statenstukken Provinciale Staten FEZ-159 behandeling: Beveren, C. van Agenda nr: Vergadering GS: Nr: VOORSTEL

Transcriptie

1 Provinciale Staten Gedeputeerde Vergadering PS: belast met Nr: FEZ-159 behandeling: Beveren, C. van Agenda nr: Vergadering GS: Nr: Onderwerp: VOORSTEL Samenvatting:Aan de Provinciale Staten van Zeeland De jaarrekening 2009 van het fonds nazorg gesloten stortplaatsen Provincie Zeeland wordt ter vaststelling aan u voorgelegd statenstukken Op 1 april 1998 is de Leemtewet bodemsanering in werking getreden. In deze wet is de verantwoordelijkheid voor de eeuwigdurende nazorg voor gesloten stortplaatsen, waar na 1 september 1996 afvalstoffen zijn of worden gestort, neergelegd bij de provincies. Doel van de wetgever is te voorzien in een zodanig beheer van stortplaatsen dat na sluiting de grootst mogelijke bescherming wordt geboden tegen nadelige gevolgen. Om hiervoor de benodigde financiële middelen aan te trekken, is een nazorgheffing ingesteld die wordt opgelegd aan de stortplaatseigenaren. Deze heffing wordt door de Provincie Zeeland opgelegd aan de exploitant (Delta) door een nadere voorlopige aanslag. De hoogte van de aanslag wordt door de Provincie berekend aan de hand het door de exploitant bij de Provincie ingediende nazorgplan. In dit nazorgplan wordt het doelvermogen berekend aan de hand van een IPO-rekenmodel. In dit model wordt een zeer gedetailleerde raming gemaakt van de verwachte onderhoudskosten nadat de sluiting van de stortplaats heeft plaats gevonden en de nazorg aanvangt. Vervolgens worden deze onderhoudskosten rekenkundig contant gemaakt naar het jaar waarin de stortplaats sluit en de aanvang van de nazorg plaats vindt. Het totaal van deze contant gemaakte onderhoudskosten wordt het doelvermogen genoemd. Door de Provincie wordt dit doelvermogen vervolgens opnieuw rekenkundig contant gemaakt naar het moment waarop de aanslag door de Provincie Zeeland wordt opgelegd. De exploitant dient vervolgens deze aanslag te betalen. Daarbij wordt rekening gehouden met reeds eerder door de exploitant betaalde aanslagen. De door de Provincie Zeeland ontvangen belastinggelden worden conform de wet belegd in het nazorgfonds. De beschikbare gelden van het fonds worden overeenkomstig de regels die daarvoor door Provinciale Staten zijn vastgesteld bij voorkeur belegd in activiteiten die bijdragen aan de verbetering van het leefmilieu en van de groene omgeving, aan duurzame energie en aan een goed sociaal beleid. Conform het IPO-rekenmodel dient door de Provincie een beleggingsrendement gehaald te worden van 5%. Het risico van een mogelijk afwijkend werkelijk rendement ligt bij de Provincie Zeeland. Op is door de commissie BFZ verzocht om na te gaan of dit rendementspercentage neerwaarts kan worden bijgesteld. Bestuurlijk overleg hierover moet nog plaatsvinden. Indien hier aanleiding toe is, dient het nazorgplan te worden geactualiseerd en wordt een nieuwe nadere voorlopige nadere aanslag opgelegd. Dit is mogelijk tot het moment de sluiting van de stortplaats een feit is. Op het moment van de sluiting wordt de definitieve aanslag door

