Essentie uitspraak: Omgang met groepsrisico als norm; Het inspelen op toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Essentie uitspraak: Omgang met groepsrisico als norm; Het inspelen op toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen."

Transcriptie

1 Essentie uitspraak: Omgang met groepsrisico als norm; Het inspelen op toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. Casus en uitspraak: Het betreft hier een situatie waarbij een revisievergunning is verleend ten behoeve van de exploitatie van emplacement Roosendaal. De vergunninghouder gaat hierbij in beroep omdat in de voorschriften is aangegeven dat de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico niet mag worden overschreden. Deze begrenzing van het groepsrisico stelt de vergunninghouder niet ter discussie. Wel wenst zij dat bij de beoordeling van het groepsrisico wordt uitgegaan van de planologische situatie ten tijde van het vaststellen van de vergunning. Als immers de bevolking in de omgeving toeneemt terwijl het risicovolle proces hetzelfde blijft, neemt het groepsrisico toch toe. Op deze toename heeft de vergunninghouder geen invloed. De Raad van State grijpt bij haar uitspraak terug op het voorschrift waarin het risiconiveau en de maatregelen zijn vastgelegd, en constateert derhalve dat de vergunninghouder bij een overschrijding van de oriëntatiewaarde logistieke maatregelen moet nemen om het risiconiveau te reduceren. Noot van de redactiecommissie: De redactiecommissie signaleert dat deze uitspraak soms in de praktijk geïnterpreteerd is als: ' 'Leg een risiconiveau vast en als de bevolking in de omgeving toeneemt, moet het bedrijf maatregelen nemen om de hierdoor ontstane toename van het groepsrisico te reduceren'. Dit is een onjuiste interpretatie. De uitspraak van de Raad van State moet beoordeeld worden in een specifieke context ten aanzien van de specifieke vergunningvoorschriften. Het kan niet zo zijn dat met een milieubeheervergunning verworven rechten zondermeer teniet worden gedaan door nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen. In dit verband is de overweging van de Raad van State bij uitspraak 24 mei 2006, /1 (Annapoulowna) interessant. De Afdeling stelt voorop dat artikel 12 van het Bevi geen verplichting voor verweerder met zich brengt om bij de verantwoording van het groepsrisico rekening te houden met niet voorziene mogelijke planologische wijzigingen in de toekomst, waardoor de dichtheid van de personen in de omgeving zou kunnen veranderen. Bovendien zal ingevolge het Bevi bij eventuele besluitvorming inzake planologische wijzigingen betreffende de omgeving van de inrichting het groepsrisico vanwege die wijzigingen moeten worden verantwoord. De informatie in dit tekstkader geeft de interpretatie van de redactiecommissie weer. Voor het totaaloverzicht van de juridische overwegingen wordt verwezen naar de bijgevoegde uitspraak van de rechter / Raad van State. Uitspraak Raad van State Zaaknummer: /1 Publicatie datum: maandag 19 september 2005 Tegen: het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant Proceduresoort: Overig Rechtsgebied: Kamer 2 - Milieu - Overige /1. Datum uitspraak: 19 september 2005 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen:

2 1. het college van burgemeester en wethouders van Roosendaal, 2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "NS Railinfrabeheer B.V.", thans "Pro- Rail B.V.", handelend onder de naam "ProRail", gevestigd te Utrecht, appellanten, en het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant, verweerder. 1. Procesverloop Bij besluit van 20 juli 2004, kenmerk , heeft verweerder aan appellante sub 2 een vergunning, als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer, verleend voor een inrichting, zijnde het spoorwegemplacement Roosendaal, gelegen aan het Stationsplein 1 te Roosendaal, kadastraal bekend gemeente Roosendaal en Nispen, sectie A, nummer 4075, sectie B, nummers 1835, 1847, 2123, 2126, 2127, 2128, 5924, 5990, 6158, 6277, 6278 en sectie K, nummer Dit besluit is op 9 augustus 2004 ter inzage gelegd. Tegen dit besluit hebben appellant sub 1 bij brief van 17 september 2004, bij de Raad van State ingekomen op 20 september 2004, en appellante sub 2 bij brief van 20 september 2004, bij de Raad van State ingekomen op dezelfde dag, beroep ingesteld. Bij brief van 15 maart 2005 heeft verweerder een verweerschrift ingediend. De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 28 juli 2005, waar appellant sub 1, vertegenwoordigd door mr. J.C.P.J.M. Vergouwen en J.B.J.M Merkx, ambtenaren van de gemeente, appellante sub 2, vertegenwoordigd door mr. J.A.M. van der Velden, advocaat te Breda, [gemachtigden], en verweerder, vertegenwoordigd door G.J.J.M. Boots, ing. P.J. Meijer en ing. H.J.M. Pijnenburg, ambtenaren van de provincie, zijn verschenen. 2. Overwegingen 2.1. Op 1 juli 2005 zijn de Wet uniforme openbare voorbereidingsprocedure Awb en de Aanpassingswet uniforme openbare voorbereidingsprocedure Awb in werking getreden. Uit het daarbij behorende overgangsrecht volgt dat het recht zoals dat gold vóór de inwerkingtreding van deze wetten op dit geding van toepassing blijft Appellant sub 1 heeft ter zitting zijn beroepsgrond inzake het Besluit externe veiligheid inrichtingen ingetrokken Artikel 8.10, eerste lid, van de Wet milieubeheer bepaalt dat de vergunning slechts in het belang van de bescherming van het milieu kan worden geweigerd. Ingevolge artikel 8.11, tweede lid, kan een vergunning in het belang van de bescherming van het milieu onder beperkingen worden verleend. Ingevolge het derde lid van dit artikel worden aan een vergunning de voorschriften verbonden die nodig zijn ter bescherming van het milieu. Voorzover door het verbinden van voorschriften aan de vergunning de nadelige gevolgen die de inrichting voor het milieu kan veroorzaken, niet kunnen worden voorkomen, worden aan de vergunning de voorschriften verbonden, die de grootst mogelijke bescherming bieden tegen die gevolgen, tenzij dat redelijkerwijs niet kan worden gevergd.

