PRESENTATIE ZAALHOCKEY SEIZOEN

Transcriptie

1 PRESENTATIE ZAALHOCKEY SEIZOEN

2 AGENDA: Inleiding Kleding en uitrusting Wedstrijdformulieren/DWF Spelreglement en regelwijziging Verschillen zaal- en veldhockey Zaalwacht en tijdwaarneming De coach en begeleider De scheidsrechter De accommodaties (Almere) Vragen?

3 INLEIDING: Zaalhockey is een leuke, attractieve en snelle variant van veldhockey. Je bent veel aan de bal. Technische vaardigheden zijn nodig en zullen zich verder en sneller ontwikkelen in de zaal. Dit geldt ook voor je spelinzicht. Deze ervaringen en voordelen neem je later weer mee naar de veldwedstrijden. Naast dat het spel zich in de zaal afspeelt zijn er nog een aantal verschillen: - Het veld in de zaal is kleiner ( ongeveer 1/4 hockey veld). - Je speelt 6 tegen 6 (vijf spelers en een keeper). - Er liggen balken naast het veld, zodat de bal niet uit het veld gespeeld kan worden (behalve op de achterlijn). - Je mag de bal spelen middels een schuifslag (30-50cm) en een push. - De bal mag niet hoog gespeeld worden, behalve op de goal.

4 INLEIDING: Statistieken: De Almeerse HC komt uit in het district Midden-Nederland. Totaal zullen er in het aankomende zaalseizoen 48 verenigingen deelnemen. Deze verenigingen zijn verdeeld in: teams (2014 = 1.761) 213 seniorenteams (2014 = 207) jeugdteams (2014 = 1.433) 183 jongste jeugdteams (2014 = 121) In 17 tot 18 speeldagen vinden er in 75 sporthallen wedstrijden plaats.

5 KLEDING & UITRUSTING:

6 DIGITAAL WEDSTRIJDFORMULIER (DWF): : 1) Zorg dat de Almeerse Hockeyclub bekend is met jouw actuele mail adres en mobiele telefoonnummer. 2) Per mail en/of SMS ontvang je vanuit de Almeerse een uniek lidnummer en inlogcode. 3) Voor aanvang van de wedstrijd dienen de BEIDE coaches (uit en thuis) hun spelerslijst digitaal te hebben ingevuld. Is dit NIET gebeurd, dan kan een scheidsrechter besluiten de wedstrijd niet te laten starten. 4) Voor elke wedstrijd ontvang je per mail/sms een uniek verificatie code. Deze code is wedstrijd gebonden en dien je na de wedstrijd aan de scheidsrechters te geven. Zij loggen met behulp van deze code in en voeren hiermee de uitslag en eventuele kaarten/opmerkingen in. De scheidsrechters hebben deze code van zichzelf dus niet.

7 SPELREGELEMENT & REGELWIJZIGING: 1) Het bestuur van de Koninklijke Nederlandse Hockey Bond (KNHB) heeft besloten dat ook de seniorenteams vanaf seizoen weer zaalhockey spelen met zes spelers in plaats van vijf. De KNHB volgt hierin het besluit van de Internationale Hockey Federatie. 2) Een groene kaart betekent nu ook in het zaalhockey een tijdstraf. Spelers die een groene kaart krijgen moeten 1 minuut op de bank plaatsnemen bij de tijdwaarneming.

8 SPELREGELEMENT & REGELWIJZIGING: 3) Ook wordt, net als in het veldhockey, een vrije push dichtbij de cirkelrand niet meer teruggelegd tot 3 meter buiten de cirkel, maar genomen op de plaats van de overtreding. Voordat de bal in de cirkel gespeeld mag worden moet deze: 3 meter hebben gerold, of geraakt zijn door een tegenstander, of eerst de balk hebben geraakt. 4) Een speler die in balbezit is, mag niet opgesloten worden in de hoek of aan de zijbalk door tegenstanders met hun stick plat op de grond. Volgens deze nieuwe regel moeten tegenstanders altijd een opening laten waardoor de bal kan worden gespeeld. 5) Het aantal momenten waarop een keeper mag worden gewisseld is net als vorig seizoen gelimiteerd tot maximaal 2 momenten. De wijziging hier is alleen dat het wisselen van een volledig uitgeruste keeper met een andere volledig uitgeruste keeper niet langer meetelt als wisselmoment.

