COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK. over het toepasselijke recht en de rechterlijke bevoegdheid in echtscheidingszaken

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK. over het toepasselijke recht en de rechterlijke bevoegdheid in echtscheidingszaken"

Transcriptie

1 COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, COM(2005) 82 definitief GROENBOEK over het toepasselijke recht en de rechterlijke bevoegdheid in echtscheidingszaken (door de Commissie ingediend) {SEC(2005) 331} NL NL

2 GROENBOEK over het toepasselijke recht en de rechterlijke bevoegdheid in echtscheidingszaken Dit groenboek heeft ten doel een uitgebreide raadpleging van belanghebbenden op gang te brengen over het toepasselijke recht en de rechterlijke bevoegdheid in echtscheidingszaken. In het groenboek worden problemen geschetst die zich in de huidige situatie kunnen voordoen en wordt een aantal mogelijke oplossingen gepresenteerd. In het bijgevoegde werkdocument van de Commissie wordt informatie verstrekt over de materiële, procedurele en collisieregels van de lidstaten inzake echtscheidingen. De Commissie verzoekt belanghebbenden om hun opmerkingen vóór 30 september 2005 aan het volgende adres toe te zenden: Europese Commissie Directoraat-generaal Justitie, vrijheid en veiligheid Eenheid C1 Civiel recht B Brussel Fax: +32-2/ jls-coop-jud-civil@cec.eu.int Belanghebbenden die niet willen dat hun opmerkingen op de website van de Commissie worden geplaatst, dienen dit uitdrukkelijk te vermelden. De Commissie is voornemens een openbare hoorzitting over dit onderwerp te houden. Al degenen die reageren, zullen worden uitgenodigd deze hoorzitting bij te wonen. 1. ACHTERGROND Momenteel zijn er geen communautaire bepalingen betreffende het toepasselijke recht in echtscheidingszaken. Verordening (EG) nr. 1347/2000 van de Raad 1 ( verordening Brussel II ) bevat regels betreffende de bevoegdheid en de erkenning in huwelijkszaken, maar geen regels betreffende het toepasselijke recht. De inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 2201/ ( de nieuwe verordening Brussel II ), die met ingang van 1 maart 2005 verordening Brussel II vervangt, heeft op dat gebied geen gevolgen, aangezien de regels betreffende huwelijkszaken van verordening Brussel II bijna ongewijzigd worden overgenomen. De Europese Raad van Wenen (1998) beklemtoonde dat de gemeenschappelijke justitiële ruimte ten doel heeft het leven van de burgers eenvoudiger te maken, met name in zaken die 1 2 Verordening (EG) nr. 1347/2000 van de Raad van 29 mei 2000 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid voor gemeenschappelijke kinderen, PB L 160 van , blz. 19. Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1347/2000, PB L 338 van , blz. 1. NL 2 NL

3 gevolgen hebben voor hun dagelijks leven, zoals echtscheidingen 3. In november 2004 verzocht de Europese Raad de Commissie om in 2005 een groenboek over collisieregels inzake echtscheidingen te presenteren ( Rome III ) 4. De toenemende mobiliteit van burgers binnen de Europese Unie heeft geleid tot meer internationale" huwelijken waarbij de echtgenoten een verschillende nationaliteit hebben, in verschillende lidstaten verblijven of in een lidstaat verblijven waarvan zij geen onderdaan zijn. Wanneer een internationaal echtpaar beslist te scheiden, kunnen verschillende wettelijke regelingen worden ingeroepen. Aan de hand van de regels inzake het toepasselijke recht, die vaak collisieregels worden genoemd, moet worden vastgesteld welke wettelijke regeling zal worden toegepast. Gelet op het grote aantal echtscheidingen binnen de Europese Unie hebben regels betreffende het toepasselijke recht en de internationale rechterlijke bevoegdheid in echtscheidingszaken gevolgen voor een aanzienlijk aantal burgers. Zo heeft ongeveer 15% van de elk jaar in Duitsland uitgesproken echtscheidingen betrekking op echtgenoten die een verschillende nationaliteit hebben (ongeveer echtparen) Tekortkomingen van de huidige situatie Een internationaal echtpaar dat wil scheiden, is aan de bevoegdheidscriteria van de nieuwe verordening Brussel II onderworpen, op grond waarvan de echtgenoten mogen kiezen tussen verschillende, gelijkwaardige bevoegdheidsregels (zie punt 3.6 van het bijgevoegde werkdocument). Zodra een echtscheidingsprocedure bij de rechterlijke instanties van een lidstaat aanhangig is gemaakt, wordt op basis van de nationale collisieregels van die lidstaat vastgesteld welk recht van toepassing is. Er zijn aanzienlijke verschillen tussen de nationale collisieregels (zie punt 3.4 van het bijgevoegde werkdocument). De combinatie van uiteenlopende collisieregels met de huidige bevoegdheidsregels kan leiden tot een aantal problemen op het gebied van internationale scheidingen. Naast het gebrek aan rechtszekerheid en flexibiliteit, kan de huidige situatie ook leiden tot resultaten die niet beantwoorden aan de legitieme verwachtingen van burgers. Bovendien kunnen burgers van de Gemeenschap die in een derde staat verblijven moeilijkheden ondervinden om een inzake echtscheiding bevoegde rechter te vinden en om een door een rechter van een derde staat uitgesproken echtscheiding in hun lidstaat van herkomst te laten erkennen. Tot slot zou de huidige situatie kunnen leiden tot een rush naar de rechter Gebrek aan rechtszekerheid en aan voorspelbaarheid voor de echtgenoten Door de verschillen tussen en de complexiteit van de nationale collisieregels inzake echtscheidingen is het vaak moeilijk te voorspellen welk nationaal recht van toepassing zal zijn op een bepaalde zaak. Dit is met name het geval wanneer echtgenoten geen gemeenschappelijke gewone verblijfplaats of geen gemeenschappelijke nationaliteit hebben, maar het probleem kan zich ook voordoen wanneer echtgenoten die dezelfde nationaliteit hebben uit elkaar gaan en naar verschillende lidstaten verhuizen PB C 19 van , blz. 1. Het door de Europese Raad van 4/5 november 2004 aangenomen Haags Programma: versterking van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid in de Europese Unie. Bron: Statistisches Bundesamt. Duitsland. NL 3 NL

