Dit projectboekje is van :

Transcriptie

1 Dit projectboekje is van :

2 Inhoudsopgave Woordenschat pag. 2 Thema project: hulpverlening pag. 3 Hulpverlening in armoede pag. 4 Kennismaken met de voedselbank pag. 5 Computeropdracht pag. 6 Les over de voedselbank pag. 7 Voedsel voor de voedselbank pag. 8 Boodschappen voor de voedselbank pag. 9 Bezoek aan de voedselbank pag. 10 Rekenles 1 pag. 11, 12 Rekenles 2 pag. 13, 14 Taalles 1 pag. 15 Taalles 2 pag. 16, 17 Spellingles pag. 18 Geschiedenisles pag. 19, 20 Aardrijkskundeles pag. 21 Overigen: Verhalen pag. 22, 23 Kleurplaat voedsel pag. 24 Woordzoeker voedsel pag. 25 Doolhof pag. 26 Plaats voor aantekeningen pag. 27

3 Woordenschat Tijdens het project komen we een heel aantal nieuwe woorden tegen. Die woorden zullen we bespreken, zodat je de betekenis ervan leert kennen. Iedere keer als je een nieuw woord/betekenis leert, kun je de lijst hieronder aanvullen. Woord Armoedegrens Voedselbank Kernwaarden Houdbaarheidsdatum Consumeren Consument Distributie Hulpinstantie Betekenis Het inkomen dat iemand minimaal nodig heeft om te leven. Organisatie die voedsel geeft aan mensen die onder de armoedegrens leven. Wat je het belangrijkste vindt. Informatie tot wanneer je een product kunt gebruiken. Het kopen van goederen of diensten om op te eten of te gebruiken. Iemand die goederen of diensten koopt. Het zorgen dat iets op veel plaatsen komt, door transport. Een organisatie die hulp biedt.

4 Thema project: hulpverlening Het project gaat dit jaar over hulpverlening. Waar denk jij aan bij Hulpverlening? Vul het woordweb in met tenminste 8 woorden. Meer mag natuurlijk ook! Eigen antwoorden. Hulpverlening Verdeel de woorden in categorieën door ze een kleurtje te geven: Maak de woorden die bij ons eigen land horen rood. Maak de woorden die bij het buitenland horen blauw. Laat de woorden die bij ons land én het buitenland horen wit. Tijd over? Teken nog een paar mensen aan de hulpverleningsslinger erbij.

5 Inzoomen op armoede We hebben gezien dat er heel veel soorten van hulpverlening zijn. Tijden dit project willen wij met elkaar nadenken over armoede in ons eigen land. Komt het vaak voor? Wat zijn oorzaken en gevolgen? En zijn er oplossingen? We bekijken met elkaar een paar filmpjes die te maken hebben met armoede. Kijk mee, en vul daarna de antwoorden op de vragen in. Filmpje: Donovan leeft in armoede Hoe los je armoede op? Ontslag door crisis Donovan leeft in armoede Hoe komt het dat Donovan in armoede leeft? Ouders hebben uitkering, kunnen niet werken, moeten schulden aflossen. Waar haalt het gezin van Donovan voedsel? Bij de Voedselbank. Wat is iets wat Donovan niet kan doen/niet krijgt omdat hij in armoede leeft? Kleding. Dure spullen. Naar speeltuinen. Ontslag door crisis Waardoor is er minder geld te besteden bij Julia en Lotte? Moeder is ontslagen omdat er niet genoeg werk is. Wat is een gevolg van de inkomsten die minder zijn geworden? Niet op vakantie gaan, minder kleding, niet uit eten. Wat kunnen oorzaken zijn van armoede? Ontslag door te weinig werk, faillissement, niet kunnen werken door bijv. ziekte. Noem eens een aantal gevolgen voor mensen die in armoede leven? Onzekerheid, niet kunnen kopen wat je wilt/nodig hebt, afhankelijk zijn van anderen. Stel dat jij een oplossing moet bedenken voor armoede. Wat zou je dan bedenken? Eigen antwoord.

