Natura 2000-gebied 67 - Gelderse Poort

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Natura 2000-gebied 67 - Gelderse Poort"

Transcriptie

1 Natura 2000-gebied 67 - Gelderse Poort Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting en legenda kan deze worden gedownload van de LNV-site ( of worden opgevraagd bij Kiwa Water Research (natura2000@kiwa.nl). Updates Het is mogelijk dat van deze analyse een recentere, bijgewerkte versie bestaat. Op de LNV-site staan de meest recente versies ( Commentaar en vragen Mocht u nog opmerkingen hebben of vragen willen stellen over deze analyse dan kunt u contact opnemen met Camiel Aggenbach, Kiwa Water Research ( ) of Mark Jalink, Kiwa Water Research ( ); natura2000@kiwa.nl Kenschets Natura 2000 Landschap: Status: Site code: Beschermd natuurmonument: Beheerder: Provincie: Gemeente: Rivierengebied Habitatrichtlijn + Vogelrichtlijn NL NL Oude Waal BN Weide Oude Rijnstrangen BN Staatsbosbeheer Gelderland Oppervlakte: ha Conclusie Voor uitbreiding van het oppervlak en herstel van de kwaliteit van de habitattypen H6120 stroomdalgraslanden en H6510A glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver) is binnen het Natura-2000-gebied omvorming van landbouw naar natuur en optimalisatie van het interne beheer noodzakelijk (beide hoge prioriteit, kleine inspanning). De potenties voor uitbreiding van beide habitattypen zijn respectievelijk zeer groot en groot. Voor kwaliteitsverbetering van habitattype H3150 meren met krabbenscheer en fonteinkruiden is herstel van de waterkwaliteit nodig van Rijn en Wild (zeer grote inspanning). Voor habitattype H91F0 droge hardhoutooibossen dient uitbreiding van bos te worden toegestaan op potentievolle locaties (hoge prioriteit, kleine inspanning). Knelpunten- en kansenanalyse 1 Kiwa Water Research/EGG-consult

2 Gebiedsbeschrijving De Gelderse Poort is gelegen tussen de Duitse grens en de stedelijke kernen van Arnhem en Nijmegen. Het ligt in het rivierengebied op de plek waar de Boven-Rijn vertakt in de Neder-Rijn en Waal. De Gelderse Poort bestaat uit meerdere deelgebieden langs bovengenoemde rivieren, waarvan het Rijnstrangengebied, de Lobberdensche Waard, de Klompenwaard, de Millingerwaard, de Loowaard, de Gendtse Polder, de Bemmelse Waard en de Groenlanden het grootst zijn. Geologie, hydrologie, geohydrochemie Het gebied vormt het begin van de Rijndelta. Het is een rivierkleilandschap met stroomruggen en kommen dat ligt ingeklemd tussen de stuwwallen van Nijmegen en Montferland. De Millingerwaard en Klompenwaard liggen buitendijks en worden regelmatig overstroomd. De Rijnstrangen kennen een gedempte hydrodynamiek: ze overstromen beperkt bij hoge rivierstanden. De Gendtse Polder is een ingepolderd deel van de riviervlakte. De bodem bestaat uit kalkrijke zand- en kleigronden. Door bedijking en bekribbing is het zomerbed van de Rijntakken in dit gebied gefixeerd. Als gevolg van een uitzonderlijk grote fluctuatie van het rivierpeil, kent het gebied nog een grote hydro- en morfodynamiek. Plaatselijk vindt op oeverwallen veel afzetting van zand plaats (o.a. Millingerwaard). De regulatie van het Rijn-systeem heeft er ook voor gezorgd dat er een sterke verticale erosie van het rivierbed is opgetreden en de laagste rivierpeilen lager zijn geworden. Hierdoor verdrogen lage, natte delen van de uiterwaarden. De uiterwaardkommen zijn hoog opgeslibt. Het gebied heeft te maken met verscheidene watersystemen: o Buitendijks in de uiterwaarden heeft het rivierwater door overstroming grote invloed. o Het Rijnstrangengebied werd in het verleden gevoed door grondwater vanuit de hoger gelegen dekzanden. Tegenwoordig worden de binnendijkse gebieden alleen nog periodiek, bij topafvoeren in de Waal, via grondwaterstroming gevoed met rivierwater dat in het zomer- en winterbed is geïnfiltreerd. o In de Oude Rijnstrangen worden het oppervlaktewaterpeil en de instroming van Rijnwater met een sluis en gemaal gereguleerd. De laatste 50 jaar is de waterhuishouding van het gebied sterk veranderd. Tot 1959 fungeerde het gebied als een overlaat bij hoge afvoeren van de Boven-Rijn. Het rivierwater stroomde aan de oostzijde bij de Spijkse Overlaat het gebied binnen en verliet het gebied aan de westzijde bij Kandia. In 1959 is de Spijkse Overlaat gesloten. Van 1959 tot 1970 kon alleen nog bij Kandia het rivierwater vrij het gebied instromen. Sinds 1970 kan het oppervlaktewaterpeil in het Rijnstrangengebied worden gereguleerd door het instellen van een gemaal en sluizen bij Kandia. De overstromingen werden geringer en de fluctuatie van het waterpeil nam af van ca. 5 m tot 2-1,5 m. Hierdoor overstroomt een groot oppervlak van het gebied niet meer en is de waterstand in de strangen enigszins gedaald. In de jaren 70 en 80 is het oppervlaktepeil in de zomer gedaald door diverse ingrepen, waardoor verdroging van de moerasbegroeiingen optrad. In het oostelijk deel watert het Duitse riviertje de Wild af op de Oude Rijn. In het westelijk deel (van het gemaal Knelpunten- en kansenanalyse 2 Kiwa Water Research/EGG-consult

3 bij Kandia tot Aerdse Brug) staat het oppervlaktewaterpeil in de strangen onder sterke invloed van het rivierpeil. Hoge oppervlaktewaterpeilen treden op tijdens hoogwaterperioden van de rivier. Stijging van het oppervlaktewaterpeil wordt veroorzaakt door vrije instroming van rivierwater (zolang de sluis bij Kandia open staat), door kwel in en in de omgeving van de strangen en door stagnatie van de lokale afwatering (wanneer de sluis bij Kandia gesloten is). Kwel van grondwater kan bij hoge rivierpeilen van aanzienlijke omvang zijn in de strangen als gevolg van de goede doorlatendheid van de grofzandige ondergrond. In het oostelijke deel van het Rijnstrangengebied ligt het oppervlaktewaterpeil hoger en fluctueert het minder sterk door de aanwezigheid van een stuw. De Oude Rijn en Oude Rijnstrang in het Rijnstrangengebied ontvangen lithoclien, matig hard tot hard grondwater. Er stroomt zowel schoon grondwater vanuit grotere diepte toe als lokaal grondwater dat in de aangrenzende stroomruggen is geïnfiltreerd. Het lokale grondwater dat vanuit het zuiden naar de Oude Rijn stroomt is licht verontreinigd met sulfaat en nitraat. Het oppervlaktewater heeft in de zomer een lithoclien karakter, is matig hard en heeft een matig hoge alkaliteit. Het oppervlaktewater heeft dan ook een laag Cl-gehalte (25-36 mg/l). Dit duidt er op dat de waterkwaliteit bepaald wordt door toestromend grondwater en neerslagwater. Door instroom van vervuild water van de Wild is het water in de strangen vervuild met nutriënten. Er stroomt zowel vervuild oppervlaktewater van de Wild (riviertje in Duitsland) als vanuit nabijgelegen onderbemalingsgebieden door de strangen. In droge periodes vindt inlaat van Rijnwater plaats via het gemaal bij Kandia. De Gelderse Poort is sinds 1990 proeftuin voor natuurontwikkeling in het rivierengebied. Deze natuurontwikkeling houdt in dat buitendijks gelegen landbouwgronden in de uiterwaarden worden omgevormd tot natuurgebied, waarbij zoveel mogelijk ruimte wordt gegeven aan processen zoals morfodynamiek (door gesedimenteerd zand niet meer af te graven), rivierinundatie, begrazing en spontane vegetatieontwikkeling. Binnendijks wordt gewerkt aan de versterking van bestaande moerasgebieden in oude rivierlopen en kleiputten. Deze moerasgebieden hebben flink te lijden van verdroging door ontwatering van de omliggende landbouwgronden. In de toekomst biedt grondverwerving de mogelijkheid om de waterhuishouding beter af te stemmen op de natuur (Kurstjens et al., 2005). In 2004 was in het gebied al circa 800 ha nieuwe natuur gerealiseerd. Het Natura 2000-gebied bestaat zowel uit nieuwe natuurontwikkelingsgebieden (sinds 1990) als uit gebieden die al langer in beheer zijn als natuurgebied. De oudere natuurgebieden (voor 1990) zijn beboste kleiputten-complexen en binnendijkse strangen (o.a. Rijnstrangengebied, Ooijse Graaf en Groenlanden). De nieuwe natuurgebieden liggen vooral in het buitendijkse uiterwaardengebied langs de Waal (o.a. Klompenwaard, Millingerwaard, Erlecomse Waard, Bizonbaai en Loowaard langs de Neder-Rijn) (Peters et al., 2004). De eerste resultaten van het gewijzigde terreinbeheer worden nu zichtbaar. Op oeverwallen langs de Waal krijgt sedimentatie en erosie van zand door de rivier de vrije hand (gesedimenteerd zand wordt niet meer verwijderd), treedt lokaal verstuiving op en vindt vegetatieontwikkeling plaats onder invloed van extensieve jaarrond-begrazing (Kurstjens et al., 2005). Knelpunten- en kansenanalyse 3 Kiwa Water Research/EGG-consult

