Provincie Noord-Holland

Transcriptie

1 Provincie Noord-Holland FQSTS^S DA HAARLEV Aan: leden van de Bestuurlijke Regie Schiphol binnen de 20 Ke-contour Gem. Haarlemmermeer mgek. 2 3MRT 2018 Gedeputeerde Staten Uw contactpersoon dhr. M.H.P. van Oosterhout BEL/RO Telefoonnummer oosterhoutm? noord-hol land.nl 1 14 Betreft Effectuering en monitoring afspraken 'wonen en vliegen' Geacht college, In afstemming met de provincie Zuid-Holland brengen wij u het volgende onder de aandacht. In het voorjaar van 2016 is er tussen regio, Rijk en luchtvaartsector een akkoord bereikt binnen het onderdeel "wonen en vliegen" van het SMASH-traject. Met dit akkoord is een jarenlange patstelling, waardoor noodzakelijke woningbouwplannen stil kwamen te liggen, doorbroken. Het akkoord omvat extra planologische ruimte voor woningbouw binnen de LIB4-contour en 20 Ke-contour, met meer afwegingsruimte voor de gemeenten. Deze planologische ruimte is inmiddels verankerd in het Luchthavenindelingbesluit en de provinciale ruimtelijke verordeningen. Dankzij de overeengekomen aanpak kunnen de kwaliteit en vitaliteit van bestaande stedelijke gebieden op peil worden gehouden en kan tevens worden gewerkt aan de woningbouwopgave in de Metropoolregio Amsterdam. Dat is in het belang van de internationale concurrentiepositie van de Metropoolregio, waarvan de mainport Schiphol een essentieel onderdeel is. Verzenddatum 2 1 MAART 2018 Kenmerk / Uw kenmerk Onlosmakelijk onderdeel van dit akkoord vormt de regionale uitwerking van afspraken ten aanzien van 'rekenschap geven', informeren, klachtenafhandeling en het voorkomen van extra kosten voor de luchtvaartsector. In de BRS-vergadering van 29 maart zijn de provincies en de gemeenten binnen de 20 Ke-contour hieromtrent een afsprakenpakket overeengekomen (zie de beleidsbrieven van de provincie Zuid-Holland, kenmerk PZH respectievelijk Noord-Holland, kenmerk / ). Kern van het afsprakenpakket wordt gevormd door de inhoud en doorwerking van het ' rekenschap geven', waarmee de gemeentelijke verantwoordelijkheid voor het afwegen van luchtvaartaspecten in de Postbus DA Haarlem Telefoon (023) Fax (023) Houtplein DE Haarlem nl

2 planvorming wordt geborgd. Voorts zijn er afspraken gemaakt over het gedegen en vroegtijdig informeren van (potentiële) nieuwe bewoners en het nemen van verantwoordelijkheid voor gerealiseerde woningbouw. De gemaakte afspraken voorkomen dat de luchtvaartsector zich, als gevolg van de extra planologische ruimte die ontstaat voor woningbouw, gesteld ziet voor extra kosten. Effectuering van de gemaakte afspraken Naar oordeel van de toenmalig staatssecretaris is er met het zojuist beschreven afsprakenpakket door de regio een maximale inspanning geleverd om te voldoen aan de bestuurlijke afspraken. Op 20 oktober heeft zij dan ook aan de Tweede Kamer laten weten het gewijzigde Luchthavenindelingbesluit Schiphol in werking te laten treden (brief bijgesloten). Inmiddels is het wijzigingsbesluit gepubliceerd. Het gewijzigde LIB is per 1 januari in werking getreden. Met de inwerkingtreding van het LIB, in combinatie met de eerder in werking getreden provinciale ruimtelijke verordeningen, is de effectuering van de regionale afspraken aan de orde. Er ligt een grote verantwoordelijkheid bij de regio om de aangegane verplichtingen adequaat na te komen. Met name als het gaat om (1) het verankeren van de overeengekomen " Handreiking Rekenschap geven' in een door de Raad vast te stellen algemene regel (dit kan in de vorm van een apart besluit of via een structuur- of omgevingsvisie), (2) het. conform deze aanpak, rekenschap geven van vliegtuiggeluid in de planvorming. (3) het actief en vroegtijdig informeren van (potentiële) nieuwe bewoners, eigenaren en gebruikers en het (4) niet zullen verzoeken om de verlegging van vliegroutes dan wel wijzigingen van het luchtverkeer uit hoofde van de extra ontstane bouwmogelijkheden. Zoals u weet worden er nog nadere afspraken gemaakt met de luchtvaartsector over de regionale verantwoordelijkheid omtrent de klachtenafhandeling, waarbij de één-loket-gedachte het uitgangspunt is. Monitoring voortgang Per brief van 20 september (bijgesloten) heeft de toenmalig staatssecretaris de regio verzocht om, onder regie van de provincie Noord-Holland, zorg te dragen voor een systeem van monitoring van de uitvoering van het rekenschap geven en de informatievoorziening. De voortgang zal vervolgens periodiek in een overleg tussen regio. Rijk en luchtvaartsector worden besproken. De provincie Noord-Holland is gevraagd het initiatief te nemen voor dit overleg. Ten aanzien van deze monitoring zijn de provincies en gemeenten binnen de 20 Ke-contour in de BRS een aanpak overeengekomen. De provincie Noord-Holland zal een coördinerende rol vervullen, maar steunt op de input van de provincie Zuid-Holland en de betrokken

