Ton Spamer familiearchief spamer - deurne

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ton Spamer familiearchief spamer - deurne"

Transcriptie

1 Ton Spamer familiearchief spamer - deurne

2 Illustratie titelpagina: De Diergaarde vanaf de Smalle Westerkade rond e herziene en uitgebreide uitgave mei Eerder verschenen: 1. Ton Spamer, Spanheimer - Spanemer - Spamer. 16 generaties Spamer Deel 1 Langs Hessenwegen. Schotten Deurne, Ton Spamer, Spanheimer - Spanemer - Spamer. 16 generaties Spamer Deel 2. Die Schottener Spanheimer - Spanemer - Spamer. In: Hessische Familienkunde, Bd. 18, Heft 4, Dezember 1986, Sp Ton Spamer, Spanheimer - Spanemer - Spamer. 16 generaties Spamer Deel 3. Een hartstochtelijk Rotterdammer 1. Johan Wilhelmus Spamer Deurne, Ton Spamer, Spanheimer - Spanemer - Spamer. 16 generaties Spamer Deel 4. De gordel van smaragd. Paul Spamer Deurne, Ton Spamer, Spanheimer - Spanemer - Spamer. 16 generaties Spamer Deel 5. Een hartstochtelijk Rotterdammer 2. Willem Spamer (In voorbereiding) A. Spamer, Deurne, Over de auteur. Ton Spamer, *1936, studeerde geschiedenis in Utrecht en doceerde dit vak aan het Peelland-College te Deurne. Daarnaast was hij vice-voorzitter van de Culturele Raad Deurne, voorzitter van de Openbare Bibliotheek, lid van het hoofdbestuur van de Provinciale Bibliotheek-Centrale Noord-Brabant, de Provinciale Bibliotheekcommissie en een aantal landelijke besturen en ministeriële commissies. Hij publiceerde onder andere over Deurne in de Brons- en IJzertijd en in de Middeleeuwen, over de Willibrordusparochie in Deurne van , over Deurnese toponiemen en in Duitsland over het laat-middeleeuwse kleinstedelijk patriciaat. Hij gaf cursussen en lezingen, vertaalde Duitse kunstcatalogi en vakliteratuur en vervaardigde examenmateriaal o.a. over historiografie, Nietzsche en La Belle Époque. Ook schreef hij jarenlang een cultuurhistorische column in Omologie. Sinds 1979 is hij recensent voor Duitstalige vakliteratuur op het terrein van geschiedenis en kunst. Oprichter/redacteur van Durninum, fonds voor cultuurhistorische publicaties over Deurne. 2

3 VOORWOORD "Wel kwamen er veel zakkenrollers van de Diergaardekade naar De Dijk om betrokkenen op de hoogte te stellen van waar er in de stad nieuwe klappers waren gekomen". Deze zin stamt uit een artikel van Sietske Altink uit Het voorspelt niet veel goeds. Ter geruststelling: het slaat op de periode rond Toen was de Diergaardekade al zo'n 75 jaar oud, een afgeleefde straat, rijp voor de sloop. En wat de gemeente verzuimde namen de Duitsers voor hun rekening. Maar wàt een stralende jeugd was daaraan voorafgegaan. Mijn vader werd daar in 1877 geboren te midden van een wereld van kunstenaars. Uiteraard waren dat bohémiens, maar wel de fine fleur van het Nederlandse toneel en de opera en bepaald geen zakkenrollers. Het werd na 1860 in hoog tempo een zeer artistieke buurt, bewoond door toneelspelers en zangers die werkzaam waren bij het toneel in de schouwburg aan de Coolsingel of bij de Opera in dezelfde locatie. Men woonde daar vlak bij deze theaters. Het eerste station DP lag vrijwel in de achtertuin. Hier woonden de Bouwmeesters en de Van Dijks en vele anderen. Vanaf zijn 2 e jaar kreeg mijn vader zangles van een in huis wonende operazanger. Zijn oudere zus kreeg les van een inwonende pianolerares. De ontwikkeling van deze eeuwenoude landelijke kade tot een artistieke nederzetting als onderdeel van de onstuimige groei van de stad, het boeiende en bloeiende leven dat zich hier afspeelde, de connecties met de wereld van opera en toneel en de brutale ondergang zijn het onderwerp van deze studie. Tevens wil die wat licht werpen op de geschiedenis van een buurt die in de vele beschrijvingen van de stad altijd onderbelicht is gebleven. Met de schouwburg en de Hoogduitsche Opera onderhield mijn grootvader nauwe contacten. De keuze voor een woning op de Diergaardekade was voor hem een heel bewuste. In zijn jeugd als hofmeester op een stoomschip was hij gewend geraakt aan vergezichten. Toen dat in de Paardenlaan en de Waschbleeklaan door toenemende bebouwing niet meer mogelijk was bleek een kade met blijvend uitzicht op een park de oplossing, ook al kon hij zich als procuratiehouder bij Van Hoboken een fraaiere woning veroorloven. Hij verhuisde pas toen tegen het einde van de eeuw de sfeer en de stijl van de kade niet meer naar zijn smaak waren. De kunstenaars die op de kade woonden worden hier beschreven in hun functie als bewoners. Het was uitdrukkelijk niet de bedoeling om hun ontwikkeling als acteur of zanger te ontrafelen en evenmin hun complete familiestamboom. Zij speelden een rol in de geschiedenis van mijn familie. De kade zelf wordt hier geplaatst tegen de achtergrond van de ontwikkeling van mijn vaderstad. 3

4 1. De oorsprong van de Westerkade Daar de kade die onderwerp van deze studie is in 1940 spoorloos verdween, is het goed die eerst eens te lokaliseren. Afb. 1 Diergaarde en omgeving in Bovenaan is met groen het terrein van de Diergaarde aangegeven. De rode lijn daarnaast is de kade. Die moet rond 1857 bebouwd zijn, want dan duikt zij in de adresboeken op als Westerkade. In 1847 was tussen Leuvehaven en Park ook een Westerkade aangelegd. Dat had voor verwarring kunnen zorgen, maar die werd in 1851 gedeeltelijk omgedoopt tot Willemskade vanwege het bezoek van koning Willem III aan Rotterdam. Het westelijk daarvan gelegen gedeelte dat Westerkade was blijven heten kreeg vanaf 1872 ook bebouwing. De naast de Diergaarde gelegen kade kreeg toen ter onderscheiding de naam Smalle Westerkade. Vanaf 1878 heette zij Diergaardekade. De Coolvest, het water voor de gesloopte vestingmuren aan de westzijde van de stad, zou na 1900 bij gedeelten gedempt worden, net als de zuidelijk daarvan gelegen Schiedamschevest. Daar liggen nu de Coolsingel en de straat de Schiedamsevest. De Schie, voorzover op de kaart zichtbaar, is in 1940 gedempt met puin van het bombardement. De Binnenrotte was al in 1865 gedempt voor de aanleg van het viaduct voor het "luchtspoor". Sinds de afbraak daarvan in 1994 is de Binnenrotte nu een groot leeg plein waar de markt wordt gehouden. 4

5 In 1846 werd de spoorlijn van de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij (HIJSM), begonnen met de lijn Amsterdam-Haarlem in 1839, doorgetrokken tot Rotterdam. Daar eindigde de lijn en er kwam dus in 1847 een kopstation. Vanwege de nabijheid van de Delftsche Poort kreeg het de naam Station Delftsche Poort, in mijn vaders jeugd al kortweg DP genoemd. Mijn moeder is die benaming tot aan haar dood in 1979 blijven gebruiken. Toen de lijn werd doorgetrokken naar Dordrecht bleek dat niet via dit kopstation te kunnen. Er werd een nieuw traject uitgestippeld, dat met een noordelijker gelegen boog midden in de stad uitkwam en over een viaduct richting de nieuw gebouwde spoorbrug ging. Voor dat viaduct moest de Binnenrotte gedempt worden. Rotterdammers spraken van het "luchtspoor". Veel karakteristieke bebouwing -waaronder monumentale panden- is daarvoor opgeofferd. Het nieuwe doorgangsstation DP kwam in 1877 gereed en lag noordwestelijk van het oude, dat kort daarna werd afgebroken. Afb. 2 Station Delftsche Poort in 1849 door J. Bouwmeester. Op afb. 2 kijken we over de Coolvest en het Hofplein naar de voorgevel van het eerste station DP. De tekenaar stond voor de toenmalige Doelen. Uiterst rechts een hoek van de Delftsche Poort. Achter de bomen molen De Goudsbloem. Het bruggetje loopt over de verbinding tussen Coolvest en Schie. Het station was gebouwd in de toen populaire neogothische stijl. De Coolvest ontleende zijn naam aan het westelijk ervan gelegen Cool. Dit oude ambacht, dat al genoemd wordt in 1280, bestond uit Beukelsdijk, West- en Oost-Blommersdijk. In 1816 werd dit gebied in zijn geheel bij de stad ingelijfd. In het dagelijks spraakgebruik bedoelde men rond 1850 met Cool het gebied tussen de Coolvest in het oosten, de Westzeedijk in het zuiden, de grens met Delfshaven in het westen en de Kruiskade in het noorden. Het was een landelijk gebied met spaarzame bewoning. Het baarde opzien toen Anthony van Hoboken, die in 1799 de boedel van de failliete VOC en daarmee de zeilvaart naar Nederlands-Indië overnam, aan de zuidrand van Cool een terrein van 56 ha. groot kocht en daar in 1852 de villa Dijkzigt liet bouwen. Pal ten westen van hem begon de gemeente vanaf dat jaar met de aanleg van het Park. Van Hoboken wist wat hij kocht: rust en natuurschoon. In West-Blommersdijk lagen twee molens die simpelweg de Coolsche Molens werden genoemd. Ze herinnerden eraan dat Blommersdijk ooit een deel van het ambacht Cool was. Ze komen op enkele kaarten voor. Afb. 3 toont de kaart van Jan Jansz Potter uit Onderaan zien we de noordelijkste punt van de stadsmuur met de Delftse poort. Rechts daarboven de aanduiding van het voormalige slot Weena aan de Schie. Afb. 3 De Coolsche molens in

6 Links van de Schie zien we de twee molens. Zij malen het polderwater af naar de Schie. De weg die links onderaan in westelijke richting loopt is de Kruiskade. Rechtsboven zien we aan de westelijke Schieoever het Leprozenhuis voor de pestlijders. Het zou later de naam Proveniershuis krijgen en lag op de hoek van de huidige Provenierssingel. De aanduidingen 'noord' en 'oost' op de kaart zijn onderdeel van de windroos en wijzen geen locaties aan. Afb. 4 Floris Balthasarsz. van Berckenrode, Rotterdam met omringend polderland in 1611 (detail). We zien dezelfde objecten ook op de kaart van Floris Balthasarsz. van Berckenrode uit Uit het midden van de bovenrand stroomt de Schie in de richting van de stad. Aan de linker rand ervan het leprozenhuis en vlak daaronder de Cool Molens met hun afwatering naar de Schie èn naar een zuidelijke wetering. Er blijken inmiddels twee korenmolens bijgekomen te zijn die het tot in de 19 e eeuw uit zullen houden. De zuidelijkste daarvan is molen De Goudsbloem die op afb. 2 zichtbaar is. De zuidrand van de polder West-Blommerdyck wordt gevormd door de Cruiswech, de latere Kruiskade, tevens de grens met de polder Cool. In de stadsdriehoek zijn de Scheepmakershaven en de Wijnhaven nog in aanleg getekend. Het Hoogheemraadschap Schieland hield met een groot aantal molens de kwetsbare waterhoogte nauwkeurig op peil. Het stadsbestuur kon niet op eigen gezag kades verhogen of verlagen of sloten graven of dempen. Al het water dat door de Schie en de wat oostelijker liggende Rotte in de stad werd gebracht -een nooit ophoudende stroom- moest er ook weer uit. De stadsdriehoek werd omsloten door Schiedamse vest, Coolvest en Goudse vest. In de stad zelf splitsten die waterstromen zich van west naar oost in Delftse Vaart, Binnenrotte en Botersloot plus nog wat smallere watertjes. De sluizen in de Rotte onder de Hoogstraat waren daarbij een belemmering omdat de getijdenwerking van de Noordzee tot in Rotterdam een rol speelde. Bij vloed moesten die sluizen dicht omdat het water anders de polder ingestuwd zou worden. Het polderwater was nog een apart probleem. Dat werd geloosd door een aantal kleinere weteringen. In de loop der tijd zouden de Coolse molens niet meer op de Schie afwateren maar naar de wetering langs de Kruiskade. 6

7 Dat is goed zichtbaar op afb. 5 op de kaart van Manheer uit De molens liggen daar aan een westelijke doodlopende zijweg van de Schiekade. De meest westelijke molen heeft als bijschrift "Koolse water molens". Daarvandaan loopt een afwatering naar de zuidelijker gelegen Kruiskade. Afb. 5 De kaart van Rotterdam van Manheer uit (Gedeelte) Er blijken nu twee weteringen langs de Kruiskade te lopen die hun westelijke voortzetting vinden in de Rotterdamse Sloot. Uit de zuidelijke wetering takt een afvoersloot langs het lanengebied af (zie afb. 4) die naar de Koolseweg -de latere Binnenweg- loopt en daar het water via twee weteringen dwars door het Ambacht van Schoonderloo en Kool naar de Maas afvoert. Afb. 6. De Coolsche Molens in De Coolsche Molens komen voor op afbeeldingen uit 1785 (afb. 6) en 1800 (afb. 7). We zien eerst een schietoefening van de Burgercompagnieën nr. 2, 3 en 4. De Burgercompagnieën waren aanhangers van de patriotten en tegenstanders van de Orangisten, de aanhangers van stadhouder Willem V. In 1784 waren er gevechten geweest tussen beide groepen. We kijken vanaf de Schie in zuidelijke richting. Links zien we de bomen langs de Kruiskade. In de verte ligt Delfshaven. Op de prent uit 1800 kijken we vanaf de Schiebrug langs de Delftsche Poort naar het westen. Geheel in de verte zien we de houtzaagmolen van David van Stolk ( ). Hij was de stamvader van het geslacht Van Stolk van de bekende houthandel en de befaamde Atlas van Stolk, een prentenverzameling. Meteen rechts van de Delftsche Poort zien we heel vaag de meest oostelijke van de Coolsche Mo- 7

8 lens. De weg rechts van de Schie is de weg naar Delft. Voorbij de Poort vertrok nog tot in de 20e eeuw het Delftse Bootje. Afb. 7. De Schie in 1800 Zoals aangegeven op de kaart van Manheer (afb. 5) waterden de Coolsche Molens in de 18 e eeuw o.a. uit op de wetering langs de Kruiskade. Die afwatering droeg de naam Molentocht. Op de prachtige kaart van Temminck uit 1839 is die middenboven aangegeven (afb. 8). Zij blijkt daar de Kruiskade te bereiken halverwege de Coolvest en de westgrens van de tuinderijen. Later zal langs die westgrens de Westersingel worden aangelegd. En dan blijkt de Westerkade precies halverwege die singel en de Coolvest te liggen. Daarmee ligt de Molentocht als oorsprong van de Westerkade vast. De kaart van Temminck geeft ook een fraai beeld van het gebruik van de gronden in Cool. In de binnenstad binnen de vesten was geen ruimte meer voor tuinen. En bovenal had men daar een groot gebrek aan bleekvelden. De enige manier om wasgoed weer wit te krijgen was het bleken in de zon. Daarom zien we in Cool tussen de vele tuinen, plantsoenen en lustwarandes ook blekerijen liggen. Afb. 8 De kaart van Temminck uit 1839 (detail). Aan de oostrand van die Molentocht zal vanaf ca bebouwing verrijzen. Die zal mede veroorzaakt zijn door de nabijheid van het station. Een station had rond 1850 veel personeel nodig: machinisten, stokers, conducteurs, rangeerders, timmerlui, schoonmakers, loketbedienden en het onvermijdelijke horecapersoneel. Het is dan ook niet vreemd dat we op de Westerkade bij de eerste vermelding in het adresboek van 1858 vermeld vinden: op nr. 784 een timmerman en een "beambte aan het spoor", net als op 785. Op 788 woonde een machinist. Die hoeft niet per se op een trein te hebben gestaan, 8

9 maar het ligt wel voor de hand. In de 1e en 2e Diergaardestraat, oostelijk van de Westerkade gelegen en pas vanaf 1866 bewoond, vinden we 3 stokers, een "machinist aan het spoor", een "knecht aan het spoor" en nog een machinist. Op de Diergaardekade woonde in 1858 ook al een zekere F. van der Valk, "geëmploijdeerd aan de diergaarde". En hiermee zijn we aangekomen bij de naamgever van de latere Diergaardekade. Vlakbij het station DP mochten de spoorwegbeambten Frans van der Valk en Georg van den Bergh op grond van de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij een tuintje aanleggen voor hun hobby, het verzorgen van dieren. Ze richtten in 1854 een tuin voor fazanten en watervogels op. In het tuintje waren heesters geplant en een waterkom gegraven. Een kokmeeuw en enkele eenden waren de eerste bewoners van de tuin. In het jaar daarop volgden een aantal fazanten, kippen, uilen en roofvogels. De grote trots van het Spoortuintje, zoals het in de volksmond was gaan heten, was een visarend. De tuin raakte in trek onder treinreizigers en kinderen kwamen er de eendjes voeren. In 1856 werd ook de aangrenzende tuin gehuurd. Tien jaar daarvoor meldde de Nieuwe Rotterdamsche Courant het volgende: Afb. 9 De Nieuwe Rotterdamsche Courant van 15 april In 1847 werden de Coolsche Molens metterdaad vervangen door een stoomgemaal en een jaar later gesloopt. Het water werd onder het station doorgeleid. Er ontstond toen een geheel nieuwe situatie, weergegeven in afb. 10. Afb. 10 De kades in Deze kaart ontraadselt waarom de Westerkade 'Wester'-kade heette. Het water dat het gemaal oppompte kwam via twee takken bij de Kruiskade aan. De kades daarlangs kregen al gauw de aanduidingen Oosterkade (O) en Westerkade (W). De oostelijke tak is later gedempt, waarschijnlijk bij de aanleg van de Diergaardestraten of de Kruisstraat, die parallel aan de Westerkade liepen. 9

