Gebruikershandleiding

Transcriptie

1 NEMO AIR Duikcomputer Gebruikershandleiding

2 Nemo Air duikcomputer INHOUD Beknopte handleiding 2 DUikCOMPUTER NEMO AIR 3 BelangRIJKE WAARSCHUWINGEN 3 VERANTWOORD DUIKGEDRAG 4 hoe WERKT DE NEMO AIR DUIKCOMPUTER? 4 HOE WERKEN DE KNOPPEN? 4 DE BATTERIJSPANNING CONTROLEREN 5 DISPLAYVERLICHTING 5 AUTOMATISCH UITSCHAKELEN 5 PARAMETERS VAN DE NEMO AIR DUIKCOMPUTER INSTELLEN 5 MODE: AIR 5 WATER (waterselectie) 5 ALT (hoogte) 5 PFACTOR (PERSOONLIJKE correctiefactor) 6 MODE: EAN 6 MODE:BOTTOM TIME 6 SET TANK 6 SET ALARM 7 SET WATCH (tijd instellen) 8 DUiken MET DE NEMO AIR 8 DIVE AIR: 8 DIVE EAN: 11 MODUS TIME 13 MODUS SYSTEM 13 PLANNING: DE NIET-DECOMPRESSIELIMIETEN BEKIJKEN 14 LOG BOOK 14 MODUS PC LINK 15 VEELGESTELDE vragen 15 onderhoud 16 TECHNISCHE GEGEVENS EN FUNCTIES 17 GARantie 18 HET APPARAAT VERWIJDEREN 18 BekNOpte handleiding Lage batterijspanning 2. Symbool EAN-duik 3. Eenheid druk 4. Flesdruk/inhoud 5. Eenheid luchtvolume 6. Tijd lucht 7. Verbruik/O 2% 8. Eenheid luchtverbruik per minuut 9. Ongecontroleerde opstijging 10. Opstijgsnelheid in procenten 11. Genegeerde stop 12. Persoonlijke correctiefactor 13. Hoogte 14. Vliegverbod No fly 15. Huidige diepte/maximale diepte 16. Tijd Duiktijd Oppervlakte-interval Desaturatietijd Tijd vliegverbod 17. Diepte diepe stop 18. Waarschuwing diepte diepe stop 19. Veiligheidsstop 20. Niet-decompressieduik (NO DECO) Decompressieduik (DECO) 21. Decotijd Teller diepe stop Teller veiligheidsstop. Diepte decostop Tijd veiligheidsstop in minuten 3. Grafiek met diverse informatie: Opstijgsnelheid (NIET-DECO/DECO) CNS% (NIET-DECO/DECO) Temperatuur (NIET-DECO/DECO) Opstijgtijd (DECO) Veiligheidsstop (DIVE) Planning diepe stop (DIVE) Teller diepe stop Alarm luchtvoorraad (DIVE) Duiktype (PREDIVE/DIVE) Parameters duik instellen Datum en temperatuur (in modus TIME) 4. knop <+> 25. knop <-> 26. knop <CENTER>

3 DUIKCOMPUTER NEMO AIR Gefeliciteerd! Uw nieuwe Nemo Air duikcomputer is het resultaat van de nieuwste Mares-technologie en is ontwikkeld met het oog op optimale veiligheid, gebruiksgemak, betrouwbaarheid en een lange levensduur. Simpel en gebruiksvriendelijk, ideaal voor alle soorten duiken. In deze handleiding vindt u alle instructies voor het gebruik van de duikcomputer. Mares dankt u voor uw keuze en raadt u met klem aan altijd veilig en verantwoord te duiken. Veel plezier! Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, vertaald of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Mares S.p.A. Mares hanteert een beleid van voortdurende verbetering van haar producten en behoudt zich het recht voor om het product dat in deze handleiding wordt beschreven, zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen of verbeteren. Onder geen beding kan Mares aansprakelijk worden gesteld voor enig verlies of enige schade die voortvloeit uit het gebruik van dit instrument en die derden lijden. BELANGRIJKE WAARSCHUWINGEN Voordat u gaat duiken, dient u de gehele handleiding te lezen en de inhoud ervan te begrijpen. Voor een accurate weergave van het luchtverbruik is het van essentieel belang dat de flesinhoud juist wordt ingesteld. Als u met zuurstofrijke (EAN) mengsels duikt, wordt aanbevolen om de hogedrukslang elke twee jaar te vervangen. De o-ringen van de Nemo Air mogen uitsluitend worden ingevet met zuurstofcompatibel vet. Het gebruik van andere smeermiddelen in de buurt van zuurstofrijke mengsels kan een explosie teweegbrengen. De lucht in de cilinder moet voldoen aan de Europese norm EN Om veiligheidsredenen mogen er geen andere mengsels dan het geselecteerde mengsel worden gebruikt. Gebruik in geen enkel geval nitroxmengsels met een zuurstofpercentage boven de 50%. Indien de apparatuur is gebruikt met mengsels die zijn verontreinigd met olie, dient het gehele systeem door hiervoor opgeleide technici gereinigd te worden. Controleer vóór een nitroxduik of de computer is ingesteld op EAN. Controleer vervolgens de samenstelling van het gasmengsel dat u gaat gebruiken, en stel het zuurstofpercentage in de modus SET in. Als u een onjuist zuurstofpercentage invoert, resulteert dit in foutieve informatie met betrekking tot: resterende niet-decompressietijd; duur van de decompressiestops; waarschuwing voor het overschrijden van de maximaal toegestane partiële zuurstofdruk. Het gebruik van zuurstofrijke lucht stelt de duiker bloot aan andere gevaren dan bij het gebruik van perslucht. U moet op de hoogte zijn van deze gevaren en weten hoe u deze kunt vermijden. Onthoud goed dat de diepte en duur van de duik strikt afhankelijk zijn van het zuurstofpercentage in het ademmengsel. Alleen duikers die gebrevetteerd zijn voor het duiken met nitrox, mogen de Nemo Air gebruiken voor duiken met zuurstofrijke mengsels (EAN). Duikt u zonder juiste opleiding in het gebruik van nitrox, dan kan dit ernstig letsel tot gevolg hebben. In koud water kan uw luchtverbruik hoger zijn dan tijdens gewone duiken. Controleer regelmatig uw luchtvoorraad. Tijdens duiken waarbij u zich meer moet inspannen dan gebruikelijk, kan uw luchtverbruik hoger zijn. Controleer regelmatig uw luchtvoorraad. Controleer de locatie van de hogedrukslang om te voorkomen dat u ergens achter blijft hangen. De Nemo Air duikcomputer is uitsluitend bedoeld voor gebruik door sportduikers en niet voor beroepsmatig gebruik. Een duikcomputer biedt geen enkele garantie tegen decompressieziekte. De duikcomputer houdt geen rekening met de lichamelijke gesteldheid van de duiker, die immers van dag tot dag kan variëren. Wij raden u voor uw eigen veiligheid aan een algemene medische keuring te ondergaan voordat u gaat duiken. Duik NOOIT alleen! De Nemo Air kan niet de plaats van een buddy innemen. Ga niet duiken als het display er ongebruikelijk of onduidelijk uitziet. Controleer altijd vóór de duik de batterijspanning. Duik niet als de batterij bijna leeg is. Vervang eerst de batterij. Ga nooit binnen 24 uur na uw laatste duik vliegen of wacht in ieder geval tot het symbool van het vliegverbod van het display is verdwenen. Duik nooit dieper dan 40 meter (130 ft) en maak nooit decompressieduiken met de Nemo Air tenzij u gebrevetteerd bent (IANTD, NAUI, PADI-DSAT, PSA, SSI, TDI, enz.) voor het maken van diepe recreatieve duiken naar diepten van meer dan 40 meter (130 ft) en de risico s volledig begrijpt en de vaardigheden die voor dit soort duiken vereist zijn, volledig beheerst. Dit type duik brengt een grotere kans op een decompressieandoening met zich mee, ook voor de hoogst gebrevetteerde, ervaren duikers en ongeacht de gebruikte instrumenten of computer. Als u een dergelijke duik wilt maken, dient u hiervoor goed opgeleid te zijn en over de nodige ervaring te beschikken. 3