3 Provincie Noord-Holland 3! gemeenten. Het 'rekenschap geven' vindt plaats tijdens de bestemmingsplanprocedure (of bij verlening van de omgevingsvergunning met afwijking van bestemmingsplan) en zal ook aldaar worden gemonitord. Het informeren gebeurt veel breder en ook buiten de planvorming en de monitoring hiervan heeft dan ook meer een verslagleggend karakter. Concreet zijn de volgende afspraken gemaakt: De provincie Zuid-Holland en Noord-Holland monitoren de wijze waarop er in bestemmingplannen invulling wordt gegeven aan het ' rekenschap geven'. Dit gebeurt door de provinciale planadviseurs, aan de hand van de checklist als geduid in bijlage 1. Gemeenten geven jaarlijks, medio december, de provincie Noord- Holland schriftelijk terugkoppeling van de wijze waarop zij invulling hebben gegeven aan de afspraken rond informatievoorziening. Hierin wordt in ieder geval ingegaan op de elementen als beschreven in bijlage 2. Het verslag zal tevens worden geagendeerd in de Goede Diensten Overleggen (GDO's) voor zover het Noord- Holland betreft en in bilateraal overleg voor zover het Zuid-Holland betreft. De provincie Noord-Holland verwerkt de inzichten uit de monitor van het "rekenschap geven' en de gemeentelijke verslagen van de informatievoorziening in een rapportage. De rapportage zal ter bespreking in de BRS-vergadering worden geagendeerd. De provincie Noord-Holland neemt het initiatief voor een periodiek overleg tussen de regio, de luchtvaartsector en het Rijk om de uitvoering van de regionale afspraken "wonen en vliegen" te bespreken. De zojuist beschreven rapportage wordt hier ter bespreking geagendeerd. In bijlage 1 vindt u een schematische weergave van de overeengekomen werkwijze. Uiteraard vinden deze acties plaats in nauw overleg met de betrokken gemeenten en provincies. Wij vertrouwen op een goede samenwerking, opdat ook dit deel van de "wonen en vliegen '-afspraken conform afspraak wordt ingevuld. Voor vragen kunt u contact opnemen met de heer Van Oosterhout (mail:.tel.: ;. of. voor de provincie Zuid-Holland, met de heer Bovy (mail:. tel.: ).

4 4] M Afschrift van deze brief wordt gezonden aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat, de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het college van CS van de provincie Zuid-Holland en de CEO van Schiphol Group. Hoogachtend. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland 'proyinciesecretaris ï^.m, Bergkamp Bijlage 1: Aanpak monitoring regionale afspraken "wonen en vliegen' Bijlage 2: Verslaglegging informatievoorziening Bijlage 3: Brief Stas bestuurlijke afspraken wonen en vliegen (20 sept 17) Bijlage 4: Kamerbrief Inwerkingtreding wijzigingsbesluit Luchthavenindelingbesluit Schiphol (1 6 okt '1 7)