4 Voorbeeld 1: een Portugees/Italiaans echtpaar dat in verschillende lidstaten verblijft Een Portugese man en een Italiaanse vrouw huwen in Italië. Om beroepsredenen keert de man na het huwelijk onmiddellijk terug naar Portugal terwijl de vrouw in Italië blijft. Na twee jaar beslist het echtpaar te scheiden. Overeenkomstig de nieuwe verordening Brussel II kan het echtpaar de echtscheiding aanvragen in Italië of in Portugal. De rechterlijke instanties van deze staten passen in de eerste plaats het recht van de gemeenschappelijke nationaliteit van de echtgenoten toe. In deze zaak waarin de echtgenoten een verschillende nationaliteit hebben, zouden de Italiaanse rechters het recht toepassen van de staat waar het huwelijk voornamelijk is gevestigd. De Portugese rechters zouden echter het recht van de gemeenschappelijke gewone verblijfplaats van de echtgenoten toepassen of anders het recht waarmee de echtgenoten de nauwste banden hebben. Voor de echtgenoten is het moeilijk te voorspellen welk recht op hun zaak van toepassing zal zijn Onvoldoende partijautonomie Overeenkomstig de nationale collisieregels is er voor een bepaalde situatie in beginsel slechts één oplossing, bijvoorbeeld de toepassing van het nationale recht van de echtgenoten of van het recht van het forum ( lex fori ). In bepaalde situaties kan deze oplossing niet flexibel genoeg zijn. Zo wordt bijvoorbeeld geen rekening gehouden met het feit dat burgers zich nauw verbonden kunnen voelen met een lidstaat, zelfs wanneer zij geen onderdaan zijn van die lidstaat. De invoering van een zekere mate van partijautonomie waarbij partijen het toepasselijke recht zouden mogen kiezen kan leiden tot flexibeler regels en tot meer rechtszekerheid en voorspelbaarheid voor de echtgenoten. Voorbeeld 2: een Italiaans echtpaar dat in Duitsland verblijft Een Italiaans echtpaar woont al twintig jaar in München en voelt zich volledig geïntegreerd in de Duitse samenleving. Wanneer hun kinderen het huis verlaten, beslist het echtpaar te scheiden met wederzijdse instemming. Zij zouden willen scheiden op grond van het Duitse recht, waarmee zij zich het nauwst verbonden voelen. Krachtens het Duitse recht is in het geval van echtscheiding met wederzijdse instemming een feitelijke scheiding van slechts één jaar vereist, terwijl krachtens het Italiaanse recht een feitelijke scheiding van drie jaar vereist is. Op grond van de nieuwe verordening Brussel II mogen de echtgenoten de echtscheiding aanvragen in Duitsland of in Italië. Aangezien zowel de Duitse als de Italiaanse collisieregels in de eerste plaats gebaseerd zijn op de gemeenschappelijke nationaliteit van de echtgenoten, zouden de rechterlijke instanties van beide landen het Italiaanse echtscheidingsrecht toepassen Gevaar van resultaten die niet beantwoorden aan de legitieme verwachtingen van de burgers Burgers profiteren steeds meer van de voordelen van de interne markt en verhuizen om beroepsredenen naar andere lidstaten. Zij zijn zich er waarschijnlijk niet van bewust dat de voorwaarden voor echtscheiding drastisch kunnen wijzigen als gevolg van hun verhuizing. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn wanneer echtgenoten met een verschillende nationaliteit naar een lidstaat verhuizen waarvan geen van beide onderdaan is. Aangezien de nieuwe NL 4 NL

5 verordening Brussel II het niet mogelijk maakt dat echtgenoten - wanneer er geen ander aanknopingspunt is - de echtscheiding aanvragen in een lidstaat waarvan slechts één van beide onderdaan is, is het mogelijk dat de echtgenoten de zaak slechts aanhangig kunnen maken bij de rechterlijke instanties van de lidstaat van hun gewone verblijfplaats. Onder bepaalde omstandigheden kan dit leiden tot resultaten die niet aan hun legitieme verwachtingen beantwoorden. Voorbeeld 3: een Fins/Zweeds echtpaar dat naar Ierland verhuist Een Fins/Zweeds echtpaar verhuist van Stockholm naar Dublin waar hun een interessante baan wordt aangeboden. Hun huwelijk verslechtert en uiteindelijk beslissen zij te scheiden. De echtgenoten verwachten een vrij eenvoudige en snelle procedure, zoals in het Finse of het Zweedse recht het geval zou zijn, aangezien zij beiden willen scheiden en zij geen kinderen hebben. Overeenkomstig de nieuwe verordening Brussel II zijn echter alleen de Ierse rechterlijke instanties bevoegd, die ongeacht de nationaliteit van de echtgenoten het Ierse recht ( lex fori ) toepassen op echtscheidingszaken. Alleen wanneer een echtgeno(o)t(e) voor ten minste zes maanden zou terugkeren naar zijn/haar lidstaat van herkomst en vervolgens de echtscheiding in dat land zou aanvragen, kan worden gewaarborgd dat het Zweedse of Finse echtscheidingsrecht zal worden toegepast. Geen van beide echtgenoten wil of kan echter zijn of haar baan opgeven en Ierland voor zes maanden verlaten. Aan de andere kant willen zij vermijden dat het Ierse echtscheidingsrecht wordt toegepast, krachtens hetwelk een feitelijke scheiding van vier jaar vereist is om vast te stellen dat het huwelijk mislukt is. Tot hun verbazing zijn de voorwaarden voor echtscheiding drastisch gewijzigd als gevolg van hun beslissing om naar een andere lidstaat te verhuizen Eventuele moeilijkheden voor burgers van de Gemeenschap die in een derde staat verblijven Hoewel de in de nieuwe verordening Brussel II vastgestelde regels inzake erkenning gelden voor alle door de rechterlijke instanties van de lidstaten uitgesproken echtscheidingen, dekken de bevoegdheidsregels niet alle situaties. Dit kan leiden tot moeilijkheden voor burgers van de Gemeenschap die in een derde staat verblijven. Er kunnen zich situaties voordoen waarin geen van de bevoegdheidscriteria van de verordening van toepassing is. De rechterlijke instanties van de lidstaten kunnen zich in dergelijke omstandigheden beroepen op de nationale regels inzake internationale bevoegdheid. Het feit dat deze regels niet zijn geharmoniseerd, kan echter leiden tot situaties waarin geen enkele rechterlijke instantie binnen de Europese Unie of elders bevoegd is kennis te nemen van een echtscheidingszaak tussen burgers van de Gemeenschap die een verschillende nationaliteit hebben en in een derde staat verblijven. Indien een echtscheiding in een derde staat is uitgesproken, kan het echtpaar bovendien ernstige problemen hebben om deze echtscheiding in hun respectieve lidstaten van herkomst te laten erkennen. Voorbeeld 4: een Duits/Nederlands echtpaar dat in een derde staat verblijft Een Duits/Nederlands echtpaar verblijft al vele jaren in een derde staat. Hun relatie verslechtert en de Duitse vrouw wil zich laten scheiden, bij voorkeur door een Duitse rechter. Zij kan de echtscheiding evenwel niet aanvragen in Duitsland of in enige andere lidstaat. Geen van de bevoegdheidscriteria van de nieuwe verordening Brussel II is van toepassing omdat de echtgenoten hun gewone verblijfplaats niet in een lidstaat hebben en evenmin een NL 5 NL

