Roetfilters op werkmaterieel

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Roetfilters op werkmaterieel"

Transcriptie

1 Roetfilters op werkmaterieel BMWT-KEUR Een uitgave over regelingen, verplichtingen en subsidies voor beheerders van grondverzetmachines. Deze is tot stand gekomen middels een financiële bijdrage van SenterNovem/VROM.

2 Roetfilters op werkmaterieel Inhoud 2

3 3 Inhoud Roetfilters op werkmaterieel 1 Waarom roetfilters? 5 2 Overheidsbeleid 7 3 Flankerend beleid 11 1 Groen Bestek 11 2 Duurzaam inkopen 12 4 Additionele maatregelen 15 1 Brandstof besparen, het nieuwe rijden 15 2 Brandstof EN Start Stop Systeem 16 4 Regelmatig onderhoud 17 5 Europese emissie-eisen aan mobiele werktuigen 19 6 Subsidieregeling 21 7 Werking en functie van het roetfilter 25 1 Algemene informatie 25 2 Soorten roetfilters 25 3 Werking van roetfilters 26 4 Toepassing van roetfilters 26 5 Roetfilterfamilies 28 6 Voorbeelden van filtersystemen 28 7 Regeneratie (reiniging) van roetfilters 30 8 Voorbeelden van actieve regeneratie 31 9 Voorbeelden van passieve regeneratie Keuze van een roetfilter 33 8 Het onderhouden en keuren van het roetfilter 35 1 Regelmatig onderhoud 35 2 Periodieke keuring 35

4 Roetfilters op werkmaterieel 1 Waarom roetfilters? 4

5 5 Hoofdstuk 1 1 Waarom roetfilters? Al decennia lang vormt de luchtkwaliteit een probleem waarvan de gevolgen merkbaar zijn in alle delen van de samenleving. Ondanks verbeteringen in de afgelopen jaren, zoals een reductie van de uitstoot van schadelijke stoffen van 50 tot 80%, is het nog altijd noodzakelijk om te werken aan het verbeteren van de luchtkwaliteit, met name in dichtbevolkte gebieden. Zo blijkt uit RIVM-rapporten dat er in Nederland jaarlijks gemiddeld mensen te vroeg sterven aan de gevolgen van langdurige blootstelling aan bijvoorbeeld roetdeeltjes en stikstofdioxide. Ook leidt luchtverontreiniging tot meer gezondheidsklachten van mensen met luchtwegaandoeningen en ziekten (zoals een verminderde longfunctie, allerlei hart- en vaatziekten) en een toename van de kans op verschillende vormen van kanker. Bovendien leidt Europese milieuregelgeving rond de maximaal toelaatbare hoeveelheid fijnstof en stikstofdioxide in de lucht er toe dat op een groot aantal plaatsen in Nederland nauwelijks nog kan worden gebouwd. De dieselmotor wordt gezien als een belangrijke verspreider van fijnstof en stikstofdioxide, stoffen die schadelijk zijn voor de gezondheid. Roet en PAK s (Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen), bestanddelen van DieselMotorenEmissies (DME s), zijn kankerverwekkend gebleken. Roetfilters kunnen deze stoffen opvangen en daarmee voorkomen dat deze in ons milieu terechtkomen. Binnen de bouwsector worden veel dieselgedreven werktuigen ingezet, waardoor machinisten/bestuurders in direct contact komen met DME s. Hierdoor wordt de kwaliteit van de werkplek aangetast. De overheid heeft een subsidieregeling in het leven geroepen, bedoeld om het retrofit monteren van roetfilters op werkmateriaal te stimuleren. Het doel van deze regeling is de luchtkwaliteit van het binnenstedelijk milieu te verbeteren. In deze publicatie vindt u informatie over het overheidsbeleid op dit terrein. Ook wordt ingegaan op flankerend beleid, additionele maatregelen, Europese emissie-eisen en de inhoud van de subsidieregeling. Tenslotte komt het roetfilter zelf aan bod: werking, functie, onderhoud en keuring worden besproken.

6 Roetfilters op werkmaterieel 2 Overheidsbeleid 6

7 7 Hoofdstuk 2 2 Overheidsbeleid Het overheidsbeleid ten aanzien van het verbeteren van de luchtkwaliteit is ontstaan door een samenwerking van alle ministeries. In het kader van deze brochure zijn met name het beleid van de ministeries van VROM en SZW van belang. VROM hanteert een insteek vanuit het milieu, terwijl SZW de kwaliteit van de werkplek centraal stelt. Begin 2006 zijn DieselMotorEmissies (DME s) aangewezen als kankerverwekkende stof of mengsel. Volgens de Arbeidsinspectie moet de werkgever maatregelen nemen om blootstelling aan kankerverwekkende stoffen te voorkomen of in ieder geval te beperken tot een zo laag mogelijk niveau. Als eerste maatregel valt daarbij te denken aan vervanging, bijvoorbeeld een diesel gedreven heftruck vervangen door een elektrisch gedreven heftruck. De vervangingsplicht geldt uitsluitend wanneer het technisch uitvoerbaar is om de machine te vervangen. Is het technisch wel mogelijk om een machine te vervangen, maar om bedrijfstechnische redenen niet? Dan moeten andere maatregelen worden getroffen. Een mogelijkheid is dan het plaatsen van roetfilters. Roetfilters kunnen voor vrijwel iedere motor worden geleverd. De resultaten van de bovenstaande maatregelen moeten getoetst worden: worden er wel voldoende resultaten behaald? De overheid heeft op dit moment nog geen grenswaarde vastgesteld om de resultaten aan te toetsen. De Gezondheidsraad is wel bezig met het vaststellen van risicogrenzen in geval van blootstelling aan DME s. Zolang er nog geen wettelijke grenswaarde is vastgelegd, moet de werkgever de resultaten toetsen aan de grenswaarde die hij zelf heeft vastgesteld. Daarbij moet hij die grenswaarde zo laag mogelijk stellen. Het overleg met werknemers (in het kader van de Arbocatalogus) moet leiden tot een grenswaarde die de streefwaarde zo dicht mogelijk benadert. Er moet duidelijk kenbaar worden gemaakt waarom een grenswaarde dichter bij de streefwaarde niet mogelijk is. Het is niet zondermeer toegelaten om een waarde dicht bij de verbodswaarde als grenswaarde te hanteren. VROM heeft per 1 januari 2008 een subsidieregeling ingevoerd voor roetfilters op mobiele werktuigen. Eigenaren van bijvoorbeeld grondverzetmachines met een vermogen vanaf 75 kw ontvangen een vergoeding van 35 % van de aankoop- en inbouwkosten van het roetfilter.

8 8 Voor vorkheftrucks met een hefcapaciteit t/m 4 ton in binnenruimten 1 heeft de Arbeidsinspectie in november 2006 besloten haar handhavingsbeleid aan te scherpen, wat betekent: een verplichte vervanging van dieselmotor-aangedreven vorkheftrucks met een hefvermogen tot 4 ton door elektrisch of LPG-aangedreven voertuigen; de hefcapaciteit van een heftruck wordt standaard vastgelegd middels het begrip nominale hefcapaciteit dat door de fabrikant wordt bepaald. De nominale hefcapaciteit blijft gelden als een hulpstuk op de heftruck wordt gemonteerd, ondanks het feit dat de restcapaciteit daardoor lager ligt dan de nominale hefcapaciteit. 2 De essentie van het beleid is dat blootstelling aan DME s wordt vermeden, wat bereikt kan worden door dieselmotoren uit omsloten ruimten te weren. Moeten toch arbeidsmiddelen in omsloten ruimten worden gebruikt dan is de vervangingsplicht aan de orde. De werkgever moet dan zoals eerder beschreven eerst nadrukkelijk onderzoeken of vervanging van een dieselgedreven arbeidsmiddel technisch mogelijk is (economische motieven spelen daarbij geen rol). Pas als weren of vervangen niet mogelijk blijkt moet de werkgever zich inspannen om de blootstelling aan DME s tot een zo laag mogelijk niveau terug te brengen. Aan deze inspanningsverplichting is onder andere voldaan als het arbeidsmiddel/ voertuig is voorzien van een roetfilter met een afvangrendement van minimaal 70%. Ook met het inzetten van vrachtwagens die voldoen aan de zogenaamde Euro 4 of Euro 5 norm wordt aan de inspanningsverplichting voldaan. Sporadisch komt het voor dat het om louter technische redenen niet mogelijk blijkt om een roetfilter in te zetten (ook geen opsteekfilter). Als het onweerlegbaar noodzakelijk is dat een dergelijk arbeidsmiddel in een omsloten ruimte moet worden ingezet (en vervanging is onmogelijk) dan moeten aanvullende maatregelen worden getroffen. Deze maatregelen moeten altijd worden getroffen, tenzij de concentratie DME s is teruggebracht tot het achtergrondniveau ter plaatse. In alle gevallen moet de werkgever door middel van een beoordeling van de blootstelling aan DME s nagaan wat de effectiviteit van de getroffen maatregelen is. Als de werkgever heeft voldaan aan zijn inspanningsverplichting (roetfilter > 70% en/ of Euro 4/5 vrachtwagens) dan start de overheid geen handhavingstraject op deze verplichting. Bij het voldoen aan de inspanningsverplichting mag de werkgever er van uit gaan dat de blootstelling aan DME s zo laag mogelijk is. In alle andere gevallen is er geen zicht op de effectiviteit van de getroffen maatregelen. Daarom ziet de overheid er op toe dat in die gevallen de blootstelling van personeel aan DME s na het treffen van de maatregelen alsnog wordt beoordeeld. 1 De Arbeidsinspectie blijft uiteraard ook de inzetomstandigheden in de buitensituatie monitoren. 2 Heftrucks komen, met uitzondering van de ruw terrein heftrucks, niet in aanmerking voor subsidie. Roetfilters op werkmaterieel 2 Overheidsbeleid

9 9 Hoofdstuk 2 Voor deze beoordeling is een grenswaarde nodig. Voor DME s is van overheidswege (nog) geen grenswaarde vastgesteld. Een werkgever hoeft geen verdere beheersmaatregelen te treffen wanneer de blootstellingsconcentratie is teruggebracht tot het achtergrondniveau ter plaatse. Zoals eerder beschreven kunnen werkgevers en werknemers in het kader van bijvoorbeeld een Arbocatalogus afspraken maken over de noodzakelijke beheersmaatregelen en (in afwijking van de achtergrondconcentratie) over een toetsnorm, een grenswaarde voor de branche. Deze grenswaarde kan niet willekeurig worden gekozen maar moet zo dicht mogelijk de streefwaarde benaderen. Tenslotte nog dit Theoretisch zal elke uitstoot van DME s in een omsloten ruimte bijdragen aan een verhoging van de concentratie ten opzichte van de achtergrond. Bij het inzetten van gesloten roetfilters dan wel Euro 4/5 vrachtwagens mag de werkgever er op vertrouwen dat daarmee de blootstelling aan DME s is teruggebracht naar een zo laag mogelijk niveau. Dat niveau kan per situatie enigszins verschillen maar er is voldaan aan de inspanningsverplichting. Indien het noodzakelijk is aanvullende maatregelen te treffen dan is de werkgever gehouden aan een resultaatverplichting. Aan deze resultaatverplichting is voldaan indien uit de beoordeling blijkt dat de blootstelling onder het achtergrondniveau ter plaatse ligt of onder de door werkgevers en werknemers overeengekomen grenswaarde.

