Ezra 1. Een nieuwe tempel in Jeruzalem

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ezra 1. Een nieuwe tempel in Jeruzalem"

Transcriptie

1 Ezra 1 Een nieuwe tempel in Jeruzalem De tempel mag weer opgebouwd worden 1 Toen Cyrus koning van Perzië geworden was, gebeurde er wat Jeremia al gezegd had: de Heer zorgde ervoor dat Cyrus een belangrijk besluit nam. Cyrus schreef het besluit op, en liet de tekst in het hele land voorlezen. De tekst was: 2 Dit is een boodschap van Cyrus, de koning van Perzië. De Heer, de God van de hemel, heeft alle koninkrijken op aarde aan mij gegeven. En hij heeft tegen mij gezegd dat ik voor hem een tempel moet laten bouwen in Jeruzalem, in Juda. 3 Daarom moeten alle mensen die bij de God van Israël horen, naar Jeruzalem teruggaan. Hun God zal hen daarbij helpen. Zij moeten de tempel van de Heer, de God van Israël, die in Jeruzalem woont, weer opbouwen. 4 Alle inwoners van mijn rijk moeten de mensen die naar Jeruzalem gaan, helpen. Ze moeten zilver, goud en vee meegeven, en alles wat er verder nodig is. Ze mogen ook geschenken meegeven voor de tempel van de God die in Jeruzalem woont. 5 Toen zorgde de Heer ervoor dat de stammen Juda en Benjamin met hun leiders teruggingen naar Jeruzalem. Ook de Levieten en de priesters gingen mee. Ze wilden de tempel van de Heer weer gaan opbouwen. 6 Ze kregen veel kostbare geschenken mee: voorwerpen van zilver en goud, vee, en alles wat er verder nodig was. Ze kregen ook allerlei extra geschenken mee voor de tempel. De heilige voorwerpen uit de tempel 7 Koning Cyrus gaf ook de heilige voorwerpen uit de tempel van de Heer terug. Koning Nebukadnessar had die voorwerpen meegenomen uit Jeruzalem. Hij had ze bewaard in de tempel van zijn eigen goden. 8 Koning Cyrus liet die voorwerpen halen door Mitredat, de bewaker van de schatkamers. En die gaf ze aan Sesbassar, de leider van Juda. Alle voorwerpen die Nebukadnessar meegenomen had, waren er nog. 9 Dit waren de voorwerpen: dertig gouden schalen, duizend zilveren schalen, 29 messen, 10 dertig gouden bekers, 410 verschillende soorten zilveren bekers en duizend andere voorwerpen. 11 Bij elkaar waren het 5400 gouden en zilveren voorwerpen. Sesbassar nam alles mee toen de Judeeërs uit Babylonië teruggingen naar Jeruzalem. Ezra 2 Lijst van Judeeërs uit Babel De mensen gaan terug naar Juda

2 1-2 Koning Nebukadnessar had de inwoners van Juda meegenomen naar Babylonië. Nu gingen ze terug naar Juda onder leiding van Zerubbabel, Jesua, Nechemja, Seraja, Reëlaja, Mordechai, Bilsan, Mispar, Bigwai, Rechum en Baäna. Ze gingen weer wonen in Jeruzalem en in andere steden in Juda. Nu volgt er een lijst van families die teruggekomen zijn uit Babylonië. Israëlitische mannen Hier volgen de aantallen van Israëlitische mannen die teruggingen: 3 van de familie van Paros: van de familie van Sefatja: van de familie van Arach: van de familie van Pachat-Moab, namelijk de nakomelingen van Jesua en Joab: van de familie van Elam: van de familie van Zattu: van de familie van Zakkai: van de familie van Bani: van de familie van Bebai: van de familie van Azgad: van de familie van Adonikam: van de familie van Bigwai: van de familie van Adin: van de familie van Ater, namelijk de nakomelingen van Chizkia: van de familie van Besai: van de familie van Jora: van de familie van Chasum: van de familie van Gibbar: inwoners van Betlehem: inwoners van Netofa: inwoners van Anatot: inwoners van Azmawet: inwoners van Kirjat-Jearim, Kefira en Beërot: inwoners van Rama en Geba: inwoners van Michmas: inwoners van Betel en Ai: inwoners van Nebo: van de familie van Magbis: van de familie van een andere Elam: van de familie van Charim: 320

3 33 inwoners van Lod, Chadid en Ono: inwoners van Jericho: inwoners van Senaä: Priesters 36 Deze priesters gingen terug: van de familie van Jedaja, namelijk de priesters die afstammen van Jesua: van de familie van Immer: van de familie van Paschur: van de familie van Charim: Levieten 40 Deze Levieten gingen terug: 74 Levieten van de familie van Jesua en Kadmiël, namelijk de nakomelingen van Hodawja. Tempelzangers 41 Deze tempelzangers gingen terug: 128 zangers van de familie van Asaf. Bewakers van de tempelpoorten 42 Deze bewakers van de tempelpoorten gingen terug: in totaal 139 bewakers van de familie van Sallum, Ater, Talmon, Akkub, Chatita en Sobai. Helpers in de tempel en nakomelingen van de slaven van Salomo 43 Deze helpers in de tempel gingen terug: de nakomelingen van Sicha, Chasufa, Tabbaot, 44 Keros, Siaha, Padon, 45 Lebana, Chagaba, Akkub, 46 Chagab, Salmai, Chanan, 47 Giddel, Gachar, Reaja, 48 Resin, Nekoda, Gazzam, 49 Uzza, Paseach, Besai, 50 Asna, Meünim, Nefusim, 51 Bakbuk, Chakufa, Charchur, 52 Baslut, Mechida, Charsa, 53 Barkos, Sisera, Temach, 54 Nesiach en Chatifa. 55 En deze nakomelingen van de slaven van koning Salomo gingen terug: de nakomelingen van Sotai, Soferet, Peruda, 56 Jaäla, Darkon, Giddel, 57 Sefatja, Chattil, Pocheret-Hassebaïm en Ami.

4 58 In totaal kwamen er 392 helpers in de tempel en nakomelingen van de slaven van Salomo terug. Andere mensen die terugkwamen Uit de steden Tel-Melach, Tel-Charsa, Kerub, Addan en Immer kwamen 652 nakomelingen van Delaja, Tobia en Nekoda terug. Maar zij konden niet bewijzen dat ze echte Israëlieten waren. 61 Ook sommige priesters konden niet bewijzen dat zij en hun families echte Israëlieten waren. Dat waren de families van Chobaja, Hakkos en Barzillai. De familie van Barzillai heette zo omdat hun voorvader met een dochter van Barzillai uit Gilead getrouwd was Die priesters zochten naar officiële papieren om te bewijzen dat zij en hun families echte Israëlieten waren. Maar zulke papieren vonden ze niet. Daarom mochten ze van de provinciebestuurder voorlopig geen priester meer zijn. En ze mochten ook niet meer met de andere priesters mee-eten van de heilige offers. Eerst moest er een hogepriester komen die God om raad kon vragen. Het totale aantal mensen en dieren 64 In totaal kwamen er mensen terug uit Babylonië. 65 Verder kwamen er ook 7337 slaven en slavinnen, en tweehonderd zangers en zangeressen terug. 66 Met hen kwamen er ook 736 paarden mee, 245 muildieren, kamelen en 6720 ezels. De bouw van de tempel begint Geld voor de tempel 68 Toen de mensen aankwamen in Jeruzalem, brachten een paar leiders geld bij elkaar. Want ze wilden de tempel in Jeruzalem weer opbouwen. De tempel moest komen op de plaats waar de oude tempel gestaan had. 69 Iedereen gaf zo veel als hij kon. In totaal werden er gouden munten, 5000 zilveren munten en honderd priestermantels gegeven. 70 Daarna gingen de priesters, de Levieten, en alle andere mensen die in de tempel werkten, terug naar hun eigen steden. De andere Israëlieten gingen weer terug naar de steden waar hun families vandaan kwamen. Ezra 3 Het altaar wordt weer opgebouwd 1 In de zevende maand van het jaar dat de Israëlieten teruggekomen waren, gingen ze allemaal naar Jeruzalem. Ze kwamen vanuit de verschillende steden waar ze waren gaan wonen. 2 Toen begonnen Jesua en Zerubbabel, samen met andere mannen, het altaar van de God van Israël weer op te bouwen. Want dan konden de Israëlieten weer offers brengen,

5 precies zoals het in de wet van de profeet Mozes stond. Jesua was een zoon van Josadak, en Zerubbabel was een zoon van Sealtiël. Jesua werd geholpen door de andere priesters, en Zerubbabel door de mannen uit zijn familie. 3 Josua, Zerubbabel en de andere mannen waren bang voor de andere volken in het land. Maar toch bouwden ze het altaar weer op dezelfde plek als waar het vroeger stond. En ze brachten s ochtends en s avonds offers aan de Heer. 4 Ook vierden ze het Loofhuttenfeest volgens de regels van de Heer. Ze brachten alle offers die bij het feest horen. Elke dag brachten ze precies zo veel offers als moest volgens de regels. 5 Vanaf toen brachten de Israëlieten ook het dagelijkse offer, de offers bij het Feest van Nieuwe Maan en de offers voor alle andere heilige feesten. En ze brachten ook weer offers die niet verplicht waren. 6 Vanaf de eerste dag van de zevende maand van dat jaar brachten ze dus offers aan de Heer. Maar ze waren toen nog niet begonnen met de bouw van de tempel. De taken worden verdeeld 7-9 In de tweede maand van het volgende jaar werden de taken voor de bouw van de tempel verdeeld. Dat was dus in het tweede jaar nadat de Israëlieten teruggekomen waren in Jeruzalem. Eerst werden er Levieten uitgekozen om de arbeiders te controleren. Die Levieten moesten twintig jaar of ouder zijn. Zerubbabel en Jesua kozen hen uit. Dat deden ze samen met de priesters, de Levieten en andere mensen die uit Babylonië teruggekomen waren. Ze kozen de Levieten uit de familie van Chenadad uit, samen met hun zonen en andere familieleden, en ook de Judeeërs Jesua en Kadmiël. Zij moesten met elkaar de arbeiders controleren die aan Gods tempel werkten. De arbeiders kregen geld voor hun werk. Er werkten ook mensen uit Sidon en Tyrus mee. Zij kregen geen geld voor hun werk, maar olijfolie, eten en drinken. Zij brachten cederhout van de Libanon-bergen naar de stad Jafo. Daarvoor hadden ze toestemming gekregen van Cyrus, de koning van Perzië. De Israëlieten juichen en huilen 10 De arbeiders begonnen met het bouwen van de tempel van de Heer. Toen deden de priesters hun priesterkleren aan en pakten hun trompetten. En de Levieten, de nakomelingen van Asaf, pakten hun koperen bekkens. Ze zongen en speelden voor de Heer, zoals koning David het aan de Israëlieten geleerd had. 11 Ze dankten de Heer en zongen om de beurt: De Heer is goed, zijn liefde voor Israël blijft altijd bestaan. Toen begon het hele volk te juichen en te zingen voor de Heer. Want de bouw van de tempel van de Heer was begonnen. 12 Veel oudere priesters, Levieten en leiders van de stammen begonnen hard te huilen toen ze de bouwers bezig zagen. Want zij hadden de oude tempel nog gezien. Veel anderen juichten en waren vrolijk. 13 Er was geen verschil meer te horen tussen huilen en juichen, overal klonk geschreeuw. Ezra 4

