Onderwerpen eindtermen centraal examen filosofie havo examenjaar 2001 en vwo examenjaren 2001 en 2002
|
|
- Nora de Boer
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 OCenW-Regelingen Onderwerpen eindtermen Bestemd voor: scholen voor vwo, havo en vavo. Algemeen verbindend voorschrift Datum: 10 april 2000 Kenmerk: VO/BOB-1999/50294 Datum inwerkingtreding: zie artikel 4 Geldigheidsduur beleidsregel: n.v.t. Juridische grondslag: zie Gelet op: Relatie tot eerdere mededelingen: hangt samen met OCenW-Regeling VO/BOB-1998/18852 van 6 mei 1998 (Gele katern 1998, 12c) en met VO/BOB-1998/29513 van 9 juli 1998 (Gele katern 1998, 17b) Informatie verkrijgbaar bij: CFI/ICO/VO, vak filosofie voor de examenjaren 2001 en is: Kennis op het scherp van de snede. 2. De eindtermen bij het in het vorige lid genoemde onderwerp zijn in bijlage 2 bij deze regeling opgenomen. Artikel 3. Bekendmaking Deze regeling zal met de bijlagen en de toelichting in Uitleg OCenW-Regelingen worden geplaatst. Van deze plaatsing zal mededeling worden gedaan in de Staatscourant. Artikel 4. Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking met ingang van de derde dag na de datum van uitgifte van Uitleg OCenW- Regelingen, waarin deze regeling is geplaatst.- Gelet op: de Regeling examenprogramma s profielen vwo/havo filosofie, bijlage 1 en bijlage 2; Besluit: Artikel 5. Citeertitel Deze regeling wordt aangehaald als: Onderwerpen filosofie centraal examen havo 2001 en vwo 2001 en. Artikel 1. Onderwerp centraal examen havo Het onderwerp voor het centraal examen havo in het vak filosofie voor het examenjaar 2001 is: Macht. 2. De eindtermen bij het in het vorige lid genoemde onderwerp zijn in bijlage 1 bij deze regeling opgenomen. drs. K.Y.I.J. Adelmund Artikel 2. Onderwerp centraal examen vwo 2001 en 1. Het onderwerp voor het centraal examen vwo in het NUMMER 11/ april 2000
2 Bijlage 1 Eindtermen bij het examen havo 2001 Macht Domein D: Sociale filosofie Bij de eindtemen aanbevolen literatuur R.F. Beerling, Hydra macht. Wijsgerig Perspectief, jaargang 11, 1970/1971, nummer 6. Marcus Aurelius, Persoonlijke notities, Boek 3: 6, 16. Boek 4: 3, 4, 12, 19, 29. Boek 5: 1. Boek 6: 16, 20, 30, 48, 49, 50, 51, 52, 53, 54, 55, 56, 57, 58, 59. Boek 7: 34, 49, 55. Boek 8: 31. Boek 9: 9, 30, 40, 41, 42. Boek 10: 11, 12, 13, 31, 32, 33, 34, 35. Boek 11: 1, 8, 13, 14, 15, 18, 20, 21. Boek 12: 24,36. Vert. S. Mooij-Valk. Uitg. Ambo, Canetti, Massa en macht, Elementen en Aspecten van macht. Vert. Jenny Tuin. Uitg. Athenaeum Hobbes, Leviathan, hfst. 10, 11, 13, 14, 17 en 18. Vert. W.E. Krul. Boom Foucault, Discipline, toezicht en straf, hfst. 3 t/m p 295. Historische uitgeverij Groningen, De kandidaat kan aan de hand van een casus een eigen standpunt over macht innemen en beargumenteren. 4. De kandidaat is in staat om elementen van macht en machtspatronen te herkennen in visuele representaties waarin macht een rol speelt (zoals politieke spotprenten). Eindtermen bij Marcus Aurelius 5. De kandidaat kan uitleggen wat de Stoa en Marcus Aurelius verstaan onder een leven overeenkomstig de natuur. 6. De kandidaat kan aangeven hoe bij Marcus Aurelius lichaam, ziel en geest worden onderscheiden en waarom het van belang is om de geest zuiver te houden. 7. De kandidaat kan uitleggen wat het innerlijk kompas ( geest, redelijke ziel, de god-in-ons ) inhoudt en hoe begeerten naar macht en roem daaraan ondergeschikt kunnen blijven. Onderwerpen eindtermen Algemene eindtermen (Beerling) 1. De kandidaat kan een aantal algemene aspecten van macht herkennen, weergeven en toepassen, zoals: macht als algemeen en reëel verschijnsel; de ambivalentie van macht: het aantrekkende en afschrikwekkende; macht heeft de neiging zich te handhaven en zich uit te breiden; macht wil zich legitimeren; het wederzijdse karakter van macht: met betrekking tot degene die macht uitoefent en met betrekking tot de degene die macht ondergaat; recht en macht sluiten elkaar niet altijd uit; of macht al dan niet aanvaardbaar is, hangt af van hoe macht gebruikt wordt. 2. De kandidaat kan de genoemde en te noemen machtsopvattingen op hoofdpunten weergeven en daarbij met name een vergelijking maken tussen de opvattingen van: Marcus Aurelius en Hobbes, Hobbes en Foucault, Foucault en Canetti. 8. De kandidaat kan uitleggen in welke opzichten Marcus Aurelius door het voorbeeld van zijn adoptief vader, keizer Antonius, werd geholpen om niet te verkeizeren. Eindtermen bij Canetti 9. De kandidaat kan uitleggen welk onderscheid Canetti maakt tussen geweld en macht. Hij kan voorbeelden van of bij dit onderscheid noemen. De kandidaat kan elementen van machtsuitoefening in houdingen en gebaren herkennen. 10. De kandidaat kan uitleggen welk verband Canetti ziet tussen snelheid en macht. Hij kan hiervan een voorbeeld noemen. 11. De kandidaat kan uitleggen in welke zin het vragen een essentieel onderdeel vormt van het uitoefenen van macht. Hij kan hiervan een voorbeeld noemen. 12. De kandidaat kan uitleggen waarom het geheim de kern uitmaakt van macht. Hij kan daarbij verschillende voor- NUMMER 11/ april 2000
