorie maart

15 BIJLAGE 2. ONDERZOEKSVERANTWOORDING Samenstelling van de te enuêteren doelgroep De elektronische enuête is uitgevoerd onder in beginsel alle overheden met bestuursorganen die bij de verlening van vergunningen of subsidies of het aanbesteden van overheidsopdrachten het instrumentarium van de Wet BIBOB kunnen toepassen. Dit betekent dat alle ministeries, provincies, gemeenten, waterschappen, politieregio s en product- en bedrijfsschappen een enuête hebben ontvangen. Niet aan alle zelfstandige bestuursorganen (ZBO s), maar aan een geselecteerde groep ZBO s is een enuête toegezonden. Reden hiervoor is dat in de eerste plaats het totaal aantal zbo s niet eact is vast te stellen. Zo bleek het aantal ZBO s in het zbo-register op te verschillen van het aantal ZBO s dat staat vermeld in de staatsalmanak en in het digitale adressenbestand van Daar komt bij dat er nogal wat ZBO-clusters zijn waarbinnen het aantal ZBO s van dag tot dag kan fluctueren (zoals erkende keuringsinstanties, eamencommissies en notarissen) en dat sommige ZBO s zijn opgaan in andere ZBO s (zo is de Pensioen- en verzekeringskamer gefuseerd met De Nederlandse Bank). Voor het opstellen van een lijst met te enuêteren ZBO s is het uitgangspunt gehanteerd dat in beginsel alle ZBO s die het instrumentarium van de Wet BIBOB kunnen toepassen een enuête moeten ontvangen. Tot deze lijst behoren in ieder geval alle ZBO s die zijn opgenomen in de lijst als bedoeld in artikel 2 jo. bijlage 2, Besluit BIBOB als aanbestedende dienst (tachtig stuks)en de ZBO s die een bevoegdheid tot vergunningverlening hebben waarop de Wet BI- BOB van toepassing is verklaard (alleen Stichting Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie). Tot deze lijst zouden idealiter ook behoren alle ZBO s die een bevoegdheid tot subsidieverlening hebben waarop de Wet BIBOB van toepassing is verklaard. Een overzicht hiervan is niet beschikbaar. In de praktijk is het voorts ondoenlijk om voor alle ZBO s te controleren of zij een subsidiebevoegdheid hebben en of daarop de Wet BIBOB van toepassing is verklaard. Om die reden zijn het digitale adressenbestand, het ZBO-register en de lijst als bedoeld in artikel 2 jo. bijlage 2, Besluit BIBOB met elkaar gecombineerd. Tevens is de Stichting Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie hieraan toegevoegd. Van deze lijst zijn verwijderd ZBO s en clusters van ZBO s waarvan zeker was dat deze niet onder de werking van de Wet BIBOB vallen (waaronder notarissen, deurwaarders en APK-keuringsstations). Dit resulteerde in een lijst met 220 ZBO s waaraan vervolgens is verzocht de enuête in te vullen. Omdat van een aantal ZBO s werd verwacht dat de Wet BIBOB niet op hen van toepassing was en het ondoenlijk was om deze ZBO s op voorhand uit de selectie te halen, is aan alle ZBO s gevraagd op voorhand aan te geven of de Wet BIBOB op hen van toepassing was. Van de 220 ZBO s hebben 72 ZBO s aangegeven dat de Wet BIBOB niet van toepassing is (zie ook hierna). Anders dan bij de nulmeting zijn de officieren van justitie die belast zijn met de uitvoering van de Wet BIBOB niet elektronisch geënuêteerd. Dit omdat de responsgraad tijdens de nulmeting te laag was en verwacht werd dat deze ook bij de éénmeting te laag zou zijn. In plaats daarvan is een aantal interviews gehouden met officieren van justitie maart