10 De kaart is afkomstig uit het herziene Waterproject van stadsarchitect Willem Nicolaas Rose uit 1854, dat tot doel had de stad van schoon oppervlaktewater te voorzien. De Diergaarde omvat hier nog niet meer dan een weiland met een vijver. Hoezeer men overigens moet oppassen met prenten uit die tijd blijkt uit afb. 11. Het is een litho van Adrien Canelle en heet uit 1855 te zijn. Afb. 11 Rotterdam in vogelvlucht. Gedeelte uit een litho van de Belgische graficus Adrien Canelle uit De Westerkade ziet er uit als een geheel bebouwd blok en zou dus bewoond moeten zijn. In 1855 kwam de Westerkade echter in het adresboek niet voor. Ze verschijnt pas in 1858 en was toen nog niet voltooid. Van de 19 percelen waren er in dat jaar pas 10 bebouwd. Daar de nummering aan de noordkant begon ontbrak dus een flink gedeelte van nr. 10 tot aan de Kruiskade. Canelle doet echter voorkomen alsof de bebouwing in 1855 al tot de Kruiskade liep. Nog erger wordt het met de 1 e en 2 e Diergaardestraat, meteen oostelijk van en parallel aan de Westerkade. Die zijn hier in hun geheel weergegeven terwijl ze pas 9 jaar later in het adresboek verschijnen. Zelfs de Kruisstraat -de oostelijke rand van dit hele blok- lijkt er al te liggen. Toch was die straat in 1855 niet meer dan een met schelpen verhard pad. Pas in 1883 werd de naam bij besluit van B&W van 10 mei vastgesteld. De eerste bewoner was in 1884 de directeur van de Diergaarde. De molen achter het station moet -gezien de korte afstand- een van de Coolsche molens zijn, maar die waren in 1848 afgebroken! De Spoortuin, die er in 1855 toch al was, ontbreekt echter geheel. Ook het Comediebruggetje tegenover schouwburg, aangelegd in 1853, is niet te zien. De Delftschevaart lijkt breder te zijn dan de Binnen-Rotte, terwijl het tegenovergestelde het geval was. Gezien de beide Diergaardestraten en de Kruisstraat kan de tekening niet eerder dan rond 1885 gemaakt zijn. Maar toen bestond het eerste station DP niet meer en liep het luchtspoor al door de stad. De prent is, hoe romantisch en artistiek ook, in elk geval voor het noorden van de stad hoogst onbetrouwbaar. Hoewel de officiële benaming van de kade sinds 1874 Diergaardekade was, kreeg mijn grootvader op 9 september 1897 een rekening van de Singer Maatschappij voor een "Origineele Singer Central Bobbin M." voor de prijs van F. 130,- geadresseerd aan J. W. Spamer op de Smalle Westerkade 6.. Kennelijk was de naam Westerkade onuitroeibaar en werd die in het spraakgebruik en bij bestellingen nog altijd gebruikt. 10

11 2. De huizen Wat voor huizen stonden er eigenlijk aan de Smalle Westerkade? De kade was niet echt smal maar veel ruimte tussen de molentocht en de huizen zal er niet geweest zijn, in elk geval te weinig om er een frontale foto van de gevels te maken. Maar er zijn wel beelden. Afb. 12 Gezicht op de Diergaarde vanaf het stationsterrein in ca Links zien we de woning van de directeur. Daarachter is het begin van de bebouwing langs de Westerkade te zien. Duidelijk is dat het begon met één rij huizen. De beide Diergaardestraten zijn nog niet gebouwd. In het derde huis werd op 24 september 1877 mijn vader Johannes W.P. Spamer geboren. Afb. 13 De Smalle Westerkade/Diergaardekade in 1925 vanuit de lucht. De foto uit 1925 is genomen vanuit het westen. De straat die van midden-onder schuin naar boven loopt is de Kruiskade met aan de rechterzijde de Ned. Hervormde Westerkerk. De fel door de zon beschenen eerste zijstraat linksonder is de Smalle Westerkade/Diergaardekade. De meest linkse huizen daarvan gaan schuil achter het geboomte van de Diergaarde. Nr. 3 is net nog te zien. We zien op die 11

12 kade diverse huizentypes, hetgeen er bij de toenmalige bouwpraktijk op wijst dat de straat in opeenvolgende fases is volgebouwd. De brede zijstraat die vanaf de Westerkerk in noordelijke richting gaat is de Kruisstraat, aangelegd vanaf Het was een tamelijk deftige straat, waarnaar mijn grootvader in 1900 verhuisde. Waar die straat de rand van de foto raakt lag aan de westzijde ervan de officiële ingang van de Diergaarde. Wat was de sociale status van deze nieuwe straat? Dat is af te leiden uit de gevraagde huurprijzen. De oudste advertentie die voor de kade werd aangetroffen dateerde uit het najaar van Kennelijk was toen net begonnen met de bouw van de eerste huizen. Afb. 14 Advertentie in de NRC van 24 oktober Het huis is al gereed en per direct te betrekken. Een bovenhuis met zes zeer fraai behangen en gestucadoorde vertrekken is voor de toenmalige huurwoningen zeer ruim en luxueus te noemen. Het riante uitzicht op de Hollandsche Spoorweg moet op de achterzijde van het pand betrekking hebben en toont aan dat de 1 e en 2 e Diergaardestraat nog niet bestonden. Opmerkelijk genoeg wordt het uitzicht op de Diergaarde niet genoemd. Waarschijnlijk was het Spoortuintje daarvoor nog niet imposant genoeg. De meidenkamer wijst erop dat de woning was toebedacht aan een gezin met een bovengemiddeld inkomen. Het merendeel van de gezinnen moest rond 1850 met minder dan 300,- gulden per jaar rondkomen 2. De Nijs geeft verder aan dat een deftige familie (gegoede burgerij) in 1852 minimaal per jaar f 2400,- nodig had omdat de huishuur f 300,- tot f 500,- per jaar bedroeg. 3 De huurprijs mag indrukwekkend genoemd worden. Een benedenhuis op de Coolsingel met vier vertrekken, een keuken en een zolder en verder van alle gemakken voorzien moest per jaar 380,- gulden opbrengen, een huis met tuin aan de oostzijde van de Schie 400,- gulden. Een vrij en zeer net bovenhuis met alle gemakken "op het beste gedeelte der Schiekade" kostte 200,- gulden. Een half jaar later adverteert dezelfde timmerman, die tevens de aannemer zal zijn geweest, met twee bovenwoningen. Afb. 15 Advertentie in de NRC van 24 maart De woning met vier vertrekken, slaapkamertje, meidenkamertje, keuken, zolder en vliering kost 300,- gulden per jaar, de wat kleinere met drie vertrekken en twee kamertjes 160, per jaar. Dat zal dus een tussenetage betreffen die geen toegang tot de zolder had. Het huis had derhalve drie etages. Opvallend genoeg heeft de eerste woning uitzicht op zowel de spoorweg als de "nieuw aan te leggen Diergaarde". Die laatste komt nu dus in beeld als reclame-object. Dat het kleinere huis ook aan de voorzijde uitzicht op "het Spoor" heeft moet verklaard worden uit de nog schaarse begroeiing van de Diergaarde. Daar kon men nog gewoon overheen kijken. In juli van dat jaar wordt een benedenhuis aangeboden met tuintje en riant uitzicht op de Diergaarde voor 150,- per jaar. In november 1859 wordt een gemeubileerde voorkamer "met balkon" aangeboden op het huisnummer Westerkade 799. Na de omnummering van 1873 zal dat nummer 16 worden. De kade is dus in drie 12

13 jaar tijd zo goed als volgebouwd. Het adresboek van 1859 vermeldt dat huisnummer nog niet, dus het was kennelijk pas in dat jaar klaargekomen. Het eerstvolgende adresboek dateert van 1866 en dan blijken 18 huizen in gebruik te zijn. De Smalle Westerkade/Diergaardekade was toen mijn grootvader er in 1872 ging wonen een gewilde straat. Zij keek uit over de Diergaarde, hetgeen vooral 's winters als de bomen kaal waren een mooi uitzicht opleverde als je op een wat hogere etage woonde. Afb. 16 Uitzicht op de Diergaarde vanaf de Smalle Westerkade 15 rond Men woonde daar ook aan een van de twee groene longen die Rotterdam rijk was. De andere was het Park aan de zuidwesthoek van de stad. De geuren van de roofdieren moest men wel voor lief nemen, maar eerstens rook je die alleen bij wind pal uit het westen en tweedens wende je daar kennelijk snel aan, althans volgens mijn vader die er tot zijn 22 e jaar heeft gewoond. In de straten en vooral de stegen van de binnenstad was de stank vele malen erger. 3. De bewoners Bij haar eerste verschijning in de reeks adresboeken 4 in 1858 telde de Westerkade 11 huizen met de namen van 31 bewoners. Van de 11 'particulieren' waren er 3 weduwen of alleenstaande dames. De overige 20 namen hebben als beroepsaanduiding een ambtelijke of opzichtersfunctie (13), een gezagvoerder, een inspecteur van politie, een commissionair, een bakkersknecht, een timmerman en een zeeman. Het is onduidelijk wat men onder de 'particulieren' moet verstaan. Drie ervan zijn dames, waarvan één weduwe. Het kunnen mensen zijn die van hun geld of pensioen leefden zoals een onderwijzeres of een thuisberoep hadden zoals naaister voor een atelier. De gezagvoerder D. H. Dietz was kapitein op een vrij kleine kustvaarder. 5 Men zou de bewoners kunnen karakteriseren als redelijke middenstand, niets bijzonders. In 1859 is er aan de bebouwing niets en aan de bewoning nauwelijks iets veranderd. In 1866 is er een gezagvoerder bijgekomen, A.F. Nidschelm, kapitein op de Elisa Suzanna 6, een schip van Hendrik Müller & Co. Die firma voer op Zuid-Afrika en Nederlands-Indië 7 en dergelijke gezagvoerders hadden een goed inkomen. De straat is uitgebreid met 7 nieuwe huizen en er zijn nieuwe na- 13

14 men te vinden. Op nr. 785 (na de omnummering van 1872 werd dat nr. 2) blijkt een musicus te wonen, A. Albrecht, korist aan de opera. Volgens de alfabetische inwonerlijsten achter in de adresboeken woonde hij in 1863 op Westerkade 792 (9) en vanaf 1864 op 785 (2). De straat Westerkade komt in die twee adresboeken echter niet voor. Men moet dus ook de adresboeken met de nodige voorzichtigheid hanteren. Albrecht woonde dus in 1864 al niet meer op 792. Voor hem in de plaats treffen we een zeer belangrijk ander personage aan: L.B.J. Moor, die als beroep 'kantoorbediende' opgeeft. Volgens de inwonerlijsten woonde hij van 1864 tot 1873 op nr. 792 en van op nr. 794 (11). De opgave van zijn beroep is merkwaardig, want Louis Moor was allerminst kantoorbediende. Hij was een begaafd acteur. In 1860 accepteerde de Amsterdamse schouwburgdirecteur Jan Eduard de Vries het aanbod om directeur te worden van het Hollandsch Tooneel en de Hoogduitsche Opera in Rotterdam, twee gezelschappen die gezamenlijk het initiatief hadden genomen de plaatselijke schouwburg te bespelen. Die schouwburg was in 1852 geheel herbouwd en stond aan de Coolvest 8 westzijde, recht tegenover de Raamstraat aan de oostzijde. Afb. 17 De Schouwburg aan de Coolvest na de verbouwing in Het Comediebruggetje ontbreekt omdat het pas in 1853 werd aangelegd. "De Vries engageerde ( ) jonge spelers als Sophie de Vries, Jaap Haspels, Antoine le Gras en Willem van Zuylen. Deze nieuwelingen stonden open voor de speelstijl die een van de leden van de groep, Louis Moor, in Frankrijk had geleerd. Deze stijl, het 'au-naturel' spelen, werd "als 't ware het handelsmerk van hun gezelschap". 9 Moor stamde uit een toneelgeslacht. "In een tijd dat heftige pathetiek en romanticisme nog gewoon waren streefde hij naar natuurlijkheid en eenvoud in dictie en spel". Moors spel was gedistingeerd en bedachtzaam, zijn stem zacht en beheerst. Hij was de pionier van wat later de Rotterdamse speelstijl werd genoemd. Verschillende malen richtte Moor een eigen gezelschap op, onder meer in 1879 met van Ollefen en Veltman. In die tijd ontwikkelde hij zich tot een belangrijk regisseur en leidde hij een groot aantal toneelstukken bij het Rotterdamsch Toneelgezelschap. Hij voerde onder meer de eerste Ibsen-voorstelling in Nederland op"

15 De familieverhoudingen van Moor waren ingewikkeld. Zijn ouders waren Louis F.J. Rosenveldt ( ) toneelspeler, zoon van de toneelspeler Frits Rosenveldt, en Maria Elisabeth Vink ( ), ook actrice en zus van de toneelspeelster Marie van Eijsden-Vink. Hoe kwam een zoon van Louis Rosenveldt aan de achternaam Moor? Afb. 18 De nakomelingen van Louis F.J. Rosenveldt. Louis Rosenveldt was getrouwd met zijn nicht Susanna Lambotte en had uit dat huwelijk twee kinderen. Hij had in de jaren '30 van de 19 e eeuw een eigen toneelgezelschap, de Nederduitse Toneelisten. Daarbij was ook een jonge actrice aangesloten, Maria Elisabeth (Lijsje) Vink. Uit de verhouding van Rosenveldt en Vink werd in 1837 een zoon geboren, die na het huwelijk van zijn moeder met Johannes Moor de naam van zijn stiefvader aannam. 11 Na Rosenveldts overlijden in 1867 woonde diens weduwe in 1873 samen met hun dochter Jacoba Huyser op de Westerkade 1. Afb. 19 Louis B.J. Moor. De jonge Moor had een tijdje in Frankrijk gespeeld. Na terugkomst trad hij toe tot het gezelschap van Jan Eduard de Vries in Rotterdam. Uit een relatie van Moor met de jonge actrice Sophie van Walterop-de Vries kwamen twee kinderen voort, de latere actrice Sophie de Vries (jr.) en haar broer de acteur Hendrikus Walterop met als pseudoniem Henry de Vries. Doordat Louis Rosenveldt ook een relatie onderhield met de actrice Louisa Bouwmeester waren de kinderen van dat paar, de broers Louis -de beroemde Louis Bouwmeester- en Frits en de zusters Louise en Theo halfbroers en -zussen van Louis B.J. Moor. 12 Die woonden ook allemaal op de Westerkade. Afb. 20 Jaap Haspels Op nr. 796 treffen we de operazanger Carl Söhlke aan. Hij was een stiefzoon van Jan Eduard de Vries en getrouwd met Adriana Engelman, de zus van de later beroemd geworden Wilhelmina Albrecht-Engelman. Deze laatste was getrouwd met Johan Herman Albrecht, die van de opvolger van De Vries was als directeur van het Hollandsch Tooneel en de Hoogduitsche Opera. Ook hier treffen we dus een hele artistenfamilie aan. Söhlke woonde in 1869 nog op het zelfde adres maar wordt in het adresboek dan omschreven als 'particulier'. In het buurhuis op 797 woonde J.M. Haspels, "toneelist", achter welke bescheiden aanduiding Jaap Haspels schuilging die in 1874 samen met Antoine Le Gras en Willem 15

16 van Zuylen "De Nieuwe Schouwburg-Vereeniging" oprichtte. Dat was het gezelschap dat de Vorstenschool van Multatuli speelde. De vertolking van Koning George door Dirk Haspels, de broer van Jaap, werd door de schrijver zeer bewonderd. In 1884 richtten de broers Haspels, Le Gras, Rosier Faassen en Catharina Beersmans het gezelschap "De Vereenigde Rotterdamsche Tooneelisten" op. Van dat laatste gezelschap was Dirk Haspels van 1885 tot 1899 mededirecteur en verder was hij vanaf 1878 enige tijd mededirecteur van de Groote Schouwburg in Rotterdam. Jaap Haspels was zo'n bewonderaar van Multatuli dat hij in 1878 een lucratieve lezingentour voor hem organiseerde. Multatuli zou dat 3 jaar volhouden en er per tournee ongeveer 3000 toenmalige guldens aan overhouden. 13 Op nr. 798 woonde G.W. Kleine, ook een toneelist. Zijn tante Alida Kleine trouwde met Andries Hermanus van Dijk 14, de halfbroer van Ko van Dijk sr. uit het eerste huwelijk van diens vader. In hetzelfde huis woonde nog een acteur, R. Korf, die verder onbekend is. Op 799 woonde de acteur C.T.J. van Dijk, bekend als Kees van Dijk, die in 1868 in tweede huwelijk zou trouwen met Frederika Ruiter. 15 Zij waren de ouders van de acteur Ko van Dijk sr. die in 1881 op Westerkade 7 werd geboren. Die was de vader van de grote acteur Ko van Dijk jr. Hier stuiten we op een complete kunstenaarsfamilie. Afb. 21 De acteursfamilie Van Dijk en aanverwanten. Carl Söhlke was verbonden aan de Hoogduitse Opera die in 1860 in Rotterdam was opgericht. Vóór dat jaar kon men wel operavoorstellingen bijwonen, en dan vooral Italiaanse, opgevoerd door een Amsterdams gezelschap, en Franse van een Haags gezelschap. Maar er was behoefte aan een Duits operatheater. Zangers uit het Duitse taalgebied waren gemakkelijker te vinden dan Italianen of Fransen. Bovendien had Rotterdam vrij veel inwoners van Duitse afkomst, zoals mijn grootvader. Het initiatief werd genomen door de componist Willem Thooft, in 1829 in Amsterdam geboren. Na studies in het buitenland vestigde hij zich in Rotterdam. Tot zijn composities behoren o.a. drie symfonieën, de opera Aleida van Holland en de ouverture De maagd van Orleans. Voor de uitvoering van de plannen werd een comité opgericht. Grote stimulator daarin was notaris Willem Simon Burger, die tot zijn dood in 1881 veel, heel veel geld in de opera heeft gestopt. Daarna liet hij nog een immens kapitaal na aan zijn neef de cargadoor G.W. Burger die dit weer aan de stad schonk onder voorwaarde dat de rente van dat geld ten goede zou komen aan het algemene nut. Burger nam directeur De Vries alle operazaken uit handen, zelfs het engageren van zangers. Afb. 22 De aankondiging van de eerste uitvoering van de Hoogduitsche Opera. 16

