Zaal Informatieboek District Noord-Holland

Transcriptie

1 DISTRICT NOORD-HOL LAND Districtskantoor Tel Zaal Informatieboek District Noord-Holland Seizoen Hierbij treft u het Zaal Informatieboek Noord-Holland voor het seizoen aan. Deze uitgave is bedoeld voor iedereen die betrokken is bij het zaalhockey. Commissarissen, coaches, teambegeleiders, spelers, secretarissen en ouders. Het informeert u over alles in de zaalcompetitie Senioren en Junioren. Bijvoorbeeld over de competitieopzet, promotie en degradatieregelingen, de spelregels voor het zaalhockey, de competitie voor de 8D categorie, speeltijden, gele kaarten en geeft een handig overzicht over de taken van zaalleiding en arbiters. Dit Zaalinformatieboek wordt op gezette tijden geactualiseerd en is online beschikbaar op de site van de KNHB, onder District/Noord- Holland/Zaalhockey. Volg het allerlaatste Noord-Hollandse zaalnieuws op Twitter, In de voorbereiding op dit seizoen heeft de zaalcommissie veel werk verricht om de organisatie en de competitie verder te verbeteren. Alles stond in het teken om de competitie drastisch uit te breiden. De ambitie om alle teams bij de junioren in poules van zes en bij de senioren in poules van vijf teams te laten spelen betekende een enorme uitbreiding van het aantal zaaluren ten behoeve van de competitie. Daarbij zijn dit seizoen 20% meer teams ingeschreven in vergelijking met vorig Kees Boelhouwer Fotografie seizoen. Een groei die wij al vele jaren niet meer hebben gezien. Wij zijn zeer verheugd dat het benodigde aantal uren om deze ambitie en groei te faciliteren zijn gevonden. De commissie heeft in totaal vijf nieuwe zaalaccommodaties in Noord- Holland gevonden. Te weten in Uithoorn, Monnickendam, Amstelveen, Alkmaar en Heemskerk. Daarnaast is veel overleg geweest met zaalbeheerders en gemeenten om het zaalhockey, ook de trainingen van de clubs, beter te faciliteren. Het zaalhockey is nu gemeten in aantal deelnemende sporters de vierde zaalsport in Noord-Holland. Verder heeft de zaalcommissie veel tijd besteed aan de regeling van de Zaalleiding. Dit jaar wordt gebruik gemaakt van een beheerdersformulier. Na elke zaaldienst dient de zaalleiding een samen met de beheerder van de zaal een formulier af te tekenen dat de zaal in goede orde is achtergelaten. Bij onregelmatigheden zal de beheerder het formulier naar het Districtskantoor sturen. Tevens hebben wij de zaalbeheerders verzocht om de kleedkamers alleen na afgifte van een borg beschikbaar te

2 stellen aan teams. En deze bij teruggave van de borg gezamenlijk te controleren. Hiermee hoopt de commissie de het verloop van zaalhockeywedstrijden op locaties die altijd buiten het terrein van de hockeyverenigingen plaatsvinden in goede banen te leiden. Tenslotte zal de zaalcommissie om de kennis over zaalhockey te vergroten bij alle verenigingen in Noord-Holland voor alle clubs één plaats in Zaal opleidingscursus van de KNHB Academy subsidiëren. Daarover wordt elke vereniging ader geïnformeerd. Puntsgewijs zijn dit de belangrijkste wijzigingen voor de komende competitie: Alle Junioren teams zijn ingedeeld in poules van zes teams (zie Hoofdstuk 5); Alle senioren teams zijn ingedeeld in poules van vijf teams (zie onder andere Hoofdstuk 18); De nieuwe promotie/degradatie regeling Senioren is van kracht (zie Hoofdstuk 18). De regeling van de Play Out is aangescherpt (en verfijnd (Hoofdstuk 18) Er zijn vijf nieuwe zaalaccommodaties ingezet voor competitie wedstrijden In zes hallen zijn de balken vervangen door betere of nieuwe balken. Er zijn twee nieuwe verenigingen die deelnemen aan de competitie : Waterland en Spaarndam De zaalleiding dient na afloop van de zaaldienst het beheerdersformulier te tekenen. van de competitie gelijktijdig gespeeld (zie hoofdstuk 17); De borgregeling voor Kleedkamers is van kracht bij de meeste sporthallen. De 8D competitie is met name bij de meisjes erg gegroeid. Van 5 naar 15 deelnemers. Wij wensen iedereen een sportief en gezellig zaalhockeyseizoen toe. Wij vertrouwen erop dat alle wedstrijden sportief en respectvol zullen verlopen. Respect voor de eigendommen van de zaalbeheerders, sportief naar de tegenstander, respectvol naar de arbitrage en gezellig op de tribunes. De Zaalcommissie zal in het kader van Respect & Sportiviteit hierop extra letten. Mochten zich incidenten voordoen, verzoeken wij de betrokkenen hiervan melding te maken op de wedstrijdformulier en te melden op het Districtskantoor. De zaalcommissie Noord-Holland Pagina 2 van 31

3 Inhoudsopgave Editie Organisatie zaalhockey noord holland 4 2. Zaalcompetitie Kosten inschrijving Zaalcommissarissen Inschrijving, indeling en competitieverloop 5 6. Belangrijkste bepalingen, verschillen veld- en zaalhockey 7 7. Zaalhockeyregels voor teams uit de 8d-categorie 9 8. Instructies voor de zaalleiding Instructies voor de jeugdbegeleider en coach Arbitragebriefing zaalhockey seizoen Spelerslijsten en speelgerechtigden Zaalhockey spelen bij een andere vereniging Boeteoverzicht Tuchtsysteem zaalhockey Afgelastingsregeling zaalhockey Zaalhockey evenementen Programma districtskampioenschappen en promotie/degradatie wedstrijden Standaardteams in districts topklasse Promotie/degradatie regeling district nh Hoofdklasse indoor Pagina 3 van 31