3 Hieruit volgt dat de vergunning moet worden geweigerd, indien de nadelige gevolgen die de inrichting voor het milieu kan veroorzaken door het stellen van voorschriften en beperkingen niet kunnen worden voorkomen dan wel niet voldoende kunnen worden beperkt. Bij de toepassing van de artikelen 8.10, eerste lid, en 8.11 van de Wet milieubeheer komt verweerder een zekere beoordelingsvrijheid toe, die haar begrenzing onder meer vindt in hetgeen voortvloeit uit de meest recente algemeen aanvaarde milieutechnische inzichten Appellant sub 1 voert aan dat verweerder bij de beoordeling van de externe veiligheidsaspecten van de aangevraagde activiteiten onvoldoende rekening heeft gehouden met de risicoverhogende gevolgen van het doorgaande spoor, waarover gevaarlijke stoffen worden vervoerd. Daarbij wijst hij erop dat de bedrijfsactiviteiten met zich brengen dat rangerende treinen het spoor waarop doorgaande treinen rijden, oversteken Verweerder heeft zich op het standpunt gesteld dat het verkeer over het doorgaande spoor geen onderdeel uitmaakt van de inrichting. De door appellant sub 1 bedoelde risico's zijn in het kader van de beoordeling van het doorgaand treinverkeer, dat thans niet aan de orde is, beschouwd De Afdeling overweegt dat de vergunning geen betrekking heeft op doorgaand treinverkeer, maar op emplacementaire werkzaamheden van treinwagons binnen de inrichting. De kans op ongevallen tussen rangerende en doorgaande treinen is niet uitgesloten. Ter zitting is evenwel door verweerder gesteld en door appellant sub 1 niet bestreden dat de risico's terzake worden beoordeeld in het kader van het doorgaand treinverkeer. In hetgeen appellant sub 1 heeft aangevoerd, bestaat naar het oordeel van de Afdeling geen aanleiding voor het oordeel dat verweerder de onderhavige vergunning in het belang van de bescherming van het milieu niet kon verlenen zonder een aanvullend veiligheidsonderzoek. De beroepsgrond treft derhalve geen doel Appellant sub 1 voert ten aanzien van vergunningvoorschrift aan dat het groepsrisico ten onrechte slechts eenmaal per jaar gecontroleerd dient te worden. Appellante sub 2 acht het inzake de vergunningvoorschriften en niet juist dat zij, indien de bevolkingsgegevens waarop zij geen invloed heeft, wijzigen en daardoor het groepsrisico toeneemt, een rapportage moet opstellen en mogelijkerwijs logistieke maatregelen moet nemen om te zorgen dat de oriënterende waarde voor het groepsrisico niet wordt overschreden. Wat betreft de in vergunningvoorschrift opgenomen termijn waarbinnen het overzicht moet zijn overgelegd, wijst appellante sub 2 erop dat deze een maand korter is dan die in de circulaire Risicobenadering voor NSgoederenemplacementen Verweerder heeft het voldoende geacht dat eenmaal per jaar wordt gerapporteerd over het groepsrisico, omdat aan de grenswaarde van het persoonsgebonden risico en de oriënterende waarde van het groepsrisico wordt voldaan. Appellante sub 2 kan volgens verweerder zonder daarvoor al te veel kosten te maken de beschikking krijgen over recente bevolkingsgegevens en daarvan gebruik maken. Inzake de bedoelde termijn van twee maanden is reeds gebleken dat appellante sub 2 daaraan kan voldoen, aldus verweerder Ingevolge vergunningvoorschrift mag het door de activiteiten van de inrichting veroorzaakte groepsrisico (van alle gevaarlijke stoffen tezamen) 10-3/n2 per jaar niet overschrijden, waarbij n het aantal dodelijke slachtoffers bij een ongeval is; dit betekent dat het door de activiteiten van de inrichting veroorzaakte groepsrisico het volgende niet mag overschrijden: a. 10-5/jaar voor 10 doden, b. 10-7/jaar voor 100 doden, c. 10-9/jaar voor doden, enzovoorts.

4 Ingevolge vergunningvoorschrift moet binnen twee maanden na afloop van elk kalenderjaar aan het bevoegd gezag een overzicht worden overgelegd van het groepsrisico, gebaseerd op de op het emplacement behandelde, met gevaarlijke stoffen beladen wagons gedurende de vier kwartalen voorafgaande aan de betreffende rapportagedatum. Het over te leggen overzicht dient opgesteld te zijn volgens de methodiek van de selectiemethode, zoals bedoeld in hoofdstuk III van de circulaire Risicobenadering voor NS-goederenemplacementen; de hierbij gebruikte bevolkingsgegevens mogen maximaal 2 jaar oud zijn. Ingevolge vergunningvoorschrift 3.2.3, eerste en tweede volzin, voorzover thans van belang, moet, indien uit de rapportage als bedoeld in vergunningvoorschrift blijkt dat het groepsrisico gelijk is aan of groter dan de helft van de oriënterende waarde, binnen twee maanden na bedoelde rapportage aan het bevoegd gezag een kwantitatieve risicoanalyse worden overgelegd. Hierbij dient tevens aangegeven te worden of verwacht wordt dat in de opvolgende rapportageperiode de oriënterende waarde van het groepsrisico overschreden zal worden. De laatste volzin van het voorschrift komt erop neer dat indien overschrijding wordt verwacht, een plan van aanpak dient te worden toegevoegd met logistieke maatregelen, waarmee de dreiging zal worden afgewend Ter invulling van zijn beoordelingsruimte heeft verweerder wat betreft het aspect veiligheid de eind 1999 vervallen circulaire Risicobenadering voor NS-goederenemplacementen van de Minister van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 18 augustus 1995 tot uitgangspunt genomen voorzover het de modelvoorschriften en de selectiemethodiek betreft, voorzover die relevant zijn. Niet is in geschil dat ten tijde van het bestreden besluit met de vergunde activiteiten aan de grenswaarde van het persoonsgebonden risico en de oriënterende waarde van het groepsrisico werd voldaan. De Afdeling stelt vast dat appellante sub 2 geen bezwaar heeft tegen een rapportageverplichting betreffende het groepsrisico als zodanig. De Afdeling is van oordeel dat verweerder zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat in het belang van de bescherming van het milieu de bij de berekening van het groepsrisico te gebruiken bevolkingsgegevens maximaal 2 jaar oud mogen zijn. Niet alleen de vergunde activiteiten zijn immers van invloed op het groepsrisico, maar ook de bevolkingsdichtheid van het gebied waarin de inrichting ligt. Appellante sub 2 heeft niet aannemelijk gemaakt dat het verkrijgen van recente bevolkingsgegevens voor haar onnodig bezwarend zou zijn. Met betrekking tot de beroepsgrond van appellante sub 2 dat zij ingevolge voorschrift gehouden is logistieke maatregelen te treffen indien verwacht wordt dat de oriënterende waarde voor het groepsrisico wordt overschreden, overweegt de Afdeling dat appellante sub 2 ook ingevolge voorschrift gehouden is te voldoen aan de daarin opgenomen waarde voor het groepsrisico, hetgeen in voorkomende gevallen kan noodzaken tot het nemen van logistieke maatregelen dan wel andere maatregelen. Inzake de verplichting om binnen twee maanden na afloop van een kalenderjaar de gegevens over te leggen, overweegt de Afdeling dat appellante sub 2 niet aannemelijk heeft gemaakt dat deze verplichting onnodig bezwarend is. Hierbij zij opgemerkt dat het ter beschikking krijgen van dergelijke gegevens, gelet op de geautomatiseerde wijze van het voeren van een administratie, met relatief geringe inspanning mogelijk is. In hetgeen appellant sub 1 heeft aangevoerd, bestaat geen aanleiding voor het oordeel dat verweerder niet in redelijkheid het standpunt heeft kunnen innemen dat de frequentie van het overleggen van de rapportage van het groepsrisico van eenmaal per jaar voldoende is.