3 Onderwerpen eindtermen beelden geven (zowel van Canetti zelf als eigen voorbeelden) en hij kan tevens met voorbeelden aangeven hoe het geheim op verschillende niveaus en in verschillende perioden werkt(e). 13. De kandidaat kan uitleggen welke van bovengenoemde aspecten aanwezig zijn in de beschrijving van het panopticum. Eindtermen bij Hobbes leidt en welke vrijheden onderdanen hebben. Hij kan Hobbes opvattingen herkennen in en toetsen aan eigentijdse situaties. 20. De kandidaat kan uitleggen in hoeverre de benadering van macht door Hobbes aspecten onderbelicht laat, zoals: de mogelijkheden om machtsbehoeften existentieel te overstijgen (vgl. Marcus Aurelius), de onderschikking van macht aan universele waarden of doeleinden: respecteren van vrijheid en vrijwilligheid aan de kant van het object van macht. 14. De kandidaat kan uitleggen in welke zin Hobbes de staat opvat als een kunstmatige versie van het menselijk organisme, terwijl hij levende organismen begrijpt naar het model van een machine. 15. De kandidaat kan uitleggen in welke zin macht bij Hobbes wordt opgevat als het bezit van middelen om behoeften en toekomstige behoeften te bevredigen. Hij kan daarbij het onderscheid tussen natuurlijke macht en instrumentele macht uitleggen en hij kan uitleggen hoe instrumentele macht natuurlijke macht kan vergroten. Hij kan voorbeelden noemen van natuurlijke en instrumentele macht. 16. De kandidaat kan uitleggen dat de mens volgens Hobbes een rusteloos verlangen naar macht heeft, omdat machtsmiddelen - ter bevrediging en garantie van een behoorlijke bestaan - alleen maar zeker gesteld kunnen worden door nog meer macht. 17. De kandidaat kan uitleggen via welke redeneringen en vanwege welke hoofdzaken (wedijver, trots, wantrouwen) Hobbes komt tot zijn gedachte van een oorlog van allen tegen allen als de natuurlijke toestand van de mens. 21. De kandidaat kan kanttekeningen plaatsen bij de voorstelling van Hobbes en anderen dat civilisatie (bijvoorbeeld de westerse) wordt voorafgegaan en omringd door samenlevingen die nog verkeren in de natuurlijke toestand van oorlog van allen tegen allen. Eindtermen bij Foucault 22. De kandidaat kan uitleggen wat Foucault bedoelt met disciplinerende macht (door hem een speciaal type van macht, resp. een modaliteit van de uitoefening van macht genoemd). 23. De kandidaat kan het verschil uitleggen tussen machtsuitoefening door de soeverein en dat wat Foucault disciplinerende macht noemt. 24. De kandidaat kan verschillende elementen van het Panopticum relateren aan aspecten van disciplinerende macht. Hij kan elementen hiervan in beschrijvingen van andere situaties herkennen. 18. De kandidaat kan uitleggen wat natuurrecht en natuurwet bij Hobbes inhouden. Hij kan uitleggen hoe de natuurlijke situatie van ieders recht op alles enerzijds en het streven naar vrede - zoals voorwaardelijk geboden door de natuurwet die door de rede aan het licht gebracht wordt (vgl. prisoners-dilemma ) - anderzijds, ertoe leiden dat een centrale macht (Leviathan) nodig blijkt om de vrede te waarborgen; voorts kan hij uitleggen dat de centrale macht ontstaat doordat individuen hun macht per contract overdragen. 25. De kandidaat kan verklaren in welke zin disciplinerende macht een individualiserende functie heeft, en kan dit in verband brengen met de wijze waarop disciplinerende macht is ingericht. 26. De kandidaat kan uitleggen wat Foucault bedoelt met zelfdisciplinering. Hij kan elementen hiervan in beschrijvingen van andere situaties herkennen. 19. De kandidaat kan uitleggen tot welke rechten voor de soeverein de oprichting van de staat als soevereine macht 27. De kandidaat kan uitleggen in welke zin de uitoefening van disciplinerende macht niet aan specifieke personen NUMMER 11/ april 2000
4 gebonden is, en waarom daardoor de grens tussen degene die macht uitoefent en degene die macht ondergaat niet vastligt. Hij kan elementen hiervan in beschrijvingen van andere situaties herkennen. 6. W. Dilthey, Kritiek van de historische rede. Boom Meppel. Pagina s J. van Putten, Het helpt, maar werkt het ook? Filosofie Magazine Pagina s De kandidaat kan een verband leggen tussen de gevangenis, de fabriek, het ziekenhuis en de school als uitdrukkingen/verschijningsvormen van disciplinerende macht. 29. De kandidaat kan de wetenschappelijke, pedagogische, economische en politieke functies van disciplinerende macht herkennen en omschrijven. 30. De kandidaat kan hedendaagse maatschappelijke verschijnselen zoals consumentisme en commercialisering (mode, reclame, amusementsindustrie) bespreken vanuit het perspectief van disciplinerende macht. Eindtermen Buskes (ad. 1) 1. De kandidaat kan de drie genoemde betekenissen van demarcatie uitleggen en bij een casus toepassen. 2. De kandidaat kan aangegeven op wat voor manieren er in het denken van de jonge Wittgenstein een demarcatieprobleem speelt en wat het transcendentale karakter is van dit denken. 