Tweede Kamer der Staten-Generaal

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Tweede Kamer der Staten-Generaal"

Transcriptie

1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar Economische betrekkingen met China Nr. 2 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 10juni 1992 De vaste Commissie voor de buitenlandse handel' heeft op 12 mei 1992 mondeling overleg gevoerd met de Minister van Economische Zaken over diens bezoek aan China van 25 april tot 1 mei 1992 (22596, nr. 1). Van het gevoerde overleg brengt de commissie als volgt verslag uit. Vragen en opmerkingen uit de commissie 1 Samenstelling: Leden: Van Dis (SGP), ondervoorzitter, Aarts (CDA), Van Erp (VVD), Mateman (CDA), voorzitter, Van lersel (CDA), Blaauw (VVD), Nijland (CDA), Weisglas (VVD), G. H. Terpstra (CDA), Van Traa (PvdA), Verspaget (PvdA), J. H. van den Berg (PvdA), Van der Vaart (PvdA), Ybema (066), Van Zijl (PvdA), Kersten (PvdA), Leers (CDA) en Sipkes (Groen Links). Plv. leden: E. van Middelkoop (GPV), Leerling (RPF), De Graaf (CDA), Van Noord (CDA), De Korte (VVD), Van Leijenhorst (CDA), Blauw (VVD), Frinking (CDA), Lonink (PvdA), Stemerdink (PvdA), Valk (PvdA), Tommel (D66), Ter Veer (D66), Quint Maagdenberg (PvdA), Van Gijzel (PvdA), Gualthèrie van Weezel (CDA) en Beckers-de Bruijn (Groen Links). De heer Van lersel (CDA) oordeelde buitengewoon positief over de inhoud van kamerstuk , nr. 1. Hij achtte het een felicitatie waard als inderdaad zou kunnen worden geconcludeerd dat door de missie de economische relaties met China reeds nu op een structureel aanzienlijk hoger niveau zijn gebracht. Uit het stuk maakte hij op dat de betrokken bedrijven in het algemeen zeer content zijn met de voorbereiding van de missie, het optreden van de minister in China en het daaruit voort vloeiende resultaat. Is de missie op basis van een gebruikelijk model voorbereid in samenwerking tussen de betrokken ondernemingen en de staf van het directoraat-generaal voor de buitenlandse economische betrekkingen? Naar aanleiding van door het parlement geuite kritiek op de uitvoering van het in 1984 gesloten Peking-protocol van Chinese zijde vroeg hij welke positie Nederland op de Chinese markt bekleedt. Welke strategie is door de missie gevolgd? Hoe is men erin geslaagd om het boeken van succes op korte termijn te combineren met het leggen van een goede relatie op lange termijn? Heeft de missie op dit punt aan de verwachtingen voldaan? In hoeverre zijn orders verworven via het aangaan van joint ventures? In verband met perspublikaties achtte hij het van belang dat meer duidelijkheid wordt gegeven over de betekenis van letters of intent. De heer Van lersel waarschuwde ervoor dat niet ieder, nu schijnbaar behaald resultaat, als voldongen feit kan worden geboekt. Ook moet niet alles tot op de cent nauwkeurig worden berekend. Belangrijk is om te weten welke trend op middellange termijn kan worden verwacht en of die strookt met de verwachte ontwikkeling van de Chinese markt. Wordt doorgegaan met stroomlijning van activiteiten van het Ministerie van Economische Zaken en die van het betrokken bedrijfsleven? Op basis van F ISSN Sdu Uitgevenj Plantijnstraat 's Gravenhage 1992

2 de resultaten van de missie zal systematisch moeten worden doorge werkt, zowel met China als met Taiwan. Tegen die achtergrond kende hij aan de parallelle reizen van de Minister en de Staatssecretaris van Economische Zaken naar respectievelijk China en Taiwan symbolische waarde toe. Ten aanzien van beide China's moet een economisch beleid in hoge versnelling worden gevoerd. Daarbij moet bij voorkeur in stilte worden gewerkt, want het geluidloos binnenhalen van orders is op den duur beter dan het met veel geluid missen ervan. Omdat in de komende maanden de resultaten van de missie duidelijker zichtbaar zullen worden, pleitte de heer Van lersel voor een evaluatie over een half jaar. Aan de hand daarvan kan nader met de minister worden overlegd. Nadere informatie van de staatssecretaris over haar reis naar Taiwan wachtte hij af. In dit verband wees hij erop dat zijn fractie nog steeds achter de motie-tommel (22 513, nr. 3) staat. Hij vroeg of het in bijlage III bedoelde memorandum of understanding (MOU) moet worden gezien als een uniek document tussen Nederland en China, of dat dergelijke MOU's ook met andere landen zijn gesloten. Ligt er een relatie tussen dit MOU en de oprichting van een gemengde commissie-nederland/china? Welke consequenties heeft het gebleken verschil in handelingsvrijheid tussen de autoriteiten in Peking en Shanghai? Uit de op pag 3 van kamerstuk , nr. 1 vermelde conclusie, dat de Chinese gesprekspartners zonder uitzondering op de hoogte waren van aanleiding en achtergrond van de missie, leidde hij af dat de minister hier gebruik van heeft gemaakt in de onderhandelingen en dat dit mede heeft bijgedragen aan het succes ervan. Intrigerend vond hij de opmerking, dat China erin is geslaagd om een aanzienlijke valutareserve op te bouwen. Sinds wanneer is daarvan sprake? Hij ging ervan uit dat het in de brief genoemde repetitie-effect van toepassing zal zijn op meer orders dan alleen die voor de F-100 vliegtuigen van Fokker. Naar aanleiding van de mededeling dat zachte leningen en schenkingen bij het verwerven van orders nauwelijks een rol hebben gespeeld vroeg hij ten slotte of in het kader van het ORED-programma toezeggingen aan ondernemingen zijn gedaan. Desgevraagd door de heer Janmaat merkte hij op dat de politieke ontwikkelingen in China niet kunnen worden voorspeld en dat niet anders kan worden gedaan dan doelstellingen helder formuleren en handelen naar de eisen van de tijd. Op een vraag van de heer Rosenmöller naar de verdeelde reactie van CDA-kamerleden direct na afloop van de missie antwoordde hij dat het door hem thans uitgedragen standpunt door de gehele CDA-fractie wordt gedeeld. De heer Lonink (PvdA) was er verheugd over dat door de CDA-fractie thans met één mond wordt gesproken. Hij betreurde het zeer dat door de uitspraken die leden van de fracties van het CDA en de VVD uit hoofde van hun functie deden, verwarring over het resultaat van de missie is gezaaid. De heer Mateman (voorzitter) ontkende op enig moment te hebben gereageerd als voorzitter van de vaste kamercommissie. Hij wees erop dat hij zijn standpunt, waaraan hij overigens vasthield, uitsluitend naar buiten had gebracht als voorzitter van de fractiecommissie buitenlandse handel van het CDA, ter ondersteuning van de missie van de minister. De heer Blaauw (VVD) voerde aan, dat hij slechts reageerde op infor matie die werd gegeven tijdens de persconferentie in China. De heer Lonink (PvdA) bleef er desondanks bij dat deze gang van zaken het Nederlandse belang geen goed heeft gedaan. Hij complimenteerde de minister met de wijze waarop en de snelheid waarmee uitvoering is gegeven aan de door de Kamer geuite wens om in

