Gebruikershandleiding voor Windows en Macintosh

Transcriptie

1 1 WERKEN MET PEN TABLET AANPASSEN PEN TABLET PROBLEEMOPLOSSING DIGITAAL INKTEN Gebruikershandleiding voor Windows en Macintosh 1

2 2 Bamboo TM Gebruikershandleiding voor Windows & Macintosh Nederlandse versie 1.0, 29 januari 2007 Copyright Wacom Company, Limited, 2007 Alle rechten voorbehouden. Behalve voor strikt persoonlijk gebruik mag geen enkel onderdeel van deze handleiding worden gereproduceerd. Wacom behoudt zich het recht voor de inhoud van de handleiding te wijzigen zonder verplichting tot kennisgeving van eventuele wijzigingen. Wacom heeft ernaar gestreefd in deze handleiding zo recent en nauwkeurig mogelijke informatie op te nemen. Wacom behoudt zich echter het recht voor specificaties en productcombinaties naar eigen goeddunken zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen en zonder verplichting dergelijke wijzigingen in deze handleiding op te nemen. Het tablet hergebruiken, recyclen en opslaan. U wordt verzocht dit product te recyclen wanneer u het vervangt door een nieuwer product of wanneer het product het einde van zijn levensduur heeft bereikt. Breng het naar een recyclingpunt in uw buurt. Op die manier levert u uw bijdrage aan een schonere omgeving en voorkomt u dat mogelijk gevaarlijke bestanddelen die verwerkt zijn in het afvalmateriaal in het milieu terechtkomen. Overeenkomstig Richtlijn 2002/96/EG van het Europese Parlement en van de Raad van 27 januari 2003 alsmede plaatselijke wetten van de lidstaten is het aan inwoners van de Europese Unie niet toegestaan om elektrische en elektronische apparatuur als ongesorteerd huishoudelijk afval aan te bieden. Producten waarvoor deze regels gelden, dragen bovenstaand WEEE-symbool, tenzij de omvang of de functie van het product dit niet toelaat. Wacom-producten vallen onder de bepalingen van Richtlijn 2002/96/EG en dienen apart naar het desbetreffende verzamelpunt in uw buurt te worden gebracht. De pentabletten van Wacom voldoen aan RoHs-richtlijn 2002/95/EC van de Europese Unie. Bamboo is een handelsmerk en Wacom is een gedeponeerd handelsmerk van Wacom Company, Limited. Adobe, Reader en Photoshop zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen. Microsoft, Windows en Vista zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. Apple, het Apple-logo en Macintosh zijn gedeponeerde handelsmerken van Apple Computer, Inc. in de VS en andere landen. Alle overige bedrijfs- en productnamen die in deze documentatie worden vermeld, kunnen handelsmerken zijn en/of als handelsmerken zijn gedeponeerd. De producten van derden worden uitsluitend om informatieve redenen vermeld. De vermelding van dergelijke producten vormt geen goedkeuring of aanbeveling ervan. Wacom is niet aansprakelijk voor de prestaties of het gebruik van deze producten. ExpressKey is een geregistreerd handelsmerk van Ginsan Industries, Inc. en wordt gebruikt met toestemming. 2

3 3 Over de handleiding 4 Navigeren door de handleiding 5 WERKEN MET BAMBOO 6 Tabletfuncties 6 Bamboo-pen 7 Werkruimte indelen 8 De draadloze pen gebruiken 9 De pen vasthouden 9 Aanwijzen 10 Klikken 11 Slepen 11 Werken met de penknoppen 12 Schrijven en inkten met drukgevoeligheid 13 Gummen 13 Oefening voor oog-handcoördinatie 14 Werken met het tablet 15 Werken met de ExpressKeys 16 Werken met de Touch Ring 17 AANPASSEN 18 Regelpaneel openen 18 Overzicht van het regelpaneel 19 Instellingen van het regelpaneel 19 De pen aanpassen 20 De gevoeligheid van de punt en het dubbelklikken instellen 21 De penknoppen aanpassen 22 Knopfuncties 23 Tabletmodus 26 Gedeelte van het schermgebied 28 Gedeelte van het tabletgebied 29 De muissnelheid instellen 29 De tabletfuncties aanpassen 30 PROBLEEMOPLOSSING 31 Tablet en pen testen 32 Probleemoplossingstabellen 34 Algemene problemen 34 Windows-specifieke problemen 37 Macintosh-specifieke problemen 37 Technische ondersteuning 38 Stuurprogramma downloaden 39 BIJLAGE 40 Mogelijkheden van de pen en digitale inkt in Windows Vista 41 Over het Tablet PC Invoerpaneel van Windows Vista 41 Onderhoud van het tablet en de invoerapparaten 42 De penpunt vervangen 42 De software van het tablet verwijderen 43 Productspecificaties 44 Algemene specificaties 44 Bamboo-tablet (model MTE-450) 44 Bamboo-pen (model EP-150E) 44 Productinformatie 45 Onderdelen en accessoires bestellen 45 Radio- en televisie-interferentie 46 FCC-verklaring 46 CE-verklaring 46 Licentie en garanties (Europa, Afrika en het Midden-Oosten) 47 Softwarelicentieovereenkomst 47 Recht om de Software te gebruiken 47 Beperkte garantie 47 Garantie op verkoop buiten de VS en Canada 49 VERKLARENDE WOORDENLIJST

4 4 Over de handleiding Deze interactieve gebruikershandleiding biedt u snel toegang tot informatie over Bamboo. Met één klik op een navigatieknop of een onderstreept woord verplaatst u zich door de handleiding. Tenzij anders aangegeven, is de informatie van toepassing op Windows- en Macintosh-computers en zijn de afbeeldingen van de schermen afkomstig van het Windows-platform. In de Inhoud kunt u direct naar een onderwerp gaan door erop te klikken. Werken met Bamboo is het instructiehoofdstuk en maakt u wegwijs in de vele mogelijkheden van het pentablet. U vindt er een beschrijving van het Bamboo-pentablet, een overzicht van van de Bamboo-pen en oefeningen voor nieuwe gebruikers. Wie nog niet vertrouwd is met het gebruik van pentabletten, leert hier enkele basisvaardigheden. Aanpassen toont u hoe u de instellingen van het regelpaneel wijzigt, zodat de pen en het tablet volledig zijn afgestemd op uw manier van werken. Wilt u het tablet en de pen testen? Hebt u hulp nodig om een probleem op te lossen? Probleemoplossing biedt een antwoord op veelgestelde vragen. In de Bijlage vindt u uiteenlopende informatie: een overzicht van de mogelijkheden in Microsoft Windows Vista van de nieuwe pen en digitaal inkten, tips voor het onderhoud van het tablet en de pen, de procedure voor het verwijderen van de tabletsoftware van uw systeem, uw licentie en garantie en nog veel meer. Opmerking: Deze handleiding bevat geen informatie over het installeren van het tablet. Raadpleeg de desbetreffende snelgids en het automatische software-installatieprogramma (op de cd van het Bamboopentablet) voor meer informatie over de installatie van het pentablet. Raadpleeg Navigeren door de handleiding als u voor het eerst een elektronisch document gebruikt. Enkele andere aandachtspunten: Toetsen op het toetsenbord, dialoogvensters en opties op het regelpaneel worden met KLEINE HOOFDLETTERS weergegeven. Met de zoomfunctie van de viewer kunt u indien gewenst altijd de handleiding op uw scherm uitvergroten. De volgende informatie wordt niet bij dit product meegeleverd: specifieke informatie over uw eigen computerhardware en besturingssysteem en informatie over de door u gebruikte toepassingssoftware. Voor dit soort informatie kunt u terecht in de handleidingen en cd-roms van uw eigen computer, besturingssysteem en toepassingen. Naast de ingebouwde ondersteuning voor inkten in Microsoft Windows Vista ondersteunen ook veel grafische toepassingen de drukgevoeligheid en de pengum. Op de website van Wacom vindt u een overzicht van de toepassingen die deze functies ondersteunen (zie Productinformatie). Hoe u optimaal gebruikmaakt van de functies van uw pentablet in een bepaalde toepassing, leest u in de desbetreffende handleiding. 4

