REGLEMENT SPRINGWEDSTRIJDEN (aanpassing 2014)

Transcriptie

1 VOORWOORD : Niet alle gevallen kunnen worden voorzien in dit reglement. In geval van overmacht of in geval van uitzonderlijke omstandigheden behoort het aan de Commissie Springen of aan de Jury om een beslissing te nemen in de geest van sportiviteit, waarbij de geest van de geldende reglementen zo nauw mogelijk wordt benaderd. HOOFDSTUK I INLEIDING Artikel 1 : Algemeenheden 1. Het Reglement voor Springwedstrijden is gebaseerd op alle technische beschikkingen van het «FEI Reglement des Concours de Sauts d Obstacles» 2. Het reglement springwedstrijden HGVBB moet samen worden gelezen met de Statuten en het Algemeen Reglement van de FEI enerzijds en de Statuten, Huishoudelijk Reglement en het Algemeen Reglement V.L.P en het Reglement van de Nationale Springwedstrijden anderzijds. HOOFDSTUK II WEDSTRIJDEN Artikel 1 : Soorten wedstrijden. 1. Indien er 2 wedstrijden op dezelfde datum plaatshebben moet het voorprogramma goedgekeurd en opgesteld worden door de Springcommissie in samenspraak met de inrichters. 2. Soorten proeven : A wedstr : cm Promo wedstr : 60 pony 60 paard-70 pony 70 paard-80 pony 80 paard-90 pony -90 paard pony -100 cm paard 3. Showproeven kunnen eventueel ingelast worden in samenspraak met de Springcommissie. Indien er 2 wedstrijden tegelijkertijd georganiseerd worden zijn er geen showproeven mogelijk. Showproeven zijn niet toegelaten tijdens promowedstrijden. Artikel 2 : Organisatierechten 1. De wedstrijd-data worden goedgekeurd op de Kalendervergadering.Wijziging of toevoeging op de kalender is mogelijk, mits goedkeuring van de Springcommissie. HGVBB Springreglement 1 /13

2 2. Per wedstrijd dient een organisator een inrichtingsgeld van 200 te betalen, ongeacht het aantaldagen en/of pistes. Deze som zal na de kalendervergadering gefactureerd worden en dient betaald te worden binnen de 30 dagen na factuurdatum. 3. Na afloop van de wedstrijd ontvangt de georganiseerde vereniging haar 200 terug, onder voorbehoud van volgende voorwaarden: Voldoende veiligheidslepels voor de breedtesprongen en de piste(s) en de paddock(s). Twee veiligheidslepels per breedtesprong! Goed onderhoud van bodem in piste en paddock, voor en tijdens de wedstrijd. De deskundige ehbo-diensten, of medische verantwoordelijke, aanwezig ter plaatse gedurende de ganse wedstrijd. Voldoende bekwaam pistepersoneel. Afgesloten en goed onderhouden jurytoren, voorzien van geluidsinstallatie en voldoende ruimte voor het wedstrijdsecretariaat (met elektriciteitsaansluiting) Overdekte en veilige ruimte voor de paddockoverste, voorzien van geluidsinstallatie. Protocol ten laste van de organisator. Aanwezigheid van speaker en secretaris/secretaresse op de jurytoren. Goede ontvangst van de officielen. Al deze voorwaarden vertegenwoordigen een waarde van 50, deel van de toe te kennen subsidie per wedstrijd. Als organisator aan de opschortende voorwaarden voldoet wordt het inrichtingsgeld terugbetaald binnen de 45 dagen zoniet wordt er een verrekening gemaakt met de voorwaarden die niet correct waren, waar de organisator van op de hoogte wordt gebracht, zodat er corrigerende maatregelen kunnen genomen worden naar de volgende wedstrijd toe. Ter plaatse wordt het nagekeken door één of meerdere leden van de HGVBB springcommissie of beheerraad. 4. Bij annulatie van een wedstrijd wordt het betaalde inrichtingsgeld in geen geval terugbetaald. 5. Het niet naleven van deze voorwaarden kan sancties tot gevolg hebben, onder meer verlies van de toegekende datum of inrichtingsrecht. Het instellen van de kandidatuur voor het inrichten van een wedstrijd impliceert de aanvaarding door de inrichter van de vermelde voorwaarden. Artikel 3 : Voorprogramma(zie ook annex 5/organisatievoorwaarden) Organisatorisch dient hij rekening te houden met volgende voorwaarden: HGVBB Springreglement 2 /13