4 Vegetatie en abiotische omstandigheden De natuurterreinen in de Gelderse Poort kennen een gevariëerde vegetatie. Het zwaar vergraven buitendijkse gebied bestaat uit open water, moerassen, ruigten, wilgenbos en diverse typen grasland. Plaatselijk zijn stroomdalgraslanden aanwezig die op diverse plekken (Tolkamerdijk, Bijlanddijk en Millingerwaard) fraai ontwikkeld zijn. Dat geldt ook voor de aanwezige Glanshaverhooilanden (o.a. Bijlanddijk met veel Veldsalie). Ooi- en polderbossen, waaronder lokaal hardhoutooibos, worden ook aangetroffen. Sinds de start van de natuurontwikkeling lijkt het beter te gaan met de stroomdalflora in de Gelderse Poort. Opmerkelijk is vooral het massaal verschijnen van stroomdalplanten als Brede ereprijs (Veronica austriaca ssp. teucrium), Kleine ruit (Thalictrum minus), Wilde marjolein (Origanum vulgare) en Knolribzaad (Chaerophyllum bulbosum) in het oostelijke Waalgebied. Veel van deze soorten waren bijna verdwenen uit het gebied. Het zijn vooral soorten die het goed doen in morfologisch actieve zand- en grindafzettingen. Ook de recente uitbreiding van zeldzame soorten als Grote centaurie (Centaurea scabiosa), Polei (Mentha pulegium), Rapunzelklokje (Campanula rapunculus), Kleine pimpernel (Sanguisorba minor), Graskers (Lepidium graminifolium), Grijskruid (Berteroa incana), Cipreswolfsmelk (Euphorbia cyparissias), Stinkende ballote (Ballota nigra ssp. foetida), Wilde bieslook (Allium schoenoprasum), Viltganzerik (Potentilla argentea) en Stijve steenraket (Erysimum hieracifolium) duidt op deze ontwikkeling (Peters et al., 2004). De meeste van deze soorten zijn afhankelijk van basenrijke en deels ook relatief voedselarme omstandigheden. Daarnaast zijn na de start van de natuurontwikkeling een groot aantal nieuwe soorten in de Gelderse Poort verschenen. Het betreft hier soorten als Weidekervel (Silaum silaus), Riempjes (Corrigiola litoralis), Absintalsem (Artemisia absinthium), Mantelanjer (Petrorhagia prolifera), Stijve steenraket (Erysimum hieracifolium), Harige ratelaar (Rhinanthes alectorolophus), Zandweegbree (Plantago arenaria), Postelein (Portulaca oleracea) en Peperkers (Lepidium latifolia). Ook het merendeel van deze soorten heeft zich gevestigd op oeverwallen en stroomruggen waar zand- en soms grindafzettingen vanuit de rivier weer vrij spel hebben gekregen en waar het landbouwkundig gebruik is gestopt (Peters et al., 2004). Ook de soorten van ruigtes en begraasde zomen zijn toegenomen sinds er gestart is met natuurontwikkeling in Dit is te zien aan de recente uitbreiding van Donzige klit (Arctium tomentosum), Knolribzaad (Chaerophyllum bulbosum), Rivierkruiskruid (Senecio fluviatilis) en Kleine kaardenbol (Dipsacus pilosus) (Peters et al., 2004). Voor soorten van moerassen en bossen is geen sprake van een duidelijke voor- of achteruitgang na de natuurontwikkeling. Dit is voor moerassoorten voorlopig ook niet aan de orde, omdat de hydrologie in de binnendijkse gebieden nog is afgestemd op de landbouw. In de Rijnstrangen, de Ooijse Graaf en de Groenlanden worden de waterpeilen kunstmatig laag gehouden. Buitendijks is de rivierpeilfluctuatie voor veel soorten van moerassen te groot. Van bossoorten is de komende jaren wel een toename te verwachten. Soorten als Muskuskruid (Adoxa moschatellina), Springzaadveldkers (Cardamine impatiens), Groot glaskruid (Parietaria officinalis), Daslook (Allium ursinum) en Maarts viooltje (Viola odoratum) zijn intussen teruggekeerd of lijken zich uit te breiden. Deze soorten gedijen optimaal in Knelpunten- en kansenanalyse 4 Kiwa Water Research/EGG-consult

5 hardhoutooibos en dit bostype staat pas aan het begin van haar ontwikkeling (Peters et al., 2004). Door de aanwezigheid van kalk zijn alle milieutypen basenrijk. Systeemanalyse De variatie in vegetatie hangt samen met het grote aantal aanwezige milieutypen van wateren, oevers, strangen, uiterwaardkommen, oeverwallen en tichelgaten. Een grote morfodynamiek ter plekke van de oeverwallen (sterke sedimentatie, erosie van zand en deels verstuiving) is belangrijk voor de aanwezigheid van soortenrijke ruigtes op oeverwallen behorend tot de habitattypen H6120 stroomdalgraslanden en H6430C ruigten en zomen (droge bosranden). Door de overgang van agrarisch beheer naar natuurbeheer heeft het habitattype H6120 stroomdalgraslanden zich sterk uitgebreid en heeft hervestiging van vele kenmerkende soorten plaatsgevonden. De vorming van deze milieus treedt vooral op in de Millingerwaard en Klompenwaard. Buitendijkse gebieden staan onder invloed van zeer grote rivierpeilfluctuaties (tot 15 meter in één jaar). Door lage zomerpeilen van de rivierarmen ten opzichte van de uiterwaarden, zijn er buitendijks weinig geschikte locaties voor moerassen. Binnendijks en in de Rijnstangen zijn er door de gereguleerde waterhuishouding wel veel mogelijkheden voor moerasvegetatie. In de Rijnstrangen zijn moerasvegetaties wel verdroogd en door aanpassing van de waterhuishouding (wijziging peilbeheer, eventueel toelaten periodieke doorstroming met Rijnwater) is hier herstel van moerasvegetatie en bijbehorende moerasvogels mogelijk. In de binnendijkse gebieden speelt ook verdroging van moerasbegroeiingen. Het rivierwater is vervuild. De huidige hoge voedselrijkdom kan voor Krabbenscheervegetatie behorende tot habitattype H3150 meren met krabbenscheer en fonteinkruiden een probleem vormen. Dit zal zeker het geval zijn in de Oude Rijnstrangen waar het sterk vervuilde water van het riviertje de Wild instroomt. Door de laatste dijkverzwaring in begin jaren 90 is een belangrijk deel van het aanwezige goed ontwikkelde areaal van de habitattypen H6120 stroomdalgraslanden en H6510A glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver) vernietigd. Uit onderzoek naar de resultaten van natuurontwikkeling in de Gelderse Poort blijkt dat de (stroomdal)flora zich herstelt. Al na een paar jaar keren karakteristieke soorten terug of breiden zich uit. Hiervoor worden twee sleutelprocessen verantwoordelijk gehouden: o Herstel van de sedimentdynamiek. Vrijwel alle oeverwallen waren voorheen in landbouwkundig gebruik. Sinds de landbouw zich uit het gebied heeft teruggetrokken, is er weer plaats voor morfologisch actieve oeverwallen. Dit heeft geleid tot brede zandwaaiers, droge grindafzettingen en zelfs lokale verstuiving. Hierop hebben zich ruigtes behorend tot habitattype H6120 stroomdalgraslanden ontwikkeld. o Een extensief begrazingsbeheer. Het terugbrengen van de begrazingsintensiteit t.o.v. de landbouwkundige norm heeft gezorgd voor het ontstaan van een mozaïk van ruigten en grasland. Dit herstel vindt vooral plaats op de oeverwallen. Knelpunten- en kansenanalyse 5 Kiwa Water Research/EGG-consult

6 Herstel van soortenrijke graslanden die gebonden zijn aan een lage morfodynamiek en een zeer lage tot geen overstroming met rivierwater hebben een klein areaal en herstellen zich nog weinig. Het betreft hier het Medicagini-Avenetum pubescentis behorende tot habitattype H6120 stroomdalgraslanden en het Arrhenatheretum elatioris behorende tot habitattype H6510 glanshaver- en vossenstaarthooilanden. Deze graslanden zijn afhankelijk van (vrijwel) stabiele bodems met een ontwikkeld humusprofiel. Zulke graslanden ontwikkelen zich uit eutrafente graslanden wanneer de voedselrijkdom voldoende wordt verlaagd (door middel van oppervlakkig afgraven en/of hooilandbeheer en beheer dat gericht is op instandhouding van grasland). In geval van beweiding moet de intensiteit en duur dusdanig zijn dat aan het eind van de zomer een groot deel is afgegraasd. Habitattype H6510 glanshaveren vossenstaarthooilanden en voor een belangrijk deel alleen goed ontwikkeld worden met hooilandbeheer. Voorgenomen OBN-onderzoek zal de komende jaren meer duidelijkheid moeten verschaffen over de voorwaarden voor een duurzaam herstel van stroomdalgraslandflora en beide habitattypen. Knelpunten- en kansenanalyse 6 Kiwa Water Research/EGG-consult

7 Doelen voor habitattypen Tabel 1: Tabel met habitattypen waarvoor het Natura 2000-gebied is aangewezen. Per habitattype worden in de kolommen achtereenvolgens de gebiedsdoelen (opgesplitst naar oppervlakte en kwaliteit), de hydrologische potentie, de huidige en potentiële relatieve bijdrage weergegeven. Alleen zoete tot (zwak) brakke, waterafhankelijke habitattypen zijn voor deze gebiedsanalyse geanalyseerd. Gebiedsdoelen en huidige relatieve bijdrage komen overeen met die in het gebiedendocument (LNV, november 2006). Code Habitatnaam Kwaliteit Oppervlakte Hydrologische potentie Huidige relatieve bijdrage Potentiële relatieve bijdrage H3150 Meren met krabbenscheer en = + + fonteinkruiden H3270 Slikkige rivieroevers = H6120 Stroomdalgraslanden H6430A Ruigten en zomen = = + + (moerasspirea) H6430C Ruigten en zomen (droge bosranden) = = N/B + + H6510A Glanshaver- en + + vossenstaarthooilanden (glanshaver) H91E0A Vochtige alluviale bossen = N/B (zachthoutooibossen) H91F0 Droge hardhoutooibossen N/B + + Knelpunten- en kansenanalyse 7 Kiwa Water Research/EGG-consult

