s!hļ JJÎţļ Provincie ip Zeeland

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "s!hļ JJÎţļ Provincie ip Zeeland"

Transcriptie

1 s!hļ JJÎţļ Provincie ip Zeeland Gedeputeerde Staten Windpark Neeltje-Jans 2 B.V. T.a.v. dhr. H.G. Wasser Postbus CC BUNNIK onderwerp kenmerk behandeld door verzonden Wet natuurbescherming ontwerpbesluit DZK ir. B. de Maat ontheff.gsoortenbescher^inge-connection ļ ļ * Windpark Neeltje-Jans 2 B.V. ļg Jvff 2Q10 Geachte heer Wasser, Middelburg, 15 mei 2018 Op 8 maart 2018 hebben wij van u, namens Windpark Neeltje-Jans 2 B.V., een aanvraag ontvangen voor een ontheffing op grond van de Wet natuurbescherming. De aanvraag heeft betrekking op de sloop van bestaande windturbines en de bouw en exploitatie van nieuwe windturbines met bijbehorende infrastructuur op de strekdammen rondom de Vluchthaven van Neeltje Jans als onderdeel van het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering. U vraagt ontheffing van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 3.1, eerste lid voor zover dit betreft de aalscholver (Phalacrocorax carbo), appelvink (Coccothraustes coccothraustes), baardman (Panurus biarmicus), beflijster (Turdus torquatus), bergeend (Tadorna tadorna), blauwborst (Luscinia svecica), blauwe kiekendief (Circus cyaneus), blauwe reiger (Ardea cinerea), boerenzwaluw (Hirundo rustica), bontbekplevier (Charadrius hiaticula), bonte kraai (Corvus cornix), bonte strandloper (Calidris alpina), bonte vliegenvanger (Ficedula hypoleuca), boomleeuwerik (Lullula arborea), boompieper (Anthus trivialis), boomvalk (Falco subbuteo), bosruiter (Tringa glareola), braamsluiper (Sylvia curruca), brandgans (Branta leucopsis), brilduiker (Bucephala clangula), bruine kiekendief (Circus aeruginosus), buizerd (Buteo buteo), dodaars (Tachybaptus ruficollis), drieteenmeeuw (Rissa tridactyla), drieteenstrandloper (Calidris alba), dwergmeeuw (Hydrocoloeus minutus), dwergstern (Sternula albifrons), eider (Somateria mollissima), ekster (Pica pica), fazant (Phasianus colchicus), fitis (Phylloscopus trochilus), frater (Carduelis flavirostris), fuut (Podiceps cristatus), gaai (Garrulus glandarius) geelpootmeeuw (Larus michahellis), gekraagde roodstaart (Phoenicurus phoenicurus), gele kwikstaart (Motacilla flava), geoorde fuut (Podiceps nigricollis), gierzwaluw (Apus apus), goudhaan (Regulus regulus), goudplevier (Pluvialis apricaria), goudvink (Pyrrhula pyrrhula), grasmus (Sylvia communis), graspieper (Anthus pratensis), grauwe gans (Anser anser), grauwe vliegenvanger (Muscicapa striata), groenling (Carduelis chloris), groenpootruiter (Tringa nebularia), grote barmsijs (Acanthis flammea), grote bonte specht (Dendrocopos major), grote burgemeester (Larus hyperboreus), grote gele kwikstaart (Motacilla cinerea), grote lijster (Turdus viscivorus), grote mantelmeeuw (Larus marinus), grote stern (Sterna sandvicensis), grote zee-eend (Melanitta fusca), grote zilverreiger (Ardea alba), grutto (Limosa limosa), havik (Accipiter gentilis), heggenmus (Prunella modularis), holenduif (Columba oenas), houtduif (Columba palumbus), houtsnip (Scolopax rusticola), huismus (Passer domesticus), huiszwaluw (Delichon urbicum), ijsduiker (Gavia immer), ijseend (Clangula hyemalis), jan-van-gent (Mows bassanus), kanoetstrandloper (Calidris canutus), kauw (Corvus monedula), keep (Fringilla montifringilla), kemphaan (Philomachus pugnax), kievit (Vanellus vanellus), kleine barmsijs (Acanthis cabaret), kleine burgemeester (Larus glaucoides), kleine jager (Stercorarius parasiticus), kleine karekiet (Acrocephalus scirpaceus), kleine mantelmeeuw (Larus fuscus), kleine plevier (Charadrius dubius), kleine rietgans (Anser brachyrhynchus), kleine strandloper (Calidris minuta), kleine zilverreiger (Egretta garzetta), kleine zwaan (Cygnus bewickii), kluut (Recurvirostra avosetta), kneu (Carduelis cannabina), knobbelzwaan (Cygnus olor), kokmeeuw (Larus ridibundus), kolgans (Anser albifrons), koolmees (Parus major), koperwiek (Turdus iliacus), krakeend (Anas strepera), kramsvogel (Turdus pilaris), krombekstrandloper (Calidris ferruginea), krooneend (Netta rufina), kruisbek (Loxia curvirostra), kuifaalscholver (Phalacrocorax aristotelis), kuifduiker (Podiceps Provinciehuis Abdij 6 Postbus KvK BK Middelburg 4330 LA Middelburg IBAN NL08 BNGH

2 auritus), kuifeend (Aythya fuligula), lepelaar (Platalea leucorodia), meerkoet (Fulica atra), merel (Turdus merula), middelste jager (Stercorarius pomarinus), middelste zaagbek (Mergus serrator), nachtegaal (Luscinia megarhynchos), Nijlgans {Alopochen aegyptiaca), nonnetje (Mergellus albellus), noordse pijlstormvogel (Puffinus puffinus),oeverloper (Actitis hypoleucos), oeverpieper (Anthus petrosus littoralis), paarse strandloper (Calidris maritima), parelduiker (Gaw'a arctica), pestvogel (Bombycilla garrulus), pijlstaart (Anas acuta), pimpelmees (Cyanistes caeruleus), pontische meeuw (Larus cachinnans), putter (Carduelis carduelis), ransuil (Asio otus), regenwulp (Numenius phaeopus), rietgors (Emberiza schoeniclus), ringmus (Passer montanus), roodborst (Erithacus rubecula), roodborsttapuit (Saxicola torquata), roodkeelduiker (Gavia stellata), rosse franjepoot (Phalaropus fulicarius), rosse grutto (Limosa lapponica), rotgans (Branta bernicla), ruigpootbuizerd (Buteo lagopus), scholekster (Haematopus ostralegus), sijs (Carduelis spinus), slechtvalk (Falco peregrinus), slobeend (Anas clypeata), smelleken (Falco columbarius), smient (Anas penelope), sneeuwgans (Anser caerulescens), sneeuwgors (Plectrophenax nivalis), sperwer (Accipiter nisus), spreeuw (Sturnus vulgaris), staartmees (Aegithalos caudatus), steenloper (Arenaria interpres), stormmeeuw (Larus canus), strandplevier (Charadrius alexandrinus), tafeleend (Aythya ferina), tapuit (Oenanthe oenanthe), temmincks strandloper (Calidris temminckii), tjiftjaf (Phylloscopus collybita), toendrarietgans (Anser serrirostris), topper (Aythya marila), torenvalk (Falco tinnunculus), tureluur (Tringa totanus), turkse tortel (Streptopelia decaocto), veldleeuwerik (Alauda arvensis), velduil (Asio flammeus), vink (Fringilla coelebs), visarend (Pandion haliaetus), visdief (Sterna hirundo), vuurgoudhaan (Regulus ignicapilla), waterhoen (Gallinula chloropus), waterral (Rallus aquaticus), watersnip (Gallinago gallinago), wilde eend (Anas platyrhynchos), winterkoning (Troglodytes troglodytes), wintertaling (Anas crecca), witgat (Tringa ochropus), witte kwikstaart (Motacilla alba), wulp (Numenius arquata), zanglijster (Turdus philomelos), zeekoet (Uria aalge), zilvermeeuw (Larus argentatus), zilverplevier (Pluvialis squatarola), zomertaling (Anas querquedula), zwarte kraai (Corvus corone), zwarte mees (Periparus ater), zwarte roodstaart (Phoenicurus ochruros), zwarte ruiter (Tringa erythropus), zwarte wouw (Milvus migrans), zwarte zeeeend (Melanitta nigra), zwarte zeekoet (Cepphus grylle), zwarte zwaan (Cygnus atratus), zwartkop (Sylvia atricapilla), zwartkopmeeuw (Larus melanocephalus), artikel 3.5, eerste lid voor zover dit betreft de gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus), kleine dwergvleermuis (Pipistrellus pygmaeus), meervleermuis (Myotis dasycneme), rosse vleermuis (Nyctalus noctula), ruige dwergvleermuis (Pipistrellus nathusii), watervleermuis (Myotis daubentonií) en artikel 3.10, eerste lid, onderdeel c voor zover dit betreft glad biggenkruid (Hypochaeris glabra). De ontvangst van deze aanvraag is op 2 mei 2018 (kenmerk: ) bevestigd. In deze brief geven wij u ons antwoord op uw aanvraag. Ontwerpbesluit Rekening houdend met de constatering dat de natuurbelangen zich niet verzetten tegen ontheffing verlening en het belang van de uit te voeren activiteiten, hebben wij het voornemen de gevraagde ontheffing onder voorwaarden te verlenen. Een ontwerpbesluit hiertoe sluiten wij dan ook bij. Leest u vooral Bijlage 1 van het ontwerpbesluit zorgvuldig door; hierin staan de voorschriften die we aan de ontheffing verbinden. Procedure Dit ontwerpbesluit is onderdeel van de coördinatieregeling ex artikel 3.30 eerste lid, onder b, van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Dit betekent dat een aantal besluiten, die nodig zijn voor de realisatie van het project, gezamenlijk worden voorbereid, waarbij de procedure wordt gecoördineerd door de gemeente Veere. Daarbij doorlopen de besluiten, op grond van artikel 3.31, derde lid, de uniforme openbare voorbereidingsprocedure, als bedoeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht met toepassing van de bijzondere regels in artikel 3.31, derde lid, van de Wro. Binnen de coördinatieregeling vallen de volgende vergunningen en toestemmingen: Eerste mandje: - Bestemmingsplan; - Omgevingsvergunning; Tweede mandje: - Vergunning op grond van de Waterwet; - Vergunning Wet beheer Rijkswaterstaatswerken; - Vergunningen en ontheffingen Wet natuurbescherming; Vanwege de voortgang hebben het ontwerp bestemmingsplan en de ontwerp omgevingsvergunning, geclusterd binnen de coördinatieregeling, van 29 maart 2018 tot en met 9 mei 2018 ter inzage gelegen (eerste mandje). Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

3 Op grond van artikel 3.32 van de Wro wordt dit ontwerp besluit gebiedsbescherming Wet natuurbescherming, samen met de overige ontwerpbesluiten uit het tweede mandje, gelijktijdig op de volgende wijze door de gemeente Veere bekend gemaakt: Publicatie in de Staatscourant; Publicatie in dag- en/of huis-aan-huisblad; Zienswijze Publicatie langs elektronische weg op Zienswijzen op dit ontwerpbesluit op grond van de Wet natuurbescherming kunnen van 20 juni 2018 tot en met 1 augustus 2018 schriftelijk naar voren worden gebracht bij: College van burgemeester en wethouders van de gemeente Veere Postbus ZV DOMBURG De zienswijzen moeten worden gericht aan het college van Gedeputeerde Staten van de Provincie Zeeland. Ook kunnen mondeling zienswijzen worden ingediend. U kunt hiervoor een afspraak maken met Ella Louwerse ( ), Sjacky Vasseur ( ) of Karin Rewijk ( ). LET OP! Wij willen u erop wijzen dat zienswijzen in de Nederlandse taal moeten zijn opgesteld. Met vriendelijke groet, Gedeputeerde Staten, Drs. J.M.M. Polman, voorzitter A.W. Smit, secretaris Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

