VAN BESOUW KUNSTSTOFFEN B.V. Kerkstraat 51 NL-5051 LA GOIRLE Tel. 0031/ Fax 0031/ B E S C H R I J V I N G

Transcriptie

1 BUtgb Belgische Unie voor de technische goedkeuring in de bouw c/o Ministerie van Verkeer en Infrastructuur, Bestuur van Wegverkeer en Infrastructuur, Dienst Kwaliteit, Directie Goedkeuring en Voorschriften Wetstraat 155 B-1040 Brussel Tel. : 02/ , Fax : 02/ Lid van de Europese Unie voor de technische goedkeuring in de bouw (EUtgb) 00/2357 Geldig van tot verlengd tot TECHNISCHE GOEDKEURING MET CERTIFICATIE Dakafdichtingssysteem PVC 200/D, 400/D (1.2 en 1.5 mm) VAN BESOUW KUNSTSTOFFEN B.V. Kerkstraat 51 NL-5051 LA GOIRLE Tel. 0031/ Fax 0031/ Deze ATG werd eveneens toegestuurd aan de brandweerdiensten. B E S C H R I J V I N G 3.0 Daken Toitures Dächer Roofs 1. Voorwerp Dakafdichtingssysteem op basis van weekgemaakt PVC dat niet verenigbaar is met bitumen en mechanisch wordt bevestigd op een ondergrond van geprofileerde staalplaat, voor platte en hellende daken, bestemd voor de toepassingen vermeld in tabel 1 en waarbij de plaatsingsfiches gerespecteerd worden. De goedkeuring met certificatie omvat een industriële zelfcontrole van de fabricage en een periodieke externe controle. De producten waarvoor een technische goedkeuring met certificatie is afgegeven, mogen worden vrijgesteld van de technische keuringsproeven vóór hun verwerking. 2. Materialen /D, 400/D Membraan op basis van polyvinylchloride dat weekmakers, (hitte- en UV-) stabiliseringsmiddelen, pigmenten en minerale vulstoffen bevat en gewapend is met een polyesterbreisel. Tabel 1 : Toepassingsgebied van de afdichting overeenkomstig het K.B. van Soorten Hoge en middel- Lage gebouwen < 10 m (2) (3) Gebouwen waarop het KB afdichtings- hoge gebouwen niet van toepassing is (2) membranen (1) 10 m (2) niet-smeltbare ondergrond smeltbare daken met ballast, onderhouds- (beton, staalplaat, hout, ondergrond tuindak, omkeerdak werken vezelcement, cellenbeton, MW) (EPS-SE) 400/D voldoet enkel met voldoet voldoet voldoet voldoet zware schutlaag 200/D voldoet enkel met voldoet voldoet voldoet voldoet zware schutlaag (1) De vermelde membranen zijn bestemd als afdichting en moeten worden geplaatst volgens de voorschriften van 4 en de plaatsingsfiches. (2) De gebouwhoogtes en -types zijn gedefinieerd volgens het KB van Dakafdichtingssystemen van gebouwen 10 m moeten voldoen aan de brandreactieklasse A1 (NBN S21-203). Voor gebouwen < 10 m moet de dakafdichting ofwel voldoen aan de brandreactieklasse A1 (NBN S21-203), ofwel moet het dakafdichtingssysteem voldoen aan de brandproef pren Voor gebouwen zoals eengezinswoningen, gebouwen met max. 2 verdiepingen en een oppervlakte 100 m 2, industriële gebouwen of onderhoudswerken is geen brandklassering vereist. Omkeerdaken of daken met zware schutlaag (b.v. grind 6 cm,... ) voldoen aan de eisen van het KB betreffende het brandgedrag. (3) Binnen afzienbare tijd zullen de brandeisen zoals gesteld voor de lage gebouwen eveneens van toepassing worden voor industriële gebouwen. BUtgb Gebouwen : DGV - SECO - WTCB en de Gewesten met medewerking van de gespecialiseerde instelling TCHN. Uitvoerend Bureau Toitures : De HH. Busschaert (DGV), Vitse (WTCB), Dupont (WTCB), Longuet (SECO), Van den Bossche (TCHN), Mevr. Proot (SECO), Mej. Henderieckx. ATG 00/2357 1

