Toelichting co-vergisting & digestaatverwerking Biogasinstallatie Witteveen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Toelichting co-vergisting & digestaatverwerking Biogasinstallatie Witteveen"

Transcriptie

1 Toelichting co-vergisting & digestaatverwerking Biogasinstallatie Witteveen Opdrachtgever: Maatschap G. Bouwhuis & G.J. Bouwhuis-Ligtenberg Mr. J.B. Kanweg SX WITTEVEEN Lichtenvoorde, 13 juni 2017 Uitvoerende: De heer ing. B.H. Wopereis VanWestreenen, Adviseurs voor het buitengebied te Lichtenvoorde

2 2

3 ALGEMEEN Het vergisten van mest is voor de veehouderij in Nederland een van de meest interessante en kansrijke opties om duurzame energie op te wekken. Het rendement van een dergelijke vergisting kan vervolgens aanzienlijk worden verbeterd door toepassing van co-vergisting. Co-vergisting kan worden omschreven als het meevergisten van nevenproducten (vaste mest, akkerbouwproducten, reststromen etc.). Voor vergistingsprocessen wordt als basis (dunne) drijfmest afkomstig van varkens of runderen gebruikt. In het geval van co-vergisting worden daar organische stoffen aan toegevoegd, die het rendement van het vergistingsproces sterk doen toenemen. Het beleid van de overheid is er op gericht om de productie van duurzame energie te stimuleren. Daarbij is door de overheid het verkrijgen van energie uit biomassa & mest als speerpunt aangewezen. Co-vergisting kan een belangrijke bijdrage leveren aan de nationale doelstelling op het gebied van duurzame energie, de reductie van CO2 en aan een duurzame ontwikkeling van het platteland. Principe van vergisting In bovenstaande overzicht is schematisch het principe van mestvergisting weergegeven. Mestvergisting is een microbiologisch proces waarbij organische stof (biomassa) wordt omgezet in methaangas (biogas). Geschikt voor vergisting zijn in het algemeen alle soorten mest en plantaardige (afval)stoffen. Het proces vindt plaats in afwezigheid van zuurstof (anaëroob). Het biogas bestaat uit een mengsel van voornamelijk methaan (CH 4 ), kooldioxide (CO 2 ), waterdamp en bevat het sporen van waterstof, zwavelwaterstof en ammoniak. Het gevormde biogas heeft een relatief hoge energieinhoud en wordt dan ook doorgaans verstookt in een warmtekrachtinstallatie (WKK), waarbij elektriciteit en warmte worden geproduceerd. 3

4 Het ontstane biogas bij vergisting wordt omgezet in duurzame elektriciteit en warmte. Dit biogas kan na reiniging naar het gasnet of in een gasmotor worden omgezet in warmte en groene energie. Voor de productiesnelheid van biogas zijn diverse factoren van belang, waaronder de reactortemperatuur, de zuurgraad, de bouwstofverhouding (koolstof/stikstofverhouding of C/N verhouding), het drogestofgehalte en de verblijftijd. Er kan een onderscheid gemaakt worden tussen psychrofiele (0-20 C), mesofiele (20-45 C) en thermofiele (45-75 C) vergisting. In onderhavige situatie is er sprake van mestvergisting in de mesofiele zone. Het vergisten van uitsluitend mest is economisch niet aantrekkelijk c.q. haalbaar. Het economische en procestechnisch rendement van een mestvergistingsinstallatie kan aanzienlijk worden verbeterd door toepassing van co-vergisting. Bij covergisting worden residuen toegevoegd zoals bijvoorbeeld groen afval, pluimveemest, maïs, akkerbouwproducten en plantaardige vetten. De meevergiste stromen worden ook wel cosubstraten genoemd en kunnen van binnen of buiten de inrichting afkomstig zijn. De uitvergiste mest (digestaat) kan, eventueel na behandeling, als dierlijke meststof op landbouwgronden worden aangewend of worden geëxporteerd. De voordelen voor het milieu bij toepassing van co-vergisting zijn: - de productie van groene elektriciteit en warmte; - de reductie van geur- & ammoniakemissie bij aanwending t.o.v. niet-vergiste mest; - de reductie van de koolstofdioxide-emissie (CO2); - een reductie van de methaanemissie. In onderhavige situatie zijn de volgende stappen te onderscheiden: 1. het opslaan van de vaste mest en co-producten; 2. het vergisten van de meststoffen en co-producten; 3. het scheiden van de digestaat in een dunne en dikke fractie; 4. het drogen, composteren en opslaan van de dikke fractie uit het digestaat. Deze stappen worden, na het bespreken van de relevante wet- en regelgeving, nader uitgewerkt. Relevante wet- & regelgeving MER-besluit Op basis van de recente wijziging van het Besluit milieueffectrapportage (de betreffende regels in categorie 18 van kolom C en D in de bijlage van het MER-besluit zijn geschrapt) is de MER-plicht voor de productie van duurzame energie (vergistingsinstallaties voor biomassa) komen te vervallen. In de gewenste bedrijfsopzet wordt de uitvoering en capaciteit van de biogasinstallatie met een gezamenlijk vermogen van 1,59 MW ten opzichte van de bestaande / vergunde niet gewijzigd. In de gewenste bedrijfsopzet is er derhalve geen sprake van een vergroting van de capaciteit van de biogasinstallatie. Ook in de vergunde situatie was reeds sprake van co-vergisting en sprake van een opslag van ton vloeibaar digestaat en ongeveer ton co-substraten. 4

5 In de gewenste situatie wordt echter het proces ten aanzien van de digestaatverwerking verder geoptimaliseerd (o.a. inpandig) en de input & opslag van de co-substraten gewijzigd. Gelet op voornoemde bestaat er geen aanleiding voor het uitvoeren van een vormvrije MER(beoordeling). BBT / BREF De installatie moet voldoen aan de best beschikbare technieken (BBT). Voor mestverwerking is de BREF voor de intensieve veehouderij relevant (Reference Document on Best Available Techniques for Intensive Rearing of Pigs and Poultry). In BREF wordt aandacht besteed aan "techniques for onfarm processing of manure", waaronder biologische behandeling zoals (co-)vergisting. De BREF stelt enkel en alleen algemene voorwaarden aan mestverwerking, zodat in Nederland met de inzet van covergisting als mestbewerkingstechniek aan de BREF kan worden voldaan. Meststoffenwet De Meststoffenwet bepaalt onder welke voorwaarden digestaat van covergisting mag worden vervoerd, verhandeld en gebruikt als 'dierlijke mest'. In bijlage Aa onderdeel IV van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet is een positieve lijst vastgesteld van organische materialen/producten, die voor co-vergisting van dierlijke mest gebruikt mogen worden. Alleen indien uitsluitend producten van die lijst worden/zijn toegevoegd aan het mestvergistingsproces en alleen indien het te vergisten mengsel in hoofdzaak (minimaal 50 gewichtsprocenten) bestaat uit dierlijke mest, mag het digestaat als 'dierlijke mest' worden vervoerd, verhandeld en gebruikt. In onderhavige situatie wordt dierlijke mest (> 50%) gebruikt alsmede organische materialen/producten die zijn opgenomen in de positieve lijst. Het betreffen hier bijvoorbeeld akkerbouwproducten (maïs etc.), reststromen uit de landbouw etc. De organische materialen/producten die worden toegepast, kunne als gevolg van het aanbod op de markt variëren. Voor een installatie voor mestvergisting of co-vergisting van mest is een erkenning nodig op grond van de Europese verordening voor dierlijke bijproducten en de doorvertaling daarvan in de Gezondsheidsen welzijnswet voor dieren. Op grond van de Meststoffenwet moeten de volgende gegevens worden bijgehouden: de methode van bewerking of verwerking; de hoeveelheid bewerkte of verwerkte dierlijke meststoffen; de hoeveelheid, de aard en de samenstelling van de samen met de dierlijke meststoffen bewerkte of verwerkte stoffen (o.a. stikstof- en fosfaatgehalte) en de hoeveelheid en de samenstelling van de eindproducten van de bewerking of verwerking; het nummer met de bijbehorende omschrijving waaronder het co-product is opgenomen in bijlage Aa; gegevens waaruit blijkt op welk bedrijf het coproduct evt. is vrijgekomen. Voor onderhavige biogasinstallatie met co-vergisting is door de NVWA/RVO een erkenning afgegeven op grond van de Europese verordening voor dierlijke bijproducten (Verordening EG nr. 1069/2009). 5

6 Bevoegd gezag Het college van B&W van de gemeente is bevoegd gezag voor de vergunning: voor het bewerken, verwerken, opslaan of overslaan van dierlijke of overige organische meststoffen (categorie 7.1 van bijlage I onderdeel C van het Bor). Het college van GS van de provincie Drenthe is bevoegd gezag voor de vergunning: indien er sprake is van het bewerken of verwerken van buiten de inrichting afkomstige dierlijke meststoffen met een capaciteit van meer dan m³ per jaar (categorie 7.4 van bijlage I onderdeel C van het Bor) en er is sprake van een gpbv-installatie of het Besluit risico's zware ongevallen 1999 is van toepassing. indien er sprake is van een installatie met een capaciteit van meer dan 100 ton per dag voor anaërobe vergisting (cat. 5.3 onder b, bijlage I, Richtlijn Industriële Emissies (RIE, 2010/75/EU) Indien co-substraten te bestempelen zijn als afvalstof, is voor de opslag en verwerking boven een bepaalde capaciteit de gemeente het bevoegd gezag en geeft de provincie een verklaring van geen bedenkingen. Dit is het geval: indien de opslagcapaciteit voor afvalstoffen (= co-substraten) meer dan m 3 bedraagt en deze afvalstoffen afkomstig zijn van buiten de inrichting (categorie 28.4,a, 6 o van bijlage I onderdeel C van het Bor). indien jaarlijks meer dan m 3 afvalstoffen (bijvoorbeeld bepaalde soorten co-substraten) afkomstig van buiten de inrichting wordt toegevoegd aan het vergistingsproces (categorie 28.4,c, 1 o van bijlage I onderdeel C van het Bor). In onderhavige situatie wordt de biogasinstallatie (anaërobe vergisting / max. 100 ton per dag) niet aangemerkt als gpbv-installatie en is tevens het Besluit risico's zware ongevallen 1999 niet van toepassing. Jaarlijks wordt in onderhavige situatie maximaal m3 mest van derden (afkomstig van buiten de inrichting) aangevoerd. Ten behoeve van de biogasinstallatie worden naast meststoffen (dunne en vaste mest) ook co-producten toegepast. Deze producten zijn vermeld op de vastgestelde positieve lijst van organische materialen/producten, die voor co-vergisting van dierlijke mest gebruikt mogen worden. Deze producten worden ook wel co-substraten genoemd. Een deel van deze co-substraten moet formeel worden aangemerkt als afvalstoffen. Echter niet alle cosubstraten, zoals bijvoorbeeld akkerbouwproducten (o.a. maïs, graan etc.), vallen onder de noemer afvalstoffen. Binnen de inrichting bedraagt de maximale opslag van afvalstoffen (= deel van de cosubstraten) niet meer dan m 3 en de jaarlijkse doorzet van deze afvalstoffen (co-substraten/ positieve lijst) bedraagt maximaal m3. Daarnaast wordt jaarlijks maximaal ton aan akkerbouwproducten (o.a. maïs) toegevoegd in het vergistingsproces. Gelet op bovenstaande is het college van B&W van Midden-Drenthe het bevoegd gezag voor onderhavige inrichting. 6

