omgevingsdienst HAAGLANDEN

Transcriptie

1 omgevingsdienst HAAGLANDEN Bezoekadres Zuid-Hollandpleln AW Den Haag Postadres Postbus GB Den Haag T (070) E vergunnlngen@odh.nl I Zaaknummer Ons Kenmerk Datum ODH FEB Beschikking Wet natuurbescherming - Natura 2000-gebieden Onderwerp Op 28 november 2017 hebben wij een aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming ontvangen. De aanvraag betreft het exploiteren van een varkenshouderij en het wijzigen van de dieraantallen. De inrichting is gelegen aan de Leerbroekseweg 33A te Leerbroek. Besluit Wij besluiten: I. de aangevraagde vergunning te verlenen; II. III. IV. voorschrift 1 te verbinden aan deze vergunning; de aanvraag van 28 november 2017 en de aanvulling van 4 december 2017 onderdeel te laten zijn van deze vergunning; het volgende document onderdeel te laten zijn van deze vergunning: - AERIUS bijiage bij het besluit van 2 januari 2018 met kenmerk RfTsPHuQI PXt (ODH ). Ondertekening Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, voor d ing. L. Hoofd Toetsing & Vergunningveriening Milieu van de Omgevingsdienst Haaglanden

2 omgevingsdienst HAAGLANDEN Bijiage 1. AERIUS bijiage bij het besluit van 2 januari 2018 met kenmerk RfTsPHu91 PXt (ODH ). Rechtsmiddelen Voor de mogelijkheid rechtsmiddelen aan te wenden tegen deze beschikking wijzen wij op de desbetreffende tekst in het begeleidende schrijven. 2/8

3 omgevingsdienst HAAGLANDEN VOORSCHRIFTEN 1 Op het bedrijf mogen de volgende maximale dieraantallen worden gehouden: stal Diersoort Stalsysteem Dieraantallen (RAV-code) Stale Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg, D biggenopfok (gespeende biggen), overige huisvestingssystemen Stale Vari^ens; fokzeugen, indusief biggen tot 25 kg; D kraannzeugen (incl. biggen tot spenen), overige huisvestingssystemen Stal D Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg, D biggenopfok (gespeende biggen), volledig rooster met water- en mestkanalen, eventueel voorzien van schuine putwand(en), emitterend mestoppervlak kleiner dan 0,10 m2 (BWL V1) StalE Vari<ens; vleesvari<ens, opfokt>eren van drca 25 D kg tot 7 maanden, opfokzeugen van circa 25 kg tot eerste dekking, gedeeltelijk roostervloer; mestkelders met (water- en) mestkanaal; mestkanaal met schuine putwand; met roosters anders dan metalen driekant op het mestkanaal; emitterend mestoppervlak groter dan 0,18 m2, maar kleiner dan 0,27 m2 per varken (BWL V3) Stal E Vari<ens; fokzeugen, Indusief biggen tot 25 kg; D biggenopfok (gespeende biggen)volledlg rooster met water- en mestkanalen, eventueel voorzien van schuine putwand(en), emitterend mestoppervlak kleiner dan 0,10 m2 (BWL V1) Stal F Varttens; vleesvari^ens, opfokberen van drca 25 D kg tot 7 maanden, opfokzeugen van drca 25 kg tot eerste dekking, gedeeltelijk roostervloer; mestkelders met (water- en) mestkanaal; mestkanaal met schuine putwand; met roosters anders dan metalen driekant op het mestkanaal; emitterend mestoppervlak groter dan 0,18 m2, maar kleiner dan 0,27 m2 per varken (BWL V3) Stal G Vari<ens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; kraamzeugen (ind. biggen tot spenen); biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie) (BWL V1) D Stal G StalG Varkens; fokzeugen, indusief biggen tot 25 kg; guste en dragende zeugen, biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (bij individuele en groepshuisvesting) (BWL V1) Varkens; dekberen, 7 maanden en ouder; biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (BWL V1) D D /8

4 omgevingsdienst HAAGLANDEN OVERWEGINGEN Aanleiding Op 28 november 2017 hebben wij een aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming (hierna: Wnb) ontvangen. De aanvraag betreft het exploiteren van een varkenshouderij en het wijzigen van de dieraantallen. De inrichting is gelegen aan de Leerbroekseweg 33A te Leerbroek. Bij de aanvraag zijn de volgende stukken gevoegd: Aanvraag- en toelichtingdocument van 29 november 2017 met verschillende bijiagen; Revisievergunning Wet milieubeheer van 3 September 2009; Landbouwtelling over het jaar 2013, met aanmaakdatum 6 mei 2014; AERIUS verschilberekening met kenmerk RiBUMr8ML1 QT van 28 november 2017; AERIUS berekening van de beoogde situatie met kenmerk Ra947a12N4mt van 28 november Op 4 december 2017 is de aanvraag met de volgende documenten aangevuld: AERIUS verschilberekening met kenmerk RfTsPHuOl PXt van 4 december Deze berekening vervangt de AERIUS verschilberekening van 28 november 2017 met kenmerk RIBUMr8ML1QT; AERIUS berekening van de beoogde situatie met kenmerk RgR3aw5NNSot van 4 december Deze berekening vervangt de AERIUS berekening van de beoogde situatie van 28 november 2017 met kenmerk Ra947a12N4mt; Doorsnedetekening stallen van 4 december Procedure De uniforme openbare voorbereidingsprocedure van afdeiing 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 5.1 van de Wnb zijn toegepast op deze beschikking. Verlenging Met toepassing van artikel 5.1, tweede lid, Wnb hebben wij op 4 december 2017 de termijn voor de afhandeling van de aanvraag met zeven weken verlengd. Bevoegd gezag De gevraagde activiteit wordt (hoofdzakelijk) gerealiseerd dan wel verricht binnen de provincie Zuid-Holland. Gelet op de bepalingen in artikel 1.3 van de Wnb zijn wij bevoegd gezag voor de beoordeling van de aanvraag. Instemming De gevraagde activiteit heeft nadelige gevolgen voor Natura 2000-gebieden die geheel of gedeeltelijk in de provincies Utrecht, Gelderland, Noord-Holland en Noord-Brabant zijn gelegen. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 1.3 van de Wnb is dit besluit tot stand gekomen in overeenstemming met de provincies Utrecht, Gelderland, Noord-Holland en Noord-Brabant. Zienswijzen De ontwerpbeschikking heeft vanaf 9 januari 2018 gedurende een termijn van zes weken ter inzage gelegen. Er zijn geen zienswijzen ingebracht. Wijziging ten opzichte van ontwerpbeschikking Ten opzichte van de ontwerpbeschikking zijn geen wijzigingen aangebracht. Toetsingskader en grondslag beschikking De aanvraag is getoetst aan: 4/8