2 Tabel 2 200/D 400/D Dikte (mm) Wapening Polyesterbreisel Polyesterbreisel type 90 g/m g/m 2 Oppervlaktemassa (kg/m 2 ) ± 10 % ± 10 % ± 10 % ± 10 % Nominale lengte (m) Nominale breedte (m) Kleur - bovenzijde lichtgrijs lichtgrijs - onderzijde meestal lichtgrijs lichtgrijs Kenmerken van de samenstellende materialen van het membraan : De wapeningen : tabel 3 Type 200/D 400/D Oppervlaktemassa (g/m 2 ) (± 10 %) Treksterkte (N/50 mm) - langsrichting dwarsrichting Breukrek (%) - langsrichting dwarsrichting Het mengsel : tabel 4 Onderkant Bovenkant Code Type weekmaker ftalaat ftalaat Gehalte aan weekmaker (%) Asgehalte (%) 9.5 ± ± 2 UV-stabiliseringsmiddel x x Hittestabiliseringsmiddel x x 2.2 Andere materialen PVC-PASTA VAN BESOUW PVC in een oplossing van tetrahydrofuraan, gebruikt om de zichtbare randen van de naadverbindingen te beschermen METAALFOLIEPLAAT (VAN BESOUW FP) Ze bestaat uit een plaat verzinkt staal van 0,6 mm waarop een folie uit weekgemaakt PVC van 0,6 mm wordt gelamineerd. Kenmerken : dikte (mm) : 1,2 breedte (m) : 1 lengte (m) : 2 of 3 oppervlaktemassa (kg/m 2 ) : ~ 5,5 kleur : grijs MEMBRAAN VAN BESOUW 10/D Ongewapend PVC-membraan van 1,5 mm dik dat wordt gebruikt voor de uitvoering van dakdetails SCHEIDINGSLAGEN Zij dienen hetzij als mechanische bescherming, hetzij om de membranen te scheiden van onverenigbare materialen zoals bitumen, isolatiematerialen, polystyreen,... Type Polyestermat 120 g Glasvlies 120 g PE-schuim 3 mm Polyester mat 300 g MECHANISCHE BEVESTIGINGEN Gebruik chemische bescherming (ondergrond EPS) chemische bescherming (ondergrond EPS) mechanische bescherming mechanische en chemische bescherming Systeem ISO-FAST IF/IFT van de onderneming SFS Stadler AG (CH) bestaande uit een ankerplaatje en een schroef voor bevestiging op een ondergrond van geprofileerde staalplaat Ovalen ankerplaatjes (40 x 82 mm) in verzinkt staal van één millimeter dik en met een uitholling waarin de schroefkop kan worden verzonken. Schroef in gepassiveerd verzinkt cementstaal met een zelfborende punt met diameter 4,8 mm (IF2 of IFT2). Standaardlengte van 50 tot 250 mm. Zeskante kop, schroefdraadgang 1,5 mm en draagrand. EUtgb-klasse : 2 (15 Kesternich-cycli). Karakteristieke weerstand (statische losrukking) : 1450 N (geprofileerde staalplaat van 0,75 mm) Bevestigingen Olympic (Olympic Manufacturing Group PO Box 508, 153 Bowles road Awagam MA USA) Ovalen ankerplaatjes (40 x 80 mm) in verzinkt staal van één millimeter dik. Schroef in gechromateerd staal met een zelfborende punt (125 STD) Ø 5,5 mm. 2 ATG 00/2357

3 Standaardlengte van mm. Philipskop. EUtgb-klasse : 2 (15 Kesternich-cycli). Karakteristieke weerstand (statische losrukking) : 830 N (geprofileerde staalplaat van 0,75 mm). Voor het gebruik van andere bevestigingen wordt verwezen naar de productgoedkeuringen Bevestigingen of naar de informatie van de fabrikant en de windweerstandsproeven LIJMEN VB Contactlijm op basis van nitrilrubber, waarmee het membraan op dakdetails, opstanden en zijstukken van schouwen wordt bevestigd door dubbele verlijming. Kenmerken : volumemassa : ~ 0,9 kg/dm 3 vlampunt : -17 C (ASTM) verpakking : bus van 4 kg THERMISCHE ISOLATIE Voor het isolatiemateriaal moet een technische goedkeuring als ondergrond van de dakafdichting afgegeven zijn. 3. Fabricage en verkoop 400/D en 200/D worden vervaardigd door de onderneming Van Besouw Kunststoffen B.V. te Goirle (NL). De industriële zelfcontrole van de fabricage omvat met name het bijhouden van een controleregister en de uitvoering van laboratoriumproeven op proefstalen die op de productielijn genomen worden. Markering : de membranen worden voorzien van een etiket met de merknaam, fabrikant, dikte, pren De onderneming Van Besouw Kunststoffen B.V. staat in voor de verkoop. 