2 de provincie opgelegd. Na de sluiting van de stortplaats zal door de Provincie Zeeland het onderhoud van de stortplaats uit dit fonds betaald worden. Actuele ontwikkelingen Op basis van het nieuwe IPO-rekenmodel zijn door Delta de huidige nazorgplannen geactualiseerd voor de stortplaats Koegorspolder en de stortplaats Noord- en Midden Zeeland. Als gevolg van innovatieve materialen en voortschrijdende technische inzichten worden de verwachtte nazorg/onderhoudskosten van de stortplaatsen lager. Dit betekent dat het doelvermogen (= het vermogen dat nodig is bij de aanvang van de nazorg) lager wordt. Delta heeft in het verleden via voorlopige aanslagen reeds een bedrag betaald aan de Provincie Zeeland in verband met de nazorg stortplaatsen. Aangezien de netto contante waarde van het doelvermogen op basis van de nieuwe nazorgplannen op een lager bedrag is vastgesteld moet de Provincie Zeeland een bedrag aan Delta terug te betalen. De nieuwe nazorgplannen leiden er toe dat de verwachte toekomstige nazorg/onderhoudskosten die de Provincie Zeeland na aanvang van de nazorg dient te betalen met een gelijk bedrag zullen dalen. Dit blijkt uit de lagere stand van de voorzieningengelden Midden Zeeland en Koegors. Dit betekent dat het tekort door deze transactie niet wijzigt. Er worden minder middelen ontvangen via heffingen en er zijn minder kosten voor nazorg. Het tekort in de reserve netto resultaat vermogensbeheer verandert hierdoor niet. In het geval van onvoldoende middelen binnen het nazorgfonds moeten de nazorgkosten ten laste van de algemene middelen van de provincie worden gebracht. In de paragraaf weerstandsvermogen bij de provinciale begroting worden de risico s van de nazorg opgenomen. Berekend is dat per ultimo 2009 voor de nazorg van de twee stortplaatsen een bedrag benodigd is van 9,0 miljoen. De hiervoor gevormde voorzieningen zijn opgebouwd uit de door de stortplaatseigenaren betaalde aanslagen inclusief een theoretisch te behalen doelrendement van 5% per jaar. Het werkelijk gerealiseerde resultaat was per ultimo ,35 mln. Positief door de koerswinsten per De reserve netto resultaat vermogensbeheer was per ultimo ,3 mln. negatief. Dit tekort is met name veroorzaakt door het in 2008 afwaarderen van de waarde van het garantieproduct (Lehman) voor een bedrag van 4,1 mln. Momenteel loopt er een rechtszaak tegen BNG/BCM met als inzet de garantie van minimaal te waarborgen. In afwachting van deze procedure is er momenteel nog geen aanleiding de waardering van dit product aan te passen. In 2009 bedroeg het rendement over de investeringen 5,21%. Wij stellen u voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-besluit. gedeputeerde staten, Karla Peijs, voorzitter, Viek Verdult, secretaris. Ontwerp-besluit De staten der provincie Zeeland, gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van 30 maart nr ; besluiten: v a s t t e s t e l l e n de jaarrekening 2009 van het fonds nazorg gesloten stortplaatsen Provincie Zeeland _ _statenvoorstel_jaarrekening_nazorg_zonder_voorblad_2009.doc 2

3 Nazorg voormalige stortplaatsen Provincie Zeeland

4

5 Inhoud 1. Inleiding 3 2. Paragraaf Weerstandsvermogen 5 3. Paragraaf Financiering 6 4. Staat van baten en lasten Toelichting baten en lasten Balans per 31 december Toelichting bij de balans Investerings- en financieringsstaat Accountantsverklaring 16 1

6 2

7 1. Inleiding Op 1 april 1998 is de Leemtewet bodemsanering in werking getreden. In deze wet is de verantwoordelijkheid voor de eeuwigdurende nazorg voor gesloten stortplaatsen, waar na 1 september 1996 afvalstoffen zijn of worden gestort, neergelegd bij de provincies. Doel van de wetgever is te voorzien in een zodanig beheer van stortplaatsen dat na sluiting de grootst mogelijke bescherming wordt geboden tegen nadelige gevolgen. Om hiervoor de benodigde financiële middelen aan te trekken, is een nazorgheffing ingesteld die wordt opgelegd aan de stortplaatseigenaren. Deze heffing wordt door de Provincie Zeeland opgelegd aan de exploitant (Delta) door een nadere voorlopige aanslag. De hoogte van de aanslag wordt door de Provincie berekend aan de hand het door de exploitant bij de Provincie ingediende nazorgplan. In dit nazorgplan wordt het doelvermogen berekend aan de hand van een IPO-rekenmodel. In dit model wordt een zeer gedetailleerde raming gemaakt van de verwachte onderhoudskosten nadat de sluiting van de stortplaats heeft plaats gevonden en de nazorg aanvangt. Vervolgens worden deze onderhoudskosten rekenkundig contant gemaakt naar het jaar waarin de stortplaats sluit en de aanvang van de nazorg plaats vindt. Het totaal van deze contant gemaakte onderhoudskosten wordt het doelvermogen genoemd. Door de Provincie wordt dit doelvermogen vervolgens opnieuw rekenkundig contant gemaakt naar het moment waarop de aanslag door de Provincie Zeeland wordt opgelegd. De exploitant dient vervolgens deze aanslag te betalen. Daarbij wordt rekening gehouden met reeds eerder door de exploitant betaalde aanslagen. De door de Provincie Zeeland ontvangen gelden worden conform de wet belegd in het nazorgfonds. De beschikbare gelden van het fonds worden overeenkomstig de regels die daarvoor door Provinciale Staten zijn vastgesteld bij voorkeur belegd in activiteiten die bijdragen aan de verbetering van het leefmilieu en van de groene omgeving, aan duurzame energie en aan een goed sociaal beleid. Conform het IPO-rekenmodel dient door de Provincie een beleggingsrendement gehaald te worden van 5%. Het risico van een mogelijk afwijkend werkelijk rendement ligt bij de Provincie Zeeland. Indien hier aanleiding toe is, dient het nazorgplan te worden geactualiseerd en wordt een nieuwe nadere voorlopige nadere aanslag opgelegd. Dit is mogelijk tot het moment de sluiting van de stortplaats een feit is. Op het moment van de sluiting wordt de definitieve aanslag door de provincie opgelegd. Na de sluiting van de stortplaats zal door de Provincie Zeeland het onderhoud van de stortplaats uit dit fonds betaald worden. Actuele ontwikkelingen Op basis van het nieuwe IPO-rekenmodel zijn door Delta de huidige nazorgplannen geactualiseerd voor de stortplaats Koegorspolder en de stortplaats Noord- en Midden Zeeland. Als gevolg van innovatieve materialen en voortschrijdende technische inzichten worden de verwachtte nazorg/onderhoudskosten van de stortplaatsen lager. Dit betekent dat het doelvermogen (= het vermogen dat nodig is bij de aanvang van de nazorg) lager wordt. Delta heeft in het verleden via voorlopige aanslagen reeds een bedrag betaald aan de Provincie Zeeland in verband met de nazorg stortplaatsen. Aangezien de netto contante waarde van het doelvermogen op basis van de nieuwe nazorgplannen op een lager bedrag is vastgesteld moet de Provincie Zeeland een bedrag aan Delta terug te betalen. De nieuwe nazorgplannen leiden er toe dat de verwachte toekomstige nazorg/onderhoudskosten die de Provincie Zeeland na aanvang van de nazorg dient te betalen met een gelijk bedrag zullen dalen. Dit blijkt uit de lagere stand van de voorzieningengelden Midden Zeeland en Koegors. Dit betekent dat het tekort door deze transactie niet wijzigt. Er worden minder middelen ontvangen via heffingen en er zijn minder kosten voor nazorg. Het tekort in de reserve netto resultaat vermogensbeheer verandert hierdoor niet. In het geval van onvoldoende middelen binnen het nazorgfonds moeten de nazorgkosten ten laste van de algemene middelen van de provincie worden gebracht. In de paragraaf weerstandsvermogen bij de provinciale begroting worden de risico s van de nazorg opgenomen. 3