4 Nemo Air duikcomputer Mares raadt duikers aan nooit dieper te duiken dan de maximaal toegestane diepte waarvoor zij zijn opgeleid. Dieper duiken dan 40 meter of duiken voorbij de geendecompressielimiet verhoogt het risico op decompressieziekte aanzienlijk. Stijg altijd enkele minuten voor het bereiken van de niet-decompressielimiet op en geef uzelf een ruime veiligheidsmarge, vooral bij het duiken in koud water, herhalingsduiken dieper dan 18 meter of bij iedere duik waarbij sprake is van zware inspanning. Indien u zich daar niet aan houdt, loopt u een verhoogd risico van decompressieziekte. Gebruik een duikcomputer NOOIT voor herhalingsduiken met een zogenaamd rechthoekig profiel (duiken waarbij u de meeste tijd op dezelfde diepte doorbrengt) dieper dan 18 meter. Dat is een onveilige vorm van duiken waarmee de kans op decompressieziekte vele malen hoger is ongeacht de informatie die de Nemo Air u geeft. Controleer voor u gaat duiken of de juiste eenheden zijn ingesteld. Een onjuiste instelling kan leiden tot verwarring met als gevolg dat u onder water fouten maakt. Duik alleen in een bergmeer als u heeft gecontroleerd of het juiste hoogteprogramma is geselecteerd. Voor een veilig gebruik van de Nemo Air raadt Mares u aan naast een duikcomputer ook een dieptemeter, onderwatermanometer, timer of horloge en duiktabellen te gebruiken. Als u duikt bij slecht zicht, kunt u het scherm van de computer mogelijk niet aflezen. Uw duikveiligheid kan alleen vergroot worden met een goede voorbereiding en opleiding. Mares raadt u dan ook aan de duikcomputer pas te gebruiken als u een gespecialiseerde opleiding in het gebruik van duikcomputers heeft gevolgd. Ook raadt Mares u aan onderstaande gedragsregels strikt op te volgen: VERANTWOORD DUIKGEDRAG Plan uw duik altijd zorgvuldig. Overschrijd nooit uw persoonlijke grenzen of de beperkingen van uw ervarings- en opleidingsniveau. Ga aan het begin van uw duik naar het diepste punt van de duik. Kijk tijdens de duik regelmatig op uw computer. Houd u aan de maximale opstijgsnelheid die de computer aangeeft. Maak aan het einde van de duik tussen 6 en 3 meter diepte altijd een veiligheidsstop van minimaal 3 minuten. Stijg na de veiligheidsstop zeer langzaam op naar de oppervlakte. Voorkom het jojo-effect (herhaaldelijk opstijgen en afdalen). Vermijd zware inspanning tijdens de duik en nog zeker een half uur na de opstijging. Wanneer u in koud water duikt of de duik de nodige inspanning kost, begin dan ruim voordat u de niet-decompressielimieten bereikt, aan de opstijging. Verleng in het geval van een decompressieduik voor de veiligheid de laatste decompressiestop. Houd in het geval van herhalingsduiken een oppervlakte-interval van minimaal 2 uur aan. Plan de diepste duik in een serie herhalingsduiken als eerste en maak iedere volgende duik naar een geringere diepte. Ga pas weer duiken als de computer aangeeft dat u geen reststikstof meer in uw lichaam heeft. Als u meerdere dagen achtereenvolgens herhalingsduiken maakt, ga dan minimaal één dag per week niet duiken. Maakt u decompressieduiken, dan wordt aangeraden om na drie dagen een dag zonder duiken in te lassen. Plan geen decompressieduiken en duik niet dieper dan 40 meter (130 ft) tenzij u voor dit type technische duiken bent opgeleid. Maak geen duiken dieper dan 18 meter (60 ft) waarbij u het grootste deel van de duiktijd op de maximale diepte doorbrengt. Wacht altijd tot 12 uur en bij voorkeur 24 uur na een duik voordat u weer gaat vliegen (in overeenstemming met de richtlijnen van Divers Alert Network). Vliegen na het duiken Mares duikcomputers geven de volgende informatie: Enkele geen-decompressieduik: aanbevolen wordt minimaal 12 uur niet te vliegen Een enkele duik met decompressiestops: aanbevolen wordt minimaal 24 uur niet te vliegen Herhalingsduiken: aanbevolen wordt minimaal 24 uur niet te vliegen HOE WERKT DE NEMO AIR DUIKCOMPUTER? De Nemo Air heeft 10 modi die allemaal herkenbaar zijn aan een symbool en het bijbehorende label. In afbeelding 1 ziet u de 10 modi in het hoofdmenu plus hun symbool: AFB. 1 Dive [Duik] Set Dive [Duik instellen] Set Tank [Fles instellen] Set Alarm [Alarm instellen] Set Watch [Tijd instellen] Time [Tijd] System [Systeem] Planning Logbook [Logboek] PC Link [Pc-koppeling] Druk op een willekeurige knop om de Nemo Air aan te zetten. Het Mares logo verschijnt, gevolgd door het welkomstbericht dat u kunt overslaan door op een knop te drukken. Na het bericht wordt de modus DIVE geopend (afb. 2). AFB. 2 Met behulp van de drie knoppen kunt u eenvoudig door de functies van de computer navigeren. HOE WERKEN DE KNOPPEN? De knoppen werken in elke modus hetzelfde (afb. 3). AFB. 3 knop <+>, aan de rechterkant: vooruit. knop <->, aan de linkerkant: achteruit. knop <CENTRAL>, in het midden: deze knop heeft meerdere functies. - functie <OK>: druk op de knop om uw selectie te bevestigen. - knop <ESC>: houd de knop ingedrukt om naar de voorgaande stap terug te keren. 4

5 - functie <LIGHT>: houd de knop minimaal twee seconden ingedrukt. Als u tijdens de duik op <CENTRAL> drukt, gaat de displayverlichting tijdelijk aan. DE BATTERIJSPANNING CONTROLEREN De Nemo Air controleert regelmatig de batterijspanning. U kunt de spanning bekijken in het menu SYSTEM in het grafisch deel van het display (afb. 4). BATTERY: OK; BATTERY: LO1; BATTERY: LO2. AFB. 4 Als een lage batterijspanning wordt vastgesteld (LO1), licht het batterijsymbool op en wordt de displayverlichting uitgeschakeld. Als dit symbool verschijnt, dient u de batterij zo snel mogelijk te vervangen. Als de verlichting vanwege de lage temperatuur is uitgeschakeld, kunt u de batterijstatus opnieuw controleren in de modus STATUS. Als het batterijsymbool verdwijnt, is de verlichtingfunctie weer ingeschakeld. Als de spanning minimaal is (LO2), blijft het batterijsymbool op het display staan en knippert het. Alle functies van de Nemo Air worden uitgeschakeld en u kunt alleen het menu SYSTEM openen. Als de batterijspanning de minimale waarde (LO2) bereikt, kunt u uitsluitend nog door het menu SYSTEM lopen. Als u de batterijspanning nogmaals controleert en deze gewijzigd is, werkt de Nemo Air weer zoals gebruikelijk. Als de computer langere tijd niet is gebruikt, raden wij u aan de batterijspanning te controleren en indien nodig de batterij te vervangen. DISPLAYVERLICHTING Zo schakelt u de displayverlichting (circa 8 seconden) in: in een niet-duikmodus houdt u de knop <CENTRAL> minimaal twee seconden ingedrukt; in een duikmodus drukt u op de knop <CENTRAL>. De temperatuur is zeker van invloed op de batterijspanning. Het symbool dat aangeeft dat de batterij bijna leeg is, kan worden weergegeven bij een lage temperatuur, ook als de spanning voldoende is. In dat geval wordt de displayverlichting uitgeschakeld. Wij raden u aan de batterij te vervangen als u van plan bent om in koud water te gaan duiken. AUTOMATISCH UITSCHAKELEN Als u de Nemo Air een bepaalde tijd niet bedient, zal deze zichzelf uitschakelen. Hoeveel tijd er verstrijkt voordat de computer wordt uitgeschakeld, is afhankelijk van de gebruiksmodus die op dat moment actief is. PARAMETERS VAN DE NEMO AIR DUIKCOMPUTER INSTELLEN STANDAARDINSTELLINGEN Duikmodus: lucht water: zoet hoogte: m ( ft); P-factor: PF0 Eenheden: metrisch Eenheden fles: bar/liter Alarm luchtvoorraad H: UIT Luchtvoorraad L: 50 bar (725 psi) Flesinhoud: 10,0 liter Akoestische waarschuwingen: AAN Alarm snelle opstijging: AAN Tijdweergave (12 uur-24 uur): 24 uur Contrast:03 toetsgeluid: AAN De Nemo Air heeft 4 menu s waarin u handige parameters voor de duik kunt instellen. Deze menu s zijn (afb. 5): AFB. 5 Het eerste menu is SET DIVE, waar u kunt instellen wat voor duik u wilt maken. 1. Set Dive 1.1. modus: AIR-EAN-BT zuurstofpercentage in het ademmengsel (alleen EAN) maximale PPO 2 (alleen EAN) 1.2. water: zoet/zout 1.3. hoogte (alleen AIR en EAN) 1.4. persoonlijke correctiefactor (alleen Air en EAN) Als u het menu SET DIVE wilt openen, houdt u de knop <CENTRAL> ingedrukt. Het menu MODE wordt geopend en de laatst gebruikte modus knippert: AIR EAN BOTTOM TIME Met de toetsen <+> en <-> kunt u het gewenste duiktype selecteren. Met de knop <CENTRAL> bevestigt u uw keuze. U kunt nu de parameters van de geselecteerde duik wijzigen. Deze instellingen kunnen tijdens de duik niet gewijzigd worden. Aanbevolen wordt om vóór elke duik alle wijzigingen te controleren. MODE: AIR Dit onderdeel gaat over duiken die worden gemaakt met lucht. Als u een duik met nitrox heeft gemaakt en een herhalingsduik met lucht wilt maken, stel de computer dan in op EAN met een O 2-percentage van 21%. Op deze manier zet de computer de berekening van het CNS-percentage voort. U kunt de volgende parameters instellen: water (zout/zoet water); hoogte; persoonlijke correctiefactor. Als u als type duik AIR wilt selecteren, drukt u op <CENTRAL> zodra MODE:AIR verschijnt en begint te knipperen. WATER (waterselectie) Voor een optimale nauwkeurigheid stelt u de Nemo Air in voor zoet water ( FRESH ) of voor zout water ( SALT ). Controleer deze instelling regelmatig, zeker als u het instrument niet altijd onder dezelfde omstandigheden gebruikt (meer, zee, zwembad). Wanneer u deze instelling opent, gaat het geselecteerde watertype knipperen. Selecteer met de knoppen <+> en <-> in welk type water u gaat duiken. Druk op de knop <CENTRAL> om de instelling op te slaan en verder te gaan met de hoogte. ALT (hoogte) De volgende hoogteprogramma s zijn beschikbaar: m ( ft); m ( ft); m ( ft); m ( ft). Het huidige hoogteprogramma knippert (afb. 6). 5