17 De opening van de Hoogduitsche Opera vond plaats op 5 september 1860 met een uitvoering van Mozarts Don Giovanni, in het Duits uiteraard. Burger nam alleen genoegen met het allerbeste. Kennelijk werd dat door het publiek en al meteen bij de eerste uitvoering opgemerkt: "De NRC zou in haar recensie gewag maken van "de prachtige en overheerlijke Don Juan (.) De geestdrift was dan ook algemeen en onbeschrijfelijk groot". 16 In dat eerste jaar werden 16 premières uitgevoerd. Het gezelschap beschikte over een orkest van 44 leden, een balletgroep van 16 danseurs en danseuses en een beroepskoor van 44 koristen, onder hen A. Albrecht die in 1866 op de Westerkade 6 woonde. In de jaren daarna zouden nog vele zanger(s)/essen en koristen de Westerkade als domicilie kiezen, gezwegen nog van de vele muziekmeesters, muzikanten, enz. Afb. 23 Willem Hutschenruyter. De 1 e hoornist in het orkest was Willem Jacob Hutschenruyter, Hij was een huisvriend van de Spamers. Mijn vader heeft bij hem op schoot gezeten. Vanaf 1864 was hij kapelmeester bij het muziekkorps van de Rotterdamsche Schutterij. Dergelijke muziekkorpsen hebben een belangrijke rol gespeeld in de muzikale 'opvoeding' van de Rotterdammers. Er zijn in de loop der jaren belangrijke en zeer leesbare publicaties verschenen over het culturele klimaat in Rotterdam in de 19 e eeuw. Als het over de opera gaat leest men vooral over het soort bezoekers dat er kwam en over hun muzikale smaak of wansmaak. 17 Mijn vader vertelde echter altijd met smaak over de rol van de 'slagersjongens'. Die hadden tot taak om vers vlees zo vlug mogelijk bij de klant te bezorgen. Rond 1870 zal dat nog te voet zijn gegaan, later ging dat per mandfiets. In mijn jeugd is er in 1950 in de Hugo de Grootstraat nog een race voor slagersjongens geweest. Die slagersjongens waren vlug en brutaal. Kwam er muziek langs dan liepen ze mee en er kwam veel muziek door de straten. Volgens mijn vader kon je de populariteit van een opera afleiden uit de mate waarin de 'schlagers' ervan door de slagersjongens werden (mee-)gefloten. Die verzonnen daar ook zelf woorden bij. Op een bekend melodietje uit de ouverture La Muette de Portici zongen ze bijvoorbeeld: "Geef me jas en me hoed en me stok, en me hond en me vrouw en me déégen". Aannemende dat mijn vader een nostalgische herinnering hier en daar misschien wat te zwaar aanzette, blijft toch het feit dat op vele concerten en door allerlei muziekkorpsen melodieën werden gespeeld uit opera's die op dat moment populair waren. Hutschenruyter deed dat in elk geval ook. Het is goed mogelijk dat de ware operaliefhebbers niet bij de havenbaronnen en de stedelijke elite moeten worden gezocht maar onder gewonere Rotterdammers. Bankierszoon Jaap Mees vertelt in zijn dagboek dat hij in de opera het liefst zat te soezen en dat dat helaas niet lukte tijdens een in de krant hooggeprezen uitvoering! 18 In mijn jeugd had ik een boezemvriend waarvan de vader koperpoetser was. Die man zonder enige opleiding bezocht met zijn zoon en mij elke operavoorstelling die er in het naoorlogse Rotterdam maar werd gegeven en als ik hem vertelde wat ik weer van mijn vader had gehoord hing hij aan mijn lippen. Hij was verslingerd aan de radiopraatjes van Leo Riemens en kocht van zijn zuurverdiende geld diens operaboek. Op nr. 801 woonde Daan van Ollefen. Hij was meegekomen met Johan Eduard de Vries. Zoals hiervoor aangegeven had Rotterdam in 1860 een eigen toneelgezelschap gekregen, dat onder de directie stond van De Vries. Hiertoe behoorden o.a. J.H. Albregt en zijn vrouw Wilhelmina Albregt-Engelman, Cateau Götz-Scheps, Maria Kleine-Gartman, Louis Moor en Daan van Ollefen. Voordat De Vries in 1869 aftrad, had hij nog Jaap Haspels, Willem van Zuylen en Sophie van Walterop-de Vries geëngageerd. Afb. 24 Daan van Ollefen. 17

18 Na het vertrek van De Vries in 1869 kregen Albregt en Daan van Ollefen de directie; hun gezelschap bestond toen uit de dames Albregt-Engelman, Sandrock ten Hagen, Van Walterop-de Vries, Götz- Scheps en de heren Albregt, Moor, Jaap Haspels, Van Ollefen, A.J.L. le Gras en Van Zuylen. Zij maakte een eind aan de verouderde speeltraditie met melodrama's en gezwollen gebaren. Albregt en Van Ollefen waren aanhangers van de nieuwe speeltrant die Louis Moor in Frankrijk had ontdekt en van een beter repertoire. 'Sindsdien is het Rotterdamsche tooneel een steeds belangrijker plaats in de tooneelgeschiedenis gaan innemen. Weldra zouden deze "Rotterdammers" zelfs leiding geven aan het tooneel in ons land. Door hun natuurlijker opvatting van mise-en-scène en speeltrant hebben Albregt en Van Ollefen baanbrekend werk verricht, dat door Legras en Haspels is voortgezet. Een eigen Rotterdamsche traditie werd geschapen; zij heeft meer dan een halve eeuw bestaan". 19 In 1869 zien we een paar nieuwe grootheden van het toneel. Op 785 (2) woont de operazanger A. Albrecht. Op 792 woont nog steeds de 'kantoorbediende' L.B.J. Moor. Op 793 (nr. 10) woonde behalve een oppasser uit de Diergaarde voor korte tijd de actrice Cateau Götz-Scheps, die vooral in Amsterdam actief was. Op 794 woonde de 'artist' H. Weber. Voorlopig blijft het even raden wat hiermee bedoeld werd. Op nr. 795 (12) komen we Willem van Zuylen tegen, schoonzoon van Kees van Dijk, een alom geliefde acteur die vele beroemde rollen heeft gespeeld. In 1868 hielp hij te Rotterdam het driemanschap oprichten: le Gras, van Zuylen en Haspels dat bekendheid kreeg door o.a. de opvoering van Multatuli's Vorstenschool. 20 Op datzelfde nummer woonde de inmiddels verhuisde Kees (C.T.J.) van Dijk die hiervóór is besproken. Daarnaast woonde de Carl Söhlke, de operazanger-in-ruste. Op 797 woonde een 'muziekmeester'. Dat was de gebruikelijke aanduiding voor een muziekleraar. Die kan uiteraard overal gewerkt hebben. Op 800 treffen we een vreemde eend in de bijt aan: Jhr. P.J. de Bije, rijksambtenaar, een wat afgedwaald lid van een hoogadellijke familie Vanaf 1873 was de huisnummering gemoderniseerd. Voordien was Rotterdam in wijken opgedeeld en werden de huizen per wijk genummerd in volgorde van ontstaan. Met de sterke groei van de stad die na 1870 inzette werd dat een volslagen onmogelijke toestand. Men nummerde de huizen nu per straat volgens het systeem van noord naar zuid en van oost naar west. Westerkade 784 werd zodoende officieel Smalle Westerkade 1. En nummer 1 heeft al meteen een boeiende bewoning. Daar woonde ten eerste de weduwe L.J.F. Rosenveldt, particuliere, waarachter Susanna W. Lambotte schuilgaat. Bij haar in huis woont de Weduwe J.I.L. Huysers, toneelspeelster, ofwel haar dochter Jacoba. (Zie voor beiden afb. 18). Op nr. 2 woonde C. Kindler, 'muziekant'. Tegenwoordig wil een musicus niet graag muzikant genoemd worden, net zomin als een leraar de aanduiding 'schoolmeester' op prijs stelt. In 1873 was een 'muziekant' echter nog gewoon een 'musicus'. Daar kon van alles mee bedoeld worden. Afb. 25 Mijn grootouders Joh. W. Spamer en Sophia Waack in De foto is gemaakt in Sunderland t.g.v. het 30-jarig huwelijk van zijn stiefzus Henriette Monceau. Op nr. 3 was in 1872 mijn grootvader Johann Wilhelmus Spamer komen wonen. Uit zijn huwelijk met Sophia Waack was op dat moment één kind in leven gebleven, Maria Sophia Wilhelmina, in 1871 geboren in de Waschbleeklaan nr. 53. Op nr. 3 zouden er nog twee geboren worden, mijn oom Paul in en mijn vader in In hetzelfde huis woonde A.C. Buziau, 'artieste', welke dame identiek was met Jeanne Loiseau, getrouwd met de artist Adam Charles Buziau uit een omvangrijke familie van artisten en toneelspelers. Zijn broer Joseph was de grootvader van de later beroemd geworden komiek en revue-artist Johan Buziau. Zijn broer André Buziau woonde van 1886 tot 1900 op Westerkade 7. Daar de artistenfamilies regelmatige contacten onderhielden raakten de Spamers met nogal wat personages uit die kringen bekend. Op verjaardagen kwamen ze bij elkaar over de vloer. Mijn grootmoeder was eenkennig en hield 18

19 niet van het 'komediantenvolk' zoals zij het noemde. Mijn grootvader was echter een gezelligheidsmens en voelde zich tussen al die artisten heel wel. Mevrouw Buziau bracht overigens wel een heel ingewikkelde familie-constellatie mee die we op verschillende adressen op de Westerkade zullen tegenkomen. Afb. 26 Het geslacht Buziau en aanverwanten. De aanduiding 'artieste' voor de weduwe Buziau op Westerkade 3 stond in dit geval voor 'muzikante'. 23 De Buziaus waren in hun geheel een familie van musici. De komiek Johan Buziau was daarop feitelijk een uitzondering. De nakomelingen van de aangetrouwde familie Sauvlet waren ook allemaal musici. We zullen die hierna nog tegenkomen. Het huis op nummer 5 was een erg muzikaal huis. Hier woonden W. Wijsman en F.W. Hagemeijer, beiden 'muziekant' en F. Baijard, zanger. Op nummer 6 doet zich een raadsel voor. Daar treffen we de muziekmeester F.E.H. Bicknese- Picaneser aan. Die naam lijkt erg veel op Friedrich H.E. Bicknese, geboren in Keulen in Die trouwde in 1862 in Rotterdam. Zijn gelijknamige zoon wordt later een begaafd tekenaar. Kan het een simpele verwisseling van voorletters zijn? Dat is niet onmogelijk. In 1875 treffen we dezelfde muziekmeester Bicknese-Picaneser aan in de Oppert, maar dan alleen met de voorletter F. Na dat jaar komt de naam in de adresboeken niet meer voor. Als deze F.E.H. Bicknese identiek is met F.H.E. Bicknese die in 1862 trouwt, waar komt dan die toevoeging Picaneser vandaan? Niets in zijn familie of in die van zijn vrouw geeft er aanleiding toe. Zijn kinderen noemden zich gewoon Bicknese. Er bestond wel een beroemde Keulse tenor Hugo Piccaneser, geboren in 1833 en op 30-jarige leeftijd aan de tyfus overleden in Brünn/Brno. Van enige verwantschap is echter niets gebleken. Mogelijk nam Bicknese een artistennaam aan om zodoende zijn beroemde stadgenoot te eren 24. Afb. 27 De Coolsingel westzijde in Het vierde huis van links -met het gele bordjeheette toen het Casino maar voordien de Kleine Komedie. Verderop tegenover het Comediebruggetje lag aan dezelfde kant de Grote Schouwburg, in 1890 geheel verbouwd tot Tivolitheater na de opening van de nieuwe Grote Schouwburg in de Aert van Nesstraat. Nummer 7 was een zeer artistiek huis. Daar zien we allereerst J. Judels, 'tooneeldirecteur'. Jonathan/Nathan Judels was een bekende toneelspeler in Amsterdam, waar hij samen met Boas een Salon des Variétés had. Wegens onenigheden vestigde hij zich in 1865 in Rotterdam, waar hij tot 1875 zou blijven. In 1868 gebruikte hij samen met 19

20 Van Biene de Kleine Komedie -ook wel Nieuwe Schouwburg genoemd- ietwat meer naar het zuiden aan de Coolsingel. Na een ingrijpende verbouwing in 1852 heette de grote schouwburg Groote Komedie -ter onderscheiding van de Kleine die als vaudeville-theater onder de naam Casino roem zou gaan oogsten onder Soesman. In hetzelfde huis als Judels woonde behalve de muziekmeester B.E. Fraikin en de toneelschrijver A. Nijssen ook de inmiddels verhuisde C.T.J. (Kees) van Dijk. Die was in de verte verwant aan acteurs op nr. 9, waarover later meer. Op nr. 8 woonde in 1873 het pronkstuk van de Smalle Westerkade: Louis Bouwmeester. Hij was in 1842 geboren als eerste kind van Louis Rosenveldt en de actrice Louise Bouwmeester. Afb. 28 De stamouders Louis Rosenveldt en Louise Bouwmeester Toen Rosenveldt de moeder van Louis leerde kennen was hij nog getrouwd met zijn nicht Susanna Lambotte bij wie hij twee kinderen had. (Zie afb. 15) Hoewel Rosenveldt en Louise Bouwmeester niet met elkaar trouwden vormden ze wel 25 jaar lang samen een huishouden waarin 5 kinderen werden geboren. Susanna Lambotte woonde met haar zoon en dochter apart. Dochter Jacoba, trouwde met de acteur Leen Huysers. Die hebben in Amsterdam nog een goed woordje gedaan voor Jacoba's jonge stiefbroer Louis die ook acteur wilde worden. Ze kenden elkaar dus allemaal wel en gingen vriendschappelijk met elkaar om. Louis Rosenveldt en Louise Bouwmeester kregen nog 3 kinderen, Louise, Theo(Dora) en Frits, allemaal aan het toneel verbonden. Moeder Louise Bouwmeester had nog een broer Frans. Die ging al vroeg naar Rotterdam en werkte bij de Grote Schouwburg. De adresboeken vermelden hem als volgt: 1863 bureaulist, 1864 zaakwaarnemer, 1866 geëmployeerde en 1869 tooneelist. Dat laatste zou betekenen dat ook hij acteerde. Daarna wordt hij niet meer genoemd. Dora Bouwmeester, later bekend als Theo-Mann Bouwmeester, noemt hem in haar memoires administrateur bij de Grote Schouwburg in Frans woonde in de Crispijnlaan. Toen Dora in 1867 met haar broer Louis naar Rotterdam verhuisde trok ze met haar zus Louise eerst een paar maanden bij haar Oom Frans in. Volgens haar eigen woorden werd besloten gedurende de zomermaanden in de Rotterdamse schouwburg te spelen. Rotterdam werd de vaste standplaats van waaruit het gezelschap alleen in nabijgelegen steden soms een reeks voorstellingen gaf. Afb. 29. Louis Bouwmeester rond 1865 De jonge Louis Bouwmeester was in 1859 naar Amsterdam gegaan in de hoop daar aan het toneel te kunnen komen. Hij ontmoette er zijn eerste echtgenote, de actrice Christine La Rondelle. Na mislukkingen in Amsterdam stichtte Louis een eigen gezelschap en vestigde hij zich in 1867 in Rotterdam, In 1868 scheidde Louis van Christine en trouwde hetzelfde jaar met de actrice Anna van Engers. Zij kre- 20

21 gen 7 kinderen waarvan er 4 jong overleden. Na de dood van Anna in 1882 trouwde Louis met haar zus Henriette, die in 1873 al in hetzelfde huis op de Westerkade woonde. Na Henriettes dood in 1886 hertrouwde Louis, uit welk huwelijk geen kinderen geboren werden. Wel kreeg Louis nog 2 kinderen bij andere vrouwen. "Na de dood van Louis vader in 1867 bleven de 'kinderen' nog bijna zes jaar bij elkaar. Rotterdam was ondanks alle omzwervingen hun vaderstad, en als een echte clan woonden ze daar, in de artiestenbuurt in de zijstraatjes rond de Hoogstraat bij elkaar. In Rotterdam speelden ze (.) melodramatische en zwaarroman- tische stukken. Op een feestterrein tussen de Kruiskade en de plaats waar nu het Weena is werd een verplaatsbare houten schouwburg gemaakt. Exploitant J. Doon had dat terrein de naam 'Place des Pays-Bas' gegeven, maar de Rotterdammers vonden dat te deftig en noemden het gewoon 'De tuin van Doon'. In het seizoen van speelden de Bouwmeesters in deze schouwburg hun vaudeville-achtige stukken en melodramas." 25 Afb. 30 Place des Pays Bas in Louis Bouwmeester heeft in het seizoen 1869/1870 de directie gevoerd van de 'Place des Pays-Bas'. In 1869 werd het anti-katholieke stuk "De Non van Krakau" hier opgevoerd en er kwam zoveel negatieve publiciteit rond dit stuk, dat Bouwmeester in dat jaar de directie moest neerleggen. Deze publiciteit kwam door opstootjes die door Schiedamse katholieken werden veroorzaakt. Bouwmeester speelde daarna niet meer in dit theater. 26 Voor de Bouwmeesters lag de Place des Pays Bas zo goed als in hun achtertuin. Afb. 31 De Diergaardekade in De door mijn grootvader bewoonde huizen zijn met wit genummerd. 21

22 Maar ook de schouwburg op de Coolsingel lag in hun directe bereik. Dora en haar man Maurits Frenkel woonden van 1867 tot 1873 in de Kerklaan 31, een straat die op de Kruiskade begon en achter de schouwburg weer op de Coolsingel uitmondde. Louis zelf woonde met zijn 2 e vrouw Anna van Engers in 1873 op de Westerkade 8. Bij hem in huis woonde ook de zuster van zijn vrouw, Henriette van Engers, in de wandeling Grietje genoemd. Met haar zou hij in 1882 hertrouwen. Zijn broer Frits woonde op nr. 17, zijn halfbroer Louis Moor op 10. Zijn zus Louise trouwde in 1870 met de kapelmeester Aug. L.A. La Rondelle, de broer van Louis' eerste vrouw Christina. Dit paar vestigde zich in 1875 op Westerkade 2. De weduwe van Louis' vader en zijn halfzus Jacoba woonden op nr. 1, zoals hiervoor beschreven. Oom Frans woonde in de Crispijnlaan, een straat tussen Kruiskade en Binnenweg, evenwijdig aan de Coolsingel. De stelling dat de familie "in de artiestenbuurt in de zijstraatjes rond de Hoogstraat" zoals hiervoor is geciteerd is volledig uit de duim gezogen. August La Rondelle bleef in Rotterdam hangen. In 1892 had hij na de opheffing van de Hoogduitsche Opera korte tijd de leiding van een provisorisch samengesteld orkest, het "Symphonie-Orkest van Rotterdamsche Toonkunstenaars", in een poging om in Rotterdam een symfonieorkest van de grond te krijgen, samen met "Eruditio Musica" en een symfonieorkest uit Leiden o.l.v. Gottfried Mann, de laatste echtgenoot van Theo(Dora) Bouwmeester. Hij zou in Rotterdam jarenlang in de muziek actief blijven en overleed aldaar in Zijn broer Daniël P. A. la Rondelle leidde het orkest in het theater van zijn zus Christine en haar man Louis Bouwmeester. Hij schreef daar ook de muziek voor. Juist in deze jaren gingen toneel en muziek hand in hand in dezelfde schouwburg. Afb. 32 De familie Bouwmeester/Rosenveldt op de Westerkade. 27 Op nr. 9 woonde de weduwe Stutterheim, een opwindende en tegelijk tragische actrice. Wat was er opwindend aan haar? Frederika A.E. Stuttenheim was geboren in 1846 als dochter van Willem Karel Stuttenheim en Louisa Frederika Alexandrina Rosenveldt. Deze laatste, geboren 1810, was een zus van Louis F.J. Rosenveldt, 28 de natuurlijke vader van Louis Bouwmeester. Zij en Louis waren derhalve volle neef en nicht. Wat was er tragisch aan haar? Zij trouwde op 1 november 1871 te Rotterdam met Jan Engel van Rossum, volgens het adresboek 'tooneelspeler'. In 1872 werd hun dochter Gezina geboren. Het jaar daarna 7 september overleed Jan van Rossum. Het adresboek van 1873 vermeldt beide namen op nr. 9. De oorzaak daarvan is dat de adresboeken in die periode niet elk jaar verschenen. De uitgever liet telkens opnemen wie waar woonde. En zo zal bij de opname van 1872 Jan Engel van Rossum genoteerd zijn en bij de opname van maar in elk geval na 7 september- de weduwe. Toen het adresboek in 1874 werd uitgebracht kon zij dus lezen dat haar overleden man geacht werd bij haar in huis te wonen. Afb. 33 De verwantschappen van Gezina van Rossum. 22

