Het Brugs hangjongerenbeleid

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het Brugs hangjongerenbeleid"

Transcriptie

1 Het Brugs hangjongerenbeleid

2 Het Brugs hangjongerenbeleid Inleiding Waar men vroeger over jongeren die op pleinen zitten sprak, definieert de samenleving deze jongeren nu als hangjongeren. De term hangjongeren is momenteel actueel en heeft een negatieve bijklank gekregen: Jongeren = hangjongeren = overlast en problemen. Meer en meer stellen we vast dat een groepje jongeren dat ergens samenkomt het etiket hangjongeren opgekleefd krijgt. Zowel de jeugddienst, preventiedienst, de gemeenschapswachten als de diverse politiedistricten krijgen meer meldingen over hangjongeren. Maar wat zijn hangjongeren nu juist? Wat moet de stad doen aan dit nieuwe (?) fenomeen en veroorzaken de jongeren altijd en overal overlast? In het voorjaar van 2009 werd een werkgroep hangjongeren opgericht door de preventiedienst. Samen met de gemeenschapswachten, de jeugddienst en de politie trachtte deze werkgroep een beeld te krijgen van dit gedrag te Brugge. In 2010 voegde de dienst leefmilieu en groendienst zich bij deze werkgroep. De werkgroep richtte zich in de eerste plaats naar het in kaart brengen van pleinen waar er overlast is gemeld en vastgesteld. Er werd een prioriteitenlijst opgesteld. De pleinen waar de meeste overlast, veroorzaakt door jongeren, werd vastgesteld waren onze testcases. Al snel werd het de werkgroep duidelijk dat een aantal overlastsituaties zoals zwerfvuil en ballen in tuinen van buren met (vaak eenvoudige) infrastructurele aanpassingen verholpen konden worden. Maar zaken zoals: lawaaioverlast, onveiligheidsgevoel bij de bewoners, bewustmaken van het gedrag van jongeren, vereisen meer inzet, energie en vooral veldwerk. De nood aan een gezamenlijke aanpak/visie door zowel jeugddienst, preventiedienst, politie als gemeenschapswachten drong zich op want elke dienst had zijn eigen stijl om hiermee om te gaan. De verschillende diensten werken elkaar hierdoor onbewust tegen en de jongeren ontvangen tegengestelde signalen. In deze visietekst zullen we stilstaan bij wat rondhangen nu juist is, ook bekeken vanuit het standpunt van de jongeren zelf. Is rondhangen een nieuw fenomeen? Wat is het verschil tussen rondhangen en uithangen en welke acties kan de stad ondernemen om rondhangen in goede banen te leiden? Rondhangen is niet altijd een positief verhaal. Rondhangen kan ook overlast met zich teweeg brengen. Dan spreken we niet meer van rondhangen maar van uithangen. We kunnen alvast volgend besluit trekken. Rondhangen: ja, natuurlijk. Uithangen: neen, dank u.

3 Het Brugs hangjongerenbeleid Inhoudsopgave Rondhangen, ja natuurlijk Uithangen, neen dank u... 5 Jongeren hangen rond in Brugge: een beleidsvisie...6 Brugse visie op rondhangen: rondhangen ja, uithangen neen....6 Rondhangen, ja natuurlijk...6 Uithangen, neen dank u...6 Het Brugs Hangjongerenbeleid... 7 A. Rondhangen Rondhangen: iets van alle tijden? Rondhangen, een nieuw fenomeen? Is rondhangen meer storend dan vroeger? Publiek toegankelijke ruimte Vervreemding en anonimiteit Grotere mobiliteit van jongeren De hedendaagde consumptiemaatschappij Aanvullende opmerking Rondhangen? Rondhangjongeren? Hangjongeren? Omschrijving Wie hangt rond en waarom? Hoe en waar hangen jongeren rond Brugse visie op rondhangen...16 B. Uithangen Uithangen: als rondhangen overlast wordt Omschrijving Brugse visie op uithangen Wanneer moeten er acties ondernemen worden?...17

4 Het Brugs hangjongerenbeleid 2 Vier soorten jeugdgroepen Aanvaardbare jeugdgroepen (cat. 1) Hinderlijke jeugdgroepen (cat.2) Overlastgevende jeugdgroepen (cat. 3) Criminele jeugdgroepen (cat. 4) Opmerking Drie soorten hangplekken Natuurlijke ontmoetingsplekken: 1 ster Officiële hangplekken: 2 sterren Storende hangplek: 3 sterren...21 C. Besluit...21 Het Brugs hangjongerenactieplan Inleiding Bestaande acties Algemene vuistregels en uitgangspunt bij het opstellen van de acties Algemene acties Ruimtelijk Werkgroep parken en pleinen : afstemmen van de diensten onderling Plan ruimte voor jongeren Speelruimtebeleidsplan Gemeenschapswachten Peters en meters Acties gericht op aanvaardbare jongerengroepen Op een natuurlijke ontmoetingsplek Op een officiële hangplek Op een storende hangplek Samenvatting acties aanvaardbare jongerengroep: Hinderlijke jongerengroep Op een natuurlijke ontmoetingsplek Op een officiële hangplek Op een storende hangplek Overlastgevende jongerengroep Op een natuurlijke ontmoetingsplek Op een officiële hangplek Op een storende hangplek Criminele jongerengroepen op diverse plekken Werkpunten bestaande acties...30

5 Het Brugs hangjongerenbeleid 2 Voorstel nieuwe acties Infosessies hangjongeren Geluidscontrole bij lawaaioverlast Verder onderzoek Algemeen besluit actieplan...32 Bijlagen... 33

6 Het Brugs hangjongerenbeleid Rondhangen, ja natuurlijk Uithangen, neen dank u

7 Het Brugs hangjongerenbeleid Jongeren hangen rond in Brugge: een beleidsvisie Jongeren hangen graag rond. De term hangjongeren is een term die het laatste jaar frequent in de media kwam en te pas en te onpas werd gebruikt. De term hangjongeren heeft een negatieve bijklank gekregen. De politie, de jeugd-, de preventie-, de groendienst en de dienst leefmilieu hebben een eigen (verschillende) visie op hangjongeren en elke dienst neemt andere acties naar deze doelgroep toe. De nood aan een Brugse visie op rondhangen en hangjongeren drong zich op. Een gemeenschappelijke visie leidt tot duidelijke en gecoördineerde acties. Brugse visie op rondhangen: rondhangen ja, uithangen neen. Rondhangen, ja natuurlijk Rondhangen is zinvol en maakt deel uit van het socialisatieproces dat jongeren doorlopen om zich tot volwassen burger in het leven te integreren. Stad Brugge wil om deze redenen rondhangen mogelijk maken in functie van de ontwikkeling van het sociaal leven en de sociale vaardigheden van jongeren. Dat houdt in dat Stad Brugge jongeren fysisch en psychisch in de openbare ruimte aanvaardt en hen stimuleert om de openbare ruimte positief en met respect voor de buurt en buurtbewoners te gebruiken. Als rondhangen overlast wordt, spreken we van uithangen. Doelbewust worden deze twee termen gelanceerd om rondhangen uit de negatieve sfeer te halen en de positieve aspecten van rondhangen te accentueren. Uithangen, neen dank u Wanneer rondhangen overlast wordt, spreken we van uithangen. Deze overlast kan verschillende vormen aannemen en bevat vaak een grote subjectieve component nl: uithangen kan niet altijd exact gemeten en objectief worden vastgesteld. De stad wil uithangen zoveel mogelijk vermijden. Het draaiboek Rondhangen versus Uithangen vormt de basis voor deze aanpak.