6 Kennismaken met de voedselbank Eigen antwoorden. Dit weet ik al over de voedselbank: Dit wil ik graag leren over de voedselbank: Klaar? Teken het logo van de voedselbank:

7 Computeropdracht Vraag 1. Welke twee doelen heeft de voedselbank? Doel 1: Bieden van directe voedselhulp aan de armste mensen. Doel 2: Het voorkomen van verspilling van goed voedsel. Vraag 2. Aan welke mensen wordt er een voedselpakket gegeven? De armste mensen die leven onder de armoedegrens. Vraag 3. Er wordt veel samengewerkt met bedrijven, instellingen enz. Noem eens 3 positieve gevolgen van deze samenwerking? Gevolg 1: Armoede wordt bestreden. Gevolg 2: Voedseloverschotten verdwijnen. Gevolg 3: Milieu wordt minder belast. Vraag 4. Lees de kernwaarden. Welke kernwaarde vind jij het belangrijkst? Waarom? Eigen antwoord. Vraag 5. Bekijk de site eens verder. Op welke manieren kun je de voedselbank helpen? Geld doneren. Voedsel doneren. Vrijwilliger worden.

8 Les over de voedselbank Kijk mee naar het filmpje over het werk van de voedselbank. Je krijgt het twee keer te zien. Kijk en luister de eerste keer. Beantwoord tijdens de tweede keer de vragen Hoeveel mensen in Nederland leven onder de armoedegrens? Meer dan 1 miljoen Nederlanders. Dit worden er steeds meer. 2. Hoeveel voedselpakketten worden er in Nederland elke week uitgedeeld? Ruim 30 duizend Voedselpakketten. 3. Wanneer kunnen mensen een voedselpakket aanvragen? Je moet per maand minder dan 180 euro leefgeld hebben (ligt wel aan de grootte van het gezin). 4. Waardoor groeit het aantal mensen dat hulp vraagt bij de voedselbank? Mensen van wie het bedrijf failliet is gegaan, economische crisis. 5. Wat wordt er bijgehouden van de producten die bij de voedselbanken binnenkomen? Aantal producten en houdbaarheidsdatum van de producten. 6. Wie doen al het werk bij de voedselbanken? Het werk wordt gedaan door onbetaalde vrijwilligers. 7. Waar komt het voedsel vandaan dat bij de voedselbanken worden ingeleverd? Leveranciers, grote bedrijven, betrokken mensen. 8. Waarom heeft de voedselbank naast voedsel ook geld nodig? Voor materialen die nodig zijn. Bijvoorbeeld kratten.

9 Voedsel voor Voedselbank Lees de onderstaande informatie. Antwoorden hangen af van gekozen producten. Afkortingen op de verpakking Gooit u wel eens een pak rijst, een blik soep of een fles olijfolie weg, omdat de houdbaarheidsdatum (THT) is verstreken? Zonde! De meeste producten kun je vaak maanden of zelfs jaren na het verstrijken van die datum nog gewoon eten. Zonder risico er ziek van te worden. Wij leggen uit hoe het zit. THT en TGT zijn twee bekende begrippen. THT staat voor Tenminste Houdbaar Tot TGT betekent Te Gebruiken Tot. De TGT aanduiding staat op producten die snel kunnen bederven. Denk daarbij aan versproducten als zuivel, vlees, gebak, groenten en fruit. Bij producten met een THT-datum, in de volksmond 'houdbaarheidsdatum' genoemd, kan de smaak en/of het uiterlijk (de kleur) langzaam achteruit gaan. De fabrikant garandeert de kwaliteit van het desbetreffende product tot genoemde datum. Maar je kunt het ook daarna nog zonder problemen consumeren. Ook de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) en het Ministerie van Volksgezondheid vinden dit. Over dit onderwerp is daarom een richtlijn opgesteld, speciaal voor instellingen zoals de Voedselbanken. Hieruit blijkt dat veel producten nog tot maanden, soms zelfs jaren na de aangegeven THT-datum prima en zonder problemen gegeten kunnen worden. Producten met een THT-datum mogen dus ná die datum nog verstrekt worden. Producten met een TGT-datum mogen ná die datum NIET meer verstrekt worden aan de consument. Bekijk de producten die in de klas staan. Mogen deze producten na de datum die op de verpakking staan nog aan de voedselbank gegeven worden? Vul de tabel in. Product THT- datum > mag wel TGT-datum > mag niet