10 Roetfilters op werkmaterieel 3 Flankerend beleid 10

11 11 Hoofdstuk 3 3 Flankerend beleid Het overheidsbeleid om de luchtkwaliteit te verbeteren en het toepassen van roetfilters te stimuleren, omvat tevens een aanvullend pakket van maatregelen dat als flankerend beleid wordt ingezet. Daarbij valt onder andere te denken aan het project Groen Bestek en het stimuleren van duurzaam inkopen bij aanbestedingsprojecten. 3.1 Groen Bestek Groen Bestek is een project van de Stichting Natuur en Milieu (SNM) om schone technieken bij mobiele werktuigen te stimuleren. Het project wordt ondersteund door het ministerie van VROM, dat een subsidie verleend heeft aan SNM. Het project richt zich op: nieuwe voertuigen; aanpassingen aan bestaande voertuigen (roetfilters); schone(re) brandstoffen. In het project worden de mogelijkheden van schone technieken voor mobiele werktuigen verkend en wordt een handreiking gedaan voor groene aanbesteding van projecten waarin mobiele werktuigen worden ingezet. SNM wil de overheid als belangrijke opdrachtgever van werken en diensten in de bouwwereld bewegen tot het vergroenen van mobiele werktuigen. Door in het bestek eisen te stellen aan de uitstoot van machines kunnen aannemers gedwongen worden om maatregelen te nemen, zoals het plaatsen van roetfilters. SNM stelt een handleiding op en verspreid deze op brede schaal. Tevens zal zij overheden en bedrijfsleven intentieverklaringen laten ondertekenen waarin de volgende zaken met betrekking tot mobiele werktuigen worden geregeld: laagzwavelige dieselolie; roetfilters toepassen; training en opleiding; vervangingsinvesteringen in klasse Euro IIIB-machines; een Start-Stop-Systeem om stationaire emissie te beperken; onderzoek naar andere brandstoffen.!

12 12 In het Groen Bestek geeft SNM de volgende mogelijke oplossingen die overheden kunnen toepassen: 1. Schonere brandstoffen gebruiken Maatregel schonere brandstoffen Milieurendement Dieselolie met een lager zwavelgehalte Alternatieve brandstoffen (elektriciteit, LPG en aardgas of zelf waterstof ) in plaats van diesel Tot 90% minder SO2 en 10 30% minder PM % minder PM % NOx 2. Schonere motoren Maatregel schonere motoren Milieurendement Bij aanschaf nieuwe werktuigen kiezen voor schonere motoren Versneld vervangen van oudere werktuigen Roetfilters op nieuwe en bestaande werktuigen Reductie van 90% PM10 en 50% NOx Variabel + besparing brandstof en CO % fijn stof reductie 3. Machines efficiënt gebruiken Maatregel gebruik Regelmatig onderhoud van de machines, jaarlijkse controle op de emissies Opleiding en training van personeel Stoponderbreker en tracksysteem monteren Milieurendement ± % minder PM10 en % NOx ± % minder PM10 en % NOx + besparing brandstof en minder CO2 ± % minder PM10 en % NOx + besparing brandstof en minder CO2 3.2 Duurzaam inkopen De rijksoverheid wil in 2010 al haar producten en diensten duurzaam inkopen en / of aanbesteden. Voor provincies, gemeenten en waterschappen geldt een streefpercentage van minstens 50% in Op die manier willen de overheden het goede voorbeeld geven voor een duurzamer Nederland. De overheid stelt duurzaamheidseisen aan producten, in dit geval aan mobiele werktuigen. Het gaat daarbij zowel om mobiele werktuigen die de overheid zelf inkoopt als om de aanbesteding van diensten aan derden (diensten waarbij mobiele werktuigen worden ingezet). Zij stimuleert daarmee de markt om duurzame producten te maken en lokt duurzame innovaties uit. Bij het duurzaam inkopen Roetfilters op werkmaterieel 3 Flankerend beleid

13 13 Hoofdstuk 3 van mobiele werktuigen zet de overheid in op het gebruik van mobiele werktuigen met een zo klein mogelijke uitstoot van schadelijke stoffen. Bedrijven worden bij de werkzaamheden voor de overheid aangemoedigd hun werktuigenpark voortdurend aan te passen aan de nieuwste uitstootnormen en een zo schoon mogelijk werktuigenpark te gebruiken. Het is daarom voor bedrijven nu al van belang werktuigen aan te schaffen die zo min mogelijk uitstoot veroorzaken. Mobiele werktuigen die niet aan de huidige normen voldoen, kunnen door retrofit aanpassingen, zoals roetfilters en katalysatoren, schoner gemaakt worden. Er zijn duurzaamheidscriteria opgesteld voor de aankoop van mobiele werktuigen bij de overheid en voor het gebruik van mobiele werktuigen bij het uitvoeren van werkzaamheden voor overheden. Deze normen worden regelmatig bijgesteld en aangescherpt. De door de overheid opgestelde duurzaamheidscriteria geven geen uitsluitsel over de techniek die gebruikt wordt om de uitstoot te verminderen. Naast het toepassen van een roetfilter kan de uitstoot dus ook verminderd worden door een schonere motor of andere brandstof. In de criteria wordt onderscheid gemaakt naar gebruik van mobiele werktuigen binnen en buiten de bebouwde kom. In de criteria wordt bovendien gekeken naar de gebruiksduur van een werktuig: hoe langer een werktuig op een bepaalde plek gebruikt wordt, hoe kleiner de toegestane uitstoot van het werktuig. Duurzaamheidscriteria in de praktijk Opgestelde duurzaamheidscriteria worden gepubliceerd op de website van SenterNovem: De belangrijkste punten uit de criteria zijn: mobiele werktuigen moeten, indien nieuw en door een overheid aangeschaft, minimaal voldoen aan de uitstootnormen van Fase IIIA en de eisen voor de uitstoot van roetdeeltjes van Fase IIIB; mobiele werktuigen die gebruikt worden tijdens werkzaamheden voor de overheid dienen aan de hoogst mogelijke uitstootnorm te voldoen en minimaal aan Fase I. De inzetmogelijkheden zijn dan als volgt: werktuigen die voldoen aan Fase I zijn beperkt inzetbaar; werktuigen die voldoen aan Fase II zijn breder inzetbaar, vooral als zij beschikken over een roetfilter; werktuigen die aan de laatste stand van de techniek voldoen en de minste uitstoot hebben zijn overal inzetbaar; mobiele werktuigen moeten zwavelarme diesel gebruiken. Het gebruik van biologisch afbreekbare vetten, smeermiddelen, hydraulische olie en het gebruik van andere brandstoffen die brandstofbesparing of een geringere uitstoot tot gevolg hebben, worden gestimuleerd; moeten zijn voorzien van biologisch afbreekbare en niet-toxische hydrauliek olie; om brandstof te besparen moeten mobiele werktuigen voorzien zijn van een gebruiksprotocol.

14 Roetfilters op werkmaterieel 4 Additionele maatregelen 14

15 15 Hoofdstuk 4 4 Additionele maatregelen Naast de eerder genoemde maatregelen vervanging, montage van roetfilters en aanschaf van nieuwe motoren, zijn er aanvullende maatregelen mogelijk waarmee de uitstoot van schadelijke stoffen kan worden verminderd. Het gaat om brandstof besparen, gebruiken van brandstof EN 590, Start Stop Systeem en regelmatig onderhoud. 4.1 Brandstof besparen De mogelijkheid en noodzaak van brandstof besparen is bij de meeste Nederlanders al bekend door de campagne rondom Het nieuwe rijden, de nieuwe rijstijl van de 21e eeuw. Het nieuwe rijden is een rijstijl die tot 10% minder brandstofverbruik leidt. Het gaat hierbij niet alleen over de rijstijl, maar ook over controle van de bandenspanning en zuiniger aankoopgedrag door energie-etiketten. Voor mobiele werktuigen zijn de basiselementen van Het nieuwe rijden ook van toepassing. Het nieuwe rijden omvat drie basiselementen: 1. de rijstijl. Deze omvat onder andere elementen als starten zonder gas geven, zo snel mogelijk bij lage toerentallen doorschakelen (binnen de bebouwde kom de vijfde versnelling gebruiken) en waar mogelijk de auto in een zo hoog mogelijke versnelling laten uitrollen in plaats van remmen. Vooruitkijken dus. 2. bandenspanning en -onderhoud. Regelmatige controle van de bandenspanning verhoogt de veiligheid en reduceert het brandstofverbruik. 3. het gebruik van instrumenten die de machinist/bestuurder informatie geven over onzuinig rijgedrag, over het actuele brandstofverbruik of het verbruik per rit.

16 16 De belangrijkste tips van Het nieuwe rijden, vertaald naar het werken met mobiele werktuigen: 1. Werk zoveel mogelijk gelijkmatig. Vermijd plotselinge versnellingen en vertragingen. 2. Schakel zo vroeg mogelijk naar een hogere versnelling. 3. Ziet u dat u snelheid moet minderen of moet stoppen, laat dan tijdig gas los en laat de machine in de versnelling van dat moment uitrollen. Dit geldt natuurlijk ook bij lastwisselingen. 4. Zet de motor af bij kortere stops. Start u weer, doe dit dan zonder gas te geven. 5. Controleer maandelijks de bandenspanning. 4.2 Brandstof EN 590 De meeste fabrikanten van mobiele werktuigen schrijven het gebruik van EN 590 genormeerde brandstof voor. En dit is niet voor niets! Rode gasolie kan grote schades veroorzaken aan de motor. Het is daarom belangrijk om machinisten te instrueren welke brandstof moet worden gebruikt. EN 590 genormeerde brandstof is beschikbaar met verschillende zwavelgehaltes. In de volgende tabel is te zien hoe verschillende brandstoffen zich tot elkaar verhouden. Specificaties Huisbrandolie Gasolie Rood Diesel EN 590 zwavelvrij Cetaangetal / Min. 48 Min. 51 Smerende werking (Lubricity) / / Max. 460 micron Zwavelgehalte Max ppm Max ppm Max. 10 ppm* Cloud point zomer Cloud point winter C.F.P.P.* zomer C.F.P.P. winter +5 ºC +1 ºC -10 ºC -12 ºC +4 ºC -7 ºC -7 ºC -18 ºC +5 ºC -7 ºC -3 ºC -20 ºC * C.F.P.P. = Cold Filter Plugging Point 4.3 Start Stop Systeem Iedereen kent het wel: machines die continu stationair draaien zonder dat er vermogen van wordt gevraagd. Dit is erg belastend voor het milieu, kost onnodig veel geld en is storend voor de omgeving. Een Start Stop Systeem is een systeem dat dit voorkomt. De machinist kan door middel van dit systeem de motor van de machine op afstand inschakelen en ook weer uitschakelen. Daarnaast is het mogelijk het systeem zo in te stellen, dat na 3 minuten stationair draaien de motor automatisch wordt uitgeschakeld. Hierdoor draait de machine alleen maar op het moment dat er vermogen gevraagd wordt, waardoor de omgeving en het milieu minder belast worden en geld wordt bespaard. Roetfilters op werkmaterieel 4 Additionele maatregelen

17 17 Hoofdstuk 4 Een Start Stop Systeem is in verband met de veiligheid alleen werkzaam als de versnelling van de machine in neutraal staat, de handrem aangetrokken is en de machine stil staat. Het kan op alle soorten motoren worden geïnstalleerd, zoals op aggregaten die dan op afstand door middel van een mobiele telefoon kunnen worden bediend. Resultaat Het gebruik van een Start Stop Systeem levert een aantal voordelen op: minder brandstofverbruik: de motor draait alleen als het nodig is. Dit levert een forse brandstofbesparing. Aangezien de motor alleen draait wanneer het nodig is wordt ook het milieu minder belast en geld bespaard op brandstof en onderhoud (draaiuren!); minder overlast: de omgeving waar de motor draait heeft minder last van de stationair draaiende motor aangezien deze alleen loopt wanneer dit nodig is. Een aggregaat met een Start Stop Systeem draait alleen wanneer dit daadwerkelijk nodig is en voorkomt overlast in de omgeving; minder belasting van het roetfilter: een roetfilter werkt optimaal als de motor op bedrijfstemperatuur is. Bij langdurig stationair draaien zit het roetfilter binnen de kortste keren vol en valt de machine/truck stil. Om 6.30 uur de motor starten en die dan eerst stationair laten lopen om tijdens een bak koffie een lekkere cabinetemperatuur te krijgen, dat kan echt niet meer; onbevoegden kunnen geen oneigenlijk gebruik maken van de handels of andere onderdelen van de machine of aggregaat en deze manipuleren. Kosten De kosten van een compleet Start Stop Systeem zijn beperkt. De brandstofbesparing en de klanttevredenheid in acht nemende zal de investering zich snel terug verdienen. 4.4 Regelmatig onderhoud Mobiele werktuigen zijn per jaar meer uren in bedrijf dan een gemiddelde personenauto. Dit vraagt veel van de motor. Regelmatig onderhoud van de motor zorgt ervoor dat deze altijd goed afgesteld is, wat leidt tot optimalisering van het verbrandingsproces. Dit kan zorgen voor 10% minder roetuitstoot. Onderdelen die het verbrandingsproces beïnvloeden moeten extra gecontroleerd worden, net als slangen, slangklemmen, verbindingsstukken en afdichtingen.

