Checklist Duurzaam Bouwen

Transcriptie

1 Checklist Duurzaam Bouwen behoort bij de aanvraag om bouwvergunning van: a. Naam en voorletters : b. Adres: -straat + huisnummer : postcode + plaats : c. Telefoonnummer : d. Faxnummer : en heeft betrekking op een bouwwerk dat gebouwd zal worden op:

2 a. Adres: -straat + huisnummer :... -postcode + plaats :... b. Kadastraal bekend: -gemeente :... -sectie :... -nummer(s):......

3 Handleiding checklist DUURZAAM BOUWEN van de gemeente DRIMMELEN Voor u ligt de checklist duurzaam bouwen van de gemeente Drimmelen. Door toetreding tot het Convenant Duurzaam Bouwen Stadsgewest Breda heeft de gemeenteraad besloten dat de vaste maatregelen uit het Nationaal Pakket Duurzaam Bouwen van de Stichting Bouwresearch worden uitgevoerd bij het bouwen van nieuwe woningen. Tevens is het de bedoeling dat de variabele maatregelen uit het pakket, voor zover redelijkerwijs mogelijk, worden toegepast. Deze checklist duurzaam bouwen is opgesteld om te kunnen beoordelen of er duurzaam wordt gebouwd. De checklist bestaat uit een lijst van vaste maatregelen en variabele maatregelen zoals deze zijn opgenomen in het Nationaal Pakket. De checklist dient door de aanvrager van de bouwvergunning te worden ingevuld. Aangezien het veelal om technische begrippen gaat is het raadzaam om hierbij de architect en/of aannemer te betrekken. INVULINSTRUCTIE CHECKLIST Checklist vaste maatregelen. De vaste maatregelen dienen standaard bij nieuwbouwplannen te worden toegepast. De aanvrager om bouwvergunning dient in de kolom achter de maatregel aan te geven of die maatregel in het bouwproject al of niet wordt toegepast. Indien dit wordt toegepast dient dit door aankruising van het "ja"-vakje te worden aangegeven. Indien een maatregel vanwege een speciale situatie niet wordt toegepast dient dit te worden aangegeven door het aankruisen van het "nee"-vakje; op een afzonderlijke bijlage dient de aanvrager aan te geven waarom de betreffende maatregel niet wordt toegepast. De checklist dient door de aanvrager om bouwvergunning te worden ondertekend. Checklist variabele maatregelen. De variabele maatregelen dienen voor zover redelijkerwijs mogelijk te worden toegepast. Toepassing zal niet altijd mogelijk zijn, bijvoorbeeld in verband met hoge kosten, beperkte verkrijgbaarheid of de locatie-afhankelijkheid. De aanvrager om bouwvergunning dient in de kolom achter de maatregel aan te geven of de betreffende variabele maatregelen worden toegepast. Dit dient te geschieden door het aankruisen van het "ja"- of "nee"-vakje. De checklist dient door de aanvrager te worden ondertekend. MATERIALEN Bij de bepaling van de materiaalkeuze blijft het "Nationaal Pakket Duurzaam Bouwen" te allen tijde als uitgangspunt dienen. De in het pakket voorgeschreven materiaalkeuze dient als minimumvereiste. Een van het Nationaal Pakket afwijkende materiaalsoort mag alléén worden toegepast indien deze op de materiaallijst een hogere dan wel gelijkwaardige milieuvoorkeur heeft. PROCEDURE Tegelijk met het indienen van de aanvraag om bouwvergunning behoren de checklisten in tweevoud te worden ingeleverd. De gemeente is met de controle op de naleving van duurzaam bouwen belast. Dit houdt in dat fysieke controle op de bouwplaats door het Bouwen Woningtoezicht kan plaatsvinden. ENKELE AANDACHTSPUNTEN Sommige maatregelen komen meerdere malen in de checklist voor. Waar dit het geval is wordt dit met verwijzingen aangegeven. Om de handzaamheid van de checklist te vergroten is bij iedere maatregel een verwijzing gegeven naar de betreffende maatregel (specificatieblad) in het Nationaal Pakket Duurzaam Bouwen.