23 Dochter Gezina sloot overigens een opmerkelijk huwelijk. Zij trouwde Willem Jacobus van Zuylen jr., de zoon van de beroemde acteur Willem van Zuylen sr. die van 1869 tot 1872 op Westerkade 12 had gewoond. Van Zuylen sr. was getrouwd met Helena van Dijk, de dochter van de acteur Kees van Dijk, die van op de Westerkade woonde resp. op 16, 12, 7 en 9. Zij was de zus van Ko van Dijk sr. en de tante van Ko van Dijk jr. (Zie afb. 21). Gezina was derhalve van moederszijde bloedverwant aan de Bouwmeesters en via haar man aanverwant aan de Van Dijks en aan allen die aan beide families gelieerd waren. Vrijwel elke acteur en actrice op de Westerkade was op de een of andere manier nabije of verre familie. In hetzelfde huis woonde nog een toneelspeler, een zekere W.H. Pothorst. Over hem is verder niets bekend. Op nr. 10 laat Louis B.J. Moor eindelijk weten dat hij toneelspeler is. Op nr. 13 woonde A. Mook, de souffleur van de schouwburg. Daar woonde ook de zangeres P. Beckdorf. Op nr. 15 woonde de van 2 naar hier verhuisde operazanger A. Albrecht. In 1869 noemde hij zich ook zo, maar in 1866 werd hij vermeld als korist. Een voorbeeld van zelf-opwaardering? Afb. 34 Frits Bouwmeester Op 17 komen we Frits Bouwmeester tegen, de jongere broer van Louis. Hij was een opmerkelijke man. Vanaf heel jong speelde hij al kinderrollen in de toneelgezelschappen waar zijn beide ouders ook bij speelden. Behalve acteur was hij ook violist. Als zodanig werkte hij in Engeland en Duitsland en bereisde hij Oost-Europa. Zijn zoons Frits jr. en Adolf werden acteurs en zoon Louis werd ook violist. Toen Louis Bouwmeester in 1870 na het schandaal van "De non van Krakau" (zie hiervoor) moest aftreden als directeur van het gezelschap Louis Bouwmeester & Cie. nam Frits de directie over en doopte het om in Frits Bouwmeester & Co. Hij was in artistiek opzicht een duizendpoot. Als we de balans opmaken van het jaar 1873 woonde er in 19 huizen 20 artisten waaronder nationale grootheden. In 1875 woonden op 1 de muziekant Ed. Peisker en op 2 de kapelmeester August La Rondelle, de man van Louise Bouwmeester. Zij wordt nergens apart genoemd. In de Theaterencyclopedie is ze de grote afwezige binnen de Bouwmeesterfamilie. Op 3 woonden nog steeds de weduwe Buziau en mijn grootvader. Zijn gezin was in dat jaar uitgebreid met een zoon, Paulus Antonius Caspar, die in 1931 zou overlijden als directeur van de Ombilinmijn te Sawah-Loento op Sumatra, Nederlands-Indië. 29 Afb. 35 Paul A.C. Spamer te Sawah-Loento in 1928 Op nr. 5 woonde de muziekant Hagemeijer. Op 7 woonde nog wel C.T.J. van Dijk, maar de andere artisten waren vertrokken. Judels was verhuisd. Op 9 is er een nieuweling, de operazanger H. Klein, waarvan verder niets bekend is. Bij hem in huis woonde P. Hody van Breemen, "copiïst". Een copiïst was bij een muziekgezelschap degene die verantwoordelijk was voor het kopiëren van bladmuziek. Albert Lortzing heeft zichzelf op die manier de techniek van het componeren bijgebracht. Hody is mogelijk identiek met de Petrus Hody van Breemen die in 1884 als 'bureaulist' wordt vermeld. Zijn dochter Geertruida, die zich in 1851 in Rotterdam vestigde, trouwde met de acteur Johannes Th. de Boer. Op 10 woonde nog altijd Louis de Moor. Maar nu woonde er ook een weduwe J. Moor. Dat zou zijn moeder kunnen zijn. Haar man Johannes Moor was in 1875 al overleden. 23

24 Op nr. 17 had de 'muziekant' H.J. Hirschmann de plaats ingenomen van Frits Bouwmeester. Afb. 36 Joh.W.P.Spamer, geb op de Smalle Westerkade 3 In 1878 woonden Peisker en La Rondelle nog steeds op 1 en 2. De weduwe Buziau was verhuisd van 3 naar 7. Mijn grootvader was op 3 blijven wonen waar op 24 september 1877 mijn vader Joh. W.P. was geboren. Hagemeijer woonde nog op 5. Op nummer 6 had zich een muziekonderwijzer gevestigd die C.J. Köhler heet. Hij bleek geen familie te zijn van Piet Köhler die met Sophie van Dijk was getrouwd. Op 7 treffen we de verhuisde wed. Buziau aan en een koorzanger W. Egener. Op 10 woonde de koorzanger H. Weber, op 12 de toneelspeler S.H. Spoor. Op 15 woonde de musicus C. Kindler, de vader van de later beroemd geworden cellist Hans Kindler. In hetzelfde huis woonde al een paar jaar A. Albrecht, nu weer gewoon koorzanger. De oogst voor dat jaar is wat mager. In 1880 blijken er wat nieuwe namen bijgekomen te zijn, op 2 de korist F.A. Chapison, op 4 de koriste P. Walter, op 5 de artieste J.J. van Velsen. Hagemeijer en Köhler blijken weer vertrokken. De weduwe Buziau was van 7 naar 6 verhuisd. In haar plaats is op 7 de musicus A. Devreese komen wonen. Op 8 is de musicus E. Denzler ook een nieuweling. De acteur H. Spoor woonde nog op 12. Op 15 is mijn grootvader gaan wonen, met de verkeerde initialen J.M. vermeld als 'kantoorloper' terwijl hij eerder steeds als boekhouder werd vermeld. Een kantoorloper was een vertrouwenspersoon van een bank of rederij, belast met het innen of uitbetalen van gelden aan derden. Hij liep regelmatig met grote bedragen op zak. De bankier Marten Mees ( ) vertelde dat zijn vader in zijn jeugd als onderdeel van zijn stage kantoorloper was geweest alvorens in de familiebank te worden opgenomen. Ook Rudolf Mees vertelt hoe de patroons tot ver in de 19de eeuw hun loopbaan begonnen als gelddrager en 's morgens met de hoge hoed op de buurt in" gingen. 30 Men maakte in die functie kennis met alle mogelijke personen en bedrijven, hetgeen een netwerk van relaties opleverde voor het latere leven. In hetzelfde huis woonde de koorzanger A. Albrecht. Hij was het die mijn vader stimuleerde om te zingen. De musicus Kindler was inmiddels verhuisd. De korist H.W.F Weber blijkt verhuisd te zijn van 10 naar 18. Het is opvallend hoe vaak men verhuisde. De kapelmeester August La Rondelle blijkt bijvoorbeeld tussen 1875 en 1895 op niet minder dan 9 adressen te hebben gewoond, o.a. in de Aert van Nesstraat in 3 verschillende huizen. Voor de periode moge de navolgende lijst volstaan FA Chapison korist (zie 1880 nr. 2) 4 P Walter koriste (zie 1880 nr. 4) 6 Wed. C Buziau particuliere (zie 1880 nr. 6) 7 M Westenberg artist J Caroen artist = Joseph André Caron, broer van Etienne (zie nr. 15) 8 E Denzler muziekant (zie 1880 nr. 8) 11 GH Egener korist (zie 1878 nr. 7) 15 E Caroen muziekant = Etienne Louis Caron, broer van Joseph (zie nr. 7) J.W. Spamer 16 Carl Pfläging, directeur Hoogduitsche Opera (zie blz. 28 e.v.) Wed. J. Pfläging. Zij was getrouwd geweest met Jean, de broer van Carl. (zie blz. 30 e.v.) De musicus Joseph André Caron was in 1850 geboren in St. Quentin in Frankrijk. Hij vestigde zich in 1884 in Rotterdam op Westerkade 5. Volgens de gezinskaart in de Digitale Stamboom van het Stads- 24

25 archief Rotterdam noemde hij zich Joseph Buziau. Zijn broer Etienne, ook musicus, was getrouwd met een dochter van de musicus Friedrich A. Chapison, die op nr. 2 woonde. De in 1934 in Venlo geboren operazanger Willy Caron -zeer bewonderd door Von Karajan- was volgens een neef van hem verwant aan de komiek Buziau. 31 Dat wijst op een niet te omzeilen verwantschap tussen de Rotterdamse en de Venlose Caron. Etienne Caron (Venlo, 4 november Maastricht, 18 januari 1986) was een Nederlands kunstschilder en broer van de tenor Willy Caron E Denzler muziekmeester 4 P Walter koriste (zie 1882 nr. 4) 6 Wed. C Buziau particuliere (zie 1882 nr. 6) 7 M Westenberg artist (zie 1882 nr. 7) J Caroen artist (zie 1882 nr. 7) 8 JF Stips muziekmeester = Joh. Frederik, broer van Maurits (zie nr. 18) 9 C van Dijk acteur (zie 1875 nr. 7) 11 GH Egener korist (zie 1882 nr. 11) 15 J.W. Spamer 16 C Weber korist (in 1878 op nr. 18) 18 M Stips muziekant = Maurits Martinus, halfbroer van Joh. Frederik (zie nr. 8), oo Louise Colombine Sauvlet, achternicht van Hubert A. Sauvlet (zie 1886, nr. 2) Afb. 37 De verwantschap Buziau-Sauvlet-Stips HA Sauvlet muzikant, = Hubert Adr. Sauvlet 4 P Walter koorzanger (!) (zie 1884 nr. 4), daar en in 1882 'koriste'. 6 Wed. C Buziau particuliere (zie 1884 nr. 6) 7 M Westenberg artiste (!) (zie 1884 nr. 7), daar en in 1882 'artist' A Buziau artist = André Buziau, neef van Johannes Buziau, de grote komiek en achterneef van Wed. C. Buziau-Loiseau (zie nr. 6) Zie voor de verwantschap afb. 23. J Caroen artist (zie 1884 nr. 7) 9 CTJ van Dijk acteur (zie 1884 nr. 9) 15 J.W. Spamer C Weber operazanger (zie 1884 nr. 16) Ook van deze operazanger kreeg mijn vader, inmiddels 9 jaar oud, zangles. 17 M Stips muzikant (zie 1884 nr. 18) 25

26 J Jacobs muzikant 2 HA Sauvlet muzikant (zie 1886 nr. 2) 4 P Walter koorzanger (zie 1886 nr. 4) 5 O Pusta artiste 6 Wed. C Buziau particuliere (zie 1886 nr. 6) 7 M Westenberg artiste (zie 1886 nr. 7) JA Caron artist (zie 1886 nr. 7) = Joseph André A Buziau artist (zie 1886 nr. 7) 9 CTJ van Dijk acteur (zie 1886 nr. 9) 15 J.W. Spamer 17 M Stips muzikant (zie 1886 nr. 17) J Jacobs muzikant (zie 1887 nr. 1) 2 HA Sauvlet muzikant (zie 1887 nr. 2) 4 P Walter koorzanger (zie 1887 nr. 4) 5 H Krüger artist 6 Wed. C Buziau particuliere (zie 1887 nr. 6) 7 M Westenberg artiste (zie 1887 nr. 7) JA Caron artist (zie 1887 nr. 7) A Buziau artist (zie 1887 nr. 7) 8 Wed. M Stips artiste = de weduwe van Maurits Stips sr., de moeder van Maurits M. Stips. (Zie 1884 nr. 18) 9 CTJ van Dijk acteur (zie 1887 nr. 9) 14 J Plug orgelmaker GF Pickaneser koorzanger, waarschijnlijk zoon van 1873 nr J.W. Spamer 17 Michel A Boekbinder artist Machiel is geboren op te Rotterdam als zoon van Aron Boekbinder en Rachel Kokernoot. Machiel was 'artist', volgens zijn gezinskaart der gemeente Rotterdam. Hij was ook schrijver en uit gever van liedjes. Hij noemde zichzelf Michel A. (van Aron) Boekbinder. Soms trad hij ook op, samen met zijn vrouw in duetten. 32 De naam Kokernoot was een in Nederland veel voorkomende Joodse naam. Louis Davids trouwde in 1906 met Rebecca (Betsy) Kokernoot. Een fami lierelatie met rachel Kokernoot was niet vast te stel len J Jacobs muzikant (zie 1888 nr. 1) 2 HA Sauvlet muzikant (zie 1888 nr. 2) 3 Jos K Reiter artist S Mühlemann artiste 4 J Sachse decorateur AB Walter koorzanger 26

27 Emil Kresse muzikant Emil Kresse sr. was de vader van 2 zeer begaafde zoons, Emil Kresse jr. en Ludwig Hermann Georg. Beiden waren violist in het Philadelphia Orchestra, Emil van en Georg van en 1906/07. De laatste was chef van de tweede violen in het Concertgebouw orkest onder Willem Mengelberg. Hij is ook de vader van Hans Kresse, een begaafde pianist maar vooral bekend als tekenaar van de befaamde strip serie Eric de Noorman waarvan er tussen 1946 en delen verschenen. Afb. 38 Het eerste deel van Eric de Noorman H Krüger artist (zie 1888 nr. 5) 6 Wed. C Buziau particuliere (zie 1888 nr. 6) 7 M Westenberg artiste (zie 1888 nr. 7) JA Caron artist (zie 1888 nr. 7) A Buziau artist (zie 1888 nr. 7) W Pauwel artist C Welzer artiste 8 Wed. M Stips artiste (zie 1888 nr. 8) 12 J.W. Spamer 13 JW Sallicher Jr muzikant 14 J Plug orgelmaker (zie 1888 nr. 14) 17 Michel A Boekbinder artist (zie 1888 nr. 17) HA Sauvlet muzikant (zie 1889 nr. 2) 4 Emil Kresse muzikant (zie 1889 nr. 4) 6 Wed. C Buziau particuliere (zie 1889 nr. 6) 7 M Westenberg artiste (zie 1889 nr. 7) JA Caron artist (zie 1889 nr. 7) A Buziau artist (zie 1889 nr. 7) W Pauwel artist (zie 1889 nr. 7) C Welzer artiste (zie 1889 nr. 7) 9 B Walter artiste 10 CB de Lange muzikant 13 JW Sallicher Jr muzikant (zie 1889 nr. 13) 14 J Plug orgelmaker (zie 1889 nr. 14) 15 J.W. Spamer 17 Michel A Boekbinder artist (zie 1889 nr. 17) C Bell artist HA Sauvlet muzikant (zie 1890 nr. 2) 4 Emil Kresse muzikant (zie 1890 nr. 4) 7 M Westenberg artiste (zie 1890 nr. 7) JA Caron artist (zie 1890 nr. 7) A Buziau artist (zie 1890 nr. 7) 8 HT Westenberg tambour-marinier 9 B Walter artiste (zie 1890 nr. 9) 10 CB de Lange muzikant (zie 1890 nr. 10) 13 JW Sallicher Jr muzikant (zie 1890 nr. 13) 27

28 14 J Plug orgelmaker (zie 1890 nr. 14) 15 J.W. Spamer W. Schaffgans, artist 17 C Bell artist (zie 1890 nr. 17) Michel A Boekbinder artist (zie 1890 nr. 17) D. Cromwell, artist 2 HA Sauvlet muzikant (zie 1891 nr. 2) 4 Emil Kresse muzikant (zie 1891 nr. 4) 6 MJ Cöllen, artist Wed. C Buziau particuliere (zie 1890 nr. 6) 7 M Westenberg artiste (zie 1891 nr. 7) JA Caron artist (zie 1891 nr. 7) A Buziau artist (zie 1891 nr. 7) 8 HT Westenberg tambour-marinier (zie 1891 nr. 8) 9 B Walter artiste (zie 1891 nr. 9) 13 JW Sallicher Jr muzikant (zie 1891 nr. 13) 14 J Plug orgelmaker (zie 1891 nr. 14) 15 J.W. Spamer L Rottach artist 16 CG Sauvlet muzikant 17 Michel A Boekbinder artist (zie 1891 nr. 17) Th Kelly artiste Kelly was haar artistennaam. Zij heette Therese Nathan en zo staat zij vermeld in 1894 op huisnummer D. Cromwell, artist (zie 1892 nr. 1) 2 HA Sauvlet muzikant (zie 1892 nr. 2) 4 Emil Kresse muzikant (zie 1892 nr. 4) 6 MJ Cöllen, artist (zie 1892 nr. 6) Wed. C Buziau particuliere (zie 1892 nr. 6) 7 M Westenberg artiste (zie 1892 nr. 7) JA Caron artist (zie 1892 nr. 7) A Buziau artist (zie 1892 nr. 7) 8 L Bruidegom artist 9 B Walter artiste (zie 1892 nr. 9) 10 J Bekker artist 13 JW Sallicher Jr muzikant (zie 1892 nr. 13) 14 J Plug orgelmaker (zie 1892 nr. 14) B Kramer artist 15 J.W. Spamer 16 CG Sauvlet muzikant (zie 1892 nr. 16) 17 Michel A Boekbinder artist (zie 1892 nr. 17) D. Cromwell, artist (zie 1893 nr. 1) E Ostdahl artiste Th Natan artiste (zie 1892 nr. 17) J Don pianobouwer 2 HA Sauvlet muzikant (zie 1893 nr. 2) 4 P Nicoud artist 6 MJ Cöllen, artist (zie 1893 nr. 6) 28