8 Tabel 2: Verklaring van gebruikte tekens in tabel 1 Oppervlakte = Behoud oppervlak Uitbreiding oppervlak = ( ) Behoud, enige afname oppervlak is ten gunste van toegestaan Uitbreiding oppervlak is op bepaalde plaatsen gewenst en afname oppervlak is op ( ) bepaalde plekken ten gunste van toegestaan Kwaliteit = Behoud kwaliteit Verbetering kwaliteit Hydrologische potentie Klein: uitbreiding oppervlak of verbetering kwaliteit is nauwelijks mogelijk Matig: enige uitbreiding oppervlak of zwak herstel kwaliteit is mogelijk Groot: uitbreiding oppervlak of herstel kwaliteit is goed mogelijk Zeer groot: sterke uitbreiding oppervlak is goed mogelijk en plaatselijk verbetering kwaliteit goed mogelijk N/B Onbekend Huidige/ Potentiële relatieve bijdrage Zeer grote oppervlakte (> 15%) en grotendeels goede kwaliteit ++ en/of bijzondere kwaliteit en/of geografische ligging in combinatie met goede kwaliteit Zeer grote oppervlakte (> 15%) en grotendeels matige kwaliteit + of grote oppervlakte (2-15%) of geringe oppervlakte (< 2%) met grotendeels goede kwaliteit - Geringe oppervlakte (< 2%) en grotendeels matige kwaliteit - - Relictpopulaties van soorten van het habitattype nog aanwezig Knelpunten- en kansenanalyse 8 Kiwa Water Research/EGG-consult

9 Huidige kwaliteit Potentiële kwaliteit en hydrologische herstelpotentie De potentiële kwaliteit is voor habitattypen geschat op grond van de aanname dat knelpunten die technisch oplosbaar zijn ook daadwerkelijk worden opgelost (ongeacht de financiële en maatschappelijke haalbaarheid). Het betreft hier een schatting van de hydrologische potentie (zie onder). Deze indicatie geeft het maximaal haalbare weer en hoeft niet noodzakelijkerwijs overeen te komen met het doel voor habitattypen. Zo kan bijvoorbeeld een habitattype goed en matig ontwikkeld voorkomen in een gebied en is het instandhoudingsdoel geformuleerd als behoud van oppervlakte en kwaliteit. Tegelijk kan de ecologische potentie als goed zijn ingeschat (het matig ontwikkelde habitattype in de huidige situatie kan dus ontwikkeld worden naar een goede kwaliteit). Omdat de inschatting van potenties vooral is gebaseerd op de kans en mate waarin de ecologische vereisten van waterafhankelijke habitattypen kan worden hersteld betreft het hydrologische potenties voor herstel. Er is geen rekening gehouden met andere factoren die herstel van habitattypen bepalen (b.v. hervestiging uit zaadbank, verspreiding van soorten). H3150: Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition Dit habitattype komt op twee plekken in het gebied voor, namelijk in het Rijnstrangengebied en de Groenlanden. In de Rijnstrangen liggen verspreid over het gebied een aantal kleine snippers met het grootste areaal bij Kandia. Bij de Groenlanden is een duidelijke concentratie aanwezig in het gebied dat ligt ingeklemd tussen de Langstraat en de Hezelstraat. Ook ten zuiden van Tiengeboden is een klein oppervlak van dit habitattype aanwezig. Het totale oppervlak in de gekarteerde gebieden van SBB bedraagt minder dan 5 ha. Het is onduidelijk wat de huidige kwaliteit van het habitattype is. Deels is de kwaliteit matig, vanwege de ongunstige waterkwaliteit van de binnendijkse wateren. Conclusie: Het habitattype komt met een klein oppervlak in het gebied voor. De huidige kwaliteit is onbekend. Er zijn goede potenties voor kwaliteitsverbetering in de binnendijkse gebieden en de Rijnstrangen. H3270: Rivieren met slikoevers met vegetaties behorend tot het Chenopodion rubri p.p. en Bidention p.p Dit habitattype is op een aantal plekken in de Gelderse Poort aanwezig. Het grootste areaal ligt in de Erlecomse Waard. Daarnaast komt het habitattype met een kleiner oppervlak in het Rijnstrangengebied, bij de Oude Waal en ten noorden van de Bizonbaai voor. Het totale oppervlak in de gekarteerde gebieden van SBB ligt tussen de 10 en 15 ha. Het is onduidelijk wat de huidige kwaliteit van de voorkomens is. Omdat het habitattype snel verschijnt na afgraving en op plekken met een hoge morfodynamiek zijn de potenties voor herstel goed. Conclusie: Het habitattype komt op meerdere plekken in het gebied voor met een relatief groot oppervlak. De huidige kwaliteit is onbekend. Er zijn goede potenties voor uitbreiding van het oppervlak. H6120*: Kalkminnend grasland op dorre zandbodem Dit habitattype komt in het Rijnstrangengebied (ter hoogte van de Leuvense dijk), het Tolkamer reservaat (Bijlanddijk en Tolkamerdijk), de Millingerwaard, ten noorden van de Bizonbaai en de Groenlanden (Ooijse bandijk) voor. Het totale oppervlak bedraagt Knelpunten- en kansenanalyse 9 Kiwa Water Research/EGG-consult

10 circa 8 ha in de gekarteerde gebieden van SBB. Het areaal is vrij beperkt gezien de grootte van het Natura 2000-gebied, maar de huidige kwaliteit is overwegend goed. Plaatselijk komen zeer fraaie voorbeelden van stroomdalgraslanden voor. Zo herbergt de Bijlanddijk een oud stadium van het Medicagini-Avenetum pubescentis met onder meer soorten als Moeslook, Grote centaurie, Cypreswolfsmelk, Kleine ratelaar en Veldsalie. Pionierbegroeiingen van dit habitattype (Bromo inermis-eryngietum campestris) komen ook voor en zijn lokaal met een behoorlijk areaal aanwezig (o.a. oeverwal van de Millingerwaard). Op de oeverwallen in natuurontwikkelingsgebieden heeft dit vegetatietype zich sterk uitgebreid. Herstel van Medicagini-Avenetum blijft achter. Conclusie: Het habitattype komt op meerdere plekken in het gebied voor, vooral in de vorm van pionierstadia en grasland-stadia op stabiele bodem. Het oppervlak is klein, gezien de omvang van het Natura 2000-gebied. Er zijn goede potenties voor een sterke uitbreiding van het oppervlak en plaatselijk verbetering van de kwaliteit. Van belang is dat naast ontwikkeling van ruigtes op oeverwallen (Bromo inermis-eryngietum campestris) ook herstel plaatsvindt van Medicagini-Avenetum op locaties met een lage morfodynamiek. H6430: Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones Dit habitattype is niet beoordeeld wegens een beperkende selectie van uit te werken habitattypen. H6510: Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis) Het gebied is van belang voor subtype A: glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver). Dit subtype komt op meerdere plekken in het gebied voor op stroomruggen en dijken (hogere delen). Het zwaartepunt van de verspreiding ligt in de Groenlanden, waar het habitattype over een lang traject langs de Ooijse Bandijk voorkomt. Daarnaast zijn kleinere oppervlakten van dit habitattype in het Rijnstrangengebied (ter hoogte van de Leuvense dijk en bij het Erfkamerlingschap), het Tolkamer reservaat, de Lobberdensche Waard en de Ooijse Graaf aanwezig. De totale oppervlakte in de gekarteerde gebieden van SBB bedraagt bijna 20 ha. Veel van het potentiële areaal bestaat uit rompgemeenschappen van de Arrhenatheretalia, welke herstelbaar zijn tot het habitattype bij een adequaat hooilandbeheer. Op de Waaldijk van de Millingerwaard is op een relatief grote oppervlakte een ontwikkeling gaande naar glanshaverhooiland (veel Groot streepzaad). Buiten het Natura 2000-gebied komt het habitattype in een vrij groot oppervlak voor in de Geuzenwaard ten zuiden van Lobith. In de natuurontwikkelingsgebieden zijn goede potenties aanwezig voor uitbreiding van het oppervlakte, mits de voedselrijkdom wordt verlaagd en een op hooiland afgestemd beheer gaat plaatsvinden. Conclusie: Het habitattype komt op meerdere plekken in het gebied voor met een relatief groot oppervlak. Het oppervlak goed ontwikkeld habitattype is klein gezien de grootte van het Natura 2000-gebied. De huidige kwaliteit is overwegend matig en voor een klein deel goed. Er zijn goede potenties voor uitbreiding van het oppervlak en kwaliteitsverbetering. Knelpunten- en kansenanalyse 10 Kiwa Water Research/EGG-consult