18 Roetfilters op werkmaterieel 5 Europese emissie-eisen aan mobiele werktuigen 18

19 19 Hoofdstuk 5 5 Europese emissie-eisen aan mobiele werktuigen Europa heeft een beleid ontwikkeld om dieselmotoren schoner te maken. Aangezien dit beleid veel inspanningen van de fabrikanten van motoren vergt, is besloten om dit gefaseerd te realiseren. Hierbij is een onderscheid gemaakt in de vermogens van de verschillende dieselmotoren. De Europese richtlijn 97/68/EC heeft als doel om eenheid te brengen in emissiestandaarden en type-goedkeuringsprocedures voor motoren die ingebouwd worden in niet voor de openbare weg bedoelde mobiele werktuigen. Dit alles om gezondheid en milieu te beschermen. De grenswaarden voor DieselMotorenEmissies zijn voor mobiele werktuigen van Stage II vastgesteld volgens de volgende tabel (richtlijn 97/68/EC). Stage II Nuttig Vermogen P (kw) Koolmonoxide CO (g / kwh) 5,50 5,00 5,00 3,50 Stikstofoxide NOx (g / kwh) 8,00 7,00 6,00 6,00 Partikel PM (g / kwh) 0,80 0,40 0,30 0,20 Geldig vanaf Voor mobiele werktuigen van Stage IIIa, IIIb en IV zijn de grenswaarden voor de DieselMotorenEmissies vastgelegd in Europese richtlijn 2004/26/EC. De grenswaarden zijn weergegeven in de volgende tabellen. Stage IIIa Nuttig Vermogen P (kw) 19 tot <37 37 tot <75 75 tot < tot <560 Koolmonoxide CO (g / kwh) 5,50 5,00 5,00 3,50 Koolwaterstof HC + Stikstofoxide NO (g / kwh) 7,50 4,70 4,00 4,00 Partikel PM (g / kwh) 0,60 0,40 0,30 0,20 Geldig vanaf

20 20 Stage IIIb Nuttig Vermogen P (kw) 37 tot <56 56 tot <75 75 tot < tot <560 Koolmonoxide CO (g / kwh) 5,00 5,00 5,00 3,50 Koolwaterstof HC + Stikstofoxide NO (g / kwh) 4,70 3,30 3,30 2,00 Partikel PM (g / kwh) 0,025 0,025 0,025 0,025 Geldig vanaf Stage IV Nuttig Vermogen P (kw) 56 tot < tot <560 Koolmonoxide CO (g / kwh) 5,00 3,50 Koolwaterstof HC (g / kwh) 0,19 0,19 Stikstofoxide NO (g / kwh) 0,40 0,40 Partikel PM (g / kwh) 0,025 0,025 Geldig vanaf Roetfilters op werkmaterieel 6 Subsidieregeling Mobiele Werktuigen (SRMW)

21 21 Hoofdstuk 6 6 Subsidieregeling Mobiele Werktuigen (SRMW) Om het toepassen van roetfilters op mobiele werktuigen te stimuleren, heeft het Ministerie van VROM per 1 januari 2008 een subsidieregeling ingevoerd, als aanvulling op de reeds bestaande subsidieregelingen voor roetfilters voor wegvoertuigen. Doel en subsidiebedrag Doel van de regeling is een bijdrage te leveren aan de verbetering van de luchtkwaliteit in Nederland door de DieselMotorenEmissies (DME s) voor mobiele werktuigen te verminderen. De subsidieregeling is sinds 1 januari 2008 van kracht. Voor de regeling is in eerste instantie tot en met 31 december beschikbaar. De subsidie bedraagt 35% van de betaalde kosten voor aanschaf en inbouw van een emissieverminderende voorziening, met een maximum van Als de aanvrager BTW-plichtig is, worden voor de subsidie de kosten exclusief BTW in aanmerking genomen. Per mobiel werktuig wordt slechts eenmaal subsidie verstrekt. Categorieën De subsidie wordt alleen verstrekt als het gaat om een roetfilter voor een mobiel werktuig: met een dieselmotor met een vermogen van 75 tot en met 560 kw; waarbij de motor beschikt over een typegoedkeuring overeenkomstig fase II of fase IIIA; waarbij het roetfilter niet bij de levering af fabriek al aanwezig is; bovendien moet het gaan om een ongebruikt filter. Let op: als er voor het mobiele werktuig al van de MIA of VAMIL-regeling 3 gebruik is gemaakt, wordt er geen subsidie verstrekt. De volgende mobiele werktuigen komen in aanmerking voor subsidie: 1. verreiker of telescooplader; 2. hoogwerker; 3. mobiele kraan; 4. ruw terrein heftruck; 5. laadschop, shovel of wiellader; 6. graafmachine; 7. graaflaadcombinatie; 8. bulldozer; 9. dumper; 10. scraper of schraper; 11. grader; 12. asfalt-afwerkinstallatie; 13. asfaltfreesinstallatie; 14. wals. 3 MIA en Vamil zijn fiscale aftrekregelingen voor ondernemers die investeren in milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen die voorkomen op de zogenoemde Milieulijst. Meer informatie vindt u op de website van SenterNovem.

22 22 Roetfilters De subsidieregeling stelt een aantal emissiereductie-eisen: de emissie moet minstens 90% lager zijn dan de waarde die bij de typegoedkeuring is gehanteerd; de grenswaarden voor de uitstoot van gasvormige verontreinigende stoffen mogen niet worden overschreden; het mobiele werktuig moet ook na inbouw voldoen aan de eisen volgens de Wegenverkeerswet 1994 en de geluidsemissienormen volgens de Wet geluidhinder. Verder stelt de subsidieregeling enkele technische eisen. Deze zijn overeenkomstig de eisen uit de VERT-lijst 4 : het moet technisch onmogelijk zijn om het filterelement in omgekeerde richting te monteren; de doorstromingsrichting van het filterelement moet met een goed zichtbare pijl zijn aangegeven; aan de ingangszijde is een geschikt en afsluitbaar monsternamepunt aanwezig voor de diagnose van het uitlaatgas voordat dit het roetfilter ingaat; het functioneren van het roetfilter moet elektronisch worden bewaakt, zodat registratie plaatsvindt ( datalogger ) en bij een tegendrukoverschrijding met meer dan 200 mbar die langer dan 5 seconden aanhoudt een akoestisch of visueel alarm wordt geactiveerd; het functioneren van het roetfilter mag niet tot gevolg hebben dat de geluidsproductie van de machine toeneemt. De volgende filters voldoen zonder verder benodigd bewijs aan de genoemde emissiereductie-eisen: alle door de Dienst Wegverkeer (RDW) goedgekeurde gesloten merken en types, mits tevens aan bovenstaande eisen is voldaan (dat wil zeggen dat gesloten roetfilters goedgekeurd voor vrachtwagens ook in aanmerking komen voor subsidie op mobiele werktuigen); alle filters die zijn opgenomen op de VERT-lijst. Voor alle filters geldt dat ze altijd moeten voldoen aan de technische eisen. Procedure Alleen de eigenaar of houder van de machine kan de subsidie aanvragen. De aanvraag moet ingediend worden bij SenterNovem, een agentschap van het Ministerie van Economische Zaken. Het aanvraagformulier en meer informatie is beschikbaar op de website Informatie kan ook opgevraagd worden door te bellen met de helpdesk verkeersmaatregelen luchtkwaliteit SenterNovem: Roetfilters op werkmaterieel 6 Subsidieregeling Mobiele Werktuigen (SRMW) 4 VERT = Verminderung der Emissionen von Realmaschinen im Tunnelbau. In de subsidieregeling is dit gedefinieerd als alle filters behorende tot de categorie Partikelfilter-Systeme für den Dauereinsatz van de lijst van BAFU/Suva genaamd Geprüfte und erprobte Partikelfilter-Systeme für die Nachrüstung von Dieselmotoren. Op deze lijst staan dus roetfilters die geschikt zijn om permanent te worden ingebouwd ( Dauereinsatz ).

23 23 Hoofdstuk 6 Bij de aanvraag moeten de volgende documenten worden ingeleverd: 1. verklaring (zie ook Bijlage V van de Subsidieregeling) met: a. verklaring van de eigenaar of houder van het werktuig met informatie over het werktuig zelf, het inzetprofiel en de onderhoudstoestand; b. verklaring van de inbouwer van de voorziening met informatie over welk filter hij (op basis van de verklaring van de eigenaar of houder) heeft gemonteerd; 2. afschrift van de factuur (waarop uitsluitend de kosten voor aanschaf en inbouw van het roetfilter staan; een combinatie met andere werkzaamheden, bijvoorbeeld onderhoud of reparatie, is niet toegestaan) en een bijbehorend betalingsbewijs. Op de factuur staat in ieder geval per mobiel werktuig: a. het merk en type van het mobiele werktuig; b. de aard van de emissieverminderende voorziening; c. de merknaam, het type en het goedkeuringsnummer (Dienst Wegverkeer) of het controlenummer van de geschiktheidstest (VERT-lijst); 3. als het roetfilter niet voorkomt op de VERT-lijst of de lijst van de Dienst Wegverkeer: documenten waarmee wordt aangetoond dat het roetfilter voldoet aan de eisen uit de subsidieregeling. Bovenstaande tekst is een beschrijving van de inhoud van de subsidieregeling. Aan bovenstaande tekst kunnen geen rechten worden ontleend. Voor de originele en volledige tekst van de subsidieregeling verwijzen we u naar de publicatie in de Staatscourant, 27 december 2007.

24 Roetfilters op werkmaterieel 7 Dieselmotoren en roet 24

25 25 Hoofdstuk 7 7 Dieselmotoren en roet In dit hoofdstuk gaan we in op de verschillende soorten roetfilters en de technische specificaties die daarbij horen. Mogelijk denkt u wat moet ik met al deze informatie, ik vind het alleen belangrijk dat het roetfilter werkt. In dat geval kunt u volstaan met alleen het lezen van de paragrafen 7.1 en U weet dan alles wat u moet weten. Wilt u meer weten over de techniek van de verschillende roetfilters, lees dan ook de andere paragrafen van dit hoofdstuk. 7.1 Algemene informatie Dieselmotoren zijn zuinig in het gebruik. Bij de verbranding van diesel komt echter veel roet vrij. Roet bestaat uit deeltjes die ontstaan na onvolledige verbranding en die bij afkoeling een zwart aërosol vormen. Een aërosol bestaat uit vaste of vloeibare deeltjes die in een gasvormig milieu, in dit geval de atmosfeer, wordt verspreid. Door hun geringe dimensie, van een tienduizendste tot een miljoenste van een millimeter kunnen deze deeltjes probleemloos tot diep in de menselijke luchtwegen doordringen. In het verleden ontstond roet voornamelijk ten gevolge van industriële verbranding en huisverwarming. De voornaamste bron ligt momenteel bij de dieselverbranding in personenwagens en vrachtvervoer. Een gevolg daarvan is dat het grote publiek dagelijks en in hoge mate aan deze ongezonde deeltjes wordt blootgesteld. Bij het indelen van roetdeeltjes wordt onderscheid gemaakt in de grootte ervan: PM 10 : deeltjes met een doorsnede kleiner dan 10 micrometer; PM 2,5 : deeltjes met een doorsnede kleiner dan 2,5 micrometer; PM 0,1 : deeltjes kleiner dan 0,1 micrometer (ultrafijn). Zoals eerder vermeld vormen de roetpartikels in de uitlaatgassen een gevaar voor de gezondheid: ze kunnen zware long- en hartaandoeningen veroorzaken. Verschillende studies hebben aangetoond dat per jaar tot sterfgevallen toe te schrijven zijn aan de uitlaatgassen van dieselmotoren. De grootste boosdoener zijn de PM 10 deeltjes, die afgevangen kunnen worden door roetfilters. 7.2 Soorten roetfilters Een roetfilter is ontwikkeld om de uitstoot van roetdeeltjes van een dieselmotor te verminderen. Het verminderen berust op verschillende principes: het afvangen en opslaan van deeltjes; het afvangen en oxideren (verbranden) van deeltjes; het verlengen van de doorstroomtijd van een deeltje zodat het direct wordt geoxideerd.

