1. BEMEFA ALS ORGANISATIE Personeel van Bemefa 1.2 Financieel beleid 1.3 Organisatiestructuur

Transcriptie

1 jaarverslag 2006

2 JAARVERSLAG 2006 Inhoudsopgave 1. BEMEFA ALS ORGANISATIE Personeel van Bemefa 1.2 Financieel beleid 1.3 Organisatiestructuur 2. OP DE BRES Veilig voeder? Meer dan ooit! Ovocom vzw, GMP Dierenvoeders en Autocontrolegids GMP Dierenvoeders Autocontrolegids Dierenvoeders Publicatie van nieuwe wetgevingen in Gevarenanalyse van de voedermiddelen, additieven en voormengsels Sectoraal bemonsteringsplan Uitbreiding bemonsteringsplan in 2006 Analyseresultaten bemonsteringsplan 2006: voedermiddelen en mengvoeders Resultaten mycotoxinemonitoring op granen - oogst 2006 Monsterzakjes beschikbaar bij Bemefa Uitbreiding bemonsteringsplan in 2007: ook additieven en voormengsels worden gecontroleerd Early Warning Gedragscode m.b.t. het gebruik van chemische producten in de voedings- en dierenvoederindustrie Verslepingsproblematiek Overdrachtstudie Verslepingsproeven Fijndoseertoestel Uitwisselbaarheid met het buitenland Wederzijdse erkenning tussen Ovocom en PDV Samenwerking met PDV voor uitwisseling resultaten bemonstering Gesprekken tussen Bemefa / Ovocom en de Franse mengvoedersector om uitwisselbaarheid te toetsen QS bestendigt Voorlopige wederzijdse erkenning tussen Ovocom GMP en Fami-QS FEDIAF Qualimat transport EFMC, de Europese gids voor de veiligheid van dierenvoeders, is goedgekeurd 10 Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/2007

3 2.2 Milieu: geënt op duurzaamheid Convenant laag-fosforvoeder Convenant laag-eiwitvoeder Platform maatschappelijk verantwoorde diervoederstromen Nieuwe regressierechten voor varkens Sectoraal preventieplan verpakkingen Stofexplosie 2.3 Vorming: Fundering voor innovatie en talent 2.4 Juridische dossiers Tessenderlo Chemie KB dioxinefonds Open etikettering 2.5 Exportondersteuning 2.6 Besparingen door samenaankoop van energie - een overeenkomst tussen Bemefa en Nuon 2.7 Verzekering productaansprakelijkheid en productrecall voor de mengvoedersector 3. COMMUNICATIE: DO GOOD AND TELL IT! Publicaties 3.2 Persberichten van Bemefa 3.3 De mengvoedersector anders bekeken 3.4 Crisiscommunicatie Dioxinecontaminatie in dierlijk vet in januari Bemefacts leden en externen 3.6 Jaarboek 3.7 Website 3.8 Opleiding personeel Bemefa Mediatraining 4. BELANGENVERTEGENWOORDIGING GEPLANDE ACTIES: UITGEVOERD? Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

4 Member of KSE Holding

5 1. BEMEFA ALS ORGANISATIE 1.1 Personeel van Bemefa De ploeg van Bemefa bestaat uit 6 medewerkers, met elk hun eigen verantwoordelijkheden. We stellen graag de voltallige ploeg aan u voor: Van links onder naar rechts boven: Marleen Vranckx is in dienst sinds 1975 als Administratief Medewerkster. Zij is verantwoordelijk voor de boekhouding, het sociaal bureau, de redactie van de wetgeving, het beheer van de statistieken en het onthaal. Karen Kerckhofs is sinds september 2006 in dienst als Wetenschappelijk Medewerkster Communicatie. Communicatie is haar voornaamste verantwoordelijkheid, zowel intern, naar de leden toe, als extern, naar de overheid en het brede publiek toe: bemefacts, website, jaarboek, statistisch jaarverslag, evenementen, crisiscommunicatie. Zij is ook verantwoordelijk voor de diervoederwetgeving en de coördinatie van het platform maatschappelijk verantwoorde diervoederstromen. Zij vertegenwoordigt Bemefa in de Raad van Bestuur van Vilt, de communicatiewerkgroep van Vegaplan en in het communicatieoverleg op het FAVV. Els De Vos is als Assistant Manager Directie werkzaam bij Bemefa sinds oktober Haar voornaamste taken zijn de coördinatie van het secretariaat, het onthaal, de agenda, de correspondentie en de vertalingen (persberichten, verslagen, post, presentaties, lastenboeken nieuwsbrieven, ). Ineke Maes is Wetenschappelijk Medewerkster sinds januari Haar voornaamste verantwoordelijkheid is milieu: GGO, stofexplosie, Vlarem, Preventieplan Verpakkingen, MAP, mestverwerking. Daarnaast verzorgt zij ook de opleidingen, zowel voor de leden als voor het personeel van Bemefa. Zij vertegenwoordigt Bemefa in de Bemefa werkgroep nutritionisten, VCM, VLTR, Commissie Auditconvenant, Vegaplan, OVAM commissies dierlijk afval en organisch biologisch afval en overleg Mestbank - landbouwsector. Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

6 Vanden Avenne IzegemNV GRONDSTOFFENHANDEL COMMERCE EN MATIèRES PREMIèRES Vanden Avenne Izegem NV Zuidkaai 12/13, 8870 Izegem T: / F: / info@vda.be -