10 Boodschappen voor de voedselbank Je ziet hieronder een lijst met soorten producten die ze bij de voedselbank goed kunnen gebruiken. Schrijf achter het eerste lijstje tenminste 10 producten die je bij de voedselbank in kan leveren. Maak bij het tweede lijstje een top 5 van spullen die jij voor een pakket uit zou kiezen. Veel antwoorden mogelijk. Bijvoorbeeld: Blik erwten Pot worteltjes Blik ananasschijven Pak macaroni Pak rijst Potje bruine bonen Houdbare melk Stuk verpakte kaas Doos eieren Fles zonnebloemolie

11 Bezoek aan de Voedselbank We gaan op bezoek bij de voedselbank. Na het bezoek aan de voedselbank maak je een verslag van het bezoek, van minimaal een half A4 en maximaal een heel A4. In het verslag kun je informatie verwerken die je tijdens de rondleiding hebt gehoord. Tip: schrijf tijdens het bezoek de informatie die je voor je verslag wilt onthouden op. Denk ook alvast na over vragen die je kunt stellen. Vragen die ik wil stellen bij het bezoek: Eigen antwoorden. Informatie die verteld wordt en die ik wil onthouden voor mijn verslag:

12 Rekenles 1 1.De voedselbank krijgt 2163 blikken erwten om uit te delen. Ze verdelen dit over 360 kratten. Hoeveel blikken komen er in een krat? 6 blikken. Welke som ga je uitrekenen? 2163:360= Hoeveel blikken hou je nog over? 3 blikken. 2.De voedselbank heeft in 52 kratten 6 pakken sap gedaan. Ze houden nog 2 pakken sap over. Welke som ga je uitrekenen? 6x52 =.. +2 = Hoeveel pakken sap had de voedselbank? 314 pakken sap 3.De voedselbank gaat om uur open. Mieke wil een pakket ophalen. Ze staat om 9.38 uur voor de deur te wachten. Hoe lang moet Mieke nog wachten? 37 minuten. Welke som ga je uitrekenen? = Bij de voedselbank worden appels gewogen. Iedereen krijgt precies 1,5 kg appels KG KG KG KG Er is 487 gram te veel / te weinig. Er is 47 gram te veel / te weinig. Er is 175 gram te veel / te weinig. Er is 1000 gram te veel / te weinig. 5.Marije koopt 3 potten pindakaas van 2,95 per stuk, en 3 pakken macaroni van 1,75 per stuk voor de voedselbank. Hoeveel moet Marije betalen? 14,10 euro. Welke som ga je uitrekenen? 3x 2,95= 3x1,75= antwoorden optellen

13 Vervolg rekenles 1 6.Peter telt het aantal pakjes boter die verdeeld worden over de kratten. Tel verder Op dinsdag kwamen er 587 mensen een voedselpakket ophalen. Op woensdag kwamen er 399 mensen en op donderdag kwamen er 601 mensen voor een pakket. Hoeveel mensen hebben deze week een pakket opgehaald? 1587 mensen. Welke som ga je uitrekenen? = 8. Maandag: 64 pakketten. Dinsdag: 62 pakketten. Woensdag 70 pakketten. Donderdag 48 pakketten. Hoeveel pakketten werden er gemiddeld per dag uitgedeeld? 61 pakketten. Welke som ga je uitrekenen? =.. : 4 = Welke schatting maak je? Eigen antwoord 9. De rolbank is 4,5 m lang. Een krant is in de lengte 80 cm lang. Hoeveel kratten kunnen er naast elkaar op de rolbank staan? 5 kratten. Welke som ga je uitrekenen? 4,5 m : 80 cm = 10.De voedselbank krijgt van een sponsor 550 repen chocolade. Er moeten 86 kratten gevuld worden. Hoeveel repen chocolade kunnen er in iedere krat? 6 repen chocolade. Welke som ga je uitrekenen? 550:86= Hoeveel repen chocolade hou je nog over? Er blijven nog 34 repen over.

