REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM
|
|
- Diana de Jonge
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het college heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 15 juni 2005 binnengekomen klacht van: A, Inspecteur voor de Gezondheidszorg, kantoorhoudende te B, k l a g e r, tegen C, arts, wonende te D, v e r w e e r de r. 1. Het verloop van de procedure. Het college heeft kennisgenomen van: - het klaagschrift met de bijlagen; - het verweerschrift; - de repliek; - de dupliek; - de correspondentie betreffende het vooronderzoek. Partijen hebben geen gebruik gemaakt van de hun geboden mogelijkheid in het kader van het vooronderzoek mondeling te worden gehoord. De klacht is ter openbare terechtzitting van 7 februari 2006 behandeld. Op die datum is in een andere zitting een door een andere Inspecteur voor de Gezondheidszorg ingediende klacht tegen verweerder behandeld met nummer 04/142. De partijen waren aanwezig. 1
2 Klager werd bijgestaan door E, gemachtigde, en verweerder door F, advocaat te G 2. De feiten. Op grond van de stukken en hetgeen ter terechtzitting heeft plaatsgevonden kan van het volgende worden uitgegaan: a. Verweerder is lid van de Nederlandse Artsen Acupunctuur Vereniging. Hij voert praktijk te D. Verweerder biedt als arts patiënten zowel reguliere als alternatieve behandeling. Voor zijn alternatieve werkwijze maakt hij gebruik van de vegatest. Dit is een test die volgens hem de elektrische weerstand in het onderhuidse bindweefsel van een patiënt meet. Aan de hand van de met die vegatest verkregen resultaten trekt hij conclusies, stelt hij diagnosen en bepaalt hij de behandeling. b. Bij beslissing van 19 april 1996 heeft het Gerechtshof te B verweerder voor de duur van zes maanden geschorst in zijn bevoegdheid de geneeskunst uit te oefenen omdat hij het vertrouwen in de stand der geneeskundigen had ondermijnd en daarnaast blijk had gegeven van grove onkunde. c. De Hoge Raad heeft het door verweerder ingestelde beroep in cassatie tegen deze beslissing bij beschikking van 6 december 1996 verworpen. d. Op 21 mei 1997 heeft de Inspectie met verweerder en zijn toenmalige raadsman gesproken over verweerders praktijkhervatting. Vervolgens is in overleg met de Inspectie een protocol met betrekking tot zijn werkwijze vastgesteld luidende als volgt: Eerste fase: Reguliere diagnose 1. Het uitvoeren van regulier medisch onderzoek zoals een reguliere geneeskundige pleegt te doen, omvattende anamnese en onderzoek. 2. het opvragen van gegevens betreffende de patiënt bij de behandelend huisarts danwel specialist, behoudens wanneer de patiënt dat absoluut niet wenst. In dat geval zal dit schriftelijk worden vastgelegd en door de patiënt worden ondertekend. Indien C het standpunt van de patiënt in deze onverantwoord acht zal hij de patiënt daarover informeren en behandeling weigeren. 2
3 3. Op grond van het reguliere onderzoek en de eventueel van voornoemde artsen verkregen informatie stellen van een diagnose. Indien geen diagnose te stellen valt, zal verwijzing naar specialist, ziekenhuis plaatsvinden. 4. De diagnose vastleggen in de aangelegde status van de patiënt. Tweede fase: Alternatief onderzoek 5. Aan patiënten mededelen dat tevens gebruik kan worden gemaakt van een alternatieve wijze van diagnostiseren. Het formulier dat daarvoor wordt opgesteld vermeldt de uitgesproken wens van de patiënt om met behulp van de VEGA-test te worden gediagnostiseerd, alsmede het gegeven dat deze test op heden niet door de reguliere geneeskunst wordt geaccepteerd. 6. Het desgewenst toepassen van de VEGA-test. 7. Het stellen van een diagnose op grond van het reguliere onderzoek, alsmede de resultaten van de VEGA-test. Derde fase: therapie 8. het bespreken van een behandelingsplan inclusief prognoses met de patiënt. Die patiënt wordt gewezen op de mogelijkheid te kiezen voor de aanpak volgens de reguliere geneeskunde en volgens alternatieve methoden, welke laatste methoden door de reguliere geneeskunde op heden niet worden geaccepteerd. De keuze van de patiënt wordt schriftelijk vastgelegd. e. Op 13 november 2003 is mevrouw H, hierna patiënte te noemen, bij verweerder verschenen. Verweerder heeft de anamnese afgenomen. Patiënte heeft hem medegedeeld dat zij, na een verblijf in Brazilië, sinds april 2002 last had van bloed bij de ontlasting, dat zij zich in verband met deze klacht al tot haar huisarts had gewend die een faecesonderzoek en echoscopie had laten verrichten en dat daaruit geen afwijkingen waren gebleken. f. Verweerder had geen medische gegevens van patiënte verkregen en die ook niet opgevraagd bij haar huisarts. g. Verweerder heeft de buik van patiënte onderzocht op drukpijn en haar pols gevoeld. Patiënte was volgens verweerder in redelijke conditie. Verweerder heeft de diagnose buikklachten ECI gesteld. h. Verweerder heeft vervolgens aan patiënte voorgesteld de vegatest te doen. Patiente heeft in de status haar handtekening gezet onder een tekst die vermeldt dat zij toestemming geeft te worden gediagnosticeerd met behulp van de vegatest 3