8 Het Brugs hangjongerenbeleid Het Brugs Hangjongerenbeleid

9 Het Brugs hangjongerenbeleid 8 A. Rondhangen 1 Rondhangen: iets van alle tijden? 1.1 Rondhangen, een nieuw fenomeen? Rondhangen is niet iets van de laatste 5 à 10 jaar of de laatste eeuw. Rondhangen bestaat al eeuwen. De oudste bron tot heden gekend over rondhangen dateert van In die tijd werd de universiteit van Leuven opgericht. De inwoners van Leuven klaagden over studenten die zich doelloos in de stad begaven 1. In 1659 was de ordonnant van de Stad Antwerpen niet te spreken over groepjes jongeren die zich op zondag verzamelden in de stad, terwijl er zondagsscholen zijn waar deze jongeren terecht konden. Een stukje uit deze ordonnantie 2 : Alsoo der daet bevonden wort / dat de jonckheyt deser Stadt ghehouden wesende / inghevolghe van eenighe voorgaende gheboden / tot het gaen nae[r] de Sondaeghsche Scholen / om aldaer inde vreese Godts [ontzag voor, godsvruchtig] ende Christelijcke Leeringhe onderwesen te worden / daghelijcks hoe langhs hoe meer verarghert ende verwildert /af-blijvende ende schouwende ten ghestelden tijde de voorseyde [bovenvermelde] Scholen / ende hun als dan begevende op de straeten ende andere ghemeyne plaetsen / maeckende aldaer versaeminghen [samenscholing verzamelen] /ende onnuttelijck in groote ongeschicktheyt over-brengende den tijdt /die sy andersins / ter Scholen gaende / souden konnen besteden tot Godts eere / ende saligheyt van hunne sielen: Soo is t / dan-men van s Heeren ende Stadts weghen alle kinderen / t sy knechtkens oft meyskens / wel scherpelijck verbiedt op de straten ende andere gemeyne plaetsen te spelen/vechten/oft eenighe vergaderinge te maecken / ter-wijlen dat de voorseyde Scholen Sondaeghs worden ghehouden: In 1979 schreef Van Weringh al een boek met als titel Overlast en onrust is van alle tijden. 1 Tijdschrift voor Veiligheid 2006 (5) 1 2 Ordonnantie van 17 november 1659 van de Stad Antwerpen

10 Het Brugs hangjongerenbeleid Is rondhangen meer storend dan vroeger? Als rondhangen een eeuwenoud fenomeen is, hoe komt het dan dat dit nu pas (of terug) een actueel thema is geworden en veel mensen rondhangjongeren als overlast ervaren? Publiek toegankelijke ruimte De nood aan extra bouwgrond voor huizen, appartementen, culturele centra, buurthuizen, enz. steeg in de laatste 10-tal jaar drastisch. De open ruimtes (bosjes, weilanden, enz.) werden aangesneden om het stijgende bevolkingsaantal te kunnen huisvesten en deze te voorzien in hun noden (zie bijlage). Ook de braakliggende bouwgronden die gebruikt worden als speelruimte voor jongeren worden bebouwd. Omdat de ruimte schaarser wordt, is men de overgebleven ruimte expliciet gaan benoemen en catalogiseren. Benaming Speelplein Officiële sportvelden Trapveldjes Parken Straten Winkelcentra Geen exacte plaats voorzien in de maatschappij Functie Plaats om kinderen al dan niet individueel de kans te geven om te spelen Voor sport in clubverband Om niet in clubverband te voetballen Om in te flaneren, te wandelen, te genieten Om door te lopen, van punt a naar punt b Om winkels te herbergen, personen komen hier winkelen Rondhangen Zoals je merkt zijn er geen plaatsen gecreëerd om rond te hangen. Dit is ook niet nodig, want dat gaat in tegen wat jongeren omschrijven als rondhangen (cfr. p.12). Expliciete rondhangplekken waren vroeger niet nodig want er was ruimte genoeg (zie bijlage: evolutie van de bebouwde percelen). Rondhangplekken veranderen ook naarmate de stad ruimtelijk evolueert. Het gebruik van de openbare ruimte heeft de laatste jaren ook een evolutie doorlopen. Waar men vroeger de openbare ruimte als verblijfsruimte gebruikte om elkaar te ontmoeten (markt, straat, plein, ) wordt deze meer en meer gebruikt als doorgangsruimte. Als men wenst te ontmoeten richt de bevolking zich nu op plaatsen die hiervoor gecreëerd zijn zoals cafés, buurthuizen, centra voor verenigingen, fuifzalen, sportlokalen, enz. Een deel van de bevolking, die de openbare ruimte als doorgangsruimte gebruikt, vindt het abnormaal en storend dat jongeren de openbare ruimte als verblijfsruimte gebruiken.

11 Het Brugs hangjongerenbeleid Vervreemding en anonimiteit Verdichting van de woonomgeving heeft niet geleid tot meer openheid en sociale contacten. Door diverse maatschappelijke evoluties (technologie, beide partners gaan werken, druk verenigingsleven, ) zijn de bewoners van woonbuurten meer van elkaar gaan vervreemden. Anonimiteit kan leiden tot angst, onverschilligheid en isolement. Waar deze tendens voornamelijk in een stedelijke context terug te vinden was, verschuift deze ook naar de deelgemeenten. Sint-Kruis, Assebroek, Sint-Michiels, stonden vroeger gekend als plaatsen waar er nog ruimte was, maar stilaan worden ook in de deelgemeenten alle woonuitbreidingsgebieden aangesneden en nemen huizen en appartementen de open ruimte in. De rustige deelgemeenten krijgen een meer stedelijk karakter. Appartementen brengen minder private ruimte met zich mee, waardoor kinderen en jongeren nog meer de openbare ruimtes willen benutten. Een gevolg hiervan is dat - in sommige woonwijken - de buurtbewoners niet meer weten wie er in hun buurt woont. De buurman van een pleintje kent de jongeren die daar samenkomen niet meer, kan/durft ze niet zo vlot meer aanspreken en ervaart angst. Anderzijds spreken ook burgers elkaar minder vlot aan. De cultuur van mensen spreken mensen is niet meer bij iedereen te vinden Grotere mobiliteit van jongeren De vriendengroep van jongeren is in tegenstelling tot vroeger niet meer wijkgebonden. Jongeren hebben vrienden over diverse wijken, (deel)gemeenten of steden en spreken centraal af op pleinen, winkelcentra, enz. Ook hun mobiliteit is gegroeid. Jongeren kunnen probleemloos de bus of trein nemen naar welke plaats ze maar willen. Jongeren hangen minder rond in hun eigen wijk en verkiezen de anonimiteit. Ze komen samen op plekken waar ze niet wonen. De buurtbewoners van een plein worden nu geconfronteerd met jongeren uit andere wijken, deelgemeenten of gemeenten. Dat maakt het voor de buurtbewoners ook niet gemakkelijk om deze jongeren aan te spreken. De jongeren laten zich ook niet altijd zomaar aanspreken door deze buurtbewoners. Ze hebben geen band met de wijk. Een gevolg kan zijn dat ze minder rekening houden met de buurtbewoners en minder op hun gedrag letten en er minder op aangesproken worden De hedendaagde consumptiemaatschappij Een belangrijk element is dat de consumptiemaatschappij met zich meebrengt dat jongeren ook steeds meer op straat consumeren. Dat heeft als gevolg dat er heel wat afval op straat terecht komt (cfr. individuele verpakking van broodjes, drank, sigaretten, enz.)

12 Het Brugs hangjongerenbeleid Aanvullende opmerking De maatschappelijke consensus over heel wat normen en waarden is niet altijd even groot en door de tijd gewijzigd. Ook diverse opvoedingsmilieus leiden tot verschillende visies. Deze diverse opvattingen in waarden en normen kunnen tot confrontaties komen in de openbare ruimtes. Een voorbeeld van verschil in waarden en normen: De buurman van een pleintje is van mening dat kinderen en jongeren in de tuin moeten spelen en zeker om 22u moeten thuis zijn want dit heeft hij zijn kinderen aangeleerd. De jongeren die samenkomen op het plein hebben van hun ouders de toestemming gekregen om tot 24 uur uit te gaan. De buurman reageert geërgerd op de jongeren, de jongeren verstaan deze uitval naar hen niet en vinden dat de buurman hen onrespectvol benadert. Een voedingsbodem voor conflict. 2 Rondhangen? Rondhangjongeren? Hangjongeren? 2.1 Omschrijving Rondhangen wordt door iedereen anders ingekleurd. Een goede omschrijving dringt zich dus op. Hieronder een aantal omschrijvingen volgens diverse bronnen. Wikipedia.be Hangjongeren (ofwel hangjeugd) zijn jongeren die langdurig op een bepaalde plaats in de openbare ruimte verblijven (rondhangen). Soms worden hiervoor speciale hangplekken ingericht door gemeenten. Naast hangjongeren worden ook hangouderen onderscheiden. Centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid in Nederland Hangjongeren zijn van alle tijden en van alle culturen. Ongeveer vijftien jaar geleden dook de term 'hangjongeren' voor het eerst op: doelloos in groepen rondhangende jonge mensen die op openbare plekken bij elkaar komen. De meeste hangjongeren zorgen niet voor problemen. De groepen die wel overlast geven zijn onder te verdelen in: hinderlijke groepen, overlast gevende groepen, criminele groepen. Vandaele.nl hang jon ge re: de; m,v -n jongere die, m.n. samen met anderen, op straat rondhangt rond han gen: hing -, h -gehangen doelloos aanwezig zijn De nadruk ligt duidelijk op het hangen en aanwezig zijn in de openbare ruimte.