5 Gezien het vorenoverwogene is de Afdeling van oordeel dat verweerder zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de voorschriften en toereikend zijn Appellant sub 1 voert aan dat ten onrechte niet in de vergunning is voorgeschreven dat chloorvervoer bij het bevoegd gezag en de commandant van de brandweer dient te worden gemeld - zoals was opgenomen in het ontwerp van het besluit in vergunningvoorschrift of dat dergelijk vervoer in het geheel niet mag plaatsvinden Verweerder heeft het standpunt ingenomen dat geen aanleiding bestaat voor chloortransporten een meldingsplicht op te nemen en voor andere gevaarlijke stoffen niet. Hij acht de verplichting om ingevolge vergunningvoorschrift ongewone voorvallen te melden aan de commandant van de plaatselijke brandweer toereikend om adequaat te kunnen reageren bij een mogelijk ongeval met een chloortransport De Afdeling overweegt dat appellant sub 1 niet aannemelijk heeft gemaakt waarom het in het belang van het milieu nodig zou zijn om naast vergunningvoorschrift een meldingsplicht inzake chloortransport aan de vergunning te verbinden. Geen aanleiding bestaat voor het oordeel dat verweerder zich niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat een verplichting tot voorafgaande melding van chloortransporten uit een oogpunt van milieubescherming in het onderhavige geval niet nodig is. De beroepsgrond treft derhalve geen doel Appellante sub 2 stelt dat in vergunningvoorschrift ten onrechte de verplichting is opgenomen om in het bedrijfsnoodplan de denkbare incidenten en de diverse effecten daarvan onder diverse meteorologische omstandigheden te beschrijven en het bedrijfsnoodplan af te stemmen op gemeentelijke of regionale rampen- of rampbestrijdingsplannen Verweerder heeft zich op het standpunt gesteld dat de beschrijving van genoemde effecten in het belang van de bescherming van het milieu een onderdeel moet vormen van het bedrijfsnoodplan. De bedoelde afstemming waarborgt volgens verweerder dat het bedrijfsnoodplan een belangrijke input vormt voor rampenplannen en rampbestrijdingsplannen De Afdeling overweegt dat het, teneinde adequaat te kunnen reageren op rampen of ongevallen, in het belang van de bescherming van het milieu aangewezen is in een bedrijfsnoodplan de effecten van incidenten in de inrichting te beschrijven. Appellante sub 2 zal als vergunninghoudster het beste toegerust zijn om een inschatting van deze effecten te kunnen maken. Appellante sub 2 heeft niet aannemelijk gemaakt dat de verplichting van vergunningvoorschrift tot het beschrijven van die effecten voor haar onnodig bezwarend zijn, zodat verweerder deze in redelijkheid nodig heeft kunnen achten. De Afdeling stelt vervolgens mede op grond van het verhandelde ter zitting vast dat met de voorgeschreven afstemming tussen het bedrijfsnoodplan en de gemeentelijke en/of regionale rampenplannen en rampbestrijdingsplannen door verweerder niet meer wordt bedoeld dan dat de inhoud van het bedrijfsnoodplan inclusief de beschrijving van de effecten van incidenten input kan vormen voor de andere plannen. In het voorschrift is evenwel een verdergaande verplichting tot afstemming opgenomen. Nu in het voorschrift aldus een andere verplichting is opgenomen dan verweerder heeft beoogd, is het bestreden besluit in zoverre onzorgvuldig voorbereid en daarmee in strijd met artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht. De grond treft derhalve doel Appellante sub 2 stelt inzake de vergunningvoorschriften tot en met dat het overleggen van een bedrijfsenergieplan ter goedkeuring door verweerder overbodig en onwerkbaar is. Zij voert hierbij aan dat zij beschikt over een positief advies van de Nederlandse Onderneming voor Energie en Milieu BV (hierna: de Novem) in het kader van de tussen haar, de Minister van Economische Zaken en de Novem gemaakte meerjarenafspraak over energiebesparing. Deze afspraak heeft

6 onder meer betrekking op alle spoorwegemplacementen. Voorts acht zij de datum van 1 april inzake de overlegging van een jaarlijks energierapport onwerkbaar Verweerder heeft zich op het standpunt gesteld dat het Novem-advies te laat is toegezonden, zodat het geen onderdeel kan uitmaken van de beschikking, en voorts dat het niet duidelijk is waarom appellante sub 2 niet aan de voorgeschreven verplichtingen zou kunnen voldoen In de vergunningvoorschriften tot en met 6.1.3, voorzover thans van belang, is bepaald dat appellante sub 2 uiterlijk zes maanden na de inwerkingtreding van de vergunning een bedrijfsenergieplan vergezeld van een Novem MJA-advies ter goedkeuring aan verweerder dient over te leggen. Voorts dient appellante sub 2 jaarlijks vóór 1 april een rapport aan verweerder over te leggen inzake onder meer het energieverbruik in het voorafgaande kalenderjaar De Afdeling overweegt dat verweerder niet heeft gemotiveerd waarom het naast de bestaande landelijke meerjarenafspraak nog nodig is een apart bedrijfsenergieplan, vergezeld van een Novem MJA-advies, ter zake van het onderhavige emplacement over te leggen. In de bestaande meerjarenafspraak zijn immers landelijke maatregelen inzake energiebesparing ten aanzien van alle emplacementen opgenomen. De gegevens op basis van deze bestaande meerjarenafspraak behoeven eerst op 1 juli van het volgende jaar te worden overgelegd. Verweerder heeft evenmin gemotiveerd waarom het in het belang van de bescherming van het milieu noodzakelijk is dat de gegevens inzake het onderhavige emplacement reeds op 1 april van het volgende jaar moeten worden overgelegd. De Afdeling is van oordeel dat het besluit in zoverre in strijd is met artikel 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht. De beroepsgrond treft derhalve doel Het door appellant sub 1 ingestelde beroep is ongegrond. Het door appellante sub 2 ingestelde beroep is gegrond voorzover gericht tegen vergunningvoorschrift 3.4.1, laatste volzin, en de vergunningvoorschriften tot en met Het bestreden besluit dient in zoverre te worden vernietigd. Het beroep van appellante sub 2 is voor het overige ongegrond Verweerder dient op na te melden wijze in de proceskosten van appellante sub 2 te worden veroordeeld. Voor een veroordeling in de proceskosten van appellant sub 1 bestaat geen aanleiding. 3. Beslissing De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State Recht doende in naam der Koningin: I. verklaart het beroep van appellant sub 1 ongegrond; II. verklaart het beroep van appellante sub 2 gedeeltelijk gegrond; III. vernietigt het besluit van het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant van 20 juli 2004, , voorzover het vergunningvoorschrift 3.4.1, laatste volzin, en de vergunningvoorschriften tot en met betreft; IV. verklaart het beroep van appellante sub 2 voor het overige ongegrond; V. veroordeelt het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant tot vergoeding van bij appellante sub 2 in verband met de behandeling van het beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van 644,00 (zegge: zeshonderdvierenveertig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand; het dient door de provincie Noord-Brabant aan appellante sub 2 onder vermelding van het zaaknummer te worden betaald;