7 Overzicht proces gewenste bedrijfsopzet (co-vergisten / biogasinstallatie / verwerken digestaat) De binnen de inrichting aanwezige biogasinstallatie inclusief digestaatverwerking bestaat uit de volgende onderdelen: Twee vergisters met een inhoud van m³; Een droge stoftoevoer (voor co-substraten) via een stortbunker met een inhoud van 200 m³; Een toevoer voor vloeibare co-substraten in een kelder met een inhoud van 235 m³; Hygienisatie (2 tanks á 8 m3); Twee WKK-installatie s (1.064/ 526 kw) // totaal 1,59 MW; 2 silo s / tanks ( m3) voor de opslag van vloeibare co-substraten; Een navergister met een inhoud van m³; Een eindopslag (dunne fractie) met een inhoud van m³; Het scheiden van digestaat in een dikke en dunne fractie o Mobiele scheider (inpandig hal D // m3 per uur) Zie bijlage A Het drogen van de dikke fractie o Drooginstallatie (inpandig hal D // ton per jaar) Zie bijlage B Het composteren van de dikke fractie o Beddingmaster (inpandig hal D // ton per jaar) Zie bijlage C De mest die wordt gebruikt voor het vergistingsproces is, met uitzondering van de vaste pluimveemest, afkomstig van veehouderijen van derden. Deze mest wordt met behulp van (afgesloten) vrachtwagens aangevoerd. Deze dunne mest wordt direct in de beide vergisters gebracht (gepompt). Deze beide vergisters zijn het hart van de biogasinstallatie en worden met behulp van de WKK s verwarmd tot ongeveer 40 ºC. Na het bijmengen van ongeveer 50% co-substraten in de vorm van vaste (pluimvee)mest, akkerbouwproducten, vloeibare componenten wordt middels roering, een homogene, biogasproducerende massa verkregen. De vloeibare co-substraten worden met een tankwagen aangevoerd en vervolgens opgeslagen in 2 dichte silo s/tanks ( m3). Vanuit de kelder in gebouw C worden deze vloeibare co-substraten in de vergisters gepompt. De vaste co-substraten worden met gesloten vrachtwagens aangevoerd en vervolgens inpandig (gebouw B, C & D) opgeslagen. Deze vaste co-substraten worden vervolgens via een stortbunker (200 m3) met behulp van een invoersysteem in de vergisters gebracht. Voorafgaand aan bijvoeging van mest / co-substraten, wordt uiteraard een gelijke hoeveelheid uitgewerkt digistaat naar de navergister gepompt. 7

8 Het digestaat uit de navergister (silo H) wordt vervolgens met behulp van een mobiele scheider met een capaciteit van ongeveer m3 per uur (zie bijlage A) en met behulp van een leiding in de nieuwe hal (gebouw D) gescheiden in een dikke en dunne fractie. Deze mestscheider draait ongeveer uur per jaar. Voorbeeld uitvoering mestscheider De dunne fractie wordt vervolgens via een leiding in de eindopslag (silo G) gepompt en niet verder verwerkt. Deze dunne fractie wordt met gesloten tankwagens afgevoerd uit de inrichting. De dikke fractie wordt gedroogd met behulp van een drooginstallatie (zie bijlage B) of gecomposteerd met behulp van een beddingmaster (zie bijlage C). Beide installaties zijn inpandig opgesteld in gebouw D. Voorbeeld uitvoering drooginstallatie Voorbeeld uitvoering beddingmaster Deze droge fractie is vervolgens gehygiëniseerd en geschikt voor export / afzet in de akkerbouw. Het gedroogde product (digestaat) wordt inpandig opgeslagen in gebouw D en vervolgens met behulp van gesloten vrachtwagens uit de inrichting afgevoerd. Het biogas wordt boven in de beide vergisters en de navergister opgevangen. De installatie heeft een dubbel membraam, zodat de bolling van de vergister altijd hetzelfde is. In de beide vergisters en de navergister kan maximaal (2 x =) m3 biogas worden opgeslagen, hetgeen overeenkomt met ongeveer kg. 8

9 Het biogas wordt afgekoeld in de gaskoeler. Door deze afkoeling condenseert de waterdamp en ontstaat er droog gas. Dit gas wordt verbrand in de gasmotor, waarmee door middel van een generator elektriciteit wordt opgewekt. Dit proces vindt plaats in de beide WKK s. De vrijkomende warmte wordt hierbij gebruikt om de vergisters op temperatuur te houden. De beide WKK s hebben een vermogen van 1,59 MW. Deze installatie zal in de gewenste opzet ongewijzigd ongeveer uren per jaar draaien. Met behulp van deze biogasinstallatie wordt er jaarlijks in totaal (8.000 x 1,6 MW =) MW opgewekt. Hiervoor wordt jaarlijks ongeveer 5 miljoen m3 ruw biogas gebruikt. De verkregen warmte van de WKK s wordt binnen de inrichting gebruikt voor het op temperatuur houden van de vergisters en het drogen van het dikke fractie van het digestaat in de drooginstallatie. Het surplus aan elektriciteit wordt, met uitzondering van het eigen elektriciteitsverbruik, vervolgens ingevoed op het stroomnet. 9

10 De co-vergisting / biogasinstallatie heeft in de gewenste situatie de volgende uitgangspunten en kengetallen: Invoer op jaarbasis: o mest afkomstig van de eigen pluimveehouderij = m3 o mest afkomstig van derden (drijfmest + vaste mest) = max m3 o co-substraten => maximaal m3 co-substraten ( afvalstoffen / witte lijst) = m3 maximale opslag: m3 akkerbouwproducten (maïs) = m3 Totaal vermogen mestvergistingsinstallatie / WKK s = 1,59 MW Opgewekte duurzame energie: 5 miljoen m3 biogas / MW groene stroom Ongeveer MW aan thermische warmte ten behoeve van de drooginstallatie Overzicht: Ingaand m 3 Uitgaand m 3 Mest (afkomstig eigen pluimveebedrijf) Digestaat - dikke fractie - dunne fractie m m m3 Mest van derden Biogas 5 miljoen m3 Co-substraten - positieve lijst (bijlage Aa) Elektriciteit Warmte t.b.v. drooginstallatie MW MW Akkerbouwproducten (maïs) Binnen de inrichting worden naast geteelde akkerbouwproducten enkel en alleen co-substraten toegepast die zijn vermeld op de zogenaamde positieve lijst van bijlage Aa behorende bij de Uitvoeringsregeling van de Meststoffenwet. De thans geldende lijst ter illustratie als bijlage D toegevoegd. De betreffende producten worden (flexibel) toegepast op basis van overwegingen met betrekking tot de beschikbaarheid van producten op de markt, kostenoverweging, toepasbaarheid/verwerking digestaat en beoogde gasopbrengst. 10

11 Installatie-onderdelen Vooropslag De vaste pluimveemest afkomstig van de pluimveehouderij (legkippen) wordt inpandig opgeslagen in gebouw B of direct toegepast in de vergisters. De dunne mest, welke afkomstig is van buiten de inrichting, wordt rechtstreeks in de beide vergisters gepompt. Opslag co-substraten De vaste co-substraten (akkerbouwproducten, vaste mest en andere vast co-producten) worden inpandig opgeslagen in gebouw B, C, D of in de (overkapte) sleufsilo (bouwwerk N). Vanuit deze opslagvoorzieningen worden deze vaste producten met behulp van een shovel via de stortbunker + droge stofinvoer in de beide vergisters gebracht. De vloeibare co-producten (bijv. glycerine, stoomschillen, gistconcentraat) wordt opgeslagen in twee opslagtanks ( m3). Deze vloeibare component wordt via de bestaande kelder in gebouw C in de vergisters gebracht. Vergisters De beide vergisters (á m3) zijn gasdichte, geïsoleerde, verwarmde en geroerde silo s, waarin biogas uit de biomassa wordt gewonnen. Aanvoer van mest /co-producten en afvoer van het digestaat verlopen in principe gelijktijdig en in gelijkblijvende hoeveelheden. In de wand van de vergister is een warmtewisselaar geplaatst waarmee een gedeelte van de warmte van de gasmotor wordt overgedragen aan de mest om deze op temperatuur te houden. De mest wordt op gezette tijden geroerd. Het gas uit de vergisters wordt naar de warmte-krachtinstallatie s (WKK s) gevoerd. De beide vergisters bestaan uit de volgende componenten: - geïsoleerde metalen silo s met een inhoud van m3 inclusief verwarming, afdekking en gasopvang; - mengsysteem (roerwerk) voor een gelijkmatige verdeling en menging van de biomassa; - pompen voor de invoer van co-substraten en de afvoer van het digestaat; - gasbehandeling. Het biogas bevat naast methaan en kooldioxide ook waterdamp en zwavelwaterstof. Het water condenseert bij afkoeling van het gas en wordt in vloeibare vorm afgevoerd. De zwavelwaterstof wordt biologisch en met behulp van zwavelnetten verwijderd en reageert hierbij tot elementair zwavel dat als vaste stof neerslaat in het digestaat. Het toevoegen van lucht aan een brandstof kan leiden tot een explosief mengsel. Bij biogas moet sprake zijn van een verdunning van 90 tot 95% lucht om tot een explosief mengsel te komen. De biologische ontzwaveling brengt een hoeveelheid lucht in het biogas die ongeveer 180 maal te klein is om dit te veroorzaken; 11

12 - Overdrukbeveiliging. Overdruk kan optreden indien de gasopslag volledig is gevuld. In onderhavige situatie zijn er twee afzonderlijke WKK s aanwezig, zodat alle biogas kan worden benut. Mocht één WKK uitvallen dan is een tweede WKK aanwezig om als back-up te dienen, zodat tocht het biogas kan worden omgezet in stroom. De productie van biogas blijft continua doorgaan, ook als de vergister / WKK wordt stopgezet en hierdoor wordt een overdrukbeveiliging/-ventiel toegepast. Navergister Het digestaat wordt vanuit de beide vergisters in de navergister gepompt (4.454 m3). Ook deze navergister is voorzien van verwarming en roerwerk en heeft ook een gasopslag. Deze is derhalve vergelijkbaar met een vergister. In de navergister krijgt het digestaat de tijd om te stabiliseren en hier komen de laatste resten biogas vrij. Eindopslag Het digestaat wordt vervolgens vanuit de navergister (via de mestscheider dikke / dunne fractie in nieuwe hal D) in de eindopslag gepompt (2.454 m3). In deze eindopslag vindt geen bewerking meer plaats en deze is bedoeld voor enkel en alleen opslag-doeleinden. Hygiënisatie Tussen de navergister en de eindopslag wordt digestaat via een hygiënisatie geleid. Dit zijn twee tanks (á 8 m3) waarin de temperatuur van het digestaat wordt verhoogd tot ongeveer 55 ºC. Op basis van artikel 15 van de Verordening Dierlijke Bijproducten (1774/2002, VDB) moeten de installaties worden erkend door de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) en hiertoe dient het digestaat tijdelijk te worden verhit of moet het proces worden gevalideerd. Door de temperatuur van het digestaat voor de invoer in de eindopslag in de beide hygienisatietanks te verhogen wordt voldaan aan validatie-eis van het VWA. Het digestaat mag op basis hiervan worden verwerkt en worden geëxporteerd. WKK Voor het omzetten van biogas in elektriciteit en warmte worden 2 warmtekrachtinstallaties (WKK s) gebruikt, bestaande uit een gasmotor om het biogas te verbranden en een generator voor opwekking van elektriciteit. De gasmotor is van hetzelfde type als dat voor aardgas wordt gebruikt, aangepast voor het verstoken van laagcalorisch gas. De opgewekte elektriciteit wordt deels ingezet voor eigen gebruik, maar het overgrote deel wordt teruggeleverd aan het openbare stroomnet. De vrijkomende warmte wordt gebruikt voor het op temperatuur houden van de vergisters en het drogen van de vaste fractie uit het digestaat in de drooginstallatie (ong MW thermische warmte). Het gezamenlijke vermogen van beide WKK s bedraagt 1.59 MW. 12

