SOBANE methoden: Risico s van brand of explosie Hulpfiches

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "SOBANE methoden: Risico s van brand of explosie Hulpfiches"

Transcriptie

1 Hulpfiches SOBANE methoden: Risico s van brand of explosie Hulpfiches Fiche 1 (Observatie): De vuurdriehoek en blusprincipes... 2 Fiche 2 (Observatie): ANPI: Brand- en Diefstal preventie... 4 Fiche 3 (Observatie): Brandblussers... 5 Fiche 4 (Observatie): Gebruik van een brandblusser... 7 Fiche 5 (Observatie): Veiligheidsinstructies... 8 Fiche 6 (Observatie): Veiligheidssignalisatie Fiche 7 (Observatie): Reglementering Fiche 8 (Analyse): Reglementering Fiche 9 (Analyse): Artikel 52 van het ARAB Fiche 10 (Analyse): Artikels van het AREI aangaande het risico van brand en explosie Fiche 11 (Analyse): Aanbevelingen voor de bouw Fiche 12 (Analyse): Verbrandingsprincipes Fiche 13 (Analyse): Ontvlammingstemperaturen en ontbrandingsgebied Fiche 14 (Analyse): Types van brandbare stoffen Fiche 15 (Analyse): Preventie en bescherming risicofabrieken (chemische ) Fiche 16 (Analyse): Blusprincipes Fiche 17 (Analyse): Blusmiddelen Fiche 18 (Analyse): Niet-automatische bestrijdingsmiddelen voor eerste interventie (brandblussers) Fiche 19 (Analyse): Niet-automatische bestrijdingsmiddelen voor de eerste interventie (spuitmonden en persslangen, slangen straalpijpenz ) Fiche 20 (Analyse): Automatisch detectiesysteem en automatische blusmiddelen Fiche 21 (Analyse): Brandbestrijdingsinstallaties in een bedrijf met hoog risico (chemische, petrochemische sector )...60 Fiche 22 (Analyse): De werkvergunning Fiche 23 (Expertise): Artikels van het AREI aangaande het explosie gevaar fiches_bra.doc: 19/01/2004 1

2 Hulpfiches, Observatie Fiche 1 (Observatie): De vuurdriehoek en blusprincipes 1. Brand: de vuurdriehoek Opdat er vuur (verbranding) zou kunnen ontstaan, dienen er drie voorwaarden tegelijk voldaan te zijn: Aanwezigheid van een brandstof, een ontvlambare stof vast: hout, houtskool, papier. vloeibaar: benzine, alcohol gasvormig: butaan, propaan Aanwezigheid van een oxydatief: stof die in combinatie met een brandstof verbranding mogelijk maakt zuurstof lucht peroxide Ontstekingsbron: energiebron noodzakelijk voor de start van de verbranding vlam vonk elektrische ontlading Deze drie componenten worden vaak grafisch voorgesteld in de vorm van een driehoek die men de vuurdriehoek noemt. Energiebron Brandstof Oxydatief Het voorkomen van een brand komt neer op het tussenkomen in één of meerdere van deze drie componenten de hoeveelheid van ontvlambare en explosieve stoffen beperken en deze in een gepaste zone opslaan zuurstofflessen opslaan in zones die afgescheiden zijn van de opslagzones voor ontvlambare en explosieve stoffen het toevallig ontstaan van vlammen, vonken, elektrische ontlading vermijden werken met een vlam vermijden in de opslagzones of in de nabijheid van ontvlambare en explosieve stoffen fiches_bra.doc: 19/01/2004 2

3 Hulpfiches, Observatie Een explosie is een zeer snelle, heftige verbranding die gepaard gaat met een ontploffing: indien de brandstof zich voordoet in de vorm van gas, spuitbus of stof en/of indien deze opgesloten is (tank, graansilo, slecht of niet verlucht opslaglokaal ) 2. Blussen van een brand Om een brand te blussen, dient men één van de 3 componenten van de vuurdriehoek uit te schakelen De brandstof uitschakelen de brandbare materialen evacueren het reservoir van de tank leegmaken indien vloeistof in brand de klep waarlangs het gas ontsnapt sluiten bij een gasbrand De warmte afkomstig van het industrieel proces of van een externe bron uitschakelen door afkoeling over het algemeen door het vuur met water te besproeien door de haard uiteen te halen De zuurstof uitschakelen: verstikking van het vuur bijvoorbeeld, om een frietketelbrand te doven, mag men er nooit water over gieten, maar moet men het vuur verstikken door er het deksel of een vochtige, maar niet doorweekte doek op te leggen door blusgassen zoals CO 2, N 2, INERGEN fiches_bra.doc: 19/01/2004 3

4 Hulpfiches, Observatie Fiche 2 (Observatie): ANPI: Brand- en Diefstal preventie Informatie over brandpreventie en bestrijding kan men vinden op de site van ANPI Branden Diefstal preventie, algemene site : in het bijzonder op het adres De informatie ter beschikking gesteld door ANPI omvat onder andere veiligheidsfiches over preventie werken met open vuur, naakte vlam en hitte een veilige school of woning open vuren en houtkachels, schouwen studentenhuizen preventie in kantoren gedragsregels in geval van brand, gasreuk en inbraak blusmiddelen brandhaspels draagbare brandblussers bevoorrading van bluswater de regels van de goede praktijk veel voorkomende oorzaken van woningbranden uitschakelen van brandrisico s autonome detectoren de eerste interventiemiddelen het evacuatieplan wat moet men doen in geval van brand? checklists fiches_bra.doc: 19/01/2004 4

5 Hulpfiches, Observatie Fiche 3 (Observatie): Brandblussers 1. Type van brand Brandblussers zijn ontworpen om één of meerdere types van brand te kunnen blussen : Klasse A: brand van vaste stoffen (droge brand genoemd) hout, papier, stof verbranding met of zonder vlam maar steeds vorming van gloeiende bestanddelen Klasse B: brand van vloeistoffen of gesmolten vaste stoffen koolwaterstoffen, solventen, oliën, polystyreen Klasse C: gasbranden butaan, propaan, aardgas Klasse D: brand van metalen en bepaalde plastic materialen magnesium, natrium 2. Brandblussers Indeling volgens hun capaciteit draagbare toestellen met lage capaciteit: 1,5 kg in de wagen, 2 kg in huis draagbare toestellen met middelmatige capaciteit: 6 kg en 9 kg (poeder) of 5 kg (CO 2 ) in burelen en werkplaatsen toestellen met grote capaciteit: blusser van 50 kg op wieltjes De gebruiksduur van brandblussers en meer bepaald van de draagbare toestellen is zeer kort (enkele seconden). fiches_bra.doc: 19/01/2004 5

6 Hulpfiches, Observatie Indeling volgens blusmiddel Het type van brand dat kan gedoofd worden door de brandblusser is steeds duidelijk aangegeven op de blusser. blusser met droog poeder: BC of ABC blusser met CO 2 : B en C alsook de branden met elektrische oorzaak blusser op basis van water zuiver water en volle straal: enkel A zuivere waternevel, water met toevoegstof of met schuim : A en B Types van gebruik blusser onmiddellijk klaar voor gebruik: met permanente druk blusser die moet geactiveerd worden voor gebruik: met sparklet, persgas in een hulpreservoir en vrijgegeven door doorboring 3. Jaarlijkse controle van de brandblusser De jaarlijkse controle betreft: de uiterste gebruiksdatum de aanwezigheid van het loodje dat het toestel verzegelt en garandeert dat het nog nooit gebruikt werd de druk: naald van de manometer in het groen fiches_bra.doc: 19/01/2004 6

7 Hulpfiches, Observatie Fiche 4 (Observatie): Gebruik van een brandblusser Gezien de angst die enerzijds kan veroorzaakt worden door een beginnende brand en anderzijds door het gebruik van een brandblusser voor de eerste maal, is het belangrijk dat men zich op deze situatie kan voorbereiden door praktische oefeningen georganiseerd door de veiligheidsdienst of de brandafdeling van de firma. Denk er ook aan dat de gebruiksduur van een brandblusser heel kort is (5 tot 60 seconden): het vuur moet bij de eerste keer gedoofd zijn. Procedure die moet gevolgd worden om een beginnende brand te blussen de brandblusser vastgrijpen en snel het etiket (gebruiksaanwijzing) herlezen controleren of deze aangepast is aan het type van brand dat zich voordoet (A, B, C of D) de aanwezigheid van de verzegeling nagaan om te vermijden dat je de brand te lijf gaat met een lege brandblusser voor de blussers onder permanente druk, de borgpen uittrekken die het bedieningsmechanisme blokkeert voor de blussers met sparklet: de brandblusser met de linkerhand bij het handvat pakken met de rechterhand de slang losmaken deze slang in de linkerhand nemen die dus tegelijkertijd de blusser draagt en de flexibele slang vasthoudt zo vermijd je heftig rondslingeren van de slang wanneer het toestel onder druk komt met de rechterhand, het toestel activeren zo dicht mogelijk het vuur naderen en op de basis van de vlammen richten en daarbij indien mogelijk stootsgewijs tewerk gaan, behalve bij vloeistofbranden (B) in geval van aanzienlijke rookontwikkeling, zich hurken om dichterbij te gaan de aanvalsafstand respecteren (in functie van het type van blusser maar in de orde van 1 tot 3 m voor de meest courante) voor vloeistofbranden (B) een te hoge druk vermijden, om het vuur niet te verspreiden en het wegspatten van het brandende produkt te vermijden een gaslek nooit blussen, maar de toevoerkraan dichtdraaien wanneer men de brand bestrijdt, zorgen dat men steeds een mogelijke uitweg, vluchtweg behoudt (bijvoorbeeld met z n rug naar de deur toe) fiches_bra.doc: 19/01/2004 7

8 Hulpfiches, Observatie Fiche 5 (Observatie): Veiligheidsinstructies 1. Inleiding In geval van brand speelt paniek altijd een belangrijke rol. Deze paniek kan de te nemen acties stilleggen of vertragen, terwijl de reactiesnelheid van primordiaal belang is. Door regelmatige oefeningen kan men zich voorbereiden op deze situatie. Er zijn echter veel personen die niet aan deze oefeningen mogen deelnemen, hoewel ze zich op dat ogenblik op de werkplaats kunnen bevinden : nieuwe werknemers, interims, bezoekers, klanten, publiek, studenten Veiligheidsinstructies zijn dus uiterst belangrijk. Deze instructies zijn duidelijk en beknopt opgesteld en vormen het actieschema voor het geval iemand met een brand geconfronteerd wordt. Deze instructies moeten regelmatig naar elk personeelslid gestuurd worden, zodat ze telkens beter gekend zijn. Voor de nieuwkomers en voor de externe personen moeten deze instructies zichtbaar aangeplakt worden in elke zone of lokaal en/of naast elk telefoontoestel. 2. Instructies bij brand Bij het vaststellen van een brand, dienen de acties in deze volgorde genomen worden: WAARSCHUWINGSSIGNAL WAARSCHUWEN telefoneren naar het nummer XXXXXX (noodcentrale van de firma) of de 112 preciseren wat: brand, explosie waar: informatie waardoor de plaats van het voorval onmiddellijk kan gelokaliseerd worden: nummer, naam, verdieping van het gebouw moeten aangeduid worden in de instructies wie: naam opgeven iemand naar de ingang van de vestiging of van het gebouw sturen om de brandweer te begeleiden BESTRIJDEN enkel in geval van een beginnende brand (geen brandweerman spelen) en zorgen dat men een nooduitgang behoudt en oppassen voor de rook met de aanwezige brandblussers met de interventieploeg van de firma die verwittigd werd en het nodige bestrijdingsmateriaal verzameld heeft ALARMSIGNAL EVACUEREN van het gebouw gebruik makend van de noodtrappen en nooit van de liften men sluit de brandwerende deuren achter zich men sluit de deuren achter zich De informatie die gegeven wordt voor deze drie acties hangt af van het type van onderneming (chemie, staalindustrie, tertiaire sector, school ) en van het type van lokalen (burelen, opslag van producten ). Deze info moet door de preventieadviseur aangepast worden aan de specifieke situatie. fiches_bra.doc: 19/01/2004 8

