COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD"

Transcriptie

1 COMMISSIE VAN DE EUROPESE EMEENSCHAPPEN Brussel, COM(2001)293 definitief 2001/0131 (ACC) Voorstel voor een VERORDENIN VAN DE RAAD houdende toepassing van een schema van algemene tariefpreferenties voor de periode van 1 januari 2002 tot en met 31 december 2004 (door de Commissie ingediend)

2 TOELICHTIN 1. Verordening (E) nr. 2820/98 van de Raad van 21 december houdende toepassing, voor de periode van 1 januari 1999 tot en met 31 december 2001, van een meerjarenschema van algemene tariefpreferenties, verstrijkt op 31 december In 1994 heeft de Commissie enige richtsnoeren betreffende de rol van het SAP in het decennium vastgesteld 2. Thans dient een nieuwe verordening te worden goedgekeurd met het oog op de tenuitvoerlegging van deze richtsnoeren voor het resterende gedeelte van de termijn, namelijk de jaren 2002 tot In deze toelichting wordt nadere informatie verstrekt over het voorstel voor deze nieuwe verordening. 2. De richtsnoeren van 1994 bevatten een aantal belangrijke wijzigingen. Sedert 1995 wijken de SAP-schema's van de Europese Unie af van het traditionele stelsel volgens hetwelk voor beperkte hoeveelheden goederen vrijstelling van rechten werd verleend. Deze richtsnoeren voorzagen in een systeem van differentiatie waarbij beperkte preferenties werden verleend voor onbeperkte hoeveelheden. Terzelfder tijd werd een nieuwe graduatieregeling ingevoerd die het mogelijk maakt specifieke sectoren in bepaalde begunstigde landen uit te sluiten. Vervolgens werden aanvullende preferenties aangeboden in het kader van bijzondere stimuleringsregelingen die ten doel hadden de duurzame ontwikkeling te bevorderen, in het bijzonder wat de bescherming van de rechten van werknemers en het milieu betreft. 3. Omdat de meeste van deze bepalingen volkomen nieuw waren, was het effect ervan moeilijk te voorzien. elukkig bleken talrijke bezwaren die voor de goedkeuring van deze nieuwe bepalingen naar voren werden gebracht ongegrond te zijn. Het besluit tot afschaffing van de contingenten en plafonds had derhalve geen sterke toename van de preferentiële invoer ten gevolge. Sommige bepalingen van de huidige verordening zijn kennelijk te voorzichtig geformuleerd en te ingewikkeld en dienen te worden vereenvoudigd. 4. Aan de andere kant zijn bepaalde prognoses waarop de huidige regels gebaseerd zijn geen werkelijkheid geworden. Een aantal potentiële begunstigden van de bijzondere stimuleringsregelingen heeft geen gebruik gemaakt van de geboden mogelijkheden. Het lijkt derhalve noodzakelijk de maatregelen ter uitvoering van deze regelingen aan te passen. 5. De onderhavige SAP-verordening is de eerste waarin al de verschillende regelingen en sectoren zijn gecombineerd. Voorheen werden hiervoor verschillende verordeningen vastgesteld. Dit betekent echter niet dat alle regels en procedures volledig geharmoniseerd en eengemaakt zijn. De richtsnoeren van 1994 leggen duidelijk de nadruk op de noodzaak van vereenvoudiging. Het grootste gedeelte van de voorgestelde aanpassingen is enkel hierop gericht en bevat geen inhoudelijke wijzigingen. I. DIFFERENTIATIE 6. De in de richtsnoeren van 1994 voorgestelde methode om de contingenten en plafonds te vervangen door een differentiatiemechanisme volgens hetwelk preferenties worden toegekend naargelang de gevoeligheid van de producten, heeft goed gefunctioneerd. Meer gevoelige 1 2 PB L 357 van , blz. 1 COM (94) 212 def. 2

3 producten genieten in het algemeen een hogere tariefbescherming, doch kleinere preferenties, terwijl minder gevoelige producten, die normaliter aan lagere rechten zijn onderworpen, voor grotere preferenties in aanmerking komen. Met andere woorden hogere tarieven gaan normaliter met kleinere preferenties en lagere tarieven met grotere preferenties gepaard. Dit betekent dat zolang de verschillen tussen de gemiddelde rechten in de vier productcategorieën in verhouding zijn tot de verschillen tussen de vier preferentiële tarieven, het differentiatiemechanisme voor elk van deze categorieën dezelfde voordelen oplevert. 7. In de praktijk is dit evenwel, als gevolg van de geleidelijke tariefafbraak, niet meer het geval. De verschillen tussen de preferenties voor elke productcategorie zijn thans aanmerkelijk groter dan de verschillen tussen de gemiddelde tarieven. De tariefverlagingen die volgens het huidige differentiatiemechanisme aan elk van deze vier categorieën worden toegekend, lopen derhalve steeds sterker uiteen. De naar verhouding hoge preferenties voor niet-gevoelige en semi- gevoelige producten resulteren ondanks de betrekkelijk lage tarieven in gemiddelde verlagingen van 4 procentpunten. Hoewel de tarieven voor gevoelige en zeer gevoelige producten hoger zijn, resulteren de betrekkelijk geringe preferenties voor deze productcategorieën daarentegen in verlagingen van slechts 2 procentpunten, en in talrijke gevallen zelfs minder dan dat. 8. Het ligt derhalve voor de hand dat de preferenties voor de twee minder gevoelige productcategorieën aanzienlijk meer worden gebruikt dan die voor de andere twee categorieën. De gebruiksintensiteit voor de niet-gevoelige en semi-gevoelige producten bedraagt thans ongeveer 45 % terwijl deze voor de gevoelige en zeer gevoelige producten slechts respectievelijk 37 % en 32 % bedraagt. Het lijkt dientengevolge noodzakelijk de preferentiële behandeling van de meer gevoelige producten te verbeteren. 9. De richtsnoeren van 1994 voorzagen in een differentiatiemechanisme met slechts twee categorieën, namelijk gevoelige en niet-gevoelige producten, hetgeen inderdaad een werkbaarder systeem lijkt dan dat van de vier categorieën waarin de huidige verordening voorziet. Het aantal categorieën dient derhalve te worden teruggebracht tot twee, namelijk een voor gevoelige en een voor niet-gevoelige producten. De categorie van de niet gevoelige producten wordt gehandhaafd, terwijl alle andere producten die in de huidige verordening als semi-gevoelig, gevoelig en zeer gevoelig worden beschouwd in een nieuwe categorie van gevoelige producten worden ondergebracht. 10. Niet-gevoelige producten dienen, zoals ook bij de huidige verordening het geval is, vrijstelling van rechten te genieten, terwijl voor de toekomstige categorie van gevoelige producten een tariefverlaging dient te worden vastgesteld die voor alle producten van die categorie dezelfde is. Deze verlaging moet niet alleen voldoende aantrekkelijk zijn, maar dient ook in overeenstemming te zijn met het in de richtsnoeren van 1994 neergelegde neutraliteitsbeginsel. 11. Volgens dit beginsel dient het schema van algemene tariefpreferenties van de emeenschap ook in de toekomst gericht te zijn op een niveau van liberalisatie waarbij het effect van de preferentiemarge op de potentiële omvang van de preferentiële handel in het algemeen neutraal is in vergelijking met voorafgaande schema's. Als gevolg van de geleidelijke liberalisatie van het handelsverkeer is de potentiële omvang van de preferentiële handel aanmerkelijk kleiner geworden, en dit geldt ook voor de preferentiemarges. 12. Preferenties die worden vastgesteld als een percentage van het recht dat op de meest begunstigde landen van toepassing is, zullen onvermijdelijk kleiner worden wanneer het recht voor de meest begunstigde landen wordt verlaagd. Teneinde verdere erosie van de SAP- 3