5 BIJLAGE 1 Aanpak monitoring afspraken "wonen en vliegen" Rekenschap geven i Uiterlijk juli 2018 Informeren Gemeenten: Afspraak Berichten de betreffende provincies over de wijze waarop zij de afspraken inzake het 'Rekenschap geven' verankeren in een door de Raad vast te stellen algemene regel. Jaarlijks december Monitoring Provincies: Monitoring uitwerking 'Rekenschap geven' in bestemmingsplannen en omgevingsvergunning met afwijking van BP door de provinciale planadviseurs. Aan de hand van de checklist: Precieze ligging binnen de contouren Huidige en toekomstige geluidbelasting Belangen van deze ruimtelijke ontwikkeling Gemeenten: Jaarlijks december Monitoring Jaarlijks (medio december) schriftelijk verslag van de wijze waarop invulling is gegeven aan de afspraken inzake informatievoorziening: Actief en vroegtijdig informeren (potentiële) nieuwe bewoners. Heldere toegang tot Benutten ontwikkel-, grond- en gebruiksovereenkomsten. Waar mogelijk versterken met een kettingbeding. Zie uitgebreider: de onderdelen als beschreven in bijlage 2. Agendering verslag in Goede Diensten Overleggen (GDO's) en bilateraal overleg. Conclusie: afweging geluidsaspecten in relatie tot de ruimtelijke ontwikkeling Eventueel: maatregelen Provincie Noord-Holland: Rapportage "uitwerking afspraken Rekenschap geven en informeren' Overleg regio, Rijk & luchtvaartsector

6 BIJLAGE 2 Verslaglegging informatievoorziening In het kader van het akkoord "wonen en vliegen" binnen het SMASH-traject zijn de provincies en gemeenten binnen de 20 Ke-contour afspraken overeengekomen inzake het informeren van nieuwe bewoners (BRS-vergadering: 29 maart 2017). Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het actief en zo vroeg mogelijk informeren van (potentiële) nieuwe eigenaren, bewoners en gebruikers van woningen binnen de 20 Ke- contour, alsmede partijen die voornemens (of doende) zijn die woningen te realiseren. Daarbij bieden zij een heldere toegang aan In ontwikkelovereenkomsten en de overeenkomsten omtrent gronduitgifte nemen gemeenten de verplichting op waardoor ook de ontwikkelende partij tot de informatievoorziening wordt verplicht. Voorts kunnen gemeenten, voor zoverre daartoe bij machte, in het kader van gronduitgifte en bij het aangaan van huur- en gebruiksovereenkomsten een bepaling opnemen waaruit volgt dat deze partijen bekend zijn met de geluidbelasting ter plaatse. Gemeenten kunnen deze bepaling in het geval van een koopovereenkomst middels een kettingbeding versterken. Monitoring Ten behoeve van het monitoren van de uitvoering van deze afspraken zijn bovengenoemde partijen in de BRS de volgende aanpak overeengekomen: gemeenten geven jaarlijks, medio december, de provincie Noord-Holland schriftelijk terugkoppeling van de wijze waarop zij invulling hebben gegeven aan de afspraken rond het 'informeren'. Dit verslag zal ook worden besproken in de Goede Diensten Overleggen (GDO's) voor zover het Noord-Holland betreft en in bilateraal overleg voor zover het Zuid-Holland betreft. In het verslag wordt in ieder geval aandacht besteed aan de onderstaande elementen: Onderdelen verslaglegging informatievoorziening 1. Op welke wijze informeert u (potentiële) eigenaren, bewoners en gebruikers van woningen binnen het 20 Ke-gebied, alsmede partijen die voornemens (of doende) zijn die woningen te realiseren, actief en vroegtijdig over de geluidbelasting als gevolg van Schiphol? 2. Hanteert u een verwiizinq naar de website Zo ia. waar? 3. Maakt u gebruik van ontwikkelovereenkomsten en overeenkomsten rond gronduitgifte om de ontwikkelende partij tot informatievoorziening te verplichten? Bij welke projecten / locaties is dit gebeurd? In welke gevallen was dit niet mogelijk? 4. Hanteert u in het kader van gronduitgifte en bij het aangaan van huur- en gebruiksovereenkomsten een bepaling waaruit volgt dat de partijen bekend zijn met de geluidbelasting ter plaatse? Bij welke projecten / locaties is dit gebeurd? In welke gevallen was dit niet mogelijk? 5. In hoeverre hanteert u (of stimuleert u anderszins) in geval van koopovereenkomsten een kettingbeding, om ook ten aanzien van toekomstige kopers informatievoorziening te borgen? Bij welke projecten / locaties is dit gebeurd? In welke gevallen was dit niet mogelijk? 6. Overig: zijn er nog andere wijzen waarmee u een vroegtijdige informatievoorziening aan (potentiële) nieuwe eigenaren, bewoners en gebruikers stimuleert?