5 5 Navigeren door de handleiding Gebruik de navigatieknoppen om door de handleiding te gaan: Gaat naar de voorpagina. Gaat naar de inhoudsopgave. Gaat naar de index. Gaat naar de laatste pagina die u hebt geraadpleegd. Vorige pagina of volgende pagina. KOPTEKST onderwerp Gaat naar het begin van een hoofdstuk. Gaat naar het desbetreffende onderwerp. Vervolg van onderwerp. Acrobat Reader biedt extra hulpmiddelen om de handleiding te gebruiken en af te drukken. Raadpleeg de Help van Adobe Reader voor meer informatie. 5

6 6 WERKEN MET BAMBOO In dit hoofdstuk maakt u kennis met het pentablet dat uit twee elementen bestaat: een tablet dat dienst doet als werkblad, en de pen die u op het tablet gebruikt. U leert het snelste met het pentablet werken als u zich vertrouwd maakt met het uiterlijk en de functies ervan. Als u geen ervaring hebt met pentabletten en invoerapparaten, leest u dan de volgende gedeeltes zodat u de pen en het pentablet leert kennen. Tabletfuncties Bamboo-pen Werkruimte indelen De draadloze pen gebruiken Werken met het tablet Tabletfuncties Verwijderbare kabel. Aanpasbare Touch Ring. Aanpasbare ExpressKeys. De ExpressKeys hebben achtergrondverlichting en branden als de stroomtoevoer naar het tablet is ingeschakeld. Zie Werken met het tablet en De tabletfuncties aanpassen. Actieve gebied. 6

7 WERKEN MET BAMBOO 7 Bamboo-pen De pen is draadloos en batterijloos. Gum. Penknoppen. Penhouder Vervangbare punt (penpunt). De pen. Dankzij de functies van de pen en het digitaal inkten in Microsoft Windows Vista en Office 2007 is deze pen ideaal geschikt om uw werk te optimaliseren. Maak optimaal gebruik van digitaal markeren voor gezamenlijke bewerking en gebruik digitale inkt om aantekeningen te maken in toepassingen die handschriftherkenning ondersteunen. De pen is ook een efficiënt hulpmiddel om uit de losse hand afbeeldingen drukgevoelig te bewerken. Let op: de gum is niet drukgevoelig. 7

8 WERKEN MET BAMBOO 8 Werkruimte indelen U zult minder snel moe worden als u zorgt voor een comfortabele werkhouding. Plaats het tablet, de pen en het toetsenbord op zo'n manier dat u niet hoeft te reiken. Plaats het beeldscherm zo dat u er comfortabel voor zit en uw ogen minimaal worden belast. Aanwijzen is eenvoudiger als u het tablet zo plaatst dat de schermcursor zich in dezelfde richting verplaatst als uw hand op het tablet. Enkele andere aandachtspunten: Las tijdens het werk korte pauzes in om uw spieren te strekken en te ontspannen. Houd de pen losjes in de hand. Wissel gedurende de dag taken en apparaten af. Zorg ervoor dat u steeds een goede werkhouding aanneemt. Vermijd oncomfortabele houdingen en herhaalde bewegingen zo veel mogelijk. Neem een andere houding aan als u enig ongemak ondervindt. Opmerking: Wacom maakt geen enkele belofte of verleent geen enkele garantie dat deze producten RSI-gerelateerde aandoeningen of -kwetsuren ten dele of volledig zouden voorkomen of genezen. Sommige gebruikers kunnen baat vinden bij het gebruik ervan, anderen wellicht niet. Raadpleeg een deskundige voor de beste behandeling van uw specifieke aandoening. Zie Werken met het tablet voor meer informatie. 8

9 WERKEN MET BAMBOO 9 De draadloze pen gebruiken De Wacom-pen is draadloos, batterijloos en drukgevoelig. De pen beschikt over vier basisfuncties: aanwijzen, klikken, dubbelklikken en slepen. Na enig oefenen zult u snel volledig met de pen vertrouwd zijn. Voer de oefeningen op de volgende pagina s uit als u nog nooit eerder met grafische pennen hebt gewerkt. Belangrijke opmerking voor gebruikers van Windows Vista: om uw pen in Microsoft Windows Vista optimaal te kunnen gebruiken, is het verstandig om de meegeleverde documentatie te bestuderen inclusief het trainingmateriaal van Windows Vista en het Tablet PC tutorial (Tablet PC Zelfstudie). Vanuit het menu START van Vista kunt u de pentraining voor Tablet PC starten via ALLE PROGRAMMA'S, TABLET PC, en TABLET PC PEN TRAINING (Oefenen met Tablet PC-pen). De pen vasthouden Aanwijzen Klikken Slepen Werken met de penknoppen Schrijven en inkten met drukgevoeligheid Gummen Oefening voor oog-handcoördinatie De pen vasthouden Houd de pen vast zoals u een normale pen of een normaal potlood vasthoudt. Houd de pen zo vast, dat u de penknoppen met uw duim gemakkelijk kunt in- en uitschakelen zonder de knoppen per ongeluk in te drukken tijdens het schrijven of navigeren. U kunt de pen in elke gewenste stand houden. Positie voor schrijven en inkten. Positie om te gummen. Plaats de pen in de penhouder wanneer u deze niet gebruikt. U kunt dan ook eenvoudig en snel de pen weer in gebruik nemen als dat nodig is. Met de penhouder kunt u de pen horizontaal en verticaal plaatsen. Belangrijk: als u de pen niet gebruikt, plaatst u de pen in de houder of legt u deze plat op uw werktafel. Om te voorkomen dat de penpunt zijn gevoeligheid verliest, dient u de pen zo te bewaren dat deze niet op de punt rust. Als u de pen op het tablet laat liggen, kan dat de positie van de schermcursor beïnvloeden wanneer u een ander aanwijsapparaat gebruikt. Bovendien kan in dat geval de sluimerstand van de computer niet worden ingeschakeld. 9