8 Berekend is dat per ultimo 2009 voor de nazorg van de twee stortplaatsen een bedrag benodigd is van 9,0 miljoen. De hiervoor gevormde voorzieningen zijn opgebouwd uit de door de stortplaatseigenaren betaalde aanslagen inclusief een theoretisch te behalen doelrendement van 5% per jaar. Het werkelijk gerealiseerde resultaat was per ultimo ,35 miljoen. Positief door de koerswinsten per De reserve netto resultaat vermogensbeheer was per ultimo ,3 miljoen. negatief. Dit tekort is met name veroorzaakt door het in 2008 afwaarderen van de waarde van het garantieproduct (Lehman) voor een bedrag van 4,1 miljoen. Momenteel loopt er een rechtszaak tegen BNG/BCM met als inzet de garantie van minimaal te waarborgen. In afwachting van deze procedure is er momenteel nog geen aanleiding de waardering van dit product aan te passen. In 2009 was het rendement over de investeringen 5,21%. 4

9 2. Paragraaf Weerstandsvermogen 1. Inleiding: Het is de bedoeling om de middelen van het Nazorgfonds zodanig te beleggen dat er een minimaal rendement van 5% wordt gehaald. Tevens dient de hoofdsom gegarandeerd te zijn, een voorwaarde die in de Wet Fido is opgenomen. Tevens zijn de voorwaarden, gesteld in de Richtlijn Beleggingen Fonds Nazorg Gesloten Stortplaatsen Provincie Zeeland, bij het vaststellen van de beleggingsvorm, opgevolgd. 2. Risico s: Met betrekking tot het beleggen van de middelen van het Nazorgfonds is sprake van een rendementrisico. Het doel dat met de beleggingen voor het Nazorgfonds wordt nagestreefd kan worden aangeduid als het onder de randvoorwaarden van beperking van de risico s en kosten maximaliseren van het rendement. Het grootste risico van beleggen in aandelenfondsen is de mogelijkheid dat de koers van deze fondsen dalen. Mogelijk is dat er een negatief rendement gehaald kan worden. Wel moet bedacht worden dat bij een kopen en houden strategie ( buy-and-hold ) van echt verlies pas sprake is wanneer dit verlies genomen wordt (bij verkoop van aandelen(fondsen)). Het vermogen van het Nazorgfonds is bij een koerswaarde per 1 januari 2009 als volgt belegd: 1. Aandelenfonds ASN ten bedrage van ,94 2. Garantieprodukt ten bedrage van ,00 3. Deposito's Rabobank ten bedrage van ,50 Totaal is dus per 1 januari ,44 belegd. Het totaal van deze beleggingen per 31 december 2009 is gestegen naar ,35. Deze stijging is met name veroorzaakt door een koersstijging op de participaties in het aandelenfonds ASN. 5