4 preferenties te voorkomen, lijkt het derhalve wenselijk de preferenties te formuleren als de verlaging met een forfaitaire grootheid, d.w.z. een aantal procentpunten, van de voor de meest begunstigde landen geldende rechten. 13. Toen de huidige SAP-verordening werd goedgekeurd, bedroeg de voor de omvang van het handelsverkeer gewogen preferentiële marge van het SAP 3,68 %. De gemiddelde tariefverlaging voor niet-gevoelige en semi-gevoelige producten die thans wordt aangeboden, is van dezelfde omvang en lijkt eveneens voldoende aantrekkelijk. Een forfaitaire verlaging van het recht voor de meest begunstigde landen met 3,5 procentpunten lijkt derhalve passend voor alle gevoelige producten. 14. Voor de meeste van deze producten zou de preferentiële behandeling die het resultaat is van een forfaitaire verlaging met 3,5 procentpunten gelijk zijn aan of zelfs een weinig beter zijn dan die waarin de huidige verordening voorziet, hoewel een beperkt aantal producten een minder gunstige behandeling zou krijgen. 15. ezien de grote verschillen tussen de specifieke rechten, kunnen deze niet forfaitair worden verlaagd. Het huidige systeem van procentuele verlagingen dient derhalve te worden gehandhaafd. Ter vereenvoudiging van het schema verdient het aanbeveling voor alle betrokken producten een uniforme verlaging van 30 % toe te passen. 16. In de huidige regeling inzake de onbeduidende rechten (specifieke) waarbij volledige vrijstelling wordt verleend wanneer de preferenties in een recht van minder dan 0,5 resulteren, dient de drempel op 2 te worden gebracht. II. RADUATIE 17. In de richtsnoeren van 1994 is duidelijk bepaald dat de preferentiële behandeling vooral ten goede moet komen aan de ontwikkelingslanden die er het meest behoefte aan hebben. In de huidige verordening wordt deze doelstelling nagestreefd door middel van een aantal uiteenlopende bepalingen die het mogelijk maken, enerzijds, bepaalde landen uit te sluiten en, anderzijds, voor specifieke sectoren in bepaalde begunstigde landen een graduatiemechanisme toe te passen. Bovendien zijn bepaalde sectoren niet opgenomen omdat zij voor de betrokken landen nooit in aanmerking werden genomen. Deze regels lijken weliswaar vrij ingewikkeld, doch zijn om verschillende redenen zonder uitzondering gerechtvaardigd. Zij maken in het algemeen deel uit van een regeling die erop gericht is een evenwicht tot stand te brengen tussen de reikwijdte van de preferenties en de lijst van landen die daarvoor in aanmerking komen. 18. Wat de uitsluiting van landen betreft zij opgemerkt dat één van de twee criteria - het bruto binnenlands product per capita - moet worden aangepast. Teneinde een neutraal criterium te hanteren dat op gezette tijden wordt herzien, verdient het aanbeveling hiervoor gebruik te maken van de drempelwaarde die de Wereldbank toepast om landen in de categorie van landen met een hoog BBP in te delen. 19. Teneinde de objectiviteit van de regeling te verbeteren, verdient het aanbeveling de lijst van begunstigde landen jaarlijks te herzien. 20. Dit zou evenwel ten koste kunnen gaan van de voorspelbaarheid. Het verdient derhalve aanbeveling te bepalen dat een land gedurende drie opeenvolgende jaren aan de 4

5 uitsluitingscriteria moet voldoen vooraleer het van de lijst van begunstigde landen kan worden afgevoerd. 21. Tenslotte zij opgemerkt dat, teneinde alle landen een eerlijke behandeling te garanderen, de van de lijst afgevoerde landen opnieuw dienen te worden opgenomen indien zij gedurende drie opeenvolgende jaren niet aan de uitsluitingscriteria voldoen. 22. Wat de graduatie betreft, dienen beide basisregels - namelijk de zogenaamde clausule van het leeuwendeel en het graduatiemechanisme - te worden gehandhaafd. Teneinde de graduatie neutraler en meer automatisch te maken verdient het aanbeveling deze op een meer regelmatige grondslag, bijvoorbeeld eenmaal per jaar, toe te passen. 23. Deze wijziging dient te worden gecompenseerd door de aanvullende voorwaarde dat graduatie enkel mag plaatsvinden wanneer de begunstigde landen gedurende drie opeenvolgende jaren aan een van de criteria voldoen. Deze voorwaarde moet ook worden geacht te zijn vervuld wanneer gedurende elk van deze drie jaren niet aan hetzelfde criterium wordt voldaan. 24. Deze eis zou de voorspelbaarheid verhogen. De begunstigde landen dienen in kennis te worden gesteld van het resultaat van de berekening en dienen gelegenheid te hebben hierop commentaar te geven. Wanneer een sector gedurende twee jaar aan de graduatiecriteria voldoet, zal dit vermoedelijk ook tijdens het derde jaar het geval zijn. Dit betekent dat de betrokken landen - en handelaren - als het ware over een soort van vroegtijdig waarschuwingssysteem zouden beschikken. Dit zou het mogelijk maken de graduatie binnen een kortere termijn - d.w.z. een jaar nadat het besluit is genomen - en in een enkele keer toe te passen. 25. Indien de graduatie momenteel op basis van de meest recente statistieken zou worden toegepast, dan zou meer dan de helft van het handelsverkeer dat zonder graduatie onder het SAP zou vallen niet meer voor het schema in aanmerking komen. De eis dat gedurende drie opeenvolgende jaren aan de graduatiecriteria moet zijn voldaan vooraleer graduatie kan plaatsvinden, zou het aantal te gradueren sectoren met meer dan 20 verminderen. 26. Noch de richtsnoeren van 1994, noch de huidige verordening voorzien in de mogelijkheid de graduatie ongedaan te maken in gevallen waarin niet meer aan de criteria wordt voldaan. In deze mogelijkheid moet worden voorzien, om de reden die ook voor de uitsluiting van landen geldt. 27. Zodra de nieuwe SAP-verordening door de Raad is goedgekeurd, zal de Commissie de nodige voorbereidingen treffen voor een herziening van de sectoren die volgens de nieuwe regeling dienen te worden gegradueerd. De resultaten van deze herziening worden op 1 januari 2003 van kracht. III. BIJZONDERE STIMULERINSREELINEN 28. De bijzondere stimuleringsregelingen hebben niet het succes gekend dat ervan werd verwacht op het tijdstip waarop zij werden goedgekeurd. Hieraan liggen ongetwijfeld verschillende redenen ten grond. Een daarvan is mogelijkerwijze de betrekkelijk kleine preferentiemarges die in het kader van deze regelingen beschikbaar zijn. Een andere reden houdt kennelijk verband met het feit dat de berekening van de aanvullende preferenties waarvoor de begunstigden eventueel in aanmerking komen naast de normale preferenties - die op zich reeds moeilijk te berekenen zijn - bijzonder ingewikkeld is. Het is niet uitgesloten dat 5

6 bepaalde landen de toepassing van deze regelingen niet aanvragen omdat zij de berekening te moeilijk vinden. 29. Ten einde de huidige tendens tot aanvaarding van de regelingen door potentiële begunstigde landen te stimuleren, lijkt het noodzakelijk deze regelingen aantrekkelijker te maken. Aansluitend op het huidige schema, en ter vereenvoudiging daarvan, dienen de aanvullende preferenties te worden bepaald als het "dubbele van de algemene preferenties", hetgeen neerkomt op een aanvullende forfaitaire verlaging met 3,5 procentpunten op de ad valorem rechten voor meestbegunstigde landen en een aanvullende verlaging van de specifieke rechten met nogmaals 30 %. Een dergelijke regel heeft bovendien het voordeel dat hij goed te begrijpen is. 30. De bijzondere stimuleringsregelingen zijn momenteel ook beschikbaar voor sectoren waarvoor het betrokken land gegradueerd is, doch enkel wanneer de graduatie in het kader van het graduatiemechanisme (en niet krachtens de clausule van het leeuwendeel) heeft plaatsgevonden. Teneinde de regelingen aantrekkelijker te maken voor de meer geïndustrialiseerde ontwikkelingslanden (die meer kans maken op graduatie en wellicht gemakkelijker aan de voorwaarden van de sociale clausule kunnen voldoen) dient het voordeel eveneens te worden toegekend wanneer de graduatie op basis van de clausule van het leeuwendeel heeft plaatsgevonden. 31. In hun huidige vorm zijn de sociale stimuleringsregelingen aan twee voorwaarden gebonden. Ten eerste dient een land de status van begunstigd land van de regelingen te verwerven en ten tweede dienen de door dat land uitgevoerde producten te zijn gecertificeerd als vervaardigd overeenkomstig de betrokken arbeidsnormen. Dit omvat alle inputs, ook de ingevoerde. Deze eis kan niet worden gehandhaafd, omdat een begunstigd land hierover geen controle heeft. Deze eis dient derhalve te worden geschrapt. 32. De bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van de rechten van werknemers refereerden aanvankelijk enkel aan de IAO-verdragen nrs. 87, 98 en 138. Volgens de IAOverklaring inzake de grondbeginselen en de grondrechten op het werk hebben deze beginselen en rechten betrekking op de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen en de daadwerkelijke erkenning van het recht tot collectieve onderhandeling, de opheffing van alle vormen van gedwongen arbeid, de daadwerkelijke afschaffing van kinderarbeid en de opheffing van discriminatie in arbeid en opleiding. Teneinde de bijzondere stimuleringsregelingen in overeenstemming te brengen met het begrip "fundamentele arbeidsnormen" dient van de begunstigde landen bovendien te worden verlangd dat zij de IAO-verdragen nrs. 29, 100, 105, 111 en 182 daadwerkelijk toepassen. 33. Wat de bijzondere regelingen ter bescherming van het milieu betreft, wordt opgemerkt dat nog steeds geen internationaal overeengekomen normen en internationaal erkend certificeringssysteem van toepassing zijn. Er zijn evenwel stappen gedaan en er is kans dat de ITTO-criteria (Internationale Organisatie voor Tropisch Hout) in de nabije toekomst worden vervolledigd. Aan de andere kant hebben bepaalde nationale certificatiesystemen reeds een zekere internationale erkenning verworven. Teneinde hiermede rekening te houden is het ontwerp-voorstel in meer algemene termen geformuleerd dan de huidige verordening. Bij de herziening van het SAP voor het komende decennium dient het streven erop gericht te zijn de reikwijdte van de bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van het milieu en de eisen waaraan moet zijn voldaan uit te breiden. 6