3. De kandidaat kan de principes van verificatie, confirmatie en falsificatie uitleggen, herkennen en toepassen, de relatie tussen deze principes duidelijk maken en verschillende bezwaren tegen deze principes aanvoeren. Onderwerpen eindtermen Hempel (ad 2) Bijlage 2 Eindtermen bij het examen vwo 2001 en Kennis op het scherp van de snede Subtitel: Wat heet wetenschappelijk? Domein E: Wetenschapsfilosofie. Inhoud: Literatuuropgave, eindtermen. Literatuur (verplicht): 1. C. Buskes, Kennis op het scherp van de snede. Wat heet wetenschappelijk? In opdracht van de bcfvo, Nijmegen. 2. C.G. Hempel, Filosofie van de natuurwetenschappen Utrecht Het Spectrum. Pagina s O. Neurath, Empiricism and Sociology. M. Neurath, R.S. Cohen (eds) Dordrecht, Reidel. Pagina s K. Popper, De groei van kennis Boom Meppel. Pagina s C. Lorenz, De constructie van het verleden. Een inleiding in de theorie van de geschiedenis Boom Meppel. Pagina s en De kandidaat kan vier stadia van ideaal wetenschappelijk onderzoek onderscheiden: 1e. het waarnemen en vastleggen van alle feiten; 2e. het analyseren en kwalificeren van deze feiten; 3e. het daaruit inductief afleiden van generaliseringen; 4e. het toetsen van de generaliseringen. 5. De kandidaat kan aan de hand van een voorbeeld uitleggen in hoeverre het mogelijk is alle feiten waar te nemen en vast te leggen. 6. De kandidaat kan aan de hand van een voorbeeld uitleggen in hoeverre wetenschappelijke hypothesen en andere generalisaties worden afgeleid uit waargenomen feiten. Hij kan aangeven in hoeverre verbeelding en vrijuit denken daarbij een rol spelen. 7. De kandidaat kan het onderscheid uitleggen en toepassen tussen deductieve gevolgtrekkingen en inductieve gevolgtrekkingen. Neurath (ad 3). 8. De kandidaat kan uitleggen wat het doel is van de methode van logische analyse van ervaringskennis. 9. De kandidaat kan aangeven welke logische fouten er volgens Neurath in een metafysische theorie gemaakt worden. Hij kan deze in een voorbeeld aanwijzen. Popper (ad 4). 10. De kandidaat kan aan de hand van een voorbeeld uitleggen waarom verificatie van een theorie door middel van confirmatie of bevestiging niet voldoende is om de wetenschappelijkheid van een theorie vast te stellen. NUMMER 11/ april 2000
5 Onderwerpen eindtermen Daarbij kan hij het belang van riskante voorspellingen uitleggen. 11. De kandidaat kan het demarcatiecriterium uitleggen en toepassen: een theorie is alleen wetenschappelijk wanneer zij in conflict kan komen met mogelijke, voorstelbare waarnemingen. 12. De kandidaat kan uitleggen wat de betekenis is van een theorie die onwetenschappelijk wordt genoemd. Hij kan dit met een voorbeeld illustreren. Lorenz (ad 5). 13. De kandidaat kan het positivistische onderscheid tussen verklaren en beschrijven uitleggen en toepassen. Tevens kan hij duidelijk maken wat een overkoepelend wetmatig verklaringsmodel inhoudt en wat voor rol de begrippen oorzaak, noodzakelijkheid, syllogisme en deductie daarin spelen. 14. De kandidaat kan uitleggen in welke zin bovengenoemd verklaringsmodel een voorwaardelijke vorm heeft. 15. De kandidaat kan aan de hand van een voorbeeld uitleggen in welke zin niet alleen gebeurtenissen in de geschiedenis, maar ook in de natuur uniek of bijzonder zijn. 16. De kandidaat kan in een voorbeeld de samenhang tussen verklaren en voorspellen weergeven en uitleggen. 17. De kandidaat kan aan de hand van de genoemde kenmerken van de natuurwetenschappelijke verklaring argumenten van historici ontkrachten op grond waarvan zij het verklaringsschema van de natuurwetenschap afwijzen met betrekking tot de geschiedwetenschap. 18. De kandidaat kan aan de hand van een voorbeeld aangeven wat onder hermeneutiek in de zin van uitleggen van betekenis wordt verstaan en wat het verschil is met de natuurwetenschappelijke methode, zowel wat de aard van het object betreft als de manier waarop gebeurtenissen verklaard worden (zoals door Droysen en Huizinga wordt gesteld). 19. De kandidaat kan leggen hoe Droysen de verhouding tussen vorm en idee begrijpt en wat de vier fasen zijn in het verstaan van het verleden. Dilthey (ad 6). 20. De kandidaat kan een onderscheid maken tussen natuurwetenschappen en geesteswetenschappen, voorbeelden van beide soorten wetenschap geven en duidelijk maken dat de geesteswetenschappen betrekking hebben op de mensheid (in die zin dat in laatstgenoemde wetenschappen menselijke toestanden inlevend worden beleefd, in zoverre deze in levensuitingen tot uitdrukking komen en deze uitdrukkingen worden verstaan). 21. De kandidaat kan aangeven a) dat het onderscheid tussen een fysisch en psychisch domein voor Dilthey abstracties zijn van het volle menselijke (be)leven en b) dat binnen dit beleven veeleer sprake is van een innerlijke en uiterlijke verhouding tot iets (en wel vanuit het meer of minder expliciete geheel van de verworven levenssamenhang). 22. De kandidaat kan uitleggen hoe het onderscheid tussen natuurwetenschap en geesteswetenschap twee tendensen in de wetenschap te kennen geeft: 1) één waarin de mens steeds meer zichzelf uitschakelt om de natuur als een (uiterlijke) ordening van wetten te kunnen construeren 2) één waarin de mens juist inkeert tot in zijn eigen beleving en tot (innerlijke) zelfbezinning komt. Hij kan dit met voorbeelden illustreren. 