6 Nemo Air duikcomputer AFB. 6 Met de knoppen <+> en <-> kunt u het gewenste hoogteprogramma instellen. Druk op de knop <CENTRAL> om de nieuwe instelling op te slaan en verder te gaan met de volgende parameter. Als u in een bergmeer gaat duiken, controleert u dan voorafgaand aan de duik of u het juiste hoogteprogramma heeft ingesteld. In de modus EAN kunt u de volgende instellingen wijzigen: zuurstofpercentage (%O 2) van het ademmengsel; maximale partiële zuurstofdruk (PPO 2); watertype; hoogte; persoonlijke correctiefactor. Als u deze duikmodus wilt instellen, drukt u op de knop <CENTRAL> zodra EAN gaat knipperen. %O 2 (zuurstofpercentage) Het percentage zuurstof in het mengsel kan worden ingesteld tussen 21% en 50%, in stappen van 1%. Het huidige zuurstofpercentage knippert (afb. 8). Het gebruik van zuurstofrijkte lucht stelt de duiker bloot aan andere gevaren dan het gebruik van perslucht. U moet zich bewust zijn van deze gevaren en weten hoe u ze kunt vermijden. Gebruik geen ademmengsels met een zuurstofpercentage boven de 50%. Het is van groot belang dat u het zuurstofpercentage in het ademmengsel juist instelt zodat de computer u de juiste informatie geeft over: resterende niet-decompressietijd; duur van de decompressiestops; waarschuwing bij overschrijding van de maximaal toegestane PPO 2-waarde. PFACTOR (persoonlijke correctiefactor) In de Nemo Air kunt u een extra persoonlijke veiligheidsmarge instellen. Deze marge is geschikt voor onervaren duikers of voor duikers die van plan zijn inspannende duiken te maken. In het programma PF0 is geen sprake van extra veiligheid. Als u PF1 of PF2 instelt, ziet u tijdens de duik één van deze twee symbolen waarmee wordt aangegeven welke persoonlijke factor ingesteld en ingeschakeld is. Het huidige persoonlijke veiligheidsprogramma, PF0, PF1 of PF2, knippert (afb. 7): AFB. 8 Met de knoppen <+> en <-> kunt u de gewenste waarde instellen. Druk op de knop <CENTRAL> om de nieuwe instelling op te slaan en verder te gaan met de volgende parameter. ppo 2 (Maximale partiële zuurstofdruk) De Nemo Air genereert een alarm waarmee de duiker gewaarschuwd wordt zodra de partiële zuurstofdruk de ingestelde limiet bereikt. Deze limiet varieert van 1,2 bar tot 1,6 bar, in stappen van 0,1 bar. Als u deze instelling opent, knippert de laatst gebruikte waarde. MODE:BOTTOM TIME Hier kunt u uitsluitend de optie WATER instellen, zoals hiervoor al werd beschreven. Als u de duikmodus BOTTOM TIME wilt instellen, drukt u op de knop <CENTRAL> zodra BTIME gaat knipperen. SET TANK In dit menu kunt u de parameters van de gebruikte fles instellen: 1. Set Tank 1.1. meeteenheden: bar-liter/psi-cubic feet 1.2. eerste alarm: de grenswaarde voor de luchtvoorraad kan worden ingesteld tussen 80 bar (1160 psi) en 120 bar (1740 psi) tweede alarm: de grenswaarde voor de luchtvoorraad kan worden ingesteld tussen 50 bar (725 psi) en 70 bar (1015 psi) flesinhoud Als u het menu SET TANK wilt openen, houdt u de knop <CENTRAL> ingedrukt. AFB. 7 Met de knoppen <+> en <-> kunt u het gewenste veiligheidsprogramma kiezen. Druk op de knop <CENTRAL> om de nieuwe instelling op te slaan en terug te keren naar het menu SET DIVE. MODE: EAN Dit onderdeel gaat over duiken met zuurstofrijke mengsels. Wij raden u aan eerst het onderdeel MODE: AIR te lezen voordat u verdergaat. AFB. 9 Als deze waarde wordt gewijzigd, geeft de Nemo Air de maximale duikdiepte weer behorende bij het zuurstofpercentage en de maximale partiële druk die zijn geprogrammeerd (afb. 9). Met de knoppen <+> en <-> kunt u de gewenste waarde instellen. Druk op de knop <CENTRAL> om de nieuwe instelling op te slaan en ga verder met de volgende instellingen die al werden besproken onder AIR: WATER; ALT (hoogte); PFACTOR (persoonlijke correctiefactor). UNITS (meeteenheid voor de fles) Hier kunt u instellen welke meeteenheid u wilt gebruiken: units:psi-cubic feet; units:bar-liters. Als u de instelling opent, knippert de meeteenheid van de flesinhoud (afb. 10). 6

7 RESERVE L (minimale voorraad) De waarde kan worden ingesteld tussen 50 bar (725 psi) en 70 bar (1015 psi) in stappen van 10 bar (145 psi). De standaardwaarde is 50 bar (725 psi) (afb. 13). AFB. 10 Met de knop <+> of <-> kunt u de instelling wijzigen. Druk op de knop <CENTRAL> om uw keuze op te slaan en verder te gaan met de volgende instelling. ALARM LUCHTVOORRAAD In de Nemo Air kunt u twee verschillende drempels instellen voor een minimale luchtvoorraad. Als de drempels worden bereikt, krijgt u een akoestische waarschuwing en wordt dit ook op het display aangegeven. De eerste drempel die kan worden ingesteld, is: RESERVE H De waarde voor dit eerste alarm kan worden ingesteld tussen 80 bar (1160 psi) en 120 bar (1740 psi) in stappen van 10 bar (145 psi). U kunt het alarm ook uitschakelen. Als u deze instelling opent, knippert de waarde die voor de luchtvoorraad is geselecteerd. De standaardwaarde is 100 bar (1450 psi). Deze waarde kan in stappen van 10 bar (145 psi) worden gewijzigd met behulp van de knoppen <+> en <-> (afb. 11). U kunt het alarm ook uitschakelen. AFB. 11 Druk op <ENTER> om uw keuze op te slaan en verder te gaan naar de volgende instelling. Als u de geprogrammeerde drempel tijdens de duik overschrijdt, klinkt er een akoestisch alarm en knippert de waarde van de druk. Het optische alarm wordt in de oppervlaktemodus uitgeschakeld (afb. 12). AFB. 13 Als de flesdruk tijdens de duik onder de ingestelde waarde zakt, hoort u een aanhoudend akoestisch alarm, verschijnt het woord DANGER [GEVAAR] op het scherm (afb. 14) en gaat de waarde van de flesdruk knipperen. U schakelt het alarm uit door op een willekeurige knop te drukken. Als de flesdruk onder 30 bar (450 psi) zakt, wordt het alarm opnieuw geactiveerd. Ook nu schakelt u het alarm uit door op een willekeurige knop te drukken. AFB. 14 Met de knoppen <+> en <-> kunt u de waarde in stappen van 10 bar (145 psi) wijzigen. Druk op de knop <CENTRAL> om de nieuwe instelling op te slaan en verder te gaan met de volgende parameter. VOL (flesinhoud) Hier kunt u de flesinhoud instellen. Eerder al stelde u de meeteenheid in; hier kunt u de inhoud opgeven (afb. 15): liter - bar: voer de inhoud van de fles in liters in (0-39,9 liter). AFB AFB In dit geval moet de theoretische druk (in psi) worden ingesteld zodat de nominale capaciteit in cu.ft wordt aangegeven. Ga niet af op de druk die u van het instrument afleest. Voorbeeld: fles van 80 cu.ft. voor 3000 psi. Zelfs al is de fles gevuld tot een druk anders dan 3000 psi, stelt u op de Nemo Air 3000 psi in. Bovenstaande instellingen wijzigt u als volgt: Het getal van de eenheden knippert. Stel met de knoppen <+> en <-> de gewenste waarde in en druk op <CENTRAL> om de instelling op te slaan en verder te gaan met het volgende getal. Het tiental knippert. Stel met de knoppen <+> en <-> de gewenste waarde in en druk op <CENTRAL> om de instelling op te slaan en verder te gaan met het volgende getal. Het honderdtal knippert. Stel met de knoppen <+> en <-> de gewenste waarde in en druk op <CENTRAL> om de instelling op te slaan en verder te gaan met het volgende getal. Het duizendtal (psi) knippert. Met de knoppen <+> en <-> stelt u de gewenste waarde in. Als de ingevoerde waarde juist is, drukt u op <CENTRAL> om de instelling op te slaan en terug te keren naar het menu SET TANK. Is de waarde niet juist, dan herhaalt u bovenstaande stappen met behulp van de knoppen <+> en <->. Het is belangrijk dat u de juiste flesinhoud instelt. Alleen dan kan het luchtverbruik juist berekend worden. AFB. 12 AFB. 15 cubic feet - psi: voer de inhoud van de fles in cubic feet in (0-399 cu.ft.) en vervolgens de nominale druk in psi ( psi) (afb en 15-2). SET ALARM In dit menu kunt u de diverse waarschuwingen die tijdens de duik kunnen worden gegenereerd, in- of uitschakelen. 1. Set Alarm 1.1. audio: on/off; 1.2. fast asc: on/off (alleen AIR en EAN). Als u het menu SET ALARM wilt openen, houdt u de knop <CENTRAL> ingedrukt. 7

8 Nemo Air duikcomputer AUDIO (geluid activeren) Met deze functie zet u de akoestische waarschuwingen aan of uit. De huidige instelling wordt weergegeven: ON of OFF knippert. Met de knoppen <+> en <-> kunt u alle akoestische waarschuwingen in- of uitschakelen. Druk op <CENTRAL> om de wijzigingen op te slaan en door te gaan naar de volgende instelling. Het alarm waarmee indien van toepassing een diepe stop wordt aangegeven, is altijd ingeschakeld. Het alarm voor de luchtvoorraad is altijd ingeschakeld. De akoestische waarschuwingen mogen uitsluitend worden uitgeschakeld door zeer ervaren duikers die de volledige verantwoording voor de gevolgen van deze actie aanvaarden. FAST ASC (ongecontroleerde opstijging) Met deze functie zet u de waarschuwing Stop in het geval van een ongecontroleerde opstijging aan of uit. Hiermee kunt u voorkomen dat de duikcomputer na een snelle opstijging geblokkeerd wordt. Deze functie is handig voor instructeurs die met cursisten noodopstijgingen oefenen. De huidige instelling wordt weergegeven: ON [Aan] of OFF [Uit] knippert. Met de knoppen <+> en <-> kunt u de gewenste waarde instellen. Druk op de knop <CENTRAL> om de nieuwe instelling op te slaan en terug te keren naar het menu SET ALARM. Een hoge opstijgsnelheid vergroot de kans op decompressieziekte aanzienlijk. Deze functie is alleen bedoeld voor zeer ervaren duikers die zelf de volledige verantwoording aanvaarden voor de gevolgen van uitschakeling van de Stop - functie tijdens een ongecontroleerde opstijging. U kunt de volgende instellingen aanpassen: jaar; maand; dag; tijdweergave (12 uur-24 uur); uur; minuten. De cijfers van het jaar gaan als eerste knipperen (afbeelding16). AFB. 16 Met de knoppen <+> en <-> kunt u de waarden wijzigen. Druk de knop kort in om de waarde steeds met één eenheid te wijzigen of houd de knop ingedrukt om sneller door de waarden te lopen. Druk op de knop <CENTRAL> om de nieuwe instelling op te slaan en verder te gaan met de volgende. Wijzigen en opslaan is voor alle instellingen gelijk. Als u klaar bent met wijzigen, keert u terug naar het menu SET WATCH. DUIKEN MET DE NEMO AIR Met de Nemo Air beschikt u over de volgende duikmodi: AIR EAN BOTTOM TIME (dieptemeter) Om de functies van de Nemo Air gedurende de duik overzichtelijk te houden zijn alle displays in vier fasen onderverdeeld: PREDIVE DIVE SURFACING SURFACE Als u de modus PREDIVE wilt openen, drukt u op de knop <CENTRAL> wanneer de volgende tekst in het grafische deel van het scherm verschijnt: Wij raden u aan de Nemo Air altijd in de modus PREDIVE te zetten als u gaat duiken. LUCHTVERBRUIK Het luchtverbruik wordt om de 20 seconden bijgewerkt. De informatie wordt vereenvoudigd weergegeven zodat deze beter te begrijpen is. Voorbeeld: een duiker die normaal aan de oppervlakte 15 liter per minuut verbruikt, zou bij gelijkblijvend luchtverbruik op 10 meter 30 liter per minuut verbruiken, terwijl dit op 30 meter al 60 liter/minuut zou zijn. Hoewel deze meting correct is, heeft een duiker meer aan een diepte-onafhankelijke weergave van zijn luchtverbruik. In bovenstaand voorbeeld geeft het instrument dan ook ongeacht de diepte 15 liter per minuut weer. WAARSCHUWING BIJ LAGE FLESDRUK Als de flesdruk daalt tot onder de 100 bar of de ingestelde waarde (RESERVE H), krijgt u een korte akoestische waarschuwing en knippert de waarde in het scherm. Zakt de flesdruk onder de 50 bar of de ingestelde waarde (RESERVE L), dan hoort u een aanhoudend alarm en wordt het woord DANGER [GEVAAR] weergegeven. Als u op een willekeurige knop drukt, wordt het alarm gewist. Als de flesdruk onder 30 bar (450 psi) zakt, wordt het alarm opnieuw geactiveerd. Ook nu schakelt u het alarm uit door op een willekeurige knop te drukken. DIVE AIR: PREDIVE - AIR De computer blijft in deze stand staan totdat de duiker dieper dan 1,2 meter (4 ft) komt. De volgende gegevens worden weergegeven (afb. 17): type duik (AIR); meeteenheid (m- C of ft- F); type water (Salt [zout], Fresh [zoet]); hoogteprogramma (mits ingeschakeld) en niveau; persoonlijke correctiefactor (mits ingeschakeld) en niveau; afwisselend de flesdruk in bar of psi en de flesinhoud in liters of cubic feet. SET WATCH (tijd instellen) In dit menu kunt u datum en tijd in de Nemo Air instellen. Druk op <CENTRAL> om het menu SET WATCH te openen. Controleer aan het begin van de duik altijd of de duikcomputer is ingeschakeld. AFB. 17 Als u deze modus wilt verlaten en naar het hoofdmenu terug wilt keren, houdt u de knop <CENTRAL> ingedrukt. 8

