PRIVAATRECHT. Burgerlijk recht. Burgerlijk recht algemeen. Contractenrecht LITERATUUR JURISPRUDENTIE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "PRIVAATRECHT. Burgerlijk recht. Burgerlijk recht algemeen. Contractenrecht LITERATUUR JURISPRUDENTIE"

Transcriptie

1 PRIVAATRECHT Departement civiel recht Universiteit Leiden algemeen J.E. Fesevur, De waarde van een systeem en de noodzaak van handboeken, NTBR 2005, p. 287; E.M. Hoogervorst, I.S.J. Houben, P. Memelink, J.H Nieuwenhuis, L. Reurich, G.J.M. Verburg (red.), Rechtseenheid en vermogensrecht, Deventer: Kluwer 2005; Jac. Hijma, M.M. Olthof, Compendium van het Nederlands vermogensrecht, Kluwer: Deventer 2005; NJB special, Tunneldenken in het civiele recht, NJB 2005 p ; NJB special, Heilige Huisjes, NJB 2005 p ; Studiegroep Drion, Van, over en met Huib Drion ( ), Den Haag: Boom Juridische uitgevers Contractenrecht Mr. E.P.W. Korevaar HR 16 september 2005 RvdW 2005, 100, JOL 2005, 477, NJ 2005, 469 (Metaalbouw Vloet Mill/St. Praktijkopleiding Bouw Land van Cuijk en Noord-Limburg Noord): ontbinding, ongedaanmaking, schadevergoeding Vloet brengt in opdracht van St. Praktijkopleiding Bouw (SPOB) gevelbeplatingen aan op het schoolgebouw van SPOB. SPOB voldoet in termijnen de aanneemsom. Een gedeelte van de aanneemsom wordt niet voldaan. De beplating voldoet niet aan de vereisten en SPOB vordert van Vloet herstel. Vloet weigert waarna SPOB de rechtbank s-hertogenbosch vraagt primair de overeenkomst te ontbinden en Vloet te veroordelen tot (aanvullende) schadevergoeding en subsidiair Vloet te veroordelen tot herstel conform advies van een geveltechnisch bureau. Vloet vordert in reconventie betaling van de resterende aanneemsom. De rechtbank ontbindt de overeenkomst en wijst een schadevergoeding toe. De reconventionele vordering van Vloet wordt afgewezen. Het hof heeft het vonnis bekrachtigd. Uitgangspunt bij ontbinding is dat de reeds ontvangen prestaties ongedaan moeten worden gemaakt (6:271 BW). Indien de aard van de prestatie ongedaanmaking uitsluit moet de waarde van de prestatie worden vergoed (6:272). Het gevolg van de uitspraak van rechtbank en Hof is dat door de ontbinding enerzijds Vloet volledige schadevergoeding moet betalen zodat iemand anders de ondeugdelijke prestatie kan herstellen en dat SPOB anderzijds niet de volledige aannemingssom moet voldoen. SPOB profiteert daarmee van de wanprestatie van Vloet. Zie voor de instructieve berekening van dit verschijnsel de noot van A-G Verkade. Het hof wijst de vordering van Vloet af met de volgende overweging: Met SPOB is het hof van oordeel dat SPOB niet is gebaat met de prestaties waarvoor f ,38 is gefactureerd. SPOB is dan ook niet gehouden dit bedrag aan Vloet te betalen. Anderzijds zal SPOB de herstelkosten, die worden gesteld op f exclusief BTW, aan een derde hebben te voldoen. Terecht heeft de rechtbank dan ook de vordering van SPOB terzake de herstelkosten toegewezen en de vordering van Vloet tot betaling van (een deel van) de aanneemsom afgewezen (r.o ). Vloet gaat in cassatie en klaagt onder meer over deze overweging. De Hoge Raad casseert: Bij de beoordeling van dit onderdeel wordt het volgende vooropgesteld. Door de ontbinding van de onderhavige overeenkomst werden de partijen bevrijd van hun daardoor getroffen verbintenissen (art. 6:271 BW). In cassatie dient evenwel mede tot uitgangspunt het kennelijke, en door het middel niet bestreden, oordeel van het hof, dat de betalingsverplichting van SPOB, in weerwil van de ontbinding van de overeenkomst, in stand is gebleven. ( ) In het licht van het feit dat het hof in conventie de beslissing van de rechtbank tot toewijzing van de door SPOB gevorderde schadevergoeding op de basis van het zogeheten positieve contractsbelang heeft bekrachtigd, heeft het hof, aldus oordelend, immers blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting. Het heeft met name miskend dat SPOB door de toewijzing van deze schadevergoeding in staat wordt gesteld de door Vloet verschuldigde prestatie door een derde te laten uitvoeren. Daartegenover heeft Vloet, bij het door het hof gehanteerde uitgangspunt, dan aanspraak op toewijzing van haar in reconventie ingestelde vordering tot voldoening van het restant ten bedrage van f ,38 van de overeengekomen aanneemsom. De door het hof dienaangaande gestelde voorwaarde dat SPOB met de door Vloet verrichte prestaties had moeten zijn gebaat, vindt geen steun in het recht. Zij leidt ten onrechte ertoe dat SPOB in een voordeliger positie zou worden gebracht in vergelijking met de situatie waarin zij zou hebben verkeerd wanneer de overeenkomst door Vloet naar behoren zou zijn nagekomen. Volgt vernietiging en afdoening door de Raad zelf. KATERN

