ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 19 juni 2003 *

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 19 juni 2003 *"

Transcriptie

1 ARREST VAN ZAAK C-420/01 ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 19 juni 2003 * In zaak C-420/01, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door H. van Lier en R. Amorosi als gemachtigden, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg, verzoekster, tegen Italiaanse Republiek, vertegenwoordigd door U. Leanza als gemachtigde, bijgestaan door M. Fiorilli, avvocato dello Stato, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg, verweerster, betreffende een verzoek om vast te stellen dat de Italiaanse Republiek, door op in andere lidstaten vervaardigde en in de handel gebrachte dranken een regeling toe te passen die het in Italië in de handel brengen verbiedt van energiedrankjes waarvan het cafeïnegehalte een bepaalde grens overschrijdt, zonder aan te tonen dat die grens noodzakelijk en redelijk is ter bescherming van de volksgezondheid, de krachtens de artikelen 28 EG en 30 EG op haar rustende verplichtingen niet is nagekomen, * Procestaai: Italiaans. I

2 COMMISSIE / ITALIË wijst HET HOF VAN JUSTITIE (Derde kamer), samengesteld als volgt: J.-P. Puissochet, kamerpresident, F. Macken (rapporteur) en J. N. Cunha Rodrigues, rechters, advocaat-generaal: J. Mischo, griffier: R. Grass, gezien het rapport van de rechter-rapporteur, gehoord de conclusie van de advocaat-generaal ter terechtzitting van 27 februari 2003, het navolgende Arrest 1 Bij verzoekschrift, neergelegd ter griffie van het Hof op 23 oktober 2001, heeft de Commissie van de Europese Gemeenschappen krachtens artikel 226 EG beroep ingesteld strekkende tot vaststelling dat de Italiaanse Republiek, door op in andere lidstaten vervaardigde en in de handel gebrachte dranken een regeling toe te passen die het in Italië in de handel brengen verbiedt van energiedrankjes waarvan het cafeïnegehalte een bepaalde grens overschrijdt, zonder aan te tonen dat die grens noodzakelijk en redelijk is ter bescherming van de volksgezondheid, de krachtens de artikelen 28 EG en 30 EG op haar rustende verplichtingen niet is nagekomen. I

3 ARREST VAN ZAAK C-420/01 Het rechtskader De gemeenschapsregeling 2 De communautaire regelgeving bevat geen bepalingen betreffende de voorwaarden voor toevoeging van nutriënten zoals cafeïne aan gewone voedingswaren. De nationale regeling 3 Artikel 15, lid 3, van het Decreto del Presidente della Repubblica van 19 mei 1958, met als opschrift Regolamento per la disciplina igienica della produzione e del commercio delle acque gassate e delle bibite analcooliche gassate e non gassate confezionate in recipiente chiusi" (Besluit houdende hygiënische voorschriften voor de productie en de verhandeling van spuitwater en niet-alcoholische dranken met of zonder koolzuur in gesloten verpakking, GURI nr. 178 van 24 juli 1958, biz. 3081; hierna: DPR nr. 719/58") bepaalt: Voor de toevoeging van andere dan de in dit besluit vermelde stoffen die niet vooraf door het Alto Commissariato per l'igiene e la sanità pubblica zijn erkend, dient op voorstel van de gezondheidsdienst van de provincie waar de fabriek is gevestigd, en na advies van de provinciale gezondheidsraad door het Alto Commissariato een vergunning ad hoc te worden verleend." I

4 COMMISSIE / ITALIÉ De precontentieuze procedure 4 Door klachten van marktdeelnemers werd de aandacht van de Commissie gevestigd op de belemmering van het in Italië invoeren en in de handel brengen van bepaalde in andere lidstaten wettig vervaardigde en in de handel gebrachte energiedrankjes. Deze dranken, onder meer van de merken Red Bull, CULT en GUVI, worden gekenmerkt door een cafeïnegehalte tussen de 250 en 320 mg/l en door het feit dat zij vaak nog andere stoffen, zoals taurine, bevatten. 5 Aanvankelijk verboden de Italiaanse autoriteiten het in de handel brengen van deze dranken, met name die welke taurine bevatten, bij het decreto legislativo (wetsbesluit) nr. Ill van 27 januari 1992 (GURI nr. 39 van 17 februari 1992, suppi, ord.) overeenkomstig een advies van de Consiglio superiore della Sanità (Italiaanse hoge raad voor de gezondheid; hierna: CSS") van 13 december Later wijzigden de Italiaanse autoriteiten hun standpunt en stonden zij het in Italië in de handel brengen van deze dranken toe op voorwaarde dat het cafeïnegehalte ervan niet hoger was dan 125 mg/l. 7 Van oordeel dat, bij gebreke van wetenschappelijke bewijzen dat de overschrijding van deze grens schadelijk kan zijn voor de volksgezondheid, een dergelijk verbod een met artikel 28 EG strijdige en door artikel 30 EG niet gerechtvaardigde maatregel van gelijke werking als een kwantitatieve invoerbeperking vormde, stuurde de Commissie de Italiaanse regering op 4 oktober 1996 een aanmaningsbrief. I