10 WERKEN MET BAMBOO 10 Aanwijzen De pen verplaatst de aanwijspijl (of cursor) over het scherm. U kunt de schermcursor op twee manieren verplaatsen: zoals een pen in de PENMODUS of zoals een muis in de MUISMODUS. In de PENMODUS komt het actieve gebied van het tablet overeen met het beeldscherm van uw computer. Elk punt dat u op het actieve gebied van het tablet aanwijst, komt overeen met een specifiek punt op het beeldscherm. Als u de pen ergens op het tablet plaatst, springt de schermcursor naar het overeenkomstige punt op het scherm. Dit is de standaardinstelling voor de pen. In de MUISMODUS verplaatst u de schermcursor met een vastnemen en verschuiven -beweging, zoals dat het geval is bij een traditionele muis. Probeer de schermcursor te bewegen door de pen op te tillen en de penpunt op een ander gedeelte van het tablet te plaatsen. De cursor springt onmiddellijk naar de nieuwe plaats. Als u de schermcursor positioneert en de penknop gebruikt, moet u de penpunt op minder dan 5 mm van het tabletoppervlak houden. U hoeft het tablet niet met de penpunt aan te raken of een penknop te gebruiken om de schermcursor te verplaatsen. 5 mm Tips: Als u gewend bent een muis te gebruiken en de pen wat onwennig aanvoelt, kunt u de Oefening voor oog-handcoördinatie uitproberen. Aanwijzen is eenvoudiger als u het tablet zo plaatst dat de schermcursor zich in dezelfde richting verplaatst als uw hand op het tablet. 10

11 WERKEN MET BAMBOO 11 Klikken Klik om iets te markeren of te selecteren op het scherm en dubbelklik om het vervolgens te openen. Klikken. Tik om te klikken eenmaal met de punt van de pen op het tablet of druk met voldoende kracht op de penpunt tot er een klik wordt geregistreerd. (Als u KLIKGELUID selecteert in het regelpaneel van het pentablet en de luidsprekers van uw computer staan aan, hoort u een klikgeluid telkens wanneer u met voldoende kracht op de penpunt drukt om een muisklik te registreren. Het geluidsvolume kunt u aanpassen.) Plaats bij wijze van test de schermcursor op een mappictogram en druk op de penpunt. De map wordt gemarkeerd wanneer u op de pen drukt. Dubbelklikken. Als u wilt dubbelklikken, tikt u met de penpunt twee keer snel achter elkaar op dezelfde plaats op het tablet. Dit is vergelijkbaar met dubbelklikken op een muisknop. Probeer een map te openen door op het mappictogram te dubbelklikken. Tips: Stel de penknop in op DUBBELKLIKKEN. Dit is gemakkelijker dan tweemaal klikken met de penpunt en de handigste manier om met een pen te dubbelklikken In Windows kunt u sneller werken met de pen als u Windows zo instelt dat het pictogram waarop u de penpunt plaatst wordt geselecteerd en met één klik wordt geopend. Om deze functie in te schakelen, opent u eerst een map. Voor Windows Vista: kies MAP- EN ZOEKOPTIES vanuit het rolmenu ORGANISEREN. Selecteer in het tabblad ALGEMEEN de optie OPENEN BIJ EENMAAL KLIKKEN (SELECTEREN BIJ AANWIJZEN). Voor andere Windows-versies: kies MAPOPTIES... vanuit het vervolgmenu EXTRA. Selecteer in het tabblad ALGEMEEN de optie OPENEN BIJ EENMAAL KLIKKEN (SELECTEREN BIJ AANWIJZEN). Slepen Slepen dient om objecten te selecteren en over het scherm te verplaatsen. Als u een object wilt verslepen, wijst u het eerst aan. Druk vervolgens de penpunt op het tablet en schuif de penpunt over het tablet. Het geselecteerde object verplaatst zich over het scherm. Als u tekst wilt selecteren, verplaatst u de cursor naar het begin van een regel tekst en sleept u de pen over het tablet totdat de tekst is gemarkeerd. Probeer eerst een pictogram over het scherm te slepen. Selecteer vervolgens in een document enkele woorden of zinnen door op de penpunt te drukken en deze over de tekst te slepen. 11

12 WERKEN MET BAMBOO 12 Werken met de penknoppen De Wacom-pen heeft twee knoppen. Elke knop heeft een programmeerbare functie die wordt geselecteerd als u op de knop drukt. U kunt een penknop gebruiken wanneer de penpunt zich op minder dan 5 mm van het actieve gebied van het tablet bevindt. U hoeft het tablet niet met de penpunt aan te raken om een penknop te kunnen gebruiken. De bovenste penknop is ingesteld op RECHTSKLIKKEN, de onderste knop is standaard ingesteld op PANNEN/BLADEREN. Met RECHTSKLIKKEN kunt u toepassingsspecifieke of pictogramspecifieke menu's weergeven. Met PANNEN/BLADEREN kunt u een document of afbeelding in elke richting binnen het actieve venster positioneren als u de penknop indrukt en de penpunt over het actieve gebied van het tablet beweegt. Als u de penpunt beweegt, wordt het document of de afbeelding verplaatst in de richting van de penbeweging op het tablet. Laat de penknop los of neem de penpunt van het tabletoppervlak als u klaar bent. In bepaalde toepassingsvensters zal het document bij het bewegen van de penpunt precies de schermcursor volgen, terwijl het document in andere toepassingen in dezelfde globale richting als de schermcursor beweegt. Tip: stel de penknop in op DUBBELKLIKKEN. Dit is eenvoudiger dan twee keer tikken met de penpunt. Voorbeeld van pan-/bladerbeweging op computerscherm. Raadpleeg De penknoppen aanpassen als u andere knopfuncties wilt toekennen. 12

13 WERKEN MET BAMBOO 13 Schrijven en inkten met drukgevoeligheid De Bamboo-pen reageert op de manier waarop u de pen door uw hand laat glijden, zodat u natuurlijk ogende handschriften en inktstreken kunt creëren. De hulpmiddelen voor digitale inkt in Microsoft Windows Vista en Office 2007 en de tekenhulpmiddelen in veel grafische toepassingen reageren op de druk die u op de pen uitoefent. In sommige toepassingen worden bijvoorbeeld schuifbalken gebruikt om de kenmerken van lijnen te variëren (dikte, kleur en dekking). Deze eigenschappen kunnen veel beter worden beheerd dankzij de drukgevoeligheid van de pen. U kunt de breedte van de lijnen variëren, kleuren in elkaar over laten lopen en de dekking wijzigen door meer of minder druk uit te oefenen. Beweeg de pen over het oppervlak van het tablet om te schrijven, inkten of te schetsen met drukgevoeligheid en oefen daarbij een wisselende, neerwaartse druk op de punt van de pen uit. Druk harder voor dikke lijnen of sterk dekkende kleuren. Druk zachter voor dunne lijnen of minder dekkende kleuren. Let erop dat het voor sommige toepassingen nodig is om eerst een drukgevoelig apparaat te selecteren uit de werkset van uw toepassing. Raadpleeg De gevoeligheid van de punt en het dubbelklikken instellen als u de gevoeligheid van de punt wilt aanpassen. Bezoek onze website voor een lijst met toepassingen die drukgevoelige apparaten ondersteunen. Zie Productinformatie. Gummen De pengum werkt op dezelfde manier als het gum op het uiteinde van een potlood. U kunt de pen eraser (pengum) in Microsoft Windows Vista en Office 2007 gebruiken om opmerkingen of schetsen uit te gummen die met digitale inkt zijn gemaakt, en om tekst of spreadsheetcellen in een toepassing te selecteren en te verwijderen. In grafische toepassingen die gummen ondersteunen, kunt u het gum op een intuïtieve, natuurlijke manier gebruiken. Als u het gum van de pen gebruikt, schakelt de toepassing automatisch over naar het gumapparaat. Let erop dat de gum niet drukgevoelig is. Bezoek onze website voor een lijst met grafische toepassingen die het gum ondersteunen (zie Productinformatie). Als een toepassing de gum niet ondersteunt, kunt u de gum altijd nog gebruiken voor navigeren, inkten, annoteren of schetsen. 13