7 Erik Hoeven is sinds januari 2006 als Technisch Wetenschappelijk Medewerker actief bij Bemefa. Hij staat voornamelijk in voor de kwaliteits- en voedselveiligheidsdossiers: diergezondheid, residuen, overdrachtstudies, gevarenanalyses, bemonsteringsplan, lastenboeken, statistieken, elektronisch voorschrift. Hij vertegenwoordigt Bemefa in Vepek, Sanitair Fonds, VLAM, Belplume, VNA, overleg FAVV - FOD, alsook in de Bemefa werkgroepen export, kernvoederfabrikanten en HACCP. Yvan Dejaegher is sinds 1988 werkzaam bij Bemefa. Als Directeur-generaal staat hij in voor het sociale, financieel en personeelsbeleid. Daarnaast is hij ook verantwoordelijk voor crisiscommunicatie, internationale onderhandelingen, verzekeringspolissen,... Yvan treedt op als woordvoerder en vertegenwoordigt Bemefa in ondermeer Ovocom, Fefac, Grondstoffenfonds, FAVV, Belpork, VLTR, Unizo, VCM, Vilt, IFSA, Mestbank en Vegaplan. 1.2 Financieel beleid Bemefa is een privé-organisatie. De leden mengvoeder- en kernvoederfabrikanten zorgen voor de nodige financiële input om de missie tot een goed einde te brengen. Ook in 2006 werden leden bijgewonnen, wat het totale aantal leden op het einde van het jaar bracht op Organisatiestructuur J.M. Bourgignon - SCA scrl B. Brouwers - Interagri L. Debaillie - Voeders Debaillie nv F. Decadt - Voeders Decadt nv E. Denys - Voeders Denys nv H. Depre - Voeders Depre nv J. Druyts - Nukamel nv D. Dumoulin - Dumoulin nv P. Fierens - Fierens Mengvoeders nv L. Gymomprez - Voeders Ostyn nv M. Huon - Voeders Huon nv P. Huys - Voeders Huys nv F. Joosen - Joosen-Luyckx nv W. Kessels - Hendrix Haeck nv S. Lambrecht - danis nv L. Seurynck - Voeders Seurynck J. Stofferis - Voeders Dick nv H. Ter Haar - Voeders Van Den Berghe nv (Cehave) M. Thyssen - Preconex nv E. Timmermans - Inve België P. Vanden Avenne - Vanden Avenne Ooigem nv (voorzitter) R. Vandeputte - Leievoeders nv W. Van Hofstraeten - Aveve Veevoeding nv L. Verbeke - Versele-Laga nv E. Walin - SCAR sprl P. Vanden Avenne - Vanden Avenne Ooigem nv (voorzitter) F. Joosen - Joosen-Luyckx nv (ondervoorzitter) F. Decadt - Voeders Decadt nv L. Seurynck - Voeders Seurynck nv W. Van Hofstraeten - Aveve Voeding nv L. Verbeke - Versele-Laga nv Yvan Dejaegher - Directeur-Generaal Marleen Vranckx - Administratief Medewerkster Els De Vos - Assistant Manager Directie Erik Hoeven - Technisch Wetenschappelijk Medewerker Ineke Maes - Wetenschappelijk Medewerkster Karen Kerckhofs - Wetenschappelijk Medewerkster Communicatie Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

8 Duynie vermarkt alle pulpbrokjes van SU Dinteloord. Vraag naar onze voorwaarden voor directe levering en voor levering campagne Bel voor meer informatie met: R. Corsmit, T of met J. Verhoeven, T Twilmij: premixer à la carte! Premixen Melkvervangers Agglo kalverdrank Zelmo biologisch Specialiteiten After Egg Food: prestartvoer voor 1-dagkuikens Twilvitol: vloeibare vitaminen Twilmij BV, Houtbeekweg LZ Stroe T: (0342)

9 2. OP DE BRES 2.1 Veilig voeder? Meer dan ooit! Ovocom vzw, GMP Dierenvoeders en Autocontrolegids Ovocom, het Overlegplatform van de voedermiddelenkolom, werd in 2001, mede door Bemefa opgericht. Ovocom fungeert als communicatieplatform tussen de verschillende schakels van de voedermiddelenkolom. Bemefa bekleedt het ondervoorzitterschap en onderstreept aldus het belang voor de mengvoederindustrie de vinger aan de Ovocom-pols te houden. GMP Dierenvoeders De GMP standaard bleef in 2006 grotendeels ongewijzigd. Belangrijke wijzigingen hadden betrekking op nieuwe wettelijke eisen die werden aangebracht. Zo werd voor de transportsector het toepassen van de HACCP systematiek ook een GMP eis. Verder waren er aanpassingen van de wettelijke normen en actiedrempels. Op het gebied van de certificatieregeling waren er wel belangrijke wijzigingen. Uit de mini-dioxinecrisis van begin 2006 werd immers geconcludeerd dat meer uitgebreide informatie-uitwisseling met de certificatieinstellingen wenselijk is. Daartoe werd de certificatieregeling aangepast. Ook de mogelijkheid om bedrijven die moedwillig een loopje nemen met de GMP uit te sluiten van verdere GMP certificatie werd ingebouwd. Eind 2006 werd gestart met een grote vereenvoudigingsronde van de autocontrolegids en GMP. Na goedkeuring van de overheid voor wat de autocontrolegids betreft wordt gehoopt tegen eind 2007 met een vereenvoudigde gids en GMP van start te kunnen gaan. Autocontrolegids Dierenvoeders Begin 2006 verscheen in het Belgisch staatsblad de goedkeuring door het FAVV van de Autocontrolegids Dierenvoeders. Het opzetten van een autocontrolesysteem is verplicht voor alle operatoren uit de voedingsketen sinds januari Elke exploitant van iedere schakel van de voedermiddelenkolom zal zich aan de wetgeving moeten houden. Alle meng- en kernvoederfabrikanten zullen dus aan de Autocontrolegids Dierenvoeders moeten voldoen. Tussen het FAVV enerzijds en Ovocom en Bemefa anderzijds werden een aantal engagementen aangegaan rond deze Autocontrolegids waar in 2006 al druk aan gewerkt werd. Hieronder kunt u alvast een opsomming terugvinden. De engagementen van Bemefa worden verder in dit jaarverslag uitvoeriger besproken. Engagementen van Ovocom: - Een duidelijke vereenvoudiging van de gids - De gids meer verteerbaar maken voor KMO s - Een luik binnenvaart koppelen aan de gids - Een luik petfood toevoegen aan de gids - HACCP-voorbeelden uitwerken voor verschillende activiteiten Al deze engagementen moeten ingevuld zijn tegen 1 mei Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

10 SP Supply Planning LO Logistic Optimisation SO Sales Orders Processing PU Purchase Management RO Recipe Optimisation PI Pricing & Invoicing CC Cost Calculation QC Quality Control PC Production & Conditioning FC Financial Control LM Lab Management RR Reception of Raw Materials CQ Certification & Quality SI Simulation Module SH Shipping of Finished TR Trading of Raw Materials PX Premix Calculation PS Plant Stock Management TS Transport & Services LB Labelling SL Sales Logistics TT Tracking & Tracing OL Online labeling TT Tracking & Tracing TT Tracking & Tracing De naadloze aansluiting van het gedistribueerde systeem tussen hoofdkantoor en productievestiging(en) verloopt op basis van database replicatie. De gegevensuitwisseling met andere administratieve pakketten en procesbesturing gebeurt met gestandaardiseerde koppelingen via onze module SIERRA. Dit concept resulteert ondermeer in geavanceerde applicaties als online labeling, centraal gestuurde kwaliteitscontrole en online traceerbaarheid. Onze pakketten zorgen ook voor een betere integratie van onze klanten met de IT-systemen van hun handelspartners. Dit gebeurt aan de hand van diverse nieuwe e-business modules. De betere informatiestromen laten toe om de supply chain verder te optimaliseren. Met dit doel zetten wij geavanceerde planningstools in. Hierbij zijn projecten uitgevoerd gaande van gedetailleerde productieplanning tot multi-periode optimalisaties van productie, recepten en verbruik, aanvoer en opslag van grondstoffen. ELKE DAG MET VINÇOTTE. CHAQUE JOUR AVEC VINÇOTTE. Certificatie in / Certification en : DIERENVOEDERS / ALIMENTS POUR ANIMAUX NEVENSTROMEN NAAR DE DIERENVOEDING / FLUX CONNEXES EN PROVENANCE DE L INDUSTRIE ALIMENTAIRE VOEDING / ALIMENTATION Safety, quality and environmental services TOTAAL VOEDING nutriënten + NUTRICINES = de optimalisatie van voeders voor gezonde dieren Kemin Europa NV Toekomstlaan 42 B Herentals Tel 014/ Fax 014/

