stichting carmelcollege Collectieve Arbeidsovereenkomst Stichting Carmelcollege

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "stichting carmelcollege Collectieve Arbeidsovereenkomst Stichting Carmelcollege"

Transcriptie

1 stichting carmelcollege Collectieve Arbeidsovereenkomst Stichting Carmelcollege Carmel-CAO 1 augustus augustus 2004

2

3 Inhoud Afsluitingsovereenkomst 7 Preambule 8 CAO bepalingen 1. Algemene bepalingen Begripsbepalingen Werkingssfeer, inwerkingtreding en looptijd Arbeidsduur Algemene arbeidsduur en betrekkingsomvang Werktijden Compensatie in verband met overwerk onderwijsondersteunend personeel Compensatie in verband met verschuiving werkzaamheden onderwijsondersteunend personeel Taakbeleid Aangaan van het dienstverband Dienstverband Dienstverband voor bepaalde tijd Leraar in opleiding met een dienstverband Beëindiging van het dienstverband en disciplinaire maatregelen Beëindiging van het dienstverband Verval van gedeelte van betrekkingsomvang van rechtswege Opzegging Opzeggingstermijn Gronden voor opzegging Schorsing als ordemaatregel Disciplinaire maatregelen Functies en functiewaardering Functies Functiewaardering Salaris Salaris en carrièrepatroon Vaststelling maandsalaris bij indiensttreding Vaststelling maandsalaris bij benoeming na voorafgaande onderwijsfunctie(s) Vaststelling maandsalaris bij benoeming in geval van aangehouden onderwijsfunctie(s) Vaststelling maandsalaris bij benoeming in geval van onderbroken dienstverband Beoordeling salarisachterstand in geval van onderbroken dienstverband Vaststelling maandsalaris bij indiensttreding in aansluiting op een betrekking buiten het onderwijs 28 3

4 6.8 Vaststelling maandsalaris bij indiensttreding in aansluiting op onbetaalde relevante ervaring Salarisniveau in- en doorstroombanen Salarisniveau leraar in opleiding met dienstverband Aanvang en einde dienstverband, doorbetaling Salarisuitbetaling Salarisbetaling over een gedeelte van de maand Uitlooptoeslag onderwijzend personeel Bindingstoelage Dertiende maand Eindejaarsuitkering OOP Toelage in verband met onregelmatige diensten onderwijsondersteunend personeel Garantietoelage onregelmatige dienst onderwijsondersteunend personeel Toelage bedrijfshulpverlener Uitkering overlijden Jubileumgratificatie Waarneming hogere functie Beloningsdifferentiatie Omzetting van maandsalaris leraren naar per 1 augustus 2002 geldend carrièrepatroon (overgangsbepaling) Overgangsbepaling functiewisseling Vergoedingen en financiële regelingen Vergoeding verplaatsingskosten Spaarloonregeling Spaarregeling Kinderopvang Vakantie en verlof Vakantieverlof voor de functiecategorieën directie en leraren Vakantie en verlof voor de functiecategorie onderwijsondersteunend personeel Spaarverlof Seniorenverlof (BAPO) Kortdurend verzuimverlof Kortdurend zorgverlof Lang buitengewoon verlof Mede in het algemeen belang Overwegend in het algemeen belang Voorwaarden lang buitengewoon verlof als bedoeld in 8.7 t/m Lang buitengewoon verlof voor politieke functies Verlof in verband met overleg- en advieswerkzaamheden Ouderschapsverlof zonder behoud van bezoldiging Betaald ouderschapsverlof Combinatie onbetaald en betaald ouderschapsverlof 45 4

5 9. Scholing en persoonlijke ontwikkeling Professionele ontwikkeling Persoonlijk ontwikkelingsplan Faciliteiten scholing Functioneringsgesprek Beoordeling Werkgelegenheid Werkgelegenheidsbeleid Overplaatsing in geval van reorganisatie Overplaatsing in andere gevallen Beroepsrecht Overige rechten en plichten Informatievoorziening Functievervulling Nevenwerkzaamheden Geheimhouding Intellectueel eigendom Preventie seksuele intimidatie, racisme en geweld Medezeggenschap Overleg met personeel Faciliteiten medezeggenschap Vakbondsfaciliteiten Fusiegedragsregels Overgangs- en slotbepalingen HOS-overgangsrecht Integratie VSO-SO Invoering FUWA-VO Toelichting en bijlagen 56 Uitvoeringsregelingen I. Spaarverlof 57 II. BAPO 64 III. Betaald ouderschapsverlof 68 IV. Verplaatsingskosten 71 V. Beschikbaarheidsregeling 99 VI. Taakbeleid docenten 100 VII. Werkgelegenheidsbeleidsplan 109 VIII. Spaarreglement 129 IX. Integratie VSO-VO 132 Bijlagen A. Financiële arbeidsvoorwaarden 135 B. Model akte van benoeming 152 C. Model akte van benoeming leraar in opleiding 154 D. Model leerarbeidsovereenkomst leraar in opleiding 155 E. Feestdagen 158 F. Diensttijd voor jubileumgratificatie 159 5

6 6

7 Afsluitingsovereenkomst Hierbij verklaren De Stichting Carmelcollege, in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door en de Algemene Centrale van Overheidspersoneel (ACOP), gevestigd te Zoetermeer, te dezen statutair vertegenwoordigd door de Christelijke Centrale van Overheids- en Onderwijspersoneel (CCOOP), gevestigd te 's-gravenhage, te dezen statutair vertegenwoordigd door de Centrale van Middelbare en Hogere Functionarissen bij overheid, onderwijs, bedrijven en instellingen (CMHF), gevestigd te 's-gravenhage, te dezen vertegenwoordigd door hierna te noemen: de centrales van werknemersorganisaties het volgende te zijn overeengekomen: de collectieve arbeidsovereenkomst Stichting Carmelcollege , welke van kracht wordt op 1 augustus Aldus in achtvoud opgemaakt en ondertekend te Hengelo (ov) op 6 november 2002 namens de Stichting Carmelcollege: Dhr. H.W. Laan Dhr. H.J.B. Mes namens de ACOP: Dhr. G.J.W.M. Stemerding Dhr. R.K. v.d. Ploeg namens de CCOOP: Mw. F.W. Hoekman Dhr. F.H.M. v. Rooij namens de CMHF: Dhr. A.T.H.M. Mullink Dhr. J. Veenstra 7

8 Preambule 1. Algemeen Partijen hebben voor de schooljaren afspraken gemaakt over de arbeidsvoorwaarden voor de werknemers van de onder het bevoegd gezag van de Stichting Carmelcollege staande instellingen voor voortgezet onderwijs, en deze afspraken ondergebracht in de CAO Stichting Carmelcollege De basis voor deze CAO is gelegd in het "Onderhandelaarsakkoord CAO Stichting Carmelcollege " van 5 april Een vergelijking met andere sectoren op de arbeidsmarkt laat zien dat de CAO in het voortgezet onderwijs toe is aan modernisering. De arbeidsvoorwaarden zijn op dit moment nog heel onderwijsspecifiek ingevuld met veel en gedetailleerde regels. Elders is inmiddels een ander, meer kaderstellend stelsel ingericht, waarin ook elementen als de CAO á la carte, competentieontwikkeling en integraal personeelsbeleid een plaats hebben gekregen. De CAO in het voortgezet onderwijs zal deze ontwikkelingen moeten volgen, wil recht worden gedaan aan de als noodzakelijk ervaren vernieuwing binnen het onderwijs. Bij dit perspectief behoort ook het voornemen om de docentfunctie weer te richten op de primaire taak: het verzorgen van onderwijs. De docenttaak dient anders gezegd te worden "uitgezuiverd": er is sprake van te veel werkzaamheden die ook door anders bevoegde medewerkers uitgevoerd kunnen worden. De bijkomende werkzaamheden vormen een bron van onrust voor de docent en dus een oorzaak van werkdruk. De Stichting Carmelcollege streeft dan ook naar een verdere ontwikkeling van assistent-functies. Dit geschiedt mede teneinde het probleem van het tekort aan docenten te kunnen oplossen. Op termijn zal de CAO keuzemogelijkheden bieden aan de individuele medewerker. De Stichting Carmelcollege wil in het jaar een systeem van personal benefits operationeel maken. 2. Kernthema's Als uitgangspunten voor de CAO Stichting Carmelcollege zijn de volgende drie kernthema's gekozen: - werkdrukvermindering. In deze CAO wordt zodanige ruimte gecreëerd in met name het taakbeleid dat scholen en teams het werk efficiënter kunnen verdelen. Dat komt met name tot uitdrukking in een kleinere lestaak voor de 8

9 docenten en een minder van bovenaf georganiseerde werk- en taakverdeling; - ruimte voor onderwijsvernieuwing. In de CAO wordt ruimte gelaten aan de scholen om te kiezen voor een eigen invulling van de wijze waarop de werkzaamheden worden georganiseerd en dus af te wijken van wat tot op heden gebruikelijk en was voorgeschreven; - fasegewijze invoering. De instellingen van de Stichting Carmelcollege kunnen in een zelfgekozen tempo de veranderingen doorvoeren. Binnen deze kernthema's hebben twee onderwerpen bijzondere aandacht gekregen: het functiebouwwerk en het taakbeleid. FUNCTIEBOUWWERK Het personeelsbeleid is gericht op een voortdurende ontwikkeling van de organisatie en de persoonlijke ontwikkeling van medewerkers. Het functiebouwwerk van de Stichting Carmelcollege zal op termijn één reeks functies kennen voor alle medewerkers die onderwijsgerelateerde taken vervullen. Die reeks omvat de huidige (oude) schalen 4 tot en met 12. Binnen deze functies zijn niveaus te onderscheiden. Inschaling vindt plaats op grond van het arbeidsverleden, de vooropleiding en andere relevante ervaring en kwaliteiten op basis van een beoordeling. Over het carrièreverloop zal worden beslist op grond van competenties van de medewerker en zijn ontwikkeling. Wat de Carmel-leraarfunctie betreft, streeft Carmel op termijn naar één leraarfunctie waarbinnen op basis van competentie-ontwikkeling verschillen in beloning bestaan. Het maximum van de huidige LD-functie is daarmee voor iedere docent die voldoet aan de competenties bereikbaar. In vervolg op reeds eerder door partijen gevoerd overleg hebben partijen in het kader van deze CAO de volgende afspraken gemaakt: a. Het nieuwe functiebouwwerk omvat de beschrijving en waardering van voorbeeldfuncties voor management, leraren en onderwijsondersteunend personeel, zoals deze zijn opgenomen in het advies van de werkgroep "Functiewaardering Voortgezet Onderwijs" van 31 januari Partijen zullen in dat kader de minister van OCenW verzoeken om het Kaderbesluit VO, artikelen 3 tot en met 6, aan te passen. b. Het eerder in het DGO vastgestelde functiebouwwerk OOP en het "toetsingskader directie en managementstructuur" blijven gehandhaafd.voor de looptijd van de CAO kent de Stichting Carmelcollege conform het advies van de Commisie van Rijn drie leraarfuncties: LB, LC en LD. c. Vanaf 1 augustus 2002 dient de waardering van alle door de Stichting Carmelcollege in de formatie opgenomen functies gebaseerd te zijn op FUWA- VO. Indien FUWA-VO later wordt ingevoerd, geldt FUWA-VO met terugwerkende kracht vanaf 1 augustus Deze waardering kan voor de werknemer die op zowel 31 juli 2002 als op 1 augustus 2002 in vaste dienst is 9

