A. Het traktement van de predikanten voor gewone werkzaamheden 2 I. De bepaling van het traktement 2. II. De samenstelling van het traktement 4

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "A. Het traktement van de predikanten voor gewone werkzaamheden 2 I. De bepaling van het traktement 2. II. De samenstelling van het traktement 4"

Transcriptie

1 GENERALE REGELING VOOR DE PREDIKANTSTRAKTEMENTEN ALS BEDOELD IN ORDINANTIE INHOUDSOPGAVE A. Het traktement van de predikanten voor gewone werkzaamheden 2 I. De bepaling van het traktement 2 II. De samenstelling van het traktement 4 II a. Tijdelijke vrijstelling van het dienstwerk 9 III. De vastlegging van het traktement 10 IV. De voorziening in het traktement 10 V. De uitbetaling van het traktement 13 VI. De bestemming van het traktement tijdens vacature 16 VII. De kas voor de predikantstraktementen 20 VIII. Predikanten met een beperkte werktijd 24 B. De bezoldiging van predikanten voor andere werkzaamheden 25 C. De bezoldiging van vicarissen 27 D. Bezwaar en beroep 27 E. Slotbepalingen 29 Overgangsbepalingen 31 Laatste bewerking:

2 A. HET TRAKTEMENT VAN DE PREDIKANTEN VOOR GEWONE WERKZAAMHEDEN I. DE BEPALING VAN HET TRAKTEMENT Artikel 1 De predikantsplaats 1. Voor de predikant, geroepen tot het verrichten van gewone werkzaamheden, wordt een predikantsplaats gevestigd, aan welke standplaats rechten en verplichtingen zijn verbonden. 2. De op de standplaats gevestigde predikant - en in de daarvoor in aanmerking komende gevallen zijn nabestaanden - heeft, behoudens de bij of krachtens ordinantie gemaakte uitzonderingen, aanspraak op de aan de predikantsplaats verbonden rechten en is onderworpen aan de daaraan verbonden verplichtingen. Artikel 2 De samenstelling van de bezoldiging 1. De aan een predikantsplaats te verbinden rechten en verplichtingen worden onderscheiden in die: a. welke het traktement b. welke het pensioen en c. welke de vergoeding van onkosten betreffen. 2. Het traktement bestaat - naar de regelen terzake in deze generale regeling gesteld - uit: a. het recht op het vrij bewonen van de ambtswoning b. een aanvangswedde c. periodieke verhogingen van de aanvangswedde d. een vakantietoeslag e. een premiecompensatie voor de algemene verzekeringen. 3. De bedragen van de in het tweede lid van dit artikel sub a-e genoemde onderdelen van het traktement, vastgesteld volgens de daarvoor in de orde der Kerk gestelde bepalingen, worden vermeld in een aanhangsel bij deze generale regeling, hierna te noemen het aanhangsel, waarvan een exemplaar op verzoek - en bij wijzigingen in het aanhangsel steeds een wijzigingsblad - door de raad voor de predikantstraktementen wordt toegezonden aan de predikanten en de colleges van kerkvoogden. 4. De pensioenaanspraken omvatten, naar de regelen terzake gesteld in de generale regeling voor de predikantspensioenen: a. oudedagspensioen b. invaliditeitspensioen c. weduwenpensioen d. wezenpensioen. 5. De vergoeding van onkosten wordt nader geregeld in artikel 11 en 11a van de generale regeling. 6. Aan het traktement, aangegeven in het tweede lid van dit artikel, kan - doch alleen mits zulks op de ligger van de aan de standplaats verbonden rechten en verplichtingen is vastgelegd en de gemeente aan haar verplichtingen jegens de predikantsplaats voldoet - een standplaatstoelage worden toegevoegd en wel hetzij ter verhoging van de aanvangswedde hetzij ter aanvulling van het totaal van aanvangswedde en verhogingen tot een bepaald eindbedrag. Artikel 3 De indeling van de standplaatsen Laatste bewerking:

3 1. Voor de bepaling van het aan de standplaatsen te verbinden traktement worden zij door de raad voor de predikantstraktementen ingedeeld naar het zielental der gemeente, waarbij de standplaats gevestigd is. 2. Deze indeling naar het zielental geschiedt aldus, dat worden ingedeeld: de standplaatsen bij in groep de gemeenten met I of meer zielen II zielen III zielen IV minder dan zielen 3. Het zielental van een gemeente wordt ten behoeve van de groepsindeling, in het tweede lid van dit artikel bedoeld, bepaald op grond van het totaal van de belijdende leden (lidmaten), de gedoopte leden, die geen lidmaten zijn (doopleden), de uit hervormde ouders geborenen, die niet zijn gedoopt (geboorteleden), een en ander volgens het register der gemeenteleden, bedoeld in ordinantie Vormt deze ledenregistratie door bijzondere omstandigheden tijdelijk geen behoorlijke maatstaf, dan geschiedt de vaststelling van deze aantallen naar beste weten door de raad voor de predikantstraktementen. 4. In centrale gemeenten geldt voor deze indeling het zielental der centrale gemeente en in streekgemeenten, in combinaties van gemeenten en in gemeenten met een pastoraal verband het totaal van het zielental der betrokken gemeenten. 5. De raad voor de predikantstraktementen is bevoegd in bijzondere gevallen in een gemeente, in een streekgemeente of in een combinatie van gemeenten met meer dan een predikantsplaats - indien de kerkenraad en het college van kerkvoogden een schriftelijk en gemotiveerd verzoek daartoe indienen - een of meer dezer predikantsplaatsen in te delen in een hoger genummerde groep dan volgens het tweede lid van dit artikel is aangegeven, indien de pastorale verzorging van een deel dier gemeente of combinatie in hoofdzaak aan een dier predikantsplaatsen verbonden is en zulks naar het oordeel van de raad redelijkerwijze zou moeten leiden tot indeling in een hoger genummerde groep. 6. Op schriftelijk verzoek van het college van kerkvoogden van een gemeente of van een streekgemeente of van de colleges van kerkvoogden van een combinatie van gemeenten gezamenlijk, deelt de raad voor de predikantstraktementen een of meer van de bij die gemeente(n) gevestigde predikantsplaatsen in een lager genummerde groep in dan volgens zielental, mits het betrokken college van kerkvoogden aantoont en verklaart, dan wel de betrokken colleges van kerkvoogden aantonen en verklaren, zulks ten genoegen van de provinciale kerkvoogdij-commissie en van de raad voor de predikantstraktementen, dat zijn gemeente in staat en bereid is dan wel hun gemeenten in staat en bereid zijn de daaraan verbonden kosten te dragen, zonder dat dit geschiedt ten koste van de andere lasten en verplichtingen van die gemeente(n). Artikel 4 De herziening van de indeling 1. De indeling van de standplaatsen wordt door de raad voor de predikantstraktementen herzien per 1 januari 1975 en vervolgens om de zes jaren. 2. Voor de telling van het zielental van de gemeente met het oog op de indeling van de standplaats(en) geldt het zielental op 1 januari voorafgaande aan het jaar bedoeld in lid 1 van dit artikel. Laatste bewerking:

4 3. Tussentijds kan de raad voor de predikantstraktementen tot vaststelling of herziening van de groepsindeling overgaan: a. bij de vorming van een nieuwe gemeente of bij samenvoeging van gemeenten b. bij het aangaan of ontbinden van een combinatie, bij de vorming of ontbinding van een centrale gemeente of van een streekgemeente bij wijziging van de grenzen ener gemeente, of bij een belangrijke toeneming van het zielental der betrokkengemeente(n) c. indien een verzoek wordt ingediend als bedoeld in het zesde lid van artikel 3 van deze generale regeling. 4. Indien ten aanzien van een of meer predikantsplaatsen, die overeenkomstig het bepaalde in het zesde lid van artikel 3 van deze generale regeling zijn ingedeeld in een lager genummerde groep dan volgens zielental, bij het ontstaan van een vacature door het betrokken college van kerkvoogden of door de betrokken colleges van kerkvoogden gezamenlijk een daartoe strekkend verzoek wordt ingediend, deelt de raad voor de predikantstraktementen die plaats(en) alsdan wederom in de groep volgens zielental in. 5. Indien uit een herziening van de indeling een verlaging van het predikantstraktement zou voortvloeien, treft deze verlaging nog niet de predikant, die op dat ogenblik de standplaats bezet. II. DE SAMENSTELLING VAN HET TRAKTEMENT Artikel 5 De ambtswoning 1. Op de gemeente(n), bij welke een predikantsplaats is gevestigd, rust de verplichting ten behoeve van die standplaats een ambtswoning ter beschikking te stellen, gelegen binnen de grenzen der gemeente(n) of - zo het een centrale gemeente betreft - binnen de grenzen der wijkgemeente, aan welke de betrokken standplaats is toegewezen. 2. De gemeente, die geen ambtswoning in eigendom bezit, voorziet daarin door het huren van een daartoe geschikt huis, aan hetwelk zij de bestemming van ambtswoning geeft. 3. De predikant, die de standplaats bezet, heeft het recht de ambtswoning te bewonen zonder dat daarvoor huur of retributie verschuldigd is. 4. De kosten van onderhoud en reparaties, die volgens het Burgerlijk Wetboek ten laste van huurders komen, worden door de predikant gedragen, terwijl de overige op de ambtswoning drukkende lasten en onderhoudskosten voor rekening van de gemeente komen. 5. Het in het vierde lid van dit artikel ten aanzien van de predikant bepaalde is van overeenkomstige toepassing, als de gemeente de ambtswoning niet in eigendom heeft. 6. De gemeente is verplicht de ambtswoning - zo deze haar in eigendom toebehoort - behoorlijk te onderhouden en - zo zij daarvan geen eigenares is - datgene te doen, wat van haar terzake in redelijkheid kan worden verlangd. 7. Het is de gemeente, zonder toestemming van het provinciaal college van toezicht, en, zo de standplaats bezet is, zonder toestemming van de betrokken predikant, niet geoorloofd de ambtswoning en de daarbij behorende tuin, zo deze haar in eigendom toebehoren, te vervreemden of met enig zakelijk recht te belasten of daarvan te ontheffen, dan wel wijziging te brengen in de voor de ambtswoning gebezigde plaats of in de grootte van de daarbij behorende tuin, dan wel in ambtswoning of tuin ingrijpende wijzigingen aan te brengen. 8. Indien zeer bijzondere omstandigheden - ter beoordeling van het provinciaal college van toezicht - het wenselijk en verantwoord maken een besluit te nemen terzake van de ambtswoning of de daarbij behorende tuin, waarbij afgeweken wordt van het in het zevende lid van dit artikel bepaalde, kan het provinciaal college van toezicht ontheffing van het in dat lid bepaalde verlenen, Laatste bewerking:

5 mits aan de predikant onder vergoeding van de verhuiskosten naar het bepaalde in artikel 11, lid 1, dezer generale regeling een andere, naar het oordeel van het provinciaal college redelijk aanvaardbare, ambtswoning ter beschikking wordt gesteld, en eventuele andere nadelen, uit deze ontheffing voor hem voortvloeiende, naar het oordeel van het provinciaal college redelijkerwijze worden gecompenseerd. 9. Onverminderd haar recht een bij de ambtswoning behorende moestuin ter verzekering van een behoorlijk onderhoud daarvan tijdens de vacature aan derden - anders dan in pacht - al of niet tegen vergoeding ten gebruike af te staan, is het de gemeente niet geoorloofd tijdens het vacant zijn van de predikantsplaats de ambtswoning geheel of ten dele te verhuren of aan derden in gebruik te geven dan alleen met machtiging van en onder naleving van de voorwaarden gesteld door het provinciaal college van toezicht en steeds onder uitdrukkelijk, schriftelijk vast te leggen, beding van ontruiming op eerste aanmaning, zodra een beroep in de vacature is aangenomen, of op andere wijze daarin tijdelijk of voor langere duur wordt voorzien. 10. In het recht op het vrij bewonen van de ambtswoning is - onverminderd afzonderlijke regelingen terzake naar het bepaalde in artikel 11 dezer generale regeling getroffen - vrij tuinonderhoud, vrij waterverbruik, aanspraak op vergoeding daarvoor, of enig recht op vergoeding voor enige belasting niet inbegrepen. 11. De predikant, die de standplaats bezet, is van zijn kant gehouden de ambtswoning te betrekken, deze als een goed huisvader en overeenkomstig haar bestemming te bewonen en bij zijn vertrek huis en tuin in een naar omstandigheden redelijke toestand achter te laten. 12. De predikant is zonder toestemming van het college van kerkvoogden niet bevoegd ambtswoning of tuin - anders dan gedurende een tijdelijke afwezigheid - geheel of ten dele te verhuren, of, al dan niet tegen vergoeding, aan anderen ten gebruike af te staan. 13. Indien zeer bijzondere omstandigheden daartoe zouden nopen, kan het provinciaal college van toezicht op gemeenschappelijk verzoek van de predikant en het college van kerkvoogden de predikant, zo deze binnen de grenzen der (wijk)gemeente een andere redelijke woongelegenheid gevonden heeft, ontheffing verlenen van de verplichting de ambtswoning te bewonen, in welk geval het college van toezicht een voor dat geval passende regeling treft inzake de financiële gevolgen voor gemeente en predikant daaruit voortvloeiende, met dien verstande dat de predikant in dit geval geen aanspraak heeft op een hogere vergoeding voor huishuur dan het bedrag, dat de gemeente bruto uit het verhuren van de ambtswoning ontvangt. 14. Daar, waar de ambtswoning nog van oudsher tot de pastoralia behoort, wordt zij geacht door de gemeente in gebruik verkregen te zijn tegen een zodanige jaarlijkse vergoeding als door het provinciaal college van toezicht, het college van kerkvoogden en de predikant als vruchtgebruiker van de pastoralia gehoord, in elk geval afzonderlijk naar rede en billijkheid zal zijn vastgesteld. Artikel 6 De vergoeding voor het gemis van een ambtswoning 1. Aan een gemeente, die door zeer bijzondere omstandigheden tijdelijk niet in staat is binnen de voorgeschreven grenzen een ambtswoning ter beschikking van de predikantsplaats te stellen, kan de provinciale kerkvoogdij-commissie, in geval dispensatie is verleend naar het bepaalde in het tweede lid van artikel 10 van de ordinantie voor het pastoraat, toestemming verlenen, om daarin te voorzien met behulp van een bepaald, buiten die grenzen gelegen huis, of zo ook dit redelijkerwijze niet mogelijk is, door de predikant een vergoeding te geven voor het gemis van een ambtswoning, welke vergoeding - zonder vrijwillige medewerking van het college van kerkvoogden - niet hoger is dan het bedrag, dat de predikant aan huishuur verschuldigd is en niet het bedrag te boven gaat, als aangegeven in het aanhangsel. Laatste bewerking:

6 2. De maximumbedragen voor de vergoeding van huishuur, als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, worden vastgesteld en gewijzigd met inachtneming van het bepaalde in ordinantie en vermeld in het aanhangsel. Artikel 7 De aanvangswedde 1. De bedragen van de aan de predikantsplaats verbonden minimum-aanvangswedden worden vastgesteld en gewijzigd met inachtneming van het bepaalde in ordinantie en vastgelegd in het aanhangsel. 2. Indien bijzondere omstandigheden - ter beoordeling van de raad voor de predikantstraktementen - daartoe aanleiding geven, kan deze, het breed moderamen der provinciale kerkvergadering, dat daarover het oordeel vraagt van de provinciale kerkvoogdijcommissie, gehoord, uit de middelen van de kas voor de predikantstraktementen aan de standplaats een subsidie toekennen voor de verschaffing van de aanvangswedde onder vaststelling tevens voor welk tijdvak zij gegeven wordt en - als dit tijdvak meer dan een kalenderjaar omvat - van het bedrag der subsidie in elk dier jaren. 3. Een toegekende subsidie kan door de raad voor de predikantstraktementen echter tussentijds worden verlaagd of ingetrokken: a. bij het ontstaan van een predikantsvacature b. indien de gemeente nalatig is inzake enige financiële verplichting haar bij of krachtens ordinantie opgelegd c. als de raad daartoe gegronde redenen aanwezig acht hetzij met betrekking tot de inkomsten van de predikant uit ambt of met kerkelijke toestemming aanvaarde nevenfunctie hetzij uit hoofde van de financiële omstandigheden of mogelijkheden der gemeente hetzij in verband met andere mogelijkheden inzake haar pastorale verzorging. 4. Als een predikantsplaats vacant wordt en in de daarmede op één lijn te stellen gevallen eindigt de uitbetaling van een toegekende subsidie op de laatste dag van de kalendermaand na die, waarin de vacature ontstond of de daarmede op één lijn te stellen toestand is ingetreden. 5. De raad voor de predikantstraktementen is bevoegd bij het verlenen van de subsidie daaraan voorwaarden te verbinden, doch indien deze voorwaarden de arbeid van de predikant betreffen, alleen nadat daarover tevoren schriftelijke overeenstemming is verkregen tussen de raad en het breed moderamen der provinciale kerkvergadering, dat terzake de kerkenraad, het college van kerkvoogden en de predikant vooraf hoort. 6. De raad voor de predikantstraktementen kan voorts een subsidie geven, ter tegemoetkoming in andere in het belang der gemeente te maken kosten ten behoeve van de predikantsplaats. Artikel 8 De periodieke verhogingen van de aanvangswedde 1. Het aantal periodieke verhogingen van de aanvangswedde bedraagt vijftien. 2. Behoudens het bepaalde in het vierde en vijfde lid van dit artikel heeft de predikant, die op de eerste dag van het kalenderjaar de leeftijd heeft voor dat kalenderjaar bereikt van aanspraak op: 30 jaar 1 periodieke verhoging 31 jaar 2 periodieke verhogingen 32 jaar 3 periodieke verhogingen 33 jaar 4 periodieke verhogingen 34 jaar 5 periodieke verhogingen 35 jaar 6 periodieke verhogingen Laatste bewerking:

7 36 jaar 7 periodieke verhogingen 37 jaar 8 periodieke verhogingen 38 jaar 9 periodieke verhogingen 39 jaar 10 periodieke verhogingen 40 jaar 11 periodieke verhogingen 41 jaar 12 periodieke verhogingen 42 jaar 13 periodieke verhogingen 43 jaar 14 periodieke verhogingen 44 aar of ouder 15 periodieke verhogingen 3. Het bedrag van de periodieke verhogingen wordt vastgesteld en gewijzigd met inachtneming van het bepaalde in ordinantie en vermeld in het aanhangsel. 4. In afwijking van het in het tweede lid van dit artikel bepaalde wordt echter ten aanzien van degene, die - de leeftijd van 40 jaar bereikt hebbende - voor het eerst, of na een onderbreking van zijn dienst, bevestigd wordt op een predikantsplaats waaraan uitkering uit de kas voor de predikantstraktementen is of wordt verbonden, van geval tot geval door het breed moderamen der generale synode - de raad voor de predikantstraktementen gehoord - bepaald of hem en zo ja hoeveel periodieke verhogingen als genoemd in het eerste lid van dit artikel, hetzij naar zijn leeftijd, hetzij in verband met elders in een functie of betrekking doorgebrachte diensttijd, en met een maximum van 15 verhogingen, worden toegekend, met dien verstande evenwel, dat hij voor elk vol kalenderjaar door hem als predikant na zijn 29ste levensjaar in dienst van de hervormde kerk doorgebracht, in elk geval aanspraak heeft op n periodieke verhoging, met een maximum van 15 verhogingen. 5. Bij toepassing van het bepaalde in het vierde lid van dit artikel kan het breed moderamen tevens bepalen dat met aan de predikant uit de kas voor de predikantstraktementen toegekende periodieke verhogingen voor dienstjaren doorgebracht in een niet-kerkelijke functie of betrekking wordt verrekend hetgeen hij geniet uit nevenwerkzaamheden of uit tot uitkering gekomen wachtgelden of pensioenen. Artikel 9 De vakantietoeslag 1. De predikant heeft per 31 mei van het lopende kalenderjaar recht op een vakantietoeslag over het aantal gehele maanden, waarin hij gedurende de afgelopen periode van 1 juni tot en met 31 mei aan de gemeente was verbonden, met dien verstande, dat bij overkomst uit een andere gemeente als eerste gehele maand geldt die, welke volgt op de maand waarin de datum van losmaking is gelegen. 2. De vakantietoeslag bedraagt een percentage van de som van de minimum-aanvangswedde, de periodieke verhogingen, de premiecompensatie voor de algemene verzekeringswetten en de maximum huishuurvergoeding, als bedoeld in artikel 6 van deze regeling, voor groep III. 3. Het percentage en de bedragen van de vakantietoeslag worden vastgesteld en gewijzigd met inachtneming van het bepaalde in ordinantie en vermeld in het aanhangsel. 4. De vakantietoeslag komt ten laste van de gemeente en wordt door haar uitbetaald in de maand mei, doch bij het vacant worden van de betrokken predikantsplaats v r het verstrijken van de lopende periode als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, in de maand waarin de vacature ontstaat, en dan over het tijdvak, gelegen tussen het einde van de laatst verstreken periode en het einde van de maand waarin de vacature ontstaan is. Artikel 10 Premiecompensatie en inhouding in verband met sociale premies Laatste bewerking:

8 1. De predikant ontvangt van de gemeente een compensatie voor de premies, welke hij is verschuldigd krachtens de wetten die volksverzekeringen regelen. 2. De uitbetaling van de in het eerste lid bedoelde compensatie geschiedt in twaalf maandelijkse gelijke termijnen. 3. Indien de ontwikkeling van de premies krachtens de sociale verzekeringswetten daartoe aanleiding geeft, kan de raad voor de predikantstraktementen bepalen dat op het predikantstraktement een inhouding wordt toegepast. 4. De bedragen van de in het eerste lid bedoelde compensatie en van de in het derde lid bedoelde inhouding worden vastgesteld en gewijzigd met inachtneming van het bepaalde in ordinantie en vermeld in het aanhangsel. Artikel 10a Uitkering bij jubilea 1. De predikant heeft recht op een gratificatie: bij zijn 25-jarig ambtsjubileum, een bedrag ter grootte van de helft van de som van minimum-aanvangswedde, periodieke verhoging, vakantietoeslag en vergoeding gemis ambtswoning bij zijn 40-jarig ambtsjubileum, een bedrag ter grootte van de som van minimum-aanvangswedde, periodieke verhoging, vakantietoeslag en vergoeding gemis ambtswoning. 2. De bedragen genoemd in het eerste lid worden door de raad, ten laste van de kas voor de predikantstraktementen, uitgekeerd aan de gemeente van de door de betreffende predikant bezette predikantsplaats. 3. De bedragen genoemd in het eerste lid worden vastgesteld op basis van maandbedragen overeenkomstig de voor de predikant geldende groepsindeling op het moment van zijn ambtsjubileum. De gratificatie voor de predikant met een beperkte werktijd wordt berekend naar even zoveel twaalfde delen als het getal van het voor hem geldende aantal halve dagen. Artikel 11 De verplaatsingskosten 1. De roepende gemeente vergoedt aan hem, die het beroep opvolgt, de door de beroepene redelijkerwijze gemaakte kosten door: het vervoer in Nederland van de predikant, zijn gezin en zijn inboedel het plaatsen en voor gebruik gereedmaken van de overgebrachte inboedel een bedrag gelijk aan 12% van de som van de op de dag van diens bevestiging ter plaatse voor de predikant geldende minimum-aanvangswedde, periodieke verhogingen, vakantietoeslag en vergoeding gemis ambtswoning, met als maximum 12% van de som van deze bedragen in groep I bij 9 periodieke verhogingen. Voor een predikant met een beperkte werktijd wordt bij de berekening van het in dit artikel bedoelde bedrag uitgegaan van de bedragen, die voor hem zouden gelden als hij zonder beperking van de werktijd zou zijn beroepen. 2. De in het eerste lid van dit artikel aangeduide vergoeding wordt ook gegeven aan de predikant, die ten gevolge van de beëindiging van de dispensatie, genoemd in het tweede lid van artikel 10 van de ordinantie voor het pastoraat, genoodzaakt wordt te verhuizen. 3. Indien de predikant anders dan door emeritaat zijn dienstwerk binnen achtenveertig maanden na de dag van zijn bevestiging vrijwillig beëindigt, is hij gehouden de vergoeding van de kosten, bedoeld in het eerste lid, onder letter b, van dit artikel, gedeeltelijk terug te betalen en wel bij beëindiging tijdens het eerste twaalftal maanden 75%, Laatste bewerking:

9 tijdens het tweede en het derde twaalftal maanden 50% en tijdens het vierde twaalftal maanden 25%, behoudens ingeval van vrijstelling overeenkomstig het bepaalde in ordinantie van het bepaalde in ordinantie onder letter c wegens nalatigheid van de gemeente in de uitbetaling van het predikantstraktement. Artikel 11a De vergoeding van onkosten 1. De predikant, die verzekerd is ter dekking van tenminste de volledige kosten van verpleging voor onbeperkte duur in een ziekenhuis, van de klinische specialistische hulp en de bijkomende kosten tijdens die verpleging en van verpleging voor onbeperkte duur in een sanatorium, ontvangt van zijn gemeente een tegemoetkoming in de daaraan verbonden premiekosten mits hij kan aantonen, dat hij overeenkomstig het vorenstaande verzekerd is en de vervallen premies heeft voldaan. 2. De in lid 1 bedoelde tegemoetkoming wordt vastgesteld met inachtneming van het bepaalde in ordinantie en vermeld in het aanhangsel. 3. De predikant ontvangt ten behoeve van zijn ambtsuitoefening voor de volgende kosten een vergoeding: a. Vervoerskosten b. Representatiekosten c. Vakliteratuur d. administratie- en bureaukosten en e. telefoonkosten. 4. De bedragen van de in het vorige artikel bedoelde vergoedingen worden vastgesteld met inachtneming van het bepaalde in ordinantie en worden vermeld in het aanhangsel. 5. Aan het traktement kan voorts op de ligger door het college van kerkvoogden worden toegevoegd: a. het recht op een of meer vrije zitplaatsen in het kerkgebouw, ten behoeve van het predikantsgezin b. het recht op vrij tuinonderhoud, in welk geval het college van kerkvoogden - met de verplichting daartoe - de kosten van het redelijk onderhoud van de pastorietuin of een bepaald aangewezen gedeelte daarvan op zich neemt c. het recht op vergoeding tot een bepaald bedrag - hetzij als betaling ineens, hetzij op declaratie te voldoen - van de kosten, verbonden aan het onderhoud van de pastorietuin of een gedeelte daarvan d. het recht op vrij waterverbruik een tegemoetkoming in de onroerendgoedbelasting voor zover deze berust op de huurwaarde van de ambtswoning e. andere vergoedingen. II A. TIJDELIJKE VRIJSTELLING VAN HET DIENSTWERK Artikel 12 Tijdelijke vrijstelling 1. De predikanten zijn elk jaar gedurende zes, of als zij vijftig jaar of ouder zijn, zeven weken vrijgesteld van hun dienstwerk. Bovendien zijn zij op tenminste vijf zondagen vrijgesteld van de vervulling van hun dienstwerk. 2. Vrouwelijke predikanten zijn in geval van zwangerschap vrijgesteld van de vervulling van hun dienstwerk voor een periode van in totaal zestien weken. Het zwangerschapsverlof kan worden opgenomen vanaf zes tot uiterlijk vier weken voor de vermoedelijke datum van bevalling. Laatste bewerking:

10 3. Een gemeente heeft, in geval van zwangerschapsverlof van haar vrouwelijke predikant, aanspraak op een vergoeding van de werkelijk gemaakte vervangingskosten voor de waarneming van het dienstwerk met een maximum van 50% van het ten laste van de gemeente komende brutotraktement van de vrouwelijke predikant. De vergoeding wordt door de raad, ten laste van de kas voor de predikantstraktementen, uitgekeerd. De kosten worden vergoed op basis van declaratie op een door de raad te verstrekken formulier. III.DE VASTLEGGING VAN HET TRAKTEMENT Artikel 13 De ligger 1. Van de aan de predikantsplaats verbonden rechten en verplichtingen wordt een ligger opgemaakt. 2. Deze ligger bevat - naar het model, dat als bijlage bij deze generale regeling is gevoegd en geacht wordt daarvan deel uit te maken - een korte opsomming van alle rechten en verplichtingen terzake van het traktement, het pensioen en de onkostenvergoedingen aan de standplaats verbonden. 3. (Vervallen per ) 4. (Vervallen per ) 5. (Vervallen per ) 6. (Vervallen per ) Artikel 14 De vaststelling van de ligger 1. De ligger wordt, nadat de verklaring verkregen is, bedoeld in het eerste lid van artikel 16 dezer generale regeling, in tweevoud opgemaakt en getekend door het college van kerkvoogden, waarna beide exemplaren ter goedkeuring worden gezonden aan de provinciale kerkvoogdij-commissie, die daarop met die goedkeuring tevens de datum vermeldt waarop de ligger van kracht wordt. 2. Het ene exemplaar van de ligger wordt bewaard door de provinciale kerkvoogdij-commissie, het andere door het college van kerkvoogden. 3. Indien in de op de ligger vastgelegde rechten of verplichtingen een wijziging moet worden aangebracht, geschiedt dit niet door wijziging van de bestaande exemplaren, doch wordt in dat geval een nieuwe ligger opgemaakt, met inachtneming van het in het eerste en tweede lid van dit artikel bepaalde. 4. Bij enig geschil omtrent de redactie van de ligger is de tekst van het door de provinciale kerkvoogdij-commissie bewaarde exemplaar beslissend. 5. (Vervallen per ) 6. (Vervallen per ) 7. (Vervallen per ) IV. DE VOORZIENING IN HET TRAKTEMENT Artikel 15 De zorg voor het traktement 1. De zorg voor een ambtswoning, of bij het ontbreken daarvan voor de vergoeding van huishuur de verschaffing van de aanvangswedde de premiecompensatie voor de algemene verzekeringen de betaling van de periodieke verhogingen Laatste bewerking:

11 de vakantietoeslag de pensioenstortingen en de betaling van de onkostenvergoedingen rust op de gemeente bij welke de predikantsplaats is gevestigd. 2. Aan haar verplichtingen inzake de ambtswoning of huishuurvergoeding aanvangswedde vakantietoeslag premiecompensatie vergoeding van onkosten en pensioenstortingen, voldoet de gemeente rechtstreeks aan die, inzake de periodieke verhogingen voldoet zij door de betaling van haar aandeel in de omslag van de lasten van de kas voor de predikantstraktementen over de gemeenten. Artikel 16 De aanwezigheid van de benodigde gelden 1. Alvorens een gemeente overgaat tot het vaststellen van een ligger of tot het uitbrengen van een beroep, vraagt zij een verklaring van de provinciale kerkvoogdij-commissie, dat deze de gemeente in staat acht de krachtens de ligger op haar rustende verplichtingen inzake traktement en pensionering na te komen, zonder dat dit geschiedt ten koste van haar andere verplichtingen, inzonderheid ook van die, welke betrekking hebben op een regelmatig en redelijk onderhoud van haar gebouwen en goederen en afschrijvingen daarop. 2. Deze verklaring, waarin door de provinciale kerkvoogdij-commissie een termijn wordt gesteld, gedurende welke zij van kracht blijft, wordt door het college van kerkvoogden gevraagd en gevoegd bij de stukken, die voor het verkrijgen van autorisatie en approbatie moeten worden overlegd. 3. Is de provinciale kerkvoogdij-commissie van oordeel, dat zulk een verklaring vooralsnog niet kan worden afgegeven, dan tracht zij door overleg met het college van kerkvoogden en de kerkenraad dier gemeente te komen tot wegneming van de bestaande beletselen. 4. Mocht dit overleg niet tot een goed resultaat leiden, of was de provinciale kerkvoogdij-commissie reeds aanstonds van oordeel, dat het haar onmogelijk is de begeerde verklaring af te geven, dan brengt zij de aanvrage der gemeente over bij het breed moderamen der provinciale kerkvergadering, dat - hetzij zelf, hetzij door middel van een door hem daartoe bijzonderlijk ingestelde commissie uit de lidmaten der kerkprovincie - met de betrokken gemeente nader overweegt, op welke wijze binnen de grenzen van de beschikbare gelden en met behulp van een der in artikel 17 of 18 dezer generale regeling genoemdemogelijkheden in de pastorale zorg dier gemeente kan worden voorzien. Artikel 17 Andere voorzieningen in de pastorale verzorging 1. Indien een gemeente - ingevolge het bepaalde in artikel 16 dezer generale regeling - in haar pastorale verzorging niet kan voorzien door instandhouding van een eigen predikantsplaats, heeft zij - in overleg met het breed moderamen der provinciale kerkvergadering - de keuze uit de volgende mogelijkheden: a. samenvoeging met een of meer andere gemeenten b. het aangaan van een combinatie met een of meer gemeenten Laatste bewerking:

12 c. opneming in een streekgemeente d. vorming met een of meer andere gemeenten van of toetreding tot een centrale gemeente e. vorming met andere gemeenten van of toetreding tot een pastoraal verband f. het aangaan van een tijdelijke combinatie door de benoeming van de predikant ener andere gemeente tot consulent met opdracht voor alle pastorale arbeid. 2. Bij de toepassing van een der mogelijkheden a-f wordt tevens beslist over de instandhouding, opheffing of vestiging van de bestaande of andere predikantsplaatsen en wordt, zo nodig, tevens een regeling getroffen inzake de verrichting van bepaalde pastorale werkzaamheden naar het bepaalde in hoofdstuk VIII van de ordinantie voor het pastoraat, terwijl in een gemeente, in een streekgemeente, in een combinatie van gemeenten of in gemeenten met een pastoraal verband geen aanstelling van hulpkrachten of verlenging van zulk een aanstelling mogelijk is, zolang een of meer der betrokken gemeenten nalatig zijn in de betaling van een haar bij of krachtens ordinantie opgelegde financiële verplichting. 3. Indien er bij de toepassing van het eerste lid van dit artikel in de betrokken gemeente(n) alsnog een vacante predikantsplaats mocht zijn, waarvan de vervulling voorlopig niet is te verwachten, kan de raad voor de predikantspensioenen in overleg met de raad voor de predikantstraktementen voor een door hem te bepalen tijdvak en bedrag ontheffing verlenen van de verplichting tot betaling van de voor die standplaats verschuldigde pensioenstorting. 4. Bij het doen van een keuze zijn gemeente en breed moderamen er tevens op gericht een zodanige regeling te treffen, dat daarmede ook het belang van de andere gemeenten bij een goede pastorale verzorging ten beste wordt gediend. 5. Bij het toepassen van een der mogelijkheden uit het eerste lid van dit artikel, wordt - naar de omstandigheden dit noodzakelijk maken - tevens, onder goedkeuring van het breed moderamen der provinciale kerkvergadering, dat tevoren de provinciale kerkvoogdij-commissie hoort, een regeling gemaakt: a. inzake de participatie der betrokken gemeente(n) met betrekking tot haar verplichtingen jegens de betrokken predikantsplaats(en) zoals aanvangswedde, aandeel in de omslag van de kas voor de predikantstraktementen, pensioenbijdrage en vacaturegelden b. inzake bestemming van de ambtswoning c. inzake de financiering van de kosten voor bijstand in het pastoraat d. inzake het aandeel der gemeenten in de keuze van predikanten of van hen, die tot bijstand in het pastoraat werkzaam zullen zijn e. inzake de tijden van de kerkdiensten f. inzake de voorziening in de predikbeurten. 6. Indien bijzondere omstandigheden naar het oordeel van het breed moderamen der provinciale kerkvergadering daartoe aanleiding geven, kan dit moderamen, op verzoek van de betrokken gemeente en predikant, goedkeuren, dat die predikant wordt beroepen op een predikantsplaats voor gewone werkzaamheden voor een door dat moderamen te bepalen tijdvak van telkens ten hoogste vijf jaren en op een wedde door dat moderamen vast te stellen, met dien verstand evenwel, dat bij toepassing van deze bepaling voor die predikant geen aanspraak bestaat op uitkering uit de kas voor de predikantstraktementen. 7. Tenzij bij afloop van het tijdvak, bedoeld in het zesde lid van dit artikel, het breed moderamen van de provinciale kerkvergadering op verzoek van de betrokken gemeente en predikant de verlenging van de betrokken regeling heeft goedgekeurd, wordt de predikant met ingang van de datum waarop de bestaande regeling afloopt, door het breed moderamen van zijn ambt ontheven. Laatste bewerking:

13 Artikel 18 Buitengewone regeling van de pastorale verzorging 1. Indien het overleg tussen gemeente en breed moderamen der provinciale kerkvergadering niet leidt tot toepassing van een der in artikel 17 dezer generale regeling genoemde mogelijkheden en de betrokken predikantsplaats reeds meer dan 12 maanden vacant is, treft het breed moderamen, in het belang der gemeente en haar pastorale verzorging, naar de bestaande mogelijkheden en naar beste weten, een de betrokken gemeente bindende regeling voor een tijdvak van ten hoogste drie jaren, waarbij tevens voor het betrokken geval geschikte bepalingen worden gemaakt inzake de bestemming van de aan de standplaats verbonden inkomsten en rechten, het gebruik van de ambtswoning en de nakoming van de op de standplaats rustende verplichtingen. 2. Indien het breed moderamen, nadat de termijn van een krachtens het eerste lid van dit artikel getroffen tijdelijke regeling is afgelopen, van oordeel is, dat een gemeente in strijd met wat redelijkerwijze van haar wordt gevraagd, blijft volharden in haar weigering om mede te werken aan een regeling voor haar pastorale verzorging, kan dat moderamen, zo de vacature langer dan 24 maanden heeft geduurd, een definitieve regeling treffen, door samenvoeging, combinatie of andere wijze van samenwerking. V. DE UITBETALING VAN HET TRAKTEMENT Artikel 19 De uitbetaling van de aanvangswedde 1. Met inachtneming van de delegatie, in het zesde lid van dit artikel bedoeld, wordt de aan de standplaats verbonden aanvangswedde, vermeerderd met de op de ligger vastgelegde personele toelagen, door de gemeente aan de predikant uitbetaald in twaalf gelijke termijnen, telkens op de laatste werkdag der maand, waarop de uitbetaling betrekking heeft. 2. Ten aanzien van de uitbetaling van de huishuurvergoeding - krachtens een verleende dispensatie - of van de premiecompensatie, krachtens artikel 6 en artikel 10 dezer generale regeling, wordt de aanvangswedde, bedoeld in het eerste lid van dit artikel, geacht met de bedragen van deze vergoeding en deze compensatie te zijn verhoogd. 3. Indien de predikant het verlangen daartoe schriftelijk aan het college van kerkvoogden te kennen heeft gegeven, verzoekt dit aan de administratie der belastingen ten aanzien van de inning van de op het predikantstraktement verschuldigde belasting en van de voor hem geldende premies voor de algemene verzekeringswetten toepassing te geven aan de terzake voor de loonbelasting geldende bepalingen. 4. In dat geval brengt het college van kerkvoogden bij de maandelijkse uitbetaling van de aanvangswedde daarop de over die maand verschuldigde belasting en premie in mindering en maakt het dat bedrag, met inachtneming van de terzake verder gestelde voorschriften, aan de ontvanger der belastingen over. 5. Een krachtens het derde lid van dit artikel gemaakte afspraak vervalt bij het vertrek of overlijden van de predikant en kan overigens alleen worden beëindigd op schriftelijk verzoek van de predikant, doch dan alleen met ingang van de eerste dag van een kalenderjaar en mits dit tenminste drie maanden tevoren schriftelijk aan de betrokkenbelastingadministratie is medegedeeld. 6. Inkomsten uit fondsen en goederen, ten bate van de predikantsplaats worden aangewend ter voorziening van de kosten van het traktement. 7. (Vervallen per ) 8. (Vervallen per ) Laatste bewerking:

14 9. De predikant is verplicht een te zijner name staande post- of bankrekening te nemen, evenals het college van kerkvoogden, dat zijn rekening stelt ten name van de hervormde gemeente te... met als gemachtigde de secretaris-kerkvoogd, de administrerend-kerkvoogd of de kerkelijke ontvanger, dan wel twee der hier genoemden. 10. De uitbetaling van een aan de standplaats ten behoeve van de aanvangswedde toegekende subsidie uit de kas voor de predikantstraktementen, geschiedt ter keuze van die kas, of per maand en dan aan het eind van elke maand, of per kwartaal, doch dan bij de aanvang van het kwartaal, waarover de subsidie loopt. 11. Bij nalatigheid van de gemeente inzake de tijdige en volledige uitbetaling van enig te haren laste komend onderdeel van het traktement, heeft de predikant aanspraak op een rentevergoeding, berekend op jaarbasis naar een door de raad voor de predikantstraktementen vast te stellen en in het aanhangsel te vermelden percentage van het onbetaald gebleven bedrag. Artikel 19a De verrekening van inkomsten uit nevenwerkzaamheden 1. Het college van kerkvoogden verrekent inkomsten van de predikant, welke verbonden zijn aan door hem verrichte nevenwerkzaamheden, met de uitbetaling van de aanvangswedde overeenkomstig een daartoe door de raad voor de predikantstraktementen opgestelde tabel. 2. De in het eerste lid van dit artikel bedoelde tabel wordt door de raad voor de predikantstraktementen vastgesteld en gewijzigd met inachtneming van het bepaalde in ordinantie en opgenomen in het aanhangsel. 3. Een predikant die inkomsten uit nevenwerkzaamheden geniet, doet van die inkomsten per kalender-kwartaal opgave aan het college van kerkvoogden, bij gebreke waarvan dit college bevoegd is de uitbetaling van de aanvangswedde op te schorten, totdat deze opgave is verstrekt. 4. Omtrent de in het vorige lid van dit artikel bedoelde opgave worden nadere voorschriften gegeven door de raad voor de predikantstraktementen, die tevens een omschrijving geeft van hetgeen binnen het kader van de gestelde regeling voor verrekening in aanmerking komt. 5. De predikant doet jaarlijks aan de raad voor de predikantstraktementen vóór en door de raad te bepalen datum opgave van aard en omvang van door hem in het afgelopen jaar verrichte nevenwerkzaamheden, alsmede vóór een door de raad te bepalen datum van de inkomsten uit die nevenwerkzaamheden, een en ander onder gebruikmaking van een daartoe door de raad vastgesteld formulier. 6. Van de ingevolge het bepaalde in het vijfde lid van dit artikel ontvangen gegevens geeft de raad voor de predikantstraktementen op zijn verzoek kennis aan het college van kerkvoogden van de betrokken gemeente, alsmede op haar verzoek aan de betrokken provinciale kerkvoogdijcommissie. 7. Bij een geschil inzake de verrekening van inkomsten uit nevenwerkzaamheden kan de predikant of het college van kerkvoogden een uitspraak vragen van de raad voor de predikantstraktementen, die alsdan terzake een voor partijen bindende beslissing geeft. 8. Van een beslissing als bedoeld in het zevende lid van dit artikel staat binnen een maand na verzending van die beslissing beroep open op de commissie van beroep voor de traktementen, salarissen en pensioenen, terzake waarvan het bepaalde in artikel 50 van deze generale regeling van overeenkomstige toepassing is. Artikel 19b Het pensioenbijdrageverhaal 1. Bij de uitbetaling van de aanvangswedde wordt door het college van kerkvoogden daarop maandelijks een bedrag ingehouden gelijk aan een twaalfde deel van het in het derde lid van Laatste bewerking:

15 artikel 15 van de generale regeling voor de predikantspensioenen bedoelde pensioenbijdrageverhaal. 2. Het bedrag van het pensioenbijdrageverhaal wordt vermeld in het aanhangsel. Artikel 20 De uitbetaling van de verhogingen 1. De uitbetaling van de periodieke verhogingen ten behoeve van de standplaats geschiedt aan de predikant in vier gelijke termijnen op de laatste werkdag van het kwartaal waarop de uitbetaling betrekking heeft. 2. Indien de predikant(en) en het college van kerkvoogden een gemeenschappelijk verzoek daartoe indienen, geschiedt de in het eerste lid van dit artikel bedoelde uitbetaling aan het college van kerkvoogden, mits a. dit college zich verbindt aan de predikant(en) op de laatste werkdag van elke maand van het betrokken kwartaal een derde deel van het hun over dat kwartaal toekomende bedrag uit te betalen b. zulk een verzoek wordt ingediend bij de raad voor de predikantstraktementen vóór 1 november, geldt voor alle bij die gemeente gevestigde standplaatsen en van kracht is voor het gehele eerstvolgende kalenderjaar. 3. Gedurende de tijd dat een predikantsplaats vacant is, vindt - behalve in de gevallen, waarin nabestaanden van de predikant nog aanspraak op uitkering uit de kas hebben - geen uitkering van verhogingen plaats. 4. De predikant verstrekt telkenjare - vóór een door de raad voor de predikantstraktementen te bepalen tijdstip - de door de raad voor de vervulling van zijn taak nodig geachte gegevens. 5. Heeft de predikant deze gegevens niet of niet tijdig verstrekt, dan vervalt daarmede zijn aanspraak op uitbetaling uit de kas, totdat hij alsnog aan deze verplichting heeft voldaan, in welk geval het hem nog toekomende bedrag tegelijk met de eerstvolgende driemaandelijkse uitkering wordt overgemaakt. 6. Een predikant, die meer dan zes maanden nalatig is gebleven met het verstrekken van de gevraagde gegevens, verliest daardoor zijn aanspraak op de uitkering over de afgelopen zes kalendermaanden. 7. (Vervallen per ) 8. (Vervallen per ) 9. Indien de gemeente nalatig is in het voldoen van het aandeel voor haar predikantsplaats(en) in de lasten der kas, kan de raad voor de predikantstraktementen onder goedkeuring van de generale financiële raad en onder kennisgeving aan het breed moderamen der betrokken provinciale kerkvergadering bepalen, dat de uitbetaling uit de kas ten behoeve van die standplaats geheel of ten dele wordt stilgelegd, totdat dat aandeel geheel is voldaan. 10. Indien het in het negende lid van dit artikel genoemde beletsel voor het doen van uitkering uit de kas is weggevallen, wordt het niet uitbetaalde bedrag, vermeerderd met een rente, berekend op overeenkomstige wijze als aangegeven in het zevende lid van artikel 41 dezer generale regeling, alsnog aan de predikant overgemaakt, met inhouding evenwel van al hetgeen de predikant van, uit of namens zijn gemeente in of over het tijdvak, dat de uitkering was stilgelegd, boven de voor zijn standplaats geldende, op de ligger vastgelegde, aanvangswedde uit welken hoofde ook ontvangen heeft. Artikel 21 (Vervallen) Laatste bewerking:

16 Artikel 22 Verhuizing en uitbetaling van vergoedingen 1. Een naar een andere standplaats vertrekkende predikant wordt door zijn gemeente in de gelegenheid gesteld om een zestal werkdagen vóór de in de akte van losmaking vastgestelde datum van bevestiging de verhuizing naar zijn nieuwe gemeente te verzorgen, behoudens afwijking bij onderling goedvinden in bijzondere omstandigheden. 2. De betaling van de vergoeding voor de verhuiskosten vindt plaats binnen een maand na de bevestiging van de predikant op zijn nieuwe standplaats. 3. De betaling of afrekening van de vergoedingen voor de administratie- en transportkosten geschiedt aan het einde van elke maand, of van elk kwartaal, naar zulks tussen de predikant en het college van kerkvoogden is overeengekomen. Artikel 23 De uitbetaling van het traktement over een deel van het jaar 1. De rechten en verplichtingen aan een standplaats verbonden gelden voor de predikant met ingang van de dag van zijn bevestiging of van de dag, waarop hij gerekend wordt zijn standplaats te hebben ingenomen. 2. Bij vertrek naar een andere standplaats gelden deze rechten en verplichtingen voor hem tot de dag, waarop hij in zijn nieuwe gemeente is bevestigd of waarop hij geacht wordt zijn nieuwe standplaats te hebben ingenomen. 3. In geval van emeritaat, ontheffing van of ontzetting uit het ambt gelden deze rechten en verplichtingen voor hem tot aan de dag, met ingang waarvan het emeritaat werd verkregen, de ontheffing is geschied of de ontzetting heeft plaatsgevonden. 4. In geval van overlijden komt het nog niet door de predikant ontvangen traktement tot en met de sterfdag als persoonlijke inkomst toe aan degenen, die ten gevolge van dat overlijden aanspraak op weduwen- of wezenpensioen krijgen en - bij het ontbreken van dezen - als inkomst van de boedel aan de erfgenamen van de predikant. 5. Bij het omrekenen van een aanvangswedde, subsidie, huishuurvergoeding, premiecompensatie, onkostenvergoeding, pensioenbijdrageverhaal of uitkering uit de kas voor de predikantstraktementen, over een gedeelte van een jaar, wordt de maand op 30, het kwartaal op 90 en het jaar op 360 dagen gesteld. Artikel 24 Terugvordering van uitbetaald traktement 1. Al hetgeen op enig onderdeel van het traktement om welke reden ook teveel of ten onrechte is betaald, wordt - ter keuze van hem, die zulk een betaling verrichtte - aan deze gerestitueerd, of door hem bij de eerstvolgende betaling(en) verrekend. VI. DE BESTEMMING VAN HET TRAKTEMENT TIJDENS VACATURE Artikel 25 Het vacaturegeld 1. Gedurende de tijd, dat een predikantsplaats vacant is, wordt, behoudens het bepaalde in artikel 26 dezer generale regeling, het recht op de ambtswoning niet geoefend en wordt de minimumaanvangs-wedde - onder de naam van vacaturegeld - doorbetaald. 2. Gedurende de tijd, dat een predikantsplaats vacant is, worden de alsdan aan de standplaats toekomende gelden met inachtneming van de in deze generale regeling gestelde bepalingen geïnd en uitbetaald door het college van kerkvoogden, dat van deze inkomsten en uitgaven afzonderlijk aantekening houdt. Laatste bewerking:

17 3. In gecombineerde of tot een pastoraal verband behorende gemeenten geschiedt zulks door een der daarvoor in de hierbij betrokken regeling aangewezen colleges van kerkvoogden. 4. Van het bedrag van de minimum-aanvangswedde wordt door het college van kerkvoogden aan het eind van elk kwartaal voor elke vacaturedag overgemaakt: a. aan de Stichting voor de predikantspensioenen de pensioenbijdrage, naar het daaromtrent bepaalde in de generale regeling voor de predikantspensioenen b. aan de door het breed-ministerie van de ring te beheren kas voor de ringgelden, dat daartoe ten name van die kas een post- of bankrekening houdt, met als gemachtigde zijn quaestor, de vergoeding voor de waarneming van het dienstwerk, welke bestaat uit: i. de vergoeding voor de werkzaamheden van de consulent ii. de vergoeding voor de reiskosten van de consulent iii. de vergoeding voor elke predik- en vacaturebeurt, als bedoeld in artikel 10 lid 1 sub c en d van de generale regeling inzake het breed-misterie iv. de vergoeding voor de reiskosten in verband met de onder 3 genoemde predikbeurten c. aan de kerkenkas van de betrokken gemeente het resterende deel van de minimumaanvangs-wedde of - als er meer gemeenten of onderdelen van gemeenten zijn, die tezamen voor de aanvangswedde garant zijn - aan de kerkenkassen van die gemeenten naar verhouding van de bedragen, die elk van deze kassen voor die aanvangswedde moet inbrengen. 5. Voor de berekening van het aantal vacaturedagen in een maand wordt het getal 30 verminderd met het aantal dagen, dat de standplaats in die maand bezet was en wordt de maand op 30, het kwartaal op 90 en het jaar op 360 dagen gesteld. 6. (Vervallen per ) 7. Bij de vaststelling en wijziging van de vergoedingen, bedoeld in het vierde lid van dit artikel sub b, worden afzonderlijke bedragen bepaald voor: a. een vergoeding van de werkzaamheden van de consulent b. een vergoeding van door de consulent te maken reiskosten c. uit de kas voor de ringgelden te vergoeden predikbeurten d. door de predikanten te maken reiskosten in verband met door het breed-ministerie te vervullen predikbeurten. 8. De in het zevende lid van dit artikel bedoelde bedragen worden vastgesteld en gewijzigd met inachtneming van het bepaalde in ordinantie en vermeld in het aanhangsel. Artikel 26 Het gezinstraktement 1. Indien de predikantsplaats vacant is geworden door het overlijden van de daarop gevestigde predikant, worden, met inachtneming van de in dit artikel gemaakte beperkingen, gedurende de sterfmaand van de dag na de sterfdag af en tijdens de daaropvolgende vijf kalendermaanden, alle aan de standplaats verbonden inkomsten en rechten, met inbegrip van alle daaraan verbonden lasten en verplichtingen - een en ander naar de stand van zaken op de sterfdag - als gezinstraktement ter beschikking gesteld van de weduwe dan wel de weduwnaar en de minderjarige kinderen van die predikant. 2. Bij het ontbreken van echtgenoot en minderjarige kinderen wordt het in het eerste lid van dit artikel omschreven gezinstraktement - doch dan gedurende de sterfweek na de sterfdag en tijdens de daaropvolgende zes weken - ter beschikking gesteld van de niet of niet meer gehuwd zijnde bloedverwant of van de huisgenoot van de overleden predikant, op wie artikel 10 sub 11 van de Laatste bewerking:

Bijlage bij de generale regeling voor de predikantstraktementen en predikantspensioenen als bedoeld in ordinantie en

Bijlage bij de generale regeling voor de predikantstraktementen en predikantspensioenen als bedoeld in ordinantie en Bijlage bij de generale regeling voor de predikantstraktementen en predikantspensioenen als bedoeld in ordinantie 13-38-1 en 13-39-1. Tabellen 2019 Inhoud Algemeen... 2 1. Door het college van kerkvoogden

Nadere informatie

Tabellen DOOR DE STICHTING PREDIKANTSTRAKTEMENTEN UIT TE KEREN BEDRAGEN Tabel 12 De periodieke verhogingen 5

Tabellen DOOR DE STICHTING PREDIKANTSTRAKTEMENTEN UIT TE KEREN BEDRAGEN Tabel 12 De periodieke verhogingen 5 Aanhangsel bij de generale regeling voor de predikantstraktementen als bedoeld in artikel 2, lid 3 van de generale regeling voor de traktementen, als bedoeld in ordinantie 13-42-1. Tabellen 2016 1. DOOR

Nadere informatie

De generale synode heeft in de vergadering van 9 november 2012 de volgende wijzigingen van de kerkordelijke regelingen vastgesteld:

De generale synode heeft in de vergadering van 9 november 2012 de volgende wijzigingen van de kerkordelijke regelingen vastgesteld: Afkondiging wijzigingen kerkordelijke regelingen De generale synode heeft in de vergadering van 9 november 2012 de volgende wijzigingen van de kerkordelijke regelingen vastgesteld: Nr. 14/2012 Wijzigingen

Nadere informatie

Tabellen DOOR DE STICHTING PREDIKANTSTRAKTEMENTEN UIT TE KEREN BEDRAGEN Tabel 12 De periodieke verhogingen 5

Tabellen DOOR DE STICHTING PREDIKANTSTRAKTEMENTEN UIT TE KEREN BEDRAGEN Tabel 12 De periodieke verhogingen 5 Aanhangsel bij de generale regeling voor de predikantstraktementen als bedoeld in artikel 2, lid 3 van de generale regeling voor de traktementen, als bedoeld in ordinantie 13-42-1. Tabellen 2018 1. DOOR

Nadere informatie

Tabellen DOOR DE STICHTING PREDIKANTSTRAKTEMENTEN UIT TE KEREN BEDRAGEN Tabel 12 De periodieke verhogingen 5

Tabellen DOOR DE STICHTING PREDIKANTSTRAKTEMENTEN UIT TE KEREN BEDRAGEN Tabel 12 De periodieke verhogingen 5 Aanhangsel bij de generale regeling voor de predikantstraktementen als bedoeld in artikel 2, lid 3 van de generale regeling voor de traktementen, als bedoeld in ordinantie 13-42-1. Tabellen 2017 1. DOOR

Nadere informatie

Kerkelijk bureau Vendelier 51-D 3905 PC VEENENDAAL Telefoon (0318) Internet

Kerkelijk bureau Vendelier 51-D 3905 PC VEENENDAAL Telefoon (0318) Internet Colleges van kerkvoogden van de Hersteld Hervormde gemeenten c.c. Breed moderamen generale synode c.c. Leden generale synode c.c. Scribae classes c.c. Commissie toezicht en financiën Kerkelijk bureau Vendelier

Nadere informatie

GENERALE REGELING VOOR DE PREDIKANTSTRAKTEMENTEN EN -PENSIOENEN

GENERALE REGELING VOOR DE PREDIKANTSTRAKTEMENTEN EN -PENSIOENEN 2019 GENERALE REGELING VOOR DE PREDIKANTSTRAKTEMENTEN EN -PENSIOENEN BEHOREND BIJ ORDINANTIE 13-37-2, 13-38-1 EN 13-39-1 Vastgesteld door de generale synode: 16-06-2018 / 23-11-2018 Ingangsdatum: 01-01-2019

Nadere informatie

Model overeenkomst combinatie van gemeenten als bedoeld in ordinantie 2-8-2

Model overeenkomst combinatie van gemeenten als bedoeld in ordinantie 2-8-2 Model overeenkomst combinatie van gemeenten als bedoeld in ordinantie 2-8-2 Versie: 1.5 Datum laatste wijziging: 17-08-2016 1. De Hersteld Hervormde gemeente te (naam gemeente), vertegenwoordigd door (naam

Nadere informatie

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag.

