Flora en fauna quickscan Jachthuisstraat te Malden

Transcriptie

1 Flora en fauna quickscan Jachthuisstraat te Malden Rapportnr N01 Auteur Sander D. Elzerman Opdrachtgever Mevr. F. Geijsel Datum uitgave 15 februari 2012

2 Flora en fauna quickscan Jachthuisstraat te Malden Aanleiding In het kader van het een bestemmingsplanwijziging en de daarop volgende aanvraag voor een omgevingsvergunning heeft Elzerman Ecologisch Advies een verkennend flora- en faunaonderzoek ( quickscan ) uitgevoerd. De quickscan brengt de potenties voor beschermde flora en fauna binnen het projectgebied op efficiënte wijze in beeld. Uit de resultaten van deze quickscan moet blijken of vervolgonderzoek nodig is. Dit kan mogelijk leiden tot de aanvraag van een ontheffing op de Flora- en faunawet. Het projectgebied is gelegen aan de Jachthuisstraat 14 te Malden. Het bestaat uit een perceel van m 2 met een gebouw omgeven door een groen erf. De exacte ligging van het onderzoeksgebied staat aangegeven in Figuur 1. De bestemmingsplanwijziging betreft het splitsen van het perceel in twee percelen voor twee vrijstaande woningen met mogelijk geschakelde garages. De verouderde woning zal gesloopt worden. Figuur 1. Het onderzoeksgebied bij de Jachthuisstraat te Malden aangegeven met een rood kader. Methodiek Het onderzoeksgebied is op 13 februari 2012 bezocht door een ecoloog en onderzocht op het voorkomen van beschermde planten en dieren zoals benoemd in de Flora- en faunawet. Hierbij is met name gelet op de aanwezigheid van soorten waarvoor op basis van art. 75 van de Flora- en faunawet een ontheffing nodig is en soorten waarvan de vaste rust- of verblijfplaats jaarrond beschermd is (Ministerie van LNV 2009). Het betreffen zgn. Tabel 2 en 3-soorten die vallen onder de zwaarste beschermingsregimes (Ministerie van LNV 2005). Wanneer werkzaamheden deze soorten (mogelijk) treffen is een ontheffing verplicht. Elzerman Ecologisch Advies 2

3 Resultaten Het onderzoeksgebied is gelegen in een groene woonwijk. De tuin bestaat grotendeels uit een grasveld met langs de perceelsranden struiken. Op het perceel staan enkele grotere bomen. Aan de voorkant van het woonhuis staat een grote Douglasspar Pseudotsuga menziesii en aan de achterzijde staan enkele Ruwe Berken Betula pendula. Beide zijden van de tuin worden gekenmerkt door diverse struiken, zoals Rododendron Rhododendron spec., Wilde Liguster Ligustrum vulgare en Hulst Ilex aquifolium, met daartussen enkele jonge bomen. De grond is hier en daar bedekt met Klimop Hedera helix. Er bestaat een kleine kans dat zich op deze plekken Brede Wespenorchissen Epipactis helleborine subsp. helleborine bevinden. Deze soort is opgenomen in Tabel 1 van de Flora- en faunawet waarvoor een vrijstellingsregeling geldt. De bebouwing bestaat uit een huis met garage, een schuurtje in de zuidoosthoek, een kleine glazen kas en een klein houten kastje (Figuur 2). Alle bouwwerken op het terrein zullen worden gesloopt bij de nieuwe inrichting. Het huis dateert uit de jaren 60 en is daarmee ouder dan de rest van de woonwijk. Tijdens het veldbezoek waren twee Heggenmussen Prunella modularis, een Groenling Carduelis chloris, Houtduif Columba palumbus, Pimpel- Cyanistes caeruleus en Koolmees Parus major aan het zingen in het onderzoeksgebied. Allen zijn mogelijke broedvogels binnen het gebied. Dat deze vogels op hun beurt roofvogels, zoals een Sperwer Accipiter nisus aantrekken, bleek wel uit de vondst van de geplukte veren van Zanglijster Turdus philomelos, Merel Turdus merula en Pimpelmees. Het projectgebied wordt echter niet geschikt geacht voor een vaste rust- en verblijfplaats van deze jaarrond beschermde soort (Ministerie van LNV 2009). Verspreid door de woonwijk waren ook de Huismussen Passer domesticus druk aan het baltsen. Binnen het projectgebied werd geen activiteit vastgesteld. De verklaring ligt in het feit dat de aanwezige bebouwing geen nestlocaties biedt. De randen van overhangende dakpannen aan de zijkant van het woonhuis zijn geheel dichtgemetseld, waardoor hier geen vogel tussen kan. Ook bij de dakgoot is geen gelegenheid om onder de dakpannen te kruipen, want dit is afgewerkt met houtwerk (Figuur 3). De nok en dakpannen op het dak vertonen geen gaten of kieren waar mussen tussen kunnen kruipen. Verder vormt het schuurtje geen potentiële nestgelegenheid. De afwezigheid van potentiële broedgelegenheid geldt ook voor de Gierzwaluw Apus apus. Beide soorten zijn voor hun broedgelegenheid afhankelijk van bebouwing (Kooijmans 2009). De vaste rust- en verblijfplaatsen, zoals nesten, van beide soorten zijn jaarrond beschermd. Figuur 2. Het perceel van de Jachthuisstraat 14 te Malden, gezien vanuit de zuidwesthoek ( ). Figuur 3. De voegen onder de dakpanrand en dakgoot zijn dichtgemetseld, waardoor hier geen nestgelegenheid is ( ). Van de overige soortgroepen wordt verwacht dat het onderzoeksgebied geen beschermde soorten herbergt. Ondanks de aanwezigheid van bebouwing geldt voor gebouwbewonende vleermuizen hetzelfde als bij de vogels. Sommige soorten vleermuizen maken gebruik van gebouwen als vaste rust- en verblijfplaats (Limpens et al. 1997). De wijze van bouwen van het huis maakt het voor Elzerman Ecologisch Advies 3