10 benoemd, niet leiden tot een verslechtering van het salaris en het salarisperspectief. d. Ten aanzien van de waardering van niet-voorbeeldfuncties worden door de Stichting Carmelcollege gecertificeerde adviseurs ingeschakeld. De onderwijsgerelateerde functies, die niet tot de voorbeeldfuncties behoren, moeten in de implementatieperiode voor een bindend advies over de waardering worden voorgelegd aan een landelijke commissie. e. De stichting streeft er naar om met betrekking tot de leraarfuncties in de periode 1 augustus augustus 2003 het aantal LC-functies te laten toenemen met 15% tot opzichte van het huidige aantal LC-functies. Het volume LD-functies zal minimaal gelijk blijven aan het volume zoals dat aanwezig is op 31 juli Hierover zal zorgvuldig worden gerapporteerd aan de GMR en de vakcentrales. Indien de hiervoor genoemde percentages niet worden gehaald spreken partijen af op welke wijze dat alsnog kan geschieden. f. Systeemwijzigingen FUWA-VO zijn onderwerp van overleg tussen partijen. g. Het beheer van FUWA-VO wordt ondergebracht bij een onafhankelijk orgaan. Een beperkt aantal medewerkers zal worden geschoold in de werking en toepassing van het FUWA-VO systeem. TAAKBELEID Partijen hebben met name in het taakbeleid de door de scholen gewenste ruimte gezocht om de bij de eigen ontwikkeling passende beleidskeuze te maken. Deze eigen ontwikkeling vereist dat binnen het taakbeleid meerdere sporen kunnen worden gevolgd. Modellen taakbeleid Voor het schooljaar wordt aangesloten bij de reeds binnen de Stichting Carmelcollege bestaande taakmodellen, waarbij naast het "klassieke model" de mogelijkheid wordt geopend, onder voorwaarden, om als team binnen de organisatie het taakbeleid op eigen wijze vorm te geven. Het klassieke model (model 1) bevat de meeste regels en wordt op instellingsniveau toegepast. In het teammodel (model 2) krijgen "teams" de ruimte om afspraken te maken die specifiek zijn afgestemd op het onderwijs en de organisatie, waarvoor het betreffende team verantwoordelijk is. In beide modellen wordt het aantal klokuren les verlaagd. Model 2 stelt hoge eisen aan de kwaliteit van het functioneren van het team. Daarom zijn enkele nadere afspraken tussen partijen gemaakt. Instellingen die besluiten om hetzij binnen de totale school, hetzij binnen een afdeling en/of locatie model 2 in te voeren zullen moeten voldoen aan de volgende voorwaarden: a. Het binnen de Stichting Carmelcollege ontwikkelde teammodel moet op een voldoende wijze zijn ingevoerd; 10

11 b. De besluitvorming binnen het team over de invoering van model 2 geschiedt met een gekwalificeerde meerderheid van 2/3 van het aantal docenten dat deel uitmaakt van het desbetreffende team. c. Het besluit van het team wordt als advies aan de schoolleiding voorgelegd, die het definitieve besluit neemt, en daarvoor eindverantwoordelijk is. Modellen taakbeleid De twee modellen voor het schooljaar worden voor het schooljaar gemodificeerd. In beide modellen wordt het schooljaar verlengd van 40 naar 41 weken. In het klassieke model wordt daarbij het aantal lesweken verhoogd van 36 naar 38 weken, terwijl de lessentaak wordt verlaagd naar gemiddeld 19 klokuren per week. Partijen spraken over de besluitvorming over de invoering van de gemodificeerde modellen voor het schooljaar het volgende af: 1. De Stichting Carmelcollege zal de gemodificeerde modellen taakbeleid in de loop van het najaar 2002 via een referendum ter beoordeling voorleggen aan de docenten en aan de in het VSO werkzame overige personeelsleden met lesgebonden taken en behandeltaken. 2. De Stichting Carmelcollege en de vakcentrales zullen ter voorbereiding van het referendum gezamenlijk de voorlichting aan het personeel verzorgen. 3. De beide modellen zijn van kracht met ingang van 1 augustus 2003, tenzij blijkt dat één derde of meer van de stemgerechtigde personeelsleden deze modellen afwijst. In dat geval geldt de regeling van het schooljaar Verdere ontwikkeling van de arbeidsvoorwaarden. Partijen hebben afgesproken om gedurende de looptijd van de CAO regelmatig overleg te voeren in het zogeheten LTA (overleg over de Lange Termijn Agenda) over de wijze waarop de CAO-afspraken binnen de instellingen gestalte krijgen en over een verdere ontwikkeling van de arbeidsvoorwaarden van de Stichting Carmelcollege. Ook landelijke ontwikkelingen op het gebied van arbeidsvoorwaarden en sociale zekerheid in het onderwijs zullen in dat overleg aan de orde kunnen komen. 4. De CAO Stichting Carmelcollege en de Flexwet. In deze CAO wordt uitdrukkelijk beoogd af te wijken van de artikelen 7:668a en 7:669 van het Burgerlijk wetboek. 11

12 12

13 1. Algemene bepalingen 1.1 Begripsbepalingen Benoeming Het dienstverband van de werknemer bij de werkgever. Bezoldiging De som van het salaris en de toelagen bedoeld in de artikelen 6.1.1, 6.14 tot en met 6.20, en 14.1 van deze CAO. CAO De Collectieve Arbeidsovereenkomst die de rechtspositie regelt als bedoeld in art. 38a van de Wet op het Voortgezet Onderwijs. Carrièrepatroon De wijze waarop de werknemer het maximumsalaris van de bij zijn functie behorende maximumschaal bereikt, als aangegeven in de bijlagen onder A. van deze CAO. Centrales De vakorganisaties te weten ACOP, CCOOP en CMHF. Dagdeel Verdeling van de werkdag in dagdelen: morgen, middag, avond. Dienstverband De arbeidsovereenkomst tussen de werknemer en de werkgever. Functie Het samenstel van werkzaamheden dat de werknemer krachtens zijn dienstverband moet verrichten. FUWA VO Het landelijk door werkgevers - en werknemersorganisaties overeengekomen systeem volgens welke de werkgever de functie beschrijft en waardeert. Instelling De school voor voortgezet onderwijs die door de werkgever in stand wordt gehouden. Kaderbesluit Kaderbesluit rechtspositie voortgezet onderwijs (staatsblad 1995, 371) zoals laatstelijk gewijzigd en vastgesteld. 13

14 Partijen De Stichting Carmelcollege en de centrales. Werkdag Dag niet zijnde een zaterdag, zondag of een in bijlage E genoemde erkende feestdag. Werkgever De Stichting Carmelcollege. Werknemer Het personeelslid dat een dienstverband heeft bij de werkgever. Werktijdfactor Het gedeelte van de normbetrekking waarvoor de werknemer is benoemd, waarbij de uitkomst rekenkundig wordt afgerond op vier cijfers achter de komma. WMO De Wet medezeggenschap onderwijs 1992 (Stb. 663) zoals laatstelijk gewijzigd en vastgesteld. WVO De Wet op het voortgezet onderwijs 1963 (Stb. 40) zoals laatstelijk gewijzigd en vastgesteld. 1.2 Werkingssfeer, inwerkingtreding en looptijd 1. Deze CAO is van toepassing op alle werknemers in dienst van de werkgever. 2. Indien en voor zover een bepaling in deze CAO niet (langer) verenigbaar is met de wettelijke voorwaarden voor bekostiging van de instelling of met de wettelijke voorschriften, treedt die bepaling met onmiddellijke ingang buiten werking. 3. Omtrent het treffen van een voorlopige voorziening voor de periode tot de vervanging van de in lid 2 bedoelde bepaling en over de vervanging zelf komen partijen op de kortst mogelijke termijn in overleg bijeen. Een eventuele vervangende bepaling treedt op het in lid 2 bedoelde tijdstip in werking. 4. De CAO treedt in werking op 1 augustus 2002 en loopt tot en met 31 juli Indien tenminste zes maanden voor het verstrijken van de in genoemde looptijd door geen der partijen schriftelijk aan de andere partij is kenbaar gemaakt dat de CAO wordt opgezegd, wordt deze geacht stilzwijgend te zijn verlengd voor telkens één jaar. Opzegging leidt terstond tot hernieuwd overleg tussen de partijen. De evaluatie van de werking en toepassing van de in deze CAO gemaakte afspraken zijn onderwerp van gesprek in het periodiek overleg tussen de werkgever en vakcentrales. 14

15 2. Arbeidsduur 2.1 Algemene arbeidsduur en betrekkingsomvang. 1. De algemene arbeidsduur van de werknemer die is benoemd in een normbetrekking bedraagt 1659 uur op jaarbasis. 2. Voor de berekening van de algemene arbeidsduur wordt uitgegaan van 36,86 uur per week bij een normbetrekking, indien en voor zover de toepassing van wet- en regelgeving in het kader van de sociale zekerheid dat noodzakelijk maakt. 3. De werknemer wordt benoemd in een normbetrekking of een deel daarvan. 4. De wederzijdse rechten en verplichtingen van de werkgever en de werknemer ingevolge deze CAO gelden naar rato van de betrekkingsomvang, met uitzondering van het bepaalde in de artikelen 7.3, 8.1, 8.3, en De Wet aanpassing arbeidsduur 2000(Stb. nr. 114 en 115 ) is van toepassing, met dien verstande dat de werknemer in afwijking van deze wet jaarlijks een verzoek tot aanpassing van de betrekkingsomvang kan indienen. 6. De omvang van de betrekking van de werknemer die een vast dienstverband heeft, wordt niet tegen zijn wil verminderd, behoudens de mogelijkheid van verval van rechtswege als bedoeld in lid 8 en in artikel De betrekkingsomvang van de werknemer mag niet meer bedragen dan 120% van de normbetrekking bedoeld in lid Als de uitbreiding van de betrekkingsomvang leidt tot een betrekkingsomvang die uitstijgt boven de betrekkingsomvang genoemd in lid 1, geschiedt deze uitbreiding voor telkens maximaal een schooljaar en vervalt deze van rechtswege. 9. Een dienstverband kan tijdelijk worden uitgebreid in geval de werknemer aanvullend op het dienstverband belast wordt met werkzaamheden als bedoeld in 3.2 lid 3 met in achtneming van de daarbij gestelde voorwaarden. 2.2 Werktijden 1. De werkgever stelt een arbeids- en rusttijdenregeling vast, waarin onder meer geregeld wordt: - het aantal werkdagen per week; - de werktijd en openingstijden van de instelling; - de rustpauze tussen twee dagdelen; - tenminste 9 uur rust na het verrichten van avondwerk. 2. Voor de beschikbaarheid van parttimers geldt de uitvoeringsregeling als opgenomen onder V. van deze CAO. 3. De werkgever zorgt ervoor dat de werknemer die werkt in deeltijd zoveel mogelijk aaneengesloten wordt ingeroosterd op herkenbare dagen of dagdelen, rekening houdend met andere verplichtingen van de werknemer. 4. De spreiding van de arbeidsuren over de week legt de werkgever in overleg met 15

16 de werknemer aan het begin van het schooljaar vast. 5. De werknemer die behoort tot de functiecategorie onderwijsondersteunend personeel kan kiezen voor toepassing van één van de volgende arbeidstijdenmodellen: - een rooster van 40 uur per week; - een rooster van 38 uur per week; - een rooster van 36 uur per week; - een regeling in onderling overleg overeen te komen tussen de werknemer en de werkgever. 2.3 Compensatie in verband met overwerk onderwijsondersteunend personeel. 1. Onder overwerk wordt verstaan door of namens de werkgever opgedragen arbeid buiten de met de werknemer op grond van art overeengekomen wekelijkse arbeidsduur, voor zover de normale dagelijkse vastgestelde werktijd met meer dan een half uur wordt overschreden. 2. De werknemer behorend tot de functiecategorie onderwijsondersteunend personeel wiens salaris wordt vastgesteld volgens één der schalen 1 tot en met 10, die in opdracht van de werkgever overwerk verricht komt in aanmerking voor de volgende compensatie: a. verlof, gelijk aan het aantal uren overschrijding van de voor de werknemer overeengekomen arbeidsduur. b. extra verlof, dat voor elk uur een percentage van die overschrijding is.de onder b. bedoelde percentages zijn als volgt: Overwerk op zondag op maandag op dinsdag, op zaterdag verricht woensdag, tussen donderdag, of vrijdag 0 en 6 uur 100% 100% 50% 50% 6 en 18 uur 100% 25% 25% 50% 18 en 20 uur 100% 25% 25% 75% 20 en 24 uur 100% 50% 50% 75% Voor zover op maandag tot en met vrijdag tussen 6.00 en uur langer dan twee uur overwerk is verricht wordt voor het meerdere in afwijking van de tabel het percentage op 50% gesteld. Het percentage wordt in afwijking van de tabel 100%, indien het overwerk is verricht op een met de zondag gelijkgestelde dag, dan wel op de daarop volgende dag tussen 0.00 en 6.00 uur. 3. Voor het vaststellen van de duur van de overschrijding gelden de uren waarop krachtens lid 2 onder a. of b. of krachtens artikel 8.2 vakantie of verlof is genoten, als uren waarop is gewerkt. 16