9 Zelfs al heeft u de flesinhoud onder SET TANK in liters met decimalen ingesteld, wordt de inhoud altijd in liters zonder decimalen weergegeven. De berekeningen van het luchtverbruik zijn gebaseerd op de ingestelde inhoud. Als u meer dan tien minuten in de modus PREDIVE bent en de knop niet indrukt, wordt de Nemo Air uitgeschakeld. Aanbevolen wordt om vóór elke duik de parameters te controleren. DIVE - AIR: NIET-DECOMPRESSIEDUIK Zodra u onder de 1,2 meter (4 ft) komt, schakelt de Nemo Air over naar de modus DIVE en worden er gegevens van de duik weergegeven. Als de computer langer dan 20 seconden in deze modus blijft staan, worden de gegevens van de duik in het logboek opgeslagen. De volgende gegevens worden weergegeven (afb. 18): AFB. 18 huidige diepte (in m of ft ); resterende niet decompressietijd in minuten; symbool NO DECO; symbool DEEPSTOP (indien actief); symbolen voor het hoogteprogramma en persoonlijke correctiefactor (mits ingeschakeld); temperatuur (in C of in F); totale duur van de duik (DIVE TIME); opstijgsnelheid, analoog en digitaal; flesdruk in bar of psi; resterende luchttijd op de huidige diepte in minuten; luchtverbruik in liters/min or cubic feet/min. In deze modus hebben de knoppen <+> en <-> dezelfde functie: als u op één van de knoppen drukt, wordt de volgende informatie enkele seconden weergegeven (afb. 19): AFB. 19 de maximaal bereikte diepte; huidige tijd; huidige temperatuur; toepassing van het symbool PLAN DEEPSTOP en het niveau DEEPSTOP (indien actief); opstijgsnelheid, analoog en digitaal; flesdruk in bar of psi; resterende luchttijd op de huidige diepte in minuten; luchtverbruik in liters/min or cubic feet/min. Als u de displayverlichting wilt inschakelen, drukt u op de knop <CENTRAL>. Als u de toets <+> of <-> enkele seconden ingedrukt houdt, worden de instellingen van de duik tijdelijk weergegeven. Als u tijdens de duik op de knop <+> of <-> drukt, geeft de Nemo Air kort de geschatte diepte van de diepe stop weer. De gegevens die tijdens de opstijging worden weergegeven, kunnen als gevolg van het gedrag van de duiker variëren. U moet tijdens de opstijging goed het display in de gaten houden voor de laatste informatie over de verwachte stop. DIVE - AIR: DECOMPRESSIEDUIK Als de duiker niet opstijgt wanneer de resterende tijd is verstreken, schakelt de Nemo Air over naar de modus decompressiestop, die wordt aangegeven met de melding DECO en een akoestisch alarm. In deze modus worden de volgende gegevens weergegeven (afb. 20): AFB. 20 symbool DECO; huidige diepte (in m of ft ); diepte van diepste decompressiestop (in m of ft ); duur van de diepste decompressiestop; symbolen voor het hoogteprogramma en persoonlijke correctiefactor (mits ingeschakeld); totale duur van de duik (DIVE TIME) in minuten; opstijgtijd in minuten; symbool DEEPSTOP (indien actief); opstijgsnelheid, analoog en digitaal; flesdruk in bar of psi; resterende luchttijd op de huidige diepte in minuten; luchtverbruik in liters/min of cubic feet/min. In deze modus hebben de knoppen <+> en <-> dezelfde functie: als u op één van de knoppen drukt, wordt de volgende informatie enkele seconden weergegeven (afb. 21): AFB. 21 de maximaal bereikte diepte; huidige tijd; toepassing van het symbool PLAN DEEPSTOP en het niveau DEEPSTOP (indien actief); opstijgsnelheid, analoog en digitaal; temperatuur (in C of in F); flesdruk in bar of psi; resterende luchttijd op de huidige diepte in minuten; luchtverbruik in liters/min of cubic feet/min. Als u de toets <+> of <-> enkele seconden ingedrukt houdt, worden de instellingen van de duik tijdelijk weergegeven. Als de resterende niet-decompressietijd één minuut is, krijgt u een akoestische waarschuwing dat u op het punt staat de niet-decompressielimieten te overschrijden. ASC TIME (OPSTIJGTIJD) De opstijgtijd is de som van: de duur van de diverse decompressiestops; de tijd die u nodig heeft om met een gemiddelde snelheid van 10 meter (32 ft) per minuut op te stijgen. DIEPE STOPS indien van toepassing. DECOMPRESSIESTOPS De Nemo Air controleert ook of de decompressiestops juist worden gemaakt: met twee symbolen wordt aangegeven welke actie de duiker moet ondernemen (afb. 22). AFB. 22 driehoekjes: de juiste diepte voor de decompressiestop; een omhoog wijzend driehoekje: u zit nog onder de diepte van de decompressiestop, stijg verder op; een omlaag wijzend driehoekje: u zit minder diep dan de diepte van de decompressiestop, daal af. Als de diepte van de decompressiestop met meer dan 30 cm wordt overschreden, gaat het driehoekje omlaag knipperen; als de overschrijding meer dan 1 meter bedraagt, knippert het en klinkt er een akoestisch alarm. Deze waarschuwingen blijven actief totdat u weer op de juiste diepte zit. 9

10 Nemo Air duikcomputer Als u een decompressiestop negeert en de computer een waarschuwing afgeeft, wordt ook de desaturatie in de gesimuleerde weefsels stopgezet. Dit wordt weer hervat zodra u bent teruggekeerd naar de juiste diepte van de decompressiestop. Stijg nooit op tot boven het aangegeven decompressieplafond! Als u de diepte van de decostop gedurende drie minuten met meer dan een meter overschrijdt, schakelt de computer naar de modus Genegeerde stop en wordt het bijbehorende symbool weergegeven. Als u na de duik en voordat de 24 uur zijn verstreken, weer wilt duiken, werkt de Nemo Air uitsluitend als dieptemeter en timer (BOTTOM TIME mode) en worden de fouten weergegeven. DIEPE STOPS Om de kans op microbelletjes te beperken last de Nemo Air in het geval van decompressieduiken of duiken die de nietdecompressielimiet naderen, een aantal stops van één minuut in dieper water in, afhankelijk van het duikprofiel. Als dit het geval is, geeft de Nemo Air het symbool DEEPSTOP weer (afb. 23). AFB. 23 In dit display wordt aangegeven dat er tijdens de opstijging een diepe stop moet worden gemaakt. Zodra de duiker de diepte van de diepe stop nadert, geeft de Nemo Air een akoestische waarschuwing en wordt aangegeven hoe lang de duik op de diepte van de stop moet blijven (afb. 24). In deze modus wordt de opstijgsnelheid uitsluitend analoog weergegeven. AFB. 24 Er kan sprake zijn van meer dan één diepe stop tijdens een duik. Dit is afhankelijk van het duikprofiel en het type decompressie. Als u tijdens een duik met de Nemo Air terwijl het symbool DEEPSTOP wordt weergegeven, op de knop <+> of <-> drukt, ziet u kort de diepte van de vereiste stop. DIVE - AIR: OPSTIJGEN Een hoge opstijgsnelheid vergroot de kans op decompressieziekte aanzienlijk. Alleen zeer ervaren duikers die de volle verantwoordelijkheid accepteren voor de gevolgen van hun actie, mogen de functie STOP bij een ongecontroleerde opstijging uitschakelen. Zodra de duiker opstijgt, activeert de Nemo Air het algoritme voor controle over de opstijgsnelheid. De waarde wordt zowel in m/ min (ft/min) als grafisch weergegeven (afb. 25). AFB. 25 Als de opstijgsnelheid hoger is dan 120% van de optimale waarde van 10 m/min (33 ft/min), verschijnt het woord SLOW [LANGZAAM]. De Nemo Air geeft een akoestische waarschuwing die aanhoudt totdat de opstijgsnelheid weer onder de maximaal toelaatbare snelheid zakt. Zodra het akoestische signaal klinkt, controleert de computer of er sprake is van een ongecontroleerde opstijging. Een opstijging wordt beschouwd als ongecontroleerd wanneer de opstijgsnelheid gedurende minimaal 2/3 van de totale opstijging te hoog was. Dit gebeurt uitsluitend indien het alarm dieper dan 12 meter (39 ft) afgaat. Wanneer er sprake is van een ongecontroleerde opstijging, schakelt de Nemo Air aan de oppervlakte de lucht- en nitroxfuncties van de modus DIVE uit en functioneert de computer alleen nog als timer en dieptemeter (BOTTOM TIME). De stopfunctie in geval van een ongecontroleerde opstijging kan worden uitgeschakeld in het menu SET ALARM. VeiligheidSSTOP Als de maximale diepte van een duik meer dan 10 meter is, wordt tijdens de opstijging een veiligheidsstop aangegeven. De Nemo Air raadt duikers aan tussen 2,5 en 6 meter (8 en 19 ft) een veiligheidsstop van 3 minuten te maken, en geeft de woorden SAFE STOP weer. Een teller laat zien hoe lang de stop nog moet duren (afb. 26). In deze modus wordt de opstijgsnelheid uitsluitend analoog weergegeven. AFB. 26 Als u buiten bovenstaand bereik komt, wordt de teller van de veiligheidsstop tijdelijk stopgezet. Zodra u zich weer binnen het bereik van de veiligheidsstop begeeft, telt de teller van de veiligheidsstop door waar deze gebleven was. Komt u weer dieper dan 10 meter (32 ft), dan negeert de teller van de veiligheidsstop de afgebroken stop en wordt er vervolgens weer vanaf 3 minuten afgeteld. In het geval van een decompressieduik verlengt de computer de veiligheidsstop op 3 meter (10 ft) met 3 minuten. De informatie op het display is gedurende de stop hetzelfde als hierboven beschreven. DIVE - AIR: SURFACING Als de gemeten diepte minder is dan 1 meter (3 ft), gaat de Nemo Air ervan uit dat de duik tijdelijk is onderbroken ( SURFACING ) en wordt de divetimer stopgezet. Als u niet binnen 3 minuten opnieuw dieper dan 1,2 meter afdaalt, beschouwt de computer de duik als beëindigd en worden de gegevens in het logboek opgeslagen. Als u wel binnen 3 minuten opnieuw afdaalt, wordt de duik voortgezet en telt de computer verder waar deze was gebleven. Deze gegevens worden weergegeven in de modus SURFACING (afb. 27): AFB. 27 de duur van de duik; de maximale diepte; eventuele symbolen voor incorrect gedrag onder water (genegeerde stop, ongecontroleerde opstijging); flesdruk aan het eind van de duik; gemiddeld luchtverbruik tijdens de duik. Als een duik met lucht of nitrox eindigt met een ongecontroleerde opstijging of genegeerde stop, blokkeert de Nemo Air de modi Dive - AIR en Dive - EAN gedurende 24 uur en is alleen de modus BOTTOM TIME beschikbaar. 10