6 De bouw moet stoppen Andere volken willen meehelpen 1 De stammen Juda en Benjamin waren begonnen om de tempel van de God van Israël weer op te bouwen. Andere volken die in hun land woonden, hoorden dat. Maar die wilden niet dat alleen de mensen uit Juda en Benjamin aan de tempelbouw zouden werken. 2 Daarom gingen die volken naar Zerubbabel en de leiders van de stammen. Ze zeiden: Wij willen meehelpen met de bouw van de tempel! Want wij vereren dezelfde God als jullie. Wij brengen al offers aan hem sinds Esarhaddon, de koning van Assyrië, ons naar dit land bracht. Andere volken mogen niet meehelpen 3 Maar Zerubbabel, Jesua en de andere leiders van Israël zeiden: Wij mogen deze tempel voor de Heer, de God van Israël, niet samen met jullie bouwen. Wij moeten dat zelf doen. Want Cyrus, de koning van Perzië, heeft die opdracht alleen aan ons gegeven. 4-5 Toen probeerden de mensen van de andere volken de Judeeërs bang te maken. Er werden zelfs raadgevers van de koning omgekocht. Die raadgevers moesten ervoor zorgen dat de bouw zou mislukken. Daarom durfden de Judeeërs niet meer verder te gaan met de bouw. Dat bleef zo totdat koning Cyrus opgevolgd werd door Darius. De andere volken sturen brieven 6 Toen later Xerxes koning van Perzië geworden was, dienden de andere volken een officiële klacht in tegen de inwoners van Juda en Jeruzalem. 7 Toen daarna Artaxerxes koning van Perzië werd, stuurden Bislam, Mitredat, Tabeël en andere bestuurders hem een brief. De brief was geschreven in het Aramees, en hij was vertaald in het Perzisch. 8 Ook Rechum, de leider van alle hoge ambtenaren, en Simsai, de schrijver van de koning, schreven een brief aan koning Artaxerxes over Jeruzalem. De brief aan koning Artaxerxes 9-11 In de brief van Rechum en Simsai stond het volgende: Aan koning Artaxerxes. Van al zijn dienaren die in de provincie Trans-Eufraat wonen. Namelijk van Rechum, de leider van alle hoge ambtenaren, van Simsai, de schrijver van de koning, en van alle andere bestuurders. Dat zijn rechters, ambtenaren en bestuurders uit Sippar, Uruk, Babel, en Susa in Elam. De brief is ook geschreven namens de volken die hier wonen. Zij zijn vroeger door de machtige en beroemde koning Asnappar uit hun eigen steden weggehaald. En ze zijn toen naar de steden van Samaria en de rest van de provincie Trans-Eufraat gebracht. 12 Koning, u moet weten wat de Judeeërs doen die uit uw land weggegaan zijn. Ze zijn naar Jeruzalem gekomen om deze slechte en ongehoorzame stad weer op te bouwen. Ze repareren de muren en versterken de hele stad.

7 13 Straks is de stad weer opgebouwd, en staan er weer muren omheen. Koning, u moet weten wat er dan zal gebeuren. Dan zullen de inwoners geen belasting meer betalen, en niet meer voor u willen werken. Daardoor zult u uw macht verliezen! 14 Wij zijn trouw aan u, koning. Daarom sturen we deze brief. We willen u waarschuwen dat de Judeeërs bezig zijn om uw macht kleiner te maken. 15 Jeruzalem is altijd al een slechte en ongehoorzame stad geweest. Dat staat in de oude jaarboeken met belangrijke gebeurtenissen. Al zo lang als de stad bestaat, zorgen de inwoners voor problemen bij koningen en in provincies. Daarom is de stad verwoest. 16 Wij willen u dan ook waarschuwen. Als de stad weer opgebouwd wordt, zult u de macht over de provincie Trans-Eufraat kwijtraken. Artaxerxes stuurt een brief terug 17 Toen stuurde koning Artaxerxes dit antwoord: Aan Rechum, de leider van alle hoge ambtenaren, aan Simsai, de schrijver van de koning, en aan alle andere bestuurders. Ik wens iedereen vrede toe die in Samaria of in de rest van de provincie Trans-Eufraat woont. 18 De brief die jullie mij gestuurd hebben, is helemaal aan mij voorgelezen. 19 Toen heb ik het bevel gegeven om in de jaarboeken met belangrijke gebeurtenissen te kijken. Het is duidelijk geworden dat de inwoners van Jeruzalem vaak in opstand kwamen tegen koningen. De stad is altijd al slecht en ongehoorzaam geweest. 20 Er zijn zelfs belangrijke koningen in Jeruzalem geweest die belasting eisten voor zichzelf. En die koningen lieten de mensen in de hele provincie Trans-Eufraat voor zich werken. 21 Daarom moeten jullie de arbeiders in Jeruzalem dwingen om te stoppen met de bouw van de stad. Want de stad mag pas opgebouwd worden als ik toestemming geef. 22 Zorg ervoor dat ze zo snel mogelijk stoppen. Anders zal ik mijn macht verliezen in deze provincie. De arbeiders moeten stoppen 23 De brief van koning Artaxerxes werd voorgelezen aan Rechum, Simsai en de andere bestuurders. Daarna gingen zij zo snel mogelijk naar Jeruzalem. En met geweld dwongen ze de arbeiders om te stoppen met hun werk. 24 Daarom werd er niet meer gebouwd aan de tempel van God in Jeruzalem, totdat Darius twee jaar koning van Perzië was. Ezra 5 De tempel wordt afgebouwd De Judeeërs gaan door met de bouw 1 Toen stuurde God de profeet Haggai en de profeet Zacharia, de kleinzoon van Iddo, naar Juda en Jeruzalem. Zij moesten de Judeeërs nieuwe moed geven.

8 2 Daarna begonnen Zerubbabel, de zoon van Sealtiël, en Jesua, de zoon van Josadak, weer met de bouw van de tempel in Jeruzalem. En ze kregen steun van de profeten. 3 Korte tijd later kwam Tattenai, de provinciebestuurder van Trans-Eufraat, naar de Judeeërs toe. Setar-Boznai en andere bestuurders kwamen met hem mee. Ze vroegen: Wie heeft jullie het bevel gegeven om de tempel weer op te bouwen? 4 En hoe heten de mannen die hier aan het bouwen zijn? 5 Toch hoefden de Judeeërs niet te stoppen met de bouw. Want de bestuurders besloten om eerst een brief naar koning Darius te sturen. Zo beschermde God de leiders van de Judeeërs. De brief aan koning Darius 6 Hier volgt de brief die Tattenai, Setar-Boznai en andere bestuurders van de provincie Trans-Eufraat, naar koning Darius stuurden. 7 In de brief stond het volgende: Aan koning Darius. We hopen dat het goed met u gaat. 8 Koning, we laten u weten dat wij naar de provincie Juda geweest zijn, naar de tempel van de grote God. Die tempel wordt weer opgebouwd met grote blokken steen en houten balken. De arbeiders zijn erg zorgvuldig en werken hard door. 9 Wij hebben aan de leiders van de Judeeërs gevraagd: Wie heeft jullie het bevel gegeven om de tempel weer op te bouwen? Van wie mogen jullie het werk afmaken? 10 We hebben ook gevraagd hoe de leiders heten. We kunnen u nu dus laten weten wie dat zijn. 11 De leiders hebben ons geantwoord: Wij zijn dienaren van de God van de hemel en de aarde. Wij bouwen zijn tempel weer op. Die tempel werd ooit gebouwd door een machtige koning van Israël. 12 Maar Nebukadnessar, de koning van Babylonië, heeft de tempel verwoest. Hij nam onze voorouders gevangen en stuurde hen naar Babylonië. Daar had de God van de hemel zelf voor gezorgd, want hij was woedend op onze voorouders. 13 Maar toen Cyrus koning van Babylonië werd, gaf hij het bevel om de tempel weer op te bouwen. 14 Ook gaf hij de gouden en zilveren voorwerpen uit de tempel mee aan Sesbassar, zijn provinciebestuurder. Die voorwerpen had Nebukadnessar uit de tempel in Jeruzalem geroofd en naar de tempel in Babel gebracht. 15 Cyrus zei: De tempel van God in Jeruzalem moet weer opgebouwd worden op de plaats waar de oude tempel stond. Neem deze voorwerpen mee en breng ze terug naar de tempel. 16 Toen is Sesbassar hierheen gekomen. En hij begon met de bouw van de tempel van God die in Jeruzalem woont. Sinds die tijd is er regelmatig aan de tempel gebouwd, maar hij is nog niet af. 17 Nu vragen wij, de bestuurders van de provincie Trans-Eufraat, om een onderzoek in Babylonië. Koning, kijkt u alstublieft in uw oude jaarboeken met alle belangrijke gebeurtenissen. Misschien staat er inderdaad een bevel van koning Cyrus in. Misschien heeft hij gezegd dat Gods tempel in Jeruzalem weer opgebouwd mag worden. Koning, wilt u ons dat laten weten?

9 Ezra 6 Darius laat de jaarboeken opzoeken 1 Toen gaf koning Darius het bevel om de oude jaarboeken met belangrijke gebeurtenissen op te zoeken. Die lagen in de bibliotheek 2 van het paleis in Ekbatana, in de provincie Medië. Er werd een boek gevonden met de volgende bijzondere tekst: 3 Toen Cyrus koning geworden was, gaf hij dit bevel: De tempel van God in Jeruzalem moet opnieuw gebouwd worden, op de plek waar nu geofferd wordt. De tempel moet 30 meter hoog en 30 meter breed worden. 4 De muren moeten gemaakt worden van steeds drie lagen steen en één laag hout. De koning zal alles betalen. 5 Ook moeten alle gouden en zilveren voorwerpen uit de tempel teruggegeven worden. Die heilige voorwerpen heeft Nebukadnessar geroofd uit Jeruzalem en meegenomen naar Babel. Nu moeten ze weer in de tempel in Jeruzalem neergezet worden. Want daar horen ze. Koning Darius stuurt een brief terug 6 Toen stuurde Darius deze brief terug: Aan Tattenai, de bestuurder van de provincie Trans-Eufraat, en aan Setar-Boznai en de andere bestuurders. Jullie moeten de bouwers van de tempel niet tegenhouden. 7 Laat het werk doorgaan! De bestuurder van Juda en de andere leiders mogen de tempel bouwen op de plek waar de oude tempel stond. 8 Bovendien moeten jullie de leiders van de Judeeërs helpen bij de bouw van de tempel van God. Jullie moeten alles wat ze nodig hebben, direct betalen van de belastingen uit de provincie Trans-Eufraat. 9 Ook moeten jullie de priesters in Jeruzalem elke dag alles geven wat ze nodig hebben voor hun offers. Dus jonge stieren, rammen, jonge schapen, graan, zout, wijn en olijfolie. 10 Dan kunnen ze offers brengen aan de God van de hemel. En dan kunnen ze bidden voor het leven van mij en mijn zonen. 11 Iedereen die niet luistert naar mijn bevel, zal gedood worden. Hij wordt opgehangen aan een paal die uit zijn eigen huis gesloopt is. En zijn huis wordt helemaal verwoest. 12 Ik hoop dat iedereen die ongehoorzaam is, gestraft wordt door de God van de tempel in Jeruzalem. Iedereen die deze tempel probeert te verwoesten, zal gedood worden door God. Dit is een bevel van mij, koning Darius. Alles moet precies gebeuren zoals ik het gezegd heb. De tempel wordt afgebouwd 13 Tattenai, Setar-Boznai en de andere bestuurders deden alles precies zoals koning Darius het gezegd had. 14 De leiders van de Judeeërs kregen nieuwe moed van de profeten Haggai en Zacharia. Daarom konden ze goed doorwerken aan de tempel. Ze bouwden de tempel zoals de God van Israël het wilde. En ze hadden daarvoor toestemming van de Perzische koningen Cyrus, Darius en Artaxerxes.