17 2.4 Compensatie in verband met verschuiving werkzaamheden onderwijsondersteunend personeel 1. De werknemer heeft recht op verlof in verband met verschuiving van werkzaamheden als: - de werknemer in opdracht van de werkgever werkzaamheden verricht op een ander tijdstip dan oorspronkelijk was ingeroosterd; - de opdracht minder dan 96 uur voor de aanvang van de te verrichten werkzaamheden wordt gegeven; - de werknemer ten aanzien van deze werkzaamheden geen recht heeft op een compensatie als bedoeld in art Het verlof bedraagt 50% van de percentages genoemd in artikel Taakbeleid 1. De werkgever voert een taakbelastingsbeleid gebaseerd op de omvang van de normjaartaak van 1659 uur. 2. Het taakbelastingsbeleid is gericht op een evenwichtige spreiding van de op te dragen werkzaamheden en werkdruk over het schooljaar van de werknemers behorende binnen dezelfde functiecategorie. 3. Binnen het taakbelastingsbeleid wordt mede rekening gehouden met incidenteel voorkomende vervangingswerkzaamheden. 4. De werkgever past de Uitvoeringsregeling Taakbeleid toe als opgenomen onder VI. van deze CAO. 17

18 3. Aangaan van het dienstverband 3.1 Dienstverband 1. Bij zijn indiensttreding ontvangt de werknemer een akte van benoeming volgens het in bijlage B. van deze CAO opgenomen model. 2. Het dienstverband wordt aangegaan voor bepaalde dan wel onbepaalde tijd. 3. Behoudens het bepaalde in artikel 3.2 wordt het dienstverband aangegaan voor onbepaalde tijd. 4. Ten minste twee maanden voor de einddatum van het dienstverband voor bepaalde tijd welk dienstverband een tijdsduur had van tenminste 12 maanden en waarbij door de werkgever schriftelijk uitzicht is gegeven op een dienstverband voor onbepaalde tijd beslist de werkgever of hij de werknemer met ingang van bedoelde einddatum een dienstverband voor onbepaalde tijd, nog één maal een nieuw (verlengd) dienstverband voor bepaalde tijd dan wel geen nieuw dienstverband zal aanbieden. Van deze beslissing ontvangt de werknemer binnen een week schriftelijk bericht. 5. Indien de werkgever nalaat de in 3.1 lid 4 bedoelde beslissing tijdig te nemen, wordt de werknemer met ingang van bedoelde einddatum geacht te zijn benoemd in een verlengd tijdelijk dienstverband onder dezelfde voorwaarden als het voorgaande dienstverband. 6. Indien een dienstverband op grond van het gestelde in 3.2 lid 3 onder a. tenminste onafgebroken 24 maanden heeft geduurd en nadien wordt voortgezet zonder dat van vervanging sprake is, geschiedt dit voor onbepaalde tijd, voor zover het een dienstverband betreft in dezelfde functie. 7. De totale duur van elkaar opvolgende dienstverbanden voor bepaalde tijd bedraagt ten hoogste drie jaar, met uitzondering van een dienstverband voor bepaalde tijd als bedoeld in 3.2 lid 4. Wordt het dienstverband nadien voortgezet dan geschiedt dit voor onbepaalde tijd. 8. Bij een eerste indiensttreding direct voor onbepaalde tijd kan schriftelijk een proeftijd van maximaal twee maanden worden overeengekomen als bedoeld in artikel 7: 652 jo. 7: 676 van het Burgerlijk Wetboek. Tijdens deze proeftijd kan het dienstverband door beide partijen zonder opzeggingstermijn worden opgezegd. 3.2 Dienstverband voor bepaalde tijd 1. Een dienstverband voor bepaalde tijd kan worden overeengekomen bij wijze van proef, met uitzicht op een vast dienstverband. De duur van dit dienstverband bedraagt ten hoogste 12 maanden In bijzondere gevallen kan de in het eerste lid genoemde periode met ten hoogste 12 maanden worden verlengd. 1 Met een dienstverband van 12 maanden wordt gelijkgesteld: a. een dienstverband voor de duur van één schooljaar; b. elkaar opvolgende dienstverbanden voor bepaalde tijd waarvan de totale duur 12 maanden bedraagt. 18

19 3. Een dienstverband voor bepaalde tijd kan voorts worden overeengekomen: a. bij vervanging van een tijdelijk afwezige werknemer telkens voor ten hoogste één jaar; b. als voorziening in een tijdelijke vacature voor ten hoogste één jaar; c. indien de werknemer uitsluitend belast is met werkzaamheden in het kader van contractactiviteiten, of uitsluitend een dergelijke werknemer vervangt, een en ander voor ten hoogste drie jaar; d. indien de werknemer uitsluitend is belast met werkzaamheden in het kader van projecten waarvoor additionele gelden ter beschikking zijn gesteld, of uitsluitend een dergelijke werknemer vervangt, een en ander voor ten hoogste drie jaar. 4. Een dienstverband voor bepaalde tijd wordt in alle gevallen overeengekomen wanneer: a. de werknemer met een onderwijsgevende functie geen wettelijke onderwijsbevoegdheid bezit; of b. enige andere wettelijke bepaling, waaronder begrepen bekostigingsvoorwaarden, zich tegen een dienstverband voor onbepaalde tijd verzet. 3.3 Leraar in opleiding met een dienstverband. 1. De leraar in opleiding waarmee een leerarbeidsovereenkomst is gesloten als opgenomen in bijlage C. van deze CAO wordt benoemd voor de duur van een periode die overeenkomt met een volledig dienstverband van vijf maanden. 2. Deze periode dient te eindigen voor de datum waarop de zomervakantie van de instelling begint. 3. De omvang van het leeraandeel en de omvang van het arbeidsdeel binnen het dienstverband dienen aan elkaar te zijn gelijk gesteld. 4. De artikelen 2.5, 6.1 t/m 9, 6.11, 6.14, 6.15, 6.21, 6.22, 7.3, 8.3, 8.13, 8.14 en de artikelen van hoofdstuk 9 van deze CAO zijn niet op de leraar in opleiding met een dienstverband van toepassing. 19

20 4. Beëindiging van het dienstverband en disciplinaire maatregelen 4.1 Beëindiging van het dienstverband 1. Het tussentijds beëindigen van een (verlengd) tijdelijk dienstverband, het beëindigen van een verlengd tijdelijk dienstverband, niet zijnde een verlengd tijdelijk dienstverband in verband met vervanging, en het beëindigen van een dienstverband voor onbepaalde tijd geschiedt: a. door opzegging; b. door onverwijlde opzegging wegens een voor de werkgever of de werknemer dringende reden als bedoeld in art. 7:678 en art. 7:679 van het Burgerlijk Wetboek; c. door ontbinding van het dienstverband op grond van art. 7:685 dan wel art. 7:686 van het Burgerlijk Wetboek, indien en voor zover er sprake is van een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht; d. met wederzijds goedvinden op het door de werkgever en werknemer overeengekomen tijdstip; e. door opzegging op verzoek van de werknemer voor een gedeelte van de voor hem geldende betrekkingsomvang met het oog op een uitkering op grond van de FPU en art. 1.5 van het Pensioenreglement van de stichting ABP, tenzij het belang van de school zich daar tegen verzet. 2. Van rechtswege eindigt: a. het eerste dienstverband voor bepaalde tijd door het verstrijken van de tijd waarvoor het is aangegaan; b. het verlengd tijdelijk dienstverband in verband met vervanging door het verstrijken van de tijd waarvoor het is aangegaan; c. het dienstverband van de werknemer die de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt, met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin voornoemde leeftijd is bereikt, en voor zover door partijen niet anders wordt overeengekomen; d. het dienstverband van de werknemer die bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak de bevoegdheid tot het geven van onderwijs is ontnomen, vanaf het moment van de rechterlijke uitspraak;e. het dienstverband bij overlijden van de werknemer. 3. Bij opzegging van een verlengd dienstverband voor bepaalde tijd zijn de opzeggingsverboden genoemd in de leden 1 en 3 van art. 7: 670 van het BW niet van toepassing. 4.2 Verval van gedeelte van betrekkingsomvang van rechtswege Indien en voor zover de werkzaamheden niet langer aan de werknemer worden opgedragen, vervalt van rechtswege het gedeelte van de betrekkingsomvang dat bestaat uit: 20

21 a. uren boven de normbetrekking; b. tijdelijke uitbreiding van de omvang van de betrekking in verband met vervanging; c. tijdelijke uitbreiding van de omvang van de betrekking in verband met een tijdelijke voorziening in een vacature voor ten hoogste één jaar; d. tijdelijke uitbreiding van de betrekkingsomvang in verband met een project waarvoor door de werkgever of minister gedurende drie of minder schooljaren formatie beschikbaar is gesteld uit additionele middelen; e. tijdelijke uitbreiding van de betrekkingsomvang in verband met contractactiviteiten die gedurende drie of minder schooljaren is toegekend aan de werknemer dan wel als gevolg van toekenning van die werkzaamheden aan een andere werknemer. 4.3 Opzegging 1. Opzegging door de werkgever cq. de werknemer dient bij aangetekend schrijven dan wel bij brief, die tegen een ontvangstbewijs middellijk dan wel onmiddellijk is overhandigd, en met redenen omkleed te geschieden met inachtneming van de geldende opzeggingstermijn. 2. Opzegging, anders dan bedoeld in artikel 4.1 lid 1. onder b. geschiedt tegen de eerste van de maand, tenzij anders wordt overeengekomen. 4.4 Opzeggingstermijn. 1. In geval van opzegging van een verlengd dienstverband voor bepaalde tijd, van een dienstverband voor onbepaalde tijd en in geval van tussentijdse opzegging van een (verlengd) tijdelijk dienstverband neemt de werkgever c.q. de werknemer, tenzij er sprake is van opzegging op grond van art. 4.1 lid 1. onder b., de volgende opzeggingstermijn in acht: - tenminste een maand indien het dienstverband zes maanden of minder heeft geduurd; - tenminste twee maanden indien het dienstverband meer dan zes maanden doch minder dan twaalf maanden heeft geduurd; - tenminste drie maanden indien het dienstverband twaalf maanden of meer heeft geduurd. 2. Indien de opzeggingstermijn die bij wijze van overgangsbepaling is voorgeschreven op grond van art. XXI van de Wet van 14 mei 1998 (Stb. 300, 1998) langer is dan de opzeggingstermijn genoemd in dit artikel, geldt voor de werkgever de termijn volgens voornoemde Wet. 3. Met wederzijds goedvinden kan van de in art. 4.4 lid 1 en 2 genoemde termijnen worden afgeweken. 21