16 Benadering van de te enuêteren bestuursorganen De te enuêteren bestuursorganen hebben twee brieven ontvangen. Ten eerste een brief ondertekend namens de minister van Justitie waarin de aanleiding en achtergrond van dit onderzoek werden geschetst. Daarbij is een tweede brief van Berenschot gevoegd waarin werd uitgelegd hoe de evaluatie van de Wet BIBOB zou worden uitgevoerd en hoe men kon deelnemen aan dit onderzoek. 15 Alle bestuursorganen ontvingen een unieke gebruikersnaam en wachtwoord, die vermeld stond in de brief van Berenschot. Door naar de website te gaan, gebruikersnaam en wachtwoord in te voeren, kwam men rechtstreeks bij de digitale vragenlijst uit. Op het scherm vond men verdere instructies zodat men de vragenlijst meteen kon invullen. Responsperiode Op 15 juni 2006 zijn de brieven naar alle bestuursorganen verstuurd. De responstijd voor de digitale enuête werd aanvankelijk vastgesteld op drie weken (deadline 7 juli 2006). Gedurende de responstijd konden de respondenten contact opnemen met Berenschot voor vragen en opmerkingen. Rappelacties Halverwege de responsperiode, op 30 juni 2006 zijn de rappelbrieven verstuurd naar alle bestuursorganen die de vragenlijst nog niet hadden ingevuld. Tevens is toen besloten om de deelnemers meer tijd te geven om de vragenlijst in te vullen (nieuwe deadline 21 juli 2006). Dit is ook gecommuniceerd in de rappelbrieven. Omdat op enkele onderdelen (met name de ZBO s en een aantal provincies) de respons nog steeds tegenviel is besloten om ook telefonisch na te bellen. Dit is gebeurd in de periode 13 t/m 20 juli Tevens heeft de voorzitter van de begeleidingscommissie de ministeries die nog niet gereageerd hadden, benaderd met het verzoek de vragenlijst alsnog in te vullen. De deadline is ook nog iets naar achteren geschoven en is uiteindelijk vastgesteld op 25 juli RESPONS EN REPRESENTATIVITEIT Totale respons In totaal heeft een ruime meerderheid, namelijk ruim 50% van de respondenten, gereageerd. Dit komt neer op 347 bestuursorganen. In vergelijking met de nulmeting is dit een mooie progressie. Toen bedroeg de totale respons 44%. De afzonderlijke categorieën bestuursorganen hebben allen een respons van 28% of hoger. De volgende tabel geeft per type de totale omvang van de onderzoekspopulatie en de respons weer. 15 De ZBO s hebben naast deze twee brieven tevens een antwoordfa ontvangen. Gevraagd is om deze in te vullen en te faen (inclusief toelichting) of anders te mailen indien de Wet BIBOB niet op de betreffende organisatie van toepassing was. Tevens is aan het begin van de vragenlijst een vraag opgenomen of de Wet BIBOB van toepassing is indien het aangaf een ZBO te zijn maart

17 Bestuursorgaan Verzonden vragenlijsten (= totale populatie) Beantwoorde vragenlijsten (= responspopulatie) Responspercentage 2006 Responspercentage 2003 Ontvangen vragenlijsten Ministeries % 77% 10 Provincies % 75% 9 Gemeenten % 40% 197 Waterschappen % 55% 31 Politieregio's % 73% 19 ZBO's % 46% 37 PBO's % 45% 13 Overig TOTAAL % 44% 325 Te zien is dat bij de provincies en de waterschappen het responspercentage relatief hoog is (83% respectievelijk 74%). Het responspercentage bedraagt 50% of hoger, met uitzondering van de ZBO s, ondanks de nabelactie die voor deze groep is uitgevoerd. Veel ZBO s gaven tijdens de nabelactie aan dat zij niets (of weinig) met BIBOB van doen hebben en dat deze vragenlijst daarom lastig in te vullen is. Verdeling binnen responspopulatie versus totaalpopulatie Voor de achtergrondkenmerken, inwoneraantal en provincie (de laatste twee kenmerken alleen voor de gemeenten) is onderzocht hoe de verdeling over de verschillende categorieën eruit ziet binnen de responspopulatie en binnen de totale populatie. 16 In 2003 is de enuête schriftelijk uitgevoerd en werden de ingevulde vragenlijst naar het onderzoeksbureau terug te zenden. Daarom wordt in deze kolom gesproken van ontvangen vragenlijsten. 17 De ZBO's die via of antwoordfa aan hebben gegeven dat de Wet BIBOB niet op hun organisatie van toepassing is (n=72), zijn niet opgenomen in dit responsoverzicht. 18 In 2002 maakten 20 officieren van justitie ook deel uit van de onderzoekspopulatie. Omdat de respons te laag was (slechts 7 van de 20) en in 2006 een zelfde respons werd verwacht is besloten de officieren van justitie niet via de elektronische enuête te bevragen. Van deze 9 maken ook 2 ontvangen vragenlijsten uit die niet zijn ingevuld maart

