BELEIDSKADER EXTERNE VEILIGHEID GEMEENTE HILVARENBEEK

Transcriptie

1 BELEIDSKADER EXTERNE VEILIGHEID GEMEENTE HILVARENBEEK

2 Beleidsdocument Afdeling Beleid en Projecten Opgesteld door Greet Mertens Advies Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant Datum Juli

3 1. Inleiding Externe veiligheid Borging externe veiligheid Waarom dit document? Kwaliteitscriteria externe veiligheid Strategisch beleidskader Operationeel beleidskader Planning en control Voorbereiden Uitvoering Monitoring Rapportage, evaluatie en bijsturing Overzicht van de acties Bijlage Bijlage 2 Omgevingsvergunning en externe veiligheid Bijlage 3 Taakomschrijving coördinator externe veiligheid Bijlage 4 Inventarisatie latente saneringssituaties Bijlage 5 Bestuurlijke rapportage

4 1. INLEIDING 1.1 EXTERNE VEILIGHEID Externe veiligheid (EV) richt zich op het beheersen van activiteiten die een risico voor de omgeving en de opslag van gevaarlijke stoffen in inrichtingen. In iedere Brabantse gemeente zijn meerdere risicovolle bedrijven aanwezig of vindt transport van gevaarlijke stoffen plaats. Productie, ge mee. Kortom, een samenleving iligheid is het beleidsveld ffen zodanig tracht te beheersen dat de kans op een ongeval of een ramp met dodelijke slachtoffers en maatschappelijke ontwrichting minimaal is. 1.2 BORGING EXTERNE VEILIGHEID Na de ramp in Enschede in mei 2000 is door de Rijksoverheid nieuwe wetgeving opgesteld op het gebied van externe veiligheid en wordt nog steeds gewerkt aan nieuwe EV-wetgeving. Gelijktijdig met het van kracht worden van de wetgeving (o.a. het Besluit externe veiligheid inrichtingen: het Bevi) heeft de rijksoverheid de lagere overheden gestimuleerd invulling te geven aan structurele en adequate uitvoering van externe veiligheidsbeleid. Binnen gemeenten of in samenwerkingsverbanden is reeds veel ervaring opgedaan met de uitvoering van externe veiligheidstaken. Kennis en ervaring is opgedaan met en activiteiten (bijvoorbeeld opstellen van de beleidsvisie externe veiligheid). Gebleken is echter dat de borging van de EVtaken in de werkprocessen en de rolverdeling, niet of onvoldoende is vastgelegd. Het ministerie van Infrastructuur en Milieu (I&M, voor VROM) heeft daarom besloten in de periode opnieuw financiële middelen in te zetten om te komen tot een adequate en structurele uitvoering van externe veiligheidstaken en deze te waarborgen binnen organisaties, dus ook binnen de gemeente Hilvarenbeek. Deze middelen worden decentraal, via het provinciefonds uitgekeerd. Om tot borging van externe veiligheid te komen zijn vanuit het Programma Brabant Veiliger van de provincie de kwaliteitscriteria EV opgesteld. De kwaliteitscriteria EV die zijn opgenomen in het Brabantse Programma EV passen in de landelijke kwaliteitscriteria EV. Het Brabantse Uitvoeringsprogramma EV is vastgesteld door Gedeputeerde Staten. 1.3 WAAROM DIT DOCUMENT? REGIEROL PROVINCIE De provincie heeft van het rijk een regierol gekregen om te zorgen dat alle Brabantse gemeenten aan de kwaliteitscriteria gaan voldoen. Hiervoor is inzicht in de stand van zaken nodig en wil de provincie ook duidelijkheid over wanneer een gemeente voldoet aan de kwaliteitscriteria. Daarom wordt de volgende werkwijze gehanteerd: 4

5 Organisaties monitoren zelf in hoeverre zij aan de kwaliteitscriteria voldoen. De inhoudelijke en financiële verantwoording gebeurt aan de hand van een eenvoudig format (verantwoording structurele middelen). Wanneer een organisatie voldoet aan de kwaliteitscriteria wordt door het bestuur een bestuurlijke verklaring afgegeven, waarin wordt aangegeven dat zij vanaf dat moment voldoen aan de kwaliteitscriteria. De provincie monitoort aan de hand van de ontvangen verklaringen in hoeverre de prestatieafspraak wordt gehaald. Een lijst van organisaties waarvan geen of een onvolledige bestuurlijke verklaring is ontvangen wordt besproken in de bestuurlijke klankbordgroep. Door de bestuurlijke klankbordgroep wordt een advies gegeven over het belonen van de organisatie in geval een verklaring is afgegeven. Daarnaast adviseert de bestuurlijke klankbordgroep of vanuit de klankbordgroep aanvullende acties nodig zijn, indien geen verklaring is ontvangen. SITUATIE HILVARENBEEK Sinds 2012 werkt Hilvarenbeek met ondersteuning van de Regionale Milieudienst (sinds 2013 Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant) en met subsidie van de provincie aan het ontwikkelen van EVbeleid. Hiervoor wordt jaarlijks een uitvoeringsprogramma geschreven waarin de taken voor de gemeente en de omgevingsdienst worden afgesproken. Wegens een vacature op milieubeleid hebben de rapporten en adviezen van de omgevingsdienst tot op heden echter onvoldoende resultaat opgeleverd. Gemeente Hilvarenbeek kan op dit moment nog niet voldoen aan de kwaliteitscriteria externe veiligheid die de provincie heeft opgelegd. In dit document Beleidskader externe veiligheid gemeente Hilvarenbeek wordt beschreven welke maatregelen de gemeente Hilvarenbeek nog moet nemen om aan de kwaliteitscriteria te voldoen. Na vaststelling van dit document door het college, kunnen de taken uitgezet worden in de organisatie. Als alles verloopt volgens planning kan in 2014 een bestuurlijke verklaring afgegeven worden. Dit gebeurt op basis van de vaststelling door het college van het Borgingsdocument externe veiligheid gemeente Hilvarenbeek. 5

6 2. KWALITEITSCRITERIA EXTERNE VEILIGHEID Binnen het Programma Brabant Veiliger zijn de Brabantse doelen externe veiligheid geformuleerd. De doelen luiden als volgt: door een veilige afstand tussen risicovolle activiteiten en de leefomgeving te creëren wordt bijgedragen aan een veiligere leefomgeving. Daarnaast wordt er naar ge- ctiviteiten te minimaliseren. Er blijven echter altijd risico bestaan. Dus, er zal bewust een afweging moeten worden gemaakt met betrekking tot de accepta- grijk dat de risicovolle activiteiten in beeld zijn bij de burger en de overheid. Om deze doelen te kunnen bereiken zijn de kwaliteitscriteria externe veiligheid geformuleerd. De kwaliteitscriteria zijn ingedeeld in de zeven stappen van het BIG-8 model. Het BIG-8 model kent een strategische cyclus en een operationele cyclus. De BIG-8 is door KPMG ontworpen ten behoeve van kwaliteitsmanagement bij de overheid. Dit model maakt vanuit een strategisch kader de vertaling naar operationeel beleid ten behoeve van kwaliteitsborging tezamen met een sluitende planning en control cyclus. 6