9 Hulpfiches, Observatie 3. Instructies bij brandwonden of bij een ongeval EHBO-koffer liefst op elke verdieping een EHBO-koffer (in elke werkplaats, in elke zone ) om eerste hulp toe te dienen Indien de ernst van het ongeval medische hulp vereist (brandwonde, hechting, breuk ), het slachtoffer onmiddellijk naar de ziekenboeg van de firma (laten) brengen Indien een ziekenwagen vereist is telefoneren naar het nummer XXXXXX (noodcentrale van de firma) of de 112 preciseren wat: brandwonde, breuk, bewusteloos slachtoffer waar: informatie waardoor de plaats (plaats van de ziekenboeg) van het voorval onmiddellijk kan gelokaliseerd worden: nummer, naam, verdieping van het gebouw moeten aangeduid worden in de instructies wie: naam opgeven iemand naar de ingang van de vestiging of van het gebouw sturen om de hulpdiensten te begeleiden Deze instructies dienen opnieuw te worden aangepast aan de situatie van elke onderneming : aanwezigheid van hulpverleners, van een ziekenboeg, van een eerste hulppost Indien de kledij brand gevat heeft zich of het slachtoffer over de grond rollen en overvloedig besproeien met water indien dit niet mogelijk is, zich of het slachtoffer in een deken of mantel rollen vooral nooit lopen om de vlammen niet aan te wakkeren Gedurende minstens 15 minuten overvloedig SPOELEN met water bij voorkeur koud of lauw water op de verbrande zone laten lopen in plaats van in een kom onder te dompelen indien dit niet mogelijk is, zeer propere natte doeken op de brandwonden aanbrengen De hulpdiensten en/of de dokter VERWITTIGEN bij diepe brandwonden bij vorming van blaren, diep aangetaste huid, brandwonden aan het hoofd indien het slachtoffer eventueel de rook, de brandende dampen of gassen ingeademd heeft De wonde VERZORGEN een steriel verband, een propere doek of handdoek op de brandwonde aanbrengen enkel een speciale zalf voor brandwonden gebruiken indien beschikbaar niets anders op de brandwonde aanbrengen, zeker geen olie of boter fiches_bra.doc: 19/01/2004 9

10 Hulpfiches, Observatie 4. Types van brandwonden Eerstegraads brandwonden rode, droge huid, soms gezwollen en pijnlijk (bijvoorbeeld zonneslag) geneest zonder littekenvorming gering risico op infecties Tweedegraads brandwonden beschadigde opperhuid en vorming van blaren zeer pijnlijke wonden hoog risico op infectie, want de blaren kunnen opengaan en de weg openleggen voor bacteriën en microben Derdegraads brandwonden de ganse huid is aangetast door de brandwonden op zich niet pijnlijk, want de zenuwen zijn vernietigd maar ze gaan vaak gepaard met eerstegraads en tweedegraads brandwonden, die wel pijnlijk zijn zeer hoog risico op infectie fiches_bra.doc: 19/01/

11 Hulpfiches, Observatie 1. Inleiding Fiche 6 (Observatie): Veiligheidssignalisatie De signalisatie speelt niet alleen een belangrijke rol in geval van een ramp (ongeval, brand, ), maar ook bij de preventie ervan. De veiligheidsinstructies (bijvoorbeeld rookverbod) kunnen gekend zijn door het personeel van de firma, maar de signalisaties zijn vaak de enige manier om de nieuwkomers of externe personen te informeren. De kennis van deze signalisaties kan het leven van een persoon redden, niet alleen binnen de firma, maar bijvoorbeeld ook in andere ondernemingen of op openbare plaatsen. 2. Veiligheidssignalisatie Verbodstekens rode cirkel op een witte achtergrond een afbeelding van de actie die verboden is : bijvoorbeeld verboden te roken deze afbeelding is doorstreept met een rode streep VERBODSTEKENS Roken verboden Vuur, open vlam en roken verboden Verboden voor voetgangers Verboden met water te blussen Geen drinkwater Geen toegang voor onbevoegden Verboden voor transportvoertuigen Niet aanraken fiches_bra.doc: 19/01/

12 Hulpfiches, Observatie Gebodstekens blauwe cirkel afbeelding van de actie die verplicht is: bijvoorbeeld het dragen van een helm GEBODSTEKENS Oogbescherming verplicht Veiligheidshelm verplicht Gehoorbescherming verplicht Adembescherming verplicht Veiligheidsschoenen verplicht Veiligheidshand-schoenen verplicht Lichaamsbescherming verplicht Aangezichtsbe-scherming verplicht Individueel veiligheidsharnas verplicht Algemeen gebod (eventueel samen met een ander bord) Verplichte over-steekplaats voor voetgangers fiches_bra.doc: 19/01/

13 Hulpfiches, Observatie Waarschuwingstekens gele driehoek met zwarte rand afbeelding van het mogelijke gevaar: bijvoorbeeld aanwezigheid van ontvlambare, toxische, stoffen WAARSCHUWINGSTEKENS Signaux d'avertissement Ontvlambare Matières stoffen Explosieve of inflammables hoge temperatuur stoffen ou haute température Matières explosives Giftige stoffen Matières toxiques Bijtende stoffen Matières corrosives Hangende lasten Charges suspendues Transportvoertuigen Véhicules de manutentio n Gevaar voor Gevaar elektrische spanning Danger Danger général électrique Radioactieve stoffen Matières radioactives Laserstraal Rayonnemen t laser Oxiderende stoffen Niet-ioniserende stralen Belangrijk magnetisch veld Struikelen Val door hoogteverschil Véhicules de manutentio n Biologisch risico Lage temperatuur Schadelijke of irriterende stoffen Gevaarlijke explosieve atmosferen Brandbestrijdingstekens rode vierkanten of rechthoeken afbeelding van een bestrijdingsmiddel: brandblusser, haspel, ladder een pijl die de richting naar een bestrijdingsmiddel aangeeft BRANDBESTRIJDINGSTEKENS Telefoon voor brandbestrijding Weg naar brandbestrijdingsmateriaal Brandslang Ladder Blusapparaat fiches_bra.doc: 19/01/

14 Hulpfiches, Observatie Reddings- en evacuatietekens groene vierkanten of rechthoeken afbeelding van een reddingsmiddel: eerste hulppost, veiligheidsdouche, telefoon een pijl die de richting aangeeft van een reddingsmiddel de richting of de plaats van de evacuatiewegen en de nooduitgangen REDDINGSTEKENS EVACUATIETEKENS of Richting van een nooduitgang Eerste hulp Weg naar een hulppost of reddingsmiddel Telefoon voor redding en eerste hulp Brancard Plaats en richting van een uitgang die meestal gebruikt wordt door de aanwezigen in het gebouw (enkel voor een uitgang die voldoet aan de vereisten van een nooduitgang) Plaats van een nooduitgang Veiligheidsdouche Ogen spoelen fiches_bra.doc: 19/01/

15 Hulpfiches, Observatie 3. Transport van gevaarlijke producten Inleiding Volgens het soort transport is de internationale reglementering die van kracht is, verschillend : Transport langs de weg: ADR (Agreement of Dangerous goods by Road) De informatie is beschikbaar op de website van het Instituut voor Wegentransport Transport via spoorwegen: RID, Internationaal reglement betreffende het transport van gevaarlijke producten De informatie is beschikbaar op de website van de NMBS meer specifiek B_Cargo Transport langs waterwegen: ADNR De informatie is beschikbaar op de administratieve dienst van de Marine en de binnenlandse zeemacht. Transport op zee: IMDG, International Maritime Dangerous Goods-Code De informatie is beschikbaar bij de federale overheidsdiensten van mobiliteit en transport, Inspectie van de zeemacht Transport door lucht: ICAO- OACI, Organisation de l'aviation Civile Internationale (bijlage 18 technical instructions for the safe transport of Dangerous Goods by air) De informatie is beschikbaar bij de administratieve dienst van de luchtmacht en bij de luchtmacht van Zaventem. De rest van de fiche herneemt kort de gebruikte melding ADR voor transport langs de weg. Enerzijds is dit type transport belangrijker dan het andere deel dat handelt over het grootste aantal werknemers. Signalisatie volgens de ADR reglementering (transport langs de weg) De volledige tekst over de ADR reglementering is beschikbaar op de website Volgens het ADR, zijn de klassen van gevaarlijke goederen (met de symbolen) de volgende: Klasse 1 Explosieve stoffen en voorwerpen fiches_bra.doc: 19/01/

16 Hulpfiches, Observatie Klasse 2 Gas 2.1 Ontvlambaar 2.2 Niet ontvlambaar, niet giftig 2.3 Giftig Klasse 3 Ontvlambare vloeistoffen Klasse 4 Klasse 4.1 brandbare vaste stoffen, fiches_bra.doc: 19/01/

17 Hulpfiches, Observatie Klasse 4.2 Stoffen die onderworpen zijn aan spontane zelfontbranding Klasse 4.3 Stoffen die door contact met water ontvlambare gassen vrijgeven Klasse 5 Klasse 5.1 Oxiderende stoffen Klasse 5.2 Organische peroxyden Klasse 6 Klasse 6.1 Giftige stoffen Klasse 6.2 Besmettelijke stoffen fiches_bra.doc: 19/01/

18 Hulpfiches, Observatie Klasse 7 Radioactieve stoffen Klasse 8 Bijtende stoffen Klasse 9 Diverse gevaarlijke stoffen en voorwerpen Iedere rubriek van de verschillende klassen is ingedeeld door een UNO nummer. De soorten aangewende rubrieken zijn de volgende : A. Individuele rubrieken voor de gedefinieerde stoffen en voorwerpen, de rubrieken die meerdere isomeren omvatten inbegrepen, bv : Nr UNO 1090: aceton Nr UNO 1104: amyl acetaat Nr UNO 1194: oplossing van ethyleen nitraat B. Collectieve rubrieken voor groepen van stoffen bv : Nr UNO 1133: adhesieven Nr UNO 1266: producten voor parfumerie Nr UNO 2757: carbamaat pesticiden - giftig Nr UNO 3101: organische peroxyde, van het type B, vloeibaar C. Specifieke. rubrieken betreffende groepen van stoffen met dezelfde chemische eigenschappen bv : Nr UNO 1477: niet-organische nitraten n.e.g (niet elders genoemd) Nr UNO 1987: ontvlambare alcoholen, N.E.G. D. Algemene rubrieken betreffende groepen van stoffen of voorwerpen met één of meerdere dezelfde gevaarlijke eigenschappen,bv : Nr UNO 1325: stevig, organisch, ontvlambaar, N.E.G.. Nr UNO 1993: ontvlambare vloeistof, N.E.G.. De rubrieken onder B, C en D zijn bepaald zoals de collectieve rubrieken. Het identificatienummer van het gevaar omvat twee of drie cijfers In het algemeen duiden ze op de volgende gevaren : fiches_bra.doc: 19/01/