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag. Algemene wet bestuursrecht Titel 4.1. Beschikkingen Afdeling 4.1.1. De aanvraag Artikel 4:1 Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, wordt de aanvraag tot het geven van een beschikking schriftelijk

Nadere informatie

Gelet op artikel 97, zevende lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

Gelet op artikel 97, zevende lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement; Regeling uitkering substantieel bezwarende functies 2006 [Regeling vervalt per 01-04-2015.] Zichtdatum 07-02-2018 Geldend van 01-01-2010 t/m 31-03-2015 Regeling uitkering substantieel bezwarende functies

Nadere informatie

Generale regeling inzake de procedure bij fusie en splitsing van rechtspersoonlijkheid bezittende onderdelen van de kerk

Generale regeling inzake de procedure bij fusie en splitsing van rechtspersoonlijkheid bezittende onderdelen van de kerk Generale regeling inzake de procedure bij fusie en splitsing van rechtspersoonlijkheid bezittende onderdelen van de kerk als bedoeld in ordinantie 2-19-6 Inhoudsopgave Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3.

Nadere informatie

De opheffing van het pensioenfonds predikanten.

De opheffing van het pensioenfonds predikanten. De opheffing van het pensioenfonds predikanten. Voorstellen van het generale college voor de kerkorde met betrekking tot de noodzakelijke aanpassingen in de generale regeling predikantstraktementen en

Nadere informatie

Vastgesteld in tweede lezing door de Generale Synode:

Vastgesteld in tweede lezing door de Generale Synode: 2016 Ordinantie 13 voor het pastoraat Vastgesteld in tweede lezing door de Generale Synode: 25 november 2016 gehele ordinantie Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 I. De pastorale werkzaamheden... 3 Artikel

Nadere informatie

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden.

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Nr 3213 ar. JZio GEMEENTE DORDRECHT UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Artikel l Deze verordening verstaat onder: a. ontslag: ontslag als bedoeld in artikel H 12a van het Algemeen Ambtenarenreglement

Nadere informatie

Predikantstraktementen. Predikantspensioenen

Predikantstraktementen. Predikantspensioenen 2018 Generale Regeling Predikantstraktementen en Predikantspensioenen Toelichting voor kerkenraden, colleges van kerkvoogden, colleges van notabelen en predikanten VERSIE: 1.4, 28-11-2018 1 Kerkelijk bureau

Nadere informatie

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging 3 Salaris en vergoedingsregelingen Bezoldiging Artikel 3:1 1 Met inachtneming van artikel 1:2:1 wordt aan de ambtenaar binnen het kader van een lokaal vast te stellen bezoldigingsregeling een bezoldiging

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 Burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis; gezien de instemming van de plaatselijke commissie voor georganiseerd overleg; besluiten: vast te stellen de volgende: VERORDENING,

Nadere informatie

REGLEMENT AANVULLEND ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN VAN STICHTING PENSIOENFONDS IMTECH

REGLEMENT AANVULLEND ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN VAN STICHTING PENSIOENFONDS IMTECH REGLEMENT AANVULLEND ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN VAN STICHTING PENSIOENFONDS IMTECH Inhoudsopgave Artikel Titel 1. Algemene bepalingen 1 2. Deelnemers 1 3. Jaarsalaris 2 4. Arbeidsongeschiktheidspensioengrondslag

Nadere informatie

Ordinantie 20 20. Ordinantie voor het verband met andere kerken

Ordinantie 20 20. Ordinantie voor het verband met andere kerken 20. Ordinantie voor het verband met andere kerken I Het verband met andere kerken Artikel 1 De oecumenische arbeid 1. De Nederlandse Hervormde Kerk zoekt in al haar geledingen bevestiging en versterking

Nadere informatie

Doel van de overgangsmaatregel

Doel van de overgangsmaatregel UITVOERINGSBEPALING BIJ DE OVERGANGSMAATREGEL VOOR HET VERSCHIL IN PREDIKANTSLASTEN DOOR DE INVOERING VAN DE GENERALE REGELING VOOR DE PREDIKANTSTRAKTEMENTEN EN DE GENERALE REGELING VOOR DE PREDIKANTSPENSIOENEN

Nadere informatie

Generale regeling voor stichtingen en besloten vennootschappen van de Protestantse Kerk in Nederland. als bedoeld in ordinantie 11-27-3

Generale regeling voor stichtingen en besloten vennootschappen van de Protestantse Kerk in Nederland. als bedoeld in ordinantie 11-27-3 Generale regeling voor stichtingen en besloten vennootschappen van de Protestantse Kerk in Nederland als bedoeld in ordinantie 11-27-3 Inhoudsopgave Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3. Artikel 4. Artikel

Nadere informatie

TRAKTEMENT. Traktementenschalen.

TRAKTEMENT. Traktementenschalen. I TRAKTEMENT Traktementenschalen. Bij aanvang van de ambtsuitoefening zal een predikant beginnen in schaal 0. In een periode van 20 dienstjaren wordt het maximumtraktement bereikt.. Indien de ambtsuitoefening

Nadere informatie

Generale regeling rechtspositie predikanten

Generale regeling rechtspositie predikanten Generale regeling rechtspositie predikanten als bedoeld in ordinantie 3-16-4 1 1 Wijziging generale regeling rechtspositie predikanten, titel, besluit generale synode d.d. 9 november 2012, ingegaan 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

GENERALE REGELING VOOR DE PREDIKANTSPENSIOENEN ALS BEDOELD IN

GENERALE REGELING VOOR DE PREDIKANTSPENSIOENEN ALS BEDOELD IN GENERALE REGELING VOOR DE PREDIKANTSPENSIOENEN ALS BEDOELD IN ORDINANTIE 13-45-1 A. HET PENSIOEN VAN PREDIKANTEN VOOR GEWONE WERKZAAMHEDEN I. ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Verkorting van omschrijvingen

Nadere informatie

13. Ordinantie voor het pastoraat

13. Ordinantie voor het pastoraat 13. Ordinantie voor het pastoraat I. De pastorale werkzaamheden Artikel 1 Het onderscheid in de pastorale werkzaamheden 1. De pastorale werkzaamheden der predikanten worden onderscheiden in gewone, buitengewone

Nadere informatie

ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1

ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 WET van 24 november 1975, houdende nieuwe bepalingen met betrekking tot het verlenen van jaarlijkse vacantie aan werknemers (Vacantiewet 1975) (S.B. 1975 no. 164c). ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 In deze

Nadere informatie

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd.

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd. III.1 BEZOLDIGINGSREGELING 1997 - Besluit van de gemeenteraad van Voorst 24 maart 1997. BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Deze regeling verstaat onder: 1 Ambtenaar: hij, die overeenkomstig de bepalingen van

Nadere informatie

RECHTSPOSITIEREGLEMENT

RECHTSPOSITIEREGLEMENT RECHTSPOSITIEREGLEMENT voor Bezoldigde Bestuurders van de AFMP ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Algemeen 1. Bezoldigde bestuurders van de AFMP worden in functie benoemd door de Bondsvergadering van de vereniging

Nadere informatie

TRAKTEMENT. Traktementenschalen.

TRAKTEMENT. Traktementenschalen. I TRAKTEMENT Traktementenschalen. Bij aanvang van de ambtsuitoefening zal een predikant beginnen in schaal 0. In een periode van 20 dienstjaren wordt het maximumtraktement bereikt. Indien de ambtsuitoefening

Nadere informatie

TRAKTEMENT. Traktementenschalen.

TRAKTEMENT. Traktementenschalen. I TRAKTEMENT Traktementenschalen. Bij aanvang van de ambtsuitoefening zal een predikant beginnen in schaal 0. In een periode van 20 dienstjaren wordt het maximumtraktement bereikt. Indien de ambtsuitoefening

Nadere informatie

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling 14 4 BELONING 4.1 Beloning en inschaling 4.1.1 Inschaling Artikel 28 1. Het niveau van de functie bij de werkgever wordt bepaald aan de hand van het systeem van functiewaardering dat is overeengekomen

Nadere informatie

Generale regeling voor de predikantstraktementen

Generale regeling voor de predikantstraktementen Generale regeling voor de predikantstraktementen als bedoeld in ordinantie 3-16-4 Inhoudsopgave I. Algemeen Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3. Artikel 4. Begripsomschrijvingen Beleidscommissie Predikanten

Nadere informatie

Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding Gist-Brocades. VUT Reglement

Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding Gist-Brocades. VUT Reglement Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding Gist-Brocades VUT Reglement Uitgave februari 2006 REGLEMENT VRIJWILLIG VERVROEGDE UITTREDING DSM GIST SERVICES B.V. Inhoudsopgave blz. Artikel 1 Definities...

Nadere informatie

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. 34 231 Voorstel van wet van de leden Van Oosten, Recourt en Berndsen-Jansen tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en van enige andere wetten in verband met de herziening van het stelsel van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 152 Wet van 14 maart 2002 tot wijziging van titel 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (regels verrekenbedingen) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

UITVOERINGSBEPALINGEN 2012-A

UITVOERINGSBEPALINGEN 2012-A UITVOERINGSBEPALINGEN 2012-A als bedoeld in artikel 4 van de generale regeling predikantstraktementen bedragen en voorwaarden per 1 januari 2012 Beleidscommissie Predikanten telefoon: 030-8801661 Postbus

Nadere informatie

UITVOERINGSBEPALINGEN 2011-A

UITVOERINGSBEPALINGEN 2011-A UITVOERINGSBEPALINGEN 2011-A als bedoeld in artikel 4 van de generale regeling predikantstraktementen bedragen en voorwaarden per 1 januari 2011 Beleidscommissie Predikanten telefoon: 030-8801661 Postbus

Nadere informatie

ORD HANDLEIDING EN MODEL BESLUIT VOOR HET VERLENEN VAN APPROBATIE

ORD HANDLEIDING EN MODEL BESLUIT VOOR HET VERLENEN VAN APPROBATIE ORD 3-5-6 HANDLEIDING EN MODEL BESLUIT VOOR HET VERLENEN VAN APPROBATIE 1. HANDLEIDING VOOR HET VERLENEN VAN APPROBRATIE door het breed moderamen van de classicale vergadering volgens ord. 3-5-6 1. De

Nadere informatie

Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998. Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen

Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998. Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998 Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen Artikel 1 1. In deze verordening wordt verstaan onder provinciebestuur: het bevoegde orgaan van