7 Ministerie van Infrastructuur en Milieu > Retouradres Postbus EX Den Haag Provincie Noord-Holland T.a.v. de voorzitter van Gedeputeerde de heer J.W. Remkes Postbus DA HAARLEM Staten, Datum 2 0 SEP Betreft Bestuurlijke afspraken wonen en vliegen Bestuurskern Dir.Luchtvaart Afd. Luchthavenontwikkeling en Milieu Den Haag Postbus EX Den Haag Contactpersoon E.M. de Zwart Senior Beleidsmedewerker T M +31(0) F B Elise.de.Zwart@minienm.nl Ons kenmerk IENM/SSK-2017/ Bijlage(n) Geachte heer Remkes, In de bestuurlijke overleggen van 17 maart en 7 juli 2016 heb ik met u als bestuurlijke vertegenwoordiger van de Bestuurlijke Regie Schiphol en de vertegenwoordigers van de luchtvaartsector afspraken gemaakt over het onder voorwaarden bieden van extra planologische ruimte voor woningbouw in het 20 Ke gebied (inclusief LIB 4). De gemaakte afspraken zijn samengevat in een brief van mij aan de Tweede Kamer van 1 april Aan de inwerkingtreding van het wijzigingsbesluit LIB (Luchthavenindelingbesluit Schiphol) 2 heb ik onlosmakelijk verbonden dat invulling moet worden gegeven aan de bestuurlijke afspraken met betrekking tot het informeren van nieuwe bewoners, de afhandeling van klachten, het rekenschap geven en het vrijwaren van de luchtvaartsector van extra kosten als gevolg van het wijzigingsbesluit LIB. Tijdens het bestuurlijk overleg van 6 juli jongstleden over dit onderwerp hebben we geconstateerd dat de elementen 'informeren van nieuwe bewoners' en 'rekenschap geven' door de regio voldoende zijn uitgewerkt, zoals aangegeven in uw brief (inclusief bijlagen) van 24 april jongstleden. Met betrekking tot het 'afhandelen van klachten' hebben we geconcludeerd dat nadere uitwerking in overleg tussen de sector en de regio benodigd is. Waar het de vrijwaring van de sector betreft van extra kosten als gevolg van de met het gewijzigde LIB geboden extra planologische ruimte voor woningbouw in de 20 Ke (inclusief UB 4), is afgesproken juridisch advies te vragen aan Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn. Dit advies is op 9 augustus jongstleden uitgebracht. 3 De hoofdconclusie van het advies luidt: "Ervan uitgaande dat de bestuurlijke afspraken worden nageleefd bestaat er geen reëel risico op terechte claims." tweede Kamer, vergaderjaar , 29665, nr Wijziging van het Luchthavenindelingbesluit Schiphol in verband met wijziging van de regels met het oog op de externe veiligheid en de geluidbelasting alsmede wijziging van het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening in verband met een omissie 3 Advies 'vrijwaring' wonen en vliegen, Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn, d.d. 9 augustus 2017 Pagina 1 van 3

