Inhoudstafel O PDF... omzend RIZIV eindeloop NDL.pdf... BBTK Archief. Compiled by the IT Department

Transcriptie

1 Inhoudstafel O PDF... BBTK Archief 2 omzend RIZIV eindeloop NDL.pdf... 4 Compiled by the IT Department

2 Brussel, 31 januari 2007 BBTK Bond der Bedienden, Technici en Kaders Federaal Secretariaat Hoogstraat, BRUSSEL* Tel: Fax: Ref: O7/427/016 AL/CM/AP/mb GEZONDHEIDSZORG AAN DE AFDELINGEN Waarde Kameraden, O.: VAP-dagen in de federale gezondheidssectoren Rond vrijstelling arbeidsprestaties bestaan er nog steeds onduidelijkheden. Twee weken geleden ontvingen we enkele vragen rond dit thema. Deze vragen hebben ons geleid tot een omzendbrief van het RIZIV (zie bijlage). Op pagina 4 en 5 van de omzendbrief vind je een interessante lijst met specifieke vragen rond VAP, vb: VAP en tijdskrediet VAP en functieverandering van de werknemer VAP en personeelsleden die een door een overheidsorgaan gefinancierde opleiding volgen VAP en vervangend personeel, uitzendkrachten, gepensioneerde met een arbeidsovereenkomst,... Een van de vragen heeft ons geleid tot een standpunt over langdurige ziekte en VAP-dagen. De vraag met het antwoord in de omzendbrief luidt als volgt: Heeft de instelling, in geval van ziekte of langdurige afwezigheid, nog recht op financiering? Gaat enkel over personeelsleden die gekozen hebben voor de premie (voor diegene die gekozen hebben voor de vrijstelling van de arbeidsprestaties, betalen we de vervanger!) Neen, vanaf de 31 dag opeenvolgende afwezigheid (behalve in geval van een arbeidsongeval of een beroepsziekte) In de toepasselijke CAO s voor de federale gezondheidssectoren staat dat voordelen omtrent VAP voor de werknemers worden toegekend voor zover de regering de tenlasteneming van de kost verzekert. Met andere woorden, als het RIZIV voor financiering zorgt, heeft de werknemer recht op VAP-dagen (of eventueel de premie).

3 Uit het antwoord blijkt duidelijk dat je geen recht hebt op je premie als je langer ziek bent dan 31 dagen. We kunnen er ook uit afleiden dat de financiering voor de vervanger van de werknemer, die voor VAP-dagen gekozen heeft, blijft doorlopen, zelf al is de werknemer langdurig ziek. Als de werknemer zijn VAP-dag(en) zou verliezen, op het ogenblik dat hij langer dan 31 dagen ziek is, dan heeft de werkgever er baat bij, want ondertussen heeft die vervanger wel zijn prestaties geleverd die gefinancierd blijven zonder dat de werknemer in kwestie eigenlijk zijn VAP-dag(en) heeft opgenomen. Dus ja een werknemer behoud zijn recht op VAP-dag(en) bij langdurige ziekte als hij tewerkgesteld is in een instelling die valt onder de federale gezondheidssectoren. (Voor de Vlaamse kinderopvangsector geldt dit standpunt bijvoorbeeld niet, vermits duidelijk in de CAO gesteld wordt dat een werknemer zijn recht op VAP-dagen verliest voor de periodes waar geen gewaarborgd loon wordt voor uitbetaald. Kameraadschappelijk, Christian MASAI Federaal Secretaris André LANGENUS Federaal Secretaris Bijlage : omzend. Riziv eindeloopbaan 2002/2