4 ONTWERPBESLUIT Op 8 maart 2018 hebben wij van u, namens Windpark Neeltje-Jans 2 B.V., een aanvraag ontvangen voor een ontheffing op grond van de Wet natuurbescherming. De aanvraag heeft betrekking op de sloop van bestaande windturbines en de bouw en exploitatie van nieuwe windturbines met bijbehorende infrastructuur op de strekdammen rondom de Vluchthaven van Neeltje Jans als onderdeel van het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering. U vraagt ontheffing van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 3.1, eerste lid voor zover dit betreft de aalscholver (Phalacrocorax carbo), appelvink (Coccothraustes coccothraustes), baardman (Panurus biarmicus), beflijster (Turdus torquatus), bergeend (Tadorna tadorna), blauwborst (Luscinia svecica), blauwe kiekendief (Circus cyaneus), blauwe reiger (Ardea cinerea), boerenzwaluw (Hirundo rustica), bontbekplevier (Charadrius hiaticula), bonte kraai (Corvus cornix), bonte strandloper (Calidris alpina), bonte vliegenvanger (Ficedula hypoleuca), boomleeuwerik (Lullula arborea), boompieper (Anthus trivialis), boomvalk (Falco subbuteo), bosruiter (Tringa glareola), braamsluiper (Sylvia curruca), brandgans (Branta leucopsis), brilduiker (Bucephala clangula), bruine kiekendief (Circus aeruginosus), buizerd (Buteo buteo), dodaars (Tachybaptus ruficollis), drieteenmeeuw (Rissa tridactyla), drieteenstrandloper (Calidris alba), dwergmeeuw (Hydrocoloeus minutus), dwergstern (Sternula albifrons), eider (Somateria mollissima), ekster (Pica pica), fazant (Phasianus colchicus), fitis (Phylloscopus trochilus), frater (Carduelis flavirostris), fuut (Podiceps cristatus), gaai (Garrulus glandarius) geelpootmeeuw (Larus michahellis), gekraagde roodstaart (Phoenicurus phoenicurus), gele kwikstaart (Motacilla flava), geoorde fuut (Podiceps nigricollis), gierzwaluw (Apus apus), goudhaan (Regulus regulus), goudplevier (Pluvialis apricaria), goudvink (Pyrrhula pyrrhula), grasmus (Sylvia communis), graspieper (Anthus pratensis), grauwe gans (Anser anser), grauwe vliegenvanger (Muscicapa striata), groenling (Carduelis chloris), groenpootruiter (Tringa nebularia), grote barmsijs (Acanthis flammea), grote bonte specht (Dendrocopos major), grote burgemeester (Larus hyperboreus), grote gele kwikstaart (Motacilla cinerea), grote lijster (Turdus viscivorus), grote mantelmeeuw (Larus marinus), grote stern (Sterna sandvicensis), grote zee-eend (Melanitta fusca), grote zilverreiger (Ardea alba), grutto (Limosa limosa), havik (Accipiter gentilis), heggenmus (Prunella modularis), holenduif (Columba oenas), houtduif (Columba palumbus), houtsnip (Scolopax rusticola), huismus (Passer domesticus), huiszwaluw (Delichon urbicum), ijsduiker (Gavia immer), ijseend (Clangula hyemalis), jan-van-gent (Morus bassanus), kanoetstrandloper (Calidris canutus), kauw (Corvus monedula), keep (Fringilla montifringilla), kemphaan (Philomachus pugnax), kievit (Vanellus vanellus), kleine barmsijs (Acanthis cabaret), kleine burgemeester (Larus glaucoides), kleine jager (Stercorarius parasiticus), kleine karekiet (Acrocephalus scirpaceus), kleine mantelmeeuw (Larus fuscus), kleine plevier (Charadrius dubius), kleine rietgans (Anser brachyrhynchus), kleine strandloper (Calidris minuta), kleine zilverreiger (Egretta garzetta), kleine zwaan (Cygnus bewickii), kluut (Recurvirostra avosetta), kneu (Carduelis cannabina), knobbelzwaan (Cygnus olor), kokmeeuw (Larus ridibundus), kolgans (Anser albifrons), koolmees (Parus major), koperwiek (Turdus iliacus), krakeend (Anas strepera), kramsvogel (Turdus pilaris), krombekstrandloper (Calidris ferruginea), krooneend (Netta rufina), kruisbek (Loxia curvirostra), kuifaalscholver (Phalacrocorax aristotelis), kuifduiker (Podiceps auritus), kuifeend (Aythya fuligula), lepelaar (Platalea leucorodia), meerkoet (Fulica atra), merel (Turdus merula), middelste jager (Stercorarius pomarinus), middelste zaagbek (Mergus serrator), nachtegaal (Luscinia megarhynchos), Nijlgans (Alopochen aegyptiaca), nonnetje (Mergellus albellus), noordse pijlstormvogel (Puffinus puffinus), oeverloper (Actitis hypoleucos), oeverpieper (Anthus petrosus littoralis), paarse strandloper (Calidris maritima), parelduiker (Gavia arctica), pestvogel (Bombycilla garrulus), pijlstaart (Anas acuta), pimpelmees (Cyanistes caeruleus), pontische meeuw (Larus cachinnans), putter (Carduelis carduelis), ransuil (Asio otus), regenwulp (Numenius phaeopus), rietgors (Emberiza schoeniclus), ringmus (Passer montanus), roodborst (Erithacus rubecula), roodborsttapuit (Saxicola torquata), roodkeelduiker (Gaw'a stellata), rosse franjepoot (Phalaropus fulicarius), rosse grutto (Limosa lapponica), rotgans (Branta bernicla), ruigpootbuizerd (Buteo lagopus), scholekster (Haematopus ostralegus), sijs (Carduelis spinus), slechtvalk (Falco peregrinus), slobeend (Anas clypeata), smelleken (Falco columbarius), smient (Anas penelope), sneeuwgans (Anser caerulescens), sneeuwgors (Plectrophenax nivalis), sperwer (Accipiter nisus), spreeuw (Sturnus vulgaris), staartmees (Aegithalos caudatus), steenloper (Arenaria interpres), stormmeeuw (Larus canus), strandplevier (Charadrius alexandrinus), tafeleend (Aythya ferina), tapuit (Oenanthe oenanthe), temmincks strandloper (Calidris temminckii), tjiftjaf (Phylloscopus collybita), toendrarietgans (Anser serrirostris), topper (Aythya marila), torenvalk (Falco tinnunculus), tureluur (Tringa totanus), turkse tortel (Streptopelia decaocto), veldleeuwerik (Alauda arvensis), velduil (Asio flammeus), vink (Fringilla coelebs), visarend (Pandion haliaetus), visdief (Sterna hirundo), vuurgoudhaan (Regulus ignicapilla), waterhoen (Gallinula chloropus), waterral (Rallus aquaticus), watersnip (Gallinago gallinago), wilde eend (Anas platyrhynchos), winterkoning (Troglodytes troglodytes), wintertaling (Anas crecca), witgat (Tringa ochropus), witte kwikstaart (Motacilla alba), wulp (Numenius arquata), zanglijster (Turdus philomelos), zeekoet (Uria aalge), zilvermeeuw (Larus argentatus), zilverplevier (Pluvialis squatarola), zomertaling (Anas querquedula), zwarte kraai (Corvus corone), zwarte mees (Periparus ater), zwarte roodstaart Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

5 (Phoenicurus ochruros), zwarte ruiter (Tringa erythropus), zwarte wouw (Milvus migrans), zwarte zeeeend (Melanitta nigra), zwarte zeekoet (Cepphus grylle), zwarte zwaan (Cygnus atratus), zwartkop (Sylvia atricapilla), zwartkopmeeuw (Larus melanocephalus), artikel 3.5, eerste lid voor zover dit betreft de gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus), kleine dwergvleermuis (Pipistrellus pygmaeus), meervleermuis (Myotis dasycneme), rosse vleermuis (Nyctalus noctula), ruige dwergvleermuis (Pipistrellus nathusii), watervleermuis (Myotis daubentonii) en artikel 3.10, eerste lid, onderdeel c voor zover dit betreft glad biggenkruid (Hypochaeris glabra). Voor een volledige weergave van de inhoud van de aanvraag en het wettelijk kader verwijzen wij naar de bijlagen bij dit besluit. Leest u vooral bijlage 1 bij het ontwerpbesluit zorgvuldig door, hierin staan de voorschriften die wij aan de ontheffing verbinden. ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING ONDERDEEL SOORTENBESCHERMING DZK / Overeenkomstig de overwegingen in bijlage 2 besluiten wij: I. de aangevraagde ontheffing van het in artikel 3.1, eerste lid van de Wet natuurbescherming genoemde verbod om van nature in Nederland in het wild levende vogels van soorten als bedoeld in artikel 1 van de Vogelrichtlijn opzettelijk te doden of te vangen voor zover dit betreft de aalscholver (Phalacrocorax carbo), appelvink (Coccothraustes coccothraustes), baardman (Panurus biarmicus), beflijster (Turdus torquatus), bergeend (Tadorna tadorna), blauwborst (Luscinia svecica), blauwe kiekendief (Circus cyaneus), blauwe reiger (Ardea cinerea), boerenzwaluw (Hirundo rustica), bontbekplevier (Charadrius hiaticula), bonte kraai (Corvus comix), bonte strandloper (Calidris alpina), bonte vliegenvanger (Ficedula hypoleuca), boomleeuwerik (Lullula arborea), boompieper (Anthus trivialis), boomvalk (Falco subbuteo), bosruiter (Tringa glareola), braamsluiper (Sylvia curruca), brandgans (Branta leucopsis), brilduiker (Bucephala clangula), bruine kiekendief (Circus aeruginosus), buizerd (Buteo buteo), dodaars (Tachybaptus ruficollis), drieteenmeeuw (Rissa trìdactyla), drieteenstrandloper (Calidris alba), dwergmeeuw (Hydrocoloeus minutus), dwergstern (Sternula albifrons), eider (Somateria mollissima), ekster (Pica pica), fazant (Phasianus colchicus), fitis (Phylloscopus trochilus), frater (Carduelis flavirostris), fuut (Podiceps cristatus), gaai (Garrulus glandarius) geelpootmeeuw (Larus michahellis), gekraagde roodstaart (Phoenicurus phoenicurus), gele kwikstaart (Motacilla flava), geoorde fuut (Podiceps nigricollis), gierzwaluw (Apus apus), goudhaan (Regulus regulus), goudplevier (Pluvialis apricaria), goudvink (Pyrrhula pyrrhula), grasmus (Sylvia communis), graspieper (Anthus pratensis), grauwe gans (Anser anser), grauwe vliegenvanger (Muscicapa striata), groenling (Carduelis chloris), groenpootruiter (Tringa nebularia), grote barmsijs (Acanthis flammea), grote bonte specht (Dendrocopos major), grote burgemeester (Larus hyperboreus), grote gele kwikstaart (Motacilla cinerea), grote lijster (Turdus viscivorus), grote mantelmeeuw (Larus marinus), grote stern (Sterna sandvicensis), grote zee-eend (Melanitta fusca), grote zilverreiger (Ardea alba), grutto (Limosa limosa), havik (Accipiter gentilis), heggenmus (Prunella modularis), holenduif (Columba oenas), houtduif (Columba palumbus), houtsnip (Scolopax rusticola), huismus (Passer domesticus), huiszwaluw (Delichon urbicum), ijsduiker (Gaw'a immer), ijseend (Clangula hyemalis), jan-van-gent (Mows bassanus), kanoetstrandloper (Calidris canutus), kauw (Corvus monedula), keep (Fringilla montifringilla), kemphaan (Philomachus pugnax), kievit (Vanellus vanellus), kleine barmsijs (Acanthis cabaret), kleine burgemeester (Larus glaucoides), kleine jager (Stercorarius parasiticus), kleine karekiet (Acrocephalus scirpaceus), kleine mantelmeeuw (Larus fuscus), kleine plevier (Charadrius dubius), kleine rietgans (Anser brachyrhynchus), kleine strandloper (Calidris minuta), kleine zilverreiger (Egretta garzetta), kleine zwaan (Cygnus bewickii), kluut (Recurvirostra avosetta), kneu (Carduelis cannabina), knobbelzwaan (Cygnus olor), kokmeeuw (Larus ridibundus), kolgans (Anser albifrons), koolmees (Parus major), koperwiek (Turdus iliacus), krakeend (Anas strepera), kramsvogel (Turdus pilaris), krombekstrandloper (Calidris ferruginea), krooneend (Netta rufina), kruisbek (Loxia curvirostra), kuifaalscholver (Phalacrocorax aristotelis), kuifduiker (Podiceps auritus), kuifeend (Aythya fuligula), lepelaar (Platalea leucorodia), meerkoet (Fulica atra), merel (Turdus merula), middelste jager (Stercorarius pomarinus), middelste zaagbek (Mergus serrator), nachtegaal (Luscinia megarhynchos), Nijlgans (Alopochen aegyptiaca), nonnetje (Mergellus albellus), noordse pijlstormvogel (Puffínus puffinus), oeverloper (Actitis hypoleucos), oeverpieper (Anthus petrosus littoralis), paarse strandloper (Calidris maritima), parelduiker (Gaw'a arctica), pestvogel (Bombycilla garrulus), pijlstaart (Anas acuta), pimpelmees (Cyanistes caeruleus), pontische meeuw (Larus cachinnans), putter (Carduelis carduelis), ransuil (Asio otus), regenwulp (Numenius phaeopus), rietgors (Emberiza schoeniclus), ringmus (Passer montanus), roodborst (Erithacus rubecula), roodborsttapuit (Saxicola torquata), roodkeelduiker (Gavia stellata), rosse franjepoot (Phalaropus fulicarius), rosse grutto (Limosa lapponica), rotgans (Branta bemicla), ruigpootbuizerd (Buteo lagopus), scholekster (Haematopus ostralegus), sijs (Carduelis spinus), slechtvalk (Falco peregrinus), slobeend (Anas clypeata), smelleken (Falco columbarius), smient Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018metons kenmerk:

6 (Anas penelope), sneeuwgans (Anser caerulescens), sneeuwgors (Plectrophenax nivalis), sperwer (Accipiter nisus), spreeuw (Sturnus vulgaris), staartmees (Aegithalos caudatus), steenloper (Arenaria interpres), stormmeeuw (Larus canus), strandplevier (Charadrius alexandrinus), tafeleend (Aythya ferina), tapuit (Oenanthe oenanthe), temmincks strandloper (Calidris temminckii), tjiftjaf (Phylloscopus collybita), toendrarietgans (Anser serrirostris), topper (Aythya mania), torenvalk (Falco tinnunculus), tureluur (Tringa totanus), turkse tortel (Streptopelia decaocto), veldleeuwerik (Alauda arvensis), velduil (Asio flammeus), vink (Fringilla coelebs), visarend (Pandion haliaetus), visdief (Sterna hirundo), vuurgoudhaan (Regulus ignicapilla), waterhoen (Gallinula chloropus), waterral (Rallus aquaticus), watersnip (Gallinago gallinago), wilde eend (Anas platyrhynchos), winterkoning (Troglodytes troglodytes), wintertaling (Anas crecca), witgat (Tringa ochropus), witte kwikstaart (Motacilla alba), wulp (Numenius arquata), zanglijster (Turdus philomelos), zeekoet (Una aalge), zilvermeeuw (Larus argentatus), zilverplevier (Pluvialis squatarola), zomertaling (Anas querquedula), zwarte kraai (Corvus corone), zwarte mees (Periparus ater), zwarte roodstaart (Phoenicurus ochruros), zwarte ruiter (Tringa erythropus), zwarte wouw (Milvus migrans), zwarte zee-eend (Melanitta nigra), zwarte zeekoet (Cepphus grylle), zwarte zwaan (Cygnus atratus), zwartkop (Sylvia atricapilla), zwartkopmeeuw (Larus melanocephalus), op grond van artikel 3.3, eerste lid van de Wet natuurbescherming te verlenen; II. de aangevraagde ontheffing van het in artikel 3.5, eerste lid van de Wet natuurbescherming genoemde verbod om in het wild levende dieren van soorten, genoemd in bijlage IV, onderdeel a, bij de Habitatrichtlijn, bijlage II bij het Verdrag ven Bern of bijlage I bij het Verdrag van Bonn, in hun natuurlijke verspreidingsgebied opzettelijk te doden of te vangen voor zover dit betreft de gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus), kleine dwergvleermuis (Pipistrellus pygmaeus), meervleermuis (Myotis dasycneme), rosse vleermuis (Nyctalus noctula), ruige dwergvleermuis (Pipistrellus nathusii) en de watervleermuis (Myotis daubentonii) op grond van artikel 3.8, eerste lid van de Wet natuurbescherming te verlenen; III. de aangevraagde ontheffing van het in artikel 3.10, eerste lid, onderdeel c van de Wet natuurbescherming genoemde verbod om vaatplanten van de soorten, genoemd in de bijlage, onderdeel B van de wet, in hun natuurlijke verspreidingsgebied opzettelijk te plukken en te verzamelen, af te snijden, te ontwortelen of te vernielen voor zover dit betreft glad biggenkruid (Hypochaeris glabra) op grond van artikel 3.10, tweede lid van de Wet natuurbescherming te verlenen; IV. deze ontheffing op naam te stellen van Windpark Neeltje-Jans 2 B.V. en deze ontheffing geldig te laten zijn voor wat betreft de realisatiefase vanaf 1 september 2019 tot en met 1 september 2024 en voor wat betreft de exploitatiefase vanaf 1 september 2019 tot en met 1 september V. de voorschriften, zoals opgenomen in bijlage 1 te verbinden aan deze ontheffing. Zorgvuldig nakomen van deze voorschriften voorkomt dat wij de ontheffing voortijdig intrekken of wijzigen; VI. de volgende documenten deel uit te laten maken van de ontheffing tenzij voorschriften in deze ontheffing anders bepalen: a. Aanvraagformulieren van 8 maart 2018, kenmerk en b. Bijlage(n) bij de aanvraag zoals aangeleverd: - Milieueffectrapportage, Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering, Energieke Ruimte, document , 7 maart 2018; Natuuronderzoek, Passende Beoordeling en Soortbeschermingstoets Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering, document , BTL Advies, 20 april 2018 (tevens als bijlagerapport D bij het MER opgenomen).; - Windparken Oosterscheldekering, Slachtofferberekening en cumulatie, Arcadis, document E, 6 maart 2018 (tevens als bijlagerapport E bij het MER opgenomen); - Toelichting aanvraag natuurvergunning Windpark Neeltje Jans I versie 30 april Energieke Ruimte. - Ecologisch werkprotocol Optimalisatie OSK 2020, Buijs Eco Consult B.V. - Monitoringsplan Optimalisatie windenergie OSK Windmolen slachtofferonderzoek fase 2020, Buijs Eco Consult B.V.- Brief van 1 mei 2018: "Aanvullende gegevens aanvraag Vergunning en Ontheffing Wnb" c. Bijlage(n) bij dit besluit. De ontheffing is gebaseerd op de aanvraag inclusief alle bijgevoegde stukken. De eventuele negatieve effecten op beschermde natuurwaarden zijn uitsluitend beoordeeld op de werkzaamheden zoals die in de aanvraag beschreven zijn. Wijzigingen in de uitvoering die wenselijk of noodzakelijk zijn en die geen extra of andere negatieve effecten op beschermde natuurwaarden teweegbrengen, kunnen tijdens de looptijd van de ontheffing mogelijk wel doorgevoerd worden. Om te bepalen of de wijziging met of zonder een gewijzigde ontheffing doorgevoerd kan worden dient altijd contact opgenomen te worden met het bevoegde gezag: Gedeputeerde Staten van de Provincie Zeeland. Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

7 Bijlage 1. ALGEMENE VOORSCHRIFTEN 1. Deze ontheffing staat op naam van Windpark Neeltje-Jans 2 B.V. (hierna: ontheffinghouder) en wordt uitsluitend gebruikt door (medewerkers van) ontheffinghouder of door aantoonbaar in opdracht van ontheffinghouder handelende (rechts)personen. De ontheffinghouder blijft daarbij verantwoordelijk voor de juiste naleving van deze ontheffing. 2. De in voorschrift 1 genoemde (rechts)personen beschikken op de plaats waar de werkzaamheden worden uitgevoerd over (een kopie van) dit besluit. 3. De in voorschrift 1 genoemde (rechts)personen zijn aantoonbaar op de hoogte van de inhoud en het doel van deze voorschriften en beperkingen, zodanig dat zij daar ook invulling en uitvoering aan kunnen geven. 4. De bouwwerkzaamheden en exploitatie dienen strikt conform de aanvraag en bijbehorende stukken te worden uitgevoerd, voor zover niet in strijd met de voorschriften in deze ontheffing. 5. De ontheffinghouder dient onverwijld contact op te nemen met de Provincie Zeeland, natuurbescherminqswet@zeeland.nl, indien bij het uitvoeren van de bouwwerkzaamheden of exploitatie van het project andere beschermde soorten dan de genoemde worden aangetroffen. 6. U dient uiterlijk 14 dagen voor aanvang van de bouwwerkzaamheden te melden wanneer u begint met uw bouwwerkzaamheden. U doet dit via het adres handhavinq.qroen@rud-zeeland.nl onder vermelding van kenmerknummer DZK Uiterlijk 2 dagen nadat de bouwwerkzaamheden zijn beëindigd wordt dit gemeld op het hierboven genoemde adres onder vermelding van kenmerknummer DZK SPECIFIEKE VOORSCHRIFTEN 8. De ashoogte, rotordiameter en tiphoogte van de nieuw te bouwen windturbines dienen zich binnen een range te bevinden van respectievelijk meter, meter en meter. 9. De tiplaagte van de nieuw te bouwen windturbines dient ten minste 30 meter boven het maaiveld te zijn. 10. De nieuwe windmolens mogen niet eerder in werking worden gesteld dan nadat de oude windmolens buiten werking zijn gesteld. 11. Gedurende de realisatiefase van de windturbines mag verlichting tijdens vleermuisactieve periodes uitsluitend worden toegepast indien dit vanuit veiligheidsaspecten noodzakelijk is. Er mag slechts gebruik worden gemaakt van amberkleurige, vleermuisvriendelijke verlichting. 12. Het is niet toegestaan werkzaamheden uit te voeren tijdens de voortplantingsperiode van vogels, dit bedraagt de periode 15 maart -15 augustus. 13. Indien er, in afwijking van het vorige voorschrift, noodzakelijkerwijs tijdens de voortplantingsperiode gewerkt moet worden, dienen de werkzaamheden voor het broedseizoen (15 maart) te worden opgestart en onafgebroken te worden voorgezet. Tevens dienen voorafgaand aan het broedseizoen alternatieve broedlocaties te worden aangeboden of aanwezig te zijn. De alternatieve broedlocaties dienen aangelegd te worden in overleg met een ter zake deskundige ecoloog op het gebied van de soorten waarvoor ontheffing is verleend. 14. U dient de turbines uit te rusten met een stilstandvoorziening voor vleermuizen die ook direct na ingebruikname van de betreffende turbines in werking treedt. Deze stilstandvoorziening dient:» Te bestaan uit een zogenaamde 'cut-in speed' bij windsnelheden vanaf 5 m/s;» Vrijloop van de rotorbladen beneden de 5 m/s te voorkomen, waarbij een maximale grenswaarde (vrijloop) van 1 rpm (ca. 20 km/h) wordt toegestaan; Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

8 » Vooralsnog van kracht te zijn binnen de actieve periode van de vleermuizen en de periode waarin nog nader onderzoek dient te worden uitgevoerd. Deze periode loopt van 1 april tot 1 september;» Van kracht te zijn tussen een uur voor zonsondergang en een uur na zonsopkomst bij voldoende hoge temperaturen ^ 10 graden Celsius) en droog weer ^1mmŻu). 15. De werkzaamheden en bovengenoemde voorschriften dienen te worden uitgevoerd onder begeleiding van een ter zake deskundige ecoloog op het gebied van de soorten waarvoor ontheffing is verleend. 16. U dient binnen een halfjaar na afgifte van dit besluit een nader uitgewerkt ecologisch werkprotocol ter goedkeuring aan het bevoegd gezag, natuurbescherminqswet@zeeland.nl, te overleggen. De werkzaamheden en de maatregelen in de exploitatiefase, dienen conform het nader goed te keuren ecologisch werkprotocol uitgevoerd te worden, Alle betrokken partijen, met name ook de uitvoerenden op de bouw- of projectlocatie, dienen van het werkprotocol op de hoogte gesteld te worden. 17. U dient het effect van het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering op de vogels te monitoren. Voor een representatief beeld dient deze monitoring minimaal 10y o van de toekomstige turbines verspreid over het gehele project te behelzen. 18. Uit deze monitoring dient ten minste te blijken:» Waar, wanneer en welke vogels locatie specifiek actief zijn;» Welke aanvaringsslachtoffers optreden;» In welke aantallen aanvaringsslachtoffers optreden;» Op welke locaties aanvaringsslachtoffers optreden;» Onder welke omstandigheden aanvaringsslachtoffers optreden. 19. De monitoring als bedoeld in voorschrift 17 dient jaarrond door een terzake deskundige ecoloog op het gebied van de soorten waarvoor ontheffing is verleend te worden uitgevoerd. 20. U dient binnen een halfjaar na afgifte van dit besluit een nader uitgewerkt monitoringsplan ter goedkeuring aan het bevoegd gezag, natuurbescherminqswet@zeeland.nl, te overleggen. Hierin dient u tevens aan te geven op basis van welke frequentie u de tussentijdse resultaten wenst voor te leggen en te bespreken. 21. De monitoring naar het specifieke gebruik van, en effecten op, vogels dient aan te vangen vanaf het moment dat de eerste turbine(s) in gebruik wordt (worden) genomen. De monitoringsresultaten dienen jaarlijks, uiterlijk in december, ter beoordeling aan het bevoegd gezag te worden voorgelegd. 22. Indien er onder de aanvaringsslachtoffers sprake is van geringde vogels dan dient u dit digitaal te melden via of door de ringen die aan de vogels zitten te verwijderen en te sturen aan het Vogeltrekstation, Postbus 50, 6700 AB Wageningen. Hierbij moet nauwkeurig aangeven worden het ringnummer en de plaats en datum waarop de betreffende vogels zijn gevonden. Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

9 Bijlage 2. OVERWEGINGEN A. Weergave van de feiten A1. Ontheffing aanvraag U heeft een aanvraag op grond van artikel 3.3, eerste lid, artikel 3.8, eerste lid en artikel 3.10, tweede lid van de Wet natuurbescherming ingediend. De aanvraag heeft betrekking op de sloop van bestaande windturbines en de bouw en exploitatie van nieuwe windturbines met bijbehorende infrastructuur op de strekdammen rondom de Vluchthaven van Neeltje Jans als onderdeel van het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering. U vraagt ontheffing van het verbod om opzettelijk in het wild levende vogels te doden voor zover dit betreft de in het ontwerpbesluit genoemde vogelsoorten, het verbod om in het wild levende dieren in hun natuurlijke verspreidingsgebied opzettelijk te doden voor zover dit betreft de in het ontwerpbesluit genoemde vleermuissoorten en het verbod om vaatplanten in hun natuurlijke verspreidingsgebied opzettelijk te vernielen voor zover dit betreft de in het ontwerpbesluit genoemde plantensoort. De aanvraag is op 8 maart 2018 ontvangen en geregistreerd onder kenmerk Op 2 mei 2018 hebben wij een aanvulling op de aanvraag ontvangen en geregistreerd onder kenmerk Beschrijving werkzaamheden: Windpark Neeltje-Jans 2 B.V. is voornemens om een bestaand windpark te optimaliseren (repowering) op het voormalige werkeiland Neeltje Jans, bestaande uit vier turbines. De windturbines bevinden zich op de strekdammen rondom de Vluchthaven van Neeltje Jans. Het windpark is daarom Windpark Neeltje Jans genaamd. Voor Windpark Neeltje Jans bestaat het voorkeursaltematief uit het optimaliseren van vier windturbines. Deel van het voorkeursalternatief is dat niet alle windturbines tegelijkertijd worden vervangen. Voor drie van de vier windturbines van Windpark Neeltje Jans wordt nu ontheffing gevraagd, te weten NJ1, NJ2 en NJ3. NJ4 is nog niet aan het eind van zijn technische levensduur gekomen. Het vervangen van deze windturbines is daarom pas in 2027 voorzien. De optimalisatie van Windpark Neeltje Jans maakt onderdeel uit van een groter project: Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering (OWO). De doelstelling van het project is het totaal opgestelde opwekkingsvermogen van alle windturbines tezamen op en rondom de Oosterscheldekering te vergroten van 80 MW in 2017 naar 140 MW in De repowering van windturbines bestaat hoofdzakelijk uit drie onderdelen: het ontmantelen van de bestaande windturbine en fundering, de bouw van de nieuwe fundering en het oprichten van de nieuwe windturbine. Voor de bouw van de fundering van de nieuwe windturbines zullen per turbine 32 fundatiepalen worden geplaatst. De fundatiepalen worden geboord of geschroefd aangebracht. Hier bovenop wordt een betonnen fundering gestort met een diameter van 20 meter. Voor de bouw van een windturbine zijn er hijskranen nodig. Bij de nieuwe windturbinelocaties wordt een permanente kraanopstelplaats aangelegd waarop de kranen gepositioneerd worden en kunnen afstempelen. Voor een uitgebreidere beschrijving van de werkzaamheden wordt kortheidshalve verwezen naar de bij dit besluit behorende bijlagen. A2. Ontheffingsplicht Uit de aanvraag blijkt dat u voornemens bent een activiteit uit te voeren waarbij u niet geheel kunt voorkomen opzettelijk in het wild levende vogels te doden voor zover dit betreft de in het ontwerpbesluit onder I genoemde vogelsoorten, om in het wild levende dieren in hun natuurlijke verspreidingsgebied opzettelijk te doden voor zover dit betreft de in het ontwerpbesluit onder II genoemde vleermuissoorten en om vaatplanten in hun natuurlijke verspreidingsgebied opzettelijk te vernielen voor zover dit betreft de in het ontwerpbesluit onder III genoemde plantensoort tijdens de bouw en exploitatie van nieuwe windturbines met bijbehorende infrastructuur op de strekdammen rondom de Vluchthaven van Neeltje Jans als onderdeel van het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering. Voor antwoord op de vraag of op grond van Wet natuurbescherming sprake is van een ontheffingsplicht, dient gekeken te worden of ontheffing van de artikelen 3.1 t/m 3.10 kan worden verkregen en of voldaan wordt aan de eisen zoals deze zijn gesteld in de Wet natuurbescherming. Voor van nature in Nederland in het wild levende vogels van soorten als bedoeld in artikel 1 van de Vogelrichtlijn (zoals de in het ontwerpbesluit onder I genoemde vogelsoorten) betreft dit artikel 3.3, eerste lid wanneer het een ontheffing betreft van verboden als bedoeld in artikel 3.1. Behoort bij brief d.d. 15mei 2018metons kenmerk:

10 Gedeputeerde Staten verlenen uitsluitend een ontheffing als bedoeld in artikel 3.3, eerste lid, wanneer voldaan is aan de bij wet voorgeschreven voorwaarden: 1. er bestaat geen andere bevredigende oplossing; 2. zij is nodig: 1". in het belang van de volksgezondheid of de openbare veiligheid; 2". in het belang van de veiligheid van het luchtverkeer; 3". ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen, vee, bossen, visserij of wateren; 4". ter bescherming van flora of fauna; 5". voor onderzoek of onderwijs, het uitzetten of herinvoeren van soorten, of voor de daarmee samenhangende teelt, of 6". om het vangen, het onder zich hebben of elke andere wijze van verstandig gebruik van bepaalde vogels in kleine hoeveelheden selectief en onder strikt gecontroleerde omstandigheden toe te staan; 3. de maatregelen leiden niet tot verslechtering van de staat van instandhouding van de desbetreffende soort Voor soorten, genoemd in bijlage IV, onderdeel a, bij de Habitatrichtlijn, bijlage II bij het Verdrag van Bern of bijlage I bij het Verdrag van Bonn (zoals de in het ontwerpbesluit onder II genoemde vleermuissoorten) betreft dit artikel 3.8, eerste lid wanneer het een ontheffing betreft van verboden als bedoeld in artikel 3.5. Gedeputeerde Staten verlenen uitsluitend een ontheffing als bedoeld in artikel 3.8, eerste lid, wanneer voldaan is aan de bij wet voorgeschreven voorwaarden: 1. er bestaat geen andere bevredigende oplossing; 2. zij is nodig: 1". in het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna, of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats; 2". ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom; 3 0. in het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten; 4". voor onderzoek en onderwijs, repopulatie of herintroductie van deze soorten, of voor de daartoe benodigde kweek, met inbegrip van de kunstmatige vermeerdering van planten, of 5". om het onder strikt gecontroleerde omstandigheden mogelijk te maken op selectieve wijze en binnen bepaalde grenzen een beperkt, bij de ontheffing of vrijstelling vastgesteld aantal van bepaalde dieren van de aangewezen soort te vangen of onder zich te hebben, onderscheidenlijk een beperkt bij de ontheffing of vrijstelling vastgesteld aantal van bepaalde planten van de aangewezen soort te plukken of onder zich te hebben; 3. er wordt geen afbreuk gedaan aan het streven de populaties van de betrokken soort in hun natuurlijke verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voortbestaan. Voor vaatplanten van de soorten, genoemd in de bijlage, onderdeel B, bij de Wet natuurbescherming (zoals de in het ontwerpbesluit onder III genoemde plantensoort) betreft dit artikel 3.10, eerste lid in samenhang met artikel 3.8, eerste lid, wanneer het een ontheffing betreft van verboden als bedoeld in artikel Gedeputeerde Staten verlenen uitsluitend een ontheffing als bedoeld in artikel 3.10, eerste lid in samenhang met artikel 3.8, eerste lid, wanneer voldaan is aan de bij wet voorgeschreven voorwaarden: 1. er bestaat geen andere bevredigende oplossing; 2. zij is nodig: 1". in het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna, of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats; 2". ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom; 3". in het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten; 4". voor onderzoek en onderwijs, repopulatie of herintroductie van deze soorten, of voor de daartoe benodigde kweek, met inbegrip van de kunstmatige vermeerdering van planten, of 5". om het onder strikt gecontroleerde omstandigheden mogelijk te maken op selectieve wijze en binnen bepaalde grenzen een beperkt, bij de ontheffing of vrijstelling vastgesteld aantal van bepaalde dieren van de aangewezen soort te vangen of onder zich te hebben, onderscheidenlijk een beperkt bij de ontheffing of vrijstelling vastgesteld aantal van bepaalde planten van de aangewezen soort te plukken of onder zich te hebben; Behoort bij brief d.d. 15mei 2018 met ons kenmerk:

11 6". in het kader van de ruimtelijke inrichting of ontwikkeling van gebieden, daaronder begrepen het daarop volgende gebruik van het ingerichte of ontwikkelde gebied; 7". ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen; 8". ter beperking van de omvang van de populatie van dieren, in verband met door deze dieren ter plaatse en in het omringende gebied veelvuldig veroorzaakte schade of in verband met de maximale draagkracht van het gebied waarin de dieren zich bevinden; 9". ter voorkoming of bestrijding van onnodig lijden van zieke of gebrekkige dieren; 10". in het kader van bestendig beheer of onderhoud in de landbouw of bosbouw; 11". in het kader van bestendig beheer of onderhoud aan vaarwegen, watergangen, waterkeringen, waterstaatswerken, oevers, vliegvelden, wegen, spoorwegen of bermen, of in het kader van natuurbeheer; 12". in het kader van bestendig beheer of onderhoud van de landschappelijke kwaliteiten van een bepaald gebied, of 13". in het algemeen belang. 3. er wordt geen afbreuk gedaan aan het streven de populaties van de betrokken soort in hun natuurlijke verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voortbestaan. Naast de bij wet voorgeschreven voorwaarden dienen de voorgenomen werkzaamheden niet in strijd te zijn met het provinciaal beleid. Gedeputeerde Staten verlenen voor de werkzaamheden uitsluitend een ontheffing, indien uit het aanvraagformulier en de daarbij behorende stukken de zekerheid is verkregen dat de werkzaamheden, voldoen aan de voorwaarden waarop een ontheffing kan worden verleend. A3. Bevoegd gezag Gedeputeerde Staten van de provincie waarin de aangevraagde werkzaamheden worden uitgevoerd, zijn ingevolge artikel 1.3, eerste lid van de Wet natuurbescherming het bevoegde gezag om de ontheffingsaanvraag te besluiten. De beoogde werkzaamheden vinden geheel plaats binnen de provincie Zeeland. Dit betekent dat Gedeputeerde Staten van Zeeland bevoegd zijn tot het nemen van een besluit met betrekking tot deze werkzaamheden. A4. Procedure Dit ontwerpbesluit is onderdeel van de coördinatieregeling ex artikel 3.30 eerste lid, onder b, van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Dit betekent dat een aantal besluiten, die nodig zijn voor de realisatie van het project, gezamenlijk worden voorbereid, waarbij de procedure wordt gecoördineerd door de gemeente Veere, zoals aangegeven in het ontwerpbesluit. Daarbij doorlopen de besluiten, op grond van artikel 3.31, derde lid, de uniforme openbare voorbereidingsprocedure, als bedoeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht met toepassing van de bijzondere regels in artikel 3.31, derde lid, van de Wro. Omdat dit een project betreft als bedoeld in het eerste lid van artikel 9e van de Elektriciteitswet, is op grond van artikel 1.1, eerste lid, onder a in samenhang met categorie 1.2 van bijlage I van de Crisis- en herstelwet, de Crisis- en herstelwet van toepassing. Dit brengt onder meer met zich mee dat: de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, na afloop van de beroepstermijn, een termijn van 6 maanden heeft voor het doen van een uitspraak op een beroep; dat het beroepschrift meteen de gronden van beroep moet bevatten (het indienen van een pro-forma beroepschrift is niet mogelijk). Het ontwerpbesluit, inclusief de aanvraag en alle bijbehorende stukken, ligt gedurende zes weken voor een ieder ter inzage. Gedurende deze termijn kunnen belanghebbenden schriftelijk of mondeling hun zienswijze op dit ontwerp kenbaar maken. Voorafgaand aan de terinzagelegging heeft kennisgeving van het ontwerpbesluit plaatsgevonden middels publicatie in de Staatscourant; publicatie in dag- en/of huisaan-huisblad en publicatie langs elektronische weg op B. Toetsing B1 Toetsingskader Op 1 januari 2017 is de Wet natuurbescherming in werking getreden. De artikelen die voor de ontheffing verlening van belang zijn en welk beleid een rol speelt bij de ontheffing verlening leest u in deze paragraaf. De aanvraag is getoetst aan Hoofdstuk 3 Soorten van de Wet natuurbescherming. B2 Beoordeling Voor iedere activiteit die niet is vrijgesteld van de ontheffingsplicht, moet het bevoegd gezag beoordelen of toestemming kan worden verleend op grond van artikel 3.1 t/m 3.10, van de Wet natuurbescherming. Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

12 Gedeputeerde Staten verlenen uitsluitend een ontheffing wanneer voldaan is aan de bij wet voorgeschreven voorwaarden, zoals genoemd onder A2, en er geen strijdigheid is met het provinciaal beleid. U gaat in uw ontheffingsaanvraag in op de eventuele noodzaak van uw activiteiten op de beschermde soorten. Uw aanvraag bevat een onderbouwing ten aanzien van het wettelijke belang waaruit blijkt dat ingrijpen noodzakelijk is, een onderbouwing van andere bevredigende oplossingen waaruit blijkt dat er geen andere bevredigende oplossingen zijn en een onderbouwing waaruit blijkt dat er geen afbreuk wordt gedaan van de gunstige staat van instandhouding van de soort. Naar ons oordeel bevat uw ontheffingsaanvraag en de daarbij gevoegde stukken, op detail aangevuld met kennis en expertise die binnen de Provincie Zeeland beschikbaar is, de benodigde objectieve informatie om uw voorgenomen werkzaamheden te kunnen beoordelen. B3. Beoordeling van het wettelijk kader Individuele exemplaren van de in het ontwerpbesluit genoemde vogel-, vleermuis- en plantensoorten zullen door de bouw en exploitatie van nieuwe windturbines met bijbehorende infrastructuur op de strekdammen rondom de Vluchthaven van Neeltje Jans als onderdeel van het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering opzettelijk worden gedood of vernield. Daarom zal beoordeeld moeten worden of u voldoende heeft aangetoond dat er geen andere bevredigende oplossing voorhanden is en zal beoordeeld moeten worden of er een wettelijk belang is op grond waarvan ontheffing verleend kan worden. Tevens zal worden beoordeeld of de activiteiten niet leiden tot een verslechtering van de staat van instandhouding van de in het ontwerpbesluit genoemde vogelsoorten en er geen afbreuk wordt gedaan aan het streven de populatie van de in het ontwerpbesluit genoemde vleermuis- en plantensoorten in hun natuurlijk verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voorbestaan. Er bestaan geen andere bevredigende oplossingen Voor alle beschermde soorten geldt dat aangetoond moet worden dat er geen andere bevredigende oplossing (alternatief) is voor de door u geplande werkzaamheden, die minder schade oplevert voor de betreffende soorten. In de aanvraag en bijbehorende bijlagen bent u hier als volgt op ingegaan: Al snel na de afronding van de bouw in 1986 is de Oosterscheldekering in beeld geraakt als een locatie die bij uitstek geschikt is voor het plaatsen van windturbines. Vanaf het begin van de jaren 1990 zijn windturbines geplaatst op de voormalige werkeilanden. De Provincie Zeeland heeft de Oosterscheldekering in 2006 aangewezen als zogenaamde concentratielocatie voor windenergie. Dit houdt in dat de Oosterscheldekering bij uitstek geschikt is voor het opwekken van windenergie. Het aantal concentratielocaties voor windenergie in de provincie Zeeland is, net als in de rest van Nederland, beperkt. Daarom moet alle beschikbare ruimte binnen een concentratielocatie optimaal worden benut. Uiteraard moet daarbij rekening worden gehouden met andere belangen (zoals natuur, recreatie en dijkveiligheid). E-Connection Project (namens de initiatiefnemer) heeft daarom in overleg met alle betrokken partijen gezocht naar mogelijkheden om nieuwe windturbines te bouwen en om de bestaande windturbines te vervangen door nieuwere (repowering genaamd). Deze mogelijkheden zijn gevonden in een zevental deelprojecten die tezamen het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering (OSK) vormen. Om de realistische alternatieven en de milieueffecten van dit voornemen in kaart te brengen, is er voor gekozen om de procedure om te komen tot een milieueffectrapport (MER) te doorlopen. Een MER heeft tot doel het milieubelang een volwaardige plaats te geven in de besluitvorming over de voorgenomen activiteiten. Het MER beschrijft zo objectief mogelijk welke milieueffecten te verwachten zijn wanneer een bepaalde activiteit in een bepaald gebied wordt ondernomen. Om te komen tot een keuze voor een nieuwe windturbineopstelling die de voorkeur heeft van alle betrokken partijen (het voorkeursalternatief of VKA), zijn drie alternatieven onderzocht in het MER voor het project Optimalisatie Windparken OSK. Daarbij is ook rekening gehouden met de aanwezigheid van Windpark Bouwdokken. In het MER zijn de mogelijke alternatieven en varianten omschreven waarvan op globaal niveau de effecten op aanwezige natuurwaarden zijn beoordeeld. Op basis van deze beoordeling en de beoordeling van overige milieueffecten is uit de alternatieven en varianten een voorkeursalternatief (VKA) gekozen. Uit het MER blijkt dat bij dit VKA de effecten op natuurwaarden het kleinst zijn. Alternatieven waarbij de effecten op natuurwaarden minder zijn, zijn niet voorhanden. Hiermee is voldoende aangetoond dat er geen andere bevredigende oplossing voorhanden is. Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