22 4.5 Gronden voor opzegging Opzegging van een dienstverband voor onbepaalde tijd of tussentijdse opzegging van een dienstverband voor bepaalde tijd kan plaatsvinden op grond van: a. plichtsverzuim als bedoeld in artikel 4.7 lid 2; b. onbekwaamheid of ongeschiktheid van de werknemer voor de door hem uitgeoefende functie, anders dan op grond van ziels- of lichaamsgebreken; c. opheffing van de instelling of de dienst van de instelling of de betrekking, of zodanige verandering van de inrichting van het onderwijs, dat het dienstverband van de werknemer zal worden opgeheven; d. het feit dat na afloop van lang buitengewoon verlof de werknemer bij gebrek aan een vacature niet in actieve dienst bij de werkgever kan worden hersteld; e. ziekte of arbeidsongeschiktheid, indien dat tenminste 24 maanden heeft geduurd, en herstel binnen zes maanden na deze 24 maanden niet te verwachten is en er bovendien geen reële plaatsingsmogelijkheden bij de werkgever zijn; f. een onherroepelijk geworden vonnis waarbij de werknemer is veroordeeld tot vrijheidsstraf wegens een misdrijf; g. het feit dat de werknemer in verband met de benoeming opzettelijk onjuiste of onvolledige inlichtingen heeft verstrekt, zonder welke handelwijze niet tot benoeming of aanstelling zou zijn overgegaan; h. het feit dat met betrekking tot de overurenbetrekking van de werknemer is komen vast te staan dat in redelijkheid de overuren aan een andere werknemer binnen een normbetrekking kunnen worden opgedragen; i. andere met name genoemde gewichtige omstandigheden die redelijkerwijs geacht moeten worden met het oog op de belangen van de instelling en van het onderwijs de mogelijkheid van voortzetting van het dienstverband uit te sluiten. 4.6 Schorsing als ordemaatregel 1. De werkgever kan de werknemer schorsen voor ten hoogste vier weken, indien dit gelet op het belang van de instelling dringend noodzakelijk is. Voordat de werknemer wordt geschorst wordt deze in de gelegenheid gesteld zijn opvattingen omtrent de voorgenomen schorsing kenbaar te maken. De opvattingen van de werknemer omtrent de schorsing worden opgenomen in de brief, waarin de schorsing wordt bevestigd. 2. Naast het bepaalde in het eerste lid van dit artikel kan de werkgever de werknemer schorsen: a. voor de duur van de vervolging wanneer een strafrechtelijke vervolging wegens misdrijf tegen de werknemer is ingesteld; b. tot het moment dat er sprake is van een onherroepelijk vonnis wanneer de bevoegdheid tot het geven van onderwijs is ontnomen in een nog niet onherroepelijk vonnis; 22

23 c. voor de duur dat de werknemer op grond van artikel 44 van de WVO is geschorst; d. indien de werknemer krachtens een wettelijke maatregel van zijn vrijheid is beroofd; e. voor de duur van maximaal zes maanden wanneer er sprake is van een voornemen tot opzegging als bedoeld in art. 4.5 onder a., b., g. en i. voor de duur van de procedure tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst als bedoeld in art. 7:685 van het Burgerlijk Wetboek; f. in andere gevallen waarin het belang van de instelling dit vordert voor ten hoogste drie maanden, daaronder begrepen de termijn genoemd in lid 1. Deze termijn van drie maanden kan ten hoogste één keer met drie maanden worden verlengd. 3. Tijdens de schorsing heeft de werknemer slechts toegang tot de school na verkregen toestemming van de werkgever. 4. De schorsing wordt onverwijld ingetrokken als de grond daartoe vervalt of handhaving niet langer noodzakelijk is. 5. Ingeval geen redenen aanwezig waren die de schorsing konden dragen, zal de werkgever na overleg de werknemer naar vermogen rehabiliteren. 4.7 Disciplinaire maatregelen 1. De werkgever kan ten aanzien van de werknemer die zich aan een plichtsverzuim schuldig maakt, onder opgave van redenen één van de navolgende besluiten nemen: a. schriftelijke berisping; b. schorsing met behoud van salaris; c. ontslag; d. inhouding bezoldiging, voor ten hoogste 50% van het maandsalaris. Desgewenst wordt een inhoudingsregeling overeengekomen. 2. Onder plichtsverzuim wordt verstaan het overtreden van de voor de werknemer geldende voorschriften, het niet nakomen van hem opgelegde verplichtingen alsmede het doen of nalaten van datgene dat de werknemer bij een goede uitoefening van zijn functie behoort na te laten of te doen. 23

24 5. Functies en functiewaardering 5.1 Functies 1. De werkgever bepaalt jaarlijks vóór 1 mei op basis van de organisatiedoelstellingen de voor de uitvoering van de werkzaamheden noodzakelijke functies, in aard en omvang en maakt daarbij onderscheid in functies, die: - structureel gewenst zijn; - verband houden met een project waarvoor gedurende drie jaar of minder additionele middelen beschikbaar zijn. 2. Zonder voorafgaand ontslag kan voor de werknemer geen andere functie gaan gelden dan de functie waarin de werknemer is benoemd, tenzij met de werknemer is overeengekomen dat de functie een tijdelijk karakter heeft en het daarbij horende salarisniveau slechts tijdelijk zal gelden. 5.2 Functiewaardering 1. Voor de bepaling van de functiebeschrijving en -waardering maakt de werkgever gebruik van FUWA-VO. 2. De werkgever is voor elk van zijn instellingen aangesloten bij een landelijke bezwarencommissie inzake functiewaardering, en maakt dat krachtens art per instelling bekend. 24

25 6. Salaris 6.1 Salaris en carrièrepatroon 1. Met inachtneming van de navolgende bepalingen wordt elke werknemer bezoldigd volgens het bij zijn functie behorende carrièrepatroon (actuele loonpeil) vermeld in bijlagen A1 tot en met A4. 2. Behoudens het gestelde in en wordt het salaris van de werknemer volgens het voor hem geldende carrièrepatroon jaarlijks op 1 augustus met één periodiek verhoogd. 3. De werkgever kan éénmalig de werknemer een jaarlijkse periodiek onthouden indien twee achtereenvolgende negatieve beoordelingen een dergelijk besluit van de werkgever kunnen dragen. Tussen de eerste en tweede beoordeling wordt tenminste een termijn van een jaar in acht genomen. 4. De werkgever kan de werknemer een extra periodiek toekennen indien daartoe op grond van een beoordeling naar de mening van de werkgever aanleiding bestaat. 5. In overleg tussen werkgever en werknemer kan van het bepaalde in dit artikel alsmede in de artikelen 6.2 tot en met 6.9 worden afgeweken in zoverre een fiscale regeling wordt aangegaan tussen werkgever en 's Rijks belastingdienst, welke regeling ten voordele van de werknemer strekt. 6.2 Vaststelling maandsalaris bij indiensttreding 1. Het maandsalaris van de werknemer wordt bij indiensttreding vastgesteld op een bedrag dat niet lager is dan het laagste en niet hoger dan het hoogste bedrag zoals die voorkomen in het bij zijn functie behorende carrièrepatroon. 2. Indien de salarisinpassing leidt tot een bedrag dat niet voorkomt in het bij een functie behorende carrièrepatroon wordt het maandsalaris vastgesteld op het naasthogere bedrag. 3. Bij de vaststelling van het maandsalaris bij indiensttreding kan de werkgever, in voor de werknemer gunstige zin, afwijken van de navolgende bepalingen. 4. Het maandsalaris van de werknemer die voor de eerste keer wordt benoemd in een onderwijsfunctie wordt, voor elke periode van vier jaar na het verwerven van de vereiste bevoegdheid met één periodiek verhoogd. 5. Als de voorafgaande functie een leraarsfunctie in het voortgezet onderwijs was, die is beëindigd vóór 1 augustus 2002 wordt voorafgaande aan de toepassing van artikel 6.3 en 6.5 (het bedrag van) het maandsalaris in de voorafgaande functie vastgesteld overeenkomstig de conversietabel van bijlage A Als de voorafgaande functie een leraarsfunctie was in het primair onderwijs of de BVE, die is beëindigd vóór 1 augustus 2002, wordt na de toepassing van artikel 6.3 en 6.5 (het bedrag van) het maandsalaris in de voorafgaande functie vastgesteld overeenkomstig de conversietabel van bijlage A

26 6.3 Vaststelling maandsalaris bij benoeming na voorafgaande onderwijsfunctie(s) 1. Voor de werknemer die reeds in een schooljaar in één of meer onderwijsfuncties gedurende 60 werkdagen werkzaam en bezoldigd dan wel gedurende alle schoolweken benoemd is geweest, vindt de vaststelling van het maandsalaris in een nieuwe functie plaats op de wijze als aangegeven in de navolgende leden. 2. Indien het carrièrepatroon in de nieuwe functie geen verbetering inhoudt ten opzichte van de voorafgaande functie en de benoeming plaats heeft in hetzelfde schooljaar wordt het maandsalaris vastgesteld op hetzelfde bedrag (actuele loonpeil) als in de voorafgaande functie. 3. Indien de in bedoelde werknemer niet tijdens hetzelfde schooljaar doch in een volgend schooljaar wordt benoemd wordt het maandsalaris (actuele loonpeil) vastgesteld op een bedrag dat in het carrièrepatroon van de nieuwe functie één periodiek hoger is. 4. Indien het carrièrepatroon in de nieuwe functie een verbetering inhoudt ten opzichte van de voorafgaande functie en de benoeming plaats heeft in hetzelfde schooljaar wordt het maandsalaris vastgesteld op een bedrag dat onmiddellijk gelegen is boven het maandsalaris (actuele loonpeil) in de voorafgaande functie. 5. Indien de in lid 4 bedoelde werknemer niet tijdens hetzelfde schooljaar doch in een volgend schooljaar wordt benoemd wordt het maandsalaris (actuele loonpeil) vastgesteld op een bedrag dat onmiddellijk gelegen is boven het maandsalaris in de voorafgaande functie en vervolgens in het nieuwe carrièrepatroon met één periodiek verhoogd. 6. Bij de toepassing van het vorengaande wordt uitgegaan van het laatste schooljaar waarin de werknemer gedurende 60 werkdagen werkzaam en bezoldigd dan wel gedurende alle schoolweken benoemd is geweest. 7. Indien in het schooljaar als bedoeld in lid 6 sprake is geweest van meer dan één onderwijsfunctie wordt uitgegaan van de functie met het hoogste carrièrepatroon waarin de werknemer tezamen met één of meer andere onderwijsfunctie(s) voldoet aan het gestelde in lid Waar in de voorgaande leden sprake is van het maandsalaris (actueel loonpeil); in de voorafgaande functie wordt dit als volgt bepaald: - als het maandsalaris in de voorafgaande functie is uitgedrukt in een schaalpositie die voorkomt in de bijlagen A1 tot en met A4 wordt het bij die schaalpositie behorende actuele bedrag genomen; - als het maandsalaris in de voorafgaande functie niet is uitgedrukt in een schaalpositie die voorkomt in de bijlagen A1 tot en met A4 wordt het nominale bedrag van dit maandsalaris op het actuele loonpeil gebracht met behulp van de omrekentabel in bijlage A