19 Hulpfiches, Observatie 2 Ontsnapping van gas, resulterend in druk of chemische reactie 3 Ontvlambaarheid van vloeibare stoffen (vapeurs) en gas of vloeibare, auto-verwarmende stof 4 Ontvlambaarheid van vaste, auto-verwarmende stof 5 Oxiderend (bevordert brand) 6 Giftigheid of infectiegevaar 7 Radioactiviteit 8 Bijtend 9 Gevaar voor spontane gewelddadige reactie de verdubbeling van een cijfer duidt een versterking van het bijhorende gevaar aan wanneer het gevaar van een stof voldoende kan aangegeven worden door 1 enkel cijfer, wordt het cijfer aangevuld door 0. de volgende cijfercombinaties hebben echter een speciale betekenis : 22, 323, 333, 362, 382, 423, 44, 446, 462, 482, 539, 606, 623, 642, 823, 842, 90 en 99 (zie hieronder). wanneer het identificatienummer van het gevaar voorafgegaan wordt door de letter X, betekent dit dat de stof gevaarlijk reageert met water. Voor dergelijke stoffen, kan water niet worden gebruikt zonder de goedkeuring van experten. de identificatienummers van het gevaar zijn aangeduid in de kolom (20) van tabel A van het hfdst 3.2 (klik hier om de tabel te zien) en hebben de volgende betekenis : 20 Verstikkend gas of gas dat geen bijkomend risicos teweegbrengt 22 Vloeibaar, gekoeld, verstikkend gas 223 Vloeibaar, gekoeld, ontvlambaar gas 225 Vloeibaar, gekoeld, oxydatief gas (bevordert brand) 23 Ontvalmbaar gas 239 Ontvlambaar gas dat spontaan gewelddadige reacties kan uitlokken 25 Oxydatief gas (bevordert brand) 26 Giftig gas 263 Giftig en ontvlambaar gas 265 Giftig en oxydatief gas (bevordert brand) 268 Giftig en bijtend gas 30 Vloeibare, ontvlambare stof, (hoogtepunt van 23 C tot 61 C, bepaalde waarden inbegrepen) of vloeibare, ontvlambare sfof of vaste stof in gesmolten toestand, hebben een hoogte punt boven de 61 C verwarmt op een temperatuur gelijk aan of boven zijn hoogtepunt of vloeibare, autoverwarmende stof Als een vloeibare en ontvlambare stof reageert met water, kunnen er ontvlambare gassen 323 vrijkomen. Vloeibare, ontvlambare stof die gevaarlijk kan reageren met water, kan eveneens het vrijkomen X323 van ontvlambare gassen tot gevolg hebben 1 33 Vloeibare, sterk ontvlambare stof (hoogtepunt onder 23 C) 333 Vloeibare pyrophorische stof X333 Vloeibare, pyrophorische stof die gevaarlijk reageert met water Vloeibare, sterk ontvlambare en giftige stof 338 Vloeibare, sterk ontvlambare en bijtende stof X338 Vloeibare, sterk ontvlambare en bijtende stof, die gevaarlijk reageert met water Vloeibare, sterk ontvlambare stof kan spontaan een gewelddadige reactie uitlokken Vloeibare, ontvlambare stof (hoogtepunt van 23 C tot 661 C, bepaalde waarden inbegrepen) 36 heeft een kleindere graad van vergiftiging of vloeibare stof, auto-verwarmend en giftig Vloeibare, ontvlambare en giftige stof die reageert met water kan ontvlambare gassen 362 Vrijgeven 1 fiches_bra.doc: 19/01/

20 Hulpfiches, Observatie Vloeibare, ontvlambare en giftige stof die gevaarlijk reageert met water, kan ontvlambare gassen vrijgeven Vloeibare, ontvlambare, giftige en bijtende stof Vloeibare, ontvlambare stof (hoogtepunt van 23 C tot 61 C, beperkte waarden inbegrepen), die 38 minder bijtend is, auto-verwarmende en bijtende stof. X Vloeibare, ontvlambare en bijtende stof die reageert met water kan ontvlambare gassen vrijgeven Vloeibare, ontvlambare en bijtende stof die gevaarlijk reageert met water kan zorgen voor het X382 vrijkomen van ontvlambare gassen 1 39 Ontvlambare vloeistof, kan spontaan een gewelddadige reactie uitlokken 40 Vaste, ontvlambare stof of auto-reactieve sfot of auto-verwarmende stof 423 Een vaste stof die reageert met water kan zorgen voor het vrijkomen van ontvlambare gassen Een vaste stof die gevaarlijk reageert met water kan zorgen voor het vrijkomen van ontvlambare X423 gassen 1 43 Vaste stof spontaan ontvlambaar (pyrophorisch) 44 Vaste, ontvlambare stof die bij stijgende temperatuur in gesmolten toestand voorkomt 446 Vaste, giftige en ontvlambare stof die bij stijgende temperatuur voorkomt in gesmolten toestand 46 Vaste, ontvlambare stof of auto-verwarmend en bijtend Een reactie van een vaste giftige stof met water kan zorgen voor het vrijkomen van ontvlambare gasssen Een gevaarlijke reactie van een vaste stof met water kan zorgen voor het vrijkomen van ontvlambare giftige gassen 1 48 Vaste ontvlambare stof of auto-verwarmend en bijtend 462 X462 Een reactie van een vaste bijtende stof met water kan zorgen voor het vrijkomen van ontvlambar 482 gassen 1 Een gevaarlijke reactie van een vaste stof met water kan zorgen voor het vrijkomen van bijtende X482 gassen 50 Oxydatieve stof (bevordert brand) 539 Organiisch ontvlambaar peroxyde 55 Sterk oxydatieve stof (bevordert brand) 556 Sterk oxydatieve stof (bevordert brand), giftig 558 Sterk oxydatieve stof (bevordert brand) en bijtend 559 Sterk oxydatieve stof (bevordert brand) kan spontaan een gewelddadige reactie uitlokken 56 Oxydatieve stof (bevordert brand) giftig 568 Oxydatieve stof (bevordert brand) giftig en bijtend 58 Oxydatieve stof (bevordert brand), bijtend 59 Oxydatieve stof (bevordert brand) kan spontaan gewelddadige reactie uitlokken 60 Giftige stof of minder giftige stof 606 Besmettelijke stof Een reactie van een vloeibare, giftige stof die reageert met water kan zorgen voor het vrijkomen 623 van ontvlambare gassen 63 Giftige en ontvlambare stof (hoogtepunt van 23 C tot 61 C, beperkte waarden inbegrepen) 638 Giftige en ontvlambare stof (hoogtepunt van 23 C tot 61 C, bep. Waarden inbegrepen) en bijtend Giftige en ontvlambare stof (hoogtepunt gelijk aan of onder 61 C) kan spontaan een gewelddadige reactie uitlokken 64 Vaste, giftige stof, ontvlambaar of auto-verwarmend 639 Een reactie van een vaste en giftige stof met water kan zorgen voor het vrijkomen van 642 ontvlambare gassen 65 Giftige en oxydatieve stof (bevordert brand) 66 Zeer giftige stof 663 Zeer giftige en ontvlambare stof (hoogtepunt is kleiner of gelijk aan 61 C) 664 Vaste, zeer giftige stof, ontvlambare of auto-verwarmend 665 Zeer giftige en oxydatieve stof (bevordert brand) 668 Zeer giftige en bijtende stof 669 Zeer giftige stof kan spontaan een gewelddadige reactie uitlokken 68 Giftige en bijtende stof 69 Een giftige stof of minder giftige stof kan spontaan een gewelddadige reactie uitlokken 70 Radioactieve stof fiches_bra.doc: 19/01/

21 Hulpfiches, Observatie 72 Radioactief gas 723 Radioactief en ontvlambaar gas 73 Vloeibare, radioactieve en ontvlambare stof (hoogtepunt kleiner of gelijk aan 61 C) 74 Vaste radioactieve en ontvlambare stof 75 Radioactieve en oxydatieve stof (bevordert brand) 76 Giftige, radioactieve stof 78 Bijtende, radioactieve stof 80 Bijtende stof of minder bijtende stof X80 Een reactie van een bijtende stof of een minder bijtende stof met water kan gevaarlijk zijn 1 Een reactie van een vloeibare of bijtende stof met water kan ontvlambare gassen doen 823 vrijkomen Bijtende of minder bijtende en ontvlambare stof (hoogtepunt van 23 C tot 61 C, bep. Waarden 83 inbegrepen) Een bijtende, minder bijtende of ontvlambare stof (hoogtepunt van 23 C tot 61 C, bep. Waarden X83 inbegrepen) kan gevaarlijk reageren met water 1 Bijtende stof of minder bijtende stof en ontvlambaar (hoogtepunt van 23 C-61 C, bep. Waarden 839 ingbegrepen) kan spontaan een gewelddadige reactie uitlokken. 1 Bijtende stof of minder bijtende stof en ontvlambaar (hoogtepunt van 23 C-61 C, bep. Waarden ingbegrepen) kan spontaan een gewelddadige reactie uitlokken en gevaarlijk reageren met water 84 Vaste, bijtende stof, ontvlambaar of auto-verwarmend X839 Een reactie van een vaste, bijtende stof met water kan zorgen voor het vrijkomen van ontvlambare gassen 85 Bijtende stof of minder bijtend en oxydatief (bevordert brand) Bijtende stof of minder bijtend en oxydatief (bevordert brand) en bijtend 86 Bijtende stof of minder bijtende en giftig 88 Zeer bijtende stof X88 Een zeer bijtende stof kan gevaarlijk reageren met water 883 Zeer bijtende stof en ontvlambaar (hoogtepunt van 23 C à 61 C, bep. waarden inbegrepen) 884 Vaste zeer bijtende stof, ontvlambaar en auto-verwarmend 885 Zeer bijtende en oxydatieve stof (bevordert brand) 886 Zeer bijtende en giftige stof X886 Zeer bijtende en giftige stof kan gevaarlijk reageren met water 89 Zeer bijtende stof of minder bijtende stof kan spontaan een gewelddadige reactie uitlokken 90 Gevaarlijke stof voor de omgeving, verschillende gevaarlijke stoffen 99 Verschillende gevaarlijke stoffen die bij een warme temperatuur getransporteerd worden 1 Water mag niet worden gebruikt, behalve onder toezicht van experten Voorbeeld van een oranje bord met en identificatienummer voor gevaar op en een UNO-nummer. Kenmerken van het bord Oranje achtergrond met boord horizontale lijn en zwarte cijfers: breedte 15 mm. Identificatienummer voor gevaar (2 of 3 cijfers, voorafgegaan door de letter X UNO - nummer (4 cijfers) afmetingen cijfers : 10 cm hoogte 40 cm lengte op minimum 30 cm hoogte fiches_bra.doc: 19/01/

22 Hulpfiches, Observatie 1. Inleiding Fiche 7 (Observatie): Reglementering Er bestaat een uitgebreide reglementering inzake brand: ARAB (artikels 52 en 63bis) ontelbare koninklijke besluiten meer bepaald over de constructie van gebouwen normen waarnaar de overheid kan verwijzen Buiten deze reglementering kunnen de verzekeringsmaatschappijen speciale voorschriften aan de onderneming opgeleggen door middel van de hierbij afgesloten verzekeringspolis. Artikel 52 van het ARAB behandelt de verplichtingen van de werkgever en voor de brandbestrijdingsorganisatie op de werkplaats Artikel 63bis van het ARAB handelt over de veiligheidsverlichting die voldoende moet zijn om de evacuatie van personen toe te laten wanneer de kunstmatige verlichting niet werkt. 2. Artikel 52 van het ARAB Deze paragraaf behandelt de inhoud en de grote lijnen van dit artikel 52. Verplichtingen van de werkgever Gedrag bij brand van bouwelementen en materialen Classificatie van de lokalen volgens gevaar groep 1: zeer gevaarlijk groep 2: redelijk gevaarlijk groep 3: geen speciaal gevaar Constructie van gebouwen Toegang tot het gebouw (bij evacuatie) deuren naar buiten kunnen steeds sneller geopend worden Ontruiming en evacuatie signalisatie van de nooduitgangen en evacuatiewegen signalisatie van de richting waarin de deuren openen Gasinstallaties Verwarmingsinstallaties Voorkoming van brand werken met open vuur, naakte vlam of hitte gebruik van ontvlambare vloeistoffen en gassen hoeveelheden tot een strikt minimum beperken afscheiding van ontvlambare en explosieve stoffen van vuurhaarden of warmtebronnen verbod om gemakkelijk ontvlambare doeken en afval op te stapelen (zelfontvlamming) fiches_bra.doc: 19/01/