5 omgevingsdienst HAAGLANDEN de artikelen 2.7 t/m 2.9 Wnb; hoofdstuk 2, titel 2.1 en 2.2 Besluit natuurbescherming; hoofdstuk 2, titel 2.1 en 2.2 Regeling natuurbescherming; Beleidsregel uitvoering Wet natuurbescherming Zuid-Holland; Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant; Beleidsregels toedeling ontwikkelingsruimte Programmatische Aanpak Stikstof Gelderland; Beleidsregels natuur en landschap provincie Utrecht 2017; Beleidsregel natuurbescherming Noord-Holland. (verder: de beleidsregels). Beoordeling Aangevraagde activiteit Het bedrijf heeft een aanvraag om vergunning op grond van artikel 2.7, tweede lid, van de Wnb ingediend voor het exploiteren van een varkenshouderij en het wijzigen van de dieraantallen van de inrichting gelegen aan de Leerbroekseweg 33A te Leerbroek. Aan het bedrijf is niet eerder een vergunning op grond van artikel 2.7, tweede lid, van de Wnb verleend. De maximale dieraantallen en diersoorten in de beoogde situatie zijn in tabel 1 opgenomen. Tabel 1 maximale dieraantallen in de beoogde situatie Stal Diersoort Stalsysteem Dieraantallen (RAV-code) Stale Varkens; fokzeugen, indusief biggen tot 25 kg, D biggenopfok (gespeende biggen), overige huisvestingssystemen Stal e Vari<ens; fokzeugen, indusief biggen tot 25 kg; D kraamzeugen (incl. biggen tot spenen), overige huisvestingssystemen stal Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg, D biggenopfok (gespeende biggen), volledig rooster met water- en mestkanalen, eventueel voorzien van schuine putwand(en), emitterend mestoppervlak kleiner dan 0,10 m2 (BWL V1) Stal E Varkens; vieesvarkens, opfokberen van circa 25 D kg tot 7 maanden, opfokzeugen van circa 25 kg tot eerste dekking, gedeeltelijk roostervloer; mestkelders met (vrater- en) mestkanaal; mestkanaal met schuine putwand; met roosters anders dan metalen driekant op het mestkanaal; emitterend mestoppervlak groter dan 0,18 m2, maar kleiner dan 0,27 m2 per vari<en (BWL V3) Stal E Vari<ens; fokzeugen, Indusief biggen tot 25 kg; D biggenopfok (gespeende biggen) volledig rooster met water- en mestkanalen, eventueel voorzien van schuine putwand(en), emitterend mestoppervlak kleiner dan 0,10 m2 (BWL V1) Stal F Varkens; vieesvarkens, opfokberen van circa 25 kg tot 7 maanden, opfokzeugen van circa 25 kg tot eerste dekking, gedeeltelijk roostervloer; mestkelders met (water- en) mestkanaal; mestkanaal met schuine putwand; met roosters anders dan metalen driekant op het mestkanaal; emitterend mestoppervlak groter dan 0,18 m2, D /8

6 stal G Stal G StalG omgevingsdienst HAAGLANDEN maar kleiner dan 0,27 m2 per vari<en (BWL V3) Vari<ens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; kraamzeugen (incl. biggen tot spenen); biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie) (BWL V1) Vari<ens; fokzeugen, indusief biggen tot 25 kg; guste en dragende zeugen, biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (bij individuele en groepshuisvesting) (BWL V1) Varkens; dekberen, 7 maanden en ouder; biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (BWL 2015,04.V1) D D D2.1 1 Historie Het bedrijf beschikt over een vergunning op grond van de Wet milieubeheer van 3 September 2009 voor het houden van maximaal 154 fokzeugen (gespeende biggen) met RAV-code D , 14 kraamzeugen, (biggen tot spenen) met RAV-code D , 900 fokzeugen (gespeende biggen) met RAV-code D , 56 kraamzeugen (biggen tot spenen) met RAV-code D , 223 guste en dragende zeugen met RAVcode D 1.3.6, vieesvarkens met RAV-code D , en 1 dekbeer met RAV-code D 2.1. In de bestaande situatie worden, gelet op de overgelegde Landbouwtelling over het jaar 2013,154 fokzeugen (gespeende biggen) met RAV-code D , fokzeugen (gespeende biggen) met RAV-code D , 2 kraamzeugen (biggen tot spenen) met RAV-code D , 247 guste en dragende zeugen met RAV-code D 1.3.6, vieesvarkens met RAV-code D , en 2 dekberen met RAV-code D 2.1, gehouden. Effecten De beoordeling van de aanvraag beperkt zich tot de effecten van stikstofdepositie. Gelet op de aard en afstand van de gevraagde activiteit ten opzichte van Natura 2000-gebieden zijn andere effecten dan stikstof niet aan de orde. Het gaat hier om een activiteit die stikstofdepositie veroorzaakt op een Natura 2000-gebied waarin een of meerdere habitattypen voorkomen waarvoor de nu geldende kritische depositiewaarde (KDW) wordt overschreden. Voor deze gebieden is de Programmatische Aanpak Stikstofdepositie (PAS) van toepassing. Vergunningplicht In het kader van de Wnb is voor de gevraagde activiteit niet eerder een vergunning verleend. Of er sprake is van een vergunningplicht als bedoeld in de Wnb dient beoordeeld te worden aan de hand van de beoogde situatie. Op basis van de AERIUS bijiage bij het besluit hebben wij vastgesteld dat er sprake is van een vergunningplicht voor de gevraagde activiteit. Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) Algemeen Voor elk project (of andere handeling) dat zonder vergunning op grond van artikel 2.7, tweede lid, van de Wnb in het verleden is gerealiseerd en niet is vrijgesteld van de vergunningplicht (artikel 2.9, vijfde lid, van de Wnb en artikel 2.12 van het Besluit natuurbescherming), moet het bevoegd gezag alsnog beoordelen of een vergunning kan worden verleend. Dit geldt ook voor een uitbreiding van een bestaande activiteit. Indien het gaat om een project of andere handeling die stikstofdepositie veroorzaakt op een Natura gebied, waarin een of meerdere habitattypen voorkomen waarvoor de KDW wordt overschreden, is de PAS die per 1 juli 2015 in werking is getreden, van belang. De PAS is thans geregeld in de Wnb, het Besluit natuurbescherming, de Regeling natuurbescherming en het programma Programmatische Aanpak Stikstof 6/8