13 Het Brugs hangjongerenbeleid Wie hangt rond en waarom? Om en bij de 50% van de tieners hangt graag rond en willen het liefst nog meer tijd hebben voor deze hobby 3. De recente bevraging van de jeugddienst i.f.v. de opmaak van het Jeugdbeleidsplan leert ons dat 30 procent van de 220 bevraagde Brugse tieners graag rondhangt en hiervoor meer tijd wenst. Rondhangjongeren zijn ook niet enkel terug te vinden in een specifieke laag van de bevolking. Hangjongeren komen uit de diverse sociale bevolkingslagen, jongeren met en zonder hobby s of lidmaatschap van een jeugdwerkinitiatief of sportvereniging. Elk groepje rondhangers heeft een andere achtergrond of een mix van diverse milieus. De klassieke voorbeelden zijn de allochtone en de maatschappelijk kwetsbare jongeren. We moeten opletten dat we niet enkel deze jongeren bezien als hangjongeren, maar ook skaters, bladers, bikers, basketballers, hangen rond. Veel van deze jongeren zijn ook vaak lid van een sportclub, een jeugdbeweging, een cultuurvereniging of een kunstacademie. Diverse, soms wetenschappelijke, bronnen typeren rondhangen als een doelloze bezigheid. Maar is dit wel doelloos? Voor vele jongeren is rondhangen, in tegenstelling tot wat de maatschappij laat uitschijnen, niet zo doelloos. Rondhangen is een aantrekkelijk tijdverdrijf voor jongeren uit diverse achtergronden, dat plaats vindt in de vrije tijd. De jongeren hebben een brede waaier aan keuzes om hun vrije tijd in te vullen. Één van die keuzes is samenkomen op het openbaar domein: aan een (speel)plein, zitbank, zwembad, hoek van een straat, bibliotheek, enz. om andere jongeren te ontmoeten, zich met elkaar te identificeren, een peergroep te vormen, Rondhangen voor jongeren betekent zichzelf kunnen zijn, experimenteren op diverse vlakken, normen en waarden aftasten, identiteit opbouwen, eventjes weg van de volwassen maatschappij, weg van gezag, samen zijn met wie ze willen zonder opgelegde maatschappelijke regeltjes, Rondhangen is ook een drempelloze vrijetijdsbesteding. Het is gratis. Je hoeft geen lidmaatschap, een drankje of inkom te betalen. Dat maakt dan ook dat iedere jongere kan rondhangen. Naast voornoemde redenen zijn er nog tal van andere redenen waarom jongeren rondhangen. Een kort overzichtje 4 : Elkaar ontmoeten Een eigen, veilige plek zoeken Zichtbaar zijn en gezien worden Gezellig bij elkaar zitten Via een eigen plaats respect afdwingen bij anderen Zichzelf bewijzen t.o.v. anderen Nieuwe mensen leren kennen Indruk maken op de andere sekse Op zoek gaan naar een eigen identiteit Experimenteren. Dit zijn een aantal sociale actiegebieden die vele jongeren, zoals eerder vermeld, eventueel op een ongedwongen, ongestructureerde manier, zonder regels of toezicht, willen ontwikkelen. Op deze manier oefenen ze hun sociale en communicatieve vaardigheden. 3 Uit de RyckeL. e.a. (2005) De Kliksons voorbijgeklikt. Reflectie vanop de zijlijn, Antwerpen-Apeldoorn (p25) 4

14 Het Brugs hangjongerenbeleid 13 Naast de voornoemde sociale redenen zijn er nog tal van andere redenen. Hieronder een kort, onvolledig overzichtje 5 : Even los van de controle van thuis Symbolisch bezetten van een eigen plek in de openbare ruimte Ongedwongen Soms niet meer dan een tijdverdrijf In de buitenlucht zijn Creëren van eigen tijd en ruimte Bereikbaarheid en veiligheid. Er zijn, er staan, er bij horen, zijn dat geen zaken waar elke puber op zoek naar is? Rondhangen betekent voor de jongeren dus meer dan alleen wat lummelen. Als je alle facetten van rondhangen opnoemt, leunen ze zeer dicht aan bij de beweegredenen waarom iemand kiest voor een vereniging. 5

15 Het Brugs hangjongerenbeleid Hoe en waar hangen jongeren rond Jongeren kiezen niet zomaar een plek om rond te hangen. De uitgekozen plek waar ze samenkomen heeft een functie. De hieronder opgesomde functies of voorwaarden van de gekozen hangplek zijn een aan te raden leidraad bij het creëren van een hangplek 6. Zien en gezien worden Jongeren willen zien wat er gebeurt in de wereld, ze observeren meer dan ze zelf denken. Daarom troepen tieners vaak samen op kruispunten, pleinen, bushaltes, parken,. Ze kiezen voor een plek die ze als hun eigen plek kunnen bestempelen. Belangrijk hierbij is dat ze ook gezien kunnen worden door de omgeving, zeker door andere jongeren. Zo bouwen ze hun imago op, willen ze reacties uitlokken bij omstanders, Voorbeelden: Stationsplein Bushalte t Zand Trappen aan provinciaal hof op de Markt Skatepark Entrepot. Beschutting Ondanks het feit dat ze graag gezien worden, wensen ze ook wat rugdekking. Ze willen graag een overzicht behouden op hun zichtveld. Deze beschutting moet letterlijk gezien worden: het is handig tegen de wind en de koude. Portieken, afgedekte openbare ruimtes zijn dan ook bijzonder aantrekkelijk voor jongeren. Voorbeeld: Ingang Interbad Zilverpand De Bilk (Sint-Jozef). 6 Hangen of gehangen worden, VVJ eindwerk 2003

16 Het Brugs hangjongerenbeleid 15 Er moet iets te doen zijn Jongeren gaan zelden op een plaats samenkomen waar er niets is dat hen interesseert. Meestal komen ze samen op een plein waar ze basketbal en voetbal kunnen spelen of dom doen op speeltoestellen. Vaak vind je ze ook terug in de nabijheid van winkels met jongerenproducten zoals gsm s, games, drank, snoep, broodjeszaken, fastfoodketens, enz. Voorbeeld: Sint-Amandstraatje (Pasta Presto, Broodjeszaken, ) Ingang Skateshop 911 Kuiperstraat of Yadee skateshop in de Wapenmakersstraat Da Vinci (ijssalon). Openheid en geslotenheid Jongeren wensen ook graag wat privacy om bijvoorbeeld een vriendinnetje aan te spreken. Struiken, een muurtje, achterkant van een overdekte bushalte, klein steegje, zijn hier ideaal voor. Voorbeeld: Hangplek aan skate- en sportpark in Koolkerke Astridpark.

17 Het Brugs hangjongerenbeleid 16 3 Brugse visie op rondhangen Rondhangen is dus geen hype, geen nieuwe trend, maar iets dat er altijd al is geweest en zal blijven. Sterker nog, rondhangen zal zichtbaarder worden in ons straatbeeld. Daarom is het belangrijk voor Stad Brugge om een positieve visie te ontwikken over rondhangen. Brugse visie Rondhangen is zinvol en maakt deel uit van het socialisatieproces dat jongeren doorlopen om zich tot volwassen burger in het leven te integreren. Stad Brugge wil om deze redenen rondhangen mogelijk maken in functie van de ontwikkeling van het sociaal leven en de sociale vaardigheden van jongeren. Dat houdt in dat Stad Brugge jongeren fysisch en psychisch in de openbare ruimte aanvaardt en hen stimuleert om de openbare ruimte positief en met respect voor de buurt en buurtbewoners te gebruiken. Om bovenstaande te realiseren verwijzen wij graag naar het actieplan.

18 Het Brugs hangjongerenbeleid 17 B. Uithangen 1 Uithangen: als rondhangen overlast wordt De term hangjongeren is er gekomen om jongeren, die in groep in de openbare ruimte samen komen, te kunnen benoemen. In eerste instantie was het niet de bedoeling om deze term te linken aan overlast. Jammer genoeg kreeg de term hangjongeren ook een negatieve invulling. In de praktijk zijn er inderdaad groepen hangjongeren die overlast bezorgen. Een groep hangjongeren die overlast bezorgt is op dat moment niet meer aan het rondhangen, maar aan het uithangen. Omdat rondhangen nu eenmaal eigen is aan de jongerencultuur en een stadsbestuur dit gedrag niet kan vermijden, is het beter om te kijken daar waar rondhangen overlast wordt. M.a.w waar jongeren niet meer rondhangen maar uithangen. 1.1 Omschrijving Een goede definitie of omschrijving van de woorden overlast en uithangen zijn moeilijk te vinden. De reden hiervoor is omdat overlast zeer individueel wordt beleefd. Afhankelijk van de bron die je naslaat krijg je min of meer dezelfde invulling met subjectieve verschillen waarover je kan discussiëren. Om deze reden is het noodzakelijk om elke melding van overlast of uithanggedrag op het terrein te gaan observeren en vast te stellen door: Met de buurtbewoners te praten Met de groep jongeren te praten De wederzijdse interactie van de jongeren en de buurt te observeren De locatie in kaart te brengen (de setting). Dan pas kan er geoordeeld worden of er sprake is van uithang- of rondhanggedrag. 1.2 Brugse visie op uithangen Wanneer rondhangen overlast wordt, spreken we van uithangen. Deze overlast kan verschillende vormen aannemen en bevat vaak een grote subjectieve component nl: uithangen kan niet altijd exact gemeten en object vastgesteld worden. De stad wil uithangen zoveel mogelijk vermijden. Het draaiboek Rondhangen versus Uithangen vormt de basis voor deze aanpak. 1.3 Wanneer moeten er acties ondernemen worden? Als er inderdaad uithanggedrag wordt vastgesteld zullen er van stadswege acties moeten komen om dit gedrag terug te brengen naar rondhanggedrag. Gezien stad Brugge rondhangen als zinvol aanziet is het belangrijk om niet telkens de politie te sturen naar groepen jongeren om repressief de jongeren te verdrijven zodat het uithanggedrag tijdelijk weg is. Stad Brugge wil streven naar duurzame oplossingen die voor de buurt maar ook voor de jongere goed zijn. De acties worden bepaald door: - De jeugdgroep te gaan observeren en te labelen (4 soorten jeugdgroepen) - Te kijken naar het soort hangplek (3 soorten). De combinatie jongerengroep en hangplek is belangrijk. Wat veroorzaakt de overlast: de groep op zich of de plek waar de groep samenkomt?