4 CHECKLIST VASTE MAATREGELEN Vormgevings- en indelingsmaatregelen zo aankruisen Score 1. Maak het (woning- en installatie-) ontwerp geschikt voor het gebruik van actieve zonne-energie (S032) 2. Optimaliseer het ontwerp op leidinglengtes (o.a. plaats meterkast, leidingkokers) (S050) 3. Beperk de leidinglengte tussen warmwatertoestel en warmwatertappunt (keuken/bad-doucheruimte) (S384) Technische- en uitvoeringsmaatregelen Algemeen 4. Stem de duurzaamheidsklasse van hout en de eventuele oppervlaktebehandeling en/of verduurzaming per geval af op de beoogde toepassing (S064) 5. Gebruik géén producten die (H)CFK=s bevatten (S065) 6. Gebruik voor gipstoepassingen binnen de woning: rogips, natuurgips of re-kristallisatiegips (S066) 7. Gebruik voor beton waar dit technisch mogelijk is: klinkerarme cementsoorten (S073) 8. Indien gebruik wordt gemaakt van beton, gebruik dan beton met grindvervanger (S074) 9. Indien PVC gebruikt wordt: gebruik gerecycled PVC of PVC met hergebruikgarantie (S071) 10. Gebruik uitsluitend spaanplaat met beperkte formaldehyde-emissie (S414) 11. Lever een duidelijke gebruiksaanwijzing mee (onderhoud woning en installaties, bediening installaties etc.) (S443) Conserveringen 12. Indien stalen bouwproducten worden toegepast dient verduurzaming toegepast te worden als dit aantoonbaar noodzakelijk is (S069) 13. Gebruik bij totale houtverduurzaming producten die verduurzaamd zijn met de vacuümdrukmethode (S081) Funderingspalen en damwanden 14. Indien gebruik wordt gemaakt van beton, gebruik dan beton met grindvervanger (S074) Betonwerk 15. Indien gebruik wordt gemaakt van beton, gebruik dan beton met grindvervanger (S074)

5 16. Maak warmteweerstand begane grondvloer R c 3,0 m 2.K/W (S012) 17. Maak warmteweerstand hellend dak R c 3,5 m 2.K/W (S044) 18. Maak warmteweerstand plat dak R c 3,5 m 2.K/W (S045) 19. Gebruik, indien gietbouw wordt toegepast, bouwstaalnetten op maat (S493) Metselwerk 20. Maak warmteweerstand gesloten geveldelen R c 3,0 m 2.K/W (S013) Vooraf vervaardigde steenachtige elementen 21. Indien gebruik wordt gemaakt van beton, gebruik dan beton met grindvervanger (S074) 22. Maak warmteweerstand begane grondvloer R c 3,0 m 2.K/W (S012) 23. Maak warmteweerstand hellend dak R c 3,5 m 2.K/W (S044) 24. Maak warmteweerstand plat dak R c 3,5 m 2.K/W (S045) Ruwbouwtimmerwerk 25. Maak warmteweerstand gesloten geveldelen R c 3,0 m 2.K/W (S013) 26. Maak warmteweerstand hellend dak R c 3,5 m 2.K/W (S044) 27. Maak warmteweerstand plat dak R c 3,5 m 2.K/W (S045) Bouwkundige kanaalelementen 28. Breng standaard geen rookgasafvoervoorziening aan ten behoeve van een open haard (S034) Kozijnen, ramen en deuren 29. Breng een brievenbus met verbeterde tochtwerendheid aan (S020) 30. Indien stalen bouwproducten worden toegepast dient verduurzaming toegepast te worden als dit aantoonbaar noodzakelijk is (S069) 31. Houd bij de materiaalkeuze voor kozijnen in buitengevels rekening met de toepassingscondities (S171) 32. Pas in de buitengevels montagekozijnen toe (S170) 33. Isoleer een kruipluik en zorg voor een goede afdichting (S022) Systeembekleding 34. Maak een puibekleding van een vernieuwbare grondstof of van recyclebaar materiaal (S208) 35. Maak warmteweerstand gesloten geveldelen R c 3,0 m 2.K/W (S013)