11 Engagementen van Bemefa: - Bemonsteringsplan aanpassen aan de opmerkingen van het FAVV en het wetenschappelijk comité (afgewerkt) - De verslepingstest finaliseren (afgewerkt) - Het protocol voor het fijndoseertoestel finaliseren (afgewerkt) - Overdrachtstudie residuen vervolmaken (protocol is ingediend) - HACCP-voorbeeld voor de mengvoeder- en kernvoederactiviteit Ovocom tracht nu de Autocontrolegids en de GMP Dierenvoeders volledig op elkaar af te stemmen, zodat zij een aaneensluitend geheel vormen. Terwijl de Autocontrolegids de basis vormt, uitgaande van de wettelijke verplichtingen, gaat de GMP Dierenvoeders een stap verder dan de wet. De GMP blijft dan ook onontbeerlijk om in de keten te kunnen verhandelen. Zowat alle labels (Colruyt, Carrefour, Delhaize, Meritus, IKM, Certus, Belplume) eisen immers een GMP-certificaat. De internationale uitwisselbaarheidsakkoorden zijn uitsluitend gebaseerd op de GMP (Nederland, QS-Duitsland, FEMAS-UK). Om tot de GMP Dierenvoeders te komen wordt de gids, bestaande uit 5 hoofdstukken en 6 technische bijlagen, uitgebreid met 3 bijkomende hoofdstukken en 8 GMP leidraden. Er zijn dus nu twee gidsen voor handen, maar gezien de Autocontrolegids volledig vervat is in de GMP Dierenvoeders, zullen bedrijven die deelnemen aan het GMP-systeem en gecertificeerd zijn, eveneens in orde zijn voor de wettelijke Autocontrolegids. Dit impliceert dat de certificatie-instellingen zeer binnenkort zullen kunnen starten met de certificering van de GMP inclusief de Autocontrolegids, in één gecombineerde audit. Bovendien zullen bedrijven, die deelnemen aan het GMP-systeem met een gevalideerd autocontrolesysteem, de malus van 200% op de verplichte jaarlijkse bijdrage aan het FAVV kunnen vermijden. Meer nog, zij zullen kunnen genieten van een korting. Publicatie van nieuwe wetgevingen in 2006: Ook in 2006 werden een aantal nieuwe wetten gepubliceerd. Een overzicht: - KB van 16 januari 2006 tot vaststelling van nadere regels van de erkenningen, toelatingen en voorafgaande registraties afgeleverd door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen. - KB van 21 februari 2006 tot vaststelling van de voorwaarden inzake erkenningen en toelatingen van inrichtingen in de diervoedersector. In het oude KB Erkenningen voor operatoren en handelaars in de dierenvoeding (30/10/1998) werden de voorwaarden verspreid weergegeven: in het KB Erkenningen, in het KB Gemedicineerde voeders en in het KB van 8/02/1999 (handel en gebruik van stoffen bestemd voor dierlijke voeding). Het nieuwe KB Erkenningen (16/01/2006) handelt over de erkenningen van alle operatoren in de voedingsketen, met meer stringente voorwaarden en sancties. Daaronder staat het nieuwe KB Erkenningen van inrichtingen in de diervoedersector (21/02/06). Dit omvat de algemene erkenningen, de erkenningen in de diervoedersector en de erkenningen voor het gebruik van verwerkte dierlijke eiwitten. Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

12

13 - KB van 21 december 2006 tot vaststelling van de voorwaarden voor de bereiding, het in de handel brengen en het gebruik van gemedicineerde voeders. De voornaamste wijzigingen worden hieronder op een rijtje gezet: - Splitsing voormengsels en mengvoeders; - Gemedicineerde voeders: erkenningsvoorwaarden werden opgenomen in het KB van 21/02/06, inzake erkenningen en toelatingen in de diervoedersector; - De dierenarts dient de genummerde voorschriften aan te schaffen bij Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw of bij Association Régionale de Santé et d Identification Animales asbl; - Het voorschrift dient te worden opgemaakt door de dierenarts in 3 exemplaren; - De fabrikant moet een register bijhouden en overmaken aan het FAVV om de 6 maanden; - De algemene regel stelt dat er slechts 1 gemedicineerd voormengsel per gemedicineerd voeder kan worden voorgeschreven. Een afwijking hierop, nl. meerdere vergunde gemedicineerde voormengsels voor 1 gemedicineerd voeder, kan enkel onder welbepaalde voorwaarden; - De behandelingsduur bedraagt 1 maand als de dierenarts de bedrijfsdierenarts is; en 15 dagen als er geen bedrijfsovereenkomst is of als de dierenarts niet de bedrijfsdierenarts is; - Bij ontvangst van gemedicineerde voeders van buiten België moet de veehouder binnen de 24 u een kopie van het voorschrift bezorgen aan de Provinciale Controle Eenheid van het FAVV Gevarenanalyse van de voedermiddelen, additieven en voormengsels Al enkele jaren is Bemefa actief bezig met de gevarenanalyse van de voedermiddelen (grondstoffen) die door de mengvoederindustrie worden gebruikt. Zo een gevarenanalyse steunt op de HACCP-principes (HACCP = Hazard Analysis of Critical Control Points). Dit is een systematische aanpak om gevaren betreffende voedselveiligheid te identificeren, te evalueren en te controleren. De grondstoffen, ook wel voedermiddelen genoemd, werden opgedeeld in verschillende (risico)categorieën, op basis van hun oorsprong of productieproces. Bemefa heeft gekozen om de gevarenanalyse op sectorniveau uit te voeren. Op basis van analyseresultaten, wetenschappelijke gegevens en praktijkervaringen zijn voor de verschillende voedermiddelen risicofactoren geschat. Het risico wordt bepaald door de frequentie (de kans van voorkomen) en de ernst waarmee het gevaar aanwezig is in het eindproduct, op het moment van consumptie. Uit dergelijke analyse vloeien Punten Van Aandacht (PVA) en Kritische ControlePunten (Critical Control Points CCP) voort. Voor elk van deze PVA s en CCP s worden mogelijke beheersmaatregelen geformuleerd. Deze gevarenanalyse kan vrij door iedereen worden geconsulteerd op onze website Er moet uitgegaan worden van het feit dat elke exploitant uiteraard zijn eigen gevarenanalyse uitvoert (en aanvult met de gevaren van zijn productieproces). De Bemefa-analyse is dus een uitgangspunt. Uitgaande van deze gevarenanalyse ontwikkelt Bemefa sinds 2003 ieder jaar een aangepast sectoraal bemonsteringsplan, waar u in het volgende hoofdstuk meer over kan terugvinden. Gezien een gevarenanalyse een dynamisch proces is, wordt deze op regelmatige tijdstippen bijgestuurd. Daartoe komen minstens vier maal per jaar de Bemefa werkgroepen HACCP en Kernvoederfabrikanten bij elkaar. Ook in 2006 werd de gevarenanalyse van de voedermiddelen geactualiseerd. Daarnaast werd ook, op een gelijkaardige manier als voor de voedermiddelen, de gevarenanalyse van additieven en voormengsels (of kernvoeders) uitgevoerd. Vanaf 2007 worden deze laatste twee dan ook opgenomen in het sectoraal bemonsteringsplan van Bemefa. Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