18 In de volgende tabel is de verdeling binnen de responspopulatie en de totaalpopulatie voor gemeenten afgezet naar het inwonertal (zie volgende pagina). Aantal inwoners Respons Verdeling binnen populatie populatie Responspopulatie Minder dan inwoners 9 5 2% 2% inwoners % 9% inwoners % 28% inwoners % 41% inwoners % 11% Meer dan inwoners % 9% Niet ingevuld 2 0% 1% % 100% Als we kijken naar het aantal inwoners dan kunnen we concluderen dat de verdeling over de verschillende grootteklassen geen grote verschillen laat zien. In de volgende tabel is de verdeling binnen de totaalpopulatie en de responspopulatie afgezet per provincie: Provincie Respons Verdeling binnen populatie populatie Responspopulatie Friesland % 4% Groningen % 6% Drenthe % 2% Overijssel % 7% Gelderland % 13% Flevoland 6 4 1% 2% Utrecht % 7% Noord-Holland % 12% Zuid-Holland % 18% Zeeland % 3% Noord-Brabant % 15% Limburg % 10% Niet ingevuld 2 0% 1% % 100% Ook voor wat betreft de verdeling van de gemeenten naar provincie zijn geen grote verschillen te zien tussen de totaalpopulatie en de responspopulatie maart

19 In de volgende tabel is de verdeling binnen de totaalpopulatie en de responspopulatie per weergegeven. Bestuursorgaan Totale populatie Respons Verdeling binnen populatie populatie Responspopulatie Ministeries % 2% Provincies % 3% Gemeenten % 70% Waterschappen % 6% Politieregio's % 5% ZBO's % 12% PBO's % 2% % 100% Ten slotte is ook bij de bestuursorganen gekeken naar de verdeling binnen de totaalpopulatie versus de responspopulatie. Het grootste verschil is te zien bij de ZBO s. Binnen de totaalpopulatie is hun aandeel 21%, terwijl deze binnen de responspopulatie slechts 12% bedraagt. Conclusie representativiteit Op basis van enerzijds de goede responsaantallen- en percentages en anderzijds de (in de meeste gevallen) relatief kleine verschillen tussen de totaalpopulatie en de responspopulatie mogen we de conclusie trekken dat de onderzoeksresultaten representatief zijn voor de totale populatie. Omdat het bij de 0-meting in 2002 eveneens ging om een goed representatief onderzoek kunnen we daarmee de conclusie trekken dat de onderzoeksresultaten van de 1- meting vergeleken kunnen worden met die van de 0-meting. 19 In totaal hebben 220 ZBO s een vragenlijst ontvangen. 72 ZBO s hebben de Wet BIBOB niet op hen van toepassing is. Aldus bestond de totale populatie van ZBO s uit 148 stuks; 42 daarvan hebben een vragenlijst ingevuld maart