7 omgevingsdienst HAAGLANDEN (verder: Programma). Aan het Programma ligt een passende beoordeling als bedoeld in artikel 2.8 van de Wnb ten grondslag. Op 14 april 2015 hebben wij ingestemd met zowel het Programma als met de daaraan ten grondslag liggende passende beoordeling. Bij het verlenen van de vergunning kan gebruik worden gemaakt van deze passende beoordeling. Het Besluit natuurbescherming voorziet in titel 2.1 in continuering van het Programma zoals deze was opgenomen in de voormalige Natuurbeschermingswet Het thans geldende Programma behoeft gelet op het overgangsrecht in artikel 9.3, derde lid, van de Wnb niet opnieuw te worden vastgesteld. Het Programma is partieel herzien op 17 maart Passende beoordeling PAS Het Programma is een instrument om Natura 2000-doelstellingen te realiseren en tegelijk ruimte te scheppen voor bestaande en nieuwe economische ontwikkelingen. In de passende beoordeling is getoetst of de uitvoering van het programma geen risico vormt voor de instandhoudingsdoelstellingen van individuele Natura 2000-gebieden, binnen de PAS.^ De passende beoordeling bestaat uit een generiek deel (bronmaatregelen, monitoring, etc.) en uit gebiedsanalyses die de ecologische onderbouwing vormen dat met het Programma de stikstofgevoelige Natura 2000-doelstellingen (op termijn) gerealiseerd kunnen worden en er ontwikkelingsruimte beschikbaar kan worden gesteld voor economische ontwikkelingen. In de gebiedsanalyse per Natura 2000-gebied is verzekerd dat door de uitvoering van een gebalanceerd en robuust pakket aan herstelmaatregelen, er in de eerste programmaperiode geen verslechtering optreedt van alle stikstofgevoelige habitattypen en habitats van soorten. Bij deze beoordeling is uitgegaan van de achtergrondwaarde van In deze achtergrondwaarde zijn alle voor de aanvang van het Programma feitelijke emissies verdisconteerd, zoals blijkt uit de grootschalige concentratie en depositiekaarten Nederland (GCN en GDN). Deze emissies hebben al voor de aanvang van het Programma plaatsgevonden en hebben als uitgangspunt gediend voor de passende beoordeling. Voor de depositie als gevolg van deze emissies is derhalve geen ontwikkelingsruimte nodig. Daarnaast is voor elk Natura 2000-gebied een bepaalde hoeveeiheid ontwikkelingsruimte vastgesteld, zodat ook nieuwe initiatieven waaronder ook uitbreidingen van bestaande activiteiten, gerealiseerd kunnen worden. De ontwikkelingsruimte kan op grond van artikel 2.7, eerste lid, van het Besluit natuurbescherming worden toegedeeld aan projecten en andere handelingen bij toestemmingsbesluiten, zoals een vergunning op grond van artikel 2.7, tweede lid, van de Wnb of een omgevingsvergunning. De conclusie van de passende beoordeling van het Programma is dat wanneer bestaande activiteiten worden voortgezet en daarnaast ook nog nieuwe activiteiten worden gerealiseerd, kan worden uitgesloten dat de natuurlijke kenmerken van de in het Programma opgenomen Natura 2000-gebieden worden aangetast. Met onze instemming met het Programma hebben wij ingestemd met de conclusie van de passende beoordeling dat met het Programma kan worden uitgesloten dat de natuurlijke kenmerken van de in het Programma opgenomen Natura 2000-gebieden worden aangetast. Voorwaarde hierbij is dat er niet meer ontwikkelingsruimte wordt toebedeeld dan beschikbaar is. Vaststellen benodigde ontwikkelingsruimte Aan het bedrijf is niet eerder een vergunning op grond van de Wnb verleend. Dit betekent dat bij het bepalen van benodigde ontwikkelingsruimte voor de gevraagde activiteit rekening mag worden gehouden met de door de bestaande activiteit veroorzaakte stikstofdepositie (artikel 2.4, vijfde lid en zevende lid, van de Regeling natuurbescherming). Dit betreft de stikstofdepositie die in de periode van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2014 ten hoogste werd veroorzaakt als gevolg van hetgeen daadwerkelijk plaatsvond voor zover die stikstofdepositie niet meer bedroeg dan de stikstofdepositie die mogelijk was overeenkomstig de op 1 januari 2015 voor de betrokken inrichting geldende omgevingsvergunning voor een activiteit als ^ Zie hiervoor kaart /8