5 ARREST VAN ZAAK C-420/01 8 Omdat zij het antwoord van de Italiaanse autoriteiten van 8 januari 1997 niet afdoende achtte, bracht de Commissie op 23 september 1997 een met redenen omkleed advies uit waarin zij de Italiaanse Republiek verzocht, binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving ervan te voldoen aan de verplichtingen die uit artikel 28 EG voortvloeien. 9 Na de Commissie te hebben laten weten dat de opnieuw om advies gevraagde CSS had vastgesteld dat volgens de huidige stand van de wetenschap de betrokken dranken geen aanleiding gaven tot gegronde vrees voor de volksgezondheid, deelden de Italiaanse autoriteiten haar op 18 juni 1998 circulaire nr. 5 van de minister van Volksgezondheid van 3 april 1998 mee, met als opschrift Bevande di provenienza comunitaria caratterizzate da elevati tenori di caffeina e di taurina" (Uit landen van de Gemeenschap afkomstige dranken met een hoog cafeïne- en taurinegehalte, GURI nr. 101 van 4 mei 1998, biz. 72; hierna: circulaire van 1998"), waarbij het in Italië op de markt brengen van dergelijke in andere lidstaten wettig vervaardigde en in de handel gebrachte dranken wordt toegestaan. 10 De marktdeelnemers die bij de Commissie klacht hadden ingediend, bevestigden dat het vrije verkeer in Italië van in andere lidstaten wettig vervaardigde en/of in de handel gebrachte dranken in de praktijk werd verzekerd dankzij de circulaire van Nadat de Commissie de Italiaanse autoriteiten er meermaals aan herinnerd had dat zij niettemin de litigieuze bepalingen van hun wettelijke regeling zo snel mogelijk definitief en volgens de gebruikelijke procedures dienden te wijzigen, deelden deze autoriteiten de Commissie op 13 november 2000 een ontwerp van besluit mee dat strekte tot aanpassing van de Italiaanse wettelijke regeling inzake de productie en de verkoop van niet-alcoholische dranken in het algemeen, daaronder begrepen cafeïnehoudende dranken, en een clausule van wederzijdse erkenning bevatte waardoor de in de andere lidstaten van de Europese Unie en in de lidstaten van de Europese Economische Ruimte wettig vervaardigde en in de handel gebrachte dranken van de werkingssfeer van deze wettelijke regeling werden uitgesloten. I

6 COMMISSIE / ITALIE 12 De Commissie antwoordde de Italiaanse autoriteiten dat deze clausule van wederzijdse erkenning op een aantal punten diende te worden gewijzigd om alle onduidelijkheden weg te werken. Bij gebreke van reactie van de Italiaanse autoriteiten vroeg de Commissie hun bij brief van 9 april 2001 of zij haar opmerkingen omtrent het meegedeelde ontwerp hadden ontvangen, en binnen welke termijn de Italiaanse regering het besluit met de wijzigingen zou vaststellen. 13 Omdat een antwoord uitbleef, ging de Commissie ervan uit dat de oorspronkelijke tekst van DPR nr. 719/58 nog steeds van kracht was en dat nog geen wijzigingen waren aangebracht om de Italiaanse wettelijke regeling aan de communautaire regeling aan te passen ter zake van de erkenning van in andere lidstaten vervaardigde en in de handel gebrachte niet-alcoholische dranken. Derhalve heeft de Commissie het onderhavige beroep ingesteld. Het beroep Argumenten van partijen 14 De Commissie betoogt dat, zelfs al is het niet mogelijk de rechtsgrondslag van het verbod om niet-alcoholische dranken met een cafeïnegehalte van meer dan 125 mg/l in Italië in te voeren en in de handel te brengen duidelijk vast te stellen, niet kan worden betwist dat een dergelijk verbod bestaat. Volgens de Commissie wordt dit bevestigd door de klachten die een aantal producenten van nietalcoholische energiedrankjes in de Gemeenschap bij haar hebben ingediend, door de tekst zelf van artikel 15, lid 3, van DPR nr. 719/58, en door het feit dat de Italiaanse autoriteiten zelf de noodzaak en zelfs de verplichting hebben erkend, verschillende bepalingen van de thans van kracht zijnde Italiaanse wettelijke regeling inzake niet-alcoholische dranken te wijzigen of op te heffen, zoals blijkt uit de vaststelling van de circulaire van 1998 en uit het aan de Commissie meegedeelde ontwerp van besluit. I

7 ARREST VAN ZAAK C-420/01 15 Gelet op de rechtspraak van het Hof betreffende de artikelen 28 EG en 30 EG is de Commissie van oordeel dat de niet-nakoming niet kan worden betwist. 16 Om te beginnen kunnen de Italiaanse autoriteiten niet tegelijkertijd stellen dat dranken met een hoog cafeïnegehalte een gevaar voor de gezondheid kunnen opleveren, en de handel in dergelijke dranken toestaan, zoals zij bij de circulaire van 1998 hebben gedaan. 17 Vervolgens betoogt de Commissie dat zij niet begrijpt op welke wetenschappelijke bewijzen de Italiaanse autoriteiten het ter rechtvaardiging van het litigieuze verbod aangevoerde argument van bescherming van de gezondheid baseren, gelet op het feit dat de CSS in zijn nieuwe advies van oordeel is dat dranken met een hoog cafeïnegehalte niet schadelijk zijn voor de gezondheid. 18 Ten slotte vormt de loutere verplichting voor de producent van de betrokken dranken om de consument correct te informeren over het cafeïnegehalte, een doeltreffend middel ter bescherming van risicopersonen. 19 De Commissie meent dat het geschil veeleer gaat over de maatregelen die de Italiaanse Republiek heeft vastgesteld om haar wettelijke regeling aan de communautaire regeling aan te passen, nu de onverenigbaarheid van de eerste met de tweede vaststaat. 20 Volgens de Commissie maakt de thans in Italië van kracht zijnde wettelijke regeling het de belanghebbenden, in strijd met de rechtspraak van het Hof, niet mogelijk de volledige omvang van hun rechten te kennen en deze eventueel voor de nationale rechterlijke instanties te doen gelden. De circulaire van 1998 kan de litigieuze bepalingen niet wijzigen. I