14 WERKEN MET BAMBOO 14 Oefening voor oog-handcoördinatie Wellicht gaat het werken met de muis u tegenwoordig goed af, maar u herinnert zich vast nog wel dat het een poos heeft geduurd voordat u met de muis de schermcursor naar de gewenste positie kon verplaatsen. De pen vereist enige oefening om de techniek voor het positioneren van de schermcursor in de PENMODUS onder de knie te krijgen. Hoewel de penmodustechniek aanvankelijk moeilijk kan lijken, zult u zien dat deze techniek natuurlijker is en sneller werkt dan de MUISMODUS. Deze oefening is bedoeld om de coördinatie tussen uw ogen en hand te laten wennen aan het gebruik van de pen. 1. Open een grafische toepassing. Teken met het lijngereedschap een rechthoekig raster met een ruimte tussen de lijnen van ongeveer mm. (U kunt dit raster met een traditionele muis tekenen.) 2. Kies in uw toepassing een gereedschap om uit de vrije hand te tekenen en teken vervolgens met de pen een stip op elke kruising van twee lijnen. 3. Teken een X op elke kruising van twee lijnen. 4. Teken tot slot een cirkel rond elke kruising van twee lijnen. Het scherm ziet er nu als volgt uit: 5. Wis het scherm en maak vervolgens zelf een eenvoudige tekening. Naarmate u de pen vaker gebruikt, wordt het tekenen, inkten en verplaatsen van de cursor steeds eenvoudiger. 14

15 WERKEN MET BAMBOO 15 Werken met het tablet Het Bamboo-pentablet helpt u sneller en efficiënter te werken. Het centrale gebied van het tablet is het werkgebied of het actieve gebied van de pen. Laat uw hand op het tablet rusten en schrijf vervolgens met de pen op het actieve gebied van het tablet, zoals u met een ballpoint op een stuk papier zou schrijven. Als u de pen ergens op het tablet plaatst, springt de schermcursor naar het overeenkomstige punt op het scherm. Zie De draadloze pen gebruiken voor meer informatie over het gebruik van uw invoerapparaat in combinatie met het tablet. Het tablet heeft ook een aanpasbare Touch Ring en aanpasbare ExpressKeys die zich net boven het actieve gebied van het tablet bevinden voor vaak gebruikte functies. U kunt bijvoorbeeld zonder uw handen van het tablet te verwijderen in- of uitzoomen op een document dat u aan het bewerken bent. Touch Ring. Beweeg uw vinger over de Touch Ring om te zoomen of te bladeren. Standaard is de Touch Ring ingesteld op zoomen. Beweeg uw vinger rechtsom om op een document of afbeelding in te zoomen. Beweeg uw vinger linksom om uit te zoomen. Zie ook De tabletfuncties aanpassen. ExpressKeys. Druk op de aanpasbare ExpressKeys om veelgebruikte functies of toetsaanslagen uit te voeren. Standaard zijn de bovenste toetsen in uw internetbrowser ingesteld om VOORUIT (rechtertoets) of TERUG (linkertoets) te bewegen. Op Windows Vista-systemen is de knop linksonder standaard ingesteld op JOURNAL als de Journal toepassing beschikbaar is. Als dat niet het geval is, is de knop ingesteld op BUREAUBLAD WEERGEVEN. Bij Windows-systemen is de standaardinstelling van de knop rechtsonder ANDERE TOEPASSING en EXPOSÉ bij Macintosh-systemen. 15

16 WERKEN MET BAMBOO 16 Werken met de ExpressKeys Druk op de ExpressKeys om veelgebruikte functies uit te voeren. De standaardinstellingen van de ExpressKey zijn afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt. TERUG VOORUIT Windows Vista (Aero): VOER MICROSOFT JOURNAL UIT Alle andere systemen: BUREAUBLAD WEERGEVEN Windows Vista (Aero): ANDERE TOEPASSING (FLIP 3D) Windows Vista, XP of 2000: ANDERE TOEPASSING Macintosh: EXPOSÉ De ExpressKeys kunnen geheel naar eigen wens worden aangepast, zodat u de mogelijkheden van deze toetsen optimaal kunt benutten. U kunt aan de ExpressKeys echter ook nog andere functies toewijzen: Een veelgebruikte toetsencombinatie uitvoeren Een veelgebruikt bestand of een veelgebruikte toepassing starten, bijvoorbeeld een programma Kies uit een van de andere beschikbare functies. De ExpressKeys zijn combineerbaar, wat betekent dat u beide gelijktijdig kunt indrukken. Als u bijvoorbeeld aan een van de ExpressKeys de functie CTRL toewijst en aan een andere de functie ALT, kunt u beide gelijktijdig indrukken en zo de combinatie CTRL+ALT simuleren. Zie De tabletfuncties aanpassen voor meer informatie over de beschikbare instellingen. 16

17 WERKEN MET BAMBOO 17 Werken met de Touch Ring Met de Touch Ring kunt u door uw document bladeren en hierop inzoomen. Zoomen: Beweeg uw vinger rechtsom om in te zoomen en linksom om uit te zoomen. Voorbeeld van inzoomen. Voorbeelden van uitzoomen. Ononderbroken bladeren: houd de bovenzijde van de Touch Ring met uw vinger ingedrukt om ononderbroken omhoog te bladeren. Houd de onderzijde van de Touch Ring met uw vinger ingedrukt om ononderbroken omlaag te bladeren. Stap voor stap bladeren: tik met uw vinger op de bovenzijde van de Touch Ring om stap voor stap omhoog te bladeren. Tik met uw vinger op de onderzijde van de Touch Ring om stap voor stap omlaag te bladeren. Houd dit gedeelte ingedrukt voor een doorlopende bewerking of druk dit gedeelte in en laat het weer los voor een enkele bewerking. U kunt de Touch Ring ook instellen als u uw vinger over de ring beweegt. Zie De tabletfuncties aanpassen. 17

