Met de Atlas de Laan op Werkconferentie Atlas Leefomgeving 30 maart 2015

Transcriptie

1 Met de Atlas de Laan op Werkconferentie Atlas Leefomgeving 30 maart 2015 Workshop 6: Aan de slag met leuke dingen van Atlas Wat is er allemaal te zien en te doen op de Atlas? Tijdens de jaarlijkse werkconferentie van de Atlas Leefomgeving gaan we aan de slag met nieuwe functionaliteiten en kaarten. Alle documenten en instructies voor de workshop Aan de slag staan in het Social Office Wat kan je met Atlas. Het is daarom goed om deze workshop te starten met het onderdeel Werken met Social Office. Vervolgens kunt u zelf kiezen met welke functionaliteit u aan de slag gaat. U kunt kiezen uit de volgende functionaliteiten: 1 Werken met Social Office, de online werkomgeving van Atlas Data Upload: van data naar webservice in de Atlas Data Buurtinformatie (EXCEL-bestand, Bron: CBS) Data Upload Aardbevingen (EXCEL-bestand, Bron KNMI)... Error! Bookmark not defined. 2.3 Data Upload: Asbest ScholenKaart (gezipte Shapefile, Bron: RWS Leefomgeving) Meldingentool in de Atlas Leefomgeving; Instructie voor melding van (vermoedelijke) natte koeltorens Prepublicatie Omgeving (maken & verwerken van kaarten) Een kaart in de Atlas Leefomgeving delen Atlaskaarten embedden in uw eigen website Omdat we de Atlas Leefomgeving niet willen vervuilen met testresultaten werken we tijdens deze workshop deels op de acceptatieomgeving van de Atlas Leefomgeving. In de instructie staat aangeven welke omgeving u moet gebruiken.

2 1 Werken met Social Office, de online werkomgeving van Atlas 1. Log met uw testaccount in op 2. Ga naar Mijn atlas om uw persoonlijke pagina te openen. U ziet uw dashboard met verschillende functionaliteiten zoals activiteiten, agenda en Sites (toegang tot je social offices). 3. Ga naar het Social Office (SO) Wat kan je met Atlas? De homepage van het SO Wat kan je met Atlas? wordt geopend.

3 De pagina s van een SO zijn opgebouwd op basis van een template. Deze is door de SO sitebeheerder zelf aan te passen. De pagina s op SO zijn: 1) Home 2) Introductie 3) Documentatie 4) Leden 5) Maps & Multimedia 6) Blogs 7) Forum 8) Wiki 9) Kalender & Taken 4. Bekijk het SO. Alle documenten en instructies voor de workshop Aan de slag zijn in dit SO te vinden. Op het Blog ziet u een beschrijving van deze workshop met links naar instructies op de Wiki. De Wiki bevat bijlages met instructies. Deze instructies vindt u ook geprint in dit document. Op het Forum kunt u uw mening geven over een aantal onderwerpen of zelf een gesprek beginnen. Veel plezier!

4 2 Data Upload: van data naar webservice in de Atlas 2.1 Data Buurtinformatie (EXCEL-bestand, Bron: CBS) Hieronder volgt een korte instructie om data in de vorm van een excelbestand naar de Atlasserver te sturen en hieruit een wms service te genereren, inclusief een plaatje van de legenda en een xml file van de metadata. Voor een uitgebreide uitleg van de Data Uploadservice wordt verwezen naar de handleiding. 1. Bekijk de excelfile CBS data voor Upload.xlsx. In deze file zijn voor elke buurt in Nederland CBS data opgenomen die in kaart gebracht kunnen worden. 2. Bedenk welke gegevens je in kaart wilt brengen (welke kolom in de file). Schrijf de naam van de kolom op. 3. Kijk of de kolomnaam met de locatie/coördinaten de juiste naam bevat. In dit geval rd 4. Selecteer de records van een bepaalde gemeente (inclusief het record met kolomnamen). Tip: Gebruik het filter. 5. Schrijf deze records weg naar een nieuwe file en geef de file een nieuwe naam. 6. Log in op de Atlas Leefomgeving 7. Klik op Upload en vervolgens op Upload een dataset. 8. Geef het bestand een titel ZONDER spaties te beginnen met TEST, bijvoorbeeld TESTwoningen. 9. Vul bij naam waardekolom de naam van de kolom opgeven die je eerder hebt opgeschreven en die gebruikt gaat worden voor de classificatie in de kaart. Data uploaden & Web services laten maken 10. Selecteer het kleurpallete: (zie de figuur hieronder). Als de waardekolom een categorie indeling weergeeft (een kwalitatieve schaal), zijn de eerste vier paletten geschikt (kleur is onderscheidend), bij een kwantitatieve schaal (bv de waarde van huizen) zijn de laatste twee kleurpaletten geschikt (grijswaarde is onderscheidend). 11. Geef het aantal klassen op (vaak zijn 5 klassen genoeg). 12. Geef het type klassificatie op. Zie paragraaf 2.3 van de handleiding voor meer uitleg hierover. Meestal geeft Jenks een goed resultaat. Voor het zelf indelen van de klassegrenzen kan voor DefinedInterval worden gekozen. 13. Geef bij het bestandstype aan dat het om een excelbestand gaat, selecteer het bestand en klik op upload. 14. Na een aantal minuten zal een naar de ingelogde gebruiker worden gestuurd met de url van de wms service, de legenda en de xml file. Vraag een van de begeleiders om toegang tot de link voor het resultaat. Bekijk een voorbeeldkaart van Utrecht met de gemiddelde waarde van woningen per buurt in Maps & Multimedia op het Social Office Wat kan je met Atlas.