29 7 M Westenberg artiste (zie 1893 nr. 7) JA Caron artist (zie 1893 nr. 7) A Buziau artist (zie 1893 nr. 7) 8 L Bruidegom artist (zie 1893 nr. 8) 9 B Walter artiste (zie 1893 nr. 9) 12 MA Leysenaar muzikant 13 JW Sallicher Jr muzikant (zie 1893 nr. 13) 14 J Plug orgelmaker (zie 1893 nr. 14) 15 J.W. Spamer 16 CG Sauvlet muzikant (zie 1893 nr. 16) D. Cromwell, artist (zie 1894 nr. 1) J Don pianobouwer (zie 1894 nr. 1) 2 HA Sauvlet muzikant (zie 1894 nr. 2) 4 P Nicoud artist (zie 1894 nr. 4) 5 JJ Hoeffgen muzikant 6 MJ Cöllen, artist (zie 1894 nr. 6) 7 M Westenberg artiste (zie 1894 nr. 7) JA Caron artist (zie 1894 nr. 7) A Buziau artist (zie 1894 nr. 7) 9 B Walter artiste (zie 1894 nr. 9) 13 JW Sallicher Jr muzikant (zie 1894 nr. 13) 14 J Plug orgelmaker (zie 1894 nr. 14) 15 J.W. Spamer D. Cromwell, artist (zie 1895 nr. 1) J Don pianobouwer (zie 1895 nr. 1) 2 HA Sauvlet muzikant (zie 1895 nr. 2) 5 JJ Hoeffgen muzikant (zie 1895 nr. 5) HTh van Looy muzikant 7 M Westenberg artiste (zie 1895 nr. 7) JA Caron artist (zie 1895 nr. 7) A Buziau artist (zie 1895 nr. 7) 9 B Walter artiste (zie 1895 nr. 9) 13 JW Sallicher Jr muzikant (zie 1895 nr. 13) 14 J Plug orgelmaker (zie 1895 nr. 14) 15 J.W. Spamer A van den Berg artist D. Cromwell, artist (zie 1896 nr. 1) J Don pianobouwer (zie 1896 nr. 1) 2 HA Sauvlet muzikant (zie 1896 nr. 2) 5 JJ Hoeffgen muzikant (zie 1896 nr. 5) 6 JF Stips muzikant 7 M Westenberg artiste (zie 1896 nr. 7) JA Caron artist (zie 1896 nr. 7) A Buziau artist (zie 1896 nr. 7) 9 B Walter artiste (zie 1896 nr. 9) 13 JW Sallicher Jr muzikant (zie 1896 nr. 13) 14 J Plug orgelmaker (zie 1896 nr. 14) HTh van Looy muzikant (zie 1896 nr. 5) 15 J.W. Spamer 29

30 18 G Vleugels artist D. Cromwell, artist (zie 1897 nr. 1) J Don pianobouwer (zie 1897 nr. 1) 2 HA Sauvlet muzikant (zie 1897 nr. 2) 5 JJ Hoeffgen muzikant (zie 1897 nr. 5) 6 J.W. Spamer B Witt artist JP Verstraeten muziekonderwijzer = Johannes Petrus. Zijn broer was Piet (Pierre Antonie) Verstraeten, violist, ook werkzaam aan het hof te St. Petersburg. 33 Zijn inwonende zus Maria was muzieklerares aan de kunstklas van de muziekschool van Toonkunst aan de Nieuwe Markt. Van haar kreeg Maria Sophia Wilhelmina Spamer, oudste dochter van J.W. Spamer, pianoles. Haar studieboek is bewaard gebleven. (Afb. 39) 7 M Westenberg artiste (zie 1897 nr. 7) JA Caron artist (zie 1897 nr. 7) A Buziau artist (zie 1897 nr. 7) 9 B Walter artiste (zie 1897 nr. 9) 10 P Nicoud artist Nico de Haas artist = Christianus Nederveen. Zijn zoon Alexander Nederveen, geboren 1896, is bekend geworden als Alex de Haas, cabaretier en amusementshistoricus. 13 JW Sallicher Jr muzikant (zie 1897 nr. 13) 14 J Plug orgelmaker (zie 1897 nr. 14) HTh van Looy muzikant (zie 1897 nr. 14) D. Cromwell, artist (zie 1898 nr. 1) J Don pianobouwer (zie 1898 nr. 1) 2 HA Sauvlet muzikant (zie 1898 nr. 2) 5 JJ Hoeffgen muzikant (zie 1898 nr. 5) 6 J.W. Spamer Hij verhuisde in dat jaar naar Kruisstraat 45. B Witt artist (zie 1898 nr. 6) JP Verstraeten muziekonderwijzer (zie 1898 nr. 6) 7 M Westenberg artiste (zie 1898 nr. 7) JA Caron artist (zie 1898 nr. 7) A Buziau artist (zie 1898 nr. 7) 8 MJ Cöllen, artist (zie 1895 nr. 6) 9 B Walter artiste (zie 1898 nr. 9) 10 P Nicoud artist (zie 1898 nr. 10) N de Haas artist (zie 1898 nr. 10) CH Dommershuizen musicus 14 J Plug orgelmaker (zie 1898 nr. 14) HTh van Looy muzikant (zie 1898 nr. 14) In de periode woonden er vele en soms beroemde artisten op de Diergaardekade. Waarom woonden al die artisten bij elkaar in één straat? Waarom juist in déze straat? Enerzijds wellicht toevallig. De eerste artisten van de opera woonden er. Dat kan anderen aangetrokken hebben en zowel de schouwburg als het station waren dichtbij. Anderzijds was er wel degelijk een reden voor. De acteur Antoine Jean le Gras las 's nachts om zijn stem te oefenen luidkeels klassieke poëzie, tot de hele 'Gijsbrecht' toe, tot ongerief van zijn buren. 34 In de zomer met de ramen open kon de hele straat meegenieten, maar aan de overzijde lag alleen de Diergaarde. Dat voorkwam al een hoop ergernis. Op de Westerkade woonden bv. in 1873 alleen al 13 acteurs en 7 musici. En zangers, zangeressen, violisten en muziekmeesters moeten ook oefenen. Zij produceerden allemaal muzikaal geluid en stoorden zich daarom niet aan de collega's. Mijn vader wist als kind niet beter.. 30

31 Afb. 39 Pianoboek van Maria S. W. Spamer ( ) uit ca Heel illustratief is wel wat de colomnist Babi (verder onbekend) in zijn "Rotterdamsche Penschetsen" in het Rotterdamsch Nieuwsblad van 7 november 1887 schreef: "De Smalle Westerkade vindt men op de Kruiskade tegenover de Tuinderstraat (...); door een sloot van de Rotterdamsche Diergaarde, en met een slagboom van den publieken weg gescheiden, komt er op het kaadje nooit iemand anders dan juist zij, die er wonen en wezen moeten". Het was particulier terrein en had nog geen gaslicht toen de Kruiskade en de twee Diergaardestraten dat al wel hadden. En even verder: "De bewoners der Smalle Westerkade behooren tot de nette burgerklasse". Hij laat vervolgens Juffrouw Hafkens van nummer 4 aan het woord: "Het is hier vooral 's zomers erg gezellig wonen, en zo vrij, veel vrijer als in de stad.het zijn meestal choristen van de opera die hier wonen, of wel comedianten, ziet U, en veel artisten van Doon 35, en veel muzikanten van de schutterij en van de Weerbaarheid ook. Je ziet hier alle uniformen op het Westerkaadje, en vroolijke zielen mijnheer! altijd lustig, zeggen de choristen. Ziet U, ze hebben zoo'n beetje hun eigenaardigheden, maar die hebben wij ook. Ziet U, het is voor die menschen de grootste 'temtatie' als er 's morgens om tien uur repetitie is, want zóó vroeg zijn ze nooit bij de hand, maar zóó laat kan U niet op het kaadje komen of U zal nog altijd menschen op vinden, en muziek hooren maken, of hooren zingen. Ziet U, altijd plezierig zijn die soort menschen". 31

32 4. Van Schouwburg naar Tivoli De in 1852 herbouwde schouwburg aan de Coolsingel had op zich een fraaie zaal. In de 'bak' -d.w.z. op de begane grond- was plaats voor 336 bezoekers, in de loges voor 230, op het balkon voor 154 en op de galerij -het schellinkje- voor 400. Beneden waren er nog 80 staanplaatsen. In totaal kon de zaal 1200 bezoekers bergen. 36 Afb. 40 Het toneel van de schouwburg. Afb. 41 Zaal, loges en balcon van de schouwburg. In de loop van de 80-er jaren waren echter tal van gebreken aan het licht gekomen. Behalve in de loges zat men nog altijd op banken, zij het met rugleuningen. Het toneel was niet echt ruim en de orkestbak was krap, zeker voor Wagnerwerk. Vandaar dat er een nieuwe schouwburg werd gebouwd in de Aert van Nesstraat, vlak om de hoek zogezegd. Dat betekende dat de oude schouwburg vrijkwam. Die werd omgebouwd en kreeg de naam Tivoli Schouwburg. Die werd opgericht door toneelspeler en regisseur Jan Cornelis de Vos sr. en Willem van Korlaar. De schouwburg werd ontworpen door de architect Abraham Salm. In dat plan werd het naastgelegen café-restaurant D. Deinum op Coolsingel 24 een onderdeel. Ook kreeg het een restaurant en kegelbaan. Op de eerste etage waren de balkons en gaanderijen. 32 Afb. 42 Tivoli in Rechts het restaurant en links ervan de schouwburg. Het gebouw werd op 4 oktober 1890 geopend. Op 29 maart 1891 werd ook de Wintertuin geopend. Daarin vestigde zich in 1903 de eerste vaste bioscoop van Nederland. Het theater Place des Pays Bas aan de Kruiskade brandde in 1891 af. Carl Pfläging, die hier directeur van was, week uit naar de Wintertuin voor exploitatie. Vanaf 1890 kwamen er kleinere theatertjes op die de Groote Schouwburg beconcurreerden. Zo was het Tivoli-theater volgens theaterhistorici een van de belangrijkste plaatsen van toneelvernieuwing in Nederland, omdat het naturalisme er erg serieus werd genomen. De eerste vijf jaren werd er inderdaad toneel van hoge kwaliteit getoond. Er waren veel

33 werken te zien in de naturalistische traditie. Zo werden er drama's van Henrik Ibsen opgevoerd en een toneelbewerking van de roman Noodlot door Louis Couperus. In de Wintertuin trad bijvoorbeeld de operazanger Carl Pfläging op. Na enkele jaren moest men om rond te komen echter steeds meer amusementstheater tonen. Op 10 oktober 1903 startte Franciscus Petrus J. Goeman met de exploitatie van de Wintertuin als permanent filmtheater, The Royal American Bioscope. Het is de eerste vaste bioscoop in Nederland. Later werd het omgedoopt naar Tivoli Bioscope. In 1927 wordt deze Tivoli-Bioscope overgenomen door de maatschappij Groote Schouwburg en gaat dan Tivoli Schouwburg heten. De zaal van de schouwburg was gestoffeerd in lichtblauw en had gouden ornamenten. Ook het brandscherm en satijnen voordoek waren lichtblauw. Er hing een koperen kroonluchter met gasverlichting. Gasten konden in de zaal zitten, maar ook op het balkon een etage hoger. Op de balustrade zaten cartouches met de namen van toneelspelers die toen beroemd waren: Breeman, Albregt, Kleine-Gartman, Snoek, Peters en Driessen. Voor het toneel was een brede orkestbak met aan beide zijden twee loges voor steeds vier personen. Een echte foto van dat interieur heb ik niet kunnen vinden. Wikipedia is in dit geval ook geen echte hulp, want men krijgt of een foto van de oude schouwburgzaal of van de foyer van Tivoli. De enige goede afbeelding bleek te vinden op de grote affiche ter gelegenheid van de opening. Afb. 43 De onderste helft van de affiche uit Bovenin links de wintertuin en rechts het café. Onderin links de kegelbanen, rechts de damessalon en daartussen de zaal. Afb. 43 laat zien dat de oude zaal zo goed als geheel behouden was gebleven, zij het met maar één balcon en zonder staanplaatsen. De oude lantaarns op de balcons waren vervangen door een grote gasluchter in het midden. Tussen Tivoli en de Diergaardekade bleven enkele banden bestaan. We zijn al eerder de naam Pfläging tegengekomen. De Duitse tenor Jean Pfläging kwam in 1869 naar Rotterdam waar hij lid werd van het koor van de opera. Al spoedig organiseerde hij in de Place des Pays Bas aan de Kruiskade concerten voor het operakoor. In 1871 werd hij directeur omdat hij was opgevallen door zijn organisatietalent. Veel spectaculaire premières heeft hij niet gebracht. In 1872 liet hij echter al wel de derde acte van Wagners Götterdämmerung in concertvorm uitvoeren. In 1878 overleed hij en werd opgevolgd door zijn broer Carl. 33

34 Carl Pfläging was oorspronkelijk operazanger en verbonden aan de Hoogduitsche Opera, eerst als zanger en boekhouder en na de dood van zijn broer Jean Pfläging als directeur. In de zomer reisde een deel het het operagezelschap het land door en verzorgde tijdens feesten en kermissen muziekavonden die steeds meer en meer werden aangevuld met optredens van variétéartiesten. Zo is Carl Pfläging in de wereld van het variété gerold. Hij verliet de wereld van de opera en volgde in 1883 Doon op als directeur van het theater Place des Pays Bas. Toen dit gebouw in 1891 afbrandde is Carl Pfläging directeur geworden van de Tivoli Wintertuin, een variététheater dat onderdeel was van het Tivolicomplex. te Rotterdam. In 1894 werd Pfläging aangesteld als directeur van het nieuwe Circus-Variété aan het Rotterdamse Stationsplein. In 1897 bracht hij filmvoorstellingen in dit theater. Het had in de loop van de tijd verschillende namen zoals Circus-Variété, Circus Pfläging, Circusschouwburg en Arena. Na de periode van Pfläging is het Circus-Variété onder verschillende directeuren nooit meer het variététheater geweest dat het onder Pfläging was. In 1912 is het gebouw omgetoverd tot de eerste Rotterdamse dancing. Afb. 44 Tekstboekje van Norma, door mijn grootvader gebruikt bij uitvoeringen door de Hoogduitsche Opera. In 1882 woonde Carl Pfläging samen met de weduwe van zijn broer Jean op de Smalle Westerkade nr. 16. Ze waren toen buren van mijn grootvader die een veelvuldig bezoeker was de van de opera's. In ons familiearchief bevinden zich nog tekstboekjes uit die jaren. Het was heel gebruikelijk om ook Italiaanse en Franse opera's in een Duitse vertaling te zingen. Vrijwel niemand verstond Italiaans en slechts een enkeling voldoende Frans en men wilde de handeling wèl kunnen volgen. Rotterdam had een grote Duitse kolonie en door de sterk toegenomen handel met Duitsland vervulde Duits de functie van het huidige Engels. Vanuit de Smalle Westerkade lag de schouwburg eigenlijk om de hoek. Toen in 1887 de schouwburg in de Aert van Nesstraat in gebruik werd genomen was de afstand nog korter. Mijn vader kon pas vanaf zijn 13 e lopen. Hij heeft nog net de laatste jaren van de Hoogduitsche Opera meegemaakt in de nieuwe schouwburg aan de Aert van Nesstraat. Toen het gezelschap in 1891 door mismanagement en verminderd bezoek ter ziele ging moest hij genoegen nemen met vooral bezoek aan concerten waar operamuziek werd gespeeld. Van jongs af aan was hij echter vertrouwd geraakt met muziek en toen zijn hoge tenorstem zich eenmaal ontwikkeld had was het zijn vaste voornemen om operazanger te worden. Toen hij in 1899 naar Parijs ging nam hij de hele Diergaardekade en alle muziek daarvan met zich mee. Een andere band tussen de Diergaardekade en Tivoli betrof rechtstreeks onze familie. De centrale figuur hierbij was Jules Zagwijn. Jules Zagwijn werd geboren in een muzikale Rotterdamse familie. Op zijn dertiende werd hij leerling bij de violist Willem Meijer en kreeg hij theorieles van Ferdinand Blumentritt. Toen hij vijftien was voorzag Zagwijn al in zijn levensonderhoud door te spelen in de amusementssector. Twee jaar later trad hij in dienst bij de Kleine Comedie. Van 1898 tot 1912 was Zagwijn eerste violist en concertmeester van het Casino-theater. Hierna was hij veertien jaar kapelmeester van het huisorkest van bioscoop lmperial aan de Hoogstraat. 34

35 In 1907 stichtte Jules Zagwijn de Rotterdamsche Toonkunstenaars Vereeniging, een afdeling van de Algemeene Nederlandsche Toonkunstenaars Vereeniging. Hieruit werd een orkest gevormd, de Rotterdamsche Orkest-Vereeniging. Tot de leden van het orkest behoorden o.a. de violist J. J. Hoeffgen en de bassist W. A. P Hoeffgen, zwagers van mijn vader. Zij waren zoons van de musicus Johannes Josephus Hoeffgen die vanaf 1895 op de Westerkade 5 woonde. Zij waren van 1898 tot 1900 buren van mijn grootvader. Mijn vader trouwde in 1904 met zijn voormalig buurmeisje Elisabeth Wilhelmina Hoeffgen, de moeder van mijn drie halfzussen. Zij stierf in 1915 aan nierbekkeontsteking. Na de opheffing van de orkestvereniging in 1912 bestond er in Rotterdam geen beroepsorkest meer. Het was opnieuw Jules Zagwijn die hierin verandering probeerde te brengen. Om te ontsnappen aan de sleur die het werken in de amusementssector met zich meebracht, opperde Zagwijn bij zijn collega's om voor persoonlijk genoegen, en zonder winstoogmerk, een symfonieorkest op te richten. Dit werd het Genootschap van Beroepsmusici tot Onderlinge Kunstbeoefening, kortweg TOK, een muziekvereniging op coöperatieve basis, opgericht op 10 juni 1918 in een bovenzaaltje van Tivoli aan de Coolsingel. Het doel van het Genootschap was drieledig: het luisteren naar en uitvoeren van kunstzinnige muziek, het houden van lezingen en cursussen op muziekwetenschappelijk gebied, en het uitvoeren van werken van componisten van wie zelden of nooit werken werden uitgevoerd. Zagwijn werd lid van het bestuur, Willem Feltzer werd aangetrokken als dirigent. Een van de leden van het initiërend comité was Willem Hoeffgen, de hierboven vermelde bassist. Wat in het begin niet meer voorstelde dan een private onderneming in de vorm van een besloten vereniging waarvan de leden gewoon contributie betaalden en met elkaar muziek maakten, groeide in 1920 uit tot het Rotterdams Philharmonisch Genootschap en vanaf 1937 tot het Rotterdams Philharmonisch Orkest. 45 Het Rotterdamsch Philharmonisch Genootschap in Zittend links: W. Feltzer, midden J. Zagwijn. Staand rechts Willem Hoeffgen. 35

36 5. Het einde De broer van Willem Hoeffgen, Johan, doorliep ook een carrière als musicus. Hij was violist en leraar vioolspelen. Daarnaast trad hij op als dirigent van een aantal amateur-orkesten, waaronder de harmonievereniging Blumentritt en bijvoorbeeld de muziekkorpsen van het personeel in overheidsdienst, van het personeel van de firma Jamin en van de Postharmonie. Bij zijn 40-jarig jubileum in 1930 werd hij uitvoerig gefêteerd. Net als zijn broer was hij opgegroeid op de Diergaardekade. Mijn vader hield ook na de dood van zijn 1 e vrouw nog contact met zijn zwagers. Mijn zus Tiny ging met haar halfzussen regelmatig op bezoek bij de ooms Hoeffgen. Afb. 46 Het jubileum van Joh. Hoeffgen jr. Rotterdamsch Nieuwsblad van 2 juni In 1915 woonden er geen artisten meer op de Diergaardekade. Er bleven nadien wel nog altijd particulieren wonen maar de straat ging erg achteruit. In 1925 treffen we er pakhuizen aan, enkele stalhouders en een mineraalwaterfabriek. In 1930 is er een vishandel bijgekomen en in 1935 zien we autostallingen. Afb. 47 Optocht op de Kruiskade ter gelegenheid van 100 jaar Koninkrijk der Nederlanden in Achter de bomen van de Diergaarde zijn de huizen van de Diergaardekade te zien. 36