18 18 AANPASSEN Wanneer u de basisvaardigheden van het pentablet onder de knie hebt, wilt u wellicht de pen of het tablet aan uw persoonlijke voorkeuren aanpassen. Dit hoofdstuk beschrijft hoe u met het regelpaneel Eigenschappen pentablet de instellingen van het tablet en de pen aanpast. Regelpaneel openen Overzicht van het regelpaneel Instellingen van het regelpaneel Regelpaneel openen U opent het regelpaneel door met de pen op het pentablet te klikken: Windows. Klik op de knop START in Windows en kies ALLE PROGRAMMA'S. (Als u Windows 2000 gebruikt, kiest u PROGRAMMA'S.) Selecteer TABLET en kies de optie PENTABLET. Macintosh. Open SYSTEEMVOORKEUREN vanuit het dock, het Apple-menu of de map PROGRAMMA'S. Klik vervolgens op het pictogram PEN TABLET. Wanneer u het regelpaneel Eigenschappen pentablet hebt geopend, kunt u uw persoonlijke voorkeuren van het pentablet gaan aanpassen. Opmerking: als u meerdere Wacom-tabletten hebt aangesloten op een computer, zijn de instellingen die u wijzigt in het regelpaneel Eigenschappen pentablet alleen van toepassing op het pentablet dat u gebruikt op het ogenblik dat u het regelpaneel opent. 18

19 AANPASSEN 19 Overzicht van het regelpaneel In het regelpaneel Eigenschappen pentablet kunt u uw pen en tablet aanpassen aan uw voorkeuren. De tabbladen bevatten de instellingen voor de pen of het tablet. Sluit het regelpaneel. Herstelt de standaardinstellingen van het geselecteerde tabblad. Toont informatie over het regelpaneel en het stuurprogramma. Hiermee wordt deze gebruikershandleiding geopend. Probeer tijdens het verkennen van het regelpaneel verschillende instellingen uit om te bekijken welke voor u het meest geschikt zijn. De door u gemaakte wijzigingen zijn meteen van kracht, maar u kunt altijd op STANDAARD klikken om de instellingen van een tabblad terug te zetten op de fabrieksinstellingen. Zie Instellingen van het regelpaneel voor meer informatie over de mogelijkheden en functies van ieder tabblad. Voor de meeste items van het regelpaneel is er extra informatie beschikbaar. Plaats de schermcursor op een item en enkele ogenblikken later verschijnt er een klein vakje met aanvullende informatie. Verder kunnen ook de tab- en de pijltoetsen van het toetsenbord worden gebruikt om door het regelpaneel te navigeren. Instellingen van het regelpaneel Wanneer u instellingen wijzigt in het regelpaneel, kunt u deze gedeelten raadplegen. Ze bevatten informatie over de verschillende tabbladen. Daarnaast vindt u hier ook nuttige tips voor het aanpassen van het tablet en de bijbehorende invoerapparaten. De pen aanpassen Tabletmodus De tabletfuncties aanpassen 19

20 AANPASSEN 20 De pen aanpassen U kunt de pen eenvoudig aanpassen aan uw voorkeuren. Open eerst het regelpaneel Eigenschappen pentablet en selecteer het tabblad PEN om de verschillende opties te kunnen kiezen. De penknoppen aanpassen Tabletmodus De gevoeligheid van het punt en dubbelklikken instellen 20

21 AANPASSEN 21 De gevoeligheid van de punt en het dubbelklikken instellen Selecteer het tabblad PEN om de gevoeligheid van de punt van de pen aan te passen. Gebruik een zachte puntinstelling om brede inktstreken te maken of te klikken met een zachte aanraking. Gebruik een harde puntinstelling als u zo nauwkeurig mogelijk dunne lijnen wilt inkten. Hiermee kan de druk worden aangepast die nodig is om te klikken, schrijven of te inkten. Sleep de schuifregelaar naar een zachtere of hardere instelling. Bepaalt de grootte van het dubbelklikgebied en de dubbelkliksnelheid. Een ruimere instelling maakt het dubbelklikken gemakkelijker. Als u deze optie inschakelt, hoort u een klikgeluid telkens wanneer u met de pen klikt. Zorg dat de luidsprekers van uw computer aanstaan en het volume hoog genoeg staat. Tips: In de meeste drukgevoelige toepassingen is het raadzaam een iets hogere PUNTGEVOELIGHEID in te stellen. Op die manier beschikt u over een groter drukwaardenbereik. In sommige toepassingen kan de pen bij een zachte instelling overgevoelig reageren. De minste druk die op de pen wordt gezet wordt dan vele malen op het scherm uitvergroot. Kies in dat geval voor een hardere instelling bij GEVOELIGHEID VAN PUNT. Dubbelklikken: maak het gebied waarin kan worden gedubbelklikt groter (de dubbelklikafstand) om het dubbelklikken gemakkelijker te maken. Opmerking: een grote dubbelklikafstand kan een vertraging veroorzaken aan het begin van een sleepactie of inktstreek. In die gevallen is het raadzaam om een kortere dubbelklikafstand te hanteren en te dubbelklikken met een penknop (zie Werken met de penknoppen). 21

22 AANPASSEN 22 De penknoppen aanpassen Selecteer het tabblad PEN om de functies te wijzigen die aan de knoppen op de pen zijn toegewezen. Elke penknop kan worden ingesteld om een verscheidenheid aan muisfuncties te simuleren. U kunt de uit te voeren functie selecteren uit de vervolgkeuzemenu's. Selecteer de functie die moet worden uitgevoerd wanneer u op het boveneinde of het ondereinde van de penknop drukt. Wanneer u de punt van de pen binnen 5 mm van het tabletoppervlak brengt zonder het tablet aan te raken en op de bovenste of de onderste penknop drukt, wordt de geselecteerde functie uitgevoerd. Tip: om sneller te dubbelklikken, kunt u een penknop instellen op automatisch dubbelklikken door DUBBELKLIKKEN te selecteren. Opmerking: u kunt de MODUS VAN DE ZIJSCHAKELAAR aanpassen aan de manier waarop u de pen gebruikt om rechts te klikken of om andere klikfuncties uit te voeren. Klik op de knop GEAVANCEERD voor toegang tot de MODUS VAN DE ZIJSCHAKELAAR. In het dialoogvenster dat verschijnt: Selecteer ZWEVEND KLIKKEN om klikfuncties uit te voeren zonder met de penpunt het tablet te raken. Als KLIK EN TIK is geselecteerd, moet u eerst de penknop indrukken en daarna met de penpunt het tabletoppervlak aanraken om een klikfunctie uit te voeren. Met KLIK EN TIK kunt u de klikfuncties exact plaatsen. Dit is de standaardinstelling voor tablet-pc's. Zwevend klikken. Klik tikken. 22

