Onderzoek naar downloaders van kinderporno

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderzoek naar downloaders van kinderporno"

Transcriptie

1 Deventer, 23 mei 2011 José Snijders Cramerstraat BV Deventer Studentennummer Onderzoek naar downloaders van kinderporno Politieacademie Leergang Recherchekunde Wetenschappelijke expertise en opsporing Kernopgave Versie:

2 Kijk op de kijker Voorwoord Verdachte Braziliaanse kinderporno was marineofficier Advocaat staat terecht wegens kinderporno Bizarre combinatie: kinderporno en kindergeneeskunde Geen straf voor oud-rechter wegens kinderporno Presentator Noten veroordeeld voor kinderporno Kinderporno gevonden in Groningse tbs-kliniek Koppen in de Volkskrant waaruit de diversiteit van de kinderpornodownloader blijkt, maar zijn er ook overeenkomsten te vinden bij deze personen, buiten het feit dat ze van kinderporno houden?

3 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding Aanleiding onderzoek Doelstelling Stand van zaken Typologieën De afbeeldingen Strafbaarstelling Methode Probleemstelling Onderzoeksvragen Definities en operationalisering van begrippen (Kinderporno) downloaders Beeldmateriaal Kinderporno Andere porno Taylor typering Kindermisbruik Kenmerken Persoonlijke kenmerken Relationele kenmerken Afbakening Beperkingen van het onderzoek Methodiek Dossier onderzoek Interview met deskundigen Onderzoeksresultaten Inleiding Taylor type Beeldmateriaal Kindermisbruik Taylor type indeling Taylor type en de persoonlijke en/of relationele kenmerken Persoonlijke kenmerken Leeftijd Geslacht Seksuele voorkeur Kinderen Opleiding Beroep Inkomen Schulden Relationele kenmerken Relatie Leefsituatie Sociaal netwerk Hobby s... 17

4 3.3.3 Relatie Taylor type en kenmerken leeftijd Seksuele voorkeur Kinderen Opleiding Inkomen en schulden Relatie Leefsituatie Sociaal netwerk Ernst kinderporno en de kenmerken Leeftijd Seksuele voorkeur Kinderen Opleiding Beroep Inkomen en schulden Relatie Sociaal netwerk Leefsituatie Ernst kinderporno, type downloader en de kenmerken Relatie ernst kinderporno en type downloader Misbruik in relatie tot ernst kinderporno en type downloader Hobby in relatie tot ernst kinderporno en type downloader Leefsituatie in realtie tot ernst kinderporno en type downloader Conclusie Aanbevelingen Literatuur Bijlagen 1. De omvang van het onderzoek Astral

5 1. Inleiding 1.1 Aanleiding onderzoek Per jaar komen er 1000 tot 1200 Nederlandse verdachten van het downloaden van kinderporno vanuit onderzoeken uit het buitenland naar voren. De onderzoeken naar deze verdachten worden door de verschillende regio s in Nederland gedraaid, maar door capaciteitsproblemen kunnen niet alle zaken opgepakt worden. De regio s hebben jaarlijks de mogelijkheid voor ongeveer 700 zaken, zodat er per jaar 300 tot 500 zaken op de plank blijven liggen. De Bovenregionale Recherche Noord- en Oost-Nederland (BRNON) richt zich op bovenregionale middencriminaliteit, horizontale fraude en ketengerichte milieucriminaliteit en is een van de zeven bovenregionale recherche eenheden van Nederland. De onderzoeken worden toegewezen door het Bovenregionale rechercheoverleg (BRO). Het BRO kiest bovendien zogenaamde thema s, waarbij procedures en aanpak ontwikkelt moeten worden, afgestemd op een specifieke criminaliteitsvorm of dadergroep. Kinderporno werd zowel in 2008 als in 2009 en 2010 tot thema gekozen, waarbij de BRNON het onderzoek met de naam Astral kreeg toegewezen. De verdachten uit dit onderzoek bezochten buitenlandse kinderpornosites om kinderporno te downloaden. Vanuit beheersmatig oogpunt ligt het in de lijn van de verwachting dat de BRNON in de toekomst meer soortgelijke onderzoeken gaat draaien. Bij de start van Astral, begin 2009, werd er zoveel mogelijk informatie over de verdachten verzameld. Van de in totaal 48 verdachten werden gegevens uit de politiesystemen en uit het Gemeentelijke Basis Administratie (GBA) gehaald. Daarbij waren enkele opvallende overeenkomsten te zien; de creditcard houders (verdachten) waren allemaal mannen, het overgrote deel was tussen de 40 en 50 jaar oud en opvallend veel verdachten woonde alleen. Ook viel op dat slechts een enkeling geregistreerd stond in het basis politiesysteem (BPS). De verdachten waren dus redelijk onzichtbaar voor de politie. Al tijdens de projectvoorbereiding was er behoefte aan meer informatie over deze verdachten en over het type persoon dat kinderporno downloadt. Meer informatie over de kenmerken van deze daders en mogelijk meer overeenkomsten dan de al geconstateerde zou helpen het opsporingsonderzoek effectief in te richtten. Zo zou deze informatie in de voorfase van het opsporingsonderzoek kunnen helpen om het onderzoeken naar ernst in te delen en te prioriteren. Later in het onderzoek zou het meerwaarde kunnen hebben bij de voorbereiding op de huiszoekingen en het verhoor van de verdachte. Er is niet alleen meer behoefte aan informatie over de downloader van kinderporno maar over daders van cybercrime in het algemeen. In een literatuurinventarisatie naar hightech crime (Broadhurst & Rogers in Van der Hulst & Neve, 2008), wordt gesteld dat een van de belangrijkste lacunes van dit moment het gebrek aan kennis over daders is en er voor de bestrijding van high-tech crime juist inzicht in daders en hun kenmerken nodig is. Meer inzicht in de kenmerken van deze downloaders zou bovendien behulpzaam zijn bij het nemen van beleidsbeslissingen in het strafrechtsysteem (Bogaerts in Vermeulen, Ponsaers & Verlinden, 2003). Hij stelt zelfs dat meer kennis over pedofilie 1 helpt bij het nemen van beslissingen met betrekking tot behandeling, bewaking en resocialisatie, maar ook, dat daardoor beter geschat kan worden wat de kans op recidive is. 1 Pedofilie heeft relatie met downloaders van kinderporno zoals we later in dit stuk zullen zien. 1

6 1.2 Doelstelling Om de veelheid aan onderzoeken naar downloaders van kinderporno te kunnen prioriteren aan de hand van een dadertypologie en op basis van de ernst van de kinderporno in hun bezit, is er behoefte aan meer inzicht in en kennis over de kenmerken behorende bij de verschillende type personen die kinderporno downloaden. Ook verderop in het opsporingstraject, dus na de prioritering is er behoefte aan meer informatie en kennis over het type persoon dat kinderporno downloadt. Indien de beschikbare gegevens en informatie, de verdachte ingedeeld kan worden bij een bepaald type kinderpornodownloader of aanwijzingen geeft over de ernst van de kinderporno die de persoon downloadt, zou de prioritering van de verschillende onderzoeken, het draaiboek voor de huiszoeking en de verhoorstrategie voor de verdachte daarop aangepast kunnen worden. Bovendien zou er gerichter gezocht kunnen worden en zou de verdachte persoonsgericht en specifiek ondervraagd kunnen worden. Het doel van dit onderzoek is om vervolgonderzoeken gemakkelijker op ernst van de kinderporno en op een type downloader in te delen, zodat daarop geprioriteerd en het onderzoek afgestemd kan worden. Door dit onderzoek wordt inzicht verkregen in hoeverre downloaders van kinderporno uit het onderzoek Astral in te delen zijn bij een bepaald type downloader, waarna inzicht verkregen wordt in hoeverre deze downloaders kenmerken bezitten die bij de verschillende types downloaders horen. Bovendien wordt inzicht verkregen in hoeverre de type downloaders of de kenmerken van de downloaders aanwijzing zijn over de mate van ernst van de kinderporno die ze bezitten. Anders geformuleerd wordt er in dit onderzoek gekeken of de bestaande beschrijving van de typologie van downloaders van kinderporno toe te passen is op de downloaders uit het onderzoek Astral en uit te breiden is met meer kenmerken behorende bij de verschillende types. Bovendien wordt onderzocht of de kenmerken, aanwijzingen geven over de mate van ernst van de kinderpornoafbeeldingen die zij bezitten. Het doel van dit onderzoek is, te bereiken dat bij volgende kinderporno onderzoeken, de verdachten aan de hand van de gevonden kenmerken bij voorkeur al in een vroeg stadium in te delen zijn bij een bepaald type downloader, zowel op basis van typologie als op basis van de te verwachten ernst van de kinderporno die ze in bezit hebben. Nadat aan de hand van de kenmerken het type downloader en de mate van ernst van de kinderporno duidelijk is kan op grond daarvan het onderzoek geprioriteerd worden en meehelpen het verdere onderzoek in te richten (bv. draaiboek huiszoeking, persoonsgericht verhoor, keuze verhoorders, keuze gedragsdeskundige). 1.3 Stand van zaken Typologieën Personen die kinderen misbruiken worden veelal ingedeeld in de volgende hoofdtypen (Prentky in Frenken, 2002a; Bogaerts in Vermeulen, Ponsaers & Verlinden, 2003). - het pedofiele type, met een sterke gerichtheid op kinderen en een seksuele voorkeur voor kinderen en hen beschouwt als aanvaardbare partners, ze willen het liefst kind met de kinderen zijn, - het situationeel type, waarbij de seksuele ontwikkeling schijnbaar normaal verloopt, tot gevoelens van onzekerheid of afwijzing frustratie- aanleiding geven tot een al of niet tijdelijke seksuele interactie met kinderen, - het antisociale type bij wie het pedoseksueel misbruik past binnen een algemeen grensoverschrijdend gedragspatroon. Hierbij wordt door Bogaerts (in Vermeulen, Ponsaers & Verlinden, 2003) nog weer een onderscheid gemaakt tussen het antisociale type en het organisch-pathologische type. Bij de laatste is een 2