7 VI. gelast dat de provincie Noord-Brabant aan appellante sub 2 het door haar voor de behandeling van het beroep betaalde griffierecht ten bedrage van 273,00 (zegge: tweehonderddrieënzeventig euro) vergoedt. Aldus vastgesteld door mr. J.H. van Kreveld, Voorzitter, en mr. Ch.W. Mouton en mr. P.C.E. van Wijmen, Leden, in tegenwoordigheid van mr. R. van Heusden, ambtenaar van Staat. w.g. Van Kreveld w.g. Van Heusden Voorzitter ambtenaar van Staat Uitgesproken in het openbaar op 19 september

het college van burgemeester en wethouders van Hoogeveen Eerste aanleg - meervoudig

het college van burgemeester en wethouders van Hoogeveen Eerste aanleg - meervoudig uitspraak deze uitspraak Essentie uitspraak: Bevi niet van toepassing indien verandering geen nadelig gevolg heeft voor het plaatsgebonden risico. Via milieubeheervergunning kunnen, buiten het Bevo om,

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2006:AW1261

ECLI:NL:RVS:2006:AW1261 ECLI:NL:RVS:2006:AW1261 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-04-2006 Datum publicatie 12-04-2006 Zaaknummer 200503239/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

** [201005426/1/M1.], [10 november 2010]: [afstandseis tussen een lpg tankstation en een scholengemeenschap ], [Harlingen]

** [201005426/1/M1.], [10 november 2010]: [afstandseis tussen een lpg tankstation en een scholengemeenschap ], [Harlingen] ** [201005426/1/M1.], [10 november 2010]: [afstandseis tussen een lpg tankstation en een scholengemeenschap ], [Harlingen] Essentie uitspraak: De Afdeling stelt vast dat ten tijde van het bestreden besluit

Nadere informatie

Print deze uitspraak rechtsgebied Kamer 2 - Milieu - Schadevergoeding

Print deze uitspraak rechtsgebied Kamer 2 - Milieu - Schadevergoeding Essentie uitspraak: Beëindiging verkoop LPG. Het college had moeten beoordelen welke schade aan de juridische beëindiging van de activiteit was toe te schrijven. In het thans bestreden besluit heeft het

Nadere informatie

Noot van de commissie: Ook hier blijkt weer dat externe veiligheid ook een kwestie van overwogen ruimtelijke ordening is

Noot van de commissie: Ook hier blijkt weer dat externe veiligheid ook een kwestie van overwogen ruimtelijke ordening is Essentie uitspraak: Het bestemmingsplan maakt uitbreiding van een tankstation niet mogelijk. De milieuvergunning mag, vanwege het ruimtelijke feit, worden geweigerd. De gemeente is niet verplicht om het

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BX4670

ECLI:NL:RVS:2012:BX4670 ECLI:NL:RVS:2012:BX4670 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-08-2012 Datum publicatie 15-08-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201106219/1/A4 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

zaaknummer 200703432/1 datum van uitspraak woensdag 13 februari 2008 Kamer 2 - Milieu - Schadevergoeding

zaaknummer 200703432/1 datum van uitspraak woensdag 13 februari 2008 Kamer 2 - Milieu - Schadevergoeding Essentie uitspraak: Artikel 15.20, schade komt in aanmerking voor vergoeding vanwege het niet langer op grond van een milieubeheer mogen uitoefenen van een activiteit. Casus en uitspraak Een exploitant

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:BB7292

ECLI:NL:RVS:2007:BB7292 ECLI:NL:RVS:2007:BB7292 Instantie Raad van State Datum uitspraak 07-11-2007 Datum publicatie 07-11-2007 Zaaknummer 200702345/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van Son en Breugel proceduresoort Eerste aanleg - meervoudig rechtsgebied Kamer 2 - Milieu - Overige

het college van burgemeester en wethouders van Son en Breugel proceduresoort Eerste aanleg - meervoudig rechtsgebied Kamer 2 - Milieu - Overige Essentie uitspraak: Een bedrijfswoning moet een functionele binding hebben met het bedrijf. Dat moet in de milieuvergunning zijn geregeld. Het bestemmingsplan moet de functie bedrijfswoning vervolgens

Nadere informatie

Essentie uitspraak: Zie omtrent dit besluit ook: Casus: Noot van de commissie:

Essentie uitspraak: Zie omtrent dit besluit ook: Casus: Noot van de commissie: deze uitspraak deze uitspraak Essentie uitspraak: Uitspraak in Hoofdzaak: Gezien het zwaarwegende belang van externe veiligheid, is het sluiten van het LPG-tankstation uit oogpunt van het plaatsgebonden

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201 304470/1/RI. Datum uitspraak: 27 november 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Koninklijke Jongeneel

Nadere informatie

Essentie uitspraak: Casus: Noot

Essentie uitspraak: Casus: Noot Essentie uitspraak: bestemmingsplannen die na de inwerkingtreding van het Bevi worden vastgesteld of herzien, moeten, voor zover zij betrekking hebben op kwetsbare objecten, direct in overeenstemming zijn

Nadere informatie

Uitspraak 200904084/1/R2 gevonden via '' d eze uitsp raa k il de ze uitsp ra ak Page 1 of 4 Uitspraken ZAAKNUMMER 200904084/1/R2 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag 24 maart 2010 TEGEN het college van gedeputeerde

Nadere informatie

200901384/1/M1. Datum uitspraak: 23 december 2009 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak in het geding tussen:

200901384/1/M1. Datum uitspraak: 23 december 2009 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak in het geding tussen: Essentie uitspraak: Bij de ambthalve wijziging van de voorschriften van het LPG-tankstation heeft het college zich terecht op het standpunt gesteld dat getoetst moest worden of er op grond van het groepsrisico