4. Verwerking De dakafdichtingen die als eenlaagse bekleding worden geplaatst, vergen een bijzonder zorgzame uitvoering, nog meer dan die welke als meerlaagse bekleding worden geplaatst. De aannemer dient alleen hooggespecialiseerd personeel in te zetten en er zich door een regelmatig en nauwgezet toezicht van te vergewissen dat het werk steeds en overal volgens de voorschriften van de fabrikant wordt uitgevoerd. Alleen door de onderneming Van Besouw kunsstoffen B.V. erkende ondernemingen mogen het membraan verwerken. De onderneming Van Besouw Kunststoffen B.V. staat in voor de opleiding van de plaatser. 4.1 Opslag en werfvoorbereiding De membranen 200/D en 400/D vergen geen bijzondere opslagomstandigheden. De membranen moeten plat worden opgeslagen op een propere en effen ondergrond en beschut tegen de weersinvloeden. De lijmen en kitten moeten worden opgeslagen in een droge, goed verluchte ruimte, beschut tegen de weersinvloeden en bij een temperatuur tussen 5 en 25 C. De opslagtijd mag niet meer dan 12 maanden bedragen. 4.2 Hygrothermische omstandigheden - dampscherm : zie TV 183 van het WTCB Bij vochtig weer (regen, sneeuw, mist) en wanneer de omgevingstemperatuur minder dan 5 C bedraagt, moet het werk worden onderbroken. De plaatsingsfiches 1 en 2 vermelden de samenstelling van de dakafdichting al naargelang de plaatsingsvorm en de aard van de ondergrond, al dan niet afhankelijk van de brandvoorschriften. De afdichtingsmembranen worden spanningsvrij geplaatst op een droge en effen ondergrond. De afdichting wordt hetzij losliggend met ballast, hetzij met mechanische bevestigingen op een geprofileerde staalplaat geplaatst. 4.3 Uitvoering van de afdichting UITVOERING VAN DE NAADVERBINDINGEN De membranen worden spanningsvrij op de ondergrond uitgerold met een overlapping van 100 mm (plaatsing met mechanische bevestigingen) of 50 mm (losliggende plaatsing). De te lassen oppervlakken moeten droog en proper zijn (vrij van vet en stof). De banen worden steeds verbonden door lassen met hete lucht Het lassen gebeurt met behulp van manuele of automatische lastoestellen. De las moet minstens 20 mm breed zijn (automatisch lastoestel) of 30 mm (manueel lastoestel) vanaf de buitenrand van de bovenste baan. Bij gebruik van manuele lastoestellen moet de laszone na het lassen worden aangedrukt. ATG 00/2357 3

4 4.3.2 LOSLIGGENDE PLAATSING (BREEDTE VAN 2,12 m) Op de ondergrond wordt eventueel een scheidingslaag aangebracht (zie 2.2.4). De folies worden afgerold en de naadverbindingen worden uitgevoerd zoals aangegeven in PLAATSING MET MECHANISCHE BEVESTIGINGEN OP EEN ONDERGROND IN GEPROFILEERDE STAALPLAAT (BREEDTE 1,50; 1,06; 0,70 EN 0,53 m) De eerste baan wordt op de ondergrond uitgerold, bij voorkeur haaks op de golven. De langsrand wordt over de hele dakomtrek aan een metaalfolieplaat gelast, die zelf mechanisch wordt bevestigd, of voor gebouwen met een hoogte < 12 m, wordt bevestigd met minstens 4 schroeven per strekkende meter. De andere rand wordt vervolgens bevestigd met een voldoende aantal verankeringen die op ten minste 30 mm van de rand worden geplaatst. De volgende baan wordt dan parallel met de eerste gelegd, met een overlapping van ten minste 100 mm, en gelast zoals aangegeven in De bevestigingen moeten zo lang zijn dat zij ten minste 15 mm doorheen de staalplaat steken. SFS-bevestigingen Voor de gangbare