37 Na 1900 verloederde de Diergaardekade snel. Het bewonerspubliek veranderde. In 1905 opende een vroegere leeuwenstemster een bierhuis op nummer 19. Daar gaf zij aan jongens van 16 en 17 jaar gelegenheid tot gokken. De politie moest er aan te pas komen. 37 In 1915 beroofde men er een veekoper van f. 4000,- In 1918 werd een Duitser in een van de huizen beroofd van Mark en f. 3000,- aan Nederlands bankpapier. In 1927 en 1928 werden er de eerste panden onbewoonbaar verklaard. Over de periode rond 1925 schreef Sietske Altink: "Wel kwamen er veel zakkenrollers van de Diergaardekade naar De Dijk om betrokkenen op de hoogte te stellen van waar er in de stad nieuwe klappers waren gekomen". 38 Een 'klapper' was een krot in de binnenstad waar mensen werden beroofd. Met De Dijk werd de Schiedamschedijk bedoeld. Uiteindelijk was er een soort natuurramp voor nodig om de Smalle Westerkade/Diergaardekade daadwerkelijk in beeld te brengen. In de zomer van 1924 viel er gedurende twee dagen zó ontzettend veel regen dat overal straten blank kwamen te staan. Het waaide ook hard zodat enkele schepen lossloegen en bomen omwaaiden. Het ergst was het op de Linkerrottekade, waar het water 30 cm. hoog stond, en op de Diergaardekade die dan ook met foto en al in de krant kwam. 39 Afb. 48 De Diergaardekade na het noodweer in de zomer van Links zien we het hek van de Diergaarde. Het meest rechtse huis is nr. 20. Het huis met de mensen op de stoep is nr. 19 waar in 1905 het bierhuis in gevestigd was. De twee donkere huizen zijn 18 en 17 en daarnaast ligt het blok 16 en 15. De lage huisjes zijn de nrs. 10 t/m 14. De kade loopt dood op de Diergaarde die daar een hoek maakte naar de Kruisstraat. Het is de Diergaardekade in zijn nadagen en de foto is ook al niet erg zonnig. Maar wàt moet het een levendige straat zijn geweest tussen 1860 en 1900, met al die artistieke bewoners. Mijn grootvader moet zich daar bijzonder thuis hebben gevoeld dat hij er zó lang bleef wonen. Mijn vader is in een unieke straat geboren en van weinig straten uit die tijd weten we zó veel als van de Smalle Westerkade... 37

38 Niet alleen de Diergaardekade maar de hele Diergaardebuurt verpauperde en dat was niet zo vreemd, want de eerste bebouwing was in 1930 meer dan 70 jaar oud. De stad groeide bovendien snel en de verkeersproblematiek was enorm. De noord-zuid-as van de Coolsingel naar de Schiekade was nog enigszins te gebruiken, al was er op het Hofplein een onontwarbaar kluwen van routes. De oost-westas vanaf de Goudsesingel liep in westelijke richting echter klem. Witteveen zag in een nieuw plan van 1939 de oplossing in de verplaatsing van de Diergaarde naar de zuidoosthoek van het plan-blijdorp. 40 De Dienst Gemeentewerken voorzag in de nieuwe bebouwing van het vrijkomende Diergaardeterrein. Perspectivisch zag het er fraai uit. Afb. 49 Het plan voor de bebouwing van het Diergaardeterrein uit Afb. 50 Maquette van de nieuwe bebouwing van het Diergaardeterrein uit

39 Er werd gedacht aan galerijflats zoals de Bergpolderflat aan de Dr. de Visserstraat uit 1934, die de eerste van Nederland was geweest. Laagbouw en groenpartijen zorgden voor de nodige afwisseling. De Diergaardekade bleef in dit plan bestaan, zij het met nieuwe bebouwing. De oude huizen zouden dus gesloopt worden. Zo ver is het wel gekomen, maar niet vrijwillig. Afb. 51 De Kruiskade in juni 1940 met links de zuidoosthoek van het Diergaardeterrein en de ruïnes van de Diergaardekade. Bij het bombardement van 14 mei 1940 werd ook het Diergaardeterrein verwoest evenals de aangrenzende bebouwing op de Kruiskade en de Diergaardekade. Als de brandgrens 100 m. verder naar het oosten zou hebben gelegen zou de Diergaardekade gespaard zijn gebleven, in elk geval tot aan de ooit noodzakelijke sanering. Ook Tivoli ontkwam niet aan de verwoesting. Op afb. 52 is de westzijde van de Coolsingel te zien vanaf het stadhuis. Vooraan het restant van de schouwburg Tivoli, met rechts daarvan het puin van het restaurant. Links bovenaan de verwoeste Nederlands Hervormde Westerkerk. Middenboven zien we de door de zon beschenen ruïnes van de Kruisstraat en belendende straten afsteken tegen wat er nog over was van het geboomte van de Diergaarde. Afb. 52 Tivoli en de noordrand van Cool tot aan de Diergaarde in juni Door de wederopbouw op basis van de plannen van Witteveen en Van Traa is er tegenwoordig niets meer terug te vinden van de oude Diergaardebuurt. 39

40 Er zijn van de wederopbouw in dat gebied ontelbaar veel foto's en tekeningen gemaakt. Een belangwekkend exemplaar uit 1953 is weergegeven in afb. 53. Hoewel de Korte Lijnbaan al in aanbouw is en uitkomt op het eerste gedeelte van de nieuwe Karel Doormanstraat, is het laatste stukje Kruiskade ook nog te zien. Frappant is vooral dat het tracé van de Diergaardekade in het terrein nog te herkennen valt, al zal het niet meer dan het laatste stuk stoeprand zijn geweest. Afb. 53. Het Diergaardeterrein in 1953 De in 1946 gebouwde noodbioscoop Lutusca (samengesteld uit de verdwenen bioscoopnamen Lumière, Tuschinsky en Scala) lag midden op het Diergaardeterrein en zou nu op het Kruisplein liggen. Lutusca werd weer gesloopt in Afb. 54 laat zien hoe de situatie van 1968 verschilde van de vooroorlogse toestand. Inmiddels zou een nieuwe overlay getekend moeten worden voor een vergelijking tussen 1930, 1968 en Op afb. 54 zijn zowel de vooroorlogse als de naoorlogse situatie weergegeven met in rood Diergaardekade nr. 3, het geboortehuis van mijn vader J.W.P. Spamer (1877). 40

41 . Afb. 55 De oude Diergaarde in 1943 met blik op Station DP en de Provenierskerk. Sic transit gloria mundi. Afb. 56 De rode brievenbussen op de hoek van de Karel Doormanstraat en Weena-Zuid staan op de plaats van Smalle Westerkade/Diergaardekade nr. 3 waar mijn vader in 1877 werd geboren. 41

42 Verantwoording. Voor de gegevens van de diverse personen en de theaterlocaties zijn de gebruikelijke standaardwerken en -artikelen en websites met hun controleerbare data geraadpleegd zoals: - Biografisch Woordenboek van Nederland. - Eyl, I., De Rotterdamsche Orkest-Vereeniging. In: Rotterdams Jaarboekje, 1970, Gils, P.A. van, Enthousiasme en onverschilligheid. Cultuur in Rotterdam in de tweede helft van de negentiende eeuw. UvU, Gras, H., Een stad waar men zich koninklijk kan vervelen. De modernisering van de theatrale vermakelijkheden buiten de schouwburg in Rotterdam ca Hilversum, Gras, H., e.a., Theater: vermaak voor alle burgers? De casus Rotterdam, In: R. Aerts en H. te Velde (red.), De stijl van de burger. Over Nederlandse burgerlijke cultuur vanaf de middeleeuwen. Kampen, 1998, Historisch Genootschap Roterodamum. Jaarboekjes 1888-heden. - Koninklijke Bibliotheek, Gedigitaliseerd krantenbestand. - Leeuwe, H.H.J. de, Antoine Jean le Gras. Een Nederlands regisseur der negentiende eeuw in Rotterdam. In: Rotterdams Jaarboekje, 1975, Nijgh & van Ditmar (Uitg.), Onze musici. Rotterdam 2, z.j. (ca. 1930) - Nijs, Th. de, In veilige haven. Het familieleven van de Rotterdamse gegoede burgerij Nijmegen, Reimering, J., De Rotterdamse Schouwburg van 1810 tot In: Rotterdams Jaarboekje, 1989, Stadsarchief Rotterdam: Adresboeken, Collecties Locaties, Digitale Stamboom. - Theaterencyclopedie. - Visscher, H. J., Rotterdammers op de trappen van de historie. Een onderzoek naar de sociale mobiliteit van gezinshoofden in Rotterdam rond Rotterdam, Voo, G.W. van der, Tweede en laatste stuk der Physiologie van Rotterdam. 's-gravenhage, Wagener, W.A., Muziek aan de Maas. Rotterdam, Wikipedia (na controle op betrouwbaarheid). - Worp, J.A., Geschiedenis van het drama en van het tooneel in Nederland. Deel 2. Groningen, 1907 De heer F. Rijckaert stuurde mij een aantal correcties m.b.t. de genealogieën van de families Bouwmeester, Rosenveldt, Moor, Kleine, Buziau, De Blanck, Sauvlet en Stips die ik dankbaar heb overgenomen. Uitgebreide gegevens zijn te vinden op diens website. 42 Het maakte eens te meer duidelijk dat op de gegevens van Wikipedia, de Theaterencyclopedie e.d. niet blindelings vertrouwd kan worden. Waar ik een persoonlijke mening naar voren breng of speciaal op iets wil attenderen is dat hierna verantwoord. De afbeeldingen 1 t/m 8, 10 t/m 13, 16, 17, 19, 20, 22 t/m 24, 27 t/m 31, 34, 40 t/m 43 en 47 t/m 52 komen uit de collectie van het Stadsarchief Rotterdam, afb. 51 uit de collectie van Historisch Genootschap Roterodamum, 9, 14, 15, 45 en 46 uit het gedigitaliseerd krantenbestand van de Koninklijke Bibliotheek en de overige uit mijn persoonlijk archief. De genealogische tabellen zijn voor deze publicatie nieuw ontworpen. Waar 'muziekant' en 'artiest' e.d. is vermeld is de spelling van het adresboek overgenomen, ook als de aanhalingstekens ontbreken. In de tekst worden Smalle Westerkade en Diergaardekade door elkaar gebruikt, overeenkomstig de gewoonte in die periode. Dit wordt op pagina 9 verantwoord. Noten Nijs, Th. de, In veilige haven. Het familieleven van de Rotterdamse gegoede burgerij Nijmegen, 2001, Nijs de, 207/8 42

43 4 Alle volgende opgaven zijn gebaseerd op de vermeldingen in de adresboeken De namen Coolvest en Coolsingel werden door elkaar gebruikt. Het woord 'vest' is een restant van 'vestinggracht. Er werd dus water mee aangeduid. Het woord 'singel' werd meestal gebruikt voor de weg ernaast. Dat het woord 'vest' voornamelijk op water sloeg blijkt uit het feit, dat na de demping de naam Coolvest verdwijnt en Coolsingel overblijft. 9 Reimering, J., De Rotterdamse Schouwburg van 1810 tot In: Rotterdams Jaarboekje, 1989, , Geboren Rotterdam, , uit het eerste huwelijk van Kees van Dijk en Christina Albrecht. Stadsarchief Rotterdam, Digitale stamboom. 15 Stadsarchief Rotterdam, Digitale stamboom. 16 NRC, Gras, H., Theater: vermaak voor alle burgers? De casus Rotterdam, In: R. Aerts en H. te Velde (red.), De stijl van de burger. Over Nederlandse burgerlijke cultuur vanaf de middeleeuwen. Kampen, 1998, Gils, P.A. van, Enthousiasme en onverschilligheid. Cultuur in Rotterdam in de tweede helft van de negentiende eeuw. UvU, Mees, J.D., Dagboek Uitgave door T. de Nijs. Hilversum, 1997, De voor dit onderdeel gegeven voetnoot " 44) Albach, NRCrt, maart 1939" blijkt niet te kloppen. 20 Worp, J.A., Geschiedenis van het drama en van het tooneel in Nederland. Deel 2. Groningen, 1907, Ton Spamer, Spanheimer - Spanemer - Spamer. 16 generaties Spamer Deel 4. De gordel van smaragd. Paul Spamer Deurne, p. 22 Ton Spamer, Spanheimer - Spanemer - Spamer. 16 generaties Spamer Deel 5. Een hartstochtelijk Rotter dammer 2. Willem Spamer (In voorbereiding) In het Rotterdamsch Nieuwsblad van 4 december 1879 komt echter een advertentie voor waarin Friedr. Pickaneser optreedt: 25 Biografisch Woordenboek van Nederland; Koster, S., De Bouwmeesters. Kroniek van een theaterfamilie. Assen Voor de complete stamboom Bouwmeester en alle huwelijken van Louis Bouwmeester met zijn nakomelingen zie: Koster, S., De Bouwmeesters, Kroniek van een theaterfamilie. Zutphen,

Ton Spamer familiearchief spamer - deurne - 2015

Ton Spamer familiearchief spamer - deurne - 2015 Ton Spamer familiearchief spamer - deurne - 2015 Illustratie titelpagina: De Diergaarde vanaf de Smalle Westerkade rond 1880. 2e herziene en uitgebreide uitgave juli 2015. Eerder verschenen: 1. Ton Spamer,

Nadere informatie

Herinnering aan Elisabeth Bangert - tante Betje (1870-1964) FREEK DIJS

Herinnering aan Elisabeth Bangert - tante Betje (1870-1964) FREEK DIJS Herinnering aan Elisabeth Bangert - tante Betje (1870-1964) FREEK DIJS Van wie ben jij er één? Dat was telkens de vraag van tante Betje als ik bij mijn oma, haar zuster, kwam logeren in Baarn. Die vraag

Nadere informatie

Wie was Schafrat(h)? En wat was de relatie met Van Gogh?

Wie was Schafrat(h)? En wat was de relatie met Van Gogh? Wie was Schafrat(h)? En wat was de relatie met Van Gogh? Soms weten bezoekers ons tijdens rondleidingen te vermelden dat Vincent van Gogh ooit een kamertje bewoonde in hotel Schafrath aan het Park in Nuenen.

Nadere informatie

Café Kerkemeijer te Rekken

Café Kerkemeijer te Rekken -17- Café Kerkemeijer te Rekken Inleiding Café Kerkemeijer, aan de Rekkenseweg te Rekken, is in de gehele regio een bekende locatie en één om wat voor bijeenkomst dan ook te houden. Iedereen in Rekken

Nadere informatie

J.J. Allanstraat 63 van Simon Jacobszn Schoen en zijn zoon Gerrit Simonszn Schoen

J.J. Allanstraat 63 van Simon Jacobszn Schoen en zijn zoon Gerrit Simonszn Schoen Een vervolg van het verhaal over de boerderijen van de familie Schoen uit juni. J.J. Allanstraat 63 van Simon Jacobszn Schoen en zijn zoon Gerrit Simonszn Schoen Simon boerde met zijn vrouw Elisabeth de

Nadere informatie

Oma Spillner en een dubbelhuwelijk in Schoonhoven

Oma Spillner en een dubbelhuwelijk in Schoonhoven Inleiding Oma Spillner en een dubbelhuwelijk in Schoonhoven In de jaren dertig groeide onze moeder op in Zuid-Limburg. Mama is de oudste van tien kinderen. Toen ze vier jaar oud was, kwam haar oma bij

Nadere informatie

De Franse keizer Napoleon voerde rond 1800 veel oorlogen in Europa. Hij veroverde verschillende gebieden, zoals Nederland en België. Maar Napoleon leed in 1813 een zware nederlaag in Duitsland. Hij trok

Nadere informatie

Enkele opmerkingen naar aanleiding van een bijschrift over kasteel Crayenstein.

Enkele opmerkingen naar aanleiding van een bijschrift over kasteel Crayenstein. Enkele opmerkingen naar aanleiding van een bijschrift over kasteel Crayenstein. Uit: C. Baardman, Leo J. Leeuwis, M.A. Timmermans, Langs Merwede en Giessen (Den Haag 1961) Op de zuidelijke oever van de

Nadere informatie

TANTE BETSIE. Charles & Herman Horsthuis. (Elisabeth Helena Henriëtte Issels) (Arnhem 11 oktober 1885 Haarlem 29 oktober 1943)

TANTE BETSIE. Charles & Herman Horsthuis. (Elisabeth Helena Henriëtte Issels) (Arnhem 11 oktober 1885 Haarlem 29 oktober 1943) Charles & Herman Horsthuis TANTE BETSIE (Elisabeth Helena Henriëtte Issels) (Arnhem 11 oktober 1885 Haarlem 29 oktober 1943) De kunstzinnige familie Issels, waaruit wij mede voortgekomen zijn, telde één

Nadere informatie

OOIT GEBOUWD ROTTERDAM DEEL 1 6 MAART 2013

OOIT GEBOUWD ROTTERDAM DEEL 1 6 MAART 2013 OOIT GEBOUWD ROTTERDAM DEEL 1 6 MAART 2013 Cool Zuid: de Buurt Bestuurt LAND VAN HOBOKEN HET LAND VAN HOBOKEN Cool Zuid: de Buurt Bestuurt HET LAND VAN HOBOKEN - GEPROJECTEERD OP LUCHTFOTO 2010 HET LAND

Nadere informatie

Emma van Waldeck-Pyrmont: Arolsen, 2 augustus 1858 Den Haag, 20 maart 1934

Emma van Waldeck-Pyrmont: Arolsen, 2 augustus 1858 Den Haag, 20 maart 1934 Emma van Waldeck-Pyrmont: Arolsen, 2 augustus 1858 Den Haag, 20 maart 1934 Adelheid Emma Wilhelmina Theresia, geboren als Adelaïde Emma Wilhelmina Therèse zu Waldeck und Pyrmont, prinses van Waldeck-Pyrmont,

Nadere informatie

D74, thans Kruisstraat 12

D74, thans Kruisstraat 12 D74, thans Kruisstraat 12 Geplaatst in de Heise Krant van september 2011, gewijzigd 15-05-2015 De boerderij van Has van den Tillaar. Zo kennen de meesten onder ons de oude boerderij achter de kerk met

Nadere informatie

D67, Hintelstraat 12

D67, Hintelstraat 12 D67, Hintelstraat 12 Geplaatst Heise Krant maart 2014, gewijzigd 04-06-2016 De boerderij D67 aan de Hintel wordt op dit moment bewoond door de familie Rikken, maar is beter bekend als de boerderij van

Nadere informatie

Warder in Gevelstenen. De oude huizen van Warder met hun gevelstenen

Warder in Gevelstenen. De oude huizen van Warder met hun gevelstenen Warder in Gevelstenen De oude huizen van Warder met hun gevelstenen Warder in Gevelstenen Een aantal oude huizen en boerderijen van Warder zijn voorzien van een gevelsteen. Hierop staat aangegeven wanneer

Nadere informatie

Het Snijdersplein. Voorwoord

Het Snijdersplein. Voorwoord Het Snijdersplein Voorwoord Ruim 4 jaar ben ik nu bezig om alle gegevens van de kadastrale percelen van de vestingstad s-hertogenbosch, in 1832 aangeduid als de secties G en H, vanaf het begin van het

Nadere informatie

Archiefwegwijzer Bevolkingsregisters

Archiefwegwijzer Bevolkingsregisters Archiefwegwijzer Bevolkingsregisters Inhoud Inleiding... 1 Indeling van bevolkingsregisters... 2 Registers die zijn ingedeeld op huis, wijk en straat... 2 Registers met een alfabetische indeling... 3 Werkwijze

Nadere informatie

Willem Maris (1844-1910)

Willem Maris (1844-1910) Willem Maris (1844-1910) Willem Maris behoort tot het bekende schildersgeslacht Maris. Hij was de jongste van drie broers die allen in het schildersvak gingen, gestimuleerd door hun vader, boek- en steendrukker

Nadere informatie

Hadden de Zochers het zo bedoeld?

