Jaarlijks verslag 2016 Studiecommissie voor de Vergrijzing. Rapport annuel 2016 Comité d Etude sur le Vieillissement

Transcriptie

1 Jaarlijks verslag 2016 Studiecommissie voor de Vergrijzing Rapport annuel 2016 Comité d Etude sur le Vieillissement 13 juli juillet 2016

2 Langetermijnvooruitzichten: enkele hypothesen (1) Bevolkingsvooruitzichten Totale bevolking (in miljoenen) 11,2 13,0 Afhankelijkheidscoëfficiënt van de ouderen (67 en +/18-66) Socio-economische hypothesen Activiteitsgraad en overgang van het statuut van actieve naar het statuut van invalide en gepensioneerde Sociaal-beleidshypothesen 25,1 39,6 Modellering gebaseerd op de overgangskans van de ene socio-economische categorie naar de andere, per geslacht en leeftijdscategorie, aangepast om rekening te houden met de impact van de hervormingen (verschuivingshypothese inzake gedrag na de verhoging van de wettelijke pensioenleeftijd) Vanaf 2017 Huidige wetgeving (maatregelen van de sociale partners en de regering) Berekening van de budgettaire enveloppe bestemd voor de welvaartsaanpassingen (jaarlijks 1,25% voor loonplafond en minimumrecht per loopbaanjaar, 1% voor forfaitaire uitkeringen en minima en 0,5% voor niet-forfaitaire uitkeringen).

3 Langetermijnvooruitzichten: enkele hypothesen (2) Macro-economische hypothesen gemiddelde jaarlijkse groeivoet in % Bbp 1,5% 1,6% Productiviteit per werkende (hypothese 1,5% vanaf 2035) 0,7% 1,3% Werkgelegenheid 0,8% 0,3% Werkgelegenheidsgraad in % van de bevolking van jaar Werkloosheidsgraad in % van de beroepsbevolking 65,3% 73,2% 11,8% (9,8% in 2021) 7% (structureel op lange termijn)

4 Budgettaire kosten van de vergrijzing tussen 2015 en 2060, in % van het bbp Afwijking met juli 2015 Pensioenen 10,4 12,7 12,7 2,3 +0,2 Gezondheidszorg 8,0 10,0 9,9 1,9 +0,1 Overige sociale uitgaven 6,9 5,5 5,0-1,9 +0,1 Totaal 25,3 28,2 27,6 2,3 +0,4

5 De budgettaire kosten van de vergrijzing tussen 2015 en 2060, alternatieve scenario s van zwakkere productiviteitsgroei, in % van het bbp 5,0 4,5 4,0 3,5 3,0 2,5 2,0 1,5 1,0 0,5 0,0 2,3 referentiescenario productiviteit 1,5 % 3,4 scenario productiviteit 1,25 % 4,6 scenario productiviteit 1 % Gemiddelde jaarlijkse economische groei tussen 2015 en 2060 lager dan in de referentiescenario met: -0,15% -0,32%

6 Risque de pauvreté en Belgique selon les caractéristiques socio-économiques, en % population totale 0-15 ans, total ans, total 0-64 ans, total - homme - femme 65 ans et +, total - homme - femme 75 ans et +, total 15,5 17,9 14,6 15,3 14,9 15,8 16,1 15,5 16,5 18,4 isolé, < 65 ans isolé, >= 65 ans couple, tous les deux < couple, 1 >= 65 ans ménage monoparental travailleurs chômeurs pensionnés - homme - femme autres inactifs 25,1 17,8 8,1 14,1 36,4 4,8 42,9 12,9 13,5 12,4 31, Source: EU-SILC 2014 (revenus 2013)

7 Evolution du risque de pauvreté en Belgique selon le statut socio-économique, en % ,9 31,3 14, ,9 5 4, total, 16 ans et + pensionnés chômeurs travailleurs autres inactifs Source: EU-SILC (revenus )

8 Pensions minimums et GRAPA en % du seuil de pauvreté de l'eu-silc 130% 120% Montants au taux isolé 130% 120% Montants au taux ménage 110% 110% 100% 100% 90% 90% 80% 80% 70% 70% 60% 60% GRAPA pension minimum - indép. pension minimum - salarié droit minimum - salarié pension max après droit min GRAPA pension minimum - indép. pension minimum - salarié droit minimum - salarié pension max après droit min Source: EU-SILC (revenus ) et propres calculs

9 Evolution du risque de pauvreté en Belgique sur la base d un revenu disponible tenant compte ou non du loyer imputé, en % 25% 20% 15% 16,1% 15,3% 10% 10,2% 5% 0% <65 ans, sans loyer imputé >=65 ans, sans loyer imputé <65 ans, avec loyer imputé >=65 ans, avec loyer imputé Source: EU-SILC (revenus ) et propres calculs

10 Evolution du risque de pauvreté des pensionnés en Belgique, dans les pays voisins et dans l EU15, en % , , ,5 7, BE DE FR NL EU-15 Source: Eurostat, EU-SILC (revenus )

11 Evolution du taux de risque de pauvreté par statut dans le scénario de référence, en % population totale travailleurs pensionnés