6 Beglazing 36. Gebruik HR ++ -glas met U 1,6 W/m 2.K in alle verwarmde ruimten (S016) Stukadoorwerk 37. Gebruik, indien gietbouw wordt toegepast, bouwstaalnetten op maat (S493) Afbouwtimmerwerk 38. Stem de duurzaamheidsklasse van hout en de eventuele oppervlaktebehandeling en/of verduurzaming per geval af op de beoogde toepassing (S064) Behangwerk, vloerbedekking en stoffering 39. Laat behang weg, of gebruik voor behangwerk: papierbehang (S315) Waterinstallaties 40. Isoleer de leidingen voor warm tapwater volledig (S038) 41. Beperk de leidinglengte tussen warmwatertoestel en warmwatertappunt (keuken/bad-doucheruimte) (S384) 42. Pas een gesloten warmwatertoestel toe (S043) 43. Pas individuele registratie van het energieverbruik toe (S024) Sanitair 44. Tref waterbesparende voorzieningen (S383) Verwarmingsinstallaties 45. Pas een gesloten warmwatertoestel toe (S043) 46. Pas individuele registratie van het energieverbruik toe (S024) 47. Gebruik een cv-/warmwatertoestel met lage NO x -emissie (S039) 48. Isoleer cv-leidingen in onverwarmde ruimten (S042) 49. Gebruik een cv-toestel met een zeer hoog rendement (HR-ketel) (S040) 50. Zorg voor een goede inregeling van de verwarmingsinstallatie (S498) Ventilatie- en luchtbehandelingsinstallaties 51. Beperk het vermogen van pompen en ventilatoren (S046)

7 Aantal malen score JA :... Aantal malen score NEE :... Aldus naar waarheid ingevuld en ondertekend te... op... (plaats) (datum) De aanvrager om bouwvergunning... (handtekening)

8 Bijlage behorende bij de checklist VASTE MAATREGELEN Nummer reden waarom maatregel NIET wordt toegepast

9 CHECKLIST VARIABELE MAATREGELEN Vormgevings- en indelingsmaatregelen zo aankruisen Score 1. Realiseer energieprestatie die beter is dan de eis in het Bouwbesluit (S002) 2. Realiseer een extra gunstige energieprestatie (S003) 3. Optimaliseer het ontwerp op daglichttoetreding en gebruik passieve zonne-energie (S027) 4. Maak het gebouw voor meerdere programma's geschikt (S418) 5. Plaats een verhoogd aandeel van het glasoppervlak dichtbij het plafond (S031) 6. Pas geïntegreerde buitenzonwering toe bij intensief gebruik van passieve zonne-energie (S417) 7. Pas geen open trap in de woonkamer toe (S007) 8. Bied de mogelijkheid voor een gesloten keuken aan (S008) 9. Neem een tochtportaal op (S009) 10. Zet galerij, loggia of balkon dicht met (enkel) glas (S011) 11. Benut een berging of garage als onverwarmde thermische bufferruimte (S006) 12. Zorg voor een wasdroogruimte in of bij de woning op (S029) 13. Bied de bewoner voldoende keuzemogelijkheden t.a.v. woningindeling en lay-out, inrichting en afwerking van keuken, badkamer en toilet (S055) 14. Stem het ontwerp van de toilet- en badruimte af op mogelijke aanpassingen voor minder-validen (S420) 15. Gebruik een rechte steektrap of een trap met één kwart met een maatvoering afgestemd op de plaatsing van een traplift (S425) 16. Plaats installaties en trappenhuis binnen "geluidskern" (S408) 17. Stem dakvorm af op ruimtebehoefte en woningindeling (S060) 18. Bescherm opgaand werk door gevelontwerp (S061) 19. Stem dakvorm en maatvoering van hellende daken af op het gebruik van standaard hulpstukken (S062) 20. Pas een onbeklede, buiten de gevel hangende, bakgoot toe (S318) 21. Beperk hoeveelheid en onderhoudsfrequentie van het schilderwerk (S054) 22. Pas geprefabriceerde producten toe (S051) 23. Maak verbindingen bereikbaar en demontabel (S056)