13 Wettelijk belang: Volksgezondheid of de openbare veiligheid (of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten). Voor vogels en glad biggenkruid wordt ontheffing aangevraagd "in het belang van de volksgezondheid of de openbare veiligheid". Voor vleermuizen wordt ontheffing aangevraagd "in het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten". In de aanvraag en bijbehorende bijlagen bent u hier als volgt op ingegaan: Het initiatief moet bijdragen aan de doelstelling om meer duurzame energie te produceren. Dit past in het provinciale en landelijke beleid dat is gericht op het beperken van de uitstoot van broeikasgassen, zoals koolstofdioxide (C02). Volksgezondheid Klimaatverandering is van invloed op de volksgezondheid. Deze invloed is overwegend negatief, met uitzondering van een afname van wintersterfte. Deze negatieve invloed is het gevolg van frequenter optreden van weersextremen, de toename van het risico op overstroming en de toename van vestiging van nieuwe vectoren, virussen en bacteriën ten gevolge van verandering van het regionale klimaat. Een toename en vestiging van nieuwe vectoren, virussen en bacteriën en hiermee verbonden infecties en ziekte- en sterftegevallen ten gevolge van de gewijzigde regionale klimatologische omstandigheden treedt naar verwachting op. De effecten hiervan vormen een bedreiging voor de volksgezondheid. Het realiseren van projecten voor het opwekken van duurzame energie, waaronder windenergie, helpt om deze negatieve gevolgen te beperken. Het bouwen van nieuwe windparken en vervangen van windmolens door efficiëntere windmolens in bestaande windparken leidt tot een hogere opbrengst en dus tot een grotere bijdrage aan de bestrijding van klimaatverandering. Relevant voor de volksgezondheid en openbare veiligheid is, dat uw windenergieproject de risico's verkleint op: overstroming door zeespiegelstijging en grotere piekafvoer van rivieren verzilting van de zoetwatervoorziening weersextremen zoals hitte en droogte slechte luchtkwaliteit (door het vaker optreden van zomersmog, en door de uitstoot van o.a. fijnstof en NOx door gebruik van fossiele brandstoffen) het verspreiden van nieuwe ziekten, als gevolg van de verspreiding van bacteriën en virussen lagere opbrengsten in de voedselvoorziening (gewasteelt en visserij) Openbare veiligheid Klimaatverandering beïnvloedt het watersysteem. Dit leidt tot diverse bedreigingen voor de openbare veiligheid. De potentiële gevolgen zijn van invloed op veiligheid tegen overstromen, zoetwatervoorziening en de elektriciteitsvoorziening. Ten gevolge van klimaatverandering is sprake van zeespiegelstijging. Enerzijds door een opwarming van de gemiddelde temperatuur van de oceanen en anderzijds door het afsmelten van grote ijsmassa's. Aangezien bijna 60 o 7o van Nederland gevoelig is voor overstromingen vanuit zee of rivieren, leidt klimaatverandering tot een verhoogd risico op overstroming. Andere dwingende redenen van groot openbaar belang Er is ook een economisch belang gemoeid met het bestrijden van de klimaatverandering als gevolg van de uitstoot van broeikasgassen, aangezien economische schade kan optreden door overstromingen, weersextremen, verzilting, beperkte zoetwatervoorziening. Maar ook doordat de stabiliteit van de energievoorziening bedreigd wordt. Opwarming kan leiden tot een beperktere beschikbaarheid van koelwater en mogelijkheid om koelwater te lozen, vooral tijdens hittegolven. Het project kent ook een economisch belang (gecombineerd met het belang van de openbare veiligheid) vanwege de mate waarin de huidige Nederlandse economie afhankelijk is van fossiele brandstoffen. Deze afhankelijkheid is groot, terwijl de voorraden fossiele brandstoffen eindig zijn (met huidige consumptie volstaan deze voor 40 tot 200 jaar) en bovendien voor een belangrijk deel geïmporteerd worden uit politiek instabiele regio's in de wereld. Dit maakt dat zowel de beschikbaarheid als de prijs van fossiele brandstoffen onzeker is. Investeren in duurzame energie, zoals windenergie is dus van belang om deze risico's te beperken. Gelet op het bovenstaande is het voldoende aannemelijk dat de werkzaamheden worden uitgevoerd in het belang van de volksgezondheid of de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten. Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

14 De aangevraagde activiteit leidt niet tot een verslechtering van de staat van instandhouding van de betreffende vogelsoorten en er wordt geen afbreuk gedaan aan het streven de populaties van de betrokken vleermuis- en plantensoorten in hun natuurlijke verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voortbestaan. Voor alle beschermde vogelsoorten geldt dat aangetoond moet worden dat de aangevraagde activiteit niet leidt tot een verslechtering van de staat van instandhouding van de betreffende vogelsoorten. Voor alle beschermde vleermuis- en plantensoorten moet aangetoond worden dat er geen afbreuk gedaan wordt aan het streven de populaties van de betrokken soorten in hun natuurlijke verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voortbestaan. In de aanvraag en bijbehorende bijlagen bent u hier als volgt op ingegaan: Vogels Door Arcadis zijn de aanvaringsslachtoffers berekend om de effecten van de windparken die onderdeel uitmaken van het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering onderling en gezamenlijk te bepalen. Effecten van Windpark Neeltje Jans op beschermde soorten zijn beoordeeld en getoetst in cumulatie met de andere windparken uit het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering en de bestaande parken Bouwdokken en Noord-Beveland. Seizoensvogels (broedvogels, overwinterende vogels en vogels die jaarrond in het gebied verblijven) en trekvogels kunnen mogelijk slachtoffer worden door aanvaringen met windturbines. Veruit het grootste deel van de seizoensvogels is niet als aanvaringsslachtoffer gevonden in het referentiegebied Roggenplaat. Voor deze soorten kan worden aangenomen dat ze de windturbines weten te ontwijken of onder de rotorbladen doorvliegen. Meer dan incidentele slachtoffers onder deze soorten zijn uitgesloten. Voor de seizoensvogels die in het referentiegebied de laatste 12 jaar wel als aanvaringsslachtoffer zijn gevonden en voor trekvogels is per soort de aanvaringskans berekend. Hieruit is gebleken dat voor het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering in zijn geheel voor geen van de soorten de ORNIS-norm van \ 0 la wordt overschreden 1. Bij de trekvogels zijn negatieve effecten op de gunstige staat van instandhouding van de flyway-populatie uitgesloten. Bij de seizoensvogels laat voor de soorten aalscholver, buizerd, gierzwaluw, grauwe gans, grote mantelmeeuw, grote stern, holenduif, kleine mantelmeeuw, kokmeeuw en slechtvalk de ontwikkeling van de landelijke en deltapopulatie geen dalende trend zien (website SOVON). Deze vogelsoorten bevinden zich in een gunstige staat van instandhouding welke niet in gevaar zal komen door de berekende en in verhouding zeer beperkte extra sterfte door aanvaringsslachtoffers. Voor scholekster, stormmeeuw, visdief, wilde eend en zilvermeeuw daarentegen laat de ontwikkeling van de landelijke populatie de laatste jaren wel een negatieve trend zien. Het effect op de populatie van deze soorten wordt derhalve nader beschreven. Visdief Na een sterke toename van het aantal broedende visdieven in de periode zijn de aantallen in de Oosterschelde de laatste jaren redelijk stabiel (Arts et al. 2017b, sovon.nl). In 2016 zijn op Neeltje Jans enkele gebieden aantrekkelijker voor kustbroedvogels gemaakt. Bij het zanddepot werd opslag van duindoorns verwijderd, zand en schelpenranden gestort en een drijvend broedeiland (10x12 meter) geplaatst. De aantallen broedende visdieven zijn hier de laatste jaren flink toegenomen. De berekende toename van aanvaringsslachtoffers met maximaal 0,310 vogels per jaar voor het gehele project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering is dusdanig klein dat, rekening houdend met de stabiele trend in het gebied en de lokale toename, de gunstige staat van instandhouding voor deze soort niet in gevaar komt. Stormmeeuw Het aantalsverloop van de stormmeeuw vertoont in het Deltagebied flinke schommelingen tussen jaren. In de Oosterschelde zijn de broedaantallen echter stabiel. Het aantal broedparen in het Deltagebied bereikte in 2015 en 2016 steeds een nieuw record, wat een voorzichtige positieve trendbreuk met de afgelopen jaren laat zien (Arts et al. 2017b, sovon.nl). De berekende toename van aanvaringsslachtoffers is maximaal 0,810 vogels per jaar voor het gehele project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering. Deze zeer kleine toename van het aantal slachtoffers brengt de voorzichtig toenemende trend in het 1 De Afdeling bestuursrechtspraak heeft overwogen dat het zogenaamde ORNIS-criterium, bij het ontbreken van een ander wetenschappelijk onderbouwd criterium, gehanteerd kan worden als uitgangspunt om te bepalen of de te verwachten aantallen slachtoffers door de windturbines aanvaardbaar zijn te achten of niet. Het bedoelde door het ORNIS-comité geformuleerde criterium houdt in dat iedere tol van minder dan 1^0 van de totale jaarlijkse sterfte van de betrokken populatie door de betrokken populatie verdragen moet kunnen worden zonder negatieve consequenties voor de mogelijkheid van overleving te ondervinden. De afdeling gaat er verder van uit dat uit jurisprudentie van het HvJ EU niet volgde dat het 1 %-criterium niet mocht worden toegepast op soorten die reeds in een ongunstige staat van instandhouding verkeren. Behoort bij brief d.d. 15mei 2018metons kenmerk:

15 gebied op geen enkele wijze in gevaar en heeft geen gevolgen voor de gunstige staat van instandhouding voor deze soort. Wilde eend De trend van de wilde eend in de Voordelta is op de lange termijn positief en in de Oosterschelde de laatste jaren stabiel (Arts et al. 2017a). Langs de Oosterscheldekering broeden nauwelijks wilde eenden (Buijs, 2016Buijs, 2016a, 2017a,c,d) en ook de aantallen vogels in de wintermaanden is met maximale aantallen van een paar honderd exemplaren klein ten opzichte van de gehele winterpopulatie in de Delta. De berekende toename van aanvaringsslachtoffers met maximaal 0,120 exemplaren per jaar voor het gehele project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering is dusdanig klein dat, rekening houdend met de stabiele trend en de relatief lage aantallen in het projectgebied dit geen gevolgen heeft voor de gunstige staat van instandhouding. Scholekster Voor niet-broedvogels is de trend van de scholekster in de Voordelta positief (Arts et al. 2017a) maar in de Oosterschelde volgt de soort de landelijke negatieve trend (sovon.nl). De scholekster is een soort die op Neeltje Jans uitgebreid is onderzocht. Sinds 2008 wordt de broedpopulatie en het broedsucces op het gehele eiland intensief gevolgd. Het aantal uitgevlogen jongen in de periode is in de meeste jaren onvoldoende geweest om de populatie op peil te houden (daar is ca 0,25 uitgevlogen jong/paar voor nodig). De dichtheid aan broedende scholeksters is in 2016 en 2017 echter nagenoeg gelijk gebleven. De Oosterscheldekering heeft voor de scholekster een beperkt belang in de wintermaanden. De maximale aantallen van een paar honderd exemplaren zijn relatief klein ten opzichte van de gehele winterpopulatie in de Delta. Ondanks de negatieve trend van deze soort heeft de berekende toename van aanvaringsslachtoffers met maximaal 0,5 exemplaren per jaar voor het gehele project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering op geen enkele wijze invloed op de huidige staat van instandhouding van deze soort. Zilvermeeuw De trend van de zilvermeeuw over de laatste tien jaar is negatief (Arts et al. 2017b, sovon.nl). De aantallen in de kolonie op Neeltje Jans/Roggenplaat zijn echter al lange tijd stabiel. Dit wordt bevestigd door de kustbroedvogeltellingen van Rijkswaterstaat (ongepubliceerde gegevens) voor de telgebieden Neeltje Jans en Roggenplaat over de periode Sinds de eeuwwisseling broedden de grootste aantallen in het duingebied op Neeltje Jans (Strucker et al. 2013). Ook de schelpenrug op de Neeltje Jansplaat wordt geleidelijk hoger en raakt enigszins begroeid, waardoor er de laatste jaren enkele paren zilvermeeuwen tot broeden kwamen (Arts et al. 2017b). De aanwezigheid van voldoende voedsel op vliegafstand maakt dat Neeltje Jans een belangrijke rol speelt als kolonieplaats voor deze soort. De laatste 5 jaar zijn er gemiddeld 2100 broedparen zilvermeeuwen op Neeltje Jans en de Roggenplaat geteld (Rijkswaterstaat, kustbroedvogeltellingen). De berekende toename van aanvaringsslachtoffers met maximaal 18,410 vogels per jaar voor het gehele project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering betreft minder dan iy 0 van de huidige broedpopulatie langs de Oosterscheldekering en 0,05 0 Zo van de Deltapopulatie. Ondanks de negatieve trend in het Deltagebied heeft dit relatief kleine aantal extra slachtoffers per jaar geen gevolgen voor de huidige staat van instandhouding van de soort. Doordat er gewerkt wordt buiten het broedseizoen wordt het doden en verstoren van broedvogels voorkomen. Indien er toch tijdens het broedseizoen gewerkt wordt en er hierdoor tijdelijk broedlocaties ongeschikt zijn, dient er binnen het plangebied tijdig (voorafgaand aan het broedseizoen) vervangend broedareaal te worden aangeboden of aanwezig te zijn. Verstoring van ruiende strandplevieren op het strandje in de Mattenhaven bij turbine BH3 in Windpark Neeltje Jans wordt voorkomen door geen werkzaamheden uit te voeren in de maanden juli en augustus. Het effect van het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering - de exploitatie van windturbines - op de vogels moet worden gemonitord. Uit deze monitoring dient ten minste te blijken: Waar, wanneer en welke vogels locatie specifiek actief zijn; Welke aanvaringsslachtoffers optreden; In welke aantallen aanvaringsslachtoffers optreden; Op welke locaties aanvaringsslachtoffers optreden; Onder welke omstandigheden aanvaringsslachtoffers optreden. Deze monitoring dient jaarrond door een ter zake deskundige ecoloog op het gebied van de soorten waarvoor ontheffing is verleend te worden uitgevoerd. Een nader uitgewerkt monitoringsplan wordt ter goedkeuring aan het bevoegd gezag overlegd. Hierin dient tevens aangegeven te zijn op basis van welke frequentie de tussentijdse resultaten zullen worden overlegd en besproken. De monitoring naar het specifieke gebruik van, en effecten op, vogels dient aan te vangen vanaf het moment dat de eerste turbine(s) in gebruik wordt (worden) genomen. Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

