Voorliggend bouwplan voorziet in verstoringen die de gestelde vrijstellingsgrenzen zullen overschrijden.

Transcriptie

1 Van: Marjolein Kerkhof Verzonden: dinsdag 31 maart :44 Aan: Kuiper Kim Onderwerp: RE: artikel Bro vooroverleg centrumplan Den Hoorn Hoi Kim, Lage archeologische verwachting, geen onderzoek en geen medebestemming nodig. Op de plankaart en in de planregels hoeft dus niks voor te komen over archeologie. Ik heb in de tekst (blz. 16 en 17) een stuk gemarkeerd. Dat stuk moet worden verwijderd en kan worden vervangen door de volgende tekst: Voorliggend bouwplan voorziet in verstoringen die de gestelde vrijstellingsgrenzen zullen overschrijden. Binnen een groot deel van het plangebied heeft in 2013 reeds archeologisch bureauonderzoek plaatsgevonden. Dit onderzoek kan als representatief worden beschouwd voor het gehele onderhavige plangebied. De hoge archeologische verwachting die op dit moment wordt toegeschreven aan een groot deel van het plangebied, houdt verband met de ligging ervan binnen de historische bebouwingszone. Nadere bestudering van historisch kaartmateriaal toont echter dat het plangebied pas na het begin van de 19 e eeuw bebouwd is geraakt. Het gebied bood mogelijk wel al vanaf de Late Middeleeuwen plaats aan voorzieningen als moestuinen, akkergronden en boomgaarden. De archeologische verwachting voor deze periode kan dan ook worden bijgesteld naar laag, waardoor voor het gehele plangebied sprake is van een lage archeologische verwachting. Deze verwachting heeft betrekking op mogelijke overblijfselen van zogenaamde off site fenomenen (duikers, verkavelingsgreppels, sloten) uit de Romeinse tijd en Late Middeleeuwen. Dergelijke resten manifesteren zich in de vorm van individuele sporen, die, met een zeer lage dichtheid voorkomen in het landschap. Het is daardoor zeer onwaarschijnlijk dat de uitvoering van het voorliggende plan tot noemenswaardige verstoring van het bodemarchief zal leiden. Conclusie De archeologische verwachting, in combinatie met het voorgenomen plan, maakt het onwaarschijnlijk dat binnen het plangebied noemenswaardige verstoringen aan het bodemarchief zullen optreden. In het kader van de ontwikkeling hoeft geen nader onderzoek plaats te vinden. Er hoeft dan ook geen archeologische medebestemming opgenomen te worden. Wel blijft te alle tijden de algemene meldingsplicht bij het aantreffen van oudheden van toepassing. Op basis van artikel 53 van de Monumentenwet moet iedereen die, anders dan bij het doen van archeologisch onderzoek, iets vind waarvan hij/zij weet of kan vermoeden dat het een (roerend of onroerend) monument betreft, dit melden bij de minister van OCW (vanwege praktische redenen bij de gemeente Midden-Delfland in deze, bij Archeologie Delft via M. Kerkhof, of het algemene nr ). Indien het bevoegd gezag van mening is dat dit noodzakelijk is, moet er tijd en ruimte geboden worden de resten te onderzoeken, documenteren en eventueel veiligstellen. Het niet melden van het aantreffen van oudheden is een overtreding van de Monumentenwet 1988 en daarmee een strafbaar feit. Consequenties die hieraan verbonden kunnen worden zijn het intrekken van de verleende omgevingsvergunning of het opleggen van een geldboete. Groeten Marjolein Marjolein Kerkhof (MA) Archeoloog Coördinator afdeling Beleid & Toetsing

2 Ik ben bereikbaar van maandag t/m donderdag. Archeologie Delft Postadres Bezoekadres Postbus 78 Kluizenaarsbocht ME Delft 2614 GT Delft T: E: mkerkhof@delft.nl W: Van: Kuiper Kim [mailto:kkuiper@middendelfland.nl] Verzonden: woensdag 11 maart :20 Aan: Marjolein Kerkhof Onderwerp: artikel Bro vooroverleg centrumplan Den Hoorn Geachte heer/mevrouw, Graag zou ik uw reactie ontvangen in het kader van artikel Bro op bijgevoegd concept ontwerpbestemmingsplan Centrumplan Den Hoorn. Dit bestemmingsplan maakt de realisatie van een tweede supermarkt in het centrum van Den Hoorn mogelijk. Graag verneem ik uw reactie binnen 6 weken. Indien ik niets van u verneem ga ik ervan uit dat u akkoord bent met het plan. Alvast bedankt. Met vriendelijke groet, Kim Kuiper Ik ben bereikbaar van maandag t/m donderdag Gemeente Midden-Delfland Kim Kuiper l Locatieontwikkeling Anna van Raesfeltstraat 37 l 2636 HX l Schipluiden l Midden-Delfland is in 2008 uitgeroepen tot de eerste Cittaslow van Nederland. Dit is het wereldwijde netwerk van gemeenten dat zich sterk maakt om de kwaliteit van leven te verbeteren. Kijk voor meer informatie op en Ga bewust om met het milieu. Print deze alleen als het echt nodig is. Disclaimer Aan dit bericht kunnen geen rechten worden ontleend. Dit bericht is uitsluitend bestemd voor de geadresseerde(n). De Gemeente Delft staat niet in voor de juiste en volledige overbrenging van de inhoud van een verzonden , noch voor de tijdige ontvangst ervan.