4 welke als onderzoeksmethode niet geaccepteerd wordt door de reguliere geneeskunst. Op grond van de uitkomsten van de vegatest heeft verweerder de diagnose darmamoebiasis en toxoplasmose gesteld. Hij heeft patiënte voorts gezegd dat hij geen kanker kon vinden met de vegatest. i. Verweerder heeft patiënte Fasigyn 500 mg 1 x daags 3 gedurende 3 dagen en phytotherapeuticum voor Toxoplasmose, Gontoxa 3 x 1 per dag voorgeschreven. j. Op 7 januari 2004 heeft een vervolgconsult plaatsgevonden waarover verweerder op de patiëntenkaart noteerde dat er weinig verbetering was in de toestand van patiënte. Tevens vermeldde hij soms obstipatie met slijm bloed k. Op 19 februari 2004 is patiënte voor de laatste keer bij verweerder geweest. Over de bevindingen bij dit consult zijn geen aantekeningen op de patiëntenkaart gemaakt. l. Op 28 juli 2004 is patiënte in I te J bestraald en geopereerd wegens een tumor in het rectum. Histologisch onderzoek wees uit dat sprake was van een matig gedifferentieerd adenocarcinoom met infiltrerende groei in de submucosa reikend tot aan de muscularis propria met één metastase in een van de zes regionale lymfeklieren. m. Bij brief van 16 september 2004 schreef patiënte het volgende aan verweerder: Vorig jaar en dit jaar ben ik voor diverse consulten bij u geweest. Ik maakte mij zorgen over bloed bij de ontlasting. U heeft mij daarop een aantal middelen voorgeschreven want het zou waarschijnlijk gaan om een darmparasiet die ik via mijn kat zou hebben opgelopen. Op mijn herhaaldelijk vragen of ik kanker had (ik vroeg het u in totaal 3x) zei u nee. Ook een darmonderzoek zou heel onplezierig zijn en raadde u mij min of meer af. Op 18 juni 2004 is er door een arts in I in J bij mij endeldarmkanker geconstateerd. Ik ben inmiddels bestraald en geopereerd. Deze brief dient dan ook als een oproep aan u om in voorkomende gevallen patiënten altijd aan te raden een reguliere arts te raadplegen. Alternatieve geneeskunde kan daarbij dan vanzelfsprekend een rol spelen. Maar om een foute diagnose af te geven en mij een regulier darmonderzoek tegen te maken, is onverantwoord en kan gevaarlijk zijn. U zult begrip kunnen hebben voor het feit dat ik de Inspectie voor de Gezondheidszorg op deze brief kopieer. n. Na met patiënte en verweerder over deze brief te hebben gecorrespondeerd, heeft klager de klacht bij het college ingediend. Patiënte heeft laten weten dat zij niet verder met de zaak wilde worden geconfronteerd. 4
5 3. Het standpunt van klager en de klacht. De klacht houdt zakelijk weergegeven in dat verweerder: 1. zich niet aan het protocol heeft gehouden door zich niet te houden aan hetgeen is gesteld in de punten 1 (er is slechts een uiterst summier regulier medisch onderzoek verricht), 2 (er is geen informatie opgevraagd bij andere artsen), 3 (er is geen reguliere diagnose gesteld en er heeft geen verwijzing plaatsgevonden), 4 (er is geen diagnose of differentiële diagnose in het dossier vastgelegd) en 8 (een behandelingsplan en de prognoses zijn niet behoorlijk besproken); 2. patiënte heeft afgeraden of op zijn minst niet heeft aangemoedigd aanvullend onderzoek te laten doen om de diagnose darmkanker te bevestigen respectievelijk uit te sluiten. Klager heeft voorts nog aangevoerd dat de handelwijze van verweerder hem zwaar moet worden aangerekend aangezien hij al in 1996 in een met de onderhavige klacht vergelijkbare zaak tuchtrechtelijk is veroordeeld en zich niet heeft gehouden aan de als gevolg daarvan in 1997 door hem met de Inspectie gemaakte afspraken. Daarmee heeft verweerder er blijk van gegeven geen inzicht te hebben in de verwijtbaarheid van zijn handelen. Gelet op de ernst van de feiten en het recidiverend karakter daarvan verzoekt klager het college de klacht gegrond te verklaren, verweerders inschrijving als arts in het register door te halen, de inschrijving bij wijze van voorlopige voorziening te schorsen en toepassing te geven aan artikel 71 wet BIG. 4. Het standpunt van verweerder. Ad 1: Verweerder stelt dat hij zich aan het protocol heeft gehouden. Hij heeft immers in de geest van het protocol gehandeld. Daarbij komt dat het niet toepassen van het protocol niet tuchtrechtelijk verwijtbaar is nu dit protocol slechts een modus vivendi tussen verweerder en de Inspectie vastlegt. Tenslotte kan het protocol er niet toe strekken om aan verweerder andere of meer normen op te leggen dan die gelden voor beroepsgenoten. 5
