Agentschap Innoveren en Ondernemen - Structureel partnerschap met Dyzo vzw

Transcriptie

1 SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 378 van GÜLER TURAN datum: 8 maart 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Agentschap Innoveren en Ondernemen - Structureel partnerschap met Dyzo vzw In de conceptnota Ondernemerschap stimuleren via het vernieuwde Agentschap Innoveren en Ondernemen geeft de minister aan te willen inzetten op een aantal structurele partnerschappen. In oktober 2015 gingen de gesprekken van start met Dyzo vzw, Stichting O&O en Vlajo vzw om te komen tot een structurele overeenkomst voor een periode van vier jaar vanaf 1 januari Momenteel kunnen lokale besturen en hun OCMW s een samenwerking aangaan met Dyzo volgens twee formules: een jaarabonnement of een case-by-caseovereenkomst. In het eerste geval mag het OCMW alle zelfstandigen doorverwijzen naar Dyzo. In het tweede geval dient 100 euro betaald te worden voor een inkomensonderzoek en 250 euro voor een diepgaander sociaal-economisch (prefaillissement, pre-wco) onderzoek. Een pervers effect van een dergelijke case-by-casesamenwerking is dat OCMW s niet gemijn vragen aan de minister: 1. Kan de minister meer informatie geven over de structurele overeenkomsten? Wanneer worden deze gesloten? Hoeveel middelen krijgt elke organisatie, hoe worden ze toegekend en welke voorwaarden/modaliteiten zijn daaraan verbonden? 2. Dyzo heeft haar eerste werkingsjaar afgerond. Wanneer zal de evaluatie van de werking van Dyzo door het AIO plaatsvinden? 3. Graag een overzicht voor 2015, opgesplitst per provincie van: a) de OCMW s die een samenwerkingsovereenkomst afsloten met Dyzo, opgesplitst volgens jaarabonnement enerzijds en case-by-caseovereenkomst anderzijds; b) het totale aantal ondernemers dat gebruik maakte van dienstverlening door Dyzo; c) het aantal en percentage ondernemers dat via doorverwijzing door een OCMW gebruikmaakte van dienstverlening door Dyzo; d) het aantal en percentage ondernemers dat op eigen houtje de weg vond naar en gebruik maakte van dienstverlening door Dyzo. 4. Waarom is dienstverlening door Dyzo gratis wanneer een ondernemer in moeilijkheden op eigen initiatief aanklopt bij Dyzo, maar betalend wanneer hij/zij naar Dyzo wordt doorverwezen door een OCMW? Is de minister zich bewust van het 1 Mededeling aan de Vlaamse Regering betreffende de stand van zake van de implementatie van de conceptnota ondernemerschap, 23/10/2015.

2 perverse effect dat OCMW s niet geneigd zijn om door te verwijzen naar Dyzo, omdat ze hiervoor moeten betalen? Zullen OCMW s ook in de toekomst moeten betalen voor dienstverlening aan hun cliënten door Dyzo? 5. De projecten faillissementspreventie die de voormalig bevoegde minister, Kris Peeters, tijdens de vorige legislatuur lanceerde, werden in september 2015 allemaal afgerond. Is de evaluatie daarvan intussen gebeurd en wat waren daar de resultaten van?

3 PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT ANTWOORD op vraag nr. 378 van 8 maart 2016 van GÜLER TURAN 1. Het overleg met de structurele partners Dyzo vzw, Stichting O&O en Vlajo vzw is nog lopende. De opzet is om de werkingssubsidies voor het zomerreces van 2016 toe te kennen. Ik kan nog niet vooruitlopen op het resultaat van het overleg, maar de budgetten zullen vermoedelijk in lijn liggen met die van De doelstelling van de structurele overeenkomsten is zoals u weet vooral om met deze partners een strategie en werking af te spreken over een langere periode. name over een periode van vier jaar, zodat duidelijkere doelstellingen en organisatie-opbouw kunnen afgesproken worden. 2. Het officiële werkingsverslag over 2015 zal worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering van de vzw op 26 april Kort daarna zal het worden overgemaakt aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen, waarna een bespreking met Dyzo kan plaatsvinden en het saldo kan uitbetaald worden. Het spreekt evenwel vanzelf dat de prestaties uit 2015 worden meegenomen in het overleg voor de steun voor Op 31/12/2015 had Dyzo met 74 van de 308 OCMW s een globaal samenwerkingsakkoord, waarbij sommige OCMW s ook opteerden voor de organisatie van een maandelijkse door Dyzo. Onderstaande 13 OCMW s deden in 2015 één of meerdere keren een beroep op Dyzo via een vergoeding per dossier (samenwerking ad hoc): - OCMW Bever (Vlaams-); - OCMW Leuven (Vlaams-); - OCMW Rotselaar (Vlaams-); - OCMW Tielt-Winge (Vlaams-); - OCMW Dilsen-Stokkem (Limburg); - OCMW Beringen (Limburg); - OCMW Heusden-Zolder (Limburg); - OCMW Zonhoven (Limburg); - OCMW Willebroek (Antwerpen); - OCMW Hoogstraten (Antwerpen); - OCMW Kortrijk (West-); - OCMW Oudenaarde (Oost-). Het overzicht van de 74 OCMW s die een samenwerkingsakkoord afsloten vindt u onderstaand: Bornem Overeenkomst Antwerpen Duffel Overeenkomst Antwerpen Edegem Overeenkomst Antwerpen Heist-op-den-Berg Overeenkomst Antwerpen Herselt Overeenkomst Antwerpen