3 111, ~1111~ ~~~ 11 ~~ (INK) Aan Burgemeester en Wethouders van Midden-Delfland t.a.v. mevrouw K. Kuiper Postbus 1 GEMEENTE 2636 ZG SCHI PLUIDEN SE CR. KCC MIDDEN-DELFLAND INGEKOMEN OP 2 0 APR Z015 Ontv.bev. Afdoen door Kopie naar Hoogheemraadschap van Delfland UW BRIEF 11 maart 2015 ONS KENM ERK DELFT 17 april 2015 Doe. nummer: Zaak nummer: ONDERWERP Watertoets voorontwerp bestemmingsplan Centrumplan Den Hoorn Geacht college, In het kader van artikel van het Besluit ruimtelijke ordening heeft u het Hoogheemraadschap van Delfland het voorontwerp van het bestemmingsplan Centrumplan Den Hoorn in Midden-Delfland toegezonden. U verzoekt Delfland een reactie kenbaar te maken op het voorontwerp van het bestemmingsplan. Advies Wij geven u graag advies ten aanzien van de wateraspecten in het plan. Specifiek hebben wij opmerkingen over "Beleid", "Waterkwantiteit" en "Waterkeringen". Beleid In de subparagraaf "Beleid waterbeheerder" wordt aangegeven, dat Delfland het beleid hanteert, dat minimaal 325 m3/ha waterberging aanwezig moet zijn. Deze bergingsnormis gebaseerd op oud beleid. Wij adviseren u de betreffende alinea te verwijderen. Met de inwerkingtreding van de beleidsnota "Beperken en voorkomen van wateroverlast", vastgesteld afgelopen zomer, zijn de ABC-bergingsnormen komen te vervallen. In de uitgangspunten van het huidige beleid is opgenomen, dat ontwikkelingen dienen te voldoen aan het standstill-beginsel en dat het gebied wordt getoetst aan de provinciale normen voor wateroverlast. Waterkwantiteit I n de waterparagraaf wordt aangegeven, dat het plangebied is gelegen binnen de polder Voordijkshoornsepolder. Dit is onjuist. Het plangebied ligt binnen de Boezem van Delfland met een peil van -0,43 m NAP. Wij verzoeken u dit aan te passen. I n de subparagraaf "Waterkwantiteit" wordt beschreven, dat door de nieuwe ontwikkeling geen verslechtering van de waterhuishouding plaatsvindt. Dit komt vanwege de fysieke aanwezigheid van een geasfalteerd parkeerterrein. Het standstill-beginsel houdt ook in, dat er geen planologische verslechtering mag plaatsvinden. Echter vindt er wel degelijk een planologische verslechtering plaats. BIJLAGE(N) contact de heer W.J. VIncent T (06) E wvlncent@hhdelfland.nl POSTADRES PostbUS 3061, 2601 OB Delft WEBSITE sector Bestuur, Beleid en Communieatle TEAM Ruimtelijke planvorming

4 I Watertoets voorontwerp bestemmingsplan Centrumplan Den Hoom 1 2 van 2 De bestemming "Tuin" wordt omgezet naar de bestemming "Verkeer" en binnen de regels van de bestemming "Wonen" is het bouwvlak in de nieuwe bestemming "Centrum-2" groter. Graag treden wij met u in overleg, over hoe u deze verslechtering compenseert. Waterkeringen Op de verbeelding heeft u de dubbelbestemming "Waterstaat-Waterkering" aangegeven op de plek van de kern- en beschermingszone van de waterkering ter plaatse van de Dijkshoornseweg. Dit is correct maar niet volledig. De beschermlngszone van de boezemkade ter plaatse van de Lookwatering valt ook binnen het plangebied. Wij verzoeken u ook deze beschermingszone als dubbelbestemming "Waterstaat-Waterkering" in de verbeelding op te nemen. Onderaan de brief is een kaart met de kern-beschermingszone opgenomen. Naast advisering in het kader van de watertoets over dit bestemmingsplan, kan het zo zijn, dat een watervergunning of melding nodig is. Voor meer informatie over deze watervergunning of melding verwijzen wij u naar Voor meer informatie of vragen kunt u zich wenden tot de contactpersoon, vermeld onderaan het voorblad van deze brief. Hoogachtend, Dijkgraaf en Hoogheemraden van Delfland, namens deze, de Teamlelder Ruimtelijke planvorming, -9tl=- ~ <- --- drs. R.M.H. Tekke Waterstaatswerk Profiel van vrije ruimte

