1. INLEIDING. 1.1 Begrippen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "1. INLEIDING. 1.1 Begrippen"

Transcriptie

1 1. INLEIDING 1.1 Begrippen Wanneer iemand een onderneming begint of culturele evenementen wil sponsoren, dan kan hij dat als privé persoon doen. De ondernemer die zelfstandig zijn onderneming drijft wordt als eenmanszaak aangeduid. Activiteiten kunnen ook in een rechtspersoon of personenvennootschap worden georganiseerd. De ondernemer kan bijvoorbeeld een naamloze vennootschap oprichten of samen met anderen een vennootschap onder firma aangaan. De sponsoring van culturele evenementen kan met behulp van een ideële stichting plaatsvinden. Er bestaat een grote libertat di eskoho, maar die is niet onbeperkt, terwijl bovendien bij het maken van een keuze de (juridische, fiscale en praktische) voor- en nadelen van de verschillende mogelijkheden moeten worden afgewogen. In dit boek staan rechtspersonen en personenvennootschappen centraal. Rechtspersonen en personenvennootschappen kunnen niet zintuiglijk worden waargenomen: niemand heeft ooit een naamloze vennootschap of maatschap gezien. Toch bestaan ze wel, namelijk in de rechtswerkelijkheid. 1 Het zijn, net als bijvoorbeeld landen of eilandgebieden, creaties van het recht en in die zin is er dus niets mystieks aan. 2 Ons rechtssysteem verbindt rechtsgevolgen aan het verrichten van bepaalde handelingen: bij een naamloze vennootschap bijvoorbeeld aan de oprichting via een notariële akte. Als aan deze en andere formaliteiten is voldaan dan bestaat de naamloze vennootschap als rechtssubject. Dit is enigszins vergelijkbaar met een mondelinge overeenkomst: niemand kan deze als zodanig waarnemen, maar we accepteren wel de juridische gebondenheid daaraan, hetgeen ook kan worden ervaren. Personenvennootschappen zijn contractuele samenwerkingsverbanden. Daartoe behoren de maatschap, de vennootschap onder firma (VOF) en de 1 De rechtswerkelijkheid is niet een of andere metafysische werkelijkheid, maar het geheel van regels dat we ook rechtssysteem kunnen noemen. Het gaat om de maatschappelijke werkelijkheid die wordt geregeld door het recht. 2 Zie ook K. van Bladeren, Rechtspersoon: van baken tot dwaallicht, in: A-T-D (Opstellen aangeboden aan prof.mr P. van Schilfgaarde), 2000, blz De soms gehoorde stelling dat rechtspersonen ficties van het recht zijn (een gedachte ontleend aan Von Savigny) zaait slechts verwarring. Het recht regelt de rechtspersoon, waardoor deze een juridische realiteit wordt. 1

2 INLEIDING commanditaire vennootschap (CV). Bij deze samenwerkingsverbanden spelen de partijen die de overeenkomst zijn aangegaan een belangrijke rol. Er wordt door de wet aan personenvennootschappen geen rechtspersoonlijkheid toegekend. Rechtspersonen zijn zelfstandige dragers van rechten en verplichtingen, derhalve los van hun oprichters, bestuurders en eventuele leden of aandeelhouders. Het gaat om de naamloze vennootschap (NV), de besloten vennootschap (BV), de Aruba Vrijgestelde Vennootschap (A.V.V.), de vereniging (in Aruba: alleen voor zover daaraan rechtspersoonlijkheid is toegekend) en de stichting. Rechtspersonen zijn geen contract maar hebben net als natuurlijke personen de status van afzonderlijk rechtssubject. Worden in naam van de rechtspersoon schulden gemaakt, dan kunnen deze (in beginsel) uitsluitend op het vermogen van de rechtspersoon worden verhaald, en niet op dat van zijn oprichters, bestuurders, commissarissen, aandeelhouders of leden. Rechtspersonen hebben rechtspersoonlijkheid omdat de wet dat bepaalt of, zoals bij de Arubaanse vereniging, omdat die op grond van een landsbesluit is erkend. Omdat er in het privaatrecht geen andere rechtspersonen bestaan dan door de wet wordt bepaald, wordt wel over een gesloten systeem van rechtspersonen gesproken. Zoals hierna zal blijken is dit uitgangspunt in Boek 2 BW losgelaten: uitgangspunt daarin is een open systeem. Rechtspersonen ontwikkelen zich niet zelden los van hun oorspronkelijke oprichters en anderen die bij hun organisatie zijn betrokken; zij vormen als het ware een daarvan losstaand zelfstandig instituut (de zogeheten institutionele leer). Hoezeer ook een rechtspersoon (intern) door allerlei contractuele relaties kan worden vormgegeven, deze heeft zelf géén contractueel karakter; zowel intern als naar buiten toe is de rechtspersoonlijkheid het vertrekpunt. Het begrip onderneming moet niet met de rechtspersoon of personenvennootschap worden verward. Met het begrip onderneming wordt een organisatie van arbeid en kapitaal aangeduid. Een onderneming kan door een natuurlijke persoon (de eenmanszaak), maar evenzeer door een personenvennootschap of rechtspersoon worden gedreven; deze zijn dan de rechtsvorm van de onderneming. Een personenvennootschap of rechtspersoon kan ook meerdere ondernemingen drijven of in stand houden. Een NV kan bijvoorbeeld twee ondernemingen hebben die verschillende producten voortbrengen (auto s en verf). Natuurlijk kunnen deze activiteiten ook in twee NV s worden ondergebracht, maar noodzakelijk is dat niet. Of sprake is van meerdere ondernemingen hangt af van de vraag in hoeverre verschillende min of meer zelfstandige organisaties van arbeid en kapitaal identificeerbaar zijn. Intussen is deze vraag naar Nederlands Antilliaans en Arubaans recht minder relevant dan naar Nederlands recht, omdat daarin geen met het Nederlandse recht vergelijkbare regelingen zijn opgenomen inzake medezeggenschap en de arbeidsrechtelijke gevolgen verbonden aan de overdracht van een onderne- 2

3 PLAATS IN HET RECHT ming. 3 De rechtspersoon of personenvennootschap is dus de juridische huls waarin een onderneming kan worden gedreven; wordt door een vennootschap met rechtspersoonlijkheid geen onderneming gedreven dan spreekt men in de regel van een lege vennootschap. De meeste aandacht in dit boek zal worden besteed aan de juridische contouren van de Antilliaanse en Arubaanse naamloze vennootschap, de Antilliaanse besloten vennootschap en de Aruba Vrijgestelde Vennootschap. Buiten beschouwing blijven daarbij de bijzondere toepassingen die soms wel en soms niet door fiscale motieven worden ingegeven, bijvoorbeeld holdingstructuren en certificering van aandelen, 4 alsmede verwante onderwerpen, zoals het verschijnsel van zogeheten fiduciaire bedrijven. 5 Ook op een fenomeen als corporate governance (daarbij gaat het om onderwerpen als goed bestuur bij de NV, BV en A.V.V., adequaat toezicht en het afleggen van verantwoording, alsmede de vraag hoe de betrokken partijen zo efficiënt mogelijk van hun mogelijkheden tot het uitoefenen van invloed gebruik kunnen maken) en op de mate waarin rechtspersonen aanspraak op bescherming van mensenrechten kunnen maken wordt niet specifiek ingegaan. Op 1 maart 2004 is in de Nederlandse Antillen Boek 2 Burgerlijk Wetboek (Rechtspersonen) van kracht geworden. Het Nederlands Antilliaanse recht dat op rechtspersonen betrekking heeft verschilt sindsdien wezenlijk van het Arubaanse recht. De twee jurisdicties worden op dat punt dan ook afzonderlijk besproken. Aruba kent bovendien de BV niet en de Nederlandse Antillen kennen de A.V.V. niet. Bij de bespreking van de personenvennootschappen, die in beide jurisdicties voorkomen, is ervoor gekozen het Nederlands Antilliaanse recht tot uitgangspunt te nemen en voor zover relevant de verschillen met het Arubaanse recht te vermelden. 1.2 Plaats in het recht Het vennootschaps- en rechtspersonenrecht neemt in het rechtssysteem tot op zekere hoogte een eigen plaats in, maar tegelijkertijd zijn allerlei bepalingen uit het vermogensrecht evenzeer direct of indirect van toepassing. Wanneer een maatschap (en dat is een overeenkomst) tot stand komt of wanneer de 3 Vgl. P. van Schilfgaarde en J.W. Winter, Van de BV en de NV, 13e druk 2003, blz. 2-8 en 209 e.v. 4 Daarover vanuit de Nederlandse optiek F.J.P. van den Ingh, Certificering en certificaat van aandeel bij de besloten vennootschap, diss. 1991, 312 blz. en P.W. Moerland, Heeft certificering van aandelen nog toekomst?, Ondernemingsrecht 10 (2002), blz Zie over fiscale aspecten A.H. Schaapman, Het Nieuw Fiscaal Raamwerk van de Nederlandse Antillen, TAR-Justicia 2 (2002), blz