8 Het verheugt me te kunnen constateren dat het door Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn opgestelde advies duidelijkheid geeft over de vrijwaring van de sector tegen extra kosten ten gevolge van de extra planologische ruimte die met de door de regio voorgenomen maatregelen wordt geboden. Dit betekent dat we mijns inziens tot een afronding van de gemaakte afspraken kunnen komen. Om tot die afronding te komen, concludeer ik mede op basis van het advies dat er ten aanzien van Vrijwaring' nog wel enkele aanvullende (proces)afspraken noodzakelijk zijn om voldoende uitwerking te geven aan de gemaakte afspraken. Samen met het door de regio reeds in gang gezette maatregelenpakket kan op de volgende wijze in samenhang met het wijzigingsbesluit UB voldoende uitwerking worden gegeven aan de set van afspraken: Bestuurskern Dir.Luchtvaart Afd. Luchthavenontwikkeling en Milieu Ons kenmerk IENM/BSK-2017/ Provincies en gemeenten geven volledige invulling aan het 'rekenschap geven' conform hun brieven (inclusief bijlagen) van 24 april jongstleden (provincie Noord-Holland) en 23 mei jongstleden (provincie Zuid-Holland); 2. Gemeenten geven optimaal invulling aan het informeren van nieuwe bewoners over de mogelijke geluidbelasting door vliegverkeer in de omgeving van Schiphol; 3. Indien er ten gevolge van de extra planologische ruimte voor planvorming die met deze aanpak wordt geboden onverhoopt toch claims succesvol zijn die leiden tot extra kosten voor de luchtvaartsector, worden door betrokken partijen alsnog afspraken gemaakt over het dragen van de kosten. Ditzelfde geldt indien de eventuele kosten van het afhandelen van claims door het Schadeschap Schiphol onverhoopt toch substantieel zijn; 4. De regio, onder regie van de provincie Noord-Holland, draagt zorg voor een systeem van monitoring van de uitvoering van het rekenschap geven en de informatievoorziening. De voortgang zal periodiek in een overleg tussen de regio, de sector en het rijk worden besproken. De provincie Noord-Holland zal het initiatief nemen voor dit overleg; 5. De regio en de sector maken nadere afspraken over de klachtenafhandeling, waarbij de één-loket-gedachte het uitgangspunt is; 6. Op het moment dat partijen zich onverhoopt onvoldoende aan de gemaakte afspraken houden en/of zich significante wijzigingen voordoen in de ontwikkeling van Schiphol (bijvoorbeeld implementatie van een nieuw operationeel concept) met niet voorzienbare effecten voor geluidhinder en daarmee samenhangend woningbouw, zullen partijen met elkaar in overleg treden om te bezien wat de consequenties hiervan zijn voor de gemaakte afspraken; 7. Toekomstige verzoeken in de ORS om routes te wijzigen van bestaande vliegpaden over die nieuwbouwlocaties binnen de 20 Ke (inclusief UB 4) die mogelijk gemaakt zijn op basis van de nieuwe afspraken wonen/vliegen, zullen niet ingediend of ondersteund worden door de betrokken overheden als het gaat om ten tijde van de bouw voorzienbare (geluids)overlast. Naar mijn mening wordt met deze set afspraken invulling gegeven aan de eerder genoemde bestuurlijke afspraken en wordt de luchtvaartsector gevrijwaard van extra kosten als gevolg van de met het gewijzigde LIB geboden extra planologische ruimte voor woningbouw in de 20 Ke (inclusief LIB 4). Voor de reikwijdte van de voorzienbaarheid van overlast als gevolg van het Schiphol- Pagina 2 van 3

9 verkeer wordt rekening gehouden met hetgeen volgens het nieuwe normenhandhandhavingsstelsel (NNHS) mogelijk is. en 4 Ik vertrouw erop dat na alle inspanningen die zijn gepleegd en de constructieve (bestuurlijke) overleggen die zijn gevoerd, u spoedig schriftelijk kunt bevestigen dat adequate uitwerking is gegeven aan de gemaakte bestuurlijke afspraken, waarvan we de uitvoering de komende jaren gezamenlijk zullen borgen. Ik zal dan spoedig het ontwerpwijzigingsbesluit LIB ter vaststelling aanbieden aan de Koning, de Tweede Kamer informeren over dit afsprakenpakket en hiervan een afschrift sturen aan de Omgevingsraad Schiphol. Bcstuurskern Dir.Luchtvaart Afd. Luchthavenontwikkeling en Milieu Ons kenmerk IENM/BSK 2017/ Hoogachtend, DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU, 4 Dit is dus inclusief het, binnen de grenzen van het vast te stellen LVB (Luchthavenverkeerbesluit Schiphol), mogelijk maken van verdere groei van het vliegverkeer na 2020, mits wordt voldaan aan de zogeheten gelijkwaardigheidscriteria en de 50/50 Pagina 3 van 3