13 Scheiden digestaat Met behulp van een scheider (ong m3 per uur) wordt alle vrijkomende digestaat (vanuit de navergister) gescheiden in een dikke en een dunne fractie (zie bijlage A). Jaarlijks komt ton digestaat vrij uit het vergistingsproces dat wordt gescheiden in een dikke ( ton) en dunne fractie ( ton). De dunne fractie wordt opgevangen en met behulp van een leiding in de eindopslag gepompt. Deze dunne fractie wordt niet verder verwerkt en vervolgens met behulp van vrachtwagens (tankwagens) uit de inrichting afgevoerd. De dikke fractie wordt binnen de inrichting verder verwerkt. Drogen & composteren dikke fractie De verkregen dikke fractie wordt binnen de inrichting verder verwerkt en hiervoor zijn er twee mogelijkheden beschikbaar. Een deel van het digestaat wordt gedroogd met behulp van een drooginstallatie. Deze droger bevindt zich in gebouw D (nieuw te bouwen hal). Deze droger heeft een maximale capaciteit van ton per jaar en is continue in werking (8.000 uur per jaar). De capaciteit van de drooginstallatie is gebaseerd op de beschikbare hoeveelheid warmte afkomstig van de WKK s. Het overige deel van het digestaat wordt via een composteerinstallatie (beddingmaster) geleid. In deze installatie wordt de dikke fractie gecomposteerd. Deze composteerinstallatie (energiebron: elektriciteit afkomstig van de eigen WKK s) wordt eveneens opgesteld in gebouw D, heeft een maximale capaciteit van ton per jaar en is continue in werking (8.000 uur per jaar). Het droge digestaat heeft vervolgens als gevolg van het drogen of composteren een drogestofpercentage van 70 tot 85% en is exportwaardig. Deze droge digestaat wordt opgeslagen in de nieuwe hal (gebouw D). Dit product wordt vervolgens periodiek uit de inrichting afgevoerd met behulp van vrachtwagens en op akkerbouwgronden toegepast als meststof. In de gewenste bedrijfsopzet is er geen sprake van een vergroting van de capaciteit van de biogasinstallatie. Immers het vermogen van de installatie / WKK s (totaal 1,59 MW) wordt niet gewijzigd en ook in de vergunde situatie was reeds sprake van een opslag van ton vloeibaar digestaat en ton maïs. In de gewenste situatie wordt echter het proces ten aanzien van de digestaatverwerking verder geoptimaliseerd. Daarnaast wordt de opslagcapaciteit van de cosubstraten/vaste mest en het droge digestaat gewijzigd en vergroot. Deze opslag vindt in de gewenste situatie volledig inpandig plaats. Het vergroten van deze opslagcapaciteit is wenselijk om de flexibiliteit ten aanzien van het aanbod / toepassing van de co-substraten te vergroten. Daarnaast is de kostprijs van bijv. maïs relatief hoog en is het ethisch / maatschappelijk niet langer verantwoord om grootschalig en grote hoeveelheden geteelde akkerbouwproducten / voedingsmiddelen toe te passen voor enkel en alleen de productie van energie. Hierdoor is het wenselijk om deze producten te vervangen door andere producten en co-substraten van de witte lijst. Tot slot is het wenselijk om de voorraad vaste mest en droge digestaat te vergroten in verband met de gewijzigde marktomstandigheden (o.a. wens tot grotere partijen en volume s). 13

14 De complete biogasinstallatie inclusief volledige digestaatverwerking is en blijft derhalve ongewijzigd geschikt om jaarlijks m3 mest/biomassa te vergisten, 5 miljoen m3 biogas/ MW aan groene duurzame energie te produceren, MW aan thermische warmte nuttig toe te passen voor het drogen van digestaat en in totaal m3 digestaat (dikke fractie) te verwerken. 14

15 Milieuaspecten Bodem Ten aanzien van bodembescherming wordt uitgegaan van de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming bedrijfsmatige activiteiten (NRB). Aandacht dient te worden besteed aan de volgende installatieonderdelen: De opslag van mest en digestaat; De opslag van co-substraten; Stalling en gebruik van de wamtekrachtinstallatie (WKK). Opslagsilo s en vergisters De twee vergisters, de na-vergister en de eindopslag (silo s) zijn vervaardigd van metaal en voldoen aan de Richtlijnen Mestbassins 1992 (RM 1992). Voor bassins waarin vergisting wordt toegepast is geen specifieke regelgeving van toepassing. Ook voor deze bassins wordt aangesloten bij de Richtlijnen Mestbassins 1992 (RM 1992). Deze bassins zijn bestand tegen de inwerking van de vergiste mest en de daarbij vrijkomende gassen. Het risico op bodemverontreiniging is, door de mest-/vloeistofdichte uitvoering van de silo s, verwaarloosbaar. Opslag vaste co-substraten De co-substraten worden opgeslagen in de hiervoor bestemde afgesloten bedrijfsruimtes en overkapte sleufsilo. Deze opslag wordt derhalve inpandig en afgedekt opgeslagen. De sleufsilo is uitgevoerd met een betonvloer en betonnen keerwanden en de afgesloten bedrijfsruimtes zijn voorzien van een mestdichte / vloeistofkerende vloer. Opslag vloeibaar co-substraat (glycerine/ plantaardig vet) De vloeibare co-substraten (o.a. glycerine, stoomschillen, gistconcentraat) worden opgeslagen in speciaal hiervoor bestemde (productbestendige) silo s / opslagtanks á 90 & 60 m3 (totaal 150 m3) en wordt via een kelder (gebouw C) in de vergisters gebracht. Deze tanks en kelder zijn vervaardigd van respectievelijk metaal en beton en hierdoor bestand tegen de opslag van de betreffende producten. Ter info: glycerine is een plantaardig product (80% droge stof) en wordt niet aangemerkt als een gevaarlijke stof (zie productomschrijving / bijlage E). Opslag vaste mest / vaste fractie digestaat De opslag van vaste mest en de dikke fractie afkomstig uit het digestaat worden in de hiervoor bestemde afgesloten bedrijfsruimtes. Deze ruimten worden uitgevoerd met een dichte vloeistofkerende vloeren en -wanden. Ook het scheiden, drogen en composteren van dit materiaal vindt inpandig plaats boven een vloeistofkerende betonvloer. 15

16 WKK s De WKK-installatie s zijn vervaardigd van metaal en staan inpandig opgesteld. Deze WKK s zijn voorzien van een lekbak onder de motor. Hierdoor wordt voorkomen dat er eventuele lekkage van olie afkomstig van de WKK naar de bodem plaats vindt. Het risico op bodemverontreiniging is hierdoor op grond van de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) verwaarloosbaar (cat. I). Afvalwater In het mestvergistingsproces komt normaliter geen bedrijfsafvalwater vrij. Eventueel vrijkomend proceswater wordt niet geloosd, maar wordt opgevangen en toegevoegd in de vergisters. De stoffen worden inpandig / overdekt opgeslagen in tanks, een overkapte sleufsilo en in afgesloten bedrijfsruimtes. Hierdoor ontstaat geen percolaat als gevolg van eventueel hemelwater. Het hemelwater afkomstig van de verharding en het bedrijfsterrein wordt opgevangen en met behulp van een bedrijfsriolering opgevangen in het infiltratiebassin. Dit water wordt eerst via een septictank geleid alvorens het water in het bassin verder kan bezinken en vervolgens in de bodem kan infiltreren. Geluidhinder Geluidshinder wordt onderverdeeld in directe hinder door geluidsbronnen van de mestvergistingsinstallatie / inrichting en indirecte hinder door transportbewegingen van en naar de mestvergistingsinstallatie. De mogelijke geluidsbronnen van de mestvergistingsinstallatie zijn: 2 WKK s; mestpompen; motoren die het roerwerk van de mestvergister aandrijven; tractoren, shovel en machines; aan- en afvoerbewegingen ten behoeve van aanvoer van producten (mest/ co-substraten) en de afvoer van het digestaat. Het geluidsaspect met betrekking tot de biogasinstallatie en de gehele inrichting is nader uitgewerkt in het akoestisch onderzoek. Uit dit akoestisch onderzoek blijkt, dat de exploitatie van de gewenste inrichting / biogasinstallatie inclusief digestaatverwerking niet zal leiden tot ontoelaatbare geluidsoverlast en dat kan worden voldaan aan de geldende geluidsnormering / geldende streefwaarden. Hierbij kan nog worden opgemerkt dat de dichtstbijgelegen woningen van derden op ruime afstand (> 300 meter) van de inrichting is gelegen. 16

17 Geur & luchtkwaliteit De procesonderdelen waarin biogas aanwezig is, zijn volledig gesloten uitgevoerd. Dit geldt voor beide vergisters (incl. biogasopslag), de na-vergister, de eindopslag, de WKK s en de hygiënisatietanks. In de Wet geurhinder en veehouderij / Wet luchtkwaliteit en het Activiteitenbesluit zijn voor het toepassen van biogasinstallaties en digestaatverwerking geen emissiefactoren c.q. in acht te nemen afstanden opgenomen. Daarnaast zijn er in de BREF geen eisen gesteld aan de emissies afkomstig van een biogasinstallatie / digestaatverwerking en is er voor dergelijke installaties en activiteiten geen BBT vastgesteld. In onderhavige situatie zijn gevoelige objecten / woningen van derden op zeer ruime afstand gelegen (> 300 meter). Reeds op basis van deze afstand tussen onderhavige installatie en een object van derden behoeft niet voor ontoelaatbare hinder / emissies te worden gevreesd. De situering van de (reeds bestaande en vergunde) biogasinstallatie en digestaatverwerking kan hierdoor reeds worden beschouwd als BBT. BIOGASINSTALLATIE Mestvergisting Vergisten is het anaëroob afbreken van organisch materiaal door bacteriën. Hierbij ontstaat biogas, een gasmengsel dat voor 60-65% bestaat uit methaan en voor uit CO2. Het bevat verder kleine fracties aan componenten als H2S en NH3 en een verzadigd hoeveelheid water. De vergisters bestaan uit mestsilo s, waarbij ten opzichte van een normale mestsilo enkele aanpassingen zijn doorgevoerd. Zo zijn de silo s extra geïsoleerd om het warmteverlies te beperken en zijn er extra maatregelen genomen om de vergisters gasdicht te maken. Immers lekkage van biogas is ongewenst, want dit leidt tot verlies aan rendement van de installatie. De mestvergistingsinstallatie draagt niet bij aan de totale geuremissie van de inrichting. Dit komt doordat het proces zich afspeelt binnen een volledig gesloten systeem en anaëroob proces en hierdoor geen geur-/stofemissie veroorzaakt. Hygienisatie digestaat In de hygienisatietanks wordt het digestaat verwarmd tot ongeveer 55 ºC. Deze verwarming is een gesloten proces waarbij gebruik wordt gemaakt van twee dichte opslagtanks en gesloten rvs-leidingen. Tijdens dit proces komen derhalve geen relevante geur-/stofemissie vrij. Biogasbenutting & WKK s Het gevormde biogas wordt opgeslagen in een gasopslag. Deze gasopslag bevindt zich in de beide vergisters en de navergister en deze zijn allen volledig gasdicht. Hierdoor kan er geen biogas naar de omgeving ontsnappen. Het biogas wordt verbrand in een gasmotor. Bij de verbranding van biogas kan mogelijk geuremissie vrijkomen. Door onderzoeksbureau PRA Odour b.v. zijn in de praktijk bij WKK s (waarin biogas wordt verbrand) geuremissies tot OuE/m3 gemeten. Deze geuremissie is derhalve als uitgangspunt gehanteerd voor de emissie van de beide WKK s. 17