4 INLEIDING vraag aan de orde is of een bepaald besluit van een orgaan van een rechtspersoon kan worden bekrachtigd dan wel of sprake is van opgewekte schijn door een bestuurder, dan moet men (mede) bij het vermogensrecht te rade gaan, in het bijzonder de Boeken 3 en 6 van het Burgerlijk Wetboek. Boek 2 BW maakt in dat opzicht ook deel uit van de gelaagde structuur die zo kenmerkend is voor het Burgerlijk Wetboek. De personenvennootschappen horen als bijzondere overeenkomsten in Boek 7A thuis, al zijn deze deels nog geregeld in het WvKNA en het WvKA. Een herziening van het Nederlands Antilliaanse recht dat op personenvennootschappen betrekking heeft zal, naar mag worden aangenomen, plaatsvinden zodra dit deel van het ondernemingsrecht ook in Nederland is vernieuwd. 6 Anders dan ten aanzien van rechtspersonen, is er terzake van de personenvennootschappen geen reden om fundamenteel van de Nederlandse regeling af te wijken. Een meer principiële vraag is die naar de verhouding tussen het rechtspersonenrecht enerzijds en het algemene vermogensrecht, in het bijzonder het overeenkomstenrecht, anderzijds. 7 Meer in het bijzonder gaat het daarbij om de vraag in hoeverre door middel van het overeenkomstenrecht kan worden ingegrepen in het rechtspersonenrecht en in de gang van zaken binnen een rechtspersoon. Met name in verband met de zogeheten aandeelhoudersovereenkomst komt die vraag prangend naar voren. De visie die men heeft op de rol van bijvoorbeeld de aandeelhouder zal mede bepalend zijn voor de beantwoording van deze vraag: mag een aandeelhouder primair zijn eigen belang dienen of moet hij bij het uitoefenen van zijn bevoegdheden mede de belangen van anderen in aanmerking nemen? En in hoeverre moet de vennootschap rekening houden met hetgeen tussen aandeelhouders is afgesproken of hoeft de vennootschap zich daarvan niets aan te trekken? 8 Tegen de achtergrond van 6 Zie ook A.L. Mohr, M.J.A. van Mourik en H.M.N. Schonis, Personenvennootschappen, preadvies van de Vereeniging Handelsrecht 2003, 184 blz. 7 A-G Timmerman stelt terecht in zijn conclusie voor HR 17 october 2003, JOR 2003, 276 m.nt. Groffen inzake mr De Rijk q.q. vs Van Roy, dat de wetgever niet geacht kan worden zonder een duidelijke indicatie in Boek 2 BW-NL van algemene bepalingen van burgerlijk recht te hebben willen afwijken. Vennootschapsrecht mag alleen particulier zijn voor zover dat op wettelijke voorschriften berust. Dat geldt voor het Nederlands-Antilliaanse recht evenzeer. 8 Zie HR 29 november 1996, NJ 1997, 345 m.nt. Ma inzake Landinvest vs Chipshol, waarin de Hoge Raad oordeelt dat een NV in het gegeven geval onzorgvuldig handelt door zich niet maximaal in te spannen om er voor te zorgen dat de gevolgen van het niet-nakomen door een partij bij een aandeelhoudersovereenkomst ongedaan worden gemaakt. In zijn noot geeft Maeijer aan dat wanneer een algemene vergadering bijvoorbeeld weigert een ontslagbesluit te nemen in een geval waarin deze vergadering daartoe verplicht is (bijvoorbeeld op grond van een aandeelhoudersovereenkomst), degene die naleving van die verplichting vordert, dat kan doen op de grond van artikel 3:300 BW-NL (reële executie), waardoor het vonnis in de plaats van het besluit treedt. Naar Nederlands Antilliaans recht heeft hetzelfde te gelden. 4

5 PLAATS IN HET RECHT het door met name Prof. Maeijer uitgewerkte begrip vennootschappelijk belang 9 zijn daarover reeds vele en boeiende verhandelingen geschreven. Hoewel slingerbewegingen in de geschiedenis bepaald niet vreemd zijn, wordt het hedendaagse, Westerse denken nog steeds bepaald door een sterk liberale, en individualistische levensfilosofie. Dat heeft zijn invloed op het recht en op de interpretatie daarvan. Het Nederlands Antilliaanse Boek 2 BW heeft zelfs als uitgangspunt maximale vrijheid en maximale flexibiliteit, voorzien van een openlijke erkenning van aandeelhoudersovereenkomsten, waaraan zelfs vennootschappelijke werking toekomt wanneer alle aandeelhouders én de vennootschap daarbij partij zijn. Een rechtspersoon staat niet op zichzelf, maar maakt ook juridisch deel uit van een netwerk van relaties die bij hem zijn betrokken en waarmee hij rekening moet houden, ook waar het zijn interne huishouding betreft. Boek 2 BW erkent dit met zoveel woorden en past dan ook bij de geest van deze tijd. Deze benadering moet niet worden gehinderd door allerhande dogma s die ons tijdens de rechtenstudie en daarna zijn bijgebracht. Nu met de invoering van Boek 2 BW is gekozen voor een eigen ontwikkeling van het rechtspersonenrecht in de Nederlandse Antillen, voor disconcordantie zo men wil, betekent dit evenzeer dat ook de rechtspraak een eigen ontwikkeling zal doormaken en Boek 2 BW dus niet overeenkomstig het Nederlandse recht of het oude Nederlands Antilliaanse recht dient te worden geïnterpreteerd. 10 Dat zou immers leiden tot een zekere krampachtigheid, waarvoor, gezien de duidelijke keuze van de wetgever, geen plaats is. Het hier geformuleerde uitgangspunt geldt niet alleen voor de bepalingen van Boek 2 BW die min of meer uitdrukkelijk afwijken van het Nederlandse of het oude Nederlands Antilliaanse recht, maar ook voor bepalingen die, zoals bijvoorbeeld die aangaande fusie en splitsing, juist wel uitdrukkelijk zijn overgenomen, althans grotendeels. Ook die bepalingen behoren immers te worden begrepen vanuit de gedachte dat de wetgever maximale vrijheid heeft willen creëren, zodat deze bepalingen hier meer ruimhartig mogen worden geïnterpreteerd dan in Nederland doorgaans gebeurt. In artikel 39 lid 1 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden is vastgelegd dat het burgerlijk recht en handelsrecht, de burgerlijke rechtsvordering, het strafrecht, de strafvordering, de regels met betrekking tot het auteursrecht, de industriële eigendom en het notarisambt, alsmede bepalingen inzake maten en gewichten, in Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba zoveel mogelijk op overeenkomstige wijze worden geregeld. Dit wordt 9 Zie bijvoorbeeld J.M.M. Maeijer, 25 jaren belangenconflict in de naamloze vennootschap, diësrede 1988, 20 blz. 10 Vgl. M.A. Loth, Inleiding, in: M.A. Loth en J. Sybesma (red.), Hoofdstukken Nederlands- Antilliaans en Arubaans recht, 2e druk 2003, blz. 1-2 en

6 INLEIDING doorgaans kort als het concordantiebeginsel aangeduid. 11 In artikel 39 lid 2 van het Statuut is vastgelegd dat een voorstel tot ingrijpende wijziging van de bestaande wetgeving op deze gebieden niet bij het parlement wordt ingediend en door het betrokken parlement niet in behandeling wordt genomen, voordat de regeringen van de twee andere landen in de gelegenheid zijn gesteld van hun zienswijze te doen blijken. Het concordantiebeginsel dat over en weer geldt wordt op vele terreinen in acht genomen: denk aan de meeste boeken van het burgerlijk wetboek, het burgerlijk procesrecht en het straf(proces)recht. De regelingen zijn niet identiek, maar wijken soms op onderdelen van elkaar af, omdat de praktijk daartoe noopt. Dat is ook niet bezwaarlijk. De ontwikkeling van het rechtspersonenrecht is in de drie constituerende landen van het Koninkrijk echter wezenlijk verschillend. Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba varen ieder een eigen koers. 12 Het Nederlandse recht is voor een belangrijk deel op het Europese recht terug te voeren en beperkt daardoor de mogelijkheden voor Nederland om het rechtspersonenrecht, met name het NV-recht, naar eigen inzicht vorm te geven. Aan de andere kant moet die beleidsruimte ook weer niet worden onderschat, zoals blijkt uit de in paragraaf 2.1 genoemde rapporten. Voor de Nederlandse Antillen en Aruba geldt dat het financiële centra zijn die hun blik niet alleen op Nederland (Europa) richten, maar bijvoorbeeld ook op Noord- en Zuid-Amerika. Dat stelt (deels) andere eisen aan het rechtspersonenrecht. De regeling van de A.V.V. in Aruba en van de huidige NV en BV in de Nederlandse Antillen laat dat zien. 1.3 Rechtspraak en literatuur In de tekst wordt veelvuldig naar uitspraken verwezen die betrekking hebben op het Nederlandse recht. De reden is dat verwacht mag worden dat deze uitspraken evenzeer relevantie hebben voor het Nederlands Antilliaanse en Arubaanse recht. Deze verwachting is mede gebaseerd op één van de taken van de Hoge Raad, namelijk het zoveel mogelijk bewaken van de rechtseenheid binnen het Koninkrijk. 11 Vgl. P. van Schilfgaarde, Privaatrecht op de Nederlandse Antillen en Aruba; concordantie in het privaatrecht, WPNR 6356 (1999), blz Overigens is op gezamenlijk initiatief van de Nederlandse en de Nederlands-Antilliaanse minister van Justitie een Gemeenschappelijke werkgroep concordantie rechtspersonenrecht ingesteld onder voorzitterschap van prof. mr. J.M. Saleh, oud-gouverneur van de Nederlandse Antillen. De werkgroep heeft tot taak voorstellen te doen die kunnen dienen als basis voor nadere, de concordantie dienende wijzigingen van het Nederlandse en het Antilliaanse rechtspersonenrecht, waaronder het BV-recht. 6

7 RECHTSPRAAK EN LITERATUUR Hierna volgt een beperkte opgave van literatuur met betrekking tot voornamelijk het Nederlandse recht, waarvan kennisneming nuttig of noodzakelijk kan zijn. Deze literatuur is bij de voorbereiding van dit boek intensief geraadpleegd. Er wordt deels naar oudere drukken verwezen, omdat die beter aansluiten bij het op Aruba geldende recht. Bij de afzonderlijke onderwerpen is her en der relevante Nederlandse, Nederlands Antilliaanse en Arubaanse literatuur vermeld. J.E.M. Akveld e.a., Hoofdstukken Handelsrecht, 4e druk 2001, 798 blz. Asser-Maeijer, De naamloze en de besloten vennootschap, 2 e druk 2000, 1106 blz. H.Th.M. Burgers, Rechtspersonenrecht, in: F.G.B. Graaf en F.W. Lunsingh Scheurleer (red.), Nederlands-Antilliaans recht voor de bank- en financieringspraktijk, NIBE-SVV Bankjuridische reeks, deel 51, 2004, blz Dijk/Van der Ploeg, Van vereniging en stichting, coöperatie en onderlinge waarborgmaatschappij, 4 e druk 2002, 308 blz. S.H.M.A. Dumoulin, Besluitvorming in rechtspersonen, diss. 1999, 328 blz. K. Frielink, De Antilliaanse BV, Nieuwsbrief Antilliaanse Juristenvereniging 3 (1999), blz K. Frielink, De Antilliaanse BV nader beschouwd, TAR-Justicia 1 (2001), blz A.J.W.M. van Hengstum en C.E.M. van Steenderen, Het Nieuwe Verenigingsrecht, 1 e druk 1976, 162 blz. A.G. Lubbers, Vereniging en stichting, gewoon in praktijk, 1 e druk 1983, 232 blz. V.A.E.M. Meijers, Inleiding Personenvennootschappen, 1 e druk 1993, 102 blz. A.L. Mohr, Van maatschap, vennootschap onder firma en commanditaire vennootschap, 5 e druk 1998, 332 blz. P. van Schilfgaarde, De landsverordening besloten vennootschap, TAR-Justicia 1 (2000), blz P. van Schilfgaarde, De Besloten Vennootschap naar het recht van de Nederlandse Antillen, Ondernemingsrecht 2 (2000), blz P. van Schilfgaarde en J.W. Winter, Van de BV en de NV, 13 e druk 2003, 424 blz. L.C.J.M. Spigt en K. Frielink, Fiscaal gestuurd rechtspersonenrecht, WPNR 6356 (1999), blz H. Warendorf en R. Thomas, Netherlands Antilles Civil Code, Book 2, Companies and other Legal Persons, 1 e druk 2005, 166 blz. (vertaling Boek 2 BW Nederlandse Antillen) J.W. Winter, Nieuw: de Antilliaanse Besloten Vennootschap, WPNR 6385 (2000), blz en WPNR 6386 (2000), blz