8 COMMISSIE / ITALIË 21 Volgens de Italiaanse regering wordt de vaststelling van een maximaal cafeïnegehalte met name gerechtvaardigd door de beoordelingen van de Italiaanse gezondheidsdiensten. Van beslissend belang voor de oplossing van dit probleem is de wettigheid van het wetenschappelijke standpunt van deze diensten. Artikel 30 EG zou dode letter blijven indien de niet-willekeurige beoordelingsvrijheid van een lidstaat wordt vervangen door de legitieme, doch naar haar aard zeker niet onbetwistbare, subjectieve mening van de gezondheidsdiensten van een andere lidstaat. 22 De Italiaanse regering betoogt dat het aan de Commissie staat, het wetenschappelijke bewijs te leveren dat, gelet op de plaatselijke omstandigheden in Italië, de vaststelling van een maximaal toegelaten cafeïnegehalte niet voldoet aan het criterium van een verantwoorde afweging van de betrokken belangen. 23 Deze regering wijst er evenwel op dat een wettekst werd opgesteld om de litigieuze bepalingen te wijzigen. Bovendien maakt de circulaire van 1998 het mogelijk, in Italië producten in de handel te brengen met een hoger cafeïnegehalte dan door de ter zake geldende wettelijke bepalingen is toegestaan. Beoordeling door het Hof 24 Het vrije verkeer van goederen tussen lidstaten is een fundamenteel beginsel van het Verdrag, waaraan uitdrukking wordt gegeven door het in artikel 28 EG geformuleerde verbod van kwantitatieve invoerbeperkingen tussen de lidstaten en van alle maatregelen van gelijke werking. I

9 ARREST VAN ZAAK C-420/01 25 Het in artikel 28 EG geformuleerde verbod van maatregelen van gelijke werking als kwantitatieve beperkingen heeft betrekking op iedere handelsregeling van de lidstaten die de intracommunautaire handel al dan niet rechtstreeks, daadwerkelijk of potentieel kan belemmeren (arresten van 11 juli 1974, Dassonville, 8/74, Jurispr. blz. 837, punt 5, en 12 maart 1987, Commissie/Duitsland, Reinheitsgebot", 178/84, Jurispr. blz. 1227, punt 27). 26 Volgens vaste rechtspraak moet in het kader van een beroep krachtens artikel 226 EG het bestaan van een niet-nakoming worden beoordeeld op basis van de situatie aan het einde van de in het met redenen omkleed advies gestelde termijn (zie arrest van 5 november 2002, Commissie/Duitsland, C-476/98, Jurispr. blz. I-9855, punt 42). In casu blijkt uit de stukken dat aan het einde van de in het met redenen omkleed advies gestelde termijn van twee maanden er in Italië een verbod bestond op het in de handel brengen van in andere lidstaten wettig vervaardigde en in de handel gebrachte energiedrankjes waarvan het cafeïnegehalte een bepaalde grens overschreed. 27 Al bestaat er, ondanks het antwoord van de Italiaanse regering en van de Commissie op de desbetreffende schriftelijke vraag van het Hof, nog steeds onduidelijkheid over de rechtsgrondslag van dit verbod in het Italiaanse recht, de Italiaanse regering heeft nooit ontkend dat dit verbod op bovenvermelde datum bestond en zij heeft dit zelfs uitdrukkelijk erkend in haar antwoord van 8 januari 1997 op de aanmaningsbrief. 28 Vaststaat dat een verbod op het in Italië in de handel brengen van in andere lidstaten wettig vervaardigde en in de handel gebrachte energiedrankjes waarvan het cafeïnegehalte een bepaalde grens overschrijdt, ongeacht of dit verbod op een bestuursrechtelijke bepaling dan wel op een administratieve praktijk berust, de intracommunautaire handel belemmert, en dus in beginsel een maatregel van gelijke werking als een kwantitatieve beperking in de zin van artikel 28 EG is (zie in die zin arrest van 13 december 1990, Belion, C-42/90, Jurispr. blz. I-4863, punt 10). I

10 COMMISSIE / ITALIË 29 Een dergelijk verbod is slechts gerechtvaardigd wanneer het noodzakelijk is om de in artikel 30 EG genoemde redenen van algemeen belang, zoals de bescherming van de gezondheid en het leven van personen, of om te voldoen aan dwingende eisen inzake met name de bescherming van de consumenten. 30 Volgens vaste rechtspraak dienen de bevoegde nationale autoriteiten van geval tot geval aan te tonen dat hun regeling of administratieve praktijk noodzakelijk is voor een doeltreffende bescherming van de in artikel 30 EG bedoelde belangen of om te voldoen aan dwingende eisen, en in voorkomend geval, dat het in de handel brengen van de betrokken producten een gevaar voor de volksgezondheid oplevert (zie in deze zin arrest van 6 mei 1986, Muller e.a., 304/84, Jurispr. blz. 1511, punt 25; reeds aangehaald arrest Reinheitsgebot", punt 46, en arrest van 4 juni 1992, Debus, C-13/91 en C-113/91, Jurispr. blz. I-3617, punt 18). 31 In casu toont de Italiaanse regering niet aan dat het verbod op het in de handel brengen van energiedrankjes waarvan het cafeïnegehalte een bepaalde grens overschrijdt, noodzakelijk en redelijk is ter bescherming van de volksgezondheid. 32 Het advies van de CSS van 13 december 1995, waarop de Italiaanse autoriteiten zich aanvankelijk baseerden om het in de handel brengen van deze dranken te verbieden, is immers achterhaald, aangezien de CSS later heeft vastgesteld dat volgens de huidige stand van de wetenschap de betrokken drankjes geen aanleiding geven tot gegronde vrees voor de volksgezondheid. 33 In elk geval konden de Italiaanse autoriteiten uit het advies van de CSS niet afleiden dat het litigieuze verbod op het in de handel brengen een redelijke maatregel was om de gezondheid van de Italiaanse bevolking doeltreffend te beschermen, daar dit advies betrekking had op dranken met een cafeïnegehalte van 320 mg/l, te weten meer dan het dubbele van de in het betrokken verbod gestelde grens van 125 mg/l. I