10 Ministerie van Infrastructuur en Milieu > Retouradres Postbus EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer Ministerie van. _, Infrastructuur en Milieu der Staten-Generaal Binnenhof 4 SffTn XP Den Haag 2513 AA DEN HAAG Postbus EX Den Haag T F Ons kenmerk IENM/BSK-2017/ Bijlage(n) Datum 16 oktober 2017 Betreft Inwerkingtreding wijzigingsbesluit Luchthavenindelingbesluit Schiphol Geachte voorzitter, Op 1 april 2016 heb ik uw Kamer, mede namens de Minister van Wonen & Rijksdienst, geïnformeerd over mijn aanpak voor wonen en vliegen in de regio Schiphol. Voor de korte termijn behelst dit het voornemen om de regels voor het LIB 4-gebied en de afspraak dat tussen de LIB 4-contour en de LIB 5-contour (voorheen de 20 Ke-contour) buiten bestaand stedelijk gebied geen nieuwe woningbouwlocaties worden ontwikkeld, juridisch te verankeren in het Luchthavenindelingbesluit Schiphol (LIB). Ik heb u toen ook gemeld dat hieraan onlosmakelijk verbonden zijn de bestuurlijke afspraken die ik met de regio en de luchtvaartsector heb gemaakt ten aanzien van het geven van rekenschap van de aanwezigheid van de luchthaven in bestemmingsplannen door gemeenten, het informeren van nieuwe bewoners, het afhandelen van klachten en het vrijwaren van de luchtvaartsector van extra kosten als gevolg van het wijzigingsbesluit LIB. Onder mijn regie heeft het afgelopen jaar overleg plaatsgevonden met de regio en de luchtvaartsector met betrekking tot de invulling van de bestuurlijke afspraken. Dit heeft geresulteerd in een maatregelenpakket waarmee mijns inziens op adequate wijze invulling wordt gegeven aan die afspraken. Op 20 september jongstleden heb ik ter afronding van dit traject een brief aan de regio en de luchtvaartsector gestuurd om de afspraken te borgen, waarin ik hen heb verzocht om een schriftelijke reactie op mijn zienswijze. De partijen (provincies, gemeenten, Schiphol en KLM) hebben mij deze schriftelijke reactie inmiddels doen toekomen. De provincies en gemeenten hebben aangegeven te kunnen instemmen. Ook Schiphol en KLM hebben mij laten weten de gemaakte afspraken te kunnen onderschrijven, maar tekenen daarbij aan nog wel enkele zorgen te hebben over de verdere uitwerking. Dit betreft met name de wijze waarop gemeenten bij planvorming rekening houden met de aanwezigheid van de luchthaven, waarbij het project "De Nieuwe Kern" als voorbeeld wordt genoemd. Hieronder geef ik per afspraak kort aan op welke wijze hieraan invulling zal worden gegeven. Pagina 1 van 3