8

9 A. RECHTSPERSONEN IN DE NEDERLANDSE ANTILLEN

10

11 2. BOEK 2 BURGERLIJK WETBOEK 2.1 Inleiding In de Nederlandse Antillen heeft een grondige herziening van het rechtspersonenrecht plaatsgevonden. De commissie die dit heeft voorbereid bestond uit de Regeringscommissarissen mr G.C.A. Smeets (voorzitter), prof.mr P. van Schilfgaarde en prof.mr A.L. Mohr, bijgestaan door mr W.R. Flocker. Deze commissie heeft gezorgd voor een volledige heroriëntatie op het rechtspersonenrecht. De Nederlandse Antillen hebben thans state-of-the-art wetgeving. In Nederland wordt ook druk gestudeerd op en gedebatteerd over een herziening van met name het BV-recht. Ik volsta hier met te verwijzen naar twee rapporten. In de eerste plaats het rapport Versoepeling van het BV-kapitaalbeschermingsrecht van M.L. Lennarts en J.N. Schutte-Veenstra van 31 maart 2004 dat in opdracht van het Nederlandse Ministerie van Economische Zaken is opgesteld. Dit betreft een rechtsvergelijkend onderzoek naar alternatieve oplossingen voor het huidige regime van kapitaalbescherming zoals dat voor de Nederlandse BV geldt. De belangrijkste conclusies van het rapport zijn: de voorschriften inzake het minimumkapitaal kunnen worden afgeschaft; oprichters van een BV moeten worden verplicht een liquiditeitsverklaring op te stellen en te publiceren; voor het doen van uitkeringen aan aandeelhouders alsmede voor inkoop van aandelen en steunverlening bij de verkrijging van eigen aandelen door een derde zou een solvency requirement moeten worden ingevoerd: uitkeringen mogen alleen plaatsvinden indien de vennootschap daarna nog aan al haar verplichtingen kan voldoen, waarbij wordt voorgesteld uit te gaan van een liquiditeitsverwachting voor een periode van twaalf maanden; er moeten alternatieve wijzen van crediteurenbescherming worden ingevoerd, waaronder een wrongful trading -regel 1 en een regeling inzake achterstelling van kapitaalvervangende aandeelhoudersleningen; en 1 Deze regel houdt ongeveer in dat een bestuurder aansprakelijk kan worden gesteld wanneer hij de onderneming van een vennootschap continueert in de wetenschap, of wanneer hij had behoren te weten, dat de daarmee gemoeide verplichtingen niet kunnen worden nagekomen (er dus geen redelijk uitzicht is dat de vennootschap een faillissement kan vermijden) en hij niet alle mogelijkheden heeft benut om schade voor de crediteuren zoveel mogelijk te beperken. Nieuwe en oude crediteuren kunnen de bestuurder in privé aanspreken. 11

12 BOEK 2 BURGERLIJK WETBOEK de mogelijkheid van invoering van aandelen zonder nominale waarde is wenselijk. Het tweede rapport is getiteld Vereenvoudiging en flexibilisering van het Nederlandse BV-recht en is onder voorzitterschap van prof.mr H.J. de Kluiver tot stand is gekomen. 2 Dit rapport zag het licht op 6 mei 2004 en is geschreven op verzoek van de Nederlandse Minister van Justitie en de Staatssecretaris van Economische zaken. Het rapport bevat een groot aantal aanbevelingen, verdeeld in drie hoofdthema s: i) orgaanstructuur en bevoegdheden organen; ii) beslotenheid, aandelen en certificaten en tenslotte iii) kapitaal en vermogen. Daarnaast zijn in het rapport ook voorstellen geformuleerd ten aanzien van de regeling voor tegenstrijdig belang, doeloverschrijding en de taal van de statuten. De uitgangspunten bij dit rapport waren: minder dwingend en meer regelend recht; meer vrijheid voor aandeelhouders om de onderneming naar eigen inzicht en wensen vorm te geven met voldoende waarborgen voor de belangen van andere partijen; regels die onnodig belemmerend of ineffectief zijn, kunnen vervallen; vermindering van (administratieve) lasten; een evenwichtige bescherming van crediteuren; het wegnemen van rechtsonzekerheid; aansluiten bij de behoeften van de hedendaagse, nationale en internationale, praktijk; aansluiten bij ontwikkelingen in de Nederland omringende landen en de Europese Unie; en geen nieuwe rechtsvorm, maar oplossing van knelpunten in het huidige BV-recht. Het inzicht dat vennootschapswetgeving er in de eerste plaats is om activiteiten te faciliteren en niet om die in de weg te staan bestaat inmiddels in brede kring. Ook in Nederland zal dit tot aanpassing van de wetgeving leiden, zij het met enige aan Nederland eigen terughoudendheid, terwijl de ruimte die Nederland voor flexibilisering en vereenvoudiging heeft ook tot op zekere hoogte wordt beperkt door Europese regelgeving. 3 In de MvT bij het eerste ambtelijke voorontwerp inzake de aanpassing van de regeling van de Nederlandse BV wordt als volgt beargumenteerd waarom het Nederlands Antilliaanse voorbeeld niet wordt gevolgd: 2 Vindplaatsen voor beide rapporten: en 3 Zie J. Fleming, Verslag van het vijftiende congres van het Instituut voor Ondernemingsrecht: de vereenvoudiging van het BV-recht, Ondernemingsrecht 14 (2004), blz

13 INLEIDING Bij de voorbereiding van het wetsvoorstel heeft voorop gestaan dat de nieuwe BV zoveel mogelijk moet aansluiten bij de wensen die in de praktijk leven. Hierbij past een benadering die is gericht op het oplossen van de knelpunten die ondernemers thans ervaren. Weliswaar heeft de Antilliaanse regeling hierbij als inspiratiebron gediend, maar ik acht het niet wenselijk om deze rechtsvorm over te nemen. Een belangrijke rol heeft hierbij gespeeld dat de praktijk vertrouwd is met de huidige BV-regeling. Een al te ingrijpende wijziging van de wettelijke regeling zou veel inspanningen vereisen van zowel de ondernemers zelf als de juridische adviespraktijk. Bovendien zouden de jurisprudentie en de doctrine omtrent de huidige BV wellicht deels hun waarde verliezen. De rechtszekerheid die voortvloeit uit de juridische ontwikkelingen en leerstukken rond de huidige BV moet niet worden onderschat. Een andere reden om te kiezen voor deze aanpak is een praktische: het ontwerpen van een geheel nieuwe rechtsvorm zou waarschijnlijk lang duren, terwijl de omstandigheden op nationaal en internationaal niveau vragen om een herziening op de korte termijn. Daarnaast zou een geheel nieuwe BV naast de bestaande BV weinig meerwaarde hebben, omdat alle knelpunten die in het BV-recht zijn ontdekt, niet daar zouden worden opgelost. Deze argumentatie is weinig overtuigend. Het is niet noodzakelijk de Nederlands Antilliaanse wetgeving in Nederland integraal in te voeren, maar dat de Nederlandse praktijk vertrouwd is met de huidige regeling en dat met een ingrijpende wetswijziging de rechtspraak en doctrine hun waarde (overigens slechts ten dele) zouden verliezen, is nu eenmaal de prijs die voor verandering moet worden betaald en die onderdeel is van een normale en gezonde rechtsontwikkeling. De uitgesproken vrees lijkt mij niet op te wegen tegen de behoefte aan betere wetgeving. Dat eerder zonder noemswaardige problemen grote wetgevingsoperaties hebben plaatsgevonden en dat in de praktijk Nederlandse ondernemers zonder moeite buitenlandse rechtsvormen voor hun activiteiten gebruiken, is een extra relativering van de genoemde bezwaren. De nieuwe Nederlands Antilliaanse regeling is op 1 maart 2004 van kracht geworden en is in Boek 2 BW ondergebracht. 4 Anders dan destijds bij de BV, is niet sprake van gelegenheidswetgeving. In het voorwoord is reeds opgemerkt dat sprake is van een duidelijke visie, waarbij rekening is gehouden met de noden en wensen van de praktijk. Dat wil niet zeggen dat Boek 2 BW perfect is. Zoals dat zo vaak bij complexe wetgeving het geval is, zitten er her en der schoonheidsfoutjes in en geven sommige bepalingen aanleiding tot problemen of debat over de precieze betekenis daarvan. Dit alles neemt niet weg dat sprake is van een bijzonder knap stuk wetgeving. 4 Zie ook H.Th.M. Burgers, Rechtspersonenrecht, in: F.G.B. Graaf en F.W. Lunsingh Scheurleer (red.), Nederlands-Antilliaans recht voor de bank- en financieringspraktijk, NIBE-SVV Bankjuridische reeks, deel 51, 2004, blz In Karel s Legal Blog ( wordt periodiek aandacht besteed aan vraagstukken en ontwikkelingen met betrekking tot Boek 2 BW. 13