14 Rekenles 2 1.Julia heeft voedsel ingezameld voor de voedselbank. Ze verzamelde 34 blikken soep, 18 pakken waspoeder, 40 potten pindakaas, 33 pakken macaroni, en 9 blikken erwten. Hoeveel producten heeft Julia verzameld? 134 producten Welke som ga je uitrekenen? = 2. De voedselbank is op maandag geopend van 8.00 uur tot uur en op dinsdag van 8.30 uur tot uur. Hoeveel uur is de voedselbank deze week open? 10 uur Welke som ga je uitrekenen? = 12.30, =14.00 antwoorden bij elkaar optellen. 3. Er zijn 400 producten binnengekomen bij de voedselbank. Als de medewerkers het sorteren blijkt ¼ deel potten pasta te zijn, 30% van de producten zijn blikjes tonijn, 1 op de 5 producten zijn rookworsten en de rest zijn pakken hagelslag. Hoeveel voedselproducten zijn er van elke soort? (25%) 100 potten pasta (30%) 120 blikjes tonijn (20%) 80 rookworsten (25%) 100 pakken hagelslag Teken de percentages in een cirkeldiagram. Producten Pasta Tonijn Rookworst Hagelslag 4. In 2014 zijn er producten bij de voedselbank weggegeven. In 2015 was dat 25% meer. Hoeveel producten zijn er in 2015 weggegeven? producten. Welke som ga je uitrekenen? 14500:4 =

15 Vervolg rekenles ingeleverde voedingsmiddelen worden door 14 vrijwilligers uitgezocht. Hoeveel voedingsmiddelen zoekt een vrijwilliger gemiddeld uit? 113 voedingsmiddelen. Welke som ga je uitrekenen? 1582:14 = 6. Vandaag is het donderdag 3 maart. Op 25 maart wordt er een nieuwe voedselbank geopend. Op welke dag wordt er een nieuwe voedselbank geopend? Op vrijdag 7. Teun zoekt om geld uit te sparen naar aanbiedingen. Hij ziet een grote zak aardappels die eerst 13,00 euro kostte. Nu is er 15% korting. Hoeveel euro korting krijgt Teun? 1,95 euro Welke som ga je uitrekenen? 13,00 : 100=.. x 15 = Hoeveel moet Teun nog betalen? 11,05 euro Welke som ga je uitrekenen? 13,00 1,95 = Teun betaalt met 20. Hoeveel krijgt hij terug? 8,95 euro Welke som ga je uitrekenen? 20 11,05 = 8. Van de 360 voedingsmiddelen die ingeleverd zijn, kan 5% helaas niet gebruikt worden. Hoeveel voedingsmiddelen kunnen niet gebruikt worden? 18 voedingsmiddelen. Welke som ga je uitrekenen? 360:10 = :2=18. Hoeveel voedingsmiddelen kunnen er wel gebruikt worden? 342 voedingsmiddelen. Welke som ga je uitrekenen? = 9. Op maandag zijn er 24 voedingsmiddelen ingeleverd, op dinsdag 33 en op woensdag 18. Hoeveel voedingsmiddelen werden er gemiddeld per dag ingeleverd? 25 voedingsmiddelen. Welke som ga je uitrekenen? =.. : 3 =