23. De kandidaat kan uitleggen in welke zin gebouwen, kerken, gedichten e.d. voor Dilthey uitingen zijn van het innerlijke dat daarbij niet zozeer in termen van psychische toestanden of processen van de maker moet worden begrepen, maar als geest. De kandidaat kan aan de hand van een casus (bijvoorbeeld over wetgeving,schilderij, gedicht, popmuziek e.d.) duidelijk maken hoe daarin de geest van een tijd tot uitdrukking komt. 24. De kandidaat kan de samenhang schetsen tussen leven, uitdrukking en verstaan. In dat verband kan hij duidelijk maken hoe iemand door het interpreteren van uitingen van zichzelf en anderen (en dus ook zijn eigen tijd of cultuur, dan wel die van anderen) zichzelf beter leert begrijpen, en wel op zodanige wijze dat hij daarbij ook altijd zijn eigen geleefde leven in de desbetreffende uitdrukking zal leggen. Toelichting De in de bijlagen opgenomen eindtermen zijn opgesteld door de Begeleidingscommissie Filosofie in het Voortgezet Onderwijs. Nadere informatie over het examenvak filosofie alsmede over deze eindtermen kan worden verkregen bij: De Begeleidingscommissie Filosofie in het Voortgezet Onderwijs drs. A.L. Damen (secretaris) Maasstraat 51-I 1078 HD Amsterdam tel fax drs. K.Y.I.J. Adelmund NUMMER 11/ april 2000
Eindexamen filosofie vwo 2002-I
Opgave 1 Wetenschappelijke verklaringswijzen Maximumscore 3 1 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: een antwoord op de vraag of de Weense Kring de uitspraak zinvol zou vinden: ja 1 een omschrijving
Nadere informatieExamenprograma filosofie havo/vwo
Examenprograma filosofie havo/vwo Havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein
Nadere informatieEindexamen Filosofie vwo II
3 Antwoordmodel Opgave 1 De empirische werkelijkheid 1 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: een goede uitleg van wat het verificatie- en het confirmatieprincipe inhouden 2 een goede uitleg dat
Nadere informatieEindtermen centraal examen filosofie havo 2007 en 2008
Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Eindtermen centraal examen filosofie havo 2007 en 2008 Bestemd voor scholen voor hoger
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 39364 13 juli 2017 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 5 juli 2017, nr. VO/1188661,
Nadere informatieEindtermen centraal examen filosofie vwo 2008 en 2009
CEVO-mededeling Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Eindtermen centraal examen filosofie vwo 2008 en 2009 Bestemd voor
Nadere informatieEindexamen Filosofie havo 2003 - II
3 Antwoordmodel Oude en nieuwe media 1 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: een uitleg hoe een hiërarchie in de staat volgens Hobbes ontstaat 2 een uitleg van het begrip sociaal contract in verband
Nadere informatieCorrectievoorschrift VWO. Filosofie (nieuwe stijl)
Filosofie (nieuwe stijl) Correctievoorschrift VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 20 02 Tijdvak 1 Inzenden scores Uiterlijk op 5 juni de scores van de alfabetisch eerste twintig kandidaten per
Nadere informatieExamenrooster 1999 vwo, havo, mavo en vbo
CEVO-mededelingen Bestemd voor: scholen voor: c vwo, ; c voortgezet speciaal onderwijs (vso); c havo/mbo; c vhbo; c vavo; c de voorzitters van de staatsexamenscommissies vwohavo-mavo. Algemeen verbindend
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9161 26 mei 2011 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 27 april 2011, nr. VO/289008, houdende
Nadere informatieEindexamen Filosofie havo 2002 - II
Oude en nieuwe media Vrijwel niemand zal ontkennen dat de media een grote rol spelen in de huidige tijd. De media zijn een macht met grote invloed. Aan de ene kant vormen de media in de vorm van kranten,
Nadere informatieTijdelijke maatregelen profielen vwo/havo
OCenW-Regelingen Bestemd voor: scholen voor: voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo); hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo); voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo). Algemeen verbindend
Nadere informatieRegeling impuls beroepsonderwijs voor landelijke organen 2000
OCenW-Regelingen Regeling impuls beroepsonderwijs voor landelijke organen Bestemd voor: landelijke organen en de Vereniging Colo Algemeen verbindend voorschrift Datum: 14 augustus Kenmerk: BVE/B/-29879
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11101 6 juni 2012 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 28 april 2012, nr. VO/389632, houdende
Nadere informatieCorrectievoorschrift VWO. Filosofie (oude stijl) Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs. Tijdvak 2. 200029 CV38 Begin
Filosofie (oude stijl) Correctievoorschrift VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 0 0 Tijdvak 0009 CV38 Begin 1 Regels voor de beoordeling Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming
Nadere informatieRegeling vaststelling examenprogramma s v.w.o., h.a.v.o., m.a.v.o. en v.b.o.
Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie bvh 079-3232.666 Regeling vaststelling examenprogramma
Nadere informatieCentrale examens van de eindexamens vwo, havo, mavo en vbo en van de schriftelijke examens van de staatsexamens vwo, havo, mavo in het jaar 2000
CEVO-mededelingen Bestemd voor: scholen voor: c vwo, havo, mavo en vbo; c vso; c vhbo; c vavo; c de voorzitter van de staatsexamenscommissies vwo/ havo en mavo. a. het eerste tijdvak begint op 17 mei in
Nadere informatieAlgemeen verbindend voorschrift. Bestemd voor: Besluit. Paragraaf I. Begripsbepalingen. Paragraaf II
OCenW-Regelingen Aanpassing bedragen landelijke gemiddelde personeelslast van de opslagpercentages Bestemd voor: scholen en sholengemeenschappen voor voortgezet onderwijs. Algemeen verbindend voorschrift
Nadere informatieAanvullingen overgangsregeling bevoegdheden leraren speciaal voortgezet onderwijs voor lom en mlk
onderwijs voor lom en mlk OCenW-Regelingen Bestemd voor: c scholen voor voortgezet onderwijs; c scholen en afdelingen voor svo-lom en svo-mlk; c scholen voor praktijkonderwijs. Algemeen verbindend voorschrift
Nadere informatieCorrectievoorschrift VWO. Filosofie (nieuwe stijl) Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs. Tijdvak CV39 Begin
Filosofie (nieuwe stijl) Correctievoorschrift VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 0 0 Tijdvak 0009 CV39 Begin 1 Regels voor de beoordeling Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming
Nadere informatieHandleiding bij Wondere wetenschap
18 Handleiding bij Wondere wetenschap Handleiding bij Wondere wetenschap les 1 De kracht en de grenzen van het wetenschappelijk denken 1 De leerlingen kunnen in hun eigen woorden de betekenis uitleggen
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20890-n1 9 mei 2016 Rectificatie van de Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 8 april
Nadere informatieFRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO
FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO SYLLABUS CENTRAAL EXAMEN 2016 Inhoud Voorwoord 6 1 Examenstof van centraal examen en schoolexamen 7 2 Specificatie van de globale eindtermen voor het CE 8 Domein A: Leesvaardigheid
Nadere informatieCorrectievoorschrift HAVO. Filosofie. Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs. Tijdvak 2
Filosofie Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 0 00 Tijdvak 00004 CV38 Begin Regels voor de beoordeling Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen
Nadere informatieEindexamen filosofie vwo 2009 - I
Beoordelingsmodel Opgave 1 Religieuze ervaring 1 maximumscore 5 een bruikbare definitie van religie 1 drie problemen die zich kunnen voordoen bij het definiëren van religie 3 meerdere religieuze tradities;
Nadere informatieFriese taal en cultuur HAVO. Syllabus centraal examen 2011
Friese taal en cultuur HAVO Syllabus centraal examen 2011 september 2009 2009 Centrale Examencommissie Vaststelling Opgaven vwo, havo, vmbo, Utrecht Alle rechten voorbehouden. Alles uit deze uitgave mag
Nadere informatieAlgemeen verbindend voorschrift
OCenW-Regelingen Aanpassing landelijk gemiddelde personeelslastbedragen van de opslagpercentages Bestemd voor: c scholen voor vwo, havo, mavo en vbo (inclusief afdelingen leerwegondersteunend onderwijs
Nadere informatieNatuurwetenschappelijke, wiskundige en technische vaardigheden (bètaprofielniveau)
BIJLAGE 1 Examenprogramma NLT havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Exacte wetenschappen
Nadere informatieRegeling modellen diploma s v.w.o.-h.a.v.o.-v.m.b.o.
Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Regeling modellen diploma s v.w.o.- h.a.v.o.-v.m.b.o. Bestemd voor scholen voor voortgezet
Nadere informatieEindexamen Filosofie vwo 2001 - I
Eindexamen Filosofie vwo 00 - I 3 Antwoordmodel Opgave Het ontstaan van leven Een juist antwoord bevat de volgende elementen: een goede uitleg van wat inductie is; een goede uitleg van het inductieprobleem
Nadere informatieBesluit. Paragraaf I. Begripsbepalingen. Artikel 1. onderwijs en praktijkonderwijs, en. Paragraaf II
Aanpassinglandelijke bedragen gemiddelde personeelslast met de CAO 2000 - tot de werkgroep Van OCenW-Regelingen Bestemd voor: scholen voor vwo, havo, mavo en vbo (inclusief afdelingen leerwegondersteunend
Nadere informatieFILOSOFIE VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0
FILOSOFIE VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens (CvTE). Het CvTE is verantwoordelijk voor de afname van de
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11109 6 juni 2012 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 28 april 2012, nr. VO/403948, houdende
Nadere informatieEindexamen Filosofie havo I
Opgave 2 Denken en bewustzijn 8 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: een omschrijving van het begrip bewustzijn 2 argumentatie aan de hand van deze omschrijving of aan Genghis bewustzijn kan
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11699 8 juni 2012 Rectificatie Examenprogramma natuurkunde vwo van 28 april 2012, kenmerk VO2012/389632 In de regeling
Nadere informatieFriese taal en cultuur VWO. Syllabus centraal examen 2010
Friese taal en cultuur VWO Syllabus centraal examen 2010 oktober 2008 2008 Centrale Examencommissie Vaststelling Opgaven vwo, havo, vmbo, Utrecht Alle rechten voorbehouden. Alles uit deze uitgave mag worden
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 10683 20 april 2015 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 9 april 2015, nr. VO/741555,
Nadere informatieOpgave 2 Neuroplasticiteit en wilsbekwaamheid
Opgave 2 Neuroplasticiteit en wilsbekwaamheid tekst 4 Studeer, slaap, maak muziek, stress niet, maak vrienden, geniet aanzien, drink niet, zweet, speel en kies je ouders met zorg. Dit zijn volgens de Nederlandse
Nadere informatieExamen VWO. Filosofie (oude stijl)
Filosofie (oude stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 28 mei 9.00 12.00 uur 20 02 Voor dit examen zijn maximaal 45 punten te behalen; het examen bestaat uit 13 vragen.