6 Ad 2: Verweerder heeft voorts betoogd dat hij een endoscopisch onderzoek van de darmen niet heeft ontraden maar slechts aan patiënte heeft gezegd dat het een vervelend onderzoek was. Hij achtte een verwijzing naar het reguliere circuit onnodig nu patiënte al bij haar huisarts en een specialist onder behandeling was en is gebleven. 5. De overwegingen van het college Met betrekking tot het protocol, zoals dat is weergegeven onder de feiten, wordt allereerst overwogen dat deze naar de kern een weergave respectievelijk een uitwerking bevat van normen die voor alle artsen gelden. Bovendien staat vast dat verweerder zijn werkwijze in dit protocol heeft vastgelegd in overleg met zijn raadsman en de Inspectie nadat hij voor vergelijkbaar handelen als hier aan de orde is een schorsing voor een periode van zes maanden opgelegd had gekregen. Hierdoor heeft verweerder zich ten opzichte van de Inspectie verbonden jegens patiënten te zullen handelen zoals in het protocol staat vermeld. Het protocol kan dus niet, zoals verweerder doet, gekwalificeerd worden als een verzameling afspraken tussen verweerder en de Inspecteur van praktische aard, waarop de Inspecteur zich in deze zaak niet zou kunnen beroepen. Dat de Inspecteur zich in deze zaak niet op het protocol zou kunnen beroepen, met name voor zover de daarin opgenomen bepalingen verder gaan dan de normen die aan andere artsen worden opgelegd, is gelet op het voorgaande onjuist Bij toetsing van het handelen van verweerder aan het protocol blijkt dat verweerder zich niet aan punt 1 van dat protocol heeft gehouden. Zoals verweerder ter zitting heeft erkend is bij bloed in de ontlasting een endoscopie de enige vorm van diagnostiek die darmkanker kan uitsluiten. Verweerder heeft echter nagelaten een zodanig onderzoek te (laten) verrichten hetgeen moet worden gekwalificeerd als een blunder. Dat verweerder in zijn praktijk geen mogelijkheid heeft een endoscopie uit te voeren, doet uiteraard niet af aan de noodzaak en de gehoudenheid om patiënte voor het verrichten van dat onderzoek te verwijzen Verweerder heeft zich evenmin aan punt 2 van het protocol gehouden. Hij heeft aan patiënte geen toestemming verzocht gegevens op te vragen bij haar huisarts en heeft evenmin een eventuele weigering van patiënte vastgelegd. Voor een professioneel handelend arts is een volledig gedocumenteerde diagnose noodzakelijk voordat met een behandeling wordt begonnen. Daarbij komt dat medische gegevens, uitsluitend afkom- 6
7 stig van de mondelinge informatie van een patiënt zelf, niet altijd betrouwbaar zullen zijn. In dit geval had verweerder bij de huisarts of de specialist navraag moeten doen naar de aard en de uitslag van de reeds bij haar verrichte onderzoeken. Hij heeft nu op de patiëntenkaart genoteerd dat er al een scopie en faecesonderzoek was verricht en dat daarbij geen bijzonderheden waren vastgesteld, maar dit stond onvoldoende vast. Verweerder heeft er geen blijk van gegeven de noodzaak van het opvragen van gegevens te onderkennen zoals blijkt uit zijn verklaring ter zitting dat hij niet zelf op onderzoek uitgaat indien een patiënt die gegevens, zoals naar hij stelt altijd wordt verzocht bij het maken van de afspraak voor het eerste consult, niet meebrengt. Dat verweerder op dit punt een, wat hij noemt, liberaal beleid voert, acht het college onverantwoord en onjuist Op grond van punt 3 van het protocol had verweerder patiënte dienen te verwijzen naar een specialist dan wel een ziekenhuis. Nu patiënte klaagde over bloed bij de ontlasting en verweerder in zijn praktijk geen endoscopie kan verrichten, had hij haar terstond moeten verwijzen naar het reguliere circuit. De kans, dat patiënte aan darmkanker leed, was immers niet ondenkbaar. De door verweerder op grond van de resultaten van de vegatest gegeven alternatieve behandeling heeft nu geleid tot uitstel van de noodzakelijke reguliere diagnostiek met als gevolg (een aanmerkelijke kans op) schade voor patiënte. Dat patiënte zich welbewust tot het alternatieve circuit heeft gewend, maakt dit niet anders. Verweerder beroept zich immers tevens op zijn hoedanigheid van arts en afficheert zich als zodanig. Op grond daarvan mogen zijn patiënten verwachten dat de diagnose en behandeling medisch verantwoord zijn. Patiënten die kiezen voor een vorm van alternatieve zorg zullen immers bij aanvang en gedurende de behandeling mede vertrouwen ontlenen aan het feit dat hun alternatieve behandelaar eveneens arts is en dat deze arts hen zonodig naar het reguliere circuit zal verwijzen. Los daarvan geldt de norm als omschreven in de strafbepaling van artikel 96 Wet BIG ook voor anderen dan ingeschreven artsen Verweerder heeft zich ook onvoldoende gehouden aan punt 4 van het protocol door op de patiëntenkaart geen reguliere diagnose en differentiële diagnose vast te leggen en door evenmin iets te noteren over zijn bevindingen en conclusies bij het laatste consult. 5.6 Verweerder heeft zich evenmin gehouden aan punt 8 van het protocol. 7