10 3. Paragraaf Financiering 1. Inleiding De Wet Financiering Decentrale Overheden (Wet FIDO) is per van kracht geworden. Eén van de gevolgen van deze wet is dat de financieringsparagraaf verplicht is vanaf de begroting en rekening Tevens is in de statenvergadering van 28 juni 2002 het Reglement Provinciaal Fonds Nazorg Stortplaatsen Zeeland vastgesteld. 2. Algemeen De Wet FIDO biedt de mogelijkheid om 58% van de nazorgmiddelen te beleggen in aandelen. De redenen van beleggen in aandelen zijn: Het lange termijnkarakter van de beleggingen: Het ontbreken van een liquiditeitseis gedurende een lange termijn; De rendementseis van minimaal 5%, samenhangend met de hoogte van de nazorgheffing. De Provincie Zeeland heeft voor het nazorgfonds gekozen om de beleggingsmix als volgt vast te stellen: Aandelen: maximaal 40% (bij aanvang belegging 35%); Vastrentende waarden: minimaal 60%. Bij de beleggingen wordt door de Provincie Zeeland aan het nazorgfonds de hoofdsom en een minimaal rendement van 5% gegarandeerd. 3. Financiering nazorgmiddelen: In de periode is het totaal aan te beleggen nazorgmiddelen vervolgens als volgt belegd: Per: Aankoopbedrag: Belegd in: In % van totaal: 31 december Obligatiefonds 11% vastrentend 09 januari Aandelenfonds 13% in aandelen 09 januari Garantieprodukt 54% vastrentend 19 augustus Aandelenfonds 22% in aandelen Totaal Bij bovenstaande beleggingen, de genoemde aankoopbedragen zijn exclusief behaalde rendementen, wordt door de Provincie Zeeland aan het nazorgfonds de hoofdsom en een minimaal rendement van 5% gegarandeerd. Voor 2009 is daarom ook een rendement van 5% geraamd. In 2008 zijn de participaties in de 4 aandelenfondsen, in verband met kostenbesparing verkocht. In plaats daarvan zijn participaties aangekocht in het ASN aandelenfonds voor een bedrag van ,61. Per 1 oktober 2008 is de belegging in het Geldmarktselectfonds beëindigd en is voor een vrijgekomen bedrag van ,00 belegd in een tweetal deposito's bij de Rabobank. In 2009 zijn deze samengevoegd tot 1 deposito Het overzicht van de belegde nazorgmiddelen is per als volgt: Per: Aankoopbedrag: Belegd in: In % van totaal: 09 januari Garantieprodukt 50% vastrentend 22 juli Aandelenfonds ASN 36% in aandelen 01 mei Deposito Rabobank 14% vastrentend Totaal

11 De actuele, totale waarde van de belegde nazorgmiddelen is per 31 december 2009 gewaardeerd op ,35. Deze daling is met name veroorzaakt door het afwaarderen van de waarde van het garantieproduct. 4. Relevante ontwikkelingen In de periode 2002 en 2004 heeft Delta (= de exploitant van de stortplaats Koegorspolder en de stortplaats Noord en Midden Zeeland) aan de Provincie Zeeland een bedrag van in totaal 9,8 miljoen overgemaakt in verband met opgelegde aanslagen in verband met de nazorg stortplaatsen. Voor de Koegorspolder bedroeg het bedrag anno ,1. Voor de stortplaats Midden- Zeeland bedroeg het bedrag anno ,7 miljoen. Deze bedragen waren gebaseerd op de destijds ingediende nazorgplannen na doorrekening van het op dat moment actuele IPO-rekenmodel (RINAS). In IPO verband is de afgelopen periode het IPO-rekenmodel geactualiseerd. Dit in verband met nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de nazorg van stortplaatsen (betere materialen en nieuwe technische inzichten). Met dit nieuwe model kan een meer betrouwbare raming van de te verwachten onderhoudskosten van de stortplaats gemaakt worden. Op basis van het nieuwe IPO-rekenmodel zijn door Delta de huidige nazorgplannen geactualiseerd en ingediend bij de Provincie Zeeland. In de volgende paragrafen wordt nader ingegaan op de gevolgen van deze nieuwe nazorgplannen. 4.1 Koegorspolder Uit het nieuwe nazorgplan van de stortplaats Koegorspolder blijkt dat het doelvermogen (=netto contante waarde van de geraamde toekomstige onderhoudskosten) lager is dan het doelvermogen in het nazorgplan van De oorzaak van het lagere doelvermogen zijn verwachte toekomstige lagere kosten van het onderhoud van het terrein en lagere vaste algemene kosten. De belangrijkste reden is echter het feit dat het IPO besloten heeft de levensduur van de bovenafdichting van 50 jaar te verhogen naar 75 jaar. Dit als gevolg van het gebruik van betere materialen en voortschrijdende technische inzichten. Het nieuwe doelvermogen voor de stortplaats Koegorspolder bedraagt bij de aanvang van de nazorg in het jaar ,3 miljoen. In het oude nazorgplan werd nog uitgegaan van een doelvermogen van 5,8 miljoen bij een aanvang van de nazorg in het jaar Om beide doelvermogens vergelijkbaar te maken dienen ze contant gemaakt te worden naar een gelijk moment. Als uitgangspunt wordt het jaar 2004 genomen. De contante waarde van de het doelvermogen gebaseerd op het oude nazorgplan bedraagt in het jaar ,1 miljoen. De contante waarde van de het doelvermogen gebaseerd op het nieuwe nazorgplan bedraagt in het jaar ,7 miljoen. Dit betekent dat Delta in het jaar 2004 een bedrag van 1,4 miljoen "te veel" heeft betaald. Dit betekent dat de Provincie Zeeland met betrekking tot de stortplaats Koegorspolder een bedrag van 1,4 miljoen aan Delta moet terugbetalen. Daar staat tegenover dat de Provincie Zeeland in de toekomst voor een zelfde bedrag aan lagere onderhouds-/ nazorgkosten zal hebben. 4.2 Noord- en Midden Zeeland Uit de nazorgplannen van de stortplaats Noord- en Midden Zeeland blijkt dat het doelvermogen (=netto contante waarde van de geraamde toekomstige onderhoudskosten) in het nieuwe nazorgplan beperkt lager is dan in het nazorgplan van Uiteraard geldt ook hier dat de netto contante waarde van de kosten van de bovenafdichting lager is als gevolg van een langere levensduur van 75 jaar. Als gevolg van de recente uitbreiding van de stortplaats nemen de kosten van de bovenafdichting echter toe. Per saldo valt dit ongeveer tegen elkaar weg. Belangrijke factor is de verschuiving van het sluitingsmoment van de stortplaats van het jaar 2018 naar het jaar Uiteraard is dit het gevolg van de fysieke uitbreiding van de stortplaats. Het nieuwe doelvermogen voor de stortplaats Noord- en Midden Zeeland bedraagt bij de aanvang van de nazorg in het jaar miljoen. In het oude nazorgplan werd nog uitgegaan van een doelvermogen van 11,2 miljoen bij de aanvang van de nazorg in het jaar Om de bedragen te kunnen vergelijken dienen ze contant gemaakt te worden naar een gelijk moment. Als uitgangspunt wordt het jaar 2004 genomen. De contante waarde van de het doelvermogen gebaseerd op het oude nazorgplan bedraagt in het jaar ,7 miljoen. De contante waarde van de het doelvermogen 7