5 provincie HOLLAN ZUID Til GEMEENTE M!DC'.:t'-DELFLAND. SE CR. Î 11 JGL!<OMEN 0? KCC APR 2015 I J_... Doc.numr>Pr Zaaknumm~:r Burgemeester en Wethouders van Delfland Postbus ZG Schipluiden. -!Ontv.bev. r.'/doen door l'<o.jic I' 1ar Gedeputeerde Staten Contact E. Privé T e.prive@pzh.nl Postadres Prollindehuis Postbus LP Den Haag T Datum Zie verzenddatum linksonder Ons kenmerk PZH Uw kenmerk Bijlagen Onderwerp Vooroverleg ex artikel Bro inzake het voorontwerp bestemmingplan Centrumplan Den Hoorn Geacht college, Inleiding Op 18 maart 2015 hebt u ons het bovengenoemde voorontwerpbestemmingsplan toegezonden in het kader van het vooroverleg ex artikel van het Besluit ruimtelijke ordening. Bezoekadres Zuid-Hollandplein AW Oen Haag Tram 9 en de buslijnen 90, 385 en 386 stoppen dichtbij het prollinciehuis. Vanaf station Oen Haag CS is het tien minuten lopen. Oe parkeerruimte voor auto's is beperkt. - ~~ Hierbij bericht ik u dat het plan aanleiding geeft tot een reactie inzake de vraag hoe het plan zich verhoudt tot de provinciale belangen die op basis van het provinciaal ruimtelijk beleid relevant zijn. Dit beoordelingskader is vastgelegd in de provinciale Visie Ruimte en Mobiliteit (hierna: VRM) en de Verordening ruimte 2014 (hierna: de verordening). De VRM en de verordening zijn op 9 juli 2014 door Provinciale Staten vastgesteld en op 1 augustus 2014 in werking getreden. In de verordening zijn regels opgenomen voor de barging en bescherming van provinciale belangen en het onderhavige plan is op één of meerdere punten niet conform dit beoordelingskader. Deze reactie vervangt niet een eventueel benodigde provinciale verklaring van geen bedenkingen op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Opmerkingen Economische Zaken Detailhandel Het centrum van Den Hoorn behoort tot de categorie 'overige aankoopplaatsen' uit het Programma ruimte, van de Visie Ruimte en Mobiliteit. Artikel 11, lid 1 van het bestemmingsplan beperkt het aantal supermarkten tot twee en het bruto vloeroppervlak voor detailhandel in het gehele plangebied tot 4380 m2. Deze maat is in overeenstemming met het Distributie Planologisch Onderzoek (DPO) en past ook binnen de regels van het provinciale beleid zoals is vastgelegd in de Verordening ruimte In artikel 11, lid 2 wordt echter de mogelijkheid geboden om op basis van een DPO en een REOadvies van voornoemde maat af te kunnen wijken. Hiermee kunnen wij niet instemmen. Met deze regeling kan een niet-geclausuleerde en niet-onderbouwde mogelijkheid tot uitbreiding van het VERZONDEN 2 3 A?R (INK) PZH dd

6 4 Datum provincie HOLLAND ZUID Zie verzenddatum linksonder Ons kenmerk PZH winkelareaal worden geboden. Dit is in strijd met artikel 2.1.4, lid 2 van de Verordening ruimte Hierin wordt namelijk gesteld dat het bestemmingsplan een detailhandel ontwikkeling uitsluitend toestaat als is aangetoond dat het woon- en leefklimaat niet onevenredig wordt aangetast en geen onaanvaardbare leegstand ontstaat. Nu artikel 11, lid 2 alleen een REO-advies en een DPO vereisen wordt niet voldaan aan voornoemde provinciale uitgangspunten en regels. Water Waterkeringen Op de verbeelding is de dubbelbestemming "Waterstaat-Waterkering" aangegeven op de plek van de kern- en beschermingszone van de waterkering ter plaatse van de Dijkshoornseweg. Dit is op zich correct maar niet volledig. De beschermingszone van de boezemkade ter plaatse van de Lookwatering valt ook binnen het plangebied. Ook deze beschermingszone dient op de verbeelding de dubbelbestemming "Waterstaat-Waterkering" te krijgen. Conclusie Op basis van de aangeboden gegevens heb ik geconstateerd dat het plan op boven genoemde punten onvoldoende rekening houdt met de betrokken provinciale belangen en ik verzoek u daarom om het plan op deze onderdelen aan te passen. Dit is een gecoördineerde reactie van alle betrokken directies van de provincie. Wij verzoeken u in uw correspondentie altijd het DOS-nummer te vermelden dat wij rechts bovenaan in deze brief hebben opgenomen. Hoogachtend, de directeur van de directie Ruimte en Mobiliteit, voor dezen, ir. P.J.C.M. Murk hoofd bureau Beoordeling Deze brief is digitaal vastgesteld, hierdoor staat er geen fysieke handtekening in de brief. 212 PZH dd