7 psychose of een mentale en/of organische stoornis de oorzaak van het grensoverschrijdende gedrag. Bij deze indeling wordt gekeken naar het type persoon dat kinderen misbruikt. Het eerste type, het pedofiele type heeft een seksuele voorkeur voor kinderen. Bij het tweede type brengt de situatie met zich mee dat een kind misbruikt wordt, terwijl bij laatste (twee) types een persoonlijkheidsstoornis de oorzaak van het kindermisbruik is. Alleen bij het eerste type; het pedofiele type is de seksuele voorkeur specifiek op kinderen gericht. De bovenstaande typologie wordt dus gebruikt voor personen die kinderen misbruiken. De personen die kinderporno downloaden misbruiken zelf geen kind. Men spreekt dan ook wel van een hands-off delict (Bullens, 2007; Van Wijk, 2000; Van Marle, 2007). Voor deze hands-off delicten is het wel nodig een kind hands-on te misbruiken om kinderporno te kunnen vervaardigen (Bullens, 2007), vandaar ook dat het bezit van kinderporno strafbaar is. De volgende indeling betreft wel een indeling specifiek voor de downloader van kinderporno. Taylor onderscheidt vier typen downloaders (in Groeneveld, 2000): - type A: de persoon met belangstelling voor pornografie en die allerlei soorten porno downloadt, waartussen waarschijnlijk ook wel enkele strafbare kinderpornografische afbeeldingen; - type B: de persoon die kinderporno zoekt en downloadt uit nieuwsgierigheid; - type C: de persoon die kinderporno downloadt omdat hij er seksueel opgewonden van raakt en dus mogelijk pedofiel is, maar nog niet de stap heeft gezet kinderen zelf te misbruiken uit bijvoorbeeld angst voor ontdekking of straf of gebrek aan contacten met kinderen; - type D: de pedoseksueel die kinderporno downloadt omdat hij er seksueel opgewonden van raakt en ook seksueel misbruik pleegt met kinderen. Bij deze indeling wordt naar de aard van het beeldmateriaal gekeken, maar Taylor kijkt ook naar het motief. Waarom is de persoon geïnteresseerd, is dat uit nieuwsgierigheid of is er interesse voor allerlei porno of uitsluitend voor kinderporno. Indien er hoofdzakelijk interesse is voor kinderporno wordt, net als bij de typologie voor kindermisbruikers zoals hiervoor beschreven, de mogelijkheid van pedofilie aangehaald. Taylor gaat er bij het type C en D vanuit dat de persoon mogelijk pedofiel is. Type A zal binnen de opsporing de minste prioriteit krijgen en verder spreekt voor zich dat het type D, dat naast het kinderporno downloaden ook zelf kinderen misbruikt voor de opsporing de meeste prioriteit heeft (Groeneveld, 2000). Of type A, B of C over kan gaan naar misbruik, dus naar type D, is niet bekend. In een onlangs in Nederland afgesloten onderzoek kwam wel naar voren dat sommige downloaders van kijken overgaan naar misbruik, maar welke en hoeveel downloaders dat zijn is niet bekend (Van Wijk, Nieuwenhuis & Smeltink, 2009). Deze onderzoekers stellen dat het volgens de huidige stand van de wetenschap niet duidelijk is welke downloaders een ontwikkeling doormaken van kijken naar kinderporno tot het daadwerkelijk seksueel misbruik van kinderen. Vanuit het oogpunt van preventie en risicotaxatie is duidelijk dat dit essentieel informatie zou zijn De afbeeldingen Om de afbeeldingen van kinderporno te kunnen indelen wordt er naar de ernst van de gedraging gekeken en wordt de Copine s 2 categorie indeling gebruikt (Van Wijk, Bullens & Van Den Eshof, 2007). - Indicatief: niet-seksuele beelden van legitieme bronnen (tijdschriften, catalogi e.d.), de plaatjes worden onder verdachte omstandigheden aangetroffen. 2 Copine typologie: Combating Paedophile Information Networks in Europa 3

8 - Nudistisch: beelden van naakte of halfnaakte kinderen in toepasselijke setting, afkomstig van legitieme bronnen. - Erotica: heimelijk gemaakt beeldmateriaal van in meer of mindere mate naakte kinderen. - Geposeerd: beelden waarin kinderen poseren, in meer of mindere mate naakt. - Erotisch geposeerd: beelden van naakte of halfnaakte kinderen in seksuele provocerende houdingen. - Expliciet erotisch geposeerd: beelden met nadruk op genitaliën. - Expliciete seksuele activiteit: beelden van seksuele activiteit tussen kinderen, zonder volwassenen. - Aanranding: beelden van kinderen die worden aangerand d.m.v. aanraking door een volwassene. - Misbruik: beelden van kinderen die seksueel worden misbruikt d.m.v. penetratie, masturbatie of orale seks met volwassenen. - Sadistisch/bestialiteit: beelden van kinderen die worden blootgesteld aan pijn of waar sprake is van seksuele activiteiten met dieren. In eerste instantie werd deze Copine indeling gebruikt om de afgebeelde slachtoffers te kunnen indelen, maar ze wordt in toenemende mate door justitie gebruikt als indicator van de ernst van het delict of zelfs om het risico voor de verdachte aan te duiden (Quayle, Loof & Palmer, 2008). De indicatieve, niet-seksuele plaatjes van kinderen uit tijdschriften en dergelijke kunnen wel onderwerp zijn van seksuele fantasieën, maar zijn niet strafbaar. Hierna bij de strafbaarstelling zal daar nader op in gegaan worden Strafbaarstelling In de literatuur en het spraakgebruik wordt er veel gesproken over downloaders van kinderporno. Het downloaden van kinderporno, de handeling zelf, is niet strafbaar gesteld, dat is immers ook erg moeilijk te bewijzen. Het bezit van kinderporno is strafbaar gesteld in het Wetboek van Strafrecht, artikel 240b. Artikel 240 b van het Wetboek van Strafrecht (PKN-1, 2010) Met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaar of geldboete van de vijfde categorie wordt gestraft degene die een afbeelding- of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding- van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verspreidt, aanbiedt, openlijk tentoonstelt, vervaardigt, invoert, doorvoert, uitvoert, verwerft, in bezit heeft of zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaft. Bij de seksuele gedraging moet iemand betrokken zijn die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt. Het moet dus - gelet op het uiterlijk en de lichaamsbouw - voor eenieder duidelijk zijn dat het betreffende kind nog geen 18 jaar is. Voor het bepalen van de seksuele gedraging wordt de tabel kinderporno gebruikt (PKN-2, 2010), waarin de Copine categorie indeling beschreven wordt. De eventuele strafbaarheid van het materiaal begint daarbij vanaf categorie 3 (erotica). Bovendien is er ten behoeve van de bepaling van strafeisen de door het College van procureurs-generaal vastgestelde Richtlijn voor strafvordering kinderpornografie. In deze richtlijn (PKN-3, 2010) wordt ook naar de aard van de afbeeldingen gekeken, waarbij de volgende criteria genoemd worden: 1. de omgang van de verdachte met het materiaal (activiteit); 2. de aard van de aangetroffen afbeeldingen; 3. de leeftijd van het slachtoffer; en 4. de lengte van de periode waarin de verzameling van kinderpornografisch materiaal is opgebouwd. 4

9 2. Methode Zoals in het vorige hoofdstuk is beschreven, kunnen personen die kinderporno downloaden ingedeeld worden in vier (A, B, C en D) types, de Taylor indeling en voor de indeling van de kinderporno wordt de Copine categorie-indeling gebruikt. De kinderporno kan daarbij verschillen van relatief minder ernstig, zoals afbeeldingen waarop kinderen poseren, tot zeer ernstige afbeeldingen waarop kinderen aan sadisme of bestialiteiten worden blootgesteld. Indien het type downloader en of de ernst van de kinderporno bekend zijn kan het opsporingsonderzoek daarop geprioriteerd en ingericht worden. 2.1 Probleemstelling Het probleem van de Taylor indeling en de Copine categorie-indeling is echter dat, vooral tijdens de eerste fase van het opsporingsonderzoek, verdachten op grond van de bijhorende omschrijving niet te typeren zijn en er ook nog niet bekend is welke dus hoe ernstig de kinderporno is die ze bezitten. Bovendien is het niet duidelijk of er een verband is tussen de ernst van de kinderporno het type downloader. Daarvoor zijn meer kenmerken van de persoon nodig, die passen bij de verschillende type downloaders en kenmerken die duiden op het bezit van meer of minder ernstige kinderporno afbeeldingen. Als het bovendien kenmerken zijn die in een vroeg stadium van het opsporingsonderzoek bekeken en vergeleken kunnen worden, kan op grond van de daaropvolgende typering en de te verwachten ernst van de kinderpornoafbeeldingen die ze bezitten, de prioritering plaatsvinden en kan het opsporingsonderzoek verder ingericht worden. De doelstelling wordt bereikt door beantwoording van de volgende probleemstelling: In hoeverre is de typologie van Taylor en de Copine categorie-indeling toe te passen op de personen verdacht van kinderporno bezit uit het onderzoek Astral en welke kenmerken van het beeldmateriaal en van de achtergrond van deze personen zijn karakteristiek voor respectievelijk de typologie van Taylor en de Copine categorisering? 2.2 Onderzoeksvragen Om antwoord te krijgen op de bovengenoemde probleemstelling werden de volgende onderzoeksvragen met bijbehorende subvragen geformuleerd: 1. Bij welk Taylor type is de downloader uit het onderzoek Astral in te delen? Wat is de aard, de ernst en de omvang van het beeldmateriaal dat de downloader bezat? Heeft de downloader ook (hands-on) kindermisbruik gepleegd? 2. Is er een relatie tussen de verschillende Taylor type downloaders en de persoonlijke en/of relationele kenmerken van de downloaders uit het onderzoek Astral? Wat zijn de persoonlijke kenmerken van de downloader? Wat zijn de relationele kenmerken van de downloader? 3. Is er een relatie tussen de persoonlijke kenmerken en/of de relationele kenmerken van de downloader uit het onderzoek en de ernst van de kinderporno die hij bezit? 4. Is er een relatie tussen het Taylor type downloader en de Copine ernst van de kinderporno die hij bezit? 5