6 gemeenschappelijke nationaliteit hebben. In dat geval kunnen de rechterlijke instanties van de lidstaten zich beroepen op hun nationale bevoegdheidsregels. De Duitse vrouw kan de echtscheiding overeenkomstig de Duitse bevoegdheidsregels evenwel niet in Duitsland aanvragen omdat de Nederlandse man alleen in Duitsland kan worden gedaagd op grond van de bevoegdheidsregels van de verordening overeenkomstig artikel 6, dat de verweerders een zekere bescherming biedt. Zij kan de echtscheiding evenmin in Nederland aanvragen, aangezien in het Nederlandse recht voor dergelijke gevallen geen interne bevoegdheidsregels zijn vastgesteld. Bijgevolg kan de Duitse vrouw in geen enkele lidstaat de echtscheiding aanvragen. Zij kan alleen hopen dat de rechterlijke instanties van de derde staat bevoegd zijn om de zaak te behandelen. En zelfs dan kan het moeilijk zijn om een in de derde staat uitgesproken echtscheiding in Duitsland te laten erkennen Gevaar van een rush naar de rechter De regel inzake aanhangigheid ( lis pendens ; zie punt van het bijgevoegde werkdocument) kan een echtgeno(o)t(e) ertoe aanzetten de echtscheiding vóór de andere echtgeno(o)t(e) aan te vragen om te vermijden dat de rechterlijke instanties van een andere lidstaat bevoegd zouden worden ("rush naar de rechter ). Daardoor kunnen zich situaties voordoen waarin een verzoeker de echtscheiding in een bepaalde lidstaat aanvraagt om een bepaald resultaat te bereiken, bijvoorbeeld de toepassing van een bepaalde echtscheidingswetgeving omzeilen. Een rush naar de rechter kan nadelig zijn voor de verweerder indien dat leidt tot toepassing van een wetgeving waarmee hij of zij zich niet nauw verbonden voelt en waarin geen rekening wordt gehouden met zijn of haar belangen. Dit gevaar kan aan de hand van het volgende voorbeeld worden geïllustreerd: Voorbeeld 5: een Poolse man die in Finland gaat werken Een sinds twintig jaar gehuwd Pools echtpaar verblijft met hun kinderen in Polen. De man krijgt een interessant aanbod om voor twee jaar in Finland te gaan werken. Het echtpaar komt overeen dat de man het aanbod zal aanvaarden en dat de vrouw in Polen zal blijven. Na één jaar zegt de man aan zijn vrouw dat hij wil scheiden. Hij weet dat de Poolse echtscheidingsprocedures lang zijn en dat vereist is dat de rechter vaststelt dat het huwelijk volledig en definitief mislukt is. Overeenkomstig de nieuwe verordening Brussel II zouden echter ook de Finse rechterlijke instanties bevoegd zijn, aangezien de man gedurende meer dan één jaar in Finland heeft verbleven. Op grond van het beginsel van de lex fori passen de Finse rechters op echtscheidingsprocedures Fins recht toe. Als gevolg daarvan kan de Poolse man zich na een bedenktijd van zes maanden van zijn vrouw laten scheiden, ondanks haar bezwaren. Daar de man zich zo snel mogelijk van zijn vrouw wil laten scheiden, maakt hij de zaak onmiddellijk aanhangig bij de Finse rechter, die na zes maanden de echtscheiding uitspreekt, ondanks sterke bezwaren van de vrouw. Vraag 1: Zijn er naast de hierboven geschetste problemen nog andere problemen die zich kunnen voordoen in de context van "internationale" echtscheidingen? NL 6 NL

7 3. MOGELIJKE BENADERINGSWIJZEN 3.1. Status-quo Een mogelijkheid zou zijn de situatie onveranderd te laten en geen wetgevende maatregelen te nemen. Er zou kunnen worden gesteld dat de vastgestelde problemen niet ernstig genoeg zijn of te sporadisch voorkomen om communautaire maatregelen te rechtvaardigen De collisieregels harmoniseren De problemen zouden ook kunnen worden aangepakt door geharmoniseerde collisieregels in te voeren op grond van een reeks uniforme aanknopingspunten. Deze oplossing zou zorgen voor rechtszekerheid (voorbeeld 1). Afhankelijk van de inhoud van de geharmoniseerde regels kan ook de partijautonomie worden versterkt (voorbeeld 2) en kunnen gemakkelijker bevredigende oplossingen voor de burgers worden gevonden (voorbeeld 3). Ook zou de noodzaak van een rush naar de rechter (voorbeeld 5) althans gedeeltelijk afnemen, aangezien elke geadieerde rechter het op grond van de gemeenschappelijke regels aangewezen echtscheidingsrecht zou toepassen. De aanknopingspunten moeten nauwkeurig worden onderzocht om rechtszekerheid en voorspelbaarheid te garanderen en tegelijkertijd enige flexibiliteit mogelijk te maken. Een echtscheiding zou moeten worden beheerst door het recht waarmee zij de nauwste banden heeft. Er kan worden gedacht aan aanknopingspunten die gewoonlijk in internationale instrumenten en nationale collisieregels worden gebruikt, zoals de laatste gemeenschappelijke gewone verblijfplaats van de echtgenoten, de gemeenschappelijke nationaliteit van de echtgenoten, de laatste gemeenschappelijke nationaliteit indien een van de echtgenoten die nog bezit, of de lex fori. Vraag 2: Bent u voorstander van een harmonisatie van de collisieregels? Welke zijn de argumenten voor en tegen een dergelijke oplossing? Vraag 3: Welke zouden de meest geschikte aanknopingspunten zijn? Vraag 4: Moeten de geharmoniseerde regels worden beperkt tot echtscheiding of ook gelden voor scheiding van tafel en bed en nietigverklaring van het huwelijk? Vraag 5: Moet in de geharmoniseerde regels een openbare-ordeclausule worden opgenomen, zodat de rechter in bepaalde gevallen de toepassing van vreemd recht kan weigeren? 3.3. Echtgenoten de mogelijkheid bieden het toepasselijke recht te kiezen Een andere mogelijkheid zou zijn echtgenoten binnen zekere grenzen de mogelijkheid te bieden het recht te kiezen dat op echtscheidingsprocedures van toepassing is. De mogelijkheid om het toepasselijke recht te kiezen kan leiden tot meer rechtszekerheid en voorspelbaarheid voor de echtgenoten, met name in het geval van echtscheidingen met wederzijdse instemming. Een zekere mate van partijautonomie zou ook leiden tot soepeler regels in vergelijking met de huidige regels, op grond waarvan in beginsel slechts één oplossing mogelijk is. Tot slot kan in bepaalde gevallen de toegang tot de rechter worden vergemakkelijkt. Deze oplossing kan bijzonder nuttig zijn wanneer echtgenoten beslissen te NL 7 NL