16 Taalles 1 Vul van de onderstaande zinnen het schema in Jaap heeft een groot probleem. Gezegde Onderwerp Lijdend voorwerp Bepaling Heeft Jaap Een groot probleem x Hij heeft al een poosje geen werk. Gezegde Onderwerp Lijdend voorwerp Bepaling Heeft Hij Geen werk Al een poosje Hij kan alle kosten niet meer betalen. Gezegde Onderwerp Lijdend voorwerp Bepaling Kan betalen Hij Alle kosten Niet Hij leest informatie over de voedselbank. Gezegde Onderwerp Lijdend voorwerp Bepaling Leest Hij Informatie over de voedselbank Jaap heeft een gesprek met een medewerker. x Gezegde Onderwerp Lijdend voorwerp Bepaling Heeft Hij Een gesprek met een medewerker Hij mag woensdag een voedselpakket ophalen. x Gezegde Onderwerp Lijdend voorwerp Bepaling Mag ophalen Hij Een voedselpakket woensdag De medewerker geeft een voedselpakket. Gezegde Onderwerp Lijdend voorwerp Bepaling Geeft De medewerker Een voedselpakket x Jaap krijgt hulp tot hij weer werk heeft. Gezegde Onderwerp Lijdend voorwerp Bepaling Krijgt Jaap Hulp Tot hij weer werk heeft

17 Taalles 2 Je hebt inmiddels al veel geleerd over de Voedselbank. Schrijf nu een verhaal waarin je hoofdpersoon te maken krijgt met de Voedselbank. In het verhaal moet een probleem en een oplossing voorkomen. Het verhaal moet in ieder geval zo lang zijn als de regels op deze bladzijde. Het mag maximaal zo lang zijn als de regels op deze bladzijde en de volgende bladzijde. Vind je het moeilijk om te beginnen? Achter in dit boekje staan verhalen van mensen die zelf met de Voedselbank te maken kregen. Misschien dat die verhalen je op een idee helpen! Eigen verhaal. Kies eerst: schrijf je vanuit een ik- of een hij-perspectief? schrijf je in de tegenwoordige tijd of verleden tijd? waarom of waardoor krijgt je hoofdpersoon met de Voedselbank te maken? Schrijf nu het verhaal. Let op leestekens (hoofdletters, punten, aanhalingstekens). Titel:

18

19 Spelling les 1 Denk goed na. Is het een persoonsvorm? In welke tijd staat de zin? Vul de werkwoorden in. 1. De medewerker gebaarde Julia dat ze aan de beurt was. (gebaren) 2. Myrthe fietste afgelopen vrijdag naar de Voedselbank. (fietsen) 3. Dirk heeft dit jaar al 23 keer een voedselpakket gekregen. (krijgen) 4. De gebroken krat werd geruild voor een nieuwe. (breken) 5. Jantine kreeg een krat waar kauwgom aan kleefde. (kleven) 6. Joop is in totaal zes jaar vrijwilliger geweest. (zijn) 7. De gekleurde kratten zagen er vrolijk uit. (kleuren) 8. Houd op met dat geschreeuw, gebood de medewerker. (houden) 9. Sofieke lachte blij toen ze het pakket in ontvangst nam. (lachen) 10. De medewerker snijdt het plastic weg. (snijden) 11. Verspilt de Voedselbank ook voedsel? (verspillen) 12. De man griste de fles drinken snel weg. (grissen) 13. Vorig jaar verwachtte hij niet dat hij hulp nodig had. (verwachten) 14. De medewerkers hebben een groot spandoek opgehangen. (ophangen) 15. Met het pakket achterop de fiets rijdt Lia weg. (rijden) 16. Meld je even bij de balie als je voor het eerst komt. (melden) 17. De man bonkt voor openingstijd al op de deur. (bonken) 18. De vakkenvullers van de supermarkt brengen een lading fruit. (brengen) 19. De lang verwachte voorraad is eindelijk binnengekomen. (verwachten) 20. De Voedselbank heeft nieuwe kratten aangeschaft. (aanschaffen)