3 1. Het vraagprogramma moet minstens (2) maand voor de wedstrijd naar het HGVBBsecreatriaat worden toegezonden. Het moet voldoen aan de voorwaarden zoals die zijn vastgelegd in het Algemene Reglement Jumping HGVBB. 2. Startlijsten (aangepast) per proef worden ter plaatse geleverd door de HGVBB. Organisatoren krijgen deze ter beschikking en kunnen vrijblijvend kopieren ten behoeve van de deelnemers en aanwezigen. 3. De inrichter dient de HGVBB toe te laten opgenomen verplichtingen naar sponsers toe na te komen. 4. De inrichter houdt rekening met de voorwaarden voor de organisatie van een jumping zoals wettelijk zijn vastgelegd. Dit houdt onder andere in een schriftelijke toelating van het stadsbestuur en eventuele milieuverplichtingen. Artikel 4 : Inschrijvingen 1. Sinds de introduktie van Equibel en de on-line betalingsmethodes voor inschrijvingen is de borgrekening niet langer nodig. 2. Inschrijvingen zijn enkele en alleen nog mogelijk via Equibel. Enige uitzondering zijn voorlopig nog de Promowedstrijden. Vanaf 2008 kunnen echter ook niet geimmatriculeerde paarden ingeschreven worden via Equibel, waardoor het inschrijven via equibel mogelijk wordt. 3. De inschrijvingen worden betaald via het on-line bankingsyssteem. De prijzengelden worden automatisch gecrediteerd op de bankrekening die werd opgegeven op het dokument voor de licentie aanvraag. Promowedstrijden: betaling inschrijvingen ter plaatse of via equibel. Uitbetaling prijzengeld: via bankrekening van de ruiter (90 cm-100cm) Ter plaatse voor cm Afsluitingsdatum voor alle wedstrijden : ten laatste dinsdag (24.00 uur) voor de wedstrijd, tenzij anders vermeld op het voorprogramma. 4. Enkele dagen na de sluitingsdatum wordt de lijst van de inschrijvingen gepubliceerd op de website van de HGVBB ( en/of paarden die niet in orde zijn voor de sluitingsdatum van de wedstrijd zullen niet starten (Equibel aanvaardt deze inschrijvingen niet!) 5. Inschrijvingen ter plaatse = dubbel inschrijvingsgeld. Worden enkel toegelaten wanneer na afsluiten van de inschrijvingen het aantal van 280 combinaties per dag niet is overschreden. Inschrijvingen ter plaatse zijn nog enkel en alleen toegelaten wanneer de ruiter in orde is met zowel licentie als immatriculatie. Artikel 5 : Bevestiging van de deelnemers. HGVBB Springreglement 3 /13