8 omgevingsdienst HAAGLANDEN bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel e of i van de Wet algemene bepaling omgevingsrecht of een vergunning of melding krachtens de Wet milieubeheer of de daaraan voorafgaande Hinderwet. Deze bestaande situatie is aangetoond met de Landbouwtelling over het jaar De aangetoonde bestaande situatie past binnen de vigerende vergunning op grond van de Wet milieubeheer van 3 September Op grond van bovenstaande zijn wij van mening dat de bestaande situatie op een juiste wijze is aangetoond en dat deze bij de verdere beoordeling als uitgangspunt kan worden gehanteerd. Voor deze bestaande situatie is geen ontwikkelingsruimte nodig, omdat de stikstofdepositie van deze activiteit al plaatsvond voor de aanvang van het Programma. Voor de gevraagde uitbreiding dient te worden beoordeeld of ontwikkelingsruimte nodig is. Daarbij dient voorts beoordeeld te worden of de benodigde ruimte aanwezig is en of voldaan wordt aan de beleidsregels. Uit de AERIUS bijiage bij het besluit blijkt dat er voor de beoogde situatie ten opzichte van de bestaande situatie ontwikkelingsruimte benodigd en beschikbaar is. Voorts past de benodigde ontwikkelingsruimte binnen de beleidsregels. Registratie en toekenning ontwikkelingsruimte De aanvraag is geregistreerd in AERIUS Register. Voor de gevraagde uitbreiding is de benodigde ontwikkelingsruimte. Realisatie uitbreiding activiteit Op grond van artikel 2.7, vierde lid, van het Besluit natuurbescherming en artikel 2.2 tweede lid van onze beleidsregel kunnen wij deze vergunning (al dan niet gedeeltelijk) intrekken of wijzigen indien het project of de andere handeling waarvoor ontwikkelingsruimte is toegedeeld niet binnen twee jaar, na het onherroepelijk worden van het toestemmingsbesluit waarbij de ontwikkelingsruimte is toegedeeld, is gerealiseerd. Samenhangende besluiten Er kunnen nog andere bepalingen van kracht zijn, op grond waarvan vergunningen, toestemmingen, ontheffingen of meldingen benodigd zijn om de gevraagde activiteit te kunnen uitvoeren. Die mogelijkheid geldt bijvoorbeeld voor de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht/activiteitenbesluit. Hiervoor is de gemeente Zederik (Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid) bevoegd gezag. Conclusie Op grond van het vorenstaande kan worden geconcludeerd dat de gevraagde ontwikkelingsruimte kan worden toebedeeld en dat een vergunning op grond van artikel 2.7, tweede lid, van de Wnb kan worden verleend. 8/8

9 ERIUSB REGISTER Dit document is een bijiage bij het toestemmingsbesluit als bedoeld in artiteel 27 eerste lid, von het Besluit natuurbescherming. Bijiage, Vergunningaanvraag Kennnerken Samenvatting emissies Depositieresultaten Gedetailleerde emissiegegevens Verdere toelichting over deze PDF kunt u vinden in een bijbehorende leeswijzer. Deze leeswijzer en overige documentatie is te raadplegen via: en pas.natura2000.nl. RfTsPHugiPXt (02 januan 20i8) pagina 1/28

10 OntVi/ikkelingsruimte AERIUSB REGISTER Contact Rechtspersoon Inrichtingslocatie Mts. J.C. de Jong en H. de Jong- Meerkerk Leerbroekseweg 33a KS Leerbroek Activiteit Omschriiving AERIUS kenmerk Bevoegd gezag Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt Provincie Zuid-Holland Datum berekening Rekeniaar 02 januari 2018,15: Sector Deelsector Landbouw Stalemissies Totale emissie Situatie 1 Situatie 2 Verschil NOx NH ,96 kg/j 3.972,86 kg/j 610,90 kg/j Resultaten Hectare met hoogste verschil (mol/ha/j) Natuurgebied Lingegebied b Diefdijk-Zuid Verschil + 0,25 Toelichting verschilberekening feltelijk gebruik (GDI-2013) en milieu vergunde situatie Depositie verschilberekening RrrsPHugiPXt (02 ianuari 2018) pagina 2/28

11 OntVi/ikkelingsruimte Locatie feitelijk gebruik Emissie feitelijk gebruik Bron Sector Emissie NH3 Emissie NOx t-^ Stale Landbouw I Stalemissies 106,26 kg/j Stal D Landbouw I Stalemissies 127,20 kg/j Stal E Landbouw Stalemissies 2.115,00 kg/j Stal F 1*^ Landbouw Stalemissies 684,00 kg/j i-^ StalG Landbouw Stalemissies kg/) Ontwikkelingsrurmte Depositie verschiltwrekening RftsPHugiPXt (02 ianuari 2018) pagina i/zs

12 AERIUSn REGISTER Ontv^ikkeiingsruimte Locatie aanvraag ^WlMkagp / rm Gee" Geer r;oo m Emissie aanvraag Bron Sector a Stale Landbou w I Stalemissies Emissie NH3 222,46 kg/j Emissie NOx Stal D 1-^ Landbouw Stalemissies 84,00 kg/j Stal E Landbouw Stalemissies 2.072,00 kg/j Stal F Landbouw Stalemissies 1.162,80 kg/j i-^ StalG Landbouw I Stalemissies kg/j Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 ianuari 2018)