8 scheiden, zoals het Portugees/Italiaanse echtpaar (voorbeeld 1) en het Italiaanse echtpaar dat in Duitsland verblijft (voorbeeld 2). Het beginsel van de vrije keuze wordt steeds meer gebruikt in internationale overeenkomsten betreffende collisieregels op het gebied van het verbintenissenrecht; op het gebied van het familierecht wordt dit beginsel echter minder toegepast. Er zijn evenwel uitzonderingen, zoals de recente Belgische wet inzake internationaal privaatrecht die het mogelijk maakt dat echtgenoten kiezen tussen het recht van de staat waarvan een van hen de nationaliteit heeft en het Belgische recht (d.w.z. lex fori ) 6. Mochten partijen onbeperkt kunnen kiezen, dan kan dit leiden tot toepassing van exotische rechtsstelsels waarmee partijen weinig of geen banden hebben. Het lijkt derhalve wenselijk de keuze te beperken tot rechtsstelsels waarmee de echtgenoten nauw verbonden zijn (bijvoorbeeld op grond van de nationaliteit van een van beide echtgenoten, de laatste gemeenschappelijke gewone verblijfplaats of de lex fori ). Een mogelijke oplossing zou zijn de keuze te beperken tot het recht van de forumstaat ( lex fori ) zodat de rechters geen vreemd recht zouden moeten toepassen. Uiteraard moeten de nadere regels voor de rechtskeuze verder worden onderzocht. Zo zou kunnen worden voorgeschreven dat de rechtskeuze uitdrukkelijk en schriftelijk moet geschieden op het ogenblik dat de vordering tot echtscheiding wordt ingesteld. Ook moet worden nagegaan of er specifieke garanties nodig zijn om een echtgeno(o)t(e) te beschermen tegen de andere echtgeno(o)t(e) die hem/haar onder druk zet om een bepaald rechtsstelsel te kiezen. Ook indien het echtpaar kinderen heeft, kunnen bijzondere regelingen nodig zijn. De rechtskeuze door partijen zou uiteraard betrekking hebben op de materiële regels van het forum van de echtscheiding en niet op de regels van het internationale privaatrecht (uitsluiting van de zogenoemde renvoi ). Anders zou de beoogde rechtszekerheid in gevaar worden gebracht. Vraag 6: Moet partijen worden toegestaan het toepasselijke recht te kiezen? Welke zijn de argumenten voor en tegen een dergelijke oplossing? Vraag 7: Moet de keuze worden beperkt tot bepaalde rechtsstelsels? Zo ja, welke zijn de geschikte aanknopingspunten? Moet de keuze worden beperkt tot de rechtsstelsels van de lidstaten? Moet de keuze worden beperkt tot de lex fori? Vraag 8: Moet de mogelijkheid om het toepasselijke recht te kiezen worden beperkt tot echtscheiding of ook gelden voor scheiding van tafel en bed en nietigverklaring van het huwelijk? Vraag 9: Welke passende vormvereisten moeten gelden voor de rechtskeuze-overeenkomsten van de partijen? 6 Artikel 55, lid 2, van de Wet houdende het Wetboek van internationaal privaatrecht van (gepubliceerd op ). NL 8 NL

9 3.4. Herziening van de in artikel 3 van Verordening nr. 2201/2003 opgenomen bevoegdheidscriteria De in artikel 3 van Verordening nr. 2201/2003 opgenomen bevoegdheidscriteria hadden oorspronkelijk ten doel te beantwoorden aan objectieve behoeften, aan te sluiten bij de belangen van partijen, te zorgen voor flexibele regelgeving die is aangepast aan de mobiliteit van personen, en tegemoet te komen aan de behoeften van personen zonder afbreuk te doen aan de rechtszekerheid 7. Er zou kunnen worden gesteld dat de bevoegdheidsregels niet volledig beantwoorden aan deze doelstellingen. Wegens het ontbreken van uniforme collisieregels, kan het bestaan van verschillende, gelijkwaardige bevoegdheidscriteria leiden tot toepassing van rechtsstelsels waarmee de echtgenoten niet noodzakelijk het nauwst verbonden zijn (voorbeeld 5). Aan de andere kant kunnen de bevoegdheidscriteria in bepaalde gevallen niet soepel genoeg zijn om aan de behoeften van de echtgenoten tegemoet te komen (voorbeeld 3). Een mogelijkheid zou zijn de bevoegdheidsregels te herzien. De gevolgen van een eventuele herziening moeten evenwel grondig worden onderzocht. Een beperking van de bevoegdheidscriteria kan immers nadelige gevolgen hebben voor de vereiste soepelheid en de toegang tot de rechter, tenzij partijen de mogelijkheid wordt geboden de bevoegde rechter te kiezen (zie punt 3.6 hieronder). Aan de andere kant kan het toevoegen van nieuwe bevoegdheidscriteria leiden tot meer rechtsonzekerheid. Vraag 10: Blijkt in de praktijk dat het bestaan van verschillende bevoegdheidscriteria leidt tot een rush naar de rechter? Vraag 11: Bent u van mening dat de bevoegdheidscriteria moeten worden herzien? Zo ja, wat is de beste oplossing? 3.5. Herziening van de in artikel 7 van Verordening nr. 2201/2003 opgenomen regel inzake residuele bevoegdheid Een andere kwestie is of de regel inzake residuele bevoegdheid van de nieuwe verordening Brussel II moet worden herzien. De huidige regels kunnen leiden tot situaties waarin geen enkele rechterlijke instantie in de Europese Unie of zelfs elders bevoegd is om een vordering tot echtscheiding te behandelen (voorbeeld 4). Ingeval toch een rechterlijke instantie van een derde staat bevoegd is, wordt het daaropvolgende echtscheidingsvonnis in de Europese Unie niet erkend op grond van de nieuwe verordening Brussel II, maar slechts op grond van het nationale recht of de toepasselijke internationale verdragen. Deze situatie zal waarschijnlijk leiden tot moeilijkheden wanneer het echtpaar het echtscheidingsvonnis wil laten erkennen in de respectieve landen van herkomst. 7 Punt 27 van het toelichtend verslag over het verdrag, van 28 mei 1998 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken (waarop de verordening Brussel II is gebaseerd), PB C 221 van , blz. 27. NL 9 NL

10 Vraag 12: Bent u van mening dat de harmonisatie van de bevoegdheidsregels moet worden versterkt en artikel 7 van Verordening nr. 2201/2003 moet worden opgeheven of althans beperkt tot gevallen waarbij geen EU-burgers zijn betrokken? Zo ja, hoe moeten deze regels er dan uitzien? 3.6. Echtgenoten de mogelijkheid bieden de bevoegde rechter te kiezen Een andere oplossing zou zijn echtgenoten de mogelijkheid te bieden onderling overeen te komen welke rechter bevoegd is voor echtscheidingszaken ( prorogatie van rechtsmacht ). Wordt partijen toegestaan onderling overeen te komen welke rechterlijke instantie(s) van een bepaalde lidstaat bevoegd moet(en) zijn voor echtscheidingsprocedures tussen hen, dan kan dit leiden tot meer rechtszekerheid en soepelheid en met name bij echtscheidingen met wederzijdse instemming bijzonder nuttig zijn. Prorogatie van rechtsmacht zou ook nuttig kunnen zijn in situaties waarin de echtgenoten zich niet tot een rechterlijke instantie van een lidstaat kunnen wenden op grond van de huidige bevoegdheidsregels, omdat zij geen gemeenschappelijke nationaliteit of gemeenschappelijke verblijfplaats hebben. Zo zou het voor het in Ierland verblijvende Zweeds/Finse echtpaar mogelijk zijn overeen te komen dat een Finse of een Zweedse rechter bevoegd is voor hun echtscheidingsprocedure (voorbeeld 3). Evenzo zou het in een derde staat verblijvende Duits/Nederlandse echtpaar een bevoegde rechter kunnen aanwijzen (voorbeeld 4). De door de partijen aangewezen rechter zou dan het door zijn nationale collisieregels aangewezen recht toepassen. Meerdere communautaire instrumenten voorzien in de mogelijkheid om de bevoegde rechter te kiezen. Prorogatie is mogelijk op grond van artikel 23 van Verordening (EG) nr. 44/2001. Evenzo kan op grond van artikel 12 van de nieuwe verordening Brussel II binnen zekere grenzen worden gekozen welke rechter bevoegd is inzake ouderlijke verantwoordelijkheid. Prorogatie in echtscheidingszaken zou kunnen worden beperkt tot de rechterlijke instanties van de lidstaten waarmee de echtgenoten een nauwe band hebben, bijvoorbeeld op grond van de nationaliteit of de verblijfplaats van een van beide echtgenoten, of op grond van de laatste gemeenschappelijke gewone verblijfplaats van de echtgenoten. Indien het echtpaar kinderen heeft, moet bijzondere aandacht worden besteed aan de coherentie van dergelijke regels met de prorogatieregel van artikel 12 van de nieuwe verordening Brussel II. Uiteraard moeten de nadere regels en de timing voor de keuze verder worden onderzocht. Vraag 13: Welke zijn de argumenten voor en tegen de invoering van de mogelijkheid tot prorogatie in echtscheidingszaken? Vraag 14: Moet prorogatie worden beperkt tot bepaalde rechterlijke instanties? Vraag 15: Welke vormvereisten moeten gelden voor de prorogatie-overeenkomsten van de partijen? NL 10 NL