11 H91E0 Bossen op alluviale grond met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno- Padion, Alnion incanae, Salicion albae) Dit habitattype komt over een groot oppervlak in het Rijnstrangengebied voor. Daarbuiten is het met een klein oppervlak in de Lobberdensche Waard en het Tolkamer reservaat aanwezig. De totale oppervlakte bedraagt circa 50 ha en de huidige kwaliteit ervan is onduidelijk. Het habitattype kan door afgraving en daaropvolgende natuurlijke successie makkelijk worden uitgebreid. Conclusie: Het habitattype komt met een groot areaal in het Rijnstrangengebied voor. Potenties voor uitbreiding zijn goed. H91F0: Gemengde oeverformaties met Quercus robur, Ulmus laevis en Ulmus minor, Fraxinus excelsior of Fraxinus angustofolia, langs de grote rivieren (Ulmenion minoris) Dit type komt slechts voor op één locatie in het gebied (Colenbranderbos, Millingerwaard). De huidige kwaliteit is matig tot goed (vele stroomdalplanten en ruigtekruiden in de ondergroei). Het areaal is gezien de omvang van het Natura gebied zeer klein. Tot voor kort werd uitbreiding van het habitattype beperkt door agrarisch beheer en het tegengaan van opgaande begroeiingen i.v.m. het handhaven van een lage hydraulische weerstand bij hoogwaters. In het Strategisch Kader wordt voorzien in het toestaan van uitbreiding van hardhoutooibos. Conclusie: Dit habitattype is op een plek met een zeer klein areaal in het gebied aanwezig. De kwaliteit is matig tot goed. Potenties voor herstel zijn onduidelijk. Knelpunten- en kansenanalyse 11 Kiwa Water Research/EGG-consult

12 Knelpunten (codes corresponderen met de codering van de knelpunten in tabel 3 - bijlage) Omgang met knelpunten en maatregelen De verandering van milieu-omstandigheden kan door één of meerdere knelpunten worden veroorzaakt. Een knelpunt bestaat uit negatieve verandering van een milieuconditie gekoppeld aan een ingreep of oorzaak. Per knelpunt worden één of meerdere maatregelen aangegeven die nodig zijn om het knelpunt op te lossen. Zoveel mogelijk is getracht een heldere, één-op-één relatie weer te geven tussen knelpunt en maatregel. Bij knelpunten met een complexe oorzaak is dat echter niet mogelijk. Een knelpunt is dan aan meerdere maatregelen gekoppeld. Voor het realiseren van de gebiedsdoelen voor habitattypen is het noodzakelijk om knelpunten op te lossen door uitvoering van de maatregelen. Welke van de geconstateerde knelpunten, de mate waarin de knelpunten worden opgelost en welke maatregelen daarvoor precies worden uitgevoerd zijn aspecten die in de Natura 2000 beheersplannen nader moeten worden uitgewerkt. Verbeterdoelen (verbeteren verspreiding, uitbreiding oppervlakte, verbetering kwaliteit) worden binnen het gebied in omvang, ruimte en tijd nader uitgewerkt. Ook moeten in veel gevallen de dimensies van maatregelen en hun exacte effect op herstel van habitattypen nader worden uitgewerkt. Wanneer meerdere knelpunten spelen en meerdere maatregelen mogelijk zijn voor het oplossen van knelpunten hoeven niet altijd perse alle genoemde maatregelen te worden uitgevoerd voor het realiseren van de habitatdoelen. In die gevallen geeft de analyse een palet van maatregelen waaruit kan worden gekozen. Een belangrijk aspect dat in de beheersplannen ook moet worden uitgewerkt is de volgorde van maatregelen. Bepaalde maatregelen hebben pas zin als andere eerst worden uitgevoerd. Natuurlijke dynamiek waterregime a) Verdroging als gevolg van insnijding rivier door normalisatie. Regulatie van het Rijn-systeem heeft geleid tot rivierinsnijding (verticale erosie van het rivierbed) en verlaging van de laagste rivierpeilen. Hierdoor hebben de lage, oorspronkelijk natte delen van de uiterwaarden te kampen met verdroging. Behoud natuurlijke trofiegraad b) Externe eutrofiëring als gevolg van vervuiling Rijn en Wild door uitspoeling meststoffen en lozingen. Vooral het water van de Wild is erg vervuild. Mogelijk is de waterkwaliteit van de Rijn ook van invloed op de ontwikkelingskansen voor Krabbenscheervegetatie. c) Externe eutrofiëring door bemesting binnen Natura 2000-gebied. Grote delen van het Natura 2000-gebied waren tot voor kort in agrarisch gebruik en werden toen zwaar bemest. Hierdoor zijn veel potentiële locaties voor Stroomdalgraslanden en Glanshaverhooilanden (nog) te eutroof. Behoud geomorfodynamiek d) (Toekomstige) vermindering sedimentatie van zand als gevolg van aanleg nieuwe onderwater-kribben. In het kader van de PKB Ruimte voor de Rivier wordt gedacht aan aanpassing van de huidige kribben in het bovenstroomse deel van de grote rivieren. Door een nieuwe constructie en verlaagde aanleg, waardoor de kribben (meestal) onder water komen te liggen, is een snellere afvoer en betere doorstroming bij hoogwater mogelijk. Een bijkomend effect is echter ook dat minder erosie en sedimentatie van zand optreedt. Dit kan in de toekomst nadelig zijn voor de ontwikkeling van ruige vormen van habitattype H6120 stroomdalgraslanden en van habitattype H6430 ruigten en zomen. Knelpunten- en kansenanalyse 12 Kiwa Water Research/EGG-consult

13 Goed beheer e) Verruiging door te extensief maai/ begrazingsbeheer. Het huidige terreinbeheer in natuurontwikkelingsgebieden heeft voor ontwikkeling van soortenrijke graslanden behorende tot de habitattypen H6120 stroomdalgraslanden (Medicagini-Avenetum) en H6510 glanshaver- en vossenstaarthooilanden (Arrhenatheretum elatioris) vaak een te lage begraasdruk. Het aantal stuks vee wordt vaak afgestemd op de aanwezigheid van voedsel voor het vee in de winter. Als de biomassa van de vegetatie in de zomer toeneemt, kunnen de beesten de productie vaak niet aan. Dit leidt op de oeverwallen tot verruiging van de vegetatie met Duinriet (Calamagrostis epigejos) of bijvoorbeeld Echte kruisdistel (Eryngium campestre) en in de uitwerwaardkommen en ruggen tot veruiging met o.a. Akkerdistel (Cirsium arvense), Grote Brandnetel (Urtica dioica) en Dauwbraam (Rubus caesius). f) Tegengaan ontwikkeling hardhoutooibos op oeverwallen door beheer. Voor behoud van een lage hydraulische weerstand van de uiterwaarden bij hoge rivierafvoeren, wordt op veel plekken (o.a. de oeverwallen) bosontwikkeling tegengehouden. Het areaal hardhoutooibos is daardoor klein. Voorheen beperkte agrarisch beheer ook vaak de ontwikkeling van hardhoutooibos. Overig g) Biotoopvernietiging door dijkverzwaring. Door recente dijkverzwaringen is een aanzienlijk deel van het aanwezige areaal goed ontwikkelde graslanden van de habitattypen H6120 stroomdalgraslanden en H6510 glanshaver en vossenstaarthooilanden vernietigd. Maatregelen (nummers corresponderen met de nummering van de maatregelen in tabel 4 - bijlage) 1) Stoppen bemesting en omvormen naar natuur. Zowel op plaatsen waar inspoeling van meststoffen naar oppervlaktewater een probleem is als op plekken waar de habitattypen H6120 stroomdalgraslanden en H6510A glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver) kunnen worden ontwikkeld, moet de bemesting worden gestopt. 2) Verminderen nutriëntenlast Rijn en Wild door verminderen uitspoeling meststoffen, verbeteren zuivering rioolwater en saneren riooloverstorten. Voor herstel van de waterkwaliteit in de Rijnstrangen zijn maatregelen noodzakelijk in het relatief kleine stroomgebied van de Wild. Aan vermindering van de nutriëntenlast in de Rijn wordt middels grensoverschijdende afspraken gewerkt. Dit laaste vergt een grootschalige aanpak op een lange termijn. 3) Toestaan bosontwikkeling. Op diverse locaties dient ontwikkeling van hardhoutooibos plaats te vinden. Nabij het Colenbranderbos is uitbreiding van het habitattype H91F0 droge hardhoutooibossen mogelijk. Binnen het Strategisch Kader wordt voorzien in uitbreiding. 4) Hooilandbeheer. Er zijn mogelijkheden voor uitbreiding van het oppervlak en herstel van de kwaliteit aanwezig voor de habitattypen H6120 stroomdalgraslanden en H6510A glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver) door in aan dit type grenzende percelen gericht te gaan beheren. Voor habitattype H6120 Knelpunten- en kansenanalyse 13 Kiwa Water Research/EGG-consult

