VINCE TRUI. Wolkeuze. Garen TE KOOP

Transcriptie

1 64

2 lamaisonvictor.com lamaisonvictor.com lamaisonvictor.com VINCE TRUI Door twee gemakkelijke breisteken af te wisselen met elkaar volgens een weldoordacht patroon, bekom je dit leuke truiontwerp! Garen TE KOOP Wolkeuze Wij gebruikten Merino Air, col. 025 van Lana Grossa. 65

3 MODEL Maat AFMETINGEN VOORPAND 9-10, , cm cm 3 cm cm 2 cm 12, , ,5 cm 31-32, , cm BENODIGDHEDEN RUGPAND Breinaalden nr. 4 en 5 Maasnaald Hulpdraad in een contrasterende kleur Breigaren (dikte 5) Maat Hoeveelheid 250 gr 300 gr 350 gr 1 bolletje van 50 gr bevat in dit geval 130 m garen. GEBRUIKTE STEKEN 9-10, , cm cm 2 cm cm 3 cm 12, , ,5 cm Ribbelsteek: alle nld r breien. Tricotsteek: 1 nld alle st r breien, 1 nld alle st av breien, steeds herhalen. Boordsteek 2/2: 2 st r, 2 st av, steeds herhalen 31-32, , cm MOUW Geïllustreerde info over brei- en haaksteken vind je op lamaisonvictor.com cm 8 cm PROEFLAPJE Maak eerst een proeflap van 10x10 cm in tricotsteek. Gebruik naalden nr. 5. Zet 16 steken op een naald en brei 26 naalden. Is je lapje breder geworden dan 10 cm, gebruik dan een dunnere naald. Is je lapje smaller geworden, gebruik dan een dikkere naald om de juiste maat te verkrijgen ,5-18,5-18, ,5-23,5-25 cm cm 3 cm 66

4 RIBBELPATROON Maat Boordsteek 2/2 (opzet) Aantal nld ribbel WERKBESCHRIJVING RUGPAND 1 Zet 50 st (98), 52 st (104), 54 st (110), 56 st (116), 58 st (122), 60 st (128), 62 st (134), 64 st (140), 66 st (146) op met naalden nr Brei verder in boordsteek 2/2 gedurende 8 nld. Aantal nld ribbel Aantal nld ribbel Brei verder in tricotsteek met naalden nr. 5 en volg het ribbelpatroon in de tabel. Je wisselt dus de tricotsteek en de ribbelsteek af. Het aantal st op de nld blijft ongewijzigd tot een totale hoogte van 28 cm (98), 29 cm (104), 30 cm (110), 31 cm (116), 32 cm (122), 33 cm (128), 34 cm (134), 35 cm (140), 36 cm (146). Zorg ervoor dat je eindigt met de goede kant naar je toe om de armuitsnijding aan te vangen. Aantal nld ribbel Brei de armuitsnijding als volgt (terwijl je het ribbelpatroon in de tabel blijft volgen). Aan beide zijden afkanten in het begin van de nld: 1x 2 st, 2x 1 st (98), 2x 2 st, 2x 1 st ( ). Aantal nld ribbel Aantal nld ribbel Brei verder tot een totale armsgathoogte van 12,5 cm (98), 13 cm (104), 14 cm (110), 15 cm (116), 15,5 cm (122), 16 cm (128), 17 cm (134), 18 cm (140), 18,5 cm (146). Terwijl blijf je het ribbelpatroon in de tabel volgen. Zorg ervoor dat je eindigt met de goede kant naar je toe om de schoudernaad aan te vangen. Aantal nld ribbel Aantal nld ribbel Brei de schoudernaad als volgt (terwijl je het ribbelpatroon in de tabel blijft volgen). Aan beide zijden afkanten in het begin van de nld: 3x 3 st (98), 2x 3 st, 1x 4 st (104), 1x 3 st, 2x 4 st (110), 3x 4 st (116), 2x 4 st, 1x 5 st (122), 1x 4 st, 2x 5 st (128), 3x 5 st (134), 2x 5 st, 1x 6 st ( ). De resterende st afkanten. Aantal nld ribbel VOORPAND 7 Herhaal stap 1 tot en met 4 van het rugpand. Aantal nld ribbel Aantal nld ribbel Brei verder zoals beschreven bij stap 5 tot een totale armsgathoogte van 4 cm (98), 4,5 cm (104), 5 cm (110), 6 cm (116), 6,5 cm (122), 7 cm (128), 7,5 cm (134), 8 cm (140), 8,5 cm (146). Aantal nld ribbel Aantal nld tricot Totaal Let op! Afhankelijk van je breistijl kan het zijn dat je werkstuk nog niet de gewenste totale hoogte heeft na het afwerken van de tabel. In dit geval wissel je nog 2 nld ribbelsteek met 2 nld tricotsteek af tot de gewenste lengte van het rug- en voorpand. 9 Brei nu voor alle maten tot aan de middelste 8 st. Kant deze 8 st af. Dit vormt het begin van de halsuitsnijding. Brei de nld verder uit. Keer om en brei tot aan de halsuitsnijding. Aan deze zijde kant je de halsuitsnijding vervolgens af als volgt: 2x 2 st, 2x 1 st (98-140), 2x 2 st, 3x 1 st (146) afkanten. Ondertussen brei je aan de andere zijde de armuitsnijding verder zoals beschreven bij stap 4. 0 Kant de schouder af zoals in stap 5. ⓫ Brei nu de andere kant van de hals en de schouder in spiegelbeeld. 67