13 Natuurgebied Situatie 1 Situatie 2 Verschil' Resultaten PASgebieden (mol/ha/j) Lingegebied b Diefdijk-Zuid 1, ,25 Zouweboezem 0,59 0,69 + 0,11 Uiterwaarden Lek 0,42 0,49 0,08 Loevestein, Pompveld b Kornsche Boezem 0,20 0,24 + 0,04 Kolland b Overiangbroek 0,17 0,20 + 0,03 Rijntakken 0,16 0,19 0,03 Oostelijke Vechtplassen 0,13 0,15 + 0,02 Biesbosch 0,12 0,14 + 0,02 Veluwe 0,10 0,11 + 0,02 Langstraat 0,08 0,09 0,01 Loonse en Drunense Duinen b 0,08 0,09 + 0,01 Leemkuilen Nieuwkoopse Plassen /De Haeck 0,07 0,09 + o,oi o o Vlijmens Ven, Moerputten b Bossche Broek 0,07 0,09 + 0,01 Binnenveld 0,07 0,08 0,01 Naardermeer 0,07 0,08 0,01 Kampina b Oisterwijkse Vennen 0,04 >o,05 + 0,01 Ontvi/ikkelingsruimte Depositie verschilberekening Rrr sphugi PXt (02 lanuan 2018) pagina s/28

14 beschikbaar Geen ontwikkelingsruimte beschikbaar Als de hoogste depositietoename plaatsvindt op een hexagoon waar geen sprake is van een (naderende) stikstofoverbelasting. dan is de hoogste toename op een hexagoon met wel een (naderende) stikstofoverbelasting tussen haakies aangegeven. Depositie verschilberekening RfTsPHugi PXt (02 ianuari 2018) pagina 6/28

15 Resultaten per habitattype (mol/ha/j) Lingegebied b Diefdijk-Zuid Situatiei Situatie 2 Verschil' ^9999:70 1,36 onbekend/onzeker KDW op basis meest kritische aangewezen type (H7230) 1,61 0,25 H91E0B Vochtige alluviale bossen i,o6 1,26 +0,19 (essen-iepenbossen) HgiEoC Vochtige alluviale bossen 1,05 1,24 +0,19 (beekbegeleidende bossen) H7230 Kalkmoerassen 0,45 0,53 + 0,08 Zouweboezem Situatiei Situatie 2 Verschil H6410 Blauwgraslanden 0,59 0,69 + 0,11 H3i5obaz Meren met krabbenscheer en 0,48 fonteinkruiden, buiten afgesloten zeearmen 0,57 0,09 (-) Uiterwaarden Lek Situatie 1 Situatie 2 Verschil' H6510A Glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver) 0,42 0,49 0,08 H6120 Stroomdalgraslanden 0,42 0,49 0,08 Lg02 Geisoleerde meander en petgat 0,20 0,23 0,04 (-) Depositie verschilberekening RfT sphugi PXt (02 ianuari 2018) pagina r/zs

16 Loevestein, Pompveld b Kornsche Boezem Situatiei Situatie 2 Verschil Lg02 Geisoleerde meander en petgat 0,20 0,24 + 0,04 (+0,03) H6510A Glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver) 0,20 0,24 + 0,04 H6120 Stroomdalgraslanden 0,15 0,18 + 0,03 ZGH3i5obaz Meren met krabbenscheer 0,14 en fonteinkruiden, buiten afgesloten zeearmen 0,17 o,03(-) H3i5obaz Meren met krabbenscheer en 0,14 fonteinkruiden, buiten afgesloten zeearmen 0,17 0,03 (-^ 0,02) Kolland b Overiangbroek Situatiei Situatie 2 Verschil' H91E0C Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen) 0,17 0,20 0,03 Depositie verschilberekening Rff sphugipxt (02 januari 2018) pagina 8/28

17 Rijntakken Situatie 1 Situatie 2 Verschil' Lg02 Geisoleerde meander en petgat 0,16 0,19 0,03 ZGH3i5obaz Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden, buiten afgesloten zeearmen o,i6 0,19 0,03 ZGLgii Kamgrasweide b Bloemrijk 0,15 weidevogelgrasland van het rivieren- en zeekleigebied 0,17 0,03 ZGLg07 Dotterbloemgrasland van veen 0,14 en klei 0,16 * 0,02 Lg07 Dotterbloemgrasland van veen en 0,13 klei ,02 Lgo8 Nat, matig voedselrijk grasland 0,13 0,15 + 0,02 HgiFo Droge hardhoutooibossen 0,13 0,15 + 0,02 ZG Lgo2 Geisoleerde meander en petgat 0,13 0,15 0,02 ZGLgo8 Nat, matig voedselrijk grasland 0,12 0,14 + 0,02 Lgn Kamgrasweide b Bloemrijk 0,12 weidevogelgrasland van het rivieren- en zeekleigebied 0,14 + 0,02 H6510A Glanshaver-en 0,09 vossenstaarthooilanden (glanshaver) 0,11 + 0,02 O ZGH91E0B Vochtige alluviale bossen 0,09 (essen-iepenbossen) 0,11 + 0,02 O H3i5obaz Meren met krabbenscheer en 0,07 fonteinkruiden, buiten afgesloten zeearmen 0,08 + 0,01 ZGH6510A Glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver) ,08 + 0,01 Depositie verschilberekening RfTsPHugi PXt (02 ianuari 2018) pagina 9/28

18 Situatie 1 Situatie 2 Verschil ' H6120 Stroomdalgraslanden 0,07 0,08 0,01 H91E0B Vochtige alluviale bossen (essen-iepenbossen) 0,04 >o,05 + 0,01 (-) Depositie verschilberekening RfT sphugipxt (02 ianuari 2018) pagina 10/2S