7 IV. BIJZONDERE REELINEN TEN BEHOEVE VAN DE MINST ONTWIKKELDE LANDEN 34. Dit ontwerp-voorstel houdt rekening met de nieuwe verordening die vrijstelling van invoerrechten verleent voor vrijwel alle producten uit de minst ontwikkelde landen. V. BIJZONDERE REELINEN TER BESTRIJDIN VAN DE VERVAARDIIN VAN EN DE HANDEL IN VERDOVENDE MIDDELEN 35. Bij het opstellen van de huidige SAP-verordening werd getracht de discrepantie tussen de voordelen van de verdovende middelenregeling, die onvoorwaardelijk worden toegekend, en die van de bijzondere stimuleringsregelingen, waaraan voorwaarden zijn verbonden, weg te nemen. Er is inderdaad behoefte aan een bepaald evaluatiemechanisme om na te gaan of de verdovende middelenregeling de beoogde resultaten oplevert. Deze doelstellingen bestaan in het bevorderen van een duurzame ontwikkeling opdat de begunstigde landen de vervaardiging van en de handel in verdovende middelen onder betere omstandigheden zouden kunnen bestrijden. Een duurzame ontwikkeling vereist in de eerste plaats het scheppen van nieuwe arbeidsplaatsen in alle sectoren van de economie, met inbegrip van de industrie. Dit is het doel waarvoor het SAP aanvankelijk werd vastgesteld. Dit betekent dat de aanbodzijde moet worden verbeterd en de uitvoer gediversifieerd, dat een deugdelijke ontwikkeling moet worden bevorderd door de daadwerkelijke implementatie van de fundamentele arbeidsnormen van de IAO en dat het milieu moet worden beschermd, met inbegrip van in het bijzonder een duurzaam beheer van de tropische bossen. 36. De Commissie dient een duidelijk beeld te hebben van de mate waarin deze regelingen de beoogde doelstellingen naderbij brengen. Met het oog daarop dient zij toezicht te houden op de toepassing van de regelingen en op het effect dat deze sorteren, rekening houdend met de evaluaties van onafhankelijke internationale organisaties en agentschappen en dient zij met de begunstigde landen van gedachten te wisselen over deze evaluaties. Hoewel deze evaluaties er niet mogen toe leiden dat de regelingen voor 2004 worden beëindigd, dienen zij mede een antwoord te geven op de vraag of het dienstig is deze regelingen na die datum te handhaven. VI. INTREKKIN 37. Het SAP dient in het algemeen meer dan thans het geval is te worden gebruikt als middel om de bescherming van de fundamentele arbeidsnormen te bevorderen. Voorgesteld wordt derhalve te bepalen dat bij ernstige en systematische overtredingen van deze normen de voordelen van het SAP tijdelijk kunnen worden ingetrokken en dat wanneer de vervaardiging van bepaalde producten ernstige milieuschade veroorzaakt dit ook een reden tot intrekking kan vormen. 7

8 2001/0131 (ACC) Voorstel VERORDENIN VAN DE RAAD houdende toepassing van een schema van algemene tariefpreferenties voor de periode van 1 januari 2002 tot en met 31 december 2004 DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, elet op het Verdrag tot oprichting van de Europese emeenschap, inzonderheid op artikel 133, ezien het voorstel van de Commissie 3, ezien het advies van het Europees Parlement 4, Overwegende hetgeen volgt : (1) Sedert 1971 kent de Europese emeenschap in het kader van haar schema van algemene tariefpreferenties handelspreferenties toe aan ontwikkelingslanden. (2) In een mededeling van de Commissie aan de Raad van 1 juni 1994 zijn richtsnoeren voor de toepassing van het schema voor de periode vastgesteld 5. (3) Verordening (E) nr. 2820/98 van de Raad van 21 december geeft uitvoering aan het schema van algemene tariefpreferenties dat tot 31 december 2001 van toepassing is. Na deze datum blijft het schema volgens de richtsnoeren tot en met 31 december 2004 van toepassing. (4) In dit schema dienen de bepalingen te worden opgenomen van Verordening (E) nr. 416/2001 van de Raad tot wijziging van Verordening (E) nr. 2820/98 houdende toepassing, voor de periode van 1 juli 1999 tot en met 31 december 2001, van een meerjarenschema van algemene tariefpreferenties, teneinde de douanevrijstelling zonder enige kwantitatieve beperking uit te breiden tot producten van oorsprong uit de minst ontwikkelde landen 7. (5) Op de toepassing van de bijzondere regelingen ter bestrijding van de vervaardiging van en de handel in verdovende middelen dient tijdens de geldigheidsduur van deze PBC van,blz.. PBC van,blz.. COM (94) 212 def. PB L 357 van , blz. 1 PB L 60 van , blz. 43 8

9 verordening nauwgezet toezicht te worden gehouden om te bepalen of deze regelingen daarna dienen te worden gehandhaafd. (6) Het verdient aanbeveling de preferenties te differentieren naargelang de gevoeligheid van de producten. Daarbij kan worden volstaan met differentiatie tussen twee productcategorieën, namelijk gevoelige en niet-gevoelige producten. (7) De douanerechten op niet-gevoelige producten blijven geschorst, terwijl de rechten op gevoelige producten worden verlaagd. (8) Deze verlaging dient voor de handelaren voldoende aantrekkelijk te zijn om hen ertoe te bewegen gebruik te maken van de door het schema geboden mogelijkheden. Voor de ad valoremrechten dient derhalve een globale verlaging met 3,5 procentpunten van het recht voor meestbegunstigde landen te worden toegepast, terwijl de specifieke rechten met 30 % dienen te worden verlaagd. Wanneer een minimumrecht is vermeld, wordt dit niet toegepast. (9) De rechten worden volledig geschorst wanneer de preferentiële behandeling in een ad valoremrecht van 1 % of minder of in een specifiek recht van 2 of minder resulteert. (10) De bepalingen inzake de uitsluiting van begunstigde landen op grond van hun ontwikkelingsniveau dienen eenmaal per jaar te worden toegepast. Een land mag echter enkel worden uitgesloten wanneer het gedurende drie opeenvolgende jaren aan de uitsluitingscriteria voldoet. Het wordt opnieuw tot het schema toegelaten wanneer het gedurende drie opeenvolgende jaren niet meer aan deze criteria voldoet. (11) edurende het eerste jaar dat deze verordening van toepassing is, wordt de uitsluiting van eerder uitgesloten landen gehandhaafd. (12) De bepalingen inzake de graduatie van sectoren dienen eenmaal per jaar te worden toegepast. Een sector mag echter enkel worden gegradueerd wanneer hij gedurende drie opeenvolgende jaren aan de graduatiecriteria voldoet en moet opnieuw tot het schema worden toegelaten wanneer hij gedurende drie opeenvolgende jaren niet meer aan deze criteria voldoet. (13) edurende het eerste jaar dat de verordening van toepassing is, dient de graduatie van eerder gegradueerde sectoren te worden gehandhaafd. (14) De tariefpreferenties in het kader van de bijzondere stimuleringsregelingen dienen even hoog te zijn als de preferenties die in het kader van de algemene regelingen worden aangeboden, hetgeen betekent dat deze laatste worden verdubbeld. (15) In het kader van de bijzondere stimuleringsregelingen dienen in alle gegradueerde sectoren tariefpreferenties te worden aangeboden die gelijkwaardig zijn aan de preferenties die in het kader van de algemene regeling beschikbaar zijn. (16) Aan de bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van de rechten van werknemers dient de voorwaarde te worden verbonden dat alle normen van de IAOverklaring inzake de fundamentele beginselen en rechten op het werk daadwerkelijk worden toegepast. 9

10 (17) De algemene regels inzake het bewijs van de oorsprong en de methoden van administratieve samenwerking, neergelegd in Verordening (EE) nr. 2454/93 8 van de Commissie en de bepalingen inzake de douaneschuld, in het bijzonder artikel 220, lid 2, onder b), van Verordening (EE) nr. 2913/92 9 van de Raad, zijn van toepassing op de tariefpreferenties die in het kader van de bijzondere stimuleringsmaatregelen ter bescherming van de rechten van werknemers worden verleend. (18) De bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van het milieu dienen rekening te houden met nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de internationaal erkende normen en certificatiesystemen. (19) Als redenen tot tijdelijke intrekking dienen ondermeer te worden vermeld de ernstige systematische schending van de normen van de IAO-verklaring inzake de fundamentele beginselen en rechten op het werk en het veroorzaken van ernstige milieuschade. (20) De tijdelijke intrekking van alle tariefpreferenties ten aanzien van de invoer uit Myanmar blijft van kracht. HEEFT DE VOLENDE VERORDENIN VASTESTELD : Artikel 1 1. Het schema van algemene tariefpreferenties van de emeenschap blijft gedurende de jaren 2002, 2003 en 2004 van toepassing overeenkomstig het bepaalde in deze verordening. 2. Deze verordening bevat algemene regelingen, bijzondere regelingen ten gunste van de minst ontwikkelde landen, bijzondere regelingen ter bestrijding van de vervaardiging van en de handel in verdovende middelen, bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van de rechten van werknemers, bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van het milieu. 8 9 PB L 253 van , blz. 1 PB L 302 van , blz. 1 10