20 De geschiedenis van de voedselbank Lees eerst de tekst. Onderstreep de woorden waarvan je de betekenis niet weet. Eén op de zeven Amerikanen is afhankelijk van de voedselbank, zo werd maandag 18 augustus 2014 bekend gemaakt naar aanleiding van een grootschalig onderzoek door Feeding America, een netwerk van 200 voedselbanken. In 1967 ontstond in de Verenigde Staten het idee voor deze vorm van noodhulp, waarna het zich al snel verspreidde over andere landen en uiteindelijk in 2002 in Nederland werd geïntroduceerd. De eerste voedselbank ter wereld De eerste voedselbank ter wereld ontstond in de staat Arizona. John van Hengel deed vrijwilligerswerk bij de plaatselijke kerk, de St. Vincent DePaul, waar hij maaltijden uitdeelde aan mensen in nood. Een moeder vertelde hem dat ze haar kinderen voedde met eten uit de gaarkeukens en de resten uit de vuilnisbakken bij de supermarkt. Deze resten waren vaak van goede kwaliteit, vertelde ze hem. Ook van anderen hoorde Van Hengel dat supermarkten grote hoeveelheden voedsel weggooiden, bijvoorbeeld omdat de verpakking was beschadigd of de houdbaarheidsdatum net was verstreken. Hij begon dit voedsel te verzamelen voor het voedselprogramma waar hij deel van uitmaakte en had al snel veel meer voedsel dan hij nodig had om de mensen in zijn buurt te voeden. Daarop ontwikkelde hij het idee van een centrum waar al het afgeschreven voedsel naartoe kon worden gebracht, om vervolgens te worden gedistribueerd in de rest van de stad. Drieduizend dollar startkapitaal Van de lokale parochie kreeg hij drieduizend dollar om zijn idee te realiseren, waarop hij in 1967 een verlaten gebouw betrok en verschillende supermarkten, boerderijen en tuinderijen aanmoedigde hun overtollige voedsel te doneren, waarop het eten kon worden uitgedeeld aan mensen met die te weinig te eten hadden. De eerste voedselbank was geboren. Ze kreeg de naam St. Mary s, naar de parochie die het initiatief had gesteund met eigen geld. America s Second Harvest In 1975 werd St Mary s gevraagd om de overheid te assisteren bij het oprichten van voedselbanken door heel Amerika. In 1976 ontstond een op zichzelf staande non-profit organisatie, de voorloper van Feeding America: America s Second Harvest. Vele Amerikaanse steden kregen een eigen voedselbank en ook in Canada werd het initiatief overgenomen. Verdere verspreiding internationaal Sinds het begin van de jaren tachtig heeft het fenomeen voedselbank zich in rap tempo over de hele wereld verspreid. De eerste Europese voedselbank werd geopend in 1984, in Frankrijk. In 1989 volgde Spanje en de eerste Nederlandse voedselbank werd in 2002 opgericht. Na de economische crisis van 2008 steeg het aantal voedselbanken flink. Inmiddels zijn 25 Landen over de hele wereld aangesloten bij The Global Foodbanking Network. Twee soorten voedselbanken Er bestaan twee typen voedselbanken. Voedselbanken die volgens het warehouse-model werken, zijn een soort distributiecentrum. Al het voedsel wordt bij de voedselbank verzameld en vervolgens verdeeld over verschillende hulporganisaties in de stad, die het voedsel (bereid of onbereid) op verschillende manieren aan de armen aanbieden. In Nederland wordt gewerkt met het front linemodel: het voedsel wordt door de voedselbank zelf aan de armen verstrekt, via uitgiftepunten die bemand worden door medewerkers van de voedselbank.