23 Hulpfiches, Observatie inrichting van opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen of gassen buiten de arbeidslokalen Brandbestrijdingsmiddelen verplichting van de werkgever om een uitrusting te voorzien die voldoende is en aangepast aan de omstandigheden om brand te bestrijden het brandbestrijdingsmateriaal moet in goede staat zijn onderhouden zijn beschermd zijn tegen vorst goed gesignaleerd zijn gemakkelijk bereikbaar zijn oordeelkundig verdeeld zijn onmiddellijk operationeel zijn Meldings-, waarschuwings- en alarmmiddelen verplichting van de werkgever om een meldings-, waarschuwings- en alarmsysteem aan te brengen indien : hij minstens 50 werknemers tewerkstelt of als het gebouw een lokaal van de eerste groep omvat of als het gebouw verschillende verdiepingen omvat melding aan de hulpdiensten bij vaststelling van een brand hetzij via de telefoon: aanplakken van de noodnummers (112), informatie aan de personen die zich in het gebouw bevinden hetzij d.m.v. een drukknop verbonden met een centrale met automatische transmissie naar de hulpdiensten waarschuwing: inlichting aan bepaalde personen van het bestaan van een begin van brand of van een gevaar alarm: verwittiging gegeven aan het geheel van personen die in een bepaalde plaats verblijven om deze plaats te ontruimen de waarschuwings- en alarmposten moeten voldoende in aantal zijn en gemakkelijk bereikbaar in goede staat zijn onderhouden zijn oordeelkundig verdeeld zijn goed gesignaleerd zijn de waarschuwings- en alarmsignalen mogen geen verwarring kunnen stichten met elkaar of met andere signalen de waarschuwing gebeurt telkens er een begin van brand is Private dienst voor het voorkomen en bestrijden van brand de werkgever is verplicht om, in samenspraak met de externe brandweerdienst (regionale brandweer), een private dienst voor het voorkomen en bestrijden van brand op te richten als hij ten minste 50 werknemers tewerkstelt of als het gebouw een lokaal van de eerste groep omvat de lijst van de leden is in de inrichting uitgehangen waarschuwings-, alarm- en ontruimingsoefeningen moeten ten minste een maal per jaar georganiseerd worden Periodieke controle fiches_bra.doc: 19/01/

24 Hulpfiches, Observatie de werkgever moet zorgen voor een periodieke controle van het brandbestrijdingsmateriaal het waarschuwings- en alarmmateriaal de elektrische installaties de verwarmingsinstallaties de gasinstallaties Informatie van het personeel instructies over het te volgen gedrag in geval van brand moeten in voldoende aantal en op zichtbare plaatsen aangeplakt worden deze bevatten onder meer: waarschuwing van de directie en van de aangestelden voor de brandbestrijding waarschuwing van de hulpdiensten de schikkingen die moeten getroffen worden om het alarm te geven de schikkingen die moeten getroffen worden om de veiligheid te waarborgen en om de personen te evacueren het aanwenden van de brandbestrijdingsmiddelen die beschikbaar zijn in de inrichting de te nemen schikkingen om het optreden van de bevoegde brandweer te vergemakkelijken Varia een up-to-date plan van de verdiepingen wordt uitgehangen in de nabijheid van de trappen die ernaartoe leiden dit plan duidt de verdeling en de bestemming aan van de lokalen van de eerste en tweede groep 3. De specifieke wetgeving rond explosieve atmosferen (ATEX) De twee europese richtlijnen die in de omloop zijn, ATEX (Atmosphères Explosives) genaamd, zijn overgenomen in de belgische wetgeving : Richtlijn 94/9/CE (ATEX95) beschrijft de voorwaarden waaraan de toestellen en beschermingsmiddelen die geplaatst worden in de zones waar het risico op explosie bestaat. (zone Ex) overgenomen door het KB van 22 juni 1999 Richtlijn 1999/92/CE (ATEX137) beschrijft de minimale veiligheidsvoorschriften die in acht moeten worden genomen door de ondernemingen om de werknemers te beschermen tegen het risico op explosie. overgenomen door het KB van 26 maart 2003 fiches_bra.doc: 19/01/

25 Fiche 8 (Analyse): Reglementering 1. De reglementering inzake brand wordt beschreven in: Het ARAB (artikels 52 en 63bis) Codex over het welzijn op het werk wet van 1996 koninklijke besluiten van 1998 meer bepaald aangaande de voorkoming van brand onder de verplichtingen van de werkgever (artikel 17) en de opdrachten van de interne dienst voor preventie en bescherming (artikel 5) de noodprocedures, met inbegrip van de maatregelen in geval van ernstig en onmiddellijk gevaar, alsook de maatregelen van eerste hulp, brandbestrijding en de evacuatie van de werknemers (artikel 9) de veiligheids- en gezondheidssignalering op het werk (artikel 6 en bijlagen I, II en VI) de voorschriften inzake de identificatie en lokalisatie van het brandbestrijdingsmaterieel (bijlage IV) de artikels van Titel III, Hoofdstuk IV, Afdeling 9 "Opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen ", Onderafdeling 8 "Brandbeveiliging" De specifieke wetgeving rond explosieve atmosferen (ATEX) richtlijn 94/9/CE (ATEX95 ) overgenomen door het KB van 22 juni richtlijn 1999/92/CE (ATEX137) overgenomen door het KB van 26 maart bepaalde artikels van het AREI ontelbare koninklijke besluiten meer bepaald over de constructie van gebouwen: Koninklijk besluit van 7 juli 1994 dat de normen vastlegt inzake de voorkoming van brand en explosie, waaraan nieuwe gebouwen moeten voldoen. (BS ) Koninklijk besluit van 19 december 1997 tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juli 1994 dat de normen vastlegt inzake de voorkoming van brand en explosie, waaraan nieuwe gebouwen moeten voldoen. (BS ) Koninklijk besluit van 4 april 2003 tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juli 1994 tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen (BS ) Ontwerpbijlage 6 van het K.B. van 19 december 1997 dat de basisnormen inzake brandpreventie vastlegt waaraan de nieuwe gebouwen die vallen onder de categorie «industriële gebouwen» moeten voldoen. normen met betrekking tot gebouwen NBN S Brandbeveiliging in de gebouwen - Terminologie NBN S Brandbeveiliging in de gebouwen Hoge en middelhoge gebouwen Algemene eisen NBN S Brandbeveiliging in de gebouwen Reactie bij brand van de materialen Hoge en middelhoge gebouwen NBN S Brandbeveiliging in de gebouwen - Schoolgebouwen Algemene eisen en reactie bij brand fiches_bra.doc: 19/01/

26 Bouwvergunning Lage gebouwen < 10m Middelhoge gebouwen 10 tot 25m Hoge gebouwen > 25m Voor 72 Nihil Nihil Nihil Nihil Nihil KB Nihil NBN S , S , S (*) NBN S , S , S (*) Nihil KB KB KB KB KB normen m.b.t. brandblussers NBN EN 3-1 Draagbare brandblussers - Deel 1: Beschrijving, werkingsduur, vuurhaarden van klassen A en B NBN EN 3-2 Draagbare brandblussers - Deel 2: Dichtheid, diëlektrische proef, beproeving op inklinken, bijzondere bepalingen NBN EN 3-3 Draagbare brandblussers - Deel 3: Constructie, druksterkte, mechanische proeven NBN EN 3-4 Draagbare brandblussers - Deel 4: Vullingen, minimum blusvermogen NBN EN 3-5 Draagbare brandblussers - Deel 5: Voorschriften en aanvullende beproevingen NBN EN 3-6 Draagbare brandblussers - Deel 6: Beschikkingen inzake de vaststelling van de overeenkomstigheid van draagbare blustoestellen volgens EN 3 deel 1 tot deel 5 NBN S ontwerp Nazicht en onderhoud van draagbare brandblussers normen betreffende automatische detectie NBN S Reddings-en brandweermateriaal opvatting voor automatische branddetectie door puntdetector. NBN S Grafische symbolen voor automatische branddetectiesysteem NBN EN 54 Detectiesystemen en brandalarm normen m.b.t. automatische blusinstallaties NBN S Reddings- en brandweermateriaal: Watertoevoer van de automatische, hydraulische blusinstallaties NBN S Reddings- en brandweermateriaal: Technologie van de automatische, hyraulische blusinstallaties en gemeenschappelijke schikkingen voor alles installaties EN Ontwerp Vaste brandbestrijdingsinstallaties: Automatische blussystemen van het type sprinkler: Berekening en installatie Europese richtlijnen EG reglement 2037/2000 van het Europees Parlement en van de Raad van 29 juni 2000 m.b.t. de stoffen die de ozonlaag afbreken. Officieel bulletin van de EG L 244, 29 september 2000 geleidelijk verbod om producten en toestellen op de markt te brengen en te gebruiken die deze stoffen bevatten, en meer bepaald halonen en CFK s gebruikt voor brandbeveiliging. de onderstaande tabel vat de maatregelen m.b.t. brandbeveiliging samen. fiches_bra.doc: 19/01/

27 ministeriële omzendbrieven gemeentelijke voorschriften wetteksten afkomstig van hetzij de gemeenschappen, de gewesten, volgens de categorie van gebouwen waarop ze betrekking hebben: verzorgingsinstellingen, hotels Maatregelen met betrekking tot het verbod van halonen en CFK s in de brandbeveiligingsinstallaties: EG voorschrift 2037/2000 van het Europees Parlement en van de Raad van 29 juni 2000 Activiteit Data van verbod op: Halonen CFK s Productie Commercialisering en gebruik Het betreft halonen die: - gerecupereerd zijn, - gerecycleerd zijn, - geregenereerd zijn in de bestaande brandbeveiligingsinstallaties op behalve voor gebruik als brandbestrijdingsmiddel in beveiligingssystemen bedoeld voor de kritieke toepassingen vermeld in bijlage VII en onder bepaalde voorwaarden Buitendienststelling van alle brandbeveiligingssystemen en brandblussers voor recuperatie en vernietiging Niet gepreciseerd Recuperatie voor vernietiging Niet gepreciseerd Het betreft de halonen die zich bevinden in de brandbeveiligingssystemen en de brandblussers die gerecupereerd werden tijdens het onderhoud van de uitrusting of voor de demontage of de verwijdering van deze uitrusting Niet gepreciseerd Het betreft de stoffen die zich bevinden in de brandbeveiligingssystemen en de brandblussers die gerecupereerd werden tijdens het onderhoud van de uitrusting of voor de demontage of de verwijdering van deze uitrusting 2. Artikel 63bis van het RGPT betreffende de veiligheidsverlichting De ondernemingen die van een kunstmatige verlichting voorzien zijn, moeten uitgerust zijn met een veiligheidsverlichting die voldoende is om de evacuatie van personen toe te laten wanneer de kunstmatige verlichting buiten werking is. In de gebouwen waar gewoonlijk meer dan 100 personen verblijven, moet de veiligheidsverlichting automatisch aanspringen zodra de algemene verlichting uitvalt. In dat geval moet zij gevoed worden: hetzij een batterij van electrische accumulatoren hetzij door een aansluiting op het openbaar laagspanningsnet, wanneer de algemene verlichting gevoed wordt door de stroom van een statische transformator die aangesloten is op het hoogspanningsnet en in de inrichting of in de nabijheid ervan is opgesteld. hetzij door een electrogeengroep fiches_bra.doc: 19/01/

28 3. Artikel 52 van het ARAB Artikel 52 van het ARAB betreft de plichten van de werkgevers en de organisatie van de brandbestrijding. De andere documenten zijn over het algemeen bestemd voor de ontwerpers en beheerders van de gebouwen en lokalen, de fabrikanten van brandbestrijdingsmateriaal, de beheerders van specifieke gebouwen (voetbalstadion, theaterzaal ), Het doel van de volgende fiche is de inhoud van dit artikel 52 van het ARAB in grote lijnen voor te stellen, alsook enkele artikels van het AREI die verband houden met het brandrisico en bepaalde aanbevelingen voor de constructie van gebouwen (Koninklijke Besluiten van 7 juli 1994 en 19 december 1997) 4. De specifieke wetgeving rond explosieve atmosferen (ATEX) Richtlijn 94/9/CE (ATEX95) overgenomen door het KB van 22 juni 1999 zoals elke economische richtlijn (artikel 95 van het verdrag van Rome): zij omvat: het vrij verkeer van producten een voldoende beschermingsniveau op gebied van veiligheids- en gezondheidseisen voor alle machines, opdat deze op de Europese markt kunnen worden gebracht ze richt zich dus tot de fabricage en het op de markt brengen van deze machines, waarbij bewaakt wordt dat er een voldoende beschermingsniveau voor de veiligheid en gezondheid van de verbruikers wordt gewaarborgd de belangrijkste punten van dit KB van 22 juni 1999 die de gebruikers van de voorzieningen aangaan zijn : Toepassingsgebied De richtlijn is van toepassing: Voor apparaten en beveiligingssystemen op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen. Voor veiligheid-, controle- en regelvoorzieningen die bedoeld zijn voor gebruik buiten plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen, maar die nodig zijn voor de veilige werking van apparaten en beveiligingssystemen met betrekking tot het explosiegevaar. Definities Apparaten en beveiligingssystemen voor gebruik op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen a) Met apparaten worden bedoeld: Machines, materieel, vaste of mobiele inrichtingen, bedieningsorganen, instrumenten en detectie- en preventiesystemen die, alleen of in combinatie, bestemd zijn voor de productie, transport, opslag, meting, regeling, energieomzetting en de verwerking van grondstoffen en die door hun inherente potentiële ontstekingsbronnen een explosie kunnen veroorzaken. b) Met beveiligingssystemen worden bedoeld: Inrichtingen die de functie hebben beginnende explosies onmiddellijk te stoppen en/of de door een explosie getroffen zone te beperken en die afzonderlijk in de handel worden gebracht als systemen met een autonome functie. c) Met componenten worden bedoeld: Onderdelen die essentieel zijn voor de veilige werking van de apparaten en beveiligingsystemen maar geen autonome functie hebben. Deze kunnen bedoeld zijn voor gebruik buiten plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen, maar zijn nodig voor of dragen bij tot de veilige werking van apparaten en beveiligingssystemen. fiches_bra.doc: 19/01/