18 De rookgassen van de warmtekrachtinstallatie zijn derhalve in potentie een geurbron. Gelet op de ruime afstand tot woningen van derden (300 meter) behoeft niet voor geuroverlast als gevolg van de (reeds aanwezige en vergunde) WKK s te worden gevreesd. Het biogas wordt in de WKK s omgezet in groene stroom en warmte. Geuremissie vanwege de biogasinstallatie treedt op bij het verbranden van biogas. Om de geurbelasting afkomstig van de WKK s ter plaatse van de omliggende woningen inzichtelijk te maken, is in het verspreidingsmiddel V-stacks Vergunning de WKK als geurbron ingevoerd. De volgende gegevens zijn hierbij als uitgangspunt gehanteerd: 2 WKK s: o Emissiepunt = middelpunt van beide uitlaatpijpen o Hoogte uitlaatpijpen = 12 meter o Diameter = 2 x 45 cm. doorsnede = 0,64 meter o Geuremissie = OU per m3 5 miljoen m3 biogas per jaar 10 m3 rookgas per m3 biogas (65% NH4) Totaal: 50 miljoen m3 rookgas per jaar draaiuren = m3 rookgas per uur OU/m3: m3 x OU = 62,5 MOU per uur 62,5 MOU/uur : = OU/sec o Uittreedsnelheid = 5,4 m/sec Oppervlakte uitlaatpijpen = 0,32 m m3/uur : = 1,74 m3/sec. Luchtsnelheid: 1,74 / 0,32 = 5,4 m/sec Zwavelwaterstof (H2S) In de vergisters wordt het zwavelwaterstof via biologische ontzwaveling verwijderd. Door middel van bacteriën van in de vergisters wordt het zwavelwaterstof omgezet in elementair zwavel en water. Hiertoe wordt extra lucht geïnjecteerd in de biogasopslag in de vergisters. De hoeveelheid toe te voegen lucht bedraagt ongeveer 5% van het geproduceerde biogas. Door deze toevoeging wordt ongeveer 95% van het zwavelwaterstof te verwijderen uit het biogas. Daarnaast zijn in de gasbuffers boven in de vergisters en navergister zogenaamde zwavelnetten aangebracht en wordt het biogas in de buffers gerecirculeerd. Deze voorzieningen zijn bedoeld om het resterende H2S in het biogas zoveel mogelijk af te vangen en te reduceren. Door deze toepassing is de concentratie in het biogas ruimschoots lager dan 1 vol.%. De emissies van de installatie met bijbehorende WKK s voldoen aan de gestelde eisen in het Activiteitenbesluit (paragraaf 3.2.1). In onderhavige situatie is er daarnaast sprake van een grote onderlinge afstand tussen de biogasinstallatie (inclusief verwerken digestaat) en woningen van derden. 18

19 Opslag vaste co-substraten / vaste mest + Opslag vloeibaar co-substraat De co-substraten en vaste mest (gebouw B en C) worden opgeslagen in de hiervoor bestemde afgesloten bedrijfsruimten. In deze ruimte vindt alleen opslag en derhalve geen bewerking plaats. De vloeibare co-substraten worden opgeslagen in speciaal hiervoor bestemde 2 silo s / opslagtanks en invoerkelder in gebouw C. Deze tanks en kelder t.b.v. de vloeibare componenten zijn afgesloten. De nieuw te bouwen hal (gebouw D) wordt deels gebruikt voor de opslag van vaste co-substraten en vaste mest. Deze nieuwe hal wordt voorzien van een mechanische afzuiging (onderdruk) en een luchtwassyssteem. Deze voorzieningen kunnen, mede gelet op de afstand tot een woning van derden, worden aangemerkt als BBT, waardoor de eventuele emissie van de opslag van deze producten derhalve nihil en verwaarloosbaar is. DIGESTAATVERWERKING Scheiden digestaat Met behulp van een scheider (capaciteit m3 per uur) wordt alle vrijkomende digestaat afkomstig uit de biogasinstallatie (navergister) gescheiden in een dikke en een dunne fractie (zie bijlage A). De dunne fractie wordt opgevangen en vervolgens (via de eindopslag) uit de inrichting afgevoerd. De dikke fractie wordt binnen de inrichting verder verwerkt. Bij het afvoeren c.q. verplaatsen van de dikke fractie uit de scheider kunnen mogelijk emissies optreden. Hiertoe wordt de scheider inpandig geplaatst in de nieuw te bouwen hal (gebouw D), welke wordt voorzien van een mechanische afzuiging (onderdruk) en een luchtwassyssteem (zie beschrijving verderop in deze paragraaf). Drogen digestaat De verkregen dikke fractie wordt binnen de inrichting vervolgens gedeeltelijk gedroogd met behulp van een drooginstallatie. Deze droger heeft een maximale capaciteit van ton per jaar en is continue in werking (8.000 uur per jaar). Bij het droogproces wordt warme (gerecirculeerde) lucht geforceerd over/door het digestaat geblazen. Voor het droogproces wordt de warmte afkomstig van beide WKK s gebruikt. De omvang van deze beschikbare warmte ten behoeve van het droogproces (ong MW per jaar) wordt in gewenste situatie, nu de capaciteit van de WKK s gelijk blijft, ten opzichte van vergunde niet gewijzigd. Hierdoor blijft ook de jaarlijkse maximale droogcapaciteit ( ton) ongewijzigd. De overige vaste fractie uit het digestaat wordt vervolgens met behulp van een beddingmaster gecomposteerd. De warmte van de beide WKK s wordt samen met verse buitenlucht via warmtewisselaars in de drooginstallatie toegepast. De vuile verzadigde lucht afkomstig uit deze drooginstallatie ( m3 per lucht uur) wordt vervolgens rechtstreeks aangesloten op een luchtwassyssteem. Dit luchtwassyssteem bestaat uit een chemisch luchtwasproces en een biofilter (zie bijlage F). 19

20 Composteren digestaat Het overige deel van de vaste fractie afkomstig uit het digestaat wordt via een composteerinstallatie (beddingmaster) geleid. In deze installatie wordt de dikke fractie afkomstig uit de scheider gecomposteerd. In deze installatie wordt de dikke fractie langdurig in een langwerpige gesloten trommel gebracht onder een constante temperatuur van 52 graden Celsius. Deze beddingmaster heeft een maximale capaciteit van ton per jaar en is continue in werking (8.000 uur per jaar). Deze composteerinstallatie wordt samen met de scheider en drooginstallatie inpandig geplaatst in de nieuw te bouwen hal (gebouw D). De beddingmaster is voorzien van een elektrische verwarming. Hierbij wordt elektriciteit afkomstig van de eigen WKK s gebruikt. Het (verwarmd) composteren is een techniek gebaseerd op een natuurlijk composteringsproces. Bij dit proces wordt voor de optimalisatie van het proces met behulp van een kleine ventilator (max. 250 m3 per uur) een geringe hoeveelheid verse buitenlucht in de beddingmaster toegevoegd. Het debiet afkomstig uit deze beddingmaster bedraagt hierdoor maximaal 250 m3 per uur. Opslag gedroogd digestaat Het digestaat heeft vervolgens als gevolg van het drogen of composteren een drogestof-percentage van 70 tot 85% en is tevens exportwaardig. Deze droge digestaat wordt opgeslagen in de hiertoe bestemde vakken in de nieuw te bouwen hal (gebouw D). Dit product wordt vervolgens periodiek uit de inrichting afgevoerd met behulp van vrachtwagens en op akkerbouwgronden uitgereden. Afzuiging en luchtwassyssteem hal D Om eventuele hinder en emissies als gevolg van de opslag van vaste co-substraten & vaste mest, de scheider, de drooginstallatie, de composteerinstallatie en/of de opslag van gedroogde digestaat te voorkomen, wordt de hal gesloten uitgevoerd en voorzien van een mechanische afzuiging (5 ventilatoren) op basis van onderdruk. Deze afzuiging vindt plaats bij de eerder genoemde luchtwassyssteem ter plaatse van de drooginstallatie. De vuile lucht afkomstig van de drooginstallatie ( m3/h), de beddingmaster (250 m3/h) en de vuile lucht uit de gehele bedrijfshal (opslag producten, scheiden etc. / ong m3/h) worden gezamenlijk door een meervoudig luchtreinigingssysteem geleid. Met behulp van dit luchtwassyssteem (BWL ) wordt de ammoniakemissie met minimaal 95% gereduceerd en de geuremissie met minimaal 30%. Vervolgens wordt er achter dit chemisch luchtwasproces een extra biofilter geplaatst om met name de geuremissie nog verder te reduceren (zie bijlage F). Met behulp deze reinigingstechnieken worden de emissies van ammoniak (> 95%), geur (> 50%) en fijn stof (> 70%) afkomstig van de activiteiten in deze hal zoveel mogelijk gereduceerd. Om dit te bewerkstelligen wordt ten behoeve van het luchtwassyssteem met behulp van 5 ventilatoren een afzuig-/ventilatiecapaciteit van in totaal m3. Het emissiepunt van de hal vormt dan ook de uitstroomopening van het biofilter (hoogte 5 meter). Dit emissiepunt bevindt zich in / naast de zijgevel van de hal. 20

21 De vuile lucht uit het droogproces omvat naar verwachting een geuremissie van 500 OU/m3. Deze geuremissie is gebaseerd op metingen door onderzoeksbureau PRA Odour b.v. & Buro Blauw bij vergelijkbare drooginstallaties. In onderhavige situatie is derhalve als (worst-case) uitgangspunt gehanteerd, dat alle vrijkomende vuile lucht uit de bedrijfshal (inclusief beddingmaster, scheiden, drooginstallatie, opslag producten etc.) een geuremissie omvat van 500 OU/m3. In totaal omvat de (ongereinigde) geuremissie derhalve ( m3 x 500 OU =) 30 MOU per uur. Met behulp van het beoogde luchtwassyssteem (chemische luchtwasser + biofilter) wordt minimaal 50% van deze geuremissie gereduceerd. Om de geurbelasting afkomstig van de digestaatverwerking ter plaatse van de omliggende woningen inzichtelijk te maken, is in het verspreidingsmiddel V-stacks Vergunning de nieuwe bedrijfshal (inclusief opslag en digestaatverwerking) als geurbron ingevoerd. De volgende gegevens zijn hierbij als uitgangspunt gehanteerd: Gebouw D (inclusief drooginstallatie / beddingmaster / scheider / opslag): o Emissiepunt = biofilter in/naast de zijgevel van de hal o Hoogte emissiepunt = hoogte biofilter = 5 meter (gemiddelde hoogte is 2,5 meter) o Diameter = oppervlakte / uitstroomopening biofilter = 33, 85 m2 diameter = 6,57 m. o Geuremissie = x 500 OU = 30 MOU/uur Na reiniging (50%) = 15 MOU/uur 15 MOU/uur = OU/sec o Uittreedsnelheid = 0,4 m/sec Horizontale uitstroomopening via biofilter Luchtsnelheid = standaard 0,4 m/sec Het dimensioneringsplan van het beoogde luchtwassyssteem (Inno+) is als bijlage F toegevoegd. Door het plaatsen van de chemische luchtwassyssteem en het plaatsen van het biofilter worden de emissies van geur en fijn stof afkomstig van de processen in de hal (drogen, scheiden, composteren) en de opslag van co-substraten & digestaat in deze hal dusdanig gereduceerd, zodat deze buiten de inrichting alsmede ter plaatse van woningen van derden geen hinder veroorzaken. Het toepassen van deze reinigingstechnieken in de nieuwe hal kan dan ook worden beschouwd als BBT. Na het invoeren van de genoemde geurbronnen van de biogasinstallatie (WKK s) en de digestaatverwerking in gebouw D in combinatie met de pluimveehouderij, blijkt uit een berekening en beoordeling met behulp van het verspreidingsmodel V-Stacks dat in de gewenste situatie ter plaatse van de maatgevende omliggende woning (Mr. J.B. Kanweg 103) de totale geurbelasting 3,9 OU bedraagt en derhalve ruimschoots wordt voldaan aan de normstelling 14 OU. Een uitdraai van het verspreidingsmodel V-Stacks is als bijlage 3 aan deze aanvraag toegevoegd. 21