Nadere informatieVO/BOB 1998/ juli 1998
Nassaulaan 6 2514 JS Den Haag Telefoon (070) 363 79 55 Aan de staatssecretaris van onderwijs, cultuur en wetenschappen, mw. drs. K.Y.I.J. Adelmund, Postbus 25000, 2700 LZ Zoetermeer. Fax (070) 356 14 74
Nadere informatieOpgave 3 De gewapende overval
Opgave 3 De gewapende overval 12 maximumscore 2 een argumentatie dat het idee van vrije wil als bovennatuurlijke kracht in het kader van vrije wil als bewuste aansturing voor veel mensen aantrekkelijk
Nadere informatieRegeling vermelding duale opleidingen hoger onderwijs 1998-1999
OCenW-Regelingen Bestemd voor: c colleges van bestuur respectievelijk centrale directies van universiteiten en hogescholen. Beleidsregel Datum: 28 mei 1998 Kenmerk: HBO/SB-98/22812 Datum inwerkingtreding:
Nadere informatieFilosofie. Op het VWO. Filosofie juist op Lyceum Oudehoven!
Filosofie Op het VWO Wat is Filosofie? Wetenschappen beantwoorden vragen: Over een eigen onderwerp (object van studie) Op een eigen manier (methode van bestuderen) Filosofie beantwoordt vragen die niet
Nadere informatieAanvulling overgangsregeling bekostiging, rechtspositie en samenvoeging leerwegondersteunend onderwijs en praktijkonderwijs
OCenW-Regelingen bekostiging, rechtspositie en praktijk Bestemd voor: scholen voor vmbo; scholengemeenschappen waarin deze scholen zijn opgenomen; scholen en afdelingen voor svo/lom en svo/mlk; scholen
Nadere informatieExamenrooster 2001. Algemeen verbindend voorschrift. Bestemd voor: Toelichting. Besluit: Artikel 3. Artikel 1. Artikel 2
CEVO-mededelingen Bestemd voor: scholen voor mavo, vbo, havo en vwo; scholengemeenschappen waaraan bovengenoemde schoolsoorten zijn verbonden. Artikel 3 Deze regeling treedt in werking op de dag na de
Nadere informatieFRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO. Syllabus centraal examen 2015
FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO Syllabus centraal examen 2015 April 2013 2013 College voor Examens, Utrecht Alle rechten voorbehouden. Alles uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd
Nadere informatieRooster voor de centrale examens van de eindexamens en de staatsexamens 2002
CEVO-mededelingen examens van de eindexamens Bestemd voor: de directeuren van scholen voor voortgezet onderwijs; de voorzitters van examencommissies VAVO en de staatsexamencommissie. Algemeen verbindend
Nadere informatieRegeling begeleiding studenten universitaire lerarenopleidingen
OCenW-Regelingen Bestemd voor: c universiteiten met een universitaire lerarenopleiding. Algemeen verbindend voorschrift Datum: 19 oktober 1999 Kenmerk: WO/B-1999/16107 Datum inwerkingtreding: zie artikel
Nadere informatieExamenprogramma maatschappijleer havo/vwo
Examenprogramma maatschappijleer havo/vwo Havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Rechtsstaat
Nadere informatieAanwijzing exameneenheden centrale examens vmbo-groen 2006 en 2007 en centraal schriftelijk en. praktisch examen (cpe) 2005.