9 VERSCHILLEN VELD / ZAALHOCKEY: 1) Speelveld: Bij veldhockey is het veld 91 meter lang en 55 meter breed. Een speelveld bij zaalhockey is tussen de 36 en 44 meter lang en 18 en 22 meter breed. 2) Teams: Bij veldhockey bestaat een team uit maximaal 16 spelers, waarvan er maximaal 11 en minimaal 8 tegelijk in het veld staan. Een zaalhockeyteam kent maximaal 12 spelers, waarvan er maximaal 6 minimaal 4 tegelijk aan de wedstrijd deelnemen. 3) Uitrusting: bal en stick: Het gebruik van een speciale zaalstick is vereist. Zaalhockey kent geen officiële zaalhockeybal die afwijkt van de normale veldhockeybal. Qua gewicht, formaat en uiterlijk is de zaalhockeybal volgens het reglement identiek aan de bal die gebruikt wordt voor veldhockey.

10 VERSCHILLEN VELD / ZAALHOCKEY: 4) Wedstrijdduur: Bij veldhockey speelt men 2 x 35 minuten. Bij zaalhockey duren de wedstrijden minimaal 2 x 15 minuten en maximaal 2 x 20 minuten. 5) Spelen van de bal: Bij veldhockey mag een speler de bal slaan, een hoge of lage push geven en scoopen. De bal mag van de grond af gespeeld worden tenzij dat een gevaarlijke situatie oplevert. Bij zaalhockey mag men de bal slaan door te pushen of middels een schuifslag (30-50cm). De bal moet over de grond worden verplaatst behalve bij een pushslag op het doel. Bij het stoppen van de bal mag deze niet meer dan 10 centimeter opspringen. Een bal in de lucht mag niet worden verplaatst. 6) De bal is buiten het speelveld: Als bij veldhockey de bal onopzettelijk via een verdediger over de achterlijn gaat wordt er een lange corner toegekend. De spelers mogen inslaan als de bal over de zijlijn is gegaan. Als bij zaalhockey de bal onopzettelijk via een verdediger over de achterlijn gaat mogen de verdedigers uitpushen. Inpushen mag, als de bal over de zijbalk is gegaan, op maximaal 1 meter binnen de balk.

11 VERSCHILLEN VELD / ZAALHOCKEY: 7) Afstand van de tegenstander tot de bal bij spelhervattingen: Bij veldhockey moet de tegenstander op minstens 5 meter afstand blijven. Bij zaalhockey is de afstand van de tegenstander tot de bal bij spelhervattingen minstens 3 meter. 8) Strafcorner: Bij een strafcorner bij veldhockey mogen maximaal 5 spelers - inclusief de keeper- achter de achterlijn. De andere verdedigers stellen zich op achter de middenlijn. Een slag mag bij de eerste doelpoging alleen op plankhoogte worden gespeeld. Een push mag hoog mits deze niet gevaarlijk is. De bal moet buiten de cirkel worden gespeeld. De strafcornerregels komen te vervallen wanneer de bal meer dan 5 meter buiten de cirkel komt. Bij zaalhockey mogen maximaal 6 spelers - inclusief de keeper achter de achterlijn bij een strafcorner. De doelverdediger moet in het doel en de andere verdedigers stellen zich op aan de andere zijde van het doel dan van waar de bal wordt aangegeven. De bal mag niet worden geslagen, een push mag hoog mits dit geen gevaar voor de andere spelers oplevert. De bal moet buiten de cirkel worden gespeeld. De strafcornerregels komen te vervallen wanneer de bal meer dan 3 meter buiten de cirkel komt.

12 VERSCHILLEN VELD / ZAALHOCKEY: 9) Tijdwaarneming en het bijhouden van de stand: Bij een hockeywedstrijd op het veld gebeurt dit door de scheidsrechters. In de zaal houdt de zaalleiding/tijdwaarneming de stand en de tijd bij.

13 ZAALLEIDING EN TIJDWAARNEMING: 1) De zaalleiding bestaat uit minimaal 2 personen, beiden zijn boven de 18 jaar. 2) De zaalleiding bij onze club wordt ingedeeld door de zaalcommissie. 3) De indeling geschiedt in blokken van twee uur. Als de Almeerse de eerste en de laatste wedstrijd speelt in een zaalblok, dan heeft de Almeerse gedurende dat hele zaalblok de zaalleiding. Een uitzondering op deze regel is voor de jeugd TOP-A lijn. 4) Zorg dat je als zaalleiding 15 minuten voor aanvang van de eerste wedstrijd aanwezig bent. 5) De zaalleiding heeft kennis genomen van de laatste uitgave van het KNHB spelreglement. 6) Geconstateerde onregelmatigheden moeten op het wedstrijdformulier worden vermeld. 7) De zaalleiding moet herkenbaar zijn als zaalleiding, dus geen spelers in sporttenue. 8) Als zaalleider is het niet de bedoeling dat je gaat fluiten, coachen en/of zelf spelen.