26 26 Het op dit moment meest gebruikte systeem is het afvangen en oxideren van de deeltjes. Dit principe is onder andere toegepast in de CRT, DPX en CWF. Het afvangen en opslaan van deeltjes wordt alleen toegepast wanneer het oxideren van de deeltjes niet direct mogelijk of niet rendabel is. Voor het afvangen worden opzet filters gebruikt of zogenaamde papieren filters. Het verlengen van de doorstroomtijd is een relatief nieuwe techniek die nog in ontwikkeling is en zal in deze publicatie niet verder behandeld worden. 7.3 Werking van roetfilters Roetfilters kunnen worden onderscheiden in gesloten wall flow filters en (half) open filters. 5 Het is verleidelijk een roetfilter te zien als een zeef waar uitlaatgassen door heen kunnen en roetdeeltjes in blijven liggen. Deze voorstelling is echter onjuist. Vooral de kleinere deeltjes worden afgevangen doordat zij vastkleven aan de wanden van de poriën van het filtermateriaal. Roetfilters zijn daardoor ook voor de allerkleinste deeltjes effectief. Een roetfilter kan worden gemaakt van keramisch materiaal, bijvoorbeeld uit siliciumcarbide. Een roetfilter wordt zo dicht mogelijk bij de motor in het uitlaatsysteem gemonteerd. Er is onderscheid in passieve en actieve roetfilters. In een passief roetfilter worden de roetdeeltjes opgevangen in een filter en door middel van katalyse omgezet. In een actief roetfilter oxideren de roetdeeltjes door het toevoegen van stoffen (additieven) aan het systeem, of door verbranding of verhitting van de deeltjes. Bij het monteren van een roetfilter is het streven dat het motorvermogen niet wordt verminderd, maar het kan voorkomen dat de motor 2 tot 4 % meer brandstof verbruikt. 7.4 Toepassing van roetfilters Met een roetfilter kan de deeltjesemissie sterk worden gereduceerd. De reductie is in de praktijk afhankelijk van het type motor en het zwavelgehalte in de brandstof. Afhankelijk van deze factoren kan een roetfilter de emissie van deeltjes verminderen met meer dan 90 %. Naast een reductie van roet zorgt het filter ook voor reductie van de uitstoot van koolwaterstoffen (HC s) en CO; een reductie van meer dan 70 % is aangetoond. Door de ophoping van vervuilende deeltjes afkomstig van de motorolie, brandstof en slijtage van de motor treedt vervuiling van het filter op. Deze vervuiling kan niet worden geregenereerd. Daarom moet het filter regelmatig worden onderhouden en schoongemaakt. Door de vervuiling neemt na verloop van tijd de tegendruk van het filter toe. Roetfilters op werkmaterieel 7 Dieselmotoren en roet 5 Let op: voor half open filters wordt geen subsidie verstrekt! Ook worden ze door de Arbeidsinspectie niet gezien als afdoende bescherming.

27 27 Hoofdstuk 7 Het roetfilter stelt drie voorwaarden: de dieselbrandstof moet zwavelvrij zijn; het oxidatieproces van de koolstof tijdens de regeneratie vereist een uitlaatgastemperatuur die regelmatig boven de 275 C uitkomt; het roetfilter kan toegepast worden bij Euro2 en Euro3-dieselmotoren. Wanneer een roetfilter op een bestaande machine gemonteerd wordt mag het zwavelgehalte maximaal 50 ppm zijn en het olieverbruik niet hoger dan 1 liter op 1000 km of 1 liter op 20 draaiuren. Het roetfilter beïnvloedt waarden als de uitlaatgastemperatuur en tegendruk. Het type roetfilter is tevens afhankelijk van de cilinderinhoud en roetuitstoot (roetwaarde) van de motor. Het type roetfilter moet daarom aangepast worden aan de specificaties van de fabrikant. 7.5 Roetfilterfamilies De roetfilters worden in eerste instantie opgedeeld in twee soorten met de volgende kenmerken: wegwerpfilters: wanneer het filterelement vol is, wordt het vervangen door een nieuw (afvangen en opslaan); herbruikbaar: wanneer het filter vol is wordt het verzameld roet verbrand en kan het opnieuw worden gebruikt (afvangen en oxideren). De herbruikbare filters kunnen op hun beurt weer onderverdeeld worden in twee soorten met de volgende kenmerken: half open: deel van het uitlaatgassen worden gefilterd, deze soorten worden bij niet voor de weg bestemde mobiele machines niet gebruikt; hoog rendement: de uitlaatgassen worden geheel gefilterd. De hoogrendement filters kunnen weer onderverdeeld worden in drie groepen: keramische monolieten: circa. 90% van de toepassingen; gesinterd metaal: circa 8% van de toepassingen; hittebestendige vezels: circa 2% van de toepassingen Aangezien de keramische monolieten het meest voorkomen zullen we alleen die in deze publicatie behandelen. Het filter van keramisch monoliet (keramisch filter uit één stuk) is een wall flow - of gesloten filter waarvan de kanalen om en om zijn afgedicht. De kanalen hebben poreuze wanden waar de gassen doorgelaten worden en het roet zich tegen de wanden verzameld (zie afbeelding).

28 Voorbeelden van filtersystemen CWF-Filter (Coated Wall Flow) Het CWF-filtersysteem is een met edelmetaal gecoat keramisch wall flow filter. Door de coating op de filter vindt de regeneratie van de filter al bij een lage temperatuur plaats (+/- 250 C). Randvoorwaarden voor het gebruik van het CWF-systeem: de brandstof mag niet meer dan 350 ppm zwavel bevatten; de uitlaatgastemperatuur moet minimaal 30% van de inzet boven de 250 C komen; de filter moet eens per 1000 bedrijfsuren (minimaal eens per jaar) worden gereinigd.! Een CWF-filter kan toegepast worden op zowel turbo als niet turbo geladen dieselmotoren. CWF-filter Reducties na het filter: roet >90%; koolwaterstof >95%; koolmonoxide >95%. Er is een minimale toename van stikstofdioxide (NO). CRT-filter (Continously Regenerating Trap) Het CRT-systeem is een keramisch wall flow filter met een voorgeschakelde oxidatie katalysator. De door de katalysator geproduceerde stikstofdioxide zorgt voor de oxidatie van de roetdeeltjes, die Roetfilters op werkmaterieel 7 Dieselmotoren en roet

29 29 Hoofdstuk 7 door het filter uit de uitlaatgassen stroom zijn gefilterd. Randvoorwaarden voor het gebruik van het CRT systeem: de brandstof mag niet meer dan 50 ppm zwavel bevatten; de uitlaatgastemperatuur moet minimaal 30% van de inzet boven de 275 C komen; het filter moet eens per 1000 bedrijfsuren (minimaal eens per jaar) worden gereinigd. De CRT is alleen geschikt voor turbo geladen motoren. CRT-filter De roetreductie is > 90%. DPX-filter Het DPX-filtersysteem is een met edelmetaal gecoat keramisch wall flow filter. Door de coating op het filter vindt de regeneratie van het filter al bij een lage temperatuur plaats ( +/- 275 C). Randvoorwaarden voor het gebruik van het DPXsysteem: de brandstof mag niet meer dan 50 ppm zwavel bevatten; de uitlaatgastemperatuur moet minimaal 30% van de inzet boven de 275 C komen; het filter moet eens per 1000 bedrijfsuren (minimaal eens per jaar) worden gereinigd. De DPX kan toegepast worden op zowel turbo als niet turbo geladen dieselmotoren. DPX-filter De roetreductie is >90%. SCR (Selective Catalytic Reaction) Om de uitstoot van NOx (stikstof oxides) nog meer te verminderen, kan een CRT of DPX filtersysteem uitgerust worden met SCR. Door middel van SCR kan een vooraf geregelde reactie plaatsvinden. Dit wordt gedaan door ammoniak( ureum) aan de gassen toe te voegen en dan over een katalysator te leiden zodat de NOx omgezet wordt in N2 (stikstof) en de ammoniak in water. Deze techniek wordt veel toegepast op stationaire dieselmotoren en aardgasmotoren, welke worden gebruik voor de opwekking van stroom of het aandrijven van pompen. Sinds een

30 30 paar jaar is het ook mogelijk om deze techniek toe te passen op dynamische motor inzet zoals bussen, vrachtwagens en op horizontaal/verticaal transportmachines. Hieronder wordt SCR schematisch weergegeven. rookgas generator (motor) uitlaatgas ureum tank ureum inspuitlans mengen van ureum MSR kast SCR streek OXI streek gezuiverd gas reactor SCR voldoet aan de euro 4- en 5 norm. Voordeel van dit systeem is dat er een grote reductie is van CO, HC, PM en NOx. Nadelen van dit systeem zijn de grotere constructie, een duurder systeem en er is additief (ureum) noodzakelijk. 7.7 Regeneratie (reinigen) van dieselroetfilters Na verloop van tijd zullen de wanden van het filter met roet bedekt zijn en raakt het verstopt. Het filter moet dan gereinigd worden. Dit reinigen betekent dat de brandbare bestanddelen van het roet worden verbrand (oxidatie). Om de verbranding op gang te brengen zijn ontstekingstemperaturen nodig tussen de 350 C en 600 C afhankelijk van het soort reinigingsproces. Dit proces noemen we regeneren. Er zijn verschillende manieren om te regenereren: Actief regenereren Het regeneratieproces moet door mensen gestart en onderhouden worden. Kenmerk van dit proces is dat de uitlaatgastemperatuur laag is (< 300 C). Het proces wordt ingeschakeld door de temperatuur van de uitlaatgassen te verhogen door elektrische bijverwarming of bijverwarming door middel van een dieselbrander. De bijverwarming kan op de machine gemonteerd zijn (elektrisch on board of dieselbrander) of als gescheiden apparaat (elektrisch off board). Passief regenereren Het regeneratieproces wordt automatisch gestart en onderhouden. Kenmerk van dit proces is dat de uitlaatgastemperatuur relatief hoog is ( > 300 C). Deze temperaturen kunnen, zelfs door moderne dieselmotoren, nauwelijks bereikt worden. Daardoor moeten er katalysatoren toegevoegd worden om de reactie bij een lage temperatuur toch op gang te brengen of er worden toevoegingen aan de brandstof bijgemengd. Roetfilters op werkmaterieel 7 Dieselmotoren en roet

31 31 Hoofdstuk 7 Katalysatoren worden uitgevoerd als een katalysator/filtercombinatie of als een filter met een katalytische laag. Passief/Actief regenereren Het proces start automatisch, maar is tussentijds wel bij te sturen. Kenmerk van dit proces is dat de uitlaatgastemperatuur sterk varieert. Uitlaatgastemperaturen kunnen hoger gemaakt worden door de luchtinlaat te smoren of door brandstof na-inspuiting in combinatie met een katalysator. 7.8 Voorbeelden van actieve regeneratie Off-Board Wanneer het filterelement vol is wordt het gedemonteerd en op een regeneratiestation geplaatst. De regeneratie duurt ½ tot 2 uur, afhankelijk van de grootte van het filter en het vermogen van het regeneratiestation. De voordelen zijn dat de installatie eenvoudig is in uitvoering en gebruik, een lage aanschafprijs heeft en dat de regeneratie gecontroleerd uitgevoerd wordt. De nadelen zijn dat de regeneratie discipline vereist, tijdrovend is en dat men het filter moet demonteren. Ook is verbranding van het filter tijdens de regeneratie niet denkbeeldig. On-Board Wanneer het filterelement vol is wordt de machine op het elektriciteitsnet aangesloten. De regeneratie duurt ½ tot 2 uur, afhankelijk van de grootte van het filter en het vermogen van de regeneratie warmtespiraal. Men is afhankelijk van een elektriciteitsbron. De voordelen zijn dat de installatie eenvoudig is in uitvoering en gebruik, een lage aanschafprijs heeft en dat de regeneratie gecontroleerd uitgevoerd wordt. De nadelen zijn dat de regeneratie discipline vereist, tijdrovend is en de machine kan tijdens de regeneratie niet gebruikt worden. Men is afhankelijk van een elektriciteitsbron. Dieselbrander Wanneer het filterelement vol is, wordt de motor stilgezet en de regeneratie in gang gezet middels de dieselbrander. De regeneratie duurt 10 tot 20 minuten, afhankelijk van de grootte van het filter. De voordelen zijn dat er geen externe energiebron nodig is, de regeneratie snel verloopt en eenvoudig in gebruik is. De nadelen zijn dat de installatie relatief complex is, de machine stilstaat tijdens de regeneratie en de aanschafprijs hoog is.