14 stroomdalgraslanden betekent dat hooilandbeheer of beweiding, voor habitattype H6510 glanshaver- en vossenstaarthooilanden betekent dat hooilandbeheer. Op geïsoleerde oeverwallocaties met sterke sedimentatie van zand kunnen ook makkelijk ruige pionierfases van habitattype H6120 stroomdalgraslanden worden ontwikkeld. 5) Optimaliseren beweiding. Voor het bereiken van de instandhoudingsdoelen van graslandvormen van habitattype H6120 stroomdalgraslanden (Medicagini- Avenetum) door middel van begrazing vergt een begrazingsbeheer dat zich richt op het bereiken van grasland. Het is van groot belang een begrazingsintensiteit en - periode te kiezen waarbij aan het eind van het groeiseizoen een groot deel van de biomassa is afgegraasd. Een te lage begraasdruk leidt tot verruiging, terwijl overbegrazing kan leiden tot een afname in soortenrijkdom van stroomdalplanten en een weinig gevarieerde vegetatiestructuur. 6) Oppervlakkig afgraven. Verwijderen van P-verzadigde bovengrond. 7) Afgraven uiterwaarden. Ter compensatie van verdroging van wateren met habitattype H3150 meren met krabbenscheer en fonteinkruiden door insnijding van de rivier kunnen nieuwe wateren worden gegraven in natuurontwikkelingsgebieden die ontkleid worden. Opmerking Een aanvullende maatregel voor herstel van moerassen en broedgelegenheid voor moerasvogels in de Rijnstrangen is optimalisatie van het peilbeheer en eventueel periodieke doorstroming van de Rijnstrangen met Rijnwater noodzakelijk. Dekking van maatregelen Bij elke maatregel wordt aangegeven in hoeverre deze gedekt wordt met een plan of project waarover betrokken partijen overeenstemming hebben bereikt (bij maatregelen in natuurreservaat door beheerder, bij maatregel buiten natuurreservaat bestuurlijk akkoord van meerdere partijen). Ideeën en plannen zonder zo n accordering gelden niet als dekking voor een maatregel. In sommige gevallen zijn er wel plannen of maatregelen uitgevoerd maar lossen die een knelpunt niet of slechts gedeeltelijk op. Bij de toekenning van de mate van dekking is daarom een inschatting gemaakt in hoeverre een plan een knelpunt oplost. Vanwege de korte looptijd van de kansen- en knelpuntenanalyse was het niet mogelijk om alle relevante informatie over plannen en beheermaatregelen te achterhalen. Over de dekking van maatregelen is daardoor op dit moment nog veel onbekend. Verder geldt dat in de loop der tijd de dekking van maatregelen snel kan veranderen. De huidige voorkanten geven wat betreft dekking een overzicht op basis van geactualiseerde informatie uit de inspraakronde van begin 2006 aangevuld met informatie die naderhand nog is opgevangen. Prioritering (zie tabel 3 - bijlage) Voor herstel van de habitattypen H6120 stroomdalgraslanden en H6510 glanshaver- en vossenstaarthooilanden geldt een Sense of Urgency met betrekking tot beheer. Maatregelen voor herstel van deze habitattypen (maatregel 1, 4, 5, 6) hebben daarom hoge prioriteit. Voor herstel van de kwaliteit van habitattype H3150 meren met krabbenscheer en fonteinkruiden heeft verbetering van de rivierwaterkwaliteit (maatregel 2 met name voor de Wild) hoge prioriteit, mede omdat deze vegetatie het Knelpunten- en kansenanalyse 14 Kiwa Water Research/EGG-consult

15 natuurlijke broedbiotoop van de Zwarte stern vormt. Maatregelen voor herstel van H91F0 droge hardhoutooibossen (maatregel 3) heeft ook hoge prioriteit. Er geldt tevens een Sense of Urgency voor kwaliteitsverbetering en uitbreiding van rietmoeras met de daarbij behorende broedvogels. Systematiek van Sense of urgencies Sense of urgencies (urgenties) zijn toegekend aan Natura 2000 gebieden ten behoeve van de analyse van de huidige situatie van kernopgaven die in het Natura 2000 doelendocument (LNV 2006) zijn vastgesteld. Kernopgaven geven verbeteringen aan voor clusters van habitattypen en soorten die sterk onder druk staan en waarvoor Nederland van groot tot zeer groot belang is. Deze kernopgaven vergen op landschapsniveau en op gebiedsniveau een samenhangende aanpak in beheer en inrichting. Een sense of urgency voor een kernopgave is toegekend als binnen nu en 10 jaar mogelijk een onherstelbare situatie ontstaat. In de voorkanten wordt bij een habitattype de sense of urgency weergegeven indien een habitattype deel uitmaakt van een kernopgave met een sense of urgency. Er is onderscheid gemaakt in sense of urgencies met betrekking tot het nemen van maatregelen in de waterhuishouding (wateropgave) en met betrekking tot het nemen van beheermaatregelen (beheeropgave). Doorgaans zal een habitattype met een sense of urgency één of meerdere grote knelpunten hebben die samenhangen met betreffende sense of urgency. In de Toelichting en legenda wordt uitgebreider in gegaan op de link tussen knelpunten en sense of urgencies. Kennislacunes De volgende kennislacunes zijn geconstateerd: De invloed van de rivierwaterkwaliteit op de vegetatie, vooral op de Krabbenscheervegetatie, is niet duidelijk. Het bepalen van locaties met hoge potenties voor uitbreiding van de habitattypen H6120 stroomdalgraslanden, H6510A glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver) en H91F0 droge hardhoutooibossen. Meest geschikte hersteltechniek en herstelbeheer voor de goed ontwikkelde graslandvormen van de habitattypen H6120 stroomdalgraslanden en H6510A glanshaver- en vossenstaarthooilanden (glanshaver) en voor habitattype H91F0 droge hardhoutooibossen. Geraadpleegde bronnen Het onderzoek heeft plaatsgevonden in 2005 en is bijgewerkt in 2006 en De analyse is gebaseerd op informatie uit makkelijk toegankelijke bronnen en aangevuld met informatie van beheerders. Boersma, F. & E. van der Kol (1994). Vegetatieontwikkeling in de Millingerwaard Deel 1: vegetatiekundig onderzoek. Wageningen Universiteit. Eck, J.M.C. van, & M.O. Van Zuijen (1996). Evaluatie van het vegetatiebeheer op de Bylanddijk bij Lobith. Wageningen Universiteit. Eck, W. van, J. Lenssen & H. de Kroon (2005). Ruimte voor de rivier met ruimte voor stroomdalvegetatie. De Levende Natuur 106(2): Knelpunten- en kansenanalyse 15 Kiwa Water Research/EGG-consult

16 Harms, W.B. & J. Roos-Klein Lankhorst red. (1994).: Toekomst voor de natuur in de Gelderse Poort. Planvorming en evaluatie. Rapport SC.DLO/Grontmij, Wageningen. Kuiters, L. & S. Vreugdenhil (2005). Vestiging van hardhoutooibossoorten in de Beuningse uiterwaarden. De Levende Natuur 106(2): Kurstjens, G., P. Calle & B. Peters (2005). Verrassend herstel van insectenrijkdom in de Gelderse Poort. De Levende Natuur 106(6): Peters, B., G. Kurstjens & T. Teunissen (2004). Herstel van de (stroomdal)flora in de Gelderse Poort. De Levende Natuur 105(6): Staatsbosbeheer (1993). Beheersplan De Gelderse Poort (de Oude Rijnstrangen, Tolkamerdijk en Lobberdense Waard). Staatsbosbeheer, Heesch. Staatsbosbeheer (1999). Rapport beoordeling terreincondities objecten: oude Rijnstrangen, Lobberdense Waarde en Tolkamerdijk, Huissense Waard en Roswaard. Staatsbosbeheer (1999). Interpretatie en realisatiescore per doeltype. Oude Rijnstrangen, Lobberdense Waarde en Tolkamerdijk, Huissense Waard en Roswaard. Staatsbosbeheer (1992). Beheersplan Bemmelse Waard voor de periode Staatsbosbeheer (1992). Beheersplan Klompenwaard voor de periode Ministerie V&W & Ministerie LNV (2003). Strategisch Kader Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn. Ruimte voor de Rivier en Ruimte voor Natura Streefkerk, J. (2005). EKW-VHR: Grondwaterafhankelijke habitatgebieden op landschapschaal in orde? Verder gesproken met Karle Sýkora (WUR). Knelpunten- en kansenanalyse 16 Kiwa Water Research/EGG-consult

17 Bijlagen

18 Tabel 3: : Knelpunten in relatie tot habitattypen. Betekenis van de kleuren en symbolen staat in tabel 5 en wordt in de Toelichting en legenda nader toegelicht. De nummers in de kolom Maatregelen om knelpunt op te lossen verwijzen naar maatregelen in tabel 4. Gelderse poort (67) Habitattypen A 91E0A 91F0 Kwaliteit actueel?? Kwaliteit ecologische potentie Sense of urgency (landelijke kernopgave) Knelpunt Ernst knelpunt Prioriteit Inspanning Maatregel Dekking Natuurlijke dynamiek waterregime a) Verdroging a.g.v. insnijding rivier door normalisatie? 7? Behoud natuurlijke trofiegraad b) c) Externe eutrofiëring a.g.v. vervuiling Rijn en Wild door uitspoeling meststoffen en lozingen Externe eutrofiëring door bemesting binnen Natura gebied! 2?!!!! 1,6 1? 6 Behoud geomorfodynamiek d) (Toekomstige) vermindering sedimentatie van zand a.g.v. aanleg nieuwe onderwater-kribben????? Goed beheer e) Verruiging door te extensief maai/begrazingsbeheer!!!! 4,5? f) Tegengaan ontwikkeling hardhoutooibos op oeverwallen door beheer!! 3 Overig g) Biotoopvernietiging door dijkverzwaring!! 1,4 1? 4 Knelpunten- en kansenanalyse 18 Kiwa Water Research/EGG-consult

19 Tabel 4: Overzicht van maatregelen voor het oplossen van knelpunten Maatregel om knelpunt op te lossen Dekking maatregel door bestaande plannen Van de totale taakstelling ongeveer 60% verworven over de betrokken uiterwaarden, per deelgebied 1) Stoppen bemesting en omvormen naar natuur variërend tussen 30% en 80% 2) Verminderen nutriëntenlast Rijn en Wild door verminderen uitspoeling meststoffen, verbeteren zuivering rioolwater en saneren riooloverstorten? Onbekend, er is wel een plan voor het Wild 3) Toestaan bosontwikkeling Strategisch kader Vogel- en Habitatrichtlijn voorziet in het toestaan van uitbreiding hardhoutooibos 4) Hooilandbeheer? 5) Optimaliseren beweiding? 6) Oppervlakkig afgraven? 7) Afgraven uiterwaarden Knelpunten- en kansenanalyse 19 Kiwa Water Research/EGG-consult