11 Ga niet vliegen en ga niet naar hoger gelegen gebieden als het symbool voor het vliegverbod op het display staat. De knoppen <+> en <-> werken niet in de modus SURFACING. Als u de displayverlichting wilt inschakelen, drukt u op de knop <CENTRAL>. DIVE - AIR: SURFACE Zodra de duik is beëindigd, schakelt de Nemo Air over van de modus DIVE naar de modus TIME. In deze situatie wordt de volgende informatie weergegeven (afb. 28): perslucht. Daartegenover staat dat u door het hogere zuurstofgehalte blootgesteld wordt aan het gevaar van zuurstofvergiftiging, wat in het algemeen niet voorkomt bij duiken met lucht. In de modus EAN houdt de Nemo Air de zuurstofblootstelling bij op basis van de duiktijd, de diepte en het zuurstofpercentage. Zo kunt u binnen de veilige grenzen voor zuurstofblootstelling blijven. Als u met een nitroxmengsel gaat duiken, moet u eerst de modus EAN instellen onder SET DIVE. De Nemo Air beheert duiken met nitrox op dezelfde manier als duiken met lucht. Dat wil zeggen dat de functies en procedures voor het selecteren van de modus DIVE gelijk zijn. Het enige verschil in het beheer van de twee types duik zijn de instellingen voor de algemene parameters van duiken met nitrox en de weergave van deze parameters naast de gebruikelijke parameters van een duik met lucht (als besproken in voorgaand hoofdstuk). In dit hoofdstuk gaan we in op de algemene parameters van duiken met Nitrox die worden bewaakt door de Nemo Air, en de verschillen in weergave van de gegevens. Het is van groot belang dat u het zuurstofpercentage in het ademmengsel juist instelt zodat de computer u de juiste informatie geeft over: resterende niet-decompressietijd; duur van de decompressiestops; waarschuwing bij overschrijding van de maximaal toegestane PPO 2-waarde. Controleer vóór de duik of u alle parameters voor een duik met nitrox juist heeft ingesteld: zuurstofpercentage in het mengsel en limiet voor de partiële zuurstofdruk, die samen bepalend zijn voor de maximale diepte van de duik. DIVE EAN: DE ALGEMENE PARAMETERS VAN DE DUIK CONTROLEREN PARTIËLE ZUURSTOFDRUK Zodra u een diepte bereikt waarop de PPO 2 de maximaal toegestane waarde als ingesteld (tussen 1,2 en 1,6 bar) overschrijdt, gaat er een alarm af in de vorm van: de diepte gaat knipperen; akoestische waarschuwing. Het alarm houdt aan totdat u zodanig bent opgestegen dat de PPO 2 zich weer onder de geprogrammeerde limiet bevindt. Als u een waarschuwing krijgt dat de u de maximale PPO 2-waarde heeft bereikt, stijg dan direct op totdat de waarschuwing wordt uitgeschakeld. In dit geval moet u de duik beëindigen en terug te keren naar de oppervlakte. Respecteer alle aangegeven decompressie- en veiligheidsstops. Mares raadt u aan de eerste twaalf uur niet te duiken. GEVOLGEN VOOR HET CENTRALE ZENUWSTELSEL Uw blootstelling aan zuurstof wordt gemeten aan de hand van de CNS-klok, die gebaseerd is op de tegenwoordig geaccepteerde limieten die aan blootstelling worden gesteld. Het niveau van blootstelling wordt uitgedrukt in een percentage, het CNS O2%, dat kan variëren van 0% tot 100%. De procentuele waarde wordt in het display weergegeven. Er gaat een alarm af als de waarde boven 75% komt: de waarde gaat knipperen. DIVE EAN: PREDIVE De computer blijft in deze stand staan totdat de duiker dieper dan 1,2 meter (4 ft) komt. De getoonde gegevens ziet u in afbeelding 29. AFB. 28 desaturatietijd (mits deze niet nul is); het symbool NO FLY [vliegverbod]; symbolen voor eventuele fouten die tijdens de duik worden gemaakt (genegeerde stop, ongecontrolleerde opstijging). Met de knoppen <+> en <-> kunt u de volgende informatie bekijken: tijd van het vliegverbod; oppervlakte-intervaltijd; tijd, datum, temperatuur. DIVE EAN: Vanwege het lagere percentage stikstof in het ademmengsel zijn in het geval van zuurstofrijke mengsels langere nietdecompressielimieten mogelijk dan met Het gebruik van met zuurstof verrijkte lucht stelt de duiker bloot aan andere gevaren dan het gebruik van perslucht. U moet zich bewust zijn van deze gevaren en weten hoe u ze kunt vermijden. Alleen duikers die gebrevetteerd zijn voor het duiken met nitrox, mogen de Nemo Air gebruiken voor duiken met zuurstofrijke mengsels (EAN). Bent u niet opgeleid voor dit soort duiken, dan bestaat het risico van ernstig letsel. Wij raden u aan het hoofdstuk over duiken met perslucht goed te lezen voordat u het hoofdstuk over duiken met Nitrox (EAN) doorneemt. AFB. 29 Wij raden u aan vóór iedere duik het menu SET DIVE te openen en alle instellingen, met name de nitroxparameters, te controleren. Wij raden u aan de Nemo Air altijd in de modus PREDIVE te zetten als u gaat duiken. Controleer aan het begin van de duik altijd of de duikcomputer is ingeschakeld. DIVE EAN: NIET-DECOMPRESSIEDUIK Wanneer de duiker afdaalt naar 1,2 meter (4 ft), schakelt de Nemo Air automatisch over naar de modus DIVE en worden de duikgegevens op het display weergegeven. 11

12 Nemo Air duikcomputer Als de Nemo Air langer dan 20 seconden in deze modus blijft staan, worden de gegevens van de duik in het logboek opgeslagen. De getoonde gegevens ziet u in afbeeldingen 30 en 31. Om decompressie met Nitrox te kunnen begrijpen dient u eerst de informatie over decompresieduiken met lucht te lezen. de modus SURFACE - AIR, alleen is de %CNSwaarde toegevoegd (afb. 35). De displays zijn gelijk aan de displays die werden beschreven in het hoofdstuk over duiken met lucht. AFB. 30 De displays zijn gelijk aan de displays die werden beschreven in het hoofdstuk over duiken met lucht. Als u een duik met nitrox heeft gemaakt en een herhalingsduik met lucht wilt maken, stel de computer dan in op EAN met een O 2-percentage van 21%. Op deze manier zet de computer de berekening van het CNSpercentage voort. DIVE EAN: SURFACING Als de gemeten diepte minder is dan 1 meter (3 ft), gaat de Nemo Air ervan uit dat de duik tijdelijk is onderbroken ( SURFACING ) en wordt de divetimer stopgezet. Als u niet binnen 3 minuten opnieuw dieper dan 1,2 meter afdaalt, beschouwt de computer de duik als beëindigd en worden de gegevens in het logboek opgeslagen. Als u wel binnen 3 minuten opnieuw afdaalt, wordt de duik voortgezet en telt de computer verder waar deze was gebleven. De gegevens die worden getoond onder SURFACING, ziet u in afbeelding 34. AFB. 31 Als u de toets <+> of <-> enkele seconden ingedrukt houdt, worden de instellingen van de duik tijdelijk weergegeven. DIVE EAN: DECOMPRESSIEDUIK Als de duiker niet opstijgt wanneer de resterende tijd is verstreken, schakelt de Nemo Air over naar de modus decompressiestop, die wordt aangegeven met de melding DECO en een akoestisch alarm. De gegevens die in deze modus worden getoond, ziet u in afbeeldingen 32 en 33. AFB. 34 Als een duik met lucht of nitrox eindigt met een ongecontroleerde opstijging of genegeerde stop, blokkeert de Nemo Air de modi AIR en EAN gedurende 24 uur en is alleen de modus BOTTOM TIME beschikbaar. AFB. 35 DIVE - BOTTOM TIME (METER) In deze modus functioneert de Nemo Air als een elektronische timer en dieptemeter, maar berekent hij geen niet-decompressielimieten en decostoptijden. De verantwoordelijkheid voor het plannen van niet-decompressielimieten of een adequate decompressie ligt geheel bij de gebruiker. De displays in de modi PREDIVE en SURFACING zijn gelijk aan de displays van duiken met AIR en EAN. DIVE BOTTOM TIME De gegevens die in de modus DIVE worden getoond, ziet u in afbeeldingen 36 en 37. AFB. 32 De knoppen in de modus SURFACING zijn uitgeschakeld. Als u de displayverlichting wilt inschakelen, drukt u op de knop <CENTRAL>. AFB. 36 AFB. 33 Als u de toets <+> of <-> enkele seconden ingedrukt houdt, worden de instellingen van de duik tijdelijk weergegeven. Ga niet vliegen en ga niet naar hoger gelegen gebieden als het symbool voor het vliegverbod op het display staat. DIVE EAN: SURFACE De gegevens die worden weergegeven in de modus SURFACE - EAN, zijn gelijk aan die in AFB