Nadere informatie

UITVOERINGSBEPALINGEN 2015-A

UITVOERINGSBEPALINGEN 2015-A UITVOERINGSBEPALINGEN 2015-A als bedoeld in artikel 4 van de generale regeling rechtspositie predikanten bedragen en voorwaarden per 1 januari 2015, uitgegeven op 1 januari 2015 Beleidscommissie Predikanten

Nadere informatie

STATUTEN VAN VOLLEYBALVERENIGING VIOS EEFDE

STATUTEN VAN VOLLEYBALVERENIGING VIOS EEFDE STATUTEN VAN VOLLEYBALVERENIGING VIOS EEFDE NAAM EN ZETEL Artikel 1 De vereniging draagt de naam: Volleybalvereniging VIOS Eefde en is gevestigd in de gemeente Gorssel. DOEL Artikel 2 2.1 De vereniging

Nadere informatie

UITVOERINGSBEPALINGEN 2013-A

UITVOERINGSBEPALINGEN 2013-A UITVOERINGSBEPALINGEN 2013-A als bedoeld in artikel 4 van de generale regeling rechtspositie predikanten bedragen en voorwaarden per 1 januari 2013 Beleidscommissie Predikanten telefoon: 030-8801661 Postbus

Nadere informatie

Model Arbeidsovereenkomst Bepaalde Tijd ¹

Model Arbeidsovereenkomst Bepaalde Tijd ¹ Model Arbeidsovereenkomst Bepaalde Tijd ¹ De ondergetekenden: 1. De vereniging/bond...gevestigd te...overeenkomstig haar statuten vertegenwoordigd door ²) naam:..., voorzitter naam:..., secretaris naam:...,

Nadere informatie

RANK XEROX (NEDERLAND) N.V. PENSIOENREGLEMENT

RANK XEROX (NEDERLAND) N.V. PENSIOENREGLEMENT RANK XEROX (NEDERLAND) N.V. PENSIOENREGLEMENT INHOUDSOPGAVE Pagina Artikel 1 Omschrijving 3 Artikel 2 Deelnemerschap 3 Artikel 3 Aanspraken 4 Artikel 4 Verzekering 4 Artikel 5 Pensioenbedragen 5 Artikel

Nadere informatie

Bijlage 7 (art. 13 K.O.)

Bijlage 7 (art. 13 K.O.) Bijlage 7 (art. 13 K.O.) Bijlage 7A De bepalingen in deze bijlage 7A hebben betrekking op een verdere uitwerking van art. 13 K.O. en betreffen de uitkeringen die tot en met 2013 zijn ingegaan. Hieronder

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 554 Wijziging van titel 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (regels verrekenbedingen) Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer der

Nadere informatie

Generale regeling voor het verlenen van consent tot het leiden van kerkdiensten. als bedoeld in ordinantie 5-5-2

Generale regeling voor het verlenen van consent tot het leiden van kerkdiensten. als bedoeld in ordinantie 5-5-2 Generale regeling voor het verlenen van consent tot het leiden van kerkdiensten als bedoeld in ordinantie 5-5-2 Inhoudsopgave I. ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3. De verlening van de

Nadere informatie

Predikantstraktementen en emolumenten 2019

Predikantstraktementen en emolumenten 2019 Predikantstraktementen en emolumenten 2019 Inhoud I TRAKTEMENT... 3 Traktementenschalen... 3 Jaarlijkse aanpassing... 3 Indexatie... 3 Grootte gemeente... 3 Vakantietoeslag... 3 Belastingheffing... 3 Norm

Nadere informatie

Generale regeling voor samenwerking en federatie. als bedoeld in ordinantie

Generale regeling voor samenwerking en federatie. als bedoeld in ordinantie Generale regeling voor samenwerking en federatie als bedoeld in ordinantie 2-11-7 Inhoudsopgave I. SAMENWERKING Artikel 1. Artikel 2. Algemeen Gemeenschappelijke kerkdiensten II. NAUWE SAMENWERKING (FEDERATIE)

Nadere informatie

TRAKTEMENT. Traktementenschalen.

TRAKTEMENT. Traktementenschalen. I TRAKTEMENT Traktementenschalen. Bij aanvang van de ambtsuitoefening zal een predikant beginnen in schaal 0. In een periode van 20 dienstjaren wordt het maximumtraktement bereikt. Indien de ambtsuitoefening

Nadere informatie

ORDINANTIE 12 DE BEHANDELING VAN BEZWAREN EN GESCHILLEN

ORDINANTIE 12 DE BEHANDELING VAN BEZWAREN EN GESCHILLEN ORDINANTIE 12 DE BEHANDELING VAN BEZWAREN EN GESCHILLEN Artikel 1. Algemeen 1. De behandeling van bezwaren en geschillen geschiedt ter onderhouding van het recht, met inachtneming van de rechtvaardigheid

Nadere informatie

9. Ordinantie voor de catechese

9. Ordinantie voor de catechese 9. Ordinantie voor de catechese I De catechese Artikel 1 Wat de catechese omvat 1. Het catechetisch onderricht omvat het lezen en verstaan van de Heilige Schrift de kennis van de belijdenis der Kerk, van

Nadere informatie

Ordinantie 3. voor de verkiezing van ambtsdragers 6 FEBRUARI 2015 VASTGESTELD IN TWEEDE LEZING

Ordinantie 3. voor de verkiezing van ambtsdragers 6 FEBRUARI 2015 VASTGESTELD IN TWEEDE LEZING 2015 Ordinantie 3 voor de verkiezing van ambtsdragers 6 FEBRUARI 2015 VASTGESTELD IN TWEEDE LEZING Inhoudsopgave I. Algemene bepalingen... 2 Artikel 1 Voorbereiding en leiding... 2 Artikel 2 De verkiezing

Nadere informatie

Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WAO

Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WAO Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WAO HOOFDSTUK 1, ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 begripsbepalingen 1. Voor de toepassing van dit reglement gelden de begripsbepalingen als omschreven in artikel

Nadere informatie

VUT-CAO STICHTING VRIJWILLIG VERVROEGDE UITTREDING VOOR HET BIOSCOOPBEDRIJF

VUT-CAO STICHTING VRIJWILLIG VERVROEGDE UITTREDING VOOR HET BIOSCOOPBEDRIJF VUT-CAO STICHTING VRIJWILLIG VERVROEGDE UITTREDING VOOR HET BIOSCOOPBEDRIJF Artikel 1 Werkingssfeer Deze overeenkomst is van toepassing op werkgevers en werknemers zoals gedefinieerd in artikel 3 sub d

Nadere informatie

SURINAME HOOFDSTUK IV VAKANTIEWET

SURINAME HOOFDSTUK IV VAKANTIEWET SURINAME HOOFDSTUK IV VAKANTIEWET 1975 No. 164-c GOUVERNEMENTSBLAD van SURINAME LANDSBESLUIT van 24 november 1975, houden de nieuwe bepalingen met betrekking tot het verlenen van jaarlijkse vakantie aan

Nadere informatie

Verzuim Totaal: Verzuimverzekering Conventioneel ZV-CV-2011-01

Verzuim Totaal: Verzuimverzekering Conventioneel ZV-CV-2011-01 Verzuim Totaal: Verzuimverzekering Conventioneel ZV-CV-2011-01 Deze voorwaarden vormen één geheel met de Algemene Voorwaarden Artikel 1 Begripsomschrijvingen 1.1 Loonsom Het loon, voor zover uitdrukkelijk

Nadere informatie

TRAKTEMENT. Traktementenschalen.

TRAKTEMENT. Traktementenschalen. I TRAKTEMENT Traktementenschalen. Bij aanvang van de ambtsuitoefening zal een predikant beginnen in schaal 0. In een periode van 20 dienstjaren wordt het maximumtraktement bereikt. Indien de ambtsuitoefening

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 383 Wet van 27 september 2000, houdende nieuwe regels voor de financiering van de Algemene bijstandswet, de Wet inkomensvoorziening oudere en

Nadere informatie

33 313 Voorstel van wet van de leden Sterk en Ortega-Martijn ter bevordering van het sparen door jongeren (Jongerenspaarwet)

33 313 Voorstel van wet van de leden Sterk en Ortega-Martijn ter bevordering van het sparen door jongeren (Jongerenspaarwet) T W E E D E K A M E R D E R S T A T E N - 2 G E N E R A A L Vergaderjaar 2011-2012 33 313 Voorstel van wet van de leden Sterk en Ortega-Martijn ter bevordering van het sparen door jongeren (Jongerenspaarwet)

Nadere informatie

19. Ordinantie voor de behandeling van bezwaren en geschillen

19. Ordinantie voor de behandeling van bezwaren en geschillen 19. Ordinantie voor de behandeling van bezwaren en geschillen I Bezwaren en geschillen Artikel 1 Bezwaren 1. Een kerkelijk lichaam, ambtsdrager of gemeentelid, zich bezwaard gevoelende door een besluit

Nadere informatie

1 CONCEPT 25 september 2013 LENINGEN- EN PARTICIPATIEREGLEMENT

1 CONCEPT 25 september 2013 LENINGEN- EN PARTICIPATIEREGLEMENT 1 CONCEPT 25 september 2013 LENINGEN- EN PARTICIPATIEREGLEMENT BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1. In dit leningen- en participatiereglement wordt verstaan onder: a. de vereniging: de Amsterdamse Golf Club, gevestigd

Nadere informatie

1. de sportorganisatie/school/vereniging..., gevestigd te... overeenkomstig artikel... van haar statuten vertegenwoordigd door:

1. de sportorganisatie/school/vereniging..., gevestigd te... overeenkomstig artikel... van haar statuten vertegenwoordigd door: Arbeidsovereenkomst. De ondergetekenden 1. de sportorganisatie/school/vereniging......, gevestigd te... overeenkomstig artikel... van haar statuten vertegenwoordigd door: Naam:...... Functie:... Naam:......

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 221 Rijkswet van 8 mei 2003 tot wijziging van de rijkswet van 20 december 1989, houdende regeling van pensioenen en uitkeringen aan Gouverneurs

Nadere informatie

ANW- Hiaat Reglement 2015

ANW- Hiaat Reglement 2015 ANW- Hiaat Reglement 2015 1 februari 2016 Inhoudsopgave Artikel 1. Algemene bepalingen... 3 Artikel 2. Deelnemers... 5 Artikel 3. ANW-Hiaat... 5 Artikel 4. Einde van het deelnemerschap... 7 Artikel 5.