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:BB2492

ECLI:NL:RVS:2007:BB2492 ECLI:NL:RVS:2007:BB2492 Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-08-2007 Datum publicatie 29-08-2007 Zaaknummer 200607060/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Essentie uitspraak: De jurisprudentie over het begrip "bijgebouw" in de zin van het Bro is niet bepalend voor de uitleg van het Bevi. Een berging valt op zichzelf niet onder de definitie van kwetsbaar

Nadere informatie

Print deze uitspraak rechtsgebied. Kamer 2 - Milieu - Bestuursdwang / E-mail deze uitspraak

Print deze uitspraak rechtsgebied. Kamer 2 - Milieu - Bestuursdwang / E-mail deze uitspraak Essentie uitspraak: Indien in een inrichting meerdere overslag- of laad- en losgedeelten aanwezig zijn, mag per overslag- of laad- en losgedeelte maximaal 10.000 kilogram gevaarlijke stoffen tijdelijk

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:3050

ECLI:NL:RVS:2016:3050 ECLI:NL:RVS:2016:3050 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-11-2016 Datum publicatie 16-11-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601834/1/R2 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2003:AN8825

ECLI:NL:RVS:2003:AN8825 ECLI:NL:RVS:2003:AN8825 Instantie Raad van State Datum uitspraak 26-11-2003 Datum publicatie 26-11-2003 Zaaknummer 200302880/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, verweerder.

de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, verweerder. Essentie uitspraak: In de inrichting worden niet meer dan 10.000 kg aan gevaarlijke stoffen per opslagplaats opgeslagen zodat de inrichting aldus niet behoort tot de categorie van inrichtingen als bedoeld

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak in het geding tussen: [appellante], gevestigd te [plaats],

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak in het geding tussen: [appellante], gevestigd te [plaats], Essentie uitspraak: Het college heeft voorschriften in de milieuvergunning opgenomen t.a.v. van het stallen van lege ongereinigde tankwagens terwijl zij niet heeft aangetoond met deze voorschriften het

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van Soest, verweerder.

het college van burgemeester en wethouders van Soest, verweerder. Essentie uitspraak: Aanvullende veiligheidsvoorschriften op AMvB tankstations zijn mogelijk. Casus en uitspraak: Er is een oprichtingsvergunning voor een tankstation gevraagd. Bij dit tankstation (type

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2001:AB2287

ECLI:NL:RVS:2001:AB2287 ECLI:NL:RVS:2001:AB2287 Instantie Raad van State Datum uitspraak 31-05-2001 Datum publicatie 13-11-2001 Zaaknummer 200003521/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Omgevingsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:BB9957

ECLI:NL:RVS:2007:BB9957 ECLI:NL:RVS:2007:BB9957 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-12-2007 Datum publicatie 12-12-2007 Zaaknummer 200700759/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

1)estuursreclaqirA,IL

1)estuursreclaqirA,IL Raad vanstate 1)estuursreclaqirA,IL Raad van de gemeente Hof van Twente Postbus 54 7470 AB GOOR Gemeente Hof van Twente [Nr: [Afdeling: Bvo: a / nee lingekomen: 2 JULI 2015 Kopie aan: Archief: \N / NR

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273

ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273 ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-02-2013 Datum publicatie 18-02-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206332/1/R3 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2000:AA7143

ECLI:NL:RVS:2000:AA7143 ECLI:NL:RVS:2000:AA7143 Instantie Raad van State Datum uitspraak 24-08-2000 Datum publicatie 04-07-2001 Zaaknummer 199900390/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 200705297/1. Datum uitspraak: 31 januari 2008 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

1. de vereniging Vereniging Villapark De Zeven Heuvelen, gevestigd te Groesbeek, en anderen,

1. de vereniging Vereniging Villapark De Zeven Heuvelen, gevestigd te Groesbeek, en anderen, LJN: BC5225 Uitspraak 200703236/1. Datum uitspraak: 27 februari 2008 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: 1. de vereniging Vereniging Villapark De Zeven Heuvelen, gevestigd te Groesbeek,

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad van State E03.98.0090. Datum uitspraak: 24 februari 2000 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: 1. de stichting "Stichting Borssele 2004+" te Borssele, 2. de stichting "Stichting

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 25 april 2013 in zaak nr. 12/641 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 25 april 2013 in zaak nr. 12/641 in het geding tussen: ECLI:NL:RVS:2014:539 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-02-2014 Datum publicatie 19-02-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201304989/1/A1 Omgevingsrecht Hoger

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK i 201307056/1/R3. Datum uitspraak: AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: en de vennootschap onder firma A2 Catering en Organisatie, gevestigd te Waalre, waarvan de vennoten zijn

Nadere informatie

Essentie uitspraak Casus en uitspraak Noot van de Commissie Verantwoordingsplicht Groepsrisico Uitspraak Datum uitspraak: 28 februari 2007

Essentie uitspraak Casus en uitspraak Noot van de Commissie Verantwoordingsplicht Groepsrisico Uitspraak Datum uitspraak: 28 februari 2007 Essentie uitspraak Bij de toetsing van een milieubeheervergunning (van een oliehandel) moet ook gekeken worden naar de bebouwingsmogelijkheden in de omgeving op basis van de bestemmingsplancapaciteit.

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2006:AV6241

ECLI:NL:RVS:2006:AV6241 ECLI:NL:RVS:2006:AV6241 Instantie Raad van State Datum uitspraak 22-03-2006 Datum publicatie 22-03-2006 Zaaknummer 200506182/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK 199902343/1. Datum uitspraak: 14 mei 2001 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: en de vereniging "Vereniging Milieudefensie", gevestigd te Amsterdam, appellante, burgemeester en

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder. Zaaknummer : 2013/068 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 6 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : Beleidsvrijheid, in stand laten rechtsgevolgen,

Nadere informatie

de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid De Stiho Groep B.V. en Stiho Vastgoed B.V., beide gevestigd te Nieuwegein, appellanten,

de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid De Stiho Groep B.V. en Stiho Vastgoed B.V., beide gevestigd te Nieuwegein, appellanten, Essentie uitspraak: Gemeente heeft Ev-aspecten afdoende onderzocht. Noot van de commissie: In de praktijk is er vaak een discussie over de omvang van invloedsgebieden. De gemeente heeft dit probleem voorkomen

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar A.H.M. Boevink

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar A.H.M. Boevink Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak Raad van de gemeente Soest Postbus 2000 3760 CA SOEST Datum Ons nummer Uw kenmerk 1 9 december 201 2 201 206869/1 /R2 Onderwerp Soest Bestemmingsplan De Eng Behandelend