2 D.J. Beenders, R. van t Hullenaar, Artikel 6:265 lid 1 BW: in staat van ontbinding, WPNR 2005 (6644), p ; C.G. Breedveld-de Voogd, Stelt het recht grenzen aan de uitoefening van de wettelijke bedenktijd?, MvV 2005 p ; V. van den Brink, Verzuim en Ingebrekestelling (deel I en II), MvV 2005, p en p ; J.J. Dammingh, Non-conformiteit bij de koop van woningen, Advocatenblad 2005, p ; A. van Elk, Afgebroken onderhandelingen (HR 12 aug. 2005, RvdW 2005, 93), Bb 2005, p ; J.F.M. Janssen, Heroriëntatie op de ingebrekestelling, NTBR 2005, p ; G.T. de Jong, Het afnemend werkingsgebied van de ingebrekestelling, NTBR 2005, p ; F.R. van der Laken, Automatische incasso: een reus op lemen voeten, NJB 2005, p ; N. van Oostrom-Streep, De kwalitatieve verplichting als twee-eenheid?, WPNR 2005 (6638), p ; H.N. Schelhaas, Contractuele rechtszekerheid en rechterlijke interventie, Contracteren 2005, p ; B. Sluijters, M.C.I.H. Biesaart, De geneeskundige behandelingsovereenkomst (2e druk), Deventer: Kluwer 2005; T.H. Tanja-van den Broek, Uitleg van overeenkomsten in het familierecht, WPNR 2005 (6642), p ; N.W.A. Tollenaar, Beschouwingen over artikelen 6:89 en 7:23 BW in het bijzonder bij aandelenkoop, NTBR 2005, p ; A.A. van Velten, Eerste ervaringen met het vormvereiste van art. 7:2 lid 1 BW, WPNR 2005 (6636), p Onrechtmatige daad en overige verbintenissen uit de wet Mr. E.J. Zippro HR 25 november 2005, RvdW 2005, 130, JOL 2005, 679 (Eternit/H.): asbest, aansprakelijkheid producent/leverancier op grond van artikel 6:162 BW, verjaring Asbestproducent/leverancier Eternit wordt in kort geding door een slachtoffer van de dodelijke ziekte mesothelioom (een door asbest veroorzaakte zeldzame zeer ernstige kanker aan het longvlies of het buikvlies) aansprakelijk gesteld voor de ten gevolge van haar ziekte geleden schade. De vordering is gebaseerd op artikel 6:162 BW. Het slachtoffer heeft aangevoerd dat moet worden aangenomen dat de blootstelling aan asbest als gevolg waarvan zij haar ziekte heeft gekregen, heeft plaatsgevonden tijdens werkzaamheden bij haar ouderlijk huis in Het slachtoffer heeft aangevoerd dat Eternit de gebruikers van de asbest-cementplaten niet heeft gewaarschuwd voor de gezondheidsrisico s, hoewel Eternit toen wel op de hoogte was van de ernstige risico s. De voorzieningenrechter heeft de gevraagde voorzieningen getroffen. In het daartegen door Eternit ingestelde hoger beroep heeft het hof het bestreden vonnis bekrachtigd. In cassatie wordt opgekomen tegen het oordeel dat Eternit onrechtmatig heeft gehandeld tegenover H. door tekort te schieten in haar waarschuwingsplicht, en dat deze onrechtmatige nalatigheid haar kan worden verweten. Daarnaast wordt in cassatie opgekomen tegen het oordeel dat het beroep van Eternit op verjaring niet opgaat. De Hoge Raad overweegt met betrekking tot het eerstgenoemde middel: De rechtmatigheid van het handelen van Eternit moet worden beoordeeld in het licht van de maatschappelijke opvattingen ten tijde van de aan Eternit verweten gedragingen of nalatigheden. Daarbij verdient opmerking dat vanaf het moment waarop binnen de maatschappelijke kring waartoe Eternit behoort, bekend moest worden geacht dat aan het werken met asbest gevaren voor de gezondheid zijn verbonden, een verhoogde zorgvuldigheidsnorm had te gelden met het oog op de belangen van diegenen die zich bevinden in de directe nabijheid van een plaats waar met asbest wordt gewerkt. Het is afhankelijk van de omstandigheden van het geval en van de toentertijd bestaande kennis en inzichten, welke veiligheidsmaatregelen vanaf dat moment van Eternit konden worden verwacht. In dat verband zijn mede van belang de mate van zekerheid dat het werken met asbest gezondheidsrisico s meebracht en de aard en ernst van die risico s (vgl. HR 17 december 2004, nr. C03/211, RvdW 2005, 4). Het hof heeft deze maatstaven klaarblijkelijk aan zijn beoordeling van het geschil tussen partijen ten grondslag gelegd. Het is mitsdien van een juiste rechtsopvatting uitgegaan ter beoordeling van de rechtmatigheid van het handelen van Eternit. Zijn oordeel is ook niet onbegrijpelijk gemotiveerd, nu het in rov. 4.7 van zijn arrest (a) heeft overwogen dat al uit de memorie van toelichting bij het ontwerp uit 1949 van de Silicosewet blijkt van het gevaar van verspreiding van asbesthoudende stof bij het vervaardigen en het verzagen van asbestcementplaten, en (b) heeft vastgesteld dat Eternit een internationaal opererend bedrijf was en dat in in elk geval onder deskundigen bekend was dat vrijkomend asbest mesothelioom zou kunnen veroorzaken. Hieraan voegde het hof nog toe dat de directeur van Eternit deze wetenschap al vóór 1971 feitelijk moet hebben gehad. Het met deze vaststellingen 5422 KATERN 98

3 PRIVAATRECHT verweven oordeel van het hof dat het onder de gegeven omstandigheden ernstig verwijtbaar was dat Eternit het publiek niet heeft gewaarschuwd voor de aan haar bekende gezondheidsrisico s die aan asbeststof zijn verbonden, welke risico s onder meer ontstaan bij het verzagen van asbestcementplaten, is evenmin onbegrijpelijk. De Hoge Raad overweegt met betrekking tot het oordeel dat het beroep van Eternit op verjaring niet opgaat: In zijn arrest van 28 april 2000, C98/363, NJ 2000, 430 heeft de Hoge Raad in beginsel mogelijk geacht dat ook een beroep op de objectieve verjaringstermijn van, in dat geval, 30 jaren, in uitzonderlijke gevallen naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar kan zijn. Of dat in een concreet geval inderdaad zo is, zal met inachtneming van alle omstandigheden van dat geval moeten worden beoordeeld. Als gezichtspunten waarvan de rechter blijk moet geven deze in zijn beoordeling te hebben betrokken, valt onder meer te noemen of de aansprakelijkheid (nog) door verzekering is gedekt. In het onderhavige geval heeft Eternit zich onder meer erop beroepen dat de door H. in dit geding aanhangig gemaakte vordering niet (meer) door verzekering is gedekt. Het hof heeft hierop slechts gereageerd door in rov. 4.4 te overwegen: In de stellingen van Eternit [...] dat een bij toewijzing van de onderhavige vordering te verwachten toename van het aantal vorderingen de solvabiliteit van het niet-verzekerde Eternit zal bedreigen, ziet het hof geen voldoende reden om het beroep van Eternit op verjaring wel te honoreren. De Hoge Raad vervolgt: In aanmerking genomen dat de strekking van de onderhavige objectieve verjaringstermijn met name is om de schuldenaar te beschermen tegen het instellen van oude vorderingen waarmee hij na verloop van die termijn in beginsel geen rekening meer behoefde te houden, heeft het hof met deze overweging blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting, dan wel zijn oordeel onvoldoende gemotiveerd. Het hof heeft blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting indien de aangehaalde overweging aldus moet worden verstaan dat de omstandigheid dat Eternit tegen de onderhavige vordering niet is verzekerd, niet terzake dienend is bij de beoordeling van het door haar gedane beroep op verjaring. Deze omstandigheid is bij die beoordeling immers wel degelijk van belang. Voor het geval het hof evenwel van de juiste rechtsopvatting is uitgegaan, is zijn oordeel dat de enkele omstandigheid dat Eternit tegen de onderhavige vordering niet is verzekerd, onvoldoende reden is om haar beroep op verjaring te honoreren, zonder nadere motivering, die ontbreekt, onbegrijpelijk. De Hoge Raad vernietigt, conform de conclusie van de A-G Verkade, het arrest van het Hof Arnhem en verwijst het geding naar het Hof te s-hertogenbosch ter verdere behandeling en beslissing. Het eerste deel van deze uitspraak vormt een belangrijke overwinning voor de vele slachtoffers van de schrikbarende praktijken van de asbestindustrie. Eternit heeft, ondanks het feit dat de dodelijke gevolgen van asbest reeds lang bekend waren, zonder enige waarschuwing Nederland en een groot deel van de wereld vervuild met deze stof. Het niet verzekerd zijn van Eternit zal het bedrijf uiteindelijk niet mogen baten, nu dat een beloning zal vormen voor het vertoonde laakbare gedrag. Asbest zal de komende jaren nog veel slachtoffers blijven maken. Het onverantwoordelijke gedrag van de asbestproducenten/leveranciers (in het bijzonder Eternit) zal nog tot veel procedures leiden. Ook de overheid en lakse verhuurders (die terwijl ze het weten niet waarschuwen voor de aanwezigheid van veel niet-hechtgebonden asbest in de woning) zullen hun verantwoordelijkheid niet mogen ontlopen. De verwoestende gevolgen van asbest zullen nog lange tijd merkbaar zijn. HR 25 november 2005, RvdW 2005, 132, JOL 2005, 681 (Eurosportief 2000/Wesselink): 6:74, 248; Aansprakelijkheid sportschool voor dodelijk ongeval cursist, veiligheidsnorm en risico-aanvaarding, causaal verband, omkeringsregel, letsel buiten lijn der verwachtingen Kuipers neemt deel aan beginnerscursus skeeleren. Zij draagt evenals de instructeur geen beschermingshelm. Tijdens de derde les komt Kuipers ten val waarbij zij uiteindelijk op haar hoofd terechtkomt. Zij loopt hersenletsel op ten gevolge waarvan zij komt te overlijden. Het feit dat de cursiste zich vrijwillig blootstelde aan het risico van een val op het hoofd bevrijdt de sportschool niet noodzakelijkerwijs van haar aansprakelijkheid ter zake van het niet treffen van de met het oog op dat risico bij een skeelercursus voor beginners geboden veiligheidsmaatregelen. Als gevolg van de omkeringsregel moest het Hof het CSQN-verband tussen het niet dringend geven van het advies om de valhelm te dragen en het door cursiste ten gevolge van een val op het hoofd opgelopen dodelijk letsel als vaststaand aannemen, tenzij de sportschool gesteld en zonodig bewezen zou hebben dat cursiste in weerwil van dit advies geen valhelm zou hebben opgezet. Niet onbegrijpelijk en evenmin rechtens onjuist is volgens de Hoge Raad de overweging van het Hof dat de exoneratieclausule Deelname is voor eigen rekening en risico onduidelijk is, in die zin dat deze woorden de ondertekenaar van het inschrijfformulier onvoldoende inscherpen dat die tekst er ook toe strekt aansprakelijkheid uit te sluiten voor de meer ernstige tot zeer ernstige vormen van schade die zich bij skeeleren kunnen voordoen. Het Hof oordeelde dat het beroep op genoemd beding door de Sportschool in dit specifieke geval naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar was. De Hoge Raad verwerpt het beroep, conform de conclusie van de P-G Hartkamp. KATERN