13 Na een duik in de modus BOTTOM TIME kunt u gedurende 24 uur niet overschakelen naar de modi AIR en EAN. (U kunt deze vergrendeling ongedaan maken door het reststikstofgeheugen in de modus SET DIVE - DATA uit te schakelen). Als u het reststikstofgeheugen wist, kunt u de computer niet gebruiken voor herhalingsduiken. Heeft u in de voorafgaande 24 uur al gedoken, ga dan na deze handeling niet met de Nemo Air duiken. DIVE BOTTOM TIME: SURFACE De desaturatietijd en de tijd van het vliegverbod of het reizen naar hoger gelegen gebieden worden op dezelfde manier weergegeven als na duiken in de modus AIR of EAN. BODEMTIJD MET FOUTIEF GEDRAG De volgende fouten kunnen zich voordoen tijdens een duik met lucht of nitrox: ongecontroleerde opstijging; een genegeerde stop. In dit geval blokkeert de Nemo Air de modi AIR en EAN gedurende 24 uur en werkt de computer uitsluitend in de modus BOTTOM TIME. De computer geeft gedurende die tijd de fout van de voorgaande duik weer. De symbolen die bij deze fout horen, worden weergegeven in de modi DIVE, TIME en LOGBOOK. MODUS TIME In het menu TIME kunt u altijd de huidige tijd, datum en temperatuur bekijken. Als u de modus TIME wilt openen, drukt u op de knop <CENTRAL> wanneer de volgende tekst in het grafische deel van het scherm verschijnt: Druk op de knop <CENTRAL> om het menu te openen. U ziet de huidige tijd, datum en temperatuur (afb. 38). 6. System 6.1. contrast 6.2. toetsgeluid 6.3. N2 wissen 6.4. eenheden 6.5. intro 6.6. SN 6.7. FW 6.8. HW 6.9. resetten batterij Als u de modus SYSTEM wilt openen, drukt u op de knop <CENTRAL> zodra de desbetreffende tekst op het display verschijnt: Het eerste item dat u kunt programmeren, is het contrast van het display. Het woord CONTRAST wordt weergegeven en de huidige waarde knippert. CONTRAST Hier kunt u het contrast van het display wijzigen. Deze waarde kan worden gewijzigd met de knoppen <+> en <->. De minimale waarde is 1, de maximale 15 (afb. 39). AFB. 39 Druk op de knop <CENTRAL> om de nieuwe waarde op te slaan en verder te gaan met de volgende instelling. KEY BEEP Hier kunt u het toetsgeluid in- en uitschakelen. Het woord KEYBEEP wordt weergegeven en de ingestelde waarde knippert (afb. 40). De tekst N2erase wordt weergegeven en het woord no [nee] knippert (afb. 41). AFB. 41 Met de knop <+> of <-> kunt u de instelling wijzigen. Als u het geheugen van de reststikstof in de weefselcompartimenten wilt wissen, drukt u de knop <CENTRAL> zodra het woord yes [ja] verschijnt. Om het geheugen van de reststikstof in de weefselcompratimenten daadwerkelijk te wissen, moet u uw keuze bevestigen (afb. 41 1). AFB Als u het geheugen van de reststikstof in de weefselcompartimenten NIET wilt wissen, drukt u de knop <CENTRAL> zodra het woord no [nee] verschijnt. Deze functie is uitsluitend bedoeld voor zeer ervaren duikers. Als u het reststikstofgeheugen wist, kunt u de computer niet gebruiken voor herhalingsduiken. Heeft u in de voorafgaande 24 uur al gedoken, ga dan na deze handeling niet met de Nemo Air duiken. C METERS/ F FEET U kunt zelf kiezen welke eenheid u wilt gebruiken: het metrische ( C en m) of het Engelse stelsel ( F en ft). De eenheid die knippert, is nu geselecteerd (afb. 42). AFB. 38 Druk op <CENTRAL> om naar het menu TIME terug te keren. MODUS SYSTEM In het menu SYSTEM kunt u algemene parameters instellen en wordt belangrijke informatie over de Nemo Air weergegeven: AFB. 40 Met de knoppen <+> en <-> stelt u in of er wel of geen geluid klinkt als er op een knop wordt gedrukt. Druk op de knop <CENTRAL> om de nieuwe waarde op te slaan en verder te gaan met de volgende instelling. N2ERASE Met deze functie wist u het geheugen van de reststikstof in de weefselcompartimenten. AFB. 42 Met de knoppen <+> en <-> kunt u de waarden wijzigen. 13

14 Nemo Air duikcomputer Controleer voor u gaat duiken of de juiste eenheden zijn ingesteld. Een onjuiste instelling kan leiden tot verwarring met als gevolg dat u onder water fouten maakt. INTRO U kunt de introductietekst die verschijnt als de Nemo Air wordt aangezet, in- en uitschakelen. Standaard wordt de introductie weergegeven (afb. 43). AFB. 43 Met de knoppen <+> en <-> kunt u de waarden wijzigen. Druk op de knop <CENTRAL> om de nieuwe instelling op te slaan en verder te gaan met de volgende (afb. 44): Meer informatie over de batterijspanning vondt u in de sectie De batterijspanning controleren. Druk op de knop <CENTRAL> om door de schermen te lopen en uiteindelijk terug te keren in het menu SYSTEM. PLANNING: DE NIET- DECOMPRESSIELIMIETEN BEKIJKEN Met deze functie kunt u door de nietdecompressielimieten lopen, waarbij automatisch rekening wordt gehouden met het huidige reststikstofgehalte in de weefselcompartimenten van de voorgaande duik. Bij de tijden die worden getoond als u door de niet-decompressielimieten heen loopt, is rekening gehouden met de instellingen onder SETDIVE, zoals de modus (AIR of EAN), de hoogte, de persoonlijke factor en in het geval van nitroxduiken met het %O 2 (zuurstofpercentage) en de PPO 2 (maximale partiële zuurstofdruk). In het hoofdmenu kunt u met de knoppen <+> en <-> PLANNING selecteren. Klik op <CENTRAL> om de modus te openen. de duik ervoor, enzovoort, tot het geheugen vol is. Als het geheugen vol is en u gaat opnieuw duiken, wordt de oudste duik verwijderd om geheugen vrij te maken voor de nieuwe duik. Maximale capaciteit van circa 40 duikuren met een registratie-interval van 20 seconden. Als u de modus LOGBOOK wilt openen, selecteert u deze in het hoofdmenu en drukt u op de knop <CENTRAL>. Op de eerste pagina van het logboek staat een overzicht van de duiken met de volgende informatie: de maximaal bereikte diepte; totale duiktijd (uren en minuten); totaalaantal gemaakte duiken koudste gelogde temperatuur. Druk op de knoppen <+> of <-> om de duiken afzonderlijk weer te geven (afb. 46). Druk herhaaldelijk kort op de knop <-> om de diepte met steeds drie meter te verhogen tot maximaal 48 meter (157 ft). Druk op de knop <-> om de diepte in stappen van drie meter te verlagen tot 12 meter (39 ft). Bij iedere diepte ziet u in het display de overeenkomstige niet decompressietijd in minuten. Indien de modus EAN is ingeschakeld, wordt ook het ingestelde zuurstofpercentage getoond (afb. 45). AFB. 46 Wilt u meer gegevens opslaan, beheren en bekijken, maak dan gebruik van een pc met een USB-interface (optioneel). LOG BOOK - DIVE NO. De duiken zijn genummerd, van de meest recente oplopend naar de oudste. De volgende gegevens worden weergegeven (afb. 47): AFB. 44 het serienummer; de versie van de software; de versie van de hardware; het aantal keer dat de batterij is vervangen; de batterijspanning. Als u deze sectie opent, wordt automatisch de batterijspanning gecontroleerd en wordt de tekst battery: check enkele seconden weergegeven. Het resultaat zijn drie mogelijke waarden: - battery: OK; - battery: LO1; - battery: LO2. AFB. 45 In dat geval hangt de maximale diepte af van de waarden die u voor het zuurstofpercentage en de maximale PPO 2 heeft ingesteld. Druk op <CENTRAL> om naar het menu PLANNING terug te keren. U kunt uitsluitend duiken plannen als u de modus AIR of EAN heeft geselecteerd onder SET DIVE. LOG BOOK In de modus LOGBOOK kunt u de gegevens van eerdere duiken op het display bekijken. De duiken zijn georganiseerd als pagina s van een logboek, waarbij nummer 1 is toegekend aan de meest recente duik, 2 aan AFB. 47 type duik (AIR, EAN, BOTTOM TIME); opeenvolgend duiknummer; de startdatum en -tijd van de duik. Druk op de knop <+> of <-> om van de ene duik naar de volgende te gaan. Houd de knop <CENTRAL> ingedrukt om terug naar het hoofdmenu te gaan. Druk op de knop <CENTRAL> om de gegevens van de geselecteerde duik te bekijken. LOG BOOK - TECH DATA In deze modus worden de samengevatte gegevens van elke afzonderlijke duik bekeken (afb. 48): 14