10 2.3 Definities en operationalisering van begrippen Hieronder worden de gehanteerde begrippen uit de probleemstelling en de onderzoeksvragen belicht (Kinderporno)downloaders In dit onderzoek verstaan we onder de (kinderporno) downloaders, de verdachten uit het onderzoek Astral, die verdacht worden van overtreding van artikel 240 b van het Wetboek van Strafrecht. Het bezitten van kinderporno is daarbij de strafbare handeling. De termen downloader en bezitter zullen in dit onderzoek naast elkaar gebruikt worden Beeldmateriaal Onder beeldmateriaal wordt in dit onderzoek verstaan al het beeldmateriaal dat bij de verdachte tijdens de huiszoeking is aangetroffen en in beslaggenomen is. Dit betreft dan veelal digitaal beeldmateriaal dat opgeslagen is op allerlei gegevensdragers. Het overgrote deel van deze gegevensdragers wordt in beslag genomen omdat het vermoeden bestaat dat ze kinderporno bevatten. De aard van het aangetroffen beeldmateriaal kan kinderpornografisch zijn maar kan ook andere porno of beeltenissen bevatten Kinderporno Het beeldmateriaal waarop kinderen pornografisch worden afgebeeld wordt kinderporno genoemd en daarbij wordt gebruik gemaakt van de Copine s categorie indeling om de ernst van de porno aan te duiden. Het betreft een schaal van een tot tien waarbij de afbeeldingen van categorie 3 en hoger strafbaar kunnen zijn. Hoe hoger de categorie, hoe ernstiger de afgebeelde seksuele handeling, waarbij categorie 10 de ernstigste kinderporno bevat. De volgende verdeling en benaming wordt daarbij toegepast: 1. Indicatief: niet-seksuele beelden van legitieme bronnen (tijdschriften, catalogi e.d.), de plaatjes worden onder verdachte omstandigheden aangetroffen. 2. Nudistisch: beelden van naakte of halfnaakte kinderen in toepasselijke setting, afkomstig van legitieme bronnen. 3. Erotica: heimelijk gemaakt beeldmateriaal van in meer of mindere mate naakte kinderen. 4. Geposeerd: beelden waarin kinderen poseren, in meer of mindere mate naakt. 5. Erotisch geposeerd: beelden van naakte of halfnaakte kinderen in seksuele provocerende houdingen. 6. Expliciet erotisch geposeerd: beelden met nadruk op genitaliën. 7. Expliciete seksuele activiteit: beelden van seksuele activiteit tussen kinderen, zonder volwassenen. 8. Aanranding: beelden van kinderen die worden aangerand d.m.v. aanraking door een volwassene. 9. Misbruik: beelden van kinderen die seksueel worden misbruikt d.m.v. penetratie, masturbatie of orale seks met volwassenen. 10. Sadistisch/bestialiteit: beelden van kinderen die worden blootgesteld aan pijn of waar sprake is van seksuele activiteiten met dieren Andere porno Bij de afbeeldingen waarop geen kinderen maar volwassen personen al of niet met dieren, pornografisch staan afgebeeld, wordt hoofdzakelijk naar de hoeveelheid en in beperkte mate naar de aard van deze afbeelding gekeken. De Copine indeling kan daarbij niet gebruikt worden. De hoeveelheid van deze afbeeldingen is van belang om de downloaders van de onderzoeksgroep bij een Taylor type in te kunnen delen Taylor typering Zoals hiervoor al aangegeven wordt bij de typologie van Taylor gekeken naar de aard van het beeldmateriaal en naar het motief. Het motief van een persoon is echter moeilijk 6

11 te bepalen. Gedeeltelijk zou dit op basis van zijn eigen verklaring kunnen, maar onderzoek 3 laat zien dat deze niet altijd betrouwbaar zijn. Daarom werd er voor de bepaling van het type downloader gekeken naar het soort pornografisch materiaal waarin hij geïnteresseerd was, dus naar de aard en hoeveelheid (kinder)porno. De Taylor typering kent 4 types; de A, B, C en D type downloaders. Type A In dit onderzoek delen we personen in onder type A, indien uit het dossier duidelijk wordt dat de persoon strafbare kinderporno in zijn bezit heeft, maar bovendien relatief grote hoeveelheden andere porno bezit. Type B Personen worden onder type B ingedeeld indien zij weinig kinderporno (minder dan 15 afbeeldingen) bezitten, waardoor we aannemen dat deze persoon kennelijk maar een enkele keer uit nieuwsgierigheid kinderporno gedownload heeft. Type C De personen worden bij type C ingedeeld indien uit het dossier blijkt dat de persoon grote hoeveelheden (meer dan 15 afbeeldingen) kinderporno in zijn bezit heeft waardoor zijn belangstelling kennelijk alleen daar naar uit gaat. De eventuele andere porno die dit type bezit is een enkele afbeeldingen en in geen verhouding met de aangetroffen kinderporno, waardoor we het beschouwen als een soort bijproduct. Type D De type D personen hebben (buiten de kinderporno die zij bezitten), eventueel in het verleden, daadwerkelijk kinderen misbruikt. Hieronder wordt schematisch weergegeven hoe de downloaders uit de onderzoeksgroep ingedeeld worden bij een bepaald type. Schema 1. Taylor type Taylor typologieën KP en andere Porno KP< 15 Bijna uitsluitend KP Misbruik A B C D Kindermisbruik Om te kunnen bepalen bij welk Taylor type downloader de persoon moet worden ingedeeld wordt gekeken of de persoon naast kinderpornobezit ook kinderen misbruikt of in het verleden misbruikt heeft. Onder kindermisbruik verstaan we hier het daadwerkelijk (hands-on) misbruiken van kinderen, dat strafbaar gesteld wordt in artikel 244/245 van het wetboek van stafrecht. Er wordt daarbij uitgegaan van de gegevens zoals die bij de politie bekend zijn Kenmerken Om te kunnen bepalen of er een relatie is tussen een bepaald type downloader en bepaalde kenmerken en/of een relatie tussen de ernst van de kinderporno die hij bezat en deze kenmerken, kijken we in dit onderzoek naar zowel de persoonlijke- als de relationele achtergrond kenmerken van de onderzochte personen. In het woordenboek (on line) wordt kenmerken omschreven als van een kenmerk voorzien; onderscheiden, naar de onderscheidende eigenschappen beschrijven; zich kenmerken, zich onderscheiden (door een eigenschap of eigenaardigheid). 3 Onderzoek naar additioneel seksueel gedrag van downloaders van kinderporno, door een vergelijking tussen zelfrapportage en een polygraaf onderzoek waarbij duidelijk wordt dat dit realistischere uitslagen geeft dan zelfrapportage alleen (Buschman, Krapohl, 2009). 7

12 Persoonlijke kenmerken In dit onderzoek wordt er onder persoonlijke kenmerken verstaan de gegevens van die persoon uit de onderzoeksgroep, waarbij gekeken wordt naar de volgende variabelen; leeftijd, het geslacht, de seksuele voorkeur, het wel of niet hebben van kinderen en of dit eigen kinderen zijn of kinderen van de partner, de opleiding, het beroep, de inkomsten en eventuele schulden van de persoon en of er eerder politiecontacten zijn geweest Relationele kenmerken In dit onderzoek verstaan we onder de relationele kenmerken de gegevens die betrekking hebben op de relatie van de persoon uit de onderzoeksgroep met anderen, waarbij wordt gekeken of de persoon een relatie heeft of gehad heeft. Ook zijn sociaal netwerk en de naaste omgeving, zoals de omgang met zijn familie en vrienden wordt bij de relationele kenmerken meegenomen. Andere variabelen waar bij de relationele kenmerken naar gekeken wordt zijn de vrije tijdsbestedingen; de hobby s, de sporten en de woon- of leefomgeving en eventueel ook andere opvallende kenmerken, genoemd in het dossier van de betreffende persoon. In een analyseschema zijn de onderzoeksvragen geoperationaliseerd in meetbare variabelen. Onderstaande tabel is een eenvoudige weergave van de opbouw van dit analyseschema. Schema 2. Analyse schema Onderzoeksvraag 2a 2b Concept Variabele of meeteenheid Waarden Persoonlijke kenmerken Relationele kenmerken Persoonlijke gegevens (leeftijd, geslacht, seksuele voorkeur, kinderen) Opleiding, beroep, inkomen, schulden, politiecontact Relatie Sociaal netwerk/vrije tijdsbesteding Woon/leefsituatie Leeftijd op M/v Hetero/homo Wel/geen (eigen) kinderen Lager/middelbaar/hoger/ universitair Uitkering/loondienst/eigen bedrijf Onder/modaal/boven Geen/hypotheek/ schuld Heeft partner/ wel partner gehad/nooit partner gehad Regelmatig/weinig/ geen omgang familie Regelmatig/weinig/ geen vrienden Regelmatig/weinig/ geen tijd voor hobby Woont alleen, samen met partner, samen met ouder, samen met kind 8

13 2.4 Afbakening Voor dit onderzoek wordt het opsporingsonderzoek Astral als gegevensverzameling gebruikt. Astral bestond in eerste instantie uit 48 dossiers waarbij ieder dossier de gegevens van één persoon bevat die verdacht wordt van overtreding van artikel 240 b van het Wetboek van Strafrecht, het bezit van kinderporno. Van het geheel van de in eerste instantie 48 dossiers, bleven er uiteindelijk 38 4 over. De tijdsperiode dat dit onderzoek naar de kenmerken van downloaders wordt uitgevoerd is gedurende het opsporingsonderzoek en vóór de vervolging van de verdachten. De gegevens uit het dossier van de verdachte werden gebruikt voor dit onderzoek en deze werden aangevuld met de informatie afkomstig van de verbalisanten die het verhoor deden. Daarbij was het van belang om kort nadat die verhoren hadden plaatsgevonden de verbalisant te interviewen over dat bepaalde dossier, zodat de gegevens nog vers in zijn geheugen zaten en niet verward werden met de gegevens van andere verdachten. Of de personen van de onderzoeksgroep wel of niet vervolgd worden is verder niet van belang voor dit onderzoek, vandaar dat gekozen werd voor de periode direct na het verhoor om het dossieronderzoek en de interviews te doen. Dit hield in dat de vervolging op dat moment nog niet was aangevangen. In de loop van dit onderzoek is daar wel al een begin mee gemaakt. 2.5 Beperkingen van het onderzoek De onderzoeksgroep bestaat uit de verdachten uit het onderzoek Astral die kinderporno bezitten, doordat ze door middel van betaling met een creditcard kinderporno in hun bezit hebben gekregen. De resultaten zeggen wat over deze specifieke groep. Of de kenmerken overeenkomen met de kenmerken van kinderpornobezitters die kinderporno op een andere manier hebben verkregen is niet duidelijk. Bovendien is Astral een opsporingsonderzoek, wat met zich meebrengt dat de personen uit de onderzoeksgroep er misschien belangen bij hebben niet altijd de volledige waarheid te vertellen. Het is daardoor waarschijnlijk dat niet alle informatie boven tafel komt. Een ander gevolg van specifiek deze onderzoeksgroep is dat de personen (verdachten) zich kunnen beroepen op het zwijgrecht, waardoor we in dat geval niet kunnen beschikken over alle gegevens van die persoon. Alleen die personen uit de onderzoeksgroep waarvan bij de politie bekend is dat ze kinderen misbruikt hebben, kunnen we indelen bij het type D (door beantwoording van onderzoeksvraag 1.b). Het is mogelijk dat daarbij personen gemist worden, omdat er een darknumber is en niet alle daders van kindermisbruik bekend worden bij de politie. In de typologie van Taylor wordt gesproken over het mogelijk pedofiel zijn van type C en type D downloader, omdat ze seksueel opgewonden worden van het kijken naar kinderporno. Pedofilie wordt in de forensische psychiatrie een deviante seksuele voorkeur genoemd oftewel een parafilie 5. Parafilie is daarbij een ruim begrip waarbij de psychiatrisch vastgestelde seksuele stoornis bestaat uit een langdurige persoonlijke voorkeur voor een ongebruikelijk seksueel object of een ongebruikelijke seksuele handeling (Vanhoeck, 2007). Is het op kinderen gericht dan wordt dat pedofilie genoemd (Vanhoeck, 2007). In het normale taalgebruik wordt pedofilie gezien als een geaardheid met een langdurige, overmatige en ongewone interesse in of obsessie voor (jonge) kinderen die erotisch en /of seksueel getint is waarbij een gevoelsmatige relatie voorop 4 Zie bijlage 1.: De omvang van het onderzoek Astral. 5 Stoornissen van het seksueel verlangen die worden gekenmerkt door sterke opwinding, wederkerende seksuele fantasieën, intense aandrang en gedragingen en dit gedurende ten minste zes maanden. Deze impuls moet als afwijkend worden ervaren in relatie tot de culturele normen en gepaard gaan met klinisch betekenisvol lijden voor de persoon zelf ofwel beperkingen veroorzaken op sociaal of beroepsvlak of andere levensdomeinen [DSM IV], ( Vanhoeck, 2007). 9