4 1. Organisatie Zaalhockey Noord Holland De organisatie van de zaalcompetitie Noord-Holland is in handen van de Zaalhockeycommissie Noord-Holland. De commissie organiseert de wedstrijden en zorgt voor de inhuur van zaal accommodaties voor competitiewedstrijden. Het districtskantoor Noord-Holland van de KNHB ondersteunt de commissie in haar werkzaamheden. Mevrouw Sandra Willemse-Barentz is daarvoor met name aangesteld. Zij is wekelijks bereikbaar op de dinsdag van 09:00 uur tot 13:00 uur. Landskampioenschappen en de Hoofdklasse Indoor worden georganiseerd door het KNHB Bondsbestuur. De samenstelling van de commissie is als volgt: Functie Naam Telefoon Voorzitter (ai) Myriam Klopper Competitieleiding Junioren Alex van Leeuwen Competitieleiding Senioren Gabriëlle Slinger-Polman Secretaris en communicatie Michiel Plugge Vrijwilligers Willem Molenaar Jongste Jeugd en Toernooien Paulien Schous Ondersteuning Districtskantoor Sandra Willemse-Barentz Het Districtskantoor Noord-Holland is als volgt bereikbaar: Postbus AC Bergen Telefoon: Fax: Mail: Namens de Bondsarbitrage commissie ABB, zullen de aanwijzingen van de scheidsrechter in de Topklassen Senioren, Topklasse reserve Senioren, Topklasse Junioren A en Topklasse Junioren B, de Districtskampioenschappen en wellicht nader aan te wijzen competities worden verzorgd door: Functie Naam Telefoon Aanwijzing en coördinatie Jasper Nagtzaam jasper_nagtzaam@hotmail.com 2. Zaalcompetitie Er wordt gespeeld volgens het Spelreglement zaalhockey 2009, Bondsreglement 2009 Deel C van de KNHB aangevuld met het Zaalhockeyreglement Noord-Holland zoals beschreven in dit Zaalinformatieboek Noord-Holland, editie Deze reglementen zijn te downloaden van de website, > competitie > Zaalhockey > nieuws. Het Zaalinformatieboek Noord-Holland staat in zijn meest actuele vorm gepubliceerd op knhb.nl/districtinformatie/noord-holland/zaalhocckey. 3. Kosten inschrijving De kosten voor de competitie worden jaarlijks vastgesteld tijdens de slotvergadering van het zaalhockey. Voor het seizoen is de contributie vastgesteld op 240,00 per ingeschreven team. In dit bedrag is een waarborg van 2,50 per team opgenomen voor de verrekening van schades aan zalen. Voor teams in de 8D categorie zijn de kosten 200,00 Pagina 4 van 31

5 4. Zaalcommissarissen Alle gegevens van de wedstrijdsecretarissen Zaalhockey Junioren en Senioren van verenigingen in District Noord-Holland staan gepubliceerd op de wedsite van de KNHB. Daarmee is altijd een actueel overzicht beschikbaar. Onder het menu Districtinformatie / Noord-Holland / Zaalhockey treft u de gegevens aan. De wedstrijdsecretaris zaal is de vertegenwoordiger van de vereniging bij de Zaalcommissie. Verzoeken van verenigingen die niet via de Zaalwedstrijdsecretaris van de vereniging worden niet in behandeling genomen. 5. Inschrijving, indeling en competitieverloop Zaalhockey in Noord-Holland wordt gespeeld in de periode van 11 december 2010 tot en met 13 februari Wedstrijden worden vastgesteld op weekenddagen in deze periode. De Zaalcommissie Noord-Holland stelt een competitieschema vast en wijst voor elke wedstrijd een zaalaccommodatie aan. Aanvangstijden van wedstrijden liggen tussen 09:00 uur en 21:00 uur. Een wedstrijd kent een duur van 2 x 20 minuten, met een korte rustperiode van ten hoogste vijf minuten. Omdat de zaalcapaciteit in Noord-Holland voor zaalhockey beperkt is, is het competitieschema erg strak gepland. Daarom wordt tijdens een wedstrijd de tijd nooit stilgezet.. Zaalhockey wedstrijden in de 8D categorie duren 2 x 15 minuten, met een korte rustperiode van ten hoogste vijf minuten. Voor Districtskampioenschappen, Landskampioenschappen, promotie/degradatiewedstrijden voor de Hoofdklasse Indoor of de Topklasse kan een andere wedstrijdduur worden vastgesteld Verenigingen in Noord-Holland kunnen teams inschrijven voor deelname aan zaalcompetities in de categorie Junioren A, B, C, D en 8D en voor de Seniorencompetities voor standaardteams (1 ste Herenen Damesteams) en reserveteams. Inschrijving voor veteranenteams is ook mogelijk, maar een aparte competitie wordt alleen georganiseerd bij voldoende belangstelling. Bij deelname aan de Topklasse Senioren, verplichten teams zich eventueel bij plaatsing deel te nemen aan Districtskampioenschappen en voor de standaardteam ook het spelen van promotie/degradatie wedstrijden voor de Hoofdklasse Indoor. Teams verplichten zich ook voor het spelen van de play-out wedstrijden voor de Topklasse. Bij de senioren is voorlopig geen beperking voor het aantal in te schrijven teams. Bij de junioren is ook geen limiet op het aantal teaminschrijvingen maar kunnen er per categorie ( Jongens A, B, C, D en 8D en meisjes A, B, C, D en 8D) per vereniging twee teams worden ingeschreven welke gegarandeerd ingedeeld worden in de competitie. Elk volgende team per vereniging per categorie wordt geplaatst op basis van beschikbare zaalcapaciteit al dan niet ingedeeld in de competitie. Teams bij de senioren worden in de regel ingedeeld in poules van 5. Bij de junioren in poules van 6 teams. Er wordt een hele competitie gespeeld, waarmee Junioren teams 5 speelweekenden hebben en Senioren vier speelweekenden. Het is voor geen enkel team uitgesloten dat zij twee weekenden in de kerstvakantie dienen te spelen, alhoewel de Zaalcommissie er naar streeft dat per team te beperken tot een speelweekend. Voor de indeling bij de Junioren geldt geen promotie / degradatieregeling. De zaalcommissie zal de poule-indeling daarom baseren op de indeling en eventueel de eind- of tussenstand van de voorcompetitie op het veld van het betreffende seizoen. Alle Topklassenpoules bij de Jeugd worden ingedeeld in twee poules van zes teams. Alle overige poules worden zoveel mogelijk naar sterkte ingedeeld in poules van vier. Pagina 5 van 31

6 A, B en C- Junioren Er zijn 2 Topklasse poules van zes teams, te verdelen over twee poules van gelijke sterkten. De nummers 1 en 2 plaatsen zich voor het districtskampioenschap. De poules worden samengesteld uit de teams die geplaatst zijn in de Topklasse voorcompetitie Veld, met inachtneming van de (eind-) stand van de voorcompetitie Veld. Aanvulling vindt eventueel plaats uit de 1 e Klasse voorcompetitie Veld. In de regel worden alleen standaardteams (1 ste teams uit een Juniorencategorie) van verenigingen in de Topklasse geplaatst. Alle overige poules bestaan uit zes teams en worden ingedeeld op sterkte, gebaseerd op de eind- of tussenstand van de voorcompetitie veld. D- Junioren Er zijn 2 Topklasse poules van zes teams, te verdelen over twee poules van gelijke sterkten. De nummers 1 en 2 plaatsen zich voor het Districtskampioenschap. De poules worden samengesteld uit de nummers 1 tot en met 6 uit de Topklasse A en B uit de voorcompetitie Veld, gebaseerd op de eindof tussenstand van deze competitie. Aanvulling vindt eventueel plaats uit de nummer 7 en 8 van de Topklasse A en B uit de veldvoorcompetitie. Alle overige poules bestaan uit zes teams en worden ingedeeld op sterkte, gebaseerd op de eind- of tussenstand van de voorcompetitie veld. 8D-Junioren Dit jaar zal voor het eerst een 8D competitie worden georganiseerd. De teams zullen in poules van vijf worden ingedeeld. De winnaar van de 1 ste Klasse A bij de Meisjes en de Jongens mag zich Districtskampioen noemen. Alleen bij hoge uitzondering en op basis van extreme resultaten in de Topklasse in de voorcompetitie Veld kan de commissie afwijken van de hierboven genoemde indelingsmethodiek. Senioren Voor de senioren Standaard en Reserves wordt de poule-indeling zoveel mogelijk gebaseerd op de Kees Boelhouwer Fotografie geldende promotie/degradatie regeling. Door afwijkende inschrijvingen is het mogelijk dat wordt afgeweken van deze regeling en zal de plaatsing in poules worden gedaan in de geest van de promotie degradatie regeling. De zaalcommissie behoudt zich het recht voor af te wijken van de geldende promotie-degradatie regeling. De regeling staat beschreven in Hoofdstuk 18 van dit Zaalinformatieboek. Pagina 6 van 31