7 2.1 Strategisch beleidskader Het is belangrijk om strategisch beleid op te stellen voor externe veiligheid. In het beleid legt de gemeente visie en ambities vast, evenals de acties om deze waar te maken. Het beleid komt overeen met de ruimtelijke structuurvisie. BELEIDSVISIE EXTERNE VEILIGHEID Het strategisch beleid externe veiligheid geeft inzicht in de aanwezige veiligheids nte in relatie tot de (toekomstige) ruimtelijke en economische ontwikkelingen. Het beleid is bedoeld om sturing te kunnen geven aan de situering van bedrijven met een risicocontour en aan ruimtelijke ontwikkelingen binnen de risicocontouren. Het strategisch beleid beschrijft ook op welke manier deze ambities vorm kunnen krijgen en wat dit betekent voor de gemeentelijke organisatie. De waarde van het strategisch beleidskader ligt vooral in sturingsmogelijkheden bij ruimtelijke ontwikkelingen. In het beleid worden per gebiedstype (woonwijken, buitengebied, bedrijventerreinen, gemengd gebied) afspraken over externe veiligheid vastgelegd. Deze afspraken kunnen dan doorvertaald worden in de ruimtelijke plannen zoals de Structuurvisie en de bestemmingsplannen. Tot op heden heeft de gemeente Hilvarenbeek er niet voor gekozen om een gemeentespecifiek strategisch beleidskader voor externe veiligheid te ontwikkelen. De gemeente zet in op het uitvoeren van de wettelijke taken en heeft geen ambitie om bovenop het verplichte beleid nog verdergaand gemeentelijk beleid te ontwikkelen. In 2012 is een inventarisatie gemaakt van de risicosituaties in de gemeente Hilvarenbeek. Deze inventarisatie geeft geen aanleiding om de gekozen koers te verlaten. Deze inventarisatie is te vinden in bijlage 1. ACTIE Het strategisch beleid externe veiligheid van de gemeente Hilvarenbeek beperkt zich tot het uitvoeren van de wettelijke taken. Er is geen actie nodig om aan dit kwaliteitscriter i- um te voldoen. 7

8 2.2 OPERATIONEEL BELEIDSKADER op operationeel niveau. Dat wil zeggen: beleid op de uitvoering van EV-taken of taken waarbij EV een rol speelt. Het operationele beleidskader is afgestemd op de visie en ambities uit het strategisch beleidskader. UITVOERINGSBELEID VAN EV-TAKEN Het uitvoeringsbeleid externe veiligheid regelt de volgende taken: Beheer van de risico-informatie van stationaire risicobronnen en transportroutes, waarvoor de registratieverplichting geldt conform wet- en regelgeving. Beoordeling van het aspect externe veiligheid in omgevingsvergunningen. Handhaving en toezicht op het aspect externe veiligheid. Beoordeling van het aspect externe veiligheid in bestemmingsplannen. Verantwoording van het groepsrisico (inclusief bestuurlijke afweging). Oplossen van (latente) saneringssituaties. Uitvoering van risicocommunicatie waarbij externe veiligheid een onderdeel vormt. De gemeente Hilvarenbeek werkt sinds 2012 met een uitvoeringsprogramma externe veiligheid. Dit wordt jaarlijks opgesteld door de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant. De activiteiten in dit programma worden bepaald door de urgentie waarmee de wettelijke eisen van het rijk of de provincie ingevoerd moeten worden. Het uitvoeringsprogramma wordt betaald met provinciale subsidie. Aan dit uitvoeringsprogramma ligt geen gemeentelijke beleid ten grondslag en er zijn in de gemeentelijke organisatie geen uren geraamd voor de uitvoering van de activiteiten. De activiteiten worden tot op heden volledig uitgevoerd door de omgevingsdienst. Om aan het kwaliteitscriterium operationeel beleidskader te voldoen zal er meer sturing vanuit de gemeente moeten komen op de uitvoering van de EV-taken. Om die reden is onderhavig document Beleidskader externe veiligheid gemeente Hilvarenbeek opgesteld. ACTIE Met de vaststelling van het document Beleidskader externe veiligheid gemeente Hilvarenbeek voldoet de gemeente Hilvarenbeek aan dit kwaliteitscriterium. 8

9 2.3 PLANNING EN CONTROL Alle betrokken overheidsorganisaties kunnen aantonen dat capaciteit en middelen voor de uitvoering van EV-taken en de gestelde ambities en acties structureel beschikbaar zijn. Ieder legt de uit te voeren egroting. BORGING EV-TAKEN IN EEN UITVOERINGSPROGRAMMA De gemeente Hilvarenbeek stelt jaarlijks een uitvoeringsprogramma externe veiligheid (UPEV) op. Hierin zijn acties opgenomen om externe veiligheid in de gemeentelijke taakuitvoering te borgen en indien nodig ook beleid hiervoor te ontwikkelen. Dit uitvoeringsprogramma wordt opgesteld door OMWB in opdracht van de gemeente en betaald met provinciale subsidie. Over het uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks gerapporteerd aan de provincie ter verantwoording van de subsidiegelden. BORGING FINANCIËLE MIDDELEN Sinds 2011 stelt de Provincie Noord- voor de implementatie van het beleid externe veiligheid. Dit geld besteedt de gemeente Hilvarenbeek aan de inhuur van deskundigheid bij de omgevingsdienst. De provinciale subsidieregeling loopt tot en met Dit betekent dat vanaf 2015 extra middelen voor externe veiligheid in de gemeentebegroting moeten worden opgenomen. Naar verwachting zullen er vanaf 2015 voor externe veiligheid extra middelen in het gemeentefonds komen. BORGING PERSONELE CAPACITEIT Het is belangrijk dat in de gemeentelijke organisatie een EV-coördinator wordt aangesteld. Deze medewerker kan als verbindende schakel optreden tussen de specialisten bij de omgevingsdienst en de gemeentelijke organisatie. Tevens is het belangrijk dat er in de organisatie voldoende basiskennis aanwezig is om de relevantie van externe veiligheid in een dossier te kunnen bepalen en externe veiligheid volwaardig mee te nemen in de afweging. De coördinatie van de EV-taken is in de gemeente Hilvarenbeek ondergebracht op de afdeling Beleid en Projecten bij de beleidsmedewerker milieu en duurzaamheid. Externe veiligheid is een nieuw taakveld voor de afdeling en vraagt in de toekomst extra aandacht op het gebied van planning, bijscholing en implementatie van het beleid in de verschillende afdelingen. 9