19 Het Brugs hangjongerenbeleid 18 2 Vier soorten jeugdgroepen De shortlistmethode 7 is een interessante methode om een hanggroep te gaan definiëren en te gaan bepalen wanneer ze verandert van rondhangen naar uithangen. Het stadsbestuur kiest voor deze methode om een objectieve kijk te krijgen op de diverse jongerengroepen die op haar grondgebied vertoeven. Door de jongerengroepen op te splitsen in vier categorieën kunnen er per groep acties worden uitgeschreven om het rondhanggedrag te behouden of positief te stimuleren en het uithanggedrag terug te brengen naar rondhanggedrag. Stad Brugge wordt verder geconfronteerd met groepen conform 1, 2 en 3. De werkgroep hangjongeren schat dat groep 3 het minst voorkomt. Criminele jeugdgroepen zijn (gelukkig) eerder uitzonderlijk en niet systematisch aanwezig. 2.1 Aanvaardbare jeugdgroepen (cat. 1) Het gaat hierbij om jongeren die zich in groepen begeven, maar zich gedragen binnen de normen die de sociale omgeving stelt. Zij veroorzaken weinig hinder of overlast, maar kunnen wel bijdragen tot een verminderd veiligheidsgevoel bij omwonenden. De weinige overlast bestaat meestal uit achtergelaten blikjes en ander zwerfvuil. Volgens de Brugse visie op jongeren valt deze groep onder rondhangen. 2.2 Hinderlijke jeugdgroepen (cat.2) Deze groep hangt rond, is af en toe luidruchtig en trekt zich niet zoveel aan van de omgeving. Soms loopt het uit de hand, maar de overlast is snel te stoppen en is vaker toeval dan gepland. Af en toe maken ze zich schuldig aan vernieling. Over het algemeen is het een groep die nog voldoende autoriteitsgevoelig is en kan aangesproken worden op zijn gedrag. Ze respecteren de opmerkingen van politie, preventiewerkers of buurtbewoners die hen positief benaderen. Occasioneel kan er een drank- of druggebruik plaatsvinden, niet problematisch van aard. De groep valt volgens de Brugse visie terug onder de noemer rondhangen met af en toe een korte uitloper naar het uithanggedrag. 2.3 Overlastgevende jeugdgroepen (cat. 3) Deze groep is meer fysiek aanwezig in de buurt. De jongeren treden af en toe provocerend op, vallen omstanders wel eens lastig (uitschelden of intimideren), brengen regelmatig (opzettelijke) vernielingen aan en trekken zich veel minder aan van andere mensen. Deze lichtere vorm van criminaliteit wordt doelbewust gepleegd. Ze zijn minder gemakkelijk te corrigeren. Ze doen er ook meer aan om te zorgen dat ze hiervoor niet gepakt worden. De jongeren vertonen vaak (beginnend) probleemgedrag, bijvoorbeeld overmatig alcohol- of drugsgebruik. Een deel van de overlastgevende groep heeft bovendien te maken met problemen thuis en/of op school. Soms is er ook invloed vanuit het crimineel circuit. Deze hanggroep valt volgens de Brugse visie niet meer onder rondhangen, maar onder uithangen. Dit is de doelgroep waar de preventiedienst extra toenadering bij zoekt. Deze groep jongeren moet ook door de politie gevolgd worden. 7 Jeugdgroepen in beeld: Stappenplan en randvoorwaarden voor de shortlistmethodiek, H. Ferwerda en ZA. Kloosterman, 2004

20 Het Brugs hangjongerenbeleid Criminele jeugdgroepen (cat. 4) Deze groep bestaat (in ieder geval gedeeltelijk) uit jongeren die op het crimineel pad zijn geraakt. Ze zijn al vaker met de politie in aanraking gekomen. Kenmerkend voor dergelijke groepen is dat ze criminele feiten plegen, al dan niet voor het financiële gewin. De feiten zijn ook ernstig, ze schrikken bijvoorbeeld niet terug voor het gebruik van geweld of vandalisme. Deze groep behoort primair tot de bevoegdheid en actiedomein van de politie. Hier is er duidelijk sprake van uithanggedrag, gemixt met crimineel gedrag. 2.5 Opmerking Op sommige plaatsen komt meer dan één groep jongeren op afzonderlijke uren samen. Het is dus goed mogelijk dat er bijvoorbeeld in het Astridpark overdag groepen van categorie 1 & 2 rondhangen en na 22u groepen van categorie 3. Opletten dus dat niet alle jongerengroepen op één plek in dezelfde categorie geplaatst worden. Daarnaast zijn we er ons ook van bewust dat een groep jongeren niet steeds homogeen is samengesteld. Het is dus ook vanzelfsprekend dat jongeren vanuit verschillende categorieën deel uitmaken van één en dezelfde jeugdgroep.

21 Het Brugs hangjongerenbeleid 20 3 Drie soorten hangplekken Niet elke plek is geschikt om jongeren te laten rondhangen. Op sommige plekken veroorzaakt rondhangen sowieso overlast. Om hier een beter zicht op te krijgen gaan we hangplekken labelen 8 en op een schaal plaatsen. Hoe meer sterren, hoe meer maatregelen en acties er nodig zijn van de verschillende stadsdiensten en de politie. 3.1 Natuurlijke ontmoetingsplekken: 1 ster 9 Jongeren ontmoeten elkaar op een plek en op een wijze die ze zelf gekozen hebben. Dit zijn gewone hangplekken, die overal in de stad te vinden zijn. Je vindt ze aan trapveldjes, op bankjes, aan de ingang van het zwembad en andere natuurlijke ontmoetingsplekken. Elke plek is in principe geschikt. Kleine irritaties of onvolkomenheden met de buurt kunnen worden opgelost door middel van enkele basisafspraken die de jongerenwerkers of de politie met de jongeren afspreken. Bijvoorbeeld over het tijdstip waarop het rustig moet zijn. De stad hoeft deze plekken niet speciaal als hangplek te catalogeren, maar houdt ze wel in beeld. 3.2 Officiële hangplekken: 2 sterren 10 Onder officiële hangplekken worden herkenbare, beheersbare plekken met aanzienlijke concentraties jongeren (vanaf ongeveer tien tot vijftien) verstaan. De hangplekken zijn bekend bij de buurtbewoners en instanties. Soms zijn er wat extra voorzieningen nodig, zoals een bankje, verlichting en eventueel een overkapping. Daarnaast zijn er ook hangplekken die er op uitdrukkelijke vraag van de jongeren zijn gekomen en Stad Brugge ging akkoord met de inplanting van zo n hangplek. De jongeren veroorzaken hier zo nu en dan wat uithanggedrag. 8 Rondhangende jongeren, onderdeel van de WODC/OM-publicatie Aanpak criminaliteit: J.J. Noorda en R.H. Veenbaas, Rondhangende jongeren, onderdeel van de WODC/OM-publicatie Aanpak criminaliteit: J.J. Noorda en R.H. Veenbaas, Rondhangende jongeren, onderdeel van de WODC/OM-publicatie Aanpak criminaliteit: J.J. Noorda en R.H. Veenbaas, 2006