14 STAY SAFE Healthy and safe animal products. Minimal environmental pollution. The animal production industry is facing new requirements from the consumer or regulatory authorities. Producing in a cost-effective way is not sufficient anymore. We at Impextraco, a leading European company, have anticipated this trend several years ago and developed the Power-Protexion TM Range: a fully complementary and synergistic range of feed ingredients, each of them reinforcing the others for an efficient and safer meat production. With us, Impextraco, you can safely develop your business, reach your commercial goals and in the meantime contribute to public health. The Power-Protexion TM Range by Impextraco: look for the shield and stay safe! Impex traco Belgium T F info@impex traco.com w w w.impex traco.com ADV.199X100.indd :43:59

15 2.1.3 Sectoraal bemonsteringsplan Bemefa startte in 2003 met een sectoraal bemonsteringsplan voor voedermiddelen en afgewerkte mengvoeders. Dergelijk bemonsteringsplan biedt tal van voordelen. Door controles toe te spitsen op het niveau van de voedermiddelen is het mogelijk contaminaties vroeger op te sporen. Het bemonsteringsplan stelt de mengvoedersector in staat zoveel mogelijk proactief te ageren, met name te beletten dat de contaminatie in de mengvoederproductie-eenheid wordt binnengebracht. Een sectorale bemonstering draagt er (statistisch) toe bij dat de analyses uniform gespreid worden. Screening van alle relevante grondstof-gevaarcombinaties laat toe om op een statistisch onderbouwde manier een uitspraak te doen over de kwaliteit van de grondstoffen en een brede gegevensbank geeft aan de fabrikanten ruime informatie. De individuele producent krijgt immers de mogelijkheid om zijn individuele resultaten te toetsen aan de resultaten op sectorniveau. Door de sectorale aanpak is het bovendien mogelijk om bij labo s verminderde tarieven voor de analyses te bekomen. Ieder jaar, zo ook in 2006, onderhandelt Bemefa bij de verschillende labo s om een zo laag mogelijke prijs vast te krijgen. Bemefa biedt aan zijn leden die individuele analyses uitvoeren (buiten het sectoraal bemonsteringsplan) dezelfde voorwaarden aan! Dit kan nu al voor salmonella-analyses. De bedoeling is van dit mogelijk te maken voor alle analyses. Vanaf 2005 werd er voor gekozen het beheer van het bemonsteringsplan te laten verlopen via de website van Bemefa. Leden kunnen hun analyses online aanvragen. Dit vereenvoudigt de administratie en de opvolging van de monsters en de analyseresultaten. De analyseresultaten kunnen eveneens online geraadpleegd worden. Snel en accuraat! Uitbreiding bemonsteringsplan in 2006 In het begin van 2006 werd de mengvoedersector opnieuw geconfronteerd met een dioxinecontaminatie in grondstoffen bestemd voor de dierenvoederindustrie. Naar aanleiding hiervan heeft Bemefa haar bemonsteringsplan aangevuld met controles op dioxines en dioxineachtige PCB s. In het laatste kwartaal van 2006 werd hiermee reeds van start gegaan: 21 analyses werden uitgevoerd. Bemefa heeft speciale afspraken gemaakt met het labo dat de analyses uitvoert, om het resultaat binnen de drie dagen beschikbaar te maken. Dankzij deze spoedprocedure zal het mogelijk zijn om in afwachting de bemonsterde partij te blokkeren en pas te gebruiken na een gunstig analyseresultaat. In de loop van 2007 zullen er in totaal 130 analyses op dioxines en dioxineachtige PCB s worden uitgevoerd. Deze analyses zullen worden uitgevoerd op wat men noemt kritische producten. Hierin zitten citruspulp, dierlijk vet, plantaardige oliën en vetzuren, vismeel, visolie en macromineralen vervat. Analyseresultaten bemonsteringsplan 2006: voedermiddelen en mengvoeders In 2006 werden er aan de ongeveer 200 deelnemende bedrijven in totaal 1751 stalen toegekend (waarvan 326 op mengvoeders of niveau 3). Van 1592 (91%) van deze toegewezen stalen werd ook een analyseresultaat bekomen. Dat is een hele verbetering met het jaar voordien, toen er nog 16% van de geplande analyses ontbraken. De inspanningen om de deelnemende bedrijven nauwgezet op te volgen, zoals vorig jaar werd aangekondigd, hebben duidelijk hun vruchten afgeworpen. Dit jaar bleek rogge de grootste boosdoener te zijn op het gebied van niet genomen; meer dan de helft van de ontbrekende analyses waren op rogge, simpelweg omdat deze grondstof niet voorhanden was in De betrachting blijft volgend jaar het Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

16 UW PARTNER VOOR EEN BETERE DIERVOEDING Agrimex is gespecialiseerd in hoogwaardige additieven voor de veevoederindustrie. Ons productgamma bevat : Antioxidantia Enzymes Gistpreparaat Mineralen Pigmenten Pluimveevaccins Probiotica Smaakstoffen Vitaminen Weipoeder Weivetkernen Zuren LOXIDAN BELFEED Y-MOS IODATEN / ZINTERAL AVIZANT AVIPRO / TAD MICROBISAN CUXAROM L-CARNITINE / CHOLINE / VIT A, B, C, E, PP ZURE / ZOETE WEIPOEDER BONILAC / PICTACID AGRICID / PIGACID / GALLIACID NUTRACID ESSENTIAL we add value to your feed Achterstenhoek Lille - info@agrimex.be - Tel Fax