10 Voor de uitvoering van de EV-taken is expertise nodig. Hiervoor zijn kwaliteitscriteria opgesteld. Deze criteria zijn gedefinieerd in de maatlat externe veiligheid 1 en de eindrapportage ontwikkeling kwaliteitscriteria transitieprogramma (KPMG) 2. Deze kwaliteitscriteria hebben betrekking op de uitvoering van de vergunnings-, toezicht- en handhavingstaken van de gemeente. Om als gemeente te kunnen voldoen aan de kwaliteitscriteria zijn momenteel de omgevingsdiensten opgericht. De gemeente Hilvarenbeek huurt bij de omgevingsdienst deskundige kennis en begeleiding in voor de ontwikkeling en de uitvoering van het externe veiligheidsbeleid. ACTIE Zorg dat de financiële middelen voor het uitvoeren van de EV-taken van 2015 zijn opgenomen in de gemeentelijke begroting. Zorg dat een raming van deze kosten wordt opg e- nomen in de voorjaarsnota 2014 Maak jaarlijks een evaluatie en actualisatie van het operationeel beleid en stel op b asis daarvan een uitvoeringsprogramma op. Laat dit vaststellen door het college. 1 Maatlat externe veiligheid, opgesteld door IPO, VNG en VROM, versie 3 januari tabel maatlat externe veiligheid en toelichting op de maatlat externe veiligheid. 2 Eindrapportage ontwikkeling kwaliteitscriteria transitieprogramma Deel A, versie 2.0, en deel B, versie 1.0, 3 december 2009, KPMG ADVISORY N.V. 10

11 2.4 VOORBEREIDEN Bij gemeenten, de pro eden en taken duidelijk. Daarnaast is externe veiligheid geborgd in de werkprocessen en daarmee ook de uitvoering van alle EV-taken. De samenwerking tussen alle betrokken vakdisciplines is geregeld. BORGING EV IN DE WERKPROCESSEN De gemeente Hilvarenbeek heeft tot op heden nog geen werk gemaakt van het borgen van de EVtaken in de werkprocessen op de verschillende afdelingen. De omgevingsdienst heeft deze borging wel doorgevoerd en neemt externe veiligheid altijd mee bij vergunningverlening en handhaving. Voor de taken die de gemeente heeft uitbesteed aan de omgevingsdienst is de borging dus goed geregeld. Om tot een zo hoog mogelijk niveau van borging van EV in de gemeentelijke taakuitvoering te komen kan het nuttig zijn de betreffende werkprocessen uit te schrijven in een stappenplan. Een voorbeeld van een uitgeschreven werkproces voor vergunningen en EV is te vinden in bijlage 2. TAAKVERDELING EN VERANTWOORDELIJKHEDEN EV-COÖRDINATOR De gemeente leunt op dit moment zwaar op de omgevingsdienst voor het ontwikkelen van EV-beleid en het uitvoeren van de EV-taken. Dit zal in de toekomst ook nodig blijven omdat er expertise nodig is die niet in de gemeentelijke organisatie aanwezig is. Het is wel belangrijk om de rol van EV-coördinator in de gemeentelijke organisatie goed vorm te geven zodat er steeds toezicht is op de uitvoering van de taken en de borging van het beleid. In bijlage 3 is een taakomschrijving te vinden van de EV-coördinator. Voor de gemeente Hilvarenbeek is naar schatting 50 uur per jaar nodig om deze taken uit te voeren. EV-ADVISEUR

12 Wegens beperkte personele capaciteit is het niet mogelijk om binnen de gemeentelijke organisatie EVadviseurs op te leiden. Deze taken zullen gedeeltelijk door de EV-coördinator en gedeeltelijk door de omgevingsdienst uitgevoerd moeten worden. EV-SPECIALIST De EV-specialisten van de OMWB kunnen op ieder moment worden ingehuurd, indien dat gewenst is. De EV- isicobeeld schetsen. Dat wil zeggen dat het advies niet bij voorbaat al ingeperkt of ingekleurd is door politieke preferenties of financiële afwegingen. ACTIE Maak jaarlijks afspraken met de omgevingsdienst over de taakverdeling en de i nhuur van expertise op het gebied van externe veiligheid Stel in de gemeentelijke organisatie een EV-coördinator aan. Instrueer de medewerkers van vergunningen en ruimtelijke ontwikkeling bij het g ebruik van het stappenplan voor borging van externe veiligheid in de werkpr ocessen 12

13 2.5 UITVOERING De gemeente hoort uitvoering te geven aan de volgende taken: Risico-informatie/inventarisatie Vergunningverlening en handhaving (inclusief verantwoording groepsrisico) Transport van gevaarlijke stoffen Ruimtelijke ordening (inclusief verantwoording groepsrisico) Saneringen Risicocommunicatie RISICO-INFORMATIE/INVENTARISATIE De gemeente, als bevoegd gezag in het kader van de Wet milieubeheer, is verantwoordelijk voor de invoer en het beheer van de risico-informatie in het RRGS (Register Risicosituaties Gevaarlijke Stoffen). Het RRGS is de database voor het registreren van gegevens van inrichtingen, transportroutes en buisleidingen die vanwege de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen risicovol zijn. Het bevoegde gezag is verplicht gegevens over externe veiligheid en wijzigingen op deze gegevens actueel, juist en volledig te registreren. Het beheer van RRGS is voor de gemeente Hilvarenbeek ondergebracht bij de omgevingsdienst. In 2012 heeft de omgevingsdienst voor de gemeente Hilvarenbeek een concept beheerdocument risico-informatie geschreven. In dit document zijn de betreffende registratieverplichtingen conform weten regelgeving vastgelegd. Verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden zijn hierin opgenomen. Op basis van dit beheerdocument kunnen de nodige maatregelen getroffen worden om de risicoinventarisatie en informatie verder op orde te brengen. VERGUNNINGVERLENING EN HANDHAVING VERGUNNINGVERLENING Als de gemeente een aanvraag voor een omgevingsvergunning binnen krijgt, is het belangrijk dat deze getoetst wordt op externe veiligheid. Hiervoor is op dit moment nog geen procedure afgesproken in de

14 gemeentelijke organisatie. In paragraaf 2.4 is als actie opgenomen om stappenplannen te gebruiken bij de borging van externe veiligheid in de werkprocessen. TOEZICHT EN HANDHAVING De gemeente Hilvarenbeek beschikt over een integraal handhavingsbeleid en een jaarlijks handhaving programma. Hierin is externe veiligheid opgenomen. TRANSPORT VAN GEVAARLIJKE STOFFEN Externe veiligheid speelt een rol bij het verlenen van een verkeersbesluit. Hiervoor moet een procedure afgesproken worden. De gemeente Hilvarenbeek heeft geen route vastgesteld voor gevaarlijke stoffen. Wel heeft de gemeente het transport van gevaarlijke stoffen over de gemeentelijke wegen geïnventariseerd. Hierin wordt geconcludeerd dat, op basis van deze actualisatie en het door de Provincie uitgevoerde onderzoek er geen sprake is van overschrijding van de normen voor het plaatsgebonden risico en ook geen benadering van de oriënterende waarde van het groepsrisico. RUIMTELIJKE ORDENING De borging van externe veiligheid bij ruimtelijke plannen is nog niet geregeld in de gemeentelijke organisatie. In paragraaf 2.4 is als actie opgenomen om stappenplannen te gebruiken bij de borging van externe veiligheid in de werkprocessen. GROEPSRISICO De verantwoording van het groeprisico is wettelijk verankerd in de wet- en regelgeving met betrekking tot externe veiligheid (Bevi, Bevb, etc.). De verantwoording van het groepsrisico is geen op zich zelf staande procedure, maar vormt een onderdeel van de procedures voor vergunningverlening, de procedures voor ruimtelijke besluitvorming, etc. In de wet- en regelgeving is vastgelegd wanneer er een uitgebreide verantwoording van het groepsrisico dient plaats te vinden en in welke gevallen volstaan kan worden met een beperkte verantwoording van het groepsrisico. Bij elke verantwoording van het groepsrisico vindt een bewuste bestuurlijke afweging en besluitvorming plaats, waarbij het gaat om het voorkomen of verminderen van maatschappelijke ontwrichting ten gevolge van de ongevallen met gevaarlijke stoffen. Hierover wordt aan het bestuur van de veiligheidsregio, voorafgaande aan het besluit, advies gevraagd. 14