8 Nu hij heeft nagelaten een endoscopie te (laten) verrichten was het niet mogelijk met patiënte op gefundeerde wijze een behandelingsplan inclusief prognoses te bespreken. Zo n plan was in haar geval immers afhankelijk van de uitslag van de endoscopie. Verweerder heeft zijn informatieplicht verzaakt en patiënte onjuist en onvolledig voorgelicht door haar niet op de noodzaak van een endoscopisch onderzoek van de darmen te wijzen en door haar te zeggen dat hij met de vegatest geen maligniteit had vastgesteld en dat het probleem redelijkerwijs met de door hem voorgestelde behandeling opgelost zou kunnen worden. De toestemming van patiënte zich door verweerder te laten (blijven) behandelen was dan ook niet op voldoende informatie van verweerder gebaseerd. Uit hetgeen hiervoor onder 5.1 tot en met 5.6 is overwogen volgt dat het eerste klachtonderdeel op alle punten gegrond is Gelet op de verschillende standpunten van partijen en het feit dat patiënte in deze zaak niet als klaagster optreedt, kan niet worden vastgesteld dat verweerder het aanvullend darmonderzoek aan patiënte heeft ontraden. Wel is aannemelijk geworden dat verweerder een endoscopisch onderzoek van de darmen niet heeft aangemoedigd, hetgeen zonder meer had dienen te gebeuren. Het tweede klachtonderdeel is dan ook in zoverre gegrond. De conclusie van het voorgaande is dat de klacht volledig gegrond is. Verweerder heeft gehandeld in strijd met de zorg die hij ingevolge art. 47 lid 1 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (hierna wet BIG) ten opzichte van patiënte had behoren te betrachten. De oplegging van na te melden maatregel - doorhaling van de inschrijving in het register ingevolge art. 48 lid 1onder f. wet BIG - is onvermijdelijk en de enig passende sanctie. Verweerder is stelselmatig zijn eigen, in het verleden reeds aan de kaak gestelde en ernstig bestrafte, werkwijze blijven volgen, met miskenning van wat onder artsen regulier of niet - als norm heeft te gelden en waartoe hij zich ook in het protocol expliciet had verplicht. Hij heeft ter terechtzitting er geen blijk van gegeven in te zien dat hij met zijn handelwijze, en nog meer met zijn nalaten, de gezondheid van patiënte in de waagschaal heeft gesteld.. 8
9 De ernst van de zaak maakt het voorts nodig om de kans uit te sluiten dat verweerder uit het register zal worden uitgeschreven vóórdat de maatregel van doorhaling onherroepelijk is. Daarom zal het college ook de maatregel van artikel 48 lid 3 wet BIG - ontzegging van het recht wederom in het register te worden ingeschreven opleggen. Over de door klager gevraagde toepassing van artikel 48 lid 8 Wet BIG schorsing van de inschrijving in het Register bij wijze van voorlopige voorziening overweegt het college het volgende. Zoals hierboven is overwogen is verweerder in zijn hoedanigheid van arts doorgegaan met zijn werkwijze op het gebied van de individuele gezondheidszorg die reeds eerder bestraft is en die thans weer in velerlei opzichten ernstige afkeuring verdient. In de zaak tegen verweerder met nummer 04/142 heeft hij op vergelijkbare wijze ertoe bijgedragen dat in een adequate behandeling van een ernstig zieke patiënte een grote vertraging is opgetreden. Dit alles doet herhaling vrezen, zodat in het belang van de bescherming van de individuele gezondheidszorg een beslissing nodig is die aanstonds te effectueren is. De gevraagde voorlopige voorziening zal dus eveneens worden gegeven. Om redenen, aan het algemeen belang ontleend, zal de beslissing zodra zij onherroepelijk is op na te melden wijze worden bekendgemaakt. 6. De beslissing. Het Regionaal tuchtcollege: - beveelt de doorhaling van de inschrijving van verweerder in het register en - ontzegt hem het recht wederom in het register te worden ingeschreven; - legt bij wijze van voorlopige voorziening de schorsing van de inschrijving op met onmiddellijke ingang; - bepaalt voorts dat de beslissing ingevolge artikel 71 van de Wet BIG geheel in de Nederlandse Staatscourant zal worden bekendgemaakt en aan de tijdschriften Medisch Contact en het Tijdschrift voor Gezondheidsrecht ter bekendmaking zal worden aangeboden. 9
10 Aldus gewezen op 7 februari 2006 door: mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter, N.A. Mensing van Charante, K.C.H. Lyppens en R. Vogelenzang, leden-arts, mr. L.A.M. van den Berg-Voermans, lid-jurist, met mr E.A.M. Driessen als secretaris, en in het openbaar uitgesproken ter terechtzitting van 7 april 2006 door de voorzitter in aanwezigheid van de secretaris. w.g. mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter w.g. mr. E.A.M. Driessen, secretaris 10
Uitspraak Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg
VWS Uitspraak Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Nr. 2006/141 Beslissing in de zaak onder nummer 2006/141 van G, arts, wonende te HH., appellant, verweerder in eerste aanleg, raadsman mr. M.J.G.H.