centrale examens vmbo-groen schriftelijk en praktisch examen CEVO-mededelingen Bestemd voor: Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs, sector landbouw (vmbo-groen) Algemeen verbindend voorschrift Datum:
Nadere informatieAardrijkskunde inhouden (PO-havo/vwo)
Aardrijkskunde inhouden (PO-havo/vwo) Sectoren kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden Kernen 1. Burgerschap 36: hoofdzak de Nederlandse
Nadere informatieFRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO
FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO SYLLABUS CENTRAAL EXAMEN 2019 Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL). Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL). 2017 College
Nadere informatieRegeling modellen diploma s v.w.o.- h.a.v.o. profiel
OCenW-Regelingen Bestemd voor: vwo, havo, vavo verbindend voorschrift Datum: 9 maart 2001 Kenmerk: VO/BOB/2001/10037 Datum inwerkingtreding: zie artikel 8 Geldigheidsduur beleidsregel: n.v.t. Juridische
Nadere informatieGeloven en redeneren. Samenvatting
Geloven en redeneren Samenvatting Historisch overzicht Pantheïsme en polytheïsme De spiltijd Het oosten Boeddhisme Confucianisme Taoïsme Het westen Jodendom, christendom, islam Filosofie Ontwikkelingen
Nadere informatieLANDSEXAMEN VWO
LANDSEXAMEN VWO 2018-2019 Examenprogramma I&S/MAATSCHAPPIJLEER V.W.O. 1 Het eindexamen Het vak Individu en Samenleving/maatschappijleer (I&S/maatschappijleer) kent slechts het commissie-examen. Er is voor
Nadere informatieEindexamen filosofie vwo 2003-I
3 Antwoordmodel Opgave 1 Fantasie en wetenschap 1 Een goed antwoord bevat de volgende elementen: één argument van de vier in de tekst van Hempel genoemde, met name het derde eventueel het vierde 2 een
Nadere informatieAanpassing landelijke bedragen gemiddelde personeelslast (gpl-bedragen), schooljaar en
OCenW-Regelingen gemiddelde personeelslast 2002 - en - Bestemd voor: scholen en scholengemeenschappen voor voortgezet onderwijs met uitzondering van de scholen voor praktijkonderwijs met declaratiebekostiging.
Nadere informatieVoorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Vrijdag 21 juni uur
Filosofie (nieuwe stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Vrijdag 21 juni 10.00 13.00 uur 20 02 Voor dit examen zijn maximaal 45 punten te behalen; het examen bestaat uit 12
Nadere informatieKeurmerk: Duurzame school
Keurmerk: Duurzame school Doorlopende leerlijn voor duurzame ontwikkeling van basisonderwijs (PO) t/m voortgezet onderwijs (VO) PO-1 Kennis en inzicht (weten) Vaardigheden (kunnen) Houding (willen) Begrippen
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. ARTIKEL I. WIJZIGING REGELING EXAMENPROGRAMMA S VOORTGEZET ONDERWIJS
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 17415-n1 24 juli 2014 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 17 juni 2014, nr. 559817
Nadere informatieBiologie inhouden (PO-havo/vwo): Instandhouding
Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Instandhouding kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 34: De leerlingen leren zorg te dragen voor
Nadere informatieExamenprogramma natuur, leven en technologie vwo vanaf schooljaar 2014-2015
Examenprogramma NLT vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Exacte wetenschappen en technologie
Nadere informatieExamenprogramma natuurkunde vwo
Examenprogramma natuurkunde vwo Ingangsdatum: schooljaar 2013-2014 (klas 4) Eerste examenjaar: 2016 Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma
Nadere informatieFRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO
FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO SYLLABUS CENTRAAL EXAMEN 2017 Inhoud Voorwoord 6 1 Examenstof van centraal examen en schoolexamen 7 2 Specificatie van de globale eindtermen voor het CE 8 Domein A: Leesvaardigheid
Nadere informatieCorrectievoorschrift VWO. Filosofie (oude stijl) Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs. Tijdvak 1
Filosofie (oude stijl) Correctievoorschrift VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 20 03 Tijdvak 1 300010 CV34 Begin 1 Regels voor de beoordeling Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 13957 29 mei 2013 Regeling van het College voor examens van 16 april 2013, nummer Cve-13.01219, houdende vaststelling
Nadere informatieImmanuel Kant Kritiek van de zuivere rede 53
Ten geleide Kant en de grenzen van de rede 15 Geraadpleegde literatuur 39 Verantwoording bij de vertaling 41 Immanuel Kant aan Marcus Herz (21 februari 1772) Het 'geboorteuur' van de Kritiek van de zuivere
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 7228 14 maart 2014 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 22 februari 2014, nr. VO/599178,
Nadere informatieEindexamen filosofie vwo II
Opgave 2 Over wetenschap en religie: zij die uit de hemel kwamen 7 maximumscore 2 een argumentatie waarom wetenschappelijke kennis niet als probleemloze bron van vooruitgang kan worden beschouwd: wetenschap
Nadere informatieExamen HAVO. Filosofie (nieuwe stijl)
Filosofie (nieuwe stijl) Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Maandag 28 mei 9.00 12.00 uur 20 01 Voor dit examen zijn maximaal 47 punten te behalen; het examen bestaat uit 13 vragen.
Nadere informatieWijziging pagina 5: het centraal examen duurt 180 minuten FILOSOFIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V
Wijziging pagina 5: het centraal examen duurt 180 minuten FILOSOFIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V17.09.1 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens
Nadere informatieCorrectievoorschrift HAVO. Filosofie (nieuwe stijl)
Filosofie (nieuwe stijl) Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 0 0 Tijdvak Inzenden scores Uiterlijk op 6 juni de scores van de alfabetisch eerste tien kandidaten per school op
Nadere informatieVoorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Vrijdag 21 juni uur
Filosofie (oude stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Vrijdag 21 juni 10.00 13.00 uur 20 02 Voor dit examen zijn maximaal 42 punten te behalen; het examen bestaat uit 11
Nadere informatieExamenprogramma aardrijkskunde havo
Examenprogramma aardrijkskunde havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein
Nadere informatieExamenprogramma bedrijfseconomie en ondernemerschap vwo
Examenprogramma bedrijfseconomie en ondernemerschap vwo 27 MEI 2014 CONCEPT - VOORLOPIG Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit
Nadere informatieExamenprogramma natuurkunde havo
Bijlage 1 Examenprogramma natuurkunde havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden
Nadere informatieARTIKEL XII ADVIESCOMMISSIE TOELATING EN BEGELEIDING
ARTIKEL XII ADVIESCOMMISSIE TOELATING EN BEGELEIDING 1. Ten behoeve van een goede invoering van leerlinggebonden financiering stelt Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen voor de periode
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11101 6 juni 2012 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 28 april 2012, nr. VO/389632, houdende
Nadere informatieIntegrale lichaamsmassage
Integrale lichaamsmassage Eindtermen theorie: - De therapeut heeft kennis van anatomie/fysiologie en pathologie m.b.t. Integrale lichaamsmassage; - De therapeut is zich ervan bewust dat een massage behandeling
Nadere informatieEindexamen filosofie vwo 2010 - II
Opgave 2 Religie in een wetenschappelijk universum 6 maximumscore 4 twee redenen om gevoel niet te volgen met betrekking tot ethiek voor Kant: a) rationaliteit van de categorische imperatief en b) afzien
Nadere informatieVoorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Maandag 28 mei uur
Filosofie (oude stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Maandag 28 mei 9.00 12.00 uur 20 01 Voor dit examen zijn maximaal 49 punten te behalen; het examen bestaat uit 12 vragen.