4 1. De startvolgorde zoals voorzien op de officiële lijsten van de HGVBB moet strikt worden gevolgd. De ruiter heeft de mogelijkheid om bij zijn inschrijving de volgorde van zijn paarden te vermelden ( indien meerdere paarden gereden worden ). Het laattijdig betreden van de ring kan slechts worden toegelaten mits gegronde reden met uitdrukkelijke toestemming van de Voorzitter van de Terreinjury. 2. Wijzigingen van paard of ruiter ter plaatse zijn toegelaten. 3. Elke deelname moet op het secretariaat worden bevestigd ten laatste 15 minuten voor de voorziene start van de proef. Artikel 6 : Deelnemers. 1. Alle proeven staan open voor pony s / scholieren / juniors / seniors, behalve indien anders vermeld op het voorprogramma. Indien er zich te veel inschrijvingen voordoen, kan men een beperking opleggen van 1 proef per dag/per paard. Promowedstrijden: ponyproeven: ruiter max leeftijd 16 jaar. 2. Een ruiter mag deelnemen met 3 paarden per proef behoudens andere vermelding in het voorprogramma. 3. a. Per wedstrijd is het niet toegelaten dat een combinatie meer dan één hoogte stijgt. b. Per wedstrijddag mag een combinatie één hoogte stijgen en niet dalen. Per wedstrijd mag een combinatie één hoogte dalen c. Per wedstrijddag mag een paard enkel in de hoogte stijgen, maar niet dalen 4. Het is de inrichter toegestaan : a. Ruiters, niet aangesloten bij een Provinciale van de VLP of LEWB kunnen deelnemen aan de HGVBB-wedstrijden mits betaling van een wedstrijdlicentie van 15 Euro,plus de inschrijvingsgelden voorzien in de proeven. b. Een organisator kan beschikken over 20 wildcards per wedstrijddag (= 20 starten) voor zijn wedstrijd. Deze wildcards geven een een ruiter de mogelijkheid om alsnog deel te nemen en zich in te schrijven, zelfs na de sluitingsdatum en zelfs indien het maximum aantal combinaties is overschreden. De ruiter die een wildcard ontvangt moet wel in het bezit zijn van een geldige verzekering en licentie of daglicentie. 5. Licenties : a. Proeven 80 cm : J02,J03,J06 90 cm : J03,J cm : J03,J06,J08,J13,J15 HGVBB Springreglement 4 /13

5 110/115 cm : J03,J06,J08,J13,J15 120/125 cm : J03,J06,J08, J13, J15,J16 4 / 5 jarigen : zijn vrij van deelname in alle proeven ( mits voorlegging van stamboekbewijs ) Promowedstrijden : cm : vanaf recrea licentie (max 3 keer daarna verplicht een licentie te nemen), cm : vanaf J02 b. Ruiters die wensen deel te nemen aan een proef die hun verboden is wegens te hoge licentie, kunnen dit doen, evenwel buiten rangschikking, en zonder deelname aan een eventuele herkansing. Promowedstrijden: ruiters die al deelgenomen hebben aan cm proeven zijn wel startgerechtigd maar altijd Buiten Rangschikking! 6. Indien er in een proef meer dan 120 starters zijn, zal er dubbel uitbetaald worden (splitsen, ontdubbelen). 7. Ponyproeven promo-wedstrijden : alleen mogelijk indien min. 10 starters, anders wordt dit een samengestelde proef pony s / paarden, dan wel pony s vooraan in de proef. 8. Pony s en paarden moeten geimmatriculeerd zijn vanaf 90 cm op een promowedstrijd. HGVBB Springreglement 5 /13

6 9. Inschrijvingstarief / prijzengeld Hoogte Inschrijving 1 e 2e 3e 4e 5e 6e 7e 8e 9e Total Volgp 80 cm 9 EUR CLEAR ROUND = 9 EUR TERUG 90 cm 10 EUR cm 10 EUR cm 12 EUR cm 13 EUR cm 14 EUR cm 16 EUR /70 cm Promo 80 cm promo 90 cm Promo 100 cm Promo 7 EUR CLEAR ROUND = 7 EUR TERUG 9 EUR CLEAR ROUND = 9 EUR TERUG 10 EUR EUR Online inschrijving en betaling (Equidata): + 5% bankkosten. Niet online inschrijvingen (fax post,..) en alle andere betalingsvormen: + 5 extra. Dit is niet van toepassing voor de Promo wedstrijden. 9.Prijzen a. De prijzengelden worden ter beschikking gesteld door de HGVBB. b. De inichter zorgt voor de bekers (één beker per proef) en stalplaten en/of erelinten (minimum eerste 8 geklasseerden). HGVBB Springreglement 6 /13