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU0769

ECLI:NL:RVS:2005:AU0769 ECLI:NL:RVS:2005:AU0769 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-08-2005 Datum publicatie 10-08-2005 Zaaknummer 200406846/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:BA7586

ECLI:NL:RVS:2007:BA7586 ECLI:NL:RVS:2007:BA7586 Instantie Raad van State Datum uitspraak 20-06-2007 Datum publicatie 20-06-2007 Zaaknummer 200606594/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK E03.96.1257. Datum uitspraak: 27 maart 2001. AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: en de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "Champignon Reststoffen Verwerking B.V.",

Nadere informatie

Bestemmingsplan Doublet- en Geleenstraat 1e herziening. Vastgesteld

Bestemmingsplan Doublet- en Geleenstraat 1e herziening. Vastgesteld Bestemmingsplan Doublet- en Geleenstraat 1e herziening Vastgesteld Vastgesteld, d.d. 28 juni 2018 bestemmingsplan Doublet- en Geleenstraat 1e herziening (vastgesteld) Inhoudsopgave Bijlagen bij de toelichting

Nadere informatie

[vergunninghoudster A] en [vergunninghoudster B], beide gevestigd te Weesp, (hierna tezamen en in enkelvoud: vergunninghoudster), appellanten,

[vergunninghoudster A] en [vergunninghoudster B], beide gevestigd te Weesp, (hierna tezamen en in enkelvoud: vergunninghoudster), appellanten, Essentie uitspraak: Het vergunningsvoorschrift waarin wordt gesteld dat binnen de 10-6 plaatsgebonden risicocontour geen kwetsbare objecten mogen voorkomen is naar oordeel van de Afdeling in redelijkheid

Nadere informatie

Essentie uitspraak: Uit deze uitspraak blijkt dat bij een saneringssituatie met een lpg tankstation het vigerende bestemmingsplan leidend is.

Essentie uitspraak: Uit deze uitspraak blijkt dat bij een saneringssituatie met een lpg tankstation het vigerende bestemmingsplan leidend is. Essentie uitspraak: Uit deze uitspraak blijkt dat bij een saneringssituatie met een lpg tankstation het vigerende bestemmingsplan leidend is. Noot van de commissie: geen. De informatie in dit tekstkader

Nadere informatie

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Inter-Che-M B.V., gevestigd te Beuningen, appellante,

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Inter-Che-M B.V., gevestigd te Beuningen, appellante, Essentie uitspraak: In het bestreden besluit heeft het college niet nader geconcretiseerd welke nadelige effecten buiten de inrichting er niettemin ten gevolge van explosies, eventueel gevolgd door brand,

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2003:AL8988

ECLI:NL:RVS:2003:AL8988 ECLI:NL:RVS:2003:AL8988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-10-2003 Datum publicatie 15-10-2003 Zaaknummer 200302570/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:283. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie

ECLI:NL:RVS:2013:283. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie ECLI:NL:RVS:2013:283 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-07-2013 Datum publicatie 17-07-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201201469/1/A4 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx?snelzoeken=true&searchtype=ljn&ljn=br1...

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx?snelzoeken=true&searchtype=ljn&ljn=br1... pagina 1 van 5 LJN: BR1463, Raad van State, 201011448/1/H1 Datum 13-07-2011 uitspraak: Datum 13-07-2011 publicatie: Rechtsgebied: Bouwen Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Bij besluit van

Nadere informatie

Daartoe in de gelegenheid gesteld, heeft de raad een schriftelijke uiteenzetting gegeven.

Daartoe in de gelegenheid gesteld, heeft de raad een schriftelijke uiteenzetting gegeven. Essentie uitspraak: De door [appellant] gestelde beperking van de bedrijfsvoering in verband met de inwerkingtreding van het Activiteitenbesluit is dan ook geen gevolg van de vaststelling van het plan.

Nadere informatie

Feitelijke informatie De Afdeling bestuursrechtspraak heeft samengevat - het beroep gegrond verklaard op de volgende overwegingen.

Feitelijke informatie De Afdeling bestuursrechtspraak heeft samengevat - het beroep gegrond verklaard op de volgende overwegingen. Onderwerp Uitspraak RvS inzake wijzigingsbesluit Duinweg 56 Collegevoorstel Zaaknummer: OLOGMM27 Inleiding Op 30 november 2010 heeft uw college besloten het wijzigingsbesluit Duinweg 56, Drunen vast te

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936

ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936 ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-05-2011 Datum publicatie 18-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201008844/1/H1 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY6738

ECLI:NL:RVS:2012:BY6738 ECLI:NL:RVS:2012:BY6738 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-12-2012 Datum publicatie 19-12-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201102748/1/R4 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Afdeling bestuursre c h tsp raak. Uw kenmerk. Behandelend ambtenaar. F. Sardar

Afdeling bestuursre c h tsp raak. Uw kenmerk. Behandelend ambtenaar. F. Sardar 1 Raad vanstate Afdeling bestuursre c h tsp raak 6.000157 Gemeente HARLINGEN Ingekomen Raad van de gemeente Harlingen Postbus 10000 8860 HA HARLINGEN No. 2 1 JAN. 2016 Datum Ons nummer 20 januari 2016

Nadere informatie

Uitspraak 201307838/3/R3 Raad van State Lees voor Lettergrootte Home Publicaties Veelgestelde vragen Contact Zoeken in Home Over de Raad van State Onze werkwijze Adviezen Uitspraken Agenda Pers Werken

Nadere informatie

200901040/1/H1. Datum uitspraak: 23 december 2009 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak op het hoger beroep van:

200901040/1/H1. Datum uitspraak: 23 december 2009 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak op het hoger beroep van: Essentie uitspraak: Ten tijde van het besluit van B&W was geen bestemmingsplan aanwezig, maar diende beoordeeld te worden op basis van de Bouwverordening. In deze verordening was een ontheffingsmogelijkheid

Nadere informatie

Verwerking Uitspraken bestemmingsplan Buitengebied Alphen Zuid

Verwerking Uitspraken bestemmingsplan Buitengebied Alphen Zuid Verwerking Uitspraken bestemmingsplan Buitengebied Alphen Zuid Deze planversie NL.IMRO.0484.B087buitengebalpzd-0004 is ambtelijk opgesteld om uitvoering te geven aan de uitspraak LJN 201400955/1/R4 en

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BV9444

ECLI:NL:RVS:2012:BV9444 ECLI:NL:RVS:2012:BV9444 Instantie Raad van State Datum uitspraak 14-03-2012 Datum publicatie 21-03-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201111372/1/A4 en 201111372/2/A4