14 ZAALLEIDING EN TIJDWAARNEMING: 9) Als zaalleider heb je de verantwoordelijkheid voor: a. de speellocatie (Balken, doelen, de wedstrijdbal enz.). b. het verloop van de wedstrijden en de tijdwaarneming c. de coaches en scheidsrechters erop wijzen dat zij het digitale wedstrijdformulier (DWF) op tijd invullen en na afloop afronden. de verantwoordelijkheid ligt hier altijd bij de coaches en de scheidsrechters). 10) Zorg dat de zaalbeheerder je als zaalleiding informeert over eventueel bijzondere regels die in de hal gelden. Ook kan de zaalbeheerder je inlichten over de werking van het eventueel aanwezige elektronische scorebord. De zaalleiding stelt vervolgens de teams op de hoogte van deze bijzondere regels. 11) De zaalleiding controleert bij aanvang de speelvloer en alle beschikbare kleedkamers, douches en toiletten op eventuele al aanwezige schade. Mocht je enige schade constateren, meld dit dan direct aan de zaalbeheerder. Vergeet niet de schade na afloop ook schriftelijk door te geven aan de Zaalcommissie.

15 Schadeformulier: ZAALLEIDING EN TIJDWAARNEMING:

16 VOOR DE WEDSTRIJD: ZAALLEIDING EN TIJDWAARNEMING: 1) Controle of de coaches/begeleiders van de teams het DWF hebben ingevuld/voorbereid. 2) Maak afspraken met de scheidsrechters over het affluiten van de helft en de communicatie m.b.t. het stilzetten van de tijd etc. 3) Zorgt ervoor dat de scheidsrechters en teams op tijd klaar staan. 4) Voor de categorieën waarvoor beide teams een scheidsrechter meenemen: a) De scheidsrechters vragen zich te melden. b) Indien een team geen scheidsrechter wil/kan leveren dan kan er niet gespeeld worden, het team wordt beschouwd als niet opgekomen. De coach/begeleider moet een melding maken op het DWF. c) Meldt dit aan het wedstrijdsecretariaat, die moet een afgelastingformulier invullen. 5) Draagt iedereen in de zaal het juiste schoeisel, hebben alle spelers een zaalstick en dragen de keepers GEEN metalen gespen of deze ook niet afgeplakt. (kunststofbandjes) 6) Stel de klok alvast in op de juiste speeltijd en zet de stand op 0-0.

17 Afgelastingformulier: ZAALLEIDING EN TIJDWAARNEMING:

18 TIJDENS DE WEDSTRIJD: ZAALLEIDING EN TIJDWAARNEMING: 1) Maximaal 12 spelers inclusief de keeper en maximaal 4 begeleiders/coach op de bank waarvan minimaal 1 begeleider de leeftijd van minimaal 18 jaar heeft. 2) Er mogen geen toeschouwers op de bank plaatsnemen. 3) Er mogen geen andere teams inspelen naast/achter het speelveld. 4) Spelers die door de scheidsrechter uit het veld zijn gestuurd dienen hun straf uit te zitten bij de wedstrijdtafel. Deze tijd moet de zaalleiding dus bijhouden. 5) Houdt de tijd en score bij. 6) Wedstrijdduur per categorie: Senioren TOP, Jeugd A, B, C en D Topklasse : 2 x 20 minuten (5 minuten pauze) Overige teams : 2 x 15 minuten (geen pauze)

19 Tijdwaarneming: ZAALLEIDING EN TIJDWAARNEMING: De zaalleiding is verantwoordelijk voor het correct en tijdig spelen van de wedstrijden in het programma. De speeltijd wordt tijdens de wedstrijd niet stilgezet. Het programma mag niet uitlopen. Kort de wedstrijden in zodra er een vertraging optreedt. Het is beter alle wedstrijden 2 minuten per helft in te korten dan aan het einde van de dag geen tijd meer te hebben voor de laatste wedstrijd(en). De zaalleiding deelt voor de aanvang van de wedstrijd aan de teams en de (bonds)scheidsrechters mee dat de wedstrijd wordt ingekort en met hoeveel minuten. De zaalleiding bepaald. Het is geen onderwerp van discussie met coaches/begeleiders en/of scheidsrechters. Na de wedstrijd: 1) Neemt de wedstrijdbal en eventueel hesjes in. 2) Wijst alle partijen erop dat het digitale wedstrijdformulier (DWF) wordt afgerond. 3) Zet de klok gereed voor de volgende wedstrijd.