15 SANERINGEN In het jaarlijkse uitvoeringsprogramma externe veiligheid gemeente Hilvarenbeek is opgenomen dat het ontstaan van nieuwe (latente) saneringssituaties worden geïnventariseerd en gesaneerd. Het opstellen van een saneringsprogramma voor de niet urgente situaties, die voor 2010 moeten zijn opgelost, is een verplichting op grond van het BEVI. In September 2012 heeft de omgevingsdienst het document Inventarisatie latente saneringssituaties Bevi aangeleverd. Volgens het saneringsprogramma veroorzaakt een LPG-tankstation een saneringssituatie. Dit document is te vinden in bijlage 4. De aanbevelingen bij deze inventarisatie zijn inmiddels uitgevoerd. BUISLEIDINGEN Op 1 januari 2011 is het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) in werking getreden. In dit besluit is opgenomen dat binnen drie jaar na inwerkingtreding van het Bevb saneringssituaties gesaneerd dienen te zijn (1 januari 2014). De exploitant is hier verantwoordelijk, indien de betreffende bestemmingen die de saneringssituatie veroorzaken voor 1 januari 2011 zijn gerealiseerd. Binnen de gemeente Hilvarenbeek liggen de leidingen van de Sabic, de RRP en de Gasunie die nu vallen onder het Bevb. De gemeente heeft inmiddels van deze exploitanten brieven gekregen over de mogelijke saneringssituaties binnen de gemeente. De beoordeling van de inventarisaties van de exploitanten is door de gemeente Hilvarenbeek uitbesteed aan de OMWB. De OMWB verricht verder onderzoek naar mogelijke saneringssituaties en bereidt een reactie voor, die de gemeente richting de exploitanten kan geven. RISICOCOMMUNICATIE De Gemeente Hilvarenbeek heeft in 2010 een plan van aanpak risicocommunicatie vastgesteld. Op dit moment is het onderwerp risicocommunicatie opgenomen in het takenpakket van de Veiligheidsregio. ACTIE Laat het beheerdocument risico-inventarisatie vaststellen door het college en zorg dat de taken ondergebracht worden in de organisatie of uitbesteed aan de omgevingsdienst. 15

16 2.5 MONITORING gheid. De monitoring richt zich op de stappen strategisch beleidskader, operationeel beleidskader, planning en control, voorbereiding en uitvoering. Tot 2012 is er in Hilvarenbeek geen monitor uitgevoerd op de kwaliteitscriteria. Het document Stand van zaken kwaliteitscriteria externe veiligheid 2013 en het bijbehorende Projectcontract beleid externe veiligheid, beide daterend van juni 2013, kunnen beschouwd worden als de eerste monitor. Beide documenten zijn vastgesteld door de opdrachtgever projecten van de afdeling Beleid en Projecten. ACTIE Voer jaarlijks een monitor uit van de kwaliteitscri teria als onderdeel van de jaarlijks evaluatie en actualisatie van het operationeel beleidsplan. 16

17 2.7 RAPPORTAGE, EVALUATIE EN BIJSTURING De EV-partners evalueren jaarlijks in hoeverre zij voldoen aan de kwaliteitscriteria en in hoeverre bijsturen binnen de eigen organisatie noodzakelijk is. Dit kan leiden tot een actualisatie van het beleid, maar ook tot wijzigingen op de uitvoering. Bovendien kan de rapportage dienen als verantwoording van de voortgang aan de provincie (financieel) en aan het bestuur van de eigen organisatie. Over het jaar 2012 is een bestuurlijke rapportage geschreven. Deze is in april 2013 door de omgevingsdienst aangeleverd en dient als basis voor dit beleidskader. De bestuurlijke rapportage is te vinden in bijlage 5. Er werden afgelopen jaar verschillende vormen van rapportage uitgevoerd: subsidieverantwoording, saneringssituaties, beheerdocument risico-informatie. Het zou overzichtelijker en efficiënter zijn om deze documenten op elkaar af te stemmen en hier één cyclus van te maken. Dit kan door onderhavig beleidskader op operationeel niveau elk jaar te evalueren en te actualiseren in de maand september en op basis daarvan een uitvoeringsprogramma voor het volgende jaar te maken. Eventuele budgetwijzigingen kunnen dan nog meegenomen worden in de gemeentebegroting. Tevens kunnen dan ook tijdig afspraken gemaakt worden met de omgevingsdienst voor inzet van uren. ACTIE Maak jaarlijks in september een evaluatie en actualisatie v an het operationele beleid externe veiligheid en gebruik dit als basis voor het opstellen van een uitvoeringspr ogramma voor het volgende kalenderjaar.

18 OVERZICHT VAN DE ACTIES ACTIE STRATEGISCH BELEIDSKADER Het strategisch beleid externe veiligheid van de gemeente Hilvarenbeek beperkt zich tot het uivoeren van de wettelijke taken. Er is geen actie nodig om aan dit kwaliteitscriterium te voldoen. ACTIE OPERATIONEEL BELEIDSKADER Met de vaststelling van het document Beleidskader externe veiligheid gemeente Hilvarenbeek voldoet de gemeente Hilvarenbeek aan dit kwaliteitscriterium. ACTIES PLANNING EN CONTROL Zorg dat de financiële middelen voor het uitvoeren van de EV-taken van 2015 zijn opgenomen in de gemeentelijke begroting. Zorg dat een raming van deze kosten wordt opgenomen in de voorjaarsnota. Maak jaarlijks een evaluatie en actualisatie van het operationeel beleid en stel op basis daarvan een uitvoeringsprogramma op. Laat dit vaststellen door het college. ACTIES VOORBEREIDING Maak jaarlijks afspraken met de omgevingsdienst over de taakverdeling en de inhuur van expertise op het gebied van externe veiligheid Stel in de gemeentelijke organisatie een EV-coördinator aan. Instrueer de medewerkers van vergunningen en ruimtelijke ontwikkeling bij het gebruik van het stappenplan voor borging van externe veiligheid in de werkprocessen ACTIES UITVOERING Laat het beheerdocument risico-inventarisatie vaststellen door het college en zorg dat de taken ondergebracht worden in de organisatie of uitbesteed aan de omgevingsdienst. ACTIE MONITORING Voer jaarlijks een monitor uit van de kwaliteitscriteria als onderdeel van de jaarlijks evaluatie en actualisatie van het operationeel beleidsplan. 18