Nadere informatie

RANK XEROX (NEDERLAND) N.V. PENSIOENREGLEMENT

RANK XEROX (NEDERLAND) N.V. PENSIOENREGLEMENT RANK XEROX (NEDERLAND) N.V. PENSIOENREGLEMENT INHOUDSOPGAVE Pagina Artikel 1 Omschrijving 3 Artikel 2 Deelnemerschap 3 Artikel 3 Aanspraken 4 Artikel 4 Verzekering 4 Artikel 5 Pensioengrondslag / dienstjaren

Nadere informatie

Volksgezondheidswetgeving GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST

Volksgezondheidswetgeving GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST 13 Geneeskundige behandelingsovereenkomst (P.B. 2000, no. 118) Landsverordening van de 23ste oktober 2000 houdende vaststelling van de tekst van Boek 7 van het Burgerlijk

Nadere informatie

RELEVANTE BEPALINGEN VAN HET BOEK 7 VAN HET B.W. BETREFFENDE DE ARBEIDSOVEREENKOMST ALSMEDE ARTIKEL 6 VAN HET BBA 1945

RELEVANTE BEPALINGEN VAN HET BOEK 7 VAN HET B.W. BETREFFENDE DE ARBEIDSOVEREENKOMST ALSMEDE ARTIKEL 6 VAN HET BBA 1945 TER INFORMATIE RELEVANTE BEPALINGEN VAN HET BOEK 7 VAN HET B.W. BETREFFENDE DE ARBEIDSOVEREENKOMST ALSMEDE ARTIKEL 6 VAN HET BBA 1945 Hieronder zijn opgenomen een aantal relevante bepalingen van boek 7

Nadere informatie

ANW- Hiaat Reglement 2015. De Stichting Kuwait Petroleum Pensioenfonds Nederland

ANW- Hiaat Reglement 2015. De Stichting Kuwait Petroleum Pensioenfonds Nederland ANW- Hiaat Reglement 2015 De Stichting Kuwait Petroleum Pensioenfonds Nederland Inhoudsopgave Artikel 1. Algemene bepalingen... 3 Artikel 2. Deelnemers... 5 Artikel 3. ANW-Hiaat... 5 Artikel 4. Einde van

Nadere informatie

Klachtenreglement voor klanten Super Sociaal

Klachtenreglement voor klanten Super Sociaal Omschrijving: reglement m.b.t. het behandelen van klachten van klanten door een onafhankelijke commissie. Inhoud 1. begripsomschrijvingen 2. samenstelling klachtencommissie 3. indiening van de klacht 4.

Nadere informatie

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming (Wet op de loonvorming [Versie geldig vanaf: 17-02-1999]) Geschiedenis: Staatsblad 1997, 63;Staatsblad

Nadere informatie

Wet verevening pensioenrechten bij scheiding

Wet verevening pensioenrechten bij scheiding Wet verevening pensioenrechten bij scheiding Wet van 28 april 1994, tot vaststelling van regels met betrekking tot de verevening van pensioenrechten bij echtscheiding of scheiding van tafel en bed (Wet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 327 Wijziging van verschillende wetten in verband met de vereenvoudiging van de uitvoering van deze wetten door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen

Nadere informatie

Algemene contributieverordening 2007 Zoals gewijzigd in de bijeenkomst van de Ledenvergadering op 16 december Tekst geldend vanaf 1 januari

Algemene contributieverordening 2007 Zoals gewijzigd in de bijeenkomst van de Ledenvergadering op 16 december Tekst geldend vanaf 1 januari Zoals gewijzigd in de bijeenkomst van de Ledenvergadering op 16 december 2009. Tekst geldend vanaf 1 januari 2010 Vastgesteld in de bijeenkomst van de Ledenvergadering op 14 december 2006, afgekondigd

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds HAL. Pensioenreglement WIA -Excedentpensioen

Stichting Pensioenfonds HAL. Pensioenreglement WIA -Excedentpensioen Stichting Pensioenfonds HAL Pensioenreglement WIA -Excedentpensioen 1 Artikel 1 Begripsomschrijvingen Voor zover daarvan hierna in dit reglement niet wordt afgeweken, gelden in dit reglement de begripsbepalingen

Nadere informatie

Generale regeling voor de kerkmusici. als bedoeld in ordinantie 5-6

Generale regeling voor de kerkmusici. als bedoeld in ordinantie 5-6 Generale regeling voor de kerkmusici als bedoeld in ordinantie 5-6 Inhoudsopgave I. ALGEMEEN Artikel 1. Begripsomschrijvingen II. KERKMUZIEK Artikel 2. Artikel 3. Artikel 4. Artikel 5. De zorg voor de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 521 Introductie van een regeling die het mogelijk maakt oudere belastingplichtigen een tegemoetkoming te verstrekken met het oog op compensatie

Nadere informatie

PENSIOENREGLEMENT 2 Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino

PENSIOENREGLEMENT 2 Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino 1 PENSIOENREGLEMENT 2 Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino Artikel 1. Definities In dit reglement wordt verstaan onder: het fonds : Stichting Pensioenfonds Holland Casino; het bestuur : het bestuur

Nadere informatie

Zorgverzekeringswet. Zorgverzekeringswet

Zorgverzekeringswet. Zorgverzekeringswet Wet van 16 juni 2005, houdende regeling van een sociale verzekering voor geneeskundige zorg ten behoeve van de gehele bevolking (), laatstelijk gewijzigd bij Stcrt. 2009, 15178 (uittreksel) Zorgverzekering

Nadere informatie

Datum ondertekening. Bron bekendmaking

Datum ondertekening. Bron bekendmaking Zoek regelingen op overheid.nl Nederlandse Antillen Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl! LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 30ste december 1997 tot

Nadere informatie

==================================================================== Artikel 1

==================================================================== Artikel 1 Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van enkele artikelen van het Wetboek van Strafvordering van Aruba (AB 1996 no. 75) inzake de verlening van toevoegingen in strafzaken

Nadere informatie

Verzekeringsvoorwaarden Ziektewet en Arbeidsongeschiktheidswet [ binnenland ]

Verzekeringsvoorwaarden Ziektewet en Arbeidsongeschiktheidswet [ binnenland ] 1. Verzekeringsvoorwaarden Ziektewet en Arbeidsongeschiktheidswet [ binnenland ] Dit is een globaal overzicht van de wet en de ter uitvoering daarvan genomen besluiten, aan dit overzicht kan geen enkel

Nadere informatie

Deze spaarregeling heeft ten doel het verwerven van duurzaam bezit door de medewerkers door het sparen van loon in geblokkeerde vorm te bevorderen.

Deze spaarregeling heeft ten doel het verwerven van duurzaam bezit door de medewerkers door het sparen van loon in geblokkeerde vorm te bevorderen. HOOFDSTUK 11 Spaarloonregeling Doel Artikel 1 Deze spaarregeling heeft ten doel het verwerven van duurzaam bezit door de medewerkers door het sparen van loon in geblokkeerde vorm te bevorderen. Deelneming

Nadere informatie

Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Emco; gelet op artikel <..> van de gemeenschappelijke regeling <naam regeling>;

Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Emco; gelet op artikel <..> van de gemeenschappelijke regeling <naam regeling>; Het algemeen bestuur van de regeling Emco; gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van ; gelet op artikel van de regeling ; besluit: vast te stellen de volgende wijziging

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 33 129 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (huurverhoging op grond van inkomen) B GEWIJZIGD

Nadere informatie

I. Algemeen 1. DijkmansBergJeths Advocaten (hierna: DBJ ) is de handelsnaam van DijkmansBergJeths Advocaten B.V. gevestigd te Eindhoven.

I. Algemeen 1. DijkmansBergJeths Advocaten (hierna: DBJ ) is de handelsnaam van DijkmansBergJeths Advocaten B.V. gevestigd te Eindhoven. Algemene Voorwaarden van DijkmansBergJeths Advocaten I. Algemeen 1. DijkmansBergJeths Advocaten (hierna: DBJ ) is de handelsnaam van DijkmansBergJeths Advocaten B.V. gevestigd te Eindhoven. 2. Deze Algemene

Nadere informatie

Protocol begeleiding en voorkoming arbeidsongeschiktheid

Protocol begeleiding en voorkoming arbeidsongeschiktheid Protocol begeleiding en voorkoming arbeidsongeschiktheid Predikanten voor gewone werkzaamheden Datum: 01-06-2018 Versie: 3.0 Protocol begeleiding en voorkoming arbeidsongeschiktheid Kerkelijk Bureau Hersteld

Nadere informatie

Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WIA

Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WIA Reglement Aanvullingsfonds m.b.t. aanvullingen WIA HOOFDSTUK 1, ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Begripsbepalingen 1. Voor de toepassing van dit reglement gelden de begripsbepalingen als omschreven in artikel

Nadere informatie

Bijlage 1 (bron: verplaatsingskostenregeling woon-werkverkeer provincie Zuid-Holland 2013)

Bijlage 1 (bron: verplaatsingskostenregeling woon-werkverkeer provincie Zuid-Holland 2013) Bijlage 1 (bron: verplaatsingskostenregeling woon-werkverkeer provincie Zuid-Holland 2013) VERPLAATSINGSKOSTENREGELING WOON-WERKVERKEER ODH 2013 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland en

Nadere informatie

Reglement bezwaarprocedure SVWN

Reglement bezwaarprocedure SVWN Reglement bezwaarprocedure SVWN Stichting Visitatie Woningcorporaties Nederland Versie 1.0, vastgesteld 15 december 2015 1/10 Inhoud Begripsbepalingen... 3 De bezwaarcommissie... 3 Procedure... 4 Voorbereiden

Nadere informatie

RANK XEROX (NEDERLAND) N.V. PENSIOENREGLEMENT

RANK XEROX (NEDERLAND) N.V. PENSIOENREGLEMENT RANK XEROX (NEDERLAND) N.V. PENSIOENREGLEMENT INHOUDSOPGAVE Pagina Artikel 1 Omschrijving 3 Artikel 2 Deelnemerschap 3 Artikel 3 Aanspraken 4 Artikel 4 Verzekering 4 Artikel 5 Pensioenbedragen 5 Artikel

Nadere informatie

Artikel 17:1:1:1 Voorwaarden pagina 1 van 3

Artikel 17:1:1:1 Voorwaarden pagina 1 van 3 Artikel 17:1:1:1 Voorwaarden pagina 1 van 3 Hoofdstuk 17 Opleiding en ontwikkeling, regeling gemeente Den Helder Artikel 17:1:1:1 Voorwaarden Het college kan, indien en voor zover het belang van de dienst

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 277 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met de herziening van de definities van gezin en middelen (Wet afschaffing huishoudinkomenstoets)

Nadere informatie

Bezoldigingsverordening gemeente Leeuwarderadeel 2005.

Bezoldigingsverordening gemeente Leeuwarderadeel 2005. Gemeente Leeuwarderadeel Burgemeester en Wethouders van Leeuwarderadeel; gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Leeuwarderadeel; gehoord de Commissie voor Georganiseerd

Nadere informatie

Reglement Tuchtcommissie

Reglement Tuchtcommissie Reglement Tuchtcommissie 1 mei 2016 Artikel 1 De in dit Reglement Tuchtcommissie voorkomende begrippen hebben de betekenis als daaraan toegekend in de Statuten en het Algemeen Reglement en voorts de navolgende:

Nadere informatie

NAI REGLEMENT VOOR HET BENOEMEN VAN EEN BINDEND ADVISEUR IN AD HOC PROCEDURES

NAI REGLEMENT VOOR HET BENOEMEN VAN EEN BINDEND ADVISEUR IN AD HOC PROCEDURES NAI REGLEMENT VOOR HET BENOEMEN VAN EEN BINDEND ADVISEUR IN AD HOC PROCEDURES EERSTE AFDELING ALGEMEEN Artikel 1 Definities In dit reglement hebben de volgende woorden en uitdrukkingen de volgende betekenis:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 081 Nieuwe regels voor de financiering van de Algemene bijstandswet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze

Nadere informatie

B&W 20 december 2011 Gemeenteblad

B&W 20 december 2011 Gemeenteblad Jaar: 2011 Nummer: 109 Besluit: B&W 20 december 2011 Gemeenteblad RICHTLIJN W011 LOONKOSTENSUBSIDIE Het college van burgemeester en wethouders, Gelet op artikel 7, eerste lid onderdeel a en artikel 8,

Nadere informatie

IKAP-Regeling rijkspersoneel

IKAP-Regeling rijkspersoneel (Tekst geldend op: 02-02-2015) IKAP-Regeling rijkspersoneel De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Gelet op artikel 21c van het Algemeen Rijksambtenarenreglement en artikel 34c van

Nadere informatie