11 TITEL I Algemene bepalingen Artikel 2 De begunstigde landen van elk van de in artikel 1, lid 2, genoemde regelingen zijn in bijlage I vermeld. Artikel 3 1. Een begunstigd land wordt van de lijst in bijlage I afgevoerd wanneer het gedurende drie opeenvolgende jaren gelijktijdig aan de volgende criteria heeft voldaan : classificatie door de Wereldbank als land met een hoog inkomen, een ontwikkelingsindex, als omschreven in bijlage II, die hoger is dan Wanneer een van de lijst in bijlage I afgevoerd land of gebied gedurende drie opeenvolgende jaren niet aan de in lid 1 genoemde criteria heeft voldaan, wordt dit land of gebied opnieuw in bijlage I opgenomen. 3. Op basis van de meest recente gegevens die op 1 september van elk jaar beschikbaar zijn, stelt de Commissie vast welke begunstigde landen aan de in lid 1 genoemde criteria voldoet. 4. De Commissie informeert de begunstigde landen die voor het meest recente jaar waarvoor gegevens beschikbaar zijn aan de in lid 1 bedoelde criteria voldoen. 5. Voor het einde van elk jaar neemt de Commissie overeenkomstig de in artikel 37 bedoelde procedure een besluit over de schrapping in bijlage I van de begunstigde landen die aan de in lid 1 genoemde voorwaarden voldoen en over de opneming in deze bijlage van de landen die aan de in lid 2 vermelde voorwaarden voldoen. 6. Een overeenkomstig lid 5 genomen besluit treedt in werking op 1 januari van het tweede jaar volgende op het jaar waarin het werd genomen. 7. De Commissie brengt een overeenkomstig lid 5 genomen besluit ter kennis van het betrokken begunstigde land en deelt dit land de datum mede waarop dit besluit van kracht wordt. Artikel 4 De onder elk van de in artikel 1, lid 2, bedoelde regelingen vallende producten zijn in bijlage IV vermeld. 11

12 Artikel 5 1. De tariefpreferenties waarin deze verordening voorziet, zijn van toepassing op de invoer van producten die vallen onder de regelingen die gelden voor het begunstigde land waarvan zij de oorsprong hebben. 2. De regels inzake de omschrijving van het begrip "producten van oorsprong", het bewijs van de oorsprong en de methoden van administratieve samenwerking voor de toepassing van de in artikel 1, lid 2, van deze verordening bedoelde regelingen zijn in Verordening (EE) nr. 2454/93 van de Commissie neergelegd. 3. Wanneer moet worden bepaald of een product dat is vervaardigd in een begunstigd land dat deel uitmaakt van een regionale groepering de oorsprong van dat land heeft, worden producten van oorsprong uit een land dat niet in aanmerking komt voor de regelingen die op het eindproduct van toepassing zijn, geacht van oorsprong te zijn uit het land waar de verdere bewerking plaatsvindt, op voorwaarde dat beide landen tot dezelfde regionale groepering behoren en overeenkomstig Verordening (EE) nr. 2454/93 van de Commissie voor de regionale cumulatie ten gunste van deze groepering in aanmerking komen. Artikel 6 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder "rechten van het gemeenschappelijk douanetarief" verstaan de rechten die zijn vermeld in deel twee van bijlage I bij Verordening (EE) nr. 2658/87 10 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief, met uitzondering van de rechten die in het kader van tariefcontingenten zijn vastgesteld. 2. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder "sector" verstaan elk van de in bijlage III vermelde productsectoren. 3. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder "comité" verstaan het Comité Algemene Preferenties bedoeld in artikel PB L 256 van , blz. 1 12

13 TITEL II Tariefpreferenties AFDELIN 1 ALEMENE REELINEN Artikel 7 1. De rechten van het gemeenschappelijk douanetarief die van toepassing zijn op de producten die in bijlage IV als niet gevoelig zijn vermeld, worden geheel geschorst. 2. De ad valoremrechten van het gemeenschappelijk douanetarief die van toepassing zijn op de producten die in bijlage IV als gevoelig zijn vermeld, worden met 3,5 procentpunten verlaagd, behoudens andersluidende bepalingen in die bijlage. 3. De specifieke rechten van het gemeenschappelijk douanetarief die van toepassing zijn op de producten die in bijlage IV als gevoelig zijn vermeld, worden met 30 % verlaagd, behoudens andersluidende bepalingen in die bijlage. 4. Wanneer de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief die van toepassing zijn op de producten die in bijlage IV als gevoelig zijn aangemerkt zowel ad valoremrechten als specifieke rechten omvatten, worden de specifieke rechten niet verlaagd. 5. Wanneer in de leden 2 en 3 een minimumrecht is vermeld, wordt dit minimumrecht niet toegepast. 6. De in de leden 1, 2 en 3 bedoelde tariefpreferenties zijn niet van toepassing bij de invoer van producten uit sectoren die volgens bijlage I voor het betrokken land van oorsprong niet zijn opgenomen. 7. De in de leden 1, 2 en 3 bedoelde tariefpreferenties zijn niet van toepassing bij de invoer van producten uit sectoren ten aanzien waarvan deze tariefpreferenties voor het betrokken land van oorsprong werden ingetrokken overeenkomstig artikel 12 of soortgelijke bepalingen van een eerdere verordening betreffende het gemeenschappelijk schema van algemene tariefpreferenties. 13

14 AFDELIN 2 BIJZONDERE STIMULERINSREELINEN Artikel 8 1. Onverminderd het bepaalde in titel III worden de ad valoremrechten van het emeenschappelijk Douanetarief op de in artikel 7, lid 2, bedoelde producten van sectoren die volgens het bepaalde in bijlage I voor het betrokken land van oorsprong onder de bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van werknemers vallen, met nogmaals 3,5 procentpunten verlaagd, behoudens andersluidende bepalingen in bijlage IV. De specifieke rechten op producten waarop de in artikel 7, lid 3, bedoelde tariefpreferenties van toepassing zijn, worden met nogmaals 30 % verlaagd, behoudens andersluidende bepalingen in bijlage IV. 2. De bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van de rechten van werknemers zijn niet van toepassing op sectoren die volgens het bepaalde in bijlage I niet onder de algemene regelingen voor het betrokken land van oorsprong vallen. 3. Onverminderd het bepaalde in titel IV worden de ad valoremrechten van het gemeenschappelijk douanetarief op de in artikel 7, lid 2, bedoelde producten die volgens het bepaalde in bijlage IV onder de bijzondere stimuleringsregeling ter bescherming van het milieu vallen en die van oorsprong zijn uit een land dat volgens het bepaalde in bijlage I voor deze regelingen in aanmerking komt, met nogmaals 3,5 procentpunten verlaagd. De specifieke rechten op producten waarop de in artikel 7, lid 3, bedoelde tariefpreferenties van toepassing zijn, worden met nogmaals 30 % verlaagd. 4. De in de leden 1 en 3 bedoelde tariefpreferenties worden gelijktijdig toegepast wanneer aan de in beide leden vermelde voorwaarden is voldaan. 5. De rechten van het emeenschappelijk Douanetarief op de invoer van producten waarop volgens artikel 7, lid 7, de in artikel 7, lid 1, bedoelde tariefpreferenties niet van toepassing zijn, worden geheel geschorst wanneer deze producten voor het betrokken land van oorsprong onder de bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van de rechten van werknemers vallen. 6. De rechten van het emeenschappelijk Douanetarief op de invoer van producten die onder de bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van het milieu vallen en die van oorsprong zijn uit een land waarop volgens artikel 7, lid 7, de in artikel 7, lid 1, bedoelde tariefpreferenties niet van toepassing zijn, worden in hun geheel geschorst wanneer deze producten van oorsprong zijn uit een land dat voor deze regelingen in aanmerking komt. 7. De in de leden 1 en 3 bedoelde tariefpreferenties zijn eveneens van toepassing op de invoer van producten waarvoor volgens het bepaalde in artikel 7, lid 7, de in artikel 7, lid 2 en lid 3, bedoelde tariefpreferenties niet gelden. Het certificaat van oorsprong formulier A of de factuurverklaring voor dergelijke producten zijn enkel geldig voor de tariefpreferenties bedoeld in de leden 1 en 3. 14

15 AFDELIN 3 BIJZONDERE REELINEN TEN BEHOEVE VAN DE MINST ONTWIKKELDE LANDEN Artikel 9 1. Onverminderd het bepaalde in de leden 2, 3 en 4 worden de rechten van het emeenschappelijk Douanetarief voor alle producten van de hoofdstukken 1 tot en met 97, met uitzondering van hoofdstuk 93, van oorsprong uit een land dat volgens het bepaalde in bijlage I voor de bijzondere regelingen voor de minst ontwikkelde landen in aanmerking komt, volledig geschorst. 2. De rechten van het emeenschappelijk Douanetarief die op de producten van N-code van toepassing zijn, worden met ingang van 1 januari 2002 jaarlijks met 20 % verlaagd. Met ingang van 1 januari 2006 worden deze rechten volledig geschorst. 3. De rechten van het emeenschappelijk Douanetarief die op de producten van tariefpost 1006 van toepassing zijn, worden op 1 september 2006 met 20 %, op 1 september 2007 met 50 % en op 1 september 2008 met 80 % verlaagd. Met ingang van 1 september 2009 worden deze rechten volledig geschorst. 4. De rechten van het emeenschappelijk Douanetarief die op de producten van tariefpost 1701 van toepassing zijn, worden op 1 juli 2006 met 20 %, op 1 juli 2007 met 50 % en op 1 juli 2008 met 80 % verlaagd. Deze rechten worden met ingang van 1 juli 2009 volledig geschorst. 5. Tot het tijdstip waarop de rechten van het emeenschappelijk Douanetarief volledig zijn geschorst overeenkomstig het bepaalde in de leden 3 en 4 wordt voor de producten van tariefpost 1006 en postonderverdeling , van oorsprong uit de landen die voor deze bijzondere regelingen in aanmerking komen, voor elk verkoopseizoen een globaal tariefcontingent met nulrecht geopend. De aanvangscontingenten voor de verkoopseizoenen 2001/2002 bedragen ton, uitgedrukt in gedopte rijst, voor producten van tariefpost 1006, en ton, uitgedrukt in witte suiker, voor producten van onderverdeling Voor elk van de daarop volgende verkoopseizoenen worden de contingenten met 15 % verhoogd ten opzichte van de contingenten van het voorafgaande verkoopseizoen. 6. De Commissie zal volgens de in artikel 37 omschreven procedure nadere bepalingen voor de opening en het beheer van de in lid 5 bedoelde contingenten vaststellen. Bij de opening en het beheer van deze contingenten wordt de Commissie bijgestaan door de comités van beheer van de desbetreffende gemeenschappelijke marktordeningen. 7. De Commissie houdt in nauwe samenwerking met de lidstaten zorgvuldig toezicht op de invoer van de in de leden 2, 3 en 4 bedoelde producten. De lidstaten en alle belanghebbende natuurlijke personen of rechtspersonen delen de Commissie onverwijld alle terzake dienstige informatie mede die de schorsing van preferenties kan rechtvaardigen. Wanneer de 15