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het college heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 20 oktober 2006 binnengekomen klacht van: A, wonende te B, k l a g e r, tegen
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het College heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 20 november 2006 binnengekomen klacht van: A, advocaat, wonende te B, k l a
Nadere informatieHET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN
HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de klacht van: 1. A, in zijn hoedanigheid van hoofdinspecteur voor de geestelijke Gezondheidszorg
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het college heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 13 maart 2007 binnengekomen klacht van: A, verblijvende te B, k l a g e r,
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het College heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 13 november 2006 binnengekomen klacht van: A, wonende te B, k l a a g s t e
Nadere informatieHET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN
HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 21 juli 2006 binnengekomen klacht van: A beiden wonende te B klagers gemachtigde C
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE GRONINGEN
Rep.nr. G2008/29 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE GRONINGEN Het College heeft het volgende overwogen en beslist over de op 24 april 2008 binnengekomen klacht van: MEVROUW A, wonende te
Nadere informatieC E N T R A A L T U C H T C O L L E G E
C2017.142 C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E voor de Gezondheidszorg Beslissing in de zaak onder nummer C2017.142 van: A., wonende te B., appellante, klaagster in eerste aanleg, tegen C., specialist
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
2016-180c ECLI:NL:TGZRSGR:2017:69 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2016-180c Datum uitspraak: 2 mei 2017 Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg
Nadere informatieC, tandarts, werkzaam te B, bijgestaan door mr. L. Neuschäfer-Greebe, verbonden aan DAS Rechtsbijstand te Amsterdam,
272/2012 ECLI:NL:TGZRZWO:2013:47 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 272/2012 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE Beslissing d.d. 1 november 2013 naar aanleiding
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
057/2018 ECLI:NL:TGZRZWO:2018:110 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 057/2018 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE Beslissing d.d. 7 juni 2018 naar aanleiding
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
2015-079 ECLI:NL:TGZRSGR:2016:21 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2015-079 Datum uitspraak: 1 maart 2016 Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg
Nadere informatieBeslissing d.d. 17 juli 2008 naar aanleiding van de op 17 september 2007 ingekomen klacht van
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE Beslissing d.d. 17 juli 2008 naar aanleiding van de op 17 september 2007 ingekomen klacht van A, wonende te B, k l a g e r -tegen- C, huisarts te D, gemachtigde: mr. L.
Nadere informatieA, verblijvende te B, bijgestaan door mr. A.R. van Dolder, advocaat te Heerhugowaard,
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE Beslissing van 4 september 2008 naar aanleiding van de op 29 augustus 2006 bij het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Eindhoven ingekomen en vervolgens naar
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE. Het College heeft het volgende overwogen en beslist over de op 7 juni 2011 binnengekomen
G2010/51 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE Beslissing in de zaak onder nummer van: G2010/51 Rep.nr. G 2010/51 6 december 2011 Def. 159 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE GRONINGEN Het College heeft
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
2009/015 ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0125 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2009/015 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het College
Nadere informatieOntvankelijkheid. Klacht over (nog) niet verrichte handeling. Tuchtrechtelijke laakbaarheid van handelwijze in gerechtelijke procedure.
Ontvankelijkheid. Klacht over (nog) niet verrichte handeling. Tuchtrechtelijke laakbaarheid van handelwijze in gerechtelijke procedure. De koper van een woning (klager) verwijt de verkopend makelaar (beklaagde)
Nadere informatieUitspraak: 7 april 2015 HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN
Uitspraak: 7 april 2015 HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 12 november 2014 binnengekomen klacht van: [A] wonende te [B]
Nadere informatieUitspraak van het College van Toezicht van het Nederlands Instituut van Psychologen.