22 Het Brugs hangjongerenbeleid Storende hangplek: 3 sterren 11 Jongeren komen samen op een plek die hiervoor eigenlijk niet geschikt is. De jongeren vervelen zich en hebben het gevoel dat ze overal worden weggestuurd. Van ernstige overlast is er sprake wanneer hangjongeren op een plek niet meer worden geduld. Soms kunnen er op dergelijke locaties geen acties ondernomen worden door de preventie- of jeugddienst omdat de jongeren door de politie worden weggestuurd. Mits enig veldwerk kunnen deze jongeren naar een meer aanvaardbare hangplek worden toegeleid. C. Besluit Het bepalen wat rond- of uithanggedrag is dus geen zwart-wit gegeven. Omgaan met jongeren betekent in de praktijk het constant aftoetsen van hun gedrag, de plaats, de buurt en andere zaken die op dat moment van invloed zijn. Hieronder tref je een matrix. Deze matrix is een hulpmiddel bij het omgaan met groepen jongeren en een hulpmiddel bij het bepalen van de acties per dienst. Legende: diensten die primair actie moeten ondernemen. groendienst en dienst leefmilieu jeugd-, preventie-, groendienst en dienst leefmilieu jeugd- en preventiedienst jeugd-, preventiedienst en politie politie Verder in het hangjongerenactieplan bekijken we welke acties waar en op welke manier worden ondernomen. 11 Rondhangende jongeren, onderdeel van de WODC/OM-publicatie Aanpak criminaliteit: J.J. Noorda en R.H. Veenbaas, 2006

23 Het actieplan 22 Het Brugs hangjongerenactieplan

24 Het actieplan 23 Inleiding Om de Brugse visie op hangjongeren in de praktijk te verwezenlijken zullen er op diverse vlakken acties ondernomen worden. Twee principes willen we hierbij hanteren: maatwerk en integraal werk. Principe 1: Maatwerk De acties worden afgestemd op de soort jongerengroep én op de locatie waar deze groep zich ophoudt. Elke situatie vraagt een specifieke aanpak, dé hangjongere bestaat niet en overlast bevat zoveel facetten dat de aanpak ervan telkens anders is. Om te vermijden dat elke situatie gelijk behandeld wordt, stellen we een matrix op die bruikbaar is om na te gaan wie wanneer moet optreden. In deze matrix zie je verschillende velden met een kleurbepaling en de woorden rondhangen of uithangen. Elk veld of kruispunt tussen een jongerengroep en een hangplek vereist een aparte aanpak of benadering. De tabel duidt aan welk gedrag van jongeren we omschrijven als rondhangen en welk gedrag van de jongeren we eerder als uithangen benoemen. De kleurcode duidt aan welke dienst(en) er primair moeten optreden om het gedrag van de jongeren al dan niet bij te sturen. groendienst en dienst leefmilieu jeugd-, preventie-, groendienst en dienst leefmilieu jeugd- en preventiedienst jeugd-, preventiedienst en politie politie Elk van deze diensten heeft zijn eigen verantwoordelijkheid. Een goede coördinatie van de samenwerking van deze diensten moet de integrale aanpak mogelijk maken.

25 Het actieplan 24 Principe 2: Integraal werk Om te komen tot een maximaal resultaat is het belangrijk integraal te werken. Dit houdt in dat er niet enkel opgetreden wordt als er problemen zijn, maar dat er een voordurende bekommernis is van hoe er met jongeren in de openbare ruimte moet omgegaan worden. Volgende fases moeten daarom tegelijkertijd in het beleidsplan aanwezig zijn: Proactief Preventief Preparatief Repressief (Na)Zorg Proactief: voor dat er problemen zijn wordt er in het algemeen ruimtelijk beleid aandacht gegeven aan de plaats van jongeren in de openbare ruimte. Via het speelruimtebeleidsplan wordt ruimte gereserveerd. Ook bij nieuwe ruimtelijke ingrepen (heraanleg pleinen, straten, nieuwe gebouwen) wordt nagedacht over de mogelijke gevolgen voor/door jongeren. Preventief: heeft betrekking op het voorkomen van overlast- en criminaliteitsfenomenen en/of de aanpak van de (schadelijke) gevolgen ervan. Start meestal al van een probleemervaring en er wordt gericht actie ondernomen om problemen te voorkomen. Preparatief: hier krijgt de preventieve aanpak een meer gestructureerd karakter: er zijn structuren, actoren, procedures, afspraken die gehanteerd worden bij de aanpak van problemen veroorzaakt door rond- of uithangjongeren. Repressief: het normstellend, het handhavend, het straffend reageren, meestal via de tussenkomst van de politie, soms ook indirect door maatregelen van de stad (aanpassen omgeving, opleggen schadevergoeding, boetes n.a.v. gemeentelijke verordeningen, plaatsverbod). Nazorg: maatregelen die genomen worden om terug te komen tot de normale situatie, zowel voor daders als slachtoffers. Dit kan in geval van hangjongeren gaan over het (her)inrichten van een hangplek, dialoog met buurt opstarten, schadevergoeding opstellen, Om elk facet van deze aanpak voldoende op elkaar af te stemmen is een goede centrale coördinatie noodzakelijk.

26 Het actieplan 25 1 Bestaande acties Verschillende stadsdiensten ondernemen al op diverse niveaus acties ten aanzien van rond- en uithangen. Niet alle acties waren in het verleden even efficiënt. Sommige acties kwamen te vroeg, andere te laat of ze waren niet geschikt voor de doelgroep. Met de juiste actie op het gepast moment kunnen de diverse stadsdiensten meer rendement behalen. Door het opstellen van onderstaande acties met vermelding van wie deze coördineert komt er extra dialoog tussen de verschillende diensten die (on)rechtstreeks met jongeren werken. Dit bevordert een frisse en hernieuwde blik op de jongerengroepen. Net als elke nieuwe generatie jongeren anders is dan de voorgaande, zullen ook onderstaande acties evolueren en/of bijgestuurd moeten worden. De opgenoemde acties mogen niet aanzien worden als een statisch gegeven. Ze zijn eerder een opsomming van de bestaande acties waaruit we kunnen putten. 1.1 Algemene vuistregels en uitgangspunt bij het opstellen van de acties Acties komende vanuit de doelgroep hebben veel meer slaagkans dan acties die door de diensten bepaald worden De doelgroep actief betrekken bij de opmaak van de acties is fundamenteel Alle acties op voorhand aftoetsen bij de doelgroep. Indien deze vuistregels niet gevolgd worden is de kans groot dat de acties niet het gewenste resultaat behalen. Hieronder volgt een opsomming van bestaande acties. 1.2 Algemene acties Stad Brugge kan rondhang- en uithanggedrag tot op een bepaalde niveau proactief gaan voorkomen, voorspellen en jongeren toeleiden naar bepaalde plaatsen. Brugge doet dit reeds op volgende wijze Ruimtelijk Op ruimtelijk vlak wordt er zeer proactief gewerkt worden inzake jongeren en kindvriendelijkheid. De wegwijzer kindvriendelijk verkavelen (goedgekeurd in het college van 19/02/2010) speelt hier duidelijk op in. Planners en ontwikkelaars bepalen nog voor de eerste steenlegging van hun project in sterke mate waar jongeren gaan vertoeven. Stevig overleg tussen de ontwikkelaars en diverse stadsdiensten waaronder de jeugd- en preventiedienst is nodig. Beide diensten hebben een ruime knowhow inzake jongerenmobiliteit en het gebruik aan ruimte voor jongeren. Een goed doordacht project kan ongewenst rondhanggedrag gaan vermijden. Jongeren gebruiken vaak doorgangsruimtes als verblijfplaats waardoor er spanningen kunnen komen. Belangrijk bij de opmaak van een project is ook rekening te houden met de plaats waar de jongeren wel welkom zijn. Sowieso claimen jongeren hun plaats in de open ruimte. Het is dus beter op voorhand hiermee rekening te houden.

27 Het actieplan Werkgroep parken en pleinen : afstemmen van de diensten onderling Sedert 2009 is er een werkgroep parken en speelpleinen bestaande uit preventie-, jeugddienst, gemeenschapswachten en politie. Ondertussen zitten de dienst leefmilieu en groendienst mee aan tafel. De werkgroep komt ongeveer maandelijks samen. Tijdens vakantieperiodes gebeurt dit met een hogere frequentie. Problemen op diverse parken en pleinen worden hier besproken en een globaal plan van aanpak wordt opgesteld Plan ruimte voor jongeren Dit plan, opgesteld door de dienst stedenbeleid, is een zeer ambitieus plan dat er toe bijdraagt dat jongeren fysisch en psychisch welkom zijn in de stad en dat de algemene beeldvorming naar jongeren positief wordt Speelruimtebeleidsplan Net als de wegwijzer kindvriendelijk verkavelen staan in dit plan aanbevelingen hoe ruimtes kind- en jongerenvriendelijk aan te leggen en hoe op een ruimtelijke manier proactief in te spelen op (hang)jongeren Gemeenschapswachten De gemeenschapswachten komen op diverse plaatsen op verschillende tijdstippen. Door preventief te patrouilleren en schade of andere vaststellingen te rapporteren kan er proactief gewerkt worden Peters en meters Op vijf pleinen zijn er peters en meters aangesteld die het plein wat extra in het oog houden en een aantal acties ondernemen naar zwerfvuil, hondenpoep, Deze personen hebben een nauw contact met de jeugddienst en treden tweemaandelijks in overleg met de jeugddienst. Peters en meters hebben in het verleden al een zeer waardevolle inbreng gehad in acties naar hangjongeren toe.