16 Commissie van oordeel is dat met voldoende bewijsmateriaal is aangetoond dat de voorwaarden voor schorsing zijn vervuld, neemt zij ten spoedigste alle noodzakelijke maatregelen. AFDELIN 4 BIJZONDERE REELINEN TER BESTRIJDIN VAN DE VERVAARDIIN VAN EN DE HANDEL IN VERDOVENDE MIDDELEN Artikel De ad-valorem douanerechten op producten die volgens het bepaalde in bijlage IV onder de bijzondere regelingen ter bestrijding van de vervaardiging van en de handel in verdovende middelen vallen en die van oorsprong zijn uit een land dat volgens het bepaalde in bijlage I voor deze regelingen in aanmerking komt, worden geheel geschorst, behoudens andersluidende bepalingen in bijlage IV. 2. De Commissie houdt toezicht op en evalueert het effect van de in lid 1 bedoelde regelingen voor elk van de begunstigde landen, met name wat de volgende elementen betreft: a) gebruik van de tariefpreferenties waarin deze regelingen voorzien; b) bestrijding van de vervaardiging van en de handel in verdovende middelen; c) sociale ontwikkeling, in het bijzonder de naleving en het bevorderen van de toepassing van de normen die zijn neergelegd in de IAO-verdragen waaraan in de verklaring van de IAO inzake de grondbeginselen en grondrechten op het werk wordt gerefereerd; d) milieubeleid, in het bijzonder wat het duurzaam beheer van de tropische bossen betreft. 3. Bij de in lid 2, onder b), c) en d),bedoelde evaluatie wordt rekening gehouden met de bevindingen van de terzake bevoegde internationale organisaties en agentschappen. De Commissie stelt alle begunstigde landen in kennis van de resultaten van haar evaluatiee en geeft deze landen de gelegenheid hierop commentaar te geven. Deze evaluatie staat niet in de weg aan de handhaving van de in lid 1 bedoelde regelingen tot 2004 en de mogelijke verlenging daarvan na deze datum. 4. Voor einde 2004 bericht de Commissie een algemene evaluatie van de resultaten van de in lid 1 bedoelde regelingen. Bij het opstellen van de richtsnoeren voor een schema van algemene tariefpreferenties voor het decennium 2005 tot 2014 zal zij rekening houden met de bevindingen van deze evaluatie. 16

17 AFDELIN 5 EMEENSCHAPPELIJKE BEPALINEN Artikel De tariefpreferenties waarin deze verordening voorziet, zijn niet van toepassing op producten die krachtens de Verordeningen (E) nrs. 384/96 11 of 2026/97 12 van de Raad aan antidumpingrechten of compenserende rechten zijn onderworpen, wanneer de omvang van deze maatregelen is vastgesteld op basis van een schademarge die voortvloeit uit invoerprijzen waarin de genoemde tariefpreferenties niet zijn ingecalculeerd. 2. De Commissie zal in het Publicatieblad van de Europese emeenschappen een bericht opnemen waarin de producten zijn vermeld die krachtens het bepaalde in lid 1 niet voor tariefpreferenties in aanmerking komen. Artikel De in de artikelen 7 en 10 bedoelde tariefpreferenties worden ingetrokken ten aanzien van producten uit een begunstigd land die behoren tot een sector die gedurende drie opeenvolgende jaren aan een van de volgende criteria heeft voldaan : (a) de invoer uit dat land van alle in bijlage IV vermelde producten van de betrokken sector bedraagt meer dan 25 % van de invoer van dezelfde producten uit alle in bijlage I genoemde landen en gebieden; (b) de specialisatie-index van de betrokken sector is hoger dan de drempel die met de in bijlage II omschreven ontwikkelingsindex van dat land overeenstemt. 2. Lid 1 is niet van toepassing - op begunstigde landen waarvan de ontwikkelingsindex minder dan - 2 bedraagt; - wanneer de invoer uit een begunstigd land van alle in bijlage IV vermelde producten van de betrokken sector niet meer bedraagt dan 2 % van de invoer van hetzelfde product uit alle in bijlage I vermelde landen en gebieden. 3. Wanneer een sector ten aanzien waarvan tariefpreferenties werden ingetrokken overeenkomstig het bepaalde in dit artikel of in soortgelijke bepalingen van een eerdere verordening betreffende het schema van algemene tariefpreferenties van de emeenschap gedurende drie opeenvolgende jaren aan geen van beide in lid 1 genoemde criteria heeft voldaan, worden de tariefpreferenties wederingesteld PB L 56 van , blz. 1 PB L 288 van , blz. 1 17

18 4. Op basis van de meest recente gegevens die op 1 september van elk jaar beschikbaar zijn, bepaalt de Commissie welke sectoren aan de in de leden 1 en 3 genoemde voorwaarden voldoen. 5. De Commissie deelt de begunstigde landen mede welke sectoren in het meest recente jaar waarvoor gegevens beschikbaar zijn aan de in lid 1 genoemde voorwaarde voldoen. 6. Voor het einde van elk jaar neemt de Commissie oveeenkomstig de in artikel 37 bedoelde procedure een besluit tot intrekking van tariefpreferenties ten aanzien van sectoren die aan de in lid 1 vermelde voorwaarde voldoen en tot wederinstelling van tariefpreferenties voor sectoren die aan de in lid 3 vastgestelde voorwaarde voldoen. 7. Een overeenkomstig lid 6 genomen besluit treedt in werking op 1 januari van het tweede jaar volgende op het jaar waarin het werd genomen. 8. De Commissie brengt een overeenkomstig lid 6 genomen besluit ter kennis van het betrokken begunstigde land en deelt dit land de datum mede waarop dat besluit in werking treedt. Artikel Wanneer een overeenkomstig het bepaalde onder deze titel verlaagd ad-valoremrecht 1 % of minder bedraagt, wordt dit recht geheel geschorst. 2. Wanneer een overeenkomstig het bepaalde onder deze titel verlaagd specifiek recht 2 of minder per individueel in luidend bedrag beloopt, wordt dit recht geheel geschorst. 3. Onverminderd het bepaalde in de leden 1 en 2 wordt het overeenkomstig deze verordening berekende definitieve preferentiële recht afgerond op de eerste lagere decimaal. TITEL III Bijzondere stimuleringsregelingen AFDELIN 1 Bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van de rechten van werknemers Artikel De in artikel 8, lid 1, bedoelde tariefpreferenties zijn van toepassing op de invoer van producten van oorsprong uit landen die overeenkomstig het bepaalde in bijlage I voor de bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van de rechten van werknemers in 18

19 aanmerking komen of waarop deze regelingen achteraf van toepassing zijn verklaard door middel van een overeenkomstig artikel 18 genomen besluit voor de betrokken sector, op voorwaarde dat de producten vergezeld gaan van de in artikel 19 bedoelde verklaring. 2. De bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van de rechten van werknemers kunnen worden toegekend aan landen waarvan de binnenlandse wetgeving de inhoud van de normen omvat die zijn neergelegd in de IAO-verdragen waaraan wordt gerefereerd in de IAOverklaring inzake de grondbeginselen en de grondrechten op het werk, en die deze wetgeving daadwerkelijk toepassen. Artikel De bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van de rechten van werknemers worden toegekend op voorwaarde dat : - een in bijlage I vermeld land of gebied een daartoe strekkend verzoek indient, - het onderzoek van het verzoek aantoont dat het betrokken land aan de in artikel 14, lid 2, neergelegde voorwaarde voldoet, - het land dat het verzoek heeft ingediend zich ertoe verbindt toezicht te houden op de toepassing van de bijzondere stimuleringsregelingen en de nodige administratieve medewerking te verlenen, - het land dat het verzoek heeft ingediend de in artikel 17 bedoelde instemming heeft betuigd. 2. Het verzoekende land dient bij de Commissie een schriftelijk verzoek in en verstrekt uitgebreide informatie betreffende : - de in artikel 14, lid 2, bedoelde binnenlandse wetgeving en de maatregelen die zijn genomen om deze ten uitvoer te leggen en toezicht te houden op de toepassing ervan, - de sectoren waarin deze wetgeving niet wordt toegepast. 3. De volledige officiële tekst van de in artikel 14, lid 2, bedoelde wetgeving en van de uitvoeringsbepalingen daarvan wordt bij het verzoek gevoegd. 4. Wanneer de in artikel 14, lid 2, bedoelde wetgeving enkel in bepaalde sectoren wordt toegepast, kan een land de bijzondere stimuleringsmaatregelen enkel voor deze sectoren aanvragen. Artikel Wanneer de Commissie een verzoek ontvangt dat vergezeld gaat van de in artikel 15, lid 2, bedoelde informatie, publiceert zij een bericht in het Publicatieblad van de Europese emeenschappen. In dit bericht wordt vermeld dat alle dienstige informatie betreffende het verzoek aan de Commissie kan worden toegezonden en wordt een termijn vastgesteld waarbinnen belanghebbenden hun standpunt schriftelijk kunnen bekendmaken. 19