23 AANPASSEN 23 Knopfuncties De volgende opties zijn beschikbaar voor de instellingen van de pen- en tabletknop. Houd er rekening mee dat niet alle opties beschikbaar zijn voor alle knoppen. TABLET PC INVOERPANEEL. (Tablet-pc's en Windows Vista-systemen die het Tablet PC Invoerpaneel ondersteunen.) Het Tablet PC Invoerpaneel verschijnt als u drukt op een apparaatknop die op deze functie is ingesteld. JOURNAL. (Windows Vista en tablet-pc-systemen die Microsoft Journal bezitten.) Hiermee wordt Microsoft Journal geopend. MODUSWISSEL... Hiermee schakelt u tussen de PENMODUS en de MUISMODUS. Zie De muissnelheid instellen voor details. KLIKKEN. Standaardinstelling voor de penpunt. Deze optie simuleert één klik met de belangrijkste muisknop. DUBBELKLIKKEN. Simuleert een dubbele klik. Dubbelklikken met deze functie is eenvoudiger dan dubbelklikken met twee tikken van de penpunt. MIDDENKLIKKEN. Simuleert één klik met de middelste muisknop. RECHTSKLIKKEN. Simuleert één klik met de rechtermuisknop. Er wordt dan een contextmenu weergegeven. DUURKLIKKEN. Simuleert de linkermuisknop die ingedrukt wordt gehouden. Druk één keer op de apparaatknop om deze functie te activeren. Druk nogmaals op de knop om de functie uit te schakelen. Deze functie is handig om objecten te verslepen of tekstblokken te selecteren. TERUG. Simuleert een vierde klik van de muisknop, waarmee in Windows-browsers doorgaans de opdracht VORIGE wordt uitgevoerd. VOORUIT. Simuleert een vijfde klik van de muisknop, waarmee in browser-toepassingen doorgaans de opdracht VOLGENDE wordt uitgevoerd. MODIFICATIETOETS... Hiermee kunt u modificatietoetsen simuleren. TOETSAANSLAG... Hiermee kunt u toetsaanslagen simuleren. OPENEN/UITVOEREN... Hiermee opent u een toepassing, een bestand of een script. BUREAUBLAD WEERGEVEN. Minimaliseert alle actieve vensters om een overzichtelijk bureaublad weer te geven. ANDERE TOEPASSING. Het dialoogvenster voor het overschakelen naar een andere toepassing verschijnt met focus op de volgende actieve toepassing. Op Windows Vista-systemen uitgerust met Aero, wordt Flip 3D geactiveerd met focus op de volgende actieve toepassing. EXPOSÉ. (Macintosh.) Minimaliseert alle actieve vensters. UITGESCHAKELD. Schakelt de knopfunctie uit. STANDAARD. Hiermee worden de standaardinstellingen van de knop hersteld. PANNEN/BLADEREN. Hiermee kunt u een document of afbeelding met behulp van de pen in elke richting binnen het actieve venster positioneren. INKTWISSEL. (Macintosh) Hiermee schakelt u de functie OVERAL INKT van de Inktpot in en uit. Door middel van Inktpot wordt uw handschrift automatisch herkend. Uw handschrift wordt vervolgens in tekstindeling omgezet en in een document geplaatst. Deze knopfunctie is alleen beschikbaar als de optie Inkt is ingeschakeld. Zie de Help van Macintosh voor informatie over het werken met de inktpot. 23

24 AANPASSEN 24 PANNEN/BLADEREN. (Alleen pen) Hiermee kunt u een document of afbeelding in elke richting binnen het actieve venster positioneren als u de penknop indrukt die is ingesteld op PANNEN/BLADEREN en vervolgens de penpunt over het actieve gebied van het tablet beweegt. Wanneer u PANNEN/BLADEREN selecteert, vraagt het dialoogvenster voor de PENBLADERSNELHEID om een bladersnelheid in te stellen in toepassingen die pannen met een grabber hand (grijphandje) (pixelniveau) in een document of afbeelding niet ondersteunt. Selecteer LANGZAAM voor meer penbeweging bij een langzamer bladertempo. Dit is een goede keuze voor gedetailleerd werk waarbij een precies beheer van de afbeelding noodzakelijk is. Selecteer SNEL voor minder penbeweging bij een sneller bladertempo. Deze instelling geldt niet voor toepassingen die pannen met een grijphandje ondersteunen. TOETSAANSLAG... Hiermee kunt u toetsaanslagen simuleren. Als u deze optie selecteert, wordt het dialoogvenster TOETSAANSLAG DEFINIËREN geopend. In dit venster kunt u de toetsaanslag of de reeks toetsaanslagen opgeven die u wilt simuleren. U kunt een toetsaanslag of een toetscombinatie handmatig invoeren in het invoerveld voor TOETSAANSLAGEN. Toetsaanslagcombinaties kunnen bestaan uit letters, cijfers, functietoetsen (zoals F3) en modificatietoetsen (zoals SHIFT, ALT of CTRL voor Windows en SHIFT, OPTION, COMMAND en CTRL voor Macintosh). U kunt ook speciale toetsaanslagen of combinaties van toetsaanslagen selecteren via het vervolgkeuzemenuadd SPECIAL (SPECIFIEKE INSTELLINGEN). Wanneer u een keuze hebt gemaakt, wordt deze toegevoegd aan het invoerveld voor TOETSAANSLAGEN. Nadat u een reeks toetsaanslagen hebt opgegeven, klikt u op OK. Belangrijk: omdat u de ENTER-toets (Windows) en de RETURN-toets (Macintosh) kunt definiëren als toetsaanslag, kunt u deze toetsen niet gebruiken om OK te selecteren. U moet de pen gebruiken om op OK te klikken. Voer de naam van de toetsaanslagdefinitie in wanneer u hierom wordt gevraagd. De naam verschijnt met de desbetreffende knop. Verwijdert alleen de laatste vermelding in het invoerveld voor toetsaanslagen. Wist het invoerveld voor toetsaanslagen. 24

25 AANPASSEN 25 OPENEN/UITVOEREN... Opent een dialoogvenster waarin u een specifieke toepassing, een bestand of een script kunt selecteren om te openen. Klik op BLADEREN... om een te starten toepassing, bestand of script te zoeken. Uw selectie verschijnt in het vak TE STARTEN TOEPASSING. Klik op OK om de selectie te bevestigen. Het dialoogvenster sluit en de optie OPENEN/ UITVOEREN... wordt toegekend aan de apparaatknop. De volgende keer als u op de apparaatknop drukt, wordt de geselecteerde toepassing of het geselecteerde bestand of script gestart. MODIFICATIETOETS... Hiermee kunt u een of meer modificatietoetsen simuleren (zoals SHIFT, ALT of CTRL onder Windows, of SHIFT, OPTION, COMMAND of CONTROL onder Macintosh). In veel toepassingen dienen modificatietoetsen om de afmetingen of de positie van objecten te beperken. Als u deze optie selecteert, wordt het dialoogvenster MODIFICATIETOETS DEFINIËREN weergegeven. Hier kunt u een of meer modificatietoetsen vastleggen. Klik op OK nadat u de functie(s) van de modificatietoets(en) hebt gekozen. U kunt kiezen voor een of meer opties voor de modificatietoeten, maar u kunt ook het vak KLIKKEN selecteren indien u telkens wanneer u op de knop van het apparaat drukt een muisklik wilt uitvoeren. 25