11 ARREST VAN ZAAK C-420/01 34 Wat de circulaire van 1998 betreft, waarbij volgens de Italiaanse autoriteiten het in de handel brengen van de betrokken energiedrankjes werd toegestaan en een einde werd gemaakt aan de niet-nakoming waartegen het onderhavige beroep is gericht, zij eraan herinnerd dat volgens vaste rechtspraak het bestaan van een niet-nakoming moet worden beoordeeld naar de situatie waarin de lidstaat zich aan het einde van de in het met redenen omkleed advies gestelde termijn bevond, en dat het Hof met sedertdien opgetreden wijzigingen geen rekening kan houden (arresten van 5 november 2002, Commissie/Duitsland, reeds aangehaald, punt 42, en 16 januari 2003, Commissie/België, C-122/02, Jurispr. blz. I-833, punt 11). 35 Aangezien de circulaire van 1998 na het verstrijken van de in het met redenen omkleed advies gestelde termijn is vastgesteld, moet de vordering van de Commissie worden toegewezen, zonder dat behoeft te worden onderzocht of de vaststelling van deze circulaire een geldige nakoming door de Italiaanse Republiek van de krachtens het gemeenschapsrecht op haar rustende verplichtingen vormt. 36 Gelet op het voorgaande dient te worden vastgesteld dat de Italiaanse Republiek, door op in andere lidstaten vervaardigde en in de handel gebrachte dranken een regeling toe te passen die het in Italië in de handel brengen verbiedt van energiedrankjes waarvan het cafeïnegehalte een bepaalde grens overschrijdt, zonder aan te tonen dat die grens noodzakelijk en redelijk is ter bescherming van de volksgezondheid, de krachtens de artikelen 28 EG en 30 EG op haar rustende verplichtingen niet is nagekomen. Kosten 37 Volgens artikel 69, lid 2, van het Reglement voor de procesvoering wordt de in het ongelijk gestelde partij in de kosten verwezen, indien dit is gevorderd. Aangezien de Italiaanse Republiek in het ongelijk is gesteld, dient zij overeenkomstig de vordering van de Commissie te worden verwezen in de kosten. I

12 COMMISSIE / ITALIË HET HOF VAN JUSTITIE (Derde kamer), rechtdoende, verstaat: 1) Door op in andere lidstaten vervaardigde en in de handel gebrachte dranken een regeling toe te passen die het in Italië in de handel brengen verbiedt van energiedrankjes waarvan het cafeïnegehalte een bepaalde grens overschrijdt, zonder aan te tonen dat die grens noodzakelijk en redelijk is ter bescherming van de volksgezondheid, is de Italiaanse Republiek de krachtens de artikelen 28 EG en 30 EG op haar rustende verplichtingen niet nagekomen. 2) De Italiaanse Republiek wordt verwezen in de kosten. Puissochet Macken Cunha Rodrigues Uitgesproken ter openbare terechtzitting te Luxemburg op 19 juni De griffier R. Grass De president van de Derde kamer J.-P. Puissochet I

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 21 februari 2002 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 21 februari 2002 * COMMISSIE / ITALIË ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 21 februari 2002 * In zaak C-65/00, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door L. Ström en G. Bisogni als gemachtigden, domicilie

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * ARREST VAN 10. 5. 2001 ZAAK C-144/99 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * In zaak C-144/99, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door P. van Nuffel als gemachtigde, bijgestaan

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 13 april 2000 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 13 april 2000 * COMMISSIE / SPANJE ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 13 april 2000 * In zaak C-274/98, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door E. Gippini Fournier en F. de Sousa Fialho, leden van

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 16 oktober 2003 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 16 oktober 2003 * COMMISSIE / BELGIË ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 16 oktober 2003 * In zaak C-433/02, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door K. Banks als gemachtigde, domicilie gekozen hebbende

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 16 juni 1987*

ARREST VAN HET HOF 16 juni 1987* COMMISSIE / ITALIË ARREST VAN HET HOF 16 juni 1987* In zaak 118/85, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door S. Fabro, lid van haar juridische dienst, als gemachtigde, domicilie

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 30 mei 1989 *

ARREST VAN HET HOF 30 mei 1989 * COMMISSIE/ITALIË ARREST VAN HET HOF 30 mei 1989 * In zaak 340/87, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door G. Berardis, lid van haar juridische dienst, als gemachtigde, domicilie

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 20 september 1988*

ARREST VAN HET HOF 20 september 1988* ARREST VAN HET HOF 20 september 1988* In zaak 302/86, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door haar juridisch adviseur R. Wainwright en J. Christoffersen, lid van haar juridische

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 23 september 2003 *

ARREST VAN HET HOF 23 september 2003 * ARREST VAN HET HOF 23 september 2003 * In zaak C-192/01, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door H. C. Støvlbæk als gemachtigde, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg, verzoekster,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 27 september 1988 *