14 BOEK 2 BURGERLIJK WETBOEK Hoewel bij het maken van het ontwerp naar de Nederlandse wet is gekeken, zijn de verschillen tussen beide regelingen aanzienlijk. Er is lering getrokken uit de Nederlandse ervaringen. 5 In navolging van de Nederlandse wetgever heeft de Antilliaanse wetgever ervoor gekozen om rechtspersonen de mannelijke vorm mee te geven en die dus niet langer met haar maar met zijn aan te duiden. Rechtspersonen verliezen daardoor aan charme. Men zij er hierbij overigens wel op bedacht dat een vennootschap nog steeds de vrouwelijke vorm heeft. Belangrijker is dat in Boek 2 BW niet de in Nederland bestaande bepalingen zijn opgenomen die verband houden met een verplichte kapitaalbescherming. Denk in dat verband aan een verplichte minimumstorting bij Nederlandse naamloze en besloten vennootschappen en het verbod op financiële steunverlening door een vennootschap aan degene die aandelen in haar kapitaal wil verwerven (de zogeheten 207c problematiek). De waarde van deze voorschriften staat terecht al heel lang ter discussie. In Boek 2 BW zijn natuurlijk wel allerlei normen opgenomen die grenzen stellen aan de vrijheid en flexibiliteit, maar alleen voor zover die nodig worden geacht met het oog op de bescherming van primair de crediteuren en minderheidsaandeelhouders. Aan Boek 2 BW is de invoering van een Landsverordening aangaande de BV voorafgegaan. 6 Aan de wieg van die BV stonden prof.mr P. van Schilfgaarde, mr G.C.A. Smeets, mr J.B.M. Clement en mr W.R. Flocker. De BV lijkt nauwelijks op de Nederlandse BV en week tot 1 maart 2004 bovendien fundamenteel af van de NV. Fundamenteel uitgangspunt van de wetgever was de maximale vrijheid van inrichting en inkleding. Alleen met het oog op de belangen van crediteuren en minderheidsaandeelhouders waren enkele waarborgen opgenomen. Voor alle rechtsvormen van Boek 2 BW geldt thans dat fundamentele uitgangspunt. Vrijheid van statutaire inrichting is dus het kernbegrip in Boek 2 BW. Alles mag, tenzij de wet of de openbare orde en goede zeden zich daartegen verzetten. In theorie kunnen bij de NV of de BV ook het vennootschappelijk belang en de vennootschappelijke orde nog belemmeringen opwerpen, maar het eerste begrip vraagt bij de NV en BV om een principieel andere benadering dan in Nederland, terwijl het tweede begrip in de loop der tijd eerst een nadere invulling zal moeten krijgen om zinvol te kunnen worden gehanteerd. 5 Zie in dat verband ook H.J.M.N. Honée, Moet Boek 2 worden ingevoerd?, WPNR 6356 (1999), blz Honée schrijft Hier moet mij van het hart dat wij Nederlanders ons op dit punt wel wat te verwijten hebben. Jaarlijks vliegen velen vanuit hier naar daarginds om er onderricht te geven. Zelden wordt de moeite genomen de daar waarneembare rechtsontwikkeling te bestuderen en te beschrijven. Die opmerking is gelukkig door een aantal juristen ter harte genomen. 6 Deze landsverordening is met het in werking treden van Boek 2 BW komen te vervallen. 14

15 INLEIDING Er heeft zich ten aanzien van de nieuwe NV en de BV nog geen vennootschappelijke orde ontwikkeld, terwijl die van de voormalige Antilliaanse NV of de Nederlandse NV en BV bepaald niet zonder meer kan worden gecopieerd; daarvoor zijn de verschillen te fundamenteel. Bij de interpretatie van de nieuwe Antilliaanse regelgeving is het goed om dit voor ogen te houden. Bij de NV bestond tot 1 maart 2004 de preventieve juridisch-technische toetsing door het departement van justitie van de (ontwerp-)statuten. Deze toetsing die voor de BV nimmer heeft bestaan is thans afgeschaft; er is voor de oprichting derhalve geen verklaring van geen bezwaar meer nodig. Er is bij alle rechtspersonen gekozen voor meer flexibiliteit voor wat betreft inrichting en inkleding van de statuten. Dat grote vrijheid bestaat betekent niet dat een willekeurig aantal bepalingen bij elkaar kan worden geraapt en vervolgens kan worden voorzien van het kopje statuten. Van statuten mag ten minste worden verwacht dat ze inhoudelijk coherent (samenhangend) en consistent zijn en dus geen innerlijke tegenstrijdigheden bevatten. Bovendien moeten de statuten in ieder geval de bepalingen bevatten die in de wet staan opgesomd (zie o.a. artt. 2:4; 2:50 lid 1; 2:51; 2:70 lid 1; 2:71 lid 2; 2:90; 2:101; 2:102; 2:201 en 2:202 BW). De moeilijkste vraag waar het notariaat zich voor geplaatst ziet is wat de grenzen van de mogelijkheden zijn, waarbij er wel op moet worden gewezen dat niet iedere overschrijding van die grenzen automatisch leidt tot aansprakelijkheid van de betrokken notaris. Dit zal slechts anders zijn wanneer door de ongeldigheid van een bepaling door de cliënt of door een derde schade wordt geleden, en bij de notaris gerede twijfel bestond of had behoren te bestaan omtrent de geldigheid van de gewraakte bepaling en hij zijn cliënten daarvan niet tijdig deelgenoot heeft gemaakt. Die cliënten kunnen in een twijfelgeval immers zelf besluiten de gok te nemen. Met het oog op eventuele schade van derden kan de notaris zich door zijn cliënten laten vrijwaren. Overigens zal in zijn algemeenheid aan de voorwaarden van het leerstuk onrechtmatige daad (de enige grond waarop derden een actie tegen de notaris kunnen baseren) niet snel zijn voldaan. Door de Minister van Justitie is een Commissie Boek 2 BW in het leven geroepen. Deze commissie dient als vraagbaak voor de praktijk en is tevens bedoeld om Boek 2 BW te evalueren. De adviezen van de commissie zijn niet bindend en een tot oordelen geroepen rechter kan er dan ook aan voorbij gaan. De commissie wordt echter bijgestaan door een tweetal adviseurs, die ook bij het ontwerpen van Boek 2 BW waren betrokken, zodat adviezen van de commissie ook weer niet zo snel als geheel vrijblijvend terzijde zullen worden geschoven. De op de eerste titel volgende titels van Boek 2 beginnen steeds met een rond getal, te weten 50, 70, 90, 100, 200, 250 en 300. Dat maakt de wet beter hanteerbaar, in het bijzonder omdat de bepalingen inzake de NV (art. 2:100 15

16 BOEK 2 BURGERLIJK WETBOEK e.v. BW) en BV (art. 2:200 e.v. BW) voor een belangrijk deel parallel lopen. Die bepalingen zullen hierna in afzonderlijke paragrafen worden besproken, terwijl in paragraaf ook op het niet in Boek 2 BW geregelde incorporatiestelsel wordt ingegaan. Het overgangsrecht is te vinden in de Landsverordening van 16 februari 2004 tot wijziging van de wetgeving in verband met de invoering van Boek 2 BW, 7 waaronder de Landsverordening regelende het overgangsrecht ter gelegenheid van de invoering van de Boeken 1, 3, 5, 6, 7 en 8 van het Burgerlijk Wetboek 8 (de Overgangsregeling). Daarin is na titel 2 een nieuwe titel 2A ingevoegd, luidende: Titel 2A - Overgangsbepalingen in verband met Boek 2. Deze titel loopt van artikel 37a tot en met 37y en zal hier niet integraal worden besproken. Krachtens de Invoeringslandsverordening van 16 februari 2004 wordt allereerst het WvK gewijzigd, voornamelijk in die zin dat de 3e afdeling van de 2e titel van het 1e Boek daarvan (het NV-recht) vervalt. Ook het BW is op enkele punten gewijzigd (zo zijn bijvoorbeeld fusie en splitsing toegevoegd aan de wijzen waarop, ingevolge art. 3:80 BW, kan worden verkregen onder algemene titel en is de titel met betrekking tot zedelijke lichamen in Boek 7A komen te vervallen). Voorts zijn een aantal Landsverordeningen ingetrokken (de Landsverordening op Stichtingen, de Verordening tot regeling der Coöperatieve Verenigingen, de Landsverordening inzake de besloten vennootschap en de Landsverordening zetelverplaatsing derde landen 9 ) en werden talloze andere landsverordeningen gewijzigd. Het overgangsrecht regelt de vraag welk recht het oude of het nieuwe na inwerkingtreding van de nieuwe wet van toepassing is op reeds bestaande rechtssituaties en op feiten die daarvóór hebben plaatsgevonden. Blijft daarop het oude recht van toepassing dan spreekt men van eerbiedigende werking van het nieuwe recht, zoniet dan is sprake van exclusieve werking. Voor dat laatste geval bevat het overgangsrecht, daar waar de wetgever dat noodzakelijk of wenselijk acht, overbruggingsregels die de toepasselijkheid van regels van nieuw recht voor de praktijk aanvaardbaar moeten maken door deze met uitgestelde werking in te voeren. Op feiten die zich pas ná de inwerkingtreding van de nieuwe wet hebben voorgedaan en op rechtsbetrekkingen die nadien zijn ontstaan, is vanzelfsprekend uitsluitend het nieuwe recht van toepassing. Indien en voor zover statutaire bepalingen van een rechtspersoon in strijd zijn met dwingende bepalingen van Boek 2 BW, moeten die statutaire bepalingen voor niet-geschreven worden gehouden; zij worden van rechtswege ter- 7 P.B. 2004, P.B. 2000, Zie echter artikel II van de reparatiewet van 24 december 2004, P.B. 2004, 198, die voor bepaalde vennootschappen de Landsverordening zetelverplaatsing derde landen laat herleven. 16