4 vleermuizen niet aannemelijk om in te verblijven. De dakpannen laten geen spleten of kieren over en in de muren bevinden zich geen tochtgaten die toegang bieden tot de spouwmuur. Conclusie Op basis van de resultaten van deze quickscan kan worden gesteld dat het onderzoeksgebied aan de Jachthuisstraat 14 te Malden geen soorten herbergt waarvoor een ontheffing ex. Art. 75 van de Floraen faunawet nodig is. De aanwezige bebouwing is dermate gebouwd dat het niet waarschijnlijk wordt geacht dat zich hier vaste rust- en verblijfplaatsen van beschermde soorten bevinden. Ook in de tuin zijn geen aanwijzingen gevonden voor de aanwezigheid van beschermde soorten. Bij uitvoering van de werkzaamheden dient men rekening te houden met de in de Flora- en faunawet opgenomen Algemene Zorgplicht. De Zorgplicht houdt in dat schadelijke effecten aan planten en dieren door menselijk handelen tot een minimum beperkt worden. Deze wettelijke verplichting geldt voor alle flora en fauna in Nederland ongeacht de beschermde status. Bovendien zijn alle broedende vogels en hun nesten beschermd ex. art. 11 van de Flora- en faunawet. De werkzaamheden dienen dan ook buiten het broedseizoen plaats te vinden. Zo wordt niet uitgesloten dat zich vogels gaan vestigen in de aanwezige bomen of struiken. Wanneer men van plan is om bijvoorbeeld één of meerdere bomen te kappen dan dient dit buiten de broedperiode plaats te vinden. Houdt hierbij rekening met het feit dat bij sommige gemeenten een kapvergunning aangevraagd moet worden. Tot slot wil Elzerman Ecologisch Advies graag wijzen op de mogelijkheid om bij de nieuwbouw rekening te houden met creëren van vestigingsmogelijkheden voor vogels en/of vleermuizen. Hiervoor zijn speciale neststenen of dakpannen verkrijgbaar. Deze kunnen al in de ontwikkelingsfase geïntegreerd worden in de bouwplannen. Door het treffen van enkele simpele maatregelen kunt u een bijdrage leveren aan de broedvogelstand van enkele bedreigde soorten, zoals de Huismus, Gierzwaluw en Spreeuw. Ter inspiratie wordt u hier voor verwezen naar het boek Stadsvogels Bouwen, beleven, beschermen en de Checklist Natuurvriendelijke maatregelen aan gebouwen, zoals dat ook in onderstaande literatuurlijst is opgenomen. Literatuur Kooijmans, J.L Stadsvogels Bouwen, beleven, beschermen. Tirion, Baarn. Limpens, H., K. Mostert & W. Bongers (red) Atlas van de Nederlandse vleermuizen. KNNV Uitgeverij, Zeist. Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Wijziging Regeling vrijstelling beschermde dier- en plantensoorten Flora- en faunawet. Staatscourant 2 februari 2005, nr. 23, p. 16. Ministerie van Landbouw, Natuurbehoud en Visserij Wijziging beoordeling ontheffing Flora- en faunawet bij ruimtelijke ingrepen. 26 augustus Brief Dienst Regelingen, Den Haag. Vogelbescherming Nederland Checklist Natuurvriendelijke maatregelen aan gebouwen. Vogelbescherming Nederland, Zeist. Elzerman Ecologisch Advies 4

5 Flora en fauna quickscan Jachthuisstraat te Malden Status uitgave Concept Rapport nr N01 Auteur Sander D. Elzerman Datum uitgave 15 februari 2012 Foto s Sander D. Elzerman Projectnr Opdrachtgever Mevr. F. Geijsel Elzerman Ecologisch Advies Koninginneweg AM Ridderkerk Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteursrechthebbende. Elzerman Ecologisch Advies kan door de opdrachtgever niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die voortvloeit uit gebruik van data of gegevens of door toepassing van aanbevelingen en conclusies, die zijn opgenomen in deze rapportage. Elzerman Ecologisch Advies 5