ARREST VAN HET HOF 27 september 1988 * ARREST VAN 27. 9. 1988 ZAAK 18/87 ARREST VAN HET HOF 27 september 1988 * In zaak 18/87, Commissie vao de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door J. Sack, lid van haar juridische dienst, als gemachtigde,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 28 maart 1996 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 28 maart 1996 * ARREST VAN 28. 3. 1996 ZAAK C-318/94 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 28 maart 1996 * In zaak C-318/94, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door haar juridisch adviseur H. van Lier

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 20 september 2007 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 20 september 2007 * COMMISSIE / ITALIË ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 20 september 2007 * In zaak C-388/05, betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 24 oktober 2005, Commissie

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 6 juli 2000*

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 6 juli 2000* ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 6 juli 2000* In zaak C-236/99, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door G. Valero Jordana, lid van haar juridische dienst, en O. Couvert-Castéra,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 9 maart 2000 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 9 maart 2000 * ARREST VAN 9. 3. 2000 ZAAK C-355/98 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 9 maart 2000 * In zaak C-355/98, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door M. Patakia, lid van haar juridische

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 6 november 1990*

ARREST VAN HET HOF 6 november 1990* ITALIË/COMMISSIE ARREST VAN HET HOF 6 november 1990* In zaak C-86/89, Italiaanse Republiek, vertegenwoordigd door L. Ferrari Bravo, hoofd van de dienst Diplomatieke geschillen van het Ministerie van Buitenlandse

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF (Grote kamer) 17 maart 2005 * betreffende een beroep tot nietigverklaring krachtens artikel 230 EG, ingesteld op 27 juli 2004,

BESCHIKKING VAN HET HOF (Grote kamer) 17 maart 2005 * betreffende een beroep tot nietigverklaring krachtens artikel 230 EG, ingesteld op 27 juli 2004, PARLEMENT / RAAD BESCHIKKING VAN HET HOF (Grote kamer) 17 maart 2005 * In zaak C-317/04, betreffende een beroep tot nietigverklaring krachtens artikel 230 EG, ingesteld op 27 juli 2004, Europees Parlement,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 oktober 1987*

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 oktober 1987* ARREST VAN 8. 10. 1987 ZAAK 80/86 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 oktober 1987* In zaak 80/86, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Arrondissementsrechtbank te

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 14 oktober 2004 * betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG,

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 14 oktober 2004 * betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ARREST VAN 14. 10. 2004 ZAAK C-340/02 ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 14 oktober 2004 * In zaak C-340/02, betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 24 september

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 april 2004 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 april 2004 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 april 2004 * In zaak C-112/02, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Oberverwaltungsgericht für das Land Nordrhein-Westfalen (Duitsland),

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 27 februari 2002 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 27 februari 2002 * COMMISSIE / FRANKRIJK ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 27 februari 2002 * In zaak C-302/00, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door E. Traversa en C. Giolito als gemachtigden,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 24 november 1993 *

ARREST VAN HET HOF 24 november 1993 * ARREST VAN 24.11.1993 GEVOEGDE ZAKEN C-267/91 EN C-268/91 ARREST VAN HET HOF 24 november 1993 * In de gevoegde zaken C-267/91 en C-268/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 8 mei 2003 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 8 mei 2003 * ARREST VAN 8. J. 2003 ZAAK C-384/01 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 8 mei 2003 * In zaak C-384/01, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door E. Traversa en C. Giolito als gemachtigden,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 2 juni 2005 * betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 8 november 2002,

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 2 juni 2005 * betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 8 november 2002, ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 2 juni 2005 * In zaak C-394/02, betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 8 november 2002, Commissie van de Europese Gemeenschappen,

Nadere informatie

De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op procedures van voorafgaande machtiging

De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op procedures van voorafgaande machtiging EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL ONDERNEMINGEN EN INDUSTRIE Leidraad 1 Brussel, 1.2.2010 - De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op procedures van voorafgaande machtiging

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1988*

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1988* ARREST VAN 29. 6. 1988 ZAAK 240/87 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1988* In zaak 240/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het tribunal de grande instance

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 15 oktober 2009 (*)

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 15 oktober 2009 (*) ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 15 oktober 2009 (*) Niet-nakoming Richtlijn 85/337/EEG Milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten Vaststelling van drempelwaarden Omvang van

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 * ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 * In zaak C-5/97, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel Í77 EG-Verdrag van de Belgische Raad van State, in het aldaar aanhangig geding

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 8 juli 1999 *

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 8 juli 1999 * ARREST VAN 8. 7. 1999 ZAAK C-186/98 ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 8 juli 1999 * In zaak C- 186/98, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 2001 (1)

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 2001 (1) BELANGRIJKE JURIDISCHE KENNISGEVING Op de informatie op deze site is verklaring van afwijzing van aansprakelijkheid en een verklaring inzake het auteursrecht van toepassing. ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer)

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 * ARREST VAN 14. 4. 1994 ZAAK C-389/92 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 * In zaak C-389/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Belgische Raad van

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 21 september 1988 *

ARREST VAN HET HOF 21 september 1988 * COMMISSIE / FRANKRIJK ARREST VAN HET HOF 21 september 1988 * In zaak 50/87, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door J. F. Buhl, juridisch adviseur van de Commissie, als gemachtigde,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 26 maart 1987 *

ARREST VAN HET HOF 26 maart 1987 * ARREST VAN HET HOF 26 maart 1987 * In zaak 235/85, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door haar juridisch adviseur J. F. Buhl als gemachtigde, bijgestaan door M. Mees, advocaat

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF (Tweede kamer) 3 december 2001 *

BESCHIKKING VAN HET HOF (Tweede kamer) 3 december 2001 * VESTERGAARD BESCHIKKING VAN HET HOF (Tweede kamer) 3 december 2001 * In zaak C-59/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van het Vestre Landsret

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 juni 1987*

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 juni 1987* ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 juni 1987* In zaak 375/85, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Bundessozialgericht, in het aldaar aanhangig geding tussen A.