7 c. Indien er extra prijzengeld en/of naturaprijzen worden gegeven,moet dit op het voorprogramma vermeld worden of minstens in de programmabrochure. Deze prijzen vallen onder de verantwoordelijk van de inrichter, de HGVBB kan hiervoor niet verantwoordelijk gesteld worden. Artikel 7 : Paarden : Leeftijd en deelname. 1. Om deel te nemen aan een springwedstrijd moet een paard minstens 4 jaar oud zijn, in het lopende jaar. De inenting tegen paardengriep is verplicht voor alle paarden. De deelnemer moet ten alle tijden het inentingsbewijs kunnen voorleggen. 2. Per dag mag een paard slechts aan één wedstrijd deelnemen. Per wedstrijddag mag een paard max. deelnemen aan twee proeven. 3. Een ruiter die aan de start verschijnt met een paard waarvan het signalement niet overeenstemt met de startlijst en die de verandering van paard niet gemeld heeft op het secretariaat voor aanvang van de proef, zal door de terreinjury buiten rangschikking geplaatst worden en gesanctioneerd worden. 4. Het onderzoek naar verboden produkten en de controles op medicatie worden uitgevoerd volgens de technische bepalingen van het algemeen reglement en dierengeneeskundig reglement van de FEI en het Nationaal dierengeneeskundig reglement die alleen van toepassing zijn in deze materie. Voor controles en eventuele sancties wordt verwezen naar de procedure en reglementen van de Vlp. De raad van bestuur (bekrahtigd door de de algemene vergadering) draagt de tuchtrechelijke bevoegdheden over aan de disciplinaire commissie Vlp. Artikel 8 : Kledij 1. Art. 256 van het FEI-reglement is van toepassing. 2. Ponyruiters is het toegestaan om in ponykledij te rijden (cap, trui, witte broek,laarzen of jodpurs) HOOFDSTUK III DE OFFICIELEN Artikel 1 Artikels betreffende Terreinjury, Technisch Afgevaardigde, Parcoursbouwer, Beroepscommissie : idem als Reglement Nationale Springwedstrijden HGVBB Springreglement 7 /13

8 Artikel 2 : Wedstrijdsecretariaat 1. De HGVBB zal voor elke volledige officiële wedstrijd een geïnformatiseerd secretariaat ter beschikking stellen. 2. Dit secretariaat zal instaan voor : startlijsten, bevestigingen, wijzigingen,eventuele inschrijving ter plaatse, uitslagen, afrekeningen, uitbetalingen, persmededelingen en rankingen. 3. Het wedstrijdsecretariaat is de gast van de inrichter. Artikel 3 : Taken van de inrichter 1. Enkel de inrichters die als club erkend zijn door de VLP mogen een HGVBB wedstrijd inrichten, mits zij de geldende VLP-overeenkomsten respecteren. Zij dienen te beschikken over en in te staan voor: 1.1 De veilige toegang van de deelnemers tot de wedstrijden. Dit veronderstelt een duidelijke bewegwijzering en een aangepaste en- en uitrit voor de vrachtwagens en trailers van de openbare weg naar de parking. De inrichter zorgt voor een voldoende parking voor vrachtwagens en personenwagens. 1.2 Een piste en paddock (of meerdere pisten en paddocks) met voldoende afmetingen. - dit betekend voor outdour wedstrijden een piste van minimaal 2.600m2 en normale bodemgesteldheid met een volledige en degelijke afsluiting. - De inrichter is gehouden de toestand van de bodem (pisten en paddock) tijdens de wedstrijd zo efficiënt mogelijk te houden. Dit betekent een afvoer van water bij hevige regenval en sproeien bij stoffige bodem. - Regelmatig onderhoud zoals slepen, rollen van de piste en paddock tijdens de wedstrijd. 1.3 Er moet hindernismateriaal voorzien voor minimum 15 behoorlijke gevulde hindernissen per piste met zijstukken en versiering. De voorkeur gaat uit naar licht materiaal en degelijke houders. De achterse balken van de breedtesprong zullen verplicht gedragen worden door (FEI-erkende) veiligheidslepels, te voorzien door de organisator (twee per hindernis, 4 voor tripple bar) 1.4 Daarnaast is er ook hindernismateriaal nodig voor minimum 2 (bij voorkeur 3) oefensprongen per oefenterrein. Dit betekend één rechte en één breedtesprong met degelijk materiaal (bomen en aanwijziging van de springrichting). Ook in de paddock zijn er veiligheidslepels voorzien voor de breedtesprong. 1.5 In piste(s) en paddock is er materiaal om de springrichting aan te geven. Eventueel mogen de koppen van de staanders geverfd worden (ter vervanging van de vlaggen) of met kleefband voorzien (enkel in de paddock). HGVBB Springreglement 8 /13