14 staat en gestreefd wordt naar een vriendschapsband met het slachtoffer. Of iemand wel of niet een dergelijke stoornis heeft wordt in dit onderzoek niet onderzocht. Het betreft een ander vakgebied en hoort meer thuishoort bij de forensische psychiatrie. De onderzoeksgroep bestaat uit personen die worden verdacht van het bezit van kinderporno en dit betreft een hands-off delict, dit in tegenstelling met een hands-on delict, waarbij kinderen fysiek worden misbruikt. Dit onderzoek richt zich op deze handsoff verdachten en geeft inzicht in karakteristieke kenmerken van die personen. In verschillende onderzoeken (Wijk, Nieuwenhuis, Smeltink, 2009) wordt de vraag gesteld of verdachten van hands-off over kunnen gaan naar het daadwerkelijk misbruik van kinderen. Het onderzoek naar de eventuele ontwikkeling van personen die overgaan van kinderporno bezit, hands-off, naar kindermisbruik, hands-on, valt buiten de reikwijdte van dit onderzoek. 2.6 Methodiek In deze paragraaf wordt de wijze waarop het onderzoek werd uitgevoerd beschreven. De basis van het onderzoek zijn de dossiers uit het opsporingsonderzoek Astral. De overgebleven 38 dossiers van dit opsporingsonderzoek werden als gegevensverzameling gebruikt waarbij ieder dossier de gegevens over een persoon (verdachte) bevat. Ter aanvulling op het dossieronderzoek werden er interviews gehouden met de rechercheurs die de verhoren van de verdachten deden en nauw bij het onderzoek Astral betrokken zijn. Bovendien werden de interviews gebruikt om de juistheid van de gevonden resultaten te toetsen waardoor de validiteit van het onderzoek gewaarborgd is Dossier onderzoek De onderzoeksdossiers uit het onderzoek Astral, worden als gegevensverzameling gebruikt om de onderzoeksvragen te beantwoorden. Per dossier worden in ieder geval de volgende onderdelen bestudeerd; Het proces verbaal met de beschrijving en beoordeling van het in beslaggenomen beeldmateriaal het proces verbaal van het persoonsgerichte verhoor het proces verbaal van het zaaksgerichte verhoor het dossier van de verdachte opgemaakt bij de projectvoorbereiding Van het in beslaggenomen beeldmateriaal dat kinderporno bevat, werd door de kinderpornorechercheur van het onderzoek Astral per dossier en dus per verdachte een selectie gemaakt, die representatief is voor het aangetroffen kinderpornografische materiaal en die beschreven werd in een proces-verbaal. Dit proces verbaal maakt onderdeel uit van het dossier. Beeldmateriaal Aan de hand van het proces-verbaal met de beschrijving en beoordeling van het in beslaggenomen beeldmateriaal uit het dossier, kan bepaald worden van welke categorie indeling van Copine de verdachte kinderporno bezat. Bij afbeeldingen die geen kinderporno bevatten maar gewone porno, wordt er naar de hoeveelheid daarvan gekeken waarbij belangrijk is hoe deze hoeveelheid zich verhoudt met de aangetroffen kinderporno. De gegevens over de hoeveelheid en de aard van de andere porno staan niet in het dossier vermeld omdat ze niet strafbaar zijn. Om antwoord op die vragen te krijgen werden interviews gehouden met de betrokken rechercheurs. In paragraaf wordt daar nader op ingegaan. Hands-on misbruik Gegevens over de personen uit de onderzoeksgroep waaruit het criminele verleden blijkt worden opgenomen in het dossier welke wordt opgemaakt bij de projectvoorbereiding. Dit dossier maakt deel uit van het gehele onderzoeksdossier. Hiervoor worden zowel de HKS gegevens gebruikt als mutaties over de persoon in het verleden. Indien duidelijk 10

15 wordt dat de persoon recent kinderen misbruikt is dat ook terug te vinden in het dossier en zal de opsporing daarop gericht zijn. Persoonlijke en relationele kenmerken Om het antwoord op deze onderzoeksvragen te vinden, wordt voornamelijk het persoonsgerichte verhoor gebruikt. Daarin zijn de kenmerken over de achtergrond opgenomen. Gegevens uit het zaaksgerichte verhoor kunnen dit eventueel nog aanvullen. Per verdachte is de achtergrond (persoonlijke kenmerken en relationele kenmerken) zo uitgebreid mogelijk bekeken en in een gegevensverzameling genoteerd Interview met deskundigen De drie verhoorrechercheurs van het onderzoek Astral, hebben ieder meerdere dossiers ter onderzoek toegewezen gekregen. Een van hun taken is om de verhoren van de verdachte voor te bereiden en de verdachte daadwerkelijk te horen. Tijdens het verhoor worden ze bijgestaan door een gecertificeerde zedenrechercheur. Dit is een vereiste zoals in de Aanwijzing opsporing en vervolging inzake seksueel misbruik (2008A031) is gesteld. Andere specialisten zoals de digitaal rechercheur en de kinderporno specialist, vulden het dossier met de al of niet strafbare bewijsmiddelen. Op het moment dat het verhoor wordt afgerond en het dossier van de verdachte compleet is, wordt er gestart met in eerste instantie het dossieronderzoek gevolgd door het interview met een van de verhoorrechercheurs van dat dossier. De drie rechercheurs zullen in de loop van de tijd, tijdens dit onderzoek, meerdere malen geïnterviewd worden. Steeds over de verdachte uit het dossier die ze kort voordien, gehoord hadden. Het betreffen open individuele interviews met het doel gegevens te achterhalen die niet direct in het dossier vermeld staan. Dit ter toetsing en eventueel uitbreiding van de bevindingen uit het dossier. Uit de interviews blijkt ook het eventuele bezit van andere porno en de hoeveelheid daarvan en de opvallende kenmerken van de personen. Bovendien worden de gegevens uit het analyse schema in het interview getoetst. In een aparte kolom in het analyse schema worden de eventuele nieuwe aanvullingen of opmerkingen van de geïnterviewde rechercheurs opgenomen. 11

16 3. Onderzoeksresultaten 3.1 Inleiding Downloaders bezitten naast kinderporno vaak ook gewone porno. De kinderporno kan variëren van afbeeldingen met poserende kinderen tot afbeeldingen waarop kinderen sadistische seksueel worden misbruikt. Ook de persoonlijke kenmerken en relationele kenmerken van de downloaders kunnen heel verschillend zijn. Dit onderzoek richt zich op die verschillen en de mogelijke verbanden daartussen. In dit hoofdstuk worden de resultaten van het onderzoek weergeven. Het analyse schema (schema 2) is als dataverzameling gebruikt, waaruit de gegevens gegenereerd zijn om de onderzoeksvragen te beantwoorden. 3.2 Taylor type Onderzoeksvraag 1. Bij welk type is de downloader uit het onderzoek Astral in te delen? Om de downloader uit het onderzoek Astral in te kunnen delen bij een Taylor type, wordt gekeken naar de aard, de ernst en de omvang van het beeldmateriaal en of de downloader ook kinderen heeft misbruikt Beeldmateriaal Wat is de aard, de ernst en de omvang van het beeldmateriaal dat de downloader bezat? Uit de gegevens bleek dat het merendeel (58%, n=22) van de onderzoeksgroep (N=38) beeldmateriaal bezat, dat zowel kinderpornografisch van aard is als pornografisch (volwassen porno). Het bezit van deze andere (volwassen) porno is niet strafbaar, ook niet indien daarop extreme handelingen (bondages, plasseks) afgebeeld zijn. Een voorbeeld hiervan is de afbeelding van een persoon (de verdachte zelf) waarbij hij zijn eigen hond seksueel misbruikt 6. Ook bij anderen (n=5) werden afbeeldingen aangetroffen van bestialiteiten. Met uitzondering van één persoon waren dat steeds afbeeldingen van volwassene(n) met dieren. De afbeeldingen aangetroffen bij een persoon, waarop een kind te zien is dat seks had met dieren, betreft wel kinderporno en is dus wel strafbaar. Andere extreme afbeeldingen die bij een persoon werden aangetroffen waren pornografische afbeeldingen met lijken (necrofilie), dezelfde persoon had ook afbeeldingen van bestialiteiten. Iemand anders had pornografische foto s van zwangere vrouwen. De kinderporno die bij een verdachte werd gevonden, is veelal van een zelfde leeftijdscategorie (prepuberaal, 8 tot 10 jaar enz.) en van hetzelfde geslacht. De omvang van het beeldmateriaal was erg verschillend per persoon. Bij twaalf personen (32%) werden tussen de 1000 en kinderpornografische afbeeldingen aangetroffen en bij zes personen (16%) meer dan afbeeldingen. Deze laatste groep had bovendien grote hoeveelheden ander (volwassen) porno. Bij drie personen (8%) werden minder dan 15 afbeeldingen kinderporno aangetroffen. Deze personen hadden bovendien nauwelijks andere porno. Dit in tegenstelling tot dertien personen (34%) die ook zo goed als geen andere porno bezaten maar juist wel grote hoeveelheden kinderporno. De Copine s categorie indeling werd in dit onderzoek gebruikt om de ernst van de kinderenporno te bepalen. Bij de Copine indeling wordt de kinderporno op ernst in 10 verschillende categorieën ingedeeld. Vanaf categorie 6 werden de afbeeldingen in de 6 Het seksueel misbruiken van dieren en de afbeeldingen daarvan zijn per 1 juli 2010 strafbaar gesteld in art 254 en 254a in het wetboek van strafrecht. 12