15 AFB. 48 de maximaal bereikte diepte; de duur van de duik; de persoonlijke correctiefactor (alleen AIR, EAN); het geselecteerd hoogteprogramma (alleen AIR en EAN). het no-deco -symbool in geval van een niet-decompressieduik (alleen AIR, EAN) het deco -symbool in geval van een decompressieduik (alleen AIR, EAN) een genegeerde decostop (alleen AIR, EAN); genegeerde decostop (alleen AIR, EAN) type duik: AIR, EAN, BOTTOM TIME; CNS-percentage(alleen bij EAN) laagste gelogde temperatuur; het symbool voor een ongecontroleerde opstijging (alleen AIR, EAN); gemiddeld luchtverbruik liters/min of cubic feet/min; uiteindelijke flesdruk in bar of psi Als u op de knoppen <+> of <-> drukt, worden enkele gegevens vervangen (afb. 49). AFB. 49 maximale opstijgsnelheid, analoog en digitaal; type water (Salt [zout], Fresh [zoet]); O 2-percentage in het ademmengsel (alleen EAN). Druk op de knop <CENTRAL> om het duikprofiel te bekijken. Houd de knop <CENTRAL> ingedrukt om terug te gaan naar het vorige menu. In de modus BOTTOM TIME verwijzen de symbolen van de ongecontroleerde opstijging en genegeerde decostop naar fouten die u tijdens de voorgaande duik heeft begaan. LOG BOOK PROFILE Onder PROFILE kunt u de profielpunten van een duik bekijken die om de 20 seconden worden geregistreerd. Druk eenmaal op de knop <+> om door te gaan naar het volgende profielpunt of houd de knop ingedrukt om door de profielpunten heen te lopen. De volgende gegevens worden in de modus PROFILE weergegeven (geregistreerd aan het eind van de tijdinterval) (afb. 50): AFB. 50 huidige diepte; snelste opstijgsnelheid; de duur van de duik; het deco -symbool in geval van een decompressieduik (alleen AIR, EAN); een genegeerde decostop (alleen AIR, EAN); de persoonlijke correctiefactor (alleen AIR, EAN); het no-deco -symbool in geval van een niet-decompressieduik (alleen AIR, EAN) het geselecteerde hoogteprogramma (alleen AIR, EAN). flesdruk in bar of psi; luchtverbruik in liters/min of cubic feet/min. Druk op <CENTRAL> om naar het vorige menu terug te keren. MODUS PC LINK Met een speciale interface en Windows softwaretoepassing kunt u alle gegevens uit het logboek van de Nemo Air naar een pc versturen. De Nemo Air en de pc communiceren via een speciale USB-interfacemodule (optioneel). Als u gegevens naar de pc wilt verzenden, zet u de Nemo Air eerst in de modus PC LINK. Selecteer met de knoppen <+> of <-> PC LINK in het hoofdmenu. Druk op de knop <CENTRAL>: op het display verschijnt LINK ON [Koppeling actief] (afb. 51). AFB. 51 Plaats de Nemo Air met het display naar boven en sluit de interface aan op de speciale poort. Uitvoerige informatie is beschikbaar in de speciale software die u nodig heeft om met de Nemo Air te communiceren. Voor meer informatie over de mogelijke interactie tussen de Nemo Air en de pc raden wij u aan de desbetreffende pagina op de website te lezen. U kunt de software en updates downloaden van de website. Houd de knop <CENTRAL> ingedrukt om terug te gaan naar het vorige menu. Veelgestelde vragen V: Wat gebeurt er als ik de batterijen na een duik vervang voordat de desaturatietijd verstreken is? A: Het reststikstofgeheugen wordt gewist en de RGBM-berekeningen van eerdere duiken worden afgebroken. De duiker die de computer de vorige duik gebruikte, mag minimaal 24 uur niet duiken. V: Wat gebeurt er als ik een duik begin terwijl de Nemo Air in de modus SYSTEM staat? A: Als de Nemo Air in de modus SYSTEM staat als u aan de duik begint, activeert de computer toch binnen 20 seconden nadat u dieper dan 1,5 meter (5 ft.) bent afgedaald, de modus DIVE. V: Als ik de batterijen vervang, raak ik dan de gegevens in mijn logboek kwijt? A: Nee. V: Wat gebeurt er in het geval van een ongecontroleerde opstijging of genegeerde decompressiestop tijdens een duik in de modi AIR of EAN? A: De Nemo Air schakelt aan het eind van de duik automatisch over naar de modus STOP. De enige duikmodus die in dit geval nog actief is, is BOTTOM TIME. V: Hoe kan ik zien of de modus BOTTOM TIME bewust geactiveerd is of dat deze geforceerd geactiveerd is als gevolg van incorrect gedrag tijdens de vorige duik? A: In het laatste geval worden tijdens de modi DIVE en SURFACE de foutsymbolen weergegeven naast de standaardindicatie BOTTOM TIME. V: Als ik de modus AIR of EAN selecteer na een duik in de modus BOTTOM TIME, hoe gaat dat dan met de nieuwe duik? A: U kunt met de Nemo Air geen duik in de modus AIR of EAN maken binnen 24 uur na een duik in de modus BOTTOM TIME. V: Waarom wordt de modus PLANNING na een duik soms uitgeschakeld? A: Dat gebeurt als u de duik beëindigt na een genegeerde stop of een ongecontroleerde opstijging. In dat geval schakelt de Nemo Air over naar BOTTOM TIME en wordt het gebruik van de modi AIR en EAN EAN gedurende 24 uur geblokkeerd. V: Wat houdt de modus SYSTEM in? A: Als u de Nemo Air in de modus SYSTEM zet, kunt u specifieke informatie bekijken en bepaalde instellingen van de duikcomputer wijzigen. V: Waar kan ik het serienummer van het product vinden? A: In de modus SYSTEM. V: Ik heb al een Iris-interface. Kan ik deze ook met de Nemo Air gebruiken? A:Nee. V: Zijn de drie minuten van de veiligheidsstop meegeteld in de opstijgtijd? A: De drie minuten van de veiligheidsstop zijn niet meegerekend in de opstijgtijd. V: Wat is een diepe stop? A: Om de kans op microbelletjes te beperken last de Nemo Air in het geval van decompressieduiken of duiken die dichtbij de niet-decompressielimiet waren, een aantal stops van één minuut op verschillende diepten in, afhankelijk van het duikprofiel. Dit is één van de speciale eigenschappen van het RGBM Mares-Wienke algoritme. Kijk voor meer informatie op: 15

16 Nemo Air duikcomputer V: Als ik opstijg tot boven de diepte van een diepe stop, kan ik dan weer afdalen om de diepe stop te maken? A: Als u meer dan een meter boven de diepte van de diepe stop bent, wordt de stop geannuleerd. V: Waarom werd het symbool DEEPSTOP tijdens de duik niet getoond? A:Het symbool van de diepe stop wordt alleen getoond tijdens decompressieduiken of duiken net binnen de niet-decompressielimieten. V: Als ik aan een diepe stop begin en dan toch weer afdaal, wat gebeurt er dan? A: Als u aan een diepe stop begint en weer afdaalt, wordt het aftellen stopgezet. Het aftellen wordt hervat zodra u weer op de diepte van de diepe stop terug bent. V: Waarom wordt de Nemo Air na een duik niet uitgeschakeld? A: Als de tijd van het vliegverbod niet is verstreken, schakelt de Nemo Air na de duik over naar de modus TIME en wordt er informatie over de laatste duik getoond. V: Als ik in de fase PREDIVE ben en de slang is aangesloten, kan ik PREDIVE dan verlaten om de instellingen te veranderen? A: Zelfs in PREDIVE en ook wanneer de Nemo Air de flesgegevens uitleest, kunt u deze modus verlaten door de knop <CENTRAL> ingedrukt te houden. Vervolgens kunt u de instellingen wijzigen. Als de batterij na een duik wordt vervangen en de desaturatietijd is nog niet verstreken, wordt het geheugen van de reststikstof gewist en worden de RGBMberekeningen op basis van eerdere duiken afgebroken. De duiker die de computer de vorige duik gebruikte, mag minimaal 24 uur niet duiken. ONDERHOUD Als u in zout water heeft gedoken, wordt aanbevolen de Nemo Air af te spoelen met schoon leidingwater om de zoutresten te verwijderen. Let op dat de slang op de Nemo Air is aangesloten. Gebruik geen chemische producten; leg de Nemo Air gewoon onder een straal water. Met het oog op het downloaden van gegevens uit het logboek naar de pc moeten de twee pennetjes aan de achterzijde vlak bij de batterijplug na elke duik goed worden gespoeld met leidingwater. Als het instrument niet goed werkt, ga er dan niet mee duiken en laat de computer controleren door een erkend Mares servicecentrum. Het instrument dient minimaal elke twee jaar of na 100 duiken bij een erkend Mares servicecentrum voor een servicebeurt te worden aangeboden. Als u aan de binnenzijde van het mineraalglas vocht ontdekt, breng de Nemo Air dan direct naar een erkend Mares servicecentrum. Mares wijst iedere verantwoordelijkheid voor waterschade als gevolg van het onjuist vervangen van de batterij van de hand. Als de Nemo Air het niet doet of als er sprake van lekkage is, brengt u de computer dan direct naar een erkend Mares servicecentrum. U mag de computer absoluut niet zelf demonteren. Doet u dat wel, dan vervalt de garantie. Krassen op het mineraalglas zijn mogelijk als gevolg van onjuist gebruik. AANWIJZINGEN VOOR OPSLAG Opslagtemperatuur: tussen -20 en +70 C (-4 en +158 F). Als u de slang vervangt, let dan op dat u deze niet te ver buigt (buigradius minimaal 31 mm). AANWIJZINGEN VOOR TRANSPORT Voor transport hoeft u geen speciale maatregelen te nemen. U kunt de computer samen met uw andere materialen vervoeren. Zorg echter dat het instrument niet valt of ergens hard tegenaan stoot. De BAtterij vervangen Het vervangen van de batterij is een precisiewerkje, waar u goed uw aandacht bij moet houden. Wij raden u aan de batterij te laten vervangen bij een erkend Mares servicecentrum. Mares wijst alle verantwoordelijkheid voor schade als gevolg van het vervangen van de batterij van de hand. Als u de batterij wisselt, kunt u het beste ook de o-ring vervangen (Mares art.nr ). Doet u dat niet, controleert u de o-ring dan goed en let op beschadigingen, scheurtjes en vervorming. Schroef het waterdichte klepje aan de achterzijde van de Nemo Air tegen de klok in los (afb. 52). AFB. 52 Verwijder de batterij Reinig het batterijcompartiment zorgvuldig, in het bijzonder de plaats van de o-ring. Plaats een nieuwe batterij, Lithium CR 2450, en let op dat de polariteit juist is. Plaats de o-ring in de klep. Plaats de klep terug op de Nemo Air en let op dat de symbolen op de juiste plaats zitten (afb. 53). AFB. 53 Draai de klep met de klok mee en druk de klep aan tot de symbolen op één lijn zitten (afb. 54). AFB. 54 Controleer voordat u het klepje dichtdoet of de o-ring goed zit. Let op dat deze schoon is en vet hem in met een dun laagje siliconenvet. Als u siliconenvet aanbrengt, let u dan op dat de batterij en de contactpunten schoon blijven. De Nemo Air kan een lage batterijspanning aangeven als de batterij net is verwisseld. Als dat gebeurt, controleer dan de batterijspanning via de modus SYSTEM. Gooi de oude batterij niet zomaar weg. Mares heeft respect voor het milieu, wat tot uiting komt in haar beleid, en is een groot voorstander van een gescheiden inzameling van batterijen. Vervang de batterijen niet binnen 3 minuten na afloop van een duik. Als u de batterijen te snel vervangt, kunnen de gegevens van de laatste duik verloren gaan. Vergeet niet dat als u de batterijen vervangt, de gegevens van de reststikstof, desaturatietijd en het vliegverbod verloren gaan. Wij raden u aan deze informatie te noteren voordat u de batterijen vervangt. 16