32 Voorbeelden van passieve regeneratie Brandstofadditieven (verhogen van de uitlaatgastemperatuur) Het regeneratie proces start vanzelf wanneer de uitlaatgassentemperatuur hoog genoeg is ( C), onafhankelijk van de belasting van het filter. De voordelen zijn dat er geen externe energiebron nodig is, geen extra apparaat, de ongevoeligheid voor de kwaliteit van de brandstof, regeneratie is mogelijk tijdens het operationele proces en er is geen gebruiksaanwijzing anders dan de toevoeging van het additief. De nadelen zijn dat de asresten, veroorzaakt door het additief, vaker verwijderd moeten worden. Ook zijn er de kosten van het additief. Katalytische behandeling (verlagen van de ontbrandingstemperatuur van het roet) Door verschillende katalysatoren toe te passen kan men de ontbrandingstemperatuur van het roet verlagen. Hieronder volgen voorbeelden van mogelijke combinaties. T30 Systeem > ºC Zelfontbrandingstemperatuur v/h roet > ºC Katalytisch met Basismetalen > 3xx ºC Katalytisch met 5g Pt(platina) > 340 ºC Licht katalytisch met Pt + FBC > 325 ºC Katalytisch met 50g Pt Filterbehandeling/temperatuur combinaties voor zelfontbranding van het roet Met T30 wordt bedoeld dat de vermelde temperatuur zeker 30 % van de draaiuren aanwezig moet zijn. Roetfilters op werkmaterieel 7 Dieselmotoren en roet

33 33 Hoofdstuk 7 Passieve regeneratie is niet alleen afhankelijk van temperatuur, ook de tegendruk van de uitlaat bepaalt de mate en snelheid van de regeneratie. Dit is weergegeven in de figuur hier onder. 300 Katalytische behandeling 250 Tegendruk (mbar) Temperatuur (ºC) Tenslotte worden de verschillende roetfilters met elkaar vergeleken ten opzichte van de mate van (passieve) regeneratie en de tijdsduur van de regeneratie. De uitlaat gassentemperatuur is hierbij op 600 ºC afgesteld. Dit is weergegeven in de grafiek hieronder. Regeneratie Na 2-4 minuten Filter Na 6-8 minuten Filter Na 10 minuten Filter + katalytisch onbehandeld Additief behandeld zonder additief

34 Keuze van een roetfilter Op de vraag welk type roetfilter nu geschikt is voor een bepaald mobiel werktuig is geen pasklaar antwoord te geven. Dit zal afhangen van diverse factoren. Bij het bepalen van het geschikte roetfilter kunnen de volgende vragen een rol spelen: bevindt de machine zich binnen, buiten of een combinatie daarvan? bevindt de machine zich in de buurt van een elektrische bron? werkt de machine in het veld, ver van de onderhoudswerkplaats? wat is de bedrijfstijd per dag van de machine? waar wordt de machine voor ingezet? is zwavelarme dieselolie verkrijgbaar? hoe groot is het olieverbruik? Deze vragen kunnen het beste samen met de dealer van roetfilters doorgenomen worden, waarbij een aantal kenmerken van de machine ook een rol spelen, bijvoorbeeld: hoe hoog is de uitlaatgastemperatuur? wat is de maximale tegendruk van het systeem? wat is de cilinderinhoud/nominaal toerental? wat is de roetwaarde/onderhoudsinterval? De antwoorden op deze vragen moeten leiden tot een juiste keuze van het roetfilter. Maak de keuze altijd in samenwerking met de importeur/leverancier van de machine! Roetfilters op werkmaterieel 8 Onderhoud en keuring van het roetfilter

35 35 Hoofdstuk 8 8 Onderhoud en keuring van het roetfilter Om het roetfilter ook na plaatsing steeds goed te laten werken, is het nodig het te onderhouden en te laten keuren. 8.1 Regelmatig onderhoud Een roetfilter zonder onderhoudsintervallen bestaat niet. Hoe vaak er onderhoud nodig is, is wél afhankelijk van het gekozen filtersysteem. De meeste systemen moeten minimaal één keer per jaar onderhoud krijgen. In het algemeen kan men stellen dat voor het onderhoudsinterval geldt: Smeerolieconsumptie * Filtervolume * Filteroppervlak * Verzamelde asvolume Een voorbeeld Een passief CRT filter heeft een verwachte levensduur van 5000 uur. Tijdens de regeneratie perioden kunnen asresten in de poriën van de wand gaan sinteren (inbranden), waardoor het filter kan verstoppen. De fabrikant schrijft dus voor: na 500 draaiuren de asresten uit het filter verwijderen met een HEPA stofzuiger en vervolgens met water spoelen; na 1000 draaiuren het filter een ovenbehandeling geven, daarna weer wassen en drogen; vervolgens weer na 500 uur de asresten verwijderen, enzovoort.

36 36 Ieder type filter heeft zijn eigen schoonmaakprocedures. Volg hierbij altijd de instructies van de fabrikant. Het filtersysteem kan met een datalogging systeem gevolgd worden. Via de datalogging kan worden vastgesteld, bijvoorbeeld over een periode van drie maanden, hoe de drukontwikkeling is verlopen. Dit wordt in een grafiek zichtbaar gemaakt. Figuur: Voorbeeld uitlezing datalogger. 8.2 Periodieke keuring De periodieke keuring is bedoeld om vast te stellen of het roetfilter adequaat functioneert. Het is een visuele/auditieve keuring plus datalogging. Geeft deze visuele keuring/inspectie onduidelijke resultaten dan wordt een meting op de K-waarde gelast. Alle te keuren aspecten zijn op een keuringsformulier samengebracht. Roetfilters op werkmaterieel 8 Onderhoud en keuring van het roetfilter

37 37 Hoofdstuk 8 Roetfilter Merk Bouwjaar Type Serie no. bouwmachine Serie no. roetfilter Keuringsdatum Stickernummer Gebruiker Naam Adres Postcode Plaats Telefoon Cont.pers. Keurend bedrijf Naam Adres Postcode Plaats Telefoon Keurmeester GOED MATIG SLECHT N.V.T. GOED MATIG SLECHT N.V.T. 1 Visuele en auditieve keuringsitems 1 Afdichtingen 2 Ophanging/bevestiging 3 Elektrische aansluitingen 4 Doorstroombaarheid filter 5 Materiaalverkleuring 6 Geluidsontwikkeling Bevindingen Visuele en auditieve keuringsitems: 2 Datalogging 1 Regeneratie-intervallen 2 Drukverloop 3 Frequentie waarin pieken optreden 4 Temperatuurverschillen voor en na het filter specimen Aanbevelingen Datalogging: Goedgekeurd/afgekeurd handtekening keurmeester Getekend voor gezien handtekening klantbedrijf Revisienr.:

Energie management actieplan 2016

Energie management actieplan 2016 Pagina : 1/7 Energie management actieplan 2016 In dit hoofdstuk wordt de doelstelling beschreven in het kader van de CO2-reductie, inclusief de reductiemaatregelen, die Oosterhuis BV vanaf het jaar 2016

Nadere informatie

TIER 4 INTERIM / STAGE IIIB EMISSIENORMEN VOOR NON-ROAD MOBIELE MACHINES

TIER 4 INTERIM / STAGE IIIB EMISSIENORMEN VOOR NON-ROAD MOBIELE MACHINES TIER 4 INTERIM / STAGE IIIB EMISSIENORMEN VOOR NON-ROAD MOBIELE MACHINES TIER 4 INTERIM / STAGE IIIB EMISSIENORMEN VOOR NON-ROAD MOBIELE MACHINES Op 1 januari 2011 zijn de emissienormen Tier 4i / Stage

Nadere informatie

Uitlaatgassennabehandeling Industriële Verbrandingsmotoren

Uitlaatgassennabehandeling Industriële Verbrandingsmotoren Emitech B.V. / Emigreen B.V. Kjelt Remmen Technisch specialist / Adviseur Wij: Ontwerpen Specificeren Leveren en Ondersteunen systemen voor de uitlaatgassen nabehandeling van industriële verbrandingsmotoren

Nadere informatie

Bijlage 1 Emissiereducerende maatregelen (door Royal Haskoning)

Bijlage 1 Emissiereducerende maatregelen (door Royal Haskoning) Bijlage 1 Emissiereducerende maatregelen (door Royal Haskoning) Steunprogramma havengebonden werktuigen 81944801/R/873192/Mech Definitief Rapport 21 januari 2011 1.3 Uilaatgasnabehandelingssytemen 1.3.1

Nadere informatie

Basisinspectiemodule

Basisinspectiemodule Basisinspectiemodule Blootstelling aan dieselmotoremissies (DME) Deze BasisInspectieModule (BIM) is opgesteld aan de hand van de stand van de techniek en is geschreven voor intern gebruik bij de Inspectie

Nadere informatie

Voortgang CO2 reductie

Voortgang CO2 reductie Voortgang CO2 reductie Introductie A. Hak wil in 2030 CO2 neutraal werken en heeft doorlopend aandacht voor de invloed van onze werkzaamheden op het milieu. Wij zijn gecertificeerd en door het hebben en

Nadere informatie

Bosal Diesel-Oxikatfilter

Bosal Diesel-Oxikatfilter Bosal Diesel-Oxikatfilter EEN UNIEK CONCEPT Een roetfilter op uw dieselwagen draagt bij tot een schonere lucht Zoals alle westerse, geïndustrialiseerde landen heeft ook België een dreigend luchtkwaliteitsprobleem.

Nadere informatie

Diesel. AdBlue is een gedeponeerd handelsmerk van de Vereniging van Duitse automobielfabrikanten (VDA). ONTDEK ADBLUE

Diesel. AdBlue is een gedeponeerd handelsmerk van de Vereniging van Duitse automobielfabrikanten (VDA). ONTDEK ADBLUE Diesel AdBlue is een gedeponeerd handelsmerk van de Vereniging van Duitse automobielfabrikanten (VDA). ONTDEK ADBLUE Korte samenvatting BELANGRIJKSTE KENMERKEN Wat is AdBlue?... 3 Waar dient het voor?....