10 15 De tempel was klaar toen Darius zes jaar koning was, op de derde dag van de twaalfde maand. 16 Toen de tempel van God in gebruik genomen werd, was iedereen erg blij. De Israëlieten, de priesters, de Levieten en alle andere mensen die teruggekeerd waren uit Babylonië, vierden feest. 17 Ze offerden honderd stieren, tweehonderd rammen en vierhonderd jonge schapen. En ze offerden twaalf geiten om de fouten goed te maken van het hele volk. Voor iedere stam offerden ze één geit. 18 De priesters en de Levieten werden in verschillende groepen verdeeld voor het werk in de tempel. Dat gebeurde precies zoals het in de wet van Mozes stond. Het Paasfeest wordt gevierd 19 Op de veertiende dag van de eerste maand vierde iedereen die teruggekomen was uit Babylonië, het Paasfeest. 20 De priesters en de Levieten hadden zich voorbereid volgens de regels. Ze hadden ervoor gezorgd dat ze rein waren, zodat ze de lammeren voor het Paasfeest konden slachten. Ze offerden een lam voor zichzelf, voor de andere priesters, en voor iedereen die uit Babylonië teruggekomen was. 21 Alle Israëlieten aten van de offers. En er waren mensen van andere volken die niet langer hun eigen goden wilden dienen, maar alleen de God van Israël. Ook zij aten van de offers. 22 Zeven dagen lang vierden alle mensen vrolijk feest, en ze aten brood zonder gist. Ze waren blij omdat de Heer hen geholpen had. Hij had ervoor gezorgd dat Darius, de koning van Perzië, hen toch steunde bij de bouw van de tempel van de God van Israël. Ezra 7 Ezra gaat naar Jeruzalem De familie van Ezra 1 Toen Artaxerxes koning van Perzië was, was er in Babylonië een man die Ezra heette. Ezra was een zoon van Seraja. Seraja was een zoon van Azarja. Azarja was een zoon van Chilkia. 2 Chilkia was een zoon van Sallum. Sallum was een zoon van Sadok. Sadok was een zoon van Achitub. 3 Achitub was een zoon van Amarja. Amarja was een zoon van Azarja. Azarja was een zoon van Merajot. 4 Merajot was een zoon van Zerachja. Zerachja was een zoon van Uzzi. Uzzi was een zoon van Bukki. 5 Bukki was een zoon van Abisua. Abisua was een zoon van Pinechas. Pinechas was een zoon van Eleazar. En Eleazar was een zoon van Aäron, de hogepriester. 6-7 Ezra was een schrijver van de koning. Hij kende de wet die Mozes gekregen had van de Heer, de God van Israël, heel goed. Ezra wordt beschermd door de Heer

11 Toen Artaxerxes zeven jaar koning van Perzië was, vertrok Ezra uit Babylonië. Ezra werd beschermd door de Heer. Daarom kreeg hij van koning Artaxerxes alles mee wat hij maar wilde. Hij reisde naar Jeruzalem, samen met priesters, Levieten, tempelzangers, bewakers van de tempelpoorten, helpers in de tempel en andere Israëlieten. 8-9 Ezra vertrok uit Babylonië op de eerste dag van de eerste maand, zoals hij van plan was. En hij kwam precies vier maanden later veilig in Jeruzalem aan. Ezra werd beschermd door de Heer, 10 omdat hij elke dag in de wetten van de Heer las. Ezra leefde precies volgens die wetten, en hij leerde ze aan de Israëlieten. Artaxerxes geeft Ezra een brief mee 11 Ezra was priester en schrijver. Hij kende de wetten en regels die de Heer aan Israël gegeven had, goed. Hij kreeg een brief mee van Artaxerxes. In de brief stond het volgende: 12 Van koning Artaxerxes, de belangrijkste koning van de hele wereld. Aan de priester Ezra, die de wet van de God van de hemel goed kent. Ik hoop dat het goed met u gaat Ik en mijn zeven raadgevers sturen u naar Juda en Jeruzalem. U moet onderzoeken of de mensen daar leven volgens de wet van uw God. Want u kent die wet goed. Iedereen die dat wil, mag met u meegaan naar Jeruzalem. Dat geldt voor alle priesters, Levieten en gewone Israëlieten uit mijn koninkrijk U krijgt zilver en goud mee van mij en mijn raadgevers, en ook van de inwoners van heel Babylonië. Dat is een geschenk voor de God van Israël, die in Jeruzalem woont. Ook krijgt u extra geschenken mee van uw volk en de priesters, voor de tempel van hun God in Jeruzalem. 17 Met dat zilver en goud moet u net zo veel stieren, rammen, jonge schapen, graan en wijn kopen als nodig is. Die moet u offeren op het altaar van de tempel van uw God in Jeruzalem. 18 Met het zilver en goud dat overblijft, mag u, samen met de andere priesters, doen wat u wilt. Als het maar volgens de wil van uw God is. 19 U krijgt ook de heilige voorwerpen van uw tempel mee. Die moet u terugbrengen naar de tempel van uw God. Daar kunnen ze gebruikt worden bij het offeren. 20 Als u nog meer nodig hebt voor de tempel van uw God, zal ik dat betalen uit de koninklijke schatkist. 21 De bewakers van mijn schatkamers in de provincie Trans-Eufraat moeten u helpen. Ik zal hun daarvoor opdracht geven. Als u iets nodig hebt, Ezra, moeten zij dat meteen aan u geven. 22 U mag 3000 kilo zilver, kilo graan, 4000 liter wijn en 4000 liter olijfolie vragen, en net zo veel zout als u wilt. Het vervolg van de brief 23 U moet alles wat met de tempel te maken heeft, heel precies uitvoeren. Precies zoals de God van de hemel het wil. Anders zal hij woedend worden op mij en mijn zonen. 24 Verder maak ik bekend dat de priesters geen belasting hoeven te betalen. Dat geldt ook voor de Levieten, de tempelzangers, de bewakers van de tempelpoorten, de helpers en de andere dienaren in de tempel. Ook hoeven ze niet voor mij te werken.

12 25 Ezra, u hebt wijsheid van God gekregen. Daarom moet u bestuurders en rechters aanwijzen. Zij moeten rechtspreken over iedereen in de provincie Trans-Eufraat die de wetten van uw God kent. En ze moeten die wetten leren aan iedereen die ze niet kent. 26 Iedereen die ongehoorzaam is aan de wet van uw God of aan mijn wet, zal direct gestraft worden. Hij zal gedood worden, of met de zweep geslagen worden. Of hij zal in de gevangenis worden gegooid, of zijn hele bezit zal van hem worden afgepakt. Ezra vertelt over zijn reis Ezra dankt de Heer 27 Ik dank de Heer, de God van mijn voorouders! Want hij heeft ervoor gezorgd dat de koning een prachtig gebouw wil maken van de tempel in Jeruzalem. 28 En hij heeft ervoor gezorgd dat de koning, zijn raadgevers en alle machtige bestuurders mij willen helpen. Omdat de Heer, mijn God, mij beschermde, kreeg ik moed. Toen heb ik alle leiders van Israël verzameld. Zo konden we met elkaar naar Jeruzalem vertrekken. Ezra 8 Lijst van teruggekeerde Israëlieten 1 De volgende leiders van families zijn met mij uit Babylonië weggegaan toen Artaxerxes koning was. In deze lijst staan hun namen en de namen van hun voorouders: 2 Gersom, een nakomeling van Pinechas. Daniël, een nakomeling van Itamar. Chattus, een nakomeling van David. Eén van de nakomelingen van Sechanja. 3 Zecharja, een nakomeling van Paros, samen met 150 andere mannen uit zijn familie die op officiële lijsten stonden. 4 Eljoënai, de zoon van Zerachja, een nakomeling van Pachat-Moab, samen met tweehonderd andere mannen uit zijn familie. 5 Eén van de nakomelingen van Sechanja, de zoon van Jachaziël, samen met driehonderd andere mannen uit zijn familie. 6 Ebed, de zoon van Jonatan, een nakomeling van Adin, samen met vijftig andere mannen uit zijn familie. 7 Jesaja, de zoon van Atalja, een nakomeling van Elam, samen met zeventig andere mannen uit zijn familie. 8 Zebadja, de zoon van Michaël, een nakomeling van Sefatja, samen met tachtig andere mannen uit zijn familie. 9 Obadja, de zoon van Jechiël, een nakomeling van Joab, samen met 218 andere mannen uit zijn familie. 10 Eén van de nakomelingen van Selomit, de zoon van Josifja, samen met 160 andere mannen uit zijn familie.

13 11 Zecharja, de zoon van Bebai, een nakomeling van Bebai, samen met 28 andere mannen uit zijn familie. 12 Jochanan, de zoon van Hakkatan, een nakomeling van Azgad, samen met 110 andere mannen uit zijn familie. 13 Elifelet, Jeïël en Semaja, de enige nakomelingen van Adonikam, samen met zestig andere mannen uit hun familie. 14 Utai en Zakkur, de nakomelingen van Bigwai, samen met zeventig andere mannen uit hun familie. Ezra zoekt naar Levieten 15 Ik liet alle mensen bij elkaar komen bij het kanaal dat naar de plaats Ahawa loopt. We bleven daar drie dagen. Toen merkte ik dat er bij het volk wel priesters waren, maar geen gewone Levieten. 16 Daarom liet ik negen leiders van families bij me komen: Eliëzer, Ariël, Semaja, Jarib, Natan, Zerachja, Mesullam en twee leiders met de naam Elnatan. Ik liet ook twee wijze mannen bij me komen: Jojarib en nog een andere Elnatan. 17 Ik stuurde hen naar Iddo, de leider van de heilige plaats Kasifja. Ze moesten vragen om Levieten die dienst konden doen in de tempel van onze God in Jeruzalem. Iddo moest daarover een beslissing nemen, samen met de andere bestuurders en de dienaren van de tempel in Kasifja. 18 God zorgde voor ons. Want Iddo stuurde ons een wijze man: de Leviet Serebja, die afstamde van Machli. Machli was een nakomeling van Levi, de zoon van Jakob. Ook de zonen van Serebja en andere mannen uit zijn familie kwamen mee. Het waren in totaal achttien mannen. 19 Iddo stuurde ook Chasabja en Jesaja, nakomelingen van Merari. Ook hun broers en zonen kwamen mee. Het waren in totaal twintig mannen. 20 En ten slotte stuurde Iddo nog 220 dienaren voor de tempel. Hun voorouders waren al door David en zijn raadgevers aangewezen om de Levieten te helpen. Alle tempeldienaren stonden met hun naam op een officiële lijst. Ezra laat iedereen vasten en bidden 21 Toen gaf ik het bevel dat iedereen bij het Ahawa-kanaal moest vasten om hulp te vragen aan onze God. We smeekten of hij ons, onze kinderen en al onze bezittingen wilde beschermen tijdens de reis. 22 Er waren namelijk geen soldaten en ruiters om ons onderweg te beschermen. Want ik had geen hulp durven vragen aan de koning. Ik had tegen hem gezegd: God straft alle mensen die hem verlaten, hij straft hen zwaar. Maar alle mensen die hem dienen, worden door hem beschermd. 23 We vastten allemaal, en we vroegen hulp aan onze God. En hij heeft ons inderdaad geholpen. Ezra weegt het goud en het zilver 24 Toen we gevast hadden, koos ik twaalf van de belangrijkste priesters uit. Ik koos ook twaalf Levieten uit: Serebja, Chasabja en nog tien anderen.