17 INLEIDING zijde gesteld. Een rechtspersoon is niet verplicht om zijn statuten te wijzigen om deze in overeenstemming met de dwingende bepalingen van de wet te brengen; het ligt overigens wel voor de hand om bij een voorgenomen statutenwijziging de statuten ook aan de wet te toetsen. Hierna volgen een aantal voorbeelden ter illustratie van de werking van het overgangsrecht. Een nieuwe regel is dat een bestuurder van een rechtspersoon geen dienstverband met die rechtspersoon kan hebben (art. 2:8 lid 5 BW). Maar wie benoemd is vóór het in werking treden van Boek 2 BW blijft werknemer zolang hij bestuurder is. Dat is eerbiedigende werking. Wie benoemd is op of ná 1 maart 2004 is geen werknemer en zal zich dus ook niet kunnen beroepen op de beschermende bepalingen van het arbeidsrecht. Een andere nieuwe regel is dat alleen natuurlijke personen commissaris kunnen zijn (art. 2:19 lid 7 BW). Een commissaris-rechtspersoon die is benoemd vóór 1 maart 2004 mag nog twee jaar tot 1 maart 2006 commissaris blijven, maar verliest daarna deze positie automatisch; er ontstaat derhalve van rechtswege een vacature. Dat is exclusieve maar uitgestelde werking, zij het met een overbruggingsregeling. Iedere benoeming van een rechtspersoon tot commissaris is met ingang van 1 maart 2004 niet meer dan een slag in de lucht. Artikel 2:16 BW inzake aansprakelijkheid bij faillissement geldt alleen voor het geval de faillissementstoestand onherroepelijk is ingetreden ná het in werking treden van Boek 2 BW en bovendien alleen voor onbehoorlijke taakvervulling die heeft plaatsgevonden ná die inwerkingtreding. In de MvT wordt opgemerkt dat het immers geen aanbeveling verdient regels met terugwerkende kracht op te stellen. 10 Uiteraard kan een curator nog steeds op basis van het oude recht een bestuurder aansprakelijk stellen als daarvoor gronden zijn; de artikelen 106 en 116 WvKNA blijven op de oude feiten van toepassing. De curator kan zijn vordering ook op het leerstuk onrechtmatige daad baseren (art. 6:162 BW); dat geldt zowel in de situatie vóór 1 maart 2004 als daarna. 10 Dat terugwerkende kracht niet wenselijk is, is juist, maar de inwerkingtreding van een landsverordening mag in beginsel wel met terugwerkende kracht plaatsvinden. Dat zou strijd met het rechtszekerheidsbeginsel kunnen opleveren, maar de rechter is niet bevoegd hieraan consequenties te verbinden. Vgl. A.B. van Rijn, Staatsrecht II: De Nederlandse Antillen en Aruba, in: M.A. Loth en J. Sybesma (red.), Hoofdstukken Nederlands-Antilliaans en Arubaans recht, 2e druk 2003, blz

Het komende Surinaamse rechtspersonenrecht

Het komende Surinaamse rechtspersonenrecht 11 e Handelsmissie Zaken doen met de Nederlandse Antillen, Aruba en Suriname Het komende Surinaamse rechtspersonenrecht Vrijdag 7 mei 2010 Avila Hotel, Curaçao Mr. K. Frielink 14.50 15.15 uur Er zal op

Nadere informatie

Voordracht P. van Schilfgaarde, Congres Spigt Dutch Caribbean, 22 oktober 2012. Boek 2 Curaçao per 1-1-2012. Overzicht belangrijkste wijzigingen

Voordracht P. van Schilfgaarde, Congres Spigt Dutch Caribbean, 22 oktober 2012. Boek 2 Curaçao per 1-1-2012. Overzicht belangrijkste wijzigingen Voordracht P. van Schilfgaarde, Congres Spigt Dutch Caribbean, 22 oktober 2012 Boek 2 Curaçao per 1-1-2012. Overzicht belangrijkste wijzigingen 1. Redenen voor wijziging tekst 2004: vooral Nederlandse

Nadere informatie

Inleiding. Vraagpunt a (algemeen)

Inleiding. Vraagpunt a (algemeen) Advies van de Commissie Vennootschapsrecht inzake de vraagpunten in verband met de voorbereiding van een wetsontwerp over de vereenvoudiging en flexibilisering van het BV-recht Inleiding 1. De Minister

Nadere informatie

AMBTELIJK VOORONTWERP Memorie van Toelichting

AMBTELIJK VOORONTWERP Memorie van Toelichting AMBTELIJK VOORONTWERP Memorie van Toelichting 1. Inleiding Dit wetsvoorstel voorziet in de mogelijkheid voor coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen om te kiezen voor een monistisch bestuursmodel.

Nadere informatie

VEREENIGING PREADVIEZEN. Europa! Europa? De invloed van het Europese vennootschaps- en effectenrecht nu en in de toekomst. Prof. mr. M.L.

VEREENIGING PREADVIEZEN. Europa! Europa? De invloed van het Europese vennootschaps- en effectenrecht nu en in de toekomst. Prof. mr. M.L. VEREENIGING PREADVIEZEN Europa! Europa? De invloed van het Europese vennootschaps- en effectenrecht nu en in de toekomst Prof. mr. M.L. Lennarts Mr. J. Roest Mr. S.F.G. Rammeloo Mr. E. Prof. mr. R.P. Raas

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet in verband met het verbeteren van de kwaliteit van bestuur en toezicht bij verenigingen en stichtingen alsmede de uniformering van enkele bepalingen

Nadere informatie

Verbintenissenrecht. Inleiding in het recht

Verbintenissenrecht. Inleiding in het recht Inhoud I Verbintenissenrecht 17 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10 1.11 in het recht 19 19 Recht en rechtsbronnen 19 1.2.1 Wetten 20 1.2.2 Verdragen 21 1.2.3 Jurisprudentie 23 1.2.4 Het gewoonterecht

Nadere informatie

Update ' toezicht op bestuur in relatie tot de rol van participatiemaatschappijen in hun portefeuillebedrijven'

Update ' toezicht op bestuur in relatie tot de rol van participatiemaatschappijen in hun portefeuillebedrijven' Update ' toezicht op bestuur in relatie tot de rol van participatiemaatschappijen in hun portefeuillebedrijven' 1 Toezicht op bestuur Op 31 mei 2011 is het wetsvoorstel bestuur en toezicht (het "Wetsvoorstel")

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 283 Wet van 22 juni 2000 tot wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de herziening van het preventief toezicht bij oprichting

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 277 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de herziening van het preventief toezicht bij oprichting en wijzigingen van

Nadere informatie

Rechtsvorm en gebruik van LLP s en LLC s

Rechtsvorm en gebruik van LLP s en LLC s Rechtsvorm en gebruik van LLP s en LLC s Onderzoek door mr. J.M. Blanco Fernández en prof. mr. M. van Olffen (Van der Heijden Instituut, Radboud Universiteit Nijmegen) in opdracht van het Wetenschappelijk

Nadere informatie

Wet Flex-BV in vogelvlucht

Wet Flex-BV in vogelvlucht Wet Flex-BV in vogelvlucht Van Wim Eikendal en Janou Briaire Plaats/Datum Maastricht, 20 juni 2012 Op 1 oktober 2012 treedt de wetgeving inzake de vereenvoudiging en flexibilisering van het BV-recht in

Nadere informatie

I VERBINTENISSENRECHT 17

I VERBINTENISSENRECHT 17 I VERBINTENISSENRECHT 17 1 Inleiding in het recht 19 1.1 Inleiding 19 1.2 Recht en rechtsbronnen 20 1.2.1 Wetten 20 1.2.2 Verdragen 21 1.2.3 Jurisprudentie 22 1.2.4 Het gewoonterecht 23 1.3 Privaatrecht

Nadere informatie

DE ANTILLIAANSE BESLOTEN VENNOOTSCHAP

DE ANTILLIAANSE BESLOTEN VENNOOTSCHAP DE ANTILLIAANSE BESLOTEN VENNOOTSCHAP Cursusonderdeel: Statuten van de BV Woensdag 20 october 1999 van 18.00 tot 19.00 Docent: mr K. Frielink 1. Inleiding In dit cursusonderdeel staan het karakter van

Nadere informatie

Personenvennootschappen

Personenvennootschappen Personenvennootschappen mei 2006 mr De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel noch de auteur noch kan aansprakelijk worden gesteld voor schade

Nadere informatie

Verbintenissenrecht & ondernemingsrecht

Verbintenissenrecht & ondernemingsrecht Verbintenissenrecht & ondernemingsrecht Mr. CW.de Ruiter Mr. R.Westra Derde druk Boom Juridische uitgevers Den Haag Inhoud I VERBINTENISSENRECHT in het recht Recht en rechtsbronnen Wetten Verdragen Jurisprudentie

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding en algemene bepalingen

Inhoud. Inleiding en algemene bepalingen Inhoud I 1 2 3 4 5 6 7 8 10 11 12 13 14 15 II 17 18 1 20 Inleiding en algemene bepalingen Plaatsbepaling van het rechtspersonenrecht Rechtspersoon en rechtspersoonlijkheid Rechtssubject Gelijkstelling

Nadere informatie

Het besturen van een vereniging en stichting

Het besturen van een vereniging en stichting Het besturen van een vereniging en stichting Roland van Mourik notaris Cursus Goed Bestuur Nijmegen 6 oktober 2009 Roland van Mourik 37 jaar 1990-1991 propaedeuse rechten te Leiden 1991-1996 notarieel

Nadere informatie

1. Decertificering en dematerialisatie van aandelen

1. Decertificering en dematerialisatie van aandelen 1 TOELICHTING BEHORENDE BIJ HET VOORSTEL TOT WIJZIGING VAN DE STATUTEN VAN ALANHERI N.V. ("ALANHERI" OF "DE VENNOOTSCHAP") Behorende bij agendapunt 8 van de op 27 mei 2011 te houden algemene vergadering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 483 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met kwijting aan bestuurders en commissarissen Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING

Nadere informatie

College NV en BV; Aandelen

College NV en BV; Aandelen College NV en BV; Aandelen Mr. K. Frielink Universiteit van de Nederlandse Antillen Dinsdag 23 februari 2010 van 19.00-20.30 uur NV en BV - inleiding 1. De NV is een RP met een of meer op naam of aan toonder

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 425 Wet van 14 september 2006 tot uitvoering van verordening (EG) Nr. 1435/2003 van de Raad van de Europese Unie van 22 juli 2003 betreffende

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF 21 juni 2011

NIEUWSBRIEF 21 juni 2011 MR. J.B.H. THIEL Ondernemingsrechtadviseur NIEUWSBRIEF 21 juni 2011 Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting Op 12 mei 2011 heeft de Koningin aan de Tweede Kamer aangeboden 'een voorstel