7 6. Belangrijkste bepalingen, verschillen veld- en zaalhockey Veldhockey 1. Spelen van de bal Slaan, pushen, scoopen Bal mag van de grond, tenzij bij spelhervattingen gevaarlijk en/of opzettelijk omhoog gebracht door de nemer. 2. Speelveld en doelen Lengte = 91m; Breedte = 55m Doel = 2,14m hoog; 3,66m breed, met achterschot (= 46 cm) Zijlijnen Straal cirkel = 14,63m Strafbalstip op 6,40m Strafcornermerk op 10m van doelpaal Teambanken Hoekvlaggen 23-metergebieden Zaalhockey Alleen pushen toegestaan: duwbeweging met stick; geen schuifslag (max. toegestane beweging over de grond = 50 cm) Bal moet langs de grond verplaatst, behalve bij push op doel. Bij stoppen mag de bal max 10 cm opspringen, zolang dit tegenspelers niet hindert. Bal in de lucht mag niet worden verplaatst, maar tegen hoge ballen op doel mag een stoppoging gedaan worden met een zo stil mogelijke stick. Lengte = 36-44m; Breedte = 18-22m Doel = 2m hoog; 3m breed Doelpalen = 8x8 cm; doellijn = max. 8 cm Zijbalken (10 x 10 cm, naar veld afgeschuind) Straal cirkel = 9m Strafballijn of stip op 7m Strafcornermerk op 6m van doelpaal Teambanken, strafbank en wedstrijdtafel Geen vlaggen Twee helften geen 23m-gebieden. Ze hebben wél de status (met bijbehorende strafbepalingen) die een 23m-gebied op het veld heeft. 3. Teams en wissels Min. 8 beginnen, max. 11 Min. 4 beginnen, max. 6 Niet staken bij minder dan 8 Niet staken bij minder dan 4 Team: max. 16 spelers Foutieve wissel: aanvoerder aanspreken Terugkeer na gele kaart: scheidsrechter geeft teken aan speler. 4. Tijdwaarneming en bijhouden stand Scheidsrechter 5. Spelhervattingen Tegenstanders altijd op 5 meter. Medespelers idem bij nemen in aanvallend 23m-gebied. In aanvallend 23m-gebied: bal op min. 5m van de cirkel nemen. Cirkelpenetratie van de bal mag na 5m loopverplaatsing (selfpass) en altijd direct na tussenkomst / aanraken 2 e speler. Als de bal via een verdediger onopzettelijk over de achterlijn gaat: lange corner. Team: max. 12 spelers Foutieve wissel: strafcorner Terugkeer na gele kaart: tijdopnemer geeft teken aan speler. Tijdopnemer, maar indien niet aanwezig: scheidsrechter Tegenstanders altijd op 3 meter. Medespelers idem bij nemen op helft tegenstander. Op helft tegenstander: bal op min. 3m van de cirkel nemen. Cirkelpenetratie van de bal mag bij een selfpass na 3m loopverplaatsing en in een vervolgactie na het spelen tegen een balk, en direct na tussenkomst / aanraken 2 e speler. Als de bal via een verdediger onopzettelijk over de achterlijn gaat: uitpush verdedigers. Inslaan als de bal over de zijlijn is gegaan. Inpush na bal over zijbalk, op max. 1m binnen de balk. Uitzondering: als de bal binnen de cirkel over de zijbalk is gegaan (zonder aanleiding voor een sc), dan op 3m vanaf snijpunt cirkel-zijbalk. Pagina 7 van 31

8 6. Wat wel en niet mag tijdens het spel Liggend spelen niet verboden. Veldspelers mogen niet in het doel van de tegenpartij staan of achter één van beide doelen omlopen. Opdringen van een overtreding is afgeschaft per seizoen Extremiteiten en excessen worden nu bestraft onder de noemer wangedrag. 7. Strafcorner Wordt toegekend bij een opzettelijke overtreding van een verdediger in diens 23-metergebied. Max. 5 spelers (incl. keeper) achter de achter- en/of doellijn; andere verdedigers achter middenlijn; keeper niet per se in doel. Slag mag bij 1 ste doelpoging alleen op plankhoogte; push mag hoog, mits niet gevaarlijk. 8. Persoonlijke straffen Tijdelijke verwijdering: 5 minuten (10 minuten bij neerhalen tegenstander); overtreder op teambank. Scheidsrechter signaleert terugkeer. Spelers mogen niet liggend spelen en niet op hand, knie of arm steunen excl. de hand die de stick vasthoudt. Keeper mag het wel: in eigen cirkel, wanneer hij én de bal er geheel in zijn. Spelers mogen niet in het doel van de tegenpartij staan of achter één van beide doelen omlopen. Afzetten tegen het doel mag niet. Bal met stick tegen balk klemmen mag niet. De bal hard in de stick van een laagverdedigende tegenstander spelen mag niet, zeker niet wanneer diens lichaam achter de stick zit (door een blok spelen). Letsel bij de laagzitter betekent een gele kaart voor de injager. Wordt toegekend bij een opzettelijke overtreding van een verdediger op diens eigen helft. Verdedigers achter de achterlijn, aan de nietaangeefzijde, en/of achter de middenlijn. Keeper moet achter de doellijn. Slag mag niet; push mag hoog, mits niet gevaarlijk. Tijdelijke verwijdering: 2 minuten (5 minuten bij grof fysiek ingrijpen); overtreder melden bij tijdopnemer en plaatsnemen op strafbank. Terugkeer na straftijd: tijdopnemer geeft teken. 9. Keeper (bewegingsvrijheid) Vliegende keep: zonder helm op over het hele veld. Volledig geklede keeper (en vk met helm): eigen 23- metergebied. 10. Duur van de wedstrijd Vliegende keep: zonder helm op over het hele veld. Volledig geklede keeper (en vk met helm): eigen helft. 2 x 35 minuten 2 x 20 minuten (min. 2 x 15 minuten) Rust: 5 minuten, geen bankwissel 11. Bully Nooit binnen 15m van de achterlijn Rust: max. 5 minuten, wisselen van bank Nooit binnen de cirkel, bal moet dan op 5 cm erbuiten, midden voor het doel NB. Lees deze samenvatting door met de wetenschap dat dit slechts een aanvulling op de regels is. Pagina 8 van 31