Nadere informatie

MANAGEMENTSAMENVATTING

MANAGEMENTSAMENVATTING MANAGEMENTSAMENVATTING Zware dieselvoertuigen hebben relatief hoge NOx- en PM-emissies. De verstrenging van de Europese emissiereglementering moet leiden tot een vermindering van deze emissies voor nieuwe

Nadere informatie

Dieselmotoremissies. DME in de bouw. Rimke Kerkhoff 10 April 2019 NVVA congres

Dieselmotoremissies. DME in de bouw. Rimke Kerkhoff 10 April 2019 NVVA congres Dieselmotoremissies DME in de bouw Rimke Kerkhoff 10 April 2019 NVVA congres Wie ben ik Rimke Kerkhoff Gecertificeerd arbeidshygiënist Gecertificeerd hoger veiligheidskundige Vakgroepleider AH Werkzaam

Nadere informatie

Voortgang CO2 reductie

Voortgang CO2 reductie Voortgang CO2 reductie Introductie A. Hak wil in 2030 CO2 neutraal werken en heeft doorlopend aandacht voor de invloed van onze werkzaamheden op het milieu. Wij zijn gecertificeerd volgens ISO 14001, MVO

Nadere informatie

W & M de Kuiper Holding

W & M de Kuiper Holding 2 januari t/m juni 2018 2 Pagina 2 van 6 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Overzicht -emissie gegevens 3 Vergelijking met voorgaande jaren 4 3 -gerelateerd gunningsvoordeel 5 4 Doelstellingen 5 Reductiedoelstellingen

Nadere informatie

Voortgang CO 2 reductie

Voortgang CO 2 reductie Voortgang CO 2 reductie Introductie A. Hak wil in 2020 CO2 neutraal werken en heeft doorlopend aandacht voor de invloed van onze werkzaamheden op het milieu. Wij zijn gecertificeerd volgens ISO 14001 en

Nadere informatie

Gesjoemel op de weg? Eric Feringa Igor van der Wal

Gesjoemel op de weg? Eric Feringa Igor van der Wal Gesjoemel op de weg? Eric Feringa Igor van der Wal Wat kunt u verwachten? Hoe is úw kennis van luchtverontreiniging? Inzicht in normen en techniek Wat is de invloed van sjoemelsoftware? Casestudy A13 Overschie

Nadere informatie

Greentec Oils: Smeer hem groen!

Greentec Oils: Smeer hem groen! Greentec Oils: Smeer hem groen! GreenTec Oils life long for life. De GreenTec oliën en smeermiddelen dragen zorgt voor een langdurig betere smering waardoor slijtage aan motoren en installaties aanzienlijk

Nadere informatie

Boer B.V. 3.B.1-1 CO2-reductiedoelstellingen. Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0

Boer B.V. 3.B.1-1 CO2-reductiedoelstellingen. Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0 Boer B.V. 3.B.1-1 CO2-reductiedoelstellingen Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Colofon... 2 1 Inleiding... 3 1.1. Doelstellingen... 3 2 Subdoelstellingen...

Nadere informatie

J.A. Boer BV CO2 reductiedoelstellingen 2016. Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0

J.A. Boer BV CO2 reductiedoelstellingen 2016. Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0 J.A. Boer BV CO2 reductiedoelstellingen 2016 Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1. Doelstellingen 3 2 Subdoelstellingen 4 2.1. Subdoelstelling brandstofverbruik

Nadere informatie

J.A. Boer BV CO 2 reductiedoelstellingen 2016. Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 2.1

J.A. Boer BV CO 2 reductiedoelstellingen 2016. Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 2.1 J.A. Boer BV CO 2 reductiedoelstellingen 2016 Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 2.1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1. Doelstellingen 3 2 Subdoelstellingen 4 2.1. Subdoelstelling brandstofverbruik

Nadere informatie

3B1 CO2 reductiedoelstellingen

3B1 CO2 reductiedoelstellingen 3B1 CO2 reductiedoelstellingen Conform niveau 3 op de CO 2-prestatieladder 3.0 Versie: april 2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1. Doelstellingen 3 2 Subdoelstellingen 4 2.1. Subdoelstelling kantoren 4

Nadere informatie

3.B.1 CO2-Reductiedoelstellingen 2020

3.B.1 CO2-Reductiedoelstellingen 2020 3.B.1 CO2-Reductiedoelstellingen 2020 Maastricht, 01-04-2016 Auteur: Kirsten Kuypers-Janssen KVGM-Coördinator Geaccordeerd door: Joshua Janssen Directeur Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 3 1.1 OVER DIT RAPPORT...

Nadere informatie

Nu goedkoper en groener rijden. Easy Green simpel en voordelig. Direct instappen met Easy Green. GO-Greener: Hoe? Zo! Effecten:

Nu goedkoper en groener rijden. Easy Green simpel en voordelig. Direct instappen met Easy Green. GO-Greener: Hoe? Zo! Effecten: Nu goedkoper en groener rijden Uw auto direct aanzienlijk voordeliger en schoner laten rijden? Dat kan met GO-Greener. Meer kilometers voor minder geld. Met behoud van comfort en zelfs verbetering van

Nadere informatie

EFRO project. Factsheets rondvaart. Kennisnetwerk bijeenkomst 3 december 2012, AmsterdamRuud Verbeek

EFRO project. Factsheets rondvaart. Kennisnetwerk bijeenkomst 3 december 2012, AmsterdamRuud Verbeek EFRO project Factsheets rondvaart Kennisnetwerk bijeenkomst 3 december 2012, AmsterdamRuud Verbeek 2 Inhoud Inleiding Technische opties voor een schonere vloot Emissie in de praktijk Overzicht Conclusies

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 27 november 2015 betreffende lage-emissiezones, artikel 4 en 5;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 27 november 2015 betreffende lage-emissiezones, artikel 4 en 5; Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 betreffende lage-emissiezones DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van

Nadere informatie

Yerseke Engine Services BV (YES) Yerseke Engine Services is een service provider voor Caterpillar en John Deere in Nederland.

Yerseke Engine Services BV (YES) Yerseke Engine Services is een service provider voor Caterpillar en John Deere in Nederland. Yerseke Engine Services BV (YES) Yerseke Engine Services is een service provider voor Caterpillar en John Deere in Nederland. Wij zijn gevestigd in Yerseke, dicht bij de havens van Rotterdam en Antwerpen

Nadere informatie

Schakel zo vroeg mogelijk op naar een hogere versnelling, tussen 2000 en 2500 toeren.

Schakel zo vroeg mogelijk op naar een hogere versnelling, tussen 2000 en 2500 toeren. Tip 1 Schakelen Schakel zo vroeg mogelijk op naar een hogere versnelling, tussen 2000 en 2500 toeren. Een toerenteller is hierbij een handig hulpmiddel. Een deel van het vermogen dat een automotor levert

Nadere informatie

De Groningen weg van Broem naar Zoem

De Groningen weg van Broem naar Zoem NVRD Noord Nederland 14 maart 2019, Resato, Assen De Groningen weg van Broem naar Zoem Gerrit Griffioen Hoofd Materieel gemeente Groningen 1 Brandstof gerelateerd equipment Gemeente Groningen heeft ongeveer

Nadere informatie

3B1 CO2 reductiedoelstellingen

3B1 CO2 reductiedoelstellingen 3B1 CO2 reductiedoelstellingen Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0 Versie: april 2019 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1. Doelstellingen 3 2 Subdoelstellingen 4 2.1. Subdoelstelling kantoren 4

Nadere informatie

2: vermindering van koolmonoxide, kooldioxide, zwaveldioxide en stikstofoxide en dat is erg goed om het broeikaseffect tegen te houden.

2: vermindering van koolmonoxide, kooldioxide, zwaveldioxide en stikstofoxide en dat is erg goed om het broeikaseffect tegen te houden. Stelling door T. 1429 woorden 12 juni 2014 7,8 2 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Stelling 1: openbaar vervoer moet gratis worden 1: km autorijden levert dan per passagier gemiddeld zeven keer

Nadere informatie

Energiemanagement actieplan

Energiemanagement actieplan Energiemanagement actieplan Versie 2018.1 Datum: 11-01-2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Reductiemogelijkheden 4 2.1 Brandstof 4 2.2 Electra en warmte 4 2.3 Projecten 5 3. CO2 reductie a.d.h.v. maatregelen

Nadere informatie

Puma CVX - Steyr CVT Tier 4 motoren

Puma CVX - Steyr CVT Tier 4 motoren Puma CVX - Steyr CVT Tier 4 motoren De ontwikkeling van het CVX-model CVX 140 CVX 150 CVX 160 CVX 175 CVX 195 Puma CVX 165 Puma CVX 180 Puma CVX 195 Puma CVX 130 Puma CVX 210 Puma CVX 145 Puma CVX 225

Nadere informatie

Dieselmotoremissies (DME) in omsloten ruimten

Dieselmotoremissies (DME) in omsloten ruimten Interne instructie Arbeidsinspectie Dieselmotoremissies (DME) in omsloten ruimten INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 2. AANPAK 2.1 Wettelijke grondslag 2.2 Inspectie 2.2.1 Vervanging is mogelijk conform stand

Nadere informatie

W & M de Kuiper Holding

W & M de Kuiper Holding 1 juli t/m december 2017 1 Pagina 2 van 6 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Overzicht -emissie gegevens 3 Vergelijking met voorgaande jaren 4 3 -gerelateerd gunningsvoordeel 4 4 Doelstellingen 4 Voortgang

Nadere informatie

Duurzaam rijden, samen met ECOdrive

Duurzaam rijden, samen met ECOdrive Duurzaam rijden, samen met ECOdrive Beknopte gebruiksaanwijzing Algemene versie 07-2014 Introductie Het duurzaam ondernemen wordt steeds belangrijker. Veel bedrijven zijn verplicht CO 2 -doelstellingen

Nadere informatie

De maatregelen bestaan in hoofdlijnen uit: Betrekken medewerkers bij reduceren energieverbruik en reduceren CO2-uitstoot

De maatregelen bestaan in hoofdlijnen uit: Betrekken medewerkers bij reduceren energieverbruik en reduceren CO2-uitstoot Beleidsverklaring Co2 Deze beleidsverklaring met betrekking tot de CO2 uitstoot is onderdeel van het door M, van der Spek Hoveniersbedrijf B.V. gevoerde milieubeleid. M. van der Spek Hoveniersbedrijf B.V.

Nadere informatie

3.3 Straddle Carriers

3.3 Straddle Carriers 3.3 Straddle Carriers 3.3.1 Inleiding Straddle carriers worden aangedreven door dieselmotoren (6 of 8 cilindermotoren). Deze motoren voldoen allen aan de Tier 3 standaard, de nieuwere uitvoeringen aan

Nadere informatie

Emissies, wet- en regelgeving. Leo van der Burg - projectmanager TCNN - projectmanager MariTIM - LNG Passenger Vessel

Emissies, wet- en regelgeving. Leo van der Burg - projectmanager TCNN - projectmanager MariTIM - LNG Passenger Vessel Emissies, wet- en regelgeving Leo van der Burg - projectmanager TCNN - projectmanager MariTIM - LNG Passenger Vessel Wetgeving ter stimulering duurzaam varen CCR (Centrale Commissie Rijnvaart): Eisen aan

Nadere informatie

Gezondheid & Voeding

Gezondheid & Voeding Luchtverontreiniging groot probleem gezondheid Elk jaar sterven wereldwijd zo n 6,5 miljoen mensen aan de gevolgen van luchtverontreiniging en in Nederland zorgt dit jaarlijks zeker voor 13.000 vroegtijdige

Nadere informatie

Verkeer en luchtverontreiniging

Verkeer en luchtverontreiniging Verkeer en luchtverontreiniging gezondheidsschade Dr Ir Miriam Gerlofs-Nijland RIVM 1 Positie RIVM Onderzoeksinstituut rijksoverheid Onafhankelijk van politiek en beleid Verbindt wetenschap en beleid Maakt

Nadere informatie

Schaap Beheer B.V. Hoofddoelstelling reductie: 10% minder CO2 uitstoot in 2022 t.ov PLAN VAN AANPAK: MAATREGELLIJST CO2 PRESTATIELADDER 2019

Schaap Beheer B.V. Hoofddoelstelling reductie: 10% minder CO2 uitstoot in 2022 t.ov PLAN VAN AANPAK: MAATREGELLIJST CO2 PRESTATIELADDER 2019 Logistiek & Transport Gebruik efficiëntere diesel 20% tot 50% van gebruikte brandstof is speciale diesel die aantoonbaar tenminste 3% brandstofbesparing oplevert t.o.v. gebruik van normale diesel. Alternatief:

Nadere informatie

SCHADELIJKE EMISSIES VAN DIESELVOERTUIGEN. TNO - Willar Vonk 4 juni 2015 Louwman Museum Bron: rapportnummer TNO 2015 R10733

