Bouwkundige aspecten van zonne-energiesystemen

Transcriptie

1 Commissieplan 2017 Normcommissie Bouwkundige aspecten van zonne-energiesystemen

2 2/7 NORMCOMMISSIE Bouwkundige aspecten van zonne-energiesystemen NEN Materialen & Bouwproducten Postbus GB Delft Vlinderweg AX Delft T (015) F (015) Algemene gegevens 1.1 Commissie Bouwkundige aspecten van zonne-energiesystemen mb@nen.nl Nederlands Normalisatie-instituut 1.2 Werkgebied Bouwkundige aspecten van zonne-energiesystemen op gevels en daken 1.3 Belang Doelstelling Ontwikkeling van voornormen, normen en praktijkrichtlijnen op het gebied van de bouwkundige integratie van fotovoltaïsche en zonthermische systemen, ofwel PVpanelen en zonneboilers. Inbrengen van het Nederlands standpunt bij Europese normalisatie. Regelgeving Vanzelfsprekend moeten ook gebouwen met zonne-energiesystemen aan de bouwregelgeving voldoen. Dat bleek niet eenvoudig aan te tonen. Met een norm is dat gemakkelijker, hoewel in de bouwregelgeving niet zal worden verwezen naar de documenten die in deze normcommissie worden ontwikkeld. 2 Commissiestructuur en relaties 2.1 Nationale structuur Commissie Naam 352 Beleidscommissie 'Bouw' Kerncommissie 'Bouwproducten' Bouwkundige aspecten van zonne-energiesystemen

3 3/7 2.2 Nationale relaties Commissie Naam Binding/ onderwerp Zonne-energie installatietechnische aspecten van zonneboilers /NEC 82 Zonne-energiesystemen elektrotechnische aspecten van PVsystemen 2.3 Internationale relaties Commissie Naam Binding CEN/TC128 Roof covering products for discontinuous laying and products for wall cladding S* CEN/TC128/WG3 Renewable energy systems for roofs P CEN/TC128/SC9/WG4 Clip testing P CENELEC/TC82 Solar photovoltaic energy systems P *) Deze TC wordt geschaduwd door normcommissie Schubvormig gelegde dakbedekkingsmaterialen. 3 Commissiesamenstelling en stakeholdercategorieën Ledenbestand per Naam persoon Werkgever Belanghebbende Rol Categorie stakeholder ing. A.W.A. van den Engel VEBIDAK VEBIDAK Lid 3b prof.dr.ir. C.P.W. Geurts TNO TNO Lid 7 ir. C.M.J. Keijzer Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) Lid 11 J.L.H. Kouwenberg ANT Dakadvies Het Hellende Dak Voorzitter 4b J.C. van Leeuwen Monier Monier Lid 5a ir. ing. C.W. van der Meijden BDA Dak- en geveladvies BDA Dak- en geveladvies ir. A. Mewe NEN Secretaris dr.ir. N.P.M. Scholten Expertisecentrum Regelgeving Bouw Lid corr. lid E. van Tongeren id energie b.v. Holland Solar Lid 5b 3a Ontbrekende key stakeholderscategorieën: Stakeholdercategorie Geen Reden van niet-deelname Voor de verklaring van de stakeholderscategorieën, zie bijlage A.