26 AANPASSEN 26 Tabletmodus Met de opties van het vak TABLETMODUS kunt u bepalen hoe de bewegingen van de pen op het tablet zich verhouden tot de bewegingen van de schermcursor op het beeldscherm. Standaard wordt het volledige actieve gebied van het tablet geprojecteerd op het volledige beeldscherm. Als u gebruikmaakt van meerdere beeldschermen, wordt het tablet geprojecteerd op alle beeldschermen. Zie Projectie op meerdere beeldschermen. De MODUS die u selecteert, bepaalt hoe de schermcursor zich verplaatst: Selecteer PENMODUS als u wilt dat de beweging van de cursor op het scherm overeenkomt met de positie van de pen op het tablet. Als u de pen ergens op het tablet plaatst, springt de cursor altijd naar het overeenkomstige punt op het scherm. Dit wordt aangeduid als absolute positionering, en het is de standaardinstelling voor de pen. Klik op DETAILS... als u de tabletprojectie wilt aanpassen. Selecteer MUISMODUS als u de schermcursor wilt verplaatsen met een vastnemen en verschuiven -beweging, zoals dat het geval is bij een traditionele muis. Klik op DETAILS... voor De muissnelheid instellen. Opmerking: als u vaak wisselt tussen PENMODUS en MUISMODUS, kunt u de optie MODUSWISSEL... toekennen aan een van uw penknoppen of ExpressKeys. 26

27 AANPASSEN 27 Als u op de knop DETAILS PENMODUS... klikt, wordt het dialoogvenster DETAILS PENMODUS weergegeven. Met de opties van het vak SCHERMGEBIED bepaalt u het gebied waarop het tablet wordt geprojecteerd. ALLE SCHERMEN. Het tablet wordt geprojecteerd naar het volledige gebied van de beeldschermen. Dit is de standaardinstelling. Zie Projectie op meerdere beeldschermen voor meer informatie. MONITOR. Het tablet wordt geprojecteerd naar het volledige gebied van een enkel beeldscherm. GEDEELTE. Het tablet wordt geprojecteerd naar een gedeelte van het beeldscherm. Als u op INSTELLEN... klikt, wordt een dialoogvenster weergegeven waarin u het Gedeelte van het schermgebied kunt instellen VERHOUDINGEN FORCEREN. Door dit selectievakje in of uit te schakelen bepaalt u de verhoudingen waarmee beelden van het tablet op het scherm worden geprojecteerd. Als deze optie niet is geselecteerd, worden de juiste verhoudingen niet bewaard. Het geselecteerde tabletgebied wordt geprojecteerd op het geselecteerde weergavegebied. Een met inkt geschreven woord kan vertekend op het weergavescherm verschijnen. Dit is de standaardinstelling. Als deze optie is geselecteerd, worden de verticale en horizontale verhoudingen tussen het tablet en het scherm bewaard. Een woord op het tablet inkten leidt tot een correct geproportioneerd woord op het weergavescherm. Afhankelijk van uw instellingen, zijn bepaalde delen van het actieve gebied van het tablet mogelijk niet meer bruikbaar als u deze optie selecteert. Herstelt de standaardinstellingen van het tablet. Met de opties van het vak TABLETGEBIED bepaalt u of het volledige of slechts een deel van het tablet wordt geprojecteerd. VOLLEDIG. Het volledige actieve gebied van het tablet wordt geprojecteerd. Dit is de standaardinstelling. GEDEELTE. Er wordt een gedeelte van het tablet geprojecteerd op het beeldscherm. Als u op INSTELLEN... klikt, wordt een dialoogvenster weergegeven waarin u het Gedeelte van het tabletgebied kunt instellen Opmerking: hoewel Bamboo is geoptimaliseerd voor gebruik in een weergaveverhouding van 16 : 10, zorgen de standaardinstellingen ervoor dat het gebruik automatisch wordt aangepast aan andere weergaveverhoudingen. Projectie op meerdere beeldschermen Als er meerdere beeldschermen op uw computer zijn aangesloten, projecteert het Wacom-pentablet gegevens naar uw beeldschermen overeenkomstig de instellingen die u hebt vastgelegd in het regelpaneel EIGENSCHAPPEN WEERGAVE. Als u ALLE SCHERMEN hebt geselecteerd en u bevindt zich in de uitgebreide monitormodus, wordt het tablet geprojecteerd op alle schermen alsof ze één groot scherm vormen. Is de spiegelmodus actief, dan wordt het tablet op het volledige weergavegebied van elk beeldscherm geprojecteerd en verschijnt de schermcursor op elk beeldscherm. Hoe u uw computer en besturingssysteem configureert voor gebruik met meerdere beeldschermen leest u in de documentatie van uw hardware en besturingssysteem. 27

28 AANPASSEN 28 Gedeelte van het schermgebied In het dialoogvenster DETAILS PENMODUS kunt u het gedeelte van het scherm definiëren waarop het tablet wordt geprojecteerd: ALLE SCHERMEN. Wanneer deze optie is geselecteerd, wordt het tablet op het volledige gebied van het scherm/de schermen geprojecteerd. Dit is de standaardinstelling. Zie Projectie op meerdere beeldschermen voor meer informatie. MONITOR. Wanneer deze optie is geselecteerd, wordt het tablet geprojecteerd op het volledige gebied van een enkel beeldscherm. GEDEELTE. Als u deze optie selecteert, kunt u het gedeelte van het scherm kiezen waarop u het tablet wilt projecteren. Klik op INSTELLEN... om het dialoogvenster GEDEELTE VAN SCHERM te openen. Kies een methode om een gedeelte van het scherm te selecteren: Versleep de hoeken van de voorgrondafbeelding om het schermgebied te selecteren. De achtergrondafbeelding stelt het volledige schermgebied voor. Selecteer een schermgebied met de schermcursor. Klik op de knop KLIK HIER ALS U EEN SCHERMGEBIED WILT DEFINIËREN. Wanneer u bij GEDEELTE VAN SCHERM het deel van het scherm definieert waarop het tablet wordt geprojecteerd, volg dan eventuele AANWIJZINGEN die op het scherm verschijnen. Als u een schermgedeelte hebt gedefinieerd, hebt u mogelijk een ander invoerapparaat nodig om toegang te krijgen tot andere delen van het scherm. 28

29 AANPASSEN 29 Gedeelte van het tabletgebied In het dialoogvenster DETAILS PENMODUS kunt u het gedeelte van het tablet definiëren dat naar het tablet wordt geprojecteerd: VOLLEDIG. Wanneer deze optie is geselecteerd, wordt het hele actieve gebied van het tablet gebruikt voor de projectie op het scherm. Dit is de standaardinstelling. GEDEELTE. Als u deze optie kiest, kunt u het gedeelte van het actieve gebied kiezen dat op het scherm wordt geprojecteerd. Klik op INSTELLEN... om het dialoogvenster GEDEELTE VAN TABLET te openen. Kies een methode om een gedeelte van het tablet te definiëren: Versleep de hoeken van de voorgrondafbeelding om het gedeelte van het tablet te selecteren dat wordt geprojecteerd op het schermgebied. De achtergrondafbeelding stelt het tablet voor. Selecteer met de pen het tabletgebied op het tablet. Klik op de knop KLIK OM TABLETGEBIED TE DEFINIËREN. Wanneer u bij GEDEELTE VAN TABLET het deel van het tablet definieert dat moet worden geprojecteerd, volg dan eventuele aanwijzingen die op het scherm verschijnen. De muissnelheid instellen Als u de versnelling en snelheid van de schermcursor voor gebruik in de MUISMODUS wilt wijzigen, klikt u op de knop DETAILS MUISMODUS... (op het tabblad PEN). In het dialoogvenster dat verschijnt kunt u de wijzigingen opgeven. Stelt in MUISMODUS de versnelling van de schermcursor in. Stelt in MUISMODUS de snelheid van de schermcursor in. Herstelt de standaardinstellingen van het tablet. Opmerking: dit dialoogvenster wordt ook geopend wanneer u een apparaatknop instelt op MODUSWISSEL... Hoewel u de instellingen van de MUISMODUS op verschillende manieren kunt benaderen vanuit het regelpaneel, kunt u alleen de instelling VERSNELLING en SNELHEID uitvoeren. 29