5 2.2 Data Upload Aardbevingen (EXCEL-bestand, Bron KNMI) Hieronder volgt een korte instructie om data in de vorm van een excelbestand naar de Atlasserver te sturen en hieruit een wms service te genereren, inclusief een plaatje van de legenda en een xml file van de metadata. Voor een uitgebreide uitleg van de uploadservice wordt verwezen naar de handleiding. 1. Bekijk de excelfile aardbevingen-induceert-rd3.xlsx. Bedenk welke gegevens je in kaart wilt brengen (welke kolom in de file). Schrijf de naam van de kolom op (bijv Zwaarte). 2. Controleer of de kolom met locatie/geocodering de juiste naam heeft (in dit geval buurt_code). 3. Log in op de Atlas Leefomgeving 4. Klik op Upload en vervolgens op Upload een dataset. Data uploaden & Web services laten maken 5. Geef het bestand een titel ZONDER spaties te beginnen met TEST, bijvoorbeeld TESTaardbeving. 6. Vul bij naam waardekolom de naam van de kolom opgeven die je eerder hebt opgeschreven en die gebruikt gaat worden voor de classificatie in de kaart. 7. Selecteer het kleurpallete: (zie de figuur hieronder). Als de waardekolom een categorie indeling weergeeft (een kwalitatieve schaal), zijn de eerste vier paletten geschikt (kleur is onderscheidend), bij een kwantitatieve schaal (bv de waarde van huizen) zijn de laatste twee kleurpaletten geschikt (grijswaarde is onderscheidend). 8. Geef het aantal klassen op (vaak zijn 5 klassen genoeg; deze kaart toont goed bij 4). 9. Geef het type klassificatie op. Zie paragraaf 2.3 van de handleiding voor meer uitleg. Voor het zelf indelen van de klassegrenzen kan voor DefinedInterval worden gekozen. 10. Geef bij het bestandstype aan dat het om een excelbestand gaat, selecteer het bestand en klik op upload. 11. Na een aantal minuten zal een naar de ingelogde gebruiker worden gestuurd met de url van de wms service, de legenda en de xml file. Vraag een van de begeleiders om toegang tot de link voor het resultaat. Bekijk de resulterende kaart met de locaties van de bevingen in Maps & Multimedia op het Social Office Wat kan je met Atlas.