27 6.4 Vaststelling maandsalaris bij benoeming in geval van aangehouden onderwijsfunctie(s) 1. Voor de werknemer die in een nieuwe functie wordt benoemd en daarnaast reeds één of meer onderwijsfunctie(s) vervult, wordt voor de vaststelling van het maandsalaris in de nieuwe functie uitgegaan van het gestelde in artikel 6.3 met dien verstande dat de aangehouden functie gelijk gesteld wordt aan een vorige functie. 2. Indien de werknemer één of meer functies aanhoudt waarvan het carrièrepatroon gelijk is aan de functie waarin hij wordt benoemd wordt het maandsalaris in de nieuwe functie vastgesteld op een gelijk bedrag als in de aangehouden functie met dat gelijke carrièrepatroon. 6.5 Vaststelling maandsalaris bij benoeming in geval van onderbroken dienstverband 1. Indien de werknemer wordt benoemd in een functie na gedurende vier of meer achtereenvolgende schooljaren geen onderwijsfunctie te hebben vervuld wordt zijn maandsalaris bij indiensttreding vastgesteld overeenkomstig het gestelde in artikel 6.3. Voor elke periode van vier jaar waarin geen onderwijsfunctie werd vervuld wordt het maandsalaris bij indiensttreding met één periodiek verhoogd. 2. De in lid 1 bedoelde periode van vier schooljaren wordt verkort tot drie schooljaren gedurende de eerste zes schooljaren waarin geen onderwijsfunctie werd vervuld. 3. Voor de toepassing van het gestelde in lid 1 en lid 2 wordt een schooljaar waarin de werknemer niet gedurende 60 werkdagen werkzaam en bezoldigd dan wel gedurende alle schoolweken benoemd is geweest gelijk gesteld aan een schooljaar waarin hij geen functie in het onderwijs heeft vervuld. 6.6 Beoordeling salarisachterstand in geval van onderbroken dienstverband 1. Op verzoek van de werknemer beoordeelt de werkgever of op basis van het functioneren het nog gerechtvaardigd is dat voor betrokkene een salarisachterstand als gevolg van een onderbroken dienstverband is ontstaan, in vergelijking met de situatie waarin de werknemer de onderwijsloopbaan niet had onderbroken. Een dergelijk verzoek kan gedaan worden vanaf het tweede jaar na herintreding. 2. Het salaris van de werknemer voor wie als gevolg van een onderbroken dienstverband een salarisachterstand is ontstaan die naar het oordeel van de werkgever niet meer gerechtvaardigd is, wordt, voor zover dit binnen het carrièrepatroon van de functie mogelijk is, stelselmatig vastgesteld op een hoger salarisbedrag, teneinde binnen redelijke termijn de geconstateerde achterstand in te lopen. 27

28 3. De beslissing op het verzoek om aanpassing van de inschaling wordt door de werkgever schriftelijk en gemotiveerd aan de werknemer meegedeeld. 6.7 Vaststelling maandsalaris bij indiensttreding in aansluiting op een betrekking buiten het onderwijs 1. Het maandsalaris van de werknemer die een inkomen geniet of heeft genoten voor werkzaamheden, al dan niet in een dienstbetrekking, buiten het onderwijs, wordt vastgesteld op een bedrag dat één periodieke verhoging hoger is dan dit inkomen, indien voor de onderwijsfunctie relevante ervaring is opgedaan. 2. Voorafgaand aan de toepassing van lid 1 wordt (het bedrag van) het laatstgenoten maandinkomen vastgesteld overeenkomstig de omrekentabel in bijlage A Vaststelling maandsalaris bij indiensttreding in aansluiting op onbetaalde relevante ervaring 1. Bij de toepassing van de artikelen 6.2 tot en met 6.7 wordt het salaris van een werknemer, die naar het oordeel van de werkgever voorafgaand aan een benoeming per 1 augustus 2001 of later relevante ervaring heeft opgedaan in werkzaamheden waaraan geen inkomen was verbonden, vastgesteld op een hoger salarisbedrag, voor zover dit binnen het carrièrepatroon van de functie mogelijk is. 2. Een besluit van de werkgever dat er geen sprake is van relevante onbetaalde ervaring wordt schriftelijk en gemotiveerd aan de werknemer meegedeeld. 6.9 Salarisniveau in- en doorstroombanen 1. Bij de functie van de werknemer die is benoemd in het kader van de Regeling in- en doorstroombanen voor langdurig werklozen (Staatscourant 1998, nr. 246, zoals laatstelijk gewijzigd en vastgesteld) behoort voor wat betreft de instroombaan maximumschaal 1 en voor wat betreft de doorstroombaan maximumschaal 2 en Voor de werknemer benoemd in een instroombaan als bedoeld in lid 1 geldt een aanlooptraject conform bijlage A4.1. Het salaris wordt bij zijn benoeming vastgesteld op het laatste bedrag van het aanlooptraject. 3. Op de werknemer bedoeld in lid 1 is het bepaalde in de artikelen 6.2 tot en met 6.8 niet van toepassing. 28

29 6.10 Salarisniveau leraar in opleiding met dienstverband. Het salaris van de leraar in opleiding met een dienstverband bedraagt bij een normbetrekking 50% van het salaris genoemd in bijlage A Aanvang en einde dienstverband, doorbetaling 1. Behoudens het gestelde in de navolgende leden over de functiecategorie leraren, gaan de benoeming en de bezoldiging in op de dag waarop de werknemer zijn werkzaamheden begint. 2. Voor de leraar die zijn werkzaamheden in een nieuw dienstverband begint op de eerste dag na de zomervakantie gaan de benoeming en de bezoldiging in op de eerste dag van het nieuwe schooljaar indien: - de functie in het nieuwe dienstverband vanaf het begin van het schooljaar beschikbaar is, en - hij in het voorafgaande schooljaar gedurende een aaneengesloten periode van langer dan twee maanden benoemd is geweest bij een instelling bekostigd door de minister welke benoeming geëindigd is op of na 1 juni van het voorafgaande schooljaar. 3. De leraar die in tijdelijke dienst is benoemd heeft aanspraak op bezoldiging tot en met de dag waarop zijn tijdelijke benoeming afloopt onverminderd het gestelde in art. 8.1 lid In geval de benoeming bedoeld in het derde lid zich uitstrekt over het volgende schooljaar ontstaat weer aanspraak op bezoldiging met ingang van de eerste dag na de zomervakantie, onverminderd het in lid 2 bepaalde. 5. De in vaste dienst benoemde leraar die in verband met ontslag zijn werkzaamheden na de zomervakantie niet voortzet heeft aanspraak op bezoldiging uiterlijk tot en met de laatste dag van het schooljaar. 6. De leraar die gedurende een gedeelte van de zomervakantie benoemd is geweest, heeft in afwijking van het in lid 3 bepaalde alsnog recht op bezoldiging, indien hij in een periode van 12 achtereenvolgende maanden gedurende alle schoolweken bij een werkgever benoemd was en aan één of meer scholen zijn functie heeft vervuld Salarisuitbetaling 1. De werkgever verschaft de werknemer tijdig een specificatie van diens salaris bij eerste berekening en bij elke wijziging daarvan en zorgt ervoor dat hij uiterlijk op de laatste dag van elke maand over het salaris van die maand dan wel over een voorschot daarop kan beschikken. 2. De werkgever is gerechtigd bedragen, die aan de werknemer uit hoofde van zijn dienstverband onverschuldigd zijn uitbetaald, in te houden op de volgende salarisbetalingen. Een en ander met dien verstande, dat een dergelijke inhouding op enige salarisbetaling niet meer dan 10 procent van het netto 29

Kader-CAO voor het voortgezet onderwijs. Werkgevers in onderwijs

Kader-CAO voor het voortgezet onderwijs. Werkgevers in onderwijs Kader-CAO voor het voortgezet onderwijs Werkgevers in onderwijs Kader-CAO voor het voortgezet onderwijs behorend bij de decentrale school-cao Werkgevers in onderwijs Colofon Uitgave VOS/ABB, werkgevers

Nadere informatie

Voorpublicatie CAO-VO 2005-2006 Tekstversie B 13 april 2005

Voorpublicatie CAO-VO 2005-2006 Tekstversie B 13 april 2005 Voorpublicatie CAO-VO 2005-2006 Tekstversie B 13 april 2005 Voorpublicatie Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs 2005-2006 WVO - ACOP - CCOOP - CMHF Colofon CAO-VO 2005 2006 Collectieve

Nadere informatie

CAO-VO. Collectieve. Arbeidsovereenkomst. voor het voortgezet onderwijs. Besturenraad Bond KBO VBS VOS/ABB WVO ACOP CCOOP CMHF.

CAO-VO. Collectieve. Arbeidsovereenkomst. voor het voortgezet onderwijs. Besturenraad Bond KBO VBS VOS/ABB WVO ACOP CCOOP CMHF. CAO-VO Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs Besturenraad Bond KBO VBS VOS/ABB WVO ACOP CCOOP CMHF Colofon CAO-VO 2003 2005 Collectieve arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

Nadere informatie

Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs Werkgeversverbond Voortgezet Onderwijs CAO VO 2005-2006 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs CAO VO 2005 2006 Colofon 2 Colofon CAO VO 2005 2006 Collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Afsluitingsovereenkomst / 4. Deel I CAO-bepalingen / 6

Inhoudsopgave. Afsluitingsovereenkomst / 4. Deel I CAO-bepalingen / 6 Inhoudsopgave Afsluitingsovereenkomst / 4 Deel I CAO-bepalingen / 6 Algemene bepalingen / 7 1.1 Begripsbepalingen / 7 1.2 Werkingssfeer, inwerkingtreding en looptijd / 8 Arbeidsduur / 8 2.1 Algemene arbeidsduur

Nadere informatie

CAO VO 2006 2007 Collectieve arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

CAO VO 2006 2007 Collectieve arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs CAO VO 2006 2007 Colofon 2 Colofon CAO VO 2006 2007 Collectieve arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs Uitgave: Partijen Vormgeving: WVO en Diepenmaat Uitgeverij & Ontwerpbureau, Dieren Drukwerkbegeleiding:

Nadere informatie

CAO VO 2007-2008 (verlengd) Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

CAO VO 2007-2008 (verlengd) Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs CAO VO 2007-2008 (verlengd) Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs juni 2008 1 Inhoudsopgave Afsluitingsovereenkomst Preambule 1 Algemene bepalingen 1.1 Begripsbepalingen 1.2 Werkingssfeer,

Nadere informatie

Uitgave Besturenraad, Bond KBVO, VBS, VOS/ABB, WVO en Stichting Carmelcollege

Uitgave Besturenraad, Bond KBVO, VBS, VOS/ABB, WVO en Stichting Carmelcollege CAO-VO Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs Besturenraad Bond KBO VBS VOS/ABB WVO ACOP CCOOP CMHF Colofon CAO-VO 2003 2005 Collectieve arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

Nadere informatie

CAO VO 2008-2009 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

CAO VO 2008-2009 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs CAO VO 2008-2009 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs 11/26/2008 1 Afsluitingsovereenkomst Preambule Inhoudsopgave 1. Algemene bepalingen 1.1 Begripsbepalingen 1.2 Werkingssfeer,

Nadere informatie

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd.

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd. III.1 BEZOLDIGINGSREGELING 1997 - Besluit van de gemeenteraad van Voorst 24 maart 1997. BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Deze regeling verstaat onder: 1 Ambtenaar: hij, die overeenkomstig de bepalingen van

Nadere informatie

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging 3 Salaris en vergoedingsregelingen Bezoldiging Artikel 3:1 1 Met inachtneming van artikel 1:2:1 wordt aan de ambtenaar binnen het kader van een lokaal vast te stellen bezoldigingsregeling een bezoldiging

Nadere informatie

Collectieve Arbeidsovereenkomst. voor het voortgezet onderwijs 2008-2010

Collectieve Arbeidsovereenkomst. voor het voortgezet onderwijs 2008-2010 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs 2008-2010 CAO VO 2008-2010 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs Colofon 2 CAO VO 2008 2010 Collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

CAO VO 2008-2010 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

CAO VO 2008-2010 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs CAO VO 2008-2010 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs 4/20/2009 1 Inhoudsopgave Afsluitingsovereenkomst Preambule 1. Algemene bepalingen 1.1 Begripsbepalingen 1.2 Werkingssfeer,

Nadere informatie

cao VO 2008-2010 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

cao VO 2008-2010 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs cao VO 2008-2010 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs 3/4/2009 1 Inhoudsopgave Afsluitingsovereenkomst Preambule 1. Algemene bepalingen 1.1 Begripsbepalingen 1.2 Werkingssfeer,

Nadere informatie

CAO VO 2011-2012. Collectieve Arbeidsovereenkomst. voor het voortgezet onderwijs. 18 augustus 2011 i

CAO VO 2011-2012. Collectieve Arbeidsovereenkomst. voor het voortgezet onderwijs. 18 augustus 2011 i CAO VO 2011-2012 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs 18 augustus 2011 i INHOUDSOPGAVE 1. Algemene bepalingen... 7 1.1. Begripsbepalingen... 7 1.2. Werkingssfeer, inwerkingtreding

Nadere informatie

CAO VO 2011 / 2012. Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

CAO VO 2011 / 2012. Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs CAO VO 2011 / 2012 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs Inhoudsopgave 1. Algemene bepalingen 8 1.1. Begripsbepalingen 8 1.2. Werkingssfeer, inwerkingtreding en looptijd 9 1.3.