29 Explosieve omgeving Mengsel, onder atmosferische omstandigheden, van lucht en ontvlambare stoffen in de vorm van gassen, dampen, nevels of stof, waarin de verbranding zich na ontvlamming uitbreidt tot het gehele niet verbrande mengsel. Plaats waar ontploffingsgevaar kan heersen Plaats waar ten gevolge van plaatselijke en bedrijfsomstandigheden een explosieve omgeving kan ontstaan. Apparatengroepen en -categorieën Apparaten van groep I zijn apparaten die bedoeld zijn voor ondergrondse werkzaamheden in mijnen en voor de delen van bovengrondse installaties daarvan, waar ten gevolge van mijngas en/of brandbaar stof gevaar kan heersen. - categorie M1 - categorie M2 Apparaten van groep II zijn apparaten die bedoeld zijn voor gebruik op andere plaatsen waar ten gevolge van de explosieve omgeving gevaar kan heersen. - categorie 1 - categorie 2 - categorie 3 Voor apparaten van groep II, de markering moet de letter «G» explosieve omgeving door aanwezigheid van gas, damp of nevel, en/of de letter «D» voor een door aanwezigheid van stof explosieve omgeving omvatten. voor meer informatie betreffende richtlijn 94/9/CE (ATEX95), klik hier Richtlijn 1999/92/CE (ATEX137) overgenomen door het KB van 26 maart 2003 zoals elke sociale richtlijn (artikel 137 van het verdrag van Rome): zij omvat: de bescherming van personen de minimumeisen waaraan deze machines moeten voldoen om veilig door de werknemers gebruikt te kunnen worden. De lidstaten kunnen evenwel strengere eisen stellen, maar deze mogen geen economische weerslag hebben ze richt zich dus voornamelijk op het gebruik van de machines door de werknemers les principaux points de l'ar du 26 mars 2003 sont: Art 3: de werkgever moet maatregelen nemen ter voorkoming van en bescherming tegen explosies. De maatregelen bestaan uit zowel organisatorische als technische maatregelen. Grondbeginselen voorkomen van het ontstaan van een explosieve atmosfeer. indien een explosieve atmosfeer niet kan voorkomen worden, het vermijden van de ontsteking van de explosieve atmosfeer. indien een ontsteking niet kan voorkomen worden, het beperken van de schadelijke gevolgen van de explosie. Art 4: de werkgever moet de specifieke risico s die voortvloeien uit explosieve atmosferen beoordelen. Rekening houdende met de waarschijnlijkheid van de aanwezigheid en voorduren van explosieve atmosferen. de waarschijnlijkheid dat ontstekingsbronnen actief worden. de aard van de installaties en gebruikte producten. de omvang van de te verwachten gevolgen. fiches_bra.doc: 19/01/

30 Art 5: de werkgever moet om de veiligheid en de gezondheid van de werknemers te verzekeren, maatregelen nemen om een veilige werkomgeving te scheppen en passend toezicht houden. Art 6: de werkgever staat in voor de coördinatie indien werknemers van onderaannemers werkzaamheden komen uitvoeren. In het explosieveiligheidsdocument moet het doel van de coördinatie, de maatregelen en de wijze van uitvoering beschreven worden. Art 7: de werkgever deelt de ruimten waar explosieve atmosferen aanwezig kunnen zijn in zones, overeenkomstig de bijlage I (Zone 0, 1, 2, 20, 21, 22). de interne dienst voor preventie en bescherming of indien er geen voldoende deskundigheid aanwezig is, de externe dienst voor preventie en bescherming, moet hierbij worden betrokken. de werkgever zorgt ervoor dat in de zones de minimumvoorschriften van bijlage II worden toegepast. aan de ingang van de ruimten waar een explosieve atmosfeer kan ontstaan, moet een waarschuwingsbord worden aangebracht volgens bijlage III. Art 8: de werkgever zorgt ervoor dat een document, het explosieveiligheidsdocument, genoemd, wordt opgesteld en bijgehouden. Dit bevat: de identificatie en beoordeling van de explosierisico s de maatregelen ter bescherming tegen dit risico de zone indeling volgens bijlage I de ruimten waar de minimumvoorschriften van bijlage II van toepassing zijn de wijze van bedienen en onderhoud van de arbeidsplaatsen en arbeidsmiddelen de voorzorgsmaatregelen voor het veilig gebruik van de arbeidsmiddelen Het explosieveiligheidsdocument moet voor de aanvang van de werkzaamheden worden opgesteld. Indien de installaties al in gebruik waren op 30 juni 2003, moet het explosieveiligheidsdocument ten laatste op 30 juni 2003 opgesteld zijn. Het explosieveiligheidsdocument moet herzien worden bij belangrijke wijzigingen van de arbeidsplaatsen, arbeidsmiddelen of het arbeidsproces. Art 9: Bestaande arbeidsmiddelen in gebruik voor 30 juni 2003 moeten voldoen aan de aan de minimumvoorschriften van bijlage II deel A. Nieuwe arbeidsmiddelen die in gebruik genomen worden vanaf 30 juni 2003 moeten voldoen aan de minimumvoorschriften van bijlage II deel A en B. Bestaande arbeidsplaatsen in gebruik voor 30 juni 2003 moeten voldoen aan de minimumvoorschriften vanaf 30 juni Nieuwe arbeidsplaatsen in gebruik vanaf 30 juni 2003 moeten onmiddellijk voldoen aan de minimumvoorschriften. voor meer informatie betreffende richtlijn 1999/92/CE (ATEX137 ) klik hier Voor meer informatie over de type zones en het merken van geautoriseerde toestellen in deze zones, gelieve de hulpfiches van het aanwezige document te raadplegen 5. Aanvullende informatie Buiten deze reglementering kunnen verzekeringsmaatschappijen speciale voorschriften opleggen aan de ondernemingen door middel van de hierbij afgesloten verzekeringspolis. UPEA, Union Professionnelles des Entreprises d'assurances: Meer uitleg over de wetteksten aangaande het brandrisico is te verkrijgen bij ANPI: Brand- en Diefstalpreventie, website : fiches_bra.doc: 19/01/

Fiche 6 (Observatie): Transport van gevaarlijke producten en signalisatie

Fiche 6 (Observatie): Transport van gevaarlijke producten en signalisatie Fiche 6 (Observatie): Transport van gevaarlijke producten en signalisatie Inleiding Volgens het soort transport is de internationale reglementering die van kracht is, verschillend : Transport langs de

Nadere informatie

Fiche 8 (Analyse): Reglementering

Fiche 8 (Analyse): Reglementering Fiche 8 (Analyse): Reglementering 1. De reglementering inzake brand wordt beschreven in: Het ARAB (artikels 52 en 63bis) Codex over het welzijn op het werk wet van 1996 koninklijke besluiten van 1998 meer

Nadere informatie

Fiche 6 (Observatie): Veiligheidssignalisatie

Fiche 6 (Observatie): Veiligheidssignalisatie 1. Inleiding Fiche 6 (Observatie): Veiligheidssignalisatie De signalisatie speelt niet alleen een belangrijke rol in geval van een ramp (ongeval, brand, ), maar ook bij de preventie ervan. De veiligheidsinstructies

Nadere informatie

Fiche 1 (Observatie): De vuurdriehoek en blusprincipes

Fiche 1 (Observatie): De vuurdriehoek en blusprincipes Fiche 1 (Observatie): De vuurdriehoek en blusprincipes 1. Brand: de vuurdriehoek Opdat er vuur (verbranding) zou kunnen ontstaan, dienen er drie voorwaarden tegelijk voldaan te zijn: Aanwezigheid van een

Nadere informatie

Fiche 9 (Analyse): Artikel 52 van het ARAB

Fiche 9 (Analyse): Artikel 52 van het ARAB Fiche 9 (Analyse): Artikel 52 van het ARAB Deze fiche herneemt in detail de inhoud en de grote lijnen van artikel 52 Verplichtingen van de werkgever brand voorkomen ieder begin van brand snel bestrijden

Nadere informatie

-1- Over welke domeinen gaat de V&G-wetgeving? -1- Voor wie geldt de V&Gwetgeving? -1- Noem de twee vormen van overleg.

-1- Over welke domeinen gaat de V&G-wetgeving? -1- Voor wie geldt de V&Gwetgeving? -1- Noem de twee vormen van overleg. -1- Noem de groepen signaleringsborden. -1- Noem de twee vormen van overleg. -1- Noem de verschillende vormen van markeringen. -1- Over welke domeinen gaat de V&G-wetgeving? -1- Voor wie geldt de V&Gwetgeving?

Nadere informatie

- WAT IS BRAND? - BRANDKLASSEN - HOE EEN BRAND BESTRIJDEN? - KLEINE BLUSMIDDELEN - WAT TE DOEN BIJ BRAND - VOORKOMEN VAN BRAND

- WAT IS BRAND? - BRANDKLASSEN - HOE EEN BRAND BESTRIJDEN? - KLEINE BLUSMIDDELEN - WAT TE DOEN BIJ BRAND - VOORKOMEN VAN BRAND - WAT IS BRAND? - BRANDKLASSEN - HOE EEN BRAND BESTRIJDEN? - KLEINE BLUSMIDDELEN - WAT TE DOEN BIJ BRAND - VOORKOMEN VAN BRAND Brand of verbranding is een oxydatieverschijnsel waarbij een brandbaar product

Nadere informatie

TOOLBOXMEETING VEILIGHEID- EN GEZONDHEIDSSIGNALISATIE

TOOLBOXMEETING VEILIGHEID- EN GEZONDHEIDSSIGNALISATIE Onderwerp: Locatie van uitvoering: Datum van uitvoering: VEILIGHEID- EN GEZONDHEIDSSIGNALISATIE WERVEN & WERKPLAATS SEPTEMBER 1. WAT ZIJN VEILIGEHEID EN GEZONDHEIDSSIGNALERINGEN: Definitie: SIGNALERING

Nadere informatie

Toolbox-meeting veiligheids- & gezondheidssignalering

Toolbox-meeting veiligheids- & gezondheidssignalering Toolbox-meeting veiligheids- & gezondheidssignalering Unica installatietechniek B.V. Schrevenweg 2 8024 HA Zwolle Tel. 038 4560456 Fax 038 4560404 Toolbox-meeting: Veiligheids- & gezonheidssignalering

Nadere informatie

Veiligheids- en gezondheidssignalering

Veiligheids- en gezondheidssignalering Externe dienst voor preventie en bescherming op het werk www.provikmo.be info@provikmo.be Veiligheids- en gezondheidssignalering (K.B. van 17 juni 1997, B.S. van 19 september 1997) Wat zijn veiligheids-

Nadere informatie

L3G B.04 Markeringen, BIJLAGE 10:

L3G B.04 Markeringen, BIJLAGE 10: L3G 06.05.B.04 Markeringen, BIJLAGE 10: Wettelijk kader: arbeidsomstandighedenregeling: (arbo V&G signalisatie + hand- en armseinen) Bijlage 10: Arboregeling bijlage XVIII (arbeidsomstandighedenregeling

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 26 maart 2003 betreffende het welzijn van de werknemers die door explosieve atmosferen gevaar kunnen lopen (B.S. 05.05.