10 24. Hergebruik bouwcomponenten (S072) 25. Stem maatvoering af op handelsmaten (S353) 26. Baseer het bouwplan op een gesloten grondbalans (S389) 27. Pas een milieuvriendelijke beschoeiing en vegetatie langs de oevers toe (S396) 28. Handhaaf en benut natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische elementen en structuren (S392) 29. Realiseer scheiding van drager en inbouw (S637) 30. Houd in het ontwerp rekening met uitbreidingsmogelijkheden en veranderbaarheid (S672) 31. Pas een vertrekhoogte toe die groter is dan de eis in het Bouwbesluit (S730) 32. Beperk temperatuuroverschrijdingen in de zomer (S475) Technische uitvoeringsmaatregelen Algemeen 33. Indien hout wordt toegepast, gebruik bij voorkeur duurzaam geproduceerd hout (keurmerk van FSC of stichting keurhout) (S063) 34. Gebruik Indien mogelijk vernieuwbare grondstoffen (S471) 35. Maak een serre aan de woning buiten de thermische schil (S482) 36. Gebruik bij voorkeur producten waarvan de kringloop gesloten wordt (S501) Bouwplaatsvoorzieningen 37. Scheid bouwplaatsafval in zoveel mogelijk relevante fracties (S371) 38. Beperk het gebruik van eenmalig verpakkingsmateriaal (S354) 39. Gebruik ontkistingsolie op plantaardige basis of biologisch afbreekbare middelen op minerale basis; gebruik deze producten zuinig (S076) Grondwerk 40. Baseer het bouwplan op een gesloten grondbalans (S389) 41. Gebruik zo laagwaardig mogelijk materiaal als bodemafsluiting (S086) Terreinverharding 42. Gebruik waar mogelijk halfverharding (S098) Beplanting Handhaaf en benut natuurlijke, landschappelijke en

11 43. cultuurhistorische elementen en structuren (S392) Terreininrichting 44. Maak tuinafscherming/privacyschermen door middel van beplanting, gevlochten scherm of hout, duurzaamheidsklasse 3/4; gebruik perkoenpaaltjes van niet-verduurzaamd hout, duurzaamheidsklasse 4 (S395) 45. Voorzie in een nestelgelegenheid voor vogels, waaronder gierzwaluwen (S393) 46. Plaats een compostbak in de tuin (S404) 47. Pas natuurvriendelijke oevers toe (S396) 48. Maak een berging van hout (conform S063/S064/S072) of metselwerk (S463) Funderingspalen en damwanden 49. Gebruik waar mogelijk houten funderingspalen ( S112) Betonwerk 50. Pas een woningscheidende constructie met verbeterde geluidsisolatie toe (S407) 51. Maak warmteweerstand begane grondvloer R c 4,0 m 2.K/W (S487) 52. Maak warmteweerstand hellend dak R c 4,0 m 2.K/W (S496) 53. Maak warmteweerstand plat dak R c 4,0 m 2.K/W (S499) Metselwerk 54. Gebruik voor de buitenafwerking van de gevel metselwerk of hout (conform S063/S064/S072) (S132) 55. Gebruik voor metselwerk een schelpkalk(bastard)mortel of een cementmortel met een gering portlandklinkergehalte (S077) 56. Pas een woningscheidende constructie met verbeterde geluidsisolatie toe (S407) ja nee 57. Stem de uitvoering van niet-dragende wanden af op de eisen ten aanzien van veranderbaarheid en toekomstig hergebruik (S146) 58. Zorg voor een verbeterde geluidsisolatie tussen verblijfsruimten (S409) 59. Maak warmteweerstand gesloten geveldelen R c 4,0 m 2.K/W (S488) Vooraf vervaardigde steenachtige elementen 60. Gebruik als begane grondvloer boven een kruipruimte of onverwarmde ruimte een prefab systeemvloer (S116) 61. Pas een woningscheidende constructie met verbeterde geluidsisolatie toe (S407)

12 62. Gebruik raamdorpels bestaande uit keramische elementen, staalplaat, natuursteen, gegoten composiet of prefab beton (conform S074) (S177) 63. Indien het casco bouwsysteem het toelaat, pas als nietwoningscheidende verdiepingsvloer betonnen prefab systeemvloeren met een laag eigen gewicht en conform S074 toe of pas houten vloeren toe (S117) 64. Maak warmteweerstand begane grondvloer R c 4,0 m 2.K/W (S487) 65. Maak warmteweerstand hellend dak R c 4,0 m 2.K/W (S496) 66. Maak warmteweerstand plat dak R c 4,0 m 2.K/W (S499) 67. Pas, indien bereikbaarheid van leidingen gewenst is, een flexibel vloersysteem toe (S118) Ruwbouwtimmerwerk 68. Gebruik voor buitenafwerking van de gevel metselwerk of hout (conform S063/S064/S072)) (S132) 69. Pas een woningscheidende constructie met verbeterde geluidsisolatie toe (S407) 70. Indien prefab dooselementen worden toegepast als binnenspouwblad: gebruik vernieuwbare grondstof of reststof als isolatiemateriaal (S154) 71. Maak verbindingen bereikbaar en demontabel (S056) 72. Indien het casco-bouwsysteem het toelaat, pas als nietwoningscheidende verdiepingsvloer betonnen prefab systeemvloeren met een laag eigen gewicht en conform S074 toe of pas houten vloeren toe (S117) 73. Maak warmteweerstand gesloten geveldelen R c 4,0 m 2.K/W (S488) 74. Maak warmteweerstand hellend dak R c 4,0 m 2.K/W (S496) 75. Maak warmteweerstand plat dak R c 4,0 m 2.K/W (S499) Kozijnen, ramen en deuren 76. Pas verbeterde kierdichting toe bij bewegende delen in kozijnen (S019) 77. Gebruik als naadafdichting: PE-rolband of EPDM-rubber; gebruik als kierafdichting bij raam- en deurafsluitingen: EPDM- of EPT-rubber; achter aftimmerlatten: PE-band (S248) 78. Gebruik als binnendeur: hardboard met honingraatvulling van karton, massief spaanplaat (conform S414), multiplex of hout (conform S063/S064) (S193) 79. Zorg voor een verbeterde geluidsisolatie tussen verblijfsruimten (S409)