17 dossiers vermeld. De categorieën 1 t/m 5 betreft minder ernstige kinderporno. Categorie 6 betreft afbeeldingen van erotisch poserende kinderen. Afbeeldingen van kinderen die seksuele activiteiten verrichten vallen onder categorie 7 en kinderen die aangerand worden vallen onder categorie 8. Categorie 9 afbeeldingen zijn afbeeldingen van kindermisbruik. De meest ernstige kinderporno, categorie 10 bevat afbeeldingen van of sadistische handelingen met kinderen of kinderen geconfronteerd met bestialiteiten. Tabel 1. Ernst kinderporno Aantal Percentage Sadistisch/bestialiteit % Misbruik % Aanranding % Expliciete seksuele activiteit % Expliciet erotisch geposeerd % Totaal N=38 100% Categorie 10 is de meest ernstige vorm van kinderporno en betreft afbeeldingen van kinderen die sadistisch of met bestialiteiten misbruikt worden. De beide personen die deze kinderporno bezaten hadden bovendien afbeeldingen (de gewone porno) waarop bestialiteiten met volwassen te zien waren. De tabel laat zien dat 53% van de onderzoeksgroep (n=20) afbeeldingen bezat van categorie 9, kinderen die seksueel worden misbruikt d.m.v. penetratie, masturbatie of orale seks met volwassenen (categorie 9). Categorie 8 betreft afbeeldingen waarop kinderen aangerand worden, door middel van aanraking door een volwassene. Bij de lagere categorieën 7 en 6, betreft het respectievelijk seksuele activiteiten tussen kinderen en poserende kinderen, waarbij geen volwassenen betrokken zijn. Van de onderzoeksgroep bezat 21 % (n=8) uitsluitend categorie 6 kinderporno, de afbeeldingen van poserende kinderen waarbij de nadruk op de genitaliën is gericht Kindermisbruik Heeft de kinderpornobezitter ook (hands-on) kindermisbruik gepleegd? Voor het beantwoorden van deze vraag werd naar zowel het heden als het verleden gekeken, waarbij HKS gegevens en mutaties die opgenomen waren in het dossier als uitgangspunt dienden. Van de onderzoeksgroep had één persoon kindermisbruik gepleegd en antecedenten op het gebied van zeden. Hij had enkele jaren geleden via de computer (grooming) contact gekregen met een meisje, waarna hij het meisje (14 jr.) daadwerkelijk ontmoette en zwanger maakte. Niemand uit de onderzoeksgroep wordt op dit moment verdacht van (hands-on) kindermisbruik. Van de 38 personen uit het onderzoeksdossier, hebben vijf personen te maken gehad met misbruik. Vier zijn er zelf misbruikt door hun vader of door hun stiefvader en van een van de personen is de zus in het verleden misbruikt door de vader. Een persoon is niet alleen door zijn vader misbruikt, maar ook door zijn broer. Van degenen (n=4) die zelf misbruikt zijn behoren er drie tot de groep die nog nooit een relatie heeft gehad. Twee personen die niet voorkwamen in HKS waren wel met de politie in aanraking geweest in verband met zeden, maar zonder dat daar een proces-verbaal van opgemaakt werd. Van een persoon was een mutatie opgemaakt omdat hij naar meisjes gegluurd had bij een zwembad en van de andere omdat hij in een weiland seksuele handelingen bij een paard had verricht. 13

18 Daarnaast hadden vijf personen aantekeningen in HKS voor andere feiten. Twee hadden een verkeersmisdrijf gepleegd, twee een vermogensdelict en één was veroordeeld voor doodslag waarvoor hij bovendien TBS opgelegd had gekregen Taylor type indeling Om de 1 e onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden zijn de gegevens uit de beide vorige subvragen gebruikt en wordt voor de typering de Taylor typering gebruikt. Daarbij is het A type de persoon die niet alleen kinderporno bezit, maar ook volwassen porno. Ze worden ook wel alles eters genoemd. Iemand is een B type indien hij minder dan 15 afbeeldingen van kinderporno bezit. Ze worden wel de nieuwsgierigen genoemd. De C type downloaders betreft de personen die geen andere porno bezit maar alleen kinderporno. De D type downloader heeft naast het bezit van kinderporno ook zelf kinderen misbruikt. De grootste groep (58%, n=22), de type A kinderpornobezitters, betreft de downloaders die niet alleen kinderporno bezitten maar ook andere (volwassen) porno, de alleseters. Bij drie personen (8 %) werd een kleine hoeveelheid kinderporno aangetroffen waardoor ze ingedeeld werden bij type B; degene die uit nieuwsgierigheid kinderporno gedownload heeft. Deze personen bezaten minder dan vijftien beelden (kennelijk) omdat ze maar een enkele keer uit nieuwsgierigheid porno gedownload hebben. Of dit ook daadwerkelijk de reden is van de kleine hoeveelheid is moeilijk te achterhalen. Het is ook mogelijk dat er wel meer kinderporno gedownload is maar dat dit van de computer verwijderd is. De twaalf personen (31 %), waar bijna uitsluitend kinderporno werd aangetroffen, werden ingedeeld als type C. Een persoon (3%) werd ingedeeld bij type D. Hij had naast kinderporno bezit ook misbruik gepleegd. De persoon heeft in het verleden een kind (14 jr.) misbruikt en is daarvoor veroordeeld. In onderstaande tabel wordt de onderzoeksgroep (N=38) bij de verschillende Taylor types ingedeeld, waarmee onderzoeksvraag 1 beantwoord is. Tabel 2. Taylor type KP en andere Porno KP< 15 Bijna uitsluitend KP Misbruik A B C D N=38 (100%) 58% 8% 31% 3% 3.3 Taylor type en de persoonlijke en/of relationele kenmerken Onderzoeksvraag 2 Is er een relatie tussen de verschillende Taylor type downloaders en de persoonlijk en/of relationele kenmerken van de downloaders uit het onderzoek Astral. Om te kunnen bepalen of er een relatie is tussen het type downloader (Taylor) zoals die in de vorige onderzoeksvraag naar voren gekomen is en de persoonlijke kenmerken danwel de relationele kenmerken is het nodig eerst te kijken naar deze kenmerken Persoonlijke kenmerken Wat zijn de persoonlijke kenmerken van de kinderpornobezitter? De persoonlijke kenmerken waar in dit onderzoek naar gekeken is: leeftijd, geslacht, seksuele voorkeur, het wel of niet hebben van (eigen) kinderen, opleiding, beroep, inkomen, en schulden worden achtereenvolgens per kenmerk besproken Leeftijd Voor het bepalen van de leeftijd van de downloaders uit dit onderzoek werd de leeftijd genoteerd van die persoon op 1 januari De jongste downloader uit dit onderzoek 14

19 was op die datum 30 jaar terwijl de oudste 72 was. De gemiddelde leeftijd van alle downloaders is 41 jaar terwijl de mediaan 40 jaar is. De jongste downloaders (n=3) zijn 30 jaar. In de onderzoeksgroep zat dus niemand van de leeftijdsgroep tussen 20 en 29 of jonger. Het overgrote deel van de onderzoeksgroep valt in de leeftijdsgroep (mediaan 40). Tabel 3. Leeftijd Aantal en ouder 2 N= Geslacht Alle personen van de onderzoeksgroep zijn van het mannelijke geslacht. Tabel 3. geslacht Aantal Mannelijk 38 Vrouwelijk 0 N= Seksuele voorkeur Wat de seksuele voorkeur van de onderzoeksgroep is blijkt niet direct uit het dossier, het was geen vraag die door de rechercheurs rechtstreeks gesteld werd tijdens het verhoor. Omdat het verhoor wel over de seksuele beleving van de personen ging, werd in sommige gevallen de seksuele voorkeur wel duidelijk, maar bij anderen bleef het onduidelijk. Bij twee personen blijkt uit de dossiers dat ze homoseksueel zijn en een persoon geeft aan biseksueel te zijn. Tabel 4. Seksuele voorkeur Aantal Heterofiel 13 Homoseksueel 2 Biseksueel 1 Onbekend 22 N= Kinderen Van de onderzoeksgroep (N=38) heeft de meerderheid (66%, n=25) geen kinderen. Er zijn negen personen die zelf kinderen hebben en drie personen waarvan de partner kinderen heeft. Een personen heeft zowel eigen kinderen als een partner met kinderen. Tabel 5. Kinderen Aantal Percentage Geen kinderen 25 66% Eigen kinderen 9 23% Partner met kinderen 3 8% Zowel eigen kinderen als partner met kinderen 1 3% N=38 100% Opleiding In dit onderzoek werd onderscheid gemaakt tussen de lagere/beroepsopleidingen, middelbare opleidingen, hogere opleidingen en universitaire opleidingen. De groep die als hoogste opleiding een middelbare (beroeps) opleidingen had gevolgd was het grootst 15

20 (45%, n=17), terwijl alle opleidingsniveaus aanwezig waren (tabel 6). Er waren relatief veel hoger en universitair opgeleide personen in de onderzoeksgroep (34%, n=13). Tabel 6. Opleidingsniveau Niveau Aantal Percentage Lager 8 21% Middelbaar 17 45% Hoger 6 16% Universitair 7 18% N=38 100% Beroep De beroepen variëren van kok en planner tot notaris en apotheker. Er waren geen beroepen bij waarbij direct met kinderen gewerkt werd zoals onderwijzers, of begeleiders. Niemand had hetzelfde beroep. Ook waren er geen beroepsgroepen die veel voorkwamen of andere opmerkelijke beroepen of combinaties. De beroepen werden verder onderscheiden in loondienst, eigen bedrijf of uitkering (incl. AOW). Hieruit kwam naar voren dat het merendeel van de onderzoeksgroep (n=27) in loondienst was. Er waren drie personen die een uitkering genoten en acht personen met een eigen bedrijf. Tabel 7. Dienstverband Aantal Percentage Loondienst 27 71% Eigen bedrijf 8 21% Uitkering 3 8% N=38 100% Inkomen Voor het inkomen werd gekeken of de personen uit de onderzoeksgroep modaal, boven modaal of onder modaal verdienden, waarbij tussen de 1500 en 2000 per maand als modaal 7 gezien werd. Bij drie personen kon het inkomen niet worden achterhaald doordat dit niet in het dossier opgenomen was. Er werd niet naar gevraagd of de verdachte maakte gebruik van het zwijgrecht. Van de resterende personen van de onderzoeksgroep (N=35) verdienen vijftien personen boven modaal (43%), elf personen (31%) verdienen modaal en negen (26%) onder modaal. Tabel 8. inkomen Aantal Percentage Boven modaal 15 43% Modaal 11 31% Onder modaal 9 26% N=35 100% Schulden In het dossier werd bij het grootste gedeelte (n=29) van de onderzoeksgroep (N=38) vastgelegd of ze wel of geen schulden of een hypotheek hadden. Daar waar het niet in het dossier opgenomen was, wilde of de verdachte daar niet over verklaren of werd er door de verhoorder niet specifiek naar gevraagd. Vijf personen hadden zowel een schuld als een hypotheek. Tabel 9. Schulden Aantal Percentage Schuld 9 24% Hypotheek 7 18% Schuld en hypotheek 5 13% Geen 8 21% Onbekend 9 24% N=38 100% 7 Het modaal inkomen exclusief vakantie toeslag is voor 2010 vastgesteld op 1494,41. 16

De normale seksuele ontwikkeling en zijn grenzen. Dr. Hanneke de Graaf

De normale seksuele ontwikkeling en zijn grenzen. Dr. Hanneke de Graaf De normale seksuele ontwikkeling en zijn grenzen Dr. Hanneke de Graaf Inhoud Seksueel gedrag van jongeren anno 2012 Trends Risicogroepen Wanneer over de grens? Bron: Seks onder je 25 e (2012) Online vragenlijst

Nadere informatie

Wetboek van Strafrecht

Wetboek van Strafrecht Wetboek van Strafrecht Titel XIV. Misdrijven tegen de zeden Artikel 239 Met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie wordt gestraft schennis van de eerbaarheid:

Nadere informatie

Stop it Now! 4 jaar anonieme hulpverleningsgesprekken

Stop it Now! 4 jaar anonieme hulpverleningsgesprekken GESPREKKEN Hoe is contact opgenomen? Frequentie contactmomenten 87% telefoon @ @ 8% e-mail 5% telefoon en e-mail eenmalig contact 68% 32% meermalig contact Duur Tevredenheid over 5 minuten 34 minuten gemiddeld

Nadere informatie

Factsheet. Wetgeving kinderporno, opsporing en vervolging Laatste update: april 2019 Expertisebureau Online Kindermisbruik. Auteur: mr. S.R.