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * ARREST VAN 25. 5.1993 ZAAK C-193/91 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * In zaak C-193/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Bundesfinanzhof, in het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989*

ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989* STICHTING UITVOERING FINANCIËLE ACTIES / STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989* In zaak 348/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 24 februari 1988 *

ARREST VAN HET HOF 24 februari 1988 * ARREST VAN HET HOF 24 februari 1988 * In zaak 260/86, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door Ph. Combescot, lid van haar juridische dienst, als gemachtigde, domicilie gekozen hebbende

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 6 oktober 2005 * betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 14 mei 2003,

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 6 oktober 2005 * betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 14 mei 2003, ARREST VAN 6. 10. 2005 - ZAAK C-204/03 ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 6 oktober 2005 * In zaak C-204/03, betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 14 mei 2003,

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 *

BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * WELTHGROVE BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * In zaak C-102/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangige

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer V. SKOURIS, Voorzitter van het Hof van Justitie d.d.: 4 februari 2008 aan: de heer

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 juli 1994 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 juli 1994 * ARREST VAN 7. 7. 1994 ZAAK C-130/93 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 juli 1994 * In zaak C-130/93, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Hof van Beroep te Brussel,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 maart 1996 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 maart 1996 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 maart 1996 * In zaak C-334/94, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door haar juridisch adviseur G. Rozet en door X. Lewis, lid van haar juridische

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET GERECHT (Vijfde kamer) 5 juli 1993 *

BESCHIKKING VAN HET GERECHT (Vijfde kamer) 5 juli 1993 * BESCHIKKING VAN 5. 7.1993 ΖΑΛΚ T-S4/91 DEP komst van een advocaat soms zijn nut hebben voor het verloop van de precontentieuze procedure, toch zijn de honoraria voor de in de precontentieuze fase verrichte

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Justitie Onderwerp Niet-nakoming. Vrijheid van vestiging en vrij verrichten van diensten. Concessie voor openbare diensten. Hernieuwing van 329 concessies voor beheer en aanneming van

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 5 oktober 1988 *

ARREST VAN HET HOF 5 oktober 1988 * ARREST VAN 5. 10. 1988 ZAAK 238/87 ARREST VAN HET HOF 5 oktober 1988 * In zaak 238/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de High Court of Justice, Chancery Division,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 14 mei 2002 *

ARREST VAN HET HOF 14 mei 2002 * ARREST VAN HET HOF 14 mei 2002 * In zaak C-2/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Oberlandesgericht Düsseldorf (Duitsland), in het aldaar aanhangig geding tussen Michael

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 13 oktober 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 13 oktober 1993 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 13 oktober 1993 * In zaak C-93/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Landgericht Augsburg, in het aldaar aanhangig geding tussen

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 1 juli 1999 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 1 juli 1999 * ARREST VAN 1. 7. 1999 ZAAK C-173/98 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 1 juli 1999 * In zaak C-173/98, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Grote kamer) 21 juli 2005"

ARREST VAN HET HOF (Grote kamer) 21 juli 2005 ARREST VAN HET HOF (Grote kamer) 21 juli 2005" In zaak C-231/03, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 234 EG, ingediend door het Tribunale amministrativo regionale per

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 4 juni 2002 *

ARREST VAN HET HOF 4 juni 2002 * ARREST VAN 4. 6. 2002 ZAAK C-367/98 ARREST VAN HET HOF 4 juni 2002 * In zaak C-367/98, Commissie van de Europese Gemeenschappen, aanvankelijk vertegenwoordigd door A. Caeiro, vervolgens door F. Benyon

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 7 juli 1992 *

ARREST VAN HET HOF 7 juli 1992 * ARREST VAN 7.7.1992 ZAAK C-369/90 ARREST VAN HET HOF 7 juli 1992 * In zaak C-369/90, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Tribunal Superior de Justicia de Cantabria

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 28 mei 1998 *

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 28 mei 1998 * ARREST VAN 28. 5.1998 ZAAK C-3/97 ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 28 mei 1998 * In zaak C-3/97, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van de Court of Appeal Criminal Division,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 30 januari 2002 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 30 januari 2002 * COMMISSIE / GRIEKENLAND ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 30 januari 2002 * In zaak C-103/00, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door R. Wainwright en P. Panayotopoulos als gemachtigden,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 29 juni 1999 *

ARREST VAN HET HOF 29 juni 1999 * ARREST VAN 29. 6. 1999 ZAAK C-158/98 ARREST VAN HET HOF 29 juni 1999 * In zaak C-158/98, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van de Hoge Raad der

Nadere informatie

Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 *

Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 * ARREST VAN 13. 11. 1990 ZAAK C-106/89 Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 * In zaak C-106/89, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Juzgado de Primera

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 30 april 2002 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 30 april 2002 * CLUB-TOUR ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 30 april 2002 * In zaak C-400/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Tribunal Judicial da Comarca do Porto (Portugal), in het

Nadere informatie

Date de réception : 18/10/2011

Date de réception : 18/10/2011 Date de réception : 18/10/2011 Resumé C-463/11-1 Zaak C-463/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 15 maart 1990*

ARREST VAN HET HOF 15 maart 1990* ARREST VAN HET HOF 15 maart 1990* In zaak C-339/87, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door T. van Rijn, lid van haar juridische dienst, als gemachtigde, domicilie gekozen hebbende