4 R I Z I V Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering Omzendbrief aan de werkgevers in het kader van de maatregel vrijstelling van arbeidsprestaties en eindloopbaan Omz. EindeLoop GENEESKUNDIGE VERZORGING Correspondent: ROB/RVT/CDV Rita DE RUYTER Myriam LEBLEU Tel : 02/ REVA/thuisverpleging Dhr. Joeri VANDERVELPEN Tel : 02/ Brussel, ALGEMEEN Fax : einde.loop@riziv.fgov.be Onze referte: 1304B/omz Maatregelen inzake vrijstelling van arbeidsprestaties en eindloopbaan In het Belgisch Staatsblad van 28 september 2002 wordt het koninklijk besluit van 23 september 2002 bekendgemaakt dat betrekking heeft op de maatregelen inzake vrijstelling van arbeidsprestaties en eindeloopbaan. T.o.v. de koninklijke besluiten van 25 en 27 juni 2001 neemt dit besluit, wat de financiering van deze maatregel betreft, een aantal onduidelijkheden weg. De belangrijkste aanpassingen zijn: - een betere definitie van het gelijkgesteld personeel en inzonderheid van het begrip onregelmatige prestaties ; - preciseringen betreffende de compensatie van de vrijstelling van arbeidsprestaties; - een diversificatie van de loonkosten tussen een verpleegkundige, een lid van het verzorgend personeel en andere; - de uitsluiting van de financiering van de premie in geval van langdurige afwezigheid. In deze omzendbrief vindt u: - een algemene uiteenzetting van de vorenbedoelde maatregelen; - antwoorden op de specifieke vragen die ons regelmatig worden gesteld; - de bijgevoegde gebruiksaanwijzing van de vragenlijst op cd-rom waarmee u het definitieve bedrag van de financiële tegemoetkomingen voor 2001 kunt berekenen. W.U Tervurenlaan 211 B-1150 Brussel Tel.: Fax: Openingsuren van de kantoren: van 9 tot 12 uur en van 13 tot 16 uur. Afspraak mogelijk. Dienst voor geneeskundige verzorging Fax : \\HQMAIN\SHARED$\ARCHIVE\CLASGEN\2007\427\O \omzend RIZIV eindeloop NDL.doc

5 2 I. ALGEMENE UITEENZETTING A. INLEIDING In het meerjarenplan voor de gezondheidssector van 1 maart 2000, afgesproken tussen de federale regering en de representatieve organen van de private non-profitsector, en in het protocol nr. 120/2 van 28 november 2000 van het Gemeenschappelijk Comité voor alle Overheidsdiensten wordt ondermeer voorzien in een akkoord inzake arbeidsduurvermindering en eindeloopbaan. Die maatregelen streven vooral de volgende doelstellingen na: - de werkbelasting verminderen voor het personeel dat in de verzorgingsinrichtingen en in de thuisverzorging is tewerkgesteld; - de oudere werknemers van die sectoren zo lang mogelijk actief houden; - de schaarste aan gekwalificeerd personeel wegwerken die, op termijn, een ernstig risico kan opleveren voor het werk in de sector van de gezondheidszorg; - op die manier een kwaliteitszorg in stand houden in het belang van de patiënt of de bewoner. B. TOEPASSINGSSFEER Die maatregelen zijn van toepassing op: - de inrichtingen die onder de wet op de ziekenhuizen ressorteren; - de psychiatrische verzorgingstehuizen; - de verenigingen voor de invoering en het beheer van initiatieven voor beschut wonen; - de rustoorden voor bejaarden; - de rust- en verzorgingstehuizen; - de revalidatiecentra; - de thuisverpleging; - de diensten voor het bloed van het Rode Kruis van België. Die maatregelen zijn van toepassing op het verplegend en verzorgend personeel dat effectief verplegende en verzorgende taken uitoefent, evenals op het verplegend en verzorgend personeel dat hen omkadert en op het gelijkgesteld personeel. Onder gelijkgesteld personeel wordt verstaan, de andere werknemers die elke maand, gedurende een referentieperiode van 12 maanden, ten minste twee verschillende, van de vijf bestaande onregelmatige prestaties (zaterdag, zondag, feestdag, nachtdienst of onderbroken diensten) verrichten. De vakantie- en ziekteperiodes worden geneutraliseerd. Worden dus gelijkgesteld met periodes tijdens welke twee onregelmatige prestaties zijn verricht, de maand van de belangrijkste vakantie en de maand(en) tijdens welke de werknemer gedurende een ononderbroken periode van ten minste 7 kalenderdagen, wegens arbeidsongeschiktheid (ziekte, ongeval, arbeidsongeval, beroepsziekte,...) afwezig is geweest. In geval van arbeidsongeschiktheid van minder dan 7 opeenvolgende kalenderdagen prevaleert het werkrooster om de onregelmatige prestaties te beoordelen. Wanneer, gedurende de referentieperiode van 12 maanden, meer dan zes maanden zijn geneutraliseerd, wordt de referentieperiode met zoveel maanden verlengd als er nodig zijn om na te gaan of, binnen de zes niet geneutraliseerde maanden, twee van de vijf onregelmatige prestaties zijn verricht.