16 Vleermuizen Op basis van de tot nu toe beschikbare waarnemingen kan voor alle soorten met uitzondering van de rosse vleermuis de kans op meer dan incidentele slachtoffers uitgesloten worden. Alleen de rosse vleermuis is op rotorhoogte aangetroffen en alleen voor deze soort bestaat, op basis van de huidige gegevens, een aanvaringsrisico. Gezien het aantal rosse vleermuizen dat is waargenomen (gemiddeld minder dan 1 waarneming per dag gedurende de onderzoeksperiode van 2 maanden) is er kans op hooguit enkele slachtoffers per jaar voor het gehele project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering. Ook zonder stilstandsvoorziening kan er geen sprake zijn van een effect op de populatie c.q. staat van instandhouding. Omdat het jaarrond onderzoek nog niet is afgerond kunnen echter nog geen definitieve conclusies worden getrokken over de werkelijke effecten die optreden en de noodzakelijkheid om deze effecten te mitigeren met een stilstandsvoorziening voor de turbines. Het kan zijn dat de vlieghoogte in het voorjaar anders is. Met een heersende zuidwestenwind vliegen de ruige dwergvleermuizen tijdens de voorjaarstrek mogelijk hoger (op rotorhoogte) om van de rugwind te kunnen profiteren. Ook kan het zijn dat de aantallen rosse vleermuizen in de zomer hoger zijn of dat de gewone dwergvleermuizen in de zomerperiode bij rustig weer hoger foerageren dan tot nu toe waargenomen. Om risico op aanvaringen te verkleinen dient, totdat uit onderzoek anders blijkt, een stilstandsvoorziening te worden toegepast voor de maanden waarvan nog geen duidelijkheid is verkregen over de aanwezigheid en gedrag van vleermuizen ter hoogte van de Oosterscheldekering. Tijdens de maanden september t/m november zijn effecten op de gunstige staat van instandhouding van aanwezige vleermuizen uitgesloten. Van oktober tot april zijn vleermuizen minder actief en in winterslaap en geldt hetzelfde. Een stilstandsvoorziening dient derhalve te worden toegepast voor de maanden april tot september, totdat uit onderzoek anders blijkt. Een stilstandsvoorziening kan bestaan uit een vaste grenswaarde zoals het stilzetten van een windturbine beneden een bepaalde windsnelheid (5 m/s). Hiertoe is voorschrift 14 in bijlage 1 van dit ontwerpbesluit opgenomen. De turbines dienen uitgerust te zijn met een stilstandvoorziening die ook direct na ingebruikname van de betreffende turbines in werking treedt. Deze stilstandvoorziening dient:» Te bestaan uit een zogenaamde 'cut-in speed' bij windsnelheden vanaf 5 m/s;» Vrijloop van de rotorbladen beneden de 5 m/s te voorkomen, waarbij een maximale grenswaarde (vrijloop) van 1 rpm (ca. 20 km/h) wordt toegestaan;» Vooralsnog van kracht te zijn binnen de actieve periode van de vleermuizen en de periode waarin nog nader onderzoek dient te worden uitgevoerd. Deze periode loopt van 1 april tot 1 september;» Van kracht te zijn tussen een uur voor zonsondergang en een uur na zonsopkomst bij voldoende hoge temperaturen ^ 10 graden Celsius) en droog weer ^Imm/u). Om verstoring van vleermuizen door verlichting te voorkomen mag gedurende de realisatiefase van de windturbines bij het toepassen van verlichting slechts gebruik worden gemaakt van amberkleurige, vleermuisvriendelijke verlichting. Hiertoe is voorschrift 10 in bijlage 1 van dit ontwerpbesluit opgenomen. Effecten op vleermuizen tijdens de aanlegfase worden voorkomen door tijdens vleermuisactieve periodes uitsluitend wanneer dit vanuit veiligheidsaspecten noodzakelijk is amberkleurige, vleermuisvriendelijke verlichting toe te passen. In de gebruiksfase worden slachtoffers zo veel als mogelijk beperkt door een stilstandsvoorziening. Planten Effecten op planten zijn enkel mogelijk tijdens de aanlegfase waarbij het plaatsen van nieuwe turbines en kraanopstelplaatsen tot ruimtebeslag op groeiplaatsen kan leiden. Tevens is vernietiging van groeiplaatsen mogelijk door vergraven of bereiden van groeiplaatsen. Glad biggenkruid komt veelvuldig voor in de berm van de Faelweg en plaatselijk langs de Hoogh Plaetweg. Meerdere groeiplaatsen liggen binnen het werkgebied. Door transport van en naar Windpark Neeltje Jans en het inrichten van tijdelijke depotlocaties I opslagplaatsen langs beide wegen gaan groeiplaatsen verloren. Het verlies van groeiplaatsen van glad biggenkruid kan niet worden uitgesloten. Negatieve effecten op glad biggenkruid worden beperkt door individuen van deze soort te verplanten als deze voorkomen binnen het werkterrein (turbinelocatie, depotlocatie, kraanopstelplaats of rijroute). Deze individuen worden in de daarvoor geschikte periode door een ter zake deskundige ecoloog op het gebied van de betreffende soort verplaatst naar een geschikte locatie buiten het werkterrein. Deze mitigerende maatregelen om de effecten op beschermde soorten tot een minimum te beperken zijn beschreven in het door Buijs Eco Consult B.V. opgestelde Ecologisch werkprotocol Optimalisatie OSK Dit werkprotocol zal nader worden uitgewerkt en ter goedkeuring aan het bevoegd gezag worden voorgelegd. Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

17 De gunstige staat van instandhouding van de in het ontwerpbesluit onder I, II en III genoemde vogel-, vleermuis- en plantensoorten komt niet in gevaar, mits gewerkt wordt conform de aanvraag, voor zover niet in strijd met de voorschriften in deze ontheffing. B3. Provinciaal beleid In het Omgevingsplan Zeeland staat aangegeven dat de Provincie Zeeland haar energie- en klimaatbeleid richt op het leveren van een evenredige bijdrage aan de nationale doelen. Uw activiteit komt voort uit de doelstelling van de Provincie Zeeland om kansen voor een duurzame energieproductie en een betrouwbare energievoorziening met efficiënt gebruik en een toenemend aandeel van duurzame energie in de totale productie te benutten. Voor windenergie op land zijn deze landelijk voor Nederland gesteld op 6000 MW in Zeeland draagt daaraan bij door 570,5 MW te realiseren, conform de afspraken daarover met het Rijk. De Provincie Zeeland heeft concentratielocaties aangewezen voor windmolenparken. Daarbij wordt rekening gehouden met de Zeeuwse geografische, maatschappelijke en bestuurlijke context. Bij het aanwijzen van de concentratiegebieden is gekozen voor grootschalige industriegebieden en grote infrastructurele werken. Deze zijn limitatief weergegeven op kaart 2, blz. 115, van het Omgevingsplan. Plaatsing van windmolens hoger dan 20 meter is op land buiten deze locaties niet mogelijk. Wettelijk zijn deze bepalingen vastgelegd in artikel 2.4 van de Verordening Ruimte Provincie Zeeland. Het project waarvoor u ontheffing aanvraagt, geeft invulling aan dit provinciale beleid. De bouw en exploitatie van nieuwe windturbines met bijbehorende infrastructuur op de strekdammen rondom de Vluchthaven van Neeltje Jans als onderdeel van het project Optimalisatie Windparken Oosterscheldekering past binnen het provinciale streven voor het benutten van kansen voor een duurzame energieproductie en een toenemend aandeel van duurzame energie in de totale productie, zonder afbreuk te doen aan de aanwezige natuurwaarden. De bouw en exploitatie past daardoor binnen de beleidskaders zoals gesteld in het Omgevingsplan Zeeland Naar ons oordeel is er geen strijdigheid met het Omgevingsplan Zeeland C. Conclusie Omdat er geen andere bevredigende oplossing bestaat, de werkzaamheden nodig zijn in het belang van de volksgezondheid of de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten, en omdat geen afbreuk wordt gedaan aan het streven de populaties van de in het ontwerpbesluit genoemde vogel-, vleermuis- en plantensoorten in hun natuurlijke verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voortbestaan, kunnen wij de gevraagde ontheffing onder oplegging van voorschriften (bijlage 1) verlenen. D. Overige wet- en regelgeving Bij de beoordeling van onderhavige aanvraag zijn andere aspecten dan gerelateerd aan de Wet natuurbescherming, hoofdstuk 3 Soorten, en de daarbij behorende regelgeving niet betrokken. Mogelijk zijn er voor de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft nog andere bepalingen van toepassing. Wij wijzen u erop dat het kan zijn dat voor het uitvoeren van uw werkzaamheden tevens een vergunning en/of ontheffing en/of meldingsplicht vereist kan zijn op grond van andere hoofdstukken van de Wet natuurbescherming en/of van andere wet- en regelgeving. E. Zienswijzen Wij hebben dit ontwerpbesluit, inclusief de aanvraag en alle bijbehorende stukken, zes weken ter inzage gelegd tijdens welke periode belanghebbenden hun zienswijze kunnen indienen. Ze krijgen op die manier de gelegenheid om hun zienswijze te geven op het ontwerpbesluit inclusief de aanvraag en alle bijbehorende stukken. Behoort bij brief d.d. 15 mei 2018 met ons kenmerk:

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

^Zeeland. vgjļļ Provincie. Gedeputeerde Staten. Windpark Cluster B.V. T.a.v. dhr. H.G. Wasser Postbus CC BUNNIK

^Zeeland. vgjļļ Provincie. Gedeputeerde Staten. Windpark Cluster B.V. T.a.v. dhr. H.G. Wasser Postbus CC BUNNIK vgjļļ Provincie ^Zeeland Gedeputeerde Staten Windpark Cluster B.V. T.a.v. dhr. H.G. Wasser Postbus 101 3980 CC BUNNIK onderwerp kenmerk behandeld door verzonden Wet natuurbescherming ontwerpbesluit DZK1800002118008601

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Routekaart 2011. Natura 2000-gebied en Nationaal Park Lauwersmeer 15 mei 2011. Inschrijving Bosschuur Staatsbosbeheer

Routekaart 2011. Natura 2000-gebied en Nationaal Park Lauwersmeer 15 mei 2011. Inschrijving Bosschuur Staatsbosbeheer Natura 2000-gebied en Nationaal Park Lauwersmeer 15 mei 2011 Routekaart 2011 Inschrijving Bosschuur Staatsbosbeheer Welkom op het Frysk Fûgelpaad 2011 Deze vogelspotwandeling wordt gehouden in Nationaal

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Werkgebied VWG-Zutphen Oppervlak: ha

Werkgebied VWG-Zutphen Oppervlak: ha Werkgebied VWG-Zutphen Oppervlak: 19.227 ha Overzicht verdeling werkgebied in Deelgebieden - Telgebieden KN1 KN2 KN3 KN6 KN5 KN4 GE7 GE6 GE5 GE4 GE2 GE3 GE1 VB11 TE5 TE4 TE3 TE2 TE1 HC5 HC4 HC3 HC2 HC1

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

WETLAND TELLINGEN LEPELAARPLASSEN: 2013

WETLAND TELLINGEN LEPELAARPLASSEN: 2013 1 WETLAND TELLINGEN LEPELAARPLASSEN: 2013 TOTALE KENGETALLEN 50,000 45,000 40,000 35,000 30,000 25,000 20,000 15,000 10,000 Lepelaarsplassen: Totaal aantal vogels per jaar 5,000 Aantal Zonder wilgenbos

Nadere informatie

Tennet TSO W. van Dijk Postbus AS ARNHEM. ONTWERP-BESLUIT Gezien voor akkoord : Datum:

Tennet TSO W. van Dijk Postbus AS ARNHEM. ONTWERP-BESLUIT Gezien voor akkoord : Datum: > Retouradres Postbus 40225 8004 DE Zwolle Tennet TSO W. van Dijk Postbus 718 6800 AS ARNHEM ONTWERP-BESLUIT Gezien voor akkoord : : Betreft Beslissing op uw aanvraag Ruimtelijke ingrepen Postbus 40225

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Pondera Consult J.F.W. Rijntalder Postbus AN Hengelo : ONTWERP-BESLUIT. Datum Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Pondera Consult J.F.W. Rijntalder Postbus AN Hengelo : ONTWERP-BESLUIT. Datum Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Pondera Consult J.F.W. Rijntalder Postbus 579 7550 AN Hengelo : ONTWERP-BESLUIT Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen Postbus 40225, 8004 DE Zwolle

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT. Datum Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer Akerboom, mevrouw Van der Puijl,

ONTWERPBESLUIT. Datum Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen. Geachte heer Akerboom, mevrouw Van der Puijl, > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle ONTWERPBESLUIT Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen Kenmerk FF/75C/2016/0081.toek.bl

Nadere informatie

Lepelaar vrij schaars klein aantal klein aantal

Lepelaar vrij schaars klein aantal klein aantal Sectie cursisten In de "nieuwe zakgids vogels" wordt bij veel vogelsoorten helaas verkeerde informatie weergegeven over hun voorkomen in Nederland. In de tabel hieronder vind je de juiste gegevens. Broedvogels

Nadere informatie

Big Days Groot-Amsterdam

Big Days Groot-Amsterdam Fuut 1 1-2 1-2 1-4 1-4 1-5 x 7 Roodhalsfuut x 1 Geoorde Fuut 1-2 x 2 Dodaars 1 1-2 1-2 1-4 1-4 1-5 x 7 Aalscholver 1 1-2 1-2 1-4 1-4 1-5 x 7 Roerdomp 4 1 Groene Reiger 2-3 1 Kleine Zilverreiger 4 1 Grote

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

ORNITHOLOGISCHE WAARNEMINGEN BLOKKERSDIJK (Antwerpen-Linkeroever) JANUARI TOT MAART 2015