20 Tabel 5: Legenda behorend bij tabel 3 en 4 Kwaliteit van habitattype Habitattype goed ontwikkeld aanwezig Habitattype matig ontwikkeld aanwezig Habitattype afwezig en potenties voor ontwikkeling Habitattype afwezig en geen potenties voor ontwikkeling Habitattype deels goed en deels matig ontwikkeld aanwezig Habitattype goed ontwikkeld aanwezig; tevens potenties voor uitbreiding Habitattype matig ontwikkeld aanwezig; tevens potenties voor uitbreiding? Kwaliteit onzeker of onbekend Sense of urgency (vanuit kernopgave Natura 2000) Beheeropgave: op korte termijn is een beheeropgave benodigd ten aanzien van de kernopgave waarvan het habitattype onderdeel is, anders verandert de situatie tussen nu en 10 jaar onherstelbaar Wateropgave: op korte termijn is een wateropgave benodigd ten aanzien van de kernopgave waarvan het habitattype onderdeel is, anders verandert de situatie tussen nu en 10 jaar onherstelbaar Ernst knelpunt Groot: habitattype is afwezig, of verdwijnt/ zal verdwijnen, of oppervlakte/ kwaliteit neemt sterk af/ zal sterk afnemen, of mogelijkheden voor uitbreiding sterk beperkt, of mogelijkheden voor verbetering kwaliteit sterk beperkt Klein: goede kwaliteit is beperkt aanwezig of kwaliteit gaat langzaam achteruit, of beperkt voorkomen habitattypen of kwaliteit in klein deel van Natura 2000-gebied, of oppervlakte/ kwaliteit neemt weinig af, of mogelijkheden voor uitbreiding weinig beperkt, mogelijkheden voor verbetering kwaliteit weinig beperkt Zekerheid inschatting knelpunt!! Zeker aanwezig: abiotische en vegetatiekundige gegevens duiden op hetzelfde knelpunt Waarschijnlijk aanwezig: abiotische of! vegetatiekundige gegevens duiden op het knelpunt? Onduidelijk of knelpunt optreedt of hoe groot het is Prioriteit oplossen knelpunt Laag: zonder oplossing kleine afwijking van instandhoudingsdoel of weinig vermindering van herstelpotentie Matig: zonder oplossing enig verlies van typische plantensoorten van instandhoudingsdoel of matig verlies van herstelpotentie Groot: zonder oplossing onherroepelijk verlies van typische plantensoorten van instandhoudingsdoel of sterke vermindering van herstelpotentie? Onbekend: als de zekerheid van een knelpunt is geclassificeerd als onduidelijk of knelpunt optreedt of hoe groot het is Benodigde inspanning om knelpunt op te lossen Klein: vergt binnen Natura 2000-gebied aanpassingen van inrichting of beheer Groot: vergt buiten Natura 2000-gebied functieverandering of -beperking op lokale schaal Zeer groot: vergt wijziging dure infrastructuur of buiten Natura 2000-gebied inspanning op landschapsschaal Dekking maatregel door bestaande plannen Volledig gedekt Gedeeltelijk gedekt Niet of nauwelijks gedekt Niet gedekt en noodzaak moet onderzocht worden? Dekking onduidelijk Maatregel uitgevoerd Maatregel in uitvoering Maatregel bestuurlijk akkoord en uitvoering gepland # Maatregel bestuurlijk akkoord/uitvoering niet gepland Overig Niet uitgewerkt Knelpunten- en kansenanalyse 20 Kiwa Water Research/EGG-consult

21 Colofon Project Knelpunten- en kansenanalyse Natura 2000-gebieden Opdrachtgever Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Directie Natuur Redactie en uitgave Kiwa Water Research, Nieuwegein Uitvoering onderzoek Kiwa Water Research & EGG-consult Projectnummer Kiwa Water Research Bronvermelding Kiwa Water Research & EGG (2007). Knelpunten- en kansenanalyse Natura 2000-gebieden. Kiwa Water Research, Nieuwegein/ EGG, Groningen. Informatie en vragen Camiel Aggenbach, Kiwa Water Research ( ) Mark Jalink, Kiwa Water Research ( ) Knelpunten- en kansenanalyse 21 Kiwa Water Research/EGG-consult

Natura 2000-gebied 68 - Uiterwaarden Waal

Natura 2000-gebied 68 - Uiterwaarden Waal Natura 2000-gebied 68 - Uiterwaarden Waal Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 66 - Uiterwaarden Neder-Rijn

Natura 2000-gebied 66 - Uiterwaarden Neder-Rijn Natura 2000-gebied 66 - Uiterwaarden Neder-Rijn Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 71 Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem

Natura 2000-gebied 71 Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem Natura 2000-gebied 71 Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 38 - Uiterwaarden IJssel

Natura 2000-gebied 38 - Uiterwaarden IJssel Natura 2000-gebied 38 - Uiterwaarden IJssel Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 82 - Uiterwaarden Lek

Natura 2000-gebied 82 - Uiterwaarden Lek Natura 2000-gebied 82 - Uiterwaarden Lek Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 36 Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

Natura 2000 gebied 36 Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht Natura 2000 gebied 36 Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht (Zie leeswijzer) Kenschets Natura 2000 Landschap: Rivierengebied Status: Habitatrichtlijn + Vogelrichtlijn Site code: NL1000005 + NL9902003 Beschermd

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 96 - Coepelduynen

Natura 2000-gebied 96 - Coepelduynen Natura 2000-gebied 96 - Coepelduynen Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 36 - Uiterwaarden Zwarte water en Vecht

Natura 2000-gebied 36 - Uiterwaarden Zwarte water en Vecht Natura 2000-gebied 36 - Uiterwaarden Zwarte water en Vecht Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 104 Broekvelden, Vettenbroek & Polder Stein

Natura 2000-gebied 104 Broekvelden, Vettenbroek & Polder Stein Natura 2000-gebied 104 Broekvelden, Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 70 Zuider Lingedijk & Diefdijk Zuid

Natura 2000-gebied 70 Zuider Lingedijk & Diefdijk Zuid Natura 2000-gebied 70 Zuider Lingedijk & Diefdijk Zuid Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 10 Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

Natura 2000 gebied 10 Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving Natura 2000 gebied 10 Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving (Zie leeswijzer) Kenschets Natura 2000 Landschap: Status: Site code: Beschermd natuurmonument: Beheerder: Provincie: Gemeente: Oppervlakte:

Nadere informatie

1. Status. 2. Kenschets. 3. Definitie. H91F0 versie 1 sept 2008.doc. Habitatrichtlijn Bijlage I (inwerkingtreding 1994).

1. Status. 2. Kenschets. 3. Definitie. H91F0 versie 1 sept 2008.doc. Habitatrichtlijn Bijlage I (inwerkingtreding 1994). Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Gemengde oeverformaties met

Nadere informatie

Stroomdalgraslanden in Nederland

Stroomdalgraslanden in Nederland Stroomdalgraslanden in Nederland Ontwikkeling en beheer in de Vreugderijkerwaard Veldwerkplaats rivierenlandschap Vreugderijkerwaard, 16 mei 2008 Inleiders: Karlè Sýkora (Wageningen Universiteit, Leerstoelgroep

Nadere informatie

- Sint Jansberg: ligt voor het grootste deel buiten het projectgebied en daarnaast is er geen oppervlaktewater aanwezig.

- Sint Jansberg: ligt voor het grootste deel buiten het projectgebied en daarnaast is er geen oppervlaktewater aanwezig. V.1. Natura 2000 gebieden Er liggen 3 Natura 2000 gebieden in of in nabijheid van het projectgebied (zie afbeelding 9 in bijlage V): - Gelderse Poort: de Groenlanden en Ooijsche Graaf liggen binnen het

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 67 Gelderse Poort

Natura 2000 gebied 67 Gelderse Poort Natura 2000 gebied 67 Gelderse Poort CONCEPT GEBIEDENDOCUMENT Kenschets 067_gebiedendocument_Gelderse Poort_november 2007 Natura 2000 Landschap: Rivierengebied Status: Habitatrichtlijn + Vogelrichtlijn

Nadere informatie

Natura essentietabellen Leeswijzer

Natura essentietabellen Leeswijzer Natura 2000- essentietabellen Leeswijzer Ministerie van LNV, juni 2009 Inleiding In diverse Natura 2000-documenten staat informatie over Natura 2000-doelen die sturend is voor het opstellen van beheerplannen.

Nadere informatie

Ontwerpbesluit Gelderse Poort. De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Ontwerpbesluit Gelderse Poort. De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 1 Ontwerpbesluit Gelderse Poort De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Gelet op artikel 3, eerste lid, en artikel 4, vierde lid, van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 89 - Eilandspolder

Natura 2000 gebied 89 - Eilandspolder Natura 2000 gebied 89 - Eilandspolder (Zie leeswijzer) Kenschets Natura 2000 Landschap: Meren en moerassen Status: Habitatrichtlijn + Vogelrichtlijn Site code: NL3004002 + NL4000056 Beschermd natuurmonument:

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 74 Zwarte Meer

Natura 2000 gebied 74 Zwarte Meer Natura 2000 gebied 74 Zwarte Meer (Zie leeswijzer) Kenschets Natura 2000 Landschap: Meren en moerassen Status: Habitatrichtlijn + Vogelrichtlijn Site code: NL2003056 + NL9802031 Beschermd natuurmonument:

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 44 - Borkeld

Natura 2000 gebied 44 - Borkeld Natura 2000 gebied 44 - Borkeld Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 69 Bruuk

Natura 2000-gebied 69 Bruuk Natura 2000-gebied 69 Bruuk Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting en

Nadere informatie

Natura 2000-gebied Oude Maas

Natura 2000-gebied Oude Maas Natura 2000-gebied 108 - Oude Maas Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 en zonder vogeldoelen Er zijn acht Natura 2000 en waarvoor geen vogeldoelen zijn geformuleerd, maar die wel binnen één van de helikopterlaagvliegen

Nadere informatie

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 en zonder vogeldoelen Erratum Bijlage 9 Toetsing typische soorten in Natura 2000 en zonder vogeldoelen Onderstaande tekst vervangt bijlage 9 bij het