12 gebaseerd op het nieuwe nazorgplan bedraagt in het jaar miljoen. Dit betekent dat Delta in het jaar 2004 een bedrag van 1,7 miljoen "te veel" heeft betaald. Dit betekent dat de Provincie Zeeland met betrekking tot de stortplaats Noord- en Midden Zeeland een bedrag van 1,7 miljoen aan Delta moet terugbetalen. Daar staat tegenover dat de Provincie Zeeland een langere periode heeft om het benodigde vermogen op te bouwen. 4.3 Rente Zoals in het voorgaande aangegeven heeft Delta op basis van de huidige nazorgplannen anno 2004 een bedrag van in totaal 3,1 miljoen "te veel" betaald aan de Provincie. Delta heeft recht op een rentevergoeding over dit bedrag. Delta had immers zelf rendement kunnen maken op dit bedrag als ze het niet aan de Provincie Zeeland had betaald, maar zelf had belegd. Delta heeft dan ook recht op de fiscaal wettelijke bepaalde invorderingsrente. Dit leidt tot een te betalen rente van 0,9 miljoen. 4.4 Resumerend Zoals in het voorgaande weergegeven is een nadere voorlopige aanslag opgelegd op basis van de door Delta ingediende nieuwe nazorgplannen. De Provincie Zeeland dient een totaalbedrag van 4.0,- miljoen aan Delta terug te betalen. Inmiddels is door de provincie eind december 2009 reeds een bedrag van 1,1 miljoen aan Delta overgemaakt. Dit betekent dat in 2010 een additioneel bedrag van 2,9 miljoen aan Delta zal worden overgemaakt. In de jaarrekening nazorg stortplaatsen wordt de theoretisch benodigde voorziening voor verwachte nazorgkosten met een bedrag van 4,2 afgeraamd. Dit als gevolg van de verwachte lagere onderhouds/nazorgkosten. 4.5 Beleggingsportefeuille De Provincie heeft in 2002 op grond van wet- en regelgeving een nazorgfonds voormalige stortplaatsen ingesteld. Uit dit fonds moet het toekomstig onderhoud van gesloten stortplaatsen worden gefinancierd. De wet FIDO geeft specifieke voorschriften voor deze fondsen. De beleggingsportefeuille is, per , als volgt samengesteld: 4. Aandelenfonds ASN (Algemene Spaarbank Nederland) ,95 5. Garantieprodukt via BNG bij Lehman Brothers Treasury B.V ,00 6. Kortlopende gelden die zijn belegd in een deposito bij de Rabobank ,40 Toelichting Garantieprodukt: Het Fonds Nazorg voormalige stortplaatsen heeft een deel van haar vermogen via de Bank Nederlandse Gemeenten belegd in een garantieproduct van Lehman Brothers Treasury B.V. In dit garantieproduct is in 2002 EUR gestort. Uitgegaan werd dat het garantieproduct uit zou groeien tot minimaal begin Door de val van Lehman Brothers Treasury B.V. is het momenteel niet duidelijk wat deze garantie waard zal blijken te zijn. Er zijn diverse scenario's mogelijk. In de jaarrekening 2008 is het garantieprodukt op ,-- gesteld. Momenteel loopt er een rechtszaak tegen BNG/BCM met als inzet de garantie van minimaal te waarborgen. In afwachting van deze procedure is er momenteel nog geen aanleiding de waardering van dit produkt aan te passen. Consequenties nadere voorlopige aanslagen 2009: Als gevolg van de nadere voorlopige aanslagen 2009 nazorgheffing Stortplaatsen Zeeland is er op 18 december ,-- terugbetaald door de Provincie aan Delta. Deze terugbetaling is 8