belastingsgevallen vermeldt de onderstaande tabel het aantal bevestigingen. Rekening houdend met een Ca van 0,90, een Cd van 0,95 en een veiligheidscoëfficiënt van 2, heeft een bevestiging een weerstand van 380 N. Olympic-bevestigingen Rekening houdend met een veiligheidscoëfficiënt van 2, een Ca van 0,90 en een Cd van 0,95, heeft een bevestiging een weerstand van 345 N. 4.4 Dakdetails Wat betreft de uitzettingsvoegen, opstanden, dakranden en dakgoten wordt verwezen naar de TV 191 van het WTCB en naar de voorschriften van de fabrikant. Met het oog op de brandveiligheid moeten de dakdetails aldus worden uitgevoerd dat luchtlekken voorkomen worden. 4.5 Windweerstand De windweerstand van de dakafdichting wordt bepaald uitgaande van de te verwachten windbelasting. Die wordt berekend volgens de TV 183 van het WTCB en NBN B Voor de windweerstand van de afdichting vermelden wij hieronder de rekenwaarden : losliggende plaatsing : ballast volgens TV 183 van het WTCB plaatsing met mechanische bevestigingen op geprofileerde staalplaat (zie 4.3.3) : N (bevestiging SFS) N (bevestiging Olympic). Bij gebruik van de bovenvermelde rekenwaarden moeten de plaatsingsfiches in acht worden genomen. De vermelde rekenwaarden moeten worden getoetst aan de rekenwaarden voor de dakisolatie. De laagste rekenwaarde moet in aanmerking worden genomen voor de gehele daksamenstelling. 5. Prestaties Tabel 5 vermeldt de aanvaardingscriteria die zijn vastgesteld door de EUtgb en/of door de fabrikant. Tijdens de verschillende controles werd nagegaan of aan deze criteria is voldaan. Waar deze criteria ontbraken, geeft de tabel de resultaten weer van de laboratoriumproeven. De vermelde waarden vloeien niet voort uit statistische interpretaties en worden niet gewaarborgd door de fabrikant. 6. Gebruiksrichtlijnen 6.1 Toegankelijkheid Enkel de dakbedekkingen met een zware schutlaag in tegels mogen worden betreden. De andere dakbedekkingen mogen uitzonderlijk betreden worden voor onderhoud. Indien de daken met een ballastlaag ( 6 cm) worden afgewerkt, is de plaatsing van een scheidingslaag ( 150 g/m 2 ) in polyester of polypropyleen noodzakelijk. 6.2 Onderhoud Het verdient aanbeveling de dakafdichting en haar schutlaag jaarlijks voor en na de winter te onderhouden. Dit onderhoud heeft betrekking op de punten vermeld in de norm NBN B en in de TV 183 van het WTCB. 6.3 Herstelling Herstellingen aan de dakafdichting of haar schutlaag moeten worden uitgevoerd met dezelfde materialen als de vroeger gebruikte materialen. De herstellingen dienen met zorg en volgens de voorschriften van de fabrikant te worden verricht. 4 ATG 00/2357

5 Tabel 6.1 : Aantal bevestigingen per m 2 (n) en, als voorbeeld, de baanbreedte * (b) en de maximale afstanden ** (e) te voorzien tussen de SFS-bevestigingen op een ondergrond in geprofileerde staalplaat (0,75 mm). Ruwheidsklasse I II III IV Kust Platteland Industrie- of bosgebied Stad Dynamische basiswinddruk (N/m 2 ) 8 m 20 m 8 m 20 m 8 m 20 m 8 m 20 m Beschouwd maximum cp n b e n b e n b e n b e n b e n b e n b e n b e Middenzone - gesloten gebouw 1, open gebouw 1, Randzone - gesloten gebouw 2, open gebouw 2, Hoekzone - gesloten gebouw 2, open gebouw 3, * om het voorziene aantal bevestigingen te kunnen plaatsen, en rekening houdend met de naadoverlapping, levert de onderneming ook stroken van 1,06; 0,70 en 0,53 m breed. ** om een gelijkmatige verdeling van de bevestigingen in beide richtingen te verkrijgen, volstaan meestal 4 tot 5 bevestigingen per strekkende meter (minimale tussenafstand 200 mm). *** bijvoorbeeld, voor een gesloten gebouw van 8 m hoog aan de kust, in de middenzone van het dak, wordt het aantal bevestigingen verkregen door de vergelijking n = 950 x 1,3/380 = 3,2 voor een nuttige breedte van 140 cm (150 cm). De tussenafstand wordt verkregen door de vergelijking (e) : e = n x (b - 10) = x (150-10) = 22 ATG 00/2357 5