22 Ten aanzien van de te verwachten ammoniakemissie afkomstig uit de inrichting (pluimveehouderij, vervoersbewegingen, WKK s en verwerken digistaat etc.) wordt verwezen naar de bijgevoegde Toelichting VVGB. Veiligheid Onderhavige biogasinstallatie valt niet onder de werkingssfeer van het BEVI en/of het BRZO. Bij het gebruik van biogas in (agrarische) biogasinstallaties kunnen in potentie de volgende gevaren en risico's optreden: - levensgevaar door verstikking in niet-geventileerde ruimten en tanks; - explosie van een ontvlambaar gas-/luchtmengsel; - ontstaan van branden; - bevriezen van gas- en substraat leidingen; - condensvorming, vooral door het afkoelen van met water verzadigd gas; - corrosie door agressieve bestanddelen in het gas, zoals ammoniak en zwavelwaterstof; - verstopping van leidingen, vooral gas- en substraatleidingen. Het biogas wordt boven in de beide vergisters en de navergister opgevangen. De installatie heeft een dubbel membraam, zodat de bolling van de vergister altijd hetzelfde is. In de beide vergisters en de navergister kan maximaal (2 x =) m3 biogas worden opgeslagen, hetgeen overeenkomt met ongeveer kg. Binnen de inrichting wordt vervolgens het biogas via de WKK s omgezet in elektriciteit en warmte. Het opwaarderen van biogas naar aardgas-kwaliteit en het invoeden van dit gas op het aardgasnetwerk vindt in de gewenste situatie niet meer plaats. Voor een biogasopslag tot kubieke meter is normaliter een veiligheidsafstand van 50 meter voldoende. Deze afstand wordt gerekend vanaf het midden van de biogasopslag/vergister. Binnen deze afstand zijn geen woningen of andere kwetsbare objecten van derden gelegen. Dergelijke objecten zijn op zeer ruime afstand (> 300 meter) van de biogasinstallatie gelegen. Daarnaast ligt ook de openbare weg alsmede de bedrijfswoning niet binnen deze veiligheidsafstand. In de omgeving van de biogasopslag worden ontstekingsbronnen zoveel mogelijk geweerd en is roken / open vuur verboden. Daarnaast zijn de bassins en kwetsbare onderdelen tegen aanrijdingen etc. beschermd. Brandpreventie & explosieveiligheid De navolgende preventieve maatregelen zijn conform het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken genomen: de brandweer is op de hoogte van de aanwezigheid van deze biogasinstallatie met gasopslag; blusmiddelen zijn aanwezig; roken & open vuur is verboden; de benodigde veiligheidstekens; toepassen van overdrukbeveiliging. 22

23 WKK s Het Activiteitenbesluit (paragraaf 3.2.1) stelt eisen aan onderhoud, emissies en keuring van stookinstallaties, waaronder biogasgestookte WKK's. Nu binnen de inrichting twee afzonderlijke WKK s aanwezig zijn voor het verbranden van het biogas (omzetten in duurzame groen stroom / elektriciteit) is geen gasfakkel benodigd. Gelet op voornoemde behoeft in onderhavige situatie niet te worden gevreesd voor ontoelaatbare (milieu)hinder en kan alle geldende normen & regels worden voldaan. BIJLAGEN: A. Informatie mobiele scheider B. Informatie drooginstallatie C. Informatie beddingmaster D. Positieve lijst bijlage Aa Uitvoeringsregeling van de Meststoffenwet E. Productomschrijving glycerine F. Dimensioneringsplan + Informatie luchtwassyssteem (chemisch luchtwasproces + biofilter) 23

24 BIJLAGE A Informatie mobiele scheider 24

25 BIJLAGE B Informatie drooginstallatie 25

26 BIJLAGE C Informatie beddingmaster 26

27 BIJLAGE D Positieve lijst bijlage Aa Uitvoeringsregeling van de Meststoffenwet 27

28 BIJLAGE E Productomschrijving glycerine 28

29 BIJLAGE F Dimensioneringsplan + Informatie luchtwassyssteem (chemisch luchtwasproces + biofilter 29

Compact Plus biogasinstallatie, Lierop, 600 kw

Compact Plus biogasinstallatie, Lierop, 600 kw Hoe maak je biogas? Inhoud presentatie Wie en wat is Biogas Plus? Hoe werkt een biogasinstallatie? Voor wie is een biogasinstallatie interessant? Is een biogasinstallatie duurzaam? Zijn subsidies nodig?

Nadere informatie

Uw kenmerk Ons kenmerk Datum verzoek 2 april 2010

Uw kenmerk Ons kenmerk Datum verzoek 2 april 2010 Aan het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten Afdeling Ruimtelijk Ordening T.a.v. de heer S. Olschewsky Postbus 290 5720 AG Asten Uw kenmerk Ons kenmerk Datum 100486-002-verzoek

Nadere informatie

Bijlage 3a Installatiebeschrijving

Bijlage 3a Installatiebeschrijving Bijlage 3a Installatiebeschrijving De Stichting Biomassa Hellouw plant in de gemeente Neerijnen een biogasinstallatie voor de opwekking van duurzame energie. De installatie heeft een capaciteit van 2900

Nadere informatie

GroenLinks Bronckhorst. Themabijeenkomst Groengas Hoe groen is ons gas? 2 juni 2015

GroenLinks Bronckhorst. Themabijeenkomst Groengas Hoe groen is ons gas? 2 juni 2015 GroenLinks Bronckhorst Themabijeenkomst Groengas Hoe groen is ons gas? 2 juni 2015 Waarom co-vergisten Omdat de meststoffenwet veehouders verplicht de overtollige (mineralen in de) mest te ver(be)werken

Nadere informatie

Melkveebedrijf Familie Prinsen

Melkveebedrijf Familie Prinsen Project mestwaardering Open dag 4 maart 2015 Melkveebedrijf Familie Prinsen Mestvergistingsinstallatie Fermtec Systems Locatie KTC de Marke Het bedrijf Biomassa voor vergisting In de vergister wordt jaarlijks

Nadere informatie

TITRE 00/00/2015 DE LA PRESENTATION ( MENU "INSERTION / 1 EN-TETE ET PIED DE PAGE") Groen Gas Burgum. 25 maart 2017

TITRE 00/00/2015 DE LA PRESENTATION ( MENU INSERTION / 1 EN-TETE ET PIED DE PAGE) Groen Gas Burgum. 25 maart 2017 TITRE 00/00/2015 DE LA PRESENTATION ( MENU "INSERTION / 1 EN-TETE ET PIED DE PAGE") Groen Gas Burgum 25 maart 2017 Centrale Bergum: zonnepanelen park Realisatie medio 2017 5 MW Ontwikkeling drijvende zonnepanelen

Nadere informatie

Bijlage aanvraag omgevingsvergunning

Bijlage aanvraag omgevingsvergunning Bergs Advies B.V. Dorpstraat 55 6095 AG Baexem Telefoon Fax E-mail Internet (0475) 49 44 07 (0475) 49 23 63 info@bergsadvies.nl www.bergsadvies.nl Rabobank 14.42.17.414 K.v.K. Roermond nr. 12065400 BTW

Nadere informatie

Systeemdocument AgriMoDEM mestraffinage

Systeemdocument AgriMoDEM mestraffinage vestiging Drachten behorende bij onderbouwing Knarweg 14, Lelystad. Op het gebied van schoon en zuinig produceren, heeft de agrarische sector nog een aantal belangrijke doelstellingen te behalen. Belangrijkste

Nadere informatie

Dorset Droogsysteem. biomassa en pluimveemest

Dorset Droogsysteem. biomassa en pluimveemest Dorset Droogsysteem voor biomassa en pluimveemest n Drogen van Biomassa Biogasdigistaat Houtsnippers Zuiveringsslib Pluimveemest Veevoeders n Compact en flexibel n Korrelfabriek n Hygiënisatie n Wegen

Nadere informatie

Mestverwerking in De Peel

Mestverwerking in De Peel Mestverwerking in De Peel Mestverwerking Jan van Hoof, Jeanne Stoks, Wim Verbruggen Maart 2012 Agenda Doel van de avond Wat is mest? Wat is het mestprobleem? Waar komt mest vandaan? Hoeveel mest is er?

Nadere informatie

Mestverwerking MACE in Landhorst. Henk Jans, arts MG, MMK 3 juli 2014

Mestverwerking MACE in Landhorst. Henk Jans, arts MG, MMK 3 juli 2014 Mestverwerking MACE in Landhorst Henk Jans, arts MG, MMK Introductie Rol van de GGD: toelichting op risico s mestverwerkingsbedrijf MACE nav vragen van werkgroep MACE en andere betrokkenen, besproken tijdens

Nadere informatie

de dossiers van de Loss Prevention Unit Opwekking van biogas en warmtekrachtkoppeling

de dossiers van de Loss Prevention Unit Opwekking van biogas en warmtekrachtkoppeling de dossiers van de Loss Prevention Unit Opwekking van biogas en warmtekrachtkoppeling verzekeringen anders bekeken Opwekking van biogas gekoppeld aan energieproductie door middel van warmtekrachtkoppeling.

Nadere informatie

Voorbeeld considerans

Voorbeeld considerans Projectnummer 2021-02-22-03-008 Titel Een standaard milieuvergunning voor mestvergisters met een capaciteit tot 36.000 ton per jaar (Deel 2/3) Voorbeeld considerans Datum Augustus 2003 Colofon Auteurs:

Nadere informatie

Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting (Wabo art 2.1 lid 1 onder e en art 3.10 lid 3)

Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting (Wabo art 2.1 lid 1 onder e en art 3.10 lid 3) Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting (Wabo art 2.1 lid 1 onder e en art 3.10 lid 3) 1 Veranderingen Beschrijf de voorgenomen veranderingen van de inrichting. 1. De volgende afvalwaterstromen

Nadere informatie

(Fermenteren) ECP technologie beschrijving. Proces: Anaerobe (Droge) vergisting

(Fermenteren) ECP technologie beschrijving. Proces: Anaerobe (Droge) vergisting ECP technologie beschrijving Proces: Anaerobe (Droge) vergisting (Fermenteren) Functie : Het produceren van biogas uit GFT (Groente, Fruit & Tuin afval) en anderere relatief drogesubstraten zoals bermaaisel

Nadere informatie

Besluit m.e.r.-beoordeling aanmeldingsnotitie. De Torenhoeve Biogas B.V. Zeebiesweg 33, Biddinghuizen

Besluit m.e.r.-beoordeling aanmeldingsnotitie. De Torenhoeve Biogas B.V. Zeebiesweg 33, Biddinghuizen Besluit m.e.r.-beoordeling aanmeldingsnotitie De Torenhoeve Biogas B.V. Zeebiesweg 33, Biddinghuizen Aanvraagnummer: Olo-nummer 2948331 Gemachtigde: Haro Milieuadvies De Stroom 21 9411 MB Beilen Locatie:

Nadere informatie

Innovatieve mestverwerking op de boerderij

Innovatieve mestverwerking op de boerderij Innovatieve mestverwerking op de boerderij Groen gas productie en nutriëntenterugwinning René Cornelissen (CCS) 7 juni 2017 Inhoudsopgave CCS Mest Kleinschalige mono-mestvergisting Bio-Up, Groen Gas op

Nadere informatie

Notitie: Toelichting op de mestverwerkingsinstallatie aan de Lage Haghorst 15 / 15a te Haghorst

Notitie: Toelichting op de mestverwerkingsinstallatie aan de Lage Haghorst 15 / 15a te Haghorst Notitie: Toelichting op de mestverwerkingsinstallatie aan de Lage Haghorst 15 / 15a te Haghorst Ulicoten, 27-01-2017 Status: Definitief Kenmerk: TJ/031139.139 1. Opslag (verse) ruwe mest in mestput De

Nadere informatie

Notitie met aanvullende informatie ten behoeve van het MER voor de vergistinginstallatie van de maatschappen Dijkstra en Witteveen.