14 25 Zij moesten meekijken terwijl ik het zilver en het goud woog, en de heilige voorwerpen uit de tempel telde. Alles was gegeven door de koning, zijn raadgevers en andere leiders, en door de Israëlieten die in Babylonië woonden. Het was bedoeld voor de tempel van onze God. 26 Er waren honderd zilveren voorwerpen, die samen 60 kilo wogen. De rest van het zilver woog kilo, en het goud woog 3000 kilo. 27 Er waren ook twintig gouden schalen, die samen 1000 Perzische goudstukken waard waren. En twee prachtige vaten van glanzend brons, net zo kostbaar als goud. 28 Ik zei tegen de priesters en de Levieten: Jullie zijn heilig, want jullie horen bij de Heer. En alles wat ik net gewogen heb, is ook heilig. Het is een geschenk voor de Heer, de God van jullie voorouders. 29 Bewaak alles dus goed totdat jullie in de tempel van de Heer in Jeruzalem zijn. Daar moeten jullie in de schatkamers alles opnieuw wegen. De leiders van de priesters, de Levieten en de leiders van de Israëlitische families moeten daarbij zijn. 30 Toen namen de priesters en de Levieten alles aan. Ze moesten het zilver, het goud en de heilige voorwerpen meenemen naar de tempel van onze God in Jeruzalem. Ezra komt aan in Jeruzalem 31 Op de twaalfde dag van de eerste maand vertrokken we bij het Ahawa-kanaal. We reisden naar Jeruzalem. Onderweg beschermde God ons tegen vijanden en rovers. 32 Toen we aangekomen waren in Jeruzalem, rustten we eerst drie dagen. 33 Op de vierde dag werden het zilver en goud, en alle heilige voorwerpen gewogen in de tempel van onze God. Daarna werd alles aan de priester Meremot gegeven, de zoon van Uria. Elazar, de zoon van Pinechas, was erbij toen dat gebeurde. Net als de Leviet Jozabad, de zoon van Jesua, en de Leviet Noadja, de zoon van Binnuï. 34 Alles werd gewogen en geteld. En het totale gewicht werd opgeschreven. De Israëlieten brengen offers 35 Toen brachten de Israëlieten die teruggekeerd waren uit Babylonië, offers aan de God van Israël. Ze offerden twaalf stieren om de fouten van het hele volk goed te maken. Ze offerden ook 96 volwassen rammen en 77 jonge rammen. En ten slotte offerden ze twaalf bokken om weer rein te worden. Alle offers werden helemaal verbrand. 36 De Israëlieten gaven de brieven van de koning aan de bestuurders van de steden en van de provincie Trans-Eufraat. Daarom hielpen de bestuurders het volk van Israël, en steunden ze het werk aan de tempel. Ezra 9 Het gebed van Ezra Het volk doet verschrikkelijke dingen 1 Er kwamen een paar leiders van het volk van Israël naar mij toe. Ze zeiden: Het volk van Israël, en de priesters en de Levieten hebben verschrikkelijke dingen gedaan. Ze gaan om met de volken die om hen heen wonen. En ze gedragen zich net zoals de

15 Kanaänieten, de Hethieten, de Perizzieten, de Jebusieten, de Ammonieten, de Moabieten, de Amorieten en de Egyptenaren. 2 Er zijn namelijk Israëlieten getrouwd met vrouwen uit die volken. Daardoor is het volk van Israël niet heilig meer. De leiders en de andere bestuurders zijn begonnen met die verschrikkelijke dingen. Ezra begint te bidden 3 Toen ik dat hoorde, scheurde ik mijn jas en mijn kleren, als teken van rouw. Ook trok ik haren uit mijn hoofd en mijn baard. Toen ging ik op de grond zitten, ik wist niet meer wat ik moest doen. 4 Iedereen die bang was dat God het volk zwaar zou straffen voor die verschrikkelijke daden, kwam naar mij toe. Ik bleef tot de avond zitten zonder iets te zeggen, totdat het tijd was voor de offers. 5 Toen stond ik op, en ik stopte met rouwen. Ik knielde, met mijn gescheurde kleren nog aan. Ik stak mijn armen omhoog naar de hemel om te bidden tot de Heer, mijn God. 6 Ik bad: Mijn God, ik schaam me diep. Ik durf bijna niet tot u te bidden, want mijn volk en ik hebben te veel fouten gemaakt. Onze schuld is oneindig groot. 7 Wij zijn heel schuldig. Onze voorouders hebben veel verkeerd gedaan, en wij zijn niet anders dan zij. Daarom zijn wij samen met onze koningen en priesters onderdrukt door koningen van andere landen. Zij hebben mensen van ons volk gedood en mensen gevangengenomen. Ze hebben onze steden leeggeroofd, en ze hebben ons vernederd. En die dingen gebeuren nog steeds. Ezra dankt God 8 Toch bent u de laatste tijd weer goed voor ons, Heer, onze God. Want u hebt een deel van ons volk uit Babylonië laten vertrekken. U hebt ons weer een gedeelte van Jeruzalem gegeven om in te wonen. U hebt ons weer hoop gegeven. U hebt ons weer wat vreugde gegeven, ook al zijn we nog steeds slaven. 9 U hebt ons niet in de steek gelaten. We zijn nog wel slaven, maar u hebt ervoor gezorgd dat de koningen van Perzië goed voor ons zijn. U hebt ons moed gegeven om uw tempel weer op te bouwen. We mogen uw huis herstellen, en we kunnen weer veilig wonen in Juda en Jeruzalem. De Israëlieten zijn schuldig 10 God, u bent goed voor ons geweest. En toch houden wij ons niet aan uw wetten. 11 De profeten, uw dienaren, hebben ons die wetten gegeven. Ze zeiden: Straks komen jullie in het land dat jullie in bezit zullen krijgen. Dat land is onrein. Het is onrein geworden door alle afschuwelijke dingen die de inwoners doen. Ze doen overal in het land verschrikkelijke dingen. 12 Daarom mogen jullie je dochters niet laten trouwen met de zonen van die inwoners. En jullie zonen mogen niet trouwen met hun dochters. Help die volken niet om rijk of gelukkig te worden. Als jullie je aan die regels houden, zal het goed met jullie gaan. Dan zullen jullie meer dan genoeg te eten hebben. En dan zullen jullie kinderen het land voor altijd in bezit nemen Maar wij hebben ons niet aan uw regels gehouden. Want we zijn toch getrouwd met mensen van die afschuwelijke volken. We wisten dat u ons straft als we verkeerd

16 leven. U straft ons altijd voor alle slechte dingen die we doen. Dus u had ons volk volledig kunnen vernietigen. U had ervoor kunnen zorgen dat er niemand van ons overbleef. Want we hebben ons niet aan uw regels gehouden. Maar u hebt ons minder zwaar gestraft dan we verdienen. 15 Heer, God van Israël, u bent een goede en trouwe God. U hebt ons niet vernietigd, wij leven nog steeds. Maar we zijn schuldig, we kunnen onze fouten nooit meer goedmaken. Ezra 10 Ezra stuurt buitenlandse vrouwen weg Sechanja wil de vrouwen wegsturen 1 Ezra huilde toen hij aan het bidden was en alle fouten van het volk noemde. Hij lag op de grond voor de tempel van God. Er kwam een grote groep Israëlitische mannen, vrouwen en kinderen om hem heen staan. En iedereen huilde hard. 2 Toen begon Sechanja, de zoon van Jechiël, een nakomeling van Elam, te spreken. Hij zei tegen Ezra: Wij zijn ontrouw geworden aan God. Want we zijn getrouwd met vrouwen uit dit land, vrouwen die bij andere volken horen. Maar het kan nog goed komen met ons, 3 als we God plechtig beloven om alle buitenlandse vrouwen weg te sturen. Dan doen we wat u tegen ons gezegd hebt. En iedereen die God gehoorzaamt, is het met u eens. Dan leven we weer volgens de wet. 4 Sta op, Ezra! Wees dapper. U moet ervoor zorgen dat het gebeurt. Wij zijn het ermee eens. 5 Toen stond Ezra op. Hij liet de leiders van de priesters, van de Levieten en van het hele volk van Israël beloven dat ze de buitenlandse vrouwen weg zouden sturen. En die leiders beloofden dat plechtig. 6 Daarna ging Ezra weg bij Gods tempel. Hij ging naar het huis van Jochanan, de zoon van Eljasib. Ezra bleef daar, zonder iets te eten of te drinken. Want hij rouwde omdat de Israëlieten ontrouw geworden waren aan God. Iedereen moet naar Jeruzalem komen 7 Toen lieten de leiders van het volk in heel Juda en Jeruzalem een boodschap voorlezen. Daarin stond dat alle mannen van de stammen Juda en Benjamin die uit Babylonië teruggekeerd waren, naar Jeruzalem moesten komen. 8 De leiders besloten dat iedereen er binnen drie dagen moest zijn. Als iemand er dan nog niet was, mocht hij niet meer bij het volk van Israël horen. En hij zou ook al zijn bezittingen kwijtraken. 9 Alle mannen van de stammen Juda en Benjamin kwamen binnen drie dagen naar Jeruzalem. Op de twintigste dag van de negende maand was iedereen aanwezig. Toen ging het hele volk zitten op het plein voor de tempel van God. De mensen beefden, omdat ze bang waren, en omdat het hard regende. Ezra houdt een toespraak

17 10 Toen ging de priester Ezra voor hen staan, en zei: Jullie zijn ontrouw geworden aan God. Want jullie zijn getrouwd met vrouwen uit andere volken. En zo hebben jullie de schuld van ons volk nog groter gemaakt. 11 Vertel daarom nu al jullie fouten aan de Heer, de God van jullie voorouders. En doe wat hij wil: blijf uit de buurt van mensen uit andere volken, en stuur jullie buitenlandse vrouwen weg. Het volk geeft Ezra gelijk 12 Toen antwoordde iedereen met luide stem: We zullen doen wat u tegen ons gezegd hebt. 13 Maar dat lukt ons niet binnen één of twee dagen. Want we zijn met heel veel mensen. En het regent steeds, zodat we niet buiten kunnen blijven om de dingen te regelen. Bovendien hebben heel veel mensen een buitenlandse vrouw. We hebben dus meer tijd nodig. 14 Er moeten leiders van onze families in Jeruzalem blijven. Dan kunnen zij bepalen wanneer de leiders en de rechters van elke stad naar Jeruzalem moeten komen. En die leiders moeten dan alle mannen met een buitenlandse vrouw meenemen. Als we dat doen, zal God niet meer zo kwaad op ons zijn Alle Israëlieten die uit Babylonië teruggekomen waren, wilden het zo doen. Behalve Jonatan, de zoon van Asaël, en Jachzeja, de zoon van Tikwa. En zij werden gesteund door Mesullam en de Leviet Sabbetai. Toen wees Ezra in elke familie een leider aan. Hun namen werden opgeschreven op een lijst. Zij moesten uitzoeken welke mannen een buitenlandse vrouw hadden. Ze begonnen op de eerste dag van de tiende maand. En op de eerste dag van het nieuwe jaar waren ze klaar met hun onderzoek. Lijst met namen Priesters 18 De volgende priesters waren met een buitenlandse vrouw getrouwd: Maäseja, Eliëzer, Jarib en Gedalja. Zij waren nakomelingen van Jesua, de zoon van Josadak, en van zijn broers. 19 Zij beloofden plechtig dat ze hun vrouwen zouden wegsturen. En ze offerden een ram uit hun kudde om hun schuld weg te nemen. 20 Ook Chanani en Zebadja, de nakomelingen van Immer, hadden een buitenlandse vrouw. 21 Maäseja, Elia, Semaja, Jechiël en Uzzia, de nakomelingen van Charim, hadden ook een buitenlandse vrouw. 22 En Eljoënai, Maäseja, Jismaël, Netanel, Jozabad en Elasa, de nakomelingen van Paschur, waren ook met een buitenlandse vrouw getrouwd. Levieten 23 De volgende Levieten waren met een buitenlandse vrouw getrouwd: Jozabad, Simi, Kelaja (beter bekend als Kelita), Petachja, Jehuda en Eliëzer.