19 ACTIE RAPPORTAGE, EVALUATIE, BIJSTURING Maak jaarlijks in september een evaluatie en actualisatie van het operationele beleid externe veiligheid en gebruik dit als basis voor het opstellen van een uitvoeringsprogramma voor het volgende kalenderjaar. 19

20 Bijlage 1 Be Beschikbaarheid gegevens In het kader van het uitvoeringsprogramma externe veiligheid 2012 is een inventarisatie uitgevoerd naar de bestaande fysieke externe veiligheidsituatie in de gemeente Hilvarenbeek, voor zover dit met de beschikbare gegevens mogelijk was. Daarbij is gebruik gemaakt van het Register Risicosituaties Gevaarlijke stoffen (RRGS), de provinciale Risicokaart en de resultaten van eerder uitgevoerd onderzoek. Stationaire risicobronnen Stationaire bronnen zijn bedrijven en installaties waar het gebruik, de opslag of productie van gevaarlijke stoffen op een vaste plaats plaatsvindt. Voorbeelden hiervan zijn LPGtankstations, ammoniak-koelinstallaties en opslagen met gevaarlijke stoffen. Om te kunnen bepalen of een bedrijf waar gevaarlijke stoffen worden gebruikt, opgeslagen of geproduceerd, risicovol is wordt de Leidraad Risico Inventarisatie deel Gevaarlijke stoffen, versie 6.1 december 2010 (LRI-GS 6.1 dec. 2010) gehanteerd. In deze Leidraad is een drempelwaardetabel opgenomen. Een actuele versie hiervan is te vinden op Indien de vergunde hoeveelheid gevaarlijke stoffen bij een bedrijf de waarden genoemd in de tabel overschrijdt, dan wordt dit bedrijf aangewezen als risicovol (b.v. propaantanks groter dan 3 m 3 ). Indien de vergunde hoeveelheid gevaarlijke stoffen bij een bedrijf bovendien de waarden genoemd in het Bevi overschrijdt, dan valt dit bedrijf onder de werkingssfeer van het Bevi (b.v. LPG-tankstations en propaantanks groter dan 13 m 3 ). In de gemeente Hilvarenbeek bevinden zich 17 risicovolle bedrijven waaronder een aantal Bevi-bedrijven. 15 bedrijven vallen onder het bevoegd gezag van de gemeente. Voor 2 bedrijven is de provincie het bevoegd gezag. Een volledig overzicht van alle risicovolle bedrijven is opgenomen in bijlage 1. gevaarlijke stoffen. 20

21 Er doen zich in de gemeente Hilvarenbeek (voor zover bekend) geen knelpunten voor in relatie tot stationaire risicobronnen en wet- en regelgeving (saneringssituaties). Bronnen voor transportrisico In de gemeente Hilvarenbeek vindt transport van gevaarlijke stoffen plaats door buisleidingen, over de weg en het water. In deze paragraaf wordt aangegeven over welke typen transportassen vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt en wordt de risicosituatie toegelicht. Wegen Het vervoer van gevaarlijke stoffen binnen de gemeente Hilvarenbeek vindt plaats over een provinciale weg en verschillende gemeentelijke wegen. Geen van deze wegen zijn opgenomen in het Basisnet Weg (dat wil zeggen zijn niet genoemd in bijlage 2 van de Circulaire Risiconormering Vervoer gevaarlijke stoffen). Voor Provinciale wegen waarover structureel vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt heeft de Provincie Noord- rtage is de N269 ook opgenomen. De N269 loopt vanaf de A58 (Tilburg) langs Hilvarenbeek en vervolgt zijn weg naar de gemeente Reusel - De Mierden. Uit het onderzoek van de Provincie Noord- x geen sprake is van overschrijding van de grenswaarde voor het plaatsgebonden risico (PR). Uit aanvullende groepsrisicoberekeningen uitgevoerd door de RMD West-Brabant blijkt dat er met betrekking tot het groepsrisico geen knelpunten of aandachtspunten zijn omdat er sprake is van een groepsrisico (GR) ruim onder de oriënterende waarde. Voor de overige (gemeentelijke) wegen is in 2008 als gevolg van transport over gemeentelijke wegen, waaruit blijkt dat er geen sprake is van een benadering van de grenswaarde voor het plaatsgebonden risico en er tevens geen sprake is van een benadering of overschrijding van de oriënterende waarde voor het groepsrisico. Buisleidingen ontwikkeling. Op 1 januari 2011 is het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) van kracht geworden en naar verwachting zal de Structuurvisie Buisleidingen medio 2013 worden verankerd in de AMvB Ruimte (Barro). In het Bevb en de Structuurvisie buisleidingen wordt een nieuwe risicobenadering voor buisleidingen geïntroduceerd. 21

22 Structuurvisie buisleidingen De inmiddels vastgestelde structuurvisie buisleidingen moet een beeld opleveren hoe vanuit ruimtelijk-economisch perspectief voor de komende 10 tot 20 jaar het beleid er uit moet zien met het oog op duurzaam transport. Er dient ruimte te worden gereserveerd voor toekomstig buisleidingentransport van nationaal belang, bijvoorbeeld voor de aanleg van gasrotondes, verbindingen tussen chemieclusters en havens en de aanleg van een CO 2 -rotonde. Daartoe dienen gemeenten, zodra de structuurvisie is opgenomen in de AMvB Ruimte, ruimte te reserveren in hun bestemmingsplannen. De te reserveren ruimte die de structuurvisie beschrijft valt voor de gemeente Hilvarenbeek deels samen met bestaande ligging van buisleidingen (Gasunie). Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) Op 1 januari 2011 is het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) in werking getreden. Het Bevb sluit aan bij het Bevi en gaat uit van plaatsgebonden risico en groepsrisico. Binnen de PR 10-6 mogen zich geen kwetsbare objecten bevinden en binnen het invloedsgebied (of inventarisatieafstand) dient het groepsrisico berekend en verantwoord te worden. De ligging van de buisleiding en de bijbehorende belemmeringenstrook dient in het bestemmingsplan te worden vastgelegd. Voor hogedruk aardgasleidingen en aardolieproducten van de categorieën K1, K2 en K3 is het evaarlijke gassen) is dit nog niet het geval. In het Bevb is een saneringsregeling opgenomen waarbij de saneringsverplichting bij de exploitant van de buisleiding is neergelegd. Dit geldt voor bestaande situaties en voor kwetsbare objecten die op grond van het bestemmingsplan zijn toegelaten (geprojecteerde kwetsbare objecten). Conserverende bestemmingsplannen waarin saneringssituaties aanwezig zijn (bestaand of geprojecteerd), worden beschouwd als bestaande situaties. Hogedruk aardgasleidingen Binnen de gemeente zijn 9 hogedruk aardgasbuisleidingen gelegen. De leidingen worden geexploiteerd door de Nederlandse Gasunie B.V. De hogedruk aardgasleidingen liggen verspreid over de gehele gemeente. 22