11 3.7. Invoering van de mogelijkheid tot verwijzing van een zaak Zoals hierboven is uiteengezet (punt 2.5.), kan een echtgno(o)t(e) zich in bepaalde omstandigheden genoopt voelen zo snel mogelijk en vóór de andere echtgno(o)t(e) naar de rechter te stappen ( rush naar de rechter ). Dit kan althans ten dele worden verklaard door de regel inzake aanhangigheid ( lis pendens ) van de nieuwe verordening Brussel II, die werd bekritiseerd omdat hij te rigide zou zijn en echtgenoten zou stimuleren om als eerste toe te slaan. Een eventuele oplossing zou zijn te voorzien in de mogelijkheid een echtscheidingszaak in uitzonderlijke omstandigheden naar een rechter van een andere lidstaat te verwijzen. Artikel 15 van de nieuwe verordening Brussel II voorziet op het gebied van de ouderlijke verantwoordelijkheid in een dergelijke mogelijkheid. In uitzonderlijke omstandigheden en onder strikte voorwaarden kan worden gedacht aan verwijzing wanneer een echtgeno(o)t(e) de echtscheiding aanvraagt in een lidstaat en de verweerder vraagt de zaak naar een rechter van een andere staat te verwijzen omdat het huwelijk voornamelijk in die staat was gevestigd. Met het oog op de rechtszekerheid zou op basis van een vooraf opgestelde lijst van aanknopingspunten (zoals de laatste gemeenschappelijke gewone verblijfplaats van de echtgenoten indien een echtgeno(o)t(e) daar nog steeds verblijft en de gemeenschappelijke nationaliteit van de echtgenoten) kunnen worden vastgesteld waar het zwaartepunt van het huwelijk ligt. Uiteraard moeten de nadere regelingen voor een eventueel verwijzingsmechanisme nog verder worden ontwikkeld om er met name voor te zorgen dat dit mechanisme niet tot onnodige vertragingen leidt. Indien echtscheidingsprocedures samenhangen met procedures over de ouderlijke verantwoordelijkheid kunnen aanvullende garanties nodig zijn om de coherentie met artikel 15 van de nieuwe verordening Brussel II te waarborgen. De mogelijkheid tot verwijzing van een zaak kan een oplossing zijn voor de problemen die zich kunnen voordoen wanneer een echtgeno(o)t(e) de echtscheiding eenzijdig heeft aangevraagd tegen de wil van de andere echtgeno(o)t(e). Zo zou de Poolse vrouw uit voorbeeld 5 de Finse rechter kunnen verzoeken de zaak naar een Poolse rechter te verwijzen omdat daar beide echtgenoten Poolse onderdanen zijn en hun laatste gemeenschappelijke verblijfplaats zich in Polen bevond het zwaartepunt van het huwelijk in Polen lag. Vraag 16: Moet het mogelijk zijn de verwijzing van een zaak naar een rechterlijke instantie van een andere lidstaat te vragen? Welke zijn de argumenten voor en tegen een dergelijke oplossing? Vraag 17: Op grond van welke aanknopingspunten moet worden vastgesteld of een zaak naar een andere lidstaat kan worden verwezen? Vraag 18: Welke garanties zouden nodig zijn om de rechtszekerheid te waarborgen en onnodige vertragingen te vermijden? NL 11 NL

12 3.8. Combinatie van verschillende oplossingen De hierboven beschreven ideeën zijn voorbeelden van verschillende oplossingen. Doch geen van deze ideeën volstaat op zich om alle in hoofdstuk 2 beschreven problemen succesvol aan te pakken. Daarom is het denkbaar dat een aantal oplossingen wordt gecombineerd. Zo zou echtgenoten kunnen worden toegestaan de bevoegde rechter te kiezen op grond van de nationaliteit van een van hen of op grond van de laatste gewone verblijfplaats. Daarnaast zou echtgenoten ook kunnen worden toegestaan het toepasselijke recht te kiezen, of althans de toepassing van de "lex fori". Deze combinatie zou de in de voorbeelden 1 tot en met 4 beschreven problemen kunnen oplossen en zeer nuttig kunnen zijn in geval van echtscheidingen met wederzijdse instemming. Om de problemen op te lossen die zich kunnen voordoen wanneer slechts één echtgeno(o)t(e) wil scheiden (voorbeeld 5), is het denkbaar te voorzien in de mogelijkheid tot verwijzing van een zaak naar een andere lidstaat. Vraag 19: Welke combinatie van oplossingen is volgens u het meest aangewezen om de beschreven problemen aan te pakken? Vraag 20: Heeft u andere oplossingen om de in hoofdstuk 2 geschetste problemen aan te pakken? NL 12 NL

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.7.2006 COM(2006) 399 definitief 2006/0135 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2201/2003 wat

Nadere informatie

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar VOORSTEL VOOR EEN VERORDENING VAN DE RAAD Brussel, 17 juli 2006

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar VOORSTEL VOOR EEN VERORDENING VAN DE RAAD Brussel, 17 juli 2006 Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2005 2006 A 30 671 Subsidiariteitstoets van het voorstel voor een verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2201/2003 wat de bevoegdheid betreft

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 413 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 27.10.2010 2010/0067(CNS) ONTWERPADVIES van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) PUBLIC ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Coreper/de

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN GROENBOEK COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.07.2006 COM(2006) 400 definitief GROENBOEK OVER COLLISIEREGELS OP HET GEBIED VAN HUWELIJKSVERMOGENSSTELSELS, MET INBEGRIP VAN DE KWESTIE VAN DE RECHTERLIJKE

Nadere informatie

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2011/0059(CNS) Ontwerpadvies Evelyne Gebhardt (PE v01-00)

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2011/0059(CNS) Ontwerpadvies Evelyne Gebhardt (PE v01-00) EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 26.6.2012 2011/0059(CNS) AMENDEMENTEN 26-38 Ontwerpadvies Evelyne Gebhardt (PE473.957v01-00) inzake het voorstel

Nadere informatie

Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed *

Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed * P7_TA(2010)0477 Toepasselijk recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 15 december 2010 over het voorstel voor een verordening van de