SCHADELIJKE EMISSIES VAN DIESELVOERTUIGEN. TNO - Willar Vonk 4 juni 2015 Louwman Museum Bron: rapportnummer TNO 2015 R10733 SCHADELIJKE EMISSIES VAN DIESELVOERTUIGEN TNO - Willar Vonk 4 juni 2015 Louwman Museum Bron: rapportnummer TNO 2015 R10733 TNO MEET SINDS 1986 EMISSIES In opdracht van het Ministerie van Infrastructuur

Nadere informatie

CO 2 Reductie doelstellingen

CO 2 Reductie doelstellingen CO 2 Reductie doelstellingen Gebr. Griekspoor BV Innovatief Proactief Duurzaam Betrokken Nieuw-Vennep 5 november 2013 Dilia van der Want. Afdeling KAM Akkoord directie: Datum: Handtekening: 0.0 Inhoudsopgave

Nadere informatie

[3.B.1.3- CO2 reductiedoelstellingen]

[3.B.1.3- CO2 reductiedoelstellingen] 2017 [3.B.1.3- CO2 reductiedoelstellingen] Co2 prestatieladder 3.0 Conform niveau 3 Transportbedrijf R.Vels & Zn. BV 1 Inhoud Inleiding... 3 1 Mogelijkheid en reductie CO2 uitstoot... 4 1.1. Input... 4

Nadere informatie

CO2 reductiedoelstellingen 2020. Conform de CO2-prestatieladder 2.2

CO2 reductiedoelstellingen 2020. Conform de CO2-prestatieladder 2.2 CO2 reductiedoelstellingen 2020 Conform de CO2-prestatieladder 2.2 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1. Doelstellingen 3 2 Subdoelstellingen 4 2.1. Subdoelstelling kantoren 4 2.2. Subdoelstelling lease-auto

Nadere informatie

Halfjaarlijkse rapportage footprint, doelstellingen en maatregelen

Halfjaarlijkse rapportage footprint, doelstellingen en maatregelen A. Hak Infranet - CO 2-emissies scope 1 en 2 - eerste helft 2018 Inleiding A. Hak Infranet was gecertificeerd op niveau 5 van de CO 2-Prestatieladder, en is in 2017 terug naar niveau 3. Onze nulmeting

Nadere informatie

PROFESSIONAL DPF CLEANING MACHINE

PROFESSIONAL DPF CLEANING MACHINE PROFESSIONAL DPF CLEANING MACHINE EN АPPLICATION MANUAL.......... 4 DE ANLEITUNG....................... 5 ES INSTRUCCIONES DE USO........ 6 FR MODE D EMPLOI................. 7 IT MANUALE D USO.................

Nadere informatie

VR DOC.0113/2BIS

VR DOC.0113/2BIS VR 2017 1702 DOC.0113/2BIS Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 betreffende lage-emissiezones DE VLAAMSE REGERING,

Nadere informatie

CO2 Emissies & voortgang van doelstellingen Nieuwsbrief 2 van 2017

CO2 Emissies & voortgang van doelstellingen Nieuwsbrief 2 van 2017 Inleiding CO 2 prestatieladder Sinds 2013 is Gebr. Beentjes gecertificeerd voor de CO2 prestatieladder. Een van de onderdelen van het CO2 beleid is het periodiek communiceren over de CO2 uitstoot alsmede

Nadere informatie

MANAGEMENTSAMENVATTING

MANAGEMENTSAMENVATTING 1 MANAGEMENTSAMENVATTING De verstrenging van de Europese reglementering van emissienormen voor voertuigen is de drijvende kracht achter de voortdurende ontwikkeling en verdere optimalisatie van motor en

Nadere informatie

WWW.AMT.NL - Dé internetsite voor de Automotive Professional

WWW.AMT.NL - Dé internetsite voor de Automotive Professional WWW.AMT.NL - Dé internetsite voor de Automotive Professional MOTOREN Mercedes maakt dieselmotor ultraschoon Foto s/tekeningen: Mercedes-Benz Roetuitstoot én -uitworp onder controle De groene kracht van

Nadere informatie

additieven zoeker WÜRTH additieven een sterk merk!

additieven zoeker WÜRTH additieven een sterk merk! additieven zoeker WÜRTH additieven een sterk merk! Würth additieven een sterk merk! Met het gebruik van WÜRTH additieven bij elke beurt verlengt u de levensduur van de motor. Optimaliseert u de prestaties

Nadere informatie

Energiemanagement Actieplan CO 2 -Prestatieladder

Energiemanagement Actieplan CO 2 -Prestatieladder Bijlage D Energiemanagement Actieplan CO2- Prestatieladder Energiemanagement Actieplan CO 2 -Prestatieladder Sarens Nederland Pagina 26 van 39 D.1 Inleiding In het vorige hoofdstuk is kenbaar gemaakt dat

Nadere informatie

Reduceer stationairtijd en bespaar kosten. Met verwarmings-, airconditioning- en engine-off oplossingen voor grondverzetmaterieel

Reduceer stationairtijd en bespaar kosten. Met verwarmings-, airconditioning- en engine-off oplossingen voor grondverzetmaterieel Reduceer stationairtijd en bespaar kosten Met verwarmings-, airconditioning- en engine- oplossingen voor grondverzetmaterieel Optimale temperaturen Voor optimale prestaties Ontdek uw besparingspotentieel.

Nadere informatie

4 Verbranding. Bij gele vlammen ontstaat roet (4.1)

4 Verbranding. Bij gele vlammen ontstaat roet (4.1) 4 Verbranding Verbrandingsverschijnselen (4.1) Bij een verbranding treden altijd een of meer van de volgende verschijnselen op: rookontwikkeling, roetontwikkeling, warmteontwikkeling, vlammen, vonken.

Nadere informatie

ENERGIE ACTIEPLAN. H. de Boer Burgum BV. Energie Actieplan De Boer Burgum BV. Conform NEN 50001 Versie 1 / 25 september 2014

ENERGIE ACTIEPLAN. H. de Boer Burgum BV. Energie Actieplan De Boer Burgum BV. Conform NEN 50001 Versie 1 / 25 september 2014 ENERGIE ACTIEPLAN H. de Boer Burgum BV Conform NEN 50001 Versie 1 / 25 september Verantwoordelijke voor dit verslag is H. de Boer, directeur Pagina 1 van 6 Scope 1 gasverbruik in 1. Inregelen cv installatie

Nadere informatie

Review CO 2 reductiedoelstellingen

Review CO 2 reductiedoelstellingen Review CO 2 reductiedoelstellingen Door: R. Loenen Datum: 26-10-2018 Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 3.0 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Voortgang subdoelstellingen 4 2.1 Voortgang subdoelstelling

Nadere informatie

Energie beoordelingsverslag 2015 20 januari 2016 (definitief)

Energie beoordelingsverslag 2015 20 januari 2016 (definitief) Energie beoordelingsverslag 2015 20 januari 2016 (definitief) Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Bedrijfsonderdelen 4 2.3 Factoren die het energieverbruik beïnvloeden 4 3.

Nadere informatie

Document: Energiemanagementplan

Document: Energiemanagementplan Energiemanagementplan Certificering op CO 2 -prestatieladder CO 2 -prestatieladder Niveau 3 Auteur(s): Mevrouw C.K. Kloens De heer D. Slothouber 23 oktober 2013 (revisie 1.0) Definitief rapport Inhoudsopgave:

Nadere informatie

Veel gestelde vragen ;

Veel gestelde vragen ; Veel gestelde vragen ; Kan ik Yellow Miracle Oil(YMO olie) in de motor doen als daar een mineraal&synthetische motor olie reeds is? Antwoord ; Ja, u kan YMO olie gebruiken samen met de grote merken, zowel

Nadere informatie

ENERGIE ACTIEPLAN PLATENKAMP. Conform NEN 50001 Versie 1 / oktober 2014. Dit document zal minimaal 2 keer per jaar beoordeeld en aangepast worden.

ENERGIE ACTIEPLAN PLATENKAMP. Conform NEN 50001 Versie 1 / oktober 2014. Dit document zal minimaal 2 keer per jaar beoordeeld en aangepast worden. ENERGIE ACTIEPLAN PLATENKAMP Conform NEN 50001 Versie 1 / oktober Verantwoordelijke voor dit verslag is Erik Veldkamp Pagina 1 van 5 Scope 1 in ton 2. Plaatsen nieuwe cv ketel 2.600,-- Dec. 17% op het

Nadere informatie

Kolenvergasser. Kolenvergasser 2009-02-01 hdefc.doc

Kolenvergasser. Kolenvergasser 2009-02-01 hdefc.doc Kolenvergasser 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 Beantwoord de vragen 1 t/m 3 aan de hand van het in bron 1 beschreven proces. Bron 1 De

Nadere informatie

milieu impact mobiele werktuigen Factsheet voor een duurzame keuze

milieu impact mobiele werktuigen Factsheet voor een duurzame keuze milieu impact mobiele werktuigen Factsheet voor een duurzame keuze natuur & Milieu milieu impact mobiele werktuigen 2 milieu impact mobiele werktuigen Factsheet voor een duurzame keuze U wilt mobiele werktuigen

Nadere informatie

CO2 REDUCTIE BRANDSTOFBESPARING DOOR GEDRAGSVERANDERING WERKGROEP TACIDE KENNIS. Fase 2 Rijgedrag/technisch onderhoud

CO2 REDUCTIE BRANDSTOFBESPARING DOOR GEDRAGSVERANDERING WERKGROEP TACIDE KENNIS. Fase 2 Rijgedrag/technisch onderhoud CO2 REDUCTIE BRANDSTOFBESPARING DOOR GEDRAGSVERANDERING WERKGROEP TACIDE KENNIS Fase 2 Rijgedrag/technisch onderhoud 80% VAN DE CO2 BESPARINGSPOTENTIE IN UW ONDERNEMING LIGT BIJ 20% VAN DE MOGELIJKHEDEN

Nadere informatie

CO2 reductiedoelstellingen Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 3.0

CO2 reductiedoelstellingen Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 3.0 CO2 reductiedoelstellingen 2017 Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 3.0 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1. Doelstellingen 3 1.2. Doelstellingen per emissiebron en per FTE tot 2020 4 1.3. Goedkeuring

Nadere informatie

ENERGIE ACTIEPLAN. Van der Wiel Holding BV. Conform NEN 50001 Oktober 2015 ENERGIE ACTIEPLAN VAN DER WIEL HOLDING B.V.

ENERGIE ACTIEPLAN. Van der Wiel Holding BV. Conform NEN 50001 Oktober 2015 ENERGIE ACTIEPLAN VAN DER WIEL HOLDING B.V. ENERGIE ACTIEPLAN Van der Wiel Holding BV Conform NEN 50001 Oktober 2015 Verantwoordelijke voor dit verslag is de consultant van AMK Inventis Versie 2.0 Pagina 1 van 6 Scope 1 gasverbruik 1 Inregelen cv

Nadere informatie

Energie beoordelingsverslag februari 2017

Energie beoordelingsverslag februari 2017 Energie beoordelingsverslag 2016 15 februari 2017 Datum:... Paraaf directie:... Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Bedrijfsonderdelen 4 2.3 Factoren die het energieverbruik

Nadere informatie

Energiemanagement actieplan

Energiemanagement actieplan Energiemanagement actieplan 2019 14-02-2019 Energie Management Actieplan 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Reductiedoelstellingen 4 2.1 Bedrijfsdoelstelling 4 2.2 Scope 1 4 2.3 Scope 2 4 3. Plan van

Nadere informatie

Dieselmotoremissies (DME) in omsloten ruimten

Dieselmotoremissies (DME) in omsloten ruimten Interne instructie Arbeidsinspectie Dieselmotoremissies (DME) in omsloten ruimten INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING... 2 2. AANPAK... 3 2.1 WETTELIJKE GRONDSLAG... 3 2.2 NORMSTELLING... 3 2.3 INVULLING VAN DE

Nadere informatie

Energie beoordelingsverslag februari 2017

Energie beoordelingsverslag februari 2017 Energie beoordelingsverslag 2016 6 februari 2017 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Bedrijfsonderdelen 4 2.3 actoren die het energieverbruik beïnvloeden 4 3. Energieverbruik