18 Zangers en bewakers van de tempel 24 Er was ook een tempelzanger met een buitenlandse vrouw getrouwd: Eljasib. En de volgende bewakers van de tempelpoorten hadden een buitenlandse vrouw: Sallum, Telem en Uri. Andere Israëlieten 25 De volgende gewone Israëlieten waren met een buitenlandse vrouw getrouwd: Ramja, Jizzia, Malkia, Miamin, Elazar, Benaja en nog een andere Malkia, de nakomelingen van Paros. 26 Mattanja, Zecharja, Jechiël, Abdi, Jeremot en Elia, de nakomelingen van Elam. 27 Eljoënai, Eljasib, Mattanja, Jeremot, Zabad en Aziza, de nakomelingen van Zattu. 28 Jochanan, Chananja, Zabbai en Atlai, de nakomelingen van Bebai. 29 Mesullam, Malluch, Adaja, Jasub, Seal en Jeramot, de nakomelingen van Bani. 30 Adna, Kelal, Benaja, Maäseja, Mattanja, Besaleël, Binnuï en Manasse, de nakomelingen van Pachat-Moab. 31 Eliëzer, Jissia, Malkia, Semaja, Simeon, 32 Benjamin, Malluch en Semarja, de nakomelingen van Charim. 33 Mattenai, Mattatta, Zabad, Elifelet, Jeremai, Manasse en Simi, de nakomelingen van Chasum. 34 Maädai, Amram, Uel, 35 Benaja, Bedeja, Keluhu, 36 Wanja, Meremot, Eljasib, 37 Mattanja, Mattenai, Jaäsai, 38 Bani, Binnuï, Simi, 39 Selemja, Natan, Adaja, 40 Machnadbai, Sasai, Sarai, 41 Azarel, Selemja, Semarja, 42 Sallum, Amarja en Josef, de nakomelingen van Bani. 43 Jeïël, Mattitja, Zabad, Zebina, Jaddai, Joël en Benaja, de nakomelingen van Nebo. Slot 44 Alle mannen die op de lijst stonden, waren getrouwd met vrouwen uit een ander volk. En sommige mannen hadden ook kinderen gekregen met die vrouwen.

PERIODE VAN HERSTEL. 23 September. (ca. 535 425 voor Christus) Eerste Terugkeer naar Jeruzalem

PERIODE VAN HERSTEL. 23 September. (ca. 535 425 voor Christus) Eerste Terugkeer naar Jeruzalem 23 September PERIODE VAN HERSTEL (ca. 535 425 voor Christus) Eerste Terugkeer naar Jeruzalem De opkomst van het Perzische Rijk zal een echte zegen blijken te zijn voor het verbannen volk van Israël. In

Nadere informatie

1 Maleachi was een profeet. Hij moest een boodschap van de Heer doorgeven aan Israël. Hier volgen de woorden van Maleachi.

1 Maleachi was een profeet. Hij moest een boodschap van de Heer doorgeven aan Israël. Hier volgen de woorden van Maleachi. Maleachi 1 1 Maleachi was een profeet. Hij moest een boodschap van de Heer doorgeven aan Israël. Hier volgen de woorden van Maleachi. De liefde van de Heer 2-3 De Heer zegt: Ik houd van jullie, Israëlieten!

Nadere informatie

Wie kwamen naar Zerubbabel die verantwoordelijk was voor de voortgang van het werk aan de tempel?

Wie kwamen naar Zerubbabel die verantwoordelijk was voor de voortgang van het werk aan de tempel? Tegenstand bij de tempelbouw. Wie kwamen naar Zerubbabel die verantwoordelijk was voor de voortgang van het werk aan de tempel? Ezra 4:1-2 1 Toen de tegenstanders van Juda en Benjamin hadden gehoord dat

Nadere informatie

1. Bij een nieuw begin

1. Bij een nieuw begin Inhoudsopgave Bij een nieuw begin 13 Een bijeenkomst beginnen 37 Bij het begin van de dag 59 Bij een goed gesprek 85 Bij verdriet 119 Bij vreugde 147 Bij twijfel 183 Bij zorgen 215 Bij ziekte 245 Om troost

Nadere informatie

1 Hier volgt het verslag van alles wat Nehemia, de zoon van Chachalja, gedaan heeft.

1 Hier volgt het verslag van alles wat Nehemia, de zoon van Chachalja, gedaan heeft. Nehemia 1 1 Hier volgt het verslag van alles wat Nehemia, de zoon van Chachalja, gedaan heeft. Nehemia gaat naar Jeruzalem Nehemia vraagt hoe het in Juda is Ik woonde in de stad Susa toen Artaxerxes twintig

Nadere informatie

Welke opdracht kreeg Ezra van de koning van Perzië, Arthahsasta?

Welke opdracht kreeg Ezra van de koning van Perzië, Arthahsasta? oning Arthahsasta stuurt Ezra naar Jeruzalem. Welke opdracht kreeg Ezra van de koning van Perzië, Arthahsasta? Ezra 7:1, 6, 8 1 Na deze gebeurtenissen, tijdens het koningschap van Arthahsasta, de koning

Nadere informatie

EZRA. Kores laat de Joden naar Jeruzalem terugkeren

EZRA. Kores laat de Joden naar Jeruzalem terugkeren Ezra Herziene Statenvertaling Ezra EZRA Kores laat de Joden naar Jeruzalem terugkeren In het eerste jaar nu van Kores, de koning van Perzië, wekte de HEERE de geest van Kores op, de koning van Perzië,

Nadere informatie

Ezra 1:1 1 Ezra 1:9. Ezra

Ezra 1:1 1 Ezra 1:9. Ezra Ezra 1:1 1 Ezra 1:9 Ezra 1 In het eerste jaar van Cyrus, koning van Perzië, bewoog Jahweh de geest van Cyrus, den koning van Perzië, om het woord in vervulling te doen gaan, dat Jahweh door de mond van

Nadere informatie

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur. Psalmen Psalm 78 1 Een lied van Asaf. De lessen van het verleden Luister allemaal naar mijn woorden. Luister goed, want ik wil jullie iets leren. 2 Wijze woorden wil ik spreken, wijze woorden over het

Nadere informatie

PERIODE VAN HERSTEL. 23 September. (ca voor Christus) Eerste Terugkeer naar Jeruzalem

PERIODE VAN HERSTEL. 23 September. (ca voor Christus) Eerste Terugkeer naar Jeruzalem 23 September PERIODE VAN HERSTEL (ca. 535 425 voor Christus) Eerste Terugkeer naar Jeruzalem De opkomst van het Perzische Rijk zal een echte zegen blijken te zijn voor het verbannen volk van Israël. In

Nadere informatie

Hoe lang zou Gods volk in ballingschap zijn en wie zou voor de bevrijding zorgen?

Hoe lang zou Gods volk in ballingschap zijn en wie zou voor de bevrijding zorgen? ores laat de Joden naar Jeruzalem terugkeren. Hoe lang zou Gods volk in ballingschap zijn en wie zou voor de bevrijding zorgen? Jeremia 29:10, 14 10 Want zo zegt de HEERE: Voorzeker, pas wanneer zeventig

Nadere informatie

"Reis naar Jeruzalem"

Reis naar Jeruzalem Reis naar Jeruzalem Sabbat Hoe zou jij je voelen als je familie van plan Doe Lees alvast was om te verhuizen naar een plek waar jij nooit Ezra 1-3 en eerder geweest? Bang, opgewonden of beiden? Nehemia

Nadere informatie

24 september uur R ter Beek orgel: Harry Kroeske schriftlezing: Pieter Hooghuis

24 september uur R ter Beek orgel: Harry Kroeske schriftlezing: Pieter Hooghuis 24 september 2017 10.00 uur R ter Beek orgel: Harry Kroeske schriftlezing: Pieter Hooghuis [welkom, mededelingen, handdruk] oproep tot eerbied votum zingen zegengroet, amen zingen zingen LB 8b = GK gezang

Nadere informatie

10 Oktober Herverdeling van de Bevolking

10 Oktober Herverdeling van de Bevolking 10 Oktober Herverdeling van de Bevolking Nu de stadsmuur voltooid is, ziet Nehemia in dat de stad te groot is voor het aantal inwoners; er is een grotere bevolking nodig om de stad afdoende te verdedigen

Nadere informatie

[Uitzending 507: Ezra 7:1 t/m 8:36]

[Uitzending 507: Ezra 7:1 t/m 8:36] [Uitzending 507: Ezra 7:1 t/m 8:36] In de vorige uitzending hebben we gezien dat de continuïteit tussen de tempelinwijding onder Ezra en die van de eerste tempel onder Salomo een bescheiden herbeleving

Nadere informatie

Inzicht in de jaarweken.