20 2. De Commissie onderzoekt het verzoek en kan het verzoekende land alle vragen stellen die zij dienstig acht. 3. De Commissie verzamelt alle informatie die zij noodzakelijk acht en kan de ontvangen informatie bij het verzoekende land of bij een natuurlijke persoon of rechtspersoon verifiëren. 4. Het onderzoek van het verzoek moet voltooid zijn binnen een jaar na de datum waarop het is ontvangen. De Commissie kan deze termijn verlengen nadat zij het Comité daarvan vooraf in kennis heeft gesteld. 5. De Commissie geeft het Comité kennis van haar bevindingen. Artikel 17 Tijdens het onderzoek van het verzoek bepaalt de Commissie in overeenstemming met het verzoekende land, (a) welke autoriteiten van dat land met de administratieve samenwerking worden belast, (b) welke autoriteiten van dat land de in artikel 19 bedoelde verklaring afgeven. Artikel De Commissie beslist overeenkomstig de procedure bedoeld in artikel 37 of zij een verzoekend land bijzondere stimuleringsregelingen ter bescherming van de rechten van werknemers toekent. 2. Wanneer een verzoek overeenkomstig artikel 15, lid 4, werd ingediend of het in artikel 16 bedoelde onderzoek aantoont dat de in artikel 14, lid 2, bedoelde wetgeving in bepaalde sectoren niet wordt toegepast, kunnen de bijzondere regelingen enkel worden toegekend voor de sectoren waarin deze wetgeving wordt toegepast. 3. De Commissie brengt een overeenkomstig lid 1 genomen besluit ter kennis van het verzoekende land. Wanneer aan een land de bijzondere stimuleringsregelingen worden toegekend, wordt dit land in kennis gesteld van de datum waarop het desbetreffende besluit in werking treedt. 4. Wanneer de bijzondere stimuleringsregelingen niet aan een verzoekend land worden toegekend of wanneer bepaalde sectoren worden uitgesloten, deelt de Commissie op verzoek van het betrokken land de redenen mede die aan haar besluit ten grond liggen. Artikel De in artikel 8, lid 1, bedoelde tariefpreferenties zijn van toepassing op voorwaarde dat de betrokken producten vergezeld gaan van een door de in artikel 17, onder b), bedoelde autoriteiten afgegeven verklaring waaruit blijkt dat de betrokken producten in dat land zijn vervaardigd onder omstandigheden die in overeenstemming zijn met de in artikel 14, lid 2, 20

21 bedoelde wetgeving. Deze verklaring wordt overeenkomstig Verordening (EE) nr. 2454/93 van de Commissie geldig gemaakt door een stempelafdruk van de autoriteit die ze heeft afgelegd. 2. De in de lid 1 bedoelde verklaring omvat de volgende vermelding : "IAO-Verdragen nrs. 29, 87, 98, 100, 105, 111, 138, 182 Titel III van Verordening (E) nr. xxxx, van de Raad" Deze verklaring wordt aangebracht in vak 4 van het certificaat van oorsprong formulier A of op de factuurverklaring bedoeld in Verordening (EE) nr. 2454/93 van de Commissie. Artikel De bepalingen van Verordening (EE) nr. 2454/93 van de Commissie betreffende het bewijs van de oorsprong en de methoden van administratieve samenwerking zijn wat de betrokken begunstigde landen betreft van overeenkomstige toepassing op de in artikel 19 bedoelde verklaring. 2. De Commissie kan overeenkomstig de procedure bedoeld in artikel 38 de niet-limitatieve lijst herzien van criteria voor de gevallen van gegronde twijfel ten aanzien van de naleving van de bijzondere stimuleringsregelingen 13. Alle wijzigingen van deze lijst worden in het Publicatieblad van de Europese emeenschappen bekendgemaakt. 3. Wanneer een tweede mededeling wordt gedaan met het oog op de latere verificatie, overeenkomstig Verordening (EE) nr. 2454/93 van de Commissie, van certificaten van oorsprong formulier A en factuurverklaringen met betrekking tot de in artikel 8, lid 1, bedoelde tariefpreferenties, geven de douaneautoriteiten in de emeenschap daarvan kennis aan de Commissie die onverwijld in het Publicatieblad van de Europese emeenschappen een bericht opneemt waarin zij mededeelt dat er gerechtvaardigde twijfel is ten aanzien van bepaalde producten, producenten of exporteurs en waarin zij deze producten, producenten en exporteurs vermeldt. 4. Wanneer met het oog op de latere verificatie van certificaten van oorsprong formulier A en van factuurverklaringen overeenkomstig de in Verordening (EE) nr. 2454/93 van de Commissie neergelegde procedure is vastgesteld dat de in artikel 8, lid 1, bedoelde tariefpreferenties niet van toepassing zijn op producten van bepaalde producenten of exporteurs, geven de douaneautoriteiten van de emeenschap daarvan kennis aan de Commissie die onderverwijld een bericht opneemt in het Publicatieblad van de Europese emeenschappen. 13 PB C 321 van , blz

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE EMEENSCHAPPEN Brussel, 21.12.2007 COM(2007) 857 definitief 2007/0289 (CNS) Voorstel voor een VERORDENIN VAN DE RAAD betreffende de toepassing van een schema van algemene

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 169/1. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)

Publicatieblad van de Europese Unie L 169/1. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) 30.6.2005 Publicatieblad van de Europese Unie L 169/1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) VERORDENI (E) Nr. 980/2005 VAN DE RAAD van 27 juni 2005 houdende toepassing van

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.4.2015 COM(2015) 155 final 2015/0080 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot uitvoering van het antiontwijkingsmechanisme dat voorziet

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.11.2013 COM(2013) 776 final 2013/0384 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD houdende schorsing van de autonome rechten van het gemeenschappelijk douanetarief voor

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE COMMISSIE VAN DE EUROPESE EMEENSCHAPPEN Brussel, 10.2.2005 COM(2005) 43 definitief 2004/0242 (CNS) MEDEDELIN VAN DE COMMISSIE betreffende de wijziging van het voorstel van de Commissie voor een verordening

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 25 oktober 2004 (10.02) (OR. en) 13931/04 SPG 8 WTO 118

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 25 oktober 2004 (10.02) (OR. en) 13931/04 SPG 8 WTO 118 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 25 oktober 2004 (10.02) (OR. en) 13931/04 SP 8 WTO 118 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 20 oktober 2004 Betreft: Voorstel voor een verordening van de Raad houdende

Nadere informatie

PE-CONS 56/1/16 REV 1 NL

PE-CONS 56/1/16 REV 1 NL EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Straatsburg, 15 februari 2017 (OR. en) 2016/0218 (COD) LEX 1718 PE-CONS 56/1/16 REV 1 COWEB 151 WTO 354 CODEC 1855 VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 7.5.2018 COM(2018) 264 final 2018/0125 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1388/2013 betreffende de opening en het beheer

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 28.10.2013 COM(2013) 737 final 2013/0353 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 met betrekking tot de

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 4.11.2013 COM(2013) 718 final 2013/0341 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 met betrekking tot de tarief-

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 maart 2002 (13.03) (OR. fr) 7122/02 Interinstitutioneel dossier: 2002/0056 (ACC) PECOS 68 PECHE 61

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 maart 2002 (13.03) (OR. fr) 7122/02 Interinstitutioneel dossier: 2002/0056 (ACC) PECOS 68 PECHE 61 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 maart 2002 (13.03) (OR. fr) 7122/02 Interinstitutioneel dossier: 2002/0056 (ACC) PECOS 68 PECHE 61 INGEKOMEN DOCUMENT van: voor de secretaris-generaal van de Europese

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.5.2015 COM(2015) 201 final 2015/0104 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1387/2013 houdende schorsing van de autonome rechten

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.02.2006 COM(2006) 89 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (door de Commissie ingediend)

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 4.12.2017 COM(2017) 733 final 2017/0325 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1388/2013 betreffende de opening en het beheer

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.12.1999 COM(1999) 703 definitief 1999/0272 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG betreffende het gemeenschappelijk

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 26.6.2014 COM(2014) 386 final 2014/0197 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/724 VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/724 VAN DE COMMISSIE L 122/14 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/724 VAN DE COMMISSIE van 16 mei 2018 betreffende bepaalde handelspolitieke maatregelen met betrekking tot bepaalde producten van oorsprong uit de Verenigde Staten