Hadden de Zochers het zo bedoeld? tekst juliet en carla oldenburger ( bewerkt door noortje krikhaar) beeld noord-hollands archief Hadden de Zochers het zo bedoeld? Dit grondgebied lag in het westen van de Nieuwstad, de zeventiende-eeuwse

Nadere informatie

Boerderij Binnenwijzend 102

Boerderij Binnenwijzend 102 Boerderij Binnenwijzend 102 Hoogkarspel De stolpboerderij Binnenwijzend 102 is in 2015 gesloopt vanwege de aanleg van de doorsteek van de N23 (Alkmaar- Zwolle). Het betreft een karakteristieke Noord- Hollandse

Nadere informatie

Afb. 2: voor- en achterzijde van de brief van dokter J.F.J. Freericks aan Mr. K.P. van der Mandele.

Afb. 2: voor- en achterzijde van de brief van dokter J.F.J. Freericks aan Mr. K.P. van der Mandele. Afb. 2: voor- en achterzijde van de brief van dokter J.F.J. Freericks aan Mr. K.P. van der Mandele. 6 ROTTERDAM EN 'S-HERTOGENBOSCH door Huber van Werkhoven Voor een geboren en getogen Rotterdammer, maar

Nadere informatie

Vincent van Gogh. Hier zie je er een afbeelding van.

Vincent van Gogh. Hier zie je er een afbeelding van. Vincent van Gogh Een van de beroemdste schilders die Nederland heeft gehad was Vincent van Gogh. Deze kunstenaar heeft zelfs zijn eigen museum gekregen in Amsterdam. Toch wel heel bijzonder, zeker als

Nadere informatie

BOERDERIJ MOERBEEK 48 LUTJEWINKEL juni 2012. 2012-1 boerderij Moerbeek 48. Inleiding. eerste steen. Luchtfoto vanuit het noorden.

BOERDERIJ MOERBEEK 48 LUTJEWINKEL juni 2012. 2012-1 boerderij Moerbeek 48. Inleiding. eerste steen. Luchtfoto vanuit het noorden. BOERDERIJ MOERBEEK 48 LUTJEWINKEL juni 2012 1 Inleiding Bewoning en veranderingen De boerderij is vrij zeker gebouwd begin 1800. In 1872 heeft er een grondige verbouwing plaats gevonden met o.a. een nieuwe

Nadere informatie

Willem II van Holland:?, februari Hoogwoud, 28 januari 1256

Willem II van Holland:?, februari Hoogwoud, 28 januari 1256 Willem II van Holland:?, februari 1227 - Hoogwoud, 28 januari 1256 Willem II was graaf van Holland en Zeeland (1234-1256) en koning van het Heilige Roomse Rijk (1248-1256). Rooms-Duits (tegen-)koning Regeerperiode:

Nadere informatie

Inhoud. Het leven van Escher. Weiland wordt vogel. Kringloop metamorfose. De wereld op z n kop.

Inhoud. Het leven van Escher. Weiland wordt vogel. Kringloop metamorfose. De wereld op z n kop. Inhoud. Blz. 1. Blz. 2. Blz. 3. Blz. 4. Blz. 5. Blz. 6. Blz. 7. Blz. 8. Blz. 9. Blz. 10. Blz. 11. Kaft Inhoud Het leven van Escher. Moeilijke jaren. Weiland wordt vogel. Kringloop metamorfose. De wereld

Nadere informatie

Boven in het pand bevinden zich twee platte gevelstenen. In een van de gevelstenen (boven de voordeur) is de tekst 'HUIZE LOUISE' gebeiteld.

Boven in het pand bevinden zich twee platte gevelstenen. In een van de gevelstenen (boven de voordeur) is de tekst 'HUIZE LOUISE' gebeiteld. Huize Louise. Inleiding. Vanuit het zuiden, even voorbij de Markt en de Protestante kerk in de Grotestraat, staat op de nummers 92 tot 94 een pand dat de naam draagt 'Huize Louise'. In dit pand waren eerder

Nadere informatie

D88, Voorhei 3. Geplaatst in de Heise Krant augustus 2015, gewijzigd

D88, Voorhei 3. Geplaatst in de Heise Krant augustus 2015, gewijzigd D88, Voorhei 3 Geplaatst in de Heise Krant augustus 2015, gewijzigd 23-01-2017 De geschiedenis van boerderij D88, nu Voorhei 3, begint bij Theodorus van Asseldonk. Theodorus (Dirk) van Asseldonk (1797-1845),

Nadere informatie

Ytzen Lieuwes Tamminga # Hiltje Karsjens Kalma * , *

Ytzen Lieuwes Tamminga # Hiltje Karsjens Kalma * , * Ytzen Lieuwes Tamminga # Hiltje Karsjens Kalma * 29-07-1811, + 22-07-1897 *19-08-1826 + 24-11-1914 Ytzen Lieuwes (N) was bijna 33 jaar toen hij met Hiltje Karsjens Kalma trouwde. Hiltje was de dochter

Nadere informatie

DE WOERDENSE BINNENSTAD IN HET MONUMENTENJAAR ( II )

DE WOERDENSE BINNENSTAD IN HET MONUMENTENJAAR ( II ) II e Jaargang no. 4 December 1975 DE WOERDENSE BINNENSTAD IN HET MONUMENTENJAAR ( II ) Het geboortehuis van Herman de Man op de monumentenlijst door N. Plomp. In het maartnummer van "Heemtijdinghen" vertelden

Nadere informatie

info@pietnowee.nl Pagina 1

info@pietnowee.nl Pagina 1 "Thuis heb ik nog een ansichtkaart" Ik heb er zelfs meer dan één van het dorp waar ik geboren ben. Mijn voorouders waren tuinders en woonden voornamelijk in Den Hoorn en omgeving. Veel is er veranderd

Nadere informatie

Cornelis van Huijk(Huik) ( )

Cornelis van Huijk(Huik) ( ) 1 Cornelis van Huik (1853-1894) Cornelis van Huijk(Huik) (1853-1894) Geboren op 22 maart 1853 in Hoogland, zoon van Joannes (Jan) van Huijk en Heiltje van Hamersveld. Cornelis trouwde, 23 jaar oud, op

Nadere informatie

Comité Rotte-Dam. Admiraal de Ruyterweg GOUDSESINGEL. Mariniersweg BINNENROTTE HOOGSTRAAT. Bieb. Markthal plan BLAAK NIEUWE MAAS

Comité Rotte-Dam. Admiraal de Ruyterweg GOUDSESINGEL. Mariniersweg BINNENROTTE HOOGSTRAAT. Bieb. Markthal plan BLAAK NIEUWE MAAS Contact: Jan van den Noort, Schoonderloostraat 77, 3024 TT Rotterdam - 010-436 6014 - http://www.jvdn.nl/pages/rotte-dam.html - Janvdnoort@ext.eur.nl Het Comité Rotte-Dam vindt dat het ontstaan van Rotterdam

Nadere informatie

Fotoquiz Theo Bakkers Domein 2015

Fotoquiz Theo Bakkers Domein 2015 In 1839 werd in de Amstelstraat de eerste schouwburg geopend, de Salon des Variétés van Judels en Boas. Het is op de foto het gebouw met het fronton, aan het begin van de Amstelstraat. In 1791 opende iets

Nadere informatie

B1 Hoofddorp pagina 1

B1 Hoofddorp pagina 1 B1 Hoofddorp pagina 1 Inhoud 1. Inleiding 2. Geschiedenis 3. Ontwikkeling 4. Bezienswaardigheden 1. Inleiding Hoofddorp is een stad in de provincie Noord-Holland en de hoofdplaats van de gemeente Haarlemmermeer.

Nadere informatie

Comité Rotte-Dam. MERWE (later Nieuwe Maas)

Comité Rotte-Dam. MERWE (later Nieuwe Maas) Contact: Jan van den Noort, Schoonderloostraat 77, 3024 TT Rotterdam - 010-436 6014 - http://www.jvdn.nl/pages/rotte-dam.html - jan@jvdn.nl Het Comité Rotte-Dam vindt dat het ontstaan van Rotterdam meer

Nadere informatie

Het leven van Petronella Kortenhof (l8 1 1-1885), een Haarlemse vondelinge en inwoonster van Heemstede.

Het leven van Petronella Kortenhof (l8 1 1-1885), een Haarlemse vondelinge en inwoonster van Heemstede. Het leven van Petronella Kortenhof (l8 1 1-1885), een Haarlemse vondelinge en inwoonster van Heemstede. Inleiding Bij het invoeren van een Heemsteedse huwelijksakte van het echtpaar Hooreman-Kortenhof

Nadere informatie

TUINDERSWONING DE GOORN 19 DE GOORN 19

TUINDERSWONING DE GOORN 19 DE GOORN 19 TUINDERSWONING DE GOORN 19 DE GOORN 19 Bouw- en bewoningsgeschiedenis Bewoners Het huis dateert uit 1896. Het werd (vermoedelijk) gebouwd in opdracht van Klaas Groot. Klaas Groot was getrouwd met Antje

Nadere informatie

Johann Friederich Meiners ( ) zandgraf 766, vak K; notaris Johann Friedrich Meiners ( ) zandgraf 766, vak K; bankdirecteur

Johann Friederich Meiners ( ) zandgraf 766, vak K; notaris Johann Friedrich Meiners ( ) zandgraf 766, vak K; bankdirecteur Johann Friederich Meiners (1857-1908) zandgraf 766, vak K; notaris Johann Friedrich Meiners (1891-1918) zandgraf 766, vak K; bankdirecteur Personalia Johann Friederich Meiners Geboren: 20 februari 1857

Nadere informatie

Werkstuk Dordtologie november 2014

Werkstuk Dordtologie november 2014 Werkstuk Dordtologie november 2014 Hilde van Kruiningen VAN BIERBROUWEN. NAAR BLAUWBILGORGEL Omdat ik in dit gebied woon en me dagelijks over de Groenmarkt en het Buddingh plein begeef hebben de geschiedenis

Nadere informatie

Van Welkom op de 250 e verjaardag van de Hazerswoudsche Droogmakerij. Vierheemkinderenweg 7 Hazerswoude

Van Welkom op de 250 e verjaardag van de Hazerswoudsche Droogmakerij. Vierheemkinderenweg 7 Hazerswoude Van Welkom op de 250 e verjaardag van de Hazerswoudsche Droogmakerij Vierheemkinderenweg 7 Hazerswoude 8 + 9 september 2012 Vanaf dit punt had u voor 1759 uitzicht op de Hazerswoudse Plas, al het ingekleurde

Nadere informatie

Kasteel Genbroek. Samenvatting. Kasteel Genbroekstraat 18 te BEEK

Kasteel Genbroek. Samenvatting. Kasteel Genbroekstraat 18 te BEEK Kasteel Genbroek Kasteel Genbroekstraat 18 te BEEK Samenvatting Zeer representatieve kantoorruimte in een authentiek kasteel op nog geen 5 minuten afstand van Maastricht- Aken Airport. De helft van dit

Nadere informatie

Bovende details van de kaart van Blaue en de kaart figuratief laten de ingrijpende veranderingen zien na 1654.

Bovende details van de kaart van Blaue en de kaart figuratief laten de ingrijpende veranderingen zien na 1654. Versie nr.1 Juni 2007-06-11 Straathistorie De van der Mastenstraat bestaat uit een gedeelte voor 1654 vanaf de Verwersdijk tot aan de perceelscheiding tussen huisnummer 24 en 26 en een gedeelte van na

Nadere informatie

17 september 1944 1 juni 1975 Goederenvervoer: 1 februari 1905 2 maart 1970

17 september 1944 1 juni 1975 Goederenvervoer: 1 februari 1905 2 maart 1970 pagina 1 van 5 Halte Bergentheim Gewijzigd: e:10-07-2010 Inhoud: Gegevens halte Exploitatie Gebouwen Emplacement Spoorweghaven Personeel Gegevens plaats Links: Fabrieksaansluitingen: Turfstrooiselfabriek

Nadere informatie

rijks museum Verdiepend programma Jij & de Gouden eeuw Bijlage: Onderzoeksvragen voor leerlingen 1/6 Ontsnapping Hugo de Groot Eeuw?

rijks museum Verdiepend programma Jij & de Gouden eeuw Bijlage: Onderzoeksvragen voor leerlingen 1/6 Ontsnapping Hugo de Groot Eeuw? 1/6 Bijlage: voor leerlingen Ontsnapping Hugo de Groot Eeuw? Personage 1. Hugo de Groot Wie was Hugo de Groot? Wat waren de onderwerpen waar hij als geleerde over schreef? Waarom werd hij opgesloten in

Nadere informatie

had, maar ook zij is achteraf alles kwijt geraakt door de oorlog.

had, maar ook zij is achteraf alles kwijt geraakt door de oorlog. 1. MIJN JEUGDJAREN De bedoeling waarom ik over mijn jeugd wil schrijven is om jullie mee te voeren in mijn verhaal, te laten meevoelen en te laten begrijpen hoe een kind van 4 à 5 jaar leeft in een moeilijke

Nadere informatie

De gulden is lang niet zo oer-hollands als je denkt FTM

De gulden is lang niet zo oer-hollands als je denkt FTM De gulden is lang niet zo oer-hollands als je denkt FTM ftm.nl De gulden is lang niet zo oer-hollands als je denkt FTM Edin Mujagic 8-10 minuten Bij de gulden denkt u hoogstwaarschijnlijk aan de Nederlandse

Nadere informatie

Nadine en Shannon op pad door de stad Bremen

Nadine en Shannon op pad door de stad Bremen Nadine en Shannon op pad door de stad Bremen Wij vonden het Bremen erg interessant, vooral Zelf zijn wij ook de geschiedenis en cultuur van een stad en hoe dit terug is te zien in de gebouwen. Dit vinden

Nadere informatie

Koninklijk Zeeuwsch Genootschap Der Wetenschappen (1768- )

Koninklijk Zeeuwsch Genootschap Der Wetenschappen (1768- ) Koninklijk Zeeuwsch Genootschap Der Wetenschappen (1768- ) Oprichting In 1768 werd het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen officieel opgericht. De aanleiding vormde een initiatief uit Vlissingen tot

Nadere informatie

De historie van PLAN_80: (Door John Voogt, huidige eigenaar/bewoner)

De historie van PLAN_80: (Door John Voogt, huidige eigenaar/bewoner) De historie van PLAN_80: (Door John Voogt, huidige eigenaar/bewoner) Origineel vurenhouten bouwplankje, breed 15,5cm, hoog 40cm, dik 2cm. Met potlood beschreven en met stippen rode, groene, witte en gele

Nadere informatie

GRADUS WISSENBURG Renkum (NL) Oberhausen (D)

GRADUS WISSENBURG Renkum (NL) Oberhausen (D) GRADUS WISSENBURG Renkum (NL) 13-4-1873 - Oberhausen (D) 11-12-1927 Gradus was arbeider. Hij trok als eerste van de vier broers (na de harde winter van 1896) naar Keulen (Mühlheim, niet te verwarren met

Nadere informatie

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Kiezen voor Latijn en/of Grieks? Als leerling in het laatste jaar van de basisschool sta jij voor een belangrijke keuze. Welke studierichting moet je gaan volgen in het

Nadere informatie

Bouwhistorisch onderzoek

Bouwhistorisch onderzoek Bouwhistorisch onderzoek BOUWHISTORISCHE NOTITIE Adres : (tussen Poelestraat 12 en 14) Status : BBP Periode : september 2010 Onderzocht door : Taco Tel Auteur : Taco Tel Datum : Groningen, 16 september

Nadere informatie

LAMBERTUS VAN SCHIJNDEL EN HELENA VAN OORSCHOT. BERTJE EN LEENTJE VAN SCHIJNDEL LAMBERTUS VAN SCHIJNDEL HELENA VAN OORSCHOT

LAMBERTUS VAN SCHIJNDEL EN HELENA VAN OORSCHOT. BERTJE EN LEENTJE VAN SCHIJNDEL LAMBERTUS VAN SCHIJNDEL HELENA VAN OORSCHOT LAMBERTUS VAN SCHIJNDEL EN HELENA VAN OORSCHOT. BERTJE EN LEENTJE VAN SCHIJNDEL LAMBERTUS VAN SCHIJNDEL 1857 1953 HELENA VAN OORSCHOT 1859-1958 Lambertus van Schijndel is op 4 december 1857 geboren te

Nadere informatie

De Bergse geboorte van een Haags juweliersbedrijf.

De Bergse geboorte van een Haags juweliersbedrijf. De Bergse geboorte van een Haags juweliersbedrijf. In 2018 wil het Haags juweliersbedrijf Backers en Zoon haar 100-jarig jubileum vieren. Het bedrijf, gespecialiseerd in het vervaardigen van sieraden met

Nadere informatie

Takken Carolus en August. Rond 1932, Geduld Overwint, met o.a. Aug. Dellaert, P. Dellaert, P. Doens, Arn. Dellaert. Camiel en Eugene, getrouwd in

Takken Carolus en August. Rond 1932, Geduld Overwint, met o.a. Aug. Dellaert, P. Dellaert, P. Doens, Arn. Dellaert. Camiel en Eugene, getrouwd in Tak Johanna. Geboren: na het huwelijk van 27 november 1838 tussen Johannes en Carolina, wordt op 23 december 1839 Johanna Maria Jacoba Dellaert geboren, als 1e kind. Tak Johanna. Huwelijk: op 1-5-1862

Nadere informatie

1 Werkwoord. (wonen, werken, lopen,...) 8 Grammatica is niet moeilijk. wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden.