6 Tabel 6.2 : Aantal bevestigingen per m 2 (n) en, als voorbeeld, de baanbreedte * (b) en de maximale afstanden ** (e) te voorzien tussen de Olympic-bevestigingen op een ondergrond in geprofileerde staalplaat (0,75 mm). Ruwheidsklasse I II III IV Kust Platteland Industrie- of bosgebied Stad Dynamische basiswinddruk (N/m 2 ) 8 m 20 m 8 m 20 m 8 m 20 m 8 m 20 m Beschouwd maximum cp n b e n b e n b e n b e n b e n b e n b e n b e Middenzone - gesloten gebouw 1, open gebouw 1, Randzone - gesloten gebouw 2, open gebouw 2, Hoekzone - gesloten gebouw 2, open gebouw 3, * om het voorziene aantal bevestigingen te kunnen plaatsen, en rekening houdend met de naadoverlapping, levert de onderneming ook stroken van 1.06; 0,70 en 0,53 m breed. ** om een gelijkmatige verdeling van de bevestigingen in beide richtingen te verkrijgen, volstaan meestal 4 tot 5 bevestigingen per strekkende meter (minimale tussenafstand 200 mm). *** bijvoorbeeld, voor een gesloten gebouw van 8 m hoog aan de kust, in de middenzone van het dak, wordt het aantal bevestigingen verkregen door de vergelijking n = 950 x 1,3/340 = 3,6 voor een nuttige breedte van 140 cm (150 cm). De tussenafstand wordt verkregen door de vergelijking (e) : e = n x (b - 10) = x (150-10) = 20 6 ATG 00/2357

7 Tabel 5 CRITERIA Extern laboratorium EUtgb Fabrikant 400/D 200/D 400/D 200/D 5.1 Membraan Dikte (mm) 1.2 ± 5 % ± 5 % x x 1.5 ± 5 % ± 5 % x x Vrije krimp (%) - 6 u 80 C x x d 80 C x x - 6 m water 60 C x x Treksterkte (N/50 mm) L/D x x Breukrek (%) L/D x x Nagelscheurweerstand (N) L x x D Gehalte aan weekmakers (%) nieuw - 27 x x 168 d 80 C 10 % - x u UV 10 % m water 60 C 10 % - x Gewichtsverlies (%) 28 d 80 C x - Soepelheid lage T ( C) nieuw -20 C -40 C x x 28 d 80 C -20 C - x d 80 C -15 C u UV C - Waterabsorptie (%) 6 m water 60 C 5 % - x - Statische ponsweerstand beton - L4 - EPS - L4 Vlakheid p 10 mm 10 mm x - g 50 mm 50 mm x Naadverbindingen Trek-schuifsterkte (N/50 mm) breuk niet op verbinding breuk niet op verbinding x - Pelsterkte gemiddeld x - minimaal x 5.3 Hechting aan de ondergrond Windweerstandsproeven - geprofileerde staalplaat (0.75 mm) een bevestiging weerstaat - rotswol 100 mm aan 800 N, bij 900 N : - 200/D mechanisch bevestigd met 3.8 scheurt het membraan Olympic-schroeven per m 2 - geprofileerde staalplaat (0.75 mm) een bevestiging weerstaat - rotswol (100 mm) aan 900 N, bij 1000 N : - 400/D mechanisch bevestigd met 3,8 SFS- scheurt het membraan schroeven per m Brandreactie Overeenkomstig pren werden de volgende daksamenstellingen getest : Geprofileerde staalplaat - EPS 20 GV 120 g 400/D mechanisch bevestigd (RUG 9108A + FMPA ) Geprofileerde staalplaat + LM + 400/D mechanisch bevestigd (RUG 9108B + FMPA ) Geprofileerde staalplaat - EPS 20 - GV 120 g - 200/D mechanisch bevestigd (RUG 9527) 5.5 Chemische bestendigheid Het membraan is bestand tegen de inwerking van de meeste producten. Het is echter niet bestand tegen bepaalde stoffen zoals benzine, benzeen, petroleum, organische oplosmiddelen, vetstoffen, oliën, teerproducten, detergenten en geconcentreerde oxidatiemiddelen bij hoge temperatuur. In twijfelgevallen moet het advies van de fabrikant of van zijn vertegenwoordiger worden ingewonnen. x : Beproefd en in overeenstemming met de criteria van de fabrikant. ATG 00/2357 7