Nadere informatie

L 343/10 Publicatieblad van de Europese Unie 29.12.2010

L 343/10 Publicatieblad van de Europese Unie 29.12.2010 L 343/10 Publicatieblad van de Europese Unie 29.12.2010 VERORDENING (EU) Nr. 1259/2010 VAN DE RAAD van 20 december 2010 tot nauwere samenwerking op het gebied van het toepasselijke recht inzake echtscheiding

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT NR. /2010/EU VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT NR. /2010/EU VAN DE RAAD NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 24.3.2010 COM(2010) 104 definitief 2010/0066 (APP) Voorstel voor een BESLUIT NR. /2010/EU VAN DE RAAD houdende machtiging om nauwere samenwerking aan te gaan op het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 29 november 2007 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 29 november 2007 * ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 29 november 2007 * In zaak C-68/07, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens de artikelen 68 EG en 234 EG, ingediend door de Högsta domstol (Zweden)

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2011 COM(2011) 911 definitief 2011/0447 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de verklaring van aanvaarding door de lidstaten, in het belang van de Europese

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2011 COM(2011) 915 definitief 2011/0450 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de verklaring van aanvaarding door de lidstaten, in het belang van de Europese

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.6.2003 COM(2003) 348 definitief 2003/0127 (CNS) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de lidstaten worden gemachtigd in het belang van de Europese

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 20.11.2001 COM(2001) 680 definitief Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD waarbij de lidstaten worden gemachtigd in het belang van de Europese Gemeenschap

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 16.3.2011 COM(2011) 125 definitief MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING

SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 16.3.2011 SEC(2011) 328 definitief WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING Begeleidend document bij MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) 13967/03 LIMITE PUBLIC JUSTCIV 208 TRANS 275 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité burgerlijk recht (algemene vraagstukken)

Nadere informatie

ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht)

ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht) ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht) Steeds meer worden we in de rechtspraktijk geconfronteerd met internationale echtscheidingen op basis van de volgende elementen:

Nadere informatie

WERKDOCUMENT. NL In verscheidenheid verenigd NL

WERKDOCUMENT. NL In verscheidenheid verenigd NL EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie juridische zaken 11.11.2011 WERKDOCUMENT over het voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/01/2019

Datum van inontvangstneming : 23/01/2019 Datum van inontvangstneming : 23/01/2019 Samenvatting C-759/18-1 Zaak C-759/18 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een Brussel, 16.3.2011 COM(2011) 126 definitief 2011/0059 (CNS) VERORDENING VAN DE RAAD betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL JUSTITIE EN CONSUMENTENZAKEN

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL JUSTITIE EN CONSUMENTENZAKEN EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL JUSTITIE EN CONSUMENTENZAKEN Brussel, 18 januari 2019 REV1 vervangt de kennisgeving aan belanghebbenden van 21 november 2017 KENNISGEVING AAN BELANGHEBBENDEN TERUGTREKKING

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 2.3.2016 COM(2016) 108 final 2016/0061 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD houdende machtiging om nauwere samenwerking aan te gaan op het gebied van de bevoegdheid,

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 juli 2000 (17.07) (OR. fr) 9735/00 ADD 1 LIMITE JUSTCIV 75

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 juli 2000 (17.07) (OR. fr) 9735/00 ADD 1 LIMITE JUSTCIV 75 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 7 juli 2000 (17.07) (OR. fr) 9735/00 ADD 1 LIMITE JUSTCIV 75 NOTA van: aan: Betreft: de Franse delegatie het Comité burgerlijk recht Initiatief van de Franse Republiek

Nadere informatie

De Verordening EG nr. 2201/2003 en de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake huwelijkszaken en ouderlijke verantwoordelijkheid

De Verordening EG nr. 2201/2003 en de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake huwelijkszaken en ouderlijke verantwoordelijkheid INTERNATIONAAL ADVOCATENKANTOOR ADVOCAAT DR. ALFONSO MARRA JURIST VERTALER BEVOEGDHEID VOOR DE TWEETALIGHEID DUITS ITALIAANS VAN DE ZELFSTANDIGE PROVINCIE BOLZANO GESLAAGD VOOR HET STAATSEXAMEN VAN DUITSE

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie juridische zaken 15.6.2011 MEDEDELING AAN DE LEDEN (50/2011) Betreft : Met redenen omkleed advies van de senaat van de Italiaanse Republiek over het voorstel voor

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie verzoekschriften 29.9.2014 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift nr. 0564/2012, ingediend door Marianne van Eck (Nederlandse nationaliteit), over administratieve

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 24.6.2010 COM(2010)331 definitief 2010/0179 (CNS) C7-0173/10 Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EEG betreffende het gemeenschappelijk

Nadere informatie

Bijgewerkte versie van 1 juni 2005

Bijgewerkte versie van 1 juni 2005 Bijgewerkte versie van 1 juni 2005 Vademecum voor de toepassing van de nieuwe verordening Brussel II (Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning

Nadere informatie

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/0268(COD)

***I ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/0268(COD) EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie juridische zaken 13.12.2013 2013/0268(COD) ***I ONTWERPVERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening

Nadere informatie

Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed

Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel

Nadere informatie

Hebben besloten hiertoe een Verdrag te sluiten en zijn overeengekomen als volgt:

Hebben besloten hiertoe een Verdrag te sluiten en zijn overeengekomen als volgt: Verdrag inzake de wet die van toepassing is op onderhoudsverplichtingen De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende de wet

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN or** ir ir * ie *ür* COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 31.12.1998 COM( 1998) 732 def. 98/0353 (CNB) Voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD over de omrekeningskoersen tussen de euro

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.5.2013 COM(2013) 307 final 2013/0159 (E) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD over de toepassing van Reglement nr. 41 van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 6 oktober 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 6 oktober 2015 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 6 oktober 2015 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2011/0444 (E) 12103/15 JUSTCIV 202 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD waarbij

Nadere informatie

14956/15 ADD 1 mou/gra/mt 1 DG D 2A

14956/15 ADD 1 mou/gra/mt 1 DG D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 26 februari 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2013/0119 (COD) 14956/15 ADD 1 JUSTCIV 286 FREMP 291 CODEC 1654 ONTWERP-MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: Standpunt

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESCHIKKING VAN DE

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 2.3.2016 COM(2016) 106 final 2016/0059 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging

Nadere informatie

Inleiding. Fields marked with * are mandatory.

Inleiding. Fields marked with * are mandatory. Openbare raadpleging over de werking van Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke

Nadere informatie

EUROPESE UNIE Communautair Bureau voor Plantenrassen

EUROPESE UNIE Communautair Bureau voor Plantenrassen EUROPESE UNIE Communautair Bureau voor Plantenrassen BESLUIT VAN DE RAAD VAN BESTUUR VAN HET COMMUNAUTAIR BUREAU VOOR PLANTENRASSEN van 25 maart 2004 inzake de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr.