28 Het actieplan Acties gericht op aanvaardbare jongerengroepen Het gaat hierbij om jongeren die zich in groepen begeven, maar zich gedragen binnen de normen die de sociale omgeving stelt. Zij veroorzaken weinig hinder of overlast, maar kunnen wel aanleiding geven tot een verminderd veiligheidsgevoel bij omwonenden Op een natuurlijke ontmoetingsplek De (geringe) overlast bestaat meestal uit achtergelaten blikjes en ander zwerfvuil. De visie omschrijft dit als rondhanggedrag. De eventueel te ondernemen acties zijn meer van materiële aard zoals: - Het aanpassen van het aantal vuilnisbakken of het beter positioneren van de afvalmanden om zwerfvuil te vermijden. - De frequentie van het ophalen in drukke periodes gaan opdrijven. - Een extra groenonderhoud plannen voordat het hangseizoen start. - Vinger aan de pols houden door de gemeenschapswachten. Het doel van de acties is het rondhangen te behouden en uithangen te vermijden. Met andere woorden de jongeren verder te laten hangen in harmonie met de buurt. De acties behoren hoofdzakelijk tot de bevoegdheid van de groendienst en de dienst leefmilieu, met advies van de jeugd- en preventiedienst Op een officiële hangplek Indien er hier acties moeten ondernomen worden, is dit in samenspraak met de jeugd-, de preventie-, de groendienst en de dienst leefmilieu. Het doel van de acties is opnieuw het rondhangen op die plaats te behouden en positief te stimuleren. Bestaande acties: - Alle acties vernoemd bij Sporadisch plaatsbezoek door de jeugd- of de preventiedienst om een vinger aan de pols te houden bij deze hanggroep, dit om te voorkomen dat de jongerengroep evolueert naar een hinderlijke jongerengroep Op een storende hangplek Hier zijn de acties gericht op het toeleiden van de groep naar een officiële of natuurlijke hangplek. Of het is de bedoeling de plaats zo in te richten dat de jongeren er kunnen verblijven zonder hinderlijk te zijn voor de buurt. Bestaande acties: - Gemeenschapswachten kunnen een bijdrage leveren door het signaleren van zo n groep bij de preventiedienst. Zo kan er op korte termijn actie worden ondernomen - Dialoog met de doelgroep en buurt door: o De preventiedienst Maakt contact met de groepen en tracht indien nodig ze toe te leiden naar een andere plek. o De politiemedewerker op districtniveau, waaronder de wijkagent Heeft goed zicht op de buurt en kan op een positieve manier contact opbouwen met de groep. In het uiterste geval kan er vanuit de politie een actie komen waardoor de jongeren verplicht worden de locatie te verlaten.

29 Het actieplan 28 o Herinrichten van parken en pleinen op maat van de gebruikers Samenvatting acties aanvaardbare jongerengroep: Alle acties zijn gericht op het behouden van het rondhanggedrag of de jongeren toe te leiden naar een andere locatie. Tijd en middelen zijn een zeer bepalende factoren bij het opstellen van de acties. 1.4 Hinderlijke jongerengroep Deze groep hangt rond, is af en toe luidruchtig en trekt zich niet zoveel aan van de omgeving. Soms loopt het uit de hand, maar de overlast is snel te stoppen en is vaker toeval dan gepland. Af en toe maken ze zich schuldig aan vernieling. Over het algemeen is het een groep die nog voldoende autoriteitsgevoelig is en kan aangesproken worden op zijn gedrag. Ze respecteren de opmerkingen van politie, preventiewerkers of buurtbewoners die hen positief benaderen. Occasioneel kan er een drank- of druggebruik plaatsvinden, niet problematisch van aard. De groep valt volgens de Brugse visie onder rondhangen, met af en toe een korte uitloper naar het uithanggedrag Op een natuurlijke ontmoetingsplek Contact met de groep Nog meer dan bij de aanvaardbare jongerengroepen moet er tijd geïnvesteerd worden in de contactfase (jeugdpreventiewerkers). Er kan pas optimaal gewerkt worden met een groep jongeren als het contact en het wederzijds respect goed zitten. Elke groep vraagt een aparte benadering. Voorbeelden van goede methodieken: - Organiseren van een pannavoetbaltornooi of een andere sport - Workshops graffiti - Skatecontest organiseren - Gemeenschapswachten Gemeenschapswachten kunnen een waardevolle bijdrage leveren als ze de jongeren positief en opbouwend benaderen. De groep is nog autoriteitsgevoelig en de gemeenschapswachten stralen door hun uniform toch enig gezag uit. Ze kunnen kleine opstootjes van zwerfvuil en luidruchtigheid snel onderdrukken, signaleren en oplossen. Politiemedewerker op districtniveau, waaronder de wijkagent Als de politiemedewerker op districtniveau, waaronder de wijkagent een open en positief contact heeft, gebaseerd op wederzijds respect met de groep, kan hij net als de veldwerker een gedragswijziging bekomen bij de groep jongeren. Indien hij dit nie t heeft zal de groep zich verplaatsen of tijdelijk aan zijn wensen voldoen tot hij weg is. Sensibiliseringsacties Naargelang de groep en het beoogd doel zal de methodiek verschillen. De senibiliseringsactie s kunnen gekoppeld worden aan een (sport)activiteit.

30 Het actieplan 29 Contact met de buurt Belangrijk i n het werken met rondhangjongeren in een buurt is het contact tussen: - De diverse stadsdiensten en de jongeren - De diverse stadsdiensten en de buurt - De jongeren en de buurt. Indien de buurt en de jongeren enkel met elkaar praten via derden (politie, preventie, ) kan er geen gedragswijziging komen. Beiden moeten open en positief met elkaar kunnen communiceren. Deze methodiek is terug afhankelijk van de buurt en de jongeren Op een officiële hangplek Wij stellen dezelfde acties voor als bij een natuurlijke hangplek. Aangezien het gaat om officiële hangplekken zal er een voordurend contact moeten zijn van de veldwerkers met de jongeren. Op deze locaties zullen er altijd jongeren aanwezig zijn Op een storende hangplek Indien de omgeving niet kan worden aangepast om rondhangen toe te laten, zullen alle acties gericht worden op het toeleiden van de jongeren naar een andere plek. 1.5 Overlastgevende jongerengroep Deze groep is meer fysiek aanwezig in de buurt. De jongeren treden af en toe provocerend op, vallen omstanders wel eens lastig (uitschelden of intimideren), brengen regelmatig (opzettelijke) vernielingen aan en trekken zich veel minder aan van andere mensen. Deze lichtere vorm van criminaliteit wordt doelbewust gepleegd. Ze zijn minder gemakkelijk te corrig eren. Ze doen er ook meer aan om te zorgen dat ze hiervoor niet gepakt worden. De jongeren vertonen vaak (beginnend) probleemgedrag, bijvoorbeeld overmatig alcohol- of drugsgebruik. In de eerste twee groepen komen deze zaken wel eens voor, maar in veel mindere mate. Een deel van de overlastgevende groep heeft bovendien te maken met problemen thuis en/of op school en soms is er invloed vanuit het crimineel circuit. Deze hanggroep valt volgens de Brugse visie niet meer onder rondhangen, maar onder uithangen. Dit is de doelgroep waar de preventiedienst extra toenadering bij zoekt. Deze groep jongeren moet ook door de politie gevolgd worden Op een natuurlijke ontmoetingsplek Alle acties van de hinderlijke jongerengroep worden ook hier toegepast. Primair zullen de acties gericht zijn op het bekomen van een gedragswijziging. Extra toezicht en contactname door de preventiedienst is noodzakelijk. Bij deze groep jongeren zal de politie frequenter moeten langsgaan dan bij hinderlijke jeugdgroepen Op een officiële hangplek Ook hier zullen alle acties toegepast bij de hinderlijke jongerengroep van toepassing zijn. Omdat rondhangen op deze plek mag, is het noodzakelijk dat er verhoogd toezicht is door de preventiedienst en de politie om het gedrag van jongeren te wijzigen van uithangen naar rondhangen.