6 2.3 Data Upload: Asbest ScholenKaart (gezipte Shapefile, Bron: RWS Leefomgeving) Hieronder volgt een korte instructie om data in de vorm van een shapefile naar de Atlasserver te sturen en hieruit een wms service te genereren, inclusief een plaatje van de legenda en een xml file van de metadata. Voor een uitgebreide uitleg van de uploadservice wordt verwezen naar de handleiding. 1. De gezipte shapefile asbest_scholen_utrecht.zip bevat de ligging van alle scholen in de provincie Utrecht. Er zijn drie categorieën gedefinieerd: asbestverdacht, niet asbestverdacht en geïnventariseerd. 2. Log in op de Atlas Leefomgeving 3. Klik op Upload en vervolgens op Upload een dataset. Data uploaden & Web services laten maken 4. Geef het bestand een titel ZONDER spaties te beginnen met TEST, bijvoorbeeld TESTasbest. 5. Vul bij naam waardekolom : INV 6. Selecteer het kleurpallete: (zie de figuur hieronder). Als de waardekolom een categorie indeling weergeeft (een kwalitatieve schaal), zijn de eerste vier paletten geschikt (kleur is onderscheidend), bij een kwantitatieve schaal (bv de waarde van huizen) zijn de laatste twee kleurpaletten geschikt (grijswaarde is onderscheidend). 7. Geef aantal klassen op (in dit geval zijn het er maar drie). 8. Geef het type klassificatie op. Zie paragraaf 2.3 van de handleiding voor meer uitleg hierover. In dit geval zou je het liefst unique values willen opgeven, aangezien er maar 1 waarde per categorie aanwezig is. Dit is nu nog niet mogelijk, maar de eerste klassificatiemethode Equal Interval geeft ook goede resultaten. 9. Geef bij het bestandstype dat het om een gezipte shapefile gaat. 10. Selecteer het bestand en klik op upload. Na een aantal minuten zal een naar de ingelogde gebruiker worden gestuurd met de url van de wms service, de legenda en de xml file. Vraag de begeleiders om de mail met de link erin. Bekijk een voorbeel van een aangemaakte webservice op basis van een shapefile. Bron: IenM in Maps & Multimedia op het Social Office Wat kan je met Atlas.

7 3 Meldingentool in de Atlas Leefomgeving; Instructie voor melding van (vermoedelijke) natte koeltorens 1. Voor zover u nog niet ingelogd bent: ga naar Vul uw schermnaam en wachtwoord in en klik op Aanmelden. 2. Ga door middel van een klik op de illustratie Pilot Natte koeltorens op de homepage (is 2 e illustratie in content rotator) naar de pagina Over natte koeltorens Klik in de tekst op het tabblad In het kort op Koeltorenkaart Ga op de kaart (via uit- en inzoomen) naar de locatie waar de (vermoedelijke) natte koeltorens staan en zoom zoveel mogelijk in. Klik op de steeksleutel aan de rechterkant van de kaart in de kolom Locatie.

8 Onder de steeksleutel verschijnt een rijtje symbolen, waaronder een sneeuwvlok (2 e van rechts). Dat is in de Atlas het symbool voor een natte koeltoren Klik op de sneeuwvlok en daarna op de betreffende locatie op de kaart. Het adres van de locatie met de natte koeltoren(s) komt dan automatisch in het invulscherm. 6. Vul de gegevens in en klik vervolgens op Upload locatie van koeltoren. Daarna komt in het scherm de mededeling: Melding van natte koeltoren is in gang gezet. 7. Ga naar het forum en laat uw mening horen over deze meldingentool in de conversatie Het gebruik van de meldingentool. 6.

9 4 Prepublicatie Omgeving (maken & verwerken van kaarten) 1. Ga naar de acceptatieomgeving van de Atlas Leefomgeving: Login met het testaccunt dat je hebt ontvangen (rechtsboven in header) 2. Ga naar het tabblad Bekijk en Vergelijk, klik op de blauwe locatiepijl. Type in het openklappende blok het adres in van de plaats waar je werkt of woont. Selecteer de locatie uit het rijtje mogelijke adressen en druk op ENTER 3. De cursor op de kaart verplaatst zich nu naar de aangegeven locatie. Onderin het beeld staat een zogenaamd Themalint. (zie illustratie) Bekijk welke thema s erin zitten en klik daarna op het 1 e thema regionale kaarten

10 4. Selecteer een van de regionale kaarten en klik op Toon Kaart 5. Bekijk de resulterende kaart. Links in beeld staat een zogenaamde bijsluiter, waarin een toelichting op de kaart staat. Nieuwe kaarten kunnen worden toegevoegd door de Leefomgevingsbibliotheek weer te openen (linksonder) 6. Actie: nieuw metadata veld zoeken om een nieuwe kaart te maken. Klik op Kaartenbeheer in de header en vervolgens op Prepublicatie.

11 Bekijk de informatie onder het eerste tabblad Metadata selecteren. Vraag: Hoeveel metadata records staat hierin? Filter daarna op de naam van de provincie waar je werkt of woont. Vraag: Hoeveel metadata-records zijn nu nog beschikbaar? 7. Metadata opnemen binnen de Atlas database. Selecteer een record, bekijk de metadata (rechts) en neem het record op in de Atlas database via de knop toevoegen aan Atlas 8. Service type selecteren Alleen wanneer het type van de service (in de meeste gevallen WMS of WFS) niet correct is ingevoerd in de metadata moet deze expliciet (met de hand) worden aangegeven. Het systeem zal deze optie aanbieden indien dit nodig is, anders wordt deze stap overgeslagen. Klik op Volgende.