ORNITHOLOGISCHE WAARNEMINGEN BLOKKERSDIJK (Antwerpen-Linkeroever) JANUARI TOT MAART 2015 ORNITHOLOGISCHE WAARNEMINGEN BLOKKERSDIJK (Antwerpen-Linkeroever) JANUARI TOT MAART 2015 FUTEN TOT EENDEN Tot 22 januari pleisterden nog steeds 1 tot 2 Dodaarzen (Tachybaptus ruficollis). Daarna werd van

Nadere informatie

Verslag vogelwerkgroep IVN De Steilrand rondje Zeeland

Verslag vogelwerkgroep IVN De Steilrand rondje Zeeland Verslag vogelwerkgroep IVN De Steilrand rondje Zeeland Zaterdag 23 januari maakten 12 mensen van de vogelwerkgroep een tocht langs de Zeeuwse kusten. We waren vroeg uit de veren, om bij het krieken van

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op de op 31 juli 2018 door ons ontvangen aanvraag voor een ontheffing ingevolge artikel 3.3, eerste lid en artikel 3.8, eerste lid, van de Wet natuurbescherming

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op de op 1 maart 2018 door ons ontvangen aanvraag voor een ontheffing ingevolge artikel 3.3, eerste lid, en artikel 3.8, eerste lid, van de Wet natuurbescherming

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Required species Netherlands Number 1, 2 and 3 are required for pictures and sounds No numbers means not required

Required species Netherlands Number 1, 2 and 3 are required for pictures and sounds No numbers means not required Required species Netherlands Number 1, 2 and 3 are required for pictures and sounds No numbers means not required Species Pictures Sounds Dodaars 2 2 Roodhalsfuut 3 Fuut 2 Kuifduiker 3 Geoorde Fuut 3 Kuhls

Nadere informatie

Required species Belgium Number 1, 2 and 3 are required for pictures and sounds No number means not required

Required species Belgium Number 1, 2 and 3 are required for pictures and sounds No number means not required Required species Belgium Number 1, 2 and 3 are required for pictures and sounds No number means not required Species Pictures Sounds Dodaars 2 2 Kuifduiker 3 Geoorde Fuut 3 Kuhls Pijlstormvogel 3 Noordse

Nadere informatie

Checklist van de vastgestelde vogelsoorten binnen Blokkersdijk

Checklist van de vastgestelde vogelsoorten binnen Blokkersdijk Checklist van de vastgestelde vogelsoorten binnen Blokkersdijk Gegevens bijgewerkt tot 12.12.2008 1. Toelichting Lijst A: alle soorten, uitgenomen die van Lijst B Lijst B: soorten die mogelijk, waarschijnlijk

Nadere informatie

Nieuwsbrief PTT Januari 2018

Nieuwsbrief PTT Januari 2018 Wind/temperatuur Neerslag Nieuwsbrief PTT Januari 2018 Willem van Manen Het weer tijdens de tellingen Er bestond een indruk dat het weer in 2017 bepaald niet meezat, wat me op het idee bracht om eens te

Nadere informatie

'3 ^5. Afschrift VERZONDE» 2 2 JUNI 2017 INGEKOMEN 2 3 JUNI Uitvoeringsdienst bord-holland Noord

'3 ^5. Afschrift VERZONDE» 2 2 JUNI 2017 INGEKOMEN 2 3 JUNI Uitvoeringsdienst bord-holland Noord Uitvoeringsdienst bord-holland Noord Afschrift Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied t.a.v. de heer H. Leenknegt Postbus 209 1500 EE ZAANDAM '3 ^5 Hoorn, 21 juni 2017 VERZONDE» 2 2 JUNI 2017 INGEKOMEN 2

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op de op 7 maart 2018 door ons ontvangen aanvraag voor een ontheffing ingevolge artikel 3.3, eerste lid, en artikel 3.8, eerste lid, van de Wet natuurbescherming

Nadere informatie

Archief VERZONDEN 1 0 SEP W Uitvoeringsdienst oord-holland Noord. Pagina 1 van 7

Archief VERZONDEN 1 0 SEP W Uitvoeringsdienst oord-holland Noord. Pagina 1 van 7 R W Uitvoeringsdienst oord-holland Noord Archief VERZONDEN 1 0 SEP. 2018 Eneco Wind Development T.a.v. mevrouw A. Melchers Postbus 19020 3001 BA ROTTERDAM Hoorn, 10 september 2018 Zaaknummer Behandelaar

Nadere informatie

Ministerie van Economische Zaken

Ministerie van Economische Zaken > Retouradres Postbus 40225 8004 DE Zwolle Tennet TSO T.a.v. mevrouw W. van Dijk Postbus 718 6800 AS ARNHEM Datum Betreft Beslissing op uw aanvraag Ruimtelijke ingrepen Geachte mevrouw Van Dijk, Ministerie

Nadere informatie

Rijksdienst voor. Ondernemend. Nederland. Datum Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte mevrouw Deimel, heer Truijens en heer Stam,

Rijksdienst voor. Ondernemend. Nederland. Datum Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte mevrouw Deimel, heer Truijens en heer Stam, Ondernemend Nederland > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Ondernemend Nederland Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Onze referentie FF/75C/2014/0286A Betreft

Nadere informatie

WNb 3.1 Beschermingsregime soorten vogelrichtlijn A B C D E F Coccothraustes coccothraustes ssp. Coccothraustes Parnurus biarmicus ssp.

WNb 3.1 Beschermingsregime soorten vogelrichtlijn A B C D E F Coccothraustes coccothraustes ssp. Coccothraustes Parnurus biarmicus ssp. BESCHERMDE SOORTEN IN LELYSTAD (Wet Natuurbescherming) versie 04, oktober 2018 10-okt-18 Wijkgroen Gebouw Berm / extensief grasland Vaart / watergang > dan 2 meter / plas / rietland Bos/struweel Grote

Nadere informatie

Checklist IJsland 11 t/m 18 juni 2012

Checklist IJsland 11 t/m 18 juni 2012 Checklist IJsland 11 t/m 18 juni 2012 11 12 13 14 15 16 1 Taigarietgans Anser fabalis 2 Rietgans Anser fabalis/serrirostris 3 1 Kleine Rietgans Anser brachyrhynchus 50 4 150 4 Kolgans Anser albifrons 5

Nadere informatie

Vogellijst Soort / Datum 29.jun 30.jun 1.jul 2.jul 3.jul 4.jul 5.jul 6.jul 7.jul / TOT

Vogellijst Soort / Datum 29.jun 30.jun 1.jul 2.jul 3.jul 4.jul 5.jul 6.jul 7.jul / TOT Soort / Datum 29.jun 30.jun 1.jul 2.jul 3.jul 4.jul 5.jul 6.jul 7.jul / TOT Roodkeelduiker Parelduiker Ijsduiker Geelsnavelduiker Kuifduiker Geoorde Fuut Dodaars 1 1 1 1 Fuut 1 1 1 1 Roodhalsfuut Noordse

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen, aangevuld met informatie uit de Sovon-meetnetten (Netwerk Ecologische

Nadere informatie

Vogelweekend Biesbosch

Vogelweekend Biesbosch Vogelweekend Biesbosch 24-26 mei 2019 Georganiseerd door: www.birdingbreaks.nl Dag 2 (ochtend) Dag 2 en 3 (middag) Dag 1 Dag 3 (ochtend) Reisschema Dag 1 24 mei: Middag: Dordtse Biesbosch - Hania s polder,

Nadere informatie

Resultaten (broed)vogelonderzoek Bodemven en omstreken op Landgoed Huis ter Heide, Noord-Brabant Broedseizoen 2009

Resultaten (broed)vogelonderzoek Bodemven en omstreken op Landgoed Huis ter Heide, Noord-Brabant Broedseizoen 2009 Resultaten (broed)vogelonderzoek Bodemven en omstreken op Landgoed Huis ter Heide, Noord-Brabant Broedseizoen 2009 Bonte vliegenvanger Uitgevoerd in opdracht van Natuurmonumenten regio Midden-Brabant Auteurs:

Nadere informatie

Euro Birdwatch 2012 Jaarlijkse trekteldag

Euro Birdwatch 2012 Jaarlijkse trekteldag Euro Birdwatch 2012 Jaarlijkse trekteldag Op 6 oktober jongstleden, was het de 17 e keer dat Vogelwacht-Limburg deelnam aan de ondertussen traditionele, jaarlijkse vogeltrekteldag, de laatste jaren ook

Nadere informatie

Onderzoek Vogelwerkgroep Schijndel (onderdeel NMC) gebied Achterste Hermalen gemeente Schijndel.

Onderzoek Vogelwerkgroep Schijndel (onderdeel NMC) gebied Achterste Hermalen gemeente Schijndel. Onderzoek Vogelwerkgroep Schijndel (onderdeel NMC) gebied Achterste Hermalen gemeente Schijndel. 1. Onderzoeksgebied 2016 a. Kaart onderzoeksgebied Copyright van deze gebiedskaart berust bij Brabant Water.

Nadere informatie

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Ondernemend Nederland > Retouradres Postbus 40225 8004 DE Zwolle Windpark Fryslan B.V. A.T de Groot Duit 15 8305 BB EMMELOORD Postbus 40225 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl ONTWERP-ONTHEFFING

Nadere informatie

Wet natuurbescherming ONTHEFFING BESCHERMDE SOORTEN

Wet natuurbescherming ONTHEFFING BESCHERMDE SOORTEN Wet natuurbescherming ONTHEFFING BESCHERMDE SOORTEN Voor het aanvragen van een ontheffing worden leges geheven (zie website provincie Gelderland). 1 ALGEMENE GEGEVENS a Aanvrager naam: Van Werven Energie

Nadere informatie

Tekst: Francis Havekes, Marcel van der Tol. Foto: Francis Havekes. Eindredactie: Hanneke Hoogvliet

Tekst: Francis Havekes, Marcel van der Tol. Foto: Francis Havekes. Eindredactie: Hanneke Hoogvliet Broedvogelinventarisatie Buytenpark 2005 Vogelwerkgroep Zoetermeer Tekst: Francis Havekes, Marcel van der Tol Foto: Francis Havekes Eindredactie: Hanneke Hoogvliet Vogelwerkgroep Zoetermeer, 2007 2 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Projectnummer: B Opgesteld door: drs. M.C. Salomons S.I. Jonker MSC. Ing B.J.H. Koolstra MSc. Ons kenmerk: :0.

Projectnummer: B Opgesteld door: drs. M.C. Salomons S.I. Jonker MSC. Ing B.J.H. Koolstra MSc. Ons kenmerk: :0. ARCADIS NEDERLAND BV Zendmastweg 19 Postbus 63 MEMO 9400 AB Assen Tel 0592 392 111 Fax 0592 353 112 www.arcadis.nl Onderwerp: Aanvulling vogels MER Gemini Assen, 29 mei 2013 Projectnummer: B02024.000089.0500

Nadere informatie

Datum: 25 September Texel Zuidelijkste van de Waddeneilanden. Rondje over het eiland. Excursie tot uur vanaf Veerplein, op Texel.

Datum: 25 September Texel Zuidelijkste van de Waddeneilanden. Rondje over het eiland. Excursie tot uur vanaf Veerplein, op Texel. Datum: 25 September 2016 Bezochte gebied: Gids: Texel Zuidelijkste van de Waddeneilanden. Rondje over het eiland. Excursie 07.50 tot 13.25 uur vanaf Veerplein, op Texel. Robert de Groot 1 Nederlandse naam

Nadere informatie

BROEDVOGEL MONITORING PROJECT 2008 DE SCHEG

BROEDVOGEL MONITORING PROJECT 2008 DE SCHEG BROEDVOGEL MONITORING PROJECT 2008 DE SCHEG Resultaten van het broedvogel inventarisatie werk uitgevoerd in de Scheg, onderdeel van de Balij, het gebied tussen Zoetermeer en Pijnacker-Nootdorp, in 2008

Nadere informatie

ONTWERP-BESLUIT. Gezien voor akkoord: Datum : Datum Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

ONTWERP-BESLUIT. Gezien voor akkoord: Datum : Datum Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl ONTWERP-BESLUIT Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen Gezien voor akkoord:

Nadere informatie

omgevingsdienst HAAGLANDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN Bezoekadres Zuid-Hollandplein 1 2596 AW Den Haag Postadres Postbus 14060 2501 GB Den Haag T (070) 21 899 02 E vergunningen@odh.nl I www.odh.nl Zaaknummer Ons Kenmerk Datum 00529682 ODH-2019-00043703 -

Nadere informatie

Nationale Databank Flora en Fauna Uitvoerportaal

Nationale Databank Flora en Fauna Uitvoerportaal 160 records Middelpunt < 1km2 Middelpunt 1km2-5km2 Middelpunt > 5km2 Vlak schaal 1 : 5000 Zoekvraag Soort Soortgroep Wet en Beleid Periode Bronhouder Zoekgebied Alle Vaatplanten Vogels Zoogdieren Amfibieën

Nadere informatie

Voor die teller die in het broedseizoen boven de 100 soorten in zijn blok uitkomt is er een leuke verrassing (zie hieronder).