17 ontbrekende percentage nog te verminderen, om een nog betere garantie te bieden dat de voordelen van deelname aan het bemonsteringsplan ten volle worden waargemaakt. Een overzicht van de analyseresultaten wordt gegeven in onderstaande tabel Niveau Parameter Aantal analyses Aantal positieve resultaten Mengvoeders aflatoxine B salmonella Voedermiddelen aflatoxine B salmonella onoplosbare onzuiverheden 21 8 PAK s 85 3 pesticiden zware metalen 70 1 fumonisine B1 + B ochratoxine A DON ZEA diermeel 10 0 moederkoren 3 0 Dioxines + dioxineachtige PCB s 21 0 PCB fluor 32 0 Schimmels Op het niveau van de mengvoeders (niveau 3) werden 154 analyses uitgevoerd op aflatoxine B1 (voornamelijk melkvee): er werd geen enkele overschrijding van de norm genoteerd. Daarnaast werd ook gemonitord op salmonella: bij 2 van de 150 monsters werd een positief resultaat vastgesteld; doch niet op één van de meest voorkomende serotypes in salmonellose bij de mens (S. enteritidis, hadar, infantis, typhimurium of virchow). Op het niveau van de voedermiddelen (niveau 2) werden op salmonella 106 analyses uitgevoerd, waarvan er 3 positief waren (1 x sojabonen; 2 x koolzaadschroot), doch serotypering toonde geen van bovengenoemde serotypes aan. Voor aflatoxine B1 toonden 3 van de 155 analyses waarden aan boven de meldingslimiet (20 ppb) of afkeurnorm voor kokosproducten (10 ppb) (2 x kokosschilfer en 1 x dari). Er werden 8 overschrijdingen vastgesteld van de norm van 0.15% op 21 analyses naar onoplosbare onzuiverheden. Hier dient opgemerkt te worden dat het steeds ging over stalen mengvet, terwijl de norm van 0.15% betrekking heeft op gesmolten vet van herkauwers. Analyse naar poly-aromatische koolwaterstoffen (PAK s) werden uitgevoerd op 85 stalen; 2 stalen citruspulp en 1 staal luzerne toonden waarden boven de 50 µg/ kg (BAPEQ). Voor pesticiden werden er 24 positieve stalen genoteerd. Enkel voor dichloorvos werden waarden teruggevonden die hoger waren dan de MRL voor voedingsmiddelen (granen). Positieve stalen hadden ook vooral betrekking op graan(bij)producten. Voor zware metalen (As, Cd, Hg, Pb) werd er één overschrijding genoteerd, namelijk cadmium in magnesiumoxide. Op de 152 stalen die werden geanalyseerd voor schimmels, vertoonden 11 stalen een waarde die hoger is dan de streefwaarden van cfu/g, doch alle resultaten waren lager dan cfu/g. Er werden ook analyses uitgevoerd op de mycotoxines deoxynivalenol (DON), zearalenone (ZEA), ochratoxine A (OTA) en fumonisine (FUM) B1 en B2: geen enkele overschrijding werd genoteerd. Ook voor diermeel, Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

18 #OCCIDIOSEBESTRIJDING $ / / 2 % & & % # 4 ) % 6 % 2 / 4!4 ) % Bij de bestrijding van coccidiose is een regelmatige rotatie tussen coccidiostatica van verschillende klassen noodzakelijk. Dit verzekert een optimale effectiviteit van alle coccidiostatica en staat garant voor een maximaal technisch rendement van de dieren. Het gamma van Alpharma bevat coccidiostatica van elke klasse; dit laat toe om bij elke rotatie effectieve programma s op te bouwen. 2 / 4!4 ) /. 0 2 / ' 2! - - % -EERWAARDE VOOR UW INVESTERING DIVALENT IONOFOOR %FlCIENTIE GEKOPPELD AAN VEILIGHEID MONOVALENT GLYCOSIDE IONOFOOR 3OEPELE BESCHERMING TOT DE EINDMEET MONOVALENT IONOFOOR -AAKT SCHOON SCHIP MET COCCIDIOSE CHEMISCH COCCIDIOSTATICUM Avatec, Cycostat, Cygro and Salinomax are registered trademarks of Alpharma Inc., 440 Route 22 East, Bridgewater, NJ 08807, USA Alpharma, Garden Square, Laarstraat 16, B-2610 Antwerp (Belgium) Ad NL

19 moederkoren, dioxines en fluor werden geen overschrijdingen vastgesteld van de normen of gehanteerde richtwaarden. PCB analyses werden uitgevoerd op 315 stalen: allen negatief. Resultaten mycotoxinemonitoring granen - oogst 2006 Een doelgerichte monitoring van mycotoxines onmiddellijk na de oogst, heeft tot doel inzicht te verwerven in de mycotoxinegehaltes van granen (gerst, tarwe, haver, triticale en spelt). Mycotoxines zijn stoffen die gevormd worden door schimmels en op natuurlijke wijze in het graan terecht komen. De twee meest voorkomende zijn deoxynivalenol (DON) en zearalenone (ZEA). Het bepalen van het gehalte aan deze toxines heeft mede tot doel de eindconcentratie van mycotoxines op de mengvoederformulatie te kunnen inschatten. Op deze manier kan, mits een aanpassing van de incorporatie van granen in de formulaties van het mengvoeder, vermeden worden dat de grenzen vooropgesteld in het kwaliteitssysteem overschreden worden. En dit in functie van het doeldier, zoals tevens weergegeven wordt in de Technische Bijlage IV van de GMP. De monitoring van de oogst 2006 werd - in samenspraak met de leden van de Bemefa werkgroep Mycotoxines - verlengd tot 1 oktober. De reden hiervoor is het slechte weer van de maand augustus. De werkgroep oordeelde dat analyseresultaten van de oogst uit die maand tevens dienden te worden opgenomen in de monitoring, zodat een representatieve databank kon worden opgebouwd, met 248 monsters. Uit de resultaten blijkt dat er geen problemen te verwachten zijn met de mycotoxines (DON, ZEA) in de granen van de oogst Actiedrempel voor DON bij granen (en graanproducten) is 5000 ppb. Er werden echter geen waarden boven de 1250 ppb gevonden. Meer dan de helft van de analyseresultaten op tarwe (54 %) lagen lager dan de detectielimiet van 100 of 120 ppb. Richtwaarde voor ZEA bij granen (en graanproducten) is 2000 ppb. Er werden echter geen waarden boven de 30 ppb gevonden. Men moet wel oog hebben voor de eventuele toename van mycotoxines tijdens de bewaring. De bovenstaande gegevens geven enkel een indicatie van de mycotoxinelast na de oogst. Monsterzakjes beschikbaar bij Bemefa Zoals de GMP het voorschrijft, worden voor monsters in het kader van het bemonsteringsplan steeds 2 gelijke monsters genomen (in duplo). De recipiënten of verpakkingen dienen verzegeld te worden. Om deze reden heeft Bemefa in 2006 gratis beschrijfbare en verzegelbare monsterzakjes ter beschikking gesteld aan de deelnemers van het sectoraal bemonsteringsplan (in verhouding met het aantal te nemen monsters in 2006 en ook al voor 2007). Hoewel deze monsterzakjes voorgedrukt zijn, zijn ze zo ontworpen dat ze ook bruikbaar zijn voor het versturen van monsters buiten het kader van het sectoraal bemonsteringsplan van Bemefa (bvb. salmonella) en voor het bewaren van stalen in de monsterkamer. Deze monsterzakjes kunnen bekomen worden bij het secretariaat van Bemefa via info@bemefa.be Uitbreiding bemonsteringsplan in 2007: ook additieven en voormengsels worden gecontroleerd Zoals hiervoor al aangegeven werd in de loop van 2006 een gevarenanalyse uitgevoerd van additieven en voormengsels. Deze zal de basis vormen voor de uitbreiding van het sectoraal bemonsteringsplan, in de loop van 2007, op additieven en voormengsels. Analoog aan het plan voor de voedermiddelen en mengvoeders werd op basis van een inventaris van de deelnemende bedrijven, op een statistisch onderbouwde manier, een plan uitgewerkt. Met dit plan is Bemefa op 1 april 2007 van start gegaan. Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