8 G O E D K E U R I N G Beslissing Gelet op het Ministerieel Besluit van 6 september 1991 tot inrichting van de technische goedkeuring en opstelling van typevoorschriften in de bouwsector (Belgisch Staatsblad van 29 oktober 1991). Gelet op de door de onderneming VAN BESOUW Kunststoffen B.V. ingediende aanvraag (AG ). Gezien het advies van de gespecialiseerde groep Daken van de Technische Goedkeuringscommissie, uitgebracht tijdens haar vergadering van 4 juli 2000 op grond van het verslag van het Uitvoerend Bureau Daken van de BUtgb. Gelet op de door de fabrikant ondertekende overeenkomst, waarbij hij zich onderwerpt aan een doorlopende controle op de naleving van de voorwaarden van deze goedkeuring. Wordt de technische goedkeuring met certificatie verleend aan de onderneming VAN BESOUW KUNSTSTOFFEN B.V. voor het dakafdichtingssysteem PVC 200/D, 400/D, rekening houdend met de bovenstaande beschrijving. Deze goedkeuring dient te worden hernieuwd op 22 september Brussel, 22 september De directeur-generaal, H. COURTOIS 8 ATG 00/2357

9 Plaatsingsfiche 1 : Plaatsingsfiche voor de dakmembranen met een brandklassering pren Onderstaande plaatsingsfiche geeft een verdere toelichting bij tabel 1 en vermeldt de membraantypes en hun plaatsingstechniek al naargelang de ondergrond, overeenkomstig de brandeisen bepaald in het KB van Productnamen : 200/D*, 400/D*. Plaatsingswijze: zie onderstaande tabel + voorschriften van TV 183 van het WTCB. Helling : daken met een helling 20. Ondergrond Gebouwtypes volgens het KB van beton hout PUR PF EPS MW EPB CG BIT cellenbet. PIR Losse plaatsing met zware x x x x x x x 0 x scheidingslaag + 200/D of schutlaag 400/D + ballast Mechanische bevestiging x x glasvlies + 400/D of 200/D geprofileerde staalplaat (*) Het hierboven vermelde membraan werd beproefd volgens pren Indien dit membraan voorzien zou worden van een zware schutlaag (b.v. grind 6 cm,... ) kan het in aanmerking genomen worden voor een A1-brandklassering. legende = coderingen zie TV 183. x = toepasselijk 0 = toepassing niet voorzien in deze goedkeuring. Plaatsingsfiche 2 : Plaatsingsfiche voor de dakmembranen zonder brandklassering Onderstaande plaatsingsfiche geeft een verdere toelichting bij tabel 1 en vermeldt de membraantypes en hun plaatsingstechniek al naargelang de ondergrond, voor gebouwen waarop het KB betreffende de brandeisen niet van toepassing is. Productnamen : 200/D, 400/D. Plaatsingswijze : zie onderstaande tabel + voorschriften van TV 183 van het WTCB. Helling : - daken met een helling 2-5 % : De dakhelling moet volstaan om belangrijke plasvorming te vermijden; 2 % mag hierbij aangenomen worden als richtcijfer voor de nominale dakhelling. Daken met helling > 5 % : Als de dakhelling 40 % of meer bedraagt over een afstand van 1 m, moet men bijkomende mechanische bevestigingen voorzien tegen afschuiving. Ondergrond Gebouwen waarop het KB niet van toepassing is beton hout PUR PF EPS MW EPB CG BIT cellenbet. PIR Losse plaatsing met ballast x x x x x x x 0 x eventuele scheidingslaag + 200/D of 400/D Mechanische bevestiging 0 0 x 0 x x x 0 x eventuele scheidingslaag geprofileerde staalplaat + 200/D of 400/D legende = coderingen - zie TV 183 x = toepasselijk 0 = toepassing niet voorzien in deze goedkeuring. ATG 00/2357 9