Nadere informatie

Samenvatting Ondernemingsrecht R10343

Samenvatting Ondernemingsrecht R10343 Samenvatting Ondernemingsrecht R10343 Auteur: Dick Tillema Datum: 18 januari 2016 Opleiding: OU Bachelor Bedrijfskunde Ondernemingsrecht OU DT, januari juni 2016 Pag. 1 Hoofdstuk 1. Inleiding Nav Dorresteijn

Nadere informatie

Praktijkleergang Ondernemingsrecht

Praktijkleergang Ondernemingsrecht Praktijkleergang Ondernemingsrecht 7-daagse praktijkleergang september 2015 december 2015 *basisniveau Doel van de praktijkleergang Ondernemingsrecht: Opfrissen van de huidige kennis van het ondernemingsrecht

Nadere informatie

Praktijkleergang Ondernemingsrecht

Praktijkleergang Ondernemingsrecht Praktijkleergang Ondernemingsrecht 7-daagse praktijkleergang maart 2017 juni 2017 *basisniveau Doel van de praktijkleergang Ondernemingsrecht: Opfrissen van de huidige kennis van het ondernemingsrecht

Nadere informatie

20.2. De Raad van Bestuur stelt een reglement op waarin

20.2. De Raad van Bestuur stelt een reglement op waarin - 1 - Algemene vergadering van Aandeelhouders ING Groep N.V. Datum : 14 mei 2012 Betreft : toelichting voorstel statutenwijziging ING Groep N.V. Algemene toelichting Voorgesteld wordt om de statuten van

Nadere informatie

Recht P2 Auteur: Lydia Janssen

Recht P2 Auteur: Lydia Janssen Recht P2 Auteur: Lydia Janssen Ondernemingsvormen zonder rechtspersoonlijkheid Eenmanszaak Maatschap VOF (CV) Ondernemingsvormen met rechtspersoonlijkheid (2:3 BW) BV NV (vereniging, coöperatie, OWM, stichting)

Nadere informatie

Praktijkleergang Ondernemingsrecht

Praktijkleergang Ondernemingsrecht Praktijkleergang Ondernemingsrecht 7-daagse praktijkleergang / september 2014 december 2014 *basisniveau Doel van de praktijkleergang Ondernemingsrecht: Opfrissen van de huidige kennis van het ondernemingsrecht

Nadere informatie

Recht in je opleiding

Recht in je opleiding Verbintenissenrecht el ondernemingsrecht Mr. C.W. de Ruiter Mr. R. Westra Tweede druk Boom Juridische uitgevers Den Haag 201 o Inhoud VERBINTENISSENRECHT I I.I 1.2 i-3 1.4 1.6 i-7 1.8 1.9 I.IO in het recht

Nadere informatie

RELATIE OVEREENKOMST. tussen. ForFarmers N.V. als de Vennootschap. Coöperatie FromFarmers U.A. als de Coöperatie

RELATIE OVEREENKOMST. tussen. ForFarmers N.V. als de Vennootschap. Coöperatie FromFarmers U.A. als de Coöperatie RELATIE OVEREENKOMST tussen ForFarmers N.V. als de Vennootschap en Coöperatie FromFarmers U.A. als de Coöperatie 2 INHOUDSOPGAVE 1 DEFINITIES EN INTERPRETATIE... 4 1.1 Definities... 4 1.2 Interpretatie...

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 274 Wet van 18 juni 2012 tot wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de aanpassing van het recht van enquête 0 Wij Beatrix,

Nadere informatie

25.De flexibele BV; oprichting, aandelen zonder stemrecht en zonder winstrecht

25.De flexibele BV; oprichting, aandelen zonder stemrecht en zonder winstrecht 25 25.De flexibele BV; oprichting, aandelen zonder stemrecht en zonder winstrecht In het voorstel van Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht worden onder andere de vereisten voor de oprichting

Nadere informatie

Masterclass Toezicht op en in de financiële sector

Masterclass Toezicht op en in de financiële sector Masterclass Toezicht op en in de financiële sector ALGEMEEN KADER STAATSRECHT PROFMR LODEWIJK ROGIER 19 MAART 2019 1 STAATSRECHT 2 RECHTSSTAAT 3 CONCORDANTIEBEGINSEL 4 BESTUURLIJKE HANDHAVING ALGEMEEN

Nadere informatie

Vennootschappelijk belang en instructierecht: een (on)gelukkige combinatie?

Vennootschappelijk belang en instructierecht: een (on)gelukkige combinatie? Vennootschappelijk belang en instructierecht: een (on)gelukkige combinatie? Prof. mr. drs. I.S. Wuisman Mr. dr. R.A. Wolf Leiden Revisited, 9 september 2014 Programma Introductie; Statutair instructierecht;

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 309 Uitvoering van verordening (EG) Nr. 2157/2001 van de Raad van de Europese Unie van 8 oktober 2001 betreffende het statuut van de Europese

Nadere informatie

Inleiding Wet Bestuur & Toezicht Rechtspersonen (WBTR) mr drs. J.J. Kramer

Inleiding Wet Bestuur & Toezicht Rechtspersonen (WBTR) mr drs. J.J. Kramer Inleiding Wet Bestuur & Toezicht Rechtspersonen (WBTR) mr drs. J.J. Kramer rechtsbeginselen rechtspraak Verdrag rechtsnormen INTERNE RECHTSORDE WET GEWOONTE 1. Burgerlijk Wetboek (BW2) 2. WFT, WTZi, WHW,

Nadere informatie

Praktijkleergang Ondernemingsrecht

Praktijkleergang Ondernemingsrecht Praktijkleergang Ondernemingsrecht 7-daagse praktijkleergang maart 2016 juni 2016 *basisniveau Doel van de praktijkleergang Ondernemingsrecht: Opfrissen van de huidige kennis van het ondernemingsrecht

Nadere informatie

COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT

COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT Datum: Kenmerk: De Minister van Justitie, mr A.H. Korthals Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Excellentie, inzake: Adviesaanvraag commissie vennootschapsrecht over het wetsvoorstel

Nadere informatie

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen Ministerie van Justitie en Veiligheid Ingediend op https://www.internetconsultatie.nl/moderniseringpersonenvennootschap Amsterdam, 29

Nadere informatie

Praktische opdracht Management & Organisatie Rechtsvormen

Praktische opdracht Management & Organisatie Rechtsvormen Praktische opdracht Management & Organisatie Rechtsvormen Praktische-opdracht door een scholier 1848 woorden 19 december 2007 7,5 9 keer beoordeeld Vak M&O De opdracht: 1 ondernemingsvormen - Zoek via

Nadere informatie

College Inleiding rechtspersonen en personenvennootschappen; oprichting van rechtspersonen

College Inleiding rechtspersonen en personenvennootschappen; oprichting van rechtspersonen College Inleiding rechtspersonen en personenvennootschappen; oprichting van rechtspersonen Mr. K. Frielink Universiteit van de Nederlandse Antillen Dinsdag 26 januari 2010 van 19.00-20.30 uur 1. Begrippen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 059 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Faillissementswet, alsmede enige andere wetten in verband met de introductie van aanvullende

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2004 2005 29 309 Uitvoering van verordening (EG) Nr. 2157/2001 van de Raad van de Europese Unie van 8 oktober 2001 betreffende het statuut van de Europese

Nadere informatie

28 oktober 2010 Modernisering van het Nederlandse ondernemingsrecht / presentatie 28 oktober 2010 Ellen Timmer

28 oktober 2010 Modernisering van het Nederlandse ondernemingsrecht / presentatie 28 oktober 2010 Ellen Timmer Modernisering van het Nederlandse ondernemingsrecht (o.a. flex) 28 oktober 2010 door ( Rotterdam Ellen Timmer (kantoor Belangrijke veranderingen in het Nederlandse ondernemingsrecht, onder meer: flexibilisering

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Lijst van afkortingen /XI. HOOFDSTUK 1 Inleiding /1

INHOUDSOPGAVE. Lijst van afkortingen /XI. HOOFDSTUK 1 Inleiding /1 INHOUDSOPGAVE Lijst van afkortingen /XI HOOFDSTUK 1 Inleiding /1 1.1 Inleiding / 1 1.1.1 Probleemstelling / 2 1.1.2 Plan van aanpak en verantwoording / 2 1.2 De positie van de bestuurder binnen de vennootschap

Nadere informatie

BIJLAGE A BIJ DE TOELICHTING OP DE AGENDA VOOR DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN ALLIANDER N.V., TE HOUDEN OP 27 MAART 2013

BIJLAGE A BIJ DE TOELICHTING OP DE AGENDA VOOR DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN ALLIANDER N.V., TE HOUDEN OP 27 MAART 2013 BIJLAGE A BIJ DE TOELICHTING OP DE AGENDA VOOR DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN ALLIANDER N.V., TE HOUDEN OP 27 MAART 2013 PROFIELSCHETS RVC 1. OMVANG EN SAMENSTELLING VAN DE RVC 1.1 Uitgangspunt

Nadere informatie

GECOMBINEERDE COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT. van de. Nederlandse Orde van Advocaten. en de. Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie

GECOMBINEERDE COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT. van de. Nederlandse Orde van Advocaten. en de. Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie GECOMBINEERDE COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT van de Nederlandse Orde van Advocaten en de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie Advies inzake Wetsvoorstel (Kamerstukken 31 763) tot Wijziging van boek 2

Nadere informatie

Uw nummer (letter): 2014/28122 Uw brief van: 29 juli 2014 Ons nummer: 14082014.01 Willemstad, 14 augustus 2014

Uw nummer (letter): 2014/28122 Uw brief van: 29 juli 2014 Ons nummer: 14082014.01 Willemstad, 14 augustus 2014 Aan De Minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning. De heer Earl Balborda Seru Arrarat z/n Alhier Uw nummer (letter): 2014/28122 Uw brief van: 29 juli 2014 Ons nummer: 14082014.01 Willemstad,

Nadere informatie

VOORSTEL TOT WIJZIGING VAN DE STATUTEN VAN WERELDHAVE N.V., gevestigd in de gemeente Haarlemmermeer (Schiphol),