6 3 C. DOEL VAN DE MAATREGEL Met uitzondering van de inrichtingen of de openbare diensten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest dat voor een verschillende kalender per leeftijdsgroepen heeft geopteerd (zie hieronder) is de maatregel inzake arbeidsduurvermindering op de hierna vermelde wijze van toepassing in de ganse privé-sector en in de openbare inrichtingen of diensten van Vlaanderen en Wallonië (met inbegrip van de Duitstalige gemeenschap). Sinds 1 augustus 2001 heeft het vorenbedoelde voltijds personeel dat de leeftijd van 45 jaar heeft bereikt, recht op de toekenning van een vrijstelling van prestaties van zijn gemiddelde wekelijkse arbeidstijd onder de vorm van 96 betaalde uren vrijstelling van prestaties per jaar, toegekend onder de vorm van volledige dagen per kalendermaand. Vanaf 1 december 2002 heeft het personeel dat de leeftijd van 50 jaar heeft bereikt, recht op 192 betaalde uren vrijstelling van prestaties per jaar. Vanaf 1 december 2003 heeft het personeel dat de leeftijd van 55 jaar heeft bereikt, recht op 288 betaalde uren vrijstelling per jaar. Dat personeel kan evenwel opteren voor het behoud van zijn prestaties in overeenstemming met zijn contractuele arbeidstijd; als tegenwaarde heeft hij recht op een premie die respectievelijk gelijk is aan 5,26 %, 10,52 % en 15,78 % van zijn loon. De keuze voor de vrijstelling van prestaties is altijd definitief. De keuze voor de betaling van een premie daarentegen kan, naar aanleiding van de volgende leeftijdssprong, in arbeidsduurvermindering worden omgezet. Vanaf 50 jaar is een combinatie mogelijk van de vrijstelling van prestaties en van de toekenning van een premie. De vrijstellingen van prestaties mogen evenwel niet kleiner zijn dan een volledige schijf van 2 uur per week voor een fulltimer. Dezelfde maatregelen zijn, naar verhouding van hun arbeidstijd, van toepassing op het deeltijds personeel. Waar het gaat om de toepassing van de personeelsnormen in de rustoorden, wordt beschouwd dat de voltijdse werknemers die een vrijstelling van prestaties genieten, hun voltijdse arbeidsovereenkomst behouden. De deeltijdse werknemers die een vrijstelling van prestaties genieten, worden geacht de in hun arbeidsovereenkomst vastgestelde arbeidstijd te behouden. De werkgever heeft recht op een jaarlijkse financiële tegemoetkoming ter compensatie van de maatregelen inzake vrijstelling van arbeidsprestaties in het raam van de eindeloopbaanproblematiek: - voor zover hij valt onder een collectieve arbeidsovereenkomst of een akkoordprotocol waarin de vorenbedoelde maatregelen zijn opgenomen; - wat de personeelsleden betreft die voor een vrijstelling van arbeidsprestaties hebben geopteerd, voor zover die vrijstelling is gecompenseerd door een nieuwe aanwerving of door een verhoging van de wekelijkse arbeidsduur van een andere werknemer. De werknemers, aangeworven ter uitvoering van de bepalingen van het koninklijk besluit van 5 februari 1997 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profitsector, alsook de gesubsidieerde contractuelen, tewerkgesteld met toepassing van het koninklijk besluit nr. 474 van 28 oktober 1986, komen niet in aanmerking. In de openbare inrichtingen of diensten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is het volgende werkschema van toepassing: 55 jaar of + 50 jaar of + 45 jaar of + 1 augustus uur december uur 192 uur - 1 december uur 192 uur 96 uur