Koninklijk besluit van 26 maart 2003 betreffende het welzijn van de werknemers die door explosieve atmosferen gevaar kunnen lopen (B.S. 05.05. Koninklijk besluit van 26 maart 2003 betreffende het welzijn van de werknemers die door explosieve atmosferen gevaar kunnen lopen (B.S. 05.05.2003) Artikel 1.- 1. Dit besluit en zijn bijlagen zijn de omzetting

Nadere informatie

Codex over het welzijn op het werk. Boek III.- Arbeidsplaatsen. Titel 4. Ruimten met risico s voor een explosieve atmosfeer

Codex over het welzijn op het werk. Boek III.- Arbeidsplaatsen. Titel 4. Ruimten met risico s voor een explosieve atmosfeer Codex over het welzijn op het werk Boek III.- Arbeidsplaatsen Titel 4. Ruimten met risico s voor een explosieve atmosfeer Omzetting in Belgisch recht van de Europese richtlijn 1999/92/EG van het Europees

Nadere informatie

Signalisatie door borden en pictogrammen. De gegevens komen van de website: http://www.vub.ac.be/preventie/welcome.html

Signalisatie door borden en pictogrammen. De gegevens komen van de website: http://www.vub.ac.be/preventie/welcome.html Signalisatie door borden en pictogrammen De gegevens komen van de website: http://www.vub.ac.be/preventie/welcome.html Brandbestrijdingsborden Borden in verband met het brandbestrijdingsmaterieel hebben

Nadere informatie

Circulaire 2015 02 BRANDPREVENTIE

Circulaire 2015 02 BRANDPREVENTIE Brandpreventie op de arbeidsplaatsen PRINCIPE De nieuwe wetgeving betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen (KB van 28 maart 2014) legt duidelijk uit welke maatregelen de werkgevers moeten nemen

Nadere informatie

Brandpreventie in de praktijk

Brandpreventie in de praktijk Brandpreventie in de praktijk WAT TE DOEN BIJ BRAND? 2 Hoe ontstaat brand? Om een vuurtje te krijgen heb je drie zaken nodig: Zuurstof, brandstof en temperatuur Als je een van die drie zijden wegneemt,

Nadere informatie

Circulaire BRANDPREVENTIE

Circulaire BRANDPREVENTIE OP DE ARBEIDSPLAATSEN PRINCIPE De wetgeving betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen ( Codex Boek III, Titel 3) legt duidelijk uit welke maatregelen de werkgevers moeten nemen inzake brandpreventie.

Nadere informatie

-5- Noem de blusmethoden voor een klasse A-brand. -5- Omschrijf de brandklassen. -5- Noem de blusmethoden voor een klasse B-brand.

-5- Noem de blusmethoden voor een klasse A-brand. -5- Omschrijf de brandklassen. -5- Noem de blusmethoden voor een klasse B-brand. -5- Met welk bord wordt een explosiegevaarlijke gebied aangegeven? -5- Noem de blusmethoden voor een klasse A-brand. -5- Noem de blusmethoden voor een klasse B-brand. -5- Noem de blusmethoden voor een

Nadere informatie

Concordantietabel boek III Arbeidsplaatsen van de codex welzijn op het werk

Concordantietabel boek III Arbeidsplaatsen van de codex welzijn op het werk Concordantietabel boek III Arbeidsplaatsen van de codex welzijn op het werk Koninklijk besluit van 10 oktober 2012 tot vaststelling van de algemene basiseisen waaraan arbeidsplaatsen moeten beantwoorden

Nadere informatie

Concordantietabel boek III Arbeidsplaatsen van de codex welzijn op het werk

Concordantietabel boek III Arbeidsplaatsen van de codex welzijn op het werk Concordantietabel boek III Arbeidsplaatsen van de codex welzijn op het werk Koninklijk besluit van 10 oktober 2012 tot vaststelling van de algemene basiseisen waaraan arbeidsplaatsen moeten beantwoorden

Nadere informatie

ATEX REGELGEVING Regels en voorschriften voor apparaten, arbeidsmiddelen en arbeidsplaatsen in explosieve omgevingen

ATEX REGELGEVING Regels en voorschriften voor apparaten, arbeidsmiddelen en arbeidsplaatsen in explosieve omgevingen ATEX REGELGEVING Regels en voorschriften voor apparaten, arbeidsmiddelen en arbeidsplaatsen in explosieve omgevingen Sinds 30 juni 2003 is er het één en ander veranderd voor apparaten en beveiligingssystemen

Nadere informatie

(1999/C 55/06) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 118 A,

(1999/C 55/06) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 118 A, bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 55 van 25/02/99 GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. 13/1999 door de Raad vastgesteld op 22 december 1998 met het oog op de aanneming van Richtlijn

Nadere informatie

reddingstekens artikelgroep 3100

reddingstekens artikelgroep 3100 PC010 Diameter: 75x150, 100x200, 150x300, 200x400mm reddingstekens artikelgroep 3100 uitgang plaats & richting verzamelpunt richting eerste hulp nooddouche oogspoeler brancard ladder reddingstelefoon medische

Nadere informatie

BRAND. Algemene informatie over brand

BRAND. Algemene informatie over brand Preventie en Interim Algemene informatie over brand Opdat er brand zou ontstaan zijn 3 elementen nodig: Brandbare stof: vaste stof, vloeistof, gas Ontstekingsbron (vonken, vlam) veroorzaakt door bvb. kortsluiting,

Nadere informatie

Introductie uitzendkrachten

Introductie uitzendkrachten Blz.: 1/7 I. Veiligheidsregels- en voorschriften Voor de specifieke veiligheids- en gezondheidsregels, alsook de vereiste PBM, wordt steeds verwezen naar de werkpostfiche, de introductiebrochure van de

Nadere informatie

1. Weten dat er explosieveiligheid in normen beschreven staat en in Europa specifiek in de ATEX-richtlijn

1. Weten dat er explosieveiligheid in normen beschreven staat en in Europa specifiek in de ATEX-richtlijn Hoofdstuk 11 ATEX Doelstellingen 1. Weten dat er explosieveiligheid in normen beschreven staat en in Europa specifiek in de ATEX-richtlijn ATEX staat voor ATmosphéres EXplosives. Onder een explosieve atmosfeer

Nadere informatie

SCHRIFTELIJKE RICHTLIJNEN VOLGENS HET ADR. Te nemen maatregelen in geval van een ongeval of een noodsituatie

SCHRIFTELIJKE RICHTLIJNEN VOLGENS HET ADR. Te nemen maatregelen in geval van een ongeval of een noodsituatie SCHRIFTELIJKE RICHTLIJNEN VOLGENS HET ADR Te nemen maatregelen in geval van een ongeval of een noodsituatie Bij een ongeval of een noodsituatie die tijdens het vervoer kan optreden moeten de bemanningsleden

Nadere informatie

SCHRIFTELIJKE INSTRUCTIES VOLGENS HET ADN. Maatregelen in het geval van een ongeval of noodgeval

SCHRIFTELIJKE INSTRUCTIES VOLGENS HET ADN. Maatregelen in het geval van een ongeval of noodgeval SCHRIFTELIJKE INSTRUCTIES VOLGENS HET ADN Maatregelen in het geval van een ongeval of noodgeval In het geval van een ongeval of noodgeval dat tijdens het vervoer kan voorkomen of optreden, moeten de leden

Nadere informatie

(vijftiende bij zondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG)

(vijftiende bij zondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB L 23 van 28/01/2000 RICHTLIJN 1999/92/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 16 december 1999 betreffende minimumvoorschriften voor de verbetering

Nadere informatie

Hoofdstuk Paragraaf Eindterm Toetsterm 1. Wetgeving 1.5 Grondbeginselen arbeidstijdenwetgeving De kandidaat kan de doelstellingen van de

Hoofdstuk Paragraaf Eindterm Toetsterm 1. Wetgeving 1.5 Grondbeginselen arbeidstijdenwetgeving De kandidaat kan de doelstellingen van de Hoofdstuk Paragraaf Eindterm Toetsterm 1. Wetgeving 1.5 Grondbeginselen arbeidstijdenwetgeving 1.5.1 De kandidaat kan de doelstellingen van de wetgeving inzake arbeidstijden omschrijven 1.5.1.1 De kandidaat

Nadere informatie

BRANDPREVENTIE. op de arbeidsplaatsen.

BRANDPREVENTIE. op de arbeidsplaatsen. BRANDPREVENTIE op de arbeidsplaatsen. Overzicht Wat was het? KB 28/03/2014 : toepassingsgebied en definities Risicoanalyse: risicofactoren Risicoanalyse en preventiemaatregelen Specifieke preventiemaatregelen

Nadere informatie

Adviesverlening & begeleiding Preventie en welzijn. Brand & evacuatie gebruikers gc Berkenhof 26.11.12

Adviesverlening & begeleiding Preventie en welzijn. Brand & evacuatie gebruikers gc Berkenhof 26.11.12 Adviesverlening & begeleiding Preventie en welzijn Brand & evacuatie gebruikers gc Berkenhof 26.11.12 Agenda Algemeen Vuurdriehoek Brand blussen? Handelingen bij brand Evacuatie van gebouwen Brand in België

Nadere informatie

Brandpreventie- dossier. Caroline Deleu. Activity Manager B.U. Environment, Safety & Sustainability

Brandpreventie- dossier. Caroline Deleu. Activity Manager B.U. Environment, Safety & Sustainability Brandpreventie- dossier Caroline Deleu Activity Manager B.U. Environment, Safety & Sustainability KB 28/03/14 Verplichtingen Werkgever Minimale preventiemaatregelen Brandbestrijdingsdienst Maatregelen

Nadere informatie

KB van 28 maart 2014 Brandpreventie op de arbeidsplaatsen

KB van 28 maart 2014 Brandpreventie op de arbeidsplaatsen KB van 28 maart 2014 Brandpreventie op de arbeidsplaatsen Situering Het koninklijk besluit (KB) van 28 maart 2014 betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen vervangt en verruimt artikel 52 van

Nadere informatie

HANDBOEK VEILIGHEIDSMIDDELEN 23-09-2011

HANDBOEK VEILIGHEIDSMIDDELEN 23-09-2011 Hoofdstuk 10 - Veiligheidsaanduidingen Inleiding Veiligheid op de werkplek begint vaak met te weten welke gevaren op de werkplek aanwezig zijn en waar extra op gelet moet worden. Door een duidelijke signalering

Nadere informatie

Wat is een explosie? Een explosie is een zeer snel verlopende brand met een vrijkomende (verwoestende) drukgolf.

Wat is een explosie? Een explosie is een zeer snel verlopende brand met een vrijkomende (verwoestende) drukgolf. Toolbox: Brand en Explosie Het doel van een toolboxmeeting is om de aandacht en motivatie voor veiligheid en gezondheid binnen het bedrijf te verbeteren. Wat is brand? Brand is een chemische reactie van

Nadere informatie

Fiche 8 (Analyse): Reglementering

Fiche 8 (Analyse): Reglementering Fiche 8 (Analyse): Reglementering 1. De reglementering inzake brand wordt beschreven in: Het ARAB (artikels 52 en 63bis) Codex over het welzijn op het werk wet van 1996 koninklijke besluiten van 1998 meer

Nadere informatie

BRANDVEILIGHEID GEBOUWEN VOOR KINDEROPVANG. Ronny Houben

BRANDVEILIGHEID GEBOUWEN VOOR KINDEROPVANG. Ronny Houben BRANDVEILIGHEID GEBOUWEN VOOR KINDEROPVANG Ronny Houben De brandcurve T C 1000 Beginbrand Ontwikkeling Volontwikkelde brand Dooffase 800 Mogelijke Flashover 600 400 200 Tijd Kleine blusmiddelen T Tot hier!!