9 7. Zaalhockeyregels voor teams uit de 8D-categorie Inleiding Vanaf dit seizoen wordt in Noord-Holland ook een zaalcompetitie gespeeld voor teams die uitkomen in de 8D categorie veldhockey. Vanwege het beperkt aantal inschrijvingen is dat dit jaar nog redelijk beperkt. Maar de verwachting is dat deze competitie in de komende jaren verder uitgebreid kan worden, eventueel ook naar de tweedejaars E-competitie. Dit jaar zal de zaalcommissie er strikt op toezien dat ook inderdaad alleen 8D-teams worden ingeschreven in deze competitie en geen 8E teams. Dit zal afgestemd worden met de Jongste Jeugd commissie. Indien toch 8E-teams zijn ingeschreven, worden deze onverwijld uit competitie genomen en wordt de vereniging een boete van 125,00 opgelegd. Spelregels De spelregels voor het Jongste Jeugdteams waar de 8D categorie onder geschaard wordt, wijken iets af van de normale regels in het zaalhockey. Hier een kort overzicht van de belangrijkste spelregels bij de Jongste jeugdteam in de zaalcompetitie. Wedstrijdduur 2x15 minuten met 5 minuten rust. De coaches kunnen per team per helft een time-out aanvragen van 1 minuut. De tijd wordt dan stilgezet. Speelveld Als speelveld gelden de belijningen van de sporthalvloer, dus inclusief cirkel. Teams Een team bestaat uit ten hoogste twaalf spelers. Per team mogen nooit meer dan zes spelers tegelijk op het speelveld zijn waarbij het verplicht is een keeper aan te wijzen. Elk team dient vergezeld te worden door een teambegeleider, van seniorenleeftijd, welke gedurende het verblijf van het team in de accommodatie de verantwoordelijkheid draagt voor het gedrag van de spelers. Uitrusting Voor de tenues gelden dezelfde regels als op het veld. De doelverdediger is verplicht te spelen met legguards (beenbeschermers) en een helm. Legguards dienen te voldoen aan de zaalhockeyvoorschriften. Bodyprotectors dienen onder een shirt (in afwijkende kleur) door de keepers worden gedragen. Spelbegeleiding Voor het leiden van wedstrijden is een scheidsrechters- kaart niet verplicht. Hockeyervaring in de zaal of op het veld, strekt uiteraard tot aanbeveling. In analogie met het veldhockey zijn er bij 8D en 8Eteams twee spelbegeleiders. De spelleider(s) leidt(leiden) het spel in de geest van het hockey voor de jongste jeugd, d.w.z.: Wees geen 'scheidsrechter' maar een spelbegeleider. Tracht de jongste jeugd vóór alles spelplezier te verschaffen door hen kiezend bezig te laten zijn, gebruik makend van hun eigen inbreng en originaliteit. Onderbreek het spel zo min mogelijk; alleen in verband met veiligheid en hoofdregels. Geef concrete aanwijzingen (aan beide partijen), voornamelijk als het spel stilligt. Stimuleer door een positief meelevende houding tot nog meer spelbeleving Spelregels De volgende regels zijn van toepassing: Er wordt gebruik gemaakt van de cirkel. De bal mag alleen worden gepusht langs de grond, dus een schuifslag mag (ook) niet. Als de bal, bijvoorbeeld bij het stoppen, iets omhoog komt(stuit) is dat geen overtreding, mits de bal niet hoger komt dan balkhoogte. De bal over de stick van de tegenstander spelen mag niet. Pagina 9 van 31

10 Op het doel mag de bal omhoog, alleen tot 'plankhoogte' (ook als er geen plank is). In de regel houden we aan dat de bal niet hoger op het doel mag dan de legguards van de keeper. Ook hier geldt dat de push op doel op gevaar moet worden beoordeeld. Er is een geldig doelpunt gemaakt als de bal binnen de cirkel door een aanvaller op doel is gepusht. Binnen de cirkel mag de keeper de bal met de voeten spelen en de bal met de hand wegslaan. Wisselen mag gebeuren op elk gewenst moment behalve bij strafcorners De self-pass is ook in de categorie 8D van toepassing Verder gelden de normale zaalhockeyregels; "shoot" en "afhouden" en deze dienen soepel te worden gehanteerd. Gevaarlijk spel dient direct te worden afgefloten. Er is geen lange corner. In plaats daarvan wordt er een uitpush genomen, recht naar voren waar de bal over de achterlijn is gegaan en niet verder dan kop cirkel. Speelt een verdediger van zijn eigen speelhelft de bal met opzet over zijn achterlijn, wordt een strafcorner toegepast. Liggend spelen mag niet, behalve door de keeper in de cirkel. Raakt de bal over de zijbalk dan moet er een in-push worden genomen. Dit vindt plaats binnen 1m van de zijbalk. Pagina 10 van 31

11 8. Instructies voor de zaalleiding. Inleiding Alle aan de competitie deelnemende teams zullen één en soms meerdere keren zaalleiding hebben. Omdat de zaalcompetitie wedstrijden niet op de eigen accommodaties van de verenigingen plaats vinden en de KNHB te gast is bij de verschillen sporthallen, is deze functie van wezenlijk belang voor het goede verloop van de competitie. De zaalleiding is op de wedstrijddag als eerste verantwoordelijk de contacten met de zaalbeheerder, het ordelijke verloop en tijdig aanvangen van de wedstrijden en voor de correcte afhandeling van alle wedstrijdformulieren van de in hun poule afgewerkte wedstrijden. Verenigingen die deelnemen aan de zaalcompetitie nemen de verplichting op zich om mensen aan te wijzen voor deze zaalleiding indien een vereniging daartoe is aangewezen. De competitieleider zaalhockey Noord-Holland wijst de Fotex Sportfotografie zaalleiding toe aan teams. Zaalleiding wordt gepubliceerd in het wedstrijdprogramma, zoals dat wordt gepubliceerd op 20 november De zaalleiding is ook verantwoordelijk voor de wedstrijden van teams die niet van hun eigen vereniging zijn tijdens zijn aangewezen periode van zaalleiding De zaalleiding Alleen personen boven de 18 jaar kunnen optreden als zaalleiding. De zaalleiding dient altijd uit minimaal 2 personen te bestaan. De zaalleiding dient minimaal een half uur voor aanvang van hun eerste wedstrijd aanwezig te zijn. Let op: Bij aanvang van de wedstrijden tussen en uur gaat de sporthal meestal pas 15 minuten eerder open. Informeer bij de hal of u eerder terecht kan. De zaalleiding dient in het bezit te zijn van de laatste uitgave van het bondsreglement deel zaalhockey en het spelreglement, via de secretaris van uw vereniging te verkrijgen. Alle geconstateerde onregelmatigheden op het TIP Voor alles geldt Niet in orde? Dan niet spelen!. bondsreglement dienen op het wedstrijdformulier te worden vermeld. Onregelmatigheden zijn o.a. het niet spelen in het juiste club tenue, te laat komen, verkeerde uitrusting, etc. De zaalleiding dient herkenbaar te zijn, dus geen spelers in sporttenue. De zaalleiding vervult geen andere functie dan zaalleiding. Zij fluiten en/of coachen dus zelf niet. Verantwoordelijkheid voor de speellocatie, sporthal. De zaalleiding neemt contact op met de zaalbeheerder, zodat beiden weten bij wie ze moeten zijn in geval van moeilijkheden. Tevens laat de zaalleiding zich voorlichten over de bijzondere regels die in de hal gelden en laat zich inlichten over de werking van het eventueel aanwezige elektronische scorebord. De zaalleiding stelt vervolgens de teams op de hoogte van deze bijzondere regels. De zaalleiding controleert bij aanvang de speelvloer en alle beschikbare kleedkamers op eventuele reeds aanwezige schade. Bij constatering van schade dient dit onmiddellijk aan de zaalbeheerder te worden gemeld. Tevens wordt e.e.a. schriftelijk doorgegeven aan de competitieleiding. Pagina 11 van 31