31 Het actieplan Op een storende hangple k Alle acties moeten gericht worden om de groep naar een andere locatie toe te leiden en een gedragsverandering teweeg te brengen. Dit is voor alle diensten de moeilijkste situatie. De groep en de locatie zullen sterk bepalend zijn voor het bepalen van de methodiek. Deze groep krijgt de hoogste prioriteit bij de preventiedienst. 1.6 Criminele jongerengroepen op diverse plekken Deze groep bestaat (in ieder geval gedeeltelijk) uit jongeren die op het crimineel pad zijn geraakt. Ze zijn al vaker met de politie in aanraking gekomen. Kenmerkend voor dergelijke groepen is dat ze criminaliteit plegen, al dan niet voor het financiële gewin. De feiten zijn ook ernstig, ze schrikken bijvoorbeeld niet terug voor het gebruik van geweld. Dit is uithangen dat overslaat naar het crimineel gedrag. Deze groep behoort primair tot de bevoegdheid en actiedomein van de politie. Hier is er duidelijk sprake van uithanggedrag, gemixt met crimineel gedrag. Voor deze groep is er geen actieplan opgesteld. Deze groep behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de politie. De werkgroep kan echter zelf nooit beslissen over de politionele inspanningen. 1.7 Werkpunten bestaande acties Het stadsbestuur past al heel wat acties toe om om te gaan met hangjongeren. In de praktijk stellen we toch nog enkele werkpunten en knelpunten vast. De werkpunten. o o o Er is nood aan een algemene visie rond hangjongeren, zwerfvuil, aanleg hangplaatsen, enz. Er is nood aan een sterke centrale coördinatie. Het speelruimtebeleidsplan moet bekend gemaakt worden bij de diverse betrokken diensten. De knelpunten. o o Budget Er is niet altijd ruimte om pleinen/parken te gaan herinrichten. Tijd Inschakelen van vrijwilligers (peters en meters) is tijdrovend en heeft zijn grenzen. De gemeenschapswachten zijn beperkt in tijd, ruimte en aantal. De veldwerkers van de verschillende stadsdiensten hebben niet de tijd en de ruimte om enerzijds contact te leggen en anderzijds een vertrouwensrelatie op te bouwen met elke groep.

32 Het actieplan 31 2 Voorstel nieuwe acties 2.1 Infosessies hangjongeren Het opm aken van een visie en een actieplan is een goede start om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen. Maar om dit in de praktijk te realiseren zullen de visie en het actieplan bekend gemaakt moeten worden bij verschillende diensten. De jeugd- en de preventiedienst zouden dit doen via verschillende infosessies zoals preventie à la carte en op maat gemaakte vormingen voor diensten die daar nood aan hebben. Op die manier creëren we bij alle diensten een draagvlak om vanuit deze visie acties te ondernemen. 2.2 Geluidscontrole bij lawaaioverlast Bij lawaaioverlast veroorzaakt door jongeren kan het stadslabo, samen met de Jeugddienst, aanvullend en ondersteunend onderzoek uitvoeren om klachten objectief vast te stellen. 2.3 Verder onderzoek De werkgroep parken en pleinen zal de noodzaak aan bijkomende acties onderzoeken en de resultaten terugkoppelen aan het bestuur.

33 Het actieplan 32 3 Algemeen besluit actieplan Elke groep en elke locatie vraagt een andere aanpak. Daarom zijn in dit actieplan geen uitgeschreven en voorgekauwde acties terug te vinden. Er gebeurt op het terrein nu reeds heel wat. Elke dienst die betrokken is bij het uitvoeren van de acties wordt beperkt door: - Beschikbare middelen - Personeelsbezetting. Kleine aanpassingen zoals het (ver)plaatsen van vuilnisbakken en het herbekijken van de ledigingfrequentie zijn op korte termijn haalbaar. Grotere aanpassingen zoals het creëren van officiële hangplekken, het herinrichten van parken en pleinen, kunnen wegens budgettaire redenen niet op korte termijn worden gerealiseerd. Het bewerkstellen van het stereotype beeld over rondhangjongeren bij de diverse stadsdiensten als bij de bevolking is een werk van lange adem en verreist diverse acties. Er wordt momenteel waar mogelijk centraal gecoördineerd door de preventiedienst. Deze centrale coördinatie moet versterkt worden en vraagt een concreet engagement van alle betrokken diensten om hierin tijd te investeren. De tijdsinvestering om nieuwe acties te realiseren of om bestaande te optimaliseren zal door de werkgroep parken en pleinen in kaart moeten gebracht worden. De werkgroep zal moeten onderzoeken welke nieuwe acties er binnen het huidige takenpakket kunnen geïntegreerd worden en zal dit terugkoppelen aan het bestuur.

34 Het actieplan 33 Bijlagen

35

36

37

38

39

AANPAK HANGJONGEREN IN GEMEENTEN. veiligheid door samenwerking

AANPAK HANGJONGEREN IN GEMEENTEN. veiligheid door samenwerking AANPAK HANGJONGEREN IN GEMEENTEN veiligheid door samenwerking aanpak hangjongeren in gemeenten aanpak hangjongeren in gemeenten 4 aanpak hangjongeren in gemeenten aanpak hangjongeren in gemeenten 5 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Tussen flaneren en schofferen

Tussen flaneren en schofferen Tussen flaneren en schofferen Tussen flaneren en schofferen Een constructieve aanpak van het fenomeen hangjongeren Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling Tussen flaneren en schofferen Een constructieve

Nadere informatie

III. HOE WERKT EEN BREDE SCHOOL?

III. HOE WERKT EEN BREDE SCHOOL? INHOUDSOPGAVE III. HOE WERKT EEN BREDE SCHOOL? A. Het opstarten van een brede school... 3 1. Fasen in het opstartproces... 4 1.1. Verkennen... 4 1.2. Plannen maken... 8 2. Om rekening mee te houden...

Nadere informatie

Strategische planning voor het lokaal sociaal beleid een handleiding

Strategische planning voor het lokaal sociaal beleid een handleiding lokaal sociaal beleid Strategische planning voor het lokaal sociaal beleid Strategische planning voor het lokaal sociaal beleid een handleiding lokaal sociaal beleid Strategische planning voor het lokaal

Nadere informatie

ethiek: ook in jouw sportorganisatie OPEN managementvaardigheden voor een ethisch sportklimaat

ethiek: ook in jouw sportorganisatie OPEN managementvaardigheden voor een ethisch sportklimaat ethiek: ook in jouw managementvaardigheden voor een ethisch sportklimaat sportorganisatie OPEN titel auteurs in samenwerking met met dank aan eindredactie ETHIEK: OOK IN JOUW SPORTORGANISATIE Managementvaardigheden

Nadere informatie

Nadenken over vrijheidsbeperking van de cliënt

Nadenken over vrijheidsbeperking van de cliënt Nadenken over vrijheidsbeperking van de cliënt Nadenken over vrijheidsbeperking van de cliënt Een handreiking voor begeleiders in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking 2009 Vereniging Gehandicaptenzorg

Nadere informatie

"Wat gaat er goed in jullie gezin?" Transformatie van het maatschappelijk domein in praktijk werkwijze Jeugdteam Weerpad in Zaanstad

Wat gaat er goed in jullie gezin? Transformatie van het maatschappelijk domein in praktijk werkwijze Jeugdteam Weerpad in Zaanstad "Wat gaat er goed in jullie gezin?" Transformatie van het maatschappelijk domein in praktijk werkwijze Jeugdteam Weerpad in Zaanstad Februari 2014 Colofon februari 2014 "Wat gaat er goed in jullie gezin?"

Nadere informatie

Op weg naar effectieve schuldhulp. Preventie: voorkomen is beter dan genezen

Op weg naar effectieve schuldhulp. Preventie: voorkomen is beter dan genezen Op weg naar effectieve schuldhulp Preventie: voorkomen is beter dan genezen Gemeenten en Schuldhulpverlening Voorwoord Auteurs dr. Nadja Jungmann dr. Roeland van Geuns dr. Jeanine Klaver drs. Peter Wesdorp

Nadere informatie

Maak je buurt uitmuntend!

Maak je buurt uitmuntend! Maak je buurt uitmuntend! Handboek gemeenschapsmunten voor lokale besturen en organisaties 1 Vlaamse overheid Inhoudstafel Woord vooraf 4 Hoe dit handboek te lezen? 5 Inleiding 7 1. Verken de mogelijkheden

Nadere informatie

Wat moed. Dat moet. Krachten verbinden

Wat moed. Dat moet. Krachten verbinden Wat moed. Dat moet. Krachten verbinden Coalitieakkoord 2014 2018 CDA GB/VVD [Geef een citaat uit het document of de samenvatting van een interessant punt op. Het tekstvak kan overal in het document worden

Nadere informatie

de WERELD DRAAIT OOK ZONDER MIJ

de WERELD DRAAIT OOK ZONDER MIJ de WERELD DRAAIT OOK ZONDER MIJ 1 2 de WERELD DRAAIT OOK ZONDER MIJ straathoekwerk vertelt 3 COLOFON Deze publicatie kwam tot stand ism vzw ASTROV vzw LISS vzw VOS vzw WESTROV vzw Steunpunt Algemeen Welzijnswerk

Nadere informatie

Ouderen over ondersteuning en zorg

Ouderen over ondersteuning en zorg Ouderen over ondersteuning en zorg Kwaliteitscriteria voor ondersteuning en zorg vanuit ouderenperspectief met extra aandacht voor kwetsbare ouderen, waaronder migrantenouderen CSO Zorgbelang Nederland

Nadere informatie

P.M. Stam P.P.J. Doodkorte. September 2011. Van denken naar doen Opvoeden versterken in de praktijk

P.M. Stam P.P.J. Doodkorte. September 2011. Van denken naar doen Opvoeden versterken in de praktijk .M. Stam..J. Doodkorte September 2011 Van denken naar doen Opvoeden versterken in de praktijk Van denken naar doen Opvoeden versterken in de praktijk werkbladen > ersoonsgegevens: > > > >.M. Stam..J. Doodkorte

Nadere informatie

Sociale samenhang: mythe of must?