9 1.6 De inrichter voorziet een degelijk afgesloten jurytoren met tafels en stoelen (minimum 4 personen), een veilige trap en toegang, aansluiting electriciteit en verwarling. Tevens zorgt hij zelf voor een degelijke geluidsinstallatie voor het wedstrijdverloopnop het terrein. 1.7 Hij voorziet een afgesloten veilige ruimte voor het wedstrijdsecretariaat, met electriciteitsaansluiting. 1.8 De inrichter voorziet voldoende ruimte voor de paddockoverste, voorzien van degelijke geluidsinstallatie. 1.9 De inrichter duid minimum 4 volwaardige helpers aan die de opbouw verzorgen van de parcoursen in afspraak met de parcourbouwer voor en tijdens de wedstrijd. Dit moet de HGVBB helpen in de organisatie van een vlot lopende wedstrijd zonder onnodige oponthouden De inrichter is gastheer voor de officielen en de medewerkers, incl paddockoverste en wedstrijdsecretariaat, en voorziet ze van een warme maaltijd en drank. Hij zorgt eveneens zelf voor een speaker en één secretaresse op de jurytoren De inrichter is verantwoordelijk voor het protocol op zijn wedstrijden.(verzorging van de prijsuitreiking per proef) 1.12 HGVBB kan indien gewenst de digitale chrono ter beschikking stellen aan 150 per wedstrijddag, bediening inbegrepen.moet binnen de 30 dagen na kalendervergadering worden meegedeeld en wordt voor de wedstrijd afgerekend. (Opmerking: geen chrono nodig bij promo s). 2. De inrichter dien in te staan voor de aanwezigheid van de noodzakelijke faciliteiten voor het veilig verloop van de wedstrijd. Dit verondersteld minstens: 2.1 Hulpdiensten (EHBO persoon met brevet) 2.2 Hoefsmid 2.3 Dierenarts (naam op voorhand te melden, samen met vraagprogramma) en in overeenstemming met de geldende gemeentereglementering betreffende sportevenementen met dieren. 2.4 Geneesheer is ten allen tijde bereikbaar (andere namen en telefoonnummers dienen voor aanvang van de jumping aan de jury worden overhandigd, zie bijlage 4 SOS lijst) HGVBB Springreglement 9 /13

10 HOOFDSTUK IV: KAMPIOENSCHAPPEN HGVBB OPGELET! Een ruiter kan maar deelnemen aan één HGVBB-kampioenschap per seizoen (op uitzondering van het Amazonekampioenschap en het Interclubkampioenschap). 1: Seniors HGVBB kampioenschap A. Kwalificatie Ruiters: Het Seniors HGVBB kampioenschap is voorbehouden aan de ruiters met een HGVBB licentie (open kampioenschap, geen beperking op de licenties). Paarden: 1. De paarden moeten geïmmatriculeerd zijn zoals voorzien in het Huishoudelijk Reglement. 2. Winstsom Paarden: a. Voor ruiters met een licentie tot en met J08: wordt er géén rekening gehouden met de behaalde winstsommen. b. Voor ruiters met een licentie boven J08: zijn de paarden met een winstsom hoger dan Euro niet startgerechtigd op het kampioenschap. De VLP winstsommen lijst op de afsluitingsdatum is rechtsgeldig. 3. De ruiters mogen maximum met 2 paarden deelnemen in de kwalificatieproeven en met 1 paard in de finale.(behalve indien anders vermeld in het voorprogramma) B. Proeven en Barema Het kampioenschap wordt verreden over 3 proeven over 3 opeenvolgende dagen.(behalve indien anders vermeld in voorprogramma) Inleg : 3 proeven = 48 per paard 1 ste proef: Barema C (art. 239/263), hoogte 120 cm,max. 3 paarden / ruiter 2 de proef: Barema A mixte /FEI artikel , hoogte 125 cm,max. 3 paarden / ruiter 3 de proef:finale : Barema A MET 2 MANCHEN/ FEI Artikel , hoogte 125 cm,max. 1 paard / ruiter, max. 16 starters (de rest gaat naar de troosting) 2 manche eventueel verkorte omloop. Alleen de 16 finalisten hebben recht op prijzengeld KAMPIOENSCHAP SENIORS 1e 2e 3e 4e 5e 6e 7e 8e 9 e 10 e tot 16 pl HGVBB Springreglement 10 /13