13 geboekt ten laste van de rekening courant Nazorgfonds. Zoals hierboven in paragraaf 4.4 aangegeven zal begin 2010 nog ca. 3 miljoen terugbetaald moeten worden aan Delta. In januari 2010 is daarom het deposito bij de Rabobank niet verlengd en ten gunste van de rekening courant Nazorgfonds geboekt. Het Nazorgfonds ontvangt van de Provincie 5% over het saldo op rekening courant Nazorgfonds. In verband met deze terugbetaling aan DELTA is er na 18 december 2009 teveel in aandelen belegd. Er dienen dus participaties in het Aandelenfonds ASN te worden verkocht om te voldoen aan de toegestane beleggingsmix: - Aandelen: Maximaal 40% - Vastrentende waarden: minimaal 60% Er dienen participaties in het Aandelenfonds ASN te worden verkocht voor een bedrag van afgerond 2,7 miljoen. om te voldoen aan bovenstaande beleggingsmix. De betaling aan Delta zal dan plaats kunnen vinden uit deze verkoop van aandelen en het restant, afgerond 0,3 miljoen, uit rekeningcourant Nazorgfonds. 9

14 4. Staat van baten en lasten 2009 raming Omschrijving BATEN 1. Bruto resultaat vermogensbeheer Vrijval voorziening agv herziene nazorgplannen Totale baten LASTEN 1. Administratiekosten Kosten vermogensbeheer Te behalen rendement 5% Koersverlies switch aandelenfonds Koersverlies Aandelenfonds ASN Garantieprodukt in pro memorie stellen Terugbetalen herziening nazorgplan Totale bedrijfslasten Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening RESULTAATBESTEMMING Toevoeging/Onttrekking aan reserve netto resultaat vermogensbeheer

15 5. Toelichting op de baten en lasten Algemeen In de kolom begroting is uitgegaan van de ramingen 2009, zoals deze zijn vastgesteld bij de begroting 2010 op 13 november BATEN 1. Bruto resultaat vermogensbeheer ,03 Dit resultaat wordt verklaard door: * Koersresultaat ASN Aandelenfonds , ,74 * Dividendopbrengsten , ,27 * Rente opbrengst Rabobank deposito , ,96 * Dividendbelasting+ ontvangen distributievergoedingen ASN , ,74 * Diversen 58,68 negatief (58,68) ,03 2. Vrijval voorziening agv herziene nazorgplannen beginstand theoretische eindstand voorziening obv vrijval obv 2009 rente 5% 2009 herz. nazorgplan herz. nazorgplan a. voorziening Midden-Zeeland b. voorziening Koegorspolder totaal: LASTEN 1. Administratiekosten Dit betreft accountantskosten. 2. Kosten vermogensbeheer Dit betreft bewaarloon van het garantieproduct en het aandelenfonds. 3. Te behalen rendement 5% Het te behalen rendement van 5% cumulatief van de ontvangen aanslagen is nodig om de (toekomstige) kosten te kunnen dekken. 7. Terugbetaling herziening nazorgplan ,00 Delta heeft in het verleden via voorlopige aanslagen reeds een bedrag betaald aan de Provincie Zeeland in verband met de nazorg stortplaatsen. Aangezien de netto contante waarde van het doelvermogen op basis van de nieuwe nazorgplannen op een lager bedrag is vastgesteld moet de Provincie Zeeland een bedrag aan Delta terug te betalen. Terugbetaald op 2 november ,00 Nog terug te betalen aan Delta , ,00 RESULTAATBESTEMMING Toevoeging/Onttrekking aan reserve netto resultaat vermogensbeheer In 2009 was het rendement over de investeringen 5,21%. Dit rendement is bepaald door het netto resultaat vermogensbeheer/investeringen per 1 januari 2009.Het verschil met het te behalen percentage van 5% komt ten gunste van de reserve resultaat vermogensbeheer. 11

16 6. Balans per 31 december 2009 Omschrijving ACTIVA VASTE ACTIVA Garantieprodukt (Lehman) Aandelenfonds ASN Rabobank deposito's VLOTTENDE ACTIVA Nog te ontvangen bedragen Rekening Courant Provincie Rekening Courant Kas Bank Totaal Activa PASSIVA EIGEN VERMOGEN Reserve netto resultaat vermogensbeheer VOORZIENINGEN Voorziening belegde gelden m-zeeland Voorziening belegde gelden koegors VLOTTENDE PASSIVA Rekening Courant Provincie Zeeland Nog te betalen Totaal Passiva