4 P.F.A. Bierbooms, H. Pasman, G.M.F. Snijders (red.), Aspecten van aansprakelijkheid, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2005; C.R. Christiaans, Aansprakelijkheid wegens afgebroken onderhandelingen: van drie naar twee fasen. HR 12 aug. 2005, RvdW 2005, 93, MvV 2005, p ; M. van Dam, De betrokkenheid bij een verkeersongeval in de zin van artikel 185 WVW, VR 2005, p ; I. Giesen, Handle with care! De waarschuwingsplicht in het buitencontractuele aansprakelijkheidsrecht, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2005; T. Hartlief, Prognoses in het personenschaderecht, AV&S 2005, p ; T. Hartlief, Bewuste roekeloosheid: consistentie bij begrenzing in het privaatrecht, WPNR 2005 (6646), p ; S.C. Huisjes, Dode lijnen en een hobbel recht; storingen in communicatiediensten en aansprakelijkheid, AV&S 2005, p ; A.L.M. Keirse, Een zwaktebod; over gestandaardiseerde differentiatie bij verkeersaansprakelijkheid, NTBR 2005, p ; Marxman advocaten (red.), Medische aansprakelijkheid, Wormer: Uitgeverij Inmerc 2005; F.M. Ruitenbeek-Bart, De wettelijke regresrechten op hun retour?, TvP 2005, p ; L. Schreuder, Een busongeval tijdens de vakantie: de weg naar schadevergoeding, VR 2005, p ; C.H. Sieburg, Schadevergoeding én leven. Compositie met rood, geel en blauw, WPNR 2005 (6637), p ; A.A.J. Smelt, De verwijderingsleer: een gevaarlijke materie?, NTBR 2005, p ; G. Suurmond, B.C.J. van Velthoven, Vergoeding van affectieschade, NJB 2005, p ; A.J. Verheij, Onrechtmatige daad, Deventer: Kluwer Goederenrecht Mr. J.A. Bomhoff HR 7 oktober 2005, RvdW 2005, 112, JOL 2005, 549 (Coppes/Van de Kolk): Uitoefening recht van reclame redelijkerwijs te verwachten door derde? Autobedrijf Coppes verkocht een gebruikte personenauto aan collega handelaar D. Het ging hierbij om een zogenaamde collegiale verkoop, waarbij de verkoop geschiedt onder de voorwaarde van de totstandkoming van doorverkoop aan een derde. Deze derde wordt uiteindelijk Van de Kolk, bij wie de auto door D. wordt afgeleverd. Het feit dat Van de Kolk, op aanwijzing van D., een substantieel deel van de koopprijs moet storten op de rekening van een vriendin van D., doet al vrezen dat de zaken niet voorspoedig zullen aflopen. En inderdaad: D. voldoet de koopprijs niet aan Coppes en wordt korte tijd later toegelaten tot de schuldsaneringsregeling. Zoals samengevat door het hof, vordert Coppes vervolgens van van de Kolk primair teruggave van de auto op grond van eigendomsvoorbehoud en doet hij subsidiair een beroep op het recht van reclame (art. 7: 39 e.v. BW). Deze subsidiaire vordering zou in het onderhavige geval niet kunnen slagen wanneer Van de Kolk als derde redelijkerwijs niet behoefde te verwachten dat het recht van reclame zou worden uitgeoefend (art. 7:42 BW). Deze laatste bepaling staat centraal in de uitspraak van de Hoge Raad. In een arrest van 4 april 1986 (NJ 1986, 810) had de Hoge Raad de regel geformuleerd dat indien de eigenaar van een auto deze vrijwillig meegeeft aan een ander die de auto vervolgens verkoopt aan een derde, deze laatste verkrijger van de tweedehands auto, wil hij te goeder trouw zijn in de zin van (nu) artikel 3:86 BW, ten minste de autopapieren moet hebben onderzocht op de beschikkingsbevoegdheid van zijn voorman. De Hoge Raad geeft nu aan dat er geen grond bestaat deze regel te beperken tot het geval waarin de eigenaar van de auto het bezit daarvan heeft verloren door diefstal of verduistering. Indien de eigenaar/verkoper zich op het recht van reclame beroept en de in artikel 7:42 lid 1 BW bedoelde derde zich daartegen verweert met de stelling dat hij redelijkerwijs niet behoefde te verwachten dat dit recht zou worden uitgeoefend, is voor het slagen van dit verweer evenzeer vereist dat uitzonderingen daargelaten de derde ten minste de autopapieren heeft onderzocht met het oog op de beschikkingsbevoegdheid van zijn voorman. De uitspraak van het hof te Arnhem, dat het toepassingsgebied van deze regel had beperkt tot gevallen van diefstal of verduistering, wordt vernietigd en het geding verwezen naar het gerechtshof te s-hertogenbosch. HR 18 november 2005, RvdW 2005, 128, JOL 2005, 661 (BTL/Van Summeren): Bewijslast en uitlegging bij sale and lease back. In januari 1998 hebben de verweerders in cassatie ( de Van Summeren-vennootschappen ) een aantal trekkers en opleggers verkocht aan BTL Lease. Direct na deze verkoop zijn door BTL en de Van Summeren-vennootschappen diverse leasecontrac KATERN 98