Nadere informatie

RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD

RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD 7.12.2018 L 311/3 RICHTLIJNEN RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD van 4 december 2018 tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG wat betreft de harmonisatie en vereenvoudiging van bepaalde regels in het

Nadere informatie

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een Brussel, 6.10.2010 COM(2010) 544 definitief 2010/0272 (COD) C7-0316/10 VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Verordening (EG)

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 22.7.2014 C(2014) 5087 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 22.7.2014 tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EU) nr. 978/2012 houdende toepassing

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 16.12.2003 COM(2003) 825 definitief 2003/0317 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG ter verlenging van de

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 31.10.2016 COM(2016) 703 final 2016/0346 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Associatiecomité in

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 september 2001 (25.09) (OR. fr) 12015/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0206 (ACC) M 28 PECHE 177

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 september 2001 (25.09) (OR. fr) 12015/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0206 (ACC) M 28 PECHE 177 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 september 2001 (25.09) (OR. fr) 12015/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0206 (ACC) M 28 PECHE 177 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Bernhard ZEPTER, adjunct-secretaris-generaal

Nadere informatie

12848/1/18 REV 1 CS/srl/sht ECOMP.2.B

12848/1/18 REV 1 CS/srl/sht ECOMP.2.B Raad van de Europese Unie Brussel, 26 november 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0251 (CNS) 12848/1/18 REV 1 FISC 397 ECOFIN 881 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: RICHTLIJN

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2001R1207 NL 18.02.2008 002.002 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B M1 VERORDENING (EG) Nr. 1207/2001 VAN DE RAAD van

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 2.6.2017 C(2017) 3631 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 2.6.2017 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1215/2009 van de Raad wat betreft de handelsconcessies

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.10.2016 COM(2016) 672 final 2016/0328 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.5.2017 COM(2017) 265 final 2017/0105 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Unie in te nemen standpunt in het subcomité voor sanitaire en fytosanitaire

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 14.03.2000 COM(2000) 145 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot schorsing voor een periode van zes maanden, van Verordening (EG) nr.

Nadere informatie

AANGENOMEN TEKSTEN. Invoering van tijdelijke autonome handelsmaatregelen voor Oekraïne ***I

AANGENOMEN TEKSTEN. Invoering van tijdelijke autonome handelsmaatregelen voor Oekraïne ***I Europees Parlement 2014-2019 AANGENOMEN TEKSTEN P8_TA(2017)0236 Invoering van tijdelijke autonome handelsmaatregelen voor Oekraïne ***I en van het Europees Parlement aangenomen op 1 juni 2017 op het voorstel

Nadere informatie

5814/17 CS/bb DGG 3B. Raad van de Europese Unie. Brussel, 16 februari 2017 (OR. en) 5814/17. Interinstitutioneel dossier: 2016/0330 (NLE) UD 16 SPG 7

5814/17 CS/bb DGG 3B. Raad van de Europese Unie. Brussel, 16 februari 2017 (OR. en) 5814/17. Interinstitutioneel dossier: 2016/0330 (NLE) UD 16 SPG 7 Raad van de Europese Unie Brussel, 16 februari 2017 (OR. en) 5814/17 Interinstitutioneel dossier: 2016/0330 (NLE) UD 16 SPG 7 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Overeenkomst in de vorm

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 8.7.2004 COM(2004) 468 definitief 2003/0091 (CNS) Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG wat betreft

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/886 VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/886 VAN DE COMMISSIE 21.6.2018 L 158/5 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/886 VAN DE COMMISSIE van 20 juni 2018 betreffende bepaalde handelspolitieke maatregelen met betrekking tot bepaalde producten van oorsprong uit de Verenigde

Nadere informatie

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Publicatieblad Nr. L 225 van 12/08/1998 blz. 0016-0021 DE RAAD VAN

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 8.3.2018 C(2018) 1389 final UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 8.3.2018 betreffende een tijdelijke afwijking van de in Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.12.2016 COM(2016) 798 final 2016/0399 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot aanpassing van een aantal rechtshandelingen op het gebied

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S)

RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S) RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S) POSEIDOM 11 POSEICA 11 POSEIMA 10 REGIO 55 I ST 351 UD 181 OTA van: aan: Betreft: het

Nadere informatie

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE 97/0155 (COD) PE-CO S 3608/99 C4-0172/99 ECO 106 UD 43 CODEC 147

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE 97/0155 (COD) PE-CO S 3608/99 C4-0172/99 ECO 106 UD 43 CODEC 147 EUROPEES PARLEME T DE RAAD EUROPESE U IE Brussel, 8 april 1999 97/0155 (COD) PE-CO S 3608/99 C4-0172/99 ECO 106 UD 43 CODEC 147 VERORDE I G (EG) r. /99 VA HET EUROPEES PARLEME T E DE RAAD TOT WIJZIGI G

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0346 (NLE) 14116/16 COEST 289 WTO 316 VOORSTEL van: ingekomen: 31 oktober 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de

Nadere informatie

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 29.12.2017 L 348/1 I (Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) 2017/2454 VAN DE RAAD van 5 december 2017 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 904/2010 van de Raad betreffende de administratieve

Nadere informatie

VERORDENING (EEG) Nr. 968/68 VAN DE RAAD. van 15 juli houdende vaststelling van de regeling voor mengvoeders op basis van granen

VERORDENING (EEG) Nr. 968/68 VAN DE RAAD. van 15 juli houdende vaststelling van de regeling voor mengvoeders op basis van granen Nr. L 166/2 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen 17. 7. 68 VERORDENING (EEG) Nr. 968/68 VAN DE RAAD van 15 juli 1968 houdende vaststelling van de regeling voor mengvoeders op basis van granen

Nadere informatie

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004, (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 april 2003 (OR. fr) 8358/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/0075 (ACC) UD 55 PECHE 161

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 april 2003 (OR. fr) 8358/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/0075 (ACC) UD 55 PECHE 161 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 14 april 2003 (OR. fr) 8358/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/0075 (ACC) UD 55 PECHE 161 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 6 april 2004 Betreft: Voorstel voor

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 mei 2002 (OR. en) 8697/02 UD 33

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 mei 2002 (OR. en) 8697/02 UD 33 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 27 mei 2002 (OR. en) 8697/02 UD 33 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Verordening van de Raad betreffende tijdelijke schorsing van de autonome rechten

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 22.09.2000 COM(2000) 590 definitief 2000/0242 (ACC) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD houdende goedkeuring van een overeenkomst in de vorm van een

Nadere informatie

6850/08 AL/mg DG C I

6850/08 AL/mg DG C I RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 maart 2008 (OR. en) 6850/08 UD 28 FISC 22 TDC 3 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EEG) nr.

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 3 februari 2010 Betreft: Voorstel

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 5. 12. 83 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 339/ 19 VERORDENING (EEG) Nr. van 14 november 1983 3351/83 VAN DE RAAD betreffende de regeling ter vergemakkelijking van de afgifte van certificaten

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23 18.10.2008 Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23 VERORDENING (EG) Nr. 1024/2008 VAN DE COMMISSIE van 17 oktober 2008 tot vaststelling van gedetailleerde maatregelen ter uitvoering van Verordening

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 29.11.2007 COM(2007) 761 definitief 2007/0266 (ACC) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD over het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité EG-Faeröer

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9.8.2012 COM(2012) 449 final 2012/0217 (COD)C7-0215/12 Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de toekenning van tariefcontingenten voor

Nadere informatie

EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T

EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T DE RAAD Brussel, 4 februari 2009 (OR. en) 2008/0026 (COD) PE-CO S 3706/08 STATIS 156 CODEC 1456 WETGEVI GSBESLUITE E A DERE I STRUME TE Betreft: VERORDENING VAN HET

Nadere informatie

AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie economische en monetaire zaken

AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie economische en monetaire zaken 5.9.2018 A8-0260/ 001-023 AMENDEMENTEN 001-023 ingediend door de Commissie economische en monetaire zaken Verslag Tom Vandenkendelaere A8-0260/2018 Gemeenschappelijk btw-stelsel met betrekking tot de speciale

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2006R0969 NL 01.01.2012 003.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 969/2006 VAN DE COMMISSIE van

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 17 november 2003 (OR. en) 2003/0001 (COD) LEX 478 PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575 RICHTLIJN 2003/103/EG VAN HET EUROPEES

Nadere informatie

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE 29.11.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 314/41 AANBEVELINGEN AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 22 november 2011 betreffende de procedure voor de erkenning van opleidingcentra en examinatoren voor

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 219. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 61e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal.

Publicatieblad van de Europese Unie L 219. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 61e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal. Publicatieblad van de Europese Unie L 219 Uitgave in de Nederlandse taal Wetgeving 61e jaargang 29 augustus 2018 Inhoud II Niet-wetgevingshandelingen VERORDENINGEN Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1206

Nadere informatie

Advies nr. 7/2014. Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 houdende toepassing van

Advies nr. 7/2014. Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 houdende toepassing van Advies nr. 7/2014 (uitgebracht krachtens artikel 287, lid 4, tweede alinea, en artikel 322, lid 2, VWEU) over een voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG, Euratom) nr.