30 AANPASSEN 30 De tabletfuncties aanpassen In het tabblad TABLET kunt u de ExpressKeys en Touch Ring aanpassen. Selecteer in de keuzemenu's de functie die moet worden uitgevoerd wanneer u op een ExpressKey drukt. Uw keuze wordt in het vervolgkeuzemenu of onder het menu weergegeven. Standaard kunt u de bovenste toetsen gebruiken om TERUG en VOORUIT te gaan in internetbrowsers. Op Windows Vista-systemen is de knop linksonder standaard ingesteld op JOURNAL als de Journal toepassing beschikbaar is. Als dat niet het geval is, is de knop ingesteld op BUREAUBLAD WEERGEVEN. Bij Windows-systemen is de standaardinstelling van de knop rechtsonder ANDERE TOEPASSING en EXPOSÉ bij Macintosh-systemen. De Touch Ring aanpassen: Kies een FUNCTIE om uit te voeren als de Touch Ring in gebruik is. ZOOM is de standaardinstelling. Als de Touch Ring is geselecteerd, kun u hiermee in- en uitzoomen op documenten en afbeeldingen in het actieve venster. U kunt de ring ook op BLADEREN instellen of deze uitschakelen. Kies een optie in het rolmenu om de SNELHEID in te stellen waarmee u wilt zoomen en bladeren. Bepaal of u snel bladeren wilt inschakelen. Als het vakje is aangevinkt (standaardinstelling), is het met SNEL BLADEREN INSCHAKELEN mogelijk te bladeren door eenvoudigweg op het bovenste of onderste deel van de Touch Ring te tikken. Zie Werken met de Touch Ring voor bijzonderheden over de werking van deze functie. Hiermee worden de standaardinstellingen van het tabblad hersteld. 30

31 31 PROBLEEMOPLOSSING Het tablet zal meestal probleemloos werken. Mocht u toch een probleem ondervinden, dan raadt Wacom u aan het volgende te doen: 1. Als het stuurprogramma voor het pentablet niet juist wordt geladen, voert u eerst de handelingen uit die in het foutbericht op het scherm worden aanbevolen. Als u daarmee het probleem niet kunt verhelpen, raadpleegt u de procedures voor het oplossen van problemen in dit hoofdstuk. 2. Raadpleeg de Probleemoplossingstabellen. Uw probleem wordt er wellicht in beschreven, en u kunt de voorgestelde oplossing uitproberen. 3. Open het Leesmij-bestand van het tablet voor de meest recente informatie. 4. Test uw tablet en pen. Zie Tablet en pen testen. 5. Als er zich een compatibiliteitsconflict voordoet tussen uw pentablet en de nieuwe hardware of software, controleert u of er een nieuw softwarestuurprogramma voor het pentablet beschikbaar is. Zie Stuurprogramma downloaden voor informatie over het downloaden van nieuwe stuurprogramma's. Wacom werkt het stuurprogramma regelmatig bij om de compatibiliteit met nieuwe producten te garanderen. 6. Lees de veelgestelde vragen (FAQ's) op de Wacom-website voor uw regio. 7. Als de in deze handleiding vermelde suggesties het probleem niet verhelpen, neemt u contact op met de technische ondersteuning van Wacom. Raadpleeg het gedeelte Technische ondersteuning en het Leesmij-bestand voor informatie over waar u in uw regio terecht kunt voor ondersteuning. Tablet en pen testen Probleemoplossingstabellen Technische ondersteuning Stuurprogramma downloaden 31

32 PROBLEEMOPLOSSING 32 Tablet en pen testen 1. Schakel uw computer in en wacht tot het systeem volledig is geladen. 2. Controleer de verbinding. De ExpressKeys op het tablet branden wanneer het tablet correct is aangesloten en door de computer als USB-apparaat is geregistreerd. Als dat niet het geval is: Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op een actieve USB-poort op de computer. Als u het tablet op een USB-hub aansluit (of op een hub-apparaat zoals een toetsenbord met USBpoorten), controleert u of de USB-hub juist op de computer is aangesloten en actief is. Controleer of de kabel niet is beschadigd of gebruik een andere, compatibele kabel. Sluit het tablet op een andere USB-poort aan of op de USB-poort van een andere computer. Als de ExpressKeys van het tablet niet gaan branden nadat u de computer hebt ingeschakeld en deze volledig is opgestart, is de USB-poort wellicht niet actief. Controleer of u het tablet hebt aangesloten op een actieve USB-poort. 3. Activeer de tabletdiagnose. Open eerst het regelpaneel Eigenschappen pentablet en selecteer het tabblad TABLET. Gebruik de keuzemenu's om alle ExpressKeys UIT TE SCHAKELEN. Druk nu zowel de ExpressKeys linksboven en rechtsonder in en houd deze gedurende drie (3) seconden ingedrukt. Controleer kort de ExpressKeys door deze om beurten in te drukken. Alle ExpressKeys moeten telkens als er een toets wordt ingedrukt helderder branden. Controleer kort de Touch Ring door uw vinger over de ring te bewegen. Alle ExpressKeys moeten helderder branden als u de ring aanraakt. Controleer de pen door eerst het regelpaneel Eigenschappen pentablet te openen en het tabblad PEN te selecteren. Klik op de knop STANDAARD om de standaardinstellingen van de pen te herstellen. Volgende: A. Raak met de penpunt en daarna met de gum het actieve gebied van het tablet aan. Alle ExpressKeys moeten helder branden telkens als de punt of de gum contact maakt met het tabletoppervlak. B. Houd zonder druk op de penpunt uit te oefenen de penpunt op ongeveer 5 mm van het oppervlak van het tablet en druk achtereenvolgens elke penknop in. Telkens als de penknop wordt ingedrukt, moeten alle ExpressKeys helder branden. C. Beweeg de pen over het actieve gebied van het tablet zonder dat het oppervlak wordt aangeraakt. De schermcursor verplaatst zich normaal gesproken in dezelfde richting over uw monitor of beeldscherm. Als u hiermee klaar bent, verlaat u de diagnosemodus door zowel de ExpressKeys linksboven als rechtsonder in te drukken en deze gedurende drie (3) seconden ingedrukt te houden. Selecteer het tabblad TABLET in het regelpaneel Eigenschappen pentablet en gebruik de keuzemenu's om de vorige instellingen van de ExpressKeys weer te herstellen. 32