4 Lier Overeenkomst Antwerpen Mechelen Overeenkomst Antwerpen Puurs Overeenkomst Antwerpen Schilde Overeenkomst Antwerpen Sint-Katelijne- Waver Overeenkomst Antwerpen Genk Overeenkomst Limburg Sint-Truiden Overeenkomst Limburg Aalter Overeenkomst Oost- De Pinte Overeenkomst Oost- Geraardsbergen Overeenkomst Oost- Kruishoutem Overeenkomst Oost- Lochristi Overeenkomst Oost- Melle Overeenkomst Oost- Merelbeke Overeenkomst Oost- Ninove Overeenkomst Oost- Lubbeek Overeenkomst Vlaams- Merchtem Overeenkomst Vlaams- Ternat Overeenkomst Vlaams- Tienen Overeenkomst Vlaams- Vilvoorde Overeenkomst Vlaams- Wezembeek- Oppem Overeenkomst Vlaams- Zaventem Overeenkomst Vlaams- Ardooie Overeenkomst West- Avelgem Overeenkomst West- Beernem Overeenkomst West- Blankenberge Overeenkomst West- Bredene Overeenkomst West- Brugge Overeenkomst West-

5 Damme Overeenkomst West- De Haan Overeenkomst West- Deerlijk Overeenkomst West- Diksmuide Overeenkomst West- Gistel Overeenkomst West- Harelbeke Overeenkomst West- Hooglede Overeenkomst West- Houthulst Overeenkomst West- Ichtegem Overeenkomst West- Ieper Overeenkomst West- Ingelmunster Overeenkomst West- Izegem Overeenkomst West- Jabbeke Overeenkomst West- Knokke-Heist Overeenkomst West- Koekelare Overeenkomst West- Koksijde Overeenkomst West- Kortrijk Overeenkomst West- Kortemark Overeenkomst West- Kuurne Overeenkomst West- Langemark- Overeenkomst West- Poelkapelle Ledegem Overeenkomst West- Lo-Reninge Overeenkomst West- Menen Overeenkomst West- Meulebeke Overeenkomst West- Moorslede Overeenkomst West- Nieuwpoort Overeenkomst West- Oostende Overeenkomst West- Oostkamp Overeenkomst West-

6 Oostrozebeke Overeenkomst West- Oudenburg Overeenkomst West- Poperinge Overeenkomst West- Roeselare Overeenkomst West- Staden Overeenkomst West- Torhout Overeenkomst West- Vleteren Overeenkomst West- Wervik Overeenkomst West- Wevelgem Overeenkomst West- Wielsbeke Overeenkomst West- Wingene Overeenkomst West- Zedelgem Overeenkomst West- Zonnebeke Overeenkomst West- In 2015 registreerde Dyzo in totaal oproepen. 41 van die oproepen waren eigenlijk nog dossiers van 2014 (Efrem) die in 2015 verder begeleid werden door Dyzo en om praktische redenen (opvolging, ICT, ) geregistreerd werden in de databank. Zodoende had Dyzo eigenlijk nieuwe oproepen in 2015, wat gemiddeld 203 nieuwe oproepen per maand is. 906 van de oproepen waren doorverwijzingen door het OCMW (=37,19%). De andere groep (62,81%) vond zijn weg naar Dyzo via andere kanalen (boekhouder, website, ). 409 van de oproepen (=16,51%) werden aangevinkt als consulten, wat betekent dat Dyzo advies gaf aan een tussenpersoon (boekhouder, accountant, maatschappelijk werker, ) over de situatie van een ondernemer in moeilijkheden, zonder dat Dyzo rechtstreeks contact had met de ondernemer in moeilijkheden. Naast het adviseren en begeleiden van ondernemers in moeilijkheden vervult Dyzo dus ook zijn rol van kenniscentrum door allerlei intermediairen verder te helpen. 4. De basisbevoegdheid inzake het helpen van personen in nood ligt zoals u weet bij het OCMW. Artikel 1 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn bepaalt immers: Elke persoon heeft recht op maatschappelijke dienstverlening. In de vorige legislatuur heeft de toenmalig bevoegde minister voor economie terecht geoordeeld dat er bij de basisbevoegdheid van de OCMW s een aanvullend initiatief kon genomen worden vanuit het beleidsveld Economie. De toelage aan EFREM en Tussenstap werd destijds opgestart en opgenomen in het Vlaams Actieplan Armoedebestrijding. De samenwerking met de OCMW s is binnen Dyzo gekomen vanuit de ervaringen van EFREM. Deze samenwerking had een aantal positieve effecten, waardoor het Agentschap Innoveren en Ondernemen ervoor pleitte om ze te behouden. In eerste instantie bevestigt het de basisbevoegdheid van de OCMW s, maar biedt het