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 38 Uiterwaarden IJssel

Natura 2000 gebied 38 Uiterwaarden IJssel Natura 2000 gebied 38 Uiterwaarden IJssel CONCEPT GEBIEDENDOCUMENT Kenschets Natura 2000 Landschap: Rivierengebied Status: Habitatrichtlijn + Vogelrichtlijn Site code: NL2003022 + NL9802036 Beschermd natuurmonument:

Nadere informatie

Stroomdalgraslanden. PowerPointpresentatie nieuwe P.C. Schipper. Met dank aan Karle Sykora

Stroomdalgraslanden. PowerPointpresentatie nieuwe P.C. Schipper. Met dank aan Karle Sykora Stroomdalgraslanden PowerPointpresentatie nieuwe P.C. Schipper Met dank aan Karle Sykora Veel variatie in een klein gebied Van Waterplanten tot Hardhout-Ooibossen Heel veel overgangen Bas Kers Stroomdalgraslanden

Nadere informatie

G 3 anthoxanthetosum BC01A Sedo-Thymetum

G 3 anthoxanthetosum BC01A Sedo-Thymetum *Kalkminnend grasland op dorre zandbodem (H6120) Verkorte naam: Stroomdalgraslanden 1. Status Prioritair op Bijlage I Habitatrichtlijn (inwerkingtreding 1994). 2. Kenschets Beschrijving: In Nederland betreft

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 90 Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder

Natura 2000 gebied 90 Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder Natura 2000 gebied 90 Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder (Zie leeswijzer) Kenschets Natura 2000 Landschap: Meren en moerassen Status: Habitatrichtlijn + Vogelrichtlijn Site code: NL2003054 + NL9802058

Nadere informatie

Bos in de Rijntakken. Jaap Ex. Projectleider beheerplannen Natura 2000 Rijntakken en Loevestein Provincie Gelderland

Bos in de Rijntakken. Jaap Ex. Projectleider beheerplannen Natura 2000 Rijntakken en Loevestein Provincie Gelderland Bos in de Rijntakken Jaap Ex Projectleider beheerplannen Natura 2000 Rijntakken en Loevestein Provincie Gelderland Natura 2000 doelstelling Behoud omvang en kwaliteitsverbetering zachthoutooibos H91EOA

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 54 - Witte Veen

Natura 2000-gebied 54 - Witte Veen Natura 2000-gebied 54 - Witte Veen Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

Weghalen van oeverbestortingen grote impuls voor natuur langs de IJssel

Weghalen van oeverbestortingen grote impuls voor natuur langs de IJssel Persbericht 11 augustus 2010 De IJssel kan weer een echte rivier worden Weghalen van oeverbestortingen grote impuls voor natuur langs de IJssel Het verwijderen van breuksteen bestortingen lijkt één van

Nadere informatie

Natura 2000-gebied Groote Peel

Natura 2000-gebied Groote Peel Natura 2000-gebied 140 - Groote Peel Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 9 februari 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-010956 - gemeente Voorst Activiteit

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 111 Hollands Diep

Natura 2000 gebied 111 Hollands Diep Natura 2000 gebied 111 Hollands Diep (Zie leeswijzer) Kenschets 111_gebiedendocument_Hollands Diep_november 2006 Natura 2000 Landschap: Rivierengebied Status: Habitatrichtlijn + Vogelrichtlijn Site code:

Nadere informatie

Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba offcinalis) (H6510) Verkorte naam: glanshaver- en vossenstaarthooilanden

Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba offcinalis) (H6510) Verkorte naam: glanshaver- en vossenstaarthooilanden Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba offcinalis) (H6510) Verkorte naam: glanshaver- en vossenstaarthooilanden 1. Status Habitatrichtlijn Bijlage I (inwerkingtreding 1994) 2.

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 8 september 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-008633 - gemeente Voorst Activiteit

Nadere informatie

Bestuurlijke samenvatting. Laatste onderzoeksresultaten De Groote Meer op de Brabantse Wal

Bestuurlijke samenvatting. Laatste onderzoeksresultaten De Groote Meer op de Brabantse Wal Bestuurlijke samenvatting Laatste onderzoeksresultaten De Groote Meer op de Brabantse Wal De Groote Meer, deels gevuld met water De Brabantse Wal: een afwisselend natuurgebied met een grote variatie aan

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 23 - Fochteloërveen

Natura 2000 gebied 23 - Fochteloërveen Natura 2000 gebied 23 - Fochteloërveen (Zie leeswijzer) Kenschets Natura 2000 Landschap: Hoogvenen Status: Habitatrichtlijn + Vogelrichtlijn Site code: NL9801007 + NL9801007 Beschermd natuurmonument: -

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Verbeterd exemplaar BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 30 april 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-013269 - gemeente

Nadere informatie

Drasland. Groot Wilnis-Vinkeveen

Drasland. Groot Wilnis-Vinkeveen Groot Wilnis-Vinkeveen Drasland in de Zouweboezem, provincie Zuid-Holland Bron: provincie Utrecht Drasland Drasland is niet bemest kruidenrijk hooiland dat maximaal 30 cm boven het oppervlaktewaterpeil

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 9 - Groote Wielen

Natura 2000-gebied 9 - Groote Wielen Natura 2000-gebied 9 - Groote Wielen Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

Natura 2000 gebied Savelsbos

Natura 2000 gebied Savelsbos Natura 2000 gebied 160 - Savelsbos (Zie leeswijzer) Kenschets 160_gebiedendocument_Savelsbos_november 2006 Natura 2000 Landschap: Heuvelland Status: Habitatrichtlijn Site code: NL9801040 Beschermd natuurmonument:

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 73 - Markermeer & IJmeer betreft alleen analyse van habitatrichtlijngebied (Gouwzee en kustzone Muiden)

Natura 2000-gebied 73 - Markermeer & IJmeer betreft alleen analyse van habitatrichtlijngebied (Gouwzee en kustzone Muiden) Natura 2000-gebied 73 - Markermeer & IJmeer betreft alleen analyse van habitatrichtlijngebied (Gouwzee en kustzone Muiden) Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 117 Manteling van Walcheren

Natura 2000-gebied 117 Manteling van Walcheren Natura 2000-gebied 117 Manteling van Walcheren Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 55 - Aamsveen

Natura 2000-gebied 55 - Aamsveen Natura 2000-gebied 55 - Aamsveen Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 24 juli 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-000028 - gemeente Maasdriel Activiteit

Nadere informatie

Referentiewaarden grondwaterpeilen grondwaterafhankelijke habitats volgens dataset van NICHE

Referentiewaarden grondwaterpeilen grondwaterafhankelijke habitats volgens dataset van NICHE Referentiewaarden grondwaterpeilen grondwaterafhankelijke habitats volgens dataset van NICHE 4010 4010 Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

Nadere informatie

Natte en Vochtige bossen. Hydrologisch herstel van natte en vochtige bossen: welke kansen liggen er?

Natte en Vochtige bossen. Hydrologisch herstel van natte en vochtige bossen: welke kansen liggen er? Natte en Vochtige bossen Hydrologisch herstel van natte en vochtige bossen: welke kansen liggen er? Indeling Landschappelijke positie natte en vochtige bossen Verdroging Waar liggen de kansen? Hoe te herkennen

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b Datum : 24 februari 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2014-012442 - gemeente Doetinchem

Nadere informatie

Beeldenboek vegetatiebeheer grote rivieren

Beeldenboek vegetatiebeheer grote rivieren Beeldenboek vegetatiebeheer grote rivieren Inleiding De vegetatielegger, die onderdeel is van de legger Rijkswateren, geeft aan welke vegetatie op een bepaalde locatie in het rivierbed aanwezig mag zijn.

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 72 - IJsselmeer betreft alleen analyse van habitatrichtlijngebied (Friese IJsselmeerkust)

Natura 2000-gebied 72 - IJsselmeer betreft alleen analyse van habitatrichtlijngebied (Friese IJsselmeerkust) Natura 2000-gebied 72 - IJsselmeer betreft alleen analyse van habitatrichtlijngebied (Friese IJsselmeerkust) Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg

Nadere informatie

BUITENGEBIED ZUIDOOST SPIJKENISSE - VOORTOETS NATUURBESCHERMINGSWET

BUITENGEBIED ZUIDOOST SPIJKENISSE - VOORTOETS NATUURBESCHERMINGSWET BUITENGEBIED ZUIDOOST SPIJKENISSE - VOORTOETS NATUURBESCHERMINGSWET Inleiding De gemeente Spijkenisse werkt aan de ontwikkeling van een recreatief- en natuurgebied ten zuidoosten van de stad. Deze Groenzone

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 89 - Eilandspolder

Natura 2000-gebied 89 - Eilandspolder Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting en legenda kan deze worden gedownload

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 28 juli 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-002219 - gemeente Bronckhorst Activiteit

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 43 - Wierdense veld

Natura 2000-gebied 43 - Wierdense veld Natura 2000-gebied 43 - Wierdense veld Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

Knelpunten- en kansenanalyse Natura 2000 gebieden

Knelpunten- en kansenanalyse Natura 2000 gebieden Knelpunten- en kansenanalyse Natura 2000 gebieden Toelichting en legenda Partner for progress Colofon Titel Knelpunten- en kansenanalyse Natura 2000 gebieden Opdrachtgever Ministerie van Landbouw, Natuur

Nadere informatie

Natura 2000-gebied Loonse en Drunense Duinen &

Natura 2000-gebied Loonse en Drunense Duinen & Natura 2000-gebied 131 - Loonse en Drunense Duinen & Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 7 september 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-005866 - gemeente Montferland Activiteit

Nadere informatie

Nu geen verstuivingen in de Noordwest Natuurkern NPZK!