Inzicht in de jaarweken. Daniël 9 Vers 24 Inzicht in de jaarweken. Zeventig weken zijn er bepaald over uw volk en uw heilige stad, om de overtreding te beëindigen, de zonden te verzegelen, (genadetijd Joden) Deel 3 Vers 25 vanaf

Nadere informatie

LES 6. De Tempel opbouwen

LES 6. De Tempel opbouwen LES De Tempel opbouwen Sabbat Doe Lees Ezra 4- goed door. Heeft iemand jou ooit afgeremd toen je enthousiast was over een project? Hoe ging je met die persoon om? Hoe zou jij je voelen als je bij de Tempel

Nadere informatie

- 1 - Het boek Ezra. Diezelfde woorden worden genoemd in Ezra 1:1 t/m 4 waar staat:

- 1 - Het boek Ezra. Diezelfde woorden worden genoemd in Ezra 1:1 t/m 4 waar staat: - 1 - Het boek Ezra God waakt over Zijn woord om dat te doen! 1 Het volk Israël was door zijn overtredingen naar Babel gedeporteerd maar de profeet Jeremia had hierover voorspeld dat ze na 70 jaar zouden

Nadere informatie

JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN

JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN Bijbel voor Kinderen presenteert JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Jonathan Hay Aangepast door: Mary-Anne S. Vertaald door: Erna van Barneveld Geproduceerd door:

Nadere informatie

Ruth 1. Ruth en Noömi

Ruth 1. Ruth en Noömi Ruth 1 Ruth en Noömi Elimelech en zijn familie 1 Toen de rechters het land bestuurden, was er eens hongersnood in Juda. Daarom besloot een man uit Betlehem naar het land Moab te gaan. Zijn vrouw en zijn

Nadere informatie

- 1 - Het boek Ezra. Diezelfde woorden worden genoemd in Ezra 1:1 t/m 4 waar staat:

- 1 - Het boek Ezra. Diezelfde woorden worden genoemd in Ezra 1:1 t/m 4 waar staat: - 1 - Het boek Ezra God waakt over Zijn woord om dat te doen! 1 Het volk Israël was door zijn overtredingen naar Babel gedeporteerd maar de profeet Jeremia had hierover voorspeld dat ze na 70 jaar zouden

Nadere informatie

in geschrifte, deze oproep te doen uitgaan: Het boek Ezra

in geschrifte, deze oproep te doen uitgaan: Het boek Ezra - 1 - Het boek Ezra God waakt over Zijn woord om dat te doen! 1 Het volk Israël was door zijn overtredingen naar Babel gedeporteerd maar de profeet Jeremia had hierover voorspeld dat ze na 70 jaar zouden

Nadere informatie

LES 7. De opbouw van Gods volk. Sabbat

LES 7. De opbouw van Gods volk. Sabbat LES De opbouw van Gods volk Lees Sabbat Ezra. Heb je ooit de kans gekregen om iemand te helpen die een interessante baan heeft? Het is erg waarschijnlijk dat Ezra een jonge assistent nodig had. Dit is

Nadere informatie

Filippenzen 1. Begin van de brief

Filippenzen 1. Begin van de brief Filippenzen 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Filippi 1 Dit is een brief van Paulus, aan alle mensen in de stad Filippi die dankzij Jezus Christus bij God horen. De brief is ook voor de

Nadere informatie

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

EEN PRINS WORDT EEN HERDER Bijbel voor Kinderen presenteert EEN PRINS WORDT EEN HERDER Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot en Lazarus Aangepast door: E. Frischbutter en Sarah S. Vertaald door: Erna van Barneveld

Nadere informatie

Wie trok Juda binnen en welke stad werd bedreigd door de inval van vijandelijke troepen?

Wie trok Juda binnen en welke stad werd bedreigd door de inval van vijandelijke troepen? Sanherib belegert Jeruzalem. Wie trok Juda binnen en welke stad werd bedreigd door de inval van vijandelijke troepen? 2 Kronieken 32:1-2, eerste deel 1 Na deze gebeurtenissen en deze blijk van trouw kwam

Nadere informatie

2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart.

2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart. 108 1 Een lied van David. God geeft mij moed 2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart. 3 Ik wil mijn harp laten klinken, ik wil de zon wakker maken met mijn lied. 4 Heer,

Nadere informatie

1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen.

1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen. Joël 1 1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen. De Heer straft zijn volk Sprinkhanen hebben alles opgegeten 2-4 Leiders en inwoners

Nadere informatie

2 Petrus 1. Begin van de brief

2 Petrus 1. Begin van de brief 2 Petrus 1 Begin van de brief Petrus groet alle christenen 1 Dit is een brief van Simon Petrus, een dienaar en apostel van Jezus Christus. Aan alle mensen die zijn gaan geloven. Jullie geloof is net zo

Nadere informatie

Zacharia 1. De Heer spreekt tegen Zacharia

Zacharia 1. De Heer spreekt tegen Zacharia Zacharia 1 1 Zacharia was een profeet. Hij was een zoon van Berechja en een kleinzoon van Iddo. De Heer sprak tegen Zacharia in het tweede jaar dat Darius koning van Perzië was. Dat gebeurde in de achtste

Nadere informatie

1 Tessalonicenzen 1. Begin van de brief

1 Tessalonicenzen 1. Begin van de brief 1 Tessalonicenzen 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Tessalonica 1 Dit is een brief van Paulus, Silvanus en Timoteüs, aan de christenen in de stad Tessalonica. Jullie horen bij God, de

Nadere informatie

Het wonder van het kruis. De omwisseling aan het kruis

Het wonder van het kruis. De omwisseling aan het kruis Het wonder van het kruis De omwisseling aan het kruis Het wonder van het kruis / De Omwisseling Vergeving Verlossing / Reiniging Genezing Bevrijding Verzoening Nieuw leven Getsemane Diezelfde avond ging

Nadere informatie

Maand 10 week 1: Mozes sterft.

Maand 10 week 1: Mozes sterft. Maand 10 week 1: Mozes sterft. Lees eerst het Bijbelverhaal in Deuteronomium 32:45-52 en 34:1-12 - Sterven van Mozes - Jozua de nieuwe leider Zet in de goede volgorde: Esau Mozes Levi Welke naam hoort

Nadere informatie

vrijdag 1 januari NIEUWJAARSDAG De Heer zal jullie gelukkig maken en jullie beschermen. Numeri 6:24

vrijdag 1 januari NIEUWJAARSDAG De Heer zal jullie gelukkig maken en jullie beschermen. Numeri 6:24 vrijdag 1 januari NIEUWJAARSDAG De Heer zal jullie gelukkig maken en jullie beschermen. Numeri 6:24 De Heer zei tegen Mozes: Zeg tegen Aäron en zijn zonen dat ze de Israëlieten met deze woorden moeten

Nadere informatie

School van Leo Joods/Christelijk Bijbelonderwijs WERKBOEK. Nehemia. Een nieuwe start. Studiereeks voor groep 6 t/m 8

School van Leo Joods/Christelijk Bijbelonderwijs WERKBOEK. Nehemia. Een nieuwe start. Studiereeks voor groep 6 t/m 8 School van Leo Joods/Christelijk Bijbelonderwijs WERKBOEK Nehemia Een nieuwe start Studiereeks voor groep 6 t/m 8 Naam: Groep: Deze studie-serie is geschreven door Leo Smits En opgemaakt door Savita den

Nadere informatie

Vraag 6 Moeder van de dode baby zegt: dat is goed Moeder van de levende baby zegt: nee, geef hem dan maar aan haar

Vraag 6 Moeder van de dode baby zegt: dat is goed Moeder van de levende baby zegt: nee, geef hem dan maar aan haar Antwoorden 22.1: Gods geschenk aan koning Salomo a. Eigen antwoord b. Dat we het aan de Heere vragen. Hij voelt zich (te) jong om leiding te geven aan dit grote volk. Hij erkent en belijdt dat hij de hulp

Nadere informatie

Het verhaal van onze kerststal

Het verhaal van onze kerststal Het verhaal van onze kerststal In dit boekje wordt het verhaal van onze kerststal verteld. Het verhaal gaat over wat er gebeurde toen Jezus geboren werd. Op onze internetpagina is iets meer te zien. Ook

Nadere informatie

- 1 - De profeet Haggaï en wij. We beginnen te lezen in Haggaï hoofdstuk 1:1a

- 1 - De profeet Haggaï en wij. We beginnen te lezen in Haggaï hoofdstuk 1:1a - 1 - De profeet Haggaï en wij Het boek Haggaï staat niet voor niets in de bijbel; het is een boekje van maar twee hoofdstukken. Deze profeet Haggaï trad op na de terugkeer van de Joodse ballingen uit

Nadere informatie

Hoe oud was Josia toen zijn vader koning Amon overleed en hoe was zijn verhouding met God?

Hoe oud was Josia toen zijn vader koning Amon overleed en hoe was zijn verhouding met God? De hervormingen van koning Josia. Hoe oud was Josia toen zijn vader koning Amon overleed en hoe was zijn verhouding met God? 2 Koningen 22:1, eerste deel, 2 1 Josia was acht jaar oud toen hij koning werd,

Nadere informatie

Simone Foekens. met illustraties van Melanie Broekhoven SpecialBooX, Zuid-Beijerland. Kinderbijbel

Simone Foekens. met illustraties van Melanie Broekhoven SpecialBooX, Zuid-Beijerland.  Kinderbijbel Kinderbijbel 2017 SpecialBooX, Zuid-Beijerland www.specialboox.nl Kinderbijbel Tekst: Simone Foekens Illustraties: Melanie Broekhoven Ontwerp en vormgeving: SpecialBooX Simone Foekens met illustraties

Nadere informatie

De profeet Haggaï en wij. Het boek Haggaï staat niet voor niets in de bijbel; het is een boekje van maar twee hoofdstukken.

De profeet Haggaï en wij. Het boek Haggaï staat niet voor niets in de bijbel; het is een boekje van maar twee hoofdstukken. - 1 - De profeet Haggaï en wij Het boek Haggaï staat niet voor niets in de bijbel; het is een boekje van maar twee hoofdstukken. Deze profeet Haggaï trad op na de terugkeer van de Joodse ballingen uit

Nadere informatie

4 Heer, u hebt aan de mensen uw regels gegeven. Zo weet ik wat ik moet doen. 5 Ik wil leven volgens uw wetten, en dat volhouden, elke dag weer.

4 Heer, u hebt aan de mensen uw regels gegeven. Zo weet ik wat ik moet doen. 5 Ik wil leven volgens uw wetten, en dat volhouden, elke dag weer. Psalmen Psalm 119 Heer, ik wil leven volgens uw wetten 1 Gelukkig zijn mensen die altijd het goede doen, die leven volgens de wet van de Heer. 2 Gelukkig zijn mensen die altijd denken aan de woorden van

Nadere informatie

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2)

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2) Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2) Toen God begon met zijn schepping, was het donker en leeg. Maar God zei: Laat er licht zijn! En opeens was er licht. Nu was het niet donker meer, maar nog

Nadere informatie

Daniël 1. Daniël in Babylonië

Daniël 1. Daniël in Babylonië Daniël 1 Daniël in Babylonië Nebukadnessar begint een oorlog 1 Toen Jojakim drie jaar koning van Juda was, begon Nebukadnessar een oorlog tegen hem. Nebukadnessar was de koning van Babylonië. Hij kwam

Nadere informatie

Studie 4 ( v.chr.) Tijdlijn Algemene tijdlijn ( v.chr.) Tijdlijn studie 4 ( v.chr.)

Studie 4 ( v.chr.) Tijdlijn Algemene tijdlijn ( v.chr.) Tijdlijn studie 4 ( v.chr.) Studie 4 (605-515 v.chr.) Tijdlijn Algemene tijdlijn (1050-500 v.chr.) Tijdlijn studie 4 (605-515 v.chr.) Inleiding Sinds 930 v.chr. gaan Israël en Juda hun eigen weg. Er is afwisselend oorlog en samenwerking

Nadere informatie

Muzikaal kerstverhaal: Ga je mee op zoek. Voorganger: Heidi Ebbers. M.m.v. Kinderdienstcommissie en figuranten. Muziek: Young Company en Cantorij

Muzikaal kerstverhaal: Ga je mee op zoek. Voorganger: Heidi Ebbers. M.m.v. Kinderdienstcommissie en figuranten. Muziek: Young Company en Cantorij Muzikaal kerstverhaal: Ga je mee op zoek Voorganger: Heidi Ebbers M.m.v. Kinderdienstcommissie en figuranten Muziek: Young Company en Cantorij Voor de dienst muziek (Harry en Johan) Welkom Gebed Samenzang

Nadere informatie

Waarom stuurde koning Hiram zijn dienaren naar koning Salomo?