Notitie met aanvullende informatie ten behoeve van het MER voor de vergistinginstallatie van de maatschappen Dijkstra en Witteveen. Notitie met aanvullende informatie ten behoeve van het MER voor de vergistinginstallatie van de maatschappen Dijkstra en Witteveen. Op 30 november jl. heeft de Commissie voor de m.e.r. een voorlopig toetsingsadvies

Nadere informatie

Omgevingsvergunning Wabo

Omgevingsvergunning Wabo Omgevingsvergunning Wabo Aanvrager: Maatschap G. Bouwhuis & G.J. Bouwhuis-Ligtenberg Mr. J.B. Kanweg 105 9439 TE WITTEVEEN Opdrachtgever: Maatschap G. Bouwhuis & G.J. Bouwhuis-Ligtenberg Mr. J.B. Kanweg

Nadere informatie

Quickscan energie uit champost

Quickscan energie uit champost Quickscan energie uit champost Paddenstoelenpact 27 juni 2018 Stijn Schlatmann en Erik Kosse Achtergrond Wekelijks 16.000 ton champost Strengere regelgeving in Duitsland Kosten voor afvoer ca 15 per ton

Nadere informatie

DE RYCK Klima. 1 kw primaire energie 2,25 kw warmte. ŋ verlies op motor 10% netto vermogen op WP 34% geeft warmte afvoer verwarmingscircuit

DE RYCK Klima. 1 kw primaire energie 2,25 kw warmte. ŋ verlies op motor 10% netto vermogen op WP 34% geeft warmte afvoer verwarmingscircuit DE RYCK Klima LUWAGAM : pomp lucht-water aangedreven met gasmotor PAUL DE RYCK Werking op laag niveau (buitenlucht min. 0 C) omzetten naar warmte op hoog niveau (buiswater max. 50 C) Serreverwarming buis

Nadere informatie

Bio-energie. van de Boer. www.host.nl

Bio-energie. van de Boer. www.host.nl NL Bio-energie van de Boer www.host.nl HoSt Microferm: duurzame energie uit mest Het Microferm concept is ontwikkeld voor boeren die de eigen mest verwerken. De Microferm is uitermate geschikt voor agrarische

Nadere informatie

Gevarenkaart nr. 1 Brandbare en oxiderende gassen

Gevarenkaart nr. 1 Brandbare en oxiderende gassen Toepassingsgebied en definities Gevarenkaart nr. 1 NB. Achtergrondinformatie m.b.t. de motivatie en verantwoording van keuzes en uitgangspunten voor deze gevarenkaart is opgenomen in het Achtergronddocument,

Nadere informatie

Mest, mestverwerking en wetgeving

Mest, mestverwerking en wetgeving Mest, mestverwerking en wetgeving Harm Smit Beleidsmedewerker Economische Zaken, DG AGRO Inhoud Feiten en cijfers. Huidig instrumentarium. Visie op mestverwerking en hoogwaardige meststoffen Toekomstig

Nadere informatie

Biowkk in de glastuinbouw Praktijkvoorbeeld BioEnergieBergerden. 10 september 2009 Zevenhuizen Presentatie; Jan Willemsen

Biowkk in de glastuinbouw Praktijkvoorbeeld BioEnergieBergerden. 10 september 2009 Zevenhuizen Presentatie; Jan Willemsen Biowkk in de glastuinbouw Praktijkvoorbeeld BioEnergieBergerden 10 september 2009 Zevenhuizen Presentatie; Jan Willemsen 2004 Doelstelling Initiatiefnemers 2004 Doelstelling Initiatiefnemers Rendement

Nadere informatie

De business case: Mest verwaarden. Hans van den Boom Sectormanager Food & Agri Rabobank Nederland

De business case: Mest verwaarden. Hans van den Boom Sectormanager Food & Agri Rabobank Nederland De business case: Mest verwaarden Hans van den Boom Sectormanager Food & Agri Rabobank Nederland Hengelo 28 maart 2014 mln. kg fosfaat Export van fosfaat moet met 50% stijgen 200 175 150 125 100 75 50

Nadere informatie

Boeren met energie. 11 November 2010

Boeren met energie. 11 November 2010 Boeren met energie 11 November 2010 Wat doen wij? Ontwikkelen projecten energie uit biomassa Opzetten expertisecentrum energie uit hout droogtechnieken stookgedrag rookgasmetingen rookgasreiniging Ontwikkelen

Nadere informatie

Workshop mestvergisting. Jan Willem Bijnagte CCS Energie advies

Workshop mestvergisting. Jan Willem Bijnagte CCS Energie advies Workshop mestvergisting Jan Willem Bijnagte CCS Energie advies Bijnagte@cocos.nl BioEnergy Farm 2 Project beschrijving Europees project Markt ontwikkeling mono-mestvergisting Verspreiden onafhankelijke

Nadere informatie

Biomassa Energie Centrales - biogas

Biomassa Energie Centrales - biogas Biomassa Energie Centrales - biogas Anaërobe verwerking/toepassing van Biomassa als Duurzame oplossing voor hedendaagse Energiebehoeften Hammestraat 87 9220 Moerzeke abde@abde.be +32 473 813 183 Reeds

Nadere informatie

Luchtbalans - NGB BEC

Luchtbalans - NGB BEC BIJLAGE 8 Balansen Luchtbalans - NGB BEC - 17-12-2013 Gebouw 9 en 10 61.477 m 3 /h (dag) 44.047 m 3 /h (nacht) (vulhal) (compostering) Slachterij, AWZI en slachtafvalvergister 30.000 m 3 /h (dag) 15.000

Nadere informatie

Bijlage 13 Bodem risico analyse Komeco BV

Bijlage 13 Bodem risico analyse Komeco BV Bijlage 3 Bodem risico analyse Komeco BV Uitgevoerd via het stappenplan van de NRB. 200 & 202. Opgemaakt: Komeco BV, augustus 203 De volgende activiteiten vinden plaats bij Komeco BV aan de Colijnweg 2

Nadere informatie

Assen, 10 maart 2016 Ons kenmerk Onderwerp: Ontheffing ingevolge de Wet milieubeheer (Wm) voor Maatschap Mulder RJ en EH te Norg

Assen, 10 maart 2016 Ons kenmerk Onderwerp: Ontheffing ingevolge de Wet milieubeheer (Wm) voor Maatschap Mulder RJ en EH te Norg Assen, 10 maart 2016 Ons kenmerk Onderwerp: Ontheffing ingevolge de Wet milieubeheer (Wm) voor Maatschap Mulder RJ en EH te Norg ONTHEFFING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WM VOOR MAATSCHAP

Nadere informatie

4.3. Fijn stof en NO 2

4.3. Fijn stof en NO 2 geurgevoelige objecten in het buitengebied, die volgens de Wgv beschermd moeten worden, is dus 8,0 Ou en voor geurgevoelige objecten binnen de bebouwde kom is deze 2,0 Ou. De geuremissie van het bedrijf

Nadere informatie

Programma. Activiteitenbesluit. Introductie Activiteitenbesluit (landbouw) Inhoud. Landbouwbedrijven in het Activiteitenbesluit

Programma. Activiteitenbesluit. Introductie Activiteitenbesluit (landbouw) Inhoud. Landbouwbedrijven in het Activiteitenbesluit 14 maart 2013 Programma Activiteitenbesluit Agrarische activiteiten 10.00 Activiteitenbesluit agrarische activiteiten 11.30 Pauze 11.45 Agrarische lozingen 12.45 Lunch 13.15 Glastuinbouw 14.15 Pauze 14.30

Nadere informatie

pluimveemest Nieuw Pollo Drie extra breed 320 cm!

pluimveemest Nieuw Pollo Drie extra breed 320 cm! DORSET pollo droger voor pluimveemest Nieuw Pollo Drie extra breed 320 cm! Drogen van pluimveemest met stallucht met externe warmte Compact en flexibel Onderhoudsarm Zonder voordroging Hoge fijnstof reductie

Nadere informatie

SPECIALIST MESTBEWERKING. capaciteit duurzaamheid

SPECIALIST MESTBEWERKING. capaciteit duurzaamheid SPECIALIST MESTBEWERKING capaciteit duurzaamheid MEST DUURZAAMHE VEENHUIS Veenhuis gaat verder in mesttechniek. De productlijn mestbewerking kent de kwaliteit en degelijkheid waar Veenhuis al jarenlang

Nadere informatie

Handreiking (co-)vergisting van mest

Handreiking (co-)vergisting van mest Voorwoord Co-vergisting van mest wordt steeds meer gezien als één van de meest kansrijke opties om enerzijds duurzame energie uit biomassa te produceren en anderzijds mest te verwerken tot een stabieler

Nadere informatie

Functie: Het produceren van biogas uit een nat mengsel van organisch materiaal, zoals bijvoorbeeld dierlijke meststoffen en organische stoffen..

Functie: Het produceren van biogas uit een nat mengsel van organisch materiaal, zoals bijvoorbeeld dierlijke meststoffen en organische stoffen.. ECP technologie beschrijving Proces: Natte Anaerobe vergisting (Fermenteren) Functie: Het produceren van biogas uit een nat mengsel van organisch materiaal, zoals bijvoorbeeld dierlijke meststoffen en

Nadere informatie

Ruimtelijke motivering Mts. Hartlief Lammers Bijlage 1

Ruimtelijke motivering Mts. Hartlief Lammers Bijlage 1 Ruimtelijke motivering Mts. Hartlief Lammers Bijlage 1 In deze notitie worden de uitbreidingsplannen van Mts. Hartlief Lammers toegelicht. De ondernemer wenst een verruiming in de omgevingsvergunning van

Nadere informatie

De afvalwaterzuivering als energiefabriek

De afvalwaterzuivering als energiefabriek De afvalwaterzuivering als energiefabriek Joop Colsen Energiebesparing op RWZI s anno 2010 www.colsen.nl info@colsen.nl Introductie (1) Afvalwaterzuivering levert energie op: Door vergisting van biomassa

Nadere informatie

HR WKK met CO 2 winning

HR WKK met CO 2 winning HR WKK met CO 2 winning Door: Herman Klein Teeselink HoSt Sheet 1 of 22 Inhoud HoSt HoSt ImtechVonkV.O.F. - Reinigen van rookgassen - Rookgascondensor / Scrubber - Nat elektrostatisch filter - Waterbehandeling

Nadere informatie

Landelijke inventarisatie export en verwerking dierlijke mest 2018

Landelijke inventarisatie export en verwerking dierlijke mest 2018 Landelijke inventarisatie export en verwerking dierlijke mest 2018 Fosfaat: overschot, export en verwerking 2017 Stikstof: overschot, export en verwerking 2017 Mestbewerkingsinstallaties Ontwikkelingen

Nadere informatie

5-3-2012. Mestverwerking in Nederland. Wat doet de afdeling Milieu: Kunstmestvervanging door stikstof uit mest. Waarom mestverwerken?