4 4/7 Review belanghebbenden: Laatste review belanghebbende partijen in normcommissie: 2011 Eerstvolgende review belanghebbende partijen in normcommissie: Publicaties NEN 7250:2014 Zonne-energiesystemen Integratie in daken en gevels Bouwkundige aspecten NEN 7250:2014/A1:2015 Zonne-energiesystemen - Integratie in daken en gevels - Bouwkundige aspecten De gepubliceerde normen van CEN/TC 128, waaronder ook de normen in relatie tot CEN/TC128/WG3 zijn te vinden via de volgende internetlink: CEN/TC Werkprogramma, doelstellingen en geplande activiteiten 5.1 Nationaal werk Werkprogramma Norm Titel Activiteit Planning ETO Zonne-energiesysteem Geplande activiteiten NEN 7250 Maart 2014 is NEN 7250 en medio 2015 het wijzigingsblad A1 gepubliceerd. De norm vervangt NVN In 2017 wordt onderzocht of er behoefte is aan aanvullende onderzoek voor windbelasting op gekoppelde systemen. Bevestiging op hellende daken Eind 2014 is geconcludeerd dat er behoefte is aan het opstellen van een normatief document voor de bevestiging van montagesystemen op hellende daken. TNO heeft in samen werking met marktpartijen een informatief boekje 'Dakreflector Bevestiging zonne-energiesystemen op hellende daken' opgesteld. De vervolgstap is een doorontwikkeling t.b.v. implementatie in NEN Erkende technische oplossing In het kader van de komst van de wet op kwaliteitsborging bouw is in 2016 een proefproject gestart voor het opstellen van een erkende technische oplossing (ETO) voor een mechanisch bevestigd zonne-energiesysteem geplaatst op lichte platte daken in en nieuwbouw en bestaande bouw. Een ETO zijnde in dit geval een subsysteem, dat is geplaatst in een systeem, waarbij het subsysteem - met al zijn relaties met het systeem waarin hij geplaatst is - voldoet aan de technische

5 5/7 bouwvoorschriften. Met een ETO kan eenvoudig worden aangetoond dat voldaan wordt aan de Nederlandse bouwvoorschriften. Met de wet Kwaliteitsborging bouw wil de overheid regelen 100% aansprakelijkheid voor een periode van 20 jaar, verzekerbaarheid en kwaliteit van bouwwerken door middel van het overdrachtsdossier bij oplevering aan de opdrachtgever en evt. wellicht het gerechtelijk gezag. Een en ander moet nog formaliseert worden. Een erkende technische oplossing (ETO/BTO) kan helpen het overdrachtsdossier op te stellen. In een ETO wordt beschreven hoe een bepaald product/systeem in zijn toepassing toegepast moet zijn om te kunnen voldoen aan alle voorwaarden. 5.2 CEN/CENELEC werk Werkprogramma en doelstelling CEN/TC 128/WG 3 De Normcommissie participeert actief in het werk van CEN/TC128/WG3 door deelname aan de vergaderingen. CEN/TC128/WG3 heeft een technical report, CEN/TR 'Solar energy systems for roofs: Requirements for structural connections to solar panels' opgesteld, welke in 2016 voor Technical Committee Approval (TCA) is voorgelegd aan de NSB's (national standardization bodies). In de concepten van deze TR was in bijlage A de hoofdstukken over windbelasting uit NEN 7250 meegenomen. Bij de publicatie van FprCEN/TR16999 is deze bijlage uit het document verwijderd. Nederland heeft hiertegen geageerd. Het commentaar op FprCEN/TR zal eerst besproken moeten worden, alvorens een definitief document gepubliceerd kan worden, naar verwachting in CEN/TC 128/SC9/WG 4 Eind 2014 is gestart met de herziening van EN Bepaling van de weerstand tegen oplichten door de wind van keramische of betonnen dakpannen - Beproevingsmethode voor dakbedekkingssystemen. De inzet is het testen van zonnepanelen toe te voegen aan het toepassingsgebied van deze nom. CENELEC/TC 82 Januari 2016 zijn door CENELEC gepubliceerd: NEN-EN :2016 Photovoltaics in buildings - Part 1 BIPV Modules NEN-EN :2016 Photovoltaics in buildings - Part 2 BIPV Systems Beide normen zijn overlappend met NEN 7250, maar niet strijdig. Op termijn zal NEN 7250 hierop aangepast worden.