Waarom stuurde koning Hiram zijn dienaren naar koning Salomo? De tempelbouw en de inrichting er van. Waarom stuurde koning Hiram zijn dienaren naar koning Salomo? 1 Koningen 5:1 1 Hiram, de koning van Tyrus, stuurde zijn dienaren naar Salomo, want hij had gehoord

Nadere informatie

de benauwdheid zal niet tweemaal oprijzen.

de benauwdheid zal niet tweemaal oprijzen. De profeet Nahum en de Godsspraak over Ninevé. Wat moet jong en oud zich realiseren bij het lezen van de profetie van Nahum? Nahum 1:9 9 Wat denkt gij tegen de Heere? Hij zal zelf een voleinding maken;

Nadere informatie

CURSUS BIJBEL BASICS AVOND 2: HET VERHAAL VAN DE BIJBEL EVANGELISCHE GEMEENTE DE DRIEHOEK 20 FEBRUARI 2019 ARIAN ELAND

CURSUS BIJBEL BASICS AVOND 2: HET VERHAAL VAN DE BIJBEL EVANGELISCHE GEMEENTE DE DRIEHOEK 20 FEBRUARI 2019 ARIAN ELAND CURSUS BIJBEL BASICS AVOND 2: HET VERHAAL VAN DE BIJBEL EVANGELISCHE GEMEENTE DE DRIEHOEK 20 FEBRUARI 2019 ARIAN ELAND AJRELAND@GMAIL.COM BIJBEL BASICS WAT GAAN WE DOEN? WELKOM TERUGBLIK AVOND 1 ER WAS

Nadere informatie

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

EEN PRINS WORDT EEN HERDER Bijbel voor Kinderen presenteert EEN PRINS WORDT EEN HERDER Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot en Lazarus Aangepast door: E. Frischbutter en Sarah S. Vertaald door: Erna van Barneveld

Nadere informatie

2

2 1 2 3 4 5 6 Mt 16,21 7 8 9 10 Ze spraken met elkaar over alles wat er gebeurd was. 15 Terwijl ze zo liepen te praten, kwam er iemand bij hen lopen. Het was Jezus, 16 maar de leerlingen herkenden hem niet.

Nadere informatie

Warffum seizoen Uw koninkrijk kome

Warffum seizoen Uw koninkrijk kome Warffum seizoen 2017-2018 Vragen, opmerkingen? Mail naar wim@debijbelopen.nl Uw koninkrijk kome 23 september David tot koning gezalfd 28 oktober Nog geen koning, de vijand verslagen 25 november David,

Nadere informatie

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF Bijbel voor Kinderen presenteert GOD EERT JOZEF, DE SLAAF Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot en Lazarus Aangepast door: M. Maillot en Sarah S. Vertaald door: Arnold Krul Geproduceerd

Nadere informatie

Hoop in onzekere tijden. Daniël: Gebed & Antwoord

Hoop in onzekere tijden. Daniël: Gebed & Antwoord Hoop in onzekere tijden Daniël: Gebed & Antwoord Relatie met God God Aanbidden Zijn relatie met God Zijn Rol/Relatie in de wereld Hoe werd die band met God duidelijk? Daniël 2: 28 Maar er is een God in

Nadere informatie

Les 13 - Bijbelstudie 10 en 2 stammenrijk

Les 13 - Bijbelstudie 10 en 2 stammenrijk Les 13 - Bijbelstudie 10 en 2 stammenrijk 1 Koningen 11:1-3, 6-8, 11-13 1 Koning Salomo had veel uitheemse vrouwen lief, en dat naast de dochter van de farao: Moabi sche, Ammoni sche, Edomi sche, Sidonische,

Nadere informatie

Klaagliederen 1. Het eerste lied

Klaagliederen 1. Het eerste lied Klaagliederen 1 Het eerste lied Jeruzalem is verlaten 1 Ach, wat is Jeruzalem leeg geworden, de stad die vroeger zo veel inwoners had! De stad die ooit zo beroemd was, is verlaten. Vroeger was Jeruzalem

Nadere informatie

Tabernakel van David 1

Tabernakel van David 1 Tabernakel van David 1 Hand 15:16-18 Daarna zal Ik terugkeren en de tent (tabernakel) van David weer opbouwen die vervallen is; en wat daarvan is omvergehaald, zal Ik weer opbouwen en Ik zal haar weer

Nadere informatie

KONING DAVID (DEEL 2)

KONING DAVID (DEEL 2) Bijbel voor Kinderen presenteert KONING DAVID (DEEL 2) Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Lazarus Aangepast door: Ruth Klassen Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd door: Bible

Nadere informatie

LES 8. Voor altijd vergeven

LES 8. Voor altijd vergeven Voor altijd vergeven Wat doe jij als iemand je verdrietig maakt? je? Praat je dan niet meer tegen hen? Praat je met hen daarover? Micha, het hulpje dat wij voor Ezra hebben bedacht, komt er achter wat

Nadere informatie

bouwen in Jeruzalem, in Juda. Wie nu onder u tot enig deel van zijn volk behoort, de Here, zijn God, zij met hem, hij trekke op.

bouwen in Jeruzalem, in Juda. Wie nu onder u tot enig deel van zijn volk behoort, de Here, zijn God, zij met hem, hij trekke op. - 1 - De profeet Haggaï en wij Het boek Haggaï staat niet voor niets in de bijbel; het is een boekje van maar twee hoofdstukken. Deze profeet Haggaï trad op na de terugkeer van de Joodse ballingen uit

Nadere informatie

Kolossenzen 1. Begin van de brief

Kolossenzen 1. Begin van de brief Kolossenzen 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Kolosse 1-2 Dit is een brief van Paulus aan de christenen in de stad Kolosse. Ik ben een apostel van Jezus Christus. Dat is Gods wil. Ik schrijf

Nadere informatie

Bijbel voor Kinderen presenteert KONING DAVID (DEEL 2)

Bijbel voor Kinderen presenteert KONING DAVID (DEEL 2) Bijbel voor Kinderen presenteert KONING DAVID (DEEL 2) Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Lazarus Aangepast door: Ruth Klassen Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd door: Bible

Nadere informatie

(t)op survival. Zondag 3 september. Voorganger: Ds. Jan Hermes Medewerking: vrijwilligers en kinderen van de VBW

(t)op survival. Zondag 3 september. Voorganger: Ds. Jan Hermes Medewerking: vrijwilligers en kinderen van de VBW (t)op survival Zondag 3 september Voorganger: Ds. Jan Hermes Medewerking: vrijwilligers en kinderen van de VBW Welkom Zingen: Kom in de kring Kom in de kring van Gods gezin, geef mij een hand en kom, want

Nadere informatie

God houdt zijn belofte Genesis 21:1-6. De berg op Genesis 22:1-8. God heeft me heel gelukkig gemaakt! Ze noemden hun zoon Izak. Dat betekent: lachen.

God houdt zijn belofte Genesis 21:1-6. De berg op Genesis 22:1-8. God heeft me heel gelukkig gemaakt! Ze noemden hun zoon Izak. Dat betekent: lachen. 35 God houdt zijn belofte Genesis 21:1-6 Abraham wist dat God zich met Sodom en Gomorra aan Zijn woord gehouden had. Hij vertrouwde erop dat God Zijn belofte aan hem en Sara ook zou houden. Ze zouden een

Nadere informatie

Bijbel voor Kinderen presenteert DE GROTE MUUR VAN NEHEMIA

Bijbel voor Kinderen presenteert DE GROTE MUUR VAN NEHEMIA Bijbel voor Kinderen presenteert DE GROTE MUUR VAN NEHEMIA Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Jonathan Hay Aangepast door: Mary-Anne S. Vertaald door: Erna van Barneveld Geproduceerd door:

Nadere informatie

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF Bijbel voor Kinderen presenteert GOD EERT JOZEF, DE SLAAF Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot en Lazarus Aangepast door: M. Maillot en Sarah S. Vertaald door: Arnold Krul Geproduceerd

Nadere informatie

Maand 9 week 1: De tabernakel.

Maand 9 week 1: De tabernakel. Maand 9 week 1: De tabernakel. Lees het Bijbelverhaal in Exodus 40. Als je de tekening die hiernaast staat voor je houdt terwijl het Bijbelverhaal voorgelezen wordt zul je waarschijnlijk beter begrijpen

Nadere informatie

Verhaal 1: Nehemia naar Jeruzalem

Verhaal 1: Nehemia naar Jeruzalem Nehemia Groep 7 & 8 Verhaal 1: Nehemia naar Jeruzalem Arthahsasta, de koning van het grote rijk Perzië, heeft natuurlijk veel mensen in dienst; soldaten, ruiters, paleiswachten, lijfwachten, koks, lakeien

Nadere informatie

DE MANNEN DIE NIET WILDEN BUIGEN

DE MANNEN DIE NIET WILDEN BUIGEN Bijbel voor Kinderen presenteert DE MANNEN DIE NIET WILDEN BUIGEN Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Jonathan Hay Aangepast door: Mary-Anne S. Vertaald door: Erna van Barneveld Geproduceerd

Nadere informatie

Bijbel voor Kinderen. presenteert DANIËL DE GEVANGENE

Bijbel voor Kinderen. presenteert DANIËL DE GEVANGENE Bijbel voor Kinderen presenteert DANIËL DE GEVANGENE Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Jonathan Hay Aangepast door: Mary-Anne S. Vertaald door: Erna van Barneveld Geproduceerd door: Bible

Nadere informatie

Aan wie wilde David zijn goedheid tonen?

Aan wie wilde David zijn goedheid tonen? De strijd van David tegen meerdere landen. Aan wie wilde David zijn goedheid tonen? 2 Samuel 10:1-2 1 Het gebeurde daarna dat de koning van de Ammonieten stierf, en zijn zoon Hanun werd koning in zijn

Nadere informatie

Wie kreeg van God de opdracht om te pleiten voor de profeet Jeremia?

Wie kreeg van God de opdracht om te pleiten voor de profeet Jeremia? Welke profetie kreeg koning Zedekia te horen. Wie kreeg van God de opdracht om te pleiten voor de profeet Jeremia? Jeremia 38:7-9 7 Toen Ebed-Melech, de Cusjiet, een van de hovelingen die toen in het huis

Nadere informatie

Welk goed nieuws kondigde Maleachi aan?

Welk goed nieuws kondigde Maleachi aan? Maleachi en Gods tempel. Welk goed nieuws kondigde Maleachi aan? Maleachi 3:1 die voor Mij de weg bereiden zal. 1 Zie, Ik zend Mijn engel, Plotseling zal naar Zijn tempel komen die Heere, Die u aan het

Nadere informatie

Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod?

Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod? Zondag 35 Zondag 35 gaat over het tweede gebod. Lees de tekst van Zondag 35. Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod? Antw : Dat wij God in generlei wijze afbeelden en op geen andere wijze vereren,

Nadere informatie

Hoe reageerden de inwoners van Gibeon op de overwinning van Israël dankzij de Hulp van God?

Hoe reageerden de inwoners van Gibeon op de overwinning van Israël dankzij de Hulp van God? De list van de Gibeonieten. Hoe reageerden de inwoners van Gibeon op de overwinning van Israël dankzij de Hulp van God? Jozua 9:3-6 3 Toen de inwoners van Gibeon hoorden wat Jozua met Jericho en Ai gedaan

Nadere informatie

Wie werd door farao koning over Juda gemaakt?