21 De voedselbank in Nederland De eerste Nederlandse voedselbank werd in 2002 geopend in Rotterdam door Sjaak en Clara Sies. Op dit moment zijn er in Nederland 149 voedselbanken actief. De Nederlandse voedselbanken voeden wekelijks zo n mensen. Via acht regionale distributiecentra gaat het voedsel naar de 149 voedselbanken die het via 475 uitgiftepunten verspreiden. Deze enorme organisatie wordt gedragen door zo n 8300 vrijwilligers.het aantal huishoudens dat een beroep doet op de voedselbank is tussen 2013 en 2014 met maar liefst 30% gestegen. Waar één op de zeven Amerikaanse huishoudens hulp ontvangt via de voedselbank, ligt dit cijfer in Nederland nog steeds een stuk lager. Toch blijkt uit de groeiende vraag naar voedselbankhulp dat de crisis voor veel Nederlandse gezinnen nog lang niet voorbij is. Beantwoord de vragen. 1. Waar ontstond de eerste Voedselbank ter wereld? In de V.S., in de staat Arizona. 2. Wie deed daar vrijwilligerswerk? John van Hengel. 3. Welk voedsel ging hij verzamelen om uit te delen? Goed voedsel uit gaarkeukens en supermarkten. 4. Van welke soorten bedrijven probeerde hij voedsel te krijgen? Supermarkten, boerderijen, tuinderijen. 5. Hoe heette de eerste Voedselbank? St. Mary s. 6. Sinds welke tijd verspreidden de Voedselbanken zich snel over de hele wereld? Sinds de jaren Wanneer kwam er voor het eerst een Voedselbank in Europa, en in welk land? In 1984 in Frankrijk. 8. Wanneer kwam er voor het eerst een Voedselbank in Nederland? In Welke twee soorten van Voedselbanken zijn er? Warehouse-model: voedsel verzamelen en daarna verspreiden onder organisaties, die het weer verder verspreiden. Front line- model: voedsel verzamelen en direct aan de mensen die het nodig hebben geven. 10. Bedenk een passende titel voor deze tekst. Eigen antwoord.

22 Aardrijkskunde Gebruik hiervoor een atlas. Zoek de kaart van Nederland Staatkundig op. In welke provincie woon jij? kleur deze provincie geel. Zet een blauwe stip op de plaats waar de dichtstbijzijnde Voedselbank in jouw buurt is. Je krijgt een aantal plaatsen te horen waar een Voedselbank is. Zoek die plaatsen in de atlas op, en zet op het bovenstaande kaartje een oranje stip. Hangt af van plaatsen die worden genoemd.

23 Overigen: verhalen Dit verhaal is vanuit een ik-perspectief geschreven, door iemand die zelf voedselpakketten van de Voedselbank nodig heeft. Dankjewel alle vrijwilligers en sponsoren van de voedselbank Vrijdagochtend staat bij mij geheel in het teken van de voedselbank. Elke keer ben ik blij verrast als ik het voedselpakket in ontvangst mag nemen. Blij verrast ben ik al vanaf dag 1, maar de eerste keer was vreemd en voelde ik mij slechts verdrietig omdat ik nog nooit heb hoeven vragen om voedsel. Ik kon het allemaal zelf regelen en redde me wel, dacht ik. Dat veranderde op het moment dat ik mijn baan kwijt raakte door de crisis. Ik heb, mede door mijn trots, best lang gewacht om hulp te zoeken, tot het moment dat ik financieel langzaam ten onder ging. En trots ben ik. Niet alleen op mezelf, het was voor mij best een flinke stap om hulp te vragen bij de voedselbank, maar zonder twijfel ook op alle mensen die elke vrijdag weer belangeloos en met alle liefde voor ons klaar staan. Als ik in de rij sta om mijn nummer 1 te krijgen hoef ik al vanaf de tweede dag mijn naam niet meer te noemen. Ik ben bekend, voel me erkend en dat voelt heel fijn. Er is altijd ruimte voor een praatje, zeker als het niet druk is. En dan het inpakken van de boodschappen aan de tafels. Ook elke keer opnieuw een prettig gezicht en een praatje. Afgelopen vrijdag waren het mini-kroppen sla van diverse soorten in een tasje zoals je ze alleen maar krijgt bij de boer of groenteboer. Echte verse groente die je overal bij kunt eten. Vers van het land in ieder geval, net zoals de aardappelen die ik mee mag nemen in een plastic tas. Alle andere, veelal houdbare, producten waren al voor mij klaar gelegd en zitten in mijn boodschappentas. Bij sommige labelloze blikken is het voor mijn dochter en mij altijd weer een verrassing, eten we vanavond knakworstjes of vlaaivulling bij het eten? In het eerste geval is het ons vlees bij het eten en in het tweede geval gaat de vulling door de yoghurt als toetje. Thuis pak ik de boodschappen uit mijn tas en zie ik spullen van de verschillende sponsoren aan de voedselbank en daar ben ik dankbaar voor. Los van het feit dat mijn kind en ik er weer een week tegenaan kunnen, is het voor mij een extra stimulans om juist naar deze supers te gaan om de andere producten te halen van mijn wekelijks leefgeld. Daarnaast vind ik het ook een sport om iets lekkers te maken van de producten die ik krijg. Sommige groenten heb ik nog nooit gekocht of zelfs gegeten. Vorig jaar rondom de feestdagen pakten diverse sponsoren van de voedselbank uit met prachtige voedselpakketten en het voelde voor mij als een kadootje. Een echt kerstpakket, maar deze keer met veel producten waar ik de komende maanden gebruik van kon maken. Het Jumbo pakket was denk ik wel de meest bekende, de grote super heeft er veel reclame mee gemaakt. Maar er waren vele andere sponsoren die ook een pakket hadden samen gesteld. Daarmee zijn zij niet naar buiten getreden, maar ik kan uit eigen ervaring vertellen: het wordt enorm op prijs gesteld en ik wil ze via deze weg enorm bedanken. Alle lieve vrijwilligers en sponsoren van de voedselbank, dank u wel voor uw belangeloze inzet en donatie, op welke wijze u dat dan ook doet. Ik weet sinds afgelopen jaar als geen ander dat het goed voelt als er mensen zijn die voor mensen zorgen.

