De officiële Special Olympics sportreglementen zijn geldig voor alle Special Olympics

Transcriptie

1 Special Olympics Roei reglement (versie 2013) Roeien De officiële Special Olympics sportreglementen zijn geldig voor alle Special Olympics roeiwedstrijden. Special Olympics heeft deze reglementen gebaseerd op de reglementen van de nationale sportbond (KNRB). De nationale wedstrijden mogen uitgevoerd worden middels de eigen nationale reglementen, tenzij deze in strijd zijn met de Special Olympics reglementen. In dat geval is het officiële Special Olympics reglement van kracht. A Officiële onderdelen 1. Heren C2X+ 2. Heren Wherrie2X+ 3. Dames C2X+ 4. Dames Wherrie2X+ 5. Mixed C2X+ 6. Mixed Wherrie2X+ 7. Unified Sports Heren C2X+ 8. Unified Sports Heren Wherrie2X+ 9. Unified Sports Dames C2X+ 10. Unified Sports Dames Wherrie2X+ 11. Unified Sports Mixed C2X+ 12. Unified Sports Mixed Wherrie2X+ Bij een klein aantal deelnemers kan er besloten worden om verschillende onderdelen bij elkaar te zetten. Er zijn dan minimaal 2 onderdelen: 1. Unified Sports 2. Non- Unified Sports A1 Unified Sports 1. Een Unified Sports team bestaat uit een sporter en een partner. 2. Elk team mag zelf de positie bepalen waar de sporter gaat zitten en waar de partner. Special Olympics Roei reglement (versie 2013) Pagina 1

2 A2 Afstanden 1. Divisioning-ronde en finales worden gestart over een afstand van 500 meter over een twee ploegenbaan. A3 Divisioning 1. De ploegen worden ingedeeld in verschillende divisies volgens de 15%-regeling, hierbij wordt gekeken naar de inschrijftijd die van te voren is ingediend door de coach. 2. Een coach kan na de finale-indeling een verzoek tot overplaatsing naar een hogere divisie indienen. Dit dient hij/zij te doen binnen een half uur na de uitslag van de voorrondes. A4 Stuurlieden 1. Een stuur maakt deel uit van de ploeg. Hij hoeft niet van hetzelfde geslacht te zijn als de rest van de ploeg. 2. Een stuur dient op de dag van de wedstrijd minimaal 18 jaar te zijn. 3. Een stuur mag geen verstandelijke handicap hebben. B Faciliteiten 1. De wedstrijdbaan van start tot finish is 500 m. Bij de Nationale Spelen 2012 wordt hiervan afgeweken en wordt er geroeid over een afstand van 400 m. 2. De wedstrijdbaan wordt zo mogelijk in een rechte lijn uitgezet. 3. Indien in de wedstrijdbaan bochten aanwezig zijn, worden daarin merktekens geplaatst, zodanig dat ieder deelnemend vaartuig van de startlijn tot de lijn van aankomst een gelijke afstand heeft af te leggen. 4. De breedte van het voor ieder vaartuig beschikbare vaarwater over de gehele lengte van de baan is ten minste 12,5 meter. 5. De buitenbegrenzingen van de wedstrijdbaan worden door duidelijk zichtbare tekens aangeduid. 6. Bij starts vanuit stilstand dient een duidelijk zichtbaar merkteken het einde van de eerste 100 meter van de wedstrijdbaan (startgebied) aan te geven. 7. Er dient op iedere 100 meter duidelijk te zijn aangegeven, hoeveel meters zijn afgelegd. Special Olympics Roei reglement (versie 2013) Pagina 2