Wie werd door farao koning over Juda gemaakt? Hoe koning Jojakim aan zijn einde kwam. Wie werd door farao koning over Juda gemaakt? 2 Kronieken 36:4 4 Verder maakte de koning van Egypte zijn broer Eljakim koning over Juda en Jeruzalem, en veranderde

Nadere informatie

10 Oktober Herverdeling van de Bevolking

10 Oktober Herverdeling van de Bevolking 10 Oktober Herverdeling van de Bevolking Nu de stadsmuur voltooid is, ziet Nehemia in dat de stad te groot is voor het aantal inwoners; er is een grotere bevolking nodig om de stad afdoende te verdedigen

Nadere informatie

Inhoudsopgave 05/08/ De Israëlieten zijn slaven in Egypte Mozes moet het volk Israël leiden

Inhoudsopgave 05/08/ De Israëlieten zijn slaven in Egypte Mozes moet het volk Israël leiden GT_NBG-versie_040815.indd 10 Inhoudsopgave Genesis 1:1-2:4 Genesis 2:4-3:24 Genesis 6:5-22 Genesis 11:1-9 Genesis 11:27-12:9 Genesis 22:1-19 Genesis 25:19-34 Genesis 28:10-22 Genesis 29:1-30 Genesis 37:1-36

Nadere informatie

God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig.

God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig. zondag 1 januari NIEUWJAARSDAG God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig. Psalm 67:2 God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig. Wees bij ons en bescherm ons. Dan zal iedereen zien dat u

Nadere informatie

Mededelingen door de ouderling van dienst. Margreet Reitsma Pastoraal Ouderling, sectie 7

Mededelingen door de ouderling van dienst. Margreet Reitsma Pastoraal Ouderling, sectie 7 Mededelingen door de ouderling van dienst Margreet Reitsma Pastoraal Ouderling, sectie 7 Lied 221 vers 1, 2 en 3 (Nieuwe Liedboek) Lied 221 vers 1, 2 en 3 (Nieuwe Liedboek) Lied 221 vers 1, 2 en 3 (Nieuwe

Nadere informatie

L

L 1 2 3 4 5 6 Bemoediging Voorganger: Onze hulp is in de Naam van de Heer Gemeente: die hemel en aarde gemaakt heeft. Groet Voorganger: Genade Gemeente: Amen. 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Wij gaan voor even

Nadere informatie

David wil de kist van het verbond ophalen 1 Toen verzamelde David opnieuw alle jongemannen van Israël, mannen. 2 Met dat leger trok hij naar

David wil de kist van het verbond ophalen 1 Toen verzamelde David opnieuw alle jongemannen van Israël, mannen. 2 Met dat leger trok hij naar David wil de kist van het verbond ophalen 1 Toen verzamelde David opnieuw alle jongemannen van Israël, 30.000 mannen. 2 Met dat leger trok hij naar Baäl-Juda om de kist van het verbond van God op te halen,

Nadere informatie

DE GROTE MUUR VAN NEHEMIA

DE GROTE MUUR VAN NEHEMIA Bijbel voor Kinderen presenteert DE GROTE MUUR VAN NEHEMIA Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Jonathan Hay Aangepast door: Mary-Anne S. Vertaald door: Erna van Barneveld Geproduceerd door:

Nadere informatie

Wat zag Mozes voor zijn ogen gebeuren? en hun dwangarbeid aanzag, en naar zijn broeders vertrok. Exodus 2:11, eerste deel

Wat zag Mozes voor zijn ogen gebeuren? en hun dwangarbeid aanzag, en naar zijn broeders vertrok. Exodus 2:11, eerste deel De les die Mozes moest leren. Wat zag Mozes voor zijn ogen gebeuren? Exodus 2:11, eerste deel 11 In die dagen, toen Mozes groot geworden was en naar zijn broeders vertrok en hun dwangarbeid aanzag, Wat

Nadere informatie

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Ezra 3, 1 3a en Ochtenddienst. Broeders en zusters,

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Ezra 3, 1 3a en Ochtenddienst. Broeders en zusters, Ds. Arjan van Groos (1962-2014) Tekst: Ezra 3, 1 3a en 10-13 Ochtenddienst Broeders en zusters, Morgendienst: 1. Votum 2. Zegengroet 3. Zingen : Psalm 48 : 1 en 3 (over de trouwe zorg vd Here voor Jeruzalem)

Nadere informatie

Wat was de koning van Syrië van plan? tegen Israël en pleegde overleg met zijn dienaren en zei: Mijn legerkamp moet op die en die plaats zijn.

Wat was de koning van Syrië van plan? tegen Israël en pleegde overleg met zijn dienaren en zei: Mijn legerkamp moet op die en die plaats zijn. De Syriërs met blindheid geslagen. Wat was de koning van Syrië van plan? 2 Koningen 6:8 8 De koning van Syrië voerde oorlog tegen Israël en pleegde overleg met zijn dienaren en zei: Mijn legerkamp moet

Nadere informatie

HEB JE EVEN VOOR HEN? THOLEN, 26 MEI 2019

HEB JE EVEN VOOR HEN? THOLEN, 26 MEI 2019 HEB JE EVEN VOOR HEN? THOLEN, 26 MEI 2019 HEB JE EVEN VOOR MIJ? JESAJA 58:1-5 (BGT) De Heer zei tegen mij: Jesaja, je moet heel hard roepen. Houd jezelf niet in, maar schreeuw zo hard mogelijk. Laat je

Nadere informatie

Bingo over het boek Nehemia

Bingo over het boek Nehemia Bingo over het boek 1 Hoe heet het tweede boek na 2 Kronieken? () 2 Wat was het beroep van? ( ) 3 Hoe heette de werkgever van? ( ) 4 De broer van () 5 De vader van () 6 Twee vijanden van de Israëlieten

Nadere informatie

Efeziërs 1. Begin van de brief

Efeziërs 1. Begin van de brief Efeziërs 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Efeze 1 Dit is een brief van Paulus aan de christenen in de stad Efeze. Ik ben een apostel van Jezus Christus. Dat is Gods wil. Jullie horen

Nadere informatie

KONING DAVID (DEEL 2)

KONING DAVID (DEEL 2) Online Bijbel voor kinderen presenteert KONING DAVID (DEEL 2) Geschreven door Edward Hughes Illustraties door Janie Forest and Lazarus Aangepast door Lyn Doerksen Alle Bijbelcitaten zijn afkomstig uit

Nadere informatie

Studie 4 (605-515 v.chr.) Tijdlijn Algemene tijdlijn (1050-500 v.chr.) Tijdlijn studie 4 (605-515 v.chr.)

Studie 4 (605-515 v.chr.) Tijdlijn Algemene tijdlijn (1050-500 v.chr.) Tijdlijn studie 4 (605-515 v.chr.) Studie 4 (605-515 v.chr.) Tijdlijn Algemene tijdlijn (1050-500 v.chr.) Tijdlijn studie 4 (605-515 v.chr.) Inleiding Sinds 930 v.chr. gaan Israël en Juda hun eigen weg. Er is afwisselend oorlog en samenwerking

Nadere informatie

Woordverkondiging Jozua 22 : 24 We hebben het alleen maar uit voorzorg gedaan

Woordverkondiging Jozua 22 : 24 We hebben het alleen maar uit voorzorg gedaan 31 maart 2019 17.00 uur P Poortinga orgel: Harry Kroeske schriftlezing: Alida Larooy Votum en groet GK ps105: 5 God zal zijn waarheid nimmer krenken. Lezen: Jozua 22 : 1 6, 10 16, 21 28. NPB 78 : 1 en

Nadere informatie

Wie was de eerste zoon van Amram en Jochebed? Aäron was de drie jaar oudere broer van Mozes. honderdzevenendertig jaar.

Wie was de eerste zoon van Amram en Jochebed? Aäron was de drie jaar oudere broer van Mozes. honderdzevenendertig jaar. Het leven en overlijden van Aaron. Wie was de eerste zoon van Amram en Jochebed? Exodus 6:19 19 Amram nam Jochebed, zijn tante, voor zichzelf tot vrouw, en zij baarde hem Aäron en Mozes. De levensjaren

Nadere informatie

Wie waren boos dat de muren van Jeruzalem hersteld werden?

Wie waren boos dat de muren van Jeruzalem hersteld werden? Samaritanen proberen de bouw van de muur te beletten. Wie waren boos dat de muren van Jeruzalem hersteld werden? Nehemia 4:7-8 7 Het gebeurde, toen Sanballat, Tobia, de Arabieren, de Ammonieten en de inwoners

Nadere informatie

Wat kenmerkt de tijd van de profeten Haggai, Zacharia en Maleachi?

Wat kenmerkt de tijd van de profeten Haggai, Zacharia en Maleachi? De profeet Haggai. Wat kenmerkt de tijd van de profeten Haggai, Zacharia en Maleachi? Zij hebben een ander karakter dan de eerdere profeten, omdat zij profeteren tot Gods volk dat is teruggekeerd uit de

Nadere informatie

1 Samuël 1. Samuël als kind

1 Samuël 1. Samuël als kind 1 Samuël 1 Samuël als kind De familie van Elkana 1 In het bergland van Efraïm woonde een man die Elkana heette. Hij woonde in de stad Rama. Hij was een zoon van Jerocham en een kleinzoon van Elihu. Elihu

Nadere informatie

DANKDAG 2 november U brengen wij dank!

DANKDAG 2 november U brengen wij dank! DANKDAG 2 november 2016 U brengen wij dank! voorganger: ds. Hans van Solkema organist: Margreeth Hartman m.m.v. het ouderenkoor in de Maat en de kinderen van de basiscatechese In de Maat zingt - Dank u

Nadere informatie

Opstand, ballingschap en verstrooiing van Israël en Juda deel 2

Opstand, ballingschap en verstrooiing van Israël en Juda deel 2 Opstand, ballingschap en verstrooiing van Israël en Juda deel 2 De geschiedenis van het huis van Israël Net nadat het verenigde koninkrijk van Israël was verdeeld in twee strijdende partijen, namelijk

Nadere informatie

Ezra. 3. Wie is Dat is, is er iemand onder ulieden. 1. In het eerste jaar Hebreeuws, in het ene

Ezra. 3. Wie is Dat is, is er iemand onder ulieden. 1. In het eerste jaar Hebreeuws, in het ene Ezra Ezra 1 1. In het eerste jaar Hebreeuws, in het ene jaar; dat is in het eerste, te weten, zijner regering te Babel, of der monarchie, want hij had al tevoren in Perzië over de twintig jaren geregeerd.

Nadere informatie

dag 1 dag 2 dag 4 dag 3 thema thema symbool symbool persoon persoon lezen lezen dagtekst dagtekst thema thema symbool symbool persoon persoon lezen

dag 1 dag 2 dag 4 dag 3 thema thema symbool symbool persoon persoon lezen lezen dagtekst dagtekst thema thema symbool symbool persoon persoon lezen dag 1 dag 2 de schepping wereldbol God, Die de wereld maakte Genesis 1: 1 2: 3 In het begin schiep God de hemel en de aarde. (Genesis 1: 1) hebt gemaakt. zonde en verdriet appel met slang Adam en Eva,

Nadere informatie