23 Binnen de PR 10-6 contouren van aardgasleidingen zijn meerdere kwetsbare objecten gelegen, waaronder meer dan 2 woningen per hectare, een congrescentrum en een camping met 15 staanplaatsen (nachtverblijf voor meer dan 50 personen meerdere aaneengesloten dagen). Deze PR knelpunten zijn reeds aan de Gasunie voorgelegd, de Gasunie stelt een plan van aanpak op ter sanering van deze knelpunten. De locaties van de knelpunten zijn in onderstaande figuren weergegeven. Figuur 1: Geografische ligging PR 10-6 contour (pijl geeft contour met knelpunten aan) 23

24 Figuur 2: PR 10-6 contour met toelichting kwetsbare objecten Figuur 3: PR 10-6 contour met toelichting kwetsbare objecten 24

25 De uiteindelijke sanering betekent niet dat kwetsbare objecten worden gesaneerd. Het zal inhouden dat de Gasunie risicoreducerende maatregelen aan de buisleiding zal moeten treffen. In veel gevallen houdt dit in dat een strenger controleregime bij graafwerkzaamheden de PR 10-6 contour voldoende reduceert. In extremere gevallen zal het noodzakelijk zijn andere maatregelen te treffen bijvoorbeeld extra gronddekking boven de leidingen. De knelpuntenlocaties zijn inmiddels doorgegeven aan de Gasunie. Door de Gasunie zal een plan van aanpak voor deze sanering worden opgesteld. De uiteindelijke sanering moet voor 1 januari 2014 hebben plaatsgevonden. Knelpunten op basis van het groepsrisico zijn binnen de gemeente niet geconstateerd. Het hoogste groepsrisico dat is berekend is X de oriënterende waarde. Over een groepsrisico knelpunt wordt gesproken indien de hoogte van het groepsrisico boven de oriënterende waarde uitstijgt. Leidingen met aardolieproducten Binnen de gemeente zijn twee buisleidingen gelegen die aardolieproducten transporteren. Het betreft een Defensie pijpleiding (DPO) en een buisleiding van Petrochemical Pipeline services (PPS). De Defensie pijpleiding heeft geen PR 10-6 contour. Het ministerie van Defensie heeft namelijk met de NAVO besloten afstand te doen van de mogelijkheid om brandstoffen van de ge- e van de leiding en de bijbehorende belemmeringenstrook in het bestemmingsplan. r lgens de risicokaart is er sprake van een plaatsgebonden risicocontour van 12 meter. Uit de risicokaart blijkt dat binnen deze afstand geen objecten zijn gelegen. Echter voor het bepalen of er sprake is van een saneringssituatie dient de berekening van het plaatsgebonden risico te voldoen aan de eisen van het Bevb. Op basis van deze nog uit te voeren berekening kan bepaald worden of er sprake is van een saneringssituatie. De leidingexploitant berekend het plaatsgebonden risico en legt de resultaten voor aan de gemeente. Saneringssituaties dienen uiterlijk 1 januari 2014 opgeheven te zijn. Vaarwegen 25

26 Binnen de gemeente is het Wilhelminakanaal gelegen. Het Wilhelminakanaal is op grond van het Basisnet Water aangemerkt is als een binnenvaarweg met de kleurcode groen. Dit houdt in dat het transport van gevaarlijke stoffen beperkt is. Voor deze binnenvaartcorridor geldt dan ook dat er geen toetsingsafstand (veiligheidsafstand) van toepassing is. Dat wil zeggen dat er geen sprake is van een plaatsgebonden risico van 10-6 per jaar op het water. Er zijn nauwelijks merkbare effecten voor het groepsrisico. Een plasbrandaandachtsgebied is op groene vaarwegen niet van toepassing. Windturbines Hoewel windturbines geen risicovolle inrichtingen zijn in relatie tot de omgang met gevaarlijke stoffen, worden zij vaak wel gerekend tot het taakveld externe veiligheid omdat zij een potentieel risico vormen voor de omgeving. Op 1 november 2010 is het Activiteitenbesluit gewijzigd met betrekking tot windturbines. Doel van de wijziging is om zoveel mogelijk windturbines onder werkingssfeer van het besluit te laten vallen. In het Activiteitenbesluit is een nieuw artikel opgenomen waarin onder andere normen zijn opgenomen voor het plaatsgebonden risico, veroorzaakt door een windturbine of een combinatie van windturbines, voor buiten de inrichting gelegen kwetsbare objecten en beperkt kwetsbare objecten. Deze normen gelden overigens alleen voor nieuwe situaties. 26

27 Bijlage 2 Omgevingsvergunning en externe veiligheid Aanvraag omgevingsvergunning/melding (WABO) via OLO (omgevingsloket online) Is het bedrijf een risicovolle inrichting? Zie de drempelwaardentabel Zijn er Is het Bevi van toepassing? Valt de inrichting onder het Activiteitenbesluit Pas veiligheidsafstanden toe. Ligt het invloedsgebied buiten de inrichtingsgrens Betreft het een categoriale in- Beoordelen QRA van inrichting Bepaal het PR en GR Advies Veiligheidsregio Vraag advies aan de Vraag evt advies aan een EV-adviseur. Afweging belangen. Toetsen aan de ambities uit de beleidsvisie Liggen er binnen de PRcontour (geprojecteerde) beperkt kwetsbare objecten? Liggen er binnen de PRcontour (geprojecteerde kwetsbare objecten? Is de verantwoording acceptabel 27 Vergunning verlenen Vergunning weigeren

28 Bijlage 3 Taakomschrijving coördinator externe veiligheid Hoofdtaken van de coördinator EV: - zorg dragen voor een adequate en structurele uitvoering van EV-taken binnen de gemeente, waarbij EV geborgd is; - coördineren, adviseren en ondersteunen van de uitvoering van EV-taken binnen de gemeente; - zorg dragen voor voldoende beschikbare kennis op EV-gebied. Uitwerking van de hoofdtaken: - jaarlijks (laten) actualiseren van het uitvoeringsprogramma EV - er voor zorg dragen dat het aspect EV een onderdeel vormt van het gemeentelijke uitvoeringsbeleid - reserveren van middelen in de gemeentelijke begroting voor de uitvoering van EVwerkzaamheden - aanspraak maken op/beheren financiële middelen programmafinanciering EV van de provincie Noord-Brabant (tot en met 2014) - er voor zorg dragen dat de basiskennis EV binnen de gemeentelijke organisatie en de kennis van de EV-adviseurs op peil blijft - coördineert/draagt zorg voor de inhuur van EV-specialisten - draagt zorg voor borging van EV in de gemeentelijke werkprocessen - stimuleert de samenwerking tussen interne vakdisciplines betrokken bij het aspect externe veiligheid - ziet toe op een adequate en structurele uitvoering van het aspect EV bij vergunningverlening, toezicht en handhaving, ruimtelijke ontwikkeling, verkeer en vervoer, etc. - coördineert/draagt zorg voor het proces van verantwoording groepsrisico - is voortdurend alert op het ontstaan van nieuwe (latente) saneringssituaties - draagt zorg voor het op tijd saneren van saneringssituatie door de exploitant van de buisleiding 28