12 De zaalleiding is verantwoordelijk voor het in orde (laten) brengen van het speelveld (balken, doelen, spelers- en strafbank, aanwezigheid van verbandtrommel, te informeren bij beheerder). De spelers dienen hierbij hun medewerking te verlenen. De zaalleiding moet jeugdteams die zonder volwassen begeleiding zijn, de toegang tot de zaal weigeren. Onregelmatigheden betreffende de uitrusting dienen op het wedstrijdformulier te worden gemeld. De zaalleiding dient regelmatig de kleedkamers te controleren. Eventuele ontdekte schades dienen direct aan de zaalbeheerder gemeld te worden en schriftelijk aan de competitieleiding te worden gemeld. De zaalleiding ziet erop toe dat er buiten het speelveld en/of andere ruimtes van de hal, zoals kleedkamers e.d., niet geoefend wordt door de wachtende teams, ter voorkoming van schade en/of gevaarlijke situaties. De zaalleiding dient erop toe te zien dat er niet gegeten c.q. gerookt wordt op de speelvloer, de tribunes en in de kleedkamers. Overtreders kan men de zaal uitzetten of het verder meespelen ontzeggen. Ordelijk, veilig verloop en tijdige aanvang van wedstrijden De zaalleiding controleert voor iedere wedstrijd de uitrusting van alle spelers inclusief de doelverdediger. In alle zalen genieten foamlegguards met klittenband de voorkeur boven legguards voorzien van speciale zaalhockeybandjes met plastic gespen. TIP Indien per speelhelft 2 IJzeren gespen of het afplakken daarvan is niet toegestaan. minuten minder wordt gespeeld en een rust van 1 minuut inlast, is Iedere speler dient te spelen in zijn of haar clubtenue, met een zaalhockeystick en mag alleen zaalsportschoenen het liefst met de toegemeten tijd ruim witte zool dragen. Ieder team heeft alternatief shirts bij zich ingeval voldoende. er verwarring kan ontstaan door shirt tegenstander. De keepers dienen een van beide teams afwijkende kleur shirt te dragen. De zaalleiding zorgt ervoor dat de wedstrijd op tijd begint. Men verzorgt of zelf of delegeert dit naar tijdwaarnemers. Zij houdt ook de score bij. Daar er per wedstrijd geen uitloop mogelijkheid is wordt de tijd nooit stopgezet. Alle wedstrijden dienen dus precies op tijd te beginnen. De speelhelften mogen nooit korter zijn dan 15 minuten en dienen een gelijke speelduur te hebben. Ook voor wedstrijden met neutrale wedstrijdleiding, geldt dat de zaalleiding de speelduur bepaalt. De zaalleiding ziet erop toe dat ieder team minimaal één zaalhockeywedstrijdbal en één (1) scheidsrechter bij zich heeft. De scheidsrechter leidt samen met de scheidsrechter van de tegenpartij de wedstrijd, tenzij er 1 of 2 bondsscheidsrechters zijn aangewezen. Indien het team geen scheidsrechter bij zich heeft, wordt dit vermeld op het wedstrijdformulierformulier. Spelers welke tijdelijk of definitief verwijderd zijn, dienen zich te melden bij de zaalleiding. De opgelegde straftijd gaat pas in nadat de speler zich gemeld heeft. Tevens geeft de zaalleiding het teken wanneer de straftijd verstreken is. Verwijderde spelers zitten naast de zaalleiding op het 'strafbankje'. Wedstrijdformulieren De zaalleiding zorgt ervoor dat de begeleider van een jeugdteam zijn naam en team vermeld op het wedstrijdformulier. De zaalleiding neemt voor aanvang van de wedstrijd de scheidsrechterskaarten in ontvangst van de scheidsrechters en zorgt ervoor dat de nummers op het wedstrijdformulier vermeld worden. Indien een team te laat komt, vermeldt de zaalleiding op het wedstrijdformulier welk team te laat kwam en hoeveel TIP Originele wedstrijdformulieren worden in de daarvoor bestemde zaal enveloppen gestuurd naar: KNHB Postbus GB Nieuwegein minuten na het vastgestelde aanvangstijdstip de wedstrijd is begonnen. Na de wedstrijd vult men alleen nog de uitslag in. Correctie van de uitslag wordt gedaan door de commissie zaalhockey. De zaalleiding vult na beëindiging van de wedstrijd de uitslag in op het wedstrijdformulier en zorgt ervoor dat de scheidsrechters hun handtekening plaatsen en geeft op dat moment de scheidsrechterskaarten terug. En stuurt het origineel van het wedstrijdformulier op naar de afdeling Competitie van het bondsbureau in de daarvoor bestemde Zaalhockey enveloppen. Bij het niet komen opdagen van een team wordt dit vermeld op het wedstrijdformulier. Er wordt geen uitslag voor de desbetreffende wedstrijd ingevuld. Het is aan de commissie zaalhockey om de uitslag van de wedstrijd te bepalen e.e.a conform het bondsreglement. Pagina 12 van 31

13 De wedstrijdformulieren worden door de zaalleiding in de daarvoor bestemde enveloppen opgestuurd naar, KNHB, Postbus 2654, 3430 GB Nieuwegein. De doorslagen van het wedstrijdformulier wordt aan de coach/begeleider van de beide teams gegeven ten behoeve van het invullen op de standenmotor door de zaalcommissaris. De zaalhockey-commissaris van beide verenigingen moeten zorgen voor het zo spoedig mogelijk invoeren van de uitslagen, uiterlijk om uur op de maandag na de wedstrijd, in de standenmotor van de KNHB. Het niet tijdig invoeren van de uitslagen, alsmede het niet tijdig ontvangen van de wedstrijdformulieren door het bondsbureau of niet goed invullen van het wedstrijdformulier resulteert automatisch in een boete. Pagina 13 van 31