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie. VERORDENING (EG) Nr. 2201/2003 VAN DE RAAD. van 27 november 2003

Publicatieblad van de Europese Unie. VERORDENING (EG) Nr. 2201/2003 VAN DE RAAD. van 27 november 2003 23.12.2003 L 338/1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) VERORDENING (EG) Nr. 2201/2003 VAN DE RAAD van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging

Nadere informatie

Vademecum voor de toepassing van de nieuwe verordening Brussel II. www.europa.eu.int/civiljustice

Vademecum voor de toepassing van de nieuwe verordening Brussel II. www.europa.eu.int/civiljustice NL Vademecum voor de toepassing van de nieuwe verordening Brussel II www.europa.eu.int/civiljustice Inleiding De ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid van de Europese Unie helpt mensen in

Nadere informatie

13585/17 WST/sht/bb DGD 2

13585/17 WST/sht/bb DGD 2 Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0149 (E) 13585/17 JUSTCIV 249 SM 7 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 5.3.2015 COM(2015) 103 final ANNEX 1 BIJLAGE bij het Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting van de overeenkomst tussen de Europese Unie en de Verenigde

Nadere informatie

PUBLIC 9703/1/10 REV 1

PUBLIC 9703/1/10 REV 1 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 18 mei 2010 (19.05) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) PUBLIC 9703/1/10 REV 1 LIMITE JUSTCIV 94 CODEC 425 NOTA van: het voorzitterschap

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 61, onder c), en artikel 67, lid 1,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 61, onder c), en artikel 67, lid 1, 32003R2201 Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid,

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/03/2017

Datum van inontvangstneming : 23/03/2017 Datum van inontvangstneming : 23/03/2017 Vertaling C-83/17-1 Zaak C-83/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 15 februari 2017 Verwijzende rechter: Oberster Gerichtshof (Oostenrijk)

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.9.2018 COM(2018) 642 final 2018/0333 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Europees

Nadere informatie

gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2011)0126),

gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2011)0126), P7_TA(2013)0338 Huwelijksvermogensstelsels * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 10 september 2013 over het voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 27 april 2009 (OR. en) 2008/0122 (COD) PE-CONS 3735/08 JUSTCIV 269 JURINFO 90 CODEC 1904 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESCHIKKING

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2003R2201 NL 01.03.2005 001.006 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 2201/2003 VAN DE RAAD van 27

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 19 mei 2006 (22.05) (OR. fr) 9620/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 (CNS) JUSTCIV 133

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 19 mei 2006 (22.05) (OR. fr) 9620/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 (CNS) JUSTCIV 133 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 19 mei 2006 (22.05) (OR. fr) 9620/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0259 (CNS) JUSTCIV 133 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 22.1.2004 COM(2004) 32 definitief 2004/0009 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD over de omrekeningskoersen tussen de euro en de munteenheden

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.12.2016 COM(2016) 798 final 2016/0399 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot aanpassing van een aantal rechtshandelingen op het gebied

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.7.2010 COM(2010)381 definitief 2010/0205 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD houdende wijziging van Richtlijn 2008/9/EG tot vaststelling van nadere voorschriften

Nadere informatie

JPF 2013/149 Rechtbank 's-gravenhage 23 oktober 2012, 422965/FA RK 12-5121; ECLI:NL:RBSGR:2012:BY2371. ( mr. Bellaart )

JPF 2013/149 Rechtbank 's-gravenhage 23 oktober 2012, 422965/FA RK 12-5121; ECLI:NL:RBSGR:2012:BY2371. ( mr. Bellaart ) JPF 2013/149 Rechtbank 's-gravenhage 23 oktober 2012, 422965/FA RK 12-5121; ECLI:NL:RBSGR:2012:BY2371. ( mr. Bellaart ) [De vrouw] te [woonplaats vrouw], hierna: de vrouw, advocaat: mr. L.J. Zietsman te

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer V. SKOURIS, Voorzitter van het Hof van Justitie d.d.: 4 februari 2008 aan: de heer

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 239 Besluit van 25 mei 2004 tot wijziging van het Besluit geslachtsnaamswijziging Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Besluit van 21 maart 1997 betreffende toegang van het publiek tot documenten van het Europees Milieuagentschap (97/C 282/04)

Besluit van 21 maart 1997 betreffende toegang van het publiek tot documenten van het Europees Milieuagentschap (97/C 282/04) bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C282 van 18/09/97 Besluit van 21 maart 1997 betreffende toegang van het publiek tot documenten van het Europees Milieuagentschap Memorie van toelichting

Nadere informatie

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar C/ nr. 6 BRIEF VAN DE VICEVOORZITTER VAN DE EUROPESE COMMISSIE

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar C/ nr. 6 BRIEF VAN DE VICEVOORZITTER VAN DE EUROPESE COMMISSIE Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2011 2012 32 582 EU-voorstel: Verordening jurisdictie, erkenning en afdwinging van rechterlijke uitspraken op civiel en handelsgebied (Brussel I) (COM(2010)748) C/ nr.

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2004 (26.11) (OR. en) 15130/04 JAI 490 ASIM 47

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2004 (26.11) (OR. en) 15130/04 JAI 490 ASIM 47 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2004 (26.11) (OR. en) 15130/04 JAI 490 ASIM 47 BEGELEIDENDE NOTA van: het voorzitterschap aan: het Coreper (2e deel) nr. vorig doc.: 14497/04 JAI 441 ASIM

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. {COM(2011) 125 definitief} {COM(2011) 126 definitief} {SEC(2011) 327 definitief} {SEC(2011) 328 definitief}

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. {COM(2011) 125 definitief} {COM(2011) 126 definitief} {SEC(2011) 327 definitief} {SEC(2011) 328 definitief} EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een Brussel, 16.3.2011 COM(2011) 127 definitief VERORDENING VAN DE RAAD 2011/0060 (CNS) C7-0094/11 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en

Nadere informatie

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een Brussel, 6.10.2010 COM(2010) 544 definitief 2010/0272 (COD) C7-0316/10 VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Verordening (EG)

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0169 (E) 12326/16 JUSTCIV 237 COEST 226 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE

Nadere informatie

Jurisprudentie. BESCHIKKING VAN HET HOF (Zesde kamer) 14 juni 2017 *

Jurisprudentie. BESCHIKKING VAN HET HOF (Zesde kamer) 14 juni 2017 * Jurisprudentie BESCHIKKING VAN HET HOF (Zesde kamer) 14 juni 2017 * Prejudiciële verwijzing Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof Justitiële samenwerking in burgerlijke zaken Verordening

Nadere informatie

7107/15 JVS/jvc DGD 1. Raad van de Europese Unie. Brussel, 28 april 2015 (OR. en) 7107/15. Interinstitutioneel dossier: 2015/0049 (NLE)

7107/15 JVS/jvc DGD 1. Raad van de Europese Unie. Brussel, 28 april 2015 (OR. en) 7107/15. Interinstitutioneel dossier: 2015/0049 (NLE) Raad van de Europese Unie Brussel, 28 april 2015 (OR. en) 7107/15 Interinstitutioneel dossier: 2015/0049 (NLE) VISA 85 COLAC 20 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Overeenkomst tussen de

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 29 november 2007 (04.12) (OR. en) 14449/07 JUSTCIV 281

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 29 november 2007 (04.12) (OR. en) 14449/07 JUSTCIV 281 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 november 2007 (04.12) (OR. en) 14449/07 JUSTCIV 281 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Coreper/de Raad Resultaten van de Diplomatieke Conferentie te Den

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 juni 2003 (06.06) (OR. en) 9748/03 LIMITE VISA 91 FRONT 67 COMIX 326

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 juni 2003 (06.06) (OR. en) 9748/03 LIMITE VISA 91 FRONT 67 COMIX 326 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 2 juni 2003 (06.06) (OR. en) 9748/03 LIMITE VISA 91 FRONT 67 COMIX 326 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Groep visa nr. vorig doc.: 8696/03 VISA 70 COMIX 260 Betreft:

Nadere informatie

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2006 (01.12) (OR. en) 15445/1/06 REV 1 COPEN 119 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.: 15115/06 COPEN 114 nr. Comv.: COM(2005) 91 def.