20 RESPONDENTEN Achtergrond van respondenten Aan het einde van de vragenlijst hebben de respondenten hun functie ingevuld. Onderstaande tabel geeft per de meest voorkomende functionarissen weer die de vragenlijst hebben ingevuld. TABEL 4.3: Bestuursorgaan Ministerie Provincie Gemeente Waterschap Politieregio ZBO PBO FUNCTIES VAN RESPONDENTEN PER BESTUURSORGAAN Functie respondenten Jurist/juridisch beleidsmedewerker Beleidscoördinator Jurist/juridisch beleidsmedewerker Medewerker Bezwaar en Beroep Juridisch beleidsmedewerker Gemeentesecretaris Coördinator Wet BIBOB Juridisch adviseur Hoofd afdeling Vergunningen Hoofd afdeling Juridische Zaken Projectcoördinator Implementatie Wet BIBOB Controller Beveiliging (Adjunct-)directeur Jurist / Juridisch adviseur Manager Intern toezicht en verantwoording Jurist/Juridisch medewerker (Adjunct-)directeur maart

21 BIJLAGE 3. BEGELEIDENDE BRIEF ENQUÊTE EVALUATIE WET BIBOB T.a.v. «tav_» «postbus» «postcode» «plaats» Datum 9 juni 2006 Onderwerp Evaluatie Wet BIBOB Ons kenmerk MeH Uw kenmerk Geachte, In deze brief wordt uitgelegd hoe de evaluatie van de Wet BIBOB wordt uitgevoerd en hoe u kunt deelnemen aan dit onderzoek. Digitale vragenlijst BIBOB Ten behoeve van de evaluatie is een digitale vragenlijst opgesteld. Alle bestuursorganen in Nederland waarop de Wet BIBOB van toepassing is, ontvangen een vragenlijst. 20 Berenschot zal strikt vertrouwelijk met de door u verstrekte informatie omgaan. De resultaten van het onderzoek worden geanonimiseerd en in de rapportage worden geen tot individuele bestuursorganen herleidbare uitspraken gedaan. Het invullen van de digitale vragenlijst zal ongeveer 30 minuten in beslag nemen. Het is mogelijk het invullen van de vragenlijst te onderbreken. Als u vervolgens opnieuw inlogt, dan wordt u direct doorgelinkt naar de pagina waarop u was gebleven. Hieronder volgen de aanwijzingen om bij de digitale vragenlijst te komen. Bewaar deze brief goed, want hierop staan uw unieke gebruikersnaam en wachtwoord vermeld! 20 Indien uw organisatie een ZBO is, kan het zijn dat uw organisatie deze brief ontvangt, terwijl de Wet BIBOB niet op uw organisatie van toepassing is. Wij verzoeken u in dat geval de bijgevoegde antwoordkaart te retourneren of een te sturen aan mcd@berenschot.com maart

22 U krijgt op de volgende manier toegang tot de digitale vragenlijst: 1. Ga naar internet en typ het volgende internet-adres in: 2. U komt dan in een scherm met daarop twee invulvelden: gebruikersnaam en wachtwoord 3. Vul vervolgens uw persoonlijke gebruikersnaam en wachtwoord in: Gebruikersnaam: Wachtwoord: «Gebruikersnaam» «Wachtwoord» 4. Let bij het invoeren van het wachtwoord op de grote en kleine letters! Die moet u precies zo overnemen, anders krijgt u een melding dat de gebruikersnaam of het wachtwoord niet goed is. Denk eraan dat een 0 altijd staat voor het cijfer Als u zich aangemeld heeft komt u automatisch bij de digitale vragenlijst terecht en kunt u beginnen met invullen. Verdere instructies vindt u op de eerste pagina s van de vragenlijst. 6. Veel succes! U heeft tot vrijdag 7 juli de tijd om de digitale vragenlijst in te vullen. De resultaten van het onderzoek worden in oktober 2006 verwacht. Wanneer u uw adres aan het eind van de enuête achterlaat, wordt de rapportage digitaal aan u toegezonden. Indien u vragen of opmerkingen over het onderzoek heeft, kunt u terecht bij mevrouw M.C. van Dongen van Berenschot. Zij is bereikbaar via mcd@berenschot.com. Wij stellen het zeer op prijs als u deze vragenlijst wilt invullen en willen u bij voorbaat hartelijk bedanken voor uw medewerking. Met vriendelijke groet, BERENSCHOT BV drs. M.E. Hulshof MMC Bijlage. Antwoordkaart zelfstandige bestuursorganen maart