Nadere informatie

HABITAT ADVOCATENKANTOOR OMGEVINGSRECHT WONEN I ONDERNEMEN I NATUUR

HABITAT ADVOCATENKANTOOR OMGEVINGSRECHT WONEN I ONDERNEMEN I NATUUR HABITAT ADVOCATENKANTOOR OMGEVINGSRECHT WONEN I ONDERNEMEN I NATUUR OVER-gemeenten de gemeenteraad van Wormerland t.a.v. Ernest Bressers Postbus 20 1530 AA Wormer Retour naar correspondentieadres postbus

Nadere informatie

Uitspraak /1/R2

Uitspraak /1/R2 Uitspraak 201307623/1/R2 Raad van State http://www.raadvanstate.nl/uitspraken/zoeken-in-uitspraken/tekst-uitspraak.html?id=... pagina 1 van 5 02-05-2014 Uitspraak 201307623/1/R2 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2011:BR6297

ECLI:NL:RVS:2011:BR6297 ECLI:NL:RVS:2011:BR6297 Instantie Raad van State Datum uitspraak 24-08-2011 Datum publicatie 31-08-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201104930/1/R1 en 201104930/2/R1

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2008:BC7090

ECLI:NL:RVS:2008:BC7090 ECLI:NL:RVS:2008:BC7090 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-03-2008 Datum publicatie 19-03-2008 Zaaknummer 200704474/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Print deze uitspraak rechtsgebied Kamer 2 - Milieu - Overige

Print deze uitspraak rechtsgebied Kamer 2 - Milieu - Overige Essentie uitspraak: Artikel 12 Bevi niet goed overwegen bij weigering milieubeheervergunning omdat 'invloedsgebied de bestemming woongebied overlapt' Casus en uitspraak: Bij een tankstation is de vergunning

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstatc 201106725/1/V1. Datum uitspraak: 3 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het

Nadere informatie

http://zoeken.rechtspraak.nl/default.aspx

http://zoeken.rechtspraak.nl/default.aspx pagina 1 van 5 LJN: BO4229, Raad van State, 200910277/1/R2 Datum 17-11-2010 uitspraak: Datum 17-11-2010 publicatie: Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig Inhoudsindicatie:Bij

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2002:AE9003

ECLI:NL:RVS:2002:AE9003 ECLI:NL:RVS:2002:AE9003 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-10-2002 Datum publicatie 21-10-2002 Zaaknummer 200102167/1 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar J.P. van het Hul

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar J.P. van het Hul Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak Raad van de gemeente Woerden Postbus 45 3440 AA WOERDEN vfv) U u.^ 1 7 JUNI 2010 Datum 16 juni 2010 Ons nummer 200906837/1/R2 Uw kenmerk Onderwerp Woerden Bp

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-09-2005 Datum publicatie 21-09-2005 Zaaknummer 200501988/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 15-06-2009 Datum publicatie 06-07-2009 Zaaknummer AWB 08/5874 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201112017/1/V2. Datum uitspraak: 4 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het

Nadere informatie

Appellante heeft, daartoe door de Afdeling in de gelegenheid gesteld, nog een nader stuk ingediend. Dit is aan de andere partij toegezonden.

Appellante heeft, daartoe door de Afdeling in de gelegenheid gesteld, nog een nader stuk ingediend. Dit is aan de andere partij toegezonden. LJN-nummer: AO2377 Zaaknr: 200206928/1 Bron: Raad van State 's-gravenhage Datum uitspraak: 28-01-2004 Datum publicatie: 28-01-2004 Soort zaak: bestuursrecht - bestuursrecht overig Soort procedure: eerste

Nadere informatie

S QÉMEEKT 1 ING. r j in hh. i i l. Uw kenmerk

S QÉMEEKT 1 ING. r j in hh. i i l. Uw kenmerk Raad van State Af d c 11 n g b e s tim rsrc c h tspraa k S QÉMEEKT 1 ING i bi r j in hh. i i l Stuknummer: AH 5.00288 Raad van de gemeente Den Helder Postbus 36 1780 AA DEN HELDER r j Datum 1 5 januari

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:BB4709

ECLI:NL:RVS:2007:BB4709 ECLI:NL:RVS:2007:BB4709 Instantie Raad van State Datum uitspraak 03-10-2007 Datum publicatie 03-10-2007 Zaaknummer 200702080/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:3651

ECLI:NL:CRVB:2016:3651 ECLI:NL:CRVB:2016:3651 Instantie Datum uitspraak 04-10-2016 Datum publicatie 10-10-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/5 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU8440

ECLI:NL:RVS:2005:AU8440 ECLI:NL:RVS:2005:AU8440 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-12-2005 Datum publicatie 21-12-2005 Zaaknummer 200502884/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AT0508

ECLI:NL:RVS:2005:AT0508 ECLI:NL:RVS:2005:AT0508 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-03-2005 Datum publicatie 16-03-2005 Zaaknummer 200409156/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2010:BK9955

ECLI:NL:RVS:2010:BK9955 ECLI:NL:RVS:2010:BK9955 Instantie Raad van State Datum uitspraak 20-01-2010 Datum publicatie 20-01-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 200902404/1/R2 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Uitspraak /1/A1

Uitspraak /1/A1 Uitspraak 201800454/1/A1 Datum van uitspraak: woensdag 25 juli 2018 Tegen: het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied: Kapvergunningen ECLI: ECLI:NL:RVS:2018:2524

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Voorstel behandelwijze; jlbicid raaddd: 2^ v \ Uw kenmerk

Afdeling bestuursrechtspraak. Voorstel behandelwijze; jlbicid raaddd: 2^ v \ Uw kenmerk Raad van State Afdeling bestuursrechtspraak Voorstel behandelwijze; jlbicid raaddd: 2^ v \ Pagina 1 van 1 GEMEENTE ROERMOND Sect.: Afd Gezien dir.; NR.; Raad van de gemeente Roermond Postbus 900 6040 AX

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Provinciale staten van Noord-Brabant Postbus MC 'S-HERTOGENBOSCH CC HĄQ

Afdeling bestuursrechtspraak. Provinciale staten van Noord-Brabant Postbus MC 'S-HERTOGENBOSCH CC HĄQ ī^ââd. varìstate Afdeling bestuursrechtspraak 3382955 MID.C yr Provinciale staten van Noord-Brabant Postbus 90151 5200 MC 'S-HERTOGENBOSCH CC HĄQ Datum Ons nummer Uw kenmerk 27 maart 2013 201110427/1/A4

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824

ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824 ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824 Instantie Datum uitspraak 02-01-2008 Datum publicatie 15-01-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-319 WW Bestuursrecht

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Assen van 31 december 2009 in zaak nr. 09/272 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Assen van 31 december 2009 in zaak nr. 09/272 in het geding tussen: Uitspraak 201001294/ 1/H2 gevonden via " pagina l van 5 Uitspraken ZAAKNUMMER 201001294/1/H2 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag 13 oktober 2010 TEGEN het college van burgemeester en wethouders van Emmen PROCEDURESOORT