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 1989 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 1989 * ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 1989 * In zaak C-322/88, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Arbeidsrechtbank te Brussel, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 2 mei 1996 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 2 mei 1996 * ARREST VAN 2.5.1996 ZAAK C-231/94 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 2 mei 1996 * In zaak C-231/94, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Bundesfinanzhof, in het aldaar

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 18/06/2012

Datum van inontvangstneming : 18/06/2012 Datum van inontvangstneming : 18/06/2012 C-211/12-1 Zaak C-211/12 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 3 mei 2012 Verwijzende rechter: Corte d'appello di Roma (Prima Sezione civile)

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 4 februari 1988 *

ARREST VAN HET HOF 4 februari 1988 * ARREST VAN 4. 2. 1988 ZAAK 157/86 ARREST VAN HET HOF 4 februari 1988 * In zaak 157/86, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Ierse High Court, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 7 juni 2007 * betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 31 januari 2006,

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 7 juni 2007 * betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 31 januari 2006, ARREST VAN 7. 6. 2007 ZAAK C-50/06 ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 7 juni 2007 * In zaak C-50/06, betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 31 januari 2006, Commissie

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 17 november 1993 "

ARREST VAN HET HOF 17 november 1993 COMMISSIE / FRANKRIJK ARREST VAN HET HOF 17 november 1993 " In zaak C-68/92, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door haar juridisch adviseur T. F. Cusack en E. Buissart, lid van

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 20 juni 2002 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 20 juni 2002 * COMMISSIE / DUITSLAND ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 20 juni 2002 * In zaak C-287/00, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door G. Wilms en K. Gross als gemachtigden, domicilie

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 21 januari 1999 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 21 januari 1999 * ARREST VAN 21. 1. 1999 ZAAK C-207/97 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 21 januari 1999 * In zaak C-207/97, Commissie van de Europese Gemeenschappen, aanvankelijk vertegenwoordigd door R. Wainwright, juridisch

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 7 juli 2005 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 7 juli 2005 * NESTLÉ ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 7 juli 2005 * In zaak C-353/03, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 234 EG, ingediend door de Court of Appeal (England and

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1994 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1994 * ALDEWERELD ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1994 * In zaak C-60/93, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EE G-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 13 juli 1989*

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 13 juli 1989* SKATTEMINISTERIET / HENRIKSEN ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 13 juli 1989* In zaak 173/88, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Højesteret, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 15 juli 2004 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 15 juli 2004 * ARREST VAN 15. 7. 2004 ZAAK C-495/01 ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 15 juli 2004 * In zaak C-495/01, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door E. Traversa en I. Koskinen als gemachtigden,

Nadere informatie

ARREST VAN ZAAK C-215/94. ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 februari 1996 *

ARREST VAN ZAAK C-215/94. ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 februari 1996 * ARREST VAN 29.2. 1996 ZAAK C-215/94 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 februari 1996 * In zaak C-215/94, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Bundesfinanzhof,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 28 april 2005*

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 28 april 2005* ST. PAUL DAIRY ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 28 april 2005* In zaak C-104/03, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens het protocol van 3 juni 1971 betreffende de uitlegging

Nadere informatie

te nemen. Het aanvraagnummer is WDH/2015/ /001. Op het besluit staat geen relatienummer vermeld.

te nemen. Het aanvraagnummer is WDH/2015/ /001. Op het besluit staat geen relatienummer vermeld. Aan de Staatssecretaris van Economische Zaken P/a Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, afdeling Juridische Zaken postbus 40219, 8004 DE Zwolle. BEZWAARSCHRIFT Nootdorp, 10 juni 2015 Hooggeachte mevrouw

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 10/01/2014

Datum van inontvangstneming : 10/01/2014 Datum van inontvangstneming : 10/01/2014 Vertaling C-593/13-1 Zaak C-593/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 20 november 2013 Verwijzende rechter: Consiglio di Stato (Italië)

Nadere informatie

Uittreksel van het arrest van het Hof van Justitie, AETR, zaak (31 maart 1971)

Uittreksel van het arrest van het Hof van Justitie, AETR, zaak (31 maart 1971) Uittreksel van het arrest van het Hof van Justitie, AETR, zaak 22-70 (31 maart 1971) Légende: Volgens de overweging 87 van het arrest, in een situatie zoals deze betreffende de onderhandeling van de Europese

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF. 29 juni 1999 (1)

ARREST VAN HET HOF. 29 juni 1999 (1) pagina 1 van 5 BELANGRIJKE JURIDISCHE KENNISGEVING Op de informatie op deze site is verklaring van afwijzing van aansprakelijkheid en een verklaring inzake het auteursrecht van toepassing. ARREST VAN HET

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 1 oktober 1997"

ARREST VAN HET HOF 1 oktober 1997 FRANKRIJK / PARLEMENT ARREST VAN HET HOF 1 oktober 1997" In zaak C-345/95, Franse Republiek, vertegenwoordigd door M. Perrin de Brichambaut, directeur juridische zaken van het Ministerie van Buitenlandse

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 24 januari 1991 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 24 januari 1991 * ARREST VAN 24. 1. 1991 ZAAK C-339/89 ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 24 januari 1991 * In zaak C-339/89, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het tribunal de commerce

Nadere informatie

BIJLAGE. bij MEDEDELING VAN DE COMMISSIE. EU-wetgeving: betere resultaten door betere toepassing

BIJLAGE. bij MEDEDELING VAN DE COMMISSIE. EU-wetgeving: betere resultaten door betere toepassing EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2016 C(2016) 8600 final ANNEX 1 BIJLAGE bij MEDEDELING VAN DE COMMISSIE EU-wetgeving: betere resultaten door betere toepassing NL NL Bijlage Administratieve procedures