14 9. Instructies voor de jeugdbegeleider en coach Inleiding Spelers en begeleiders gedragen zich beheerst en sportief. Dat geldt met name in de zaalcompetitie omdat alle teams te gast zijn bij de beheerders van de zaal accommodatie waar de wedstrijden plaatsvinden. De coach en/of teambegeleider heeft daar een bijzondere verantwoordelijkheid in. Deze functionaris staat in contact met de zaalleiding en is het eerste aanspreekpunt voor de beheerders van het complex en de zaalleiding. Bij de senioren zaalcompetitie kan de aanvoerder van het team deze rol ook op zich nemen en kent dan dezelfde verantwoordelijkheden. Naast de zaalhockeytechnische en tactische verantwoordelijkheden, heeft de coach of teambegeleider een aantal specifieke verantwoordelijkheden in de zaal. Dat betreft het gedrag van het team, de uitrusting van het team, de relatie met de zaalleiding en de toepassing van schorsingen. Sportiviteit en beheerst gedrag De begeleider en/of coach moet ouder zijn dan 18 jaar De begeleider en/of coach is verantwoordelijk voor het gedrag van het team gedurende de gehele duur van het verblijf in de sporthal en ziet er op toe dat het team zich niet alleen in de zaal maar ook op de tribunes en in de verpozingruimtes en vooral ook in de kleedkamers behoorlijk gedraagt. De coach is daarom steeds bij het team en kan niet optreden als scheidsrechter bij andere wedstrijden. De begeleider en/of coach zorgt ervoor dat het team tijdens de wachttijden niet rond of op het speelveld gaat oefenen. De begeleider en/of coach meldt zich tenminste 15 minuten voor de aanvang van de wedstrijd bij de zaalleiding. Kees Boelhouwer Fotografie Jeugdteams zonder begeleiding wordt onherroepelijk de toegang tot de zaal en de kleedkamers geweigerd. Een team waarvan de begeleider en/of coach met een rode kaart verwijderd is, riskeert daarmee uitsluiting van de verdere wedstrijden in de zaal. Indien zich incidenten voordoen, van welke aard dan ook, dient dat altijd op het wedstrijdformulier vermeld te worden. Dat kan eenzijdig door een coach of begeleider van een team vermeld worden. De zaalhockeycommissie van het District Noord-Holland onderzoek elke vermelding en kan daaraan gevolgen verbinden op grond van het Bondsreglement 2009 of het vermeldde in dit Zaalinformatieboek Pagina 14 van 31

15 Begeleiding en zaalleiding De begeleider en/of coach zorgt ervoor dat het team zich strikt houdt aan de aanwijzigingen van de zaalleiding en/of zaalbeheerder. Dit geldt ook voor het speelklaar maken van het veld en het opruimen van de balken en doelen na de wedstrijd. In de regel helpen alle teams die de eerste wedstrijd in een zaalaccommodatie spelen de velden uit (doelen, balken, tijdwaarneming en spelersbanken), onder leiding van de zaalleiding. In de regel helpen alle teams die de laatste wedstrijd in een zaalaccommodatie hebben gespeeld met het opruimen van de veldinrichting en het opruimen van achtergebleven afval. De begeleider en/of coach zorgt voor het juist invullen van het wedstrijdformulier dient zijn of haar naam te vermelden op het wedstrijdformulier. Het ontvangende team zorgt dat het wedstrijdformulier voor aanvang van de wedstrijd bij de zaalleiding ligt. Tevens zorgt de begeleider dat de doorslag van het wedstrijdformulier na afloop van de wedstrijd zo spoedig mogelijk bij de zaalcommissaris komt, die voor invoer van de uitslag in de standenmotor zorgt. Arbitrage wordt verzorgd door clubscheidsrechters. Bondsscheidsrechters worden door de Arbitragecommissie van het district toegewezen aan enkele categorieën. Coaches kunnen geen scheidsrechtersfluitisten zijn Begeleiders en/of teams die bij het in gebruik nemen van een kleedkamer opmerken dat er voor hun komst schade, vernielingen of andere onregelmatigheden hebben plaatsgevonden, dienen dit onmiddellijk te melden aan de zaalbeheerder en de zaalleiding. Dit is in hun eigen belang, daar anders zal worden aangenomen dat zij daar de oorzaak van zijn. Uitrusting van de teams In alle zalen genieten foamlegguards met klittenband de voorkeur boven plastic gespen. IJzeren gespen of het afplakken daarvan is niet toegestaan. Tevens is het spelen in clubtenue en scheenbeschermers met zaalhockeysticks, zaalhockeyballen en indoorschoenen zonder zwarte zolen verplicht. De zolen van de zaalsportschoenen dienen het liefst wit te zijn daar dit anders tot strepen kan leiden op de vloer. Ieder team heeft alternatief shirts bij zich ingeval er verwarring kan ontstaan door shirt tegenstander. De keeper dient in een afwijkend kleur shirt te spelen. Kaarten en tucht Kaarten opgelopen in de veldcompetitie lopen NIET door in de zaalcompetitie. De consequentie van een rode kaart opgelopen in het zaalhockey dient de volgende zaalhockeywedstrijd ten uitvoer gebracht te worden. Kaarten opgelopen in poulewedstrijden in het district tellen ook mee op de Districtskampioenschappen en de Landskampioenschappen. Verenigingen en teams, in het bijzonder de coaches, zijn verantwoordelijk voor het bijhouden van de kaartenlast van spelers uit hun team. Het is de verantwoordelijkheid van de de begeleider en/of coach, maar met name van de speler, om de eigen kaartenregistratie bij te houden. Dat betekent bijvoorbeeld, dat bij een tweede of volgende gele kaart in de zaal opgelopen in de eerste wedstrijd op een wedstrijddag, de speler zijn of haar schorsing uit moet zitten in de tweede wedstrijd op die wedstrijddag. Pagina 15 van 31

16 10. ArbitrageBriefing Zaalhockey Seizoen Inleiding Voor aanvang van elk seizoen geven we in een briefing aan welke afspraken er voor bondsscheidsrechters gelden. Deze afspraken zijn niet vrijblijvend en niet bedoeld als discussiethema, maar bedoeld om helderheid te geven hoe de spelregels moeten worden toegepast. Lees de briefing goed door. Spelers, begeleiders, publiek, maar ook je collega-scheidsrechters willen een voorspelbare en eenduidige aanpak. Scheidsrechters met eigen regels en scheidsrechters met de houding van ik weet dat dit is afgesproken, maar ik vind het beter om het zoals vroeger te doen scheppen alleen maar verwarring en zijn dus slecht en oncollegiaal bezig. Regelwijzigingen Voor het komend seizoen zijn enkele kleine regelwijzigingen doorgevoerd. Bij een aanvallende spelhervatting op de helft van de verdedigende partij mag de bal direct via de balk de cirkel in worden gespeeld. De Kees Boelhouwer Fotografie overige bepalingen van regel 13.1 en 13.2 die vorig seizoen als experimentele regel zijn opgesteld zijn nu ongewijzigd en definitief doorgevoerd. Bij de straffen rond de strafbal is het strafdoelpunt vervallen. Voorkomt de keeper met een overtreding een doelpunt, dan wordt de strafbal overgenomen. Tevens is de (vaak zo onrechtvaardige) straf gewijzigd wanneer iemand de bal voor het fluitsignaal neemt. Indien de bal in het doel verdwijnt wordt de strafbal overgenomen. Ook de steeds minder gebruikte regel 9.15 (uitlokken van een overtreding) vervalt. Bij veldhockey mag een vrije slag voor de verdediging niet meer overal in de cirkel genomen worden. Deze spelregelwijziging geldt niet in de zaal. Time Outs Alleen in de Hoofdklasse Indoor en bij de play-off wedstrijden van de Hoofdklasse Indoor wordt gespeeld met het systeem van time outs. Elk team heeft per helft recht op één time out van één minuut, die niet in de laatste twee minuten van een helft kan worden opgenomen, In andere klassen wordt niet met time outs gespeeld. Pagina 16 van 31