Nadere informatie

14 april 2013 (JF) Energie Management Actieplan 2013 1

14 april 2013 (JF) Energie Management Actieplan 2013 1 Energie Management Actieplan 2013 14 april 2013 (JF) Energie Management Actieplan 2013 1 Inhoudsopgave 6.1 Reductiedoelstellingen 3 6.2 Plan van aanpak 3 6.3 Samenvatting 6 Energie Management Actieplan

Nadere informatie

Product specificaties

Product specificaties DIESEL EGR 3-1 Eigenschappen Professioneel gamma Diesel EGR 3 Luchtaanzuiging-, Inlaatkleppen-, Luchtstroomsensor-, EGR- en Turboreiniger in aerosol Wynn s Diesel EGR 3 is een product in aerosol, dat ontwikkeld

Nadere informatie

CO 2 reductiedoelstellingen 2018

CO 2 reductiedoelstellingen 2018 CO 2 reductiedoelstellingen 2018 Meeuwisse Nederland B.V. Conform niveau 5, CO2-prestatieladder 3.0 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1. Doelstellingen 3 1.2. Doelstellingen per emissiebron en per FTE tot

Nadere informatie

Energiemanagement actieplan 2017

Energiemanagement actieplan 2017 Energiemanagement actieplan 2017 Energie Management Actieplan 2017 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Reductiedoelstellingen 4 2.1 Bedrijfsdoelstelling 4 2.2 Scope 1 4 2.3 Scope 2 4 3. Plan van Aanpak 5 3.1

Nadere informatie

Kwantitatieve reductiedoelstelling

Kwantitatieve reductiedoelstelling CO 2 Prestatieladder Kwantitatieve reductiedoelstelling Auteur: Dhr. A.J. van Doornmalen Aspect(en): 3.B.1, 3.B.2, 4.B.1, 1.D.1 Vrijgegeven: Dhr. A.J. van der Heul Datum: 18 april 2014 Inhoudsopgave 1.0

Nadere informatie

Emissies naar lucht door verkeer en vervoer,

Emissies naar lucht door verkeer en vervoer, Indicator 12 april 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Met uitzondering van kooldioxide,

Nadere informatie

Regeneratie van het dieseldeeltjesfilter: beknopte handleiding

Regeneratie van het dieseldeeltjesfilter: beknopte handleiding Regeneratie van het dieseldeeltjesfilter: beknopte handleiding RX70 Tevens dient het hoofdstuk over het deeltjesfiltersysteem in de originele bedieningsinstructies in acht te worden genomen RX70-40 RX70-45

Nadere informatie

Energie beoordelingsverslag 2015 11-02-2016

Energie beoordelingsverslag 2015 11-02-2016 Energie beoordelingsverslag 2015 11-02-2016 Energie Beoordelingsverslag 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Bedrijfsonderdelen 4 2.3 Factoren die het energieverbruik beïnvloeden

Nadere informatie

ENERGIE AUDIT VERSLAG 2014

ENERGIE AUDIT VERSLAG 2014 ENERGIE AUDIT VERSLAG 2014 Inhoud 1. Inleiding... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 2. Bedrijf... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3. Energieverbruik en energieverbruikers... Fout! Bladwijzer niet

Nadere informatie

CO2 reductie

CO2 reductie CO2 reductie 2015-2020 1 In dit document willen wij onze CO2 uitstoot publiceren over de jaren 2015, 2016 en 2017. Daarbij nemen wij alvast een voorschot op de verwachting voor het jaar 2020 als we de

Nadere informatie

3B.2 Reductieplan 2017

3B.2 Reductieplan 2017 3B.2 Reductieplan 2017 1.1 Aanleiding In 2014 is bij Gebr. De Jongh BV een energie efficiency onderzoek (4GDJ-CO2.EEI.R) uitgevoerd. Dit energie efficiency onderzoek is geactualiseerd in het eerste kwartaal

Nadere informatie

Energie beoordelingsverslag 2016

Energie beoordelingsverslag 2016 Energie beoordelingsverslag 2016 Datum:... Paraaf directie:... Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Bedrijfsonderdelen 4 2.3 Factoren die het energieverbruik beïnvloeden 4 3.

Nadere informatie

Jan Schouten. Volvo Truck Nederland

Jan Schouten. Volvo Truck Nederland Jan Schouten Quality Safety Environmental care A company driven by strong core values CO 2 -neutrale productie Eerste 100 % CO 2 -neutrale truckfabriek in Gent Windenergie, zonne-energie, biobrandstoffen

Nadere informatie

Periodiek rapportage: Beheersmaatschappij B. Steenhuis B.V. CO2 prestatieladder 1 januari 31 december 2014

Periodiek rapportage: Beheersmaatschappij B. Steenhuis B.V. CO2 prestatieladder 1 januari 31 december 2014 Periodiek rapportage: Beheersmaatschappij B. Steenhuis B.V. CO2 prestatieladder 1 januari 31 december 2014 Inhoudsopgave Gerelateerd aan 7.3 ISO 14064-1 1. Inleiding p 2. Basis gegevens: 2.1 Algemeen a

Nadere informatie

Energie Beoordeling Co2 reductie

Energie Beoordeling Co2 reductie Energie Beoordeling Co2 reductie Opgesteld door: Cheryl de Vette VGMK coördinator 2.A.3 Energie Beoordeling 2016 Van Beek Infra Groep B.V. Conform Co2 Prestatieladder 3.0 Datum: 13-5-2016 Inhoud 1. Inleiding...

Nadere informatie

Energiemanagement CO 2 -prestatie

Energiemanagement CO 2 -prestatie Energiemanagement 2016-2019 CO 2 -prestatie Van Rosmalen B.V. Weidestraat 7-B 5241 CA ROSMALEN tel. 073 523 26 32 M. info@vanrosmalenbv.nl www.vanrosmalenbv.nl Opgesteld d.d.: Sept 2017 Revisie: 001 Opgesteld

Nadere informatie

Emissies naar lucht door verkeer en vervoer,

Emissies naar lucht door verkeer en vervoer, Indicator 24 oktober 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Met uitzondering van kooldioxide,

Nadere informatie

Energie beoordelingsverslag 2015 20 januari 2016 (definitief)

Energie beoordelingsverslag 2015 20 januari 2016 (definitief) Energie beoordelingsverslag 2015 20 januari 2016 (definitief) Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Bedrijfsonderdelen 4 2.3 Factoren die het energieverbruik beïnvloeden 4 3.

Nadere informatie

CO2 reductiedoelstellingen niveau 5

CO2 reductiedoelstellingen niveau 5 CO2 reductiedoelstellingen niveau 5 Aannemingsbedrijf van der Meer B.V. Benthuizen 19 november 2014 J. van der Meer. Afdeling KAM Akkoord directie: Datum: Handtekening: 0.0 Inhoudsopgave 0.0 Inhoud 1.0

Nadere informatie

Emissies naar lucht door verkeer en vervoer,

Emissies naar lucht door verkeer en vervoer, Indicator 5 april 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Met uitzondering van kooldioxide,

Nadere informatie

CO 2 Reductie doelstellingen

CO 2 Reductie doelstellingen CO 2 Reductie doelstellingen Gebr. Griekspoor BV Innovatief Proactief Duurzaam Betrokken Nieuw-Vennep 09 oktober 2014 Dilia van der Want. Afdeling KAM Akkoord directie: Datum: Handtekening: 0.0 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Woensdag 17 november 2010 VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR. Voorstelling roetfiltercampagne

Woensdag 17 november 2010 VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR. Voorstelling roetfiltercampagne Woensdag 17 november 2010 Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR Voorstelling roetfiltercampagne Dames en heren, Vertegenwoordigers van Volvo, beste journalisten,

Nadere informatie

Document: Energiemanagementplan

Document: Energiemanagementplan Energiemanagementplan Certificering op CO 2 -prestatieladder CO 2 -prestatieladder Niveau 3 Auteur(s): Mevrouw C.K. Kloens De heer H. Hooftman De heer D. Slothouber 12 september 2014 Definitief rapport

Nadere informatie

BIJLAGE V. Technische bepalingen inzake stookinstallaties. Deel 1. Emissiegrenswaarden voor de in artikel 32, lid 2, bedoelde stookinstallaties

BIJLAGE V. Technische bepalingen inzake stookinstallaties. Deel 1. Emissiegrenswaarden voor de in artikel 32, lid 2, bedoelde stookinstallaties BIJLAGE V Technische bepalingen inzake stookinstallaties Deel 1 Emissiegrenswaarden voor de in artikel 32, lid 2, bedoelde stookinstallaties 1. Alle emissiegrenswaarden worden berekend bij een temperatuur

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Ontwikkeling in emissienormen en beleid voor (bedrijfs)auto's Paul Hofmeijer

Ontwikkeling in emissienormen en beleid voor (bedrijfs)auto's Paul Hofmeijer Ontwikkeling in emissienormen en beleid voor (bedrijfs)auto's Paul Hofmeijer Programmaleider Verkeersemissies, Ministerie van VROM Agenda 1. Wat willen we bereiken? Klimaat Luchtkwaliteit 2. Wat kan verkeer

Nadere informatie

Footprint Totaal scope 1 en 2. Scope 1 en 2 emissies Pilkes 2016 (totaal = 518,44 ton CO 2 )

Footprint Totaal scope 1 en 2. Scope 1 en 2 emissies Pilkes 2016 (totaal = 518,44 ton CO 2 ) Juli 2017 Extern Sinds november 2013 beschikt Pilkes over een CO2-bewust certificaat. In eerste instantie op niveau 3 van de ladder en vanaf januari 2015 is Pilkes gecertificeerd voor niveau 5 van de CO2-Prestatieladder.

Nadere informatie

Energiemanagement actieplan. 20 januari 2016

Energiemanagement actieplan. 20 januari 2016 Energiemanagement actieplan 20 januari 2016 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Reductiedoelstellingen 4 2.1 Bedrijfsdoelstelling 4 2.2 Scope 1 4 2.3 Scope 2 4 3. Plan van Aanpak 5 3.1 Maatregelen voor behalen

Nadere informatie

StaticAir. Het is onze missie om een fijnstof vrije leef- en werkomgeving te realiseren tegen zo gering mogelijk kosten.

StaticAir. Het is onze missie om een fijnstof vrije leef- en werkomgeving te realiseren tegen zo gering mogelijk kosten. NL StaticAir StaticAir is een jonge onderneming die zich richt op de ontwikkeling en productie van fijnstof reduceersystemen. StaticAir is in het bezit van unieke octrooien. Deze octrooien en onze kennis

Nadere informatie

Periodiek rapportage: Beheersmaatschappij B. Steenhuis B.V. CO2 prestatieladder 1 januari 31 december 2015

Periodiek rapportage: Beheersmaatschappij B. Steenhuis B.V. CO2 prestatieladder 1 januari 31 december 2015 Periodiek rapportage: Beheersmaatschappij B. Steenhuis B.V. CO2 prestatieladder 1 januari 31 december 2015 Inhoudsopgave Gerelateerd aan 7.3 ISO 14064-1 1. Inleiding p 2. Basis gegevens: 2.1 Algemeen a

Nadere informatie

Energie management actieplan

Energie management actieplan Energie management actieplan Conform 3.B.2 Op basis van de internationale norm ISO 50001 4.4.3, 4.4.4, 4.4.5, 4.4.6, 4.6.1 en 4.6.4 A.N. van Impelen en Zonen Werkhoven B.V. Auteur(s): Dhr. A.E.N. van Impelen,

Nadere informatie

ENERGIE ACTIEPLAN PLATENKAMP. Conform NEN 50001 Versie 1 / februari 2015. Dit document zal minimaal 2 keer per jaar beoordeeld en aangepast worden.

ENERGIE ACTIEPLAN PLATENKAMP. Conform NEN 50001 Versie 1 / februari 2015. Dit document zal minimaal 2 keer per jaar beoordeeld en aangepast worden. ENERGIE ACTIEPLAN PLATENKAMP Conform NEN 50001 Versie 1 / februari 2015 Verantwoordelijke voor dit verslag is Erik Veldkamp Pagina 1 van 6 Scope 1 gasverbruik Maatregel verantwoordelijke Benodigde in 2.

Nadere informatie