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 Burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis; gezien de instemming van de plaatselijke commissie voor georganiseerd overleg; besluiten: vast te stellen de volgende: VERORDENING,

Nadere informatie

Arbeidstijden- en rusttijdenregeling Onderwijs Ondersteunend Personeel Purmerendse ScholenGroep

Arbeidstijden- en rusttijdenregeling Onderwijs Ondersteunend Personeel Purmerendse ScholenGroep Arbeidstijden- en rusttijdenregeling Onderwijs Ondersteunend Personeel Purmerendse ScholenGroep Kenmerk : DB/skc/2015-3 Datum : 10 maart 2015 Betreft : Arbeids- en rusttijdenregeling Onderwijs Ondersteunend

Nadere informatie

Tekstuele uitwerking Akkoord CAO-VO 2011 2012

Tekstuele uitwerking Akkoord CAO-VO 2011 2012 Tekstuele uitwerking Akkoord CAO-VO 2011 2012 Punt 1 & 2 14. Vakantieverlof 14.1 Vakantieverlof voor de functiecategorieën directie en leraren 1. a. De werknemer die behoort tot de functiecategorie directie,

Nadere informatie

RECHTSPOSITIEREGLEMENT

RECHTSPOSITIEREGLEMENT RECHTSPOSITIEREGLEMENT voor Bezoldigde Bestuurders van de AFMP ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Algemeen 1. Bezoldigde bestuurders van de AFMP worden in functie benoemd door de Bondsvergadering van de vereniging

Nadere informatie

VERENIGING VAN TOEZICHTHOUDERS IN ONDERWIJSINSTELLINGEN ~ VTOI & ONDERWIJSBESTUURDERSVERENIGING ~ OBV. CAO bestuurders VO

VERENIGING VAN TOEZICHTHOUDERS IN ONDERWIJSINSTELLINGEN ~ VTOI & ONDERWIJSBESTUURDERSVERENIGING ~ OBV. CAO bestuurders VO VERENIGING VAN TOEZICHTHOUDERS IN ONDERWIJSINSTELLINGEN ~ VTOI & ONDERWIJSBESTUURDERSVERENIGING ~ OBV CAO bestuurders VO 2015 2016 Rotterdam/Zoetermeer 11-11-2015 Inhoud Preambule Ошибка! Закладка не определена.

Nadere informatie

1. de sportorganisatie/school/vereniging..., gevestigd te... overeenkomstig artikel... van haar statuten vertegenwoordigd door:

1. de sportorganisatie/school/vereniging..., gevestigd te... overeenkomstig artikel... van haar statuten vertegenwoordigd door: Arbeidsovereenkomst. De ondergetekenden 1. de sportorganisatie/school/vereniging......, gevestigd te... overeenkomstig artikel... van haar statuten vertegenwoordigd door: Naam:...... Functie:... Naam:......

Nadere informatie

BEZOLDIGINGSREGELING

BEZOLDIGINGSREGELING BEZOLDIGINGSREGELING Algemene bepaling Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. medewerker De ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, lid 1onder a van de CAR b. werkgever

Nadere informatie

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling 14 4 BELONING 4.1 Beloning en inschaling 4.1.1 Inschaling Artikel 28 1. Het niveau van de functie bij de werkgever wordt bepaald aan de hand van het systeem van functiewaardering dat is overeengekomen

Nadere informatie

Bezoldigingsverordening gemeente Leeuwarderadeel 2005.

Bezoldigingsverordening gemeente Leeuwarderadeel 2005. Gemeente Leeuwarderadeel Burgemeester en Wethouders van Leeuwarderadeel; gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Leeuwarderadeel; gehoord de Commissie voor Georganiseerd

Nadere informatie

Dit is een voorbeeld van Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zoals gegenereerd met de Arbeidsovereenkomst generator van ICTRecht:

Dit is een voorbeeld van Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zoals gegenereerd met de Arbeidsovereenkomst generator van ICTRecht: Dit is een voorbeeld van Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zoals gegenereerd met de Arbeidsovereenkomst generator van ICTRecht: https://ictrecht.nl/diensten/juridische- generatoren/arbeidsovereenkomst-

Nadere informatie

gelet op het resultaat van het overleg in de commissie van georganiseerd overleg (GO) van 22 november 2000;

gelet op het resultaat van het overleg in de commissie van georganiseerd overleg (GO) van 22 november 2000; De raad van de gemeente Menaldumadeel; overwegende dat VNG een voorbeeld bezoldigingsverordening heeft ontworpen als handreiking voor gemeenten die hun locale verordening willen aanpassen; dat het aanbeveling

Nadere informatie

http://wetten.overheid.n1/b WBR0003420/Hoofdstukl/Titelll/Afdelm.

http://wetten.overheid.n1/b WBR0003420/Hoofdstukl/Titelll/Afdelm. wetten.nl - Wet- en regelgeving printen - Wet op het primair onderwij. http://wetten.overheid.n1/b WBR0003420/Hoofdstukl/Titelll/Afdelm. Wet op het primair onderwijs, Artikel 17c Artikel 17c. Inhoud intern

Nadere informatie

Financiële arbeidsvoorwaarden per 1 juli 1999 en 1 januari 2000

Financiële arbeidsvoorwaarden per 1 juli 1999 en 1 januari 2000 Vragenrubriek informatiecentrum Bij het opstellen van de Regeling verzilvering 1999-2000 is uitgegaan van de doelstelling van het praktijkonderwijs, namelijk leerlingen voorbereiden op de arbeidsmarkt.

Nadere informatie

Rechtspositieregeling Groeibanen Maastricht en Heuvelland 2015

Rechtspositieregeling Groeibanen Maastricht en Heuvelland 2015 BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 In deze overeenkomst wordt verstaan onder: a. de wet: de Participatiewet; b. BW: het Burgerlijk Wetboek; c. de uitvoeringsorganisatie: de stichting Podium24; d. werkgever: de

Nadere informatie

CAO VO 2014 / 2015. Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

CAO VO 2014 / 2015. Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs CAO VO 2014 / 2015 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs INHOUDSOPGAVE 1. Algemene bepalingen 8 1.1. Begripsbepalingen 8 1.2. Werkingssfeer, inwerkingtreding en looptijd 9 1.3.

Nadere informatie

overwegende dat het aanbeveling verdient om de bezoldigingsverordening te actualiseren;

overwegende dat het aanbeveling verdient om de bezoldigingsverordening te actualiseren; Burgemeester en wethouders van Menaldumadeel; overwegende dat het aanbeveling verdient om de bezoldigingsverordening te actualiseren; Besluit: vast te stellen de navolgende verordening: Verordening tot

Nadere informatie

CAO VO 2014 / 2015. Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

CAO VO 2014 / 2015. Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs CAO VO 2014 / 2015 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs INHOUDSOPGAVE 1. Algemene bepalingen 8 1.1. Begripsbepalingen 8 1.2. Werkingssfeer, inwerkingtreding en looptijd 9 1.3.

Nadere informatie

CAO bestuurders VO Algemene Bepalingen. 2. Dienstverband. 1.1 Begripsbepalingen

CAO bestuurders VO Algemene Bepalingen. 2. Dienstverband. 1.1 Begripsbepalingen CAO bestuurders VO 2017 1. Algemene Bepalingen 1.1 Begripsbepalingen Arbeidsduur CAO Functie Functiecontract Instelling Partijen Voortgezet onderwijs Werkgever Werknemer het aantal uren dat de werknemer

Nadere informatie

Commissie van Beroep voor het Protestants Christelijk Voortgezet Onderwijs en Hoger Beroepsonderwijs

Commissie van Beroep voor het Protestants Christelijk Voortgezet Onderwijs en Hoger Beroepsonderwijs CvB.VO/HBO.2009.016-U.2009.008. 8 juli 2009 Schorsing als ordemaatregel o.g.v. artikel 9.a.6 van de CAO-VO Naar het oordeel van de Commissie moet een eenzijdige maatregel van de school (het vrijstellen

Nadere informatie

Stichting Katholiek Basisonderwijs De Veenplas

Stichting Katholiek Basisonderwijs De Veenplas Stichting Katholiek Basisonderwijs De Veenplas 6.3 Deeltijdbanen Inhoud: blz. 1. Wat is deeltijdarbeid 2 2. Deeltijdarbeidbeleid 2 3. Omvang deeltijdbanen 2 4. Voorwaarden deeltijdarbeid 3 5.1 Schoolorganisatorische

Nadere informatie

College van Bestuur n.v.t. (voorbeeld) Arbeidsovereenkomst 2014. Voorzitter/Lid College van Bestuur

College van Bestuur n.v.t. (voorbeeld) Arbeidsovereenkomst 2014. Voorzitter/Lid College van Bestuur College van Bestuur n.v.t. (voorbeeld) Arbeidsovereenkomst 2014 Voorzitter/Lid College van Bestuur 1 DE ONDERGETEKENDEN: 1 De Stichting/Vereniging., statutair gevestigd te.... te dezen vertegenwoordigd

Nadere informatie

WERVING, SELECTIE EN DIENSTVERBAND

WERVING, SELECTIE EN DIENSTVERBAND Bijlage bij het Principeakkoord Cao-OI 2016 In deze bijlage volgt een overzicht van cao-artikelen die zijn aangepast op grond van de afspraken uit het Principeakkoord Cao-OI 2016. HOOFDSTUK 2 WERVING,

Nadere informatie

2.6 model arbeidsovereenkomst voor de duur van een bepaald werk of bepaald project 1

2.6 model arbeidsovereenkomst voor de duur van een bepaald werk of bepaald project 1 2.6 model arbeidsovereenkomst voor de duur van een bepaald werk of bepaald project 1 ARBEIDSOVEREENKOMST De ondergetekenden: 1. hierna te noemen: "de werkgever"; en 2. hierna te noemen "de werknemer";

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 36 Besluit van 15 januari 2007, houdende wijziging van het Kaderbesluit rechtspositie VO in verband met de formalisering van de CAO sector onderwijs

Nadere informatie

ARBEIDSOVEREENKOMST MET UITGESTELDE PRESTATIEPLICHT VOOR BEPAALDE TIJD (NUL UREN)

ARBEIDSOVEREENKOMST MET UITGESTELDE PRESTATIEPLICHT VOOR BEPAALDE TIJD (NUL UREN) ARBEIDSOVEREENKOMST MET UITGESTELDE PRESTATIEPLICHT VOOR BEPAALDE TIJD (NUL UREN) DE ONDERGETEKENDEN: De heer/mevrouw.., geboren op 201, wonende aan de. te.., hierna werkgever, Of: De besloten vennootschap

Nadere informatie

IKAP-Regeling rijkspersoneel

IKAP-Regeling rijkspersoneel (Tekst geldend op: 02-02-2015) IKAP-Regeling rijkspersoneel De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Gelet op artikel 21c van het Algemeen Rijksambtenarenreglement en artikel 34c van

Nadere informatie

Hoofdstuk 9 Duurzame inzetbaarheid Paragraaf A Persoonlijk budget Artikel 9.1 Aanspraak Artikel 9.2 Hoogte Artikel 9.3 Aanwending

Hoofdstuk 9 Duurzame inzetbaarheid Paragraaf A Persoonlijk budget Artikel 9.1 Aanspraak Artikel 9.2 Hoogte Artikel 9.3 Aanwending Hoofdstuk 9 Paragraaf A Duurzame inzetbaarheid Persoonlijk budget Artikel 9.1 Aanspraak 1. De werknemer heeft recht op een persoonlijk budget ten behoeve van zijn duurzame inzetbaarheid. 2. Het persoonlijk

Nadere informatie

6.A Levensfasebewust personeelsbeleid. Individueel keuzebudget

6.A Levensfasebewust personeelsbeleid. Individueel keuzebudget 6.A Levensfasebewust personeelsbeleid Individueel keuzebudget 1. De werknemer krijgt jaarlijks de beschikking over een basisbudget van 50 klokuren. Hiermee kunnen keuzes worden gemaakt die passen binnen

Nadere informatie

Collectieve Arbeidsovereenkomst OMO 2006-2007

Collectieve Arbeidsovereenkomst OMO 2006-2007 1 Collectieve Arbeidsovereenkomst OMO 2006-2007 De ondergetekenden: De vereniging Ons Middelbaar Onderwijs vertegenwoordigd door de heer drs. R.H.A.M. Kraakman, voorzitter van de Raad van Bestuur en ACOP,

Nadere informatie

Personeelshandboek 4.7.7 BAPO-regeling Stichting Lek en IJssel (versie juni 2009)

Personeelshandboek 4.7.7 BAPO-regeling Stichting Lek en IJssel (versie juni 2009) De BAPO-regeling Inleiding De regeling Bevordering Arbeids Participatie Onderwijspersoneel (BAPO) is een belangrijk onderdeel van het leeftijdsbewust personeelsbeleid. De BAPO-regeling heeft ten doel het

Nadere informatie

Artikel 2:1 Tenzij bij of krachtens wet of raadsbesluit anders is of wordt bepaald, geschiedt de aanstelling door het college.