6 6/7 Begin 2016 is gepubliceerd: prtr External fire exposure to roofs in combination with photovoltaic (PV) arrays - Test method(s) voor TC approval (TCA). De TR betreft alleen een testmethode, geen classificatie van resultaten en is bedoeld om kennis op te doen. De testmethode is bedoeld om de invloed van het PV systeem op het dak vast te stellen en is niet (wetenschappelijk) onderbouwd. De normcommissie besluit voor te stemmen zonder commentaar. Zij onderkent de behoefte naar een testmethode t.b.v. vliegvuur bij PV systemen. Deze TR kan een eerste stap zijn om verder onderzoek/stappen te ondernemen. 6 Lidmaatschappen van werkgroepen 6.1 Lidmaatschappen van Europese werkgroepen Werkgroepnummer Werkgroepnaam Naam expert CEN/TC 128/WG 3 Renewable energy systems for roofs ir. C.W. van der Meijden CEN/TC128/SC9/WG4 Clip testing ir. C.W. van der Meijden CLC/TC 82/WG 1 BIPV ir. C.W. van der Meijden 7 Werkprogramma 2017 De volgende onderwerpen zijn gesignaleerd voor het werkprogramma van de normcommissie: Inbreng NEN 7250 op Europees niveau bij CEN/TC128/WG3; Inbreng NEN 7250 op Europees niveau bij CLC/TC 82; Bewaken aansluiting Europese normalisatie op NEN 7250; Inbreng zonne-panelen op Europees niveau bij CEN/TC128/SC9WG4; Opstellen ETO; Opstellen projectplan Zonne-energiesystemen - bevestiging van montagesystemen op hellende daken'; Stimulering normtoepassing; Beantwoorden vragen uit de markt.

7 7/7 Bijlage A Verklaring van de stakeholderscategorieën Stakeholders Omschrijving 1a Directe gebruikers Eindgebruiker van dienst, proces of product 1b Brancheorganisaties directe gebruikers Als groep, in de vorm van belangenorganisaties 2a Voorwaarde scheppende organisaties / opdrachtgevers Organisaties die de voorwaarden bepalen waaraan het product of dienst moet voldoen. Bijv. opdrachtgevers. Wetmatige voorwaarden worden door wetgevende instanties bepaald (zie onder 9). 2b Brancheorganisaties van voorwaarde scheppende partijen 3a Adviserende organisaties Organisaties die andere belanghebbenden inhoudelijk kunnen adviseren (bijv. ingenieursbureaus, adviesbureaus, consultancy) 3b Brancheorganisaties van adviserende partijen 4a Uitvoerende / toepassende / dienstverlenende organisaties 4b Brancheorganisaties van uitvoerende / dienstverlenende / toepassende partijen Productnormalisatie: organisaties die het product gebruiken / toepassen in hun dienstverlening naar de eindgebruiker toe (bijv. aannemer, installateur). Dienstennormalisatie: organisaties die een proces of dienst verlenen aan de eindgebruiker (bijv. schuldhulpverlener). 5a Producenten / leveranciers van hoofdproduct Bij productnormalisatie is dit de hoofdproducent / hoofdleverancier. Bij dienstennormalisatie wordt deze categorie niet gebruikt. De rol van producent / leverancier wordt vervuld door de uitvoerende, dienstverlenende organisatie. 5b Brancheorganisaties van producenten / leveranciers van hoofdproduct 6a Producenten / leveranciers van aanhangende producten en diensten 6b Brancheorganisaties van producenten / leveranciers van aanhangende producten en diensten Bij productnormalisatie betreft dit producenten / leveranciers van producten die als grondstof, halffabrikaat of rest-/afvalstof in de productketen voorkomen. Bij dienstennormalisatie betreft het de aanbieders van aanvullende diensten. 7 Onderzoek- en kennisinstellingen Instellingen die zonder direct commercieel belang kennisleverancier zijn of onderzoek verrichten. Bijv. onderwijsinstellingen, laboratoria, onderzoeksinstellingen. 8 Controlerende instanties Bijv. inspectiediensten, certificeringinstellingen 9 Wetgevende instanties Overheden 10 Bestaande/nieuwe initiatiefnemers Partijen die alternatieve initiatieven ondernemen vergelijkbaar met NEN. (normen, certificatieschema s, richtlijnen etc.) 11 Contextbepalers groter geheel Organisaties (bijv. stichtingen, platforms) die op generieke wijze betrokken zijn.