5-3-2012. Mestverwerking in Nederland. Wat doet de afdeling Milieu: Kunstmestvervanging door stikstof uit mest. Waarom mestverwerken? Mestverwerking in Nederland Wat doet de afdeling Milieu: Wageningen, 6 maart 2012 Fridtjof de Buisonjé, Afdeling Milieu gasvormige emissies, fijnstof, emissiearme huisvestingssystemen; bodemkwaliteit,

Nadere informatie

Antwoorden AIM sessie Auznl3qpx2n

Antwoorden AIM sessie Auznl3qpx2n en AIM sessie Auznl3qpx2n In de AIM heeft u tijdens sessie Auznl3qpx2n op 21 12 2016 de volgende antwoorden op de gestelde vragen gegeven. Introductie Wat is de reden van uw bezoek aan de AIM? Bedrijfstype

Nadere informatie

Bijlage 2 Milieuneutraal veranderen

Bijlage 2 Milieuneutraal veranderen Bijlage 2 Milieuneutraal veranderen voor de inrichting gelegen aan Molenhuisweg 10 Vlierden Vlierden INHOUDSOPGAVE 1 GEGEVENS INRICHTING 1 2 GEGEVENS VERANDERING (NIET TECHNISCH) 1 3 MER-(BEOORDELINGS)PLICHT

Nadere informatie

2013-2014 SPECIALIST MESTBEWERKING. capaciteit duurzaamheid

2013-2014 SPECIALIST MESTBEWERKING. capaciteit duurzaamheid 2013-2014 SPECIALIST capaciteit duurzaamheid MEST DUURZAAMHEID VEENHUIS Denkt u aan mest? Dan denkt u aan Veenhuis! Veenhuis Machines heeft 75 jaar ervaring in het ontwikkelen en bouwen van landbouwmachines

Nadere informatie

KLOOSTERDIJK 13 AALTEN

KLOOSTERDIJK 13 AALTEN GEURSCAN MILIEUNEUTRALE AANVRAAG HOENINKDIJK 8 EN KLOOSTERDIJK 13 AALTEN INFORMATIEBRONNEN Bij het opstellen van deze geurscan is gebruik gemaakt van de gegevens behorende bij de vigerende vergunning uit

Nadere informatie

Mestverwaarding Op weg naar een duurzame veehouderij

Mestverwaarding Op weg naar een duurzame veehouderij Mestverwaarding Op weg naar een duurzame veehouderij 19 november 2014 ABO Ooststellingwerf Nijeberkoop LTO Noord Programma Duurzame Energie Auke Jan Veenstra (aveenstra@ltonoord.nl) Inhoud Activiteiten

Nadere informatie

Mest- o- theek. Energy Pitch provincie Overijssel 23 januari 2014

Mest- o- theek. Energy Pitch provincie Overijssel 23 januari 2014 Mest- o- theek Energy Pitch provincie Overijssel 23 januari 2014 Aangenaam: boer Knor De boerderij van boer Knor De mest situa5e bij boer Knor mest overschot mest te verwerken deel van overschot Boer

Nadere informatie

Agem-cáfe: biogas uit grootschalige mestvergisting. 20 april 2016 Ton Voncken, Programmanager Groen Gas Nederland

Agem-cáfe: biogas uit grootschalige mestvergisting. 20 april 2016 Ton Voncken, Programmanager Groen Gas Nederland Agem-cáfe: biogas uit grootschalige mestvergisting 20 april 2016 Ton Voncken, Programmanager Groen Gas Nederland Biogas uit grootschalige mestvergisting Wat Van Biomassa naar Biogas Waarom Rol van biogas

Nadere informatie

ten behoeve van Waddinxveense Groenrecycling Wagro BV

ten behoeve van Waddinxveense Groenrecycling Wagro BV RIE-/BBT-TOETS ten behoeve van Waddinxveense Groenrecycling Wagro BV in het kader van een aanvraag veranderingsvergunning ingevolge de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor de inrichting gelegen

Nadere informatie

(CMC) composteren; grof doorploegen van wet en regelgeving

(CMC) composteren; grof doorploegen van wet en regelgeving (CMC) composteren; grof doorploegen van wet en regelgeving Compositie van beelden en uitspraken van verschillende bronnen Tbv verduidelijking en discussie, niet om er rechten aan te ontlenen Het speelveld

Nadere informatie

PROJECTBESCHRIJVING. Microferm met WKK en Gasopwerking

PROJECTBESCHRIJVING. Microferm met WKK en Gasopwerking Thermen 10 Bank: ING rek. nr. 65.85.11.920 7521 PS Enschede K.v.K. Enschede nr. 06091862 The Netherlands VAT: NL8082.65.386.B.01 Tel: +31 53 460 9080 IBAN: NL19INGB0658511920 Fax: +31 53 460 9089 BIC:

Nadere informatie

Mono vergisting in Wijnjewoude?!

Mono vergisting in Wijnjewoude?! Mono vergisting in Wijnjewoude?! Jan Willem Bijnagte bijnagte@cocos.nl www.cocos.nl 06 82404591 Inhoud CCS Mono mestvergisting Gasverwaarding Noord Deurningen Bio-Up Kansen Wijnjewoude Mono mestvergisting

Nadere informatie

VOORSCHRIFTEN. behorende bij de veranderingsvergunning Wm

VOORSCHRIFTEN. behorende bij de veranderingsvergunning Wm VOORSCHRIFTEN behorende bij de veranderingsvergunning Wm betreffende het voornemen tot het reinigen van afvalwater van derden in de bestaande Biologische Voorzuivering Installatie (BVZI) Attero Noord BV

Nadere informatie

Amitec. Het aanvraagformulier is aangepast en het lozen van huishoudelijk afvalwater en hemelwater is in de aanvraag opgenomen.

Amitec. Het aanvraagformulier is aangepast en het lozen van huishoudelijk afvalwater en hemelwater is in de aanvraag opgenomen. Reactie op opmerkingen naar aanleiding van opmerkingen op concept Aanvraagformulier 1 de bijlage van de aanvraag is een volgens de NRB toegevoegd. de bedrijfsafvalcontainer met het nummer 22 w o r d t

Nadere informatie

Be- en verwerken van mest: een zegen voor water en milieu?

Be- en verwerken van mest: een zegen voor water en milieu? Kennisdag emissies, vergroening en verduurzaming in de landbouw Be- en verwerken van mest: een zegen voor water en milieu? Mark Heijmans 2 december 2014 Het speelveld: schaken op meerdere borden Opzet

Nadere informatie

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Aanvrager: Dhr. W.A. Maalderink Akkermansstraat 11 7021 LW ZELHEM INHOUDSOPGAVE Uitwerking melding op grond van het Activiteitenbesluit milieubeheer voor het bedrijf

Nadere informatie

Co-vergisting van dierlijke mest

Co-vergisting van dierlijke mest Co-vergisting van dierlijke mest 2006 2011 121 C. van Bruggen Publicatiedatum CBS-website: 01-08-2012 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. gegevens ontbreken * voorlopig cijfer ** nader voorlopig cijfer

Nadere informatie

www.veenhuis.com Mest bewerken NIEUW Mest bewerken

www.veenhuis.com Mest bewerken NIEUW Mest bewerken Mest bewerken www.veenhuis.com NIEUW Mest bewerken MEST BEWERKEN Als specialist op het gebied van mesttransport en mestaanwending breidt Veenhuis Machines BV haar assortiment uit met een complete range

Nadere informatie

Testrapport van de Manure Power monovergister

Testrapport van de Manure Power monovergister Testrapport van de Manure Power monovergister Fridtjof de Buisonjé Patrick Classens Wageningen, 15 december 2014 Wageningen UR (Wageningen University, Van Hall Larenstein University of Applied Sciences

Nadere informatie

Schema voor het bepalen van de meldplicht aan het LMA: voor toezichthouders, d.d. 6 juni 2016

Schema voor het bepalen van de meldplicht aan het LMA: voor toezichthouders, d.d. 6 juni 2016 Schema voor het bepalen van de meldplicht aan het LMA: voor toezichthouders, d.d. 6 juni 2016 Moet een inrichting aan het Landelijk Meldpunt Afvalstoffen (LMA)? Valt de inrichting onder categorie 28.4

Nadere informatie

Gedeputeerde Staten provincie Drenthe UW CONTACTPERSOON Afd. Vergunningverlening, dhr. Struik

Gedeputeerde Staten provincie Drenthe UW CONTACTPERSOON Afd. Vergunningverlening, dhr. Struik EMMTEC services B.V. Eerste Bokslootweg 17 7821 AT Emmen Gedeputeerde Staten provincie Drenthe UW CONTACTPERSOON Afd. Vergunningverlening, dhr. Struik E. Olde Postbus 122 Engineering 9400 AC Assen 06-51958721

Nadere informatie

Afdeling 4.1. Op- en overslaan van gevaarlijke en andere stoffen en gassen en het vullen van gasflessen

Afdeling 4.1. Op- en overslaan van gevaarlijke en andere stoffen en gassen en het vullen van gasflessen Bron: www.overheid.nl (Tekst geldend op: 25-02-2014) Activiteitenbesluit milieubeheer Afdeling 4.1. Op- en overslaan van gevaarlijke en andere stoffen en gassen en het vullen van gasflessen 4.1.1. Opslaan

Nadere informatie

De varkenshouderij: een energieke sector!

De varkenshouderij: een energieke sector! De varkenshouderij: een energieke sector! John Horrevorts Research Development, 1. Onderzoeks- en ontwikkelcentrum 1. Validatie onderzoek 2. Ontwikkeling nieuwe innovaties 2. Kennis- en businesscentrum

Nadere informatie

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Intrekking Omgevingsvergunning(en) Naam : Bio Rights B.V. (voorheen Bio Ethanol Hardenberg) Locatie : Noorwegenweg 8, 7772 TB Hardenberg Datum ontwerpbeschikking

Nadere informatie

NOx reductie. Oscar Moers en Max Breedijk

NOx reductie. Oscar Moers en Max Breedijk NOx reductie Oscar Moers en Max Breedijk Oscar Moers Afgestudeerd HTS Werktuigbouwkunde en HTS Technische Bedrijfskunde Werkzaam bij Elco Burners B.V. sinds 2006, eindverantwoordelijk voor service Elco

Nadere informatie

AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING

AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING PROVINCIALEWEG 4 TE T VELD Ing. L. Polinder Augustus 2015 Bijlagen bij de melding Omgevingsvergunning MELDER: VOF A. Groen Provincialeweg 4 1735 ET T Veld Onderstaande bijlagen

Nadere informatie

Ontwerp omgevingsvergunning UV

Ontwerp omgevingsvergunning UV Ontwerp omgevingsvergunning UV 20150044 Aanvraag Op 13 april 2015 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van een rundveehouderij op het adres Stokershorst 5 te Nederweert-Eind.

Nadere informatie

Bio-energie en een milieuvergunning?