Artikel 2:1 Tenzij bij of krachtens wet of raadsbesluit anders is of wordt bepaald, geschiedt de aanstelling door het college. 2 Aanstelling en arbeidsovereenkomst Aanstelling: het bevoegd gezag Artikel 2:1 Tenzij bij of krachtens wet of raadsbesluit anders is of wordt bepaald, geschiedt de aanstelling door het college. Aanstelling

Nadere informatie

SOCIAAL STATUUT MEDEWERKERS CENTRUM VOOR MUZIEK EN DANS WAALWIJK - HEUSDEN

SOCIAAL STATUUT MEDEWERKERS CENTRUM VOOR MUZIEK EN DANS WAALWIJK - HEUSDEN SOCIAAL STATUUT MEDEWERKERS CENTRUM VOOR MUZIEK EN DANS WAALWIJK - HEUSDEN Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Centrum voor Muziek en Dans ; overwegende dat besloten is tot opheffing

Nadere informatie

Normjaartaak onderwijsondersteunend personeel (OOP) in het primair onderwijs

Normjaartaak onderwijsondersteunend personeel (OOP) in het primair onderwijs Normjaartaak onderwijsondersteunend personeel (OOP) in het primair onderwijs 06.556482 Oktober 2006 Inhoudsopgave Inleiding De normjaartaak Normjaartaak: werktijd voor OOP Spaarverlof Verzilveren van

Nadere informatie

16. Werktijden in het voortgezet onderwijs

16. Werktijden in het voortgezet onderwijs 16. Werktijden in het voortgezet onderwijs Inhoudsopgave Inleiding De arbeidstijdenwet Pauzes Rust Nachtdiensten Zondag Zwanger Weektaak van onderwijsondersteunend personeel Vakantieverlof voor onderwijsondersteunend

Nadere informatie

Regeling werktijden, vakantie en verlof OOP Pontes Scholengroep

Regeling werktijden, vakantie en verlof OOP Pontes Scholengroep Regeling werktijden, vakantie en verlof OOP Pontes Scholengroep Regeling werktijden, vakantie en verlof OOP Pontes Scholengroep De regeling werktijden, vakantie en verlof is per 1 januari 2012 aangepast

Nadere informatie

CAO Voortgezet Onderwijs Limburg 2002-2003. Werkgevers:

CAO Voortgezet Onderwijs Limburg 2002-2003. Werkgevers: CAO Voortgezet Onderwijs Limburg 2002-2003 Werkgevers: Onderwijsstichting Sint-Bernardinus Onderwijsgemeenschap Venlo e.o. Scholengroep Trevianum Stichting Dacapo Stichting Onderwijs Midden-Limburg Stichting

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling A Salariëring. (ex artikel 25) Begripsbepalingen

Uitvoeringsregeling A Salariëring. (ex artikel 25) Begripsbepalingen Uitvoeringsregeling A Salariëring (ex artikel 25) HOOFDSTUK 1 INPASSINGSBEPALINGEN Begripsbepalingen Artikel 1 In deze uitvoeringsregeling wordt verstaan onder: 1. Salarisschaal: een vaste oplopende reeks

Nadere informatie

Wilt u meer informatie of heeft u vragen? Dan kunt u terecht bij de Werkgeverslijn land- en tuinbouw via T

Wilt u meer informatie of heeft u vragen? Dan kunt u terecht bij de Werkgeverslijn land- en tuinbouw via T Inleiding Wanneer u een werknemer zelf in dienst neemt, sluit u samen een arbeidsovereenkomst af. Net als iedere andere overeenkomst kan een arbeidsovereenkomst zowel mondeling als schriftelijk aangegaan

Nadere informatie

Convenant taakbeleid domein Educatie van de Mondriaan onderwijsgroep

Convenant taakbeleid domein Educatie van de Mondriaan onderwijsgroep Convenant taakbeleid domein Educatie van de Mondriaan onderwijsgroep Stuknummer : WGZAVW07107.det Datum bespreking : IGO 22 januari 2007 Vaststelling : 31 januari 2007 Convenant taakbeleid domein Educatie

Nadere informatie

partijen zijn op de hoogte van de Richtlijn/Adviesregeling Arbeidsvoorwaarden Bestuurder kinderopvang van de NVTK (hierna: de Richtlijn).

partijen zijn op de hoogte van de Richtlijn/Adviesregeling Arbeidsvoorwaarden Bestuurder kinderopvang van de NVTK (hierna: de Richtlijn). MODEL ARBEIDSOVEREENKOMST BESTUURDER KINDEROPVANG DE ONDERGETEKENDEN: 1. [NAAM RECHTSPERSOON], gevestigd te [PLAATS], ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door [NAAM], in zijn/haar hoedanigheid van [FUNCTIE],

Nadere informatie

Besluit. Paragraaf I. Begripsbepalingen. Artikel 1. onderwijs en praktijkonderwijs, en. Paragraaf II

Besluit. Paragraaf I. Begripsbepalingen. Artikel 1. onderwijs en praktijkonderwijs, en. Paragraaf II Aanpassinglandelijke bedragen gemiddelde personeelslast met de CAO 2000 - tot de werkgroep Van OCenW-Regelingen Bestemd voor: scholen voor vwo, havo, mavo en vbo (inclusief afdelingen leerwegondersteunend

Nadere informatie

gaan een overeenkomst aan betrekking hebbende op NAAM, geboren op DATUM, hierna te noemen Gedetacheerde ;

gaan een overeenkomst aan betrekking hebbende op NAAM, geboren op DATUM, hierna te noemen Gedetacheerde ; DETACHERINGOVEREENKOMST ONDERGETEKENDEN 1. NAAM Gemeente of Vennootschap, ADRES, ten deze vertegenwoordigd door NAAM, hierna te noemen Uitlener, en 2. Gemeente Arnhem, statutair gevestigd te Arnhem, ten

Nadere informatie

19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland.

Nadere informatie

Artikel 1 Werknemer treedt met ingang van bij werkgever in dienst als, voor het verrichten van werkzaamheden als bedoeld in artikel 11.

Artikel 1 Werknemer treedt met ingang van bij werkgever in dienst als, voor het verrichten van werkzaamheden als bedoeld in artikel 11. De nul-urenovereenkomst voor bepaalde tijd Ondergetekenden,, gevestigd te ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door: verder te noemen 'werkgever', en, wonende te verder te noemen 'werknemer', zijn het

Nadere informatie

ARBEIDSOVEREENKOMST (voor bepaalde tijd) I., gevestigd te, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer/mevrouw,

ARBEIDSOVEREENKOMST (voor bepaalde tijd) I., gevestigd te, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer/mevrouw, ARBEIDSOVEREENKOMST (voor bepaalde tijd) De ondergetekenden: I., gevestigd te, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer/mevrouw, hierna te noemen: de werkgever ; en II. de heer/mevrouw, geboren

Nadere informatie

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland en

Nadere informatie

Gelet op artikel 97, zevende lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

Gelet op artikel 97, zevende lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement; Regeling uitkering substantieel bezwarende functies 2006 [Regeling vervalt per 01-04-2015.] Zichtdatum 07-02-2018 Geldend van 01-01-2010 t/m 31-03-2015 Regeling uitkering substantieel bezwarende functies

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 AANSTELLING EN ARBEIDSOVEREENKOMST Aanstelling: het bevoegd gezag

Hoofdstuk 2 AANSTELLING EN ARBEIDSOVEREENKOMST Aanstelling: het bevoegd gezag GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Alphen aan den Rijn. Nr. 61278 13 mei 2016 CAR/UWO Alphen aan den Rijn 2016 Het college van burgemeester en wethouders, gelet op artikel 160, lid 1, van de Gemeentewet;

Nadere informatie

Collectieve arbeidsovereenkomst voor zaterdagbestellers

Collectieve arbeidsovereenkomst voor zaterdagbestellers Collectieve arbeidsovereenkomst voor zaterdagbestellers 1 juli 2013 tot en met 31 december 2015 Uitgave: juli 2013 Group HR INHOUDSOPGAVE PAGINA Considerans 3 Hoofdstuk 1 Algemeen 4 Artikel 1 Definities

Nadere informatie

Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken

Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Cao Openbare Bibliotheken 2015-2019 Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Gewijzigde artikelen met terugwerkende kracht per 1 januari 2018 Hoofdstuk II Salariëring en vergoedingen Artikel

Nadere informatie

Overeenkomst voor het verrichten van dienstverlening aan huis

Overeenkomst voor het verrichten van dienstverlening aan huis Ondergetekenden, Overeenkomst voor het verrichten van dienstverlening aan huis De hulpvrager hierna te noemen, de werkgever (graag alle gegevens hieronder volledig invullen) Voorletters en achternaam :

Nadere informatie

Geldend van t/m heden

Geldend van t/m heden IKAP-Regeling rijkspersoneel Geldend van 01-01-2017 t/m heden IKAP-Regeling rijkspersoneel De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Gelet op artikel 21c van het Algemeen Rijksambtenarenreglement

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Vastgestelde regeling - Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand 2015

GEMEENTEBLAD. Vastgestelde regeling - Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zoeterwoude Publicatiedatum: 26-02-2015 Nummer gemeenteblad: 0432 Vastgestelde regeling - Rechtspositieregeling voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke

Nadere informatie

Gemeente Tynaarlo Uitvoeringsregeling beloningsbeleid gemeente Tynaarlo. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tynaarlo

Gemeente Tynaarlo Uitvoeringsregeling beloningsbeleid gemeente Tynaarlo. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tynaarlo GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Tynaarlo. Nr. 49460 21 april 2016 Gemeente Tynaarlo Uitvoeringsregeling beloningsbeleid gemeente Tynaarlo Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

Nadere informatie

ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1

ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 WET van 24 november 1975, houdende nieuwe bepalingen met betrekking tot het verlenen van jaarlijkse vacantie aan werknemers (Vacantiewet 1975) (S.B. 1975 no. 164c). ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 In deze

Nadere informatie

De vereniging Ons Middelbaar Onderwijs vertegenwoordigd door de heer drs. R.H.A.M. Kraakman, voorzitter van de Raad van Bestuur

De vereniging Ons Middelbaar Onderwijs vertegenwoordigd door de heer drs. R.H.A.M. Kraakman, voorzitter van de Raad van Bestuur 1 COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST OMO De ondergetekenden: De vereniging Ons Middelbaar Onderwijs vertegenwoordigd door de heer drs. R.H.A.M. Kraakman, voorzitter van de Raad van Bestuur en ACOP, vertegenwoordigd