Sociale samenhang: mythe of must? Sociale samenhang: mythe of must? Misvattingen, discussies en beleidsimplicaties Wmo in de buurt leefbaarheid en sociale samenhang colofon: uitgave: DSP-Groep BV, Amsterdam tekst: Maaike Dautzenberg, Carla

Nadere informatie

HOE KUNNEN GEMEENTEN DE ZELFREDZAAMHEID VAN BURGERS BEVORDEREN?

HOE KUNNEN GEMEENTEN DE ZELFREDZAAMHEID VAN BURGERS BEVORDEREN? HOE KUNNEN GEMEENTEN DE ZELFREDZAAMHEID VAN BURGERS BEVORDEREN? Rapportage literatuuronderzoek door Mariëlle Jansen Referentie MJN Utrecht, januari 2012 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKEN VOORWOORD Hoe kunnen

Nadere informatie

Op weg naar een duurzame sportvereniging

Op weg naar een duurzame sportvereniging Op weg naar een duurzame sportvereniging 1 Inhoud Inleiding... 4 De fasen op een rij... 10 1. Dromen... 11 1.1 Het begint met een droom... 11 1.2 Mandaat van bestuur en leden... 12 1.3 Wijs verantwoordelijke(n)

Nadere informatie

De wijk 10x zo goed Kennislab voor Urbanisme april 2014

De wijk 10x zo goed Kennislab voor Urbanisme april 2014 De wijk 10x zo goed Kennislab voor Urbanisme april 2014 Zo maken we de wijk 10x zo goed Maak de wijk 10x zo goed. Met die schijnbaar onmogelijke opdracht gingen de studenten uit het Kennislab voor Urbanisme

Nadere informatie

Lessen over diversiteitsbeleid. bij gemeenten, provincies en waterschappen

Lessen over diversiteitsbeleid. bij gemeenten, provincies en waterschappen Lessen over diversiteitsbeleid 1 bij gemeenten, provincies en waterschappen 2 L e s s e n o v e r d i v e r s i t e i t s b e l e i d b i j g e m e e n t e n, provincies en waterschappen 3 Lessen over

Nadere informatie

Literatuurstudie (Hoe) werkt talentontwikkeling bij risicojongeren? Bouwstenen voor nader onderzoek

Literatuurstudie (Hoe) werkt talentontwikkeling bij risicojongeren? Bouwstenen voor nader onderzoek Literatuurstudie (Hoe) werkt talentontwikkeling bij risicojongeren? Bouwstenen voor nader onderzoek juli 2011 Nederlands Jeugdinstituut Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar

Nadere informatie

Samenleven met verschillen in Nieuw-West

Samenleven met verschillen in Nieuw-West Samenleven met verschillen in Nieuw-West Spanningen en vertrouwen in Slotervaart, Osdorp Midden en Slotermeer-Zuidwest Ron van Wonderen Jolijn Broekhuizen m.m.v. Josca Boers, Ellen Lindeman, Nienke Laan,

Nadere informatie

Bondgenoten in de decentralisaties

Bondgenoten in de decentralisaties Januari 2013 Bondgenoten in de decentralisaties Invulling geven aan het transformatieproces en de coalitieaanpak TransitieBureau Begeleiding in de Wmo Januari 2013 Bondgenoten in de decentralisaties TransitieBureau

Nadere informatie

Samenstelling: Dominique Boelen Manager Afdeling Beheer Leefomgeving Gemeente Vlissingen

Samenstelling: Dominique Boelen Manager Afdeling Beheer Leefomgeving Gemeente Vlissingen COLOFON Samenstelling: Dominique Boelen Manager Afdeling Beheer Leefomgeving Gemeente Vlissingen Mariët Kaptein Proces- en projectadviseur en projectleider Proeftuin Gemeente Vlissingen Marc de Jong Senior

Nadere informatie

Aan Tafel! Een onderzoek in opdracht van vno-ncw en mkb-nederland naar publiek en privaat toezicht op bedrijven. Cecile Schut. Michiel van der Heijden

Aan Tafel! Een onderzoek in opdracht van vno-ncw en mkb-nederland naar publiek en privaat toezicht op bedrijven. Cecile Schut. Michiel van der Heijden Aan Tafel! Een onderzoek in opdracht van vno-ncw en mkb-nederland naar publiek en privaat toezicht op bedrijven Cecile Schut Michiel van der Heijden Olaf Wilders Robert van der Laan Master of Public Administration

Nadere informatie

Een voorbeeld voor. De betekenis van de Krajicek Scholarship. Jeroen Vermeulen & Paul Verweel

Een voorbeeld voor. De betekenis van de Krajicek Scholarship. Jeroen Vermeulen & Paul Verweel Een voorbeeld voor jongeren in de wijk De betekenis van de Krajicek Scholarship Jeroen Vermeulen & Paul Verweel Een voorbeeld voor jongeren in de wijk De betekenis van de Krajicek Scholarship Jeroen Vermeulen

Nadere informatie

KAN HET ANDERS? Een leeronderzoek naar samenwerken in de keten Jeugd & Veiligheid & Zorg

KAN HET ANDERS? Een leeronderzoek naar samenwerken in de keten Jeugd & Veiligheid & Zorg KAN HET ANDERS? Een leeronderzoek naar samenwerken in de keten Jeugd & Veiligheid & Zorg Sioo, Interuniversitair centrum voor organisatie- en veranderkunde Utrecht/Rotterdam, februari 2009 2 KAN HET ANDERS?

Nadere informatie

Zelfredzaamheid: Hoe pakt u het aan?

Zelfredzaamheid: Hoe pakt u het aan? Zelfredzaamheid: Hoe pakt u het aan? elfredzaameid: Hoe akt u het an? Zelfredzaamheid: Hoe pakt u het aan? Inspirerende voorbeelden van acht zorgorganisaties Voorwoord Het versterken van zelfredzaamheid

Nadere informatie

Als schoolleider werken aan randvoorwaarden om als schoolteam tot succesvol informatiegebruik te komen. Van zelfreflectie naar actie

Als schoolleider werken aan randvoorwaarden om als schoolteam tot succesvol informatiegebruik te komen. Van zelfreflectie naar actie Als schoolleider werken aan randvoorwaarden om als schoolteam tot succesvol informatiegebruik te komen. Van zelfreflectie naar actie Jan Vanhoof (Universiteit Antwerpen) Stijn Vanhoof (Coördinator meetbeleid

Nadere informatie

Plan van aanpak risicojongeren tot 23 jaar. Problematiek Marokkaans-Nederlandse jongeren

Plan van aanpak risicojongeren tot 23 jaar. Problematiek Marokkaans-Nederlandse jongeren Plan van aanpak risicojongeren tot 23 jaar Problematiek Marokkaans-Nederlandse jongeren A gemeente Eindhoven Plan van aanpak risico Jongeren tot 23 jaar 2009-2010 Problematiek Marokkaans-Nederlandse jongeren

Nadere informatie

Suzanne Beek, Arie van Rooijen & Cees de Wit. Samen. kun je meer dan alleen. Educatief partnerschap met ouders in primair en voortgezet onderwijs

Suzanne Beek, Arie van Rooijen & Cees de Wit. Samen. kun je meer dan alleen. Educatief partnerschap met ouders in primair en voortgezet onderwijs Suzanne Beek, Arie van Rooijen & Cees de Wit Samen kun je meer dan alleen Educatief partnerschap met ouders in primair en voortgezet onderwijs Colofon Deze brochure is één van de opbrengsten van een project

Nadere informatie

Hulpverlening aan kinderen die leven in armoede

Hulpverlening aan kinderen die leven in armoede Hulpverlening aan kinderen die leven in armoede Nota van Bevindingen Capelle aan den IJssel Utrecht, januari 2011 Integraal Toezicht Jeugdzaken is een programmatische samenwerking van: Inspectie jeugdzorg

Nadere informatie