Nu geen verstuivingen in de Noordwest Natuurkern NPZK! Nu geen verstuivingen in de Noordwest Natuurkern NPZK! Verstuivingen in de duinen Verstuivingen in de kustduinen zijn een belangrijk proces waardoor weer nieuwe duinen en duinvalleien kunnen ontstaan en

Nadere informatie

Plaggen ten behoeve van natuurontwikkeling. Fosfaatverzadiging als uitgangspunt

Plaggen ten behoeve van natuurontwikkeling. Fosfaatverzadiging als uitgangspunt Plaggen ten behoeve van natuurontwikkeling Fosfaatverzadiging als uitgangspunt fosfaatverzadigingsindex (PSI) Plaggen en fosfaatverzadiging van de grond Plaggen is een veelgebruikte methode om de voedingstoestand

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT OUDE MAAS

ONTWERPBESLUIT OUDE MAAS ONTWERPBESLUIT OUDE MAAS Gelet op artikel 3, eerste lid en artikel 4, vierde lid, van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke

Nadere informatie

Ontwikkeling en beheer van natuurgraslanden in Utrecht: Nat schraalland

Ontwikkeling en beheer van natuurgraslanden in Utrecht: Nat schraalland Provincie Utrecht, afdeling FLO, team NEL, 5 februari 2015 Nat is zeer laagproductief hooiland op natte, onbemeste, basenrijke veen- en zandgrond dat gewoonlijk een keer per jaar worden gemaaid in de nazomer.

Nadere informatie

De inrichting en het beheer van de kwelders sluit aan bij het Kwelderherstelprogramma Groningen.

De inrichting en het beheer van de kwelders sluit aan bij het Kwelderherstelprogramma Groningen. Beschrijving kwelderherstelmaatregelen 1 1.1 Inleiding Aan de noordkust van Groningen heeft Groningen Seaports, mede ten behoeve van RWE, circa 24 ha. kwelders aangekocht. Door aankoop van de kwelders

Nadere informatie

Witteveen+Bos, RW /torm/027 definitief d.d. 26 maart 2012, toelichting aanvraag watervergunning

Witteveen+Bos, RW /torm/027 definitief d.d. 26 maart 2012, toelichting aanvraag watervergunning 2 Witteveen+Bos, RW1809-303-20/torm/027 definitief d.d. 26 maart 2012, toelichting aanvraag watervergunning BIJLAGE O1-4 PROJECTBESCHRIJVING 1. PROJECTBESCHRIJVING 1.1. Aanleiding De hoogwatersituaties

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 47 - Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek

Natura 2000-gebied 47 - Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek Natura 2000-gebied 47 - Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 17 maart 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-013738 - gemeente Oldebroek Activiteit

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 41 - Boetelerveld

Natura 2000-gebied 41 - Boetelerveld Natura 2000-gebied 41 - Boetelerveld Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

Vegetatie van Nederland

Vegetatie van Nederland Vegetatie van Nederland Vegetatie van Nederland Met Bosanemoon: Zomereik Gewone es Klimop Eenbes Daslook Bosvergeet-mij-nietje Slanke sleutelbloem Met scherpe boterbloem Grote vossenstaart Gestreepte witbol

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d, 19e en 19kd, lid 1, onder b Datum : 27 oktober 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2014-009364- gemeente Deventer

Nadere informatie

DE BANEN NAAR EEN HOGER PEIL

DE BANEN NAAR EEN HOGER PEIL DE BANEN NAAR EEN HOGER PEIL Bekijk op https://www.youtube.com/watch?v=pgyczqy-krm voor het herinirichtingplan Sarsven en De Banen. Begin vorige eeuw kwamen plantenliefhebbers uit het hele land al naar

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19f/g Datum besluit : 21 juni 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2016-002229 - gemeente Woudenberg Activiteit

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 14 juli 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-016050 - gemeente Apeldoorn Activiteit : mestverwerkingsinstallatie

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 13 - Alde Feanen

Natura 2000-gebied 13 - Alde Feanen Natura 2000-gebied 13 - Alde Feanen Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 14 juli 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-008721 - gemeente Apeldoorn

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b Datum : 13 juli 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-016477 - gemeente Buren

Nadere informatie

Nut en noodzaak fosfaatonderzoek natuurinrichting WaalenBurg

Nut en noodzaak fosfaatonderzoek natuurinrichting WaalenBurg Nut en noodzaak fosfaatonderzoek natuurinrichting WaalenBurg HASKONINGDHV NEDERLAND B.V. RIVERS, DELTAS & COASTS Aan : Provincie Noord-Holland Van : Joost Rink en Tom van den Broek Datum : 9 januari 2015

Nadere informatie

Stroomdalgraslanden in Nederland: ontwikkeling en beheer

Stroomdalgraslanden in Nederland: ontwikkeling en beheer Stroomdalgraslanden in Nederland: ontwikkeling en beheer Verslag veldwerkplaats Rivierenlandschap Millingerwaard en Erlecomse waard, 28 mei 2008 Inleiders: onderzoeker Karlè Sýkora (Wageningen Universiteit)

Nadere informatie

Programma. Beheerplan Elperstroomgebied

Programma. Beheerplan Elperstroomgebied Beheerplan Elperstroomgebied Alie Alserda Pietop t Hof Christina Schipper Rienko van der Schuur 1 Elperstroomgebied Natura 2000 14 mei 2013 Programma Inleiding Doelen Knelpunten Activiteiten Aanvullend

Nadere informatie

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition (H3150) Verkorte naam: meren met krabbenscheer en fonteinkruiden

Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition (H3150) Verkorte naam: meren met krabbenscheer en fonteinkruiden Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition (H3150) Verkorte naam: meren met krabbenscheer en fonteinkruiden 1. Status Habitatrichtlijn Bijlage I (inwerkingtreding

Nadere informatie

Ligging Natura2000-gebieden, Nb-wetgebieden en overige natuurgebieden (EHS)

Ligging Natura2000-gebieden, Nb-wetgebieden en overige natuurgebieden (EHS) Ligging Natura2000-gebieden, Nb-wetgebieden en overige natuurgebieden (EHS) Natura2000-gebieden: Uiterwaarden Waal (Gelderland), circa 14,3 kilometer; Sint Jansberg (Limburg), circa 15,9 kilometer; Gelderse

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 39 - Vecht en Beneden-Reggegebied

Natura 2000-gebied 39 - Vecht en Beneden-Reggegebied Natura 2000-gebied 39 - Vecht en Beneden-Reggegebied Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt

Nadere informatie

natuurbeheer Jens Verwaerde Natuurpunt CVN

natuurbeheer Jens Verwaerde Natuurpunt CVN natuurbeheer Jens Verwaerde Natuurpunt CVN indeling inleiding: voorstelling a geschiedenis van het natuurbeheer b - biotopen en soorten en hun beheer pauze c - beheer richt zich op de omgeving d - natuurbeheer

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 8 juni 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-003175- gemeente Bernheze Activiteit

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 22 januari 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-011516 - gemeente Barneveld Activiteit

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Weigering agrarische activiteit, artikelen 19 d en f Datum besluit : 18 maart 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2013-007493

Nadere informatie

algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen

algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen 2. Waterkwaliteit De zomergemiddelden voor 2008 van drie waterkwaliteitsparameters

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 10 juli 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-008540 - gemeente Oldebroek

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 19 september 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-001276 - gemeente Olst-Wijhe

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Weigering agrarische activiteit, artikelen 19 d en f Datum besluit : 27 januari 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2013-007493

Nadere informatie

Natura 2000-gebied Regte Heide & Riels Laag

Natura 2000-gebied Regte Heide & Riels Laag Natura 2000-gebied 134 - Regte Heide & Riels Laag Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 22 september 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-006833 - gemeente Woudrichem Activiteit

Nadere informatie

Nationaal Landschap Gelderse Poort

Nationaal Landschap Gelderse Poort Indicator 19 maart 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Waar de Rijn Nederland binnenstroomt,

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 5 februari 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2014-012666 - gemeente Epe Activiteit

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 22 juni 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-006005 - gemeente Apeldoorn

Nadere informatie

Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek. De geschiedenis van een overstromingsvlakte in de Langstraat

Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek. De geschiedenis van een overstromingsvlakte in de Langstraat Vlijmens ven, Moerputten & Bossche Broek De geschiedenis van een overstromingsvlakte in de Langstraat Vragen in het kader van fitnesscheck N2000 - Wat zijn de kenmerken van het landschaps`ecologisch systeem

Nadere informatie

Het Natura 2000 beheerplan Drentsche Aa-gebied: wat houdt het in, wat gaat er gebeuren? Programma

Het Natura 2000 beheerplan Drentsche Aa-gebied: wat houdt het in, wat gaat er gebeuren? Programma Het Natura 2000 beheerplan Drentsche Aa-gebied: wat houdt het in, wat gaat er gebeuren? Informatieavond, 9 december 2014 De Aanleg, Deurze 1 Programma 1. Welkom (Hendrik Oosterveld) 2. Doel van de avond

Nadere informatie

Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept

Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept a Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Colofon Deze samenvatting is een uitgave van de

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 10 - Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving

Natura 2000-gebied 10 - Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving Natura 2000-gebied 10 - Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u

Nadere informatie

Natura 2000 gebied Biesbosch

Natura 2000 gebied Biesbosch Natura 2000 gebied 112 - Biesbosch CONCEPT GEBIEDENDOCUMENT Kenschets 112_gebiedendocument_Biesbosch_november 2007 Natura 2000 Landschap: Status: Site code: Beschermd natuurmonument: Beheerder: Provincie:

Nadere informatie

Natura 2000-gebied 74 - Zwarte Meer

Natura 2000-gebied 74 - Zwarte Meer Natura 2000-gebied 74 - Zwarte Meer Toelichting en legenda Lees de Toelichting en legenda voor methode van de analyse en uitleg over de verschillende onderdelen. Wanneer u niet beschikt over de Toelichting

Nadere informatie