17 Waarderingsgrondslagen Algemeen Activa en passiva zijn opgenomen tegen nominale waarde, met uitzondering van effecten. Baten en lasten. In principe wordt het stelsel van baten en lasten gehanteerd; hierbij worden de baten en lasten opgenomen in het jaar waarin de prestatie is geleverd c.q. voor dat jaar is voorzien of verplicht. Het Nazorgfonds heeft recht op dat deel van de heffingsopbrengsten dat door de provincie daadwerkelijk ontvangen is. De te beleggen heffingsopbrengsten worden daarom, gezien het doel van het fonds (beheer van het vermogen) verantwoord op het moment van ontvangst. Effecten. De effecten worden op totaalniveau van de portefeuille gewaardeerd tegen de actuele waarde. Voorziening gesloten stortplaatsen: De voorziening stortplaatsen worden gewaardeerd op de contante waarde van de (onderhouds)verplichting op de balansdatum. Voor de bepaling van de voorziening per einde van het verslagjaar zijn de doelvermogens en sluitingsdata volgens het IPO-rekenmodel gehanteerd. Saldi in vreemde valuta. De saldi die worden aangehouden in vreemde valuta voor zover van toepassing worden ultimo van een boekjaar omgerekend naar Euro's tegen de dan geldende wisselkoersen. 13

18 7. Toelichting op de balans ACTIVA Vaste activa ,- Garantieprodukt Lehman , Afgeboekt in 2008 tot 50% van de nominale waarde in verband met faillissement Lehman. Door de val van Lehman Brothers Treasury B.V. is het momenteel niet duidelijk wat deze garantie waard zal blijken te zijn. Er zijn diverse scenario's mogelijk. In de jaarrekening 2008 is het garantieprodukt op ,-- gesteld. Momenteel loopt er een rechtszaak tegen BNG/BCM met als inzet de garantie van minimaal te waarborgen. In afwachting van deze procedure is er momenteel nog geen aanleiding de waardering van dit produkt aan te passen De provincie staat garant voor eventuele toekomstige tekorten. Aandelenfonds ASN , Aankoopkoers per ,18; koers per ,61 De aandelen zijn gewaardeerd tegen een koerswaarde per 31 december Rabobank Deposito , Vlottende activa , Nog te ontvangen: Betreft nog te ontvangen rente 2009 over de deposito Rabobank Rekening courant-verhouding: Betreft rekening courantverhouding met kasbank (effectenportefeuille onder andere dividend, rente en bewaarloon) en rekening courantverhouding met Provincie Zeeland PASSIVA Voorzieningen ,00 De stand van de voorzieningen gebaseerd op de door in 2009 herziene nazorgplannen. Voorziening belegde gelden m-zeeland Voorziening belegde gelden koegors Vlottende passiva , Rekening courant Provincie Zeeland Nog te betalen Terug te betalen heffing aan Delta Nog te betalen accountantskosten

19 8. Investerings en financieringsstaat INVESTERING- EN FINANCIERINGSSTAAT omschrijving ultimo 2009 mutaties 2009 ultimo 2008 Investeringen Garantieprodukt Deposito Rabobank ASN Aandelenfonds Totaal Financieringsmiddelen 1. Reserves en voorzieningen a. voorziening Midden-Zeeland b. voorziening Koegorspolder c. reserve netto resultaat vermogensbeheer Totaal

20 9 Accountantsverklaring volgt 16

21 Del0 tte. Deloitte Accountants B.V. Buitenruststraat EH Middelburg Postbus GB Middelburg Tel: (088) Fax: (088) wwwdeloitte.nl Provinciale Staten van de provincie Zeeland Postbus LA MDDELBURG Datum Behandeld door Ons kenmerk 30 maart 2010 drs. W. Veidhuis RA /2001/10614 Onderwerp Accountantsverkiaring j aarrekening 2009 Uw kenmerk Geachte Voorzitter, Hierbij doen wij u onze accountantsverklaring d.d. 30 maart 2010 bij de jaarrekening 2009 van het Fonds Nazorg Stortplaatsen provincie Zeeland toekomen. Wij hebben één exemplaar van de accountantsverklaring voorzien van een originele hand tekening. Dit exemplaar is ten behoeve van uw eigen archief. Het tweede exemplaar van de accountantsverklaring is voorzien van de naam van onze accountantspraktijk en de naam van de accountant, echter zonder persoonlijke handtekening. Wij verzoeken u bij openbaarmaking van de accountantsverklaring gebruik te maken van het exemplaar van de accountantsverklaring die niet is voorzien van een persoonlijke handtekening. Dit conform het advies van de beroeps organisatie NIVRA ter vermijding van fraude met handtekeningen van accountants. U kunt deze verkiaring desgewenst overnemen in uw jaarstukken. In dat geval verzoeken wij u de tekst aan te houden conform de ongetekende versie. Indien u deze jaarstukken en de verkiaring opneemt op Internet, dient u te waarborgen dat de jaarstukken goed zijn afgescheiden van andere informatie op de Internet-site. Afscheiding kan bijvoorbeeld plaatsvinden door de jaarstukken in niet-bewerkbare vorm als een afzonderlijk bestand op te nemen of door een waarschuwing op te nemen indien de lezer de jaarstukken verlaat ( u verlaat de beveiligde, door de accountant gecontroleerde jaarrekening ). Op alle opdrachten verricht door Deloitte zijn de Algemene Voorwaarden Dienstverlening Deloitte Nederland, Juni 2009 gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer van toepassing. Deloitte Accountants tv. is ingeschreven in het handeisregister van de Kamer van Koophandel te Rotterdam onder nummer Member of Deloitte Touche Tohmatsu