5 PRIVAATRECHT ten gesloten. Na het faillissement van de Van Summeren-vennootschappen en de daaropvolgende ontbinding van de leasecontracten door BTL, blijkt een aantal trekkers en opleggers onvindbaar. BTL vordert hierop schadevergoeding van (wijlen) J.G. van Summeren op grond van onrechtmatige daad, gepleegd als opdrachtgever van of medewerker aan verduistering. Van Summeren verweert zich met de stelling dat partijen met de verkoopovereenkomsten van januari 1998 niets anders beoogden dan zekerheid te verschaffen voor de terugbetaling van een lening. Hierdoor zou op grond van artikel 3:84 lid 3 BW en het Sogelease-arrest van de Hoge Raad, een geldige titel voor de overdracht van de trekkers en opleggers hebben ontbroken. De uitspraak van de Hoge Raad heeft betrekking op de bewijslastverdeling ten aanzien van dit verweer en op de toepassing van de regel uit het Sogelease-arrest. Ten aanzien van de bewijslastverdeling overweegt de Hoge Raad dat [n]u de stelling van J.G. van Summeren niet een betwisting inhoudt van de door BTL aan haar vordering ten grondslag gelegde feiten, maar een bevrijdend verweer is, ter zake waarvan de stelplicht en de bewijslast volgens de hoofdregel van artikel 150 Rv. op Van Summeren rusten, had het hof de erven Van Summeren moeten belasten met het bewijs van de stelling dat de sale and lease back-overeenkomsten geen geldige titel voor eigendomsoverdracht opleveren. Nu het hof te s-hertogenbosch dit had miskend, wordt de uitspraak vernietigd en het geding verwezen naar het gerechtshof te Arnhem. de waarde van de beweerdelijk overgedragen zaken. Een wanverhouding tussen de hoogte van de vordering en de waarde van het overgedragen object kan bijdragen tot het oordeel dat partijen niet een werkelijke overdracht hebben beoogd. J. de Boer, Timeshare in de Nederlandse Antillen, WPNR 2005 (6644), p ; J.J. Dammingh, De overdracht van vorderingen op derden bij de verkoop en levering van onroerende zaken, WPNR 2005 (6639), p ; W.G. Huijgen, De reikwijdte van artikel 7:3 BW, WPNR 2005 (6637), p ; A.A. van Velten, Naar een civielrechtelijke oplossing van de eigendomsproblematiek inzake netwerken van kabels en leidingen (I en II, slot), WPNR 2005 (6640) en WPNR 2005 (6641), p en p ; A.A. van Velten, A.C.F.G. Thiele, Eurohypotheek revisited, WPNR 2005 (6643), p ; R. Vergeer, Huur of erfpacht bij woonwagenstandplaatsen?, Utrecht: Wetenschapswinkel rechten Erfrecht Mr. P.C. van Es De uitspraak van de Hoge Raad bevat verder twee overwegingen met betrekking tot de toepassing van het verbod op overdracht tot zekerheid uit het Sogelease-arrest. In de eerste plaats geeft de Hoge Raad aan dat niet juist is de redenering dat een wel geldige werkelijke overdracht in de zin van dat arrest steeds beoogd is wanneer niet expliciet uit de tekst van de overeenkomst het tegendeel blijkt. Uitleg van de overeenkomst dient te geschieden volgens de gebruikelijke Haviltex-maatstaf. In de tweede plaats gaat de Hoge Raad in op de vraag in hoeverre bij de toepassing van de Sogelease-regel van belang is dat de verkochte trekkers en opleggers beduidend meer waard waren dan de tussen partijen overeengekomen koopprijs. Hieromtrent overweegt de Hoge Raad dat indien sprake is van een werkelijke overdracht in de zin van het Sogelease-arrest, de vraag naar wie van beide partijen bevoordeeld wordt door de transactie verder niet relevant is. Dit betekent echter niet, aldus de Hoge Raad, dat het hof in het kader van het onderzoek óf sprake is van een werkelijke overdracht geen betekenis zou mogen toekennen aan F.W.J.M. Schols, Quasi-erfrecht met bindende elementen (diss. Nijmegen), Deventer: Kluwer 2005; W.G. Huijgen, J.E. Kasdorp, B.E. Reinhartz, J.W. Zwemmer, Compendium Erfrecht, Deventer: Kluwer W. Meijling, Overdracht onder voorbehoud van vruchtgebruik met name onder het nieuwe erfrecht, WPNR 6648 (2005), p ; B.C.M. Waaijer, Waarom zou een legaat van certificaten van aandelen steeds inferieur moeten zijn?, WPNR 6647 (2005), p ; C.A. Kraan, Boekbespreking: Asser-Perrick, Erfrecht en schenking 6B (deel 2), Deventer, Kluwer, 2005, WPNR 6646 (2005), p ; Nieuw Erfrecht, nr. 6, december KATERN

6 Huwelijksvermogensrecht Mr. J. Nijland WETGEVING Kamerstukken II 2005/06, , nr. 8-11, Beperkte gemeenschap van goederen (Verslag schriftelijk overleg , tweede nota van wijziging ). Hof Arnhem 25 oktober 2005, nr. 2005/433, LJN AU5416; Verdeling huwelijksgemeenschap; verknochtheid schuld; verdeling bij helfte Na een ruim acht jaar durende relatie, zijn partijen in oktober 2002 in algehele gemeenschap van goederen gehuwd. Op 25 februari 2005 wordt de echtscheidingsbeschikking ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand. De man verzoekt het Hof de beschikking van de rechtbank te vernietigen voorzover de rechtbank heeft bepaald dat een door de vrouw bij een bank afgesloten lening van ,- tot de ontbonden huwelijksgemeenschap behoort en derhalve door partijen bij helfte dient te worden verdeeld. De man stelt hiertoe dat de omstandigheden waaronder de vrouw de lening is aangegaan aanleiding vormen om de daaruit ontstane schuld op grond van verknochtheid, dan wel op grond van de redelijkheid en billijkheid, in zijn geheel aan de vrouw toe te rekenen. De omstandigheden zijn volgens de man onder andere gelegen in het feit dat (r.o. 4.5): hij niet kan achterhalen hoe de schuld ( ) is ontstaan, hij niet op de hoogte was van het bestaan van die schuld, de vrouw bij afsluiting van de leningovereenkomst ( ) zijn handtekening heeft vervalst, zij een postbusnummer heeft genomen om te voorkomen dat de man het bestaan van de lening/schuld zou ontdekken. Bovendien is de vrouw veroordeeld wegens poging tot moord op de man. Zij is in augustus 2005 opgenomen in het Pieter Baan Centrum te Utrecht. Wat betreft het beroep op de verknochtheid van de schuld aan de vrouw acht het Hof de hierboven genoemde omstandigheden van onvoldoende gewicht om te oordelen dat de schuld op enigerlei bijzondere wijze (art. 1:94 lid 3 BW) aan de vrouw verknocht is. Het Hof neemt hierbij in aanmerking dat de vrouw aannemelijk heeft gemaakt dat de schuld mede is ontstaan door aankopen bij postorderbedrijven welke in de loop van de relatie van partijen zijn gedaan en welke voornamelijk huishoudelijke aankopen en kleding betroffen. Het Hof overweegt hierop (r.o. 4.3): Dat thans niet meer kan worden achterhaald waaraan de gedurende relatie van partijen als lening opgenomen bedragen voorts zijn besteed, rechtvaardigt niet dat de schuld als verknochte schuld geheel aan de vrouw dient te worden toegedeeld. Voorts (r.o. 4.4) staat het Hof stil bij de hoofdregel van artikel 1:100 BW op grond waarvan de echtgenoten een gelijk aandeel in een ontbonden gemeenschap hebben en de op grond van de redelijkheid en billijkheid in uitzonderlijke gevallen mogelijke afwijking van die hoofdregel (zie HR 7 december 1990, NJ 1991, 593). De door de man gestelde feiten en omstandigheden zijn echter niet voldoende om onverkorte toepassing van de hoofdregel van artikel 1:100 BW onaanvaardbaar te achten. De man heeft niet nader onderbouwd dat hij niet op de hoogte was van de schuld; de vervalsing van de handtekening door de vrouw in 2003 is niet van zwaarwegend belang, te meer doordat partijen reeds sinds 1994 een relatie met elkaar hadden; het feit dat de vrouw een poging heeft gedaan om de man te vermoorden, staat los van het ontstaan van de schuld aan de bank. Het Hof bekrachtigt de beschikking van de rechtbank. M.J.A. van Mourik, Vereenvoudiging opent de weg naar nieuw wettelijk stelsel van huwelijksvermogensrecht, WPNR 2005 (6646), p ; W. Pintens, Harmonisatie in het huwelijksgoederenrecht, FJR 2005 (okt), p Te verschijnen zijn twee preadviezen voor de Vergadering voor de Vereniging voor de Vergelijkende Studie van het Recht van België en Nederland in het Tijdschrift voor Privaatrecht. Van de hand van J. van Duijvendijk-Brand is het advies getiteld Zijn er knelpunten, knalpunten, of verbeterpunten in het Nederlandse huwelijksvermogensrecht? en van de hand van W. Pintens het advies met de titel Het Belgische huwelijksgoederenrecht in rechtsvergelijkend perspectief. De eerste preadviseur gaat hier uitgebreid in op het wetsvoorstel Wijziging van de titels 6, 7 en 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (aanpassing wettelijke gemeenschap van goederen) TK , zoals vormgegeven voor de indiening van de Derde nota van wijziging (TK 5426 KATERN 98