11 Rekenschap geven, informatievoorziening en klachtenafhandeling Provincies en gemeenten geven invulling aan het rekenschap geven over de aanwezigheid van vliegroutes en het informeren van (potentiële) nieuwe bewoners over de mogelijke geluidbelasting door vliegverkeer in de omgeving van Schiphol. De hierover gemaakte afspraken zijn verwerkt in de thans van kracht zijnde Provinciale Verordeningen bij de provincies Noord-Holland en Zuid-Holland en worden daarnaast verankerd in provinciale en gemeentelijke beleidsregels. Het gaat hierbij om afspraken zoals het opnemen van een standaardbepaling in koopovereenkomsten, welke ook weer in opvolgende koopovereenkomsten moeten worden opgenomen (kettingbeding) en het actief en zo vroeg mogelijk informeren van (potentiële) nieuwe bewoners over de geluidbelasting als gevolg van Schiphol. Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ons kenmerk IENM/BSK-2017/ De regio en de luchtvaartsector maken nadere afspraken over de klachtenafhandeling, waarbij de één-loket-gedachte het uitgangspunt is. Vrijwaring luchtvaartsector Uitgangspunt is dat de luchtvaartsector wordt gevrijwaard van extra kosten als gevolg van de met het wijzigingsbesluit LIB geboden extra planologische ruimte voor woningbouw in het LIB 5-gebied (inclusief LIB 4). Voor de reikwijdte van de voorzienbaarheid van overlast als gevolg van het Schipholverkeer wordt rekening gehouden met hetgeen volgens het nieuwe normen- en handhavingstelsel (NNHS) mogelijk is. Dit betekent dat, binnen de grenzen van het nog vast te stellen Luchthavenverkeerbesluit Schiphol, verdere groei van het vliegverkeer na 2020 mogelijk is, mits wordt voldaan aan de zogeheten gelijkwaardigheidscriteria en het 50/50 principe. Daarnaast zullen gemeenten geen verzoeken indienen om routes te wijzigen van bestaande vliegpaden over die nieuwbouwlocaties binnen het LIB 5-gebied (inclusief LIB 4) die mogelijk zijn gemaakt als gevolg van de extra planologische ruimte voor woningbouw in het LIB 5-gebied (inclusief LIB 4). De betrokken overheden zullen ook toekomstige verzoeken in de ORS op dit punt niet ondersteunen. Op basis van extern ingewonnen juridisch advies is geconcludeerd dat, indien de bestuurlijke afspraken worden nageleefd, er geen reëel risico bestaat op terechte claims. Vervolgproces In aanvulling op bovengenoemde afspraken, heb ik nog enkele procesafspraken met de regio en de luchtvaartsector gemaakt. Deze hebben betrekking op de monitoring en evaluatie van de uitvoering van de gemaakte afspraken in de praktijk. Daarnaast is afgesproken dat, in het geval dat zich onvoorziene omstandigheden voordoen (ten aanzien van de vrijwaring, het nakomen van de gemaakte afspraken of toekomstige ontwikkelingen), partijen opnieuw met elkaar in overleg treden. Gelet op de zorg die de luchtvaartsector nog heeft over de uitwerking van het rekenschap geven, waarbij concreet het project "De Nieuwe Kern" wordt genoemd, zal ik op korte termijn met partijen in overleg gaan om dit te bespreken. Pagina 2 van 3

12 Met het nu voorliggende maatregelenpakket hebben partijen mijns inziens het op dit moment maximaal mogelijke gedaan. Ik zal daarom het ontwerpwijzigingsbesluit aanbieden aan de Koning ten behoeve van de vaststelling, zodat het wijzigingsbesluit LIB per 1 januari 2018 in werking kan treden. Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ons kenmerk IENM/BSK-2017/ Inwerkingtreding wijzigingsbesluit LIB Op het ontwerpwijzigingsbesluit van het LIB in verband met de wijzing van de regels vanwege externe veiligheid en geluid, dat aan uw Kamer is aangeboden in het kader van de voorhangprocedure van 24 oktober tot en met 21 november 2016, 1 is advies uitgebracht door de Raad van State. Dit advies heeft geleid tot beperkte juridisch-technische aanpassingen. Met de inwerkingtreding van het wijzigingsbesluit wordt een belangrijk deel van de door de regio ervaren knelpunten met betrekking tot de ruimtelijke ontwikkeling nabij de luchthaven Schiphol opgelost. Bovendien geef ik hiermee duidelijkheid over de regels met betrekking tot het zogenaamde LIB 5-gebied. In het wijzigingsbesluit blijven de regels in de gebieden voor externe veiligheid streng, waarbij dichtbij Schiphol woningen worden opgekocht en gesloopt (LIB 1) en in het gebied hier omheen geen nieuwe woningen zijn toegestaan (LIB 3). Aanvullend wordt met het wijzigingsbesluit geregeld dat vanaf de grens van het luchthavengebied voor het gehele gebied waar het gewijzigde LIB op zal zien (het LIB 5-gebied) een motiveringsplicht geldt. Deze houdt in dat gemeenten bij ruimtelijke ontwikkelingen in hun bestemmingsplan of de onderbouwing van een omgevingsvergunning een motiveringplicht hebben voor de wijze waarop zij rekening houden met de gevolgen van een vliegtuigongeval, waarbij zij de toename van het risico door toevoeging van kwetsbare objecten dienen af te wegen en te motiveren. Zodra de contouren uit het MER/LVB (als gevolg van het nieuwe normen- en handhavingstelsel) bekend zijn, zullen de beperkingengebieden in het LIB hiermee in lijn worden gebracht. Deze volgende fase van wijziging van het LIB zal ik gelijktijdig en in samenhang met wijziging van het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol (LVB) aanbieden aan uw Kamer. Hoogachtend, DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU, Sharon A.M. Dijksma 1 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 355; Staatscourant 2016, nr Pagina 3 van 3