11 PRIJZENGELD : Amazonekampioenschap 1. Hetzelfde reglement als het seniorskampioenschap, behalve indien anders vermeld in het voorprogramma. 2. Hoogte hindernissen : 110 / 115 cm 3. Alleen de 16 finalisten hebben recht op prijzengeld KAMPIOENSCHAP Amazones 1e 2e 3e 4e 5e 6e 7e 8e 9 e 10 e tot 16 pl PRIJZENGELD : Juniorskampioenschap 1. Hetzelfde reglement als het seniorskampioenschap, behalve indien anders vermeld in het voorprogramma. 2. Hoogte hindernissen 110/115 cm 3. Prijzengeld 1 ste 100 Euro, 2 de 75 Euro, 3 de 50 Euro. 4: Scholierenkampioenschap 1. Hetzelfde reglement als het seniorskampioenschap behalve indien anders vermeld in het voorprogramma. 2. Hoogte hindernissen: 100 cm, finale 105 cm 3. Prijzengeld 1 ste 75 Euro, 2 de 50 Euro, 3 de 25 Euro HGVBB Springreglement 11 /13

12 BIJLAGEN Annex 1: KLACHTEN De procedure om een klacht in te dienen is dezelfde als het KBRSF reglement. Annex 2: REGLEMENT VERREDEN PROEVEN KAMPIOENSCHAPPEN KAMPIOENSCHAPPEN JUMPING HGVBB SCHOLIEREN / JUNIORS / AMAZONES / SENIORS REGLEMENT VERREDEN PROEVEN 1e Proef : Barema C (art. 239 /263) Verloop / Barema / Snelheid Deze eerste proef verloopt over een Barema A parcours en wordt gejureerd volgens een Barema C (art.239/268), bij een snelheid van 350 tot 400 meter/minuut, zonder herkansing in geval van ex aequo voor de eerste plaats. Strafpunten Het behaalde resultaat van elke deelnemer zal worden omgezet in punten door de tijd van elke deelnemer te vermenigvuldigen met de coëfficiënt 0,50. Het resultaat moet worden beperkt tot 2 decimalen. Het tweede decimaal cijfer zal naar boven afgerond worden vanaf.005 en naar beneden vanaf.004. De deelnemer die na deze bewerking de minste punten behaald heeft, bekomt 0 strafpunten. De andere deelnemers worden gecrediteerd met het aantal strafpunten gelijk aan het verschil in punten tussen hen en de leider. Indien een deelnemer wordt uitgesloten of opgeeft, krijgt hij de tijd van de minst goede uitslag, vermeerderd met 20 seconden. Dit totaal zal ook vermenigvuldigd worden met bovenvermelde coëfficiënt en alzo omgezet worden in strafpunten. 2e Proef: Barema A binnen de tijd FEI artikel De strafpunten behaald in de BASISOMLOOP worden opgeteld bij het behaalde resultaat van elke deelnemer in de eerste proef. HGVBB Springreglement 12 /13

13 3e Proef / Finale : Barema A in 2 ronden FEI Artikel De strafpunten behaald in de 2 ronden worden opgeteld bij het behaalde resultaat van elke deelnemer na de 2 eerste proeven. De tweede ronde gaat over dezelfde omloop als de 1 e ronde. Enkel voor het klassement van de proef, in geval van gelijkheid van strafpunten over de 2 ronden wordt de tijd van de tweede ronde in aanmerking genomen. De deelnemer met het minste aantal strafpunten na de drie proeven is de nieuwe kampioen en zo verder voor het zilver en het brons. STARTORDE: 1 e Proef: bepaald door HGVBB volgens aantal inschrijvingen. 2 e Proef: bepaald door HGVBB volgens aantal inschrijvingen 3 e Proef / 1 e Manche: omgekeerde volgorde van de rangschikking na de 2 e proef. 3 e Proef / 2 e Manche: omgekeerde volgorde van de rangschikking na de 1 e manche v.d.3 e proef. HGVBB Springreglement 13 /13