7 PRIVAATRECHT Burgerlijk procesrecht , , nr. 12). Na het verschijnen van deze Derde nota van wijziging op 14 december 2005 is het advies slechts op enkele punten achterhaald. Burgerlijk procesrecht Mr. R.J.C. Flach WET- EN REGELGEVING EG-Betekeningsverordening: wijzigingsvoorstellen De Europese Commissie heeft voorstellen (COM (2005) 305 def.) gepubliceerd om de EG-Betekeningsverordening te wijzigen. Versnelling. De belangrijkste reden van deze op 31 mei 2001 van kracht geworden regionale regeling van het internationale betekeningsverkeer tussen EU-landen, was de wens tot versnelling. Dat is gelukt: de gemiddelde duur is teruggebracht naar één tot drie maanden met een uitschieter naar zes. Met een resoluut gebaar stelt de Commissie de termijn waarbinnen de ontvangende instantie verplicht is om de betekening te doen plaatsvinden, op één maand. Aangezien een sanctie ontbreekt, is de vraag wat hiervan de meerwaarde is boven het zo spoedig mogelijk in de huidige tekst. Termijnvaststelling. Nieuw is ook de berekening van deze en andere termijnen. Die zal voortaan niet langer gerelateerd zijn aan het nationale recht, maar verordeningsautonoom worden vastgesteld aan de hand van de Verordening (EEG, Euratom) nr. 1182/71 (PbEG L124 van , p. 1). Taaleisen. De bij een internationale betekening zo belangrijke en vaak bezwaarlijke taaleisen worden bijgesteld. Als het te betekenen stuk gesteld is in de taal van de aangezochte lidstaat of in een taal die de geadresseerde begrijpt (merkwaardigerwijs nu nog beperkt tot de taal van de lidstaat van verzending), hoeft geen vertaling bijgevoegd te worden. Schending van de taaleis is voor de geadresseerde een toegelaten reden tot weigering waar hij uitdrukkelijk (voortaan zelfs schriftelijk) op gewezen moet worden. Een dergelijke weigering moet binnen een week gedaan worden. In de huidige regeling ontbreekt een termijn. Ten slotte wordt de problematiek die in Leffler/Berlin Chemie (HvJEG 8 november 2005, C-443/03 m.nt. M.V. Polak in AA 2006, p. 57) speelt, geregeld: verzuim van de taaleis kan hersteld worden door tijdig (behoudens bijzondere omstandigheden een maand, aldus het HvJEG) alsnog een vertaling te betekenen. De oorspronkelijke datum blijft gelden als een termijn moet worden gered. Voor de geadresseerde geldt de datum waarop volgens het plaatselijke recht de vertaling alsnog wordt betekend. Tijdstip betekening. Het systeem van de dubbele betekeningsdatum (voor de geadresseerde volgens het lokale, voor de aanvrager volgens het eigen recht) wordt vereenvoudigd door schrapping van de beperking dat het redden van een termijn door de aanvrager alleen zou kunnen als het een termijn betreft in het kader van een toekomstige of al aanhangige procedure. Betekeningstermijnen in het kader van executie vallen daar nu bijvoorbeeld buiten, zodat een bijzondere, nationale, regeling noodzakelijk is (in Nederland art. 56 lid 3 Rv). Kosten. Al snel na de inwerkingtreding van de verordening is de kostenkwestie onder de aandacht van de Europese Commissie gebracht. Dat betrof onder andere de kosten die Nederlandse deurwaarders in rekening brachten en die door de Commissie, als ze boven de 150 euro uitkwamen als zeer hoog werden bevonden en niet altijd transparant. Om deze transparantie te bevorderen wordt voorgesteld om lidstaten te verplichten deze kosten vooraf tot een bepaald, vast, bedrag te fixeren dat voldoet aan de eisen van evenredigheid en non-discriminatie. Een echte uniforme betekeningswijze blijft vooralsnog een droom. Postale betekening. De mogelijkheid om de betekening per post te laten plaatsvinden wordt geuniformeerd. Nu is dat nog afhankelijk van door de lidstaten gestelde voorwaarden. Straks is een aangetekend schrijven met ontvangstbevestiging of gelijkwaardige wijze voldoende. Rechtstreekse betekening. De Commissie stelt voor om de mogelijkheid die lidstaten thans nog hebben (en waar op ruime schaal gebruik van wordt gemaakt) om zich te verzetten tegen de mogelijkheid om in het land van bestemming zich direct tot een betekeningsbevoegde autoriteit te wenden (bijvoorbeeld een vast deurwaarderskantoor), te schrappen. De formulering laat onverlet blijft ongewijzigd. De bevoegdheid om op deze manier te mogen betekenen moet kennelijk al bestaan in het land van verzending (in Nederland bijvoorbeeld niet). Schakelbepaling. Verduidelijkt wordt dat zowel de taaleisen als de betekeningsdatumbepalingen toepasselijk zijn op postale en directe betekening. Europese gerechtelijke atlas. De door de lidstaten meegedeelde gegevens zijn beschikbaar in de Europese gerechtelijke atlas ( atlascivil/html/ds_information_nl.htm). Procesrecht in IE-inbreukzaken Bij de Tweede Kamer is een voorstel ingediend om de bepalingen van de EG-richtlijn betreffende de handhaving van intellectuele eigendomsrechten (verder: IE) te implementeren in het WvBRv en andere wetten (TK , 30392, nr. 1 e.v.). Voorgesteld wordt om aan het Derde Boek van het WvBRv een nieuwe titel 18 toe te voegen met als KATERN

ECLI:NL:HR:2015:1871. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 14/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:589, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2015:1871. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 14/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:589, Gevolgd ECLI:NL:HR:2015:1871 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 10-07-2015 Datum publicatie 10-07-2015 Zaaknummer 14/04610 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:589,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2013:4308

ECLI:NL:GHDHA:2013:4308 ECLI:NL:GHDHA:2013:4308 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 12-11-2013 Datum publicatie 14-11-2013 Zaaknummer 200.092.575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger

Nadere informatie

In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2013:417, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan Conclusie: ECLI:NL:PHR:2014:1483

In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2013:417, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan Conclusie: ECLI:NL:PHR:2014:1483 ECLI:NL:HR:2014:2652 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 09-09-2014 Datum publicatie 10-09-2014 Zaaknummer 13/01257 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie In cassatie op

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2005:AT8241

ECLI:NL:HR:2005:AT8241 ECLI:NL:HR:2005:AT8241 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 18-11-2005 Datum publicatie 18-11-2005 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie C04/176HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2005:AT8241

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2017:1064. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2017:1064. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410, Gevolgd ECLI:NL:HR:2017:1064 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 09-06-2017 Datum publicatie 09-06-2017 Zaaknummer 16/04866 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2015:6266

ECLI:NL:RBMNE:2015:6266 ECLI:NL:RBMNE:2015:6266 Instantie Datum uitspraak 02-09-2015 Datum publicatie 18-09-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Midden-Nederland 3818581 UC EXPL 15-1353

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00636/06

ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00636/06 ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 06-03-2007 Datum publicatie 06-03-2007 Zaaknummer 00636/06 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2018:484. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 17/01642

ECLI:NL:HR:2018:484. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 17/01642 ECLI:NL:HR:2018:484 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 30-03-2018 Datum publicatie 30-03-2018 Zaaknummer 17/01642 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2018:46

Nadere informatie

De vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem

De vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem De vaststellingsovereenkomst Prof. mr dr Edwin van Wechem Wat is een vaststellingsovereenkomst? Artikel 7:900 BW Bij een vaststellingsovereenkomst binden partijen, ter beëindiging of ter voorkoming van

Nadere informatie

I n z a k e: T e g e n:

I n z a k e: T e g e n: HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Datum : 1 juni 2018 Zaaknr. : 18/01151 VERWEERSCHRIFT MET VOORWAARDELIJK INCIDENTEEL CASSATIEBEROEP I n z a k e: 1 Stichting SDB Gevestigd te Stichtse Vecht 2 Stichting Euribar

Nadere informatie

Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk. Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen

Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk. Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen Artikel 750 1. Aanneming van werk is de overeenkomst waarbij de ene partij, de aannemer, zich jegens