29 - draagt zorg voor het tot stand komen van het gemeentelijke plan risicocommunicatie - is verantwoordelijk voor de jaarlijkse monitoring van de kwaliteitscriteria EV - draagt zorg voor de evaluatie van en de bijsturing op de voortgang van de beleidsvorming en de uitvoering van EV binnen de gemeentelijke organisatie - heeft als taak de ontwikkeling op het gebied van nieuwe en gewijzigde wetgeving EV bij te houden. - Zorg te dragen voor implementatie van nieuwe en gewijzigde wetgeving EV in beleid en uitvoering De coördinator EV fungeert als vraagbaak voor de eigen organisatie en onderhoudt de contacten met externe EV-specialisten, overige betrokkenen, zoals de adviseurs van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant en regionale en landelijke EV-kennisnetwerken. 29

30 Bijlage 4 Inventarisatie latente saneringssituaties (zie bijgevoegd PDF) 30

31 Bijlage 5 Bestuurlijke rapportage 2012 Inleiding Gemeenten hebben wettelijke taken op het gebied van externe veiligheid. Rekening houdend met de provinciale kwaliteitscriteria externe veiligheid uit het provinciale programma Brabant Veiliger stelt onze gemeente jaarlijks het Uitvoeringsprogramma externe veiligheid op. Dit uitvoeringsprogramma bevat activiteiten en projecten die onze gemeente in dat jaar uitvoert. Ten behoeve van de interne verantwoording over de uitvoering van de wettelijke taken is voorliggende bestuurlijke rapportage opgesteld. De rapportage heeft betrekking op het jaar 2012 en geeft een overzicht van de uitgevoerde werkzaamheden op het gebied van externe veiligheid. 1. Strategisch beleidskader Actualiseren Beleidsvisie externe veiligheid en vertaling naar Structuurvisie Algemene toelichting Gemeenten en provincie hebben een Beleidsvisie externe veiligheid vastgesteld. In de beleidsvisie zijn de visie, ambities en acties op het gebied van externe veiligheid vastgelegd. Als gevolg van gewijzigde regelgeving, nieuwe inzichten of gewijzigde gemeentelijke omstandigheden kan het wenselijk zijn de gemeentelijke beleidsvisie te actualiseren. Stand van zaken in onze gemeente De gemeente Hilvarenbeek heeft nog geen beleidsvisie externe veiligheid. De huidige externe veiligheidsituatie is in december 2012 door de RMD 3 vastgelegd en per mail op 13 december aan de gemeente toegezonden. 3 Vanaf januari 2013 Omgevingdienst Midden- en West-Brabant (OMWB) 31

32 Vertaling beleidslijnen Beleidsvisie EV in Structuurvisie Algemene toelichting De Beleidsvisie externe veiligheid biedt onder meer een toetsingskader voor ruimtelijke besluiten. Het is van belang dat de ambities uit de beleidsvisie worden doorvertaald naar de gemeentelijke Structuurvisie die de basis vormt voor het opstellen van bestemmingsplannen. In de bestemmingsplannen wordt het externe veiligheidbeleid vastgelegd in voorschriften en op de plankaart. Stand van zaken in onze gemeente De gemeente Hilvarenbeek heeft een Structuurvisie. Deze Structuurvisie is op 25 februari 2010 vastgesteld door de gemeenteraad. Het EV-beleid is hier niet als apart thema opgenomen. 2. Operationeel beleidskader Opstellen/actualiseren en vaststellen beleid op uitvoering EV-taken Algemene toelichting In aanvulling op de beleidsambities uit de Beleidsvisie externe veiligheid is het van belang om vast te leggen hoe deze ambities worden gerealiseerd door de uitvoering van de EV-taken. Dit betreft in ieder geval de volgende taken: - Beheer van risico-informatie, - Beoordeling van het aspect EV in de omgevingsvergunning; - Handhaving en toezicht op het aspect EV; - Beoordeling van het aspect EV in ruimtelijke planvorming; - Verantwoording van het groepsrisico; - Oplossen van (latente) saneringen; - Uitvoeren van risicocommunicatie. Stand van zaken in onze gemeente De gemeente Hilvarenbeek heeft nog geen beleidsvisie externe veiligheid. De huidige externe veiligheidsituatie is in december 2012 door de RMD vastgelegd en per mail op 13 december aan de gemeente toegezonden. Binnen de gemeente Hilvarenbeek heeft nog geen doorvertaling plaatsgevonden van ambities naar uitvoering. 32

33 Vertaling/verankering EV-beleid binnen andere beleidsvelden Algemene toelichting Gemeenten en provincie dienen EV te verankeren in het gemeentelijk RO-beleid, milieubeleid, verkeersbeleid, economisch beleid en beleid omtrent integrale/openbare veiligheid. Bijvoorbeeld: om het vervoer van gevaarlijke stoffen te reguleren kan een gemeente een routeringsbesluit nemen. Bij het opstellen van economisch beleid dient ook rekening gehouden te worden met het externe veiligheidsbeleid. Stand van zaken in onze gemeente De verankering van Externe veiligheid binnen andere beleidsterreinen heeft nog niet plaatsgevonden. Het aspect EV in uitvoeringsbeleid is vooralsnog afhankelijk van collegiale afspraken. In 2012 is een eerste aanzet gemaakt tot het borgen van externe veiligheid middels het door de RMD aangeboden en uitgevoerde uitvoeringsprogramma externe veiligheid (UPEV). 3. Planning en control Capaciteit en middelen Algemene toelichting De kwaliteitscriteria vereisen dat elke Brabantse overheidspartner kan aantonen dat ze de noodzakelijke capaciteit en financiële middelen geborgd hebben om de EV-taken en de gestelde ambities en acties te kunnen uitvoeren via het: o o o o o o Opstellen en vaststellen uitvoeringsprogramma, inclusief middelen en inzet. Opstellen en vaststellen van de begroting en meerjarenraming. Bewaken van de uitvoering middels voortgangsrapportages. Dit kan leiden tot bijstelling taken en/of beleid. Opstellen jaarrekening. Coördinatie en afstemming. Stand van zaken in onze gemeente 33