1408 Uitspraak van het College van Toezicht van het Nederlands Instituut van Psychologen. Het College van Toezicht van het Nederlands Instituut van Psychologen, hierna te noemen het College, heeft het
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG. Het College heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 16 juli 2009 binnengekomen
2009/232 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2009/232 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het College heeft het volgende overwogen
Nadere informatie16.137Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.137Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
2016-203 ECLI:NL:TGZRSGR:2017:72 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2016-203 Datum uitspraak: 9 mei 2017 Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg
Nadere informatieCENTRAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
c2012.059 CENTRAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: c2012.059 C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E voor de Gezondheidszorg Beslissing in de zaak onder nummer
Nadere informatieTuchtrecht in de gezondheidszorg
Tuchtrecht in de gezondheidszorg mr. C.W.M. Hillenaar, plv. secretaris Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven naam s-hertogenbosch, 1 februari 2018 Nederlandse Vereniging van Intensive
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
2016-169 ECLI:NL:TGZRSGR:2017:65 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2016-169 Datum uitspraak: 18 april 2017 Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg
Nadere informatieWijziging tuchtrecht stichting TBNG Tuchtrechtspraak. Hoofdstuk 1 Algemeen. Artikel 1 Definitiebepaling
Wijziging tuchtrecht stichting TBNG 2013 Tuchtrechtspraak Hoofdstuk 1 Algemeen Artikel 1 Definitiebepaling Tuchtrechtspraak van de Stichting Tuchtrecht Beroepsbeoefenaren Natuurlijke Gezondheidszorg, hierna
Nadere informatieACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 18/807 Wtra AK van 1 maart 2019 van
ACCOUNTANTSKAMER BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 18/807 Wtra AK van 1 maart 2019 van X, wonende te [plaats1], K L A G E R, t e g e n Y, registeraccountant,
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE. Het College heeft het volgende overwogen over en beslist op de op 9 augustus 2012 ingekomen klacht van
G2012/87 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE Beslissing in de zaak onder nummer van: G2012/87 Rep. nr. G2012/87 26 februari 2013 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE GRONINGEN Het College heeft het volgende
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
2018-137 ECLI:NL:TGZRSGR:2018:182 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2018-137 Datum uitspraak: 20 november 2018 Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het College heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 20 november 2008 binnengekomen klacht van: A, wonende te B, k l a a g s t e
Nadere informatie16.058T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.058T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieUitspraak: 26 juli 2017 HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN
Uitspraak: 26 juli 2017 HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 31 januari 2017 binnengekomen klacht van: INSPECTIE VOOR DE
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG. Beslissing naar aanleiding van de op 11 januari 2017 binnengekomen klacht van:
2017/012 ECLI:NL:TGZRAMS:2017:112 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2017/012 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG AMSTERDAM Beslissing naar
Nadere informatieHet Regionaal Tuchtcollege te Zwolle, oordelend inzake de op 19 december 2000 ingekomen klacht van
no.150/00 Het Regionaal Tuchtcollege te Zwolle, oordelend inzake de op 19 december 2000 ingekomen klacht van A., wonende te B., k l a a g s t e r, - tegen - C., psychotherapeut, wonende te D., v e r w
Nadere informatieKamer van Toezicht over de Notarissen en Kandidaat-notarissen te Rotterdam
28/07 ECLI:NL:TNOKROT:2008:YC0459 KAMER VAN TOEZICHT Beslissing in de zaak onder nummer van: 28/07 Kamer van Toezicht over de Notarissen en Kandidaat-notarissen te Rotterdam Reg.nr. 28/07 Beslissing op
Nadere informatieHET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN
HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 30 december 2008 binnengekomen klacht van: A wonende te B klager gemachtigden: C en
Nadere informatieBeslissing in de zaak onder nummer C van:
c2013.473 ECLI:NL:TGZCTG:2014:300 CENTRAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: c2013.473 C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E voor de Gezondheidszorg Beslissing
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het College heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 15 mei 2007 binnengekomen klacht van: A, wonende te B, k l a a g s te r, tegen
Nadere informatie16.053Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.053Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE
230/2018 ECLI:NL:TGZRZWO:2019:19 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 230/2018 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE Beslissing d.d. 18 januari 2019 naar aanleiding
Nadere informatieInhoud. Bijlage: - klachtformulier - ook als WORD-invuldocument te downloaden via de website:www.agro.nl/vtc
Inhoud 1. Veterinair Tuchtrecht 2. Over wie kan worden geklaagd 3. Waarover kan worden geklaagd 4. Bespreek uw klacht 5. Wie kan een klacht indienen 6. De Klachtambtenaar 7. Hoe dient u een klacht in 8.
Nadere informatie16.123T Beslissing van het College van Toezicht van de Stichting Kwaliteitsregister Jeugd van 13 april 2017
16.123T Beslissing van het College van Toezicht van de Stichting Kwaliteitsregister Jeugd van 13 april 2017 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieEchtscheiding, perikelen bij. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Ongepast optreden.
18-24 RvT Amsterdam 200 BELANGENBEHARTIGING OPDRACHTGEVER Echtscheiding, perikelen bij. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Ongepast optreden. Klager en zijn ex-partner zijn door de voorzieningenrechter
Nadere informatieACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/352 Wtra AK van 20 juli 2015 van
ACCOUNTANTSKAMER BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/352 Wtra AK van 20 juli 2015 van mr. X, wonende en kantoorhoudende te [plaats1], K L A G E R,
Nadere informatie16.031T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.031T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieHET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN
HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 15 oktober 2008 binnengekomen klacht van: A wonende te B klaagster tegen: C verpleegkundige
Nadere informatie17.105Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 7 maart 2018
17.105Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 7 maart 2018 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd en
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
2017/453 ECLI:NL:TGZRAMS:2018:36 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2017/453 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG AMSTERDAM Beslissing naar
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE
187/2018 ECLI:NL:TGZRZWO:2019:34 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 187/2018 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE Beslissing d.d. 22 februari 2019 naar aanleiding
Nadere informatie17.154Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 9 augustus 2018
17.154Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 9 augustus 2018 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatie18.125T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 25 februari 2019
18.125T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 25 februari 2019 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatie16.137Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.137Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE
144/2017 ECLI:NL:TGZRZWO:2018:88 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 144/2017 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE Beslissing d.d. 20 april 2018 naar aanleiding
Nadere informatievoor de Gezondheidszorg
c2013.346 ECLI:NL:TGZCTG:2014:321 CENTRAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: c2013.346 C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E voor de Gezondheidszorg Beslissing
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het College heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 26 juni 2008 binnengekomen klacht van: A, wonende te B, k l a g e r, tegen
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het college heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 10 oktober 2014 binnengekomen klacht van: A, wonende te B, k l a a g s t e
Nadere informatieTuchtrechtspraak. Stichting NVM RvT Oost 203 ERECODE
18-134 RvT Oost 203 ERECODE Stichting Tuchtrechtspraak NVM Onduidelijke positie van de makelaar. Plicht om positie helder te maken geldt ook tegenover niet-opdrachtgever. Klaagster heeft een woning gehuurd.