19 Oostelijke Vechtplassen Situatie i Situatie 2 Verschil H3i5obaz Meren met krabbenscheer en 0,13 fonteinkruiden, buiten afgesloten zeearmen 0,15 + 0,02 ZGH3i5obaz Meren met krabbenscheer 0,12 en fonteinkruiden, buiten afgesloten zeearmen 0,14 + 0,02 ZGH91 Do Hoogveenbossen o,n 0,12 0,02 H91 Do Hoogveenbossen 0,10 0,12 + 0,02 Lg05 Grote-zeggenmoeras 0,10 0,12-0,02 ZGH7140B Overgangs-en trilvenen 0,10 0,12 +0,02 (veenmosrietlanden) H3140IV Kranswierwateren, in 0,10 0,12 +0,02 laagveengebieden H7140B Overgangs-en trilvenen o,io 0,12 +0,02 (veenmosrietlanden) H7140A Overgangs-en trilvenen 0,09 0,11-0,02 (trilvenen) H7210 Galigaanmoerassen 0,09 0,11 0,02 ZGH3140IV Kranswierwateren, in laagveengebieden 0,09 0,11 + 0,02 (+ 0,01) ZGH6410 Blauwgraslanden 0,08 0,10 + 0,02 o H9999:95 0,07 onbekend/onzeker KDW op basis meest kritische aangewezen type (H3140) 0,09 + 0,01 H4010B Vochtige heiden (laagveengebied) 0,06 0,07 0,01 Depositie verschilberekening RfT sphugipxt (02 ianuari 2018) pagina 11/28

20 Ontwikkeiingsruimte Situatiei Situatie 2 VerschiM H6410 Blauwgraslanden 0,06 0,07 + 0,01 ZGH7140A Overgangs- en trilvenen (trilvenen) >o,05 0,06 + 0,01 Biesbosch Situatiei Situatie 2 Verschil* Lgo8 Nat, matig voedselrijk grasland 0,12 0,14 -I- 0,02 Lgn Kamgrasweide b Bloemrijk 0,11 weidevogelgrasland van het rivieren- en zeekleigebied ,02 H6510A Glanshaver-en o,n 0,13 +0,02 vossenstaarthooilanden (glanshaver) H91 EoB Vochtige alluviale bossen 0,10 0,12 -i-o,02(-) (essen-iepenbossen) H65ioB Glanshaver-en 0,08 0,10 +0,02 vossenstaarthooilanden (grote vossenstaart) H6120 Stroomdalgraslanden 0,07 0,08 0,01 Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 ianuari 2018) pagina 12/28

21 Veluwe Situatiei Situatie 2 Verschil* ZGLgi3 Bos van arme zandgronden 0,10 0,11 +0,02 Lgi3 Bos van arme zandgronden 0,08 0,09 t- 0,01 Lgi4 Eiken- en beukenbos van lemige zandgronden 0,07 0,09 0,01 H2330 Zandverstuivingen 0,07 0,09 + 0,01 H9120 Beuken-eikenbossen met hulst 0,07 0,09 0,01 ZGLgi4 Eiken- en beukenbos van lemige 0,07 zandgronden 0,08 ^ 0,01 ZGL4030 Droge heiden 0,07 0,08 0,01 L4030 Droge heiden 0,07 0,08 + 0,01 H4030 Droge heiden 0,07 0,08 -^ 0,01 Lgog Droog struisgrasland 0,07 0,08 + 0,01 ZGLg09 Droog struisgrasland 0,07 0,08 0,01 H2310 Stuifzandheiden met struikhei 0,07 0,08 -i-0,01 H9190 Oude eikenbossen 0,06 0,08 0,01 ZGLgoi Permanente bron b Langzaam 0,06 stromende bovenloop 0,07 0,01 H91E0C Vochtige alluviale bossen >o,05 0,06 (beekbegeleidende bossen) + 0,01 Lgoi Permanente bron b Langzaam >o,05 0,06 stromende bovenloop -^ 0,01 Depositie verschilberekening RfT sphugipxt (02 lanuan 2018) pagina 13/28

22 Situatie 1 Situatie 2 Verschil ' H6230vka Heischrale graslanden, vochtig 0.05 kalkarm 0,06 + 0,01 H4010A Vochtige heiden (hogere zandgronden) 0,05 0,06 + 0,01 H3160 Zure vennen 0,05 0,06 + 0,01 H5130 Jeneverbesstruwelen 0,05 0,06 + 0,01 ZGHgigo Oude eikenbossen 0,05 >o,05 +0,01 ZGH2310 Stuifzandheiden met struikhei 0,05 >o,05-1-0,01 H3130 Zwakgebufferde vennen 0,04 >o,05 +0,01 H7150 Pionieivegeldtieb iiiel 0,04 '0,05 ^ 0,01 snavelbiezen H7110B Actieve hoogvenen (heideveentjes) 0,04 >o,05 + 0,01 Langstraat Situatie 1 Situatie 2 Verschil' H3i4ohz Kranswierwateren, op hogere zandgronden 0,08 0,09 0,01 H6410 Blauwgraslanden 0,08 0,09 -t- 0,01 H7140A Overgangs- en trilvenen (trilvenen) 0,08 0,09 0,01 H7140B Overgangs- en trilvenen (veenmosrietlanden) 0,08 0,09 -I- 0,01 H3140IV Kranswierwateren, in laagveengebieden 0,04 >o,05 -+0,01 Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 ianuari 2018) pagina iq/28

23 Loonse en Drunense Duinen b Leemkuilen Situatie 1 Situatie 2 Verschil * H3130 Zwakgebufferde vennen 0,08 0,09 + 0,01 Lg03 Zwakgebufferde sloot 0,08 0,09 + 0,01 H9190 Oude eikenbossen 0,08 0,09 + 0,01 o H2330 Zandverstuivingen 0,07 0,08 + 0,01 o H2310 Stuifzandheiden met struikhei 0,06 0,08 +o,oi H91 EoC Vochtige alluviale bossen (beekbegeleidende bossen) 0,06 0,07 + 0,01 H9160A Eiken-haagbeukenbossen (hogere zandgronden) 0,06 0,07 + 0,01 Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 ianuari 2018) pagma 15/28