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 1 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0105 (NLE) 9741/17 VOORSTEL van: ingekomen: 29 mei 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: COEST 113 PHYTOSAN 8 VETER 42

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 357/3

Publicatieblad van de Europese Unie L 357/3 2.12.2004 Publicatieblad van de Europese Unie L 357/3 VERORDENING (EG) Nr. 2060/2004 VAN DE RAAD van 22 november 2004 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2702/1999 inzake voorlichtings- en afzetbevorderingsacties

Nadere informatie

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 22.1.2016 COM(2016) 8 final ANNEX 3 PART 1/4 BIJLAGE bij het Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de ondertekening en de voorlopige toepassing van de economische

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 31.3.2006 COM(2006) 147 definitief 2006/0051 (ACC) 2006/0052 (ACC) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van een overeenkomst in

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 14.3.2003 COM(2003) 114 definitief 2003/0050 (CNS) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de statistische gegevens die moeten worden gebruikt

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.12.2015 COM(2015) 646 final 2015/0296 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 10.4.2013 COM(2013) 186 final 2013/0098 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 met betrekking tot de tarief-

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 augustus 2006 (OR. en) 11463/06 UD 79 OC 532

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 augustus 2006 (OR. en) 11463/06 UD 79 OC 532 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 10 augustus 2006 (OR. en) 11463/06 UD 79 OC 532 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1207/2001

Nadere informatie

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn 98/49/EG van de Raad van 29 juni 1998 betreffende de bescherming van de rechten op aanvullend pensioen van werknemers en zelfstandigen

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 17.7.2014

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 17.7.2014 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.7.2014 C(2014) 4580 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 17.7.2014 betreffende de voorwaarden voor de indeling in klassen zonder tests van bepaalde

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.6.2011 COM(2011) 349 definitief 2011/0153 (COD) C7-0162/11 NL Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van bepaalde verordeningen

Nadere informatie

Voor de delegaties gaat hierbij de tekst van de bovengenoemde verordening, zoals die op 28 april 2010 is overeengekomen door het Coreper.

Voor de delegaties gaat hierbij de tekst van de bovengenoemde verordening, zoals die op 28 april 2010 is overeengekomen door het Coreper. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 28 april 2010 (07.05) (OR. en) 9109/10 Interinstitutioneel dossier: 2009/0125 (CNS) POSEIMA 3 POSEICAN 3 POSEIDOM 3 REGIO 36 UD 117 NOTA van: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE MEDEDELING VAN DE COMMISSIE betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad (Voor de EER relevante tekst) 1.

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 16.12.2015 COM(2015) 648 final 2015/0295 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr. 575/2013 wat vrijstellingen

Nadere informatie

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.3.2017 COM(2017) 133 final ANNEX 1 BIJLAGE bij het Voorstel voor een besluit van de Raad inzake het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de Regionale Conventie

Nadere informatie

UITVOERINGSRICHTLIJN 2014/97/EU VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSRICHTLIJN 2014/97/EU VAN DE COMMISSIE L 298/16 16.10.2014 UITVOERINGSRICHTLIJN 2014/97/EU VAN DE COMMISSIE van 15 oktober 2014 tot uitvoering van Richtlijn 2008/90/EG van de Raad wat betreft de registratie van leveranciers en van rassen en

Nadere informatie

Publicatieblad L 303. van de Europese Unie. Wetgeving. Wetgevingshandelingen. 55e jaargang 31 oktober Uitgave in de Nederlandse taal.

Publicatieblad L 303. van de Europese Unie. Wetgeving. Wetgevingshandelingen. 55e jaargang 31 oktober Uitgave in de Nederlandse taal. Publicatieblad van de Europese Unie ISSN 1977-0758 L 303 Uitgave in de Nederlandse taal Wetgeving 55e jaargang 31 oktober 2012 Inhoud I Wetgevingshandelingen VERORDENINEN Verordening (EU) nr. 978/2012

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 september 2004 (OR. fr) 12704/04 COMER 168

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 september 2004 (OR. fr) 12704/04 COMER 168 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 september 2004 (OR. fr) 12704/04 COMER 168 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 21 september 2004 Betreft: Voorstel voor een verordening van de Raad tot beëindiging

Nadere informatie

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie Brussel, 28 november 2018 (OR. en) 14848/18 COEST 237 WTO 307 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 27 november 2018 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur,

Nadere informatie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst) L 156/2 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/949 VAN DE COMMISSIE van 19 juni 2015 tot goedkeuring van de door bepaalde derde landen verrichte, aan de uitvoer voorafgaande controles op bepaalde

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.6.2003 COM(2003) 348 definitief 2003/0127 (CNS) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de lidstaten worden gemachtigd in het belang van de Europese

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, l EGIRichtiijn 681360 c1 4-3 C14-3 Richtlijn inzake de opheffing van de beperkingen van de verplaatsing en het verblijf van de werknemers der Lid-Staten en van hun familie binnen de Gemeenschap [68/360/EEG)

Nadere informatie

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 91,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 91, 29.4.2014 Publicatieblad van de Europese Unie L 127/129 RICHTLIJN 2014/46/EU VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 3 april 2014 tot wijziging van Richtlijn 1999/37/EG van de Raad inzake de kentekenbewijzen

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 juli 2006 (13.07) (OR. en) 11347/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0119 (ACC) UD 77

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 juli 2006 (13.07) (OR. en) 11347/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0119 (ACC) UD 77 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 10 juli 2006 (13.07) (OR. en) 11347/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0119 (ACC) UD 77 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 5 juli 2006 Betreft: Voorstel voor

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.1.2017 COM(2017) 23 final 2017/0010 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van bijlage III bij Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0399 (COD) 6932/18 LIMITE NOTA I/A-PUNT van: aan: het voorzitterschap INST 96 JUR 109 CODEC 343 JUSTCIV

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 28.10.2016 COM(2016) 694 final 2016/0343 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de sluiting, namens de Europese Unie, van een overeenkomst tot wijziging van de Overeenkomst

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 24.6.2010 COM(2010)331 definitief 2010/0179 (CNS) C7-0173/10 Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EEG betreffende het gemeenschappelijk

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Straatsburg, 15 maart 2017 (OR. en) 2015/0112 (COD) LEX 1721 PE-CONS 61/1/16 REV 1 COMER 138 WTO 371 COLAC 107 CODEC 1925 VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT

Nadere informatie

Gewijzigd voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Gewijzigd voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 4.7.2017 COM(2017) 361 final 2014/0175 (COD) Gewijzigd voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende aanvullende douanerechten op de invoer

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT ACP 105 COAFR 81 CODEC 816

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT ACP 105 COAFR 81 CODEC 816 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Straatsburg, 27 oktober 2004 (OR. en) 2003/0245 (COD) LEX 583 PE-CONS 3673/1/04 REV 1 ACP 105 COAFR 81 CODEC 816 VERORDENING (EG) Nr..../2004 VAN HET EUROPEES

Nadere informatie

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000 bron : http://www.emis.vito.be Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen dd. 27-06-2000 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000 Gewijzigd voorstel voor een beschikking

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 19.07.2002 COM(2002) 409 definitief 2002/0166 (ACC) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een

Nadere informatie

EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T

EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE HET EUROPEES PARLEME T DE RAAD Straatsburg, 4 september 20 (OR. en) 200/0272 (COD) LEX 20 PE-CO S 25// REV WTO 242 STIS 3 UD 54 CODEC 054 VERORDE I G VA HET EUROPEES PARLEME T E DE RAAD TOT

Nadere informatie

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toepassing van een stelsel van algemene tariefpreferenties

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toepassing van een stelsel van algemene tariefpreferenties RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 mei 2011 (17.05) (OR. en) 10052/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0117 (COD) SP 9 WTO 205 CODEC 796 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 12 mei 2011 Nr. Comdoc.: COM(2011)

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/2378 VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/2378 VAN DE COMMISSIE 18.12.2015 L 332/19 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/2378 VAN DE COMMISSIE van 15 december 2015 tot vaststelling van nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Richtlijn 2011/16/EU

Nadere informatie

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, 19.6.2014 L 179/17 GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. 664/2014 VAN DE COMMISSIE van 18 december 2013 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 7.1.2009 COM(2008)897 definitief 2006/0008 (COD) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede

Nadere informatie

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet.

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet. Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 februari 2003 (10.03) (OR. en) PUBLIC 6614/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0027 (CNS) LIMITE VISA 35 COMIX 117 NOTA van: aan: nr. Comv.: Betreft: het

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 30 april 2009 (OR. en) 5556/09 ADD 1 ACP 22 WTO 19 COAFR 27 RELEX 54

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 30 april 2009 (OR. en) 5556/09 ADD 1 ACP 22 WTO 19 COAFR 27 RELEX 54 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 30 april 2009 (OR. en) 5556/09 ADD 1 ACP 22 WTO 19 COAFR 27 RELEX 54 WETGEVI GSBESLUITE E A DERE I STRUME TE Betreft: Besluit van de Raad tot ondertekening en voorlopige

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 maart 2002 (18.03) (OR. fr) 7244/02. Interinstitutioneel dossier: 2002/0068 (ACC) LIMITE UD 17

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 maart 2002 (18.03) (OR. fr) 7244/02. Interinstitutioneel dossier: 2002/0068 (ACC) LIMITE UD 17 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 maart 2002 (18.03) (OR. fr) PUBLIC Interinstitutioneel dossier: 2002/0068 (ACC) 7244/02 LIMITE UD 17 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Sylvain BISARRE, directeur

Nadere informatie