20 De tijdklok: ZAALLEIDING EN TIJDWAARNEMING:

21 COACH EN BEGELEIDER: Belangrijk: Jeugdteams zijn verplicht minimaal een begeleider te hebben met de minimale leeftijd van 18 jaar. 1) De begeleider/coach meldt het team minimaal 15 minuten voor de aanvang van de wedstrijd aan bij de zaalleiding. 2) De begeleider/coach zorgt vóór de wedstrijd dat het digitale wedstrijdformulier (DWF) is voorbereid (bij voorkeur thuis). 3) De begeleider/coach houdt toezicht op het naleven van de regels in de betreffende accommodatie. 4) De begeleider/coach zorgt ervoor dat het team minimaal 10 minuten van tevoren omgekleed op de speelvloer aanwezig is. 5) De begeleider/coach is verantwoordelijk dat alle medespelers in clubtenue spelen. 6) De begeleider/coach is verantwoordelijk voor het ordentelijke gedrag van het team. 7) De begeleider/coach die bij het in gebruik nemen van een kleedkamer opmerkt dat er voor hun komst schade, vernielingen of andere onregelmatigheden hebben plaats gevonden, dient dit onmiddellijk te melden aan de zaalleiding. Dit is in het eigen belang, omdat anders wordt aangenomen dat zijn/haar team daar de oorzaak van is. 8) De begeleider/coach geeft gevolg aan de instructies van zowel de zaalleiding als de zaalbeheerder.

22 COACH EN BEGELEIDER: 9 ) De teams van de eerste en laatste wedstrijd moeten meehelpen met speelklaar maken en opruimen van het speelveld. 10) De begeleider/coach is verantwoordelijk voor het afronden bekend van het DWF door de scheidsrechters de inlogcode te geven en het DWF te laten afronden. 11) In alle zalen zijn zaallegguards met klittenband of plastic gespen verplicht. Metalen gespen en het afplakken daarvan zijn niet toegestaan. Het spelen met zaalhockeysticks is vereist. 12) Als een team om wat voor reden ook niet kan spelen moet de begeleider dit tijdig melden via de zaalcommissie van de vereniging, aan de tegenstanders, organisatie en andere betrokkenen. In de regel zal een boete opgelegd worden en krijgt het team 3 punten in mindering. De zaalcommissie meldt het niet opkomen bij de competitieleiding met opgaaf van reden (via het afgelastingsformulier).

23 DE SCHEIDSRECHTER: 1) De scheidsrechter heeft een geldige scheidsrechterskaart. 2) De scheidsrechter heeft zich op de hoogte gesteld van de laatste zaalhockeyspelregels. 3) De scheidsrechter dient zich minimaal 15 minuten voor aanvang te melden. 4) De scheidsrechter draagt zaalschoenen met niet afgevende zolen. 5) De scheidsrechter ziet erop toe dat de teams in de rust van bank wisselen (alleen bij de Topklasse jeugd en de senioren). 6) De scheidsrechter ziet erop toe dat beide teams in clubtenue spelen. 7) De scheidsrechter ziet er op toe dat er niet teveel veldspelers zijn, 5 spelers en een keeper per team en ziet erop toe dat de wisselspelers (inclusief veldspelers max. 12 spelers) en begeleiders (max. 4) van beide teams zich op de bank bevinden. 8) De scheidsrechter stuurt de uit het veld gestuurde spelers altijd naar de wedstrijdtafel. Hij geeft tevens aan voor hoeveel minuten deze speler uit het veld is gestuurd. 9) De scheidsrechter treedt op tegen spelers en begeleiders die zich misdragen. 10) De scheidsrechter blijft altijd bij het veld. Ballen die over de balk gaan, worden door de spelers zelf opgehaald. 11) De scheidsrechter laat altijd een strafhoekslag en een strafslag afmaken aan het einde van respectievelijk de 1ste en 2de helft. 12) De scheidsrechter laat de duur van de wedstrijd bepalen door de zaalleiding. Dit geldt ook voor de neutraal aangewezen wedstrijden. 13) De scheidsrechter werkt na afloop van de wedstrijd het DWF bij. Indien van toepassing noteert hij op het DWF welke spelers uit het veld zijn gestuurd en waarom.

24 DE ACCOMODATIES (ALMERE): 1) Als het team de eerste wedstrijd van een speeldag moet spelen heeft het geen zin om een uur eerder aanwezig te zijn. Meestal is de beheerder pas 20 tot 15 minuten voor de openingstijd aanwezig in de sporthal. 2) Het gebruik van de kleedaccommodatie is vanaf 15 minuten vóór aanvang en tot 30 minuten na beëindiging van de gebruikstijd toegestaan. 3) Het eerste team op een speeldag legt de zaalbalken neer en zet de doelen op. 4) Het laatste team op een speeldag ruimt de zaalbalken en doelen weer op. 5) Luister altijd naar de instructies van de zaalbeheerder.

25 HEEFT U NOG VRAGEN?

26 UITREIKING ZAALTAS: Registratie en uitreiking van de zaaltas met het handboek zaalhockey, zeven ballen, hesjes en een fluitje. De zaaltas moet aan het eind van het seizoen weer worden teruggegeven. De borg van deze tas bedraagt 20,-. Uitreiking van de keeper zaalbandjes. De borg van de bandjes zijn 10,-.

27