24 Nieuwkoopse Plassen b De Haeck Situatiei Situatie 2 Verschil' H3i50baz Meren met krabbenscheer en 0,07 fonteinkruiden, buiten afgesloten zeearmen 0,09 0,01 H7i4oB Overgangs- en trilvenen (veenmosrietlanden) 0,07 0,08 0,01 H91D0 Hoogveenbossen >o,05 0,06 -^ 0,01 Lg02 Geisoleerde meander en petgat >o,05 0,06-1-0,01 H3140IV Kranswierwateren, in laagveengebieden 0,05 0,06 + 0,01 H4010B Vochtige heiden (laagveengebied) 0,05 >o,05 + 0,01 Lg05 Grote-zeggenmoeras 0,04 >o,05 + 0,01 Vlijmens Ven, Moerputten Er Bossche Broek Situatiei Situatie 2 Verschil' H6510A Glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver) 0,07 0,09 -I- 0,01 Lg03 Zwakgebufferde sloot 0,07 0,08 0,01 H6410 Blauwgraslanden 0,06 0,07 0,01 Lgo6 Dotterbloemgrasland van beekdalen 0,06 0,07 0,01 ZGH3i40hz Kranswierwateren, op hogere zandgronden >o,05 0,06 0,01 H3i40hz Kranswierwateren, op hogere 0,04 zandgronden >o,05 0,01 Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 ianuari 2018) pagina 16/28

25 Binnenveld Situatiei Situatie 2 Verschil' H7140A Overgangs- en trilvenen (trilvenen) 0,07 0,08 + 0,01 H7140B Overgangs- en trilvenen (veenmosrietlanden) 0,06 0,07 + 0,01 H6410 Blauwgraslanden >o,05 0,06 + 0,01 Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 ianuari 2018) pagina 17/28

26 Naardermeer Situatiei Situatie 2 Verschil* Lg05 Grote-zeggenmoeras 0,07 0,08 + 0,01 H91D0 Hoogveenbossen 0,07 0,08 0,01 H3i5obaz Meren met krabbenscheer en 0,07 fonteinkruiden, buiten afgesloten zeearmen 0,08 0,01 ZGH3i5obaz Meren met krabbenscheer 0,07 en fonteinkruiden, buiten afgesloten zeearmen 0,08 0,01 H7140B Overgangs-en trilvenen 0,06 (veenmosrietlanden) 0,07 0,01 H7140A Overgangs- en trilvenen 0,06 (trilvenen) 0,07 + 0,01 H3140IV Kranswierwateren, in 0,06 laagveengebieden 0,07 + 0,01 H999g:94 >o,05 0,06 0,01 onbekend/onzeker KDW op basis meest kritische aangewezen type (H3i30;H3i40) ZGH7140B Overgangs- en trilvenen 0,05 0,06 0,01 (veenmosrietlanden) H6410 Blauwgraslanden 0,04 >o,05 I- 0,01 Kampina b Oisterwijkse Vennen Situatie 1 Situatie 2 Verschil' H3160 Zure vennen 0,04 >0, Depositie verschilberekening RfTsPHugi PXt (02 ianuari 2018) pagina 18/28

27 O Q beschikbaar Geen ontwikkelingsruimte beschikbaar Als de hoogste depositietoename plaatsvindt op een hexagoon waar geen sprake is van een (naderende) stikstofoverbelasting, dan is de hoogste toename op een hexagoon met wel een (naderende) stikstofoverbelasting tussen haakies aangegeven Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 ianuari 20i8) pagma 19/28

28 Emissie (per bron) feitelijk gebruik Naam Locatie (X.Y) Uitstoothoogte Warmteinhoud NH3 Stal C , m 0,000 MW 106,26 kg/j Dier RAVcode Omschrijving Aantal Stof dieren Emissiefactor >kg,.dier/ > Emissie tfff D overige huisvestingssystemen (Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; biggenopfok (gespeende biggen)) (Overig) 154 NH3 0, ,26 kg/j Naam Locatie (X.Y) Uitstoothoogte Warmteinhoud NH3 Stal D , ,5 m 0,000 MW 127,20 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal Stof dieren Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie D volledig rooster met water- en mestkanalen, eventueel voorzien van schuine putwand{en), emitterend mestoppervlak kleiner dan 0,10 m2 (Varkens: fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; biggenopfok (gespeende biggen)) (BWL V1) 636 NH3 0, ,20 kg/j Depositie verschilberekening RfTsPHugi PXt (02 ianuari 2018) pagina 20/28

29 Naam Stal E , Uitstoothoogte 8,0 m Warmteinhoud 0,000 MW NH ,00 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal Stof dieren Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie D gedeeltelijk roostervloer; mestkelders met (water- en) mestkanaal; mestkanaal met schuine putwand; met roosters anders dan metalen driekant op het mestkanaal; emitterend mestoppervlak groter dan 0,18 m2, maar kleiner dan 0,27 m2 per varken (Varkens; vieesvarkens, opfokberen van circa 25 kg tot 7 maanden, opfokzeugen van circa 25 kg tot eerste dekking) (BWL V3) NH3 1, ,00 kg/j D volledig rooster met water- en mestkanalen, eventueel voorzien van schuine putwand(en), emitterend mestoppervlak kleiner dan 0,10 m2 (Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; biggenopfok (gespeende biggen)) (BWL V1) 695 NH3 0, ,00 kg/j Depositie verschilberekening RfT sphugipxt (02 ianuari 2018) pagina 21/28