12 9. Verplichte velden controleren/invoeren Alle gegevens die de Atlas nodig heeft om een kaart te genereren zijn uit de XML van het toegevoegde metadata record gehaald. De meeste velden zullen al goed zijn ingevuld. Wel moet nog de juiste bronhouder worden ingevuld en de service aan de juiste indicator worden gekoppeld. Wijzig de titel; start met TEST303 vb: TEST303waterwingebieden Selecteer juiste bronhouder Koppel de service aan de indicator Regionale kaarten>kaarten>overig

13 Stap 10. Niet verplichte velden invullen De informatie hiervoor is ook al voor een groot deel uit de xml-file gehaald. WMS specifieke velden: Check Zoomlevel : Bij een gedetailleerde kaart met een hoge resolutie wordt vaak zoomlevel 5 (1:48 000) of hoger gebruikt. Bij een kaart met minder detail is meestal zoomlevel 2 voldoende (1: ) en voor een kaart op nationaal niveau kan zoomlevel 0 worden gebruikt. Bij Samenvatting kan er een tekst komen die kort de indicator beschrijft, zodat men van tevoren kan inschatten waar de kaart over gaat. Deze tekst verschijnt als een pop-up wanneer je een kaart kiest om te bekijken. Plaats hier een korte pakkende tekst van 1 of maximaal 2 regels.(max 150 tekens) Vb. Bij kaart Rijksmonumenten : Rijksmonumenten waarop de monumentenwet 1988 van toepassing is. Bij kaart bodemverontreiniging: Locaties waar mogelijk bodemverontreiniging te vinden is.

14 Stap 11 Bijsluitertekst invoeren In het volgende scherm kan de tekst van de bijsluiter worden ingevoerd. Dit is de tekst die bij de kaart wordt getoond. De standaard tabbladen zijn: In het kort, Over de kaart en Meer weten?. Door op de knop "Preview integrale bijsluiter" te klikken wordt de tekst van de bronhouder gecombineerd met het bestaande template van de Atlas en zie je een voorbeeld van de bijsluitertekst zoals die straks bij de kaart getoond zal worden. Wanneer bijsluitertekst goed in ingevoerd: Klik op volgende. U ziet een scherm met alle ingevoerde informatie nog eens getoond ter controle. Stap 12 Preview maken Als dat naar wens is, dan kan er een preview van de kaart worden aangemaakt door op maak preview te klikken. In de preview wordt ter controle getoond: hoe de kaart eruit ziet (inclusief optie om te zoomen en een achtergrondkaart te kiezen, enkele metadata (titel, bronhouder, indicatornaam, URL, laagnaam, schaal en zoomlevel); legenda bijsluitertekst Als er iets niet juist is, dan kunnen de voorgaande stappen nogmaals worden doorlopen: druk daarvoor op de knop [opnieuw] onder aan de preview. Met behulp van het scrollwiel kun je in de kaartviewer het zoomlevel aanpassen, één tikje is één level. Standaard staat preview op zoomlevel 2.

15 Stap13 Publiceren Als de preview is goedgekeurd, worden berichten per mail aan de gebruiker, die de ingevoerde metadata heeft goedgekeurd, gestuurd. De kaart komt in de prepublicatie op de tab Kaarten beheren met de status in behandeling. Door middel van een automatische attendering wordt de kaart ter goedkeuring aangeboden aan de beheerder. De beheerder voert een laatste check uit, waarna de kaart al dan niet in de Atlas wordt opgenomen.

16 5 Een kaart in de Atlas Leefomgeving delen

17 Overige kaartfunctionaliteiten Atlas Leefomgeving

18 6 Atlaskaarten embedden in uw eigen website Het is mogelijk om een kaart uit de Atlas Leefomgeving in je eigen website te embedden. Hiervoor moet u over een Atlas Leefomgeving-account beschikken. Iedereen kan een account aanmaken via het invullen van het aanmeldformulier. Het invoeren van een gebruikersnaam, wachtwoord en adres zijn voldoende om een account aan te maken. Hieronder wordt beschreven hoe u een Atlaskaart in uw eigen website kunt embedden. 1. Log in op Atlas Leefomgeving 2. Ga naar de kaart die u wilt embedden (zie stappenplan Kaarten delen mocht u hierbij problemen ondervinden). 3. Klik in het locatievenster op de knop. 4. Het venster Kaart plakken in een website wordt geopend. Hierin krijgt u in 3 stappen de URL die u in uw eigen website kunt plakken om een kaart te embedden.