VOORSTEL TOT WIJZIGING VAN DE STATUTEN VAN WERELDHAVE N.V., gevestigd in de gemeente Haarlemmermeer (Schiphol), VOORSTEL TOT WIJZIGING VAN DE STATUTEN VAN WERELDHAVE N.V., gevestigd in de gemeente Haarlemmermeer (Schiphol), zoals ter besluitvorming voor te leggen aan de algemene vergadering van aandeelhouders te

Nadere informatie

1. Inschrijvingsplicht voor rechtspersonen en ondernemingen

1. Inschrijvingsplicht voor rechtspersonen en ondernemingen Handelsregister 1. Inschrijvingsplicht voor rechtspersonen en ondernemingen Op grond van art. 5 aanhef en sub a Handelsregisterwet 2007 wordt een onderneming die in Nederland is gevestigd en die toebehoort

Nadere informatie

DE FLEX-BV KORT & BONDIG

DE FLEX-BV KORT & BONDIG DE FLEX-BV KORT & BONDIG Marxman Advocaten B.V. Sectie Ondernemingen Inleiding & Indeling Met ingang van 1 oktober 2012 treedt de Wet vereenvoudiging en flexibilisering BV-recht (hierna: de Flexwet ) in

Nadere informatie

De positie van de bestuurder is reeds sinds

De positie van de bestuurder is reeds sinds MR. INGEBORG WAGENAAR De vereenvoudigde procedure voor benoeming en ontslag van bestuurders en commissarissen van een BV O & F De positie van de bestuurder is reeds sinds lange tijd onderwerp van vele

Nadere informatie

Juridische valkuilen van het beginnend ondernemerschap. mr. Claudia Lap, notaris 6 maart 2014

Juridische valkuilen van het beginnend ondernemerschap. mr. Claudia Lap, notaris 6 maart 2014 Juridische valkuilen van het beginnend ondernemerschap mr. Claudia Lap, notaris 6 maart 2014 Wat komt er vanavond aan bod? Algemene juridische aspecten: naam, kamer van koophandel, belasting Rechtsvormen:

Nadere informatie

Corporate Governance. Privaatrechtelijk speelveld Master Class Corporate Governance Mr. Jaap Maris 21 april 2015

Corporate Governance. Privaatrechtelijk speelveld Master Class Corporate Governance Mr. Jaap Maris 21 april 2015 Corporate Governance Privaatrechtelijk speelveld Master Class Corporate Governance Mr. Jaap Maris 21 april 2015 Corporate governance Relevante bronnen van regelgeving (in volgorde van belangrijkheid) (Uitgangspunt

Nadere informatie

Essentie. 1.1 Inleiding en achtergrond

Essentie. 1.1 Inleiding en achtergrond HOOFDSTUK 1 Essentie 1.1 Inleiding en achtergrond In dit onderzoek staat de arbitrabiliteit van vennootschappelijke besluiten centraal. Vennootschappelijke besluiten zijn de beslissingen genomen door organen

Nadere informatie

HEIJMANS N.V. REGLEMENT AUDITCOMMISSIE

HEIJMANS N.V. REGLEMENT AUDITCOMMISSIE HEIJMANS N.V. REGLEMENT AUDITCOMMISSIE Vastgesteld door de RvC op 10 maart 2010 1 10 maart 2010 INHOUDSOPGAVE Blz. 0. Inleiding... 3 1. Samenstelling... 3 2. Taken en bevoegdheden... 3 3. Taken betreffende

Nadere informatie

Aandeelhouders STAK LOM

Aandeelhouders STAK LOM Memo Van : Joris de Leur Aan : Roelof van der Wielen (Uno Bedrijfsadviseurs) Datum : 16 februari 2017 Betreft : Realisatie LEM/LOM structuur Referentie : 225340/JL 1. Structuur 1.1. Uitgaande van een scheiding

Nadere informatie

LEDEN INBRENG OVEREENKOMST. Datum: (1) Stimuleringsfonds Duurzame Energie Regio Alkmaar U.A. (2) GEMEENTE Bergen

LEDEN INBRENG OVEREENKOMST. Datum: (1) Stimuleringsfonds Duurzame Energie Regio Alkmaar U.A. (2) GEMEENTE Bergen Concept d.d. 27-01-2014 VERSIE 1.0 Datum: 2014 (1) Stimuleringsfonds Duurzame Energie Regio Alkmaar U.A. (2) GEMEENTE Bergen LEDEN INBRENG OVEREENKOMST Paraaf gemeente: INHOUDSOPGAVE Artikel Pagina 1 DEFINITIES...

Nadere informatie

32 887 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de aanpassing van het recht van enquête

32 887 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de aanpassing van het recht van enquête T WEEDE K AMER DER STATEN- 2 G ENERAAL Vergaderjaar 2010-2011 32 887 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de aanpassing van het recht van enquête Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix,

Nadere informatie

Aan de voorzitter en de leden. van de Vaste Commissie voor Veiligheid en Justitie. van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Aan de voorzitter en de leden. van de Vaste Commissie voor Veiligheid en Justitie. van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Aan de voorzitter en de leden van de Vaste Commissie voor Veiligheid en Justitie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Amsterdam, 14 oktober 2011 Referentie: B2011.51 Betreft:

Nadere informatie

EIM / Frits Suyver en John Boog 5

EIM / Frits Suyver en John Boog 5 aan Actal datum 5 november 2007 van EIM / Frits Suyver en John Boog pagina's 5 onderwerp Antwoord op aanvullende vragen van Actal m.b.t. studie Kleine ondernemers, hoge lasten Notitie voor ACTAL EIM heeft

Nadere informatie

Juridische aspecten van de stichting administratiekantoor (STAK).

Juridische aspecten van de stichting administratiekantoor (STAK). Juridische aspecten van de stichting administratiekantoor (STAK). mr. dr. R.W.F. Hendriks, Willem II stadion te Tilburg 20 juni 2012 De STAK Certificering van aandelen is een in Nederland veel voorkomende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 217 Regels over de documentatie van vennootschappen (Wet documentatie vennootschappen) A OORSPRONKELIJKE TEKST VAN HET VOORSTEL VAN WET EN DE

Nadere informatie

Het nieuwe WVV: capita selecta

Het nieuwe WVV: capita selecta Het nieuwe WVV: capita selecta Krachtlijnen van het nieuwe wetboek Ine Schockaert 14 maart 2019 Minervastraat 5, 1930 Zaventem, T +32 (0)2 275 00 75, F +32 (0)2 275 00 70, www.contrast-law.be PROGRAMMA

Nadere informatie

Flex B.V. Programma. Waarom de flex B.V.? 05-06-2012. 30 mei 2012. mr. S.A. (Sjirk) Bijma mr. A.J.V. (Alexander) Tierolff

Flex B.V. Programma. Waarom de flex B.V.? 05-06-2012. 30 mei 2012. mr. S.A. (Sjirk) Bijma mr. A.J.V. (Alexander) Tierolff Flex B.V. 30 mei 2012 mr. S.A. (Sjirk) Bijma mr. A.J.V. (Alexander) Tierolff Bijma: Tierolff: Programma - achtergrond en uitgangspunten - kapitaal(bescherming), aandelen, blokkeringsregeling, statutaire

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 370 Besluit van 13 september 2000 tot wijziging van het Besluit rechtspositie rechterlijke ambtenaren en het Besluit opleiding rechterlijke ambtenaren

Nadere informatie

Inwerkingtreding Wet bestuur en toezicht

Inwerkingtreding Wet bestuur en toezicht CORPORATE SEPTEMBER 2012 Inwerkingtreding Wet bestuur en toezicht In mei 2011 is de Wet bestuur en toezicht aangenomen door de Eerste Kamer. De inwerkingtreding van de Wet bestuur en toezicht werd uitgesteld

Nadere informatie

FLEX-B.V. TEKST EN TOELICHTING

FLEX-B.V. TEKST EN TOELICHTING FLEX-B.V. TEKST EN TOELICHTING FLEX-B.V. TEKST EN TOELICHTING mr.w.bosse FLEX-B.V. TEKST EN TOELICHTING Berghauser Pont Publishing Postbus 14580 1001 LB Amsterdam www.berghauserpont.nl Boekverzorging:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 415 (R1915) Bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang tot de landen van het Koninkrijk (Rijksvisumwet) Nr. 2 VOORSTEL VAN RIJKSWET

Nadere informatie

VOORWOORD LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN

VOORWOORD LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN Inhoudsopgave VOORWOORD LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN V XIII 1 KORTE KARAKTERISERING PERSONENVENNOOTSCHAP; HAAR PLAATS EN BETEKENIS IN HET NEDERLANDSE ONDERNEMINGSRECHT 1 1.1 Vennootschap is kapitaalvennootschap

Nadere informatie

Voorwoord Woord vooraf Lijst van afkortingen

Voorwoord Woord vooraf Lijst van afkortingen INHOUDSOPGAVE Voorwoord Woord vooraf Lijst van afkortingen V XV XIX Hoofdstuk 1. Onderzoeksopzet 1 1.1 Inleiding 1 1.2 Probleem en probleemstelling: verouderde rechtsvorm en vergaande aansprakelijkheid

Nadere informatie

Flex B.V. 3 oktober mr. S.A. (Sjirk) Bijma mr. A.J.V. (Alexander) Tierolff

Flex B.V. 3 oktober mr. S.A. (Sjirk) Bijma mr. A.J.V. (Alexander) Tierolff Flex B.V. 3 oktober 2012 mr. S.A. (Sjirk) Bijma mr. A.J.V. (Alexander) Tierolff Programma Bijma: - achtergrond en uitgangspunten - kapitaal(bescherming), aandelen, blokkeringsregeling, statutaire verplichtingen

Nadere informatie

De nieuwe Flex-BV. September 2012

De nieuwe Flex-BV. September 2012 De nieuwe Flex-BV September 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten aansprakelijk

Nadere informatie

Corporate Alert: de 403-verklaring

Corporate Alert: de 403-verklaring Corporate Alert: de 403-verklaring Kort na elkaar heeft de Hoge Raad twee uitspraken gedaan over vragen waartoe de 403- verklaring aanleiding geeft. De meest in het oog springende beslissing (HR 20 maart

Nadere informatie

De juridische organisatie van de onderneming

De juridische organisatie van de onderneming De juridische organisatie van de onderneming prof. mr. A.F.M. Dorresteijn dr. R.H. van het Kaar Tiende herziene druk Deventer - 2008 INHOUDSOPGAVE Woord vooraf/v Lijst van gebruikte afkortingen / XI Hoofdstuk

Nadere informatie

In het opschrift komt de zinsnede en deskundigheidstoetsing van commissarissen te vervallen.