Nadere informatie

Addendum / errata bij de CAO MBO 2014-2015

Addendum / errata bij de CAO MBO 2014-2015 Versie 12-2-2015 Addendum / errata bij de CAO MBO 2014-2015 Nu de nieuwe cao-bepalingen op de mbo-instellingen door werkgevers en werknemers worden toegepast, vanuit de tekst van de CAO MBO 2014-2015,

Nadere informatie

Wilt u meer informatie of heeft u vragen? Dan kunt u terecht bij de Werkgeverslijn land- en tuinbouw via T

Wilt u meer informatie of heeft u vragen? Dan kunt u terecht bij de Werkgeverslijn land- en tuinbouw via T Inleiding Wanneer u een werknemer zelf in dienst neemt, sluit u samen een arbeidsovereenkomst af. Net als iedere andere overeenkomst kan een arbeidsovereenkomst zowel mondeling als schriftelijk aangegaan

Nadere informatie

Harmonisatie Peuterspeelzalen, Landelijk Sociaal Plan

Harmonisatie Peuterspeelzalen, Landelijk Sociaal Plan Harmonisatie Peuterspeelzalen, Landelijk Sociaal Plan Ex art. 1.3.7 CAO W&MD en ex art. 1.4.8 CAO Kinderopvang Sociaal plan d.d. 23 juni 2011 De ondergetekenden, MOgroep Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening,

Nadere informatie

Wijzigingen Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam (NRGA) i.v.m. wijziging ketenbepaling en anti- draaideurbepaling Versie 18 mei 2015

Wijzigingen Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam (NRGA) i.v.m. wijziging ketenbepaling en anti- draaideurbepaling Versie 18 mei 2015 Bijlage bij B&W-flap d.d. 9 juni 2015, BD2015-007302 Wijzigingen Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam (NRGA) i.v.m. wijziging ketenbepaling en anti- draaideurbepaling Versie 18 mei 2015 De tekst

Nadere informatie

BIJLAGE 3. RELEVANTE WETTELIJKE BEPALINGEN Aan deze bijlage kunnen geen rechten worden ontleend. 3-A Burgerlijk Wetboek 7 Titel 10

BIJLAGE 3. RELEVANTE WETTELIJKE BEPALINGEN Aan deze bijlage kunnen geen rechten worden ontleend. 3-A Burgerlijk Wetboek 7 Titel 10 43 BIJLAGE 3 RELEVANTE WETTELIJKE BEPALINGEN Aan deze bijlage kunnen geen rechten worden ontleend. 3-A Burgerlijk Wetboek 7 Titel 10 Goed werkgever en goed werknemer - Artikel 7: 611 BW (geldt voor alle

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. als werkgeversorganisatie enerzijds

Hoofdstuk 1. als werkgeversorganisatie enerzijds Augustus 2011 In deze tabel zijn alle wijzigingen die, ten opzichte van de tekst van de CAO VO 2008 2010, in de CAO VO 2011 2012 zijn doorgevoerd. De wijzigingen bestaan uit: 1. evidente fouten waarvan

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 7766 25 mei 2010 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 30 april 2010, nr. FEZ/ART/204868,

Nadere informatie

Model. Arbeidsovereenkomst cao Dierhouderij. Versie 6 maart 2013

Model. Arbeidsovereenkomst cao Dierhouderij. Versie 6 maart 2013 Model Arbeidsovereenkomst cao Dierhouderij Versie 6 maart 2013 Deze voorbeeld arbeidsovereenkomst cao Dierhouderij is met veel zorgvuldigheid samengesteld door LTO Nederland. Desondanks kan LTO Nederland

Nadere informatie

Collectieve Arbeidsovereenkomst OMO 2012-2013

Collectieve Arbeidsovereenkomst OMO 2012-2013 Collectieve Arbeidsovereenkomst OMO 2012-2013 De CAO OMO 2012-2013 is de opvolger van de CAO OMO 2008-2010. De CAO OMO 2008-2010 is gedurende de tussenliggende periode onverkort van kracht gebleven. CAO

Nadere informatie

Partijen komen een looptijd overeen van 36 maanden, te weten: 1 januari 2018 tot 1 januari 2021.

Partijen komen een looptijd overeen van 36 maanden, te weten: 1 januari 2018 tot 1 januari 2021. Arbeidsvoorwaardenakkoord cao RDW 2018-2020 (concept dd 11 juli 2018) 1. Looptijd Partijen komen een looptijd overeen van 36 maanden, te weten: 1 januari 2018 tot 1 januari 2021. 2. Loonparagraaf Met ingang

Nadere informatie

ARBEIDSOVEREENKOMST. 2. [naam DGA], geboren op [datum], wonende aan de [adres] te ([postcode]) [plaats], hierna te noemen: "werknemer";

ARBEIDSOVEREENKOMST. 2. [naam DGA], geboren op [datum], wonende aan de [adres] te ([postcode]) [plaats], hierna te noemen: werknemer; ARBEIDSOVEREENKOMST Ondergetekenden: 1. De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [naam] Holding BV, statutair gevestigd te [plaats] en kantoorhoudende aan de [adres] te ([postcode]) [plaats],

Nadere informatie

CONCEPT SOCIAAL PLAN (onderhandelaar akkoord )

CONCEPT SOCIAAL PLAN (onderhandelaar akkoord ) CONCEPT SOCIAAL PLAN (onderhandelaar akkoord 1-12-2008) De ondergetekenden, 1. Stichting Cordaad, gevestigd te Utrecht 2. Stichting Tussenvoorziening, gevestigd te Utrecht enerzijds en de Vereniging ABVAKABO

Nadere informatie

Landelijk Sociaal Plan Harmonisatie Peuterspeelzalen

Landelijk Sociaal Plan Harmonisatie Peuterspeelzalen Onderhandelaarsakkoord d.d. 23 maart 2011 Landelijk Sociaal Plan Harmonisatie Peuterspeelzalen Sociaal plan d.d. 29 april 2011 De ondergetekenden, MOgroep Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening, MOgroep

Nadere informatie

Collectieve arbeidsovereenkomst inzake pensioenen NYSE Euronext

Collectieve arbeidsovereenkomst inzake pensioenen NYSE Euronext Collectieve arbeidsovereenkomst inzake pensioenen NYSE Euronext PARTIJEN: a) Euronext Amsterdam N.V., statutair gevestigd te Amsterdam, rechtsgeldig vertegenwoordigd door Cees Vermaas, bestuursvoorzitter,

Nadere informatie

CAO VO 2016 / 2017. Collectieve arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs

CAO VO 2016 / 2017. Collectieve arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs CAO VO 2016 / 2017 Collectieve arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs CAO VO 2016 / 2017 Collectieve arbeidsovereenkomst voor het voortgezet onderwijs INHOUDSOPGAVE 1. Algemene bepalingen 12

Nadere informatie

Bijlage behorende bij Eilandsverordering vaststelling diverse ontwerp-landsverordeningen land Curaçao (A.B. 2010 no. 87)

Bijlage behorende bij Eilandsverordering vaststelling diverse ontwerp-landsverordeningen land Curaçao (A.B. 2010 no. 87) Bijlage behorende bij Eilandsverordering vaststelling diverse ontwerp-landsverordeningen land Curaçao (A.B. 2010 no. 87) ---------------------------------------------------------------- LANDSVERORDENING

Nadere informatie

Artikel 2:1 Tenzij bij of krachtens wet of raadsbesluit anders is of wordt bepaald, geschiedt de aanstelling door het college.

Artikel 2:1 Tenzij bij of krachtens wet of raadsbesluit anders is of wordt bepaald, geschiedt de aanstelling door het college. 2 Aanstelling en arbeidsovereenkomst Aanstelling: het bevoegd gezag Artikel 2:1 Tenzij bij of krachtens wet of raadsbesluit anders is of wordt bepaald, geschiedt de aanstelling door het college. Aanstelling;

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 331 Besluit van 3 september 2007, houdende wijziging van onder meer het Kaderbesluit rechtspositie PO in verband met benoeming in twee functies

Nadere informatie

3. - De ABVAKABO FNV gevestigd te Zoetermeer - De CNV Publieke Zaak gevestigd te s Gravenhage

3. - De ABVAKABO FNV gevestigd te Zoetermeer - De CNV Publieke Zaak gevestigd te s Gravenhage 4.4. Het Sociaalplan De betrokken partijen. De ondergetekenden: 1. - Stichting Welzijn Meppel - Stichting Welzijn Westerveld 2. enerzijds en 3. - De ABVAKABO FNV gevestigd te Zoetermeer - De CNV Publieke

Nadere informatie

gelezen hebbende de voorstellen van het cluster P&O d.d. 19 juli 2007 en 19 augustus 2008;

gelezen hebbende de voorstellen van het cluster P&O d.d. 19 juli 2007 en 19 augustus 2008; h gemeente Hardinxveld-Giessendam Burgemeester en wethouders van Hardinxveld-Giessendam gelezen hebbende de voorstellen van het cluster P&O d.d. 19 juli 2007 en 19 augustus 2008; gelet op de overeenstemming

Nadere informatie

Normjaartaak Onderwijzend Personeel (OP) Primair Onderwijs

Normjaartaak Onderwijzend Personeel (OP) Primair Onderwijs Normjaartaak Onderwijzend Personeel (OP) Primair Onderwijs Oktober 2006 Inhoudsopgave: Inleiding Normjaartaak en compensatieverlof Sparen voor sabbatsverlof Verzilveren van het compensatieverlof Sparen

Nadere informatie

Register bij de Mandaatregeling Serviceorganisatie Jeugd 2015

Register bij de Mandaatregeling Serviceorganisatie Jeugd 2015 Register bij de regeling Serviceorganisatie Jeugd 2015 Omschrijving bevoegdheid 1. Algemeen 1.1 Het besluiten tot het aangaan van overeenkomsten e.d. anders dan in de vorm van notariële akten., tot een

Nadere informatie

BETAALD EN ONBETAALD OUDERSCHAPSVERLOF PRIMAIR ONDERWIJS

BETAALD EN ONBETAALD OUDERSCHAPSVERLOF PRIMAIR ONDERWIJS BETAALD EN ONBETAALD OUDERSCHAPSVERLOF PRIMAIR ONDERWIJS Algemeen Op basis van de artikelen 8.19 tot en met 8.21 van de CAO Primair Onderwijs kan een ouder/verzorger onder bepaalde voorwaarden aanspraak

Nadere informatie

Collectieve Arbeidsovereenkomst OMO 2014-2015. 1 augustus 2014 tot 1 augustus 2015

Collectieve Arbeidsovereenkomst OMO 2014-2015. 1 augustus 2014 tot 1 augustus 2015 Collectieve Arbeidsovereenkomst OMO 2014-2015 1 augustus 2014 tot 1 augustus 2015 INHOUDSOPGAVE AFSLUITINGSOVEREENKOMST... 1 PREAMBULE... 2 DEFINITIES... 3 HOOFDSTUK A: WERKINGSSFEER, INWERKINGTREDING

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 487 Besluit van 9 november 2009 tot wijziging van het Kaderbesluit rechtspositie PO in verband met de formalisering van de CAO sector onderwijs

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1998 120 Wet van 23 februari 1998 tot wijziging van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren en enige andere wetten (arbeidsvoorwaarden Rechterlijke

Nadere informatie

ARBEIDSOVEREENKOMST. Verklaren een arbeidsovereenkomst te zijn aangegaan onder de navolgende bepalingen:

ARBEIDSOVEREENKOMST. Verklaren een arbeidsovereenkomst te zijn aangegaan onder de navolgende bepalingen: ARBEIDSOVEREENKOMST De ondergetekenden: 1. hierna te noemen: "de werkgever"; en 2. hierna te noemen "de werknemer"; Verklaren een arbeidsovereenkomst te zijn aangegaan onder de navolgende bepalingen: Artikel

Nadere informatie