23 BIJLAGE 4. RAPPELBRIEF ENQUÊTE EVALUATIE WET BIBOB T.a.v. «tav_» «postbus» «postcode» «plaats» Datum 30 juni 2006 Onderwerp Evaluatie Wet BIBOB Ons kenmerk MeH Reminder Uw kenmerk Geachte, Twee weken geleden heeft u van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en het Ministerie van Justitie een brief ontvangen met hierin het verzoek om mee te werken aan het onderzoek Evaluatie van de Wet BIBOB. Het gaat om de evaluatie van de doeltreffendheid van de wet en van de positieve en negatieve ervaringen van bestuursorganen met de wet en de adviezen van het Bureau BIBOB. Tevens was een brief van Berenschot bijgevoegd met daarin uitgelegd hoe u toegang krijgt tot de digitale vragenlijst. Er zijn al veel bestuursorganen die de vragenlijst hebben ingevuld. Echter, om betrouwbare uitspraken te kunnen doen hebben we nog meer ingevulde vragenlijsten nodig. Om iedereen optimaal de gelegenheid te geven om de vragenlijst in te kunnen vullen hebben we de looptijd van het onderzoek verlengd tot vrijdag 21 juli a.s. Aangezien de vragenlijsten anoniem worden ingevuld en verwerkt, kan het zijn dat u deze brief ontvangt terwijl u de vragenlijst al heeft ingevuld. In dat geval willen wij u hartelijk danken voor uw medewerking en kunt u deze brief als niet verzonden beschouwen. Hier volgen nogmaals de instructies om bij de digitale vragenlijst te komen: 1. Ga naar internet en typ het volgende internet-adres in: 2. Vul vervolgens uw persoonlijke gebruikersnaam en wachtwoord in: Gebruikersnaam: Wachtwoord: «Gebruikersnaam» «Wachtwoord» 3. Let bij het invoeren van het wachtwoord op de grote en kleine letters! Denk eraan dat een 0 altijd staat voor het cijfer U komt nu automatisch bij de digitale vragenlijst terecht. Veel succes met invullen! maart

24 Indien u vragen of opmerkingen over het onderzoek heeft, kunt u terecht bij mevrouw M.C. van Dongen van Berenschot. Zij is bereikbaar via mvd@berenschot.com. Wij stellen het zeer op prijs als u de vragenlijst wilt invullen en willen u bij voorbaat hartelijk danken voor uw medewerking. Met vriendelijke groet, BERENSCHOT BV drs. M.E. Hulshof MMC maart

25 BIJLAGE 5. VRAGENLIJST ENQUETE EVALUATIE WET BIBOB I. ACHTERGRONDGEGEVENS A. Wat voor type is uw organisatie? Ministerie (ga door naar vraag E) Provincie (ga door naar vraag E) Gemeente (ga door naar vraag C) Waterschap (ga door naar vraag D) Politieregio (ga door naar vraag D) Zelfstandig (ga door naar vraag B) (ga door naar vraag D) B. Uw organisatie is een zelfstandig. Is de Wet BIBOB op uw organisatie van toepassing? Ja (ga door naar vraag D) Nee (dan is deze vragenlijst niet voor uw organisatie van toepassing, u verlaat de vragenlijst) C. Indien uw organisatie een gemeente is, hoeveel inwoners telt uw gemeente? Minder dan inwoners inwoners inwoners inwoners inwoners Meer dan inwoners D. In welke provincie is uw organisatie gevestigd? Friesland Groningen Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg E. Is uw organisatie een aanbestedende dienst? Ja Nee (ga door naar vraag G) maart