34 De gemeente Hilvarenbeek heeft in 2012 voor de eerste maal een uitvoeringsprogramma externe veiligheid (UPEV) opgesteld. Hierin zijn acties opgenomen om externe veiligheid in de gemeentelijke taakuitvoering te borgen. Het jaarlijkse UPEV is tot en met 2012 door de RMD opgesteld in samenspraak met de gemeente. Om aanspraak te kunnen maken op de subsidie EV van de provincie (structurele middelen EV Programma Brabant Veiliger ) dient de gemeente (vooraf) een aanvraag met begroting op te stellen en (achteraf) een verantwoording in te dienen bij de provincie. Naar aanleiding van de lopende en actuele zaken binnen de gemeente is begin 2012 een aanvraag ingediend bij de provincie. De RMD heeft hierbij ondersteund. Begin 2012 is de verantwoording opgesteld door de RMD en aangevuld door onze gemeente. Kennis, expertise en competenties Algemene toelichting Bij de gemeente dient een EV- of milieuadviseur aanwezig te zijn die als verbindende schakel fungeert tussen EV-specialisten en de gemeentelijke taakvelden waarbij EV een rol speelt. De specialisten zijn ofwel in dienst van de gemeente zelf, ofwel werkzaam bij een Milieudienst/Omgevingsdienst of kunnen door de gemeente worden ingehuurd. Bij de gemeente zelf is de (basis)kennis aanwezig om de relevantie van EV in een dossier te kunnen bepalen en de implicaties van een EV-advies volwaardig mee te kunnen nemen in de afweging. EV-deskundigen die bestuurlijk of ambtelijk adviseren, moeten over de juiste competenties beschikken, waaronder inlevingsvermogen, integraal denken en werken, en oplossingsgerichtheid. Stand van zaken in onze gemeente Om de expertise/basiskennis EV op het gebied vergunningverlening, transport, ruimtelijk ordening en wet- en regelgeving m.b.t. EV op te bouwen en bij te houden is/wordt een opleidingsplan opgesteld. De medewerkers van de gemeente hebben in 2011 en 2012 de volgende cursussen en/of symposia bijgewoond in het kader van EV: Jaarcongres Relevant 2012 (11 december 2012 in het NBC te Nieuwegein) Brabant Veiligerdag (5 juni 2012 in Breda) Bijeenkomst project Buisleidingen. Om te kunnen voldoen aan de kwaliteitscriteria wordt door de gemeente samengewerkt met externe specialisten (o.a. inhuur expertise RMD/OMWB). 34

35 4. Voorbereiden Borging in de werkprocessen Algemene toelichting Gemeenten en provincie dienen het aspect externe veiligheid te borgen in de werkprocessen. Dit betekent de borging van de uitvoering van de EV-taken en de samenwerking tussen alle benodigde interne vakdisciplines betrokken bij het aspect externe veiligheid. Stand van zaken in onze gemeente De gemeente Hilvarenbeek beschikt over een werkprocedures voor alle VHT-taken. Externe Veiligheid is binnen dit werkproces niet specifiek geborgd. De RMD/OMWB adviseert over de activiteit milieu van de omgevingsvergunningen. De RMD heeft externe veiligheid in haar werkprocessen voor vergunningverlening en handhaving geborgd. Vastleggen verantwoordelijkheden en taken proceseigenaren en EV-adviseurs Algemene toelichting Er dient binnen gemeentelijke organisatie (en tussen organisaties) een heldere rolverdeling te bestaan in verantwoordelijkheden en taken van proceseigenaren en EV-deskundigen. Stand van zaken in onze gemeente Bestuurlijk gezien is de verantwoordelijkheid voor externe veiligheid verdeeld onder meerdere portefeuillehouders. Binnen de gemeentelijke organisatie is EV-deskundigheid en verantwoordelijkheid niet specifiek geborgd. Borging van expertise en onafhankelijkheid Algemene toelichting De kwaliteitscriteria vereisen dat gemeenten hebben geborgd dat er voldoende expertise beschikbaar is in de diverse werkprocessen. Binnen de gemeente is voldoende eigen deskundigheid en capaciteit aanwezig om de basiskennis en ervaringsopbouw verder te ontwikkelen. 35

36 Tevens is aangegeven dat EV- schetsen. Dat betekent onder meer dat zij niet beperkt of ingekleurd zijn door politieke preferenties of financiële afwegingen. Stand van zaken in onze gemeente De genoemde aandachtspunten zijn vooralsnog niet beschreven in het zogenaamd EV- Borgingsdocument. Door de gemeente is gekozen om de huidige externe veiligheidsituatie vast te leggen. Structurele samenwerking interne vakdisciplines betrokken bij uitvoering van EV-taken Algemene toelichting Gemeenten dienen te borgen dat tussen de Brabantse overheidspartners een structurele, bestuurlijke afstemming over externe veiligheid plaatsvindt. Ook dient binnen de gemeente tussen de interne vakdisciplines structurele samenwerking te worden opgezet. Onderdeel van deze structurele samenwerking kan een periodiek overleg zijn waarin onder andere jaarlijks de kwaliteitscriteria worden gemonitord. Stand van zaken in onze gemeente Binnen de regio Midden- en West-Brabant is in 2012 het kernteam EV MWB gestart. Het kernteam bestaat uit EV-coördinatoren van gemeenten, de RMD (vanaf januari 2013 de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant), de Veiligheidsregio, de Provincie en het programmabureau Brabant Veiliger. Doel is het bevorderen van de samenwerking, afstemming van werkprocessen, uniformering van onder meer adviezen en versterking van de kennis van externe veiligheid. 5. Uitvoering Algemene toelichting Binnen onze gemeente is uitvoering gegeven aan diverse EV taken aan de hand van de activiteiten uit het uitvoeringsprogramma 2011 en Het gaat hierbij om de volgende taken en werkzaamheden: Stand van zaken in onze gemeente Ten aanzien van de het programmaonderdeel Risico-inventarisatie zijn de volgende activiteiten uitgevoerd: 36

37 Actualiseren en beheren Risicoregister gevaarlijke stoffen (RRGS). In 2011 en 2012 is het RRGS voor de gemeente geactualiseerd en beheerd in samenspraak met een medewerker van het Brabantse RRGS-team op basis van 'Brabantse afspraken invoer RRGS. Binnen de gemeente bevinden zich momenteel 19 inrichtingen die zijn geregistreerd in het RRGS. Er zijn geen risicovolle inrichtingen toegevoegd, wel heeft er actualisatie plaatsgevonden bij de reeds bestaande inrichtingen. Een overzicht van de risicovolle inrichtingen is opgenomen in bijlage 1. Actualiseren en beheren ISOR/kwetsbare objecten. In 2012 hebben er geen wijzigingen plaatsgevonden in ISOR/KO. Gebruik Risicokaart/signaleringskaart Ten aanzien van het programmaonderdeel Vergunningverlening en handhaving zijn in 2012 door de RMD geen specifieke activiteiten uitgevoerd. Ten aanzien van de het programmaonderdeel Ruimtelijke ordening en Transport zijn in 2012 door de RMD geen specifieke activiteiten uitgevoerd: Ten aanzien van de het programmaonderdeel Groepsrisico zijn in 2012 door de RMD geen specifieke activiteiten uitgevoerd. Voor het programmaonderdeel Saneringen is in 2012 de volgende activiteiten uitgevoerd: Latente saneringen Op 5 juni 2012 is er een regionale bijeenkomst Externe Veiligheid geweest in Breda. Onderdeel van deze bijeenkomst was ondermeer het gebruik van RRGS en de (professionele) risicokaart. emeente. Buisleidingen De inventarisatie van latente saneringssituaties als ook groepsrisico aandachtspunten i.h.k.v. het Bevb zijn geïnventariseerd, de leidingexploitanten zijn aangeschreven en knelpunten worden binnen de hiervoor gestelde termijn opgelost. Voor het programmaonderdeel Risicocommunicatie zijn in 2012 geen specifieke EV gerelateerde activiteiten uitgevoerd. 37