In het opschrift komt de zinsnede en deskundigheidstoetsing van commissarissen te vervallen. 32 512 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet op het financieel toezicht in verband met de bevoegdheid tot aanpassing en terugvordering van bonussen van bestuurders en dagelijks beleidsbepalers

Nadere informatie

AB 1996 no.64 KvK 10 MEI 2011 ================================================================

AB 1996 no.64 KvK 10 MEI 2011 ================================================================ Intitulé : LANDSVERORDENING houdende nieuwe regels ter zake van de verplaatsing van de zetel van bepaalde rechtspersonen naar en vanuit Aruba Citeertitel : Landsverordening zetelverplaatsing rechtspersonen

Nadere informatie

De Administratieplicht

De Administratieplicht De Administratieplicht 13 april 2010 Karen Harmsen Inleiding Aandacht voor administratieplicht in de zin dat wordt gekeken naar de vraag wat daaronder (minimaal) moet worden verstaan Relevant in verband

Nadere informatie

Beheerovereenkomst WINKELVASTGOEDFONDS DUITSLAND 5 NV. WVGF Dlnd 5 NV - BEH (execution copy).docx

Beheerovereenkomst WINKELVASTGOEDFONDS DUITSLAND 5 NV. WVGF Dlnd 5 NV - BEH (execution copy).docx WVGF Dlnd 5 NV - BEH (execution copy).docx ONDERGETEKENDEN: I. Holland Immo Group Beheer B.V., een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, statutair gevestigd te Eindhoven en kantoorhoudende

Nadere informatie

OVEREENKOMST tussen Stichting Prioriteit DIM Vastgoed en Holding Partex East BV en Holding Partex West BV en DIM Vastgoed NV

OVEREENKOMST tussen Stichting Prioriteit DIM Vastgoed en Holding Partex East BV en Holding Partex West BV en DIM Vastgoed NV OVEREENKOMST tussen Stichting Prioriteit DIM Vastgoed en Holding Partex East BV en Holding Partex West BV en DIM Vastgoed NV PARTIJEN: 1. Stichting Prioriteit DIM Vastgoed, statutair gevestigd te Breda,

Nadere informatie

Reactie NautaDutilh. Reactie NautaDutilh op het ambtelijk voorontwerp voorstel

Reactie NautaDutilh. Reactie NautaDutilh op het ambtelijk voorontwerp voorstel Reactie NautaDutilh consultatie Wet bestuur en toezicht rechtspersonen Reactie NautaDutilh op het ambtelijk voorontwerp voorstel Wet bestuur en toezicht rechtspersonen NautaDutilh N.V. Marianne de Waard-Preller

Nadere informatie

NOTULEN VAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN: Vennootschap :. B.V. (hierna te noemen: de vennootschap ) gevestigd te :.

NOTULEN VAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN: Vennootschap :. B.V. (hierna te noemen: de vennootschap ) gevestigd te :. NOTULEN VAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN: Vennootschap :. B.V. (hierna te noemen: de vennootschap ) gevestigd te :. gehouden op : 201 te : PRESENTIELIJST AANDEELHOUDERS/ OVERIGE VERGADERGERECHTIGDEN / BESTUURDERS

Nadere informatie

dit erratum per bladzijde aangegeven. ALGEMENE INSTRUCTIE: - Schrap alle vermeldingen en tekst over OVR en CVR.

dit erratum per bladzijde aangegeven. ALGEMENE INSTRUCTIE: - Schrap alle vermeldingen en tekst over OVR en CVR. ERRATUM BIJ FINANCIERING VOOR HET MKB, 6 e druk / 1 e oplage Opmerking: Er is een wetsvoorstel geweest tot wijziging van een aantal ondernemingsvormen. De wijzigingen en aanvullingen zijn - achteraf te

Nadere informatie

INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal)

INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Blad 1 INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Heden, ***, verscheen voor mij, mr. **, notaris te **: **, te dezen handelend als schriftelijk

Nadere informatie

Inleiding en algemene bepalingen

Inleiding en algemene bepalingen I Inleiding en algemene bepalingen 1 Plaatsbepaling van het rechtspersonenrecht De vereniging en de stichting zijn privaatrechtelijke rechtspersonen. Zij worden geregeld in Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.5.2019 COM(2019) 242 final 2019/0116 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in de Raad van Ministers in te nemen standpunt met

Nadere informatie

De naamloze en besloten vennootschap. Hoogleraar aan de Radboud Universiteit Nijmegen Advocaat te Amsterdam. Mr. M.P. Nieuwe Weme

De naamloze en besloten vennootschap. Hoogleraar aan de Radboud Universiteit Nijmegen Advocaat te Amsterdam. Mr. M.P. Nieuwe Weme Mr. C. Assers Handleiding tot de beoefening van het Nederlands Burgerlijk Recht Rechtspersonenrecht Deel II De naamloze en besloten vennootschap Derde druk Bewerkt door: Mr. G. van Solinge Hoogleraar aan

Nadere informatie

College Vertegenwoordiging en. tegenstrijdig belang

College Vertegenwoordiging en. tegenstrijdig belang College Vertegenwoordiging en tegenstrijdig belang Mr. K. Frielink Universiteit van de Nederlandse Antillen Dinsdag 9 februari 2010 van 19.00-20.30 uur Vertegenwoordiging en tegenstrijdig belang 1. Bestuur

Nadere informatie

Een nieuw wetboek voor vennootschappen en verenigingen Deel 1 krachtlijnen en inwerkingtreding

Een nieuw wetboek voor vennootschappen en verenigingen Deel 1 krachtlijnen en inwerkingtreding Een nieuw wetboek voor vennootschappen en verenigingen Deel 1 krachtlijnen en inwerkingtreding 1. INLEIDING Op 4 april 2019 werd in het Belgisch Staatsblad de wet van 23 maart 2019 gepubliceerd tot invoering

Nadere informatie

REGLEMENT BELEGGINGEN VAN BESTUURDERS EN COMMISSARISSEN VAN Ctac N.V.

REGLEMENT BELEGGINGEN VAN BESTUURDERS EN COMMISSARISSEN VAN Ctac N.V. REGLEMENT BELEGGINGEN VAN BESTUURDERS EN COMMISSARISSEN VAN Ctac N.V. De Raad van Commissarissen heeft in overleg met de Raad van Bestuur het volgende Reglement vastgesteld I INLEIDING 1.1 Dit reglement

Nadere informatie

De statutair bestuurder is beter af met de nieuwe WWZ

De statutair bestuurder is beter af met de nieuwe WWZ De statutair bestuurder is beter af met de nieuwe WWZ Author : gvanpoppel Voor werknemers die statutair bestuurder zijn, gelden vaak andere regels bij onder meer ontslag, dan voor 'normale' werknemers.

Nadere informatie

PROFIELSCHETS RVC. 1.2 Tot commissaris kunnen niet worden benoemd personen die direct of indirect binding hebben met:

PROFIELSCHETS RVC. 1.2 Tot commissaris kunnen niet worden benoemd personen die direct of indirect binding hebben met: BIJLAGE 1 TOELICHTING BIJ DE AGENDA VOOR DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN ALLIANDER N.V. OP 5 APRIL 2017 PROFIELSCHETS RVC 1. OMVANG EN SAMENSTELLING VAN DE RVC 1.1 Uitgangspunt te allen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 260 Wet van 27 juni 2008 tot wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2005/56/EG van

Nadere informatie

Certificaathoudersvergadering Groepsmaatschappij

Certificaathoudersvergadering Groepsmaatschappij Concept van 23 februari 2016 1 STATUTEN STICHTING BEHEER- EN ADMINISTRATIEKANTOOR FORFARMERS DEFINITIES EN INTERPRETATIE Artikel 1 1.1 In deze statuten gelden de volgende definities: Aandeel Een gewoon

Nadere informatie

Richtlijnen Vestigingsverordening Bedrijven Directie Economische Zaken, Handel en Industrie

Richtlijnen Vestigingsverordening Bedrijven Directie Economische Zaken, Handel en Industrie Richtlijnen Vestigingsverordening Bedrijven Directie Economische Zaken, Handel en Industrie Ingevolge artikel 17 van de Landsverordening Vestigingsverordening Bedrijven (AB 1990 No. GT 55) is deze landsverordening

Nadere informatie

Gecombineerde Commissie Vennootschapsrecht. van de. Nederlandse Orde van Advocaten. en de. Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie.

Gecombineerde Commissie Vennootschapsrecht. van de. Nederlandse Orde van Advocaten. en de. Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie. Gecombineerde Commissie Vennootschapsrecht van de Nederlandse Orde van Advocaten en de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie inzake het voorstel van wet Herziening van de regels over toegelaten instellingen

Nadere informatie

Aan dtkv. De Raad van Ministers De Minister van Economische Ontwikkeling De heer E. Rhuggenaath AmiDos Building, Pletterijweg 43 Alhier.

Aan dtkv. De Raad van Ministers De Minister van Economische Ontwikkeling De heer E. Rhuggenaath AmiDos Building, Pletterijweg 43 Alhier. Aan dtkv De Raad van Ministers De Minister van Economische Ontwikkeling De heer E. Rhuggenaath AmiDos Building, Pletterijweg 43 Alhier Uw nummers (letters): Onderwerp: Bijlage(n): 2016/013121 2016/013370

Nadere informatie

8.6o3) (2-j P., 001- OCT STATEN VAN ARUBA. nwk. ALHIER. Aan: de Voorzitter der Staten

8.6o3) (2-j P., 001- OCT STATEN VAN ARUBA. nwk. ALHIER. Aan: de Voorzitter der Staten Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 8 STATEN VAN ARUBA nwk. r. 2 2 OKI, 2008 4.14- Aan: de Voorzitter der Staten ALHIER Uw kenmerk: uw brief: Ons kenmerk: Onderwerp: ontwerp-landsverordening houdende

Nadere informatie