Nadere informatie

PERIODIEKE CONTROLES MET BETREKKING TOT BRANDBESTRIJDING

PERIODIEKE CONTROLES MET BETREKKING TOT BRANDBESTRIJDING NOTIFIED BODY n 1134 003-TEST ISO/IEC 17025 003-INSP ISO/IEC 17020 003-PROD ISO/IEC 17065 PERIODIEKE CONTROLES MET BETREKKING TOT BRANDBESTRIJDING 2017/12/05 vzw ANPI asbl INLEIDING Inleiding Het spreekt

Nadere informatie

Arbeidsplaatsen Aspecten Veiligheids- en gezondheidssignalering

Arbeidsplaatsen Aspecten Veiligheids- en gezondheidssignalering WAT Arbeidsplaatsen Aspecten Veiligheids- en gezondheidssignalering Een signalering die, toegepast op een bepaald object, een bepaalde activiteit, een bepaalde situatie of een bepaalde handelswijze, door

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 28 maart 2014 betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen (B.S. 23.4.2014)

Koninklijk besluit van 28 maart 2014 betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen (B.S. 23.4.2014) Koninklijk besluit van 28 maart 2014 betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen (B.S. 23.4.2014) Afdeling 1.- Toepassingsgebied en definities Artikel 1.- Dit besluit is van toepassing op de werkgevers

Nadere informatie

17/ / /

17/ / / Gefahrgutfahrer-Handbuch F B L Frankreich Belgien(f) Luxemburg Land Polizei Feuerwehr Rettung 17/112 101 11 18/112 100 112 15/112 100 112 Höchstgeschwindigkeiten für LKW km/h 50 50 50 80 60 75 90 90 90

Nadere informatie

Brandbeveiligingsregels

Brandbeveiligingsregels Brandveiligheid in schoolgebouwen Brandbeveiligingsregels Broers R. Gemeenschappelijke Preventie Dienst GO! 8 december 2016 1 Brandveiligheid in schoolgebouwen 1. Inleiding 2. Brandreglementering 3. Europese

Nadere informatie

Wetgeving rond brandveiligheid voor de kinderdagverblijven

Wetgeving rond brandveiligheid voor de kinderdagverblijven Wetgeving rond brandveiligheid voor de kinderdagverblijven Voorstelling Vrijwillig Brandweerkorps Zoersel Brandweertaken Preventie - Lt-dienstchef Yves Sepot - Olt Bart Van Winckel - Bwm Els Haest Wetgeving

Nadere informatie

Wettelijk verplichte gevaarsetikettering

Wettelijk verplichte gevaarsetikettering DATUM: 20.03.2009 Wettelijk verplichte gevaarsetikettering In bepaalde gevallen verplicht de wet fabrikanten om gevaarsinformatie te verstrekken (gevaarssymbolen en de bijbehorende risico- en veiligheidszinnen)

Nadere informatie

Brandpreventie. Inhoud van de presentatie. Inhoud van de presentatie. Hoe een brand bestrijden? Inhoud van de presentatie.

Brandpreventie. Inhoud van de presentatie. Inhoud van de presentatie. Hoe een brand bestrijden? Inhoud van de presentatie. Brandpreventie Om verbranding mogelijk te maken zijn er altijd 3 elementen nodig: Zuurstof Energiebron Brandbaar product (vaste stof / vloeistof / gas) Oxidatiemiddel (meestal zuurstof; 21% in de lucht)

Nadere informatie

RISICOZINNEN (R-ZINNEN)

RISICOZINNEN (R-ZINNEN) RISICOZINNEN (R-ZINNEN) R-code R-zin 1 In droge toestand ontplofbaar. 2 Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken. 3 Ernstig ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur

Nadere informatie

Overzicht symbolen Afdrukdatum: 08-03-2002

Overzicht symbolen Afdrukdatum: 08-03-2002 Risico C Bijtend Geen gevarenidentificatie Xi Irriterend F Licht ontvlambaar N Milieu gevaarlijk E Ontplofbaar Ontvlambaar O Oxyderend Xn Schadelijk T Vergiftig Pagina: 1 van 11 Risico F+ Zeer licht ontvlambaar

Nadere informatie

safety fl@sh ORGANISATIE VAN EEN EVACUATIEOEFENING

safety fl@sh ORGANISATIE VAN EEN EVACUATIEOEFENING safety fl@sh Het koninklijk besluit van 27.3.1998 betreffende het welzijnsbeleid stipuleert in artikel 22 dat de werkgever een intern noodplan moet opstellen naar aanleiding van de vaststellingen gedaan

Nadere informatie

Brandpreventie in het bedrijfsleven

Brandpreventie in het bedrijfsleven Brandpreventie in het bedrijfsleven 1 artikel 52 van het ARAB Art.52.1.1 Onverminderd de andere wettelijke of reglementaire bepalingen ter zake, en onverminderd de bijzondere voorwaarden die bij de vergunningsbesluiten

Nadere informatie

Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten: R-zinnen

Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten: R-zinnen 1 van 8 Rzinnen & S zinnen Datum: 18032013 Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten: Rzinnen R 1 R 2 R 3 R 4 R 5 R 6 R 7 R 8 R 9 R 10 R 11 R 12 R 14 R 15 R 16 R 17

Nadere informatie

Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken

Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken OPMERKING. Voor de kenmerking en etikettering van containers, MEGC s, tankcontainers en mobiele tanks van een vervoer dat deel uitmaakt van een

Nadere informatie

HANDBOEK VEILIGHEIDSMIDDELEN 23-09-2011. Branden worden volgens NEN-EN 2 in de volgende klassen onderverdeeld:

HANDBOEK VEILIGHEIDSMIDDELEN 23-09-2011. Branden worden volgens NEN-EN 2 in de volgende klassen onderverdeeld: Hoofdstuk 9 - Kleine blusmiddelen Inleiding Ieder bedrijf moet beschikken over middelen waarmee het zelf bij een beginnende brand de brandbestrijding ter hand kan nemen. Deze middelen worden kleine blusmiddelen

Nadere informatie

Brand en explosiegevaar

Brand en explosiegevaar Brand en explosiegevaar Door brand en explosie tijdens werkzaamheden vallen er jaarlijks tientallen doden en gewonden. Dus moet je brand en explosies zien te voorkomen. Mede doordat deze zeer onvoorspelbaar

Nadere informatie

VR DOC.0787/4

VR DOC.0787/4 VR 2018 1307 DOC.0787/4 Bijlage 2 bij het besluit van de Vlaamse Regering van [ ] tot wijziging van de regelgeving betreffende de specifieke brandveiligheidsnormen voor ouderenvoorzieningen en centra voor

Nadere informatie

Bijlage IX AARD DER BIJZONDERE GEVAREN TOEGESCHREVEN AAN GEVAARLIJKE STOFFEN EN PREPARATEN :

Bijlage IX AARD DER BIJZONDERE GEVAREN TOEGESCHREVEN AAN GEVAARLIJKE STOFFEN EN PREPARATEN : Bijlage IX R 1 : In droge toestand ontplofbaar AARD DER BIJZONDERE GEVAREN TOEGESCHREVEN AAN GEVAARLIJKE STOFFEN EN PREPARATEN : R 2 : Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken

Nadere informatie

Texaco Ruitensproeier antivries concentraat

Texaco Ruitensproeier antivries concentraat 1. Identificatie van het product : Texaco ruitenproeier antivries concentraat Toepassing : Ruitenproeier antivries concentraat Leverancier : Firma J. van der Graaf & Zn. Patrijsweg 1 4791 RV Klundert -

Nadere informatie

Algemeen Ziekenhuis Vesalius Studenten- Stagiairs

Algemeen Ziekenhuis Vesalius Studenten- Stagiairs W E R K P O S T F I C H E In uitvoering van het KB van 03.05.1999 betreffende de bescherming van de jongeren op het werk en de omzendbrief van 12.01.2004 betreffende het gezondheidstoezicht van stagiairs

Nadere informatie

Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten (R-zinnen)

Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten (R-zinnen) Document Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel Tel 02 553 03 55 - Fax 02 553 80 06 beleid@lne.vlaanderen.be Onderwerp Status versie datum auteur R-zinnen en S-zinnen

Nadere informatie

Mededeling betreffende het besluit van de Vlaamse Regering van 1 oktober 2004 houdende de normen voor de preventie van brand in de mini-crèches

Mededeling betreffende het besluit van de Vlaamse Regering van 1 oktober 2004 houdende de normen voor de preventie van brand in de mini-crèches II. 12 BV MC Mededeling betreffende het besluit van de Vlaamse Regering van 1 oktober 2004 houdende de normen voor de preventie van brand in de mini-crèches Laatste versie: 18 augustus 2005 De Vlaamse

Nadere informatie

VOORAL DE ALINEA S IN HET ROOD ZIJN ZEER BELANGRIJK VOOR HET JAARMARKTGEBEUREN

VOORAL DE ALINEA S IN HET ROOD ZIJN ZEER BELANGRIJK VOOR HET JAARMARKTGEBEUREN DIT BRANDWEERREGLEMENT IS ZEER BELANGRIJK ONDERMEER VOOR DE UITBATERS VAN KRAMEN WAAR VERWARMINGSTOESTELLEN WORDEN GEBRUIKT. GELIEVE HIERMEE REKENING TE HOUDEN EN NA TE LEVEN VOORAL DE ALINEA S IN HET

Nadere informatie

Algemeen Ziekenhuis Vesalius Studenten- Stagiairs

Algemeen Ziekenhuis Vesalius Studenten- Stagiairs W E R K P O S T F I C H E In uitvoering van het KB van 03.05.1999 betreffende de bescherming van de jongeren op het werk en de omzendbrief van 12.01.2004 betreffende het gezondheidstoezicht van stagiairs

Nadere informatie

Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken

Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken Hoofdstuk 5.3 - Etiketteren (grote etiketten) en kenmerken OPMERKING. Voor de kenmerking en etikettering van containers, MEGC s, tankcontainers en mobiele tanks van een vervoer dat deel uitmaakt van een

Nadere informatie

Infosessie bijscholing preventieadviseurs

Infosessie bijscholing preventieadviseurs Infosessie bijscholing preventieadviseurs Hoe stel ik mijn brandpreventiedossier samen? sept-okt 2016 Peter Coninckx Brandpreventiedossier: Wat? (art. 25) Brengt alle documenten samen m.b.t. brandpreventie

Nadere informatie

Omgaan met gevaarlijke stoffen

Omgaan met gevaarlijke stoffen Omgaan met gevaarlijke stoffen Middelen die bij de professionele schoonmaak gebruikt worden Gevaarlijke stof Een gevaarlijke stof is een goed dat bij een kleine blootstelling al leidt tot een gevolg zoals

Nadere informatie

Enkelvoudige R-zinnen 1 In droge toestand ontplofbaar 2 Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken.

Enkelvoudige R-zinnen 1 In droge toestand ontplofbaar 2 Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken. Enkelvoudige R-zinnen 1 In droge toestand ontplofbaar 2 Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken. 3 Ernstig ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken.