20 Berry Prooij Tel.: +31 (0) Wim Wensink Tel.: +31 (0) Altijd de juiste keuze BASF heeft voor diervoeding een breed assortiment aan additieven en conserveringsmiddelen van de hoogste kwaliteit. Praktijkgericht onderzoek in samenspraak met onze klanten staat garant voor succes. BASF altijd aan uw zijde met: Vitaminen (Lutavit ) Carotenoiden (Lucantin ) Organische zuren (Luprosil, Amasil ) Enzymen (Natuphos ) Antibiotica-vrije groeibevorderaar (Formi ) Lutrell MEEA05051nl

21 2.1.4 Early Warning Ook in 2006 werd er meer en meer gemikt op een zo snel mogelijke bemonstering en daarmee gepaard gaande analyse. De resultaten worden gedeeld met buitenlandse organisaties die eveneens dergelijke systemen hebben uitgewerkt. De kracht moet erin bestaan zo snel mogelijk op een eventuele contaminatie in te spelen en zo proactief mogelijk op te treden Gedragscode m.b.t. het gebruik van chemische producten in de voedings- en dierenvoederindustrie Op 5 december 2006 heeft Bemefa, samen met Fedichem (de Federatie van de Chemische Industrie) en Fevia (de Federatie van de Voedingsindustrie) een seminarie georganiseerd, met als titel Hoe beter omgaan met veiligheid in de voedselketen? Conclusies en aanbevelingen naar aanleiding van het dioxine incident Tijdens dit seminarie lichtten de 3 betrokken sectoren hun visie en aanpak toe, sinds het dioxine-incident in januari Ook de heer Houins, gedelegeerd bestuurder van het FAVV, bracht een presentatie. Daarnaast werd een gedragscode voorgesteld die duidelijke afspraken moet mogelijk maken tussen leveranciers uit de chemiesector enerzijds en afnemers uit de voedings- en dierenvoederindustrie anderzijds. Technische hulpstoffen die nu niet gereglementeerd zijn, worden op die manier onderworpen aan een risicoanalyse en het doorspelen van de informatie naar de schakels stroomafwaarts wordt hierdoor gewaarborgd. Ook additieven en grondstoffen afkomstig van de chemie zouden aan deze voorwaarden voldoen. Bemefa roept dan ook haar leden op hier massaal beroep op te doen. Ondertussen heeft Bemefa al verdere gesprekken gevoerd met Fedichem over de uitwerking en implementatie van deze gedragscode. In de loop van 2007 zal hier nog verder gevolg aan worden gegeven Verslepingsproblematiek Mengvoederfabrikanten krijgen te maken met de problematiek van versleping wanneer zij gemedicineerd voeder of mengvoeder met bepaalde toevoegingsmiddelen produceren. In éénzelfde productie-eenheid worden immers verschillende producten na elkaar vervaardigd. Bij de overschakeling van het ene product naar het volgende is het onvermijdelijk dat er sporen van het eerste product achterblijven in het productiesysteem en op die manier terechtkomen in de productie van het volgende product. Bemefa neemt het voortouw in de acties om de versleping zoveel mogelijk te reduceren. In de eerste plaats heeft de mengvoedersector nood aan normen in het mengvoeder. Deze normen moeten afgeleid worden van de bestaande normen in vlees, melk en eieren voor alle actieve substanties die gebruikt worden in de dierenvoeding. Daartoe heeft Bemefa, samen met de onderzoekers, een protocol uitgewerkt om een aantal overdrachtstudies uit te voeren. In de eerste plaats werd gemikt op eieren en braadkippen. Deze overdrachtstudies moeten weergeven hoeveel actieve substanties overgedragen worden van het voeder naar vlees en ei. Daarna, rekening houdend met de MRL s op vlees en ei, kunnen de normen op het niveau van het mengvoeder bepaald worden. De nodige financiering werd eveneens gevonden. Het is nu wachten op het startsein om de overdrachtstudie aan te vatten. De studie zou eveneens een methode moeten ontwikkelen om latere overdrachtstudies snel en correct uit te voeren. Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

22 we care about your health Taminco s Life Sciences business unit cares about animal health. We are one of the world s leading producers of choline chloride,, both as a liquid and as a solid. Choline chloride helps to promote the healthy growth and performance of poultry, pigs, fish, shrimp, pets and other livestock. We focus on high quality products which are well in balance with the strictest food safety regulations. Find out how Taminco Life Sciences can make your livestock healthier and more productive! feed@taminco.com _Advertentie_Bemefa.indd :45:51 Big enough to do the job, small enough to care Leading supplier of a full range of specialised additives to the animal feed industry and premix formulators, combined with highly professional sales and marketing skills with product and application know-how. In addition Azelis offers performant logistic services in combination with up to date quality assurance support. Azelis Benelux nv Nijverheidsstraat 48D Oevel - Belgium T: +32 (0) F: + 32 (0) chantal.voets@azelis.be

23 In september van 2006 organiseerde Bemefa twee verslepingsproeven. In samenwerking met het Franse Tecaliman (een onderzoeksinstelling die vooral werk verricht voor Franse mengvoederbedrijven) werden bij twee Bemefa-leden de homogeniteit en de versleping bepaald, zowel op meel als op korrel. Dit gebeurde in aanwezigheid van Ovocom en het FAVV, inclusief het wetenschappelijk comité. Op deze manier gaf Bemefa de administratie en de wetenschappers volop de gelegenheid in de praktijk te duiken. Er werd hierbij gebruik gemaakt van de methode met microtracer. Na afloop werd deze methode naast de andere gekende methodes geplaatst (bijvoorbeeld Cobalt). Bemefa heeft vervolgens één uniform protocol opgesteld voor de monstername en berekening van versleping/homogeniteit, ongeacht het type tracer. Bedoeling is van dit verslepingsdossier op te nemen eerst in de GMP en vervolgens in de Autocontrolegids. Een overgangsperiode van 3 jaar werd voorgesteld zodat geen enkele fabrikant in het kader van de overgang wordt verplicht een bijkomende proef uit te voeren. De Autocontrolegids en de GMP Dierenvoeders verplichten immers iedere 2 jaar een verslepingsproef. Een mogelijke oplossing om versleping bij de productie van gemedicineerd mengvoeder te voorkomen, is gebruik maken van een fijndoseertoestel. Deze toestellen zijn volledig gedigitaliseerd en worden aangebracht op de vrachtwagen. Bij het overbrengen van het voeder vanuit de vrachtwagen naar de silo bij de veehouder wordt de gewenste hoeveelheid van het geneesmiddel (gemedicineerd voormengsel) bijgemengd. Zo een vrachtwagen met fijndoseertoestel zou dan voor meerdere inrichtingen kunnen rijden. Zeker met het oog op de nieuwe wet rond gemedicineerde voeders (KB van 21 december 2006) biedt dit toestel een aantal voordelen. Bemefa werkte in 2006, in overleg met het FAVV, aan een protocol voor het gebruik van het fijndoseertoestel. Ondertussen vond ook al overleg plaats met fabrikanten van gemedicineerde voormengsels. Het is immers noodzakelijk dat zij de voormengsels beschikbaar maken in een handige grootte van verpakking en concentratie Uitwisselbaarheid met het buitenland Ook in 2006 werd verder gebouwd aan internationale uitwisselbaarheid: Wederzijdse erkenning tussen Ovocom en PDV Begin 2006 werd de uitwisselbaarheid tussen de GMP Dierenvoeders van Ovocom en het Reglement GMP+ Certificatieschema Diervoedersector 2006 (GMP+: 2006) van het Productschap DierVoeder (PDV) officieel bekrachtigd. Deze officiële bekrachtiging tussen beide GMP-systemen houdt in dat PDV GMP+-gecertificeerde bedrijven dierenvoeders zonder problemen kunnen leveren aan Ovocom GMP-gecertificeerde bedrijven. Bij levering door een Ovocom GMP-gecertificeerd bedrijf aan een PDV GMP+ gecertificeerd bedrijf dient het Ovocom GMP-gecertificeerd bedrijf zeker te stellen dat van elk aangekocht voedermiddel een risicobeoordeling in de Databank Risicobeoordelingen Voedermiddelen (zie is opgenomen. Dit dient contractueel vast te liggen met de PDV GMP+ gecertificeerde afnemer. Deze aanvullende voorwaarden worden getoetst tijdens de GMP-audit. Samenwerking met PDV voor uitwisseling resultaten bemonstering Eind september hebben Bemefa en het Productschap Diervoeder (PDV) een convenant ondertekend dat uitwisseling mogelijk maakt van gegevens omtrent het bemonsteringsplan. PDV verzamelt individuele resultaten in een gegevensbestand, terwijl Bemefa gegevens ter beschikking heeft van haar sectoraal Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