22 Deloitte maart /2001/10614 Overigens wijzen wij erop dat, indien tot de vergadering van Provinciale Staten omstandigheden blijken die aanpassing van de jaarrekening noodzakelijk maken, een dergelijke aanpassing nog voor de vergadering van Provmciale Staten moet worden gemaakt. Uiteraard vervalt in die situatie onze bovengenoemde toestemming. Met betrekking tot onze controle van de jaarrekening merken wij het volgende op. De provincie heeft in 2002, via de Bank Nederlandse Gemeenten, een bedrag van 5 mm gestort in een garantieproduct van Lehman Brothers. Via rente en koersclicks werd een eindwaarde gegarandeerd van 9,5 mm. Lehman Brothers is zoals bekend in de financiële problemen gekomen. Deze belegging, welke is opgenomen in de jaarrekening van het Fonds Nazorg Stortplaatsen, is in 2008 afgewaardeerd naar 50% van de ingelegde waarde, zijnde de naar de mening van de provincie de minimaal te verwachten uitkering van dit product. Tot en met de uitvoering van de controle van dejaar rekening 2009 hebben zich geen ontwikkelingen voorgedaan die leiden tot een ander inzicht. De waardering van het garantieproduct is derhalve in 2009 niet aangepast. Per 31 december 2009 is sprake van een cumulatief negatief netto resultaat vermogensbeheer van 5,4 miljoen (2008 5,7 miljoen negatief). Derhalve dient te worden geconcludeerd dat uitgaande van de huidige waardering onvoldoende vermogen is opgebouwd om de toekomstige nazorgkosten te dekken. Gezien de financiële omvang van de onzekerheid in de jaarrekening hebben wij in onze accountantsverklaring een zogenaamde toelichtende paragraaf ter zake dit punt opgenomen. Verder merken wij op dat De Wet Financiering Decentrale Overheden (FIDO) de mogelijkheid biedt om maximaal 58% van de nazorgmiddelen te beleggen in aandelen. Deze verhouding is door de provincie Zeeland verder aangescherpt tot maximaal 40%. Omdat de vastrentende vordering op Lehman Brothers in de jaarrekening is afgewaardeerd, is deze inteme norm overschreven. Van de in de balans 2009 gewaardeerde uitzettingen is per eind ,3% belegd in aandelen. Begin 2010 is een deel van de aandelenportefeuille verkocht om aan de inteme norm te voldoen. Tot het geven van nadere toelichting zijn wij gaarne bereid. Hoogachtend, Deloitte Accountants B.V. drs. W. Veidhuis RA

23 Provmciale Staten van de provincie Zeeland Postbus LA MIDDELBURG Accountantsverklaring Verklarmg betreffende de jaarrekening Wij hebben de jaarrekening 2009 van het Fonds nazorg gesloten stortplaatsen provincie Zeeland te Middelburg bestaande uit de balans per 31 december 2009 en de winst-en verliesrekening over 2009 met de toelichting gecontroleerd. Verantwoordelijkheid van het College van Gedeputeerde Staten Het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Zeeland is verantwoordelijk voor het opmaken van de j aarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, in overeenstemming met de waarderingsgrondslagen zoals toegelicht in de jaarrekening. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaar rekening van vermogen en resultaat, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevoig van fraude of fouten bevat, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondsiagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de j aarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werk zaamheden is athankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico s van afwijkingen van materieel belang als gevoig van fraude of fouten.

24 In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat relevante inteme beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het inteme beheersingssysteem van het Nazorgfonds. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondsiagen voor financiële versiaggeving en van de redelijkheid van schattingen die het College van Gedeputeerde Staten van het Nazorgfonds heeft gemaakt, aismede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het eigen vermogen van het Fonds nazorg gesloten stortplaatsen provincie Zeeland per 31 december 2009 en van het resultaat over 2009 in overeenstemming met in Nederland algemeen aanvaarde grondsiagen voor financiële versiaggeving. Toelichting Wij vestigen de aandacht op de in de jaanekening opgenomen toelichting met betrekking tot de waardering van het garantieproduct van Lehman Brothers. Gelet op de financiële problemen van Lehman Brothers is de belegging in 2008 afgewaardeerd naar 2,5 miljoen. Sprake is van een negatief eigen vermogen van 5,4 miljoen per 31 december In het jaarverslag is in de Paragraaf Financiering een nadere toelichting opgenomen inzake de onzekerheid van de waardering van het garantieproduct. Volledigheidshalve verwij zen wij u hiernaar. Deze situatie doet geen afbreuk aan ons oordeel. Middelburg, 30 maart 2010 Deloitte Accountants B.V. Was getekend: drs. W. Veidhuis RA