Factsheet. Wetgeving kinderporno, opsporing en vervolging Laatste update: april 2019 Expertisebureau Online Kindermisbruik. Auteur: mr. S.R. Factsheet Wetgeving kinderporno, opsporing en vervolging Laatste update: april 2019 Expertisebureau Online Kindermisbruik Auteur: mr. S.R. de Gruijl Internationale verdragen Op 20 november 1989 werd door

Nadere informatie

Rapport. Datum: 15 juni 2004 Rapportnummer: 2004/222

Rapport. Datum: 15 juni 2004 Rapportnummer: 2004/222 Rapport Datum: 15 juni 2004 Rapportnummer: 2004/222 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de officier van justitie te Maastricht geen uitvoering heeft gegeven aan de door het gerechtshof te 's-hertogenbosch

Nadere informatie

JONGEREN EN INTERNETVEILIGHEID

JONGEREN EN INTERNETVEILIGHEID JONGEREN EN INTERNETVEILIGHEID Joyce Kerstens 5 maart 2015 JONGEREN - INTERNET - MEDIA Meisje uit Pijnacker pleegt zelfmoord 'om bangalijst' De Oude Klapwijkseweg in Pijnacker. FOTO STREETVIEW. UPDATE

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2015:1193

ECLI:NL:GHDHA:2015:1193 ECLI:NL:GHDHA:2015:1193 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 13-05-2015 Datum publicatie 18-05-2015 Zaaknummer 22-005458-14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2010:BL4830

ECLI:NL:RBUTR:2010:BL4830 ECLI:NL:RBUTR:2010:BL4830 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 12-02-2010 Datum publicatie 19-02-2010 Zaaknummer 16/604126-08 [P] Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig

Nadere informatie

16. Statistische analyse Meldpunt

16. Statistische analyse Meldpunt 16. Statistische analyse Meldpunt Statistische analyse Meldpunt Inleiding In de periode 19 juli 2010 tot en met 16 maart 2012 ontving de commissie zevenhonderdeenenveertig meldingen van seksueel misbruik.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:1090

ECLI:NL:RBGEL:2017:1090 ECLI:NL:RBGEL:2017:1090 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 02-03-2017 Datum publicatie 02-03-2017 Zaaknummer 05/740079-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Datum 19 december 2014 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het strafbaar stellen van wraakporno

Datum 19 december 2014 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het strafbaar stellen van wraakporno 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2011:BP8672

ECLI:NL:RBHAA:2011:BP8672 ECLI:NL:RBHAA:2011:BP8672 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 14-03-2011 Datum publicatie 22-03-2011 Zaaknummer 15-710025-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

START HET GESPREK EN VOORKOM SEKSUEEL KINDER MISBRUIK! STOPITNOW.NL

START HET GESPREK EN VOORKOM SEKSUEEL KINDER MISBRUIK! STOPITNOW.NL START HET GESPREK EN VOORKOM SEKSUEEL KINDER MISBRUIK! STOPITNOW.NL WIE ZIJN WIJ? * Schaefer et al. (2010), Potential and Dunkelfeld offenders: Two neglected target groups for prevention of child sexual

Nadere informatie

Bekijk op pagina 5 hoe het proces van melden verloopt.

Bekijk op pagina 5 hoe het proces van melden verloopt. In 2016 bestond het Meldpunt Kinderporno 20 jaar. Al sinds 1996 is het mogelijk om via www.meldpunt-kinderporno.nl anoniem melding te maken van online beeldmateriaal van (vermoedelijk) seksueel kindermisbruik.

Nadere informatie

De ontwikkeling van geweld in de Nederlandse samenleving VEEL MONITOREN, WEINIG EENDUIDIGHEID

De ontwikkeling van geweld in de Nederlandse samenleving VEEL MONITOREN, WEINIG EENDUIDIGHEID SECONDANT #1 MAART 2011 53 De ontwikkeling van geweld in de Nederlandse samenleving VEEL MONITOREN, WEINIG EENDUIDIGHEID door Maartje Timmermans en Miranda Witvliet De auteurs werken als onderzoeker bij

Nadere informatie

Directoraat-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directoraat-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving α Ministerie van Justitie Directoraat-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de

Nadere informatie

Samenvatting. Inleiding. Vraagstelling onderzoek. Wetgever

Samenvatting. Inleiding. Vraagstelling onderzoek. Wetgever Samenvatting Inleiding Bij een ontzetting uit beroep of ambt wordt iemand de bevoegdheid ontzegd om een bepaald beroep of ambt voor een zekere periode uit te oefenen. Ontzettingen worden vaak opgelegd

Nadere informatie

Aanwijzing kinderpornografie (artikel 240b wvsr)

Aanwijzing kinderpornografie (artikel 240b wvsr) JU Aanwijzing kinderpornografie (artikel 240b wvsr) Categorie: opsporing, vervolging Afzender: College van procureursgeneraal Adressaat: Hoofden van de parketten Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel

Nadere informatie

Samenvatting. Aard en omvang van geweld

Samenvatting. Aard en omvang van geweld Samenvatting Dit rapport doet verslag van het onderzoek naar huiselijk en publiek geweld. Het omvat drie deelonderzoeken, alle gericht op het beschrijven van geweld en geweldplegers. Doelstelling van het

Nadere informatie

Pubers in beeld OM-beleid bij door jongeren geproduceerde seksuele afbeeldingen van minderjarigen

Pubers in beeld OM-beleid bij door jongeren geproduceerde seksuele afbeeldingen van minderjarigen Landelijk Expertisecentrum Kinderporno en Kindersekstoerisme Pubers in beeld OM-beleid bij door jongeren geproduceerde seksuele afbeeldingen van minderjarigen De laatste jaren krijgen politie en Openbaar

Nadere informatie

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg. ECLI:NL:RBZLY:2008:BG9239 Instantie Rechtbank Zwolle-Lelystad Datum uitspraak 02-12-2008 Datum publicatie 08-01-2009 Zaaknummer 07.600132-08 (P) Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

Who are these guys? Wat gebeurt er voor het eerste pedoseksuele handelen

Who are these guys? Wat gebeurt er voor het eerste pedoseksuele handelen Who are these guys? Wat gebeurt er voor het eerste pedoseksuele handelen Jules Mulder Voorzitter Stop it Now! Adviseur RvB de Forensische Zorgspecialisten Onderzoek pedofielen Sarah Goode (2010) Onderzoek

Nadere informatie

Centrum Seksueel Geweld Amsterdam-Amstelland. Jaarcijfers 2017

Centrum Seksueel Geweld Amsterdam-Amstelland. Jaarcijfers 2017 Centrum Seksueel Geweld Amsterdam-Amstelland Jaarcijfers 2017 Eind 2017 is het Centrum Seksueel Geweld (CSG) in de regio Amsterdam- Amstelland twee jaar op weg. Het CSG Amsterdam-Amstelland is één van

Nadere informatie

Samenvatting. Onderzoeksvragen

Samenvatting. Onderzoeksvragen Samenvatting Om de relatief hoge recidive onder (ex-)gedetineerden terug te dringen, wordt al tijdens detentie gewerkt aan re-integratie. Een belangrijk onderdeel van het re-integratiebeleid is het werken

Nadere informatie

Datum 3 april 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de aanpak van kindermisbruik en kinderporno via anonieme internetnetwerken

Datum 3 april 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de aanpak van kindermisbruik en kinderporno via anonieme internetnetwerken 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: 7 juli 2015 Rapportnummer: 2015/109

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: 7 juli 2015 Rapportnummer: 2015/109 Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: 7 juli 2015 Rapportnummer: 2015/109 2 Aanleiding Verzoekster is advocaat en haar cliënt stelt dat hij op

Nadere informatie

Syllabus Zedelijkheidswetgeving

Syllabus Zedelijkheidswetgeving Syllabus Zedelijkheidswetgeving Een uitgave van de Politieacademie School voor Recherche Versie 1 augustus 2014 Syllabus Zedelijkheidswetgeving Inhoud: Artikelen 239 t/m 251 en 254, 254a Wetboek van Strafrecht,

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving ϕ Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Postadres: Postbus 2030, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill.

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. secondant #2 april 2009 7 Geweldsdelicten tussen - Daling van geweld komt niet uit de verf Crimi-trends

Nadere informatie

ARTIKEL I. Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd: Artikel 54a komt te luiden: Artikel 54a

ARTIKEL I. Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd: Artikel 54a komt te luiden: Artikel 54a Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de verbetering en versterking van de opsporing en vervolging van computercriminaliteit (computercriminaliteit III)

Nadere informatie

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch Omvang, kenmerken en meldingen O&S oktober 2003 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Samenvatting 1. Inleiding Plan Plan van van Aanpak Aanpak Huiselijk Geweld Geweld Inhoud

Nadere informatie

SAMENVATTING. Inleiding

SAMENVATTING. Inleiding SAMENVATTING Inleiding De Wet tijdelijk huisverbod (Wth) is op 1 januari 2009 in werking getreden. Met een huisverbod kan een (potentiële) pleger van huiselijk geweld tien dagen uit huis worden geplaatst.