Bio-energie en een milieuvergunning? Bio-energie en een milieuvergunning? Henkjan Schutte Senior medewerker milieu / specialist afvalstoffen hj.schutte@overijssel.nl Inhoud presentatie WM / Wabo Bevoegde gezag Route tot vergunning MER Milieuvergunning

Nadere informatie

TOELICHTING AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING. Aanvrager: Nieuw Scheurlink VOF Eibergseweg 7/7a 7156 NR BELTRUM

TOELICHTING AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING. Aanvrager: Nieuw Scheurlink VOF Eibergseweg 7/7a 7156 NR BELTRUM TOELICHTING AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING Aanvrager: Nieuw Scheurlink VOF Eibergseweg 7/7a 7156 NR BELTRUM INHOUDSOPGAVE Uitwerking aanvraag voor een omgevingsvergunning Wabo voor het wijzigen van het pluimvee-

Nadere informatie

GroenGas InOpwerking. Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up. Rene Cornelissen (CCS) 11 maart 2015

GroenGas InOpwerking. Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up. Rene Cornelissen (CCS) 11 maart 2015 GroenGas InOpwerking Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up Rene Cornelissen (CCS) 11 maart 2015 Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up Inhoudsopgave CCS Inleiding Situatie kleinschalige vergisting

Nadere informatie

Kadastrale ligging: Mestbassins: Gem. Coevorden, Dalen Sectie H nr. 485

Kadastrale ligging: Mestbassins: Gem. Coevorden, Dalen Sectie H nr. 485 Bijlage 1: Overwegingen m.b.t. art. 2.1 lid 1 onder e Wabo (milieu) Bijlage behorende bij de omgevingsvergunning: Nummer: 20110227/129546 Bedrijfsgegevens Naam: Mts IJken Adres: Middendorp 17 Plaats: Wachtum

Nadere informatie

Biogas: In 2011 startte het samenwerkingsverband. Het doel van het project was Biogas

Biogas: In 2011 startte het samenwerkingsverband. Het doel van het project was Biogas Resultaten: Project Besloten kringloop door kleinschalig mestvergisting in de veehouderij. Biogas: In 2011 startte het samenwerkingsverband. Het doel van het project was Biogas produceren met betaalbare

Nadere informatie

Nieuwe IPPC-installaties vanaf januari 2013

Nieuwe IPPC-installaties vanaf januari 2013 Nieuwe IPPC-installaties vanaf januari 2013 Kenniscentrum InfoMil Bianca Schijven Opbouw IPPC-installatie Nieuwe categorieën Wat betekent voor omgevingsvergunning Enkele casussen 2 IPPC-installatie Definitie

Nadere informatie

Groen Gas BBQ TKI Mestvergisten en digestaatverwerking September 2017

Groen Gas BBQ TKI Mestvergisten en digestaatverwerking September 2017 Groen Gas BBQ TKI Mestvergisten en digestaatverwerking September 2017 1 Voorbeeld vergisting Elektriciteit naar net Gasmotor CHP Afgaskoelers biogas restwarmte Meng bassin vergister Pasteurisatie ByoPast

Nadere informatie

Biobased economy in het Groene Hart

Biobased economy in het Groene Hart Biobased economy in het Groene Hart Energie & Bio/Groen Gas 27 juni 2013, Langeraar, Michiel van Galen Inhoud Landelijke doelen energie en beleid Stimuleringsbeleid Groen Gas Het proces Stand van zaken

Nadere informatie

BIOLOGISCHE STALLUCHTREINIGING VOOR EEN VEEHOUDERIJ IN HARMONIE MET DE OMGEVING. Ammoniak Geur Stof

BIOLOGISCHE STALLUCHTREINIGING VOOR EEN VEEHOUDERIJ IN HARMONIE MET DE OMGEVING. Ammoniak Geur Stof BIOLOGISCHE STALLUCHTREINIGING VOOR EEN VEEHOUDERIJ IN HARMONIE MET DE OMGEVING Ammoniak Geur Stof LICENCE TO PRODUCE STAL IN HAMONIE MET DE OMGEVING MAATSCHAPPELIJKE ACCEPTATIE BLIJVEN PRODUCEREN EENVOUDIGSTE

Nadere informatie

Ontwerp besluit UV

Ontwerp besluit UV Ontwerp besluit UV 20160070 Aanvraag en verzoek Op 3 mei 2016 is voor het adres Aan 't Ven 6 te Nederweert ingekomen: 1. Een omgevingsvergunning aanvraag voor het veranderen van een pluimveehouderij (OBM)

Nadere informatie

Onderzoek geurbelasting in het kader van de Wet geurhinder en veehouderij

Onderzoek geurbelasting in het kader van de Wet geurhinder en veehouderij Onderzoek geurbelasting in het kader van de Wet geurhinder en veehouderij Opdrachtgever: Vermeulen VOF Schellebaan 2 5133 NP Riel Locatie van de inrichting: Schellebaan 2 Riel Kadastraal bekend: Gemeente:

Nadere informatie

Vergister met nitrificatie

Vergister met nitrificatie Het geproduceerde biogas wordt via een gasmotor omgezet naar elektriciteit en warmte via warmtekrachtkoppeling (WKK ➓). De motor heeft een elektrisch vermogen van 1,5 MW en produceert een hoeveelheid energie

Nadere informatie

Beknopt overzicht maatregelen bij AIM sessie Aut3e4ci92n

Beknopt overzicht maatregelen bij AIM sessie Aut3e4ci92n Beknopt overzicht maatregelen bij AIM sessie Aut3e4ci92n Dit pdf bestand kunt u gebruiken als checklist bij de controle of een maatregel is uitgevoerd. In dit bestand staan per relevante activiteit uit

Nadere informatie

In zijn algemeenheid kan gesteld worden dat biogas bestaat uit de volgende componenten met de volgende bijbehorende variatie in volumepercentages:

In zijn algemeenheid kan gesteld worden dat biogas bestaat uit de volgende componenten met de volgende bijbehorende variatie in volumepercentages: Biogasinstallaties en explosiegevaar: toepassing van de ATEX 137 richtlijn Door de steeds verdere ontwikkeling van nieuwe technologieën wordt op steeds bredere schaal biogas gewonnen uit afvalstoffen.

Nadere informatie

R01. Recycling Van Werven BV in Hattemerbroek M03 Beschrijving wijziging. datum: 12 oktober 2015

R01. Recycling Van Werven BV in Hattemerbroek M03 Beschrijving wijziging. datum: 12 oktober 2015 21520126.R01 Recycling Van Werven BV in Hattemerbroek M03 Beschrijving wijziging datum: 12 oktober 2015 m i l i e u g e l u i d b o u w a d v i e s b r a n d v e i l i g h e i d r u i m t e l i j k e o

Nadere informatie

*Z0156E83AA3* documentnr.: INT/M/16/24023 zaaknr.: Z/M/15/17802

*Z0156E83AA3* documentnr.: INT/M/16/24023 zaaknr.: Z/M/15/17802 *Z0156E83AA3* documentnr.: INT/M/16/24023 zaaknr.: Z/M/15/17802 Raadsvoorstel Onderwerp : Verklaring Van Geen Bedenkingen Volkelseweg 57, Wilbertoord Datum college : 30 augustus 2016 Portefeuillehouder

Nadere informatie

: Skal-voorwaarden voor vergisters en digestaat : Bedrijven die vergisten en biologische bedrijven die digestaat afnemen

: Skal-voorwaarden voor vergisters en digestaat : Bedrijven die vergisten en biologische bedrijven die digestaat afnemen Onderwerp Voor Van Datum : Skal-voorwaarden voor vergisters en digestaat : Bedrijven die vergisten en biologische bedrijven die digestaat afnemen : Skal : 18 februari 2015 herziene versie 16 april 2015:

Nadere informatie

I. BESLISSING DE MELDING. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van de melding en de inrichting

I. BESLISSING DE MELDING. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van de melding en de inrichting Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 23 maart 2010 Team Milieubeheer Nummer 808223BE

Nadere informatie

Omgevingsvergunning Voor de activiteit milieuneutrale verandering

Omgevingsvergunning Voor de activiteit milieuneutrale verandering Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Omgevingsvergunning Voor de activiteit milieuneutrale verandering Milieu Service Zuid B.V. te Maasbracht Zaaknummer 2012-0105 d.d. 8 maart 2012 Verzonden: INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Besluit m.e.r.-beoordeling. Bio-ethanol Rotterdam BV (BER)

Besluit m.e.r.-beoordeling. Bio-ethanol Rotterdam BV (BER) Besluit m.e.r.-beoordeling Bio-ethanol Rotterdam BV (BER) ten behoeve van de oprichting van een een fabriek voor de productie van bio-lng te Delfzijl 1 GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN Groningen,

Nadere informatie

slibvergisting, wordt omgezet in elektric iteit 0,029 per kwh. slibvergisting, wordt omgezet in elektriciteit 0,029 per kwh.

slibvergisting, wordt omgezet in elektric iteit 0,029 per kwh. slibvergisting, wordt omgezet in elektriciteit 0,029 per kwh. Regeling van de Minister van Economische Zaken van.., nr. WJZ, houdende vaststelling van de vaste bedragen per kwh ter stimulering van de milieukwaliteit van de elektriciteitsproductie voor het jaar 2005

Nadere informatie

Presentatie voor Agrivaknet Kleinschalig mest vergisten met Microferm

Presentatie voor Agrivaknet Kleinschalig mest vergisten met Microferm Presentatie voor Agrivaknet Kleinschalig mest vergisten met Microferm Door Bart Brouwer Sheet 1 of 26 Kleinschalige mestvergisting met Microferm Staatssecretaris Joop Atsma en gedeputeerde Theo Rietkerk

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Referentie provincie: 37011/206/2/A/1 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeente Pittem Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad Gegevens

Nadere informatie

Mestverwaarding middels monovergisting en digestaatverwerking

Mestverwaarding middels monovergisting en digestaatverwerking Mestverwaarding middels monovergisting en digestaatverwerking Uitwerking business case in opdracht van: IGEV - Regio Noord-Veluwe Door: Kroes Kringloopoptimalisatie en DOFCO BV in samenwerking met Hellebrekers

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2008-II

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2008-II Ammoniak Ammoniak wordt bereid uit een mengsel van stikstof en waterstof in de molverhouding N 2 : H 2 = 1 : 3. Dit gasmengsel, ook wel synthesegas genoemd, wordt in de ammoniakfabriek gemaakt uit aardgas,

Nadere informatie

Theo Beheer BV. Kenmerken project. Groenafval en uitbreiding veegvuil. Verwerkingslocatie Lelystad

Theo Beheer BV. Kenmerken project. Groenafval en uitbreiding veegvuil. Verwerkingslocatie Lelystad Theo Beheer BV Kenmerken project Groenafval en uitbreiding veegvuil Verwerkingslocatie Lelystad Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Huidige bedrijfsactiviteiten 3 3 Relatie vigerende omgevingsvergunning 3 4

Nadere informatie

Omgevingsdienst Regio Nijmegen OMGEVINGSVERGUNNING. Aanvrager Datum besluit Onderwerp

Omgevingsdienst Regio Nijmegen OMGEVINGSVERGUNNING. Aanvrager Datum besluit Onderwerp Omgevingsdienst Regio Nijmegen D161392657 D161392657 OMGEVINGSVERGUNNING Aanvrager Datum besluit Onderwerp Gemeente / locatie OLO-nummer Zaaknummer Activiteit ARN B.V. 25 augustus 2016 Verwerking luiers,

Nadere informatie

Voor het eerste deel van de studie (Rapport I) werd met behulp van een enquête informatie en data verkregen van mestexperts uit de Europese Unie.

Voor het eerste deel van de studie (Rapport I) werd met behulp van een enquête informatie en data verkregen van mestexperts uit de Europese Unie. Rapport I: Inventarisatie van de mestverwerkingactiviteiten in Europa Voor het eerste deel van de studie (Rapport I) werd met behulp van een enquête informatie en data verkregen van mestexperts uit de

Nadere informatie