3 China te overleggen over intensivering van de economische betrek kingen. Hij concludeerde dat het goede resultaat ongetwijfeld is beïnvloed door het debat over de levering van duikboten aan Taiwan. Wel was hij van mening dat de minister een onnodig risico had genomen door vooraf reeds uiting te geven aan zijn hooggespannen verwach tingen. Naar aanleiding van een artikel van de hand van de heer Mateman in het Algemeen Dagblad vroeg hij of de minister van het bedrijfsleven ook negatieve reacties heeft ontvangen. Hem was daar niets van gebleken. De heer Lonink trok de voorlopige conclusie dat China alsnog invulling lijkt te geven aan de in 1984 gemaakte afspraak over intensivering van de economische betrekkingen. Afgewacht moet worden of de nu binnen gehaalde orders ook structureel effect zullen hebben op de bilaterale handelsbalans. Rond november wenste hij hierover nader te worden geïnformeerd. Investeren in China achtte hij op langere termijn potentieel interessanter dan alleen handel drijven. Hoe zal dit in de toekomst vorm krijgen? Hij ging ervan uit dat China om politieke redenen buitenlandse investeringen zeer aanmoedigt. De heer Lonink stelde het zeer op prijs dat de minister is ingegaan op het uitdrukkelijke verzoek van de Kamer om tijdens zijn reis de mensen rechten aan de orde te stellen. Daarmee heeft hij getoond dat handels missies ook een bredere strekking kunnen hebben Naar aanleiding van een artikel in NRC Handelsblad, waarin de minister de mensenrechten in China plaatste tegen de achtergrond van de Chinese cultuur en geschie denis, wees hij erop dat het Nederlandse mensenrechtenbeleid zich richt op de universeel geformuleerde mensenrechten. Hij ging ervan uit dat de minister zijn standpunt conform dit beleid heeft geformuleerd. Ten slotte concludeerde hij dat er kennelijk geen behoefte aan bestaat om het in 1984 gesloten Peking-protocol op te zeggen. De heer Blaauw (VVD) merkte op dat de uiteenlopende reacties na afloop van de reis van de minister mede zijn veroorzaakt door diens eigen uitspraken vooraf. Uit perspublikaties leidde hij af dat bepaalde uitspraken van de minister niet kloppen met het resultaat van de missie. Hij uitte twijfel aan de hardheid van de orders voor Boskalis BV en de Rabobank, ten bedrage van 0,5 mld. Ook de order voor Fokker bezag hij met de nodige scepsis, omdat zeven van de F-100's in feite reeds voor het Taiwan-debat waren verkocht. Naar aanleidmg van de uitspraak van de minister, dat zijn reis niet gericht was op het binnenhalen van enkele grote orders maar op het verwerven van een breed orderpakket, waarbij een breed spectrum van het Nederlandse bedrijfsleven betrokken zou zijn, wees hij erop dat 1,3 mld van het totale orderpakket van 1,8 mld. naar vier bedrijven gaat. Hij vroeg naar de mening van het bedrijfsleven over deze missie, omdat men in informele contacten veel minder positief gestemd is dan uit formele reacties is gebleken. De heer Blaauw herinnerde eraan dat het niet doorgaan van de Taiwanese duikbootorder neerkomt op het verlies van manjaren werkgelegenheid. Hoeveel manjaren Nederlandse werkgelegenheid zijn het resultaat van deze missie? In dit verband wees hij erop dat een F-100 voor het grootste deel in het buitenland wordt geproduceerd, terwijl de duikboten voor Taiwan goeddeels in Nederland zouden zijn gebouwd. De levering van duikboten aan Taiwan zou ten minste gedurende vijf jaar werkgelegenheid hebben geboden, terwijl het Chinese orderpakket hoogstens twee jaar werkgelegenheid biedt. Daarna is men afhankelijk van vervolgorders. Wordt nu reeds aan dergelijke orders gewerkt en hoeveel werkgelegenheid is daarmee gemoeid? Op welke termijn zullen de nu binnengehaalde orders daadwerkelijk worden gerealiseerd? Gezien de geschiedenis van het in 1984 gesloten Peking-protocol vroeg hij welke waarde aan het thans gesloten MOU moet worden gehecht. Kan

4 worden aangetoond in hoeverre de economische relatie met China nu al structureel op een aanzienlijk hoger niveau is gebracht? Volgens hem had de minister tijdens zijn reis slechts orders versneld binnen kunnen halen waarover reeds lang werd onderhandeld. Moet hieruit wellicht worden geconcludeerd dat deze orders nooit waren verkregen als deze reis niet had plaatsgevonden? Zijn deze orders verkregen onder druk van het verloop van het Taiwan-debat, of hebben de Chinezen plotseling ingezien welke goede mogelijkheden Nederland hen te bieden heeft? Hoe groot is overigens de centrale macht nog in China? Gezien het gevaar van versplintering van de communistische macht achtte hij het verstan diger om zich meer te richten op de diverse deelregeringen. Naar aanleiding van een AFP-bericht vroeg de heer Blaauw of de Franse regering inderdaad, in weerwil van haar Ministerie van Buiten landse zaken, positief denkt te beslissen over de levering van 100 Mirages aan Taiwan. Kan een beslissing op dit punt gevolgen hebben voor de werkgelegenheid bij HSA? De heer Ybema (D66) complimenteerde de minister ermee dat door hem goed gebruik is gemaakt van het momentum van het Taiwan-debat, waarin de invulling van het uit 1984 daterende Peking-protocol een rol speelde. Ook sprak hij zijn waardering uit voor de wijze waarop het bedrijfsleven bij de voorbereiding van de missie is betrokken. Met voorgaande sprekers was hij het eens dat de diverse reacties op het resultaat van de missie mede zijn veroorzaakt door uitspraken die de minister vooraf had gedaan. Hij kon zich verenigen met de korte en lange-termijndoelstellingen van de missie, met name gezien de econo mische ontwikkelingen die zich in China in de zuidelijke kustgordel voordoen. Ook wees hij in dit verband op de toekomstige overdracht van de kroonkolonie Hongkong aan China. In de rapportage zag de heer Ybema geen rechtvaardiging voor de conclusie dat de economische relatie nu al op een structureel hoger niveau is gebracht. Hoe hard is het orderpakket eigenlijk, gezien het aanzienlijke aantal intentieverklaringen? Zijn er naast de orders voor de F-100's nog andere orders die in feite reeds voor aanvang van de reis waren geboekt? Over welke orders waren de onderhandelingen reeds ver gevorderd op het moment dat de missie naar China vertrok? Hij merkte op dat sommige orders, zoals die voor SHV en de Rabobank, slechts leiden tot investeringen in China en niet tot de beoogde export van Nederlandse kapitaalgoederen en diensten. Hoe hard is de order aan Boskalis en wat is er waar van persberichten, als zou de order voor AKZO geen enkel effect op de handelsbalans sorteren? Is de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking het ermee eens dat een deel van het pakket wordt gefinancierd met ontwikkelingsgelden? Hij sloot zich aan bij de vraag van de heer Blaauw naar het beoogde repetitie-effect van nu binnengehaalde orders. De heer Ybema concludeerde dat de missie van de minister een zeer divers en nog niet geheel duidelijk resultaat heeft opgeleverd. Derhalve vroeg hij om in het najaar nader te worden geïnformeerd over meer concrete resultaten. Door middel van een jaarlijkse rapportage moet de vinger aan de pols worden gehouden en moet er druk op de ketel blijven. Hij verzette zich tegen het eventueel opzeggen van het Peking-protocol uit 1984, aangezien dit de basis is van het nu bereikte resultaat. De suggestie dat de motie-tommel (22 513, nr. 3) hiertoe in feite oproept, sprak hij tegen. De heer Rosenmöller (Groen Links) dankte de minister voor de snelle rapportage over de missie. Hij verwees naar het door zijn fractie bij het Taiwan-debat ingenomen standpunt, waarin het Peking-protocol uit 1984 slechts gold als nevenargument om niet over te gaan tot levering van