7 samenwerkingsakkoord aan de OCMW s de kans om rond de problematiek van deze groep van personen samen te werken met een instantie die er specifieke kennis rond opgebouwd heeft. In die zin biedt het de kans aan de OCMW s om een deel van het werk uit te besteden aan een bekwame partij. Voor EFREM destijds, vandaag voor Dyzo, biedt het ook de kans om bijkomende inkomsten te verwerven, waardoor er bijkomende menskracht kan aangeworven worden en ingezet specifiek voor de samenwerking met de OCMW s. Zoals u weet is Dyzo een zuiver privaat initiatief dat wel door ons gesubsidieerd wordt, maar zoals alle private initiatieven die gesubsidieerd worden, moet ook Dyzo eigen inkomsten verwerven. Of de huidige vorm van samenwerken met de OCMW s de juiste is, zal natuurlijk door Dyzo moeten geëvalueerd worden. Onze structurele partners krijgen ook veel autonomie in de wijze waarop ze hun taken opnemen en uitrollen, zolang de doelstellingen bereikt worden. Dyzo biedt OCMW s de mogelijkheid te kiezen hoe ze de (ex-)zelfstandigen op hun grondgebied verder helpen. Bepaalde OCMW s kiezen er voor om geen samenwerkingsakkoord af te sluiten met Dyzo en helpen de (ex-) zelfstandigen van hun grondgebied zelf verder. Ook die OCMW s kunnen wel degelijk informatie inwinnen bij Dyzo zonder dat ze daarvoor hoeven te betalen. Andere OCMW s kiezen er voor om een formeel samenwerkingsakkoord aan te gaan met Dyzo. Zo betalen ze voor een bijkomende dienstverlening (inkomstenonderzoeken, ondersteuning bij het bekomen van wettelijke voorzieningen en uitkeringen, ) die tot hun wettelijke opdracht behoort, maar waarvan het OCMW oordeelt dat hun kennisniveau te kort schiet om het autonoom tot een goed einde te brengen. OCMW s die een samenwerkingsakkoord aangaan met Dyzo kunnen dat doen hetzij via een globaal samenwerkingsakkoord (een forfaitair bedrag op jaarbasis, afhankelijk van het feit of er al dan niet wordt aangeboden), hetzij via een vergoeding per dossier. Dyzo vraagt deze vergoeding om de extra werkdruk, die uit deze samenwerkingsakkoorden voortvloeit, op te kunnen vangen. Er is dus geen pervers of ontradend effect. De 308 OCMW s in hebben wel een verschillende visie hoe die specifieke doelgroep het best wordt verder geholpen. En bovendien: de finale doelgroep ((ex-)zelfstandigen) wordt nog steeds kosteloos geholpen, ongeacht de gemeente waar hij/zij woonachtig is. 5. Alle projecten, met uitzondering van dat van de Vereniging van Vlaamse Boekhandels, werden verlengd tot 31 december De projecten van Unizo, het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen en de Vlaamse Confederatie Bouw werden verlengd tot 31 maart De eindrapporten zullen in de loop van 2016 worden opgeleverd. In algemene termen kan ik evenwel zeggen dat de projecten vooral hun nut hebben bewezen in de eerstelijnsfunctie en de eerste, snellere screening en diagnostisering van problemen waar een bedrijf mee geconfronteerd wordt. Alle projecten geven aan dat ondernemingen overhalen om een doorstartplan te maken veel moeilijker is dan werd geanticipeerd. Het blijkt in de praktijk niet evident om ondernemingen die zich vaak reeds in financieel zwaar weer bevinden, te overtuigen om te investeren in de opmaak van een doorstartplan. In die zin werd de doelstelling om pro-actief bedrijven op te sporen die nog baat hebben bij een meer doorgedreven strategische herpositionering, minder bereikt.