5 MOUW ⓬ Zet 26 st (98), 28 st (104), 30 st (110), 30 st (116), 32st (122), 34 st (128), 36 st (134), 38 st (140), 40 st (146) op met naalden nr. 4. ⓭ Brei verder in boordsteek 2/2 gedurende 8 nld. ⓮ Brei verder in tricotsteek met naalden nr. 5. Aan weerszijden 1 st meerderen: 5x in iedere 12 de nld (98-122), 5x in iedere 13 de nld ( ). ⓯ Eindig bij een totale lengte van 20 cm (98), 22 cm (104), 24 cm (110), 26 cm (116), 28 cm (122), 30 cm (128), 32 cm (134), 34 cm (140), 36 cm (146). ⓰ Verminder vervolgens aan weerszijden: 1x 2 st, 5x 1 st iedere nld, 4x 1 st iedere 2 de nld en 5x 1 st iedere nld (98), 1x 2 st, 3x 1 st iedere nld, 7x 1 st iedere 2 de nld en 3x 1 st iedere nld (104), 1x 2 st, 2x 1 st iedere nld, 9x 1 st en 2x 1 st (110), 1x 2 st, 2x 1 st iedere nld, 10x 1 st iedere 2 de nld en 2x 1 st iedere nld (116), 1x 2 st, 2x 1 st iedere nld, 11x 1 st iedere 2 de nld en 2x 1 st iedere nld (122), 1x 2 st, 13x 1 st iedere 2 de nld en 2x 1 st iedere nld (128), 1x 2 st en 15x 1 st iedere 2 de nld (134), 1x 2 st en 16x 1 st iedere 2de nld (140), 1x 2 st, 7x 1 st iedere 2 de nld, 2x 1 st iedere 3 de nld en 7x 1 st iedere 2 de nld (146). Kant de resterende st af. HALSBOORD ⓱ Zet voor de halsboord 74 st (98-104), 78 st ( ), 82 st ( ) op met naalden nr. 4, en brei 6 nld boordsteek, 1 nld tricotsteek. Kant los af met een hulpdraad in contrastkleur. AFWERKEN ⓲ Naai de schoudernaden, zijnaden en onderarmnaad met een maasnaald dicht. Je kunt ook een kettingsteek toepassen met een haaknaald. ⓳ Leg de halsboord rond de halsuitsnijding en maas de tricotsteken aan de trui, verwijder dan de hulpdraad. ⓴ Naai daarna de mouwen in. 21 Pers het werkstuk lichtjes op aan de averechtse kant van het werk. Klaar! 68

6 69 69