5 duikboten aan Taiwan. In dit verband vroeg hij of de minister tijdens zijn reis is gebleken dat er aan Chinese zijde begrip is voor het Nederlandse misnoegen over de uitvoering van dit protocol. Het vergelijken van de handelsperspectieven tussen China en Taiwan achtte hij zinloos. In deze was hij het met de minister eens dat een èn-èn-beleid moet worden gevoerd. Hij ging ervan uit dat de minister met zijn uitspraken vooraf beoogde om de Chinese onderhandelingspartners onder maximale druk te zetten. Heeft de minister zich echter wel gerealiseerd dat hij daarmee degenen die politiek belang hebben bij het mislukken van de missie, in de kaart speelde? Uit de eerdere interventie van de heer Mateman maakte hij op dat er, ondanks het betoog van de heer Van lersel, binnen het CDA kennelijk toch nog verdeeld wordt geoordeeld over het resultaat van de reis. Hoewel de heer Rosenmöller in het algemeen redelijk positief oordeelde over het resultaat van de reis van de minister, was ook hij benieuwd naar de hardheid van het orderpakket. Vergeleken met de huidige situatie is er inderdaad sprake van een uitbreiding van de handelsrelatie, maar hoe zal in de toekomst worden bereikt dat de handel met China op een structureel hoger niveau komt? Hij signaleerde enige frictie tussen het bij kamerstuk nr. 1 gevoegde schrijven van de Parallelle Economische Missie (PEM) en eerdere uitlatingen van een PEM-lid in de pers over het resultaat van de missie. De heer Rosenmöller vroeg hoe door de minister de kwestie van de mensenrechten aan de orde is gesteld. Ziet hij de schending ervan in China als een incidenteel of een structureel verschijnsel? Hoe reageerde de heer Li Peng hierop? De heer Van Middelkoop (GPV) had waardering voor de inzet van de minister om een goed resultaat te boeken. Hij vroeg of tijdens het bezoek is gebleken dat China het gedoogt dat Frankrijk aan Taiwan rompen voor fregatten verkoopt. Tegen de achtergrond van hetgeen tijdens het Taiwan-debat werd gezegd over de status van het Peking-protocol uit 1984 vroeg hij of van het bezoek gebruik is gemaakt om te komen tot zodanige normalisering van de betrekkingen tussen beide landen dat op termijn het protocol niet meer van toepassing zal zijn. Hij sloot zich aan bij de vraag van de heer Rosenmöller naar het bespreekbaar maken van de mensenrechtenkwestie. Met het artikel van de hand van de minister in NRC Handelsblad van 4 mei 1992 was hij niet gelukkig. Hij begreep niet waarom de minister zich geroepen voelde om daarin een totaalvisie op China te geven, in plaats van zich te beperken tot een verslag van zijn reis als Minister van Economische Zaken. Op grond waarvan meent de minister in dit artikel te kunnen concluderen dat in China een autoritaire overheid wordt geaccepteerd? Waarom vond hij het nodig om te conclu deren dat de politieke discussie in China beperkt is, maar dat de winkels vol zijn? Dit herinnert aan de manier waarop vroeger aan de hand van het op tijd rijden van treinen een politiek systeem werd beoordeeld. Ook uitlatingen over de door China gevoerde bevolkingspolitiek vielen bij hem niet in goede aarde. Wat bedoelt de minister met zijn passages over de mensenrechten in China? Naar aanleiding van dit alles herinnerde hij eraan dat tijdens het onlangs gehouden kamerdebat over de breuk in de relatie met Indonesië door het kabinet is benadrukt dat de Minister van Buitenlandse Zaken als eerste verantwoordelijk is voor het buitenlands beleid. De heer Van Middelkoop vroeg, onder verwijzing naar de aanvaarde motie op kamerstuk , nr. 4, om over zes maanden nader te worden geïnformeerd over de structurele resultaten van de reis. Wil de minister, wellicht met inschakeling van de Minister van Buitenlandse Zaken, die tijd gebruiken om de betrekkingen tussen China en Nederland zodanig te normaliseren dat het Peking-protocol op enige termijn kan

6 worden ingetrokken? In tegenstelling tot de heer Ybema was hij van mening dat dit uiteindelijk de strekking is van de motie-tommel (22 513, nr. 3). De heer Leerling (RPF) waardeerde het dat de minister als uitvloeisel van het Taiwan-debat hoogstpersoonlijk naar China was gereisd. Een eindoordeel over het resultaat ervan wenste hij nu nog niet te geven. Waarom is van Chinese zijde op zo speciale manier meegewerkt aan de verwezenlijking van dit bezoek? Vreesde men wellicht voor herroeping van het Peking-protocol uit 1984? De heer Leerling vroeg zich af of de optimistische toonzetting rondom de reis van de minister wel gerechtvaardigd is. De 1,8 mld. aan orders die ermee zijn binnengehaald vond hij niet schokkend, in vergelijking met de ervoor betaalde prijs. Ook hij wees op het meetellen van ongeveer 400 mln. voor reeds verkochte F-100's en op de ongewisheid over concretisering van intentieverklaringen en samenwerkingscontracten. Uiteindelijk is er naast de verkochte F-100's slechts zekerheid over zo'n 700 mln. aan nieuwe, harde contracten. Uit persberichten had hij begrepen dat het project van AT&T Networksystems voor een deel met een zachte lening wordt gefinancierd. Hoe is dit te rijmen met de mededeling dat dergelijke leningen nauwelijks een rol hebben gespeeld? Is het juist dat de minister met zijn collega van Ontwikkelingssamen werking overlegt over de vraag of de levering van schakelapparatuur door AT&T voldoet aan OESO-richtlijnen voor het verstrekken van ontwikkelingskredieten? De heer Leerling had begrepen dat in juni aanstaande een Chinese inkoopcommissie een bezoek aan Europa zal brengen. Zal deze missie ook Nederland aandoen en zo ja, wat mag daarvan worden verwacht? Dat de Chinese regering nog steeds tegen levering van militair materieel aan Taiwan is, maakte de heer Leerling op uit het feit dat kennelijk steeds meer druk wordt uitgeoefend op de Franse regering om af te zien van de levering van 120 Mirage-2005's. Parijs zou de beslissing over deze levering willen aanhouden om China, in navolging van de reis van minister Andrïessen, tot commerciële tegenprestaties te dwingen. Kan nader worden ingegaan op de problemen bij de HSA-leveranties in verband met de Franse levering van rompen voor fregatten aan Taiwan? Is hierover tijdens het bezoek van gedachten gewisseld? Gezien de huidige politieke en economische situatie vroeg hij zich af wat nog de zin is van handhaving van het uit 1984 daterende protocol. Wordt dit akkoord geen slachtoffer van het eigen succes? Wordt het slechts gehandhaafd om druk op de ketel te houden? De heer Leerling waardeerde het zeer dat de minister tijdens zijn reis de mensenrechtenkwestie aan de orde stelde. Wat was hierop de reactie? De heer Janmaat (Centrumdemocraten) vergeleek de reis van de minister en het resultaat ervan met het sprookje van «Domme Hans», die met een paard vertrok om uiteindelijk, na een aantal ruilingen, met een gans thuis te komen. Hij zag niet in hoe de verkoop van Fokker-vlieg tuigen tot het succes van deze handelsmissie kon worden gerekend. Verder wees hij erop dat de betrokken bedrijven reeds lang handelsre laties met China onderhouden. Alles overziende concludeerde hij dat de reis als een mislukking moet worden beschouwd. Hij ging ervan uit dat bij het verwerven van orders flink gebruik is gemaakt van ontwikke lingsgeld, in de vorm van zachte leningen. Waarom wordt in de brief dan geschreven dat zachte leningen nauwelijks een rol hebben gespeeld? Welke betekenis moet in dit verband aan het woordje «nauwelijks» worden gehecht? Hij vond dit soort praktijken volstrekt afkeurens waardig. Hij ging ervan uit dat een deel van de orders ook zonder de reis van de minister zou zijn gesloten. Hiervan uitgaande en rekening

7 houdend met het afzeggen van de order voor levering van duikboten aan Taiwan, concludeerde hij dat het resultaat van de reis economisch gezien ver onder de maat blijft. De heer Janmaat vroeg zich af of het in deze tijd wel verstandig is om met een wankelende communistische wereldmacht verbintenissen aan te gaan. Als het communisme in China bakzeil moet halen, zal dit het Nederlandse bedrijfsleven opbreken. Onder verwijzing naar het artikel van de minister in NRC Handelsblad van 4 mei jl. vroeg hij of de minister, gezien zijn kennelijk politiek mededogen, RDM aan vervangende orders kan helpen. Naar aanleiding van de mededeling in de brief van de minister, dat de gesprekspartners zonder uitzondering goed op de hoogte bleken te zijn van aanleiding en achtergrond van de missie, vroeg hij in hoeverre hem lokkertjes zijn voorgehouden om de regeringspartijen in Nederland over de streep te trekken. Politiek gezien achtte hij de reis van de minister buitengewoon onverstandig. Hij betwijfelde of zaakmi nisters wel buitenlandse reizen moeten maken. Indien daartoe wordt besloten, moeten zij zich veel beter voorbereiden op de politieke conse quenties daarvan. Het was de heer Janmaat volstrekt onduidelijk op welke wijze het belang van het Nederlandse bedrijfsleven met dit bezoek gediend zou kunnen worden. Ook de handelwijze van de regeringspartijen op dit punt was hem een raadsel. Uit het feit dat leveranties zich tot in 1994 kunnen uitstrekken maakte hij op dat de minister het aan zijn opvolger overlaat om ervoor te zorgen dat uiteindelijk compensatie wordt geboden voor de manjaren die gemoeid waren met de bouw van de duikboten voor Taiwan. Het antwoord van de minister De minister zegde, in lijn met de motie Van Middelkoop (22 513, nr. 4) toe, de Kamer voor 1 januari 1993 nader te informeren over de resultaten van de handelsmissie naar China. Indien mogelijk zal daarbij worden gedifferentieerd naar leveringen via Hongkong. Tijdens het bezoek is nadruk gelegd op de intensivering van de bilaterale econo mische betrekkingen, op basis van het Peking-protocol van De Nederlandse visie hierop is, ook in gesprekken met premier Li Peng, openhartig en duidelijk naar voren gebracht. Hoewel er enig meningsver schil over de precieze cijfers bestond, moest van Chinese kant toch worden toegegeven dat er sprake was van enige onevenwichtigheid. De minister benadrukte dat, behoudens de uitzondering ten aanzien van Frankrijk, door de Chinese autoriteiten zeer negatief wordt gereageerd op levering van strategische goederen aan Taiwan. In de gesprekken is ook aandacht geschonken aan het mede onderhouden van goede betrek kingen met Taiwan en aan de komende overdracht van de kroonkolonie Hongkong. De missie is voorbereid in samenwerking tussen vertegen woordigers van het bedrijfsleven en het Directoraat-generaal voor de buitenlandse economische betrekkingen. Teneinde het beoogde snelle resultaat te kunnen verkrijgen, zijn ter voorbereiding van de onderhande lingen reeds voor aanvang van de reis teams van deskundigen naar China gereisd. In verband met de in China reeds betrekkelijk ver doorgevoerde decentralisatie is daarbij door de Chinese ambassadeur, ook op regionaal en ondernemingsniveau, een bemiddelende rol gespeeld. Achterliggende doelstelling van de missie was, op korte termijn via het verwerven van extra orders te komen tot een structurele verdubbeling van het huidige exportvolume tot minimaal 1 mld., met een redelijk vooruitzicht op repetitie-orders. Hoewel hij vergelijkingen met de Taiwanese duikboot order van de hand wees, merkte de minister op dat daaraan geen repetitie-effect verbonden was. Verder wees hij erop dat, ondanks het niet doorgaan van deze order, Nederlandse bedrijven kunnen blijven

8 meedingen naar Taiwanese orders op civiel gebied. In dit verband wees hij op hetgeen aan het slot van kamerstuk , nr. 1 staat over het ten aanzien van China en Taiwan te voeren èn-én-beleid. Overigens merkte hij op dat Taiwan hooguit vier duikboten in Nederland had willen laten bouwen. Daarmee zou hooguit 2,8 mld. gemoeid zijn en het zou ongeveer manjaren werkgelegenheid hebben opgeleverd. De extra Chinese orders ter waarde van 1,8 mld. leveren bij een omzet van f per hoofd van de bevolking ongeveer a manjaren werkgelegenheid op. Hij wees erop dat deze vergelijking in feite mank gaat en dat de duikbootorder eigenlijk niet anders is dan een spook verhaal, omdat de Nederlandse regering niet de intentie had om deze order te aanvaarden. Daarom wenste hij ook in zijn nadere rapportage geen vergelijkingen in manjaren, zoals door de heer Blaauw gevraagd, te maken. Uit het feit dat door RDM niet is gereageerd op het resultaat van de missie maakte hij op dat dit bedrijf kennelijk niet ontevreden is met deze gang van zaken en zich heeft gericht op het doen van industriële leveranties. Hij deelde mede dat ook Duitsland geen goedkeuring zal geven voor de bouw van deze boten, ondanks de lege werven in het voormalige Oostduitsland. Van vertegenwoordigers van Franse bedrijven die actief zijn in China, had hij verder begrepen dat men beslist niet te spreken is over de levering van fregatrompen aan Taiwan. Over de eventuele levering van Franse Mirages durfde hij geen uitspraak te doen. De minister merkte op dat als resultaat van de reis alleen orders zijn gepresenteerd waarover op korte termijn (in het algemeen maximaal twee jaar) redelijke zekerheid bestaat en die daadwerkelijk leiden tot export van goederen en diensten naar China. Zo is slechts een heel klein gedeelte van de volgens de minister ongetwijfeld geweldige Nederlandse mogelijkheden op het gebied van bagger en waterwerken opgenomen. Hierover zullen nog gesprekken worden gevoerd met de Minister van Verkeer en Waterstaat. Ook is niets uit het MOU opgenomen, omdat het daarbij gaat om afspraken tussen regeringen en omdat er meer tijd mee gemoeid zal zijn. Verder is niets opgenomen van de grote investeringen die bedrijven als Philips en Shell in China doen en van het Nederlandse deel ad 95 mln. van een Nederlands/Duitse order van in totaal 190 mln. De reeds verkregen order voor de F-100 vliegtuigen is wel als resultaat van de missie opgenomen, omdat dit een direct resultaat was van het niet laten doorgaan van de Taiwanese duikbootorder. Dat nu ook een andere Chinese luchtvaartmaatschappij tot aanschaf van deze vliegtuigen heeft besloten, kan worden gezien als een repetitie-effect van deze order. Hieruit leidde de minister af dat in de toekomst nog meer maatschappijen zullen besluiten tot de aanschaf van Fokker-vliegtuigen. In dit verband wees hij op de geweldige groei in het Chinese lucht verkeer. Ondanks het ontbreken van het benodigde budget is met de nodige inspanning een order voor IHC verkregen, die goede uitzichten op herhaling biedt. Bijzonderheid van de order voor Boskalis is, dat hierbij op de wereldmarkt, in samenwerking met een Chinese maatschappij wordt geopereerd. Als resultaat van de reis is slechts meegeteld de export van diensten als gevolg van de deelname van Boskalis aan Chinese projecten buiten China. Contracten van Stork en KTI zullen leiden tot export naar China. Ten aanzien van laatstbedoelde order is er mogelijk nog een repetitie-effect te verwachten. De order voor AT&T vond de minister iets minder hard dan de overige. Wel tekende hij hierbij aan dat het Chinese Ministerie voor Buitenlandse Economische Betrek kingen zich heeft gecommitteerd aan de order (inclusief financiering) voor de eerste telefoonlijnen. De order voor AKZO behelst extra levering van chemicaliën. Van de order betreffende de zoutfabriek zijn alleen eventuele leveringen vanuit Nederland als resultaat geteld. De door de heer Ybema in dit verband genoemde persberichten wees de minister van de hand als zijnde afkomstig van een slecht geïnformeerde

9 bron. Orders voor ingenieursbureaus vond hij extra interessant, omdat daarin de krachten van diverse middelgrote bedrijven zijn gebundeld. De order voor SHV is van bijzonder karakter, omdat deze ertoe leidt dat door een Nederlands bedrijf in China winkelvestigingen kunnen worden geopend. Hoewel het in principe om drie a vier vestigingen gaat, is slechts de export vanuit Nederland voor één van deze vestigingen als resultaat opgenomen. Door de Rabobank in een joint venture met een Chinese partner te verlenen kredieten zijn als resultaat meegeteld, omdat ze alleen bestemd zijn voor de import op korte termijn van Nederlandse goederen in China. Intentieverklaringen zijn in het resultaat opgenomen omdat ze, hoewel ze wat minder hard zijn dan een afgeronde order, kunnen worden beschouwd als een duidelijke wilsverklaring van de betrokken partners. Ook als men er onverhoopt in de onderhandelingen niet uitkomt, zal gezamenlijk naar een oplossing moeten worden gezocht. Alles overziende, concludeerde de minister dat de missie bijzonder succesvol is geweest en op korte termijn zal leiden tot een substantiële groei van de Nederlandse export naar China. De reacties daarop vanuit Nederland hadden hem dan ook hooglijk verbaasd. In dit verband merkte hij op dat men uit de samenstelling van de missie vrij eenvoudig had kunnen afleiden op welk resultaat ongeveer zou worden gemikt. De door de heer Leerling bedoelde inkoopcommissie zal inderdaad Nederland bezoeken. Voor het thans aan de orde zijnde orderpakket zijn, buiten een betrek kelijk klein deel overheidsfinanciering (45 mln.), geen bijzondere krediet garanties gegeven. De door de heer Van lersel bedoelde Chinese valuta reserve kon ontstaan doordat China in 1990 en 1991 ten opzichte van de EG een handelsoverschot kende van respectievelijk 10,5 mld en 18,9 mld. De minister merkte op, het door de heer Van Middelkoop bedoelde NRC-artikel niet bedoeld te hebben als een reactie op de berichten over zijn reis, maar als een algemeen, economisch artikel over China, waarin zijn visie op de politieke zijde van het verhaal tot uitdrukking is gebracht door ook te wijzen op zwarte kanten. Hij erkende dat mensenrechten universeel zijn geformuleerd. In zijn artikel in de NRC had hij, zonder daaraan een waarde-oordeel te verbinden, slechts duidelijk willen maken dat men vanuit een andere cultuur anders kan aankijken tegen dit universeel geformuleerde recht. In het officiële gesprek met de Chinese premier is er door hem gewezen dat tussen China en Nederland een discussie wordt gevoerd over eerbiediging van mensenrechten en dat de Nederlandse regering erop vertrouwt dat deze discussie zal worden voortgezet. Enige reactie hierop werd niet gegeven, waaruit kan worden afgeleid dat het Nederland vrij staat, hierop op enig moment terug te komen. Verder aandringen op dit gebied achtte de minister bij die gelegenheid niet passend. De minister was het met de heer Van Middelkoop eens dat op enig moment de relatie met China zodanig moet worden genormaliseerd dat het Peking-protocol, al dan niet stilzwijgend, kan vervallen. Opheffing van het protocol is tijdens de reis niet ter sprake geweest, omdat het juist de opening bood om van China dit orderpakket los te krijgen. Op dit moment wordt deze maatstaf, zij het niet met zoveel woorden vastgelegd, voor alle landen gehanteerd. Ten slotte zegde de minister toe, op nog niet beantwoorde vragen alsnog schriftelijk te zullen ingaan. De voorzitter van de Commissie, Mateman De griffier van de Commissie, Janssen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 21 300 V Vaststelling van de begroting van de uitgaven en van de ontvangsten van hoofdstuk V (Ministerie van Buitenlandse Zaken) voor het jaar

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-21 800 IX B Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk IX B (Ministerie van Financiën) voor het jaar Nr. 25 VERSLAG

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1992-1993 22563 Problematiek van de Koerden Nr. 4 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 17 september 1992 De vaste Commissie voor Buitenlandse Zaken'

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1996 1997 Nr. 9a 24 138 Wijziging van de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG. Datum 27 januari 2015 Betreft vragen over KLM. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG. Datum 27 januari 2015 Betreft vragen over KLM. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Uw Referentie 2014Z00971 Datum 12 februari

Nadere informatie

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Halderberge. Datum: 24 mei 2013. Rapportnummer: 2013/057

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Halderberge. Datum: 24 mei 2013. Rapportnummer: 2013/057 Rapport Rapport betreffende een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Halderberge Datum: 24 mei 2013 Rapportnummer: 2013/057 2 Klacht Verzoeker, een advocaat, klaagt erover dat het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 417 Kabinetsformatie 2010 Nr. 2 BRIEF VAN DE INFORMATEUR Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Hierbij zend ik u, daartoe

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 740 Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht, de Wet tarieven in burgerlijke zaken en enkele andere wetten ter verhoging van de opbrengst

Nadere informatie

Rapport. Datum: 4 maart 2004 Rapportnummer: 2004/073

Rapport. Datum: 4 maart 2004 Rapportnummer: 2004/073 Rapport Datum: 4 maart 2004 Rapportnummer: 2004/073 2 Klacht DE ONDERZOCHTE GEDRAGING Het in strijd met het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht niet informeren van betrokkene over de mogelijkheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1991-1992 22152 Voorlichtingscampagnes van het Rijk Nr. 3 VERSLAG Vastgesteld 11 oktober 1991 De Commissie voor de Rijksuitgaven 1 legt over dit rapport

Nadere informatie

2014D10807 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2014D10807 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2014D10807 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond er bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 27 859 Modernisering Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA) Nr. 117 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 14 november

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 449 Voorstel van wet de leden Wilders en Bosma tot intrekking van de goedkeuringswet inzake de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie

Nadere informatie

Notulen van de vergadering gehouden op donderdag 24 juli 1969 in de Trêveszaal, aangevangen 's morgens om tien uur en 's middags voortgezet

Notulen van de vergadering gehouden op donderdag 24 juli 1969 in de Trêveszaal, aangevangen 's morgens om tien uur en 's middags voortgezet MINISTERRAAD Nr. 4730 Notulen van de vergadering gehouden op donderdag 24 juli 1969 in de Trêveszaal, aangevangen 's morgens om tien uur en 's middags voortgezet Aanwezig; de vice-minister-president Witteveen

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 34 035 Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met de introductie van een nieuw stelsel van studiefinanciering in het

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Uw Referentie 2015Z08639 Datum 27 mei 2015

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten Generaal

Tweede Kamer der Staten Generaal Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1991-1992 22 300 V Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van Hoofdstuk V (Ministerie van Buitenlandse Zaken) voor het jaar 1992

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 21 300 V Vaststelling van de begroting van de uitgaven en van de ontvangsten van hoofdstuk V (Ministerie van Buitenlandse Zaken) voor het jaar

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 410 Kabinetsformatie 2012 Nr. 1 BRIEF VAN DE VERKENNER Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 18 september 2012

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Uw Referentie 2015Z10183 Datum 15 juni

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 31 066 Belastingdienst Nr. 423 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 24 augustus 2018 De vaste commissie voor Financiën heeft een aantal

Nadere informatie

2009D10068 VERSLAG. De voorzitter van de commissie, H. Jager. De adjunct-griffier van de commissie, L. Tijdink. NDS tknds2009D10068

2009D10068 VERSLAG. De voorzitter van de commissie, H. Jager. De adjunct-griffier van de commissie, L. Tijdink. NDS tknds2009D10068 2009D10068 VERSLAG Binnen de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat hebben de fracties van het CDA, de PvdA, de SP en de VVD de behoefte om enkele vragen en opmerkingen voor te leggen over diverse

Nadere informatie

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG Wetgeving en Juridische Zaken Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2004 2005 29 449 Nederlandse corporate governance code (Tabaksblat code) A Herdruk VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 24 november 2004 In de

Nadere informatie

Uitspraaknr. 06.056. De klacht. De feiten. De visie van partijen

Uitspraaknr. 06.056. De klacht. De feiten. De visie van partijen Landelijke Klachtencommissie onderwijs (mr. M.E.A. Wildenburg, S.J. Drijver, R.C.A. Wilcke) Uitspraaknr. 06.056 Datum: 27 juli 2006 Belemmerde communicatie, zonder reden melden van vermoedelijk ongeoorloofd

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 618 Wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet op de expertisecentra in verband

Nadere informatie

WERKPROGRAMMA KAPITAAL VERLENGING EUROVERGUNNING

WERKPROGRAMMA KAPITAAL VERLENGING EUROVERGUNNING Werkprogramma bepaling minimaal aanwezig risicodragend vermogen in in Nederland gevestigde ondernemingen met grensoverschrijdend beroepsvervoer 1 1. Regelgevend kader Op grond van de Wet wegvervoer goederen

Nadere informatie

Evaluatie Wet controle op rechtspersonen. Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld

Evaluatie Wet controle op rechtspersonen. Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld 33750-VI Nr. Evaluatie Wet controle op rechtspersonen Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft een aantal vragen ter beantwoording voorgelegd

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1991-1992 22 300 XIV Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk XIV (Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij)

Nadere informatie

29 800 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2005

29 800 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2005 vra2005vws-10 29 800 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2005 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld... 2005

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2005 2006 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie N VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 7 maart

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015 2016 34 300 XV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2016 F VERSLAG VAN EEN

Nadere informatie

Verzoekster klaagt erover dat de Informatie Beheer Groep (IB-Groep):

Verzoekster klaagt erover dat de Informatie Beheer Groep (IB-Groep): Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat de Informatie Beheer Groep (IB-Groep): 1. haar in 2007 per e-mailbericht onjuiste informatie heeft verstrekt over haar rechten met betrekking tot de OV-Studentenkaart;

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken Nr. 1771 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

2016D22881 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2016D22881 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2016D22881 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG De vaste commissie voor Financiën heeft op 2 juni 2016 een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Financiën over zijn brief

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 20 529 Het bevolkingsvraagstuk en bevolkingsbeleid binnen de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 6 september

Nadere informatie

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL I Vergaderjaar 2010-2011 32 339 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten ter implementatie van richtlijn

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 882 Wijziging van de Wet basisregistratie personen in verband met het opnemen van gegevens over kinderen die op het moment van de geboorte niet

Nadere informatie

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter. Zaaknummer: S21-29 Datum uitspraak: 29 januari 2015 Plaats uitspraak: Zeist DE RIJDENDE RECHTER Bindend Advies in het geschil tussen: S. van der Veen en T. van der Veen--Koster te Ferwert, verder te noemen:

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat uren die hij in november 2005 als pooler heeft gewerkt in de Penitentiaire Inrichting Haaglanden, locatie Scheveningen, tot op heden niet zijn uitbetaald.

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Sector Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

2016D50910 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2016D50910 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2016D50910 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG De vaste commissie voor Financiën heeft in aanvulling op de reeds door de Tweede Kamer gevraagde brief aan de Staatssecretaris van Financiën, op

Nadere informatie

Rapport. Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/241

Rapport. Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/241 Rapport Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/241 2 Klacht Verzoeksters klagen erover dat zij geen contact konden krijgen met de Visadienst kort verblijf van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, ondergebracht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 21442 Aandelenvervreemding Eurometaal Nr. 2 1 Samenstelling: Leden: Stemerdink (PvdA), Gualthèrie van Weezel (CDA), Frinking (CDA), ondervoor zittter,

Nadere informatie

Eindexamen havo maatschappijwetenschappen 2014-I

Eindexamen havo maatschappijwetenschappen 2014-I Opgave 1 Besluitvorming rondom studiefinanciering Bij deze opgave horen de teksten 1 en 2 en figuur 1 uit het bronnenboekje. Inleiding Tijdens de regeringstermijn van kabinet-rutte 1 (oktober 2010 tot

Nadere informatie

Vraag 4 Acht u deze plannen in het belang van Nederland, de Nederlandse economie en de Nederlandse Staat (als aandeelhouder)?

Vraag 4 Acht u deze plannen in het belang van Nederland, de Nederlandse economie en de Nederlandse Staat (als aandeelhouder)? > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

1. Procedure. 2. Feiten

1. Procedure. 2. Feiten Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 146 d.d. 4 november 2009 (de heer mr. R.J. Paris, voorzitter, de heren E.J.M. Mackay en mr. C.E. du Perron) 1. Procedure De Commissie beslist

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 877 Staat van de Europese Unie 2014 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie H 1 VERSLAG VAN

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2017 2018 28 165 Deelnemingenbeleid rijksoverheid I VERSLAG VAN EEN NADER SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 26 oktober 2017 De leden van de vaste commissie

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 2006 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 5 december 206 Betreft Beantwoording

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 21 501-18 Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid Nr. 138 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELE- GENHEID Aan de Voorzitter van de

Nadere informatie

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS Informatieverstrekking gescheiden ouders met terugwerkende kracht tijdens het hervatten van het gezag, inschrijving zonder toestemming ex-partner en informatieverstrekking

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 34 035 Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met de introductie van een nieuw stelsel van studiefinanciering in het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid Nr. 496 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 8 december 2015 De vaste commissie

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2012-151 d.d. 11 mei 2012 (mevrouw mr. E.M. Dil-Stork, voorzitter, mevrouw mr. A.M.T. Wigger en mevrouw. mr. J.W.M. Lenting, leden, met de heer

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt er over dat de Nederlandse ambassade in Kampala, Uganda, bij de aanvraag om verlening van visum kort verblijf aan een vriendin uit Uganda onduidelijke informatie heeft

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 400 XII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (XII) voor het jaar 2001

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1986-1987 19465 19905 Verslag van de Algemene Rekenkamer over 1985 Verslag van de Algemene Rekenkamer over 1986 Nr. 25 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Emmen. Datum: 12 december 2011. Rapportnummer: 2011/358

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Emmen. Datum: 12 december 2011. Rapportnummer: 2011/358 Rapport Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Emmen. Datum: 12 december 2011 Rapportnummer: 2011/358 2 Klacht Verzoekster klaagt erover, dat de gemeentesecretaris

Nadere informatie

Den Haag : 9 mei 2008 Ons kenmerk : S.A /K Uw Kenmerk : DB U Betreft : Inkoop ouderdomspensioen over achterliggende dienstjaren

Den Haag : 9 mei 2008 Ons kenmerk : S.A /K Uw Kenmerk : DB U Betreft : Inkoop ouderdomspensioen over achterliggende dienstjaren Aan de Staatssecretaris van Financiën, de heer mr. drs. J.C. de Jager, Ministerie van Financiën, Postbus 20 201 2500 EE DEN HAAG Den Haag : 9 mei 2008 Ons kenmerk : S.A.08.03728 /K Uw Kenmerk : DB 2008-00019

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR BINNENLANDSE AANGELEGENHEDEN, HUISVESTING EN STEDELIJK BELEID

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR BINNENLANDSE AANGELEGENHEDEN, HUISVESTING EN STEDELIJK BELEID C284 BIN30 VLAAMS PARLEMENT Zitting 2002-2003 10 juli 2003 HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR BINNENLANDSE AANGELEGENHEDEN, HUISVESTING EN STEDELIJK BELEID Vraag om uitleg van de heer Bart

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken Nr. 1789 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING Aan

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1986-1987 Rijksbegroting voor het jaar 1987 19 700 Hoofdstuk V Ministerie van Buitenlandse Zaken Nr. 28 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 20

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal I Vergaderjaar 2016-2017 34 052 Goedkeuring van het voornemen tot opzegging van het op 14 februari 1971 te Rabat tot stand gekomen Algemeen Verdrag inzake sociale zekerheid

Nadere informatie

Aan de (plv.) leden van de vaste commissie voor Europese Zaken. Geachte leden,

Aan de (plv.) leden van de vaste commissie voor Europese Zaken. Geachte leden, Aan de (plv.) leden van de vaste commissie voor Europese Zaken. Van Anne Mulder (VVD) en Renske Leijten (SP), Voorbereidingsgroep onderzoek Nederlandse belangenbehartiging in de EU betreft Verslag met

Nadere informatie

College voor geschillen medezeggenschap defensie

College voor geschillen medezeggenschap defensie ADVIES Dossiernr: Advies van het College voor geschillen medezeggenschap defensie aan de Bevelhebber der Zeestrijdkrachten naar aanleiding van een verzoek om advies inzake een tussen: de Commandant Maritieme

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1985-1986 19160 Ontwikkelingsrelevante Exporttransacties Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 5 maart 1986 De vaste commissie voor Ontwikkelingssamenwerking

Nadere informatie

Rapport. Datum: 1 september 2000 Rapportnummer: 2000/295

Rapport. Datum: 1 september 2000 Rapportnummer: 2000/295 Rapport Datum: 1 september 2000 Rapportnummer: 2000/295 2 Klacht Op 11 februari 2000 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift, gedateerd 10 februari 2000, van mevrouw C. te Krimpen a/d IJssel,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1993-1994 23 5O1 Wijziging van hoofdstuk IV (Kabinet voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken) van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten

Nadere informatie

De heer S., aangesloten makelaar, verbonden aan [naam makelaarskantoor], [adres] beklaagde.

De heer S., aangesloten makelaar, verbonden aan [naam makelaarskantoor], [adres] beklaagde. Taxatie. Onjuiste Taxatiewaarde. Belangenbehartiging opdrachtgever. Ongepast optreden. Klager en zijn (ex-)echtgenote hebben beklaagde in het kader van hun echtscheiding gevraagd hun woning te taxeren.

Nadere informatie

Beoordeling Bevindingen

Beoordeling Bevindingen Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) aan hem als advocaat een machtiging van zijn cliënt heeft gevraagd om stukken bij de IND te kunnen opvragen,

Nadere informatie

2014D02444 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2014D02444 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2014D02444 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu hebben verschillende fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 32 892 Wijziging van onder meer de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet educatie en beroepsonderwijs in verband met samenwerking tussen onbekostigd

Nadere informatie

OORDEEL. Het klachtenformulier is gedateerd 14 april 2009 en bij het secretariaat ingeboekt op 15 april 2009 onder nummer

OORDEEL. Het klachtenformulier is gedateerd 14 april 2009 en bij het secretariaat ingeboekt op 15 april 2009 onder nummer Dossiernummer 32-2009 OORDEEL Verzoeker de heer E. namens mevrouw O. te Almelo. Datum verzoek Het klachtenformulier is gedateerd 14 april 2009 en bij het secretariaat ingeboekt op 15 april 2009 onder nummer

Nadere informatie

Wijziging van de Experimentenwet Kiezen op Afstand in verband met de verlenging van de werkingsduur van die wet.

Wijziging van de Experimentenwet Kiezen op Afstand in verband met de verlenging van de werkingsduur van die wet. Hieronder het antwoord van de staatssecretaris van BZK op vragen uit de Kamer over de voorgestelde verlenging van de Experimentenwet Kiezen op Afstand. Van deze tekst zijn twee versies in omloop geweest

Nadere informatie

Rapport. Datum: 30 juni 1999 Rapportnummer: 1999/295

Rapport. Datum: 30 juni 1999 Rapportnummer: 1999/295 Rapport Datum: 30 juni 1999 Rapportnummer: 1999/295 2 Klacht Op 17 juli 1998 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer M. te Breda, met een klacht over een gedraging van de Immigratie-

Nadere informatie

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN. Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN. Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2006 2007 B 30 581 Verdrag tot wijziging van de op 16 oktober 1990 te Paramaribo totstandgekomen Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname

Nadere informatie

Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 20 december 2007 over het wapenexportbeleid.

Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 20 december 2007 over het wapenexportbeleid. Wapenexportbeleid Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 20 december 2007 over het wapenexportbeleid. Voorzitter. Voor het kerstreces hebben wij met de staatssecretaris van

Nadere informatie

2015D44592 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2015D44592 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2015D44592 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG De vaste commissie voor Financiën heeft op 18 november 2015 een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Financiën over zijn brief

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 31 409 Zee- en binnenvaart Nr. 126 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld op 31 oktober 2016 De vaste commissie voor Infrastructuur en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 696 Wijziging van de Wet op de lijkbezorging Nr. 4 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT 1 Hieronder zijn opgenomen het advies van de Raad

Nadere informatie

Rapport. Datum: 27 september 2006 Rapportnummer: 2006/334

Rapport. Datum: 27 september 2006 Rapportnummer: 2006/334 Rapport Datum: 27 september 2006 Rapportnummer: 2006/334 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Visadienst van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, ondergebracht bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1979-1980 13 419 Eurocontrol Nr. 16 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 6 februari 1980 De vaste Commissie voor Verkeer en Waterstaat' heeft op 28 november

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Datum: 22 april 2013 Betreft: Beleidsreactie op het advies "De

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt er in vervolg op zijn bij de Nationale ombudsman op 5 februari 2008 ingediende klacht over dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) Rotterdam in het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 775 V Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2018 Nr. 55 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 945 (R 1737) Goedkeuring van het op 28 mei 1999 te Montreal tot stand gekomen Verdrag tot het brengen van eenheid in enige bepalingen inzake

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2007 2008 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie BG 1 Samenstelling: Economische Zaken: Schuurman (CU),

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 1474 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 32 047 Goedkeuring van verdragen met het oog op het voornemen deze toe te passen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba, en van het voornemen tot opzegging

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken

Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken Ministerie van Justitie j1 Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken Directie Wetgeving Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Een onderzoek naar de beslissing op een verzoek om ambtshalve vermindering van opgelegde belastingaanslagen.

Een onderzoek naar de beslissing op een verzoek om ambtshalve vermindering van opgelegde belastingaanslagen. Rapport Geen aftrek (extra) kosten huishoudelijke hulp Een onderzoek naar de beslissing op een verzoek om ambtshalve vermindering van opgelegde belastingaanslagen. Oordeel Op basis van het onderzoek vindt

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2017 2018 34 775 VII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2018 34 880

Nadere informatie

1red , NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, uur

1red , NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, uur 1red18248 29-06-2007, NOS, Gesprek met de minister-president, Ned.2, 22.50 uur MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE, NA AFLOOP VAN DE MINISTERRAAD, OVER HET ONDERZOEK NAAR EVENTUELE VERLENGING VAN DE MISSIE IN

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1980-1981 Rijksbegroting voor het jaar 1981 16 400 Hoofdstuk XII Departement van Verkeer en Waterstaat Nr. 60 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 27 565 Alcoholbeleid Nr. 125 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 11 februari 2014 In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Vragen Nieuw-Zeeland

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Vragen Nieuw-Zeeland De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333 44 44 Fax (070) 333 40 33

Nadere informatie

Optie en bod. Onderhandelen met meerdere gegadigden.

Optie en bod. Onderhandelen met meerdere gegadigden. Optie en bod. Onderhandelen met meerdere gegadigden. Klager was geïnteresseerd in een woning. Hij verwijt de verkopend makelaar dat het appartement aan een derde is verkocht terwijl klager het eindbod

Nadere informatie