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22 INFORMATIEVE NOTA van: het secretariaat-generaal van de Raad aan: het Coreper/de Raad nr.vorig doc.: 11093/04 JUSTCIV 101 Betreft:

Nadere informatie

9317/17 pro/gra/sl 1 D 2A

9317/17 pro/gra/sl 1 D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0190 (CNS) 9317/17 JUSTCIV 113 NOTA van: aan: het voorzitterschap nr. vorig doc.: WK 5263/17 Nr. Comdoc.: 10767/16

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.4.2015 COM(2015) 155 final 2015/0080 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot uitvoering van het antiontwijkingsmechanisme dat voorziet

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3659/1/01 REV 1

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3659/1/01 REV 1 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 27 mei 2002 2001/0138 (COD) LEX 311 PE-CONS 3659/1/01 REV 1 TRANS 181 PECOS 199 CODEC 1126 VERORDENING (EG) Nr. /2002 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN

Nadere informatie

Grensoverschrijdende erkenning en tenuitvoerlegging. mr. dr. M. Freudenthal

Grensoverschrijdende erkenning en tenuitvoerlegging. mr. dr. M. Freudenthal Grensoverschrijdende erkenning en tenuitvoerlegging mr. dr. M. Freudenthal Sdu Uitgevers Den Haag, 2009 Inhoud Afkortingen / XI Woord vooraf/xiii 1. Historische ontwikkelingen / 1 1.1. Inleiding/l 1.1.1.

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0173 (E) 12328/16 JUSTCIV 239 COREE 8 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2006R1412 NL 01.07.2013 003.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 1412/2006 VAN DE RAAD van 25

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 26.7.2013 COM(2013) 554 final 2013/0268 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijzigng van Verordening (EG) nr. 1215/2012 betreffende

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 30.11.2009 COM(2009)194 definitief/2 2009/0060 (COD) CORRIGENDUM Annuleert en vervangt document COM(2009) 194 definitief van 21.4.2009. Betreft de originele

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0168 (E) 12327/16 JUSTCIV 238 COLAC 69 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2010/0383(COD) 30.8.2011. van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2010/0383(COD) 30.8.2011. van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie werkgelegenheid en sociale zaken 30.8.2011 2010/0383(COD) ONTWERPADVIES van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken aan de Commissie juridische zaken over het

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Stefan Nerinckx Onderwerp Het toepasselijk recht op verbintenissen voortvloeiend uit (internationale) arbeidsovereenkomsten: een nieuwe Europese verordening in de maak? Datum april 2005 Copyright

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 15.12.2005 COM(2005) 649 definitief 2005/0259 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 8.5.2018 COM(2018) 261 final 2018/0124 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijnen 2006/112/EG en 2008/118/EG wat betreft de opname van de Italiaanse

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 23 september 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 23 september 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 23 september 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2014/0021 (E) 12052/14 JUSTCIV 206 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD betreffende

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 24.11.2009 COM(2009)641 definitief Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD waarbij de Portugese Republiek wordt gemachtigd een maatregel toe

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 1167 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE

Nadere informatie

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een besluit van de Raad

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een besluit van de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 27.5.2016 COM(2016) 302 final ANNEX 1 BIJLAGE bij Voorstel voor een besluit van de Raad inzake de ondertekening, namens de Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie verzoekschriften 24.6.2010 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift 1614/2009, ingediend door Marinella Colombo (Italiaanse nationaliteit), gesteund door 134

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 10.3.2016 COM(2016) 133 final 2016/0073 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in de Gemengde Commissie die

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 juni 2008 (13.06) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2008/0110 (COD) 10637/08 ADD 2 AGRILEG 104 CODEC 769 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 7.8.2013 COM(2013) 577 final 2013/0280 (CNS) C7-0268/13 Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van de Richtlijnen 2006/112/EG en 2008/118/EG wat betreft de Franse

Nadere informatie

Den Haag, 3 december Betreft: Adviesaanvraag ter uitvoering van de motie-dijkstra (34 102, nr. 5) Excellentie,

Den Haag, 3 december Betreft: Adviesaanvraag ter uitvoering van de motie-dijkstra (34 102, nr. 5) Excellentie, COMMISSIE VAN ADVIES voor de za ken betreffende DE BURGERLIJKE STAAT en de NATIONALITEIT Aan de Minister van Veiligheid en Justitie Mr. G.A. van der Steur Directie Wetgeving en Juridische Zaken Sector

Nadere informatie

» Samenvatting. JPF 2013/101 Rechtbank Den Haag 22 mei 2013, C/09/416244; ECLI:NL:RBDHA:2013:CA2361. ( mr. Bellaart mr. Brakel mr.

» Samenvatting. JPF 2013/101 Rechtbank Den Haag 22 mei 2013, C/09/416244; ECLI:NL:RBDHA:2013:CA2361. ( mr. Bellaart mr. Brakel mr. JPF 2013/101 Rechtbank Den Haag 22 mei 2013, C/09/416244; ECLI:NL:RBDHA:2013:CA2361. ( mr. Bellaart mr. Brakel mr. Brandt ) [De man] te [woonplaats], hierna: de man, advocaat: mr. C.A. Lucardie te s-gravenhage.

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 9 juli 2004 (14.07) (OR. en) 11091/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/001 (COD) LIMITE

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 9 juli 2004 (14.07) (OR. en) 11091/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/001 (COD) LIMITE Conseil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 9 juli 2004 (4.07) (OR. en) PUBLIC 09/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/00 (COD) LIMITE JUSTCIV 99 COMPET 3 SOC 337 CODEC 874 OTA van: het voorzitterschap

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 8.7.2016 L 183/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) 2016/1103 VAN DE RAAD van 24 juni 2016 tot uitvoering van de nauwere samenwerking op het gebied van de bevoegdheid, het toepasselijke

Nadere informatie

13581/17 WST/sht/bb DGD 2

13581/17 WST/sht/bb DGD 2 Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0148 (E) 13581/17 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: JUSTCIV 248 ACP 116 ESE 5 BESLUIT VAN

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 03/11/2015

Datum van inontvangstneming : 03/11/2015 Datum van inontvangstneming : 03/11/2015 Vertaling C-499/15 1 Zaak C-499/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 22 september 2015 Verwijzende rechter: Vilniaus miesto apylinkės

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie juridische zaken 15.6.2011 MEDEDELING AAN DE LEDEN (49/2011) Betreft : Met redenen omkleed advies van de senaat van de Republiek Italië over het voorstel voor een

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief

Nadere informatie