Nadere informatie

Ontucht voor de rechter

Ontucht voor de rechter Ontucht voor de rechter Congres Veilig Verder, 08-12- 16 Ellen van der Staal e.van.der.staal@nationaalrapporteur.nl Inhoud van de presentatie Mandaat van de Nationaal Rapporteur Ontucht voor de rechter:

Nadere informatie

Praten over pedofiele gevoelens van jongeren

Praten over pedofiele gevoelens van jongeren Praten over pedofiele gevoelens van jongeren tussen noodzaak en taboe Jules Mulder Stop it Now! 9 februari 2016 Pedofilie en pedofiele stoornis Pedofilie intense recidiverende seksuele opwinding (fantasieën,

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING Zedendelicten vormen een groot maatschappelijk probleem met ernstige gevolgen voor zowel het slachtoffer als voor de dader. Hoewel de meeste zedendelicten worden gepleegd door

Nadere informatie

Jenny Houtepen, Jelle Sijtsema & Stefan Bogaerts. Universiteit van Tilburg, B-CCENTRE

Jenny Houtepen, Jelle Sijtsema & Stefan Bogaerts. Universiteit van Tilburg, B-CCENTRE Jenny Houtepen, Jelle Sijtsema & Stefan Bogaerts Universiteit van Tilburg, B-CCENTRE DSM-IV-TR: Gedurende een periode van ten minste zes maanden recidiverende intense seksueel opwindende fantasieën, seksuele

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZUT:2009:BH4287

ECLI:NL:RBZUT:2009:BH4287 ECLI:NL:RBZUT:2009:BH4287 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 27-02-2009 Datum publicatie 27-02-2009 Zaaknummer 06/850128-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Datum 6 januari 2016 Onderwerp Gespreksnotitie Nationaal Rapporteur rondetafelgesprek kindermisbruik. Geachte voorzitter,

Datum 6 januari 2016 Onderwerp Gespreksnotitie Nationaal Rapporteur rondetafelgesprek kindermisbruik. Geachte voorzitter, 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Tweede Kamer der Staten-Generaal t.a.v. de voorzitter van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie mevrouw L. Ypma Postbus 20018 2500 EA Den Haag Turfmarkt

Nadere informatie

Als er sprake is van een incident op heterdaad (tijdens of kort na plegen) en het gaat om een mishandeling of een bedreiging met mishandeling:

Als er sprake is van een incident op heterdaad (tijdens of kort na plegen) en het gaat om een mishandeling of een bedreiging met mishandeling: 1-2-3 Aangiftewijzer Geweld, bedreiging en belediging tegen de gerechtsdeurwaarder Soms heeft de gerechtsdeurwaarder te maken met agressie en geweld. Helaas worden strafbare feiten niet altijd en automatisch

Nadere informatie

Samenvatting. Aanleiding onderzoek

Samenvatting. Aanleiding onderzoek Samenvatting Aanleiding onderzoek In Nederland kan aan individuen met een psychische stoornis die een ernstig misdrijf hebben gepleegd, de maatregel terbeschikkingstelling (tbs) worden opgelegd. Indien

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 31 015 Kindermishandeling Nr. 161 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID EN VOOR RECHTSBESCHERMING Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

Nadere informatie

Criminaliteit. en rechtsspraak

Criminaliteit. en rechtsspraak Criminaliteit en rechtsspraak Praktisch: Leerboek blz. 128 t/m 143 Start 18 oktober 2018 Klaar 6 december 2018 Voortgangstoets (weging 2,5%) 13 december Leerstof en toetsen WEEK 42: 15-19 okt Thema Criminaliteit

Nadere informatie

Management samenvatting

Management samenvatting Management samenvatting Achtergrond, doelstelling en aanpak Op 1 januari 2014 is de Wet conservatoir beslag ten behoeve van het slachtoffer (hierna: conservatoir beslag) 1 in werking getreden. Doel van

Nadere informatie

Jeugdcriminaliteit en jeugdveiligheid in Groningen

Jeugdcriminaliteit en jeugdveiligheid in Groningen FACTSHEET Jeugdcriminaliteit en jeugdveiligheid in Groningen In deze factsheet worden trends en ontwikkelingen ten aanzien van de jeugdcriminaliteit en jeugdveiligheid in de provincie Groningen behandeld.

Nadere informatie

seksueel aangetrokken voelen tot kinderen of die met kinderporno in de weer zijn.

seksueel aangetrokken voelen tot kinderen of die met kinderporno in de weer zijn. É Mensen die zich seksueel aangetrokken voelen tot kinderen of tot kinderporno en zich zorgen maken over hun gedrag. É Mensen die ooit kinderen seksueel misbruikt hebben en bang zijn weer in de fout te

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Richtlijn voor strafvordering kinderpornografie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Richtlijn voor strafvordering kinderpornografie STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 48810 27 september 2016 Richtlijn voor strafvordering kinderpornografie Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130,

Nadere informatie

De Amsterdamse zedenzaak Vragen en Antwoorden

De Amsterdamse zedenzaak Vragen en Antwoorden De Amsterdamse zedenzaak Vragen en Antwoorden MAART 2012 Waarvan worden Roberts M. en Richard van O. beschuldigd? Het Openbaar Ministerie (OM) verdenkt Roberts M. van vele gevallen van seksueel binnendringen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directoraat-Generaal Politie Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus

Nadere informatie

Monitor 2007 Veelplegers Twente

Monitor 2007 Veelplegers Twente Monitor 27 Twente A. Kruize J. Snippe M. van Zwieten B. Bieleman COLOFON Stichting INTRAVAL Postadres: Postbus 1781 971 BT Groningen E-mail info@intraval.nl www.intraval.nl Kantoor Groningen: Kantoor Rotterdam:

Nadere informatie

Start het gesprek Stop it Now! in Nederland

Start het gesprek Stop it Now! in Nederland Start het gesprek Stop it Now! in Nederland Jules Mulder Voorzitter Stop it Now! NL Psychotherapeut de Waag De Waag Onderdeel van De Forensische Zorgspecialisten 9 vestigingen in Westen en Midden van Nederland

Nadere informatie

SAMENVATTING Achtergrond Onderzoeksopzet

SAMENVATTING Achtergrond Onderzoeksopzet SAMENVATTING Achtergrond De laatste jaren is er een toenemende aandacht van de overheid voor de aanpak van kindermishandeling en partnergeweld. Het kabinet heeft in 2007 het actieplan Kinderen Veilig Thuis

Nadere informatie

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I Besluit van, houdende wijziging van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens in verband met de implementatie van de richtlijn 2011/93/EU van het Europees Parlement en de Raad ter bestrijding

Nadere informatie

5,4. Werkstuk door een scholier 1585 woorden 8 september keer beoordeeld. Handel en administratie. Inhoudsopgave

5,4. Werkstuk door een scholier 1585 woorden 8 september keer beoordeeld. Handel en administratie. Inhoudsopgave Werkstuk door een scholier 1585 woorden 8 september 2011 5,4 35 keer beoordeeld Vak Handel en administratie Inhoudsopgave Inleiding/waarom dit onderwerp pagina 3 Interview pagina 4 Het werk van de Officier

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijwetenschappen havo II

Eindexamen maatschappijwetenschappen havo II Opgave 4 Slachtoffers van criminaliteit Bij deze opgave horen de teksten 9 tot en met 12, figuur 2 en 3 en tabel 1 uit het bronnenboekje. Inleiding Ruim drie miljoen Nederlanders worden jaarlijks het slachtoffer

Nadere informatie

Seksuele gezondheid in Nederland 2017

Seksuele gezondheid in Nederland 2017 Seksuele gezondheid in Nederland 2017 Samenvatting Seksuele gezondheid in Nederland 2017 is een grootschalig representatief onderzoek naar de seksuele gezondheid van volwassenen van 18 tot 80 jaar in Nederland.

Nadere informatie

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het regionale politiekorps Noord-Holland Noord. Datum: 21 maart Rapportnummer: 2011/099

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het regionale politiekorps Noord-Holland Noord. Datum: 21 maart Rapportnummer: 2011/099 Rapport Rapport betreffende een klacht over het regionale politiekorps Noord-Holland Noord. Datum: 21 maart 2011 Rapportnummer: 2011/099 2 Klacht Op 24 juni 2009 verhoorden twee politieambtenaren van het

Nadere informatie

Stop it Now! Jules Mulder, voorzitter Stop it Now! NL Rachel Levi, medewerker Meldpunt KP Overzicht presentatie Waarom dit project Stop it Now! Onderzoeksproject Who are these guys Stop it Now! Nederland

Nadere informatie

Besluitvorming over bijzondere opsporingsbevoegdheden in de aanpak van georganiseerde criminaliteit

Besluitvorming over bijzondere opsporingsbevoegdheden in de aanpak van georganiseerde criminaliteit SAMENVATTING De Wet BOB: Titels IVa en V in de praktijk Besluitvorming over bijzondere opsporingsbevoegdheden in de aanpak van georganiseerde criminaliteit Mirjam Krommendijk Jan Terpstra Piet Hein van

Nadere informatie

Seksuele vorming en seksuele ontwikkeling van kinderen. Marianne Cense (Rutgers WPF) & Jos Poelman (Soa Aids Nederland)

Seksuele vorming en seksuele ontwikkeling van kinderen. Marianne Cense (Rutgers WPF) & Jos Poelman (Soa Aids Nederland) Seksuele vorming en seksuele ontwikkeling van kinderen Marianne Cense (Rutgers WPF) & Jos Poelman (Soa Aids Nederland) Programma 1. Seksuele ontwikkeling van kinderen en jongeren 2. Criteria om normaal

Nadere informatie

Eerste beginselen PROCES VERBAAL. Met uitleg van alle essentiële punten die in een pv thuishoren en diverse uitgewerkte pv s van APV overtredingen

Eerste beginselen PROCES VERBAAL. Met uitleg van alle essentiële punten die in een pv thuishoren en diverse uitgewerkte pv s van APV overtredingen Eerste beginselen PROCES VERBAAL Met uitleg van alle essentiële punten die in een pv thuishoren en diverse uitgewerkte pv s van APV overtredingen 1 Inhoudsopgave pag Voorwoord 4 Inleiding 5 Hoofdstuk 1

Nadere informatie

5. CONCLUSIES ONDERZOEK

5. CONCLUSIES ONDERZOEK 5. CONCLUSIES ONDERZOEK In dit hoofdstuk worden de conclusies van het onderzoek gepresenteerd. Achtereenvolgens worden de definitie van het begrip risicojongeren, de profielen en de registraties besproken.

Nadere informatie

Nieuwe dadergroep vraagt aandacht

Nieuwe dadergroep vraagt aandacht Er is een nieuwe groep van jonge, zeer actieve veelplegers die steeds vaker met de politie in aanraking komt / foto: Pallieter de Boer. Nieuwe dadergroep vraagt aandacht Jongere veelplegers roeren zich

Nadere informatie

Samenvatting. Vraagstelling. Welke ontwikkelingen zijn er in de omvang, aard en afdoening van jeugdcriminaliteit in de periode ?