1 Werkwoord. (wonen, werken, lopen,...) 8 Grammatica is niet moeilijk. wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden. 1 Werkwoord (wonen, werken, lopen,...) wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden. 8 Grammatica is niet moeilijk 1.1 woon, woont, wonen Ik woon nu in Nederland. Jij woont nu in Nederland. U woont nu

Nadere informatie

Clémentinalaan Oostendestr Parkln Oude Fortlaan Burggravenlaan Astridlaan

Clémentinalaan Oostendestr Parkln Oude Fortlaan Burggravenlaan Astridlaan Clémentinalaan Oostendestr Parkln Oude Fortlaan Burggravenlaan Astridlaan C8 1620 1720 De jaren vijftig In deze zaal die uitgebaat was door Jos Vervest stonden een groot aantal driebanden, deze kregen

Nadere informatie

Een Eemnesser familie Ruijter die in Blaricum terechtkwam

Een Eemnesser familie Ruijter die in Blaricum terechtkwam Een Eemnesser familie Ruijter die in Blaricum terechtkwam HENK VAN HEES Grietje de Ruijter-Raven (1876-1945) met kleinzoon Kees, zoon Gijs en schoondochter Mia Reuser. Foto mei 1942. Evenals de muisjestak

Nadere informatie

JOHAN CRUIJFF MIJN VERHAAL. in makkelijke taal

JOHAN CRUIJFF MIJN VERHAAL. in makkelijke taal JOHAN CRUIJFF MIJN VERHAAL in makkelijke taal Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen Voorwoord Ik heb geen diploma s. Alles wat ik weet, heb ik in het echte leven geleerd. Ik was twaalf jaar toen

Nadere informatie

Andreas van Galen en Gradus de Beus, de laatste uurwerkopdraaiers van de gemeente s-hertogenbosch

Andreas van Galen en Gradus de Beus, de laatste uurwerkopdraaiers van de gemeente s-hertogenbosch Andreas van Galen en Gradus de Beus, de laatste uurwerkopdraaiers van de gemeente s-hertogenbosch Vanaf het midden van de 17 e eeuw bevindt zich een groot mechanisch uurwerk in de Sint Jan-toren. Aangedreven

Nadere informatie

Bron: De Oosterhoutse tijdmachine

Bron: De Oosterhoutse tijdmachine 1813 Aanleg Napoleonsbaan De grote weg Parijs-Amsterdam liep door Oosterhout. Hij werd aangelegd in de jaren 1813-1816. Napoleon begon met de aanleg, koning Willem I maakte hem af. Het traject maakte in

Nadere informatie

Maria Gijsbertha Heijdra vertelt over de. Familie Heydra

Maria Gijsbertha Heijdra vertelt over de. Familie Heydra Maria Gijsbertha Heijdra vertelt over de Familie Heydra Omstreeks het jaar 1870 woonde als jong gehuwd paar Leonardus (Leen Heydra, de zoon van Johannes Heydra en Anna de Vette, op de flinke en oude boerderij

Nadere informatie

en nog andere straten moest nog worden aangelegd.

en nog andere straten moest nog worden aangelegd. In de Belle Epoque had de Brabantstraat en de Brabantdam. De Brabantstraat liep van de Vogelmarkt tot aan het François Laurentplein. Deze straat is een van de oudste van Gent want werd reeds vermeld in

Nadere informatie

Het verdwenen Land van Hoboken Bewonersvereniging Eendrachtweg Eendrachtsplein Mauritsweg Westersingel 28 oktober 2009.

Het verdwenen Land van Hoboken Bewonersvereniging Eendrachtweg Eendrachtsplein Mauritsweg Westersingel 28 oktober 2009. Het verdwenen Land van Hoboken Bewonersvereniging Eendrachtweg Eendrachtsplein Mauritsweg Westersingel 28 oktober 2009 Luuk de Boer Land vanhoboken, kaart 1839 Westzeedijk, Land van Hoboken en de Muizenpolder,

Nadere informatie

abstract jaar verandering in het aantal voornamen officiële naam en roepnaam voornaamkeuze van traditie naar mode % traditionele vernoeming

abstract jaar verandering in het aantal voornamen officiële naam en roepnaam voornaamkeuze van traditie naar mode % traditionele vernoeming 7--05 60 50 jaar verandering in het aantal voornamen Gerrit Bloothooft en David Onland UiL OTS, Universiteit Utrecht abstract Een voornaam kiezen ouders niet zomaar voor hun kind. Ze worden in de keuze

Nadere informatie

werkt voor en met bewoners in wijken en buurten

werkt voor en met bewoners in wijken en buurten werkt voor en met bewoners in wijken en buurten Oma Geertje vertelt. 2 Welbions: we werken er allemaal. Wij zijn dé woningcorporatie van Hengelo en verhuren meer dan 13.000 woningen aan in totaal 25.000

Nadere informatie

inventaris van een huisarchief (2015)

inventaris van een huisarchief (2015) inventaris van een huisarchief 1882-1982 (2015) Titel Huisarchief Piet Heinstraat 119 Auteur Carla van Beers Drukkerij BraveNewBooks 2015 Carla van Beers Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave

Nadere informatie

Johannes van Ingen en Alexandrina Evanangelina [Lina] Hammer

Johannes van Ingen en Alexandrina Evanangelina [Lina] Hammer Johannes van Ingen en Alexandrina Evanangelina [Lina] Hammer [Door J. de Bijl] Op 20 september 1854 werd in Alphen de volgende zoon geboren in het gezin van Johannes van Ingen en Gerarda van den Hurk.

Nadere informatie

Het armenbos. door Paul Lammeretz

Het armenbos. door Paul Lammeretz Het armenbos door Paul Lammeretz In de tweede helft van 1800 was het een slechte tijd voor de mensen. De lichamelijke conditie van grote delen van de Nederlandse bevolking was slecht; jonge en oude mensen,

Nadere informatie

Antwoorden Thema 6 Wonen

Antwoorden Thema 6 Wonen Antwoorden Thema 6 Wonen Luisteren Oefening 2 1 b Hun etage is te klein. 2 een grote woonkamer twee slaapkamers een tuin of een balkon een nieuw huis in of vlakbij het centrum wonen 3 a maximaal 250.000

Nadere informatie

Willem III der Nederlanden: Brussel, 19 februari 1817 Apeldoorn, 23 november 1890

Willem III der Nederlanden: Brussel, 19 februari 1817 Apeldoorn, 23 november 1890 Willem III der Nederlanden: Brussel, 19 februari 1817 Apeldoorn, 23 november 1890 Hij was koning der Nederlanden en groothertog van Luxemburg van 17 maart 1849 tot zijn dood in 1890. Hij was ook hertog

Nadere informatie

KOOS MEINDERTS NAAR HET NOORDEN MET ILLUSTRATIES VAN ANNETTE FIENIEG

KOOS MEINDERTS NAAR HET NOORDEN MET ILLUSTRATIES VAN ANNETTE FIENIEG KOOS MEINDERTS NAAR HET NOORDEN MET ILLUSTRATIES VAN ANNETTE FIENIEG & DEEL EEN HONGER 1 Midden in de nacht Net toen ik dacht: ik heb het me verbeeld, hoorde ik het weer, een langgerekte dierlijke schreeuw,

Nadere informatie

Dag van het Kasteel 2012

Dag van het Kasteel 2012 Dag van het Kasteel 2012 wandelen rond Zeeuwse kastelen en buitenplaatsen Schouwen-Duiveland Slot Moermond, Renesse Zuid-Beveland De Hellenburg, Baarland Walcheren Westhove, Oostkapelle Zeeuws-Vlaanderen

Nadere informatie

het laatste station van de wereld

het laatste station van de wereld het laatste station van de wereld 1 het tekeningen van ingrid godon laatste station van de wereld een verhaal van paul verrept 2 3 4 5 6 7 8 9 1 De schilder Emile stond om vier uur op. Hij droeg een lang,

Nadere informatie

ca. 1992, Overwheerse Polderdijk Winterstandplaats van Henk Vallentgoed en Albert Lamor. De oude pakwagen is van Vallentgoed t.b.v. de opslag.

ca. 1992, Overwheerse Polderdijk Winterstandplaats van Henk Vallentgoed en Albert Lamor. De oude pakwagen is van Vallentgoed t.b.v. de opslag. Henk Vallentgoed KERMIS, dat is het onderwerp van zijn leven. En dat is goed te zien in de woning van Henk Vallentgoed: overal voorwerpen, die met kermis te doen hebben, oude foto s, maar vooral de zelf

Nadere informatie

Het geboortehuis van Leunis Barentsen is één van de opeenvolgende woonplaatsen van Joost Barentsen & Suzanna Barentsen in Middelburg

Het geboortehuis van Leunis Barentsen is één van de opeenvolgende woonplaatsen van Joost Barentsen & Suzanna Barentsen in Middelburg Het geboortehuis van Leunis Barentsen is één van de opeenvolgende woonplaatsen van Joost Barentsen & Suzanna Barentsen in Middelburg Suzanna Barentsen & Joost Barentsen Ritthem 1879 7 november huwelijk

Nadere informatie

OOIT GEBOUWD ROTTERDAM DEEL 2 17 APRIL 2013

OOIT GEBOUWD ROTTERDAM DEEL 2 17 APRIL 2013 OOIT GEBOUWD ROTTERDAM DEEL 2 17 APRIL 2013 COOL ZUID Cool Zuid: de Buurt Bestuurt COOL ZUID - GEPROJECTEERD OP LUCHTFOTO 2010 1915 HET LAND VAN HOBOKEN - RICHTING WESTZEEDIJK 1856 - BOERDERIJ VOOR DE

Nadere informatie

Cultuurhistorische verkenning Zandwijksingel Woerden. Datum 2 mei 2011

Cultuurhistorische verkenning Zandwijksingel Woerden. Datum 2 mei 2011 Cultuurhistorische verkenning Zandwijksingel Woerden Datum 2 mei 2011 Colofon Projectnaam Cultuurhistorische verkenning Zandwijksingel Woerden Auteur Willem de Bruin Datum 2 mei 2011 1. Inleiding 1.1

Nadere informatie

mirjam prinsen Door de ogen van mijn moeder Oorlogsherinneringen van een Rotterdams meisje

mirjam prinsen Door de ogen van mijn moeder Oorlogsherinneringen van een Rotterdams meisje mirjam prinsen Door de ogen van Oorlogsherinneringen van een Rotterdams meisje mijn moeder Kom vanavond met verhalen hoe de oorlog is verdwenen en herhaal ze honderd malen, alle malen zal ik wenen Uit

Nadere informatie

OUDE WOONPLEKKEN IN VORSTENBOSCH RIETDIJK 19 Arie van den Bogaart een landbouwer uit Schijndel is in 1832 de eigenaar van dit huis (sectie: E130). Hij bezit ook het huis er naast Rietdijk D (verdwenen

Nadere informatie

Walcherse herkomst. Deel 1. Ritthem en De Schoone Waardin

Walcherse herkomst. Deel 1. Ritthem en De Schoone Waardin Walcherse herkomst Deel 1 Ritthem en De Schoone Waardin De informatie in deze tekst halen we voor het grootste deel uit: Het Boek van Suze, de kroniek door onze tante Suze rond 1955 in Logne geschreven.

Nadere informatie

Albert I van België: Brussel, 8 april Marche-les- Dames, 17 februari 1934

Albert I van België: Brussel, 8 april Marche-les- Dames, 17 februari 1934 Albert I van België: Brussel, 8 april 1875 - Marche-les- Dames, 17 februari 1934 Hij was prins van België, hertog van Saksen, prins van Saksen-Coburg-Gotha, was van 23 december 1909 tot 17 februari 1934

Nadere informatie

Blad 1. Kwartierstaat van Antoon van den Berg (1877-1961) Zus Mina van den Berg

Blad 1. Kwartierstaat van Antoon van den Berg (1877-1961) Zus Mina van den Berg Blad 1 Kwartierstaat van Antoon van den Berg (1877-1961) Zus Mina van den Berg Website: Stamboom familie Van den Berg > Mina van den Berg, zus van 01. Antoon van den Berg (1877-1961) De ouders van Mina

Nadere informatie

Project Woning Dorpsstraat 45 Wervershoof

Project Woning Dorpsstraat 45 Wervershoof Project 2018-2 Woning Dorpsstraat 45 Wervershoof Het bouwjaar van deze woning is 1908. Dit jaartal staat bovenin de dakkapel. Op de betonnen palen van de fraaie poort staat 1916. Het huis is geen stolp

Nadere informatie

CASCADE bulletin voor tuinhistorie

CASCADE bulletin voor tuinhistorie CASCADE bulletin voor tuinhistorie Jaargang 2014 (23) nummer 2 Johan Philip Posth en zijn werk op Enghuizen bij Hummelo Arinda van der Does Tot nu toe werd de verlandschappelijking van de aanleg van het

Nadere informatie

Ik ben Mirjam Krieg. Ik ben in 1933 geboren in Amsterdam. Eerder dat jaar waren mijn ouders met mijn zus Duitsland

Ik ben Mirjam Krieg. Ik ben in 1933 geboren in Amsterdam. Eerder dat jaar waren mijn ouders met mijn zus Duitsland Ik ben Mirjam Krieg. Ik ben in 1933 geboren in Amsterdam. Eerder dat jaar waren mijn ouders met mijn zus Duitsland ontvlucht. De nazi-praktijken reisden hen echter achterna. Zo mocht ik als Joods meisje

Nadere informatie

Het drama van twee geliefden, die niet met elkaar mochten trouwen, terwijl zij 7 maanden zwanger was

Het drama van twee geliefden, die niet met elkaar mochten trouwen, terwijl zij 7 maanden zwanger was Het drama van twee geliefden, die niet met elkaar mochten trouwen, terwijl zij 7 maanden zwanger was Breda, 16 april 1843 Het vinden van eene vrouwen-muts en klomp in de haven te Leur had reeds op den

Nadere informatie

BAKKERIJ P.J. JONGSTRAAT LUTJEBROEK 2015-2

BAKKERIJ P.J. JONGSTRAAT LUTJEBROEK 2015-2 1 BAKKERIJ P.J. JONGSTRAAT LUTJEBROEK 2015-2 De boerderij dateert waarschijnlijk uit 1868. Sinds 1926 is er een bakkerij in gevestigd. Hier beoefenen drie generaties Vriend het bakkers vak. Na 1986 wordt

Nadere informatie

De steen die verhalen vertelt.

De steen die verhalen vertelt. De steen die verhalen vertelt. Heel lang geleden kenden de mensen geen verhalen, er waren geen verhalenvertellers. Het leven zonder verhalen was heel moeilijk, vooral gedurende de lange winteravonden,

Nadere informatie

Canonvensters Michiel de Ruyter

Canonvensters Michiel de Ruyter ARGUS CLOU GESCHIEDENIS LESSUGGESTIE GROEP 8 Canonvensters Michiel de Ruyter Michiel Adriaanszoon de Ruyter werd op 23 maart 1607 geboren in Vlissingen. Zijn ouders waren niet rijk. Michiel was een stout

Nadere informatie

Inleiding. Monumenten, symbolen en iconen Kindermonumentendag in Midden-Delfland Symbolen in deze tijd

Inleiding. Monumenten, symbolen en iconen Kindermonumentendag in Midden-Delfland Symbolen in deze tijd Monumenten, symbolen en iconen Kindermonumentendag in Midden-Delfland 2016 Lesbrief voor de groepen 7 van de basisscholen in Midden-Delfland Deze les is de voorbereiding voor de Kindermonumentendag op

Nadere informatie

Complexnummer:

Complexnummer: Complexnummer: 514513 Smallepad 5 3811 MG Amersfoort Postbus 1600 3800 BP Amersfoort www.cultureelerfgoed.nl T 033 421 74 21 F 033 421 77 99 E info@cultureelerfgoed.nl Aantal complexonderdelen Monumentnummers

Nadere informatie

DE FAMILIE VAN LOON 130 _

DE FAMILIE VAN LOON 130 _ DE FAMILIE VAN LOON Mooi idee: je familie en huis jarenlang laten portretteren door schilders en fotografen. De roemrijke familie Van Loon uit Amsterdam deed dat. De indrukwekkende stapel familieportretten

Nadere informatie

Bouwhistorische beschrijving Westerstraat 160 en 160A, Enkhuizen

Bouwhistorische beschrijving Westerstraat 160 en 160A, Enkhuizen Bouwhistorische beschrijving Westerstraat 160 en 160A, Enkhuizen door Klaas Koeman en Gerrit Vermeer Vereniging Oud Enkhuizen juni 2017 1 2 ò ò Afb. 1. De minuutkaart van Enkhuizen uit 1832. De rode pijl

Nadere informatie

De Belastingdienst ik ga toch niet over de kop?.

De Belastingdienst ik ga toch niet over de kop?. De Belastingdienst Per 1 februari 1952 werd ik aangenomen bij de Belastingdienst met als standplaats Rotterdam en wel bij de in die tijd genoemde Inspectie der Registratie en Successie waaronder toen ook

Nadere informatie

Waarneming en bureauonderzoek Museumstraat 65a

Waarneming en bureauonderzoek Museumstraat 65a Waarneming en bureauonderzoek Museumstraat 65a Een straat verder vind je de Kunstkerk. De Kunstkerk behoorde nooit de kunst toe, maar de religie. Sinds de bouw, in 1885, hebben verschillende kerkgemeenschappen

Nadere informatie

Lesbrieven voor de basisschool Groep 6 t/m 8. Behorend bij de tentoonstelling. Anton Heyboer DE HAARLEMSE JAREN

Lesbrieven voor de basisschool Groep 6 t/m 8. Behorend bij de tentoonstelling. Anton Heyboer DE HAARLEMSE JAREN Lesbrieven voor de basisschool Groep 6 t/m 8 Behorend bij de tentoonstelling Anton Heyboer DE HAARLEMSE JAREN 23 november 2012-19 mei 2013 Inhoudsopgave 1. Tijdelijke tentoonstelling Anton Heyboer De Haarlemse

Nadere informatie

'Geheime' kunstcollectie Imtech komt in de verkoop

'Geheime' kunstcollectie Imtech komt in de verkoop FD: Economie & Politiek door Siem Eikelenboom 28 augustus 2015 'Geheime' kunstcollectie Imtech komt in de verkoop Karel Appel, 'Bloem met blauwe ogen' (1977) 'Als je de ontvangsthal van Van Rietschoten

Nadere informatie

Verslag van activiteiten 2013 in Het Dordts Patriciërshuis, Museum aan de Maas.

Verslag van activiteiten 2013 in Het Dordts Patriciërshuis, Museum aan de Maas. Verslag van activiteiten 2013 in Het Dordts Patriciërshuis, Museum aan de Maas. Inleiding Sinds de opening van Het Dordts Patriciërshuis in 2011 is er gezocht naar passende activiteiten om naast de reguliere

Nadere informatie

Naam: DE GOUDEN EEUW en Rembrandt

Naam: DE GOUDEN EEUW en Rembrandt Naam: DE GOUDEN EEUW en Rembrandt De Gouden Eeuw duurde niet precies honderd jaar. Hij begon aan het eind van de 16de eeuw, beleefde zijn hoogtepunt rond 1675 en was in de 18de eeuw voorbij. De Gouden

Nadere informatie