24 Mengvoederinstallaties Premixfabrieken Bloemfabrieken Silo s (glad- en damwand) Transportinstallaties Hamermolens (3000/1500 t/min) Doseerinstallaties Mengers Pers- en extrudeerinstallaties Vloeistofopslag/dosering Postbus 3 T +31 (0) AA Moerkapelle F +31 (0) E mkp@ottevanger.com Postbus 47 T +31 (0) AA Aalten F +31 (0) E aalten@ottevanger.com

25 bemonsteringsplan. Het uitwisselen van gegevens zal beide bestanden vollediger maken. De partners zullen binnen een maand na afloop van een kwartaal de gegevens ter beschikking stellen aan elkaar. Het gaat om analyseresultaten op jaarbasis. Gesprekken tussen Bemefa / Ovocom en de Franse mengvoedersector om uitwisselbaarheid te toetsen In 2006 hebben Bemefa en Ovocom meerdere malen gesprekken gevoerd met de Franse mengvoedersector om de uitwisselbaarheid van de Belgische en Franse kwaliteitssystemen te toetsen. De Franse mengvoedersector wordt hierbij vertegenwoordigd door SNIA (le Syndicat National des Industriels de la Nutrition Animale), SYNCOPAC (de coöperatieve mengvoedersector) en RESEDA (communicatieplatform over voedselveiligheid). Van beide partijen gaat een grote bereidwilligheid uit om te werken aan een grotere overeenkomst tussen beide systemen. Een werkgroep werd dan ook opgericht worden om beide gidsen te vergelijken. QS bestendigt In 2005 werd een bilaterale overeenkomst getekend tussen Bemefa en Ovocom enerzijds en het Duitse QS (Qualität und Sicherheit) anderzijds. Dankzij deze overeenkomst zijn de kwaliteitssystemen voor voedermiddelen en mengvoeders van Ovocom (GMP) en Bemefa (kwaliteitslastenboek De productie en levering van plantaardige voedermiddelen en mengvoeder ) uitwisselbaar geworden met QS. QS en Bemefa bestendigden dit akkoord in Dit houdt in dat GMP Dierenvoeders gecertificeerde producten uit België en Luxemburg naar Duitsland kunnen worden geëxporteerd zonder bijkomende audits. Omgekeerd kunnen ook QS gecertificeerde bedrijven naar België en Luxemburg uitvoeren zonder supplementaire voorwaarden. In 2006 werden ook GMP gecertificeerde handelaren van voedermiddelen opgenomen in deze overeenkomst. Door het nieuw afgesloten akkoord kunnen ook GMP gecertificeerde handelaren van voedermiddelen vrij aan QS gecertificeerde bedrijven leveren. Voorlopige wederzijdse erkenning tussen Ovocom GMP en Fami-QS Ovocom en Fami-QS ondertekenden in mei 2006 een overeenkomst die VOORLOPIG de wederzijdse erkenning tussen beide systemen bezegelt. Deze belangrijke stap is een waardering van het werk geleverd door Fefana op Europees niveau en door Ovocom op Belgisch niveau om de voedselveiligheid van de voederketen te verhogen. Met deze overeenkomst zou de basis moeten gelegd worden voor een verdere samenwerking in de toekomst. Verdere samenwerking en verfijning is nog noodzakelijk. Bemefa is immers niet tevreden met de generieke gevarenanalyse die FAMI-QS heeft uitgewerkt. Dat is ook de reden waarom Bemefa een eigen gevarenanalyse heeft uitgevoerd voor additieven en voormengsels. Deze gevarenanalyse dient dan ook als basis voor het sectoraal bemonsteringsplan. Door de samenwerking met FAMI-QS wordt de ketenbenadering, een van Ovocoms pijlers, behouden en zelfs verrijkt met de door Fami-QS aangereikte internationale dimensie. Fami-QS op haar beurt kan genieten van de evaring en de erkenning van Ovocom in België. Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

26 Vacuum coater Lijncapaciteiten van 5-40 t/h; Geschikt voor pet-, vis- en veevoeders; Toevoegingen: olie vet medicijnen enzymen Postbus ZG Heteren The Netherlands Tel : + 31 (0) Fax: + 31 (0) info@wynveen.com