17 Vervang de batterijen niet tussen twee herhalingsduiken door. AANWIJZINGEN VOOR AANSLUITING VAN DE NEMO AIR OP DE HOGEDRUKSLANG De Nemo Air bestaat uit twee losse onderdelen: de computer en de hogedrukslang die op elkaar worden aangesloten met behulp van een snelkoppeling die speciaal gemaakt en getest is voor gebruik met een werkdruk van 300 bar. De slang moet op de eerste trap van de ademautomaat worden aangesloten voordat de eerste trap op de fles wordt gezet: doet u het wel als de eerste trap al op de fles zit, let u dan op dat de kraan van de fles dicht is en er geen druk op het systeem staat. Dit laatste controleert u door de waterloosknop op de tweede trap in te drukken. Vervang onder geen beding de slang van de computer door een ander soort slang; informeer bij uw dealer of Mares welk soort slang u kunt gebruiken. Voordat u het instrument onder druk zet controleert u of de snelkoppeling goed zit. De Nemo Air mag uitsluitend worden aangesloten op en losgekoppeld van een hogedrukslang als er geen druk op de set staat. Als de computer dus is aangesloten op de eerste trap van een ademautomaat die al op de fles is aangesloten, dient u eerst de druk van de set te halen zoals hierboven beschreven. Als u de computer op de slang aansluit, steekt u de connector op de slang in de connector van de computer en drukt u deze goed aan (afb. 55 en 56): AFB. 56 Gebruik geen gereedschap om de Nemo Air en de slang op elkaar aan te sluiten. Als u werkzaamheden verricht in de buurt van hoge druk, kan dit ernstig letsel tot gevolg hebben. Sluit het uiteinde met 7/16 UNF draad aan op een hogedrukpoort van de eerste trap van de ademautomaat (zie de handleiding van de ademautomaat) en draai de aansluiting aan (max 4-5 Nm/ 35,4-44,3 lb.in) met een zeskantsleutel (14 mm). AANWIJZINGEN VOOR BEVESTIGING VAN EEN KOMPAS (OPTIONEEL, LOS VERKRIJGBAAR) In afbeelding 57 ziet u hoe u het kompas bevestigt: 1. Schroef de 6 schroeven van de Nemo Air los. 2. Verwijder de onderkant. 3. Verwijder de bovenkant. 4. Verwijder de kap aan de bovenkant. 5. Plaats de kompasmodule. 6. Plaats de onder- en bovenkant terug en draai de 6 schroeven weer vast TECHNISCHE GEGEVENS EN FUNCTIES TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN DIEPTEMETERFUNCTIE De manometer in de Nemo Air duikcomputer is getest en CE-goedgekeurd door de geregistreerde testinstantie # ITALCERT, V.le Sarca, Milaan - Italië en INPP Entrée n 3 Port de la Pointe Rouge BP Marseille Frankrijk. De manometer is een Categorie III-apparaat zoals gedefinieerd in de Europese Richtlijn 89/686/EEG en voldoet aan de specificaties als vermeld in de geharmoniseerde Europese norm EN 250:2000 voor gebruik met lucht die voldoet aan de Europese norm (zuurstofpercentage van 21%). De manometer voldoet aan de specificaties als vermeld in de Europese norm EN 13949:2003 voor gebruik met zuurstofverrijkte mengsels (nitrox). De CE-goedkeuring en controle van de manometer in de Nemo Air duikcomputer volgens de normen EN 250:2000 en EN 13949: 2003 zijn beperkt tot een maximale diepte van 50 meter diepte. De Nemo Air is geschikt voor gebruik in koud water (met een temperatuur van minder dan 10 C). MARkeRINGEN De markeringen van het instrument staan op de achterzijde van de behuizing: werkdruk: 300 bar/4.350 psi; referentienorm: EN 250/2000; markering: CE Middels de conformiteitmarkering wordt aangegeven dat het product voldoet aan de essentiële gezondheids- en veiligheidseisen conform bijlage II D. en 89/686/EEG. Het cijfer naast EC verwijst naar geregistreerd testinstituut nr ITALCERT - V.le Sarca, Milaan - Italië, dat conform art. 11 B D.e. en 89/686/EEG bevoegd is het eindproduct te testen. kenmerken Maximale werkdruk: 360 bar (5150 psi). Nauwkeurigheid: de nauwkeurigheid van de drukmeting wordt als volgt gewaarborgd: bij 50 bar ± 5 bar bij 750 psi ± 72 psi bij 100 bar ± 10 bar bij 1450 psi ± 145 psi bij 200 bar ± 10 bar bij 2900 psi ± 145 psi bij 300 bar ± 15 bar bij 4350 psi ± 217 psi Luchtstroom van hogedrukpoort: < 100 liter/ min. bij een druk van 100 bar. Meetresolutie: 1 bar (10 psi). Meetresolutie Metrisch: 1 bar Engels stelsel: 10 psi. AFB AFB dieptemeting maximale weergegeven diepte: 150 m (492 ft); meetresolutie: - 10 cm (3,95 in) in het meter (0-328 ft) bereik; - 1 m (3,28 ft) in het meter ( m) bereik; temperatuurcompensatie van de meting tussen -10 en +50 C (14 en 122 F); nauwkeurigheid tussen 0 en 80 meter (0 en 262 ft): ±1% van volledige schaal; 17

18 Nemo Air duikcomputer weergave diepte: meters (m)/feet (ft); handmatige selectie zoet/zout water; verschil tussen zoet/zout water: 2,5%. Temperatuurmeting meetbereik: -10 tot +50 C (14 tot 122 F); meetresolutie: 1 C (1 F); nauwkeurigheid: ±2 C (±4 F); weergave temperatuur: celsius ( C)/ Fahrenheit ( F); gebruikstemperatuur: tussen -10 en +50 C (14 en122 F); opslagtemperatuur: tussen -20 en +70 C (-4/+158 F). Batterij Lithium 3V CR 2450 batterij; Levensduur: ruim 170 duiken. De gegevens verwijzen naar berekeningen die zijn uitgevoerd met de volgende parameters: Een duik duurt gemiddeld 45 minuten: 12 maanden in de modus Off; De levensduur van de batterij wordt beïnvloed door de werktemperatuur; Bij lagere temperaturen gaat de batterij minder lang mee; De levensduur van de batterij is afhankelijk van het gebruik. Logboek duikhistorie; alle duiken worden opgeslagen met hun duikprofiel, tot een maximum van 36 uur bij een opname-interval van 20 seconden. Displayverlichting tijdelijk. Akoestische waarschuwingen genegeerde decompressiestop; te hoge opstijgsnelheid; niet-decompressielimieten bereikt; diepe stop; maximale diepte ten opzichte van PPO 2-instelling; waarschuwingen luchtvoorraad. PC-interface USB (optioneel). SOFtware-upgrade Als Mares nieuwe functies voor de Nemo Air lanceert, kunt u de computer upgraden door de software bij te werken. De software van de Nemo Air kan worden bijgewerkt met behulp van de USB-interface (optioneel). De software kan worden gedownload van de Mares website. GARANTIE HET APPARAAT VERWIJDEREN Verwijder dit apparaat als elektronisch afval. Gooi het niet weg bij het gewone huisvuil. U kunt het apparaat ook inleveren bij de Mares dealer bij u in de buurt. Algoritme RGBM Mares-Wienke, het resultaat van een samenwerkingsverband tussen dr. Bruce R. Wienke en het Mares centrum voor onderzoek en ontwikkeling; 10 weefselcompartimenten; reductie van toegestane gradiënt (Mfactoren) in het geval van herhalingsduiken, duiken dieper dan eerdere duiken en duiken op meerdere dagen achtereenvolgens; diepe stops; veiligheidsstop; opstijgsnelsheid: 10 meter/minuut; hoogteprogramma s: - P0 tussen 0 en 700 meter boven zeeniveau ( ft); - P1 tussen 700 en 1500 meter boven zeeniveau (2296 en 4921 ft); - P2 tussen 1500 en 2400 meter boven zeeniveau (4921 en 7874 ft); - P3 tussen 2400 en 3700 meter boven zeeniveau (7874 en ft); persoonlijke correctiefactor voor extra veiligheid. MECHANISCHE KENMERKEN mineraalglas; 3 knoppen. FUNCTIES Gebruikersinterface eenvoudige toegang met drie knoppen. Gebruiksmodus DIVE AIR EAN BOTTOM TIME Door niet decompressielimieten lopen tussen 12 en 48 meter (39 en 157 ft). UITSLUITINGEN VAN GARANTIE schade als gevolg van het vollopen met water voortvloeiend uit onjuist gebruik (bijvoorbeeld vuile o-ring, batterijcompartiment niet goed gesloten, enz.); breuk van of krassen op het huis, het glas of de band als gevolg van stoten of vallen; schade voortvloeiend uit langdurige blootstelling aan hoge of lage temperaturen; schade als gevolg van onjuist gebruik van perslucht met een druk boven de aangegeven maximale werkdruk van 360 bar (5150 psi). SERIENUMMER BEKIJKEN Het serienummer staat in het menu System. Met de toetsen <+> en <-> kunt u in het hoofdmenu de optie System openen. Druk op de knop <CENTRAL> tot u in het grafische deel van het scherm het serienummer ziet (afb. 58): AFB. 58 U dient dit nummer op de garantiekaart in deze verpakking te noteren. Het serienummer staat ook op de verpakking van de Nemo Air. 18

19 cod /08 - ArtBooK 3672/08 Algorithm Deep Stop Mares S.p.A. - Salita Bonsen, RAPALLO - ITALY - Tel Fax