Samenvatting. Vraagstelling. Welke ontwikkelingen zijn er in de omvang, aard en afdoening van jeugdcriminaliteit in de periode ? Samenvatting Het terugdringen van de jeugdcriminaliteit is een belangrijk thema van het beleid van het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Met het beleidsprogramma Aanpak Jeugdcriminaliteit is de aanpak

Nadere informatie

Samenvatting. Achtergrond

Samenvatting. Achtergrond Samenvatting Achtergrond De huidige aanpak van de jeugdcriminaliteit is vooral gericht op traditionele vormen van criminaliteit. Jongeren spenderen echter steeds meer tijd online en de vraag is in hoeverre

Nadere informatie

Niet iedereen met pedofiele gedachten, misbruikt ook

Niet iedereen met pedofiele gedachten, misbruikt ook Page 1 of 6 (http://www.standaard.be/) VRIJDAG 19 MEI 2017-DS AVOND HALLO? ANONIEME HULPLIJN VOOR PEDOFIELEN 0800/20050 is beschikbaar op dinsdag- en vrijdagnamiddag en op woensdagochtend. rr Niet iedereen

Nadere informatie

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Definitie Voortijdig schoolverlaters zijn leerlingen tot 23 jaar die het (reguliere) onderwijs verlaten zonder dat zij een

Nadere informatie

Samenvatting Jeugdinterventieprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Lotte Loef

Samenvatting Jeugdinterventieprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Lotte Loef Samenvatting Jeugdprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Lotte Loef Samenvatting Jeugdprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Amsterdam, 4 augustus 2011 Lotte Loef DSP groep BV Van Diemenstraat 374 1013 CR

Nadere informatie

Jeugdige recidiverende woninginbrekers

Jeugdige recidiverende woninginbrekers Jeugdige recidiverende woninginbrekers Utrecht, 17 februari 2014 Pepijn van Amersfoort en Sander Scherders Inleiding De aanpak van woninginbraken heeft prioriteit in de regio Utrecht (Regionale Veiligheidsstrategie

Nadere informatie

Datum 13 augustus 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over Aangiftebereidheid van minderjarige slachtoffers mensenhandel

Datum 13 augustus 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over Aangiftebereidheid van minderjarige slachtoffers mensenhandel 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

CONCEPTWETSVOORSTEL VERSTERKING BESTRIJDING COMPUTERCRIMINALITEIT

CONCEPTWETSVOORSTEL VERSTERKING BESTRIJDING COMPUTERCRIMINALITEIT Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met ontoegankelijkmaking van gegevens op het internet, strafbaarstelling van het wederrechtelijk overnemen van gegevens

Nadere informatie

15 juli Onderzoek: Seksuele intimidatie in de amateursport

15 juli Onderzoek: Seksuele intimidatie in de amateursport 15 juli 2017 Onderzoek: Seksuele intimidatie in de amateursport Over het EenVandaag Opiniepanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit gemiddeld 50.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van

Nadere informatie

Fase I Voorvallen in de huiselijke kring Huiselijk geweld

Fase I Voorvallen in de huiselijke kring Huiselijk geweld Samenvatting Dit onderzoek heeft tot doel algemene informatie te verschaffen over slachtoffers van huiselijk geweld in Nederland. In het onderzoek wordt ingegaan op de vraag met welke typen van huiselijk

Nadere informatie

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtonen 1) Integratiecampagne

Nadere informatie

Klachtenregeling. Het Expertisecentrum Conflictmanagement heeft een klachtenregeling opgesteld. Hieronder volgt de tekst van onze klachtenregeling.

Klachtenregeling. Het Expertisecentrum Conflictmanagement heeft een klachtenregeling opgesteld. Hieronder volgt de tekst van onze klachtenregeling. Klachtenregeling Het Expertisecentrum Conflictmanagement heeft een klachtenregeling opgesteld. Hieronder volgt de tekst van onze klachtenregeling. Artikel 1 Definities Klacht Beslissing Seksuele intimidatie

Nadere informatie

Privacyverklaring Meldpunt Kinderporno op Internet

Privacyverklaring Meldpunt Kinderporno op Internet Privacyverklaring Meldpunt Kinderporno op Internet Laatste update: 17 mei 2018 1 Introductie 2 Verwerking van persoonsgegevens 3 Doeleinden 4 Verstrekking aan derden 5 Beveiligingsmaatregelen 6 Bewaartermijn

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:9749

ECLI:NL:GHARL:2015:9749 ECLI:NL:GHARL:2015:9749 Instantie Datum uitspraak 21-12-2015 Datum publicatie 21-12-2015 Zaaknummer 21-001686-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 341 Besluit van 25 augustus 2003, houdende wijziging van het Besluit aanwijzing Halt-feiten Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

efogn ARUM Volgrirt.5/7 o- I ALHIER. ( 2 j zoog ) Oranjestad, 2 5 On 2010 Aan: Onderwerp:

efogn ARUM Volgrirt.5/7 o- I ALHIER. ( 2 j zoog ) Oranjestad, 2 5 On 2010 Aan: Onderwerp: Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 12 efogn ARUM Ingek. 2 5 OCT 2010 ARUBA Volgrirt.5/7 o- I I Aan: de Voorzitter der Staten ALHIER. Uw kenmerk: Onderwerp: Uw brief: ontwerp-landsverordening houdende

Nadere informatie

Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden. Over TBS

Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden. Over TBS Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden Over TBS In deze folder vertellen wij u graag meer over Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden en in het bijzonder over tbs. De Kijvelanden behandelt

Nadere informatie

Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging

Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging TBS voor Dummies Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging Auteur: Miriam van der Mark, advocaat-generaal en lid van de Kerngroep Forum TBS Algemeen De terbeschikkingstelling

Nadere informatie

De Minister van Justitie

De Minister van Justitie POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN De Minister van Justitie DATUM 18

Nadere informatie

Alfahulp en huishoudelijke hulp. Rapportage Ons kenmerk: 11110 Juni 2014

Alfahulp en huishoudelijke hulp. Rapportage Ons kenmerk: 11110 Juni 2014 Alfahulp en huishoudelijke hulp Rapportage Ons kenmerk: 11110 Juni 2014 Inhoudsopgave Geschreven voor Achtergrond & doelstelling 3 Conclusies 5 Resultaten 10 Bereidheid tot betalen 11 Naleven regels 17

Nadere informatie

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag RAPPORT Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag Een onderzoek naar een afwijzing van het Openbaar Ministerie in Den Haag om kosten na vrijspraak te vergoeden. Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014

Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014 Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014 Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende

Nadere informatie

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject Toelichting Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende stappen te onderscheiden. Stap 1: aanwijzing, artikel 1.65 lid 1 Wet kinderopvang Het college

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420 ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 05-04-2011 Datum publicatie 07-04-2011 Zaaknummer 21-002244-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

ARTIKEL I. Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd: Artikel 54a komt te luiden: Artikel 54a

ARTIKEL I. Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd: Artikel 54a komt te luiden: Artikel 54a Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de verbetering en versterking van de opsporing en vervolging van computercriminaliteit (computercriminaliteit III)

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BO1711

ECLI:NL:RBARN:2010:BO1711 ECLI:NL:RBARN:2010:BO1711 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 26-10-2010 Datum publicatie 26-10-2010 Zaaknummer 05/507250-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ9186

ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ9186 ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ9186 Uitspraak RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND Afdeling Strafrecht Zittingslocatie Utrecht parketnummer: 16/604096-11 [P] vonnis van de meervoudige kamer d.d. 4 maart 2013 in de strafzaak

Nadere informatie

ONDERZOEK NAAR GEWELD IN DE PSYCHIATRIE

ONDERZOEK NAAR GEWELD IN DE PSYCHIATRIE ONDERZOEK NAAR GEWELD IN DE PSYCHIATRIE FACTSHEET 1: OMVANG, AARD & GEVOLGEN VAN GEWELDSINCIDENTEN De Vrije Universiteit Amsterdam doet onderzoek naar geweld in de psychiatrie. Aan hulpverleners werkzaam

Nadere informatie

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 Nr. 75 Brief van de minister van Veiligheid en Justitie Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig Op tegenspraak Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 240b, geldigheid: 2015-09-23

Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig Op tegenspraak Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 240b, geldigheid: 2015-09-23 ECLI:NL:RBNNE:2015:4469 Instantie: Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak: 02-06-2015 Datum publicatie: 22-10-2015 Zaaknummer: 18.730079-14 Rechtsgebieden: Strafrecht Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg

Nadere informatie

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar Samenvatting aangemelde strafzaken Toegangscommissie CEAS 2006/0001 wetenschapper Indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar een strafzaak, die heeft geleid tot onherroepelijke veroordelingen

Nadere informatie

Instrument Risicotaxatie Seksueel grensoverschrijdend gedrag

Instrument Risicotaxatie Seksueel grensoverschrijdend gedrag Instrument Risicotaxatie Seksueel grensoverschrijdend gedrag Naam jeugdige: Geboortedatum: Sekse jeugdige: Man Vrouw Datum van invullen: Ingevuld door: Over dit instrument Dit instrument is een hulpmiddel

Nadere informatie

Strafrechtelijke context huwelijksdwang en achterlating

Strafrechtelijke context huwelijksdwang en achterlating Strafrechtelijke context huwelijksdwang en achterlating Bij de aanpak van huwelijksdwang en gedwongen achterlating dient het belang van het slachtoffer centraal te staan. De in Nederland geldende wet-

Nadere informatie

Aanvullende seksualiteitshulpverlening: de cijfers over 2013

Aanvullende seksualiteitshulpverlening: de cijfers over 2013 Aanvullende seksualiteitshulpverlening: de cijfers over 2013 1. Inleiding De aanvullende seksualiteitshulpverlening (ASH) is laagdrempelige zorg waar jongeren tot 25 jaar gratis en indien gewenst anoniem

Nadere informatie

Start het gesprek en voorkom seksueel kindermisbruik *Ook voor naasten en professionals/publieke instanties

Start het gesprek en voorkom seksueel kindermisbruik *Ook voor naasten en professionals/publieke instanties Wil je stoppen met het kijken naar kinderporno? Wil je stoppen met seksueel kindermisbruik? Start het gesprek en voorkom seksueel kindermisbruik *Ook voor naasten en professionals/publieke instanties Voor

Nadere informatie

Homoseksuelen in Amsterdam

Homoseksuelen in Amsterdam Homoseksuelen in Amsterdam Projectnummer 9150 In opdracht van de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Marlon Nieuwenhuis drs. Marcel Janssen dr. Willem Bosveld Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012

Nadere informatie

2016, Annemarie ten Boom (WODC)

2016, Annemarie ten Boom (WODC) Slachtoffers van misdrijven door intimi, kennissen of vreemden. Verschillen in context, ervaringen en behoeften met betrekking tot justitie. Samenvatting. 2016, Annemarie ten Boom (WODC) Een substantieel

Nadere informatie

Rapport. Datum: 18 mei 2004 Rapportnummer: 2004/180

Rapport. Datum: 18 mei 2004 Rapportnummer: 2004/180 Rapport Datum: 18 mei 2004 Rapportnummer: 2004/180 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het regionale politiekorps Haaglanden geen nader onderzoek heeft ingesteld naar aanleiding van zijn aangiften van

Nadere informatie