27 FEDIAF Fediaf is de Europese organisatie voor petfood. In samenwerking met Fediaf werd een Europese gids voor autocontrole uitgewerkt en voorgelegd aan de Europese Commissie. In het kader van het KB autocontrole hebben de leden van Bemefa beslist een Belgisch autocontrolesysteem uit te werken dat geënt wordt op het autocontrolesysteem dierenvoeders dat inmiddels gevalideerd is door het FAVV. Dit is één van de engagementen die Ovocom heeft aangegaan naar het FAVV toe. Verschillende leden van Bemefa zijn actief in de werkgroep petfood. Qualimat transport Qualimat transport is een Frans kwaliteitssysteem die de mengvoederfabrikanten uit Bretagne hanteerden voor de aanvoer van de grondstoffen naar de mengvoederfabriek. Bemefa en Ovocom hebben sinds verschillende jaren uitwisselingsgesprekken met Qualimat. In 2006 werd er een zeer belangrijke doorbraak geforceerd zodat in 2007 de twee transportsystemen uitwisselbaar zouden moeten zijn EFMC, de Europese gids voor de veiligheid van dierenvoeders, is goedgekeurd De Europese gids voor de veiligheid van dierenvoeders (EFMC, European Feed Manufacturers Code) werd op 29 januari 2007 goedgekeurd. Het Europese Permanent Comité was van oordeel dat de gids paste in het kader van de nieuwe Europese regeling, 'EU Feed Hygiene'. Meer specifiek, in het kader van verplichtingen rond traceerbaarheid en gevarenanalyse van voedermiddelen. 2.2 Milieu: geënt op duurzaamheid Convenant laag-fosforvoeder Begin 2006 vond, op het kabinet van Vlaams minister van leefmilieu Kris Peeters, de jaarlijkse evaluatie plaats van de resultaten van het convenant laag-fosforvoeder. Alle deelnemers aan dit convenant werden gunstig geëvalueerd. Via dit convenant engageert de mengvoedersector zich voor de productie van fosforarme voeders om de uitscheiding in het milieu van mineralen fors te verminderen. Dit convenant kwam er in 1995 als initiatief voor een aanpak aan de bron, één van de drie pijlers van eind de jaren 90 om het mestoverschot terug te dringen. Het voortgangsrapport van de Mestbank 2006 geeft aan dat de verminderde dierlijke mestproductie in 2005 door het gebruik van fosforarm voeder 12.3 miljoen kg P2O5 bedraagt. Het gebruik van fosforarm voeder verminderde de doelafstand op die manier met 34%. Dankzij de positieve resultaten van dit voederconvenant werd besloten een nieuw convenant te ondertekenen voor de periode van 1 januari 2006 tot 31 december De mengvoedersector zette in 2006 haar inspanningen dus verder. Een wijziging in vergelijking met 2005 was dat de analyse-rapporten enkel nog bezorgd werden aan Bemefa, dat op haar beurt de resultaten onmiddellijk doorspeelde naar elke deelnemer. Deze centralisatie maakt een kostenreductie mogelijk. Bemefa is ervan overtuigd dat dit convenant nog haar vruchten kan afwerpen in Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/

28 Uw leverancier voor veilige, unieke en speciale toevoegingen PRODUCTEN PRODUCENT Myco-Ad A-Z Special Nutrients, Inc. De meest betrouwbare oplossing tegen alle mycotoxinen Sangrovit Voor een gezonde, natuurlijke eetlust Xarocol, Xamacol & Canthacol Pigmenten die de dieren kleur geven Yucca Plus Liquid & Powder Stinkend goed in ammoniakreductie Phytoblotics GmbH Carotech S.A. Agroin Microtracers Microtracers, Inc. Unieke markeerstoffen voor het meten van uniformiteit en versleping Retosel Stofvrij natriumseleniet, dus veilig om mee te werken Acid Buf De perfecte natuurlijke pensbuffer voor herkauwers Bij varkens spaart het oor, staart en maag Retorte GmbH Celtic Sea Minerals Jadis Additiva b.v. Schie 38, 3111 PN SCHIEDAM Telefoon: +31 (0) Fax: +31 (0)

29 2.2.2 Convenant laag-eiwitvoeder De mengvoedersector hield het echter niet bij een laag-fosforvoederconvenant, en besloot in 2006 een gelijkaardig convenant te ontwikkelen voor stikstof. Dit convenant laag-eiwitvoeder is in werking getreden op 1 juli 2006, voor een periode van 6 maand, en heeft tot doel het nitraatgehalte in het grondwater te verminderen en de mestoverschotten te drukken. De mengvoedersector ambieert met dit convenant een vermindering van het stikstofoverschot in Vlaanderen van 8 miljoen kg N. In tegenstelling tot het convenant laag-fosforvoeder, kan dit convenant enkel worden afgesloten met representatieve organisaties. Een ander verschilpunt met het laag-fosforvoederconvenant is dat een hefboom is ingebouwd: als de eiwitprijzen en de aminozuurprijzen de pan uitswingen, kan het convenant opgeschort worden. Het voortgangsrapport van de mestbank wijst erop dat de verminderde dierlijke mestproductie in 2005 voor stikstof 7.9 miljoen kg N bedraagt door het gebruik van eiwitarmer voeder, wat de doelafstand met 11% deed afnemen t.o.v. de beginsituatie. In de toekomst wil Bemefa evolueren naar één eengemaakt convenant laag-nutriëntenvoeder, dat het laag-eiwitvoeder- en laag-fosforvoederconvenant combineert. Onderhandelingen wat dat betreft zijn nog lopende met het kabinet van Vlaams minister van leefmilieu Kris Peeters en de Mestbank. Het doel zou zijn eveneens te komen tot één attest dat niet enkel voor de convenanten kan dienen, maar tevens kan dienst doen voor de algemene aangifteplicht van iedere mengvoederfabrikant in het kader van het nieuwe mestdecreet Platform maatschappelijk verantwoorde diervoederstromen Begin september 2006 werd een overlegplatform opgestart rond maatschappelijk verantwoorde diervoederstromen. Dit platform werd opgericht door BCZ (de Belgische confederatie van de zuivelindustrie), Bemefa, Boerenbond en Fedis (de Belgische federatie van de distributie). Ondertussen werd deze stichtende groep al uitgebreid met de grondstoffenhandel en de FWA (Waalse boerenorganisatie). Met dit platform wil Bemefa een gemeenschappelijk standpunt ontwikkelen en inspelen op de verontrustende situatie die zou kunnen ontstaan door massale ontbossingen. Als missie stelt het platform voorop maatschappelijk verantwoorde diervoederstromen na te streven. Om een beter zicht te krijgen op de situatie in Zuid-Amerika ontmoette Bemefa de Nederlandse organisatie Solidaridad en 2 Braziliaanse boerenfederaties (Fetraf: gezinslandbouw en Contrimaio: coöperatieve). Tevens overlegt Bemefa met de voornaamste importeurs in België, Nederland en Duitsland. Met het platform werd beslist een tweesporenbeleid te volgen. Het eerste luik spitst zich toe op maatschappelijk verantwoorde landbouwgewassen: soja wordt hierin als eerste project naar voren geschoven. Daartoe stelt het platform principes en criteria op om de maatschappelijk verantwoorde diervoederstromen te definiëren. Het doel is uit te monden op vrij korte termijn tot concrete acties. In een tweede luik zal worden onderzocht of alternatieve grondstoffen voor soja in de diervoedersamenstelling kunnen worden opgenomen. Bedoeling is wel om de thema s maatschappelijk verantwoorde diervoederstromen en GGO s gescheiden te houden. Bovendien wenst de mengvoedersector niet verzeild te raken in een nichemarkt. Gezien het platform gelooft in open dialoog wordt ook overleg gepleegd met de NGO s (Greenpeace, Wervel, Oivo-Crioc, Vodo en PSA (Plate-forme Souverainité Alimentaire)). De NGO s hebben hun volle Annuaire de l industrie belge des aliments composés 2006/