26 F. Voor welke sectoren is uw organisatie een aanbestedende dienst? (meerdere antwoorden mogelijk) Milieu ICT Bouw Anders G. Verleent uw organisatie vergunningen en ontheffingen? Ja Nee (ga door naar vraag I) H. Voor welke sectoren verleent uw organisatie vergunningen of ontheffingen? (meerdere antwoorden mogelijk) Transport (personen- en goederenvervoer) Bouw Milieu Natte en droge horeca Speelautomatenhallen Seksinrichtingen Coffeeshops, growshops en smartshops Opiumverloven Verkoop onroerend goed door woningcorporaties Anders I. Verstrekt uw organisatie subsidies? Ja (ga naar vraag J) Nee (ga naar vraag 1) J. Is de Wet BIBOB van toepassing verklaard op een of meer door uw organisatie uit te voeren subsidieregelingen? Ja, wij hebben dat gedaan (ga door naar vraag K) Ja, wij zijn zeker van plan dat te doen (ga door naar vraag 1) Ja, wij zijn waarschijnlijk van plan dat te doen (ga door naar vraag 1) Ja, dat is in de wet of in een algemene maatregel van bestuur bepaald (ga door naar vraag 1) Nee, wij zijn niet van plan dat te doen (ga door naar vraag 1) Weet niet (ga door naar vraag 1) Niet van toepassing (ga door naar vraag 1) K. Op hoeveel subsidieregelingen heeft uw organisatie de Wet BIBOB van toepassing verklaard sinds de invoering van de Wet (1 juni 2003)?. Ga door naar vraag maart

27 II. BEKENDHEID MET EN MEERWAARDE VAN DE WET BIBOB Helemaal mee oneens Niet mee eens/ niet mee oneens Mee eens Mee oneens Helemaal mee eens Weet niet/ Niet van toepassing 1 Bestuurders binnen mijn organisatie zijn op de hoogte van het bestaan van de Wet BIBOB. 2 Functionarissen die binnen onze organisatie verantwoordelijk zijn voor het verlenen van subsidies, vergunningen of het aanbesteden van overheidsopdrachten zijn op de hoogte van het bestaan van de Wet BIBOB. 3 De gevolgen die de Wet BIBOB in onze organisatie met zich meebrengt, zijn duidelijk. 4 Binnen onze organisatie bestaat voldoende duidelijkheid over de rol en taken van Bureau BIBOB van het Ministerie van Justitie. 5 Voor de toepassing van de Wet BIBOB is mijn organisatie afhankelijk van bureau BIBOB 6 Onze organisatie heeft voldoende zicht op de belasting die de Wet BIBOB in onze organisatie met zich meebrengt. 7 De inhoud van de Wet BIBOB is mijn organisatie duidelijk. 8 De verhouding tussen de Wet BIBOB en andere wet- en regelgeving is mijn organisatie duidelijk. 9 Mijn organisatie is tevreden over de kwaliteit van het voorlichtingsmateriaal over de Wet BIBOB. 10 Er is voldoende voorlichtingsmateriaal over de Wet BIBOB beschikbaar. 11 De voorlichtingsbijeenkomsten van Bureau BI- BOB zijn nuttig en verhelderend geweest. 12 Binnen mijn organisatie is er voldoende deskundigheid om goed te kunnen werken met de Wet BIBOB. 13 Binnen onze organisatie is steeds meer aandacht voor integriteit van het openbaar bestuur en het voorkomen en tegengaan van facilitering van criminele activiteiten. 14 Onze organisatie heeft in het verleden te maken gehad met ongewilde facilitering van criminele activiteiten. 15 De Wet BIBOB biedt een goede mogelijkheid om facilitering van criminele activiteiten tegen te gaan of te voorkomen maart

28 16 De Wet BIBOB zorgt er in onze organisatie voor dat steeds meer aandacht wordt besteed aan het tegengaan van facilitering van criminele activiteiten. 17 Sinds de invoering van de Wet BIBOB zijn de procedures voor vergunningverlening, subsidieverlening of aanbesteding van een overheidsopdracht langer geworden in het geval dat een BIBOB-advies wordt aangevraagd. 18 Sinds de invoering van de Wet BIBOB zijn de procedures voor vergunningverlening, subsidieverlening of aanbesteding van een overheidsopdracht langer geworden ook als geen BIBOB-advies wordt aangevraagd. 19 De Wet BIBOB heeft voor onze organisatie zeker meerwaarde. 20 De Wet BIBOB is voor onze organisatie overbodig, omdat het instrumentarium buiten de Wet BIBOB om reeds voldoet. Helemaal mee oneens Niet mee eens/ niet mee oneens Mee eens Mee oneens Helemaal mee eens Weet niet/ Niet van toepassing maart