13 80. Laat onderdorpels bij binnendeuren weg of vervaardig ze van hout (conform S063/S064) (S195) 81. Pas ramen en deuren toe met verhoogde inbraakwerendheid (S437) 82. Maak verbindingen bereikbaar en demontabel (S056) 83. Gebruik houten buitendeuren (conform S063/S064/S072) (S485) Systeembekleding 84. Maak warmteweerstand gesloten geveldelen R c 4,0 m 2.K/W (S488) Trappen en balustraden 85. Gebruik een rechte steektrap of een trap met één kwart, maatvoering afgestemd op de plaatsing van een traplift (S425) 86. Indien stalen trappen en balustrades worden voorzien van een gekleurde afwerklaag: gebruik een poedercoating (S225) Dakbedekkingen 87. Gebruik als bedekking voor platte daken dakbedekkingsconstructies met een lange levensduur (S444) 88. Gebruik voor kiezelbakken, uitlopen e.d. producten met een beperkte emissie naar regenwater (S237) 89. Kies bij platte daken voor een bevestigingsmethode die leidt tot een gunstiger milieuprofiel van het dakbedekkingssysteem (S366) 90. Indien een vegetatiedak wordt toegepast: kies voor een onderhoudsarm, lichtgewicht vegetatiedak (S476) Beglazing 91. Voer ramen uit in hardglas (S053) Natuur- en kunststeen 92. Gebruik raamdorpels bestaande uit keramische elementen, staalplaat, natuursteen, gegoten composiet of prefab-beton (conform S074) (S177) 93. Gebruik dorpels van natuursteen of keramische tegels of gegoten composietsteen bij natte ruimten (S239) Voegvulling 94. Streef naar "schuim- en kitarme" detaillering (S369) 95. Gebruik als naadafdichting: PE-rolband of EPDM-rubber; gebruik als kierdichting bij raam- en deurafsluitingen: EPDM- of EPT-rubber; achter aftimmerlatten: PE-band (S248) 96. Gebruik als elastische kit: siliconenkit of polysulfidekit; gebruik als elastisch-plastische kit: watergedragen acrylaatkit (S252) Stukadoorwerk 97. Gebruik voor pleisterwerk: rogips (conform S066) of kalk (S257)

14 Tegelwerk 98. Gebruik voor tegelwerk op vloeren: poederlijm op cementbasis of mortel (S261) 99. Gebruik voor tegelwerk op wanden: poederlijm op cementbasis of mortel (S265) 100. Gebruik raamdorpels bestaande uit keramische elementen, staalplaat, natuursteen, gegoten composiet of prefab-beton (S177) 101. Werk badkamer- en toiletvloer af met tegels (S269) Dekvloeren en vloersystemen 102. Indien een dekvloer wordt toegepast, vervaardig deze dan van gips (anhydrietvloer) (S267) 103. Werk badkamer- en toiletvloer af met tegels (S269) 104. Maak verbindingen bereikbaar en demontabel (S056) Plafond- en wandsystemen 105. Gebruik als beplating voor wand-/plafondsystemen: gipsvezelplaat of gipskartonplaat (S278) 106. Maak verbindingen bereikbaar en demontabel (S056) 107. Stem de uitvoering van niet-dragende wanden af op eisen ten aanzien van veranderbaarheid en toekomstig hergebruik (S146) Afbouwtimmerwerk 108. Maak verbindingen bereikbaar en demontabel (S056) 109. Indien hout wordt toegepast, gebruik bij voorkeur duurzaam geproduceerd hout (Keurmerk van FSC of stichting keurhout) (S063) Schilderwerk 110. Gebruik voor schilderwerk hout buiten: oplosmiddelarm verfsysteem (S291) 111. Gebruik voor voorbehandeling op steenachtige ondergrond: watergedragen voorstrijk- of impregneermiddel (S296) 112. Gebruik als muurverf buiten en binnen: minerale verf of watergedragen acrylaatdispersieverf (S300) 113. Beperk hoeveelheid en onderhoudsfrequentie van het schilderwerk (S054) Binneninrichting 114. Neem een GFT-afvalvoorziening in de keuken op (S401) 115. Bied de bewoner voldoende keuzemogelijkheden t.a.v. de woningindeling en lay-out, inrichting en afwerking van keuken,