17 Spelhervattingen Een spelhervatting (vrije push, inpush, uitpush en beginpush) mag met een self-pass worden genomen. Dit geldt niet voor het nemen van een strafcorner, strafbal en bully. De nemer moet duidelijk en zichtbaar een poging doen de bal te stoppen voordat hij de spelhervatting mag nemen. Het niet of onvoldoende controleren van de bal dient bestraft te worden met een vrije push tegen. Als de spelhervatting niet met een self-pass wordt genomen maar ouderwets naar een medespeler wordt gespeeld moet de bal minimaal 1 meter rollen voordat deze medespeler de bal mag spelen. Krijgt een aanvaller dicht bij de cirkel een vrije push moet de bal teruggelegd worden tot 3 meter buiten de cirkel. Bij een spelhervatting voor de aanvallende partij op de helft van de tegenpartij moeten alle andere spelers (medespelers én tegenstanders) dan degene die de spelhervatting neemt op 3 meter afstand staan. De bal mag niet rechtstreeks de cirkel in worden gespeeld. Dit mag via de balk, via of door een andere speler of nadat de bal eerst minimaal drie meter is verplaatst. Bij dit laatste geldt dat na het nemen de bal minimaal 3 meter moet hebben afgelegd (willekeurig welke richting; dus naar voren en naar achteren is toegestaan totdat in totaal 3 meter is afgelegd) voordat degene die de spelhervatting heeft genomen zelf de bal de cirkel in mag spelen. Dit spelen betekent opnieuw pushen of raken van de bal. De bal 3 meter laten rollen voordat de cirkellijn wordt gepasseerd zonder opnieuw te zijn gespeeld is dus niet toegestaan. De (drie meter) afstandregel bij spelhervattingen moet strikt worden toegepast; dit geeft duidelijkheid en vermindert de kans op gevaar. En drie meter betekent drie échte meters. Begin daar vanaf het begin van de wedstrijd mee en laat duidelijk merken dat je van plan bent om de strafmaat op te voeren wanneer de spelers de overtreding blijven herhalen. De regel geeft aan dat een vrije push genomen wordt nabij de plaats van de overtreding. Met de invoering van de self-pass betekent het snel extra voordeel als de bal niet op de juiste plaats wordt genomen. Wees dus strikter en laat de bal op de juiste plaats leggen. Overnemen is geen optie: het is dus doorspelen of een vrije push tegen. Indien een aanvallende vrije push is toegekend voor een overtreding op de helft van de tegenpartij, moet de vrije push ook op die helft worden genomen. Het is de niet toegestaan de bal net op de eigen helft te nemen om daarmee de restrictie van het niet rechtstreeks de cirkel in mogen spelen te omzeilen. Flow of the Game Door de invoering van de self-pass gaat het spel sneller en is het dus van belang om af te wegen of laten lopen een betere optie is dan fluiten. Het is en blijft prachtig als we wedstrijden zien die niet onnodig door fluitsignalen worden onderbroken. Ben je er echter van bewust dat dit nooit ten koste mag gaan van controle over de wedstrijd. Sommige wedstrijden zijn gewoon niet geschikt om modern te fluiten. Een fysieke wedstrijd vraagt om goed en helder ingrijpen; anders krijg je anarchie en chaos. Vaak is het goed om, nadat je hebt laten doorspelen, een overtredende speler alsnog toe te spreken of te bestraffen. Zo toon je de overtreder je grenzen aan. Het wél fluiten na een fysieke overtreding geeft soms een beter signaal, dan het geven van voordeel op een ongevaarlijke plek op het veld, alleen maar omdat de getroffene de bal niet kwijt raakte. De juiste keuzes hierin maken betekent het beheersen van modern fluiten. Wees alert op overtredingen die gemaakt worden direct nadat een partij balverlies heeft geleden en er een snelle uitbraak dreigt. Deze op het eerste gezicht kleine overtredingen hebben maar één doel: zorgen dat de snelle uitbraak wordt afgebroken. Vaak is hier een extra fluitsignaal, vermaning of kaart op zijn plaats. Gebruik van lichaam en stick De harde pass van dichtbij in de richting van een speler die met zijn stick al op de grond zit (zijn stickhand raakt de grond) moet absoluut uit het spel gehaald worden. Naast de spelstraf is bij de eerste keer een vermaning of groene kaart vereist. Bij herhaling volgt daarna direct geel. Duidelijk moet zijn dat de stick al op de grond ligt alvorens de bal wordt gespeeld. Als de speler zijn stick pas op de grond legt nadat de bal is gespeeld, kan dit nog steeds veel pijn doen maar is geen sprake van een overtreding Een verdediger die duidelijk met zijn stick en/of lichaam een pass of looplijn bij de balk dichtzet moet worden beschermd als een aanvaller de bal hier doorheen wil te spelen. De aanvaller zal een Pagina 17 van 31

18 andere weg moeten kiezen, want de weg langs de balk is door de verdediger reglementair afgesloten. Spelen van de bal Push: Wanneer de speelbeweging wordt ingezet op meer dan 50 cm van de bal, dan is er sprake van een slapshot en dat is verboden. Wanneer in het normale spel de bal omhoog gaat, geldt een maximaal toelaatbare hoogte van 10 cm. Ook als de bal minder dan 10 cm van de grond gaat, kan de tegenstander hier in bepaalde gevallen hinder van hebben. In die gevallen moet je ook voor hoog fluiten. Als bij het stoppen de bal niet meer dan 30 cm opstuit en er geen tegenstander in de buurt is die de bal kan spelen, kun je het spel door te laten gaan. Een hoog schot op doel dat hoog terugkomt van de keeper, wordt uitsluitend beoordeeld op gevaarlijk spel. Uitgangspunt is: je fluit niet, tenzij de bal van de keeper gevaarlijk is en je dus een strafcorner moet geven. Een laag schot op doel dat hoog van de keeper terug komt is een overtreding van de keeper. Onder liggend spelen wordt verstaan: echt liggen, of een knie, arm of hand aan de grond hebben. De hand die de stick vasthoudt mag bij het spelen van de bal met de stick wel op de grond komen. Als een aanvaller in de cirkel naar de bal duikt en scoort, is het van belang wanneer de bal wordt geraakt. Zweeft hij als hij de bal speelt, dan is er sprake van een geldig doelpunt. Ligt hij al op de grond voordat hij de bal speelt, dan is het een overtreding. Ruw en gevaarlijk spel Door het kleine speelveld kunnen er snel fysieke duels ontstaan. Dit is niet altijd opzet, maar met name de technische zaalhockeyers worden hier vaak onreglementair door afgestopt. Sommige spelers proberen hun gebrek aan zaalhockeytechniek te compenseren met veldhockey in de zaal. Herken dit en treed hier tegen op. Natuurlijk moet opzet worden onderscheiden van onkunde maar het niet optreden resulteert in fysiek spel in plaats van technisch verzorgd zaalhockey. Het direct aanpakken van het fysieke spel geeft een duidelijk signaal af naar de overtreders, maar zeker ook naar degene die slachtoffer is. Keeper De standaard keeper (dus met volledige uitrusting), moet zijn helm ophouden. Dat moet om het risico van blessures tegen te gaan; de keeper zal immers vaak met zijn lichaam zijn doel verdedigen. Deze keeper mag alleen op zijn eigen helft spelen (behalve om zonder helm natuurlijk - een strafbal te nemen). Een vliegende keep is een veldspeler die zonder keeperuitrusting als keeper optreedt. Hij is verplicht om een helm te dragen bij het verdedigen van een strafcorner of strafbal, maar verder is hij vrij om wel of niet een helm op te zetten. Spelen met de helm op mag, maar alleen op eigen helft. De vliegende keep mag geen overige beschermende uitrusting dragen, dus ook geen keeperhandschoenen. Alleen als én de keeper én de bal in de cirkel zijn, mag de keeper (in zijn eigen cirkel) liggend spelen. De opkomende scheidsrechter zal dit in sommige gevallen wellicht het beste kunnen zien. Maak goede afspraken om ook tot de juiste beslissing te komen. De keeper mag een bal met zijn hand of arm voortbewegen indien er sprake is van doelgevaar (dat is dus in vrijwel alle cirkelsituaties). Indien de bal over de grond wordt gespeeld is er geen probleem. Een bal die in de lucht is, mag wel door een keeper worden weggekaatst echter niet actief worden weggeslagen. Wisselen De wisselregel in de zaal is gelijk aan de veldhockeyregel. Wisselspelers moeten op de teambank zitten. Bij een wissel moet de speler eerst het veld uit, voordat de wisselspeler er in mag en veldspelers moeten binnen 3 meter van de middenlijn wisselen. Er zal nauwelijks een strafcorner gegeven worden voor het verkeerd wisselen, dat kan in feite alleen nog als de erin komende speler de bal speelt, terwijl zijn collega nog niet uit het veld is. Bij een strafbal mag zowel de keeper als de aanvaller worden gewisseld. Wanneer een strafbal moet worden overgenomen, mag dat ook. Pagina 18 van 31