Nadere informatieCOLLEGE VAN MEDISCH TOEZICHT
no.003/2014 CMT COLLEGE VAN MEDISCH TOEZICHT Beslissing d.d. 22 mei 2015 naar aanleiding van de op 4 augustus 2014 bij het College van Medisch Toezicht ingekomen voordracht van P.J. ZWIETERING en I. DE
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het college heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 6 juni 2007 binnengekomen klacht van: A, wonende te B, k l a a g s t e r tegen
Nadere informatie16.072T Beslissing van het College van Toezicht van de Stichting Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.072T Beslissing van het College van Toezicht van de Stichting Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieHET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN
HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 27 november 2007 binnengekomen klacht van: A wonende te B klaagster tegen: C huisarts
Nadere informatieKamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam
Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam Beschikking van 9 juli 2002 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de gevoegde klachten met zaaknummers: 93.2002 [ ], wonende te
Nadere informatieRaad voor de tuchtrechtspraak KNMG
Raad voor de tuchtrechtspraak KNMG Raad voor de tuchtrechtspraak van de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst Uitspraak in de zaak van: A, vrouwenarts, wonende te B, klager,
Nadere informatieHET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDS- ZORG TE EINDHOVEN
09108a REGIONAAL TUCHTCOLLEGE Beslissing in de zaak onder nummer van: 09108a Uitspraak: 2 november 2010 HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDS- ZORG TE EINDHOVEN heeft het volgende overwogen en
Nadere informatieRAAD VAN TOEZICHT VOOR DE OCTROOIGEMACHTIGDEN Postbus 3219, 2280 GE Rijswijk telefoon fax
RAAD VAN TOEZICHT VOOR DE OCTROOIGEMACHTIGDEN Postbus 3219, 2280 GE telefoon 070-3905578 fax 070-3905171 BESCHIKKING A. - B. 1. Bij brief van 13 augustus 1999 heeft de heer A. bij de Raad van Toezicht
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG. Het College heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 25 mei 2009 binnengekomen
2009/168 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2009/168 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE AMSTERDAM Het College heeft het volgende overwogen
Nadere informatieHet Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Den Haag heeft de volgende beslissing gegeven inzake de klacht van:
Datum uitspraak: 15 maart 2016 Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Den Haag heeft de volgende beslissing gegeven inzake de klacht van: A en B, wonende te C, klagers, gemachtigde: mr.
Nadere informatie16.020T Beslissing van het College van Toezicht van Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.020T Beslissing van het College van Toezicht van Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd en
Nadere informatieKlachtencommissie Huisartsenzorg Midden-Nederland Uitspraak
Klachtencommissie Huisartsenzorg Midden-Nederland Uitspraak Kern: Klager vindt dat de huisarts zijn klachten niet serieus heeft genomen, hem verkeerde medicatie heeft voorgeschreven en heeft geweigerd
Nadere informatie16.144Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.144Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatie2008/088 C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E voor de Gezondheidszorg Beslissing in de zaak onder nummer 2008/088 van: A., wonende te B.
C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E voor de Gezondheidszorg Beslissing in de zaak onder nummer van: A., wonende te B., appellant, klager in eerste aanleg, tegen C., arts, werkzaam te D., verweerder
Nadere informatie16.046T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 29 december 2016
16.046T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 29 december 2016 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatie16.053Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.053Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatie16.107T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.107T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieSAMENVATTING. inzake de klacht van: mevrouw A te D, moeder van B, oud-leerling van basisschool C te D, klaagster gemachtigde: mevrouw mr. E.
SAMENVATTING 105585 - Klacht over informatieverstrekking en opvragen van informatie, een AMK-melding en het stopzetten van de ambulante begeleiding; PO Klaagster klaagt erover dat de school aan derden
Nadere informatieACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 16/2657 Wtra AK van 20 oktober 2017 van
ACCOUNTANTSKAMER BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 16/2657 Wtra AK van 20 oktober 2017 van X, wonende te [woonplaats1], K L A G E R, gemachtigde: drs.
Nadere informatieACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/1384 Wtra PE van 27 november 2015 van
ACCOUNTANTSKAMER BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/1384 Wtra PE van 27 november 2015 van de KONINKLIJKE NEDERLANDSE BEROEPSORGANISATIE VAN ACCOUNTANTS
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
2014-324c ECLI:NL:TGZRSGR:2016:16 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2014-324c Datum uitspraak: 2 februari 2016 Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg
Nadere informatieBeslissing d.d. 20 april 2018 ex art Tuchtrechtreglement Bancaire Sector
Beslissing Beslissing d.d. 20 april 2018 ex art. 3.9.1 Tuchtrechtreglement Bancaire Sector DE ALGEMEEN DIRECTEUR, mr. J. Brouwer, benoemd door de Stichting Tuchtrecht Banken, KLAGER, gemachtigden: mevrouw
Nadere informatieHET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDS- ZORG TE EINDHOVEN
16235 ECLI:NL:TGZREIN:2017:42 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 16235 Uitspraak: 5 april 2017 HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDS- ZORG TE
Nadere informatieUitspraak van het College van Toezicht van het Nederlands Instituut van Psychologen.