15 badkamer en toilet (S055) Dakgoten en hemelwaterafvoeren 116. Plaats een regenton (S445) 117. Installeer een systeem voor het gebruik van hemelwater (S477) Binnenriolering 118. Beperk het geluidsniveau ten gevolge van installaties (onderdeel: binnenriolering) (S411) Waterinstallaties 119. Tref verdergaande waterbesparende voorzieningen (S386) 120. Breng individuele watermeters aan bij meerdere gebruikers in één gebouw (S378) 121. Voorzie in een warmwateraansluiting voor een vaatwasmachine (S036) 122. Beperk het geluidsniveau ten gevolge van installaties (onderdeel: waterleiding) (S411) 123. Installeer een systeem voor het gebruik van hemelwater (S477) 124. Beperk permanente warmteverliezen van warm tapwater (S601) 125. Koppel de hemelwaterafvoer af van het rioleringsstelsel (S734) Sanitair 126. Tref verdergaande waterbesparende voorzieningen (S386) 127. Gebruik een toilet met een watergebruik van maximaal 4 liter per spoeling (S385) 128. Beperk het geluidsniveau ten gevolge van installaties (onderdeel: sanitair) (S411) 129. Bied de bewoner voldoende keuzemogelijkheden t.a.v. de woningindeling en lay-out, inrichting en afwerking van keuken, badkamer en toilet (S055) 130. Gebruik een thermostatische mengkraan voor de douche (S451) Verwarmingsinstallaties 131. Zorg voor een aansluiting op een warmtedistributienet (S041) 132. Plaats een zonneboilerinstallatie (S033) 133. Beperk het geluidsniveau ten gevolge van installaties (onderdeel: cv- /ww-installatie) (S411) 134. Pas een midden- of lage-temperatuurverwarmingssysteem toe (S037) 135. Pas een warmtepomp toe (S480)

16 136. Plaats inregelvoorzieningen ten behoeve van de verwarmingsinstallatie (S497) 137. Pas warmteregeling op ruimteniveau toe 138. Maak voor ventilatoren en pompen gebruik van een (elektronische) toerenregeling (S612) Ventilatie- en luchtbehandelingsinstallaties 139. Beperk het geluidsniveau ten gevolge van installaties (onderdeel: ventilatie-installatie) (S411) 140. Pas gebalanceerde ventilatie met warmteterugwinning toe (S472) 141. Pas zelfregelende ventilatieroosters toe (S473) 142. Gebruik energiebesparende regelingen voor verwarming en ventilatie (S491) 143. Maak voor ventilatoren en pompen gebruik van een (elektronische) toerenregeling (S612) Regelinstallaties 144. Pas beheer op afstand toe (telebeheer) bij blokverwarming (S026) Elektrotechnische installaties 145. Voorzie in uitbreidingsmogelijkheden voor telefoon, data en elektra (S429) 146. Zorg voor sociale veiligheid (S436) 147. Plaats een zonnecelinstallatie (S478) 148. Plaats een zonnecelinstallatie met extra vermogen (S479) Liftinstallaties 149. Zorg voor integrale toegankelijkheid (S430) 150. Beperk het geluidsniveau ten gevolge van installaties (onderdeel: liftinstallatie) (S411) Aantal malen score JA :... Aldus naar waarheid ingevuld en ondertekend te... op... (plaats) (datum) De aanvrager om bouwvergunning... (handtekening)

17 Gemeente Drimmelen, juli 2003