Voor die teller die in het broedseizoen boven de 100 soorten in zijn blok uitkomt is er een leuke verrassing (zie hieronder). Introductie Nu er nog een paar weken te gaan zijn voor het einde van de tweede broedvogelperiode is er nog net even tijd voor een nieuwsbrief. Veel tellers hebben ondanks het matige weer de meeste van

Nadere informatie

Farne Islands. 5 9 juni Georganiseerd door:

Farne Islands. 5 9 juni Georganiseerd door: Farne Islands 5 9 juni 2019 Georganiseerd door: www.birdingbreaks.nl Ligging Farne Islands Alk (Foto: Jacqueline) Dag 1 5 juni 2019 Amsterdam Newcastle Farne Islands (Inner Farne) Al om 06:00u verzamelen

Nadere informatie

Soortenlijst vogels Vogel- en Florareis Armenië 29 april t/m 10 mei 2015 Kaukasus Plus Reizen pag. 1

Soortenlijst vogels Vogel- en Florareis Armenië 29 april t/m 10 mei 2015 Kaukasus Plus Reizen pag. 1 Aziatische Steenpatrijs 3 x x x Patrijs 1 x Kwartel 1 x Casarca 3 x x x Krakeend 2 x x Wilde eend 6 x x x x x x Slobeend 1 x Zomertaling 2 x x Wintertaling 1 x Krooneend 2 x x Tafeleend 3 x x x Kuifeend

Nadere informatie

Wintertelling 2012/13 voor de Vogelatlas in Noord Holland Noord en Zuid

Wintertelling 2012/13 voor de Vogelatlas in Noord Holland Noord en Zuid Wintertelling 2012/13 voor de Vogelatlas in Noord Holland Noord en Zuid Tussen 1 december 2012 en 1 maart 2013 zijn tientallen tellers in Noord Holland Noord en Zuid druk geweest met de wintertellingen

Nadere informatie

Vraagprogramma 2015 2017. Regio 4

Vraagprogramma 2015 2017. Regio 4 Vraagprogramma 2015 2017 Regio 4 G 01 HOOFDGROEP G: EUROPESE CULTUURVOGELS ONEVEN NUMMERS: WILDVORM EVEN NUMMERS: MUTATIES Gevraagd worden alle vogels welke voorkomen op Europees grondgebied uitgezonderd

Nadere informatie

Van aalscholver tot zwarte zee-eend.

Van aalscholver tot zwarte zee-eend. Van aalscholver tot zwarte zee-eend. Voor de 8 e keer werd dit jaar een meerdaagse excursie voor de leden van de vogelwerkgroep Losser georganiseerd. Van 8-11 november zwierven 19 VWG-leden door Zeeland

Nadere informatie

Nieuwsbrief PTT December 2013

Nieuwsbrief PTT December 2013 Nieuwsbrief PTT December 13 Beste tellers, Vanwege de start van het veldwerk voor de nieuwe atlas, was ik als coördinator een jaar geleden best benauwd voor verminderde belangstelling voor het PTT. Afgelopen

Nadere informatie

Handleiding online invoer Broedvogel Monitoring Project met autoclustering

Handleiding online invoer Broedvogel Monitoring Project met autoclustering Handleiding online invoer Broedvogel Monitoring Project met autoclustering Inhoudsopgave 1. Contact leggen 3 1.1 Inloggen op www.sovon.nl 3 1.2 Controleer uw informatie 3 2. Aan de slag 4 2.1 Naar WSN

Nadere informatie

SOVON Vogelonderzoek Nederland R.L. Vogel Toernooiveld ED NIJMEGEN

SOVON Vogelonderzoek Nederland R.L. Vogel Toernooiveld ED NIJMEGEN > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag SOVON Vogelonderzoek Nederland R.L. Vogel Toernooiveld 1 6525 ED NIJMEGEN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

KNNV afdeling Hoorn/West-Friesland. Lutjebroekerweel

KNNV afdeling Hoorn/West-Friesland. Lutjebroekerweel Lutjebroekerweel 2010-2015 afdeling Hoorn/West-Friesland Verslag Lutjebroekerweel 2010-2015 1 2 Verslag Lutjebroekerweel 2010-2015 Egbert Baars Index verslag 1 Inleiding 5 2 Ervaringen tijdens het project

Nadere informatie

Nederlandse naam English name Scientific name

Nederlandse naam English name Scientific name Datum: 7 Februari 2016 Bezochte gebied: Gids: Texel Zuidelijkste van de Waddeneilanden. Rondje over het eiland. Excursie van 08.15 tot 16.00 uur vanaf de Cocksdorp. Robert de Groot Nederlandse naam English

Nadere informatie

^^^^^<^3^ der Wal 'htinsen bij Bolt. Nederlandse Vissersbond De heer D.J.T. Berends Postbus AB EMMELOORD. Geachte heer Berends,

^^^^^<^3^ der Wal 'htinsen bij Bolt. Nederlandse Vissersbond De heer D.J.T. Berends Postbus AB EMMELOORD. Geachte heer Berends, PROVI N^IE FLEVOLAND Postbus 55 8200 AB Lelystad Nederlandse Vissersbond De heer D.J.T. Berends Postbus 64 8300 AB EMMELOORD Telefoon (0320)-255265 Fox (0320)-265260 E-mail provincie@flevoland.nl Website

Nadere informatie

Bird species Farm nr % woody cover Openness landscape (HC=half closed)

Bird species Farm nr % woody cover Openness landscape (HC=half closed) All birds observed per farm, seen in and above the free-range, surrounding plots and farm cou Bestman M, Wagenaar J, Jong W de, Weert T (2017). Agroforestry systems. Bird species Farm nr 1 2 3 4 5 6 7

Nadere informatie

Watervogels en kustbroedvogels tussen Breskens en Braakmanhaven

Watervogels en kustbroedvogels tussen Breskens en Braakmanhaven Watervogels en kustbroedvogels tussen Breskens en Braakmanhaven Tellingen 2001 en 2002 B.W.J. Oosterbaan T. Damm 2005 Opdrachtgever Rijkswaterstaat Rijksinstituut voor Kust en Zee Van der Goes en Groot

Nadere informatie

Weekendje Texel oktober 2016

Weekendje Texel oktober 2016 Weekendje Texel 14 17 oktober 2016 Terwijl een deel van onze vogelwerkgroep de vogels van Andalusië aan het ontdekken was, nam een gezellig groepje van 6 van onze leden deel aan het inmiddels traditionele

Nadere informatie

Vogels van Vilvoorde-Machelen-Steenokkerzeel

Vogels van Vilvoorde-Machelen-Steenokkerzeel Vogels van Vilvoorde-Machelen-Steenokkerzeel Euringcodenr. Birds of Vilvoorde-Machelen-Steenokkerzeel Broedvogel / Breeding Zomer / Summer Winter Trekvogel / Migrant 1 20 ROODKEELDUIKER (Gavia stellata)

Nadere informatie

De Vogels van de Wedeler Marsch

De Vogels van de Wedeler Marsch De Vogels van de Wedeler Marsch a = algemeen, z = zeldzaam, B = broedvogel, T = doortrekker, W = wintergast, N = niet broedende gast, G = uit gevangenschap ontsnapt, D = dwaalgast Eendvogels Rosse stekelstaart

Nadere informatie

Nieuwsbrief Opvangcentrum voor Vogels en Wilde Dieren Oostende januari 2006

Nieuwsbrief Opvangcentrum voor Vogels en Wilde Dieren Oostende januari 2006 Nieuwsbrief Opvangcentrum voor Vogels en Wilde Dieren Oostende januari 2006 Beste sympathisanten, leden, vrienden, We hebben net de balans van de binnen gebrachte dieren in afgewerkt, zijn wat cijfers

Nadere informatie

Nederland. Datum 1 / LU Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte heer Akerboom, mevrouw Van der Puijl,

Nederland. Datum 1 / LU Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte heer Akerboom, mevrouw Van der Puijl, Ondernemend Nederland > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Ondernemend Nederland Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl FF/75C/2016/0081.js 1 / LU Betreft Beslissing

Nadere informatie

Broedvogel Monitoring Project Alle soorten. Huis ter Heide (Noordelijk deel, Kraanven en Duikse hoef)

Broedvogel Monitoring Project Alle soorten. Huis ter Heide (Noordelijk deel, Kraanven en Duikse hoef) Broedvogel Monitoring Project Alle soorten Huis ter Heide (Noordelijk deel, Kraanven en Duikse hoef) 2009 Opgemaakt door: Leo Reijnierse LR DigiPhoto http://www.lrdigiphoto.nl Pagina 2 1. Inleiding Dit

Nadere informatie

BMP rapport Gat van Pinte 2013

BMP rapport Gat van Pinte 2013 BMP rapport Gat van Pinte 2013 Bert van Broekhoven VWG De Steltkluut November 2013 1 van 9 BMP Gat van Pinte 2013 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Gebiedsbeschrijving Gat van Pinte... 3 4. De looproute... 5

Nadere informatie

Ontheffing Wet natuurbescherming art. 3.1, lid 1, Wnb art. 3.5, lid 1, Wnb

Ontheffing Wet natuurbescherming art. 3.1, lid 1, Wnb art. 3.5, lid 1, Wnb Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Ontheffing Wet natuurbescherming art. 3.1, lid 1, Wnb art. 3.5, lid 1, Wnb Windpark Egchelse Heide B.V. Bouw en exploitatie windpark te gem. Peel en Maas Zaaknummer:

Nadere informatie

SOORTEN DIE GEBRUIKT ZIJN VOOR DE BEPALING VAN DE LIVING PLANET INDEX IN NOORD-HOLLAND

SOORTEN DIE GEBRUIKT ZIJN VOOR DE BEPALING VAN DE LIVING PLANET INDEX IN NOORD-HOLLAND SOORTEN DIE GEBRUIKT ZIJN VOOR DE BEPALING VAN DE LIVING PLANET INDEX IN NOORD-HOLLAND Vlinder Bont zandoogje Sterke toename Vogel Lepelaar Sterke toename Vogel Kolgans Sterke toename Vogel Appelvink Sterke

Nadere informatie

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Ondernemend Nederland > Retouradres Postbus 40225 8004 DE Zwolle Rijksdienst voor Windpark Fryslân B.V. A.T de Groot Postbus 40225 Duit 15 8305 BB EMMELOORD mijn.rvo.nl 8004 DE Zwolle T 088 042 42 42 wnb@rvo.nl

Nadere informatie

Resultaten (broed)vogelonderzoek rond Bodemven op Landgoed Huis ter Heide, Loonse en Drunense Duinen

Resultaten (broed)vogelonderzoek rond Bodemven op Landgoed Huis ter Heide, Loonse en Drunense Duinen Resultaten (broed)vogelonderzoek rond Bodemven op Landgoed Huis ter Heide, Loonse en Drunense Duinen Broedseizoen 2012 Vink (Fringilla coelebs) Uitgevoerd in opdracht van Natuurmonumenten regio Midden-Brabant

Nadere informatie

Samenvatting feedback Nationale Vogelweek 2016

Samenvatting feedback Nationale Vogelweek 2016 Samenvatting feedback Nationale Vogelweek 2016 Beste excursieleider, Beste collega, De Nationale Vogelweek 2016 was geweldig met een recordaantal van bijna 10.000 deelnemers bij ruim 300 activiteiten door

Nadere informatie

Vogelmonitoring Midden-IJsselmonde N. Godijn

Vogelmonitoring Midden-IJsselmonde N. Godijn Vogelmonitoring Midden-IJsselmonde 2014 N. Godijn Vogelmonitoring Midden-IJsselmonde 2014 Auteur: Niels Godijn Plaats: Poortugaal Datum: 31 januari 2015 Opdrachtgever: In samenwerking met: ARK Natuurontwikkeling

Nadere informatie

Lijst waargenomen vogel, amfibie- en zoogdiersoorten Bulgarije 30 mei - 2 juni 2009 Stichting Natuurreizen

Lijst waargenomen vogel, amfibie- en zoogdiersoorten Bulgarije 30 mei - 2 juni 2009 Stichting Natuurreizen Lijst waargenomen vogel, amfibie- en zoogdiersoorten Bulgarije 30 mei - 2 juni 2009 Stichting Natuurreizen 1 Dodaars X X X X 2 Fuut X X X 3 Roze Pelikaan X X 4 Kroeskoppelikaan X X 5 Aalscholver X X X

Nadere informatie

Rijksdienst voor Ondernemend

Rijksdienst voor Ondernemend ffwet@rvo.nl Pagina 1 van 11 - op Procedure Kenmerk 8305 BB EMMELOORD T 088 0424242 Gezien Duit 15 mijn.rvo,ni 8004 DE Zwolle A.T de Groot Postbus 40225 Windpark Fryslan BV. > Retouradres Postbus 40225

Nadere informatie

Augustusexcursie naar de Rieselfelder.

Augustusexcursie naar de Rieselfelder. Augustusexcursie naar de Rieselfelder. Volgens de kalender stond op zaterdag 30 augustus een groepsexcursie naar het Lauwersmeer gepland. Er hadden zich 11 deelnemers aangemeld en het plan was om met 3

Nadere informatie

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Ondernemend Nederland > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Ondernemend Nederland Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing op aanvraag Bijlagen 2

Nadere informatie

Projectnummer: B02044.000181.0300. Opgesteld door: I.M. Baijens MSc. Ons kenmerk: 077612733:B. Kopieën aan: J.N. Ohm MSc.

Projectnummer: B02044.000181.0300. Opgesteld door: I.M. Baijens MSc. Ons kenmerk: 077612733:B. Kopieën aan: J.N. Ohm MSc. MEMO ARCADIS NEDERLAND BV Zendmastweg 19 Postbus 63 9400 AB Assen Tel 0592 392 111 Fax 0592 353 112 www.arcadis.nl Onderwerp: Aanvulling MER windpark Nieuwe Waterweg (trekvogels en keine mantelmeeuw) Apeldoorn,

Nadere informatie

ORNITHOLOGISCHE WAARNEMINGEN 2010

ORNITHOLOGISCHE WAARNEMINGEN 2010 ORNITHOLOGISCHE WAARNEMINGEN 2010 JANUARI TOT MAART BLOKKERSDIJK (Antwerpen-Linkeroever) FUTEN TOT EENDEN De strenge winter had in deze periode en sterke invloed op de aantallen aanwezige watervogels.

Nadere informatie

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen De das in de nieuwe wet natuurbescherming Beleven, benutten en beschermen Integratie van bestaande natuurwetten Natuurbeschermingswet 1998 gebieden hoofdstuk 2 Flora- en faunawet soorten hoofdstuk 3 Boswet

Nadere informatie

VOGELS WAARNEMEN UIT TREINEN

VOGELS WAARNEMEN UIT TREINEN NOVEMBER 957 JAARGANG 0, AFL. «T ^fav- sar NEDERLANDS TIJDSCHRIFT VOOR VELDBIOLOGIE OPGERICHT DOOR E. HEIMANS,. JASPERS [r EN JAC, P. THIJSSE VOGELS WAARNEMEN UIT TREINEN M. F. MÖRZER BRUIJNS. R.I.V.O.N.,

Nadere informatie