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 25357 19 augustus 2015 Regeling van het College voor toetsen en examens van 26 juni 2015, nummer CvTE-15.01719, houdende
Nadere informatieExamenprogramma natuur, leven en technologie havo
Examenprogramma natuur, leven en technologie havo Het eindexamen (februari 2007) Het eindexamen bestaat uit het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden
Nadere informatieWat is de mens? - Context. De opkomst van de filosofische antropologie
De menselijke natuur, week 9 De opkomst van de filosofische antropologie Overzicht van reeds behandelde mensbeelden en de mechanistische visie uit de late 19e eeuw Wat is de mens? - Context Plato / Descartes
Nadere informatieExamenprogramma scheikunde havo
Examenprogramma scheikunde havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Kennis
Nadere informatieScheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Schaal, verhouding en hoeveelheid
Scheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Schaal, verhouding en hoeveelheid kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 44: De leerlingen leren
Nadere informatieLeerlijn historisch denken havo
Leerlijn historisch denken havo Albert van der Kaap vwo Tijd en chronologie klas 1 klas 2 klas 3 vwo 6 gebeurtenissen uit zijn eigen leven alsmede verschijnselen, gebeurtenissen en personen uit de geschiedenis
Nadere informatieVoorstel van de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming voor nieuwe kerndoelen onderbouw VO
Voorstel van de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming voor nieuwe kerndoelen onderbouw VO Voorstel van de Taakgroep Vernieuwing Basisvorming voor nieuwe kerndoelen onderbouw VO Onderdeel van de eindrapportage
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds ARTIKEL I. WIJZIGING REGELING EXAMENPROGRAMMA S VOORTGEZET ONDERWIJS
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20067 21 april 2016 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 8 april 2016, nr. VO/851491,
Nadere informatieImmanuel Kant Kritiek van het oordeelsvermogen
Ten geleide Kants derde Kritiek: hoe kan de vrijheid worden verwerkelijkt? 15 Geraadpleegde literatuur 46 Verantwoording bij de vertaling 49 Immanuel Kant aan Johann Friedrich Reichardt 51 Immanuel Kant
Nadere informatieExamen VWO. Filosofie (nieuwe stijl)
Filosofie (nieuwe stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 28 mei 9.00 12.00 uur 20 02 Voor dit examen zijn maximaal 44 punten te behalen; het examen bestaat uit 13
Nadere informatieExamentraining klas 4 mavo
Examentraining klas 4 mavo Historische vaardigheden Maken van een examen 100 minuten Bespreken examen Overige vragen m.socrative.com Room number: 65459 Vul je naam in Maak de quiz - Historische personen
Nadere informatieCorrectie op het rooster voor het centraal examen 2005 en wijziging van het rooster centraal examen 2006
CEVO-mededelingen Algemeen verbindend voorschrift Datum: 23 december 2004 Kenmerk: CEVO-04-1247 Datum inwerkingtreding: 26 januari 2005 Geldigheidsduur beleidsregel: n.v.t. Juridische grondslag: n.v.t.
Nadere informatieRegeling incidentele middelen voor achterstallig onderhoud van scholen voor voortgezet onderwijs (vo)
OCenW-Regelingen Bestemd voor: c scholen voor vbo, mavo, havo en vwo; c scholen voor leerwegondersteunend onderwijs en praktijkonderwijs als bedoeld in artikel II van de Wet van 25 mei 1998n (Stb. 337);
Nadere informatieExamenprogramma scheikunde havo
Examenprogramma scheikunde havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A1 Vaardigheden Domein A2
Nadere informatieExamenprogramma scheikunde vwo
Examenprogramma scheikunde vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein B Stoffen
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11109 6 juni 2012 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 28 april 2012, nr. VO/403948, houdende
Nadere informatieALGEMENE NATUURWETENSCHAPPEN VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0
ALGEMENE NATUURWETENSCHAPPEN VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens (CvTE). Het CvTE is verantwoordelijk voor
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9990 16 juni 2011 Herplaatsing Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 27 mei 2011, nr. WJZ/303092
Nadere informatieExamenrooster Algemeen verbindend voorschrift
CEVO-mededelingen Rooster voor de centrale examens van de eindexamens en de staatsexamens vwo en havo in 2005, wijziging van het rooster eerste tijdvak in 2004 voor de centrale examens vmbo, vbo en mavo
Nadere informatie