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar. D.J.J.M. Wolfs

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar. D.J.J.M. Wolfs Raad van tate Afdeling bestuursrechtspraak INGEKOM»- N 0 4 APR. 2313 Raad van deljemeente Loon op Zand Postbus 7 5170 AA KAATSHEUVEL GEMEENTE LOON OP ZAND lllllllllllllllll 2013.05077 Afdeling: RO O VB:

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:1722

ECLI:NL:RVS:2014:1722 1 van 5 16-9-2014 16:37 ECLI:NL:RVS:2014:1722 Instantie Raad van State Datum uitspraak 14-05-2014 Datum publicatie 14-05-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden 201306176/1/R2 Bestuursrecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid ProRail B.V., gevestigd te Utrecht, appellante,

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid ProRail B.V., gevestigd te Utrecht, appellante, Essentie Uitspraak: Vergunning emplacement terecht door gemeente geweigerd. Weigeringsgronden: 1. toename van het groepsrisico is niet gewenst, mede in relatie tot hetgeen in het beleidsplan ev is vastgelegd;

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:BX5879, Meerdere afhandelingswijzen

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:BX5879, Meerdere afhandelingswijzen ECLI:NL:RVS:2013:375 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-07-2013 Datum publicatie 17-07-2013 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201209590/1/A1 Eerste

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak P^na 1 van 1. Uw kenmerk

Afdeling bestuursrechtspraak P^na 1 van 1. Uw kenmerk , Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak P^na 1 van 1 AANTEKENEN Raad van de gemeente Montfoort Postbus 41 3417ZG MONTFOORT 04 nov 2016/1106 Datum 3 november 2016 Ons nummer 201607060/1/R2 Uw kenmerk

Nadere informatie

1 van 6 7-11-2011 15:05 i nt deze ui t spr aak Uitspraken Pr ZAAKNUMMER 201008546/1/M1 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag 2 november 2011 TEGEN het college van gedeputeerde staten van Gelderland PROCEDURESOORT

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/77973

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2861

ECLI:NL:RVS:2016:2861 ECLI:NL:RVS:2016:2861 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-11-2016 Datum publicatie 02-11-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601473/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK E03.97.1224/1. Datum uitspraak: 10 april 2001 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: en appellanten, gedeputeerde staten van Limburg, verweerders. E03.97.1224/1 2 10 april 2001 1.

Nadere informatie

Uitspraak /5/R1

Uitspraak /5/R1 Uitspraak 201302029/5/R1 Raad van State http://www.raadvanstate.nl/uitspraken/zoeken-in-uitspraken/tekst-uitspraak.html?id=7... Page 1 of 3 3-12-2013 Uitspraak 201302029/5/R1 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag

Nadere informatie

Musselkanaal. Bijlagen bij de toelichting NL.IMRO.00370000BP0602- vastgesteld: 29 oktober 2007 goedgekeurd: 24 juni 2008 onherroepelijk: 30 juli 2009

Musselkanaal. Bijlagen bij de toelichting NL.IMRO.00370000BP0602- vastgesteld: 29 oktober 2007 goedgekeurd: 24 juni 2008 onherroepelijk: 30 juli 2009 Musselkanaal NL.IMRO.00370000BP0602- vastgesteld: 29 oktober 2007 goedgekeurd: 24 juni 2008 onherroepelijk: 30 juli 2009 Bijlagen bij de toelichting BIJLAGE 1 Berekening luchtkwaliteit BIJLAGE 2 Inspraak-

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden.

het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden. LJN: AU3784, Raad van State, 200501342/1 Print uitspraak Datum uitspraak: 05-10-2005 Datum publicatie: 05-10-2005 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Bij

Nadere informatie

de deelraad van het stadsdeel Noord (thans: de raad van de gemeente Amsterdam), verweerder.

de deelraad van het stadsdeel Noord (thans: de raad van de gemeente Amsterdam), verweerder. Essentie uitspraak: De Afdeling oordeelt dat de deelraad niet onterecht een wijzigingsvoorwaarde wat de bouwhoogte betreft heeft gehanteerd. De Afdeling geeft aan dat de deelraad een groter gewicht aan

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak FS 1037IFS/ /FS

Afdeling bestuursrechtspraak FS 1037IFS/ /FS ~ Raad vanstate Betreft: P. TEESINK E.A. Afdeling bestuursrechtspraak ONTVAN GEN 2C, 11 OB AANTEKENEN Mr. F.F. Scheffer Postbus 4035 7200 BA ZUTPHEN Datum Ons nummer Uw kenmerk 24 november 2008 200807287/2/M2

Nadere informatie

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201108441/1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak na vereenvoudigde behandeling (artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb)) op het

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven; Dienst Werk, Zorg en Inkomen (Dienst WZI), te Eindhoven, verweerder.

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven; Dienst Werk, Zorg en Inkomen (Dienst WZI), te Eindhoven, verweerder. LJN: BA9368, Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 06/4958 Datum uitspraak: 12-06-2007 Datum publicatie: 11-07-2007 Rechtsgebied: Bijstandszaken Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig Inhoudsindicatie:

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorst te Twello, verweerder.

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorst te Twello, verweerder. Uitspraak RECHTBANK GELDERLAND Zittingsplaats Arnhem Bestuursrecht zaaknummer: AWB 14/6677 uitspraak van de enkelvoudige kamer van 1 9 MAART 2015 in de zaak tussen i enge, eiser (geina"ái.eme: mr.r mg",

Nadere informatie

Essentie uitspraak: Afwijkende wijze risicobenadering vervoer gevaarlijke stoffen in deze situatie juiste keuze.

Essentie uitspraak: Afwijkende wijze risicobenadering vervoer gevaarlijke stoffen in deze situatie juiste keuze. uitspraak deze uitspraak Essentie uitspraak: Afwijkende wijze risicobenadering vervoer gevaarlijke stoffen in deze situatie juiste keuze. Noot van de commissie: De gemeente was hier van mening dat de specifieke

Nadere informatie

J.R.S. de Groot Heupner Niet vaststellen ontwerp-bp. Tiel-Oost Grotebrugse Grintweg 59 Procedure Beroep

J.R.S. de Groot Heupner Niet vaststellen ontwerp-bp. Tiel-Oost Grotebrugse Grintweg 59 Procedure Beroep 'Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak Pagina 1 van 1 i--------- 1---------- 1 Raad van de gemeente Tiel Postbus 6325 4000 HH TIEL gemeente Tiel 17 IIOV. 2016 116.009880 Datum Ons nummer Uw kenmerk

Nadere informatie