24 Overigen: verhalen Dit verhaal is vanuit een hij-perspectief geschreven, en gaat over iemand die vrijwilliger is bij de voedselbank. Hoewel ze op leeftijd is, stuurt ze met verve twintig vrijwilligers aan. Hilleke Keereweer (80) heeft al bijna tien jaar de leiding over een voedselbank in Amstedam-Osdorp. Het is een ontzettend trieste wereld. Het is donderdagmiddag, uitgiftedag. Hilleke Keereweer zit staan lukt maar kort door haar versleten rug achter een tafel met grote mappen vol informatie en administratie. Het is elke week haar vaste plek: pal voor de deur waar de klanten van de voedselbank binnenkomen. De meerderheid daarvan stapt dan ook meteen op Keereweer af. Ik heb je vorige week gemist! is één van de dingen die ze regelmatig uitroept. Wat heerlijk dat je weer terug bent. Ga even zitten. Nadat ze heeft bijgekletst met een vrouw die een hoofddoek draagt, gaat ze weer aan het werk. Al een kleine tien jaar werkt de tachtigjarige Keereweer als coördinator van een voedselbank op de Noorderakerweg in Osdorp. Haar voedselbank geeft pakketten uit aan honderd huishoudens. Elke maandag opnieuw begint de hectiek en is ze druk met telefoontjes en s. Zoals van klanten van de voedselbank die zich bij haar afmelden als ze die week niet komen. Of mededelingen van één van de talloze voedseldistributeurs. Ze schrijft dikwijls oproepen naar kerkbladen en lokale weekbladen: kunnen mensen nog melk, kaas of knuffeldieren missen? Als een klant in een crisis blijkt te zitten, kijkt ze met hulpinstanties of ze kan helpen. Daarnaast stuurt ze haar twintig vrijwilligers aan. Ik heb een geweldig team, zegt Keereweer, die het werk zelf ook als vrijwilliger doet. Het team haalt haar, in verband met haar slechte rug, elke week thuis op en brengt haar ook weer terug. Mijn vrijwilligers beginnen op donderdag al om negen uur s ochtends met het samenstellen van de pakketten. Fantastisch!

25 Overigen: kleurplaat

26 Overigen: Woordzoeker

27 Overigen: doolhof Breng het voedsel naar de krat, en de kleding in de zak.

28 Overigen: plaats voor aantekeningen