7 4 II. SPECIFIEKE VRAGEN Wat gebeurt er als de werkgever niet specificeert of het personeelslid voor de vrijstelling van prestaties of voor de premie heeft geopteerd? In dat geval kan geen enkele financiering worden toegekend. Wat is de situatie van het personeelslid dat, naast verplegende en verzorgende taken, ook administratieve prestaties verricht? Wat de financiering betreft, wordt de situatie geregeld op grond van het definitieve overzicht van de periode. Daarin worden, voor de beschouwde periode, de prestaties in aanmerking genomen die zijn verricht in de functie waarvoor de maatregel geldt (cf. cd-rom). Wat gebeurt er als het personeelslid in de loop van de periode van functie verandert? Als er een functiewijziging is, moet de arbeidsovereenkomst worden aangepast. Wat de financiering betreft, wordt de situatie geregeld op grond van het definitieve overzicht van de periode. Daarin worden, voor de beschouwde periode, de prestaties in aanmerking genomen die zijn verricht in de functie waarvoor de maatregel geldt. Heeft een personeelslid met arbeidskrediet (tijdens een loopbaanonderbreking), recht op die maatregel? Wat de financiering betreft, heeft de instelling recht op de tegemoetkoming naar verhouding van de ononderbroken activiteit van de belanghebbende. In geval van volledige loopbaanonderbreking wordt het voordeel van die maatregel niet toegekend vóór de activiteit gedeeltelijk of volledig is hervat. Wat gebeurt er als een gelijkgesteld personeelslid, al is het maar tijdens een (niet geneutraliseerde) maand in de lopende periode, niet langer twee verschillende onregelmatige prestaties verantwoordt? De toetsing gebeurt telkens iemand de leeftijd van 50 of 55 jaar bereikt. De financiering voor de verworven vrijstelling van de arbeidsprestaties of premie blijft behouden; als de persoon op de leeftijd van 50 of 55 jaar niet meer beantwoordt aan het criterium van de gelijkgestelden, kan er evenwel geen bijkomende financiering gegeven worden. Wat is de situatie van een personeelslid dat een door een overheidsorgaan gefinancierde opleiding volgt? Het lid kan de maatregel genieten voor zover het verder door de inrichting wordt betaald en de voorwaarden inzake leeftijd, en eventueel inzake gelijkstelling, vervult. Wat de gelijkstelling betreft, worden de perioden van afwezigheid (om de opleiding te volgen) geneutraliseerd. Kan een personeelslid dat alleen s nachts werkt, worden gelijkgesteld opdat een tegemoetkoming wordt gegeven? Ja, op voorwaarde dat die nachten niet tot de weekdagen zijn beperkt, maar ook in het weekend gelden: er moeten altijd twee verschillende onregelmatige prestaties zijn. Heeft ook het vervangend personeel recht op die maatregel? Ja, onder dezelfde voorwaarden.

8 En de uitzendkrachten? Neen, want hun werkgever is het uitzendbureau en dat koninklijk besluit is op hen niet van toepassing. En de personen met een arbeidsovereenkomst als gepensioneerde of bruggepensioneerde? Neen, want zij zijn niet meer in eindeloopbaan. Op welk bedrag wordt de premie door het RIZIV berekend? Op het basismaandloon van de werknemer, inclusief het vakantiegeld, de eindejaarspremie en de werkgeversbijdragen, en met uitsluiting van de toeslagen voor eventuele onregelmatige prestaties. Heeft de instelling, in geval van ziekte of langdurige afwezigheid, nog recht op financiering? Gaat enkel over de personeelsleden die gekozen hebben voor de premie (voor diegenen die gekozen hebben voor de vrijstelling van de arbeidsprestaties, betalen we de vervanger!) Neen, vanaf de 31ste dag opeenvolgende afwezigheid (behalve in geval van een arbeidsongeval of een beroepsziekte : in dat geval wordt de financiering niet onderbroken). Als de werknemer voor de vrijstelling van prestaties heeft gekozen, is zijn vervanging dan verplicht? Moet hij absoluut worden vervangen door een persoon met dezelfde kwalificaties? Neen, de jaarlijkse financiële tegemoetkoming die aan de werkgever wordt betaald, zal worden berekend op grond van de effectieve vervangingen. Wat gebeurt er als de werknemers, in een bepaalde inrichting, reeds een collectieve arbeidstijdvermindering beneden 38 uur per week genieten? In dat geval is er financiering vanaf het ogenblik dat het een voordeel oplevert dat groter is dan het verschil tussen de arbeidstijd in de inrichting en 38 uur per week. Een voorbeeld: als in een inrichting 35 uur per week wordt gewerkt, geniet het personeel dat 45 jaar of ouder is, de maatregel niet. Het personeel dat 50 jaar of ouder is, geniet de maatregel naar rata van een uur per week en het personeel dat 55 jaar of ouder is, geniet de maatregel naar rata van 3 uur per week. III. GEBRUIKSAANWIJZING VAN DE CD-ROM Zie bijgevoegde handleiding. Hoogachtend, De leidend ambtenaar F. PRAET Directeur-generaal