3 8. Boei 1 bevindt zich in beginsel aan de bakboordzijde van de wedstrijdbaan. 9. Start en finishlijn dienen duidelijk te zijn aangegeven. 10. Een geluidssignaal, dat hoorbaar moet zijn voor alle ploegen, moet het overschrijden van de aankomstlijn voor elke ploeg aangeven. C Benodigdheden C1 De boot 1. Alle vaartuigen moeten voorzien zijn van een witte bal met een diameter van tenminste 4 cm, vervaardigd van massief rubber of soortgelijk materiaal en voorzien van een aangegoten rubber schede, die de punt van de voorsteven afdoende omvat. Indien de voorsteven zodanig is geconstrueerd, dat dezelfde bescherming en zichtbaarheid (wit) als door de bal wordt geboden aanwezig is, is het voorgaande niet van toepassing. 2. De vaartuigen dienen uitgerust te zijn met een voetenbord of schoenen van een zodanige constructie, dat de roeiers onmiddellijk los kunnen komen van de boot zonder hun handen te gebruiken. 3. De opening van de stuurplaats moet tenminste 70 cm lang zijn en over een lengte van tenminste 50 cm even breed zijn als de boot. Het binnenoppervlak moet glad zijn en geen enkele belemmerende constructie bevatten die de stuurplaats verkleint. 4. De lengte L wordt gemeten van het voorste punt van de boeg tot het achterste punt van de achtersteven en is ten hoogste 920 cm. 5. De breedte B is de grootste breedte buitenwerks, gemeten direct op de bovenkant van de boorden en is ten minste 72 cm. 6. De breedte op de waterlijn (Bwl) is de breedte buitenwerks, gemeten op 12,5 cm boven het diepste punt van de aansnijding tussen de kiel en de buitenkant van de zandstrook en is tenminste 65 cm. 7. De holte H is de kortste afstand van de huid naast de kiel binnenwerks tot aan de lijn, die de bovenkant van de boorden verbindt. Als bovenkant van het boord wordt beschouwd de vloeiende doorlopende lijn van voor en achtersteven en is tenminste 33 cm. 8. Onder het gewicht wordt verstaan het gewicht zonder riemen en zonder vloerplanken, deze is tenminste 52 kg. Special Olympics Roei reglement (versie 2013) Pagina 3

4 9. Als er geen veld is uitgeschreven voor een Wherrie2X+, mag hier wel in worden gestart maar zal hier geen compensatietijd voor gegeven worden. C2 De riemen 1. Het blad van de riem moet voorzien zijn van de kleuren van de vereniging waar de ploeg voor uit komt. 2. Bij combinatieploegen moeten de riemen zijn voorzien van de kleuren van één of meer in de combinatie betrokken verenigingen. 3. Het hoofd van de jury kan voor een evenement toestemming verlenen tot het varen met riemen voorzien van andere kleuren. 4. De kanten van alle riembladen moeten over hun gehele omtrek de volgende minimale dikte hebben: voor boordriemen: 5 mm; voor scullriemen 3 mm. Deze dikte wordt gemeten op 3 mm van de kant van een boordriem en op 2 mm van de kant van een scullriem. C3 Kleding 1. De roeiers horen uniforme verenigingskleding te dragen. 2. Bij het dragen van hoofddeksels horen deze ook uniform te zijn. 3. De Unified sporters moet herkenbaar zijn, hier zorgt de wedstrijdorganisatie voor. C4 Veiligheid 1. Reddingsvesten zijn niet verplicht om te dragen maar worden wel aangeraden te dragen als de wedstrijdbaan dieper is dan 1 meter. De coach is verantwoordelijk voor de keuze hierin. 2. Er is een veiligheidsplan aanwezig. 3. Er is een boot voor de reddingsbrigade aanwezig. 4. Er is een EHBO-post aanwezig. 5. Zie A4.3. C5 Kamprechters 1. 2 Kamprechters staan bij de start. Special Olympics Roei reglement (versie 2013) Pagina 4

5 2. Minimaal 1 Kamprechter staat bij de finish. 3. Een van de Kamprechters wordt benoemd tot hoofdkamprechter. C6 Tijdwaarneming 1. De voorkeur wordt gegeven aan een elektronisch waarnemingsysteem met een back-up klokker bij de start en twee back-up klokkers bij de finish. 2. Als er geen elektronisch waarnemingssysteem beschikbaar is moeten er 2 klokkers bij de start en 2 klokkers bij de finish zijn. D Wedstrijdreglement D1 Stuurliedenoverleg 1. Iedere ploeg stuurt zijn stuurman/vrouw naar het stuurliedenoverleg. 2. Het stuurlieden wordt gegeven door de hoofd van de jury. 3. In het overleg worden de volgende onderdelen besproken: De baankaart Startprocedure Veiligheid D2 Divisioning-ronde D2.1 Regionale Spelen en Nationale evenementen 1. Ploegen starten ieder 1 maal. 2. De wedstrijdleiding zal naar aanleiding van de gevaren tijden een indeling maken voor de verschillende divisies. D2.2 Nationale Spelen 1. Ploegen starten ieder 2 maal. 2. De wedstrijdleiding zal naar aanleiding van de snelste tijd van iedere ploeg een indeling maken voor de verschillende divisies. D3 Finale-ronde D3.1 Regionale Spelen en Nationale evenementen Special Olympics Roei reglement (versie 2013) Pagina 5