30 Naam Locatie (X.Y) Uitstoothoogte Warmteinhoud NH3 Stal F , ,0 m 0,000 MW 684,00 kg/j Dier RAVcode Omschrijving Aantal Stof dieren Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie D gedeeltelijk roostervloer; mestkelders met (water- en) mestkanaal; mestkanaal met schuine putwand; met roosters anders dan metalen driekant op het mestkanaal: emitterend mestoppervlak groter dan 0,18 m2, maar kleiner dan 0,27 m2 per varken (Varkens: vieesvarkens, opfokberen van circa 25 kg tot 7 maanden, opfokzeugen van circa 25 kg tot eerste dekking ) (BWL V3) 360 NH3 1, ,00 kg/j Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 ianuari 2018) pagina 22/28

31 Naam Locatie (X.Y) Uitstoothoogte Warmteinhoud NH3 StalG , ,0 m 0,000 MW 329,50 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal Stof Emissiefactor dieren (kg/dier/j) Emissie D biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; kraamzeugen (incl. biggen tot spenen)) (BWL Vi) 2 NH3 2,500 5,00 kg/j ^ D biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (bij individuele en groepshuisvesting) (Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; guste en dragende zeugen) (BWL V1) 247 NH3 1, ,10 kg/j D 2.1 biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (Varkens; dekberen, 7 maanden en ouder) (BWL Vi) 2 NH kg/j Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 ianuari 2018) pagina 23/28

32 Emissie (per bron) aanvraag Locatie (X.Y) Uitstoothoogte Warmteinhoud NH3 Stal C , ,8 m 0,000 MW 222,46 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal Stof dieren Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie Iff D overige huisvestingssystemen (Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; biggenopfok (gespeende biggen)) (Overig) 15,1 MH., 0, ,26 kg/j D overige huisvestingssystemen (Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg: kraamzeugen (incl. biggen tot spenen)) (Overig) 14 NH3 8, ,20 kg/j Naam Locatie (X.Y) Uitstoothoogte Warmteinhoud NH3 Stal D , ,5 m 0,000 MW 84,00 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal Stof dieren Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie ^ D volledig rooster met water-en mestkanalen, eventueel voorzien van schuine putwand(en), emitterend mestoppervlak kleiner dan 0,10 m2 (Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; biggenopfok (gespeende biggen)) (BWL V1) 420 NH3 0,200 84,00 kg/j Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 januari 2018) pagina 24/28

33 Naam Stal E Locatie(X.Y) , Uitstoothoogte 8,0 m Warmteinhoud 0,000 M W NH ,00 kg/j Diet RAV code Omschrijving Aantal Stof dieren Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie D gedeeltelijk roostervloer; mestkelders met (water- en) mestkanaal; mestkanaal met schuine putwand; met roosters anders dan metalen driekant op het mestkanaal; emitterend mestoppervlak groter dan 0.18 m2, maar kleiner dan 0,27 m2 per varken (Varkens; vieesvarkens, opfokberen van circa 25 kg tot 7 maanden, opfokzeugen van circa 25 kg tot eerste dekking) (BWL V3) NH3 1, ,00 kg/j D volledig rooster met water- en mestkanalen, eventueel voorzien van schuine putwand(en), emitterend mestoppervlak kleiner dan 0,10 m2 (Varkens: fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; biggenopfok (gespeende biggen)) (BWL V1) 480 NH3 0,200 96,00 kg/j Depositie verschilberekening RrrsPHugiPXt(02 ianuari 2018) pagina 2S/28

34 Naam Locatie (X.Y) Uitstoothoogte Warmteinhoud NH3 Stal F , ,0 m 0,000 MW 1.162,80 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal Stof dieren Emissiefactor (kg/dier/j) Emissie D gedeeltelijk roostervloer; mestkelders met (water- en) mestkanaal; mestkanaal met schuine putwand; met roosters anders dan metalen driekant op het mestkanaal: emitterend mestoppervlak groter dan 0,18 m2, maar kleiner dan 0,27 m2 per varken (Varkens; vieesvarkens, opfokberen van circa 25 kg tot 7 maanden, opfokzeugen van circa 25 kg tot eerste dekking) (BWL V3) 612 NH3 1, ,80 kg/j Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 ianuari 2018) pagina 26/28

35 Naam Locatie (X.Y) Uitstoothoogte Warmteinhoud NH3 Stal G , ,0 m 0,000 MW 431,60 kg/j Dier RAV code Omschrijving Aantal Stof Emissiefactor dieren (kg/dier/j) Emissie D biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; kraamzeugen (incl. biggen tot spenen)) (BWL Vl) 56 NH3 2, ,00 kg/j D biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (bij individuele en groepshuisvesting) (Varkens; fokzeugen, inclusief biggen tot 25 kg; guste en dragende zeugen) (BWL Vi) 223 NH3 1, ,90 kg/j D 2.1 biologisch luchtwassysteem 70% emissiereductie (Varkens; dekberen, 7 maanden en ouder) (BWL V1) 1 NH3 1, kg/j Depositie verschilberekening RfTsPHugiPXt (02 lanuan 2018) pagma 2^/28

36 AERIUS B REGISTER Disclai mer Oe initiatiefnemer is zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van de projectinvoer en de aanvraag wordt getoetst door het bevoegd gezag. De eigenaar van AERIUS aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de inhoud van de door de gebruiker aangeboden informatie. AERIUS is een geregistreerd handelsmerk in Europa. Alle rechten die niet expliciet worden verleend, zijn voorbehouden. Re ken basis ^^^^ berekening is tot stand gekomen op basis van: AERIUS versie 20i6L_20i7i2i5_6<)igod2d2b Database versie 20i6L_20i7o828_c3fo58foof Voor meer informatie over de gebruikte methodiek en data zie; Depositie verschilberekening RfTsPHugi PXt (02 ianuari 2018) pagina 28/28