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 07/08/2014

Datum van inontvangstneming : 07/08/2014 Datum van inontvangstneming : 07/08/2014 Vertaling C-334/14-1 Zaak C-334/14 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 9 juli 2014 Verwijzende rechter: Hof van beroep te Bergen (België)

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 26 september 1996 *

ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 26 september 1996 * ARCARO ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 26 september 1996 * In zaak C-l 68/95, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van de Pretura circondariale di Vicenza (Italie), in

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 18 september 2003 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 18 september 2003 * MORELLATO ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 18 september 2003 * In zaak C-416/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Tribunale civile di Padova (Italie), in het aldaar

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF (Derde kamer) 13 september 2001 * Personeelscomité van de Europese Centrale Bank, gevestigd te Frankfurt am Main (Duitsland),

BESCHIKKING VAN HET HOF (Derde kamer) 13 september 2001 * Personeelscomité van de Europese Centrale Bank, gevestigd te Frankfurt am Main (Duitsland), PERSONEELSCOMITÉ VAN DE ECB E.A. / ECB BESCHIKKING VAN HET HOF (Derde kamer) 13 september 2001 * In zaak C-467/00 P, Personeelscomité van de Europese Centrale Bank, gevestigd te Frankfurt am Main (Duitsland),

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2004 Commissie verzoekschriften 2009 19.12.2007 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift 1374/2002, ingediend door Petros Tselepidis, (Griekse nationaliteit), namens de "Vereniging

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 18 december 1997*

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 18 december 1997* ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 18 december 1997* In zaak C-309/96, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van de Pretura circondariale di Roma, sezione distaccata di Tivoli,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 * ARREST VAN 9. 2. 2006 - ZAAK C-473/04 ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 * In zaak C-473/04, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens de artikelen 68 EG en 234 EG,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 21 september 1989*

ARREST VAN HET HOF 21 september 1989* COMMISSIE / GRIEKENLAND ARREST VAN HET HOF 21 september 1989* In zaak 68/88, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door haar juridisch adviseurs J. Forman en D. Gouloussis, en door

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Grote kamer) 13 november 2007 *

ARREST VAN HET HOF (Grote kamer) 13 november 2007 * COMMISSIE / IERLAND ARREST VAN HET HOF (Grote kamer) 13 november 2007 * In zaak 0507/03, betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 1 december 2003, Commissie van

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 22 juni 2000 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 22 juni 2000 * FRANKRIJK / COMMISSIE ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 22 juni 2000 * In zaak C-332/98, Franse Republiek, vertegenwoordigd door K. Rispal-Bellanger, onderdirecteur bij de directie juridische zaken van

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 26 september 2000 *

ARREST VAN HET HOF 26 september 2000 * UNILEVER ARREST VAN HET HOF 26 september 2000 * In zaak C-443/98, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van de Pretore di Milano (Italie), in het aldaar

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 15 maart 2001 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 15 maart 2001 * SPI ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 15 maart 2001 * In zaak C-108/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG-Verdrag van de Conseil d'état (Frankrijk), in het aldaar aanhangig geding

Nadere informatie

Fiscaal Portaal Gemeenten

Fiscaal Portaal Gemeenten Procedurenummer(s) : C-260/98 Uitspraakdatum : 12-09-2000 Publicatiedatum : 12-09-2000 HOF VAN JUSTITIE EU Arrest Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door haar juridisch adviseur

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 2 augustus 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 2 augustus 1993 * ACCIARDI ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 2 augustus 1993 * In zaak C-66/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Nederlandse Raad van State, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 14 september 2006 *

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 14 september 2006 * ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 14 september 2006 * In de gevoegde zaken 0158/04 en 0159/04, betreffende verzoeken om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 234 EG, ingediend door het Dioikitiko

Nadere informatie

Jurisprudentie. ARREST VAN HET HOF (Achtste kamer) 7 september 2017 *

Jurisprudentie. ARREST VAN HET HOF (Achtste kamer) 7 september 2017 * Jurisprudentie ARREST VAN HET HOF (Achtste kamer) 7 september 2017 * Prejudiciële verwijzing Vervoer Verordening (EG) nr. 261/2004 Artikel 7, lid 1 Gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand

Nadere informatie

Zaak T-205/99. Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

Zaak T-205/99. Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Zaak T-205/99 Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Douanerechten Invoer van televisietoestellen uit India Ongeldige certificaten van oorsprong Verzoek tot kwijtschelding van invoerrechten

Nadere informatie

Date de réception : 01/12/2011

Date de réception : 01/12/2011 Date de réception : 01/12/2011 Resumé C-544/11-1 Zaak C-544/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 12 mei 1989 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 12 mei 1989 * ARREST VAN 12.5, 1989 ZAAK 388/87 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 12 mei 1989 * In zaak 388/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Centrale Raad van Beroep, te

Nadere informatie

ARREST VAN 12-6-1980 ZAAK 88/79

ARREST VAN 12-6-1980 ZAAK 88/79 70/357 niet is toegestaan het gebruik van de in de lijsten in bijlage ervan vermelde conserveermiddelen of antioxydantia in voor menselijke voeding bestemde waren volstrekt te verbieden en de verhandeling

Nadere informatie

61985J0072. Trefwoorden. Samenvatting. Jurisprudentie 1986 bladzijde 01219

61985J0072. Trefwoorden. Samenvatting. Jurisprudentie 1986 bladzijde 01219 pagina 1 van 6 Avis juridique important 61985J0072 ARREST VAN HET HOF VAN 20 MAART 1986. - COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN TEGEN KONINKRIJK DER NERDERLANDEN. - NIET - NAKOMING - OVERSCHRIJVING

Nadere informatie