19 Strafcorner Het opzettelijk spelen van de bal over de eigen achterlijn moet ook bij zaalhockey worden bestraft met een strafcorner. Opzettelijk houdt in dit geval in dat de verdediger bewust en actief koos voor de optie van het spelen over de achterlijn. Een keeper mag de bal laten afkaatsen over zijn achterlijn, ook als dit (waarschijnlijk) opzettelijk gebeurt (een veldspeler echter niet). In lange corner situaties geef je in de zaal gewoon een uitpush. De keeper moet zich bij het verdedigen van de strafcorner in het doel opstellen, achter de doellijn. De overige verdedigers kiezen om zich of achter de achterlijn op te stellen (aan de andere kant van het doel waarvan de strafcorner wordt genomen) of (net als bij veldhockey) achter de middenlijn. Na het geven van een strafcorner dient zowel de aanvallende als verdedigende partij zich direct klaar te maken om de strafcorner te nemen of te verdedigen. Maan zo nodig de partijen sneller klaar te gaan staan (inclusief aantrekken van handschoenen en/of maskers). Als je hier actief mee bezig bent kun je in veel gevallen lange wachttijden voorkomen. Wanneer men bij de eerste strafcorner al tweemaal te vroeg is uitgelopen volgt bij de volgende keer, als dezelfde partij wéér te vroeg uitloopt, een groene kaart. De hierop volgende speler van dezelfde partij die bij deze en iedere volgende situatie het trucje weer probeert, krijgt geel. Let goed op dat het hier over hetzelfde team gaat, dus niet team B een gele kaart geven bij zijn eerste keer te vroeg uitlopen, omdat team A al groen heeft gehad. Als duidelijk is dat een team opzettelijk te vroeg uitloopt, hoef je natuurlijk niet tot een herhaling te wachten voordat je dit bestraft. Anders gaan de teams denken dat de eerste twee keer gratis zijn. Bij het nemen van de strafcorner gebeurt er van alles in en om de cirkel. Je hebt hier in veel gevallen de hulp van je collega nodig om te kunnen waarnemen wat er allemaal gebeurt. Maak met je collega voorafgaand aan de wedstrijd duidelijke afspraken over wie waar op let en hoe er tussen beide scheidsrechters wordt gecommuniceerd. Een verdediger mag tijdens de strafcorner een masker dragen. Met dit masker op mag hij zijn verdedigende actie afmaken maar niet actief mee gaan doen aan de spelopbouw. Als na de strafcorner het spel wordt hervat met een uitpush of vrije push voor de verdedigers moet hij eerst zijn masker afzetten voordat de spelhervatting genomen wordt. Doet hij dit niet dan bestraf je hem met een vrije push. Persoonlijke straffen Zeker in de zaal, waar de afstanden gering zijn, is een verbale waarschuwing vaak eenvoudig in het voorbijgaan te geven. Dat kan door een gebaar, een extra fluitsignaal of een juist getimede opmerking. Hiervoor wordt de tijd niet stilgezet. Als je een kaart geeft zet je eerst de tijd stil. De minimum tijdstraf voor een speler bij een gele kaart is twee minuten. Deze minimale straf wordt toegepast bij verbale of minder zware vergrijpen (geen afstand, bal wegtikken). Bij echt fysieke overtredingen op het lichaam gericht is de tijdstraf vijf minuten. Houd de lengte van de tijdstraf simpel: 2 minuten of 5 minuten. Bij alle tijdstraffen geldt dat de scheidsrechter duidelijk de duur van de straf aangeeft, zodat de tijdwaarnemer weet wanneer hij de speler weer het veld in kan laten gaan. Teambegeleiders die een Pagina 19 van 31

20 gele kaart krijgen moeten vijf minuten naar de tribune, waar ze zich niet met het spel mogen bemoeien. Ze mogen gedurende de straftijd ook niet als speler aan dezelfde wedstrijd meedoen. In alle gevallen is twee keer groen geel en twee keer geel rood, behalve bij een aanvoerder, want daar worden de kaarten voor de speler en de functionaris apart geteld. Bij een identieke overtreding schrijft u een gele en een rode kaart op; bij twee verschillende overtredingen schrijft u twee gele kaarten op. In de wedstrijd blijft het effect gelijk: na de tweede gele kaart komt de speler niet meer terug het veld in. Het komt te veel voor dat een teambegeleider de scheidsrechter gebruikt als middel om zijn team op te jutten. Dit soort acties leidt de scheidsrechter af en wekt naar spelers en publiek de indruk alsof orde en gezag ontbreekt. Waarschuw de begeleider, geef hem de grenzen aan en bestraf hem als hij die grenzen over gaat. Laat je de begeleider jou steeds maar weer afleiden, dan wordt het uiteindelijk jouw probleem. Als team goed fluiten Goede afspraken maken met je collega is (ook) in de zaal absoluut een vereiste. Omdat de afstand tussen beide scheidsrechters veel kleiner is dan op het veld heb je alle mogelijkheden om samen de juiste beslissing te nemen. De ene scheidsrechter let op die zaken die voor de collega niet te zien zijn en omgekeerd. Een juiste positionering die je aanpast aan de spelsituatie zorgt voor een juiste beslissing en acceptatie bij spelers en coaches. Vaak hebben spelers en begeleiders aan een blik of klein gebaar genoeg om te kunnen zien wat een scheidsrechter wil. Gebruik deze communicatie en laat continu zien dat je samen met je collega alert de wedstrijd aan het volgen bent. Maak goede afspraken met de zaalwacht of de tijdwaarnemer en laat geen misverstanden ontstaan over wie de tijd bijhoudt. Laat dit ook duidelijk vooraf aan de teams weten, zodat zij weten of ze op de toeter of het fluitje moeten letten. Pagina 20 van 31