Uitspraak van het College van Toezicht van het Nederlands Instituut van Psychologen. Het College van Toezicht van het Nederlands Instituut van Psychologen, hierna te noemen het College, heeft het volgende
Nadere informatieHET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE EINDHOVEN. A, psychiater, in zijn hoedanigheid van B en C, D, kantoorhoudende te E, klagers;
HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE EINDHOVEN heeft het navolgende overwogen en beslist in de klachtzaak van A, psychiater, in zijn hoedanigheid van B en C, D, kantoorhoudende te E, klagers; tegen F, psychiater,
Nadere informatieLandelijk Register van Gerechtelijke Deskundigen, LRGD. Raad voor de Tuchtrechtspraak U I T S P R A A K
Landelijk Register van Gerechtelijke Deskundigen, LRGD Raad voor de Tuchtrechtspraak U I T S P R A A K Inzake de klacht van [Klaagster BV], gevestigd te [gemeente] aan de [adres], hierna te noemen klaagster,
Nadere informatieCENTRAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
c2018.203 ECLI:NL:TGZCTG:2018:329 CENTRAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: c2018.203 C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E voor de Gezondheidszorg Beslissing
Nadere informatieACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 19/471 Wtra AK van 12 augustus 2019 van
ACCOUNTANTSKAMER BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 19/471 Wtra AK van 12 augustus 2019 van X, wonende te [woonplaats1], K L A G E R, t e g e n Y, accountant-administratieconsulent,
Nadere informatieGERECHTSHOF TE AMSTERDAM TWEEDE MEERVOUDIGE BURGERLIJKE KAMER. Beslissing van 24 juli 2003 in de zaak onder rekestnummer 90/2003 GDW van:
GERECHTSHOF TE AMSTERDAM TWEEDE MEERVOUDIGE BURGERLIJKE KAMER Beslissing van 24 juli 2003 in de zaak onder rekestnummer 90/2003 GDW van: destijds toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder te, thans gerechtsdeurwaarder
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
2017/149VP ECLI:NL:TGZRAMS:2017:106 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2017/149VP REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG AMSTERDAM Beslissing
Nadere informatieRaad voor de tuchtrechtspraak KNMG
Raad voor de tuchtrechtspraak KNMG Raad voor de tuchtrechtspraak van de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst Uitspraak in de zaak van: A, vrouwenarts, wonende te B, klager,
Nadere informatieCENTRAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
c2016.486 ECLI:NL:TGZCTG:2017:220 CENTRAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: c2016.486 C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E voor de Gezondheidszorg Beslissing
Nadere informatieHET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN
HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de op 7 mei 2008 binnengekomen klacht van: A wonende te B klaagster gemachtigde mr. J. Broeders
Nadere informatieHET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDS- ZORG TE EINDHOVEN
09108b REGIONAAL TUCHTCOLLEGE Beslissing in de zaak onder nummer van: 09108b Uitspraak: 2 november 2010 HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDS- ZORG TE EINDHOVEN heeft het volgende overwogen en
Nadere informatieKamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam
Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam Beschikking van 20 mei 2003 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer 233.2002 van: [ ], wonende te [ ], klager,
Nadere informatie17.079T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
17.079T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
2017/320 ECLI:NL:TGZRAMS:2018:29 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2017/320 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG AMSTERDAM Beslissing naar
Nadere informatieBeweerdelijk te lage taxatie. Verschil van 10 % tussen verschillende taxatie niet onaanvaardbaar.
Beweerdelijk te lage taxatie. Verschil van 10 % tussen verschillende taxatie niet onaanvaardbaar. In het kader van het uit elkaar gaan van klager en zijn partner moet de gemeenschappelijke woning getaxeerd
Nadere informatieklacht over informatieverstrekking van de school aan de vader met ouderlijk gezag is gegrond. ADVIES
108432 - klacht over informatieverstrekking van de school aan de vader met ouderlijk gezag is gegrond. inzake de klacht van: [klager] te [woonplaats], vader van [de leerling] tegen ADVIES de directeur
Nadere informatieUitspraak van het College van Toezicht van het Nederlands Instituut van Psychologen.
Uitspraak van het College van Toezicht van het Nederlands Instituut van Psychologen. Het College van Toezicht van het Nederlands Instituut van Psychologen, hierna te noemen het College, heeft het volgende
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
G2017/124 ECLI:NL:TGZRGRO:2018:9 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: G2017/124 Rep.nr. G2017/124 13 maart 2018 Def. 032 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE
Nadere informatieREGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
2018-123a ECLI:NL:TGZRSGR:2018:167 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 2018-123a Datum uitspraak: 6 november 2018 Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg
Nadere informatie