6 1. Ploegen starten ieder 1 maal. D3.2 Nationale Spelen 1. Ploegen starten ieder 2 maal. 2. De snelste tijd van iedere ploeg telt. D4 Startgebied 1. Een ploeg mag alleen in het startgebied - de eerste 100 m van de wedstrijdbaan - komen wanneer dit vrij is voor de race waarin de ploeg zal starten. 2. De ploegen moeten zich twee minuten voor het in het programma aangegeven tijdstip vast op hun startplaatsen bevinden. Het startsein wordt gegeven zonder op laatkomers te wachten. 3. Aan een te laat verschenen ploeg kan een waarschuwing worden gegeven, indien zij alsnog tot de race wordt toegelaten. 4. Indien de starter of de kamprechter een onregelmatigheid binnen het startgebied vaststelt, moet hij de race staken. D5 De startprocedure 1. De starter volgt teneinde de ploegen weg te starten de volgende procedure: a. Bij starten met een vlag: De starter begint de startprocedure met het commando "Gereed!". Als er gealigneerd is noemt hij de namen van de ploegen in boeivolgorde. Na het noemen van de laatste ploeg geeft de starter het commando "Opgelet!" vervolgens heft de starter de startvlag. Na een duidelijke pauze start hij met het commando "AF!" en het tegelijkertijd zijwaarts omlaag zwaaien van de vlag. De startvlag is een rode vlag en kan voorzien zijn van een wit kruis vanuit de hoekpunten. b. Bij starten met een lichtinstallatie: Voorafgaande aan de startprocedure zijn alle lichten uitgeschakeld. De starter begint de startprocedure met het commando "Gereed!". Als er gealigneerd is noemt hij de namen van de ploegen in boeivolgorde. Na het noemen van de laatste ploeg geeft de starter het commando "Opgelet!". Vervolgens schakelt hij het rode licht in. Na een duidelijke pauze start Special Olympics Roei reglement (versie 2013) Pagina 6

7 hij door het indrukken van een knop waarmee tegelijkertijd het licht verandert van rood in groen en een geluidssignaal klinkt uit de luidsprekers. 2. In bijzondere omstandigheden kan de starter de verkorte procedure volgen. Hij moet de ploegen vooraf daarover informeren. Bij deze procedure wordt het noemen van de namen van de ploegen achterwege gelaten. 3. Indien buitenlandse ploegen deelnemen aan de race kan de starter besluiten het internationale startcommando te hanteren. D6 Valse start Iedere boot die de startlijn passeert nadat de starter de startvlag heeft geheven, dan wel het rode licht heeft ingeschakeld, en voordat de vlag begint te bewegen c.q. het groene licht is ingeschakeld, heeft een valse start veroorzaakt. D7 De Race 1. Elke ploeg heeft een afzonderlijke wedstrijdbaan en is zelf verantwoordelijk voor haar koersbepaling. 2. Een ploeg kan op eigen risico haar baan verlaten, mits zij daarmee geen van de andere ploegen in de race hindert of daaruit enig voordeel trekt. 3. Iedere ploeg die is gestart is gehouden de gehele baan op de voorgeschreven wijze met een wedstrijdhaal en in wedstrijdtempo af te roeien, behalve in geval van overmacht of met goedvinden van de kamprechter. D8 Aankomst 1. Een ploeg is aangekomen op het moment dat haar vaartuig de lijn van aankomst met zijn voorsteven passeert. 2. Indien een of meer roeiers in het water vallen, blijft de race geldig. Indien een ploeg zonder haar stuur aankomt, wordt deze ploeg geacht de baan niet te hebben afgeroeid. 3. Indien de commissie van aankomst vaststelt, dat een vaartuig de lijn van aankomst niet heeft gepasseerd, wordt de betrokken ploeg uitgesloten, behalve in geval van overmacht, ter Special Olympics Roei reglement (versie 2013) Pagina 7

8 beoordeling door de kamprechter. D9 Diskwalificatie 1. Diskwalificatie volgt bij twee waarschuwingen. 2. Diskwalificatie volgt als in de finale een tijd geroeid die een afwijking heeft van 10% in de voordeel van de ploeg op de tijden geroeid bij de divisioning (honest effort rule). De wedstrijdleiding kan beslissen om van deze regel af te wijken, door de percentages te verhogen of te verlagen. Special Olympics Roei reglement (versie 2013) Pagina 8