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 12 november 1999 (OR. en) 95/0235 (COD) C5-0221/1999 PE-CONS 3623/99 SOC 351 CODEC 579

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 12 november 1999 (OR. en) 95/0235 (COD) C5-0221/1999 PE-CONS 3623/99 SOC 351 CODEC 579 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 12 november 1999 (OR. en) 95/0235 (COD) C5-0221/1999 PE-CONS 3623/99 SOC 351 CODEC 579 Betreft : Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende

Nadere informatie

Algemeen Ziekenhuis Vesalius Studenten- Stagiairs

Algemeen Ziekenhuis Vesalius Studenten- Stagiairs W E R K P O S T F I C H E In uitvoering van het KB van 03.05.1999 betreffende de bescherming van de jongeren op het werk en de omzendbrief van 12.01.2004 betreffende het gezondheidstoezicht van stagiairs

Nadere informatie

Risico en Veiligheidszinnen op etiketten en veiligheidsbladen

Risico en Veiligheidszinnen op etiketten en veiligheidsbladen RISK & SAFETY ZINNEN Risico en Veiligheidszinnen op etiketten en veiligheidsbladen Laatste update: 11 maart 2003 Volgens het 'Besluit verpakking en aanduiding milieugevaarlijke stoffen', behorende bij

Nadere informatie

EXPLOSIEVEILIGHEIDSDOCUMENT Beoordeling van explosiegevaren door gas en damp van binnen arbeidsplaatsen

EXPLOSIEVEILIGHEIDSDOCUMENT Beoordeling van explosiegevaren door gas en damp van binnen arbeidsplaatsen Explosiegevaarlijke ruimte: Arbeidsplaats: Beschrijving van gas en/of damp Veiligheidsinformatieblad aanwezig (1) Vlampunt Vlampunt beneden 21 C Vlampunt boven 21 C Beschrijving van de installatie (2)

Nadere informatie

Uitgave nummer: 2 Tel. +31 (0) Pagina 1 van 5 Fax: +31 (0) / E. Tacken

Uitgave nummer: 2 Tel. +31 (0) Pagina 1 van 5 Fax: +31 (0) / E. Tacken Pagina 1 van 5 Fax: +31 (0)774762708 1 IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE ONDERNEMING Handelsnaam: Viscolub + PTFE Toepassing: Universeel PTFE smeermiddel Bedrijfsidentificatie: Bremweg

Nadere informatie

Veiligheidsinformatieblad (MSDS)

Veiligheidsinformatieblad (MSDS) Veiligheidsinformatieblad (MSDS) Rally black versie: 22 5 2006 / 116 Leverancier: Profclean Europe Duinweg 27 5482VR Schijndel telefoon: 073 5478265 fax: 073 5492305 telefoonnr noodgevallen : 073 5432720

Nadere informatie

Codex over het welzijn op het werk. Boek III.- Arbeidsplaatsen. Titel 3. Brandpreventie op de arbeidsplaatsen

Codex over het welzijn op het werk. Boek III.- Arbeidsplaatsen. Titel 3. Brandpreventie op de arbeidsplaatsen Codex over het welzijn op het werk Boek III.- Arbeidsplaatsen Titel 3. Brandpreventie op de arbeidsplaatsen Omzetting in Belgisch recht van de Europese richtlijn 89/654/EEG van de Raad van 30 november

Nadere informatie

Fiche 1 (Observatie): Arbeidshygiënische maatregelen

Fiche 1 (Observatie): Arbeidshygiënische maatregelen Fiche 1 (Observatie): Arbeidshygiënische maatregelen Chemische substanties kunnen op verschillende wijzen in het lichaam worden opgenomen door inname via de mond door contact via de huid, via de slijmvliezen

Nadere informatie

Algemeen Ziekenhuis Vesalius Studenten- Stagiairs

Algemeen Ziekenhuis Vesalius Studenten- Stagiairs W E R K P O S T F I C H E In uitvoering van het KB van 03.05.1999 betreffende de bescherming van de jongeren op het werk en de omzendbrief van 12.01.2004 betreffende het gezondheidstoezicht van stagiairs

Nadere informatie

Brandpreventie op de arbeidsplaats KB 28/03/14 BS 23/04/14. Infosessie September 2014

Brandpreventie op de arbeidsplaats KB 28/03/14 BS 23/04/14. Infosessie September 2014 Brandpreventie op de arbeidsplaats KB 28/03/14 BS 23/04/14 Infosessie September 2014 DOELSTELLING Bespreken van de nieuwe wetgeving Overzicht geven van wat er nieuw is Overzicht geven van wat Provikmo

Nadere informatie

Code Voorzorgsmaatregelen Gevarenklasse Gevarencategorie

Code Voorzorgsmaatregelen Gevarenklasse Gevarencategorie Lijst van voorzorgsmaatregelen (P-zinnen) Algemeen Code Voorzorgsmaatregelen Gevarenklasse Gevarencategorie P101 P102 P103 Bij het inwinnen van medisch advies, de verpakking of het etiket ter beschikking

Nadere informatie

Brandwonden en dan? Eerst water, de rest komt later

Brandwonden en dan? Eerst water, de rest komt later Brandwonden en dan? Eerst water, de rest komt later Eerst water, de rest komt later! Wat is een brandwond? De huid is opgebouwd uit een aantal lagen en bevat haren, klieren, zenuwen en bloed vaten. Bij

Nadere informatie

Harsh & Hazardous. Dé richtlijnen voor extreme omstandigheden EXPLOSIES

Harsh & Hazardous. Dé richtlijnen voor extreme omstandigheden EXPLOSIES Harsh & Hazardous Dé richtlijnen voor extreme omstandigheden EXPLOSIES Explosies Een explosie is het plotseling vergroten van het volume van een hoeveelheid materie waarna de energie op een heftige manier

Nadere informatie

Veiligheid: pictogrammen en borden

Veiligheid: pictogrammen en borden KWALIFICATIE DETAILHANDEL Veiligheid: pictogrammen en borden Joris werkt in een bouwmarkt waar aluminium buizen worden verkocht. Joris moet een grote order verzamelen. Bij een stelling moet hij tien buizen

Nadere informatie

1. RISK & SAFETY ZINNEN

1. RISK & SAFETY ZINNEN 1. RISK & SAFETY ZINNEN Risico en Veiligheidszinnen op etiketten en veiligheidsbladen R-zinnen geven bijzondere gevaren (Risks) aan. S-zinnen geven veiligheidsaanbevelingen (Safety) aan. De zinnen zijn

Nadere informatie

R-zinnen en S-zinnen. R-zinnen... 2 Gecombineerde R-zinnen... 4 S-zinnen... 7 Gecombineerde S-zinnen... 9

R-zinnen en S-zinnen. R-zinnen... 2 Gecombineerde R-zinnen... 4 S-zinnen... 7 Gecombineerde S-zinnen... 9 -zinnen en S-zinnen Inhoud Pag. -zinnen... 2 Gecombineerde -zinnen... 4 S-zinnen... 7 Gecombineerde S-zinnen... 9 -zinnen (aanduiding bijzondere gevaren, isk-zinnen) -nummer Gevarenaanduiding 1 2 3 4 5

Nadere informatie

Symbool (exploderende bom): zwart; achtergrond: oranje; cijfer 1 in de benedenhoek

Symbool (exploderende bom): zwart; achtergrond: oranje; cijfer 1 in de benedenhoek GEVAAR VAN KLASSE 1 Ontplofbare stoffen of voorwerpen Symbool (exploderende bom): zwart; achtergrond: oranje; cijfer 1 in (Nr. 1) Subklassen 1.1, 1.2 en 1.3 ( Nr. 1.4) Subklasse 1.4 Achtergrond: oranje;

Nadere informatie

Transport gevaarlijke stoffen

Transport gevaarlijke stoffen min. 30 cm Identificatienummer gevaar Identificatienummer stof 40 cm Afmeting mag ongeveer 10% afwijken Herkenningsbord Blanco Lijst van stoffen en identificatienummers Betekenis van gevaarsidentificatienummers

Nadere informatie

ATEX Richtlijn 153 1

ATEX Richtlijn 153 1 ATEX Richtlijn 153 1 2 ATEX Richtlijn 153 (richtlijn 1999: 92/EG) Mechanische of elektrische vonken, hete oppervlakken en statische elektriciteit kunnen een explosie veroorzaken op arbeidsplaatsen waar

Nadere informatie

Preventie en wetgeving. Focus op brandpreventie 2014/2

Preventie en wetgeving. Focus op brandpreventie 2014/2 Preventie en wetgeving 2014/2 Inhoud 1 Wettelijk kader... 5 1.1 Referentie... 5 1.2 Historiek... 5 1.2.1 Artikel 52... 5 1.2.2 Herziening... 5 1.3 KB Brandpreventie... 8 1.4 Andere relevante wetgeving...

Nadere informatie

De klassieke oranje HSID-symbolen vervallen en worden vervangen door de nieuwe GHS/CLP-pictogrammen.

De klassieke oranje HSID-symbolen vervallen en worden vervangen door de nieuwe GHS/CLP-pictogrammen. GEMEENSCHAPPELIJKE PREVENTIEDIENST Gevaarlijke stoffen - etikettering De klassieke oranje HSID-symbolen vervallen en worden vervangen door de nieuwe GHS/CLP-pictogrammen. Op 31 december 2008 is de Verordening

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR CIRCULAIRE. Uitgave : 1

KONINKRIJK BELGIE MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR CIRCULAIRE. Uitgave : 1 KONINKRIJK BELGIE MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR Bestuur van de Luchtvaart CIRCULAIRE CIR/EQUIP-01 Datum 09/75 Uitgave : 1 Betreft : Draagbare snelblussers voor gebruik aan boord van luchtvaartuigen

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Normaal gebruik: Kleefstof blz 1 van 5 IDENTIFICATIE VAN DE ONDERNEMING COPAGRO CV Pachtgoedstraat 1 B-9140 TEMSE Tel. (03) 760 00 10 Fax (03) 760 00 19 Tel. Nr. voor noodgevallen : Leverancier : (03)760

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Normaal gebruik: Kleefstof blz 1 van 6 IDENTIFICATIE VAN DE ONDERNEMING COPAGRO CV Pachtgoedstraat 1 B-9140 TEMSE Tel. (03) 760 00 10 Fax (03) 760 00 19 Tel. Nr. voor noodgevallen : Leverancier : (03)760

Nadere informatie

Welzijn en opleidingen

Welzijn en opleidingen Welzijn en opleidingen De wetgeving over het welzijn op het werk verplicht werkgevers de nodige maatregelen te nemen om het welzijn van de werknemers te bevorderen tijdens de uitvoering van hun werk. Een

Nadere informatie

Brand : waarschuwen en reageren. Veilig Wonen

Brand : waarschuwen en reageren. Veilig Wonen Brand : waarschuwen en reageren Veilig Wonen Inleiding Elk jaar zijn er in België ongeveer 10.000 branden. Brandpreventie Gelukkig hebben vele branden slechts materiële schade tot gevolg, maar soms maken

Nadere informatie

Explosieveilige elektrische/ventilatie-/verlichtings-/...apparatuur gebruiken. Uitsluitend vonkvrij gereedschap gebruiken

Explosieveilige elektrische/ventilatie-/verlichtings-/...apparatuur gebruiken. Uitsluitend vonkvrij gereedschap gebruiken Betekenis P-zinnen Algemeen P101 P102 P103 Bij het inwinnen van medisch advies, de verpakking of het etiket ter beschikking houden Buiten het bereik van kinderen houden Alvorens te gebruiken, het etiket

Nadere informatie

Brandwonden en dan? Eerst water, de rest komt later

Brandwonden en dan? Eerst water, de rest komt later Brandwonden en dan? Eerst water, de rest komt later Eerst water, de rest komt later! Voorkom brandwonden Er is maar één juist antwoord op de vraag hoe brandwonden kunnen worden voorkomen: wees alert en

Nadere informatie

De inhoud van uw gascilinders. Veiligheidsboekje nr. 1

De inhoud van uw gascilinders. Veiligheidsboekje nr. 1 De inhoud van uw gascilinders Veiligheidsboekje nr. 1 1 Beste gasgebruiker, Messer produceert en levert een brede waaier aan gassen. Gassen zijn veilig om mee te werken - zolang u rekening houdt hun specifieke

Nadere informatie

Identificatie gevaarlijke stoffen

Identificatie gevaarlijke stoffen Identificatie gevaarlijke stoffen 2 Gas 3 Brandbare vloeistof 4 Brandbare vaste stof 5 Oxiderende werkende stof of Organische peroxide 6 Giftige stof 7 Radioactieve stof 8 Bijtende stof 9 Diverse gevaarlijke

Nadere informatie

Betrouwbaar, Technisch, Vriendelijk

Betrouwbaar, Technisch, Vriendelijk Betrouwbaar, Technisch, Vriendelijk Stofexplosiegevaar Thema avond PREBES Aquafin Harelbeke 08/06/2017 G. Cailliau, sectormanager BTV West Vlaanderen Inhoud Wanneer is er explosiegevaar? Wettelijk kader.

Nadere informatie