29 III. DE WET BIBOB Helemaal mee oneens Mee oneens Niet mee eens/niet mee oneens Mee eens Helemaal mee eens Weet niet/ Niet van toepas-sing 21 Binnen mijn organisatie bestaat er bestuurlijk draagvlak om met de Wet BIBOB te werken. 22 De Wet BIBOB heeft in onze organisatie bij vergunningverlening voldoende prioriteit. 23 De Wet BIBOB heeft in onze organisatie bij subsidieverstrekking voldoende prioriteit. 24 De Wet BIBOB heeft in onze organisatie bij aanbestedingen voldoende prioriteit. 25 Binnen mijn organisatie is voldoende personele capaciteit om goed met de Wet BIBOB te kunnen werken. 26 Binnen mijn organisatie is voldoende financiële capaciteit om goed met de Wet BIBOB te kunnen werken. 27 Onze organisatie is goed toegerust op het omgaan met privacygevoelige informatie die wij op grond van de Wet BIBOB verkrijgen. 27.a Heeft uw organisatie de ervaring dat er van de Wet BIBOB een preventieve werking uitgaat, in de zin dat procedures voor vergunningen, subsidies of aanbesteding van overheidsopdrachten op initiatief van (vermoedelijk malafide) aanvragers of deelnemers worden stopgezet? nee, de organisatie ervaart geen preventieve werking (ga naar vraag 28) ja, de organisatie ervaart een preventieve werking (ga naar vraag 27b) weet niet (ga naar vraag 28) niet van toepassing: onze organisatie past de Wet BIBOB niet toe (ga naar vraag 28) 27.b Hoe vaak is het stopzetten van de procedure op iniatief van de aanvrager/deelnemer voorgekomen voorgekomen sinds de invoering van de Wet BIBOB (juni 2003)?..[aantal] maart

30 28. Is uw organisatie bekend met de handreiking en het voorlichtingsmateriaal van Bureau BIBOB voor het opstellen van een beleidslijn voor het gebruik van de Wet BIBOB binnen uw organisatie? Ja Nee 29. Heeft uw organisatie in het kader van Wet BIBOB een beleidslijn opgesteld, waarin wordt beschreven in welke gevallen binnen uw organisatie een BIBOB-advies dient te worden aangevraagd? Ja, wij hebben deze reeds opgesteld (ga naar vraag 30) Ja, wij zijn daar momenteel mee bezig (ga naar vraag 30) Ja, wij zijn van plan om deze op te stellen (ga naar vraag 30) Nee, wij zijn dat niet van plan (ga naar vraag 32) 30. Wanneer heeft (verwacht) uw organisatie deze BIBOB-beleidslijn vastgesteld (vast te stellen)? (Maand/jaar) 31. Voor welke beleidsterreinen heeft uw organisatie reeds beleid ontwikkeld of wordt beleid ontwikkeld? (meerdere antwoorden mogelijk) Transport (personen- en goederenvervoer) Bouw Milieu Natte en droge horeca Speelautomatenhallen Seksinrichtingen Coffeeshops growshops en smartshops Opiumverloven Verkoop onroerend goed door woningcorporaties Subsidies Aanbestedingen Anders, namelijk 32. Heeft uw organisatie sinds de invoering van de Wet BIBOB (1 juni 2003) reeds in een of meerdere gevallen gebruik gemaakt van de instrumenten die de Wet BIBOB biedt? Ja (ga naar vraag 33) Nee (ga naar vraag 34) 33. Wanneer heeft uw organisatie voor het eerst gebruik gemaakt van de instrumenten die de Wet BIBOB biedt? (Maand/jaar) (ga naar vraag 35) maart