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2017:3619

ECLI:NL:GHSHE:2017:3619 ECLI:NL:GHSHE:2017:3619 Instantie Datum uitspraak 15-08-2017 Datum publicatie 16-08-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch 200.216.119_01

Nadere informatie

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster LJN: BW9368, Rechtbank Amsterdam, 6 juni 2012 2. De feiten 2.1. [A] en [B] wonen tegenover elkaar in [plaats]. [C] woont

Nadere informatie

LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, Datum uitspraak: Datum publicatie:

LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, Datum uitspraak: Datum publicatie: LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, 225359 Datum uitspraak: 15-02-2012 Datum publicatie: Rechtsgebied: 17-02-2012 Handelszaak Soort procedure: Kort geding Inhoudsindicatie: In deze zaak

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:665

ECLI:NL:RBROT:2016:665 ECLI:NL:RBROT:2016:665 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 20012016 Datum publicatie 28012016 Zaaknummer C/10/473480 / HA ZA 15333 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG

SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG Kenmerk: 05/16 Bindend advies in de zaak van: A., wonende te Z., eiser, gemachtigde: mr. Th.F.M. Pothof tegen De Stichting B., gevestigd te IJ., verweerster, gemachtigde:

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3066

ECLI:NL:GHDHA:2014:3066 ECLI:NL:GHDHA:2014:3066 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 09-09-2014 Datum publicatie 25-09-2014 Zaaknummer 200.133.088/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 29-11-2016 Datum publicatie 06-02-2017 Zaaknummer 200.174.828/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

Rechtspraak.nl - Zoeken in uitspraken

Rechtspraak.nl - Zoeken in uitspraken Page 1 of 5 LJN: BD7584, Hoge Raad, 07/12596 Datum uitspraak: 07-11-2008 Datum publicatie: 07-11-2008 Rechtsgebied: Civiel overig Soort procedure: Cassatie Inhoudsindicatie: Internationaal privaatrecht.

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2006:AZ6239

ECLI:NL:GHARN:2006:AZ6239 ECLI:NL:GHARN:2006:AZ6239 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 14-11-2006 Datum publicatie 17-01-2007 Zaaknummer 2006/346 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-144 (prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris) Klacht ontvangen op : 12 april 2017 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

Hoge Raad, 26 januari 2001 (Weststrate/De Schelde); blootstelling aan asbest niet aangetoond. Vordering afgewezen.

Hoge Raad, 26 januari 2001 (Weststrate/De Schelde); blootstelling aan asbest niet aangetoond. Vordering afgewezen. Hoge Raad, 26 januari 2001 (Weststrate/De Schelde); blootstelling aan asbest niet aangetoond. Vordering afgewezen. Samenvatting Werknemer met mesothelioom spreekt werkgever aan. De schadevergoeding wordt

Nadere informatie

IN NAAM DER KONINGIN

IN NAAM DER KONINGIN 2 januari 1987 Eerste Kamer Nr. 12.932 RF/AT IN NAAM DER KONINGIN Hoge Raad der Nederlanden Arrest in de zaak van: "VASTELOAVESVEREINIGING DE ZAWPENSE", gevestigd te Grevenbricht, gemeente Born EISERES

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2013:37. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 12/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:BZ5416, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2013:37. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 12/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:BZ5416, Gevolgd ECLI:NL:HR:2013:37 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 28-06-2013 Datum publicatie 04-07-2013 Zaaknummer 12/00171 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:BZ5416,

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2004:AM2315

ECLI:NL:HR:2004:AM2315 ECLI:NL:HR:2004:AM2315 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 16-01-2004 Datum publicatie 16-01-2004 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie C02/203HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2004:AM2315

Nadere informatie

2.1. X leeft van een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand. Op deze uitkering worden de lopende huurbetalingen volledig ingehouden.

2.1. X leeft van een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand. Op deze uitkering worden de lopende huurbetalingen volledig ingehouden. beschikking RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND Afdeling Civiel recht kantonrechter zittinghoudende te Utrecht zaaknummer: 2534388 UE VERZ 13805 GD/4243 Beschikking van 13 december 2013 inzake X wonende te Arnhem,

Nadere informatie

zaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/5545011KG ZA 13-1428 arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 22 juli 2014

zaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/5545011KG ZA 13-1428 arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 22 juli 2014 arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM afdeling civiel recht en belastingrecht, team II zaaknummer :200.140.465101 KG zaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/5545011KG ZA 13-1428 arrest van de meervoudige burgerlijke

Nadere informatie

RAAD VAN DISCIPLINE. Beslissing van de voorzitter van de Raad van Discipline in het ressort s-hertogenbosch van 25 april 2018

RAAD VAN DISCIPLINE. Beslissing van de voorzitter van de Raad van Discipline in het ressort s-hertogenbosch van 25 april 2018 18-194/DB/ZWB ECLI:NL:TADRSHE:2018:65 RAAD VAN DISCIPLINE Beslissing in de zaak onder nummer van: 18-194/DB/ZWB Beslissing van de voorzitter van de Raad van Discipline in het ressort s-hertogenbosch van

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2012:BX8537

ECLI:NL:GHARN:2012:BX8537 ECLI:NL:GHARN:2012:BX8537 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 30-08-2012 Datum publicatie 27-09-2012 Zaaknummer 200.095.034 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 28-10-2014 Datum publicatie 27-11-2014 Zaaknummer 200.140.914/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 23-06-2015 Datum publicatie 04-09-2015 Zaaknummer CV EXPL 14-22777 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

Vindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak

Vindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak ECLI:NL:HR:2017:5 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 06-01-2017 Datum publicatie 06-01-2017 Zaaknummer 15/03526 Formele relaties In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2015:2209, (Gedeeltelijke) vernietiging

Nadere informatie

Hoge Raad der Nederlanden

Hoge Raad der Nederlanden 4 november 2016 Eerste Kamer 15/00920 LZ/IF Hoge Raad der Nederlanden Arrest in de zaak van: tegen STICHTING PENSIOENFONDS PERSONEELSDIENSTEN, gevestigd te Amsterdam, VOOR VERWEERSTER in cassatie, advocaat:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2014:7733

ECLI:NL:RBLIM:2014:7733 ECLI:NL:RBLIM:2014:7733 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 03-09-2014 Datum publicatie 20-11-2014 Zaaknummer 2502483 CV EXPL 13-4461 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2010:BO2558

ECLI:NL:HR:2010:BO2558 ECLI:NL:HR:2010:BO2558 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 02-11-2010 Datum publicatie 03-11-2010 Zaaknummer 09/00354 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BO2558

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2006:AW3559

ECLI:NL:HR:2006:AW3559 ECLI:NL:HR:2006:AW3559 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 03-10-2006 Datum publicatie 02-07-2008 Zaaknummer 01447/05 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2006:AW3559

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2013:873 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04481

ECLI:NL:PHR:2013:873 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04481 ECLI:NL:PHR:2013:873 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie 20-09-2013 Datum publicatie 08-11-2013 Zaaknummer 12/04481 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2013:3247 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2013:3247 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2013:3247 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 08-10-2013 Datum publicatie 06-01-2014 Zaaknummer 200.035.875-01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 1659/05

ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 1659/05 ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 30-08-2007 Datum publicatie 14-12-2007 Zaaknummer 1659/05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2015:4468

ECLI:NL:RBROT:2015:4468 ECLI:NL:RBROT:2015:4468 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 24-06-2015 Datum publicatie 14-07-2015 Zaaknummer C-10-459512 - HA ZA 14-950 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Een pleidooi voor aanpassing van het Besluit Huwelijksgoederenregister 1969 1

Een pleidooi voor aanpassing van het Besluit Huwelijksgoederenregister 1969 1 Een pleidooi voor aanpassing van het Besluit Huwelijksgoederenregister 1969 1 Prof. mr. A.J.M. Nuytinck, hoogleraar privaatrecht, in het bijzonder personen-, familie- en erfrecht, aan de Erasmus Universiteit

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2013:3271 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2013:3271 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2013:3271 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 08-10-2013 Datum publicatie 06-01-2014 Zaaknummer 200.121.491-01 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 17-01-2017 Datum publicatie 23-03-2017 Zaaknummer 200.189.286/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:21, Gevolgd In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2016:1717, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan

Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:21, Gevolgd In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2016:1717, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan ECLI:NL:HR:2017:571 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 31-03-2017 Datum publicatie 31-03-2017 Zaaknummer 16/03870 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:21,

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2003:AF2831

ECLI:NL:HR:2003:AF2831 ECLI:NL:HR:2003:AF2831 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 04-04-2003 Datum publicatie 04-04-2003 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie C01/186HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2003:AF2831

Nadere informatie

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 42 d.d. 22 februari 2011 (mr. B.F. Keulen, voorzitter, mw. mr. E.M. Dil-Stork en prof.mr. M.L. Hendrikse) Samenvatting Autoverzekering. Verzwijging

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE POST per 1 april 2016

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE POST per 1 april 2016 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE POST per 1 april 2016 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken; commissie

Nadere informatie

Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht

Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht In deze bijdrage wordt ingegaan op de problematiek van een levering van juridische eigendom van een woning

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2012:BZ0856

ECLI:NL:GHSGR:2012:BZ0856 ECLI:NL:GHSGR:2012:BZ0856 Instantie Datum uitspraak 05-12-2012 Datum publicatie 08-02-2013 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 200.109.671-01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard. 11 Oktober 2013 nr. 12/04012 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 10 juli 2012, nr. BK-11/00544,

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2004:AR2782

ECLI:NL:HR:2004:AR2782 ECLI:NL:HR:2004:AR2782 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 03-12-2004 Datum publicatie 03-12-2004 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie R03/145HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2004:AR2782

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2014:156. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/00392

ECLI:NL:HR:2014:156. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/00392 ECLI:NL:HR:2014:156 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 24-01-2014 Datum publicatie 24-01-2014 Zaaknummer 13/00392 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:1257,

Nadere informatie

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten Onder Professoren Aansprakelijkheid van bestuurders 14 april 2015 VAAN Utrecht prof. mr. Claartje Bulten Aansprakelijkheid van bestuurders Onderwerpen Interne aansprakelijkheid Externe aansprakelijkheid

Nadere informatie

: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Rechtsbijstandverzekeraar

: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Rechtsbijstandverzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-045 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. C.E. Polak, en mr. dr. S.O.H. Bakkerus, leden en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris) Klacht

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2012-262 d.d. 17 september 2012 (prof. mr. M.M. Mendel, voorzitter, mr. E.M. Dil-Stork en mr. A.W.H. Vink, leden, en mr. drs. D.J. Olthoff,

Nadere informatie

Samenvatting. Consument, ARAG SE, gevestigd te Leusden, hierna te noemen: Aangeslotene. 1. Procesverloop

Samenvatting. Consument, ARAG SE, gevestigd te Leusden, hierna te noemen: Aangeslotene. 1. Procesverloop Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-373 d.d. 9 oktober 2014 (mr. P.A. Offers, prof. mr. E.H. Hondius en drs. W. Dullemond, leden en mr. E.E. Ribbers, secretaris) Samenvatting

Nadere informatie

Algemene voorwaarden SmartPhort

Algemene voorwaarden SmartPhort Algemene voorwaarden SmartPhort Artikel 1 Definities 1. SmartPhort: de gebruiker van deze algemene voorwaarden, gevestigd aan J.F. Kennedylaan 19F, 5555XC te Valkenswaard, ingeschreven in het Handelsregister

Nadere informatie

Rechtspraak.nl - Zoeken in uitspraken

Rechtspraak.nl - Zoeken in uitspraken Page 1 of 5 LJN: BO4930, Hoge Raad, 09/03103 Datum uitspraak: 28-01-2011 Datum publicatie: 28-01-2011 Rechtsgebied: Civiel overig Soort procedure: Cassatie Inhoudsindicatie: Verbintenissenrecht. Zekerheidsstelling;

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2016-483 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris) Klacht ontvangen op : 14 februari 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

http://legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=8305225& sr...

http://legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=8305225& sr... pagina 1 van 5 JOR 2013/87 Gerechtshof Arnhem, 18-12-2012, 200.099.939, LJN BY7149 Processuele gevolgen faillietverklaring voor aanhangige rechtsvorderingen, Schorsing van geding in conventie ex art. 29

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2011:BU7412

ECLI:NL:HR:2011:BU7412 ECLI:NL:HR:2011:BU7412 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 09-12-2011 Datum publicatie 09-12-2011 Zaaknummer 11/03863 (CW 2629) Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie:

Nadere informatie

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 41 d.d. 22 februari 2011 (mr. B.F. Keulen, voorzitter, mw. mr. E.M. Dil-Stork en prof. mr. M.L. Hendrikse) Samenvatting Natura-uitvaartverzekering.

Nadere informatie

PRIVAATRECHT. Burgerlijk recht. Contractenrecht WETGEVING JURISPRUDENTIE

PRIVAATRECHT. Burgerlijk recht. Contractenrecht WETGEVING JURISPRUDENTIE Departement civiel recht Universiteit Leiden Contractenrecht Mr. E.J. Zippro EK 2004-2005, 28 781, nr. B, Voorlopig verslag (29-6-2005) bij het wetsvoorstel tot aanpassing van het Burgerlijk Wetboek, het

Nadere informatie

Indicatietarieven in IE-zaken

Indicatietarieven in IE-zaken Indicatietarieven in IE-zaken Versie 1 september 2014 Voorwoord Op 29 april 2004 is de zogenaamde Handhavingsrichtlijn tot stand gekomen (Richtlijn 2004/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van

Nadere informatie

Rechtspraak.nl - Print uitspraak

Rechtspraak.nl - Print uitspraak pagina 1 van 6 Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBAMS:2014:6139 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 13-08-2014 Datum publicatie 19-09-2014 Zaaknummer HA ZA 14-295 Rechtsgebieden Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2009:BG2238 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie

ECLI:NL:PHR:2009:BG2238 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie ECLI:NL:PHR:2009:BG2238 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 30-01-2009 Datum publicatie 30-01-2009 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie C07/181HR

Nadere informatie

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN PREAMBULE Erkennende dat ondanks de bestaande verschillen in de nationale familierechten er evenwel een

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2008:BD1383 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie

ECLI:NL:PHR:2008:BD1383 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie ECLI:NL:PHR:2008:BD1383 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 20-06-2008 Datum publicatie 20-06-2008 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie C07/041HR

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:9831

ECLI:NL:GHARL:2015:9831 ECLI:NL:GHARL:2015:9831 Instantie Datum uitspraak 22-12-2015 Datum publicatie 31-12-2015 Zaaknummer 200.173.880 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039

ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039 ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 30-07-2008 Datum publicatie 13-08-2008 Zaaknummer 60993/HA ZA 08-23 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

3. De brief met bijlagen van Consument van 12 februari 2010

3. De brief met bijlagen van Consument van 12 februari 2010 Niet-bindende uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 109 d.d. 16 juni 2010 (mr. R.J. Paris, voorzitter, mr. W.F.C. Baars en mevrouw mr. J.W.M. Lenting) 1. Procedure De Commissie beslist

Nadere informatie

Algemene voorwaarden van De Oranje Fiets, praktijk voor coaching, begeleiding en bijles

Algemene voorwaarden van De Oranje Fiets, praktijk voor coaching, begeleiding en bijles Algemene Voorwaarden Algemene voorwaarden van De Oranje Fiets, praktijk voor coaching, begeleiding en bijles Artikel 1 Algemeen Artikel 2 Uitvoering van de overeenkomst Artikel 3 Betaling Artikel 4 Eigendomsvoorbehoud

Nadere informatie

ARTIKEL 1. BEGRIPSBEPALINGEN Bart Jansen Advies: Bart Jansen Advies, ingeschreven in het Handelsregister onder nummer

ARTIKEL 1. BEGRIPSBEPALINGEN Bart Jansen Advies: Bart Jansen Advies, ingeschreven in het Handelsregister onder nummer ARTIKEL 1. BEGRIPSBEPALINGEN Bart Jansen Advies: Bart Jansen Advies, ingeschreven in het Handelsregister onder nummer 74414860 Offerte: een aanbieding (schriftelijk of per mail) van Bart Jansen Advies

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 04-10-2010 Datum publicatie 07-10-2010 Zaaknummer 205064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

Bij memorie van grieven, met producties, heeft Burger een grief tegen het bestreden vonnis gericht.

Bij memorie van grieven, met producties, heeft Burger een grief tegen het bestreden vonnis gericht. arrest GERECHTSHOF 'S-GRAVENHAGE Sector handel Zaaknummer Rolnummer rechtbank : 370789lKG ZA 10-877 arrest van de vijfde civiele kamer d.d. 22 februari 2011 inzake Paul Burger, kantoorhoudende te Amsterdam,

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2016:2885. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1004, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2016:2885. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1004, Gevolgd ECLI:NL:HR:2016:2885 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 16-12-2016 Datum publicatie 16-12-2016 Zaaknummer 15/04731 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1004,

Nadere informatie

Uw situatie Hoe werkt het recht Uitspraken en nieuws Registers Organisatie en contact

Uw situatie Hoe werkt het recht Uitspraken en nieuws Registers Organisatie en contact Voor advocaten en juristen Uw situatie Hoe werkt het recht Uitspraken en nieuws Registers Organisatie en contact ECLI:NL:HR:2015:3628 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 18-12-2015 Datum publicatie 18-12-2015

Nadere informatie

A L G E M E N E V O O R W A A R D E N S C H E E P V A A R T B E D R I J F V E R S L U I S

A L G E M E N E V O O R W A A R D E N S C H E E P V A A R T B E D R I J F V E R S L U I S A L G E M E N E V O O R W A A R D E N S C H E E P V A A R T B E D R I J F V E R S L U I S ARTIKEL 1. DEFINITIES 1. Versluis: Scheepvaartbedrijf Versluis; de gebruiker van deze algemene voorwaarden, gevestigd

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2016:2505

ECLI:NL:GHSHE:2016:2505 ECLI:NL:GHSHE:2016:2505 Instantie Datum uitspraak 21-06-2016 Datum publicatie 24-04-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie - Vindplaatsen Uitspraak Gerechtshof

Nadere informatie

Voorrang hebben versus overschrijding van de maximumsnelheid

Voorrang hebben versus overschrijding van de maximumsnelheid Voorrang hebben versus overschrijding van de maximumsnelheid Mr. Bert Kabel (1) Inleiding In het hedendaagse verkeer komt het regelmatig voor dat verkeersdeelnemers elkaar geen voorrang verlenen. Gelukkig

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2014:1211 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD

ECLI:NL:GHSHE:2014:1211 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD ECLI:NL:GHSHE:2014:1211 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 29-04-2014 Datum publicatie 01-05-2014 Zaaknummer HD 200.136.561_01 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 19 529 Vaststelling van titel 7.17 (verzekering) en titel 7.18 (lijfrente) van het nieuwe Burgerlijk Wetboek Nr. 7 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET

Nadere informatie

Algemene voorwaarden DSA Maritiem

Algemene voorwaarden DSA Maritiem Algemene voorwaarden DSA Maritiem ARTIKEL 1. DEFINITIES 1. DSA Maritiem; de gebruiker van deze algemene voorwaarden, gevestigd aan Emminkhuizen 23 in Zwijndrecht, ingeschreven in het Handelsregister onder

Nadere informatie

MEINDERT OOSTERHOF, in zijn hoedanigheid van gerechtsdeurwaarder, kantoorhoudende te Drachten,

MEINDERT OOSTERHOF, in zijn hoedanigheid van gerechtsdeurwaarder, kantoorhoudende te Drachten, Vonnis RECHTBANK LEEUWARDEN Sector kanton Locatie Heerenveen zaak-/rolnummer: 371218 CV EXPL i 1-5231 vonnis van de kantonrechter d.d. 14 maart 2012 inzake X wonende te eiser. procederende met toevoeging.

Nadere informatie

de besloten vennootschap, De Nederlandse Voorschotbank B.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

de besloten vennootschap, De Nederlandse Voorschotbank B.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-148 d.d. 31 maart 2014. (mr. H.J. Schepen, voorzitter, drs. A. Adriaansen en mr. A.M.T. Wigger, leden en mevrouw mr. M.M.C. Oyen, secretaris).

Nadere informatie

Stellen en bewijzen in procedures over verplichtstelling

Stellen en bewijzen in procedures over verplichtstelling Stellen en bewijzen in procedures over verplichtstelling 9 september 2015 Alex Ter Horst Advocaat pensioenrecht Achtergrond Indien verplichtstelling van toepassing is leidt dat voor wg en bpf tot allerlei

Nadere informatie

Heeft op 11 april 2012 het navolgende arbitrale vonnis gewezen in de zaak van: De partijen worden hierna aangeduid als het ziekenhuis en verweerder.

Heeft op 11 april 2012 het navolgende arbitrale vonnis gewezen in de zaak van: De partijen worden hierna aangeduid als het ziekenhuis en verweerder. SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG Kenmerk: 11/47 Het scheidsgerecht, samengesteld als volgt: mr R.J.B. Boonekamp, wonende te Arnhem bijgestaan door mr M. Middeldorp, griffier, Heeft op 11 april 2012 het navolgende

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2007:BA6231

ECLI:NL:HR:2007:BA6231 ECLI:NL:HR:2007:BA6231 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 13-07-2007 Datum publicatie 13-07-2007 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie C05/331HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2007:BA6231

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218 ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2010 Datum publicatie 15-07-2010 Zaaknummer 268738 / HA ZA 09-1343 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2016:3495

ECLI:NL:GHDHA:2016:3495 ECLI:NL:GHDHA:2016:3495 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 06-12-2016 Datum publicatie 08-03-2017 Zaaknummer 200.179.055 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Verbintenissenrecht

Nadere informatie

Hoge Raad der Nederlanden

Hoge Raad der Nederlanden '" 13 februari 2015 Eerste Kamer in naam des Konings 10/02162 LZ Hoge Raad der Nederlanden Arrest in de zaak van: l. LEIDSEPLEIN BEHEER B.V., gevestigd te Amsterdam, 2. Hendrikus Jacobus Marinus DE VRIES,

Nadere informatie

Echtscheidingsproblematiek. Optreden als makelaar op grond van rechterlijk vonnis. Contact met advocaten van partijen.

Echtscheidingsproblematiek. Optreden als makelaar op grond van rechterlijk vonnis. Contact met advocaten van partijen. Echtscheidingsproblematiek. Optreden als makelaar op grond van rechterlijk vonnis. Contact met advocaten van partijen. Een makelaar is door de rechtbank als deskundige benoemd om te komen tot de verkoop

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad van State 201200615/1/V4. Datum uitspraak: 13 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-375 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris) Klacht ontvangen op : 10 oktober 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2016:2884. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1003, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2016:2884. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1003, Gevolgd ECLI:NL:HR:2016:2884 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 16-12-2016 Datum publicatie 16-12-2016 Zaaknummer 15/04494 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1003,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:6585

ECLI:NL:GHARL:2015:6585 ECLI:NL:GHARL:2015:6585 Instantie Datum uitspraak 08-09-2015 Datum publicatie 26-10-2015 Zaaknummer 200.134.402 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:1643

ECLI:NL:RBGEL:2017:1643 ECLI:NL:RBGEL:2017:1643 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 01032017 Datum publicatie 27032017 Zaaknummer 316395 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Kort geding

Nadere informatie

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove...

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove... Rechtspraak.nl Print uitspraak 1 of 5 071215 09:02 Zoekresultaat inzien document ECLI:NL:RBOVE:2013